PrimaOnderwijs maart 2017

Page 1

nummer 2 • maart 2017 • www.primaonderwijs.nl • verschijnt 6x per jaar •

Verkiezingen

2017

Punten voor het onderwijs op een rij!

Kunst, cultuur en méér muziek in de klas! Interview Kennisnet-directeur Toine Maes • Safe & Social in de klas De Schoolschrijver op missie • Wonderwel duurzaamheidsproject

Praten over relaties en seksualiteit met Kriebels in je buik

EDG_FEB_001_Cover_v09.indd 1

13-02-17

21:09


1

Nationaal Congres Lesgeven Eigentijds lesgeven aan de leerling van nu, voor de maatschappij van morgen

We g suc ens her ces haa ld!

31 mei 2017 CPS Amersfoort

Leer tijdens het Nationaal Congres Lesgeven over eigentijds lesgeven, ontdek wat u van dit onderwerp vindt, hoe u er vorm aan kunt geven en wat u al doet en kunt behouden. Het congres wordt afgetrapt door keynote speaker Jelmer Evers en zit vol met interactieve deelsessies.

‘De workshops waren erg goed, leerzaam en direct toepasbaar.’

Mis dit congres niet en schrijf u in op www.cps.nl/congreslesgeven

Adv CPS POnderwijs Maart17.indd 1 EDG_FEB_002-003_Inhoud_v01.indd 2

13-02-17 16:41 13-02-17 21:07


17 16:41

Inhoud Verkiezingen 2017 De punten voor het onderwijs op een rij!

12

Kunst, cultuur en méér muziek in de klas! Wonderwel op basisschool de Catamaran

40

Kriebels in je buik Praten over relaties en seksualiteit

En verder: 4 9 11 23 24 26

30 52

Nieuws CPS boekenrubriek Hoe werkt de N-term? Op het vmbo leren door te doen SLO en opbrengstgericht maatwerk Interview directeur Kennisnet Toine Maes

Met 170.000 lezers het grootste blad voor alle onderwijsprofessionals. PrimaOnderwijs is een uitgave van

Naast het magazine biedt PrimaOnderwijs een tweewekelijkse nieuwsbrief en www.primaonderwijs.nl EDG Media Postbus 40266 3504 AB Utrecht Uitgever Erik Trimp Hoofdredactie/coördinatie Vanessa Pelle, vpelle@edg.nl

EDG_FEB_002-003_Inhoud_v01.indd 3

28 36 39 44 49 50

Safe & social in de klas Scholen op de kaart Educatheek Proeven aan beroepen met IMC Basis Geef mij maar een boek! De Schoolschrijver op missie

Vormgeving Tom Venema Martin Hollander Medewerkers Brigitte Bloem, Tefke van Dijk, Mirjam Janssen, Lieke Steijvers, Malini Witlox

Verschijning en verspreiding PrimaOnderwijs verschijnt 6 keer per jaar. Verspreiding via gecontroleerde distributie door EDG Media bij alle basisscholen en scholen in het voortgezet onderwijs in Nederland.

Redactie 030-241 70 44 redactie@primaonderwijs.nl Foto’s Hollandse Hoogte, iStock, Human Touch Photograpy, Shutterstock, Marius Roos Sales Mark Hutzezon 030-2417025, mhutzezon@edg.nl

Klantenservice 030-241 70 20 klantenservice@edg.nl Copyright 2017 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, overgenomen of openbaar gemaakt zonder voorafgaande toestemming van de uitgever. De uitgever is niet aansprakelijk voor enig handelen op grond van de in dit blad gegeven adviezen of gedane mededelingen.

13-02-17

21:08


Website

vernieuwd!

