PrimaOnderwijs juni 2016

Page 1

nummer 4 • juni 2016 • www.primaonderwijs.nl • verschijnt 6x per jaar •

GEZONDE LEERLING PRESTEERT BETER

MET:

Gratis Olympisch lespakket van NOC*NSF Samen werken aan een Gezonde School Unieke zaalvoetbalcompetitie brengt scholieren in beweging

EDG_JUN_001_Cover_v12.indd 1

11-05-16

23:01


1

N gra eem oud tis ee er m n ee!

Nationaal Congres Ouderbetrokkenheid Maak werk van ouderbetrokkenheid!

15 september 2016 Amersfoort

Een goede samenwerking tussen school en ouders is belangrijk voor een optimale ontwikkeling van elke leerling. Maar hoe geeft u vorm aan deze samenwerking? Het congres omvat ook dit jaar presentaties van experts op het gebied van ouderbetrokkenheid, best practices, interactieve en ludieke intermezzi, netwerken en meer.

Keynote speakers: MariĂŤtte Lusse (onderzoeker en lector Hogeschool Rotterdam), Laura Bay (president Parent Teacher Association in de VS), Peter Hulsen (directeur Ouders & Onderwijs) en Peter de Vries (CPS).

Voor: leid inggev en ouders enden, docenten uit het ba sis en voortgeze t onderw ijs.

Schrijf u in op nationaalcongresouderbetrokkenheid.nl

Adv CPS POonderwijs Juni16.indd 1 EDG_JUN_002-003_Inhoud_v03.indd 2

12-05-16 08:40 12-05-16 08:57


16 08:40

Inhoud 8 12 14 16

Gezonde leerling presteert beter! KNVB en Coca-Cola dagen middelbare scholen uit

En verder: 5 Nieuws 20 Onderwijsshop: Educatheek 22 Betere toekomst met W&T 24 Wetenschap & Technologie in de praktijk 30 De vijf rollen van de leraar 32 Boeken voor de Excellente leraar 36 SLO concretiseert kerndoelen Engels basisonderwijs

Met 170.000 lezers het grootste blad voor alle onderwijsprofessionals. PrimaOnderwijs is een uitgave van

Naast het magazine biedt PrimaOnderwijs een tweewekelijkse nieuwsbrief en www.primaonderwijs.nl EDG Media Postbus 40266 3504 AB Utrecht Uitgever Erik Trimp Assistent-uitgever/coördinator Vanessa Pelle, vpelle@edg.nl

EDG_JUN_002-003_Inhoud_v03.indd 3

38 40 42 45 50 52

Gratis Olympisch lespakket van NOC*NSF Samen werken aan een Gezonde School

Leerkrachten op Engelse cursus Schooltv-lesmaterialen vernieuwd Automatiseren bij rekenen Vmbo’ers oriënteren met PSO-kit De kracht van ICT in het onderwijs Juf Marita’s ‘digitale koffiekamer’

Vormgeving Tom Venema Martin Hollander Medewerkers Mariska Bloemberg, Tefke van Dijk, Marieke Moraal, Esmee Roetman, Studio Stampij Foto’s Human Touch Photograpy, iStock, Shutterstock, Marius Roos

Verschijning en verspreiding PrimaOnderwijs verschijnt 6 keer per jaar. Verspreiding via gecontroleerde distributie door EDG Media bij alle basisscholen en scholen in het voortgezet onderwijs in Nederland. Redactie 030-241 70 44 redactie@primaonderwijs.nl Sales Mark Hutzezon 030-2417025, mhutzezon@edg.nl

Klantenservice 030-241 70 20 klantenservice@edg.nl Copyright 2016 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, overgenomen of openbaar gemaakt zonder voorafgaande toestemming van de uitgever. De uitgever is niet aansprakelijk voor enig handelen op grond van de in dit blad gegeven adviezen of gedane mededelingen.

12-05-16

08:57


Student Lerarenopleiding Hogeschool Inholland vertelt

Door de crisis was ik genoodzaakt een carrièreswitch te maken. Ik ben nu naast docent Informatiekunde, ook docent Wiskunde! Wim Mual Deeltijdstudent Lerarenopleiding Wiskunde

Sinds drie jaar werk ik als leraar Wiskunde en Informatiekunde op het voortgezet onderwijs. Omdat het noodzakelijk is om een lesbevoegdheid te hebben, ben ik op zoek gegaan naar een passende studie. Bij Inholland volg ik een versneld deeltijdprogramma bij de Lerarenopleiding Wiskunde. Hierdoor kan ik binnen twee jaar mijn lesbevoegdheid halen. Bij Inholland volg je vakoverstijgend onderwijs. Dit houdt in dat je vakken volgt van andere opleidingen. Sommige vakken zijn best tijdrovend en van sommigen zie ik af en toe niet direct de toegevoegde waarde, maar ze zorgen er wel voor dat ik zo nu en dan uit mijn ‘comfort-

De sfeer in Amstelveen is erg gemoedelijk en persoonlijk. De locatie is kleinschalig en er werken inspirerende docenten. Als ik klaar ben met mijn opleiding, dan denk ik erover om door te gaan voor mijn eerstegraads. Tegen die tijd ben ik eind vijftig en hoop ik tot mijn pensioen voor de klas te blijven staan! Aankomende deeltijdstudenten wil ik aanraden een goede balans te vinden tussen gezin, werk en de opleiding. Zorg er voor dat je de ‘fun’ in studeren vindt! Wil jij net als Wim je lesbevoegdheid halen en ben je geïnteresseerd in een Lerarenopleiding? Kom voor meer informatie naar de Open Avond op 8 juni. Meld je aan op www.inholland.nl/leraar-worden

m v i s e l Geen ! g a d e i d stu

:)

Morgen:

zone’ stap. Ik word gedwongen om op een andere manier te denken.

Omdat u nooit bent uitgeleerd www.medilexonderwijs.nl

MEDICORP_172x142,5_PrimaOnderwijs_0616.indd 1 EDG_JUN_004-005_Nieuws_v07.indd 4

9-5-2016 11-05-169:01:59 23:03


Een mooie match tussen onderwijs en ICT Ben jij werkzaam op een school en wil je leerlingen laten zien wat ICT kan betekenen voor hun toekomstige studie of carrière? Het aantal onvervulde ICT-vacatures loopt hard op, daar liggen dus carrièrekansen! Geef IT Door matcht ICT-professionals aan scholen om leerlingen en docenten een beeld te geven van de vele mogelijkheden op de arbeidsmarkt voor ICT’ers. Het ICT-werkveld is namelijk veel spannender en veelzijdiger dan jongeren vaak denken. Met een persoonlijk verhaal van een ICT-professional of een workshop programmeren, inspireert Geef IT Door jongeren om te kiezen voor een opleiding en carrière in dit veld. Daarnaast biedt Geef IT Door docenten handvatten om de kansen op de arbeidsmarkt voor ICT’ers uit te dragen. Zo wordt het tekort aan ICT-professionals aangepakt en krijgen jongeren een goed beeld van hoe leuk en afwisselend werken met ICT is.

NIEUWS

GEEF IT DOOR!

Ook leerlingen uitdagen om te kiezen voor een opleiding én loopbaan in de ICT? Scholen in het voortgezet onderwijs kunnen zich op geefitdoor.nl aanmelden voor een kosteloze gastles.

Bekende YouTubers brengen

nieuws en actualiteiten NTR heeft in samenwerking met de NPO het YouTube-programma Rauwkost gelanceerd, een nieuws- en actualiteitenprogramma voor jongeren waarin zes bekende YouTubers de actualiteiten op hun eigen manier behandelen. Op het kanaal verschijnt iedere dinsdag om 17.00 uur een post waarin YouTubers Diana Leeflang (DisforDazzle), Youssef Koukouh (YousToub), Veras Fawaz (Fijne Vrienden), George Chvojka (Fijne Vrienden), Rens Polman (Lieve Bertha) en Defano Holwijn (Defano) afwisselend van elkaar een actueel of opvallend onderwerp bespreken. Na iedere uitzending komt er extra materiaal beschikbaar op npo3.nl/rauwkost. YouTube is voor jongeren steeds belangrijker als nieuwsplatform. Met Rauwkost speelt de NTR hier op in, door jongeren in een persoonlijke en betrokken vorm te benaderen met serieuze en opvallende actualiteiten. De pilot van Rauwkost realiseerde via verschillende platforms meer dan 100.000 views. De interesse voor het programma wijt bedenker en eindredacteur Selli Altunterim aan het unieke karakter van Rauwkost. ‘Het is het eerste actualiteitenprogramma met jonge YouTubers én het eerste programma waarin de publieke omroep samenwerkt met YouTubers.’

PrimaOnderwijs 5

EDG_JUN_004-005_Nieuws_v07.indd 5

11-05-16

23:03


Skills Talents, de vakwedstrijden voor laatstejaars vmbo'ers, is dĂŠ uitdaging voor vmbo-leerlingen. Je ziet hen tijdens de wedstrijden groeien in hun persoonlijkheid, maar ook in vakkennis. Dit start al tijdens de voorronde op school. De leerlingen worden in teams van drie uitgedaagd tijdens de voorronde, het provinciaal kampioenschap en de nationale finale en halen in wedstrijdverband het beste in zichzelf naar boven.

SCHRIJF VOOR DE ZOMERVAKANTIE IN Verzeker jezelf nu van deelname. Ga naar skillstalents.nl/inschrijven. Schrijf je voor de zomervakantie in, dan ontvang je een originele Skills Talents Dopper!

11 VERSCHILLENDE WEDSTRIJDRICHTINGEN Sluiten aan op de eindtermen van het vmbo Op te nemen in het PTA Middel binnen het LOB-traject

Deelname is kosteloos. Vragen of een afspraak maken? Bel: 088 080 8868 of mail info@skillstalents.nl

EDG_JUN_006-007_VMBO_v03.indd 6

12-05-16

08:44


Nieuw vmbo is er bijna klaar voor! Nieuwe profielen in bestaande leerwegen

Het vmbo gaat veranderen. Vanaf augustus 2016 kent het vmbo niet langer afdelingsprogramma’s als metselen, uiterlijke verzorging of administratie, maar tien profielen. Elke school met een vmbo-afdeling biedt één of meer profielen aan. Elk profiel bestaat uit een vast deel (het profielvak) en een flexibel deel (keuzevakken), een deel waarin leerlingen keuzes kunnen maken, bijvoorbeeld om zich meer in een richting te verdiepen of te oriënteren voor hij een keuze maakt voor een vervolgopleiding. De leerwegen in het vmbo veranderen niet, een leerling zit dus in de basisberoepsgerichte leerweg, de kaderberoeps­ gerichte leerweg, de gemengde leerweg of de theoretische leerweg.

Loopbaanoriëntatie en begeleiding (LOB) Waar een leerling ook voor kiest en welke leerweg hij ook volgt, hij krijgt altijd begeleiding bij het maken van keuzes en het samenstellen van zijn programma (LOB: loopbaanoriëntatie en begeleiding). In individuele reflectiegesprekken wordt, samen met de leerling, ­ besproken waar zijn passie ligt, waar hij goed in is en in welke richting hij zich verder wil ontwikkelen. Die keuzes legt de leerling vast in zijn loopbaandossier. Hoe dat dossier eruit ziet, mag elke school zelf bepalen.

Pilots De afgelopen jaren hebben 50 scholen ervaring opgedaan met het nieuwe vmbo. Deze ervaringen staan centraal in het boekje Kijk op keuzes. In portretten vertel-

Tien profielen • BWI: Bouwen, wonen, interieur • D&P: Dienstverlening en producten • E&O: Economie en ondernemen • Groen • HBR: Horeca, bakkerij en recreatie • MaT: Maritiem en techniek • M&T: Mobiliteit en transport • MVI: Media, vormgeving, ict • PIE: Produceren, installeren en energie • Z&W: Zorg & welzijn

EDG_JUN_006-007_VMBO_v03.indd 7

len zes pilotscholen welke keuzes zij hebben g ­ emaakt en hoe ze het nieuwe vmbo op hun school hebben vormgegeven. Het nieuwe vmbo biedt zowel scholen als leerlingen veel mogelijkheden, bijvoorbeeld door te kiezen voor smalle, specialistische o ­ pleidingen of juist voor een breed aanbod. In alle ­gevallen kiest een school voor een aanbod dat past bij zijn leerlingen en de regio waarin de school staat, en altijd bereidt het vmbo voor op een vervolgopleiding in het mbo, want vmbo is geen eindonderwijs. Op veel scholen kunnen leerlingen de helft van hun beroepsgerichte programma zelf invullen door keuzevakken te kiezen die passen in hun LOB-­ proces. Juist deze keuzemogelijkheden motiveren leerlingen enorm, zo heeft de pilot uitgewezen.

Examen De afgelopen weken hebben 4.000 leerlingen deel­ genomen aan de pilotexamens. Gelukkig zijn de meeste leerlingen, net als voorgaande jaren, geslaagd. Zij zetten hun beroepsopleiding voort op het mbo. Meer informatie over het nieuwe vmbo, in de vorm van filmpjes, animaties en artikelen vind je op www.vernieuwingvmbo.nl. Via deze site kun je ook de producten van nieuw vmbo bestellen.

NIEUW

te sgerich beroep ramma’s g pro

vmbo 12-05-16

08:45


Gezonde leerling presteert beter!? Als je je veilig voelt op school, als je goed in je vel zit, als je gezond eet, veel beweegt en frisse lucht inademt, presteer je beter. Dat is een gedachte die door veel schoolbesturen wordt onderschreven. Het is een reden voor veel scholen om structureel aandacht te besteden aan een gezonde leefstijl van hun leerlingen en het vignet ‘Gezonde School’ te behalen. Maar werkt het inderdaad zo? En waar staan we op het moment met ons ‘gezondheidsonderwijs’? Een aantal cijfers, ervaringen, meningen en tips op een rij. door studio stampij foto’s human touch photography | shutterstock | tom van limpt

Op dit moment zijn er meer dan vijfhonderd scholen in Nederland met het vignet Gezonde School. Naar ­verwachting komen daar in 2016 ongeveer zevenhonderd scholen bij. Dit zijn scholen uit het primair onderwijs, voortgezet onderwijs en het middelbaar beroepsonderwijs die structureel aandacht besteden aan een betere gezondheid van hun leerlingen en medewerkers. Ze krijgen daarbij begeleiding van een Gezonde School-adviseur en geld voor taakuren voor een eigen ­medewerker en de uitvoering van gezonde activiteiten. In een tijd waarin we steeds meer stilzitten en ­gemaksvoedsel altijd bij de hand is, lijkt aandacht voor een gezonde leefstijl belangrijker dan ooit.

Rabarber is vies! ‘Vorige week gingen we met een kleuterklas naar de groenteboer’, vertelt Jacqueline Kenter, directeur van basisschool De Touwladder. ‘Dan merk je dat de kinderen veel groenten niet kennen en nog nooit

hebben geproefd. Vaak vinden ze een stukje rettich of rabarber vies. Van ons hoeven ze het niet lekker te vinden, maar ze moeten het wel proberen. En dan zie je dat ze elkaar toch aansteken om het in hun mond te stoppen. Fruit en groenten moet je leren eten. De eerste keer is het niet lekker, maar na een tijdje wel. Als school willen we onze leerlingen graag bewust maken van waar hun eten vandaan komt. Iedere klas heeft een schooltuintje waarin de kinderen zelf plantjes zaaien. De oogst wordt in de klas opgegeten. We ­h ebben ook kippen, geiten, cavia’s en konijnen in de binnentuin. De eieren van de kippen worden door de leerlingen gekookt, gebakken of verwerkt in een pannenkoek. Natuurlijk is het primair een taak van de ouders om hun kinderen een gezonde leefstijl aan te leren. Maar wij vinden dat we ze ook moeten ­s timuleren om gezond te eten en veel te bewegen. Even tussen twee lessen door dansen of rekken en strekken om het bloed weer te laten stromen. Het is goed voor kinderen en ze vinden het fijn.’

Frisse school Onderzoek van TNO toont aan dat leerlingen beter presteren als hun klaslokaal goed wordt gelucht. In veel klaslokalen loopt de concentratie CO2 gedurende de dag steeds meer op. Leerlingen van groep 7 en 8 die in een goed geventileerde ruimte zaten, maakten tijdens dit onderzoek minder taal- en r­ ekenfouten dan leerlingen die zaten te werken in een ruimte waar het CO2-gehalte langzaam steeg. Bron: TNO-rapport 2006-D-1078/B Het effect van ventilatie op de cognitieve prestaties van leerlingen op een basisschool

8

EDG_JUN_008-011_GezondeLeerling_v10.indd 8

11-05-16

23:06


Werkt dat nou, zo’n Gezonde School? In 2010 stelden de ministeries van VWS en OCW al dat meer aandacht voor gezondheid op basisscholen zorgt voor gezonder gedrag, betere schoolprestaties en ­minder vroegtijdige schoolverlaters. Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM)/Centrum ­Gezond Leven, GGD GHOR Nederland, de PO-Raad, VO-raad en de MBO Raad werken samen om de ­Gezonde School te stimuleren en verder te ontwikkelen. Uit onderzoek van het RIVM en TNO bleek dat de aandacht voor dit onderwerp structureel moest zijn om daadwerkelijk effect te hebben. Het was de start van de Gezonde Scholen in Nederland. De programma’s zijn onder andere gericht op het stimuleren van

­ ewegen, het aanbieden van educatie over gezonde b voeding en het verbeteren van het welbevinden. Maar leiden deze activiteiten ook tot een gezondere leefstijl van leerlingen en betere resultaten op school? Het RIVM stelde een factsheet samen op basis van ­bestudeerde wereldwijde literatuur over dit onderwerp. Daarin staat dat er weinig studies zijn naar de rechtstreekse relatie tussen Gezonde School-activiteiten en schoolprestaties. Wat wel blijkt is dat Gezonde School-­activiteiten daadwerkelijk bijdragen aan een gezondere leefstijl van leerlingen. En een gezonde leefstijl hangt inderdaad samen met betere school­ prestaties.

