PrimaOnderwijs September 2020

Page 1

Nummer 4 - September 2020

Dieren OP SCHOOL rekensommen maken tussen kippen en konijnen

Robots IN DE KLAS leerachterstand wegwerken met de onderwijsrobot

Onderzoekend en ontwerpend leren met

Natuur

& TECHNIEK duurzaam leven MEDIAWIJSheid samen tegen voedselverspilling

mediamasters als serious game

MAAKONDERWIJS wat je ogen zien, maken je handen

www.primaonderwijs.nl - Verschijnt 5x per jaar


weekvanhetgeld.nl 7314-WIG WvhG 2021 Adv Prima Onderwijs-aug'20-192x285mm.indd 1

initiatief van

14-07-20 11:01


& VO O R W O O R D

Natuur Techniek

De natuur heeft afgelopen maart maar weer eens bewezen dat er niet met haar te sollen valt. In alle lagen van de bevolking en de economie was en is de crisis voelbaar. Het onderwijs moest ineens overschakelen op online onderwijs. Bijzonder om te zien als buitenstaander hoe veerkrachtig leraren zijn. Waar ik zelf vrijwel stil kwam te staan op werkgebied, ging het onderwijs onverminderd door. Voor mij persoonlijk was het een mooie periode van bezinning. Ik kreeg de tijd om uit te zoeken wat een goede volgende stap in mijn loopbaan zou zijn. Met veel plezier stel ik mezelf dan ook aan je voor als de nieuwe hoofdredacteur van PrimaOnderwijs.

Deze editie van PrimaOnderwijs staat in het teken van Natuur & Techniek. We besteden veel aandacht aan onderzoekend en ontwerpend leren, een verplicht onderdeel in het nieuwe curriculum. ‘Een fikse verbetering’, aldus Annemarie van Es, expert STEAM en onderzoekend en ontwerpend leren bij Stichting De Haagse Scholen (p. 5) De 21st century skills, belangrijke vaardigheden in de programma’s van Stichting Techniekpromotie (p. 18), komen daarbij goed van pas. Vakkanjer Junior (p. 20) en de bright ideas challenge (p. 17) brengen innovatieve ideeën van scholieren zelfs al tot leven. En met het LerarenOntwikkelFonds (LOF)

krijgen leraren steun om onderwijsinnovaties te realiseren (p. 61). Er wordt gelukkig ontzettend veel gedaan om het (online) onderwijs te verbeteren, als ook om leerlingen kennis te laten maken met de kansen en de gevaren van (digitale) media in het lesprogramma de InternetHelden (p. 32) en de game MediaMasters (p. 40). Deze én nog veel meer artikelen zijn te vinden in deze eerste editie van het nieuwe schooljaar. Een prettig idee dat de volgende generatie meer in staat zal zijn om met een nieuwsgierige, onderzoekende en creatieve instelling oplossingen voor belangrijke vraagstukken te bedenken. Hopelijk zorgen we er hiermee voor dat we beter voorbereid zijn in de toekomst en dat de natuur ons, net als in het geval van Covid-19, minder snel zal verrassen! Esmee Weerden Hoofdredacteur PrimaOnderwijs

Ideeën, vragen, verzoeken voor PrimaOnderwijs? Mail naar redactie@primaonderwijs.nl Volg @PrimaOnderwijs ook op Facebook, Instagram en Twitter!

PrimaOnderwijs 3


Squla in de Klas is er voor elke leerling Elk kind is anders. Daarom hebben we Squla aangepast aan de verschillende niveaus en interesses van kinderen in alle groepen! Met het brede aanbod aan vakken, oefenstof, leuke spelletjes, actuele themaquizzen en meer, biedt Squla voor elke leerling de juiste uitdaging.

WIST JE DAT... Alle oefenstof is gemaakt door onderwijsexperts en vakspecialisten en aansluit op de SLO-doelen? Dit maakt Squla een mooie aanvulling op de lesstof in de klas, welke methode je ook gebruikt!

SQULA

6

8 88

99

A

C

B

D

Squla is gratis voor scholen! Meld je eenvoudig aan via: squla.nl/leerkracht


@primaonderwijs @primaonderwijs @primaonderwijs

De bright ideas challenge

Onderzoekend en ontwerpend leren

Onderzoekend en ontwerpend leren met

Natuur

18

17

6

& TECHNIEK

8 12 15 20 23

Stichting Techniekpromotie

Dieren op school Maakonderwijs Robots in de klas Vakkanjer Junior De natuur heeft je iets te vertellen Column Stefan

24 27 28 31 32 35 39 43 44 47 48

Hololens 2 Knutselen met DNA Les in het donker Yes! We gaan zagen Column Maike

De InternetHelden: bijt niet in de phishinghaak Miljoenennotaposter 2021 4 en 5 mei Denkboek Wat doe je wel/niet als je dit ziet? Scheiden bespreekbaar maken in de klas Sparen voor je schoolbieb! Terug in de klas met formatief toetsen

36

Samen tegen voedselverspilling

Met 150.000 lezers het grootste blad voor alle onderwijsprofessionals. PrimaOnderwijs is een uitgave van

40

Inhoud

51 Het vmbo is zo gek nog niet 52 De Onderwijsdesk 56 Ouders en kinderen samen de schoolbanken in

59 Kortsluiting van Ohm

Mediawijs door MediaMasters

Column Esther

61

Met LOF collega’s en leerlingen enthousiasmeren

COLOFON: Hoofdredactie Esmee Weerden Vormgeving Martin Hollander Medewerkers Marloes Smit, Marleen Kuijsters, Brigitte Bloem, Malini Witlox en Firma Fluks Foto’s iStock, Shutterstock Redactie 030-241 70 44, redactie@primaonderwijs.nl, postbus 40266, 3504 AB Utrecht Sales 030-241 70 21, account@edg.nl Klantenservice 030-241 70 20 klantenservice@edg.nl Verschij ning en verspreiding PrimaOnderwijs verschijnt 5 keer per jaar. Verspreiding via gecontroleerde distributie door EDG Media bij alle basisscholen en scholen in het voortgezet onderwijs in Nederland. Naast het magazine biedt PrimaOnderwijs een wekelijkse nieuwsbrief en de website primaonderwijs.nl ©Copyright 2020 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, overgenomen of openbaar gemaakt zonder voorafgaande toestemming van de uitgever. De uitgever is niet aansprakelijk voor enig handelen op grond van de in dit blad gegeven adviezen of gedane mededelingen.


Onderzoeken en ontwerpen als aanjager van nieuwsgierigheid In het nieuwe curriculum voor basisonderwijs en onderbouw voortgezet onderwijs krijgen onderzoeken en ontwerpen een belangrijke rol, zo adviseren de ontwikkelteams Mens & Natuur en Kunst & Cultuur van Curriculum.nu in hun voorstellen. Met een nieuwsgierige, onderzoekende en creatieve instelling is de volgende generatie in staat de oplossingen voor belangrijke maatschappelijke vraagstukken te bedenken. Binnenkort start de uitwerking van de voorstellen van Curriculum.nu naar kerndoelen en eindtermen. Annemarie van Es, expert STEAM (Science, Technology, Engineering, Arts en Mathematics) en onderzoekend en ontwerpend leren bij Stichting De Haagse Scholen en lid van het ontwikkelteam Mens & Natuur, en Karianne Djoyoadhiningrat-Hol, leerplanontwikkelaar Natuur, Wetenschap en Technologie bij SLO en nauw betrokken bij het vervolgtraject voor het nieuwe curriculum, lichten het belang van onderzoeken en ontwerpen toe. DOOR BRIGITTE BLOEM

6

‘Kinderen worden geboren als vraagteken, maar aan het eind van de basisschool eindigen ze als punt’, las Karianne ooit. ‘Natuurlijk verliezen leerlingen niet al hun nieuwsgierigheid op school’, haast ze zich te zeggen, ‘maar er zit wel degelijk een kern van waarheid in.’ Karianne verwacht dat leerlingen hun nieuwsgierigheid meer zullen behouden als leren onderzoeken en leren ontwerpen onderdeel zijn van het curriculum. ‘Daarom ben ik zo blij dat onderzoeken en ontwerpen als werkwijzen zijn meegenomen in het voorstel. Dat betekent dat deze vaardigheden meegaan met de ontwikkeling van de nieuwe kerndoelen. Dat is een groot verschil met het Techniekpact, waarin eerder de afspraak is gemaakt dat alle basisscholen in 2020 wetenschap en technologie onderwijs zouden invoeren. Dit was een afspraak tussen het bedrijfsleven, overheid en onderwijs, zonder wettelijk kader. En dat is een van de redenen dat daadwerkelijke verankering in álle scholen nog niet is gelukt. Juist de wettelijke basis van deze vaardigheden in de nieuwe kerndoelen is een enorme vooruitgang.’

Van jongs af aan De ervaring van Annemarie is dat veel scholen aan de slag willen met onderzoekend en ontwerpend leren, maar dat nog best lastig vinden. ‘In hun brede takenpakket moeten leraren vaak techniek ‘erbij’ doen en voelen zich daar onzeker over.’ Dat onderzoeken en


ontwerpen nu verplicht wordt en kaders krijgt voor concrete invulling, ziet ook zij als een fikse verbetering. In de ontwikkelteams hebben leraren veel van elkaar opgestoken, ontdekten Karianne en Annemarie. Zo verrijkten de leraren basisonderwijs hun kennis door de gesprekken met vo-leraren. En andersom waren de vo-leraren verbaasd wat jonge kinderen hoe simpel soms ook - al aangeboden krijgen op het gebied van onderzoeken en ontwerpen. Ook kleuters kun je al onderzoeksvragen laten beantwoorden, weet Annemarie uit eigen ervaring. ‘Neem het onderwerp drijven en zinken. Ontzettend leuk om te doen! Bij verschillende objecten van uiteenlopende materialen kun je kinderen laten voorspellen en beargumenteren of iets in een bak met water blijft drijven of dat het naar de bodem zinkt. Heel makkelijk door ze de spullen op een groen of juist rood blaadje te laten leggen. Vervolgens laat je ze onderzoeken of hun voorspellingen juist waren. Als je die manier van denken en onderzoeken van jongs af aan leert en de bijbehorende vaardigheden oefent, dan is het tijdens je studie en ook later in je werk logisch dat je begint met een hypothese en alle stappen doorloopt.’

Van kerndoelen naar praktijk Inmiddels willen veel scholen onderzoeken en ontwerpen in hun onderwijs opnemen, merkten Annemarie en Karianne in het traject dat tot de bouwstenen leidde. Maar hoe geef je zoiets op school handen en voeten? Hoe kom je vanuit de kerndoelen straks naar de praktijk? ‘Voor scholen zijn er verschillende mogelijkheden’, schetst Karianne. ‘Een of meer personen binnen het team kunnen de kar trekken en hun kennis en vaardigheden onder de collega’s verspreiden. Er zijn ook scholen die externen inzetten om het team te trainen, denk aan natuur- en educatie-

centra en science-centra. Als een school werkt vanuit een methode, is het handig om er één in te zetten die echt werk maakt van onderzoeken en ontwerpen.’ Vakexperts van SLO ontwikkelden kaarten als startpunt voor het gesprek over je eigen schoolcurriculum. Je kunt de kaarten gebruiken bij het vormgeven van je onderwijs als vak, module en project. ‘De kaarten kunnen straks helpen om tot kerndoelen te komen’, legt Karianne uit. ‘Ook kunnen scholen ze gebruiken om het gesprek met het team aan te gaan over de invulling van leren onderzoeken en leren ontwerpen.’ Beiden realiseren zich dat het voor scholen en leraren best spannend kan zijn om met onderzoeken en ontwerpen aan de slag te gaan. Annemarie: ‘Veel leraren zijn bang voor ongelukken als de klas met gereedschap gaat werken.’

Geïntegreerde aanpak Annemarie werkt voor Stichting De Haagse Scholen (DHS), waartoe de 52 openbare basisscholen in Den Haag behoren. Voor deze stichting schreef ze een plan, waarin ze techniekonderwijs, maakonderwijs, STEAM en onderzoeken en ontwerpen heeft geïntegreerd. ‘Wat ik heel belangrijk vind’, legt Annemarie uit, ‘is laagdrempeligheid en een structurele, geïntegreerde aanpak.’ De scholen van de stichting kunnen bij haar terecht met hun vragen over onder meer techniek- en maakonderwijs. Ook in de lerarenopleidingen is aandacht voor onderzoeken en ontwerpen, weet Karianne, ‘maar op dit moment zit het nog te weinig in het onderwijsprogramma van de opleidingen. Ook hier geldt: als het straks in de kerndoelen staat, wordt het voor de lerarenopleidingen ook gemakkelijker deze werkwijzen te integreren in hun onderwijsprogramma.’

Meer informatie of meedoen met het vervolgtraject om tot kerndoelen en eindtermen te komen? Kijk dan op www.curriculum.nu PrimaOnderwijs 7


Dieren op school:

van konijnen en honden tot stokstaartjes

Hilde Versluis

Sommen maken tussen de konijnen, hardop voorlezen aan een therapiehond of ontdekken hoe kamelen verzorgd kunnen worden: kinderen leren veel van het contact met dieren. Wendy, Jack, Hilde en Mitzi vertellen welke dieren hun scholen houden. DOOR MARLEEN KUIJSTERS

Leerkracht: Hilde Versluis, SBO de Werf Amersfoort (groep 7/8) ‘Onze directeur wilde het werkplezier op onze school vergroten. Tijdens een sessie met een coach kregen wij deze vraag: wat moet er gebeuren om onze school te veranderen in de fijnste school die we ons konden voorstellen. Voor mij was die vraag niet moeilijk. Ik zag een stal met dieren voor me. Ik houd van dieren en werk ook als vrijwilliger bij de dierenambulance. Tussen de beesten mag je zijn wie je bent, in de natuur is geen oordeel. De directeur zei: ‘Doe waar je energie van krijgt en waar je hart ligt, regel het maar.’ 8

Knuffelen ‘Een opa heeft een prachtig hok voor onze konijnen gemaakt en een hok voor de kippen. Van een dierenwinkel kregen we een volière cadeau voor onze parkieten en Japanse meeuwtjes. Ook maakten we een overkapping. Dat is een hele fijne plek waar de kinderen met de dieren kunnen knuffelen: de konijnen lopen onder en over de strobalen, maken holletjes… ‘ ‘Samen met een collega zorg ik ervoor dat er voer is en hooi en stro. De kinderen uit de bovenbouw leren hoe ze de dieren kunnen verzorgen. Ze wegen het voer af en maken de hokken schoon. Wij geven hen


deze verantwoordelijkheid en het vertrouwen om dat te doen (natuurlijk onder ons toezicht). Als er eens een dier doodgaat filosoferen we over de doodsoorzaak. Van al deze dingen groeien de kinderen. De dieren brengen ook een ander voordeel met zich mee. Als een kind gefrustreerd raakt, kan de leerkracht zeggen: ga maar even met de konijnen knuffelen. Daar worden kinderen echt rustiger van.’

Werkplezier ‘Het geld voor het dierenproject komt uit het potje werkdrukvermindering. Met dat geld hebben we meer gedaan: kinderen kunnen een appeltaart bakken in de nieuwe keuken met appels uit de nieuwe moestuin. Het werkplezier is hierdoor echt groter geworden.’

Leerkracht: Wendy van Vliet, basisschool De Bras Den Haag, Mens en Verwonderen (groep 1/2/3). Jack Bisley Mens en Natuur (groep 4/5/6) Jack: ‘Het begon met kippen en konijnen. De kinderen verzorgden deze dieren, leerden zorgvuldig met hen omgaan. We zagen dat het de kinderen goed deed. Zo mocht één van mijn leerlingen tussen de dieren haar rekensommen maken, omdat haar kat was overleden. Dat was heel fijn voor haar.’ Wendy: ‘We spraken met collega’s ook over een kantoorhond. Hoe leuk zou dat zijn? Dat bracht me op een idee: een therapiehond, als luisterend oor, voor de kinderen. Dat is de Border Collie Boghos geworden.’

Voorlezen Wendy: ‘Boghos woont bij mij thuis en is nog een pup. Ik volg een training tot begeleider van therapiehonden zodat ik hem straks kan trainen. Kinderen die bijvoorbeeld niet hardop durven voor te lezen, kunnen straks met hem oefenen. Hij oordeelt niet. Kinderen met sociaal emotionele problemen kunnen hem aaien. En hij heeft een educatieve functie: kinderen leren wat het inhoudt om hem te verzorgen.’

Wennen Wendy: ‘Op dit moment komt Boghos op school om te wennen aan de geluiden en de energie die hier hangt. De kinderen vinden het nu al prachtig.’ Jack: ‘We houden rekening met kinderen die allergieën hebben. Zo is Boghos veel buiten. Ook vragen we aan alle ouders of zij willen dat hun kinderen contact met hem hebben. En we letten op dierenwelzijn.’ Wendy: ‘Een hond moet ook kunnen uitrusten bijvoorbeeld. Alleen als Bohgos een sjaaltje draagt, mogen kinderen komen vragen of ze hem mogen aaien.’ Jack: ‘Wij als collega’s mogen hem ook aaien en meenemen voor een heerlijk ontspannende wandeling aan het eind van een intensieve dag.’