Inhoud, inzicht en inspiratie: je vindt het op de volledig vernieuwde website van PrimaOnderwijs.nl. Blijf op de hoogte via het nieuws en onze twitterfeed, lees achtergrondverhalen in de dossiers en bekijk het overzicht van (gratis) lesmateriaal. Je kunt op de site ook het magazine digitaal lezen. Heb je tips of suggesties voor de redactie van de site: mail dit vooral naar redactie@primaonderwijs.nl. Wil je op de hoogte blijven van het laatste onderwijsnieuws? Meld je dan ook aan voor de nieuwsbrief via: primaonderwijs.nl/mailinglijst.

Luisteren voor je lijst Krijg jij je leerlingen maar moeilijk aan het lezen? Of komen ze in tijdnood, bijvoorbeeld vanwege de naderende examens? Met de gratis LuisterBieb app van de Bibliotheek maak je jongeren al snel enthousiast voor de Nederlandse literatuur. Door ‘luisterend lezen’ duiken ook niet-lezers makkelijker in de boekenlijst, daarna is de stap naar gewone boeken zo gemaakt. De gratis LuisterBieb app is te downloaden naar tablet of smartphone. Als lid van de bibliotheek heb je toegang tot tientallen luisterboeken. In Luisteren voor je lijst staan titels voor zowel het vmbo als Hhavo/vwo. Van Jan Terlouw tot Thea Beckman, van Tommy Wieringa tot Harry Mulisch. De luisterboeken zijn online te downloaden en daarna offline te luisteren. Zo kan er altijd en overal geluisterd worden naar boeken uit de literatuurlijst.

4

EDG_FEB_004-009_Nieuws_v06.indd 4

13-02-17

21:10


Haai-alarm! Het Wereld Natuur Fonds en NPO Zapp organiseren dit jaar de actie Zapp Your Planet: Haai-alarm! Deze actie staat geheel in het teken van een prachtig oceaandier: de haai. Tijdens Zapp Your Planet komen WNF-Rangerclub en NPO Zapp samen met kinderen uit het hele land in actie voor de bedreigde haai.

NIEUWS

Zapp Your Planet:

Voor basisschoolleerlingen van groep 4 tot en met 8 is er een uitdagend Haai-alarm!-lespakket ontwikkeld. Het lespakket leert leerlingen waarom de haai een onmisbare rol heeft in de zee. De leerlingen ontdekken ook dat haaien ernstig bedreigd worden en dat bescherming hard nodig is. De haaien hebben onze hulp nodig. Kom op voor de haai en doe mee aan Zapp Your Planet 2017! Met behulp van het digitale lespakket en de bijbehorende werkbladen, de actieposter (met goede tips voor het actievoeren) en de speciale TamTam, ga je snel en goed voorbereid aan de slag. Bestel nu het gratis lespakket via zappyourplanet.nl. Je ontvangt het pakket dan op school. En zet ook alvast de actieperiode (maart t/m mei 2017) en 13 mei in de agenda, want dan is Zapp Your Planet 10 uur lang live op tv te zien bij NPO Zapp op 3.

Word een waterheld! Doet jullie school mee aan de Koningsspelen 21 april 2017? En zoeken jullie nog een leuke en zinvolle invulling? Doe dan mee aan Word een Waterheld van Simavi. Word een Waterheld bevat een interactieve kennisquiz waarbij leerlingen hun kennis over water vergroten. Er zijn verschillende niveaus, dus elke groep kan meedoen. Er is een sponsoractie waarbij leerlingen na de les rondgaan met een sponsorboekje. Met hun sportieve inzet tijdens de Koningsspelen helpen zij zo kinderen uit Azië en Afrika aan schoon en veilig drinkwater. En natuurlijk is er het sportieve deel. Word een Waterheld wordt afgesloten met een sportief parcours tijdens de Koningsspelen of tijdens een eigen sportdag. Scholen die meedoen krijgen een uitgebreid handboek toe gestuurd met spellen voor tijdens de sportdag. De benodigde materialen zijn beschikbaar op iedere school en eenvoudig uit te voeren. Na deze activiteit gaan de leerlingen als Waterheld naar huis met een persoonlijk certificaat. Kijk op simavi.nl/waterheld voor alle informatie.