Een paar bevindingen uit de factsheet • Leerlingen die op school deelnemen aan activiteiten op het gebied van voeding, eten daarna meer groenten en fruit dan andere leerlingen. • Leerlingen die op school drinkwater en educatie krijgen, hebben 30 procent minder kans op overgewicht. • Op scholen waar programma’s zijn om pesten ­tegen te gaan, worden leerlingen 17 procent minder gepest. • Leerlingen die een beweegprogramma hebben gehad, bewegen per dag 5 tot 45 minuten meer. • Op scholen die een anti-rookprogramma combineren met sociale competentie- en sociale beïnvloedings­ programma’s, roken de leerlingen 12 tot 23 procent minder. • Leerlingen met overgewicht die meer gaan bewegen, scoren beter in wiskunde, uitvoerende functies en krijgen een beter werkgeheugen. Hun cijfer stijgt gemiddeld van een 6 naar een 6,2 of 6,3. • Als leerlingen meer gaan sporten op school t­ ijdens de lestijd gaat dit niet ten koste van de schoolprestaties. Bron: RIVM De effectiviteit van Gezonde School-activiteiten, www.gezondeschool.nl

Op www.gezondeleefstijl.slo.nl staat het leerplankader met leerdoelen over hoe je leerlingen kunt helpen bij het ontwikkelen van een gezonde leefstijl. Als je durft: op www.testjeleefstijl.nl kun je testen hoe gezond je eigen leefstijl is.

EDG_JUN_008-011_GezondeLeerling_v10.indd 9

11-05-16

23:06


Schoolplein-praat • B ijna 90 procent van de Nederlandse scholen heeft een schoolplein. • Leerlingen in het primair onderwijs hebben g ­ emiddeld 5,5 uur pauze per week. • Op meer dan de helft van de schoolpleinen is o ­ nvoldoende aanbod aan sport- en spelactiviteiten. • 43 procent van de kinderen vindt hun schoolplein saai. • Uit onderzoek blijkt dat een gezond schoolplein bewegings­armoede tegengaat, de concentratie en het welbevinden van de leerlingen verbetert en dat er minder ruzies ontstaan.

Op www.hoegezondisjouwschool.nl kun je testen hoe ver je eigen school is met gezondheids­onderwijs en krijg je ideeën aangereikt over wat je nog meer zou kunnen doen.

advertentie slechts

25 30, voor 6 weken

Schooltennis Tenniskids@school Tenniskids is hét KNLTB tennisprogramma voor kinderen tot en met 12 jaar. Met een kleiner racket en zachtere ballen leren kinderen de sport razendsnel te spelen. Plezier en samenspel; daar draait het om bij Tenniskids. Met het KNLTB Tenniskids@school pakket heeft u de kans om Tenniskids op een leuke en toegankelijke manier in uw lesprogramma op te nemen. Het Schooltennispakket bevat:

· Rackets, ballen, pylonnen en diploma’s · Uitgewerkte lessen, ook voor leraren zonder tenniservaring · Complete lessen voor groep 3 t/m 8

Bestel uw Tenniskids@school pakket op www.knltb-uitleen.nl

EDG_JUN_008-011_GezondeLeerling_v10.indd 10

11-05-16

23:07


En gezonde leefstijl in de praktijk ‘We moeten voorkomen dat er steeds meer mensen bij komen met chronische ziektes die worden veroorzaakt door een ongezonde leefstijl’ Een bewust beleid op het gebied van geestelijke en lichamelijke gezondheid lijkt dus wel degelijk zijn ­ vruchten af te werpen als het gaat om het verbeteren van schoolresultaten. Maar het omzetten van de theorie naar de praktijk is niet altijd even gemakkelijk. De RIVM-­ rapportage Volksgezondheid Toekomst Verkenningen van 2010 waarschuwde al dat kinderen bijvoorbeeld veel te weinig bewegen. Zo haalde 55 procent van de kinderen tussen vier en elf jaar en 62 procent Jan Faber van de jongeren tussen twaalf en zeventien de combinorm niet. Het gaat dan om de Nederlandse Norm Gezond Bewegen (minimaal zestig minuten per dag matig ­intensief bewegen) of de Fitnorm (minimaal drie d ­ agen per week twintig minuten lang intensief bewegen). Sindsdien krijgt een gezonde leefstijl steeds meer aandacht op scholen.

Onderwijsagenda SBGL Wat kunnen scholen doen om een gezondere leefstijl van hun leerlingen te bevorderen? De Onderwijsagenda Sport, Bewegen en een Gezonde Leefstijl (SBGL) houdt zich bezig met deze vraag. Het is een samenwerkingsverband van de PO-Raad, de VO-raad en de MBO Raad. Het SBGL stimuleert scholen om werk te maken van een gezonde leeromgeving met de hulp van landelijke en regionale partners. Jan Faber is projectmanager.

‘We stimuleren scholen om na te denken of bijvoorbeeld het eten in hun kantine wel gezond is, of het schoolplein voldoende uitdaging biedt en wat de ­mogelijkheden zijn een vakleerkracht bewegings­ onderwijs in te zetten. We kunnen de hulp van lokale instanties inroepen om de school hierbij te helpen en we bieden Gezonde School-­ adviseurs en financiële middelen om een eigen specialist Gezonde School aan te stellen. Ook hebben we op de website www.gezondeschool.nl allerlei informatie over bijvoorbeeld de aanpak G ­ ezonde School, lesmaterialen en vignetten Gezonde School.’

Vitale burgers opleiden ‘Aandacht voor deze thema’s is op school nodig omdat er in onze maatschappij steeds meer mensen zijn met chronische ziektes, die veroorzaakt worden door een ongezonde leefstijl. De zorgkosten stijgen steeds v­ erder. Mensen moeten tegenwoordig langer doorwerken en dus ook langer fit zijn. Het voorkomen van welvaartsziektes is een belangrijke taak voor vele partijen in Nederland, scholen kunnen een belangrijke rol spelen. Wij moeten aan het einde van de rit vitale mensen op de arbeidsmarkt zetten die een gezonde leefstijl hebben en dit vast kunnen houden. Daar hebben we uiteindelijk ­allemaal profijt van.’ Is dit artikel een aanleiding om je te verdiepen in wat een G ­ ezonde School nu precies inhoudt? Op www.gezondeschool.nl vind je alle informatie.

Minder friet Zorgt gezondere voeding voor ­b etere school­resultaten? Volgens een onderzoek van de Britse universiteit van Hull onder 25 duizend leerlingen wel. Tweederde van de onderzochte kinderen kreeg op school een gezond menu voor­ geschoteld. Het andere deel hield het bij de traditionele friet en vette snacks. De kinderen werden vervolgens vier keer per dag getoetst. De kinderen met een g ­ ezonde lunch in hun maag scoorden b ­ eter tijdens die testen. Ze bleven rustiger, konden langer hun concentratie vasthouden en waren minder geprikkeld.

PrimaOnderwijs 11

EDG_JUN_008-011_GezondeLeerling_v11.indd 11

12-05-16

08:56


Haal de Olympische Spelen naar school! Aan de slag met het TeamNL in de Klas educatieprogramma van NOC*NSF Van 5 tot en met 21 augustus is het zover, dan worden in het Braziliaanse Rio de Janeiro de Olympische Spelen gehouden. NOC*NSF heeft sinds een aantal jaren het Olympisch lespakket voor scholen in het basisonderwijs ontwikkeld. Met het Olympisch lespakket Rio 2016 kun je met leerlingen volop aan de slag met sport. Zo krijgen leerlingen een uniek kijkje in de wereld van de Olympische Spelen en die van Rio 2016 in het bijzonder. door fabienne van leeuwen

Door te sporten kunnen leerlingen genieten en plezier beleven, worden ze gezonder en leren ze op een juiste manier met elkaar om te gaan. Het Olympisch lespakket bestaat uit veel informatie over de Olympische Spelen met allerlei opdrachten. In het lespakket staan de Olympische waarden Excelleren (IK), Respect (JIJ) en Vriendschap (WIJ) centraal. Deze waarden gelden niet alleen in de sport, maar juist ook in de dagelijkse ­omgang met elkaar. Hoe gaan leerlingen met elkaar om tijdens de gymles of in de klas? Hoe gaan ze om met de tegenstander voor, tijdens en na de wedstrijd? Hoe lossen ze een ruzie op? En komen ze voor een andere leerling op?

(en soms lastigere) onderwerpen bespreekbaar te maken in de klas. Die onderwerpen kunnen te maken hebben met de omgang met elkaar in de klas, tijdens de gymles en op school, maar ook met actuele thema’s zoals geweld ­tegen scheidsrechters, onsportief gedrag in het algemeen en de gevolgen van langdurig pesten. Je kunt het bijvoorbeeld gebruiken als inleiding op het maken van omgangsregels in de klas, als verdieping dan wel alternatieve ­benadering van onderwerpen op sociaal-emotioneel ­gebied, als onderdeel van een schoolproject en als aanvulling op het Olympisch lespakket.

Bespreekbaar maken

In navolging van het Olympisch lespakket Sochi 2014 is er nu rond de Zomerspelen weer nieuw materiaal beschikbaar. Het TeamNL in de Klas educatieprogramma

Met het Olympisch lespakket kun je de Olympische Spelen en sport ook als ingang gebruiken om meer persoonlijke

Rio 2016

12

EDG_JUN_012-013_NOCNSF_v07.indd 12

11-05-16

23:08


NOC*NSF-directeur Gerard Dielessen: ‘Met het Olympisch educatieprogramma hopen we kinderen via school kennis te laten maken met een groot aantal sporten. We willen dat ze deze sporten ook echt gaan beleven, zodat ze nog meer kunnen genieten van sport. Daarnaast is het voor kinderen ook goed kennis te maken met de historie van de Olympische Spelen, de waarden en alles wat daarbij hoort.’

van NOC*NSF voor Rio 2016 bevat een bundeling van projecten, activiteiten en producten die de doelstelling hebben de leerlingen op een positieve manier te enthousiasmeren, informeren, amuseren en te laten participeren in de context van Vriendschap, Excelleren en Respect met de Olympische Spelen als uitgangspunt. Het TeamNL in de Klas educatieprogramma omvat daarom, naast het digitale lespakket Rio 2016, ook een spreekbeurtpakket, de Olympische afscheidsmusical START en nog veel meer. Leerlingen kunnen meedoen aan een quiz en krijgen leuke knutseltips om bijvoorbeeld een eigen medaille, vlag of poster te maken. De Olympische filmpjes zijn ook een aanrader. Er zijn tips van Sam die ervan droomt om de beste voetbalster van de wereld te worden, leerlingen kunnen meekijken met het eerste boksgevecht van Joey of op avontuur gaan met Julie, die middenin de marathon van Amsterdam belandt. Bij deze films horen lesbrieven die geschikt zijn voor een lesuur op de basisschool en de brugklassen van het voortgezet onderwijs. Zestien sportbonden van onder andere atletiek, tennis en voetbal hebben bovendien in samenwerking met het onderwijs passende sportlessen ontwikkeld voor de basisscholen. Via de school kunnen de leerlingen op een gemakkelijke en laagdrempelige manier kennismaken met een groot aantal sporten. Deze sportlessen kunnen tijdens de gymlessen ingezet worden. Plezier en vooral veel bewegen staan daarbij centraal.

Drie Olympische kernwaarden • IK = Excelleren Sporten draagt bij aan je lichamelijke en geestelijke ontwikkeling en welbevinden. Daardoor leren leerlingen zichzelf beter kennen, waardoor ze beter in staat zijn het beste uit zichzelf te halen. • JIJ = Respect Voorbeeldfiguren zijn een bron van inspiratie. Die voorbeeldfiguren zeggen: ‘Het beste uit jezelf halen? Dat kun jij ook. Tast je grenzen af, dan krijg je respect voor jezelf.’ En: ‘Wie zichzelf respecteert, heeft respect voor anderen.’ • WIJ = Vriendschap Door wederzijds respect en samen dingen te ondernemen ontstaan vriendschappen.

Digitaal beschikbaar Om Olympische educatie in de volle breedte zichtbaar te maken is het gehele programma te vinden op de website www.nocnsf.nl/educatie. De inhoud is zo samengesteld dat het via het digitale schoolbord of de computer kan worden gebruikt door leerkrachten en leerlingen van de basisschool en in de onderbouw van het voortgezet onderwijs.

Wil je als school of als leraar ook actief aan de slag gaan met de gratis lessen van het Olympisch educatieprogramma of met ander Olympisch materiaal? Bekijk de website www.nocnsf.nl/educatie en doe mee! PrimaOnderwijs 13

EDG_JUN_012-013_NOCNSF_v07.indd 13

11-05-16

23:08


KNVB en Coca-Cola dagen middelbare scholen

uit met unieke zaalvoetbalcompetitie Meer jongeren laten bewegen en bewust maken van een gebalanceerde leefstijl, dat staat centraal in de samenwerking tussen de KNVB en Coca-Cola. Samen zetten zij zich in om het aantal middelbare scholen en teams dat via schoolsportcompetities zaalvoetbalt, te verdubbelen. Hierbij krijgt niet alleen het zaalvoetbal een prominente plek, ook muziek, dans en grafisch ontwerp spelen een grote rol. Iedere leerling kan zo een bijdrage leveren aan het team vanuit zijn of haar interesse. De KNVB en Coca-Cola streven ernaar om meer jongeren te laten voetballen en de voetbalbeleving in Nederland van een positieve impuls te voorzien. Dit is een onderdeel van een overkoepelende partnership die de partijen vorig jaar augustus zijn aangegaan. Vanuit die samenwerking gaan de KNVB en Coca-Cola de komende jaren jongeren enthousiast maken voor sport en hen aanmoedigen óók in beweging te komen. Vanaf het nieuwe schooljaar starten zij via YouTube met een unieke zaalvoetbalcompetitie, die naast meer beweging ook de groepsdynamiek versterkt. Leerlingen worden op klasniveau uitgedaagd om de handen ineen te slaan om hun team te steunen en aan te moedigen. De ontwerper van het teamlogo, de beheerder van de Facebookpagina, de teamfotograaf, de bedenker van het clublied of de stylist die het tenue van zijn klasgenoten samenstelt zijn net zo belangrijk als de goede dribbelaar of de speler met het ziedende schot. Iedere

leerling kan een bijdrage leveren. Via de speciale YouTube-pagina, waar deze zomer de content voor wordt gefilmd, kunnen leerlingen video’s bekijken die hen van gevarieerde opdrachten voorziet. De YouTubeuitdagingen vinden plaats van oktober tot en met november 2016 en kunnen door de leerlingen zelf, zonder hulp van een docent, worden uitgevoerd. Voor de school hoeft het dus geen extra tijd en geld te kosten

14

EDG_JUN_014-015_KNVB_v05.indd 14

17-05-16

09:41


De ontwerper van het teamlogo, de beheerder van de Facebookpagina, de teamfotograaf, de bedenker van het clublied of de stylist van het tenue zijn net zo belangrijk als de speler met het ziedende schot. om mee te doen, maar de betrokkenheid van de ­docenten maakt deelname natuurlijk wel zo leuk! De klas die de meeste opdrachten voltooit, maakt kans om samen met de hele onderbouw een geweldig sportfeest op locatie winnen. Eind november 2016 maken de KNVB en Coca-Cola de winnaar bekend.

Lessen op locatie Als leerlingen enthousiast zijn geworden over zaalvoetbal, hopen de KNVB en Coca-Cola dat ze ook na de scholenchallenge blijven zaalvoetballen. Omdat niet iedere stad of dorp een bestaande scholencompetitie heeft, zal voor 40 scholen in Nederland gratis een KNVB-medewerker beschikbaar komen die een reeks van tien competitieronden op locatie kan verzorgen. Leerlingen kunnen gedurende tien weken, vier uur per week begeleiding krijgen. Kijk dus alvast vooruit om ruimte te maken in de sportagenda. Je kunt je hiervoor inschrijven via www.primaonderwijs.nl/knvb. Let op, het aantal plaatsen is beperkt!