Loopeenden en schapen Jack: ‘In de vakanties verzorgen verschillende ouders onze dieren. Dat vinden ze erg leuk, omdat ze bijvoorbeeld zelf geen huisdieren hebben. In de toekomst zouden we onze ‘stal’ nog willen uitbreiden met loopeenden of schapen, er blijven altijd dromen.’ >>>

Jack Bisley en Wendy van Vliet

PrimaOnderwijs 9


doe mee!

t e z n a samen a r 2020

21 t/m 25 septembe

Zet in de Week Tegen Pesten samen stappen naar een ďŹ jne en veilige school. Maak gebruik van het gratis (les)materiaal op weektegenpesten.com.

www.weektegenpesten.com


>>>

Mitzi Zwaan, docent hoefdieren en zorgcoördinator Team Dier en Management, Aeres MBO Barneveld. Als je over het terrein loopt van Aeres MBO Barneveld zie je vogels, vissen, reptielen, stokstaartjes, vogelspinnen, kamelen en landbouwdieren. Niet voor niets heeft deze school een dierentuin-status (als enige in Nederland). ‘We leren onze studenten hoe ze dieren professioneel moeten verzorgen en een gezondheidscontrole moeten uitvoeren. Ook leren zij hoe ze een dier kunnen vasthouden zodat zij het kunnen controleren of behandelen. Dat doen ze dan op zo’n manier dat er geen risico bestaat dat het dier zichzelf of de behandelaar kan bezeren. Dat heet fixeren.’

Hands-off ‘We hebben ervoor gekozen om met de twee kamelen hands-off te werken. Dit houdt in dat er altijd een hekwerk aanwezig moet zijn tussen de student en het dier en dat hij of zij niet dezelfde ruimte deelt met het dier. Dit betekent echter niet dat een student het dier nooit mag aanraken. Voor veterinaire handelingen is dat zeker wel van belang. Op deze manier leren de studenten hoe ze kunnen werken met dieren

met de hands-off methode. Dit zijn handige vaardigheden om te beheersen als de student bijvoorbeeld in een dierentuin komt te werken.’

Dierentuin ‘Onze studenten zijn ook betrokken bij de organisatie van onze eigen dierentuin. Ze verzorgen de dieren iedere ochtend en middag, als verplicht onderdeel van de opleiding. Hierbij worden ze aangestuurd door onze managers in opleiding. En zij worden weer begeleid door een docent of onderwijsassistent. Dierverzorging is geen baan van 9 tot 5. Dieren hebben immers ook in de weekenden en de vakanties verzorging nodig.’ ‘Dieren zijn ontzettend goed in het spiegelen van gedrag. Bij de hoefdieren, en met name kameelachtigen, zie je dat heel goed terug. We geven de studenten mee rustig te zijn en goed naar het dier te kijken. Zodra dat niet lukt, merk je dat aan het dier. Als docent zie ik goed dat de studenten zich heel bewust worden van hun gedrag en wat zij uitstralen. Dat kan soms best confronterend zijn, maar daar begeleid ik de studenten bij zodat het hun uiteindelijk wél lukt. Dit draagt bij aan hun ontwikkeling als dierverzorger, maar soms ook als mens.’

Mitzi Zwaan

PrimaOnderwijs 11


Maakonderwijs in het verlengde van onderzoekend en ontwerpend leren Astrid vertelt tijdens optredens regelmatig over haar vader, haar inspirator

Maakonderwijs leert je denken met je handen Astrid Poot, maker in hart en nieren, is blij dat er in het onderwijs steeds meer ruimte komt voor leerlingen om te experimenteren, te onderzoeken en zelf oplossingen te bedenken. ‘Maakonderwijs biedt leerlingen de kans om op een andere manier te excelleren: met je handen en met allerlei gereedschappen en materialen, en met gebruik van je verbeelding en je creativiteit. Het denkproces toont zich in een maakproduct. Je denkt met je handen. Maakonderwijs is een verbreding van het palet dat kinderen hebben om hun ideeën tot uiting te brengen’, aldus Astrid, ‘en ligt in het verlengde van onderzoekend en ontwerpend leren.’ DOOR BRIGITTE BLOEM | FOTO’S PEET SNEEKES Astrid is opgegroeid op het platteland. ‘Mijn ouders trokken de stad uit op zoek naar ruimte voor hun kinderen. Hun ideaal was dat wij ons konden ontplooien door zelf op ontdekkingstocht te gaan. Dat is aardig gelukt. Al jong leerde ik zagen en timmeren en kon ik als de beste vuur maken.’ Nu woont Astrid met haar eigen gezin in Amsterdam. De idealen van haar ouders wilde ze doorgeven, maar dat ging niet vanzelf. ‘Ik 12

kwam erachter dat de omgeving van grote invloed is, maar ook de prikkels die kinderen in de huidige tijd krijgen, bijvoorbeeld van hun telefoon en computer.’

Lekkersamenklooien Astrid bedacht allerlei manieren waarop stadskinderen zich toch konden ontplooien, zoals zij dat in haar jeugd had kunnen doen. De maakideeën die ze


ontwikkelde, waren in haar eigen gezin een succes. Er moeten meer ouders zijn, die hiermee zitten, dacht ze. ‘De jonge ouders van nu zijn opgegroeid in welvaart. Alles wat je wilt, kun je kopen. Toen ik opgroeide, moesten we dingen zelf maken en repareren. Dat werkte voor mij heel inspirerend.’ Vanuit die gedachte richtten Astrid en goede vriend Peet Sneekes vervolgens Stichting Lekkersamenklooien op. De stichting zet zich in voor het herontdekken van de juiste plek van maken in leven en onderwijs. In eerste instantie wilden ze zich met de stichting helemaal niet richten op scholen. ‘Ouders vormden onze doelgroep’, legt Astrid uit. ‘We wilden niet de zoveelste externe partij worden die met hun circus een dagje de school komt binnengereden.’ Maar gaandeweg merkten ze dat steeds meer scholen geïnteresseerd raakten in de maakideeën die ze ontwikkelden en de bekende Klooikoffers die ze uitleenden.

Alan Turingschool ‘Ik geloof in de kracht van leraren’, gaat Astrid verder. ‘Wij maken geen onderwijs. Dat doen leraren zelf. Wij dragen alleen zoveel mogelijk ideeën aan om te zorgen dat het makkelijker voor leraren wordt om maakonderwijs in hun lessen te integreren, niet meer en niet minder.’ Voor haar boek ‘Maken in de klas’ bezocht Astrid verschillende scholen en sprak ze met leraren. ‘De scholen en leraren die met maakonderwijs bezig zijn, doen dat heel verschillend. Zo was er een leraar van groep 7/8. Hij werd niet per se gestimuleerd, maar ook niet tegengehouden toen hij aankondigde met maakonderwijs aan de slag te willen. Hij gebruikt zijn lessen beeldende vorming nu voor techniekonderwijs. Zijn hoofddoel is zijn leerlingen mooie herinneringen mee te geven, en dat levert twee uur per week superspannende lessen op.’

Op een andere school kreeg maakonderwijs een vaste plek in het lesprogramma, van de kleuters tot en met groep 8. Elk half jaar krijgen ze voorbereidende vaardighedenlessen en vervolgens doen ze een project van twee weken. De derde school, de Amsterdamse Alan Turingschool, werkt voor de zaakvakken met een thematisch aanbod. In de laatste fase van een thema krijgen leerlingen de ruimte en mogelijkheid om hun ideeën om te zetten in ontwerpen, die ze vervolgens in de maakruimte kunnen maken. ‘Juist door het toepassen krijgt de kennis betekenis’, benadrukt Astrid. Het mooie, vindt ze, is dat het maakonderwijs op deze manier geen extra onderwijstijd kost, maar volledig geïntegreerd is in het lesprogramma.

Duurzaam Het allerbelangrijkste is om als team samen te bepalen waarom je je leerlingen maakonderwijs wilt geven, vindt Astrid. ‘Denk na over de plek in je onderwijsprogramma, ruimte, tijd en budget. Incidentele activiteiten kosten relatief veel energie en zijn niet duurzaam.’ Astrid adviseert leraren die wat huiverig zijn bij het aanbieden van maakonderwijs, ook samen op te trekken met hun leerlingen. Samen projecten doen en zien wat het oplevert. ‘Kijk bovendien eens rond in je team. Is er een specialist op maakgebied, of iemand die dat wil worden? Mooi, dan kan deze expert de andere leraren ondersteunen.’ Zodra leraren de meerwaarde van maakonderwijs voor hun leerlingen ontdekken, zijn ze om, is haar ervaring. ‘Bij leraren die hiermee bezig zijn zie je veel autonomie, trots en eigenaarschap.’

Plezier Een belangrijk punt, stelt Astrid, zijn de verschillen tussen kinderen. ‘Natuurlijk zijn er altijd een paar kinderen die ‘het maken’ wél van huis uit hebben meegekregen. Nog voor de leraar uitgepraat is, zijn ze al bezig. Maar het is juist zo mooi als je ook al die andere leerlingen aan de slag kunt krijgen. Als een leerling weinig ideeën weet te bedenken, dan kun je de kennis aanvullen. Heeft een leerling wel ideeën, maar lukt het niet deze goed uit te voeren, dan kun je de vaardigheden oefenen.’ Het allermooiste van maakonderwijs vindt Astrid het plezier dat het geeft. ‘Makers lachen veel! Bouwwerken die instorten, schakelingen waar rook uit komt. Het maakt allemaal niet uit. Van dingen die niet direct lukken, leer je vaak nog meer. Als je dat avontuur en die luchtigheid in je lessen weet te brengen, heb je het maakonderwijs in de vingers!’

lekkersamenklooien.nl

makenindeklas.nl

PrimaOnderwijs 13


Guido Geelen, Eeuwbeeld in Dr. Mollercollege, Waalwijk, 2017.


Robots in de klas: leuk, leerzaam en gebruiksvriendelijk!

Op zoek naar een leuke en leerzame manier om basisschoolleerlingen spelenderwijs kennis te laten maken met technologie? Een leerkracht ondersteuning bieden door innovatief onderwijs? Of kinderen met een leerachterstand helpen door een-op-een oefeningen? Robotsindeklas biedt onderwijsrobots voor het primair onderwijs. Interessant, zeker nu onderzoek aantoont dat sociale, mensachtige robots een veelbelovend medium zijn voor het onderwijs van de toekomst. Eenvoudig in gebruik De online leeromgeving biedt honderden lessen en voorbeeldtoepassingen. Maar je kunt als leerkracht ook zelf eenvoudig nieuw lesmateriaal creëren. De robot is namelijk voor zowel leerkrachten als leerlingen eenvoudig te programmeren via een gebruiksvriendelijke interface. Hiervoor is geen technische kennis vereist.

Subsidieregeling: leerachterstanden door corona wegwerken Programmeren, presenteren en oefenen Met een sociale onderwijsrobot maken leerlingen op een interactieve manier kennis met digitale geletterdheid. Het gebruik van de onderwijsrobot legt een goede basis voor het leren programmeren. De robot ondersteunt de leerling bij een spreekbeurt, boekbespreking of klassikaal voorlezen en daarnaast helpt de robot een-op-een oefenen op het gebied van taal en rekenen. Hierdoor is de robot goed te integreren in het curriculum. De robot kan praten, dansen, presentaties geven en quizzen spelen. Tijdens de oefeningen houdt de robot in de gaten hoe de taak gaat. Is de leerling afgeleid? Dan helpt de robot met opnieuw focussen.

De overheid heeft in juni een nieuwe subsidieregeling voor inhaal- en ondersteuningsprogramma’s in het leven geroepen. Basisscholen en instellingen kunnen subsidie aanvragen om leerlingen extra ondersteuning te bieden vanwege leer- en ontwikkelachterstanden, veroorzaakt door de coronacrisis. De onderwijsrobot komt hiervoor in aanmerking, aangezien leerachterstanden samen met de robot zijn in te lopen. Een sociale robot heeft geduld, is interactief en vormt geen besmettingsrisico. Robots kunnen leerlingen motiveren en samen de taal- of rekenachterstand inhalen.

Goede start met een gratis proefles Start het nieuwe schooljaar met een gratis proefles van Robotsindeklas! Vraag vandaag nog een proefles aan via onze website. Heeft jouw school al een sociale robot? Met een licentie kun je gebruikmaken van de Robotsindeklas-leeromgeving. Wil je meer weten? Bel of mail ons op 015-7601644 of info@robotsindeklas.nl, www.robotsindeklas.nl

PrimaOnderwijs15


Het schooljaar is weer begonnen! Klaar voor de volgende stap in digitaal onderwijs?

Onder de eerste 10 klanten verlote n wij een GRATIS strippenkaart t.w.v. € 5.000,!

De start van een nieuw schooljaar; nieuwe leerlingen, nieuwe groepen en nieuwe technieken! Er is een wildgroei aan educatieve apps en apparaten, en natuurlijk is niet alles geschikt voor het onderwijs. Soms is het lastig om hier inzicht in te krijgen, terwijl digitale oplossingen het onderwijs enorm kunnen verrijken.

De Apple onderwijs-specialisten van Centralpoint kunnen jou en je school adviseren. Ben je een starter of juist op zoek naar een volgende stap in het digitaal onderwijs? Wij adviseren je graag! Of dat nu is op het gebied van implementatie van Apple-technologie, ITondersteuning, lesbezoeken of één-op-één coaching. We helpen je op weg met de strippenkaart van Centralpoint!

Centralpoint Strippenkaart Strippenkaart t.w.v. € 2500,-*

6 strippen (1 gratis!)

Strippenkaart t.w.v. € 5000,-*

14 strippen (2 gratis!)

Trainingsdag door Centralpoint Apple Onderwijs Specialist

1 strip per dag

Trainingsdag door Centralpoint Apple Onderwijs Specialist

1 strip per dag

Trainingsdag door Apple Professional Learning Specialist

2 strippen per dag

Trainingsdag door Apple Professional Learning Specialist

2 strippen per dag * bedragen zijn ex. btw

Wil je meer informatie? Neem dan contact op met Centralpoint. E-mail: apple@centralpoint.nl

|

Tel: 088 - 4 300 320


Wat als er maar één regel geldt?

Alles kan, alles mag in de bright ideas challenge! Niet denken binnen kaders, maar heel bewust buiten de lijntjes kleuren. Meer dan 37.000 basisschoolleerlingen hebben vaste denkpatronen overboord gegooid tijdens de vierde editie van de bright ideas challenge. Het resultaat? Slimme oplossingen die ervoor zorgen dat we in het jaar 2050 schoner, zuiniger en slimmer leven. De generatie van nu bepaalt onze toekomst van morgen! DOOR ESMEE WEERDEN

De bright ideas challenge 2019/2020 is wegens het coronavirus op een alternatieve, goeddeels virtuele manier afgerond. Dit heeft niets afgedaan aan het succes: de jury heeft wederom maar liefst vijftien winnende ideeën geselecteerd, vijf voor elk thema op het gebied van wonen, verplaatsen en produceren. Alles wat er ooit zal zijn, moet eerst gefantaseerd worden. Hier is wel de nodige dosis originaliteit en creativiteit voor nodig, iets wat leerlingen van groep 7 en 8 uit het hele land absoluut hebben laten zien! Aan de hand van ontwerpend leren via bijbehorend gratis lesmateriaal, zijn de ideeën door de leerlingen uitgewerkt. Van fantasie naar de toekomst Een boomhuttendorp van gerecycled plastic, waterpanelen, een zonnepanelenpet waarmee je een

mobieltje kan opladen. Of wat te denken van een auto die rijdt op koeienmest, extra bomen langs de weg en een vangrail van lavasteen die de CO2 opvangen. Met dit laatste idee heeft IKC De Regenboog uit Almere naar de hele keten gekeken. Alle leerlingen, ook zij die hier normaliter niet direct mee in aanraking komen, zijn geïnspireerd om na te denken over innovatieve oplossingen die bijdragen aan een duurzamere samenleving in de toekomst.

Oproep: bright ideas challenge 202

0/2021

In minder dan 100 jaar is de hoevee lheid mensen toegenomen van 2 miljard naar ruim 7,5 miljard. In 2050 zijn dat er bijna 10 miljard. Dat levert een enorm druk op onze planeet, dus wie heeft hét slimme idee dat de wereld op zijn kop gaat zetten? De bright ideas challenge vraagt alle leerlingen uit groep 7 en 8 om hun creatieve oplossingen voor de wereld in 2050. Vol met wer eld-reddende innovaties, inspirerende ideeën en leren hoe je je eigen tekenmachine maakt. Oh ja – en het is gratis.

Aanmelden kan via: brightideas.generationdiscover.nl

PrimaOnderwijs 17


‘Experimenteren met wetenschap en techniek is essentieel’ Brigitte van Helden

Stichting Techniekpromotie

gaat voor de kleine en grote uitvinders van de toekomst We kunnen ons geen leven zonder technologie meer voorstellen. Stichting Techniekpromotie heeft zich dan ook als doel gesteld alle kinderen in Nederland in aanraking te laten komen met wetenschap en techniek. ‘We willen ieder kind de kans geven om zijn of haar eigen talent op techniekgebied te ontwikkelen’, legt Brigitte van Helden, directeur Stichting Techniekpromotie, gepassioneerd uit. DOOR MARLOES SMIT

‘De mogelijkheden op het gebied van wetenschap en techniek worden in het onderwijs vaak nog niet genoeg benut. En dat terwijl daar zoveel potentie ligt. Wij strijden er daarom hard voor om deze talenten, bij ieder kind, te ontdekken. We merken dat docenten soms nog moeite hebben om techniekonderwijs in de klas te integreren, omdat ze zelf de kennis en ervaring niet hebben, of de mogelijkheid niet krijgen. Daarom doen we er alles aan om juist deze leerkrachten op weg te helpen met leerzaam, leuk en laagdrempelig materiaal’, vertelt Brigitte.

programma’s als FIRST® LEGO® League, Eureka!Cup en OO Techniek. ‘We brengen actief mensen uit het onderwijs, het bedrijfsleven en de overheid bij elkaar. Zo kunnen we kennis delen, versnippering voorkomen en beter samenwerken aan een gemeenschappelijk doel. Inmiddels bundelen we onze krachten met tientallen partnerorganisaties waardoor we techniekintegratie in het onderwijs kunnen realiseren’, legt Brigitte uit. En dankzij de landelijke samenwerking kan de stichting ook lokale initiatieven ondersteunen.