PrimaOnderwijs 5

EDG_FEB_004-009_Nieuws_v06.indd 5

13-02-17

21:11


nu in Schrijf u ren! en blijf le

Nascholingsagenda

Wij organiseren inspirerende nascholing voor alle sectoren in het onderwijs. Onze cursussen en congressen zijn zo ingericht dat u de opgedane kennis direct in de praktijk kunt brengen. Hieronder vindt u een greep uit ons aanbod. Bekijk onze complete agenda op www.medilexonderwijs.nl

85% raadt aan

Woensdag 5 april

MOTIVEER UW LEERLINGEN!

Nieuw congres

Werken aan motivatie in het voortgezet onderwijs www.medilexonderwijs.nl/motivatie

100% raadt aan

Driedaagse cursus Start vrijdag 7 april

www.medilexonderwijs.nl/adhdpo

95% raadt aan

Driedaagse cursus Start maandag 10 april

Maandag 10 april

GOET GESPELDT Effectief spellingonderwijs in groep 3 t/m 8

Cursus om een vaardigere teamcoach te worden

100% raadt aan

AD(H)D IN HET PRIMAIR ONDERWIJS Passende begeleiding en ondersteuning in de klas

TEAMCOACH

www.medilexonderwijs.nl/teamcoach

Donderdag 6 april

www.medilexonderwijs.nl/spelling

91% raadt aan

VERTROUWENSPERSOON IN HET VOORTGEZET ONDERWIJS

Dinsdag 11 april

REKENEN MET KLEUTERS Beginnende gecijferdheid in groep 1 en 2

Cursus voor beginnende vertrouwenspersonen www.medilexonderwijs.nl/vertrouwenspersoonvo

Nieuw congres

Woensdag 12 april

EEN GROEIMINDSET IN HET VOORTGEZET ONDERWIJS

www.medilexonderwijs.nl/kleuterrekenen

Nieuwe cursus

FILOSOFISCHE ONDERZOEKSGESPREKKEN IN DE KLAS

Geef uw leerlingen vertrouwen in hun ontwikkelingsmogelijkheden www.medilexonderwijs.nl/groeimindsetvo

Medilex Onderwijs - Congressen en cursussen voor het onderwijs

MEDICORPAD_PrimaOnderwijs_agenda_070317_192x285.indd 1 EDG_FEB_004-009_Nieuws_v06.indd 6

Driedaagse cursus Start donderdag 13 april

Cursus over filosoferen met kinderen en jongeren www.medilexonderwijs.nl/filosoferen

T. (030) - 700 1220

E. info@medilexonderwijs.nl

23-1-2017 14:35:50 13-02-17 21:11


zetten zich samen in voor het

nijntje Beweegdiploma

Voor kinderen is spelenderwijs bewegen heel belangrijk. In de eerste levensjaren vindt namelijk de grootste ontwikkeling van de motoriek plaats. De motorische ontwikkeling is niet los te zien van de emotionele, sociale en cognitieve ontwikkeling. Het is daarom belangrijk om op een goede manier te leren bewegen. Om die reden heeft de Koninklijke Nederlandse Gymnastiek Unie (KNGU) samen met nijntje een beweegprogramma speciaal voor peuters en kleuters (2 t/m 6 jaar) ontwikkeld: het nijntje Beweegdiploma.