Olympic Moves

Hoewel het doel van de KNVB en Coca-Cola ligt in het verzorgen van een sportief jaar en plezier voor de hele klas (en dus niet per se in het winnen van de zaalvoetbalcompetitie) hebben ze ook verbinding gemaakt met Olympic Moves, één van de grootste schoolsport­competities van Nederland. Dit is een jaarlijkse c­ ompetitie tussen scholen uit het voort­g ezet onderwijs, waarbij scholieren ­elkaar op school, regionaal en daarna nationaal uitdagen om het kampioenschap voor scholen. Heb je als school de smaak dus helemaal te ­pakken, dan kun je jullie team afvaardigen naar Olympic Moves. Er doen nu 100 scholen en 250 teams mee. Met behulp van het Olympic Movesprogramma kunnen jongeren tussen de 12 en 19 jaar binnen de schoolomgeving één van de voetbal­ vormen van de voetbalbond leren kennen. Meer informatie over Olympic Moves is te vinden op www.kvlo.nl/olympicmoves.

Hoe kun je als school meedoen?

Begin van het volgende schooljaar (2016-2017) worden alle details rond dit voor het eerst in Nederland geïntroduceerde programma bekend gemaakt. Wij zullen je ook via Twitter @prima_online op de hoogte houden.

PrimaOnderwijs 15

EDG_JUN_014-015_KNVB_v05.indd 15

11-05-16

23:09


Inspiratietour Gezonde School groot succes ­ GGD GHOR Nederland heeft op vrijdag 8 april de Inspiratietour Gezonde School georganiseerd. Onderwijsprofessionals bezochten acht Gezonde Scholen. Zowel po-, vo- als mbo-scholen werden bezocht. De Koningin Julianaschool in Culemborg kreeg een bezoek van andere scholen uit Nederland. Deze school heeft maar liefst drie themacertificaten. ­Namelijk voor Welbevinden en sociale veiligheid, voor Voeding en voor Bewegen en sport. Ook beschikken ze over een Gezond Schoolplein. Directeur M ­ arianne van der Schee: ‘Wij zijn bezig met ontdekkend spelen

op ons gezonde groene schoolplein en we hebben aandacht voor voeding. Gezonde leerlingen voelen zich prettiger en presteren beter.’ Ook werden er scholen ­ b ezocht in Zoetermeer, Zwolle, Raalte, Veenendaal en A ­ mersfoort. Onderwijsprofessionals kijken graag bij elkaar in de keuken en dit was een unieke kans.

De dag in beeld!

De dag begon met een workshop van dr. Rinka van Zundert, oprichter Veer- & Leerkracht en docent aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Met de ­s telling ‘Gelukkig zijn, kunnen we ze leren’, nam ze

de groep mee in de wereld van de Positieve Psychologie. Ze sloot af met: ‘Als kinderen gelukkiger zijn, voelen ze zich beter én zijn hun schoolprestaties beter.’

Naast een kijkje in de keuken op de scholen, hebben de ­onderwijsprofessionals onderling diverse tips uitgewisseld

over hoe zij in de praktijk werken aan een Gezonde School. Zelf aan de slag? De regionale GGD helpt je graag verder op weg.


Samen werken aan een Gezonde School! Veel scholen investeren in een gezonde en veilige school. De Gezonde School-aanpak helpt om structureel te werken aan de gezondheid van leerlingen. In PrimaOnderwijs laten we elke editie zien hoe jouw school een Gezonde School kan worden. Een Gezonde School werkt aan één of meer thema’s. Deze editie staat het themacertificaat Voeding centraal.

Waarom aandacht voor Voeding? Gezond eten en drinken op school draagt bij aan een goede ontwikkeling van kinderen. Als kinderen op jonge leeftijd gezond leren eten en drinken, verhoogt dat de kans dat zij ook op volwassen leeftijd gezond gedrag vertonen. Er bestaat een relatie tussen eetgewoonten en het aanbod van voeding. Wanneer de school leerlingen stimuleert om gezond te eten en te drinken, bevordert dit gezond eetgedrag. Wat kan jouw school doen? Als school kun je gezonde keuzes faciliteren door de schoolomgeving zo in te richten dat het gezond eten en drinken stimuleert. Dat kunnen vo-scholen bijvoorbeeld doen via de Gezonde Schoolkantine. Daarnaast kunnen po- en vo-scholen zorgen voor watertappunten, zodat leerlingen zelf vers kraanwater kunnen pakken. Geef natuurlijk als leerkracht ook het goede voorbeeld door geen snoep- of koektrommel in de klas neer te zetten en geen frisdrank te drinken. En besteed ook in de klas aandacht aan voeding. Er is een ruim aanbod aan lesmateriaal, zoals LekkerFit! en Smaaklessen voor het basisonderwijs en Weet wat je eet en DOiT voor het voortgezet onderwijs. Beleid en signaleren Het is van belang afspraken te maken over gezond eten en drinken tijdens de ochtendpauze, de lunch en bij traktaties. Deze afspraken leg je als school vast in een beleid. Betrek ook ouders en verzorgers hierbij. Zij bepalen voor het overgrote deel wat leerlingen naar school meekrijgen om te eten en drinken. Het loont om duidelijke afspraken te maken en actief beleid op het gebied van eten en drinken te voeren. De handvatten om je eigen voedingsbeleid te maken en om samen met ouders aan de slag te gaan vind je op www.voedingscentrum.nl/onderwijs. De schoolarts, groepsleerkracht of de vakleerkracht bewegingsonderwijs kan ongezonde eetgewoonten, overgewicht en ondergewicht signaleren, en eventueel doorverwijzen naar een diëtist. Wanneer komt jouw school in aanmerking? Om het themacertificaat Voeding te ontvangen, moet je voldoen aan een aantal criteria op de vier pijlers beleid, educatie, omgeving en signaleren. Meer informatie vind je op: www.gezondeschool.nl.

Voeding Stimuleren van gezond eten en drinken.

Milieu en natuur Realiseren van een frisse, groene en bewuste leeromgeving.

Welbevinden en sociale veiligheid Bevorderen van de sociaalemotionele ontwikkeling binnen een positief pedagogisch klimaat.

Roken en alcohol Voorkomen van roken en alcoholgebruik.

Bewegen en sport Stimuleren van een actieve leefstijl.

Fysieke veiligheid Ter voorkoming van ongelukken in en om de school.

Relaties en seksualiteit Aandacht voor de ontwikkeling van gezonde relaties en seksualiteit.

Bekijk of jouw school in aanmerking komt voor één of meer themacertificaten op

www.gezondeschool.nl

GGD GHOR Nederland is beheerder van het vignet Gezonde School. Neem voor vragen, advies en ondersteuning contact op via vignetgezondeschool@ggdghor.nl.

EDG_JUN_016-17_Voeding-GGD_v07.indd 17

11-05-16

23:11


Advertorial

Eerste gouden schoolkantine in Nederland Landelijke primeur voor schoolcateraar Catermaat en Tessenderlandt! Iris Dros van het Voedingscentrum reikte op donderdag 21 april jl. de allereerste gouden Gezonde Schoolkantine Schaal uit aan locatiedirecteur Johan Michielsen van Scholengemeenschap Tessenderlandt in Breda. De schaal is het resultaat van de voortvarende aanpak van deze middelbare school en cateringbedrijf Catermaat. Met een score van maar liefst 91 procent betere keuzes in catering en 80 procent in automatencatering heeft Catermaat hiermee de eerste gouden schoolkantine in Nederland op zijn naam geschreven.

Geen vette hap meer buiten Een mooie prestatie, vooral omdat er tot anderhalf jaar geleden nog elke dag een drukbezochte frietkraam bij Tessenderlandt voor de deur stond. Ton van de Rijt, facilitair manager: ‘Op een ­automaat met wat broodjes na was er niets. Onze leerlingen stonden dagelijks bij de frietkraam in de rij voor een frietje of kroket. Wij zijn toen met Catermaat op kleine schaal gestart met de verkoop van ter plekke bereide, vers belegde broodjes om een verantwoorde tegenhanger voor die vette hap te bieden. Dit liep al snel zo goed, dat de eigenaar van de frietkraam zijn openingstijden verkortte. Uiteindelijk hebben we in goed overleg besloten afscheid van elkaar te nemen. Nadat de frietkraam uit beeld was, hebben we het Voedingscentrum erbij gehaald en is Catermaat het gezondere assortiment verder gaan uitbreiden.’

Cateraar die van wanten weet Verantwoorde voeding is bij veel ouders en op veel scholen een hot item. Tessenderlandt besloot daarom in 2015 voor het hoogst mogelijke doel te gaan: een

EDG_JUN_018-019_Catermaat_v06.indd 18

­ ezonde Schoolkantine met 75 procent basisproducten G en 25 procent niet-basisproducten volgens de ‘oude’ richtlijnen van het Voedingscentrum. Ton van de Rijt: ‘Ik heb Catermaat gevraagd de route naar een Gezonde Schoolkantine voor ons uit te zetten. Omdat ik zelf uit de catering kom, doorzie ik ­zaken snel. Catermaat is een hele ­betrouwbare, enthousiaste partner gebleken. Ze weten goed waar ze over praten, denken mee, hebben hart voor hun vak en zijn er als ze er moeten zijn.’ Intussen verrees in de hal, net buiten de kantine van Tessender­landt, in augustus 2015 een nieuwe, ­ruimere cateringlocatie. Krap twee maanden later hadden Catermaat en Tessenderlandt de eerste schaal én de smaak goed te pakken.

Bah, toch geen bruine tosti’s?! Ton: ‘Het was Catermaat die begin dit jaar het initiatief nam om de volgende stap te zetten: die naar een gouden schoolkantine volgens de nieuwe Richtlijnen Gezondere Kantines. Wij vonden het een mooie ambitie, goed voor het imago van de school en hebben Catermaat dan ook geheel vrijgelaten. Onze enige voorwaarde was dat we een goedkoop broodje wilden hebben voor leerlingen die niet veel te besteden hebben. Het is Catermaat prima gelukt het totale assortiment eten en drinken én de uitstraling van het aanbod en de cateringlocatie aan de gouden richtlijnen aan te passen. Terwijl medewerkers het direct toejuichten, sputterden leerlingen wat tegen toen we witte tosti’s schrapten en bruine tosti’s gingen verkopen. Maar na twee à drie weken hoorden we er niemand meer over. Nu verkopen we ruim 100 bruine tosti’s per dag en is ie net zo populair als onze andere hardloper: de tarwepistolet roomkaas-komkommer.’

11-05-16

23:11


introduceerde Catermaat een nieuwe verpakking voor snoeptomaatjes, speciaal geschikt voor automaten, en lieten ze de energiewaarde van biologische repen ver­ lagen tot minder dan 110 kilocalorieën waardoor deze nu onder de betere keuze vallen.

‘Blij met gouden inzet Catermaat’ ‘Als één van de ondertekenaars van het Akkoord Gezonde Voeding op Scholen 2016-2020 is Catermaat verantwoordelijk voor een gezonder voedings­ aanbod in het vmbo. Door het aanbieden en aantrekkelijk presenteren van verantwoorde producten zullen jongeren eerder op school blijven eten en drinken. Catermaat levert zo een belangrijke ­bijdrage aan een energieke school en gezondere leefstijl van jongeren. Wij zijn blij met de gouden inzet van Catermaat.’ Marjon Bachra | directeur ­Jongeren Op Gezond Gewicht

Bezoek een ambassadeursschool

Sterk in verantwoorde vending Naast het verbeteren van het balieaanbod nam Catermaat ook de food- en drankautomaten bij Tessenderlandt ­onder handen. Sinds de invoering van de nieuwe Richtlijnen Gezondere Kantines beoordeelt de Schoolkantine Brigade balie- en automatencatering apart. Beide moeten aan de richtlijnen voldoen. Het verantwoord vullen van automaten is de achilleshiel van veel cateraars. ­Catermaat heeft zich juist vastgebeten in de voedingsrichtlijnen en uitstralingspunten voor vending, en in het samenstellen van een breed, dynamisch assortiment lekkere, verantwoorde dranken en tussendoortjes. Zo

Natuurlijk is de situatie op uw school weer anders. Daarom heeft Catermaat voor elke school een aanpak op maat. Ook voor die van u. Bel 0800 - 0230788 voor een kennismakingsgesprek. Wij komen graag bij u langs.

EDG_JUN_018-019_Catermaat_v06.indd 19

Ton van de Rijt is een fervent voorstander van de ­G ezonde Schoolkantine. Toch begrijpt hij de terug­ houdendheid van sommige scholen: ‘Hoewel het werk grotendeels op de schouders van de cateraar rust, is er intern misschien niemand die de kar wil of kan trekken. Het kan ook zijn dat scholen geen goede faciliteiten hebben, noch geld om hierin te investeren. Ze zijn mogelijk huiverig voor confrontaties met leerlingen, friet­k ramen en andere foodtrucks. Of onzeker of het wel gaat aanslaan. ­Tegen die scholen wil ik graag zeggen: kom vooral eens bij ons langs om te horen, kijken, proeven en ervaren.’ Scholengemeenschap Tessenderlandt is een officiële ambassadeursschool van het Voedingscentrum.

Catermaat, Veldsteen 30, 4815 PK Breda, 0800 - 02 30 788 backoffice@catermaat.nl, www.catermaat.nl

11-05-16

23:12


Goed voorbereid het nieuwe schooljaar in!

De leukste artikelen voor binnen en buiten

De zomer is zo goed als begonnen. Neem de kinderen lekker mee naar buiten! Jij kunt vast nadenken over welke materialen je volgend schooljaar nodig hebt of wilt gebruiken in de klas. Hieronder voor buiten en binnen wat tips.

Binnen

Buiten Binnenspeelzand Kinetic Sand

Zand dat lijkt te bewegen en niets op je handen, kleding of meubels achterlaat. Het is geschikt voor vanaf kinderen met allergieën, droogt 95 niet uit, is niet giftig en snel en €14, eenvoudig op te ruimen.

Buiten spelen

Creatieve outdooroefeningen om te leren over thema’s als communicatie, leiderschap, creativiteit en probleemoplossing maar ook over vertrouwen, begrip en waardering.

Buiten bezig

Verras je klas

Kaartspel met vijftig verrassende spelvormen. De spelvormen zijn ingedeeld in de categorieën: spel, bewegen, concentratie, sfeer en samenwerken.

€24,95

€12,50

Boek met doe-tips, handleiding voor planten, bouwen en knutselen, snelle keukenrecepten voor beginnelingen en beschrijvingen van hoe je vogels, bloemen en insecten kunt herkennen en onderzoeken.

t va ker hebben he Vro uwen en n n a m n ko ud da

105 cm

95

€9,

€16,99

125 cm

Krijtspray

€11,95 Aanwijsstok Stevige aanwijsstok van

Fiberglas, inclusief rood oogje om de stok op te kunnen hangen. De aanwijsstok is leverbaar in twee formaten: 105 cm of 125 cm.

Spuitverf op basis van kalk in allerlei kleuren waarmee je op muren of op straten kunt schrijven en tekenen. Met water haal je het allemaal zo weer weg!

Draaitol

Vlechtrepenbak

Een praktische houten bak waarin plaats is voor vier verschillende formaten vlechtrepen: vlechtrepen van 1, 1.5, 2 en 4 cm.

€8,95

€42,34

€72,09

De hoog ste temp eratu ur ooit g em eten is 57 ,7°C

Reuzedraaitol om mee te draaien en tollen of om als dak voor een hut of huisje te gebruiken. Gemaakt van sterk plastic met extra ventilatieveiligheid.

Niet é én n o rm a a l Ne de r rijmt lan ds op h e woo rd t woo rd t w aalf

Educatieve posters

€7,95

Kleurrijke, duidelijke en informatieve posters: het alfabet, kleuren en vormen, tellen van 1 tot 20, tellen van 1 tot 100, tafels, breuken, de wereldkaart, het zonnestelsel, mijn lichaam, het skelet, dinosaurussen, dolfijnen, op de boerderij, hoe laat is het? En optellen tot 20.

Kijk voor informatie over deze en meer leuke artikelen op

www.educatheek.nl

educatheek adv POnderwijs mei16.indd 1 EDG_JUN_020-021_Educatheek-Eneco_v03.indd 20

zijn minstens Tegelijk met jou mensen jarig re de 9 miljoen an

De grootste leermiddelenwinkel van Nederland 03-05-16 13:30 11-05-16 23:12


16 13:30

Kom met de hele klas gratis naar het Eneco WindLab Wat is windenergie? Wanneer is energie duurzaam? Waarom is het zo belangrijk? Je ontdekt het met de hele klas gratis in het Eneco WindLab. Met het bezoek aan het Eneco WindLab in het Havengebied in Amsterdam, inclusief gratis lesprogramma, maken leerlingen van groep 7, 8 en brugklassers op een inspirerende en educatieve manier kennis met de wereld van windenergie. Het lesprogramma is gemaakt in samenwerking met partijen die

gespecialiseerd zijn in het ontwikkelen van interactieve lesmaterialen en sluit aan op een aantal belangrijke, door het ministerie van OCW geformuleerde leerdoelen zoals zorgvuldig omgaan met het milieu. Het programma bestaat uit een voorbereidende les over duurzame energie, een bezoek aan het WindLab en een aantal schoolopdrachten om de opgedane kennis in de praktijk te brengen. Kom ook met de hele klas!

Meld je snel aan via www.eneco.nl/windlab en bied je leerlingen een unieke kijk in de wereld van duurzame energie. Via de site kun je je ook aanmelden voor het lespakket. Wil je nog v贸贸r de zomervakantie een les volgen? Dat kan. Er zijn nog enkele plaatsen vrij. Natuurlijk kun je je nu ook aanmelden voor een les na de zomervakantie. Schrijf je tijdig in want vol=vol.