Divers aanbod

Brigitte ziet op veel scholen meer techniekonderwijs initiatieven ontstaan. Of in ieder geval de wil om meer met wetenschap en techniek te doen. Er zijn daarin volgens haar een paar elementen van groot belang.

Stichting Techniekpromotie bereikt het onderwijs al jaren met verschillende educatieve programma’s. Inmiddels doen al 100.000 leerlingen mee aan

18

Niet opnieuw het wiel uitvinden


e

‘Allereerst moet een schoolbestuur een leerkracht de ruimte geven. Wil jij op jouw school of in jouw klas meer doen met dit onderwerp, ga dan in gesprek met het schoolbestuur. Ook zij moeten gemotiveerd raken. En zijn ze gemotiveerd, ga dan niet het wiel opnieuw uitvinden, maar kom bij ons. Wij kunnen je helpen. We hebben een groot archief op het gebied van wetenschap en techniek en adviseren leerkrachten hier dan ook uit te putten.’ Waar aanvankelijk de focus van de stichting lag op het vergroten van de studenteninstroom van de technische universiteiten, is dit aantal inmiddels op peil en ligt het accent nu op het behouden van de technische instroom op alle niveaus. ‘Daarbij blijft het verhogen van de diversiteit wel de aandacht verdienen. Ook willen we de kwaliteit van de instroom verbeteren. Dit doen we door docenten van het po en vo te adviseren en de instrumenten aan te reiken waarmee zowel leerlingen als leerkrachten zich educatief kunnen ontwikkelen.’ Een van die instrumenten die de stichting meer gaat inzetten, is het gebruik van webinars. In deze webinars wordt exact - en simpel uitgelegd hoe je wetenschap en techniek (en de verschillende programma’s van de stichting) kunt integreren in je lessen. ‘De stap om met onze programma’s aan de slag te gaan, houden we hierdoor zo laagdrempelig mogelijk.’

Relevantie essentieel Brigitte is zelf lange tijd werkzaam geweest in het onderwijs en weet, ook uit eigen ervaring, hoe belangrijk het is om het geleerde te kunnen koppelen. ‘Ik had vroeger zelf moeite met techniekonderwijs uit boekjes, maar als ik wist waarom ik iets deed of ik het kon koppelen aan iets dat me interesseerde, werd leren leuk en logisch. Dat proberen wij in onze programma’s terug te laten komen. Bij bètavakken is relevantie essentieel. We laten leerlingen daarom vaak samenwerken met interessante (lokale) bedrijven en problemen oplossen die juist voor hen interessant zijn.’

De programma’s van Stichting Techniekpromotie bestaan al ontzettend lang en worden continu (door) ontwikkeld. Ze sluiten hierdoor naadloos aan op het onderwijs, waardoor ze eenvoudig in het curriculum te integreren zijn, want: - ze vormen een doorlopende leerlijn; - ze voldoen aan de kerndoelen uit het primair en voortgezet onderwijs; - de didactiek van onderzoekend en ontwerpend leren staat centraal; - ze zijn gericht op het ontwikkelen van 21st century skills; - ze verschillen in doelgroep en niveau. De 21st century skills zijn volgens Brigitte echt een belangrijk onderdeel van de programma’s van de stichting. ‘Het onderdeel ‘Critical thinking’ is in de huidige maatschappij enorm van belang. Klopt dit wel wat ik lees? Onderzoekend en ontwerpend leren stipt juist deze vaardigheden extra aan. En door de doorlopende leerlijnen komen deze vaardigheden in onze programma’s ieder jaar terug.’ Brigitte: ‘Het is niet onze bedoeling om van ieder kind een techneut te maken. Maar we willen ze wel die mogelijkheid bieden en vooral angsten en onwetendheid over techniek wegnemen. Zowel bij de leerkracht als de leerling.’

Wil je meer informatie over Stichting Techniekpromotie of over de programma’s van de stichting? Kijk dan op techniekpromotie.nl

PrimaOnderwijs 19


Onderzoekend en ontwerpend leren voor een échte opdrachtgever

Vakkanjer Junior brengt innovatie tot leven

Met Vakkanjer Junior gaan leerlingen uit groep 7 en 8 aan de slag met een technisch probleem van een echte opdrachtgever. Ze bedenken vanuit een educatief programma een innovatieve oplossing. ‘Hoe kunnen we iets ontwerpen dat voor iedereen goed is? Leerlingen ontdekken door middel van onderzoekend en ontwerpend leren hoe leuk wetenschap en technologie is. Dat is ontzettend leerzaam’, vertelt techniekcoach en één van de opdrachtgevers Louis Bekker. DOOR MARLOES SMIT

Vakkanjers is een programma van Jet-Net & TechNet waarin we het afgelopen jaar met diverse opdrachtgevers hebben samengewerkt. Eén daarvan was ‘Stad van de Toekomst’. De kinderen werden door het bedrijf uitgedaagd om innovatieve oplossingen te bedenken voor de toekomstige stad. ‘Nadenken over de toekomst vinden de leerlingen leuk. Het gaat per slot van rekening over jouw toekomst, dus over jou. En jij kunt hier blijkbaar een bijdrage aan leveren’, vertelt Louis. 20

Louis is zelf gepensioneerd City Accountmanager en op die manier ook in contact gekomen met Jet-Net & TechNet. ‘Onderzoeken en ontwerpen zijn altijd een groot onderdeel van mijn werk geweest. Het is ontzettend leuk om als techniekcoach nu met jongeren na te denken over dit thema.’

Expert op jouw gebied Om de ‘toekomstige stad’ behapbaar voor kinderen te


hand gaan ze, alle experts op hun eigen gebied, met elkaar in gesprek. Zo ontdekken ze dat je in het ‘echte leven’ met veel factoren rekening moet houden. Ze leren discussiëren, samenwerken en hun ideeën aanpassen. Aan het einde van het programma presenteren de leerlingen hun plan en maken ze een poster. Hiermee wordt direct gewerkt aan de 21st century skills. ‘Ik vind het leuk om te merken dat leerlingen ontdekken dat je met techniek echt iets kunt bereiken. En niet alleen de leerlingen raken enthousiast, ook leerkrachten raken gemotiveerd om meer met dit onderwerp te doen.’ maken, is het thema onderverdeeld in verschillende subthema’s als verkeer, bewegen, wonen, voedsel en duurzaamheid. De Vakkanjers opereren als een bedrijf in het klein. In teamverband bedenken (en in sommige gevallen bouwen) de leerlingen een innovatief idee. Leerzaam, authentiek en leuk. Ze geven antwoorden op vragen als:

-

-

Hoe Schrijf kunnen steden die groeien en waar steeds je inwe voor de workshop Bèta&TechMentality meerWilmensen komen wonen invan beweging houden? je meer weten over de drijfveren je leerlingen en hoe je Datahierop wordt steeds meer en belangrij ker. En ookkrijg is je inspeelt? Tijdens de workshop Bèta&TechMentality toelichting op heter model, verschillende er deeendiscussie hoe meedeom te gaan.typen Wat,leerlingen hoe en hoe je kunnen je techniekwe onderwijs inricht dat een brede groep aanen waar data zo meten en het gebruiken? Meld team aan via www.betatechmentality. Hoe spreekt. kunnen wejezelf op en/of een jegezonde manier voedsel Deelname aan de workshop is kosteloos. in denlstad krijgen? (Van gezond voedsel tot op gezonde wijze vervoeren, telen enz.)

De leerlingen doen onderzoek naar hun specifieke vraag en bedenken een technische oplossing. Nader-

Help het Wereld Natuur Fonds Dit schooljaar is de opdrachtgever het Wereld Natuur Fonds. In de ‘WWF Wildlife Challenge’ daagt het Wereld Natuur Fonds, groepen 7 en 8 en vmbo’ers uit om innovatieve ideeën en praktijkgerichte oplossingen te bedenken om het toenemende aantal mens-dier conflicten in de wereld een halt toe te roepen. Een technische opdracht waarmee leerlingen waardevolle stappen kunnen zetten in hun ontwikkeling. ‘Als leerlingen na een middag Vakkanjer Junior nog samen op het schoolplein aan het discussiëren zijn over dat wat ze hebben ontworpen, is mijn dag geslaagd’, eindigt Louis. Wil jij meer weten over Vakkanjer Junior? Of zou je met jouw school of klas mee willen doen? Kijk dan op vakkanjers.nl/junior voor meer informatie!

Ontdekkers zijn nog zoekende naar een richting die bij hen past. Hun – soms nogal conservatieve - beeld van techniek ligt nog niet vast. Maar leg je verrassende hightech voorbeelden aan ze voor, dan worden ze vaak snel enthousiast. Nu nog zorgen dat ze zicht krijgen op hun eigen technische talent, bijvoorbeeld via ontwerpopdrachten. Creatieve makers hebben een sterke intrinsieke motivatie voor techniek. Ze puzzelen graag op de beste oplossing voor een uitdagend probleem. Ze zien techniek ook als middel om maatschappelijke kwesties te lijf te gaan. Waardering van anderen of status vinden ze niet belangrijk. Geef deze jongeren de ruimte om daarmee zelf aan de slag te gaan en hun enthousiasme neemt alleen maar toe.

Bedrijven en scholen werken samen met Jet-Net & TechNet Jet-Net & TechNet is een groot landelijk netwerk waarbinnen bedrijven en scholen Breng samen met Jet-Net & TechNet regionaal samenwerken. Het geeft kinderen en jongeren een reëel en positief beeld technologie tot leven! van technische beroepen en helpt ze bij het maken van een bewuste keuze voor hun Bekijk al onze activiteiten opcarrière. www.jet-net.nl toekomstige studie en Jet-Net & TechNet doet dit door het bedrijfsleven en het funderend onderwijs te inspireren, adviseren en faciliteren in hoe zij de samenwerking op een structurele en duurzame manier vorm kunnen geven. Kijk voor meer informatie op www.jet-net.nl 14-10-2019 16:00

PrimaOnderwijs 21


Onderzoekend leren begint bij

Van potloepen tot petrischaaltjes en van microscopen tot vergrootglazen: op Educatheek.nl vind je diverse soorten leermiddelen waarmee jouw leerlingen de wereld om hen heen ontdekken en onderzoeken.

Meer leermiddelen voor onderzoekend leren vind je op

/onderzoek


<< COLUMN >>

Meester Stefan

De natuur heeft je iets te vertellen De lessen en activiteiten binnen het praktijkonderwijs zijn -als het goed is- allemaal gericht op hetzelfde doel: de leerlingen zo goed mogelijk voorbereiden op een leven na school, elke leerling voldoende bagage meegeven, zodat hij of zij zich kan redden op het gebied van werken, wonen, vrijetijdsbesteding en burgerschap. Een activiteit bij ons op de Schakel die mij zelf bijzonder aanspreekt, is het bedrijvenbezoek. Intensief, maar erg leuk om met de leerlingen te doen. Je fietst (met een halve klas) naar een bedrijf, waar de leerlingen een unieke kans krijgen om een kijkje in de (soms letterlijke) keuken te krijgen. Denk aan een bioscoop, een horecagelegenheid, een werkplaats, maar ook aan het duingebied. Dat laatste is immers het domein van de boswachter en die heeft een verrassend breed takenpakket. De leerlingen staan daar vaak versteld van. Het bezoek aan onze eigen Kennemerduinen van een jaar geleden staat mij nog helder voor de geest. De fietstocht was al een avontuur op zich. Je moet weten dat niet iedere leerling over dezelfde fietscapaciteiten beschikt en dat kan nog wel eens voor problemen

zorgen. Zo had Mo voor zichzelf besloten dat hij de tocht net zo goed op de stoep kon volbrengen. Waarom zou je ook gebruik maken van het fietspad? Lisa vond het tempo te hoog en liet zich steeds verder terugzakken. Ze was moe. Tenminste, dat had ze zichzelf aangepraat. Dave werd ingehaald door een andere fietser en schrok zo dat hij bijna van zijn fiets viel. Te weinig ervaring op de weg. Eenmaal aangekomen, werden we ontvangen door boswachter Walter. Aan hem de taak om de leerlingen te enthousiasmeren voor dit toch wel bijzondere bedrijvenbezoek. En het lukte hem! Aanvankelijk had hij enigszins vermoeide en verveel-

de leerlingen voor zijn neus, maar alleen al de (soms enorme) opgezette dieren in het bezoekerscentrum deden wonderen. ‘Lopen deze dieren echt hier in de duinen rond?’ Nadat Walter ze meenam voor een wandeling, wat vertelde over zijn werk en de leerlingen kleine zoek- en kijkopdrachten had gegeven, waren ze om. Aan het einde liet hij ons zelfs een minuut stilstaan met de opdracht om alleen maar te luisteren. Welke geluiden hoor je? Warempel bleven ze stil en werden er voorbeelden genoemd. Vogelgeluiden, de wind door de bomen, geritsel. Dit hadden ze echt nog nooit gedaan. Ik pleit voor een klaslokaal in de duinen. Iedere dag beginnen met een wandeling onder leiding van boswachter Walter. Daarna pas de andere lessen. De dag sluiten we buiten af met een minuut stil zijn en luisteren. Leren van de natuur. De natuur heeft je echt iets te vertellen. Meester Stefan @meesterstefan_hrlm

PrimaOnderwijs 23


Hololens 2 biedt veel meer

mogelijkheden voor het onderwijs’ Het nabootsen van de werking van een vulkaan of het opensnijden van een hart wordt veel duidelijker met een HoloLens. Het Vechtdal College in Hardenberg gebruikt de speciale bril onder meer bij biologie, aardrijkskunde en techniek.

Kartrekker is docent Ewout Warringa. Hij had direct interesse in de toepassingen van de HoloLens toen de eerste variant in 2016 op de markt kwam en overtuigde de schooldirecteur om twee brillen aan te schaffen voor het vak Bouwen, Wonen en Interieur. Voor wie de bril niet kent: het gaat om een realiteitsbril, die draait op Windows 10. Er wordt een doorzichtig computerbeeld binnen de echte omgeving geprojecteerd. Die echte omgeving kan van alles zijn, variërend van een klaslokaal tot een grasveld of een werkplaats.

Skelet op ware grootte ‘Je kunt een plaatje van een menselijk skelet in een boek laten zien of op het whiteboard projecteren. Maar als de leerlingen via de HoloLens een skelet op ware grootte geprojecteerd zien, is dat veel intenser’, meent Warringa. ‘Je kunt er omheen lopen, zoals je met een echt skelet kan doen, of de botten vastpakken. En denk aan een kloppend hart, dat je kunt doorsnijden om aan de binnenkant te bekijken. Je ziet de spieren en je ziet 24

het bloed pompen.’ Er zijn tal van toepassingen. ‘Laat bijvoorbeeld zien hoe een plant of een framboos groeit en vertakt. Of laat de lagen van een humusrijke grond zien.’ Warringa spreekt over mixed reality. Bij virtual reality word je afgesloten van de buitenwereld en kunnen gebruikers zeeziek worden. Ook verliezen de scholieren al snel het contact met hun leraar of medeleerlingen, legt Warringa uit. Ook augmented reality (AR) heeft nog haar beperkingen. ‘Stel dat je met je telefoon via AR een pingpongballetje projecteert en heen en weer laat gaan. Dan gaat het dwars door de tafel heen, de telefoon registreert de tafel niet. Als je diezelfde applicatie met een HoloLens gebruikt, dan wordt het oppervlakte herkend en springt de bal omhoog.’

Hart opensnijden Het is dus realistischer. ‘Bij biologie hebben de leerlingen een practicum waarbij ze een varkenshart opensnijden. De HoloLens is daarbij prima te gebruiken in plaats van een echt hart. En als er geen budget is om voor de hele klas een dure bril aan te schaffen, stream je live beelden naar een smartboard, zodat de rest van de klas mee kan kijken.’ De HoloLens 1 die in 2016 uitkwam, had zijn beperkingen. Zo zat hij niet fijn op het hoofd omdat de bril op de neus leunde. Ook was het aansturen van de bril via handgebaren soms lastig. Inmiddels is de HoloLens 2 in een aantal landen uitgebracht en vanaf het najaar


is hij ook in Nederland te koop. ‘Ze hebben onder meer aan het draagcomfort en aan de handgebaren gewerkt’, zegt Warringa die de bril al in bezit heeft. De bril is nu veel meer in balans gebracht door het gewicht te verdelen. Ook is eye-tracking als functie toegevoegd en is het beeld scherper.

Hogere resolutie ‘Die hogere resolutie zorgt voor een betere beleving. De eerste bril kende verder slechts twee gebaren en stembediening, bij de opvolger is het mogelijk om op 21 manieren met gebaren te communiceren. Daardoor zijn de hologrammen op een veel natuurlijkere wijze vast te pakken. Dat geeft veel meer mogelijkheden in de klas.’ Het Vechtdal College werkt sinds 2017 met de bril. De cijfers van de leerlingen worden niet aantoonbaar hoger. ‘Maar je merkt vaak wel dat ze materie eerder snappen, zeker de visueel ingestelde leerlingen. Ik heb lesstof bij twee groepen getest, met en zonder bril, en zie een duidelijk verschil tussen de twee groepen. Ik denk dat we deze techniek over een paar jaar massaal in het onderwijs gebruiken.’