NIEUWS

BOERplay en Nederlandse Gymnastiek Unie

In ongeveer twintig goed onderbouwde lessen leren kinderen spelenderwijs de basisvormen van bewegen. Om het beweegprogramma te ondersteunen, zijn er speeltoestellen beschikbaar gesteld door BOERplay. BOERplay zorgt ervoor dat speeltoestellen aansluiten op deze basisvormen en brengt daarmee het binnen bewegen naar buitenspelen. Het nijntje Beweegdiploma wordt door clubs aangeboden, maar ook kinderdagverblijven, scholen en bso’s kunnen aan de slag met het nijntje Beweegdiploma. Binnen de gymles leert het kind veelzijdig bewegen en in het ideale plaatje sluit het speelplein hierop aan. Door goed uitgedachte en veilige speeltoestellen worden kinderen uitgedaagd om te bewegen. BOERplay speelt met het ontwerpen van een speelplek in op de vier speltypes van het kind (rauwers, douwers, bouwers en schouwers) en natuurlijk op de mogelijkheden van het terrein, het budget en de wensen van de school. Meer info: beweegdiploma.nl - gymsport.nl/sportparticipatie/nijntje-beweegdiploma - boerplay.com

Een inspiratieboek over leren in de 21e eeuw

e

Dit inspiratieboek is bedoeld om je te informeren en te inspireren over het onderwijs van de toekomst. Waarom zou het tot herontwerp van onderwijs moeten komen? Hoe ziet dat er mogelijk uit? Waar kan je als school aan denken? Wat zijn dan die 21st century skills en wat maakt ze nieuw? Hoe kan je er als school mee aan de slag?

www.21stcenturyskills.nl

Lamers I co-auteurs

Een BoekTweePuntNul uitgave

Henk Lam ers en Fran k van jarenlang met veel liefd den Oetelaar heb ben beiden gewerkt. Sinds 5 jaar e en plezier in het onderwijs begeleiden in de zoek tocht naa r ‘Leren in ze onderwijsinstelling skills’. Ze de e en gaan daa rbij voor hero 21 eeuw en 21st cent onderwijs ury ntw waarin de leerling daa erp van en door het dwerkelijk centraal staa t.

21st century skills in het onderwijs

Frank van den Oetelaar I Henk

Lamers I co-auteurs

Henk Lamers en Frank van den Oetelaar geven in een aantal hoofdstukken achtergrondinformatie. Negen co-auteurs uit het basis- en voorgezet onderwijs delen hun ervaringen met leerarrangementen waarmee je zelf meteen aan de slag kan. Daarnaast zijn vier nieuwe leerarrangementen ontworpen en omschreven. Door middel van interviews geven tien experts hun zienswijze.

Leren in de 21e eeuw

Over leren in de 21e eeuw en

Frank van den Oetelaar I Henk

‘Leren in de 21e eeuw’ is een inspiratieboek voor onderwijsp rofessionals in het basis- en voortgezet onderwijs. In en rond het onderwijs wordt veel en vaak gediscussieerd over hoe we het toekomstbestendig kunnen maken. Hoe bieden we leerlingen een prikkelende en uitdagende leeromgevi ng waarin ze zichzelf kunnen ontwikkele n? Waarin ruimte is voor betekenisv leren, eigen talenten en het ol ontwikkelen van vaardighed en?

Leren in de 21e eeuw

Om in de 21e eeuw te leven, te leren en te werken heb je specifieke vaardigheden nodig. Deze vaardigheden, de 21st century skills, gaan over communiceren, samenwerken, zelfregulering, kritisch denken, problemen oplossen maar ook over digitale geletterdheid. Daarnaast heeft leren in de 21e eeuw betrekking op Leren in de 21en eeueigenaarde organisatie van het onderwijs, de integratie van vakgebieden w schap van leerlingen en leraren. Frank van den Oetelaar en Henk Lamers laten in dit boek zien welke ontwikkelingen in onze samenleving ervoor gezorgd hebben dat we nu na moeten gaan denken over de herinrichting van ons onderwijs. Ze laten zien hoe dat eigentijdse onderwijs eruit kan zien en welke modellen daarbij horen. Ook geven ze handvatten hoe je veranderingen binnen jouw eigen prakSca QR-cn deze o de > tijk vorm kunt geven. Tien leraren vertellen over de leerarrangementen > die zij ontworpen hebben. In ieder hoofdstuk komen ook experts aan het woord. Kees Vreugdenhil vertelt over het belang van breinonderzoek, Sjef Drummen over de rol van talentontwikkeling binnen zijn school en Naomi Mertens over de kracht van professionele leergemeenschappen binnen de school. Daarnaast komen aan het woord Michael van Wetering, Joke Voogt, Remco Pijpers, Angela Horsten, Karin Winters, Emer Beamer en Monique Aarts, ieder vanuit hun eigen invalshoek. boektweepuntnul.nl