EDG_JUN_020-021_Educatheek-Eneco_v03.indd 21

11-05-16

23:13


Beter voorbereid op de toekomst met Wetenschap & Techniek Nieuwsgierigheid prikkelen. Talent ontdekken. Al onderzoekend en ontwerpend werken aan nieuwe vaardigheden. Steeds meer basisscholen zien de waarde van Wetenschap & Techniek. Niet voor niets wil het ministerie van OCW dat het in 2020 vast onderdeel is van het curriculum. Is jouw school er al klaar voor?

Oplossingsgericht

Hans den Ouden, adjunct-directeur van de Pniëlschool in Rotterdam, onderschrijft de woorden van zijn collega. ‘Wij vinden techniek een essentieel ­o nderdeel van ons onderwijs. Er zit een groot l­ erend element in alles wat je zelf ontdekt en ontwerpt. En onze maatschappij verandert. Er is behoefte aan ­innovatieve mensen. Met techniek bereid je de leerlingen beter voor op de toekomst, dat is mijn stellige overtuiging. En dat geldt voor zowel jongens als meisjes.’

Foto: TechniekBeeldbank.nu

Een techniekmiddag op CBS De Acker in Bergschenhoek. Jongens én meisjes werken met geconcentreerde koppies samen aan een petfles-raket. Hoe houd je de raket stabiel? Hoe werkt luchtdruk eigenlijk? Hoe haal je het beste uit je ontwerp en samenwerking? De ­leerlingen ontdekken de antwoorden spelenderwijs: techniek nodigt kinderen uit om door te denken en te vragen.

Foto: TechniekBeeldbank.nu

Op De Acker maken de techniekmiddagen sinds een jaar of twee vast deel uit van het curriculum. Techniek­ Zelf doen coördinator Elsemiek van Delft ziet het enthousiasme Maar hoe zorg je voor een effectieve implementatie nog steeds groeien, zowel bij leerkrachten als leerlingen. van Wetenschap & Techniek? Beide scholen klopten ‘Bij technische uitdagingen leren de kinderen analyseren hiervoor aan bij een van de techniek­c oaches van ­TechniekTalent.nu. ‘Wij helpen hoe iets anders of beter ‘Voor elk kind valt er wel iets leerkrachten op weg’, zegt techniek­ kan. Al doende ontwikkelen ze vaardigheden die tegente ontdekken met techniek’ coach René Schrammeijer. ‘Zodat ze het uiteindelijk zelf kunnen woordig heel belangrijk zijn. Bijvoorbeeld oplossingsgericht denken en samen­werken. doen. Je hoeft er echt geen twee rechterhanden voor Voor elk kind valt er wel iets te ontdekken met techniek.’ te hebben als leerkracht.’

EDG_JUN_022-023_TechniekTalent_v03.indd 22

11-05-16

23:13


Foto: TechniekBeeldbank.nu Foto: TechniekBeeldbank.nu

De techniekcoach is één van de initiatieven van ontdek je, samen met je collega’s en op de eigen ­TechniekTalent.nu om basisscholen te helpen bij het school in één uur hoe makkelijk het is om boeiend aanbieden van Wetenschap & Techniek. Uitgangspunt: W&T-onderwijs te geven, volgens de principes van ­Onderzoekend en Ontwerpend Leren. duurzame ver‘Wetenschap & Techniek op de Schrammeijer: ‘We laten zien dat ankering. Want een incidentele ­basisschool is geen rocket science’ je met huis-tuin-en-keuken­spullen leerlingen kunt uitdagen om op techniekles of excursie naar een technisch bedrijf is weliswaar leuk, onderzoek te gaan en zelf oplossingen te bedenken. maar beklijft amper. Wat wel werkt: een onderwijs- Van onderbouw tot bovenbouw. Dat is geen rocket programma waar techniek integraal en structureel ­science. Er zijn talloze opdrachten beschikbaar.’ deel van uitmaakt.

Proefjesproof ‘Scholen kunnen eenvoudig een eerste stap zetten door de Techniekscan in te vullen’, zegt techniekcoach Schrammeijer. ‘Daarmee weet je meteen waar je staat met Wetenschap & Techniek-onderwijs op school en waar de verbeterpunten zitten. Natuurlijk denken leerkrachten soms: kan ik dit wel? Die schroom ­verdwijnt meestal als ze onze kosteloze workshop Hoe word ik proefjesproof? volgen.’ In die workshop

Nieuwsgierig

Zowel de Pniëlschool als De Acker maakt inmiddels volop werk van Wetenschap & Techniek. Elsemiek van Delft van De Acker: ‘René heeft gekeken naar onze wensen en samen met ons een praktisch plan van aanpak opgesteld. Nu doen we het helemaal op eigen kracht, met leerkrachten en leerlingen die het vooral ook heel leuk vinden. Ik kijk nog steeds met verbazing naar de nieuwsgierige gezichten van de kinderen als ze weer een nieuwe opdracht krijgen.’

Ook Wetenschap & Techniek in het curriculum?

TechniekTalent.nu helpt basisscholen kosteloos bij het implementeren van Wetenschap & Techniek in het curriculum met techniekcoaches, de Techniekscan, workshops en nog veel meer praktische middelen. Kijk voor het volledige aanbod op www.techniektalent.nu/aanbod-basisonderwijs.

PrimaOnderwijs 23

EDG_JUN_022-023_TechniekTalent_v03.indd 23

11-05-16

23:14


Wetenschap en Technologie in de klas! ‘Enthousiasme vanuit de leerkracht is essentieel voor succes’ Op scholen wordt enthousiast geëxperimenteerd met Wetenschap & Technologie. Dat blijkt ook wel uit het aantal leraren dat gehoor heeft gegeven aan de oproep om hun verhaal in PrimaOnderwijs te delen met collega’s van andere scholen. Deze editie vertellen leerkrachten Tim Geers en Ton van den Broek hoe zij aan de slag zijn gegaan met ontdekkend en onderzoekend leren. tekst tefke van dijk foto’s marius roos

Heb jij een succesverhaal? Ook enthousiast aan de slag gegaan met Wetenschap & Technologie? Deel jouw succes­verhaal of tips met collega-leerkrachten! Mail de redactie via redactie@primaonderwijs.nl. In elke editie plaatsen we inspirerende praktijkvoorbeelden.

EDG_JUN_024-027_PBTTimen_v02.indd 24

11-05-16

23:15


Tim Geers, leerkracht groep 7, OBS De Kameleon in Den Haag

‘Oplossingen bedenken, ­ betekent anders naar dingen ­kijken, l­inksom of rechtsom bij je doel komen’ ‘W&T staat nog in de kinderschoenen op onze relatief kleine school. Zelf wil ik problemen en oplossingen vanuit leerlingen laten komen en ik doe veel op ­gevoel. Als mij iets leuk lijkt, doe ik het gewoon. Zo hadden we het laatst over water. ‘Waarom kan zo’n grote boot blijven drijven?’, vroeg een leerling. Ik heb geprobeerd dit uit te leggen, maar het bleef vaag. We zijn toen bootjes gaan maken en hebben zo ontdekt wanneer een boot blijft drijven en waarom dat zo is. Onder­ zoekend lesgeven, daar gaat het om. Ik kijk veel op internet, Twitter en Pinterest en soms zie ik dingen voorbijkomen die gaaf zijn om te maken. Kinderen ­maken graag dingen en je wilt bereiken dat ze op ­onderzoek uit gaan. Soms is het best lastig om ze eerst te laten nadenken over bepaalde keuzes voordat ze iets gaan maken. Leerlingen zijn dat niet gewend, ze gaan altijd meteen aan de slag. We proberen het kritische denkvermogen er meer in te krijgen, door de hele school heen.’

‘Samen nadenken over oplossingen, daar zit de grootste uitdaging. Schoolbreed gezien is er van doorgaande leerlijnen nog geen sprake. Dat hoeft ook niet met­ een, maar er zit meer in. Het is jammer als kleuters stroomkringen maken en dan vijf jaar niet. Dan kun je het opnieuw uitleggen, terwijl ze het al eens hebben gezien. De voorkennis hebben en gebruiken is goed. Het zou goed zijn om in alle leerjaren wat te doen, bijvoorbeeld door een Wetenschap & Technologieweek te organiseren. Voor de toekomst hebben leer­ lingen creativiteit ­nodig. Oplossingen bedenken bete­ kent anders naar dingen kijken, linksom of rechtsom bij je doel komen. Rekenen is vrij rechttoe rechtaan. Met W&T zijn er meerdere manieren om iets te bereiken. Het gaat om ontdekken. Gewoon doen, op je bek durven gaan en als het niet lukt, bedenken hoe je het anders kunt doen.’

Delen is belangrijk ‘Heb je geen tijd? Dan maak je tijd. Je kunt zo’n les onder zoveel dingen wegschrijven: taal, sociale vorming. Leerlingen moeten plannen maken, samenwerken en overleggen. Enthousiasme vanuit de leerkracht is ­essentieel voor succes. In mijn negen jaar als leer­ kracht heb ik altijd geprobeerd om dingen anders te doen. Collega’s willen dat ook wel en zijn op zoek naar ideeën. Op mijn website meestertim.nl/techniek staan daarom diverse lesideeën, posters en techniek­ kaarten. Delen is belangrijk.’ PrimaOnderwijs 25

EDG_JUN_024-027_PBTTimen_v02.indd 25

11-05-16

23:15


De

opdrachten en hebben veel ruimte om zelf te ontdekken hoe ze iets het beste kunnen aanpakken. Ik ga niet alles voorkauwen, ik geef ze alleen de materialen en een startopdracht.’

Oplossing bedenken

Ton van den Broek, leerkracht groep 6 en techniekcoördinator op de Mariaschool in Pijnacker

‘Leerlingen krijgen geen pasklare opdrachten en hebben veel ruimte om zelf te ontdekken’ ‘Zes jaar geleden ben ik op onze school gestart met techniek. Op een vorige school heb ik eerder technieklessen gegeven en mijn huidige collega van groep 6 was direct enthousiast. In het eerste jaar hadden we zes techniekonderwerpen op het programma staan, nu komen er verdeeld over het schooljaar twaalf onderwerpen aan de orde. De leerlingen werken één uur lang in groepjes van vier aan verschillende opdrachten, onder begeleiding van een ouder of onderwijsassistent. Het is echt genieten! We gaan bijvoorbeeld figuurzagen, solderen, huisjes bouwen of een stroomkring maken. Ook maken we constructies met een brug of een panfluit. We halen voorwerpen zoals een fietsbel of stekker uit elkaar en zetten ze ook weer in elkaar. De leerlingen en ouders zijn heel enthousiast en dat werkt aanstekelijk. De leerlingen vinden het de leukste lessen in groep 6. Ze krijgen geen pasklare

‘Met elkaar komen leerlingen tot leuke ontdekkingen. Bij onverwachte problemen wil ik dat ze eerst zelf proberen een oplossing te bedenken. Als een lampje in een stroomkring bijvoorbeeld weinig licht geeft, merken leerlingen vanzelf dat het lampje veel meer licht geeft als ze drie batterijen gebruiken. Ze moeten experimenteren. Eerlijk is eerlijk: niet alle leerlingen kunnen dat. Sommige leerlingen hebben gewoon meer instructie nodig, terwijl andere leerlingen meteen aan de slag gaan. Dat verschil zie je ook bij volwassenen. Sommige mensen lezen eerst een gebruiksaanwijzing, anderen beginnen meteen. Die verschillen mogen er zijn. Leerlingen die het wel kunnen, nemen de leerlingen die er moeite mee hebben mee.’

Enthousiasme ‘Op school heb ik de aanzet gegeven voor techniek in de klas, terwijl ik helemaal niet zo heel technisch ben aangelegd. Collega’s zijn ook steeds actiever en daardoor hangt het niet vast aan één persoon. Als leerlingen naar groep 7 gaan, vinden ze het echt jammer dat ze geen techniek meer krijgen. Volgend jaar willen we de lessen daarom uitbouwen naar groep 7 en 8. De kleuters zijn dit jaar al begonnen en in ons schoolplan voor de komende twee jaar staat dat we techniek schoolbreed willen aanbieden, en eventueel vakoverstijgend willen maken. Voor succes blijft enthousiasme echter het allerbelangrijkst.’

26

EDG_JUN_024-027_PBTTimen_v02.indd 26

12-05-16

08:48


EDG_JUN_024-027_PBTTimen_v02.indd 27

12-05-16

10:31


SchoolDirect levert een up-to-date assortiment artikelen aan scholen, bibliotheken en publieke instellingen. Zowel schoolbenodigdheden als nu ook een uitgebreid programma Schoolmeubelen.

Schoolbenodigdheden In onze webshop vindt u een uitgebreid assortiment van ruim 15.000 artikelen, creatieve supplies en aanvullende facilitaire producten. Altijd zeer concurrerend geprijsd en binnen enkele dagen uit voorraad leverbaar. Overtuig uzelf en bestel direct op schooldirect.nl

Meubilair SchoolDirect levert vanaf heden een volledige lijn schoolmeubilair. Ons succesvolle assortiment kasten (waaronder eigendomskasten met lades en de welbekende Foxis lijn voor de schoolbibliotheek) is nu uitgebreid met leerlingensets en docentenmeubels. Dit alles is meestal binnen enkele weken leverbaar. Tevens verzorgen wij de inrichting van algemene ruimtes zoals kantines, garderobes, vergaderkamers en werkplekken. Met standaard meubilair, maar ook op wens met maatwerk dat is aangepast aan uw eigen interieurbehoeften en/of huisstijl.

Schoolinrichting Zoals u weet is schoolinrichting een zaak waarin meerdere belangen spelen. SchoolDirect kan u een totaalinrichting aanbieden die aansluit bij de toekomstperspectieven van uw school en die past binnen uw eigen budget. Maak een afspraak voor een vrijblijvend oriĂŤnterend gesprek.

Nieuwsgierig geworden? Kijk in de bijlagen Schoolcatalogus 2016 en Meubelcatalogus 2016 of bezoek onze website

schooldirect.nl U kunt contact met ons opnemen via e-mail info@schooldirect.nl of telefoon 053 - 461 95 40 schoolcatalogus 2016

SchoolDirect

Euregioweg 225-B

EDG_JUN_028-029_biblionet_v00.indd 28

7532 SM Enschede

T 053 461 95 40

E info@schooldirect.nl

11-05-16

23:20


Stoel Mon Vaste stoel, stapelbaar tot 5 stoelen Materiaal: rug en zitting multiplex; frame gelakt staal Zithoogte: maat 2 (31 cm) t/m 7 (51 cm)

Leerlingtafel Lis Materiaal: tafelblad melamine; frame gelakt staal Tafelblad: 70 x 50 cm Hoogte: maat 2 (53 cm) t/m 7 (82 cm)

Leerlingen set Leerlingen stoel Mon + tafel Lis ₏ 99,-

(excl. BTW)

Minimale afname 24 stuks

Kijk voor ons complete assortiment op schooldirect.nl

EDG_JUN_028-029_biblionet_v00.indd 29

11-05-16

23:20


De vijf rollen van de leraar...

Effectief lesgeven concreet gemaakt Lesobservaties zijn in het onderwijs een belangrijke manier om de onderwijs­ kwaliteit te monitoren en de persoonlijke ontwikkeling van leerkrachten te stimuleren. In de Staat van het Onderwijs is te lezen dat in het basisonderwijs bij elke leerkracht een tot drie keer per jaar een les wordt geobserveerd. Naar aanleiding van de lesobservaties volgt in de regel feedback op de les. Maar wat is nu eigenlijk een goede les? Wat doet een effectieve leerkracht precies en welke concrete handvatten kunnen geboden worden? door marieke moraal foto human touch photograpy

Leerkrachten die ruim boven het gemiddelde scoren, vertonen vaak gedrag dat past bij vijf verschillende rollen van de leraar: gastheer, presentator, didacticus, pedagoog en afsluiter. Leerkrachten die deze rollen goed beheersen, zorgen voor een actieve leerhouding bij leerlingen. Sinds het verschijnen van het boek De vijf rollen van de leraar hebben veel leerkrachten ­houvast gevonden in deze rollen, omdat ze concreet maken wat effectief gedrag is. De rollen zijn uni­ verseel en kunnen ook gebruikt worden om op een gestructureerde manier de ontwikkeling van ­leerkrachten te ondersteunen. Het biedt zowel begin­ nende als ervaren leerkrachten handvatten om te kunnen groeien in hun vak.

De Bouwsteen Basisschool De Bouwsteen uit ‘s-Gravendeel, een school met 460 leerlingen, werkt sinds januari 2016 met De vijf rollen van de leraar als criterium om te k­ ijken naar de les. Directrice Renate Vliet: ‘We hebben met het hele team de cursus gedaan. Dat waren twee middagen waarin de theorie werd behandeld. Vervolgens heb­ ben we als managementteam samen met een CPStrainer bij iedere leerkracht een klassenobservatie volgens de vijf rollen gedaan. We hebben aansluitend meteen een feedbackgesprek met de leerkrachten ­gevoerd. Naar aanleiding hiervan moesten de collega’s een persoonlijk ontwikkelingsplan schrijven. Welke punten waren goed en welke konden effectiever?