Toekomst In de medische wereld en het bedrijfsleven wordt de bril al gebruikt. Chirurgen gebruiken de lens om te trainen voor complexe operaties. ‘De HoloLens 2 is ook heel geschikt voor de industrie, om operators het werk mee te leren. Maar dat kunnen we ook bij leerlingen doen. Los daarvan, je moet leerlingen kennis laten maken met de technologie van morgen. Mogelijk gaan ze er in een toekomstige baan mee werken.’ Microsoft Dynamics 365 Guides biedt een mixed reality-toepassing waarbij leerlingen holografische instructies kunnen krijgen. De instructiekaarten zijn visueel gekoppeld aan de plaats waar het werk moet

‘Ik denk dat we deze techniek over een paar jaar massaal in het onderwijs gebruiken.’

worden uitgevoerd en bevatten afbeeldingen, video’s en holografische 3D-modellen. Je ziet wat er moet gebeuren en taken zijn daardoor sneller en minder foutgevoelig uit te voeren. Warringa: ‘Ik had op het vmbo een leerling die steeds vastliep in zijn werk. Hij begreep de werktekeningen niet. Toen heb ik een projectie gemaakt. Daar had hij veel meer aan, zei hij.’ De HoloLens moet echter wel een middel blijven en geen doel, waarschuwt de docent. ‘Een rekenmachine gebruik je ook niet om 1 plus 1 op te tellen. Je moet een probleem hebben, waarbij de bril helpt.’ De HoloLens is prima bruikbaar in het onderwijs, maar het valt of staat er wel mee of de docent ervoor openstaat en er tijd in wil investeren. Er is weinig lesmateriaal voor de HoloLens 2. Het aantal commerciële bedrijven dat content levert is beperkt. ‘Die applicaties, bijvoorbeeld van een groeiende plant, moet je dus zelf bedenken en maken. Dat kan via gratis 3D-modellen. Of zoek hulp.’ PrimaOnderwijs 25


Meld je doe d aan en eg challe ratis nges!

Hoe zet jij het Kind Centraal?

Het lijkt zo logisch. Om bij vermoedens van kindermishandeling ook de kinderen zelf te betrekken. Natuurlijk doe je dat. Maar wat zeg je dan tegen het kind? En waarom ervaren kinderen zelf vaak dat ze helemaal niet betrokken worden? Bij Kind Centraal krijg je in zes weken, zes gratis challenges. Je test en leert hoe jij kinderen zelf betrekt als je het idee hebt dat zij thuis niet veilig zijn. De challenges zijn kort en elke keer anders. Hoe zet jij het Kind Centraal? Op 28 september 2020 gaat Kind Centraal live en kun je de eerste challenge doen. Zes weken, zes challenges. Kom maar op! Meld je aan op www.augeo.nl/kindcentraal

“Als het thuis niet lekker gaat is het zo belangrijk dat er open met je gepraat wordt. Je wilt als kind echt weten waar je aan toe bent.�

0343-536040

info@augeo.nl

www.augeo.nl/kindcentraal


Knutselen met DNA

Kunnen we in de toekomst mensen ontwerpen?

Het aanpassen van DNA in embryo’s, wat vind jij daarvan? Door nieuwe technieken kunnen we in de toekomst misschien het DNA van embryo’s aanpassen. Zo zouden we kunnen voorkomen dat een kind een erfelijke ziekte krijgt en kunnen het zelfs een ander uiterlijk geven. Wat vinden we daarvan? Neem met je klas actief deel aan de DNA-dialoog met het gratis online lespakket en laat leerlingen een mening vormen, hun gedachten en ideeën verwoorden en onderbouwen. Als je in verwachting bent, dan wil je natuurlijk dat je kind gezond geboren wordt. Als dit niet het geval is, dan hoop je dat er een manier is om je kindje weer gezond te laten worden. We vinden het in 2020 heel normaal dat we ziektes genezen of preventief bestrijden met medicijnen, speciale therapie of een operatie. De wetenschappelijke ontwikkelingen op dit gebied gaan razendsnel. Er is nu een techniek, CRISPR-Cas, die het misschien mogelijk maakt om in de toekomst erfelijke ziektes uit het DNA van een embryo te verwijderen.

Voorlopig verboden Deze nieuwe techniek roept vragen op en er is nog veel onzekerheid over de veiligheid ervan. Wereldwijd is daarom afgesproken dat het aanpassen van embryo-DNA voorlopig nog verboden is. Maar hoe zit het met het recht op gezondheid van iemand die drager is van een erfelijke ziekte? Wat zijn de rechten en belangen van volgende generaties? Welke ziekte mogen we wel ‘weghalen’ en welke niet? En wanneer is iets een ziekte? Met de DNA-dialoog wil een aantal organisaties over dit soort vragen en dilemma’s in gesprek met de Nederlandse bevolking. Het doel: erachter komen wat Nederlanders vinden van het aanpassen van embryo-DNA. Ook de mening van kinderen telt. De uitkomsten van deze dialoog worden gebundeld en aangeboden aan politici, wetenschappers en de samenleving. Zodat iedereen inzicht krijgt in de gedachten en waarden bij dit onderwerp.

Neem actief deel De les Knutselen met DNA, kunnen we in de toekomst mensen ontwerpen? draagt bij aan deze DNA-dialoog. In de les (ontwikkeld voor leerlingen uit groep 7/8 en voor de eerste twee leerjaren in het vmbo) wordt ingegaan op vragen als: wat is DNA, wat betekent erfelijkheid, wat kan er in de toekomst met het gebruik van de nieuwste wetenschappelijke technieken, en vooral: willen we dit ook? Met de les vormen de leerlingen hun mening over het aanpassen van het DNA van een embryo en leren ze hun mening verwoorden en onderbouwen. Ga naar dnadialoog.nl/lespakket en start de dialoog in jouw klas!

De DNA-dialoog is een initiatief van Erasmus MC, Rathenau Instituut, NPV-Zorg voor het leven, Erfocentrum en NEMO Kennislink, gefinancierd door het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. PrimaOnderwijs 27


Les in het donker

De kracht van film in het onderwijs Bewegend beeld is anno 2020 niet meer weg te denken uit ons dagelijks leven. Kinderen groeien tegenwoordig op met schermen als tablets, smartphones, tv en notebooks. Hoewel er vaak op gehamerd wordt onze kinderen toch vooral niet te bederven met te veel schermtijd, valt niet te ontkennen dat onze wereld steeds visueler is ingesteld. Het is daarom niet meer dan logisch dat beeldeducatie onderdeel wordt van de opvoeding/opleiding van onze kinderen. In de 21ste eeuw is film- en mediageletterdheid essentieel. Ook in het Nederlandse onderwijs is het gebruik van multimedia steeds normaler geworden.

het schrijven en bevordert positief gedrag’, aldus Mumford. Verschillende onderzoeken onderschrijven het belang van beeld bij het leerproces. De cognitieve multimediatheorie van Mayer (2001) draait om twaalf door Mayer omschreven multimediaprincipes waarop mensen informatie verwerken en leren. Ook de dualcoding theorie van Paivio (1971) gaat ervan uit dat de combinatie van beeld en woord elkaar kunnen versterken als het gaat om het aanbieden van lesmateriaal.

Meeslepende films Volgens het artikel ‘The benefits of film education in school’ op weareive.org (Mumford, 2018, 13 mei) stelt beeldeducatie kinderen en jongeren in staat te begrijpen hoe film- en bewegend beeld teksten betekenis geven. ‘Filmonderwijs op scholen vergroot bovendien de betrokkenheid van leerlingen, inspireert 28

Films worden tegenwoordig allang niet meer alleen gemaakt om mensen te vermaken. Steeds meer filmmakers gebruiken het medium om hun visie op de wereld te laten zien en om te reageren op maatschappelijke, economische, technische, culturele en historische gebeurtenissen met het doel hun publiek te prikkelen en verwonderen. De kracht van het prikke-


top 3

De van meest gekozen films door scholen in Omniversum: 1. Oceans, our blue planet

2. 3.

D-Day, Normandy 1944 Mysteries of the unseen world

Nederlandse onderwijs inclusief kerndoelen en wordt bovendien gratis aangeboden. Het materiaal is bedoeld om leerlingen voor te bereiden op de film én om ze na afloop ervan in de klas te laten verwerken wat ze zojuist hebben gezien. Een mooi voorbeeld van hoe film en les elkaar versterken is het in samenwerking met het Veteraneninstituut samengestelde educatiepakket rondom de film D-Day. Voorafgaand aan het filmbezoek aan Omniversum wordt in de les het zogenaamde dilemmaspel behandeld. Hierin kruipt de scholier in de huid van een veteraan en krijgt hij verschillende moeilijke keuzes voorgeschoteld. De film D-Day laat vervolgens zien hoe deze landing de wereld veranderde en hoe men voor onze vrijheid heeft gevochten. Tot slot is ook een gastles van een Veteraan in Omniversum mogelijk. len en verwonderen hebben de grootbeeldfilmmakers als geen ander onder de knie. De grootbeeldfilmwereld specialiseert zich al jaren in het op meeslepende wijze vertellen van verhalen met een boodschap. Ze dagen de verbeeldingskracht en nieuwsgierigheid uit van leerlingen, jong en oud. Omniversum Den Haag is een van de weinige plekken waar grootbeeldfilms te zien zijn. Al ruim 35 jaar vertoont het Haagse filmtheater spectaculaire grootbeeldfilms met een educatieve boodschap. Ook scholen weten Omniversum goed te vinden. Met een zorgvuldig samengestelde filmbibliotheek voor scholen in combinatie met film gerelateerde lespakketten is een bezoek aan Omniversum altijd een succesvol schooluitje. Het lesmateriaal wordt speciaal ontwikkeld in samenwerking met leerkrachten en experts op het gebied van het betreffende filmthema. Het sluit daarom perfect aan bij het

Spectaculair én educatief Met films over vaderlandse geschiedenis, biologie en techniek of met onderwerpen die actuele ontwikkelingen op het gebied van duurzaamheid of maatschappelijke veranderingen aansnijden, sluit een bezoek aan Omniversum goed aan bij hedendaagse onderwijsthema’s. Bij de meeste films is bovendien passend én gratis lesmateriaal verkrijgbaar, dat de leerlingen aanspoort de onderwerpen uit de film verder te onderzoeken of er dieper over na te denken. Juist die combinatie van film, lesmateriaal en gastlessen zorgt ervoor dat een bezoek aan Omniversum een spectaculair én educatief uitje is.

Wil je meer weten over de mogelijkheden van film als toevoeging op de les? Bezoek dan www.omniversum.nl/onderwijs

PrimaOnderwijs 29


Op maandag 5 oktober is het de dag van de leraar. Een mooie gelegenheid om je leraren een cadeautje te geven, om te laten weten dat je ze waardeert. Een pocket of miniboekje is een waardevol presentje! MINIBOEKJE POCKETBOEK

Formatief Evalueren

NIEUW: Beknopte versie van De Leeruitdaging

Leuk om te lezen

Feiten en praktijkvoorbeelden

Essentie bij de hand

Alle ins en outs van formatief evalueren

Beknopte samenvatting van een bestseller

Bestellen met korting? Kijk voor de kortingscodes en actievoorwaarden op : shop.bazalt.nl/dag-van-de-leraar

MINIBOEKJES • Grootse kennis in klein formaat • Van topwetenschappers zoals Robert Marzano, John Hattie & Spencer Kagan • Beknopte versie van bestsellers • shop.bazalt.nl/beknopte-uitgaven/

POCKETBOEKEN • Schat aan informatie

T 088 55 70 570

• Praktische informatie in de breedte over een onderwerp

E info@bazalt.nl

• Korte stukken tekst en kleurrijke illustraties

I

• shop.bazalt.nl/pocketboeken/

shop.bazalt.nl


YES!

column

We gaan zagen

Het is vrijdagmiddag, 14.00 uur. Ik zit achteraan in de klas en luister geboeid naar de meester. Achter me liggen figuurzaagjes, spijkers, hamers en plankjes hout. Hier kijken we al dagen naar uit! Eindelijk mogen we houtbewerken. Ik heb er zin in, maar vind het ook spannend. Ik kan dit toch helemaal niet? Ik heb nog nooit gezaagd, getimmerd, ik heb zelfs nog nooit een spijker aangeraakt. Dat doet mijn vader altijd, ik toch niet? Maar de meester zal wel weten wat hij doet.

Een aantal kinderen mag op de gang werken. Ik blijf lekker in de klas, wel zo veilig. Ik kies een plaatje van een beer uit de voorbeelden die de meester heeft meegenomen. Die teken ik over op een houten plankje. Bibberig, maar so far so good. Een beetje zenuwachtig pak ik de figuurzaag en schroef het houten plankje met beer tegen het zaagplankje op mijn tafel. Daar ga ik dan. Na twee halen zit ik vast en met de derde, wat hardere haal hoor ik ‘PLANG!’ Ja hoor, zaagje kapot. Ik word rood en het zweet breekt me uit. ‘Geeft niks’, zegt de meester die het blijkbaar ook heeft gehoord. ‘Het zaagje was vast al oud, hier heb je een nieuwe.’ Vakkundig zet hij het nieuwe zaagje erin en ik ga verder. Iets rustiger en beheerster nu en al snel gaat het beter.

Het zaagsel stuift in het rond en dwarrelt neer op het muffige, grijze tapijt. Het is alleen ik en de zaag. Ik hoor en zie niemand meer om me heen. Met totale focus zaag ik de omtrek van de beer. Bij het laatste stukje springt het beertje van het hout af. Yes, klaar! Maar dan krijg ik een heet ijzeren ding met een kunststof handvat in mijn handen gedrukt. O ja, de beer moet nog ogen, een neus en een mond. Voortvarend ga ik met de houtbrander aan het werk. Precies op tijd ben ik klaar om al het losse hout van de vloer te plukken, we moeten natuurlijk de klas wel netjes achterlaten voor maandag. Heerlijk zo’n moment van toen ik zelf een (nog kleiner) meisje was in groep 8. Zo’n speciale dag die je nooit meer vergeet en waardoor je de meester nog haarscherp voor de geest kan halen. Zou ik het ook durven, zagen met mijn nieuwe groep 6? Juf Maike (jufmaike.nl)

PrimaOnderwijs 31


H oi! Ik la s da t je hu lp no di g he bt . St uu r m e an de rs je w ac ht woo rd , da n he lp ik je w el !

H i, ik he b ne t je vr ie nd in Sa m on tm oe t! Ze he ef t m e ov er jo u ve rt el d. Za l ik je he lp en ? Wat is je po st co de en ad re s?

Bijt niet in de phishinghaak Met een goede voorbereiding op school (noem het digitale geletterdheid, digitaal burgerschap of mediawijsheid) bijten jongeren minder snel in een phishinghaak en nemen ze slimmere beslissingen als zij antwoorden op online berichten. Met het gratis lespakket ‘De InternetHelden’ een lespakket over online veiligheid en digitaal burgerschap voor leerlingen (onderbouw vo), heb je als docent iets in handen waarmee je zonder veel voorbereiding leerlingen de basisprincipes leert van veilig internetten. Het doel? Jouw klas helpen om veilig en zelfverzekerd de online wereld te laten ontdekken. DOOR ESMEE WEERDEN Naarmate de zelfstandigheid van jongeren toeneemt, wordt het lastiger om als docenten de online veiligheid van leerlingen te bewaken. Ook ouders vinden dit lastig. Het programma ‘De InternetHelden’, samengesteld door Bureau Jeugd & Media, Safer Internet Centre Nederland en Google, bevat daarom niet alleen lessen voor de onderbouw van het voorgezet onderwijs, maar ook een toolkit voor ouders via g.co/deinternethelden.

Het lespakket: De InternetHelden ‘Ben je weleens met een bot in aanraking gekomen?’, ‘Wat is online privacy?’, ‘Zou je deze foto van jezelf online zetten?’, ‘Zijn er dingen van jou online te vinden waarvan je hoopt dat niemand die vindt?’, ‘Hoe onderscheid je echt van nep?’, ‘Weet je waar je terecht kunt als je online iets wilt melden?’ Deze vragen en anderen komen aan bod in vijf thema’s met elk een aantal klassikale lessen (meestal drie per thema): Verstandig delen, Val niet voor vals, Beveilig je geheimen, Met aardig doen kom je verder en Blijf er niet mee zitten. Het is mogelijk om alle thema’s van 32

begin tot eind te doorlopen of losse thema’s te behandelen. Alle lessen zijn ook digitaal beschikbaar via het kanaal van de InternetHelden op LessonUp. De lessen sluiten aan bij de eigen veelal positieve ervaringen van leerlingen en vergroten hun kritisch vermogen, zodat ze nog meer baat hebben van internet en zo min mogelijk schade oplopen of toebrengen aan anderen. Daarnaast sluit de inhoud naadloos aan op het model voor digitale geletterdheid van SLO en Kennisnet (met


name het onderdeel mediawijsheid) en het competentiemodel mediawijsheid (sociale, technische en persoonlijke veiligheid, privacy, online participeren in online sociale netwerken, oriëntatie binnen mediaomgevingen, reflecteren op eigen mediagebruik). Zie ook het ‘Handboek Digitale geletterdheid’ van Kennisnet.