een BoekTweePuntNul

uitgave

PrimaOnderwijs 7

EDG_FEB_004-009_Nieuws_v06.indd 7

13-02-17

21:52


Doe mee met

de Week van het geld 2017 van 27 t/m 31 maart

+30x

© Disney

Bestel ATIS R G t e h aal i r e t a lesm online

weekvanhetgeld.nl/lesmateriaal 5110-WIG 2017 WvhG Adv Prima Onderwijs-192x285.indd 1 EDG_FEB_004-009_Nieuws_v06.indd 8

13-02-17 21:12 09:56 13-02-17

CPS bo


Boeken voor de professional NIEUW Activerende en Passende Werkvormen Naar meer variatie en motivatie in de les

Differentiëren is te leren (VO)

Omgaan met verschillen in het voortgezet onderwijs Praktisch handboek vol bouwstenen om differentiëren in de les vorm te geven. Hierdoor worden de leeropbrengsten beter en vergroten de kansen van alle leerlingen. Het boek geeft praktische handvatten, voorbeelden en toepassingsmogelijkheden om te differentiëren in instructie, leerstof en leertijd.

Op basis van een aantal theoretische principes worden aanpakken en modellen besproken die leerlingen motiveren, activeren, effectief laten leren en variatie brengen in de les. Centraal staat hierbij het leren, dat vormgegeven wordt door het inzetten van passende werkvormen.

NIEUW

Prijs: € 29,90 Bestelnummer: 32404 | Sector: VO/MBO

Lesson Study

als effectieve vorm van teamleren Lesson Study is een specifieke vorm van teamleren die ook in Nederland terrein wint. Collega’s leren met deze methodiek gezamenlijk door systematisch te werken aan het verbeteren, vernieuwen en/of verder ontwikkelen van het onderwijs. Het boek bevat handvatten en instrumenten om Lesson Study in de school te introduceren.

VERNIEUWD

Prijs: € 29,90 Bestelnummer: 32407 | Sector: VO/MBO

Ken je kwaliteitenspel

Leerlingen worden zich met dit kaartenspel bewust(er) van hun eigen kwaliteiten en krijgen zo een positief zelfbeeld. De tekeningen zijn in deze vernieuwde opvolger van het Kinderkwaliteitenspel en Ken je kwaliteiten (VO) vernieuwd, de twee niveaus PO en VO zijn samengevoegd in één spel en er zijn kaartjes bijgekomen over de 21ste eeuwse vaardigheden. De kaartjes kunnen individueel, in kleine groepjes of klassikaal gebruikt worden.

Prijs: € 29,90 Bestelnummer: 32401 | Sector: PO/VO/MBO

Prijs: € 34,95 Bestelnummer: 32403 | Sector: PO/VO

De vijf rollen van de leraar

Coachen op de vijf rollen van de leraar

Effectieve leraren vervullen in hun lessen vijf verschillende rollen: gastheer, presentator, didacticus, pedagoog en afsluiter. Dit boek beschrijft voor elke rol op concrete, praktische wijze welk gedrag een effectieve leraar wel én niet vertoont. Ook worden suggesties gegeven hoe de leraar zich de rollen en het bijbehorende gedrag kan eigen maken.