Hoe werkt de LesobservatieApp? Je logt in op www.lesobservatie.com, selecteert de leer­ kracht en de observatielijst opent direct. Voor elke rol is er een aparte vragenlijst. Bij elke vraag geef je aan hoe de leerkracht scoort; onvoldoende, matig, voldoende, goed of niet van toe­ passing. Je kunt opmerkingen noteren die de leerkracht terug kan lezen en in het feedbackgesprek meegenomen kunnen worden. Aan het einde van de les sluit je de observatie af. Je kunt de les meteen nabespreken. De opbrengsten worden ­visueel weergegeven in een grafiek. De afspraken die jullie maken, sla je meteen op zodat alles op één plek bij elkaar staat. De leerkracht kan met eigen inloggegevens op elk moment zijn observatie en de gemaakte afspraken terugkijken.

Gratis proberen Scholen kunnen de LesobservatieApp vier maanden gratis uitproberen. Er is ook een betaalde versie ­beschikbaar met extra opties zoals onder meer schoolspecifieke criteria en een aparte managementmodule met rapportages en overzichten. Kijk op: www.cps.nl/lesobservatieapp-po

EDG_JUN_030-031_VijRollen_v02.indd 30

11-05-16

23:21


Doordat je naar meer aspecten kijkt dan alleen de punten uit het IGDI-model (Interactief, Gedifferen­ tieerd, Directe Instructie, red.), beoordeel je de leerkracht in zijn geheel. De manier van lesgeven is ook voor de kinderen helder. In principe kun je je les aan de hand van deze rollen helemaal op papier uitschrijven.’ Sari Visser, intern begeleider en adjunct-directeur van De Bouwsteen groep 1-4, vult aan: ‘Hiervoor werden de lesobservaties met een kijkwijzer gedaan, gekoppeld aan iets wat op dat moment speelde, bijvoorbeeld een thema als klassenmanagement of een nieuwe manier van instructie geven. Dan ging je in de klas ­kijken wat goed ging of wat eventueel beter kon. Met De vijf rollen krijg je een completer beeld, wat je in het gesprek concreet kunt maken. Je kunt hiermee ook de positieve kanten belichten.’

LesobservatieApp Naast het boek is er nu de LesobservatieApp voor het basisonderwijs. Deze app was er al voor het vo en ­later dit jaar volgt het mbo. Vliet: ‘Een paar c­ ollega’s waren ziek op het moment dat de klassen­bezoeken waren ingepland. Die ben ik met de app gaan doen. Dat is mooi omdat je gelijk digitaal ­geborgd hebt. Het instrument is open en transparant. De leerkracht kan zien wat ik heb ingevuld en de opmerkingen nalezen; tips, tops of iets wat me o ­ pviel. Het voordeel is ook dat er een grafiekje uitkomt waarin je ziet in welke mate je welke rol ­beheerst. Wat ik ook handig vind, is dat vragen over leerkracht- en leerlingengedrag naast elkaar staan. Als een leerkracht bijvoorbeeld instructie geeft en de helft van de kinderen zit achterstevoren, dan is je instructie niet effectief. Als de leerkrachten de ­opmerkingen lezen, zien ze meteen de positieve punten en de aandachtspunten.’

De vijf rollen van de leraar 1. De leraar als gastheer De kern van de gastheerrol is het opbouwen van een goede relatie met de leerlingen. De leerlingen moeten zich gezien en gekend voelen. De leerkracht bewerkstelligt dit onder meer door de ­kinderen te begroeten, ze op een positieve manier nog even aan de regels te herinneren en een vriende­lijke houding aan te nemen. 2. De leraar als presentator De essentie van de presentatorrol is het verplaatsen van de aandacht naar de lesdoelen. De leerkracht moet de aandacht van de leerlingen vangen en vasthouden. 3. De leraar als didacticus In de didacticusrol activeert en motiveert de leerkracht de leerlingen om te leren. De leerkracht legt de leerstof op minimaal twee verschillende manieren uit (visueel en verbaal), stelt vragen en geeft feedback op antwoorden. De leerlingen kunnen na instructie zelfstandig aan het werk. 4. De leraar als pedagoog De leerkracht als pedagoog zorgt voor een veilig leerklimaat in de klas. Dat betekent dat de gang van zaken duidelijk en voorspelbaar is. Deze rol is gedurende de gehele les van belang; de leerkracht komt tegemoet aan de emotionele en sociale ­behoeften van leerlingen. 5. De leraar als afsluiter In de afsluiterrol reflecteert de leerkracht samen met de leerlingen op het proces en de inhoud van de les. Zijn de lesdoelen gehaald? De leerlingen worden zich op een positieve manier bewust van hun leerproces en motivatie.

Kijk voor het bestellen van De vijf rollen van de leraar op de volgende pagina! PrimaOnderwijs 31

EDG_JUN_030-031_VijRollen_v02.indd 31

11-05-16

23:22


De excellente leraar Coachen op de vijf rollen van de leraar

Krachtige leraren, prachtig onderwijs In dit boek wordt de lezer een spiegel voorgehouden: als we beschadigend gedrag bij onszelf herkennen en erkennen, kunnen we de weg vrijmaken voor ontwikkeling en ontplooiing. Met de praktische handvatten kan worden gewerkt aan meer contact en bezieling in de school.

Dit praktijkboek geeft coaches die docenten begeleiden in de eerste periode van hun loopbaan houvast. Startende docenten hebben vaak moeite een rode draad in het lesgeven te volgen. Per leraarrol wordt beschreven wat wel en wat niet effectief gedrag is.

Prijs: € 29,90 Bestelnummer: 32139 | Sector: PO/VO

De vijf rollen van de leraar

Prijs: € 29,90 Bestelnummer: 32271 | Sector: PO/VO/MBO

Het spel van lesgeven Reageren op lastige situaties in de klas

Een effectieve leraar vervult vijf rollen in de les: gastheer, presentator, didacticus, pedagoog en afsluiter. Leraren die deze rollen en het bijbehorende gedrag beheersen, hebben een positieve invloed op het gedrag van leerlingen. Dit boek is relevant voor iedereen die voor de klas staat.

Prijs: € 30,90 Bestelnummer: 32300 | Sector: PO/VO/MBO

Vitaal voor de klas Hoe kunnen leraren goed functioneren en ook hun eigen energiehuishouding goed managen? Dit boek is geschreven voor leraren in alle schoolsectoren en is ook relevant voor schoolleiders en HRM-functionarissen. Het is een mix van theorie, onderzoeksgegevens, reflectievragen en oefeningen waarmee een leraar zijn vitaliteit kan behouden of versterken.

Prijs: € 28,90 Bestelnummer: 32314 | Sector: PO/VO/MBO

Hoe gaat een leraar om met een boze of verdrietige leerling, of met een klas die niet vooruit te branden is? De praktische oefeningen in Het Spel van Lesgeven leren hoe het beste met verschillende situaties en leerlingen kan worden omgaan. Het spel is bedoeld voor álle leraren (beginnend en ervaren) in de bovenbouw van het primair en voortgezet onderwijs en in het mbo.

Prijs: € 51,90 Bestelnummer: 32307 | Sector: PO/VO/MBO

Differentiëren is te leren Omgaan met verschillen in het voortgezet onderwijs Leerlingen verschillen in het voortgezet onderwijs in één klas wel degelijk van elkaar, bijvoorbeeld in prestatie, motivatie of leervoorkeur. Dit handboek voor docenten in het voortgezet onderwijs staat vol bouwstenen om differentiëren in de lessen vorm te geven.

Prijs: € 29,90 Bestelnummer: 32376 | Sector: VO

Ga voor meer informatie en bestellen naar klantenservice@cps-uitgeverij.nl

CPS boekenpagina PrimaOnderwijs Juni2016.indd 1 EDG_JUN_032-033_CPSboeken-Lexima.indd 32

03-05-16 16:25 11-05-16 23:23


16 16:25

Hoe omga a

n met

Special Ed

ucational

Needs?

14 september 14 september2016 2016 Thema: Een klas vol SENsatie! Deze conferentie is voor iedereen die beroepshalve betrokken is bij leerlingen met Special Educational Needs, van leerkracht tot bestuurder. Hoe gaat u om met leerlingen met gedragsproblematiek, leerstoornissen of een ontwikkelingsvoorsprong? Hoe zorgt u voor een positief en veilig groepsklimaat ondanks grote diversiteit aan ondersteuningsbehoeften? Hoe zorgen de ib-er, zorgspecialist en schoolleider voor een goed beleid en een klimaat waar ouders en leerkrachten kennis delen en samenwerken?

Het jaarlijks SEN evenement! De Nationale SEN Conferentie 2016 is hĂŠt evenement voor verdieping en verbreding van kennis en het ontwikkelen van differentiatievaardigheden voor de dagelijkse onderwijspraktijk. Die kennis en kunde zijn immers van groot belang voor het welslagen van passend onderwijs. Het veelzijdige programma biedt u een keuze uit 46 lezingen waarin ervaren sprekers een brug slaan tussen actuele theoretische kennis en praktische toepassingen in de klas. Deze leerzame en inspirerende dag wilt u beslist niet missen! Bij aanmelding met minimaal 6 personen geldt een groepskorting en tot 12 juni 2016 een aantrekkelijke vroegboekkorting.

www.nationaleSENconferentie.nl conferentie@lexima.nl | tel: 033 - 434 8000

EDG_JUN_032-033_CPSboeken-Lexima.indd 33

11-05-16

23:23


Klassen voorspellen de economie

‘Competitie motiveert leerlingen’ Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) organiseert voor economieklassen de ConjunctuurBekerStrijd. In deze wedstrijd voorspellen bovenbouw havo- en vwo-klassen de ontwikkeling van de Nederlandse economie. Dit doen ze aan de hand van tien indicatoren die CBS ook gebruikt om de conjunctuur te analyseren. CBS in de Klas en de ConjunctuurBekerStrijd Leerlingen leren in de ConjunctuurBekerStrijd op een speelse en competitieve manier om zelf na te denken over de economische omstandigheden van ons land. Daarbij leren ze welke factoren van invloed (kunnen) zijn op de economie. Lieke Stroucken van CBS

legt uit: “Leerlingen analyseren historische reeksen, vergelijken indicatoren en leggen verbanden om tot een goede voorspelling te komen van bijvoorbeeld het werkloosheidscijfer of de economische groei. Concepten uit het lesboek zullen zo meer gaan leven voor de leerling.”

“De ConjunctuurBekerStrijd sluit aan bij de actualiteit en het is een mooie vertaalslag van de lesstof.”

Meedoen aan de ConjunctuurBekerStrijd

Conjunctuur BekerStrijd

EDG_JUN_034-035_CBS.indd 34

De ConjunctuurBekerStrijd sluit binnen het vak economie aan bij het concept ‘Goede tijden slechte tijden’ en is geschikt voor bovenbouw havo en vwo. Vanaf 1 juni 2016 is het mogelijk om klassen voor de editie 2016/’17 in te schrijven. Deelname is gratis. De voorspelling moet vóór 1 oktober binnen zijn. De winnaar zal in maart 2017 bekend worden gemaakt. De klas met de beste voorspelling krijgt een masterclass over de economie en wint een bokaal en een mooie prijs. Kijk voor meer informatie en inschrijven op www.cbs.nl/cbsindeklas.

12-05-16

09:09


De ConjunctuurBekerStrijd is onderdeel van de website CBS in de Klas (www.cbs.nl/cbsindeklas). Met deze website biedt CBS materiaal aan docenten dat aansluit bij de vakken aardrijkskunde, wiskunde, maatschappijleer en economie en ook voor het basisonderwijs. Lieke Stroucken: “Cijfers van CBS worden veel gebruikt, door bijvoorbeeld beleidsmakers, journalisten en onderzoekers. Leraren kunnen de cijfers van CBS gebruiken om concepten uit het lesboek te illustreren. Ook staat op CBS in de Klas lesmateriaal om te oefenen met het lezen en analyseren van verschillende soorten grafieken en tabellen.” Het wedstrijdelement motiveert leerlingen Dit schooljaar deden ruim 160 klassen mee aan de ConjunctuurBekerStrijd. Vijf leerlingen van klas 3, vwo-6, van het Corderius College uit Amersfoort kregen opdracht van hun docent om mee te doen en behaalden de overwinning. Rob Willemsen is de economiedocent van de winnende klas: “Het competitie-element in de opdracht, het strijden tegen andere klassen, zorgt ervoor dat leerlingen gemotiveerd worden om te winnen. De wedstrijd is leuk, uitdagend en leerzaam.”

Docent Kirsten Vellenga van het Fioretticollege uit Lisse eindigde met haar klas op de derde plaats: “De leerlingen leren samenwerken, analyseren, presenteren en onderbouwen. De ConjunctuurBekerStrijd sluit aan bij de actualiteit en het is een mooie vertaalslag van de lesstof.”

Bestel gratis posters voor: Basisonderwijs | Economie | Maatschappijleer | Aardrijkskunde | Wiskunde Ga naar www.cbs.nl/cbsindeklas (zolang de voorraad strekt)

CBS in de klas EDG_JUN_034-035_CBS.indd 35

11-05-16

23:24


SLO concretiseert kerndoelen Engels in het basisonderwijs Engels is overal. Kinderen komen voortdurend met Engels in aanraking, bijvoorbeeld via tv, muziek en games. ‘Kinderen zijn hierdoor gemotiveerd om deze taal te leren, ze willen er vaardig in worden’, zegt Lidy Kuipers van SLO, nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling. ‘Voor hun toekomst is een goede beheersing van Engels belangrijk. In de mondiale samenleving is Engels immers de taal waarin veel mensen communiceren.’ Het aantal basisscholen dat meer aandacht wil schenken aan Engels neemt dan ook toe. Hoe kies je de juiste leermiddelen? Het Kenniscentrum Leermiddelen van SLO helpt je op weg. door femke van den berg

In het voortgezet onderwijs is Engels al een kernvak. Het Platform Onderwijs2032 pleitte er onlangs voor om Engels ook in het basisonderwijs een stevigere positie te geven. Momenteel bestaat er nog veel variatie in hoe (vaak) scholen Engels geven. Ruim zestig pro­ cent van de scholen biedt in groep 7 of 8 Engels in het basisonderwijs (eibo) aan. Zeventien procent van de scholen begint daarmee in groep 5 of 6. Er zijn onge­ veer 1.150 basisscholen waar vroeg vreemdetalen­ onderwijs (vvto) wordt aangeboden, vaak al vanaf groep 1. Achttien scholen doen mee aan de pilot twee­ talig primair onderwijs (tpo), waarbij dertig tot vijftig procent van de onderwijstijd in het Engels is. ‘Dat er zoveel variatie is, komt doordat in de kerndoelen voor het basisonderwijs niet staat waar scholen met hun leerlingen naar moeten streven’, vertelt Ria van de Vorle, projectleider Engels in het basisonderwijs bij SLO. ‘Scholen zijn vrij in de wijze waarop ze het aan­

bod van Engels invullen, afhankelijk van de ambitie die ze nastreven met hun onderwijs in Engels.’

Concretisering kerndoelen Veel basisscholen geven aan behoefte te hebben aan meer richting en houvast voor Engels. Daarom is SLO aan de slag gegaan met het concretiseren van de kern­ doelen. Er is een set doelen ontwikkeld voor scholen die vervroegd Engels (vvto) aanbieden en voor scholen die versterkt Engels - vanaf groep 5 en 6 - aanbieden. Per twee leerjaren zijn er tussendoelen geformuleerd voor de domeinen luisteren & begrijpen, spreken & ­g esprekken voeren, lezen & begrijpen en schrijven . ‘Leerkrachten weten dankzij deze tussendoelen straks beter wat leerlingen moeten kennen en kunnen en welke leerkrachtactiviteiten er van hen verwacht wor­ den bij de verschillende doelen’, aldus Van de Vorle. ‘We hopen met deze concretiseringen bovendien de

36

EDG_JUN_036-037_SLO_v05.indd 36

11-05-16

23:25


doorlopende leerlijn van het primair naar het voort­ gezet onderwijs te versterken, zodat middelbare ­scholen straks met minder verschillende instroom­ niveaus te maken krijgen.’ In de zomer van 2016 komen de ­concretiseringen beschikbaar via mvt.slo.nl.