Wanneer ben je een InternetHeld? We willen graag dat jongeren veilig en zelfverzekerd de online wereld kunnen ontdekken. Maar wat is veilig en hoe stimuleer je zelfverzekerdheid? Aan de hand van concrete voorbeelden per thema, gaan leerlingen met elkaar in discussie en stemmen de lessen tot nadenken. Ook krijgen ze onmisbare kennis aangereikt; over wat een sterk wachtwoord is, hoe je fraude herkent of hoe ze om moeten gaan met de positieve en negatieve ervaringen bij online vriendschappen. Als alle thema’s doorlopen zijn, mag de scholier zich een echte internetheld noemen.

Je bent een internetheld als… … je slim nadenkt over wat je deelt en met wie, en weet hoe je je privacy kunt beschermen; … je kunt beoordelen of online informatie waar of betrouwbaar is; … je weet wat je kunt doen om je persoonlijke gegevens te beschermen; … je een positief effect hebt op anderen door aardig te zijn en goed om te gaan met cyberpesten; … je weet dat je hulp kunt inschakelen als je online een situatie tegenkomt die je niet vertrouwt. Als afsluiting kun je het InternetHeldencertificaat uitreiken (opgenomen in het lesmateriaal).

Belangrijke data najaar 2020 Het lespakket ‘De InternetHelden’ sluit goed aan bij de onderstaande actuele onderwerpen en belangrijke data in het najaar van 2020. Houd de lespagina op LessonUp in de gaten voor speciale extra lessen.

• • •

De Week tegen Pesten: 21 tot en met 25 september National Cyber Security Awareness Month: oktober Week van de Mediawijsheid: 6 tot en met 13 november

Daarnaast zijn de lessen bij uitstek geschikt voor mentoruren of het vak burgerschap (als dat op jouw school gegeven wordt). Ook kunnen scholen afzonderlijke lessen gebruiken bij lesuitval, verzorgd door de mediathecaris of mediacoach in de mediatheek. Er is geen speciale opleiding of achtergrond voor nodig; alles wat je moet weten, zit in het materiaal en wijst zich vanzelf. Ga voor meer informatie en het downloaden van de lessen naar g.co/deinternethelden. Voor extra ondersteuning of vragen over het lespakket kun je contact opnemen met deinternethelden@bureaujeugdenmedia.nl.

‘De InternetHelden’ is een lespakket over online veiligheid en digitaal burgerschap, bedoeld voor leerlingen van de onderbouw van het voortgezet onderwijs. Het lespakket is samengesteld door Bureau Jeugd & Media, Safer Internet Centre Nederland en Google, en wordt onderschreven door EOKM, Helpwanted.nl, Mediaopvoeding.nl, Ouders & Onderwijs en Veiliginternetten.nl.

PrimaOnderwijs 33


Het beste lesmateriaal over geld! Eurowijs is uitgebreid financieel lesmateriaal voor het basis-, middelbaar en speciaal onderwijs Minimale voorbereiding Ondersteunende filmpjes Aansprekend lesmateriaal Voor alle groepen Alternatief voor rekenles Uitgebreide lesbrief Dit zeggen leerkrachten over Eurowijs: - Mooi, kleurrijk en aantrekkelijk materiaal - De kinderen vonden het een geweldige les - Het is fijn materiaal omdat het realistisch is - Geweldige filmpjes ter ondersteuning - Het lesmateriaal sluit volledig aan op het niveau van de kinderen

ruim 2500 basisscholen gebruiken het Eurowijs lesmateriaal

98%

van de leerkrachten beveelt het lesmateriaal aan bij collega’s

Leerkrachten geven het lesmateriaal een

8,5

200.000 leerlingen werken met het lesmateriaal

Bestel nu het lesmateriaal voor jouw groep Ga naar eurowijs.nl/primaonderwijs EW adv 192x285mm Prima Onderwijs 8 sep 2020.indd 1

06-08-20 15:24


De Miljoenennotaposter 2021 komt eraan! Ieder jaar op Prinsjesdag presenteert de overheid de Miljoenennota. Om scholieren te leren wat deze nota inhoudt, is er een Miljoenennotaposter! De poster geeft een begrijpelijk overzicht van de verwachte inkomsten en geplande uitgaven van 2021. Hang deze poster op in je lokaal en je hebt de actuele cijfers altijd binnen handbereik! Handig wanneer je in de klas aandacht besteedt aan overheidsfinanciën of gerelateerde onderwerpen. De nieuwe Miljoenennotaposter 2021 wordt even na Prinsjesdag verstuurd aan docenten economie in het vo. Wil je ook een Miljoenennotaposter in jouw klaslokaal? Ga naar onderwijsinformatie.nl/minfin en bestel een gratis exemplaar.

Inkomsten € 304,7 van het Rijk 2019 (in miljarden)

€ 95,8

€ 59,6 Omzetbelasting (btw) € 12,3 Accijnzen (alcohol, brandstof en tabak) € 5,9 Belastingen op milieugrondslag € 5,6 Overdrachts- en assurantiebelasting € 4,3 Motorrijtuigenbelasting € 3,3 Invoerrechten € 2,2 Belasting op personenauto’s en motorrijwielen (BPM) € 1,7 Verhuurderheffing € 0,5 Bankbelasting € 0,5 Overig

Sociale Zekerheid

€ 94,8

€ 97,3

€ 96,5

€ 60,5 Omzetbelasting (btw) € 12,4 Accijnzen g € 6,0 Overdrachts- en assurantiebelastin € 4,5 Belastingen op een milieugrondslag € 4,4 Motorrijtuigenbelasting € 3,5 Invoerrechten en € 2,5 Belasting op personenauto’s (bpm) motorrijwielen € 1,8 Verhuurderheffing € 0,4 Bankbelasting € 0,5 Overig

Zorgverzekeringswet

€ 43,2

€ 13,1

Premies werknemersverzekeringen

€ 8,9

€ 26,9

Rentelasten

€ 43,5

€ 4,8

1,5 %

1,3 %

0,0 %

Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Rentelasten Staatsschuld

Economische Zaken en Klimaat

€ 5,5

€ 4,0

€ 4,9 Financiën

€ 1,7

Economische ontwikkeling Begrotingssaldo EMU-saldo

3,5%

-1,5%

€ 1,3

(in % bbp)

1,5% 1,0% 0%

0,8 %

0,0 %

1,0 %

-2,5%

Wegens afronding kan de som der delen

2015

afwijken van het totaal.

2016

2017

-3,5% 2018

2019

-4,0%

-2,2 %

-2,1 %

68%

68%

65% 62%

2014

2015

53%

50%

30% 20%

-3,9 % 2012

57%

40%

-2,9 %

-3,0% 2014

66%

50%

-1,5%

2013

(in % bbp)

70% 60%

-2,0%

2012

Overheidsschuld EMU-schuld 80%

1,2 %

0,5%

2013

10% 2016

2017

2018

2019

rijksoverheid.nl/overheidsfinanciën

0%

2012

2013

2014

2015

2016

2017

2018

2019

Justitie en Veiligheid

€ 11,8 Economische Zaken en Klimaat

€ 4,8

Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Gasbaten*

Overig

€ -1,1

€ -0,4

Op de afbeeldingen zie je de edities van 2019 en 2020.

(in % bbp)

EMU-schuld

68%

68%

65%

62%

60% 0,2 %

€ 32,5

Infrastructuur en Waterstaat

€ 10,0 € 9,5

80% 70%

1,3 %

1,0% 0,5%

3,0%

57%

50% 40%

52%

49%

48%

0%

2,5%

30%

-0,5%

2,0%

-1,0%

20%

-1,5%

1,5%

-2,2 %

-2,0%

1,0%

-2,5%

0,5%

-2,0 %

10%

-2,9 %

0%

-3,0% -3,5%

0% -0,5%

(in % bbp)

EMU-saldo 2,0% 1,5%

Defensie

Gemeentefonds, Provinciefonds en Btw-compensatiefonds

Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

3,0%

€ 34,2

Overheidsschuld Begrotingssaldo Economische ontwikkeling Groei bbp

€ 38,5

€ 81,8

€ 39,6 AOW € 13,7 Arbeidsongeschiktheid € 11,0 Werkloosheid en bijstand € 8,7 Kindregelingen € 2,9 Ziekte en zwangerschap € 5,9 Overig

€ 0,8

-0,5%

Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

2020 3,5%

€ 1,7

-1,0%

€ 10,6 € 5,5 € 1,7

Overig

€ 1,8

0%

Financiën

€ 13,2

Gasbaten

Gemeentefonds, Provinciefonds -0,5% en Btw-compensatiefonds-1,0%

Defensie

Buitenlandse Zaken en Internationale Samenwerking

0,5%

€ 39,1

Infrastructuur en Waterstaat

€ 11,1

Premies volksverzekeringen

2,5% € 54,0 Medische zorg incl. zorgtoeslag 2,0% € 25,5 Langdurige zorg en ondersteuning 1,5% 1,0% € 2,7 Overig

Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

Buitenlandse Zaken / Internationale Samenwerking

??,?

Premies volksverzekeringen

€ 41,7

€ 82,2

€ 40,2 AOW € 13,5 Arbeidsongeschiktheid € 12,5 Werkloosheid en bijstand € 9,4 Kindregelingen € 3,8 Ziekte en zwangerschap € 6,4 Overig

g

€ 63,4 Loon- en inkomstenbelastin € 26,2 Vennootschapsbelasting € 5,2 Dividendbelasting € 1,7 Schenk- en erfbelasting € 0,8 Overig

Justitie en Veiligheid

Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Sociale Zekerheid

Zorg

€ 85,8

Directe belastingen Indirecte belastingen

€ 25,6

van het Rijk 2020 (in miljarden)

€ 53,2 Medische zorg (incl. zorgtoeslag) € 24,1 Langdurige zorg en verpleging € 2,5 Overig

€ 61,7 Loon- en inkomstenbelasting € 25,3 Vennootschapsbelasting € 5,6 Dividendbelasting € 1,6 Schenk- en erfbelasting € 0,7 Overig

Zorgverzekeringswet

Uitgaven € 302,1

Van ons allemaal Voor ons allemaal

€ 79,7

Directe belastingen

Premies werknemers verzekeringen

van het Rijk 2020 (in miljarden

van het Rijk 2019 (in miljarden) Zorg

€ 43,4 Inkomsten € 305,5)

Uitgaven € 295,0

Van ons allemaal Voor ons allemaal

Indirecte belastingen

2013

2014

2015

2016

2017

2018

2019

2013

2014

2015

2016

2017

2018

2019

2013

2014

2015

2016

2017

2018

2019

2020

2020

2020

rijksoverheid.nl/overheidsfinanciën afwijken van het Wegens afronding kan de som der delen

*Gasbaten zijn geen belasting- of premieontvangsten

n aan de uitgavenkant.

en staan daarom net als andere niet-belastingontvangste

totaal.

PrimaOnderwijs 35


Samen tegen voedselverspilling Van oude boterhammen tosti’s maken, met een boodschappenlijstje op zak je boodschappen inslaan, en de ‘Ten Minste Houdbaar Tot-datum’ niet leidend laten zijn maar de houdbaarheid van voedsel controleren door zélf te kijken, ruiken en proeven. Zomaar een paar handige tips om voedselverspilling tegen te gaan en duurzaam om te gaan met eten. DOOR ESMEE WEERDEN

zelfs nog in de verpakking of schil. Hoe om te gaan met voedsel en waardering hebben voor de route die voedsel heeft afgelegd lijkt voor de hand liggend. Maar dat is het niet.’

Een gezamenlijke doelstelling ‘Dit kabinet heeft zich gecommitteerd aan een klimaatdoelstelling en daar valt ook het tegengaan van voedselverspilling onder’, vertelt minister Schouten. ‘Het is een onderwerp dat niet alleen vraagt om beleid vanuit de overheid, maar vooral om samenwerking met alle partijen: bedrijven, wetenschap, consumenten en overheid samen.’ In totaal 73 organisaties hebben zich verenigd in de Stichting Samen Tegen Voedselverspilling. ‘Gezamenlijk werken we aan het doel om voedselverspilling met de helft te verminderen in 2030. Er zijn al veel goede initiatieven in het land, denk aan de Too Good To Go-app, koks die koken voor hun gasten met restproducten of kromme groenten en fruit.’ Wil jij met jouw leerlingen (groepen 6, 7 en 8) aandacht besteden aan het thema voedselverspilling? Bestel dan nu kosteloos de speciale uitgave van ‘Donald Duck – Samen tegen voedselverspilling’, die in opdracht van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) in samenwerking met de stichting Samen tegen Voedselverspilling samengesteld is, en ga aan de slag met het online lesprogramma ‘Smaakmissie Voedselverspilling’. Dat het belangrijk is om hier aandacht aan te besteden in de klas blijkt wel uit de cijfers. ‘In Nederland gooien we weliswaar steeds minder weg, maar het kan nog beter’, aldus minister Carola Schouten van LNV. ‘We gooien thuis gemiddeld 34,3 kg voedsel weg en soms zit dat voedsel

36

Donald Duck in actie tegen voedselverspilling Een ander initiatief is het lesprogramma ‘Smaakmissie Voedselverspilling. Minister Schouten: ‘Uit onderzoek blijkt dat er vooral bij gezinnen met jonge kinderen veel winst te behalen valt. Hoe ouder (en wijzer) je wordt, hoe meer je ook zelf gaat bepalen over hoe je met voedsel omgaat.’ En dat begint bij leerlingen in de bovenbouw van het primair onderwijs. ‘We proberen met het lesprogramma kinderen op een leerzame, maar ook op een leuke manier bij te brengen hoe je met voedsel om moet gaan. De speciale uitgave van Donald Duck is samen met Smaaklessen een mooie


‘We proberen met het lesprogramma kinderen op een leerzame, maar ook op een leuke manier bij te brengen hoe je met voedsel om moet gaan.’

aanvulling op de campagne. Zelf ben ik altijd fan geweest van Donald Duck en ik vind het leuk dat dit nog steeds gebruikt wordt om dit soort onderwerpen op een passende manier door te vertalen naar deze doelgroep.’

Kosteloos bestellen De speciale editie van Donald Duck is nu samen met het online lesprogramma kosteloos en exclusief te bestellen voor de groepen 6, 7 en 8 via:

© 2020 Disney

onderwijsinformatie.nl/voedselverspilling

Voedseleducatie is leuk en effectief De school is de perfecte plek om over voedsel en gezond en duurzaam eetgedrag te leren. Met voedseleducatie maken kinderen spelenderwijs kennis met smaakontwikkeling, consumentenvaardigheden, gezond en duurzaam eten en koken. Door kinderen niet alleen de kennis mee te geven, maar ook de ervaring, creëer je waardevolle lessen. Met deze speciale uitgave van Donald Duck en met delen van het gratis lesprogramma www.smaaklessen.nl van Wageningen University, leren leerlingen meer over voedselverspilling en wat ze er zelf tegen kunnen doen. Zo krijgen kinderen waardering voor voedsel en voor degenen die het voedsel produceren. Bij de bestelling ontvang je tevens een factsheet hoe de speciale uitgave en het lesprogramma ‘Smaakmissie Voedselverspilling’ in te zetten. De lessen kun je bijvoorbeeld inzetten tijdens een thema- of projectweek. Interessante momenten om je project Voedselverspilling te starten zijn:

• Dag van de duurzaamheid: 10 oktober 2020 • Wereldvoedseldag: 16 oktober 2020 Geef snel je bestelling door - exclusief voor groep 6/7/8 - en laat je leerlingen zelf op onderzoek uitgaan. Zowel binnen als buiten de klas.

PrimaOnderwijs 37


Exclusief verkrijgbaar bij Educatheek.nl

Inspirerende Schooltv-lespakketten Schooltv biedt kant-en-klare lespakketten waarin een enthousiasmerende en activerende combinatie van beeld met lesstof is gemaakt.

Groep 1-2 Studio Snugger • 34 lessen aansluitend bij de Studio Snugger-video’s • Hoort bij leergebied Oriëntatie op jezelf en de wereld

Koekeloere • Twee lespakketen met elk 40 lessen • Per lespakket 20 thema’s over diverse onderwerpen zoals Winter, Beroepen en Je lijf

Denk doo-rNatuur en doe Denk door en doe - Natuur • Twee lespakketten met afwisselende thema’s bestelbaar • 30 lessen per lespakket • Aansluitend op de kerndoelen

Groep 3-4

Groep 5-6

Dokter Corrie • Zes digilessen aansluitend op de kerndoelen • Moeilijke onderwerpen zoals liefde, puberteit en seks worden bespreekbaar • Ontwikkeld in samenwerking met Rutgers

Groep 7-8

Bestel Schooltv-lespakketten exclusief op:

/schooltv


Dit jaar ontvingen - ondanks de coronamaatregelen en het feit dat scholen beperkt open waren - ruim 210.000 kinderen uit groep zeven en acht in het basisonderwijs het 4 en 5 mei Denkboek. Juist in deze tijden bleek stilstaan bij (75 jaar) vrijheid, de Tweede Wereldoorlog, herdenken en vieren extra waardevol en belangrijk. Met het Denkboek daagt het Nationaal Comité 4 en 5 mei kinderen uit zelf over deze thema’s na te denken. Begin april 2021 komt de zesde editie uit.