Prijs: € 30,90 Bestelnummer: 32300 | Sector: PO/VO/MBO

Boek dat zowel coach als docent houvast geeft door onderscheid te maken tussen de vijf rollen van de leraar. Gedragsindicatoren ondersteunen de diagnose. De docent beseft beter wat hij goed doet en wat nog niet, de coach leert per rol coachen op gedragsverandering, competentieontwikkeling en overtuigingen.

Prijs: € 29,90 Bestelnummer: 32139 | Sector: PO/VO

Ga voor meer informatie en bestellen naar www.cps.nl/uitgeverij

CPS boekenpagina Primaonderwijs maart2017.indd 1 EDG_FEB_004-009_Nieuws_v06.indd 9

13-02-17 16:58 13-02-17 21:12


Een goed inkomen bij arbeidsongeschiktheid? Zó geregeld!

Met bevlogenheid draagt u bij aan de ontwikkeling van een ander. Want kiezen voor het onderwijs doet u vanuit een passie. Elke dag weer. En dat vergt nogal wat. Belangrijk dat u goed voor uzelf zorgt. Want als u uit de running raakt, heeft dat veel impact. Ook op uw inkomen. Dat kan afzakken tot bijstandsniveau! Voorkom geldzorgen met dé arbeidsongeschiktheidsverzekering speciaal voor iedereen die werkt in het onderwijs. Uw voordelen    Altijd verzekerd van minstens 70% inkomen  tot uw AOW-leeftijd

   U blijft bij arbeidsongeschiktheid pensioen  opbouwen

   Minimaal 20% premiekorting via uw  werkgever

   Geen medische vragen als u zich aanmeldt  binnen 6 maanden na indiensttreding

   Sluit perfect aan op de WIA, uw cao en  pensioenregeling

Wacht niet te lang, u hebt het zó geregeld! Bereken uw premie op: www.loyalis.nl/aov-onderwijs

90.1627.16 adv Aov Onderwijs 192x285.indd 1 EDG_FEB_010-011_cvte_v02.indd 10

10-10-16 21:13 15:44 13-02-17


Hoe werkt de N-term

voor de centraal examens? Ieder jaar doen zo’n 200.000 leerlingen in het voortgezet onderwijs eindexamen. Half juni horen al deze leerlingen of ze voor hun inspanningen een diploma krijgen. Dit horen ze van hun scholen. Die hebben op die dag de normerings­ termen, ook wel N-termen, gekregen van het College voor Toetsen en Examens. Met de N-term wordt het aantal scorepunten voor een centraal examen omgezet in een cijfer.

Wat is de N-term?

4

1

6 Afname gegevens

Examenlijn

5

Laks Examenbespreking

Handwerk

Technisch

2

Regels en afspraken technische N-term

Moeilijkheid Cito K ELIJ KK

3

2

11

10

definitieve N-term

CvTE

MO EI

OPGAVEN

1

9

K LIJ

De N-term trekt de verschillen in moeilijkheidsgraad van centrale examens in verschillende jaren recht. De N-term zorgt ervoor dat wat een leerling moet kennen en kunnen om een voldoende te behalen niet afhankelijk is van of het centraal examen moeilijker of makkelijker is. Stel dat voor een centraal examen in een bepaald vak maximaal 90 scorepunten behaald kunnen worden. En stel dat dit centraal examen in 2015 een N-term had van 1,0 en in 2016 een N-term van 0,7. Dan was het examen van 2016 makkelijker dan dat van 2015. Om een 5,5 te behalen had een leerling die in 2015 eindexamen deed 45 van de 90 scorepunten nodig. Voor datzelfde cijfer 5,5 waren in 2016 48 scorepunten nodig. Omdat het centraal examen van 2016 makkelijker bleek dan dat van 2015 waren meer scorepunten nodig voor een voldoende.