Wikiwijsleermiddelenplein

Om scholen te helpen bij het selecteren van leer­ middelen die passen bij hun onderwijsvisie en bij het eindniveau van Engels dat zij willen bereiken, heeft het KCL vergelijkingstabellen samengesteld. Deze zijn te vinden via www.wikiwijsleermiddelenplein.nl/nieuws; Leermiddelen kiezen een publiek en onafhankelijk onderwijsplatform voor het Als scholen eenmaal weten welke ambitie ze nastreven zoeken, vergelijken, maken en delen van leermiddelen met hun onderwijs in Engels, is de volgende stap dat ze dat wordt ‘gevuld’ door het KCL en Kennisnet. In de verge­ leermiddelen zoeken, passend bij de schoolsituatie en lijkingstabellen staan korte, inhoudelijke beschrijvingen bij de plek die Engels in hun onderwijsprogramma van methoden naast elkaar. ‘Er zijn twee tabellen’, ­inneemt. Veel scholen geven aan dat ze het best lastig zegt Kuipers. ‘In de ene vinden scholen informatie vinden om een geschikte methode te kiezen, weet over methoden voor groep 1-8, in de andere over ­K uipers, die verbonden is ­methoden voor groep 5-8. aan het KCL (Kenniscentrum Door de tabellen te raad­ ‘Leerkrachten weten straks Leermiddelen van SLO). Dit plegen, weten scholen wat beter wat leerlingen moeten er op de markt is en kun­ stelt zich ten doel om scholen en leerkrachten gericht te kennen en kunnen en welke nen zij bij de eerste selec­ onder­ steunen bij het kiezen tie van leermiddelen veel leerkrachtactiviteiten er van de juiste leermiddelen. tijd besparen.’ Daarnaast worden verwacht’ Het KCL doet dat door het inven­ is het KCL druk bezig met tariseren van de in ­Nederland het maken van een nog uit­ beschikbare methodes en andere leermiddelen, gebreider overzicht, waarin meer recente informatie het ­b eschrijven en analyseren van leermiddelen, over leermiddelen bijeen wordt gebracht. Bijvoor­ het onder­zoeken hoe methoden en open materiaal beeld over de doelgroep (vvto, eibo), methoden die in gecombineerd kunnen worden en door leerkrachten te Engelstalige landen zijn ontwikkeld, ERK-niveaus, ondersteunen bij het zelf maken van arrangementen mogelijkheden voor digitaal gebruik, differentiatie­ van leermiddelen. Kuipers geeft aan dat het aanbod van mogelijkheden en de mogelijkheden om Engels in leermiddelen voor Engels enorm is toegenomen de ­samenhang met de leerstof uit andere vakken aan te laatste jaren. ‘Scholen zien soms door de bomen het bieden. Kuipers: ‘Dankzij deze informatie kunnen scholen bos niet meer. Het is bijna onmogelijk om in het gigantische met hun methodekeuze nog beter aansluiten bij hun aanbod zelf je weg te vinden.’ eigen schoolvisie.’

Jouw kennis snel inzichtelijk met de Quicksan! Uit onderzoek door SLO (2011) is gebleken dat de meeste leerkrachten in het basisonderwijs het leuk en ­belangrijk vinden om Engels te geven, maar dat ze twijfels hebben over hun vakdidactische toerusting. Om hen te helpen beter zicht te krijgen op de eigen didactische vaardigheden en taalvaardigheid in het Engels, ontwik­ kelde SLO de Quickscan competenties leerkracht basisonderwijs Engels (mvt.slo.nl/qs-engels-po). Ook schoolleiders kunnen de Quickscan invullen. Zij kunnen nagaan welke competenties aan de orde zijn bij eibo-, vvto- of tpo-Engels en in hoeverre de school deze in huis heeft.

PrimaOnderwijs 37

EDG_JUN_036-037_SLO_v05.indd 37

11-05-16

23:25


Engelse nascholingscursus voor leerkrachten in het basisonderwijs

‘Niet alleen grammatica staat centraal,

je leert de les ook leuker maken!’ Het basisonderwijs in Nederland is aan het veranderen en de vraag naar Engels voor leerlingen vanaf groep 1 neemt toe. Leerkrachten voelen zich echter nog onvoldoende toegerust om de te hanteren lesmethodiek in het Engels uit te voeren. Speciaal voor hen biedt The British School in the Netherlands (BSN) Language Centre de recent ontwikkelde nascholingscursus van Cambridge English, het Certificate in English Language Teaching-Primary (CELT-P), aan. De allereerste CELT-P training in Nederland vindt plaats met 16 leerkrachten van basisschool De Waterwilg in Nootdorp. Maike Kouwenhoven, leerkracht groep 7, deelt haar eerste ervaringen. door esmee roetman

Op jullie school wordt Engels volgend schooljaar ­ingevoerd vanaf de kleuterklas. Waarom vind jij het belangrijk dat kinderen zo jong Engels leren? ‘Engels is steeds belangrijker om te beheersen. Alles wordt internationaler en daarom is het nodig dat kinderen op jonge leeftijd al Engels leren spreken. Ook op een veel hoger niveau dan dat ze nu doen. Engels is belangrijk voor kinderen om later een baan te kunnen krijgen, en het biedt dus veel carrièremogelijkheden. Op dit moment krijgen leerlingen op de basisschool

nauwelijks goed Engels onderwijs. Vaak krijgen ze een uurtje les in de week en pas aan het einde van de basisschool. Wij vinden dat het niveau omhoog móet. Je kunt Engels al bij jonge kinderen heel leuk en ­spelenderwijs aanleren. Het belemmert hen niet in hun Nederlandse taalontwikkeling, zoals sommigen vrezen. De combinatie kan prima.’ Sinds kort volg je de CELT-P cursus. Wat biedt deze training jou en de andere leerkrachten? ‘Wij leren hoe je Engels op een goede manier aanbiedt. In de cursus wordt veel aandacht besteed aan de lesmethodiek. Niet alleen grammatica staat centraal, je leert de les ook leuker maken. Het is het beste om ­alleen Engels te spreken tijdens de les, maar wij dachten voorheen dat dat te moeilijk zou zijn voor de leerlingen. Door deze cursus leer je echter hoe simpel het eigenlijk is om de hele les Engels te praten. Als je dat vanaf het begin doet, iedere leerkracht, wennen de leerlingen er snel aan.’ Het is een ‘blended learning course met face-to-face tutoring’. Wat houdt dat in? ‘Iedere maand hebben we een les die drie uur duurt. Daarin bespreken we wat we online geleerd hebben. Ongeveer 15 uur per maand (120 uur gedurende 9 maanden) ben je thuis achter je computer zelfstandig bezig met de leerstof. Je kunt inloggen met een code en krijgt toegang tot allerlei oefeningen. Je werkt dus zelf de lesstof door en in de les die je krijgt na afloop,

EDG_JUN_038-039_BritischSchool_v04.indd 38

11-05-16

23:26


Gezien de dominante positie van het Engels vindt het Platform Onderwijs2032 dat het vak tot de vaste basis voor alle leerlingen behoort. In het voortgezet onderwijs is het al een kernvak. In het basisonderwijs bestaat echter een grote variatie in de intensiteit waarmee de taal wordt aangeboden. Daardoor moeten leerlingen die in het po Engels hebben geleerd, in het eerste jaar van het vo vaak opnieuw beginnen. Het Platform vindt het van belang dat Engels een duidelijkere positie in het basisonderwijs krijgt. Daarvoor is het nodig het aanbod van Engels in het po te intensiveren. Basisscholen die op dit moment al in de onderbouw Engels geven, hebben daar goede ervaringen mee: hun leerlingen zijn communicatief vaardiger dan leerlingen die later Engels krijgen.

bespreek je dingen, oefen je wat je geleerd hebt of krijg je extra uitleg over iets dat je lastig vindt.’

horen. Veel verschillende accenten en divers taalgebruik is iets wat je in het dagelijkse leven ook tegenkomt. Als je natuurlijk maar wel goed op je grammatica let!’

Gebruik je de opgedane kennis al in de klas? ‘Jazeker! Ik ben nu toevallig zelf in de cursus bezig met luistervaardigheid. In de klas zette ik altijd de luisteroefening aan en de leerlingen vinkten aan wat ze hoorden. Verder deed ik er weinig mee. Vanuit de cursus krijg ik nu mee dat het heel belangrijk is om te zorgen voor een inleiding, dat het onderwerp duidelijk moet zijn en dat er woordjes besproken worden. Ver­ volgens ga je meerdere keren luisteren zodat ze de tekst echt begrijpen. Na afloop kun je weer een activiteit doen om ervoor te zorgen dat de leerlingen de woordjes die ze hebben geleerd, zelf kunnen toepassen. Van één oefening kun je dus zoveel meer maken dan ­alleen een knop aanzetten.’

Hoe kijken de leerlingen er tegenaan? Merk je dat ze meer gemotiveerd zijn? ‘Sommige leerlingen vinden het best eng. Ik probeer hen namelijk steeds uit te dagen om zelf Engels te spreken. Ze zijn wel zeer gemotiveerd om het te leren. Soms hoor ik de combinatie van Nederlands, Engels en zelfs een klein beetje Duits erdoor. Niet altijd goed te verstaan, maar ze proberen het wel! De leerlingen die sterk zijn in ­Engels, kunnen nu veel meer uitdaging krijgen. Maar ook de zwakke leerlingen pikken de taal snel op. Je merkt dat ze soms tussen de oefeningen door Engels proberen te praten met elkaar. Dat is heel leuk om te horen.’

Hoe snel merkte je verbetering in jouw Engelse vaardigheden? ‘Eigenlijk al op het moment dat ik een intakegesprek had. Je moet minimaal het niveau B1 (CEFR, de Europese standaard) hebben en dat wordt getest. En meteen toen ik tijdens de les Engels ging praten, was ik me al meer bewust van mijn taalgebruik. Ik sta als juf zelf­ verzekerder voor de klas. Vanuit de cursus krijg je mee dat het niet erg is als het niet perfect is. Het is vooral belangrijk dat leerlingen veel soorten Engels

Wat wil je leerkrachten meegeven die nog twijfelen? ‘Het belangrijkste is dat je hiermee zorgt voor een grote verandering in het onderwijs van Engels. Er zijn veel leerkrachten ontevreden over het vak Engels in het basisonderwijs en vooral ook onzeker over hun ­eigen kunnen. Ik had collega’s die niet mee durfden te doen aan de cursus omdat ze bang waren dat hun ­niveau niet goed genoeg zou zijn. Maar juist daarom moet je aan de bak! Anders kun je het nooit goed over­ brengen op de leerlingen.’

The British School in the Netherlands (BSN) Language Centre in Den Haag is een Cambridge gecertificeerd ­talencentrum met native speaker docenten Engels. Cambridge English heeft onlangs twee nieuwe nascholings­ cursussen ontwikkeld, speciaal voor non-native docenten Engels; het Certificate in English Language ­Teaching-Primary (CELT-P) voor het basisonderwijs en het Certificate in English Language Teaching­Secondary (CELT-S) voor het voortgezet onderwijs. In september start de eerste cursus met open inschrijvingen op het Language Centre in Leidschenveen. Het CELT-S programma voor het voortgezet onderwijs wordt in een later stadium ook aangeboden. Tevens zijn er mogelijkheden voor een in-house training. Kijk voor een compleet overzicht van het cursusaanbod en contact­ gegevens op www.bsnlanguagecentre.nl

PrimaOnderwijs 39

EDG_JUN_038-039_BritischSchool_v04.indd 39

11-05-16

23:26


Schooltv-lesmaterialen vernieuwd

Nu met digitale lessen en activerende ‘denk door en doe’-bladen

Kinderen hebben behoefte aan verrijking, verdieping en ondersteuning. Schooltv biedt uitkomst met het nieuw ontwikkelde lespakket, waarin een enthousiasmerende en activerende combinatie van beeld met lesstof is gemaakt. Dit zorgvuldig samengestelde pakket bevat bij elke les een verdiepende instructie en inoefening op het digibord. Nieuw zijn de denk door en doe-bladen. Deze uitdagende opdrachten zijn ontwikkeld conform de meervoudige intelligentietheorie en de 21st century skills. Zet ze in tijdens de les of plan ze in een weektaak.

Gemakkelijk inzetbaar

Het verwerkingsmateriaal stimuleert de kinderen om in actie te komen, samen te werken en oplossingen te bedenken. Door het beeldende karakter draagt deze manier van leren bij aan hogere leeropbrengsten. Het lesmateriaal is eenvoudig in gebruik en kan flexibel worden ingezet. Het is een vast moment in de week om naar uit te kijken!

Doorgaande leerlijn

De lespakketten volgen een doorgaande leerlijn en horen bij het leergebied Oriëntatie op jezelf en de wereld. De kerndoelen, zoals die binnen de leerlijnen zijn vastgelegd, zijn met de lespakketten gedekt.

Natuurnieuws

Er komt weer een lespakket bij de videoclips van Nieuws uit de Natuur. Daarmee komen de vertrouwde gezichten van Mylène, Viviënne en Jurre terug in de klas.

Nog meer natuurnieuws

Natuurlijk blijven we ook De Buitendienst aanbieden. Op veler verzoek gaat het lesaanbod van De Buitendienst vanaf nu weer aansluiten op de nieuwe afleveringen!

“De kinderen vinden het leuk. Weer eens wat anders dan les uit een boek.” (over De Buitendienst)

2_1 adv Schooltv POnderwijs juni16.indd 1 EDG_JUN_040-041_NieuwSchooltv_v00.indd 40

10-05-16 08:42 11-05-16 23:27

2_1 adv


16 08:42

flexibel in te zetten extra opdrachten

15 min.

inzet digitale verwerking

15 min.

lespakketten die aansluiten op de Schooltv-afleveringen

“Mijn kinderen zijn heel enthousiast over de lessen bij Studio Snugger!”

“De thema’s passen bij de denkwereld van kleuters.” (over Koekeloere)

(over Studio Snugger)

Doelgroep

Titel

Groep 1-4

Sinterklaasjournaal

Lespakket met tips en materialen voor de hele groep dat perfect aansluit op het Sinterklaasjournaal.

Doelgroep

Titel

Aantal lessen

Aanbod

Groep 1-2

Koekeloere

40

- digitale verwerking - denk door en doe-blad - voorleesverhaal

Groep 3-4

Studio Snugger

34

- digitale verwerking - denk door en doe-blad

Groep 5-6

Clips Nieuws uit de Natuur

30

- digitale verwerking - denk door en doe-blad

Groep 7-8

De Buitendienst

30

- digitale verwerking - denk door en doe-blad

luitend Vanaf nu weer aans Groep 7-8

6

Dokter Corrie

De lespakketten hebben de vorm van een abonnement dat per schooljaar aan te passen is.

ingen.

op de nieuwe aflever

- digitale verwerking - denk door en doe-blad

Vanaf het nieuwe sc hooljaar. Vanaf nu al te bestell en!

Een les duurt ongeveer 50 lesminuten en bestaat uit:

• • •

ca. 20 minuten aflevering Schooltv ca. 15 minuten inzet digi-oefeningen ca. 15 minuten verwerking denk door en doe-blad

schooltvwebshop.nl 2_1 adv Schooltv POnderwijs juni16.indd 2 EDG_JUN_040-041_NieuwSchooltv_v00.indd 41

10-05-16 08:47 11-05-16 23:27


Automatiseren bij rekenen: ‘Speed’ voorkomt problemen Vanaf juni 2016 introduceert Schoolsupport een herziene versie van Rekensprint Basis met als belangrijkste verschillen: aanvulling met een digitale versie, koppeling met het rekenmuurtje en de Bareka-toetsen, oefenen met tijd en vernieuwde weekkaarten met een instapschema volgens het rekenmuurtje. tekst marieke moraal

In 2011 heeft de Onderwijsinspectie een rapport uitge­ laat zien wat de essentiële bouwstenen van het rekenen bracht over de resultaten van een onderzoek naar het zijn. De bouwstenen vormen samen een aantal lagen, automatiseren bij rekenen. Scholen die niets extra’s die in allerlei fasen leiden naar de referentieniveaus voor automatiseren aanbieden en niet gestructureerd rekenen. Theunissen: ‘Het rekenmuurtje begint met oefenen met een goede leerlijn, blijken lagere resultaten getalbegrip, in de laag daarboven staan de sommen te behalen met reke­ tot 10, de sprong over nen en wiskunde dan ‘Rekensprint Basis is nu gekoppeld aan het tiental tot 20, daarna scholen die dat wel getalbegrip tot 100 en doen. In de gangbare het rekenmuurtje en de Bareka-toetsen, dan steeds een stapje rekenmethodes blijkt verder. Uiteindelijk kom en is digitaal te gebruiken.’ ­a utomatiseren vaak je uit bij breuken, pro­ nog te weinig voor te komen. De Rekensprintserie, ont­ centen en komma­getallen en daarmee bij de referentie­ wikkeld door Marijke Theunissen, geeft hier gegaran­ niveaus. De leerlingen moeten eerst de sommen van de deerde resultaten op. onderste laag kunnen oplossen. Dat oplossen is de power. Als dat in een laag lukt, dan moeten ze het ook Simpel en leuk snel kunnen. Dat is de speed. Leerlingen die onvoldoende Rekensprint bestaat uit vier trainingen in de week van speed in de onderste laag hebben, krijgen in de hogere maximaal 15 minuten. De sommen staan op kaartjes lagen problemen. Ze moeten dan bij elke som erg met op de achterkant de uitkomst. Theunissen legt uit: ­nadenken en veel stappen nemen, waardoor het werk­ ‘De leerlingen beginnen met gemakkelijke opgaven en geheugen overbelast raakt. Tekorten in speed leiden krijgen daardoor zelfvertrouwen. Stapje voor stapje dus tot achterstanden en problemen.’ wordt het rekenen verder uitgebouwd. Elk stapje dat erbij komt, legt een basis voor de volgende som. Koppeling aan toetsen Voor leerlingen die het moeilijk ­vinden, kan eenvoudig Het rekenmuurtje is aan de Bareka-rekentoetsen een stapje worden teruggegaan. De leerkracht hoeft ­gekoppeld. De hele manier van werken en denken niets voor te bereiden en er wordt maar één strategie past bij Rekensprint. ‘Die koppeling is nieuw’, vertelt ingeslepen. De leerlingen moeten de rekenstappen ­Theunissen. ‘Daarnaast is er een instapschema waarin hardop verwoorden. Later kan dit verkort worden, je ziet welke week van Rekensprint Basis hoort bij welke stenen van het rekenmuurtje. Alle items van de toets maar ze moeten wel de stappen ­inslijpen.’ zijn gekoppeld aan oefeningen van Rekensprint. Er is Rekenmuurtje een Bareka-toets voor power en één voor speed. De Nieuw aan de herziene editie van Rekensprint is dat toets voor speed, het automatiseren, kun je bijna 1 op 1 deze een relatie legt met het rekenmuurtje. De op Rekensprint Basis leggen. Als je die toets hebt ­Rijksuniversiteit Groningen heeft onderzoek gedaan ­gemaakt, krijg je een persoonlijk rekenmuurtje te zien. naar het automatiseren bij rekenen. Daarbij is gekeken De rode steentjes zijn sommen die je nog niet beheerst, naar de invloed op rekenen van het automatiseren en de oranje steentjes geven aan dat het rekenen niet snel de snelheid van hoofdrekenen. Deze invloed is groot. genoeg gaat en de lichtgroene steentjes dat het net Dit is weergegeven in een rekenmuurtje dat precies ietsjes sneller moet. Is het steentje donkergroen dan 42

EDG_JUN_042-043_schoolsupport_v03.indd 42

11-05-16

23:28


Marijke Theunissen, bedenkster van Rekensprint.

heb je het goed gedaan. Die steenkleuren zijn gekoppeld aan een instapschema bij Rekensprint. De Barekarekentoetsen zijn digitaal en worden bij Rekensprint geleverd. Ook nieuw zijn drie kaartensets klokkijken. Daarnaast wordt bij de herziene ­versie van Rekensprint Basis een digibord/tablet­versie geleverd om met de hele groep of in kleinere groepjes te oefenen.’