In 2021 krijgt het 4 en 5 mei Denkboek een make-over, zowel qua vorm als qua inhoud. Kinderen gaan in het nieuwe Denkboek nog actiever aan de slag met de thema’s herdenken, vieren en vrijheid. Er is meer ruimte voor kinderen om het Denkboek van zichzelf te maken, doordat ze artikelen kunnen aanvullen met informatie uit hun eigen omgeving. Zo worden vrijheid, herdenken en vieren betekenisvoller, meer van nu en relevanter voor hun eigen leefwereld. Ook is er aandacht voor het doorgeven van (familie)verhalen. Het Denkboek blijft een bron van informatie over de Tweede Wereldoorlog, maar met een grote focus op zelf nadenken over de verschillende thema’s. Het 4 en 5 mei Denkboek is het grootste onderwijsproduct over herdenken en vieren in het basisonderwijs.

foto chris van houts

Bestel het 4 en 5 mei Denkboek 2021 Aan de slag met het 4 en 5 mei Denkboek? Bestel voor elke leerling van groep 7 een gratis boekje. Dat kan tot 18 december 2020 via www.onderwijsinformatie.nl/4en5mei. Mis’m niet! Meer informatie over het boekje en de bijbehorende digitale lessen is te vinden op www.4en5mei.nl.

Met het 4 en 5 mei Denkboek leren kinderen... … wie wij herdenken op 4 mei en waarom; … wat wij vieren op 5 mei en waarom; … de rituelen die bij herdenken en vieren horen; … nadenken over het belang van herdenken in onze samenleving; … nadenken over de waarde van vrijheid voor henzelf en anderen; … het globale verloop van de Tweede Wereldoorlog in Nederland en in de voormalige koloniën; … de gevolgen van de oorlog voor het dagelijks leven in Nederland en in de voormalige koloniën.

PrimaOnderwijs 39


FOTO JORRIT LOUSBERG

‘Dankzij MediaMasters hangen de kinderen aan mijn lippen’

TikTok, WhatsApp, privacy, cybercriminaliteit en nepnieuws: de wereld digitaliseert in een rap tempo. Hoe zorg je ervoor dat jouw klas de vaardigheden ontwikkelt om de online wereld te ontdekken, en kennis opdoet over de kansen en risico’s van digitale media? Chantal van Schaik, bovenbouw leerkracht en ICTcoördinator op OBS de Horizon in Harmelen en initiatiefnemer van ICTjuffie.nl, deelt haar ervaringen.

40

‘Kinderen zijn vaak heel snel en handig met digitale media, maar ze zien niet altijd de keerzijde. Als leerkracht vind ik het mijn taak om het daar met de klas over te hebben. Kinderen spelen bijvoorbeeld veel spelletjes via een app of een speciale website. Vaak zijn die spellen omringd door nep-advertenties waarin staat dat je een iPhone kunt winnen. Zo worden kinderen naar binnen gelokt en gevraagd om (financiële) gegevens te delen. Verbieden heeft geen zin, het gaat erom dat we er een gesprek over voeren.’

Mediawijs door MediaMasters Sinds een aantal jaar speelt ze MediaMasters; een serious game waarin kinderen kennismaken met de basisprincipes van mediawijsheid, speciaal voor groep 7/8. Spelenderwijs maken leerlingen kennis met de kansen en de gevaren van (digitale) media. Een toffe en aansprekende manier, vindt Chantal: ‘Ik merk dat kinderen niets met een plat verhaal kunnen. Het beeld en de interactieve onderdelen zorgen ervoor dat mijn verhaal beter overkomt. Daardoor leeft het veel meer bij de kinderen. Ook fijn: de game vraagt weinig voorbereiding. Met het digibord start je zo. Voor de klas is het een van de leukere momenten van het schooljaar. De kinderen hangen dan aan m’n lippen.’


Week van de Mediawijsheid

Aansluiting bij belevingswereld

MediaMasters kan het hele schooljaar gespeeld worden. Het hoogtepunt is de landelijke wedstrijd tijdens de Week van de Mediawijsheid. Van 5 tot en met 13 november 2020 strijden duizenden klassen om de titel ‘meest mediawijze klas van Nederland’ en mooie prijzen. Een speldag bestaat uit een filmaflevering, klassikale vragen en opdrachten op het digibord. Thuis kunnen de leerlingen extra bits verdienen voor de klas door het maken van leuke opdrachten op MediaMasters Extra. Onderwerpen die aan bod komen zijn o.a. sociale media, nepnieuws, informatievaardigheden, veilig internet, cyberpesten, vloggen en privacy. Ook buiten de themaweek wordt MediaMasters veel gebruikt. Klassen die hun mediawijze kennis verder willen verdiepen kunnen door het jaar heen ThemaMissies spelen, die gaan over een specifiek mediawijs thema zoals reclame of nepnieuws. Inclusief links en tips voor interessante content van andere partijen, zodat je direct verder praktisch aan de slag kunt.

De verhaallijn van MediaMasters wordt elk jaar vernieuwd, zodat deze aansluit bij de beleving van de kinderen. Dit jaar helpt de klas een jonge uitvindster, Layla. Zij wordt benaderd om met haar nieuwste uitvinding mee te doen aan het programma Jonge Uitvinders: The Battle. Ze besluit mee te doen, maar haar supersonische uitvinding is nog niet af. Samen met jonge Media-Experts (de personages) en de MediaMasters (de leerlingen) op school gaat ze de strijd aan om haar tegenstander Dylan te verslaan. Maar Dylan is niet van plan om het spel eerlijk te spelen… Zullen Layla en de MediaMasters Dylan verslaan?

Volgens Van Schaik worden kinderen wijzer. ‘Dit is het vierde jaar dat ik met mijn klas meedoe aan MediaMasters. Aan het einde van de week hebben de kinderen superveel opgestoken. De inhoud is echt goed. De kinderen gaan er helemaal in mee. Hoogtepunt is de finaledag. In de klas ontstaat echt een wij-gevoel. Ze gingen met z’n allen keihard samenwerken om het spel te winnen. Na afloop van de speldag kwam een van de kinderen naar mij toe: “Ik heb zoveel geleerd, juf! Dankjewel!” Dat is waar ik het voor doe.’

Juist dit soort verhalen helpt de kinderen enorm. Dat beaamt ook Chantal. ‘In het verhaal van vorig jaar bestelde een personage iets online. De aankoop was meteen zichtbaar voor anderen en werd gevolgd. Hetzelfde geldt als je inlogt op een openbaar wifinetwerk. Voor veel kinderen was dat wel een eyeopener. Het is belangrijk om die kennis over privacy, beveiliging en nepnieuws mee te geven.’

Verdieping met hulp van het MediaRapport ‘Samen met mijn klas doe ik elk jaar mee aan de Week van de Mediawijsheid. Ik denk erover na om dit onderwerp elke maand terug te laten komen in mijn les. Zo hebben we elke eerste woensdag van de maand Tosti-middag. Waarom niet ook een MediaMasters-maandag? Dat geeft ook een bepaalde structuur voor de kinderen.’ Dat wordt dit jaar extra makkelijk dankzij het mediarapport. Dat laat zien welke resultaten jouw klas behaald heeft voor verschillende thema’s binnen het domein digitale geletterdheid. Je kunt dan per thema zien wat de sterke en minder sterke kanten zijn. Dan weet je als leraar direct welke onderwerpen extra aandacht nodig hebben. Of Chantal MediaMasters zou aanraden aan andere leerkrachten? ‘Ja! Tegen andere leraren zou ik zeggen: Gewoon doen! Het is een makkelijke manier om een moeilijk en belangrijk onderwerp over te brengen. ‘

FOTO JORRIT LOUSBERG

Ook meedoen met MediaMasters? Bekijk de trailer vanaf 15 september, schrijf je in en meld je klas aan via mediamasters.nl. MediaMasters is ook beschikbaar voor het speciaal onderwijs en wordt tijdens de Week van de Mediawijsheid ondersteund met gebarentaal.

PrimaOnderwijs 41


Op zoek naar een nieuwe schoolfotograaf? Neem dan eens een kijkje op www.oypo.nl

Wij hebben rafen schoolfotog d o o r h ee l Nederland!

Een groot aantal schoolfotografen werkt met Oypo. Enkele voordelen hiervan zijn:

42

• • •

Oog voor privacy

• •

Online bestelsysteem

Ervaren schoolfotografen Goede klantenservice, zowel telefonisch als via de mail Veel aangesloten fotografen, met diverse stijlen

www.oypo.nl


Ontdek het met het nieuwe lesprogramma Wat doe je wel/niet als je dit ziet

E WAT DOE J

WEL

NIET

ZIET ALS JE DIT

Gaan jouw leerlingen hun talenten inzetten voor de maatschappij? WAT DOE JE

WEL

NIET

ALS JE DIT

ZIET

WAT DOE JE

WEL

NIET

ALS JE DIT

ZIET

Politieagenten staan midden in de samenleving. Toch hebben jongeren vaak een eenzijdig beeld van politiewerk en denken: ‘Dat is toch niks voor mij?’. Met het gratis lesprogramma ‘Wat doe je wel/niet als je dit ziet’ maken vmbo’ers (leerjaar 3 en 4) en mbo’ers (niveau 2 en 3) kennis met de politie. Ze ontdekken wat politiewerk écht inhoudt. Werken bij de politie, wat doet het met jou als persoon? En wat vraagt dat van je? Met dit lesprogramma krijgen leerlingen een completer beeld van het werk en de opleiding. Ze ontdekken dat werken bij de politie misschien toch beter bij ze past, dan ze op voorhand dachten. Het werk is veelzijdig en geen dag hetzelfde.

Confronterende situaties In ‘Wat doe je wel/niet als je dit ziet’ worden leerlingen geconfronteerd met situaties waarmee ze zelf of via de (sociale) media te maken kunnen hebben, zoals diefstal, alcoholgebruik, geweld en wapenbezit. Jonge agenten in opleiding vertellen hoe zij met zulke situaties omgaan. Soms met geduld, een luisterend

oor of - als het moet - met kracht. Via interactieve opdrachten worden leerlingen uitgedaagd om mee te denken én te handelen. Wat zou jij doen als er iemand op straat met een mes staat te zwaaien? Ook biedt het lesprogramma facultatieve opdrachten. Hierbij kan zelfstandig of in groepen worden gewerkt aan een real-life casusopdracht. Er kunnen diverse interessetesten worden gedaan en leerlingen worden uitgedaagd een actieve sportchallenge aan te gaan.

‘Wat doe je wel/niet als je dit ziet’ kun je inzetten binnen de LOB-uren of binnen de vakken burgerschap en maatschappijleer.

Meld je aan! Via onderwijsinformatie.nl/politie kun je jouw klas of school aanmelden voor het lesprogramma ‘Wat doe je wel/niet als je dit ziet’. Na aanmelding ontvang je gratis toegang. Daarnaast is het ook mogelijk om voor de scholieren die echt geïnteresseerd zijn, minimagazines met meer informatie over de opleidingen bij de politie te bestellen. Kijk voor meer informatie over opleidingen en online events op kombijdepolitie.nl PrimaOnderwijs 43


Sche

n e d i

s la k e d in n e k a m r bespreekbaa In elke klas zitten kinderen waarvan de ouders uit elkaar gaan of zijn gegaan. Hoe vang je die leerlingen op en hoe zorg je ervoor dat die kinderen zich op school goed blijven voelen? Drie experts geven tips. Jimna Bruns (26) is leerkracht in de bovenbouw van Het Winterkoninkje in Amsterdam en maakt regelmatig mee dat ouders uit elkaar gaan. Zoals bij zijn leerling Hugo, van wiens ouders hij een mail kreeg over de scheiding. In dat bericht stond ook dat Hugo er graag met hem over wilde praten. ‘Natuurlijk maak ik dan gelijk tijd vrij voor een leerling. De volgende schooldag ben ik in de pauze gaan wandelen met Hugo. Gesprekken met kinderen die net in een scheiding terecht zijn gekomen, vragen echt om maatwerk. Ik probeer het ontspannen te houden tijdens zo’n eerste gesprekje, daarom is het fijn om iets te gaan doen, zoals even wandelen, wat eten of een beetje tekenen. Dan kan een kind de spanning een beetje kwijt als er over zo’n beladen onderwerp wordt gesproken. Naast aandacht en naar ze luisteren, is het ook belangrijk om kinderen rust en ruimte te geven. Zo wilde Hugo zijn werk soms even laten liggen om meer te kunnen tekenen en anderen willen weer graag in een schriftje hun gedachten opschrijven.’

Voelsprieten kweken In het geschetste voorbeeld gaf de leerling aan dat hij met zijn leerkracht over de scheiding wilde praten. Volgens ontwikkelingspsycholoog en mediator Steven Pont is dat niet vanzelfsprekend. ‘Of een kind wil praten, hangt af van de relatie tussen de leerkracht 44

en het kind. De kwaliteit van die relatie bepaalt ook welke vragen je het best kunt stellen. Er is een groot verschil tussen: ‘Gaat het een beetje?’ of ‘Hebben je ouders veel ruzie thuis?’ Wanneer je dichtbij iemand staat, kunnen je vragen opener en directer zijn. Als leerkracht moet je aanvoelen welke vragen je het beste kunt stellen.’ Daarnaast is het belangrijk dat je niet eenmalig interesse toont in de situatie van het kind, maar om de zoveel tijd vraagt hoe het thuis gaat. ‘Vooral pubers zijn geneigd om hier niet over te praten als je er niet naar vraagt,’ vertelt therapeut en pubercoach Meta Herman de Groot. ‘Terwijl ze het wel fijn vinden om te weten dat je er voor ze bent en dat ze hun verhaal bij je kwijt kunnen. Elk kind wil zich gezien voelen.’ Meta Herman de Groot waarschuwt dat je daarbij moet oppassen dat je de scheiding niet uitvergroot. ‘Het is heel erg balanceren tussen een kind wat extra aandacht schenken en de scheiding te vaak benoemen. School is voor kinderen een neutraal terrein, waar ze de scheiding even achter zich kunnen laten.’

Ouders uitnodigen Waar je leerlingen indirect ook mee helpt, is een gesprek met beide ouders aanvragen. ‘Tijdens zo’n gesprek kun je observeren hoe de ouders met de situatie én elkaar omgaan,’ zegt Meta Herman de


Groot. ‘Dat kun je bij hen beter polsen dan bij het kind. Het kind houdt het vaak voor zich als het thuis niet goed gaat. Het is een soort overlevingsmechanisme om er op school niet over te praten, want dan is het er ook niet.’ Je als leerkracht met de situatie bemoeien, raadt Meta Herman de Groot af. Maar tijdens zo’n gesprek kun je ouders wel informatie meegeven of doorverwijzen naar instanties als Villa Pinedo, een online plek voor kinderen met gescheiden ouders.

Geen partij in de strijd Om leerkrachten te beschermen en leerlingen beter te begeleiden, pleit Steven Pont voor een echtscheidingsprotocol op iedere school. ‘In zo’n protocol leg je alles vast over hoe je als school omgaat met een scheiding van ouders. Wat zijn de afspraken als een ouder geen gezag heeft en hoe pak je een ouderavond aan? Wie bel je als een kind een gat in zijn knie valt? Door met de ouders vast te leggen wie er wanneer gebeld wordt, zorg je ervoor dat je als leerkracht geen partij wordt in de strijd tussen ouders en blijf je als school een betrouwbare partner.’ Hugo waardeerde het erg dat Jimna met hem ging wandelen op de eerste schooldag na het scheidingsnieuws. Hij had tegen die dag opgezien, omdat hij het moeilijk vond om op school over de scheiding te praten. Het gesprek tijdens de wandeling verliep ontspannen en gaf Hugo het vertrouwen dat hij op school altijd over de scheiding kon praten als hij dat wilde.

Zo maak je scheiden bespreekbaar in de klas! Demi Keppel, toegepast psycholoog en medewerker van Villa Pinedo ziet regelmatig hoe belangrijk het is om het thema scheiden bespreekbaar te maken in de klas. ‘Dat kun je bijvoorbeeld doen door een boek voor te lezen waarin scheiden een onderwerp is. Koppel dat niet direct aan een kind, maar laat leerlingen vertellen wat zij hebben meegemaakt of weten over het onderwerp. Niet alle leerlingen zullen dat doen, maar het helpt als er in de klas over wordt gesproken. Kinderen weten zo dat zij niet de enige zijn. Want ondanks dat ze er niets aan kunnen doen, schamen kinderen zich vaak voor de scheiding van hun ouders.’

Meer weten? Nieuwsbegrip maakte in opdracht van Villa Pinedo een les over scheiden (niveau B), nieuwsbegrip.nl Het boek Scheid! Alles wat je moet weten als je ouders uit elkaar gaan verschijnt 3 september. Hierin staan verhalen van 25 jongeren over hoe ze de scheiding van hun ouders ervaarden en wat ze verder hielp (met tips van experts).

PrimaOnderwijs 45


#MASTERCLASSES #CERTIFICAAT #ONLINE #LEZEN #REKENEN #KLEUTERS #OP LOCATIE

ZO ONTWIKKEL JE JE VAKMANSCHAP VERDER! VAN en VOOR PROFESSIONALS! SCHRIJF IN VOOR OKTOBER OF NOVEMBER!

Vakinhoudelijke (online en live) masterclasses Getalbegrip en Automatiseren, Snelle kleuters, Wereldoriënterend lezen

WWW.SCHOOLSUPPORT.NL/MASTERCLASS2020

prima_onderwijs_Advs.indd 2

6-8-2020 14:47:15


Sparen voor je schoolbieb! Tijdens de Kinderboekenweek (30 september t/m 11 oktober 2020) organiseert Bruna dit jaar opnieuw de inmiddels bij vele basisscholen bekende spaaractie: Sparen voor je schoolbieb! Door kassabonnen te sparen, kunnen scholen hun schoolbibliotheek aanzienlijk uitbreiden met de hulp van (groot)ouders, vrienden en familie. Zij kopen een kinderboek bij Bruna en leveren de bon in op school. De school verzamelt alle bonnen en levert deze op haar beurt in bij een Bruna-winkel.