Normering Centrale Examens VO

MA

Centrale examens kunnen van jaar tot jaar verschillen in moeilijkheidsgraad. Een leerling kan in 2016 een eenvoudiger examen treffen dan in 2015. Er zijn in 2016 dan meer punten voor een 5,5 nodig voor dat examen dan in 2015. Is een examen een keer lastiger, dan zijn er minder punten nodig voor die 5,5. Om de eisen om een voldoende te behalen gelijk te houden, wordt geschoven met de normering, de N-term.

7 8

Quick scan = docent

Cito advies

= leerling

= expert

Docenten geven scores per vraag van hun leerlingen door aan Cito m.b.v. Wolf.

6

Examenbespreking door vakvereniging.

Cito doet voorstellen voor regels en afspraken voor de normering. CvTE stelt deze vast. Ze zijn te vinden op toetswijzer.nl. Het technisch normeringsadvies volgt zodoende rechtstreeks uit de afnamegegevens.

7

Het oordeel van docenten over het examen wordt in Wolf ingevuld.

8

Cito geeft advies over de normering aan CvTE.

9

Vaststellingscommissie bekijkt of er een aanpassing van de technische N-term noodzakelijk is afgaande op input uit het veld (4, 5, 6 en 7).

3

Cito verzamelt extra informatie over de moeilijkheid van de vragen voorafgaand aan de normering.

4

Docenten kunnen via de examenlijn vragen, opmerkingen en klachten doorgeven.

5

Leerlingen kunnen via LAKS vragen, opmerkingen en klachten doorgeven.

10

CvTE-leiding zorgt dat over vakken heen consistent wordt omgegaan met de gegevens en de geluiden uit het veld en stelt de definitieve N-term vast.

11

De definitieve N-term wordt gepubliceerd. Bij elke score kan nu het CE-cijfer bepaald worden.

Vaardigheidsverschillen in beeld Wat een leerling moet doen om een voldoende te ­b ehalen voor het centraal examen is daardoor niet ­afhankelijk van het jaar waarin de leerling eindexamen doet. Dus een 5,5 voor bijvoorbeeld Duits vmbo gl/tl in 2015 is even veel waard als een 5,5 voor hetzelfde vak in 2016. Normeringstechnieken van Cito maken het mogelijk om vaardigheidsverschillen over de jaren heen in beeld te brengen. Sinds 2012, het jaar waarin nieuwe uitslagregels zijn ingevoerd, zien we dat ­eindexamenleerlingen beter presteren dan daarvoor. De gemiddelde cijfers voor de centrale examens zijn daardoor sinds 2012 iets hoger.

Webinar

Normeringsproces centrale examens vo Ben jij docent en wil je meer weten over het normerings­proces? Schrijf je dan in voor het ­webinar over normering op 9 maart via Examenblad.nl. Je kunt tijdens het ­webinar rechtstreeks vragen stellen aan specialisten van het CvTE en Cito. Je kunt ook de pagina over normering op Examenblad.nl raadplegen.

PrimaOnderwijs 11

EDG_FEB_010-011_cvte_v02.indd 11

13-02-17

21:13


Verkiezingen 2017 De punten voor het onderwijs op een rij De rekentoets, de kwaliteit van de lerarenopleiding, kleinere klassen, passend onderwijs: het zijn stuk voor stuk hot items in de verkiezings-­ campagne 2017. Wat zijn de stand-­ punten van de verschillende partijen over belangrijke onderwijsissues? Een overzicht. door lieke steijvers foto’s human touch photography, shutterstock