Groei- en snoeiproces De ontwikkeling van de Rekensprint-serie is een ­logisch gevolg op de ervaringen van Theunissen in het onderwijs. Na de pabo kwam ze terecht op een school voor moeilijk lerende kinderen. ‘Daar ging niets vanzelf’, vertelt ze. ‘Niet wat gedrag betreft, maar ook niet wat leren b ­ etreft. Elk stapje moest je aanleren en ­intrainen. Mijn collega Douwe Sikkes heeft toen mondeling rekenen op die school geïntroduceerd. Hij deed dat met een bal. Die gooide hij naar de leerlingen terwijl hij ze een opgave gaf. De leerlingen raakten zo betrokken bij de les. We zijn dat in alle klassen gaan doen, elke ochtend een kwartier mondeling rekenen trainen. Je zag dat deze leerlingen, met een IQ van beneden de 80 en gigantische leer­ problemen over het algemeen ­allemaal goed leerden automatiseren. In de hersenen vindt een groei- en snoeiproces plaats. Er worden nieuwe verbindingen aangelegd en inactieve verbindingen worden gesnoeid. De actieve verbindingen moet je sterk maken. Dat doe je door ze veel te gebruiken. Je krijgt een soort witte stof, myeline, om die verbinding heen en die wordt daardoor steeds sterker. Je merkt dat leerlingen door veel herhalen op een gegeven ­moment de sommen uit hun mouw schudden. Dan kunnen ze ook moeilijkere sommen aan.’

Rekenijsberg Theunissen ging na de school voor moeilijk lerende kinderen in het regulier onderwijs werken als ambulant begeleider voor kinderen met lichamelijke handicaps, verstandelijke beperkingen en langdurig zieke kinderen. Ze legt uit: ‘Je kunt rekenen zien als een ijsberg. Een ijsberg is voor het grootste deel ­o nder water. Onder water zit het rekendeel dat het begrip moet bewerkstelligen, dus het handelen, het zien van wat je doet, een verhaaltje kunnen maken bij een som en de som handelend kunnen uitvoeren. Daarna wordt het a ­bstracter. Op een gegeven m oment ga je sommen weergeven met bolletjes ­ of getallenlijntjes. Het topje van de ijsberg is de ­formele som; die moet je auto­matiseren. Ik kwam veel leerlingen tegen met reken­problemen. Het bleek dat als je elke dag traint, je zelf ook leert differen­ tiëren in het trainen. Dan leer je te herhalen en stukjes die geweest zijn er weer bij te pakken. Voor een leerkracht of onderwijsassistent blijkt het vaak moeilijk om dat allemaal zo uit het hoofd te doen. De lijn van automatiseren zit niet altijd helemaal in hun hoofd. Ik ben toen de automati­s eringsstappen gaan uitwerken en Rekensprint gaan ontwikkelen. Ik wilde een programma dat door iedereen gedaan kon ­w orden, en dat is meer dan gelukt.’ Theunissen is op dit moment werkzaam als begeleider in het ­O ndersteuningsteam van Samenwerkings­v erband PassendWijs in Arnhem. Alle versies van Rekensprint zijn verkrijgbaar via

www.schoolsupport.nl PrimaOnderwijs 43

EDG_JUN_042-043_schoolsupport_v03.indd 43

11-05-16

23:28


Toetsen Nederlands, Engels en rekenen Iedereen over de eindstreep

Online volgen, vergelijken en begeleiden op de kernvakken Vorderingen van alle leerlingen snel in beeld met heldere rapportages en groepsoverzichten. De scores worden vergeleken met anderen en afgezet tegen ERK en referentieniveaus. Adaptief en diagnostisch; dus snel helder waar bijsturing nodig is.

Meer weten? 026 3557333

AMN_adv197x285_PrimaOnderw0516.indd 1 EDG_JUN_044-045_STL_v01.indd 44

www.amn.nl

Toetsen Nederlands, Engels en rekenen:  Adaptief  Genormeerd  Methode-onafhankelijk  Eenvoudige koppeling met Magister en Som

info@amn.nl

04-05-16 12:59 11-05-16 23:29


05-16 12:59

Een studie en carrière in de sector transport en logistiek?

Vmbo’ers leren én oriënteren

met gratis PSO-kit

Mobiliteit en transport is een profielvak binnen het vmbo. Niet voor niets, want de sector heeft een grote behoefte aan vakbekwame mbo’ers. En dat biedt kansen voor vmbo-leerlingen, die zoeken naar een mbo-vervolgopleiding met volop carrièrekansen! Speciaal voor hen heeft het Sectorinstituut Transport en Logistiek een gratis PSO-kit ontwikkeld, waarmee vmbo-leerlingen zich kunnen oriënteren op een toekomst in deze dynamische sector.

Doen en beleven staan centraal in de PSO-kit van het Sectorinstituut Transport en Logistiek. Door zelf te ervaren, kunnen vmbo-leerlingen zich in het tweede leerjaar goed en realistisch oriënteren op de wereld van transport en logistiek. De PSO-kit bestaat uit digitaal en analoog materiaal en zijn modulair in opbouw. In de PSO-kit vind je onder andere beroepenvideo’s, een online interessetest, een bedrijfsbezoek en informatieve gastlessen. Het doel is leerlingen te laten ontdekken of werken in de sector transport en logistiek iets voor hen is, zodat zij hierna een weloverwogen keuze kunnen maken voor hun profielvak en wellicht al hun vervolgopleiding. Hopelijk ten gunste van transport en logistiek.

Praktische Sectororiëntatie In het vmbo is PSO (Praktische Sectororiëntatie) een vast onderdeel van het lesprogramma. PSO helpt bij het maken van een sectorkeuze. Leerlingen zijn praktisch bezig en maken kennis met de vaardigheden die nodig zijn om het onderwijs in de verschillende sectoren, zoals transport en logistiek, succesvol te kunnen volgen. Leerlingen die weten waarvoor ze leren, gaan gemotiveerder naar school en kiezen gerichter. Het resultaat is minder uitval en minder leerlingen die van sector veranderen. Omdat docenten leerlingen in praktijksituaties aan het werk zien, kunnen zij gerichter adviseren over de vervolgkeuze.

Alle ingrediënten De PSO-kit bevat een uitgebreide docenten/decanenhandleiding en uitgewerkte instructies. Deze handleiding geeft informatie over de sector, de vervolgopleidingen en de beroepen die hierbij passen. Daarnaast schetst de handleiding diverse lesindelingen. Dat zijn suggesties, want de docenten kunnen ook zelf vanuit de verschillende onderdelen een les samenstellen. Het online platform biedt hiervoor alle ingrediënten. Het geheel wordt samengevoegd in een handig bewaarkoffertje: de PSO-kit.

Laat jouw leerlingen ook kennismaken met de dynamische wereld van transport en logistiek! Bestel de PSO-kit via www.stlwerkt.nl/pso

EDG_JUN_044-045_STL_v01.indd 45

11-05-16

23:30


Advertorial

Van Ee verzorgt complete inrichting van sch oo

‘Plein heeft positief eff e Bij een nieuwe school hoort een nieuw schoolplein. Nutsschool Woonstede in Den Haag ging een samenwerking aan met Van Ee Speeltoestellen in Barneveld. Het resultaat? Een schoolplein waar de 220 leerlingen én de buurtkinderen heerlijk kunnen klimmen, spelen, schommelen en sporten. Vervelen is er niet meer bij tijdens de pauzes op de Nutsschool Woonstede in de Haagse wijk BouwlustVrederust. De leerlingen hebben ruime keuze uit een variatie aan speeltoestellen en activiteiten. Het schoolplein ligt midden in de wijk en wordt niet alleen gebruikt door de leerlingen van de school, maar ook door kinderen in de buurt.

Kwaliteit Een belangrijk punt was daarom de kwaliteit van de speeltoestellen. ‘Ze moeten tegen een stootje kunnen’, vat teamlid Jason van der Tol het samen. ‘En natuurlijk

aantrekkelijk zijn voor jonge én oudere kinderen. Daarom hebben we gekozen voor verschillende speeltoestellen. De kleintjes spelen bijvoorbeeld veel op de Robin Hoodklimbaan en de meiden zijn gek van de duikelrekken. Voetballen wordt door alle leeftijden naar hartenlust gedaan, net als schommelen trouwens.’ Nog een ­b elangrijke voorwaarde was dat er veel kinderen ­tegelijkertijd gebruik kunnen maken van de toestellen. ‘Je kunt wel een wipkip neerzetten, maar daar kan maar één kind op. Dat geeft geheid ruzie. Op zo’n grote schommel bijvoorbeeld is plek voor meerdere kinderen tegelijk. Klimmen, duikelen, voetballen, basketballen,

Ee Speeltoestellen Benieuwd naar wat Van kan betekenen? voor jullie schoolplein llen.nl Kijk op vaneespeeltoeste

EDG_JUN_046-047_VanEe_v03.indd 46

11-05-16

23:31


ch oolplein Nutsschool Woonstede Den Haag

ff ect op school én buurt’ schommelen, balanceren of een spelletje Twister: het zijn allemaal dingen die je samen kunt doen.’

Wensen ‘Toen Van Ee Speeltoestellen de speeltoestellen kwam installeren, stonden de leerlingen verlekkerd voor de ramen’, vertelt Jason lachend. In het voortraject heeft hij hen dan ook nadrukkelijk betrokken. ‘Hun wensen heb ik gebundeld en daar is Van Ee mee aan de slag ­gegaan. Wat de doorslag gaf om met hen in zee te gaan? De Jason van der Tol offerte was goed, maar ik heb ook mijn gevoel laten spreken. Ze dachten goed mee en alles bleek bespreekbaar. Ze dachten in kansen, niet in belemmeringen, en gaven

EDG_JUN_046-047_VanEe_v03.indd 47

waardevol advies. Over het laten staan van de bomen op het schoolplein bijvoorbeeld. Of ze raadden bepaalde keuzes af uit praktisch oogpunt.’

Upgrade De switch van een dichtbetegeld plein naar een aantrekkelijke, kleurrijke speelplaats liep gelijk op met de nieuwbouw van het schoolgebouw, na de sloop van het oude. Voor leerlingen, docenten én de buurt heeft de nieuwe speel-, leer- en werkomgeving een positief ­e f fect. Het schoolplein draagt hier op een belangrijke manier aan bij. ‘Het geeft de school en de buurt een ­positieve upgrade en daar zijn we superblij mee.’

11-05-16

23:32


PROFESSIONALISEREN... IN VERBINDING MET DE PRAKTIJK

PROFESSIONEEL VERLANGLIJSTJE VAN…

Dit betekent dat we op zoek moeten gaan naar de

Ik wil:

impact van de persoonlijke ontwikkeling op de

√ …ruimte om te leren

ontwikkeling van een organisatie en andersom.

√ …gevoed worden met inspiratie √ …dingen leren die ik morgen kan gebruiken

De trainingen en workshops van Onderwijs Maak Je

√ …tijd (hebben, nemen, vinden) om het uit te

Samen zijn gericht op het leren en ontwikkelen van

proberen en in te oefenen √…

de professional en maken een directe verbinding mogelijk met de praktijk.

Deze dynamische tijd met haar adaptieve

Wanneer je op zoek gaat naar een van onze

uitdagingen (Heifetz en Linsky, 2002) vraagt constant

trainingen, stel jezelf dan de volgende vragen:

om verbetering, verandering en vernieuwing. In

de literatuur en het actuele onderwijsbeleid zien we dat er steeds meer belang wordt toegekend

welke inhoud ben ik op zoek? •

aan kennisontwikkeling, een leven lang leren en beroepsinnovatie. Als we wat beter kijken

Wat is mijn leer-, hulp-, of ontwikkelvraag? Naar Welke (leer)houding vraagt deze training van mij? Hoe ga ik het geleerde inzetten?

Hoe verhoudt de training zich tot de ontwikkeling

naar beroepsinnovatie, dan gaat het erom dat

van mijn collega’s/organisatie/school

professionals (Vermeulen et al., 2011):

(verhouding)?

√ kennis ontwikkelen en delen, zowel binnen als

De adviseurs van Onderwijs Maak Je Samen staan

buiten de organisatie en hun beroepsgroep;

klaar om het leren van jou en je collega’s middels

√ verantwoordelijkheid nemen en afleggen, zodanig

bovenstaande vragen op gang te brengen en vanuit

dat het autonoom handelen in balans is met het

inzicht en betrokkenheid op gang te houden zodat

samenwerken met anderen aan het verwezenlijken

we cyclisch in ontwikkeling blijven. We verbinden en

van collectieve ambities;

ontwikkelen alle kennis en vaardigheden graag mèt

√ intrinsiek gemotiveerd zijn, plezier in het werk hebben en voortdurend hun werkprocessen willen vernieuwen en verbeteren. De ontwikkeling die jij doormaakt en de ontwikkeling van de organisatie, kunnen elkaar versterken.

EDG_JUN_048-049_OMJS_v00.indd 48

jou!

“Alleen ga je sneller, samen kom je verder!” TIP! -SPEL HET O21

12-05-16

10:04


OMJS ACADEMIE Wat wil jij nog leren? EEN GREEP UIT HET AANBOD: TRAINING

DATUM

DAGDELEN

LOCATIE

Van het protocol ERWD naar een stappenplan voor de eigen school

01/09/2016, 07/10/2016, 17/11/2016, 10/02/2017

6

Rotterdam (ook in Helmond)

Overgang naar groep 3 ‘Groep 3 goed onder de knie’

13/09/2016, 18/10/2016, 15/11/2016

3

Helmond (ook in Rotterdam)

Groep 7/8 op volle kracht!

14/09/2016

1

Helmond

Specialist Spelling en stellen

14/09/2016, 12/10/2016, 16/11/2016, 11/01/2017, 08/02/2017

5

Helmond

Coöperatief leren

15/09/2016, 13/10/2016, 17/11/2016

3

Helmond

De Kleine Kapitein

21/09/2016, 19/10/2016, 23/11/2016, 18/01/2017

4

Helmond

Specialist Begrijpend lezen/woordenschat

21/09/2016, 12/10/2016, 02/11/2016, 23/11/2016, 11/01/2017, 25/01/2017

6

Helmond

Leergesprekken met kinderen

28/09/2016, 02/11/2016

2

Helmond

Gedeeld leiderschap

28/09/2016

1

Helmond

Specialist Technisch lezen en leesmotivatie

28/09/2016, 19/10/2016, 30/11/2016, 14/12/2016, 22/02/2017

5

Helmond

SPECIAAL VOOR SCHOOLLEIDERS: Herregistratie Toekomstgericht leiderschap Amsterdam, Helmond en Utrecht Op basis van het model ‘De basis op orde’ wordt een spectrum aan nieuwe inzichten en vaardigheden van nu en de toekomst vertaald naar wat dit betekent voor de rol van de schoolleider. (Gecertificeerd door schoolleidersregister PO).

Studiereis Zuid-Afrika; apart & samen 21 t/m 29 april 2017 Een programma dat andere perspectieven biedt in ‘less is more’ en kan helpen om opnieuw bewust te raken van de eigen (onderwijs)praktijk en deze beter te waarderen.