Bruna telt de kassabonbedragen bij elkaar op en stelt 20 procent van dat bedrag beschikbaar aan de school om nieuwe boeken uit te zoeken. Hoe meer boeken er in de actieperiode van 30 september t/m 11 oktober 2020 bij Bruna worden gekocht, des te meer gratis boeken de school daarna mag uitzoeken.

Actiepakket Met de actie wil Bruna bijdragen aan de leesbevordering van kinderen. Om goed te leren lezen, is een divers aanbod aan leesmateriaal essentieel. De schoolbibliotheek is één van de plekken waar interesse in lezen begint, maar veel scholen hebben de middelen niet om hun bibliotheek in te richten. Bruna draagt met de actie een steentje bij om dat wel mogelijk te maken. Halverwege september ontvangen alle basisscholen een actiepakket met informatie en een verzamelenvelop voor de kassabonnen. Kijk ook op: bruna.nl/schoolbieb

SCHRIJVERS EN TEKENAARS GEZOCHT van 20 november tot aan de kerstvakantie Overal ter wereld klimt deze winter jong en oud in de pen. Ze schrijven brieven aan koningen, presidenten en ministers. Ze vragen om de vrijlating van mensen die gevangenzitten omdat ze een grote mond hadden of om discriminatie tegen te gaan. Ze schrijven groeten en tekenen kaarten. Zo steunen ze mensen die groot onrecht is aangedaan.

AI-20-12 Adv Schrijfmarathon educatie_192x142,5mm_WT.indd 1

Bestel nu het gratis Write for Rightspakket!

DOE OOK MEE Schrijf en teken met jouw klas mee tijdens Amnesty’s Write for Rights. Bestel het gratis schrijfpakket – met materialen voor een hele klas in het basis- en voortgezet onderwijs en het mbo – op amnesty.nl/schrijfpakket.

29/07/2020 14:17


Terug de klas in met formatief toetsen Het nieuwe schooljaar. Een mooi moment om terug te blikken op het ‘onderwijs op afstand’ en met waardevolle lessen weer terug te keren naar het klaslokaal. Wat heb je van de situatie geleerd? Hoe houd je leerlingen gemotiveerd en in beweging, zowel op afstand, als weer in de klas? Een middel dat hiervoor ingezet kan worden is formatief toetsen. Maar hoe gebruik je dat optimaal? Wij spraken Meike Berben, (mede-) auteur van Formatief toetsen in de les; toetsen van het leren, om te leren en Differentiëren is te leren! Omgaan met verschillen in het vo en mbo.

Een andere manier van kijken naar toetsen ‘Een toets is niet formatief of summatief van zichzelf. Dat hangt af van hoe de toetsresultaten vervolgens worden gebruikt’, vertelt Berben. ‘Mijn collega Roel Vos benadrukt altijd: ‘Niet de toets, maar het gevolg bepaalt of je formatief bezig bent.’ De essentie van formatief toetsen is dan ook niet zozeer het verminderen van het aantal toetsen of het wel of niet geven van een beoordeling, maar juist hoe de toetsresultaten gebruikt worden om het leerproces te verbeteren. Oftewel: toetsen wat nog te leren is, in plaats van wat er geleerd is.’ ‘Vaak kijken scholen naar formatief toetsen als oplossing voor minder toetsen voor een cijfer of actievere leerlingen in de lessen. Maar het gaat verder. Als je formatief toetsen correct inzet, draagt het bij aan meer inzicht in de leerbehoeftes van leerlingen, maar het geeft ook de mogelijkheid tot goede feedback op het leerproces zelf. En dat komt ten goede aan de motivatie van leerlingen en geeft hen de ruimte eigenaarschap te nemen.’ Formatief toetsen als een cyclisch proces Het cyclisch model waar Formatief toetsen in de les van CPS op gebaseerd is, maakt helder uit welke stappen het formatieve toetsproces bestaat (zie figuur rechts). Het proces bestaat uit het stellen van duidelijke leerdoelen, vervolgens verzamel je informatie over het leren door 48


een eenvoudige manier om klein te beginnen, maar een hele effectieve methode om te weten of de leerlingen iets hebben geleerd. Het maakt leerlingen meer betrokken bij de les. Zie je alle leerlingen en maak je dat aan hen zichtbaar? Houd je rekening met wat je gezien hebt?’

te toetsen en daarna geef je aan deze informatie een gevolg, bijvoorbeeld door te differentiëren. Berben: ‘Het vraagt wel bewustwording, communicatieve vaardigheden en organisatorische skills. Bijvoorbeeld goede feedback: hoe organiseer je dat, wat is goede feedback en waaróp geef je dan feedback? Het mooie is dat de formatieve toetscyclus ook door docenten zelf gebruikt kan worden om zich te ontwikkelen: wat zijn je ontwikkeldoelen, hoe weet je of je die hebt behaald en wat ga je vervolgens doen?’

Differentiëren als gevolg Formatief handelen vraagt ook een gevolg. Want nu je dus inzicht hebt in waar leerlingen staan, wil je er ook iets mee doen. Wanneer er duidelijke verschillen tussen leerlingen bestaan, is differentiëren een oplossing. Differentiëren kan in instructie, verwerking en leertijd. ‘Bij differentiatie in instructie is het essentieel niet nogmaals de lesstof opnieuw uit te leggen, maar de leerlingen te coachen op de leerstrategieën zélf, zodat zij meer beheersing over hun eigen leerproces krijgen’, aldus Berben. Bij differentiatie in verwerking kun je verschillende verwerkingsopdrachten aanbieden, op basis van verschillen in beheersingsniveau, leervoorkeur of interesses. Het geven van keuzes aan leerlingen geeft hen daarbij de regie over het eigen leerproces. En bij differentiatie in leertijd ten slotte kun je tempodifferentiatie toepassen. Ook kun je door preteaching ervoor zorgen dat leerlingen in de lessen beter kunnen meekomen. In Differentiëren is te leren! Omgaan met verschillen in het vo en mbo biedt Berben een helder beeld en hele praktische handvatten hoe te differentiëren in je klas.

Docent:

‘Soms ben ik echt verbaasd over de hoeveelheid voorkennis die leerlingen meenemen naar mijn lessen. Nu ik dat zichtbaar maak, kan ik daar goed gebruik van maken.’

Klaar voor de start Hoe kun je als docent starten met formatief toetsen in de klas? Berben: ‘Wacht niet op het toetsbeleid van de school. Het is een didactische handeling en daarmee kun je heel goed zelf al klein beginnen. Doe ervaring op en bouw dat verder uit. In ons boek Formatief toetsen kom je daarvoor genoeg praktische handvatten tegen. Stel bijvoorbeeld na een stuk instructie een meerkeuzevraag en laat alle leerlingen hierop antwoorden. Bepaal vervolgens of je instructie geland is of dat er nog reparatie nodig is. Dat is

Interesse om je verder te verdiepen in formatief toetsen of differentiëren? cps.nl/uitgeverij en cps.nl/academie

Feed up

Doel

Gevolg

Feed forward

Toets

Feed back

Formatief toetsen in de les (CPS Onderwijsontwikkeling en advies, 2019).

PrimaOnderwijs 49


De eerste prioriteit na de coronacrisis is taal- en rekenonderwijs en studievaardigheden. Zelfvertrouwen opbouwen en zo stappen maken is belangrijk. Onze producten ondersteunen dit proces en zijn motiverend voor het geloof in eigen kunnen. Zie www.destulp.nl

BELONINGSSTICKERS

ONZE TOPPERS!

Meer dan 200 series! Toppers zijn de mixpakketten Dieren, serie 319001 en Teksten series 319002.

MINIPOSTERS

Als verjaardagskaart, voor een speciale gebeurtenis of als afscheidsgeschenk.

TAAL LEREN BEGINT MET LEZEN L E E S W I J Z E R

REKENEN

Tafels zijn de basis voor rekenonderwijs.

MINDSET PRODUCTEN Leer positiever denken.

070 - 320 34 00 | verkoop@destulp.nl 2020_08_Adv_PrimaOnderwijs.indd 1

| www.destulp.nl 13-08-20 14:51


Het vmbo is zo gek nog niet Ook dit schooljaar volgt weer ongeveer 50% van alle leerlingen in het voortgezet onderwijs een vmbo-opleiding. Veel van deze leerlingen hebben te horen gekregen: ‘Jammer dat je niet naar de havo kon!’ Natuurlijk hoop je als ouder en docent dat een kind een opleiding volgt die bij hem/ haar past, die hem voldoende uitdaagt, maar die de lat niet té hoog legt, die zorgt voor plezier in het leren, een leuke tijd op het vo en een goed toekomstperspectief. Dat toekomstperspectief is er ook zeker voor vmboleerlingen! Veel sectoren zitten te springen om vakkrachten en vaak zijn dat mensen met een vmbo – mbo – opleiding. Het vmbo is voor geen enkele leerling eindonderwijs, er moet altijd een vervolgopleiding gevolgd worden óf in het mbo óf op de havo. Jaarlijks gaat ongeveer 15% van alle vmbo-leerlingen door naar de havo. Vreemd toch dat daar vaak de nadruk op gelegd wordt. Zo wordt er ook veel aandacht geschonken aan leerlingen die vanuit het mbo doorstromen naar het hbo en ook dan gaat het om een relatief klein percentage. Natuurlijk is dat goed, we proberen immers uit elk kind te halen wat erin zit, maar een vmbo – mbo -opleiding is ook heel erg goed. Door steeds maar de nadruk te leggen op hogere niveaus, op doorstroom naar een hogere opleiding, doen we veel leerlingen tekort. We geven ze het gevoel: jij bent niet slim genoeg, jij kunt niet goed genoeg leren en voor je het weet zeggen we: met jou wordt het niets in de toekomst. Terwijl het tegendeel waar is: juist leerlingen met een vmbo – mbo – opleiding vinden een baan en zijn belangrijk, we willen immers allemaal een loodgieter als de kraan lekt of aandacht van een verzorgende als we in een ver-

zorgingshuis moeten wonen. Laten we dit jaar proberen alle leerlingen te waarderen, welke opleiding ze ook volgen. Er zou een boetepot moeten komen voor elke docent die tegen een leerling zegt: jij moet naar het vmbo (jij mag niet naar havo/vwo) of: jammer dat je niet door kunt stromen naar het hbo. Stimuleer leerlingen het beste uit zichzelf te halen. Voor veel leerlingen is dat het vmbo en dat is een heel goede start voor hun toekomst. Binnenkort valt op vmbo en mbo scholen de krant ‘Sterk beroepsonderwijs: samen leren’ op de mat. Een krant vol met voorbeelden van leerlingen die een vmbo- en een mbo-opleiding hebben gevolgd of daarmee onderweg zijn. Een krant die aan de hand van voorbeelden laat zien: het vmbo is zo gek nog niet!

Kijk voor meer informatie op platformsvmbo.nl

PrimaOnderwijs 51


‘Het nieuwe schooljaar in het Nieuwe Normaal’ Als leerkracht ga je voor kwaliteit in je vak en het optimaal gedijen van je klas. De Onderwijsdesk helpt je met advies en cursussen.

Van onderpresterende tot hoogbegaafde leerlingen: in deze editie geeft Emmeliek Boost, deskundige van de Onderwijsdesk, GZ-psycholoog én auteur van het boek WIN-WIN Werk en Gezin, advies over de omgang met leerlingen van verschillende niveaus in het Nieuwe Normaal. Emmeliek Boost

Differentiëren aan de bovenkant Hoe herken ik leerlingen met extra leerpotentieel? Henk uit Emmeloord Veel (hoog)begaafde leerlingen vinden de reguliere lesstof stom en saai, ze zijn niet te motiveren in de klas, hetgeen zich vaak presenteert als een concentratieprobleem. Volgens het SLO laat ongeveer 10% van de leerlingen kenmerken zien, die duiden op (hoog) begaafdheid. Kenmerken van (hoog)begaafdheid zijn over het algemeen: een hoog werk- en leertempo, leergierigheid bij moeilijkere taken, veel kennis, zelf problemen ontdekken en eigen oplossingen zoeken. Uit onderzoek blijkt dat hoe meer differentiatie er aan de bovenkant is, des te beter het welbevinden van deze leerlingen is. We weten dat ze gebaat zijn bij het compacten en verrijken van de lesstof. Echter, normaal volg je je leerlingen en kun je hen tijdens hun werk in de klas observeren. Door Corona en de periode van homeschooling heb je ieder kind niet meer zo op je netvlies. En toch is differentiëren direct bij het begin van het schooljaar van belang, willen ook deze leerlingen floreren.

52

TIP 1 Compacten staat voor het inkorten van herhalings- en oefenstof. Bij compacten wordt ongeveer 50% tot 75% van de oefenstof en 75% tot 100% van de herhalingsstof geschrapt. Door het compacten komt er tijd vrij voor verrijkingstaken. TIP 2 Verrijking is het aanbieden van extra leerstof. Bied leerlingen vooral onderwerpen aan die niet aan bod komen in de reguliere lesstof. Focus daarbij op het leren leren, leren werken en leren denken. Op de site van Klokhuis; Zoekt het uit of van Nemo Science Museum vind je experimenten die leerlingen zelf kunnen uitvoeren. TIP 3 Op donderdag 8 oktober a.s. start de vijfdaagse cursus Coördinator Hoogbegaafdheid (PO) begeleid door Sherril Woldberg, ECHA-specialist en gecertificeerde EDI-trainster. Een absolute aanrader voor leraren en/of intern begeleiders!


De gouden weken

Cursusagenda 2020-2021

Hoe starten we in coronatijd onze klas weer op? Marjolein uit Enschede In de eerste zes ‘Gouden Weken’ zie je iedere klas 4 fasen doorlopen. Het begint met oriëntatie. Leerlingen zoeken elkaar op, en stemmen af op wat ze nog van voor de vakantie van elkaar weten. In de 2e fase worden de verhoudingen duidelijker, zie je de groepjes weer ontstaan en in de 3e fase worden de regels, waarden en normen van de groep bepaald. Tot slot presenteert de groep zich als een klas en zijn ze klaar om samen het jaar te starten. Na deze zes weken zijn de rollen, normen en waarden grotendeels bepaald voor de rest van het schooljaar! Deze ‘Gouden Weken’ periode kun je nu gebruiken als een belangrijke check-in. ‘Schools- en sociaal-emotioneel leren moeten in balans zijn, een betere balans zorgt voor minder gedragsproblemen in de klas!’, benadrukt dr. Kees van Overveld. Schrijf je in voor zijn inspirerende eendaagse cursus Sociaal-Emotioneel Leren, op dinsdag 3 november of dinsdag 24 november 2020, bedoeld voor leerkrachten werkzaam in het PO.

Online en op onze locatie!

TIP Zet de school- en klassenregels gezamenlijk op papier, hang deze op een zichtbare plek in de klas op en check iedere dag met elkaar of de regels nog steeds nodig zijn of dat er enkele regels wellicht wat bijgesteld moeten worden.

Onderpresteren voorkomen én terugdraaien wo. 4 november (PO & VO) do. 12 november (PO & VO) René Lous

Zelfbeeld in de klas Hoe versterk ik het zelfvertrouwen van zwakkere leerlingen? Annette uit Weert Het is ieder jaar spannend om weer aan het nieuwe schooljaar te beginnen. Dit jaar zal het een andere start zijn binnen het Nieuwe Normaal. Mogelijk zijn door Corona de niveauverschillen tussen de leerlingen onderling versterkt, durven zwakkere leerlingen hun vragen niet te stellen en zijn de snelle leerlingen dominant in de klas aanwezig. TIP Leerlingen hebben baat bij succeservaringen. Een complimentje of een duim is fijn maar beklijft onvoldoende als de groeistap niet visueel wordt vastgelegd. Zorg ervoor dat leerlingen plezier krijgen in het aangaan van moeilijkere taken door individuele korte termijn doelen te stellen en het leerrendement visueel in kaart te brengen op een persoonlijke Groeikaart. Ze raken gemotiveerder en ontdekken wat hen precies helpt bij het maken van een moeilijke som. Iedere leerling in de klas kan hierdoor zijn eigen groei en ontwikkeling met betrekking tot een bepaald vakgebied zien. Kijk ook eens op de website van Platform Mindset (platformmindset.nl), daar vind je veel tips om het leerproces van leerlingen op een positieve manier te bekrachtigen.

Executieve functies van werkgeheugen tot plannen/organiseren za. 19 september (PO & VO) ma. 12 oktober (VO & MBO) dr. Diana Smidts en drs. Liesbeth Knol-Urbach

Coördinator Hoogbegaafdheid onderwijsaanbod, begeleiding collega’s & meer! start do. 8 oktober (PO) Sherrill Woldberg MSc.

Rekenspecialist afname rekenonderzoek, screening dyscalculie & meer! start vr. 25 september (VO & MBO) start ma. 5 oktober (PO) start di. 27 oktober (PO) start do. 5 november (PO) drs. Marije van Oostendorp

Lees- en taalspecialist Lees- en spellingsproblemen, TOS, meertaligheid & meer! start vr. 6 november (PO) drs. Marije van Oostendorp dr. Madelon van den Boer dr. Elise de Bree Kijk voor meer cursussen en cursusdata op

onderwijsdesk.nl

voor hulp bij leer- en gedragsproblemen in de klas!