Studiedag Schoolplan ‘light

04/10/2016

1 dag

Utrecht (ook in Helmond)

Studiedag Leiding geven aan de onderbouw

01/11/2016

1 dag

Utrecht

Studiedag Toolbox - missie, visie, kernwaarden

15/11/2016

1 dag

Utrecht

Training Coöperatief vergaderen

19/09/2016, 10/10/2016

2 dagen

Utrecht (ook in Helmond)

Meer informatie over een training of event? Kijk op www.onderwijsmaakjesamen.nl/professionalisering

EDG_JUN_048-049_OMJS_v00.indd 49

12-05-16

10:04


15 juni Onderzoeksconferentie

Kennis over de kracht van ICT:

ken de risico’s en kies voor kansen! Op 15 juni vindt in Amersfoort de jaarlijkse Onderzoeksconferentie plaats. Deze conferentie is georganiseerd door Kennisnet en NRO en brengt de twee werelden van onderwijspraktijk en wetenschap bij elkaar. Adviseur onderzoek Alfons ten Brummelhuis van Kennisnet: ‘Kennis is essentieel als je ICT goed wilt inzetten. Overdaad schaadt. Maar bij goed, gericht en gedoseerd gebruik, kun je ongekende resultaten bereiken met de talenten van leerlingen.’ door tefke van dijk

Tijdens de Onderzoeksconferentie gaat het over ­onderwijs en hoe ICT daaraan kan bijdragen. De belang­ rijkste inzet is om onderwijsprofessionals zoals leer­ krachten, beleidsmakers, bestuurders en schoolleiders te helpen juiste keuzes te kunnen maken. Alfons ten Brummelhuis: ‘Op de conferentie komen wetenschap­ pers en praktijkmensen bij elkaar, waarbij iedereen openhartig is over wat wel en wat niet werkt. Het gaat echt om het blootleggen van inzichten over de werking van ICT op basis van wetenschappelijk kennis.’

Praktijk Alle onderzoeken die tijdens de conferentie aan de orde komen, vinden plaats bij leerlingen in de onderwijs­ praktijk, met een concreet programma. Ten Brummel­ huis: ‘Onderzoekers kijken in specifieke situaties naar de werkende mechanismen. Vanuit dat enorme palet van praktijksituaties willen we begrijpen hoe bepaalde effecten tot stand komen.’ Vanuit de praktijk is de ­belangrijkste vraag: wat werkt met ICT? Volgens Ten Brummelhuis gaat het in wetenschappelijk onderzoek meer om de vraag waaróm ICT werkt. ‘Toepassingen voor verschillende groepen leerlingen hebben immers verschillende effecten. Voor wie werkt wat, wanneer en waarom? Als je de principes snapt, kun je de juiste keuzes maken.’

Meer is niet beter Eén van de meest voorkomende misvattingen over de werking van ICT, is dat meer ICT automatisch leidt tot betere resultaten. Volgens Ten Brummelhuis is meer niet beter. Te veel ICT is zelfs schadelijk voor leerlingen, blijkt uit het recente rapport van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO). 50

EDG_JUN_050-051_Kennisnet_v03.indd 50

11-05-16

23:33


Sommige scholen hebben hierdoor het idee dat ze beter kunnen stoppen met ICT omdat het niets oplevert. Ten Brummelhuis: ‘Overdaad schaadt inderdaad. Als de maatvoering niet goed is, kan ICT schadelijk zijn. Het is het vakmanschap van de leerkracht om het ­optimum te vinden voor een leerling.’ Wanneer de maat wel goed, is ICT van evidente meerwaarde. Ten Brummelhuis vergelijkt het met medicatie, die ook alleen werkzaam is bij de juiste dosering. Te veel van een krachtig medicijn is niet goed. ‘De kracht van ICT is enorm. Het is op het moment één van de meest krachtige hulpmiddelen die we kennen. Je kunt met ICT veel winst behalen bij sommige leerlingen. Dat het zo krachtig is, maakt het ook risicovol bij onzorgvuldig gebruik. Want wat is de juiste dosering? En bij welke leerling-­ kenmerken past welke toepassing?’

Kennis van de risico’s Ten Brummelhuis is van mening dat we de kracht van ICT moeten benutten en dat je ICT alleen zou moeten

gebruiken als je gekwalificeerd bent. Ben je dat niet, dan stel je leerlingen bloot aan onnodige risico’s. ‘Te snel zijn we geneigd leraren te verleiden dit krachtige hulpmiddel te gebruiken. Zonder kennis over wat werkt, is dat een risico. Alle beroepen brengen risico’s met zich mee. Zo moeten bosbouwers weten hoe je een kettingzaag bedient omdat het voor een bosbouwer een krachtig en risicovol hulpmiddel is. In het onderwijs gaan we niet zo om met een hulpmiddel dat krachtig en tegelijkertijd ook risicovol is. Kennis delen is daarom heel belangrijk.’ Net als bij medicijnen zijn het specialisten en experts die de juiste balans kunnen bepalen. Zij zijn in staat te bepalen of ICT meerwaarde heeft voor een leerling. Als die er is, mag je het de leerling niet onthouden omdat hij daardoor talenten beter ontwikkelt. Is die meerwaarde er niet, dan kun je leerlingen er beter niet aan blootstellen. Ten Brummelhuis: ‘Het gaat om het hart van het leraarschap: welke condities voor leren moet ik bieden en welke hulpmiddelen passen daar het beste bij? Uitgangspunt is altijd het talent van de leerling.’

De 3 G’s Bij ICT gaat het volgens Ten Brummelhuis om de 3 G’s: goed, gericht en gedoseerd. ‘Als aan de 3 G’s is voldaan, kunnen we resultaten bereiken die we niet eerder hebben kunnen bereiken met de talenten van leerlingen. Het gaat daarbij zowel om opbrengsten op cognitief gebied als andere ontwikkelingsgebieden. Niet alleen hoe je het snelst tafels kunt leren, maar ook persoonlijke ontwikkeling, samenwerking en crea­tiviteit.’ Kort samengevat kent ICT drie mogelijke uitkomsten: het kan nadelig werken, niets uitmaken of positief uitpakken. In dat laatste geval heeft het een meerwaarde. Van een leerkracht mag je verwachten dat hij de uitkomsten bij een leerling kent. Bij de Onderzoeksconferentie kunnen alle onderwijsprofessionals nieuwe inzichten opdoen over ICT in onderwijs, hun kennis vergroten en kennis delen. ‘Het is geen dagdroom­ conferentie. Het gaat niet over hoe de wereld er ooit uit zou kunnen zien maar over wat we weten van de toepassingen die we nu hebben. Dat levert kennis op die direct toepasbaar is op scholen.’

Kom naar de Onderzoeksconferentie 2016!

Geïnteresseerd in nieuwe wetenschappelijke inzichten als het gaat om onderwijs en ICT? Kom op 15 juni 2016 naar de Onderzoeksconferentie in Amersfoort en ontdek wat werkt in de praktijk en waarom. Tijdens de conferentie geven wetenschappers korte presentaties over hun meest recente onderzoeken. Aanmelden kan via kn.nu/onderzoeksconferentie2016.

EDG_JUN_050-051_Kennisnet_v03.indd 51

11-05-16

23:49


Juf Marita’s ‘digitale koffiekamer’

‘Ik hoop dat de ICT-golf ook doorvloeit naar de kleuterklassen’ Als het aan Marita Teunisse ligt, zou elke kleuterklas in Nederland actief met iPads en een digibord werken. Volgens haar doe je leerlingen tekort als je ICT in de klas negeert. Marita inspireert graag andere onderwijsmensen. Ze twittert, heeft een website en Facebookpagina, ze geeft workshops en verzorgt via Periscope regelmatig een live uitzending. ‘Ik wil collega’s in heel Nederland op weg helpen met ICT.’ interview cos/mariska bloemberg – van der hulst

Wie is juf Marita? ‘Ik ben Marita Teunisse, 50 jaar en ik werk als leerkracht in het cluster 2-onderwijs van Auris De Spreekhoorn in Breda. Ik geef les aan leerlingen met taal­ ontwikkelingsachterstanden en slechthorenden. Dit doe ik al 29 jaar met veel plezier. Het is vooral leuk omdat je dieper in het dossier van leerlingen kunt kruipen. Gemiddeld heb ik een klas van vijftien leerlingen in de leeftijd van vijf en zes jaar oud.’

Je maakt volop gebruik van ICT in de kleuterklas, waarom? ‘ICT is niet meer weg te denken uit de huidige maatschappij. Kinderen groeien ermee op. Je doet een leerling tekort als je ICT in de klas negeert. Met iPads of een digibord kun je de lesstof visueel ondersteunen en interactiever maken. Ik gebruik een flexibel digibord met touchscreen. Ontzettend handig, want het bord is alle kanten op te draaien. Veel leerkrachten gebruiken een digibord helaas alleen voor het afspelen van filmpjes. Maar je kunt er zoveel meer mee!’

Hoe zet jij het digibord in? ‘Ik gebruik het digibord bij de dagopening. We bekijken bijvoorbeeld een liedje met gebaren en vullen de k­ alender in. Ook werk ik veel met digibordlessen die aansluiten bij onze kringactiviteiten of het huidige thema. Ik gebruik de lessen ook tijdens een werkles met één of twee leerlingen. De digibordlessen van digibordonderbouw.nl zijn heel leuk. Ik maak eveneens veel gebruik van Yurls. Per project maak ik een themapagina aan op onze groeps-Yurls: kleutergroep2.yurls.net. Deze is bestemd voor onze eigen groep. Hier heb ik allemaal links verzameld die we gebruiken in de klas. Ik gebruik ze bij activiteiten en thema’s. Een soort flipping the classroom voor kleuters.’

Je werkt ook met Gynzy, wat kun je er zoal mee? ‘Gynzy is een softwareprogramma dat je kunt toepassen op het digibord, de pc of tablet. Het is een zeer krachtig instrument om digitale lessen mee te maken en die klaar te zetten voor leerlingen. Je kunt er heel handige tools mee inzetten, zoals rijmen, meten en

EDG_JUN_052-056_JufMarita_v01.indd 52

11-05-16

23:34


Marita’s top 10 voor leuke apps Om zelf spellen op maat te maken: 1 TinyTap 2 Bitsboard 3 Omnidu 4 Woordwijs 5 Book Creator Om direct mee aan de slag te gaan: 6 Letterschool of Tracy (fijne motoriek en schrijven) 7 Apps van Toca Boca (thema aanbod of ­coöperatief werken) 8 Apps van My PlayHome (woordenschat en taalstimulering) 9 Apps van Bobo (meerdere leerdoelen) 10 Apps van Juf Jannie (meerdere leerdoelen)

tellen. Ze zijn kant-en-klaar aanwezig binnen Gynzy. Leerlingen kunnen deze tools uitvoeren als weektaak of als les tussendoor.’

Vanaf groep 3 werken jullie leerlingen met een iPad die ze meenemen tot in groep 8. Op welke manier gebruik jij de iPad bij kleuters? ‘We hebben vier iPads in de klas. Ze geven me de ­mogelijkheid om leerlingen heel gericht en zelfstandig aan het werk te zetten. Een goed voorbeeld is de app Letterschool waarmee kleuters leren om letters en ­cijfers te schrijven. Dat doen ze door letters over te trekken. Deze app is eveneens geschikt voor het oefenen van de fijne motoriek. Als één van de leerlingen met

Letterschool bezig is, heb ik weer tijd voor andere leerlingen. Ik gebruik de iPad ook als extra instructiemiddel. Zeker bij leerlingen die visueel zijn ingesteld en baat hebben bij herhaling, werkt dit goed. Voor het maken van instructiefilmpjes maak ik gebruik van de app ­E xplain Everything. Ik koppel het filmpje aan een QRcode, zodat leerlingen het eenvoudig met de iPad kunnen opzoeken. De iPad levert je dus ook tijdwinst op.’

Op je website schrijf je enthousiast over de app Kahoot. Wat kun je ermee? ‘Het is een app waarmee je een quiz kunt maken over de lesstof die je wilt behandelen. Je kunt de inhoud helemaal afstemmen op het niveau van de leerlingen. Veel apps zijn in onze klas te lastig voor de leerlingen, ze zijn vaak te talig. Maar met Kahoot kun je alle leerstof op maat maken. Ik werk bijvoorbeeld veel met plaatjes. De vragen zijn zichtbaar op het digibord en de leerlingen kunnen de quiz spelen op hun iPad. Ze vinden het geweldig en zijn superenthousiast over deze werkmethode, de lesstof beklijft beter.’

Je laat leerlingen kennismaken met programmeren en gebruikt daarvoor de Bee-Bot. Hoe werkt dit? ‘De Bee-Bot is een robot in de vorm van een bijtje. Leerlingen leren via een simpele instructie hoe ze het apparaat in de klas kunnen bedienen. Ze kunnen de robot een bepaalde route laten rijden en ze kunnen er allemaal opdrachtjes mee uitvoeren. De kleuters zijn aan het programmeren en tegelijkertijd oefenen ze met tellen, zijn ze bezig met hun ruimtelijk inzicht en denken ze logisch na. Leerlingen vinden het een uit­ daging om met de Bee-Bot te werken!’ PrimaOnderwijs 53

EDG_JUN_052-056_JufMarita_v01.indd 53

11-05-16

23:34


dingen kunt maken met je telefoon, tablet of iPad. Ik gebruik het om onderwijsthema’s te bespreken. Ik heb bij voorbeeld uitzendingen over mindmapping gemaakt, het inrichten van de huishoek en het gebruik van een digibord. Mensen kunnen tijdens zo’n uitzending via een livestream meechatten en vragen stellen. De filmpjes blijven 24 uur online, daarna verdwijnen ze van het web. De filmpjes zijn via katch.me/marita2308 nog terug te kijken. Ik kondig mijn uitzendingen vooraf aan via Twitter en Facebook. Het zou leuk zijn als meer onderwijsmensen hun inspiratie delen via Periscope. Het is bovendien een leuke manier om jezelf te promoten.’

Tips van Marita voor ICT in de klas 1 Begin simpel met visuele ondersteuning bij een gesprek, bijvoorbeeld afbeeldingen op je digibord of foto’s van thuis. 2 Kijk op Yurls-pagina’s (jufmarita.yurls.net) en zoek met een trefwoord bovenin het zoekvenster naar jouw onderwerpen. 3 Gebruik schoolbordportaal.nl of de afgeleide versies, zoals kleutertabletportaal.nl. 4 Zoek digibordlessen, digitale prentenboeken of leuke routines, zoals de dagopening, en zet dit structureel in bij jouw lessen als visuele ondersteuning. 5 Durf dingen uit te proberen. Gynzy is een mooi krachtig middel en Prowise Presenter is ook een aanrader. Voor Gynzy kun je een gratis account aanmaken en een maand lang alles uitproberen.

Je inspireert graag andere onderwijsmensen. Wat is je drive?

Je hebt ook een eigen bedrijf en geeft workshops aan leerkrachten in het hele land. Waarvoor kunnen mensen jou inschakelen? ‘Je kunt mij inhuren voor inspiratieworkshops. Ze zijn gericht op het gebruik van ICT in de klas. Denk daarbij aan de inzet van een digibord, Yurls, iPads, tablets en Gynzy. Ook volg ik een opleiding tot i-coach bij Arno Coenders. Dat doe ik met allemaal enthousiaste ICT-coördinatoren en ICT-onderwijsmensen. We gaan bijvoorbeeld in op mediawijsheid, verschillende coachingstechnieken en de innovaties en mogelijkheden die ICT te bieden heeft.’

Wat is volgens jou de rol van ICT in het onderwijs over ongeveer vijf jaar? ‘Die rol wordt steeds groter, het zal ons werk als leerkracht simpeler maken. Zowel het nakijkwerk als het maken van groepsplannen wordt bijvoorbeeld veel eenvoudiger. Denk ook aan samenwerken via Skype, in de Cloud of programmeren. De iPad is ongeveer vijf jaar geleden op de markt gekomen en nu zijn er al veel scholen die iPads en tablets hebben ingevoerd. Als dit in vijf jaar kan, dan kunnen we van 2021 nog veel meer verwachten. Ik heb er nu al zin in!’

‘Het geeft mij enorm veel voldoening om mensen enthousiast te maken voor het gebruik van ICT in het onderwijs. Ik wil collega’s in heel Nederland op weg helpen, er liggen zoveel mogelijkheden! Daarom begon ik mijn website jufmarita.nl. Hier leg ik uit hoe ik ICT in de klas gebruik. Ik bespreek praktijkvoorbeelden en maak gebruik van filmpjes. Ook twitter ik heel actief. Ik noem dit ook wel mijn digitale koffiekamer. Door anderen te inspireren, hoop ik dat de ICT-golf ook doorvloeit naar de onderbouw. Veel mensen zijn van mening dat kleuters alleen maar moeten spelen, dat beeld is ontzettend vastgeroest. Begrijp me niet verkeerd, kleuters moeten inderdaad veel spelen. Maar dat kan ook via ICT.’

Je werkt soms met Periscope, een app waarmee je live video’s kunt uitzenden. Hoe zet je het in? ‘Ik gebruik Periscope als een soort webinar. Het is een heel leuke social media tool waarmee je direct uitzen-

54

EDG_JUN_052-056_JufMarita_v01.indd 54

11-05-16

23:53


EDG_JUN_052-056_JufMarita_v01.indd 55

11-05-16

23:54


EDG_JUN_052-056_JufMarita_v01.indd 56

11-05-16

23:36


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.