Speciaal voor PrimaOnderwijs beantwoorden de deskundigen van de Onderwijsdesk echte vragen van leerkrachten uit het hele land. Deze tips (en cursussen) zorgen ervoor dat je klas (nog) beter floreert. Heb jij een vraag voor de Onderwijsdesk? Mail dan naar info@onderwijsdesk.nl PrimaOnderwijs 53


daagt uw talantvolle, meer- en hoogbegaafde leerlingen uit! Acadin is dé digitale leeromgeving voor de meer- en hoogbegaafde leerlingen in het primair onderwijs. Een omgeving die is gevuld met >500 interessante en uitdagende leeractiviteiten over allerlei onderwerpen voor groep 1-8. Speciaal geselecteerd om het leren op school voor deze kinderen te verrijken. Acadin helpt leerkrachten leerlingen te prikkelen met uitdagende leerstof waar ze hun tanden in kunnen zetten, maar ook met korte opdrachten voor de laatste 10 minuten van de les. Kenmerkend voor deze leeractiviteiten is dat ze een open karakter hebben. Leerlingen leren niet alleen feitenkennis en vaardigheden, ze leren ook hoe ze moeten leren.

“Acadin heeft veel voordelen, je ziet kinderen echt opbloeien!” “Acadin beviel zo goed dat het al snel schoolbreed is ingevoerd.” “Acadin kan worden ingezet voor alle leerlingen, maar is vooral interessant voor leerlingen die wel wat extra uitdaging kunnen gebruiken.”

Opbouw Acadin Inhoud – >500 leeractiviteiten groep 1-8 Planningsmodule – activiteiten toekennen met startdatum en deadline Begeleidingsmodule – beoordelen, portfolio

Interesse? Meer informatie over Acadin, de abonnementsprijzen en de wijze van aanmelden, vindt u op www.acadin.nl. U kunt zich aanmelden voor een e-presentatie en/of via een proefabonnement Acadin gratis 10 weken verkennen.

www.acadin.nl | info@acadin.nl | (070) 448 29 48

Onderwijsconferentie Genderwijs woensdag 14 oktober

Onderwijs waarin de kijk op jongens en meiden (g)een rol speelt Hebben jongens en meiden een verschillende aanpak nodig of juist niet? Wat kom je tegen in de dagelijkse praktijk? Wij horen graag jouw ervaringen. De Onderwijsconferentie Genderwijs biedt een scala van onderwerpen. Van de invloed van gendernormen op de sociaal-emotionele ontwikkeling op jonge leeftijd, tot de invloed op studie- of beroepskeuze op latere leeftijd.

Bekijk het volledige programma op: www.schoolenveiligheid.nl/genderwijs en schrijf je in. Deelname is gratis, maar bovenal interessant! Mediaplaza, Jaarbeurs Utrecht woensdag 14 oktober 2020 09.30 tot 16.30 uur

Een gevarieerd programma met dr. Mieke van Houtte als keynotespeaker, een leerlingenpanel en de theatergroep MATROSE die verhalen uit het klaslokaal tot leven brengt. Jan Jaap Hubeek zorgt als dagvoorzitter voor de nodige interactie met het publiek.

Onderwijsprofessionals werkzaam in het po, vo en mbo, maar ook opleiders en studenten van lerarenopleidingen zijn van harte welkom. Genderwijs is een project van Stichting School&Veiligheid.



Ouders en kinderen

samen de schoolbanken in Ouders duiken samen met hun kinderen de schoolbanken in. Ze zien hoe het onderwijs er vandaag de dag uitziet, geven zelf een les of leren met hun kind de Nederlandse taal. DOOR MARLEEN KUIJSTERS

Montessorischool Valkenbos haalt de expertise van ouders de klas in met het programma ‘Samen in de klas’. Jarah de Weerdt (leerkracht groep 1-2): ‘We vragen ouders of andere familieleden/verzorgenden vanuit hun expertise, passie en inspiratie samen met ons een les te geven. De ouder als deskundige en de leerkracht begeleidt de leerlingen bij het onderzoekend en ontwerpend leren. Bijvoorbeeld bij een ontwerples die past bij het thema water. Een moeder die van vissen houdt, vertelt wat ze allemaal ziet in en rond het water, een vader die werkt met koelingsbassins vertelt over zijn werkzaamheden. De kinderen gaan daarna aan de slag met de ontwerpvraag: Hoe kunnen we water verplaatsen? Wij merkten dat ouders meer willen doen dan luizenpluizen of rondlopen als pleinwacht: ze willen betrokken zijn bij hun kinderen en een bijdrage leveren 56

aan goed onderwijs.’ Beter samenwerken: ‘Het is leuk dat ouders zien hoe hun kind acteert in de klas. En kinderen vinden het leuk dat hun ouders zoveel weten over bijvoorbeeld zwerfafval, vrienden maken of reuma. Door meer en beter samen te werken kunnen scholen en ouders de onderwijskansen, motivatie en leerprestaties van kinderen verhogen.’ Band leerkracht ouder: ‘De band tussen mij als leerkracht en de ouders verandert. Ze zeggen regelmatig: ‘Jeetje hoe krijg je het toch allemaal voor elkaar?’ Ik zie de waardering voor het onderwijs. Dat is prettig.’ Kant-en-klare lessen: ‘We werken met veel scholen samen voor Samen in de klas en hebben al een gevarieerd aantal kant-en-klare lessen ontwikkeld. Die lessen zijn te vinden op de site samenindeklas.nl. Leerkrachten en ouders kunnen deze lessen als leidraad gebruiken en hun eigen ervaringen toevoegen. Ik stem vooraf goed met hen af wat ze willen doen en welk deel van de stof ik op me neem. De ouders zijn erg enthousiast!’ Kinderen die de Nederlandse taal niet rijk zijn zitten op basisschool De Dromenvanger in Oudheusden sámen met hun ouders in de klas. Directeur Elly Sebregts: ‘Kinderen uit andere landen zoals Oekraïne, Polen, Syrië en Turkije hebben over het algemeen een hele kleine Nederlandse woordenschat. Via VoorporTAAL willen we hen en hun ouders de Nederlandse taal leren, zodat zij het onderwijs kunnen volgen en hun ideeën en gedachten kunnen overbrengen in het Nederlands. We hebben


om de ouders ervan te doordringen dat het belangrijk is de Nederlandse taal samen met hun kind te oefenen.’ Marit van Son geeft les binnen het VoorporTAAL: ‘Als de ouders en kinderen binnenkomen praten we eerst over welke dag het is en over het weer. Dan lees ik een prentenboek voor. Daarna doen we iets met kleuren of getallen. De ouders zien hoe hun kinderen de taal leren en hoe zij thuis met taal aan de slag kunnen. De kinderen zien dat hun ouders het ook belangrijk vinden.

drie locaties VoorporTAAL. De klas komt drie dagen bij elkaar. De kleuters worden de overige dagen verdeeld over de andere kleuterklassen. Ons doel: kinderen na anderhalf a twee jaar laten doorstromen naar groep 3.’ Woordkaarten: ‘De leerkracht begint de dag met het bekijken van een prentenboek of een woordkaart. Ouders zitten één keer per week bij de les en krijgen die woordkaarten ook mee naar huis, zodat zij thuis met dat woord kunnen oefenen. Na een half uur gaat de leerkracht verder met alleen de kinderen en gaan de ouders naar de aula waar een NT2 docent hen verder les geeft.’ Samen in het klaslokaal: ‘Het is belangrijk dat kinderen en ouders samen les krijgen

Na het half uur met de ouders gaan de kinderen zelf aan de slag: spelen in de huishoek bijvoorbeeld waar ze veel praten.’ Effect: ‘Deze manier van werken heeft effect. De kinderen zijn thuis ook bezig met de woorden die we in de les behandelen. Ik merk ook dat de kinderen zich veilig voelen en veel durven te vertellen in deze groep. Meer dan in een grote groep waarin andere kinderen beter Nederlands spreken. Het is dan ook belangrijk dat er, via subsidie, ruimte wordt gegeven om op deze manier te werken.’ Laurie Schellekens is NT2 docent: ‘Ik ga aan de slag met de woorden van de methode LOGO die de kinderen een week erna in de klas leren. Ouders en kinderen kunnen het dan thuis alvast oefenen. Na de woorden voor de kinderen werken we aan het eigen taalniveau van de ouders, op verschillende niveaus met onder andere Nieuwsbegrip, grammatica. Soms hebben ouders opvoedvragen waar we mee aan de slag gaan in het Nederlands.’ Feedback: ‘Elke maandag geef ik tweeëneenhalf uur les aan de ouders. De opkomst is wat onregelmatig, vanwege werk of zwangerschappen. Ouders geven terug dat ze het fijn vinden om veel te leren op hun eigen niveau. En dat ze het prettig vinden om een ochtend per week samen door te brengen.’ Een must: ‘Het VoorporTAAL is een must. Want als we hier te weinig aandacht aan besteden, zijn deze kinderen de laaggeletterden van de toekomst. We moeten hier dus in investeren!’

PrimaOnderwijs 57


Hét digitale lespakket over Nederlands-Indië en WO2 interactieve lessen • complete tijdlijn • online toolbox

GRATIS toegankelijk via www.inclusiefindie.nl


Column

De onderwijswereld van

Esther van der Knaap

Wat nou als je van de wet van Ohm kortsluiting krijgt?! Op het moment dat ik de vraag kreeg om voor deze PrimaOnderwijs aan te sluiten bij het thema van techniek, leverde me dat bijna letterlijk kortsluiting op. Ik weet namelijk best veel van best veel dingen, maar techniek is daar niet een van. Bij wat(t)? denk ik aan een vraag, bij een Berlinerwand aan de Berlijnse muur en bij een beer aan een prachtig groot dier. En niet aan termen die in de techniek voorkomen. Zo ook bij mijn zoon. Doorpakker is het. Kwam van de lagere school af met vmbo-basis advies, inclusief leerwegondersteuning. Maar besloot toen al: ‘Ik wil meester worden!’ Omdat wij onze kinderen hun dromen na laten jagen, begon zo zijn reis die hij uitgestippeld had. Na het vmbo naar mbo-2, welke hij in 1 jaar doorliep. Vervolgens toegelaten op mbo-4 als onderwijsassistent, en uiteindelijk begon hij afgelopen jaar aan de toelatingsprocedure voor de Pabo. Dat verliep prima, en hij werd door de Pabo als toelaatbaar gezien. Haalde zijn toelatingstoetsen, met uitzondering van het onderdeel techniek uit de Natuur en Techniektoets. En besloot vervolgens om gymdocent te worden in plaats van meester op de basisschool. Als gymdocent: geen toelatingstoets, als docent wiskunde: geen toelatingstoets, als docent techniek: geen toelatingstoets. Maar wil je meester worden op een basisschool, dan maak je meerdere toelatingstoetsen en mag je niet starten wanneer je een onderdeel niet haalt. Ik vind dit meten met twee maten. Ik begrijp

dat we de kwaliteit van het onderwijs in Nederland willen waarborgen. Ik vind alleen ook dat dat voor het gehele onderwijs moet gelden EN dat er gekeken moet worden naar de essentie van de verschillende toelatingstoetsen. Want hoe kan het zijn dat iemand die wiskunde wil gaan geven, gewoon zijn droom achterna kan, maar iemand die op een basisschool wil werken een doodlopende weg ingaat wanneer de wet van Ohm hem kortsluiting geeft?! Mijn zoon? Die komt als gymdocent ook echt wel op zijn pootjes terecht. Maar het basisonderwijs is wel een potentieel geweldige meester aan hem verloren. En helaas staat zijn verhaal niet op zichzelf. Toch bijzonder, zeker in tijden waarin de tekorten tegen de dijken opklotsen, dat onze toetscultuur nog steeds belangrijker is dan de man die voor de klas staat.

Esther onderwijswereld-po.nl

PrimaOnderwijs 59


Rekenen extra oefenen of bijspijkeren? Naast de gebruikte rekenmethodes heb je soms extra oefenmateriaal nodig; hetzij om bepaalde sommen of begrippen bij te spijkeren, hetzij om de snellere rekenaars van de groep van extra oefeningen en uitdaging te voorzien.

Zelfstandig werken met de Z-Rekenen oefenboekjes van hieme eulenho

Meer uitdaging voor snelle en betere rekenaars vind je in de werkboekjes van Rekentijger

Junior Einstein e ectief oefenen voor cito en eindtoetsen

Plustaak Rekenen: verrijkende rekenopdrachten voor (Plusklas-)leerlingen

Educatheek biedt een ruim assortiment van deze methode-onafhankelijke rekenmaterialen. Inzetbaar naast elke rekenmethode en beschikbaar voor alle groepen van de basisschool, praktijken, bijlescentra en thuis!

Meer rekenmaterialen vind je op

/rekenen


‘Met LOF wil ik zowel mijn collega’s als leerlingen enthousiasmeren voor techniek en ICT’

‘Ontwikkeling houdt je scherp’ Erik-Jan Holleman

Erik-Jan deed een jaar geleden een aanvraag bij het LerarenOntwikkelFonds (LOF). ‘Ik heb mijn ideeën voor de school en de stichting op papier gezet, concreet gemaakt en bijgeschaafd. Tot er een helder plan stond voor de ontwikkeling van een leerlijn wetenschap en techniek voor onze stichting.’ Een plan dat niet alleen geschreven is voor de leerling, maar juist ook voor de leerkracht. ‘Zoals we bij taal en rekenen weten dat we ‘boven de stof moeten staan’, zo staan leerkrachten dat bij ICT en techniek vaak niet, omdat er weinig interesse voor het onderwerp is. En een tekort aan tijd.’ Ook is Erik-Jan ervan overtuigd dat de materie voor leerkrachten (en leerlingen) vaak te abstract is. ‘Mijn doel is om leerkrachten concrete en bruikbare materialen en lessen aan te bieden, zodat ze zelf enthousiast raken en hun kennis kunnen overdragen’, zo legt hij uit. ‘Ik zou willen dat leerkrachten techniek begrijpen aan de hand van alledaagse voorwerpen en vragen als: hoe werkt het als ik een e-mail verstuur? En hoe werken de zonnepanelen op het dak van deze school?’ Een van de leermiddelen waar de school - door de plannen van Erik-Jan - gebruik van gaat maken is de Micro:bit, een mini-computertje waarmee je gemakkelijk leert programmeren.

Tijd en ruimte De ontwikkeling van deze nieuwe leerlijn heeft Erik-Jan, door middel van het LerarenOntwikkelFonds, kunnen spreiden over twee jaar. ‘De subsidie die we hebben gekregen kunnen we volledig

Kinderen weten als geen ander de knopjes van een computer of smartphone te bedienen. ‘Maar zodra er een probleem ontstaat, lopen ze vast. Puur omdat ze geen idee hebben wat er zich achter die knopjes afspeelt. Daar wilde ik wat aan doen’, zo stelt Erik-Jan Holleman, leerkracht en ICT’er binnen stichting OPONOA in Borculo. DOOR MARLOES SMIT

naar eigen inzicht inzetten. In tijd en studiekosten. Bovendien kan ik door LOF een effectieve bijdrage leveren aan innovatie binnen de school. Wat ik belangrijk vind om over te brengen aan mijn collega’s is dat het omgaan met techniek en ICT niet iets extra’s is. Het is essentieel dat zij de materie dus kunnen koppelen aan andere vakken.’ Door de ruimte die LOF met zich meebrengt is Erik-Jan ook het gesprek aangegaan met diverse middelbare scholen in de buurt. ‘Zodat we een doorlopende leerlijn kunnen ontwikkelen. Door de gesprekken loopt inmiddels ook het idee om de basisscholen gebruik te laten maken van de technieklokalen van deze middelbare scholen.’ Erik-Jan: ‘Door LOF kan ik mij als leerkracht blijven ontwikkelen, dat houdt me scherp.’ Kijk voor meer informatie op

lerarenontwikkelfonds.nl Over LOF LOF is een netwerk van, voor en door leraren die het onderwijs van onderop willen vernieuwen. LOF biedt leraren uit het primair, voortgezet en middelbaar (beroeps)onderwijs begeleiding en bijeenkomsten om een onderwijsinnovatie te realiseren. Aankomend schooljaar start weer een groep ondernemende leraren met behulp van LOF met een innovatief traject op hun school, om het onderwijs te verbeteren. PrimaOnderwijs 61


! m a

a

n

é k u e

l

z leer

schoolsupport SPELLEN

ZELFCONTROLERENDE SPELLEN VOOR TAAL EN ! N E R E V I T O M TEKSTBEGRIP

Schoolsupport biedt scholen al 20 jaar effectieve taal- en rekenspellen. Aantrekkelijke oefening én extra oefening op het gebied van de tafels, woordenschat, tekstbegrip, klokkijken, spelling, optellen en aftrekken. Op een speelse en effectieve manier oefenen staat centraal bij deze spellen. Laat elke leerling op zijn of haar eigen niveau werken, want zo oefent iedere leerling met resultaat en plezier! Kies en bestel op schoolsupport.nl!

www.schoolsupport.nl

prima_onderwijs_Advs.indd 1

20

helpt al 20 jaar! 6-8-2020 14:33:55


L es p a k ket Het enige echte lespakket!

Bestel nu het oďŹƒciĂŤle Sinterklaasjournaal lespakket dat aansluit op de inhoud van het bekende tv-programma. Je ontvangt diverse activiteiten en materialen om zonder uitgebreide voorbereidingen samen met de kinderen actief Het Sinterklaasjournaal te beleven.

Bestel op www.educatheek.nl/sinterklaasjournaal


Inspiratie om te starten met W&T-onderwijs?

ECH WEL! dĂŠ verbinder voor toekomst in technologie jet-net.nl


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.