Passend onderwijs Veel partijen zijn het erover eens dat de uitvoering van de nieuwe wet op het passend onderwijs niet optimaal werkt. Partijen hebben verschillende ideeën over hoe het wél moet. • De SP stelt dat het binnen de huidige omstandigheden - met grote klassen en een hoge werkdruk - onverantwoord is om alle leerlingen met een beperking op gewone scholen te plaatsen. Van een leerkracht kan niet worden verwacht dat die maatwerk kan bieden voor alle leerlingen uit het speciaal onderwijs. De SP wil daarom dat het speciaal onderwijs toegankelijk blijft voor kinderen die dat nodig hebben. • De PvdA wil dat kinderen met beperkingen zoveel mogelijk meedoen in het reguliere onderwijs. Maar voor kinderen die niet gedijen in het reguliere ­onderwijs, blijft het speciaal onderwijs en praktijk-

onderwijs goed toegankelijk. Ouders moeten zelf kunnen bepalen op welke school hun kind passend basisonderwijs krijgt. • D66 is ook voorstander van passend onderwijs. De uitvoering scoort op dit moment echter nog onvoldoende, vindt de partij. Om passend onderwijs tot een succes te maken, is voldoende begeleiding in de klas nodig. Ook moeten klassen kleiner worden gemaakt. • De VVD wil het huidige beleid handhaven. Wel gaat de partij strenger toezien of elke school individueel een passend aanbod doet aan leerlingen die met een extra steuntje in de rug gewoon in het reguliere onderwijs kunnen blijven. • GroenLinks vindt het passend onderwijsstelsel nog niet geslaagd. Te veel kinderen zitten thuis en leerkrachten ervaren in klassen met kinderen met functiebeperking nog enorm veel werkdruk. De partij wil meer geld voor kleinere klassen, het inschakelen van extra begeleiding en ondersteuning en zo nodig voor het speciaal onderwijs. • De Partij voor de Dieren wil investeren in aan­ gepaste lesprogramma’s, zodat er in het passend onderwijs geen kinderen tussen wal en schip vallen. Ook wil de partij speciaal onderwijs voor hoog­ begaafde kinderen ondersteunen. • 50Plus is geen voorstander van passend onderwijs.

12

EDG_FEB_012-019_VPO_v05.indd 12

13-02-17

21:18


Onderwijsvrijheid Er is veel te doen over bijzondere scholen: over het aannamebeleid, over de oprichting en over de bekostiging van deze scholen. De partijen verschillen enorm in hun standpunten over dit onderwerp. • Volgens de ChristenUnie moeten ouders in heel Nederland kunnen kiezen voor scholen met een sterke identiteit, zoals christelijke scholen. De ChristenUnie is tegen het afschaffen van de levensbeschouwelijke richtingen in het onderwijs. • De VVD is van mening dat kinderen die naar het openbare onderwijs gaan hier alleen neutraal levensbeschouwelijk onderwijs mogen verwachten. • GroenLinks vindt dat niet-openbare scholen op dit moment te veel vrijheid hebben om leerlingen te weigeren. Bijvoorbeeld omdat ze het ‘verkeerde’ geloof aanhangen. De partij wil een inschrijvingsrecht voor alle kinderen. Oftewel: een acceptatieplicht voor alle scholen. • De Libertarische Partij vindt dat het onderscheid in de wet tussen openbare en bijzondere scholen moet verdwijnen. Geen enkele school hoort subsidie van de overheid te krijgen. De financiering van het onderwijs is een taak van particulieren, bedrijven en liefdadigheidsinstellingen. • DENK vindt dat onderwijsvrijheid niet selectief mag worden toegepast of gefrustreerd. De partij is daarom voor het instellen van een onafhankelijke commissie die overheidsinstellingen toetst op het treiteren en tegenwerken van initiatiefnemers van

onderwijsinstellingen. Ook is de partij voor het gelijk behandelen van islamitische onderwijsinitiatieven en voor het aanbieden van voldoende opleidingen tot islamitisch geestelijken en imams. • De PVV wil dat alle islamitische scholen hun ­deuren sluiten. • De SGP vindt dat scholen het recht hebben en houden om bij het toelaten van leerlingen en het benoemen van personeel, eisen te stellen die in lijn zijn met de grondslag, mits dat consequent gebeurt. Voldoende ruimte voor het christelijk onderwijs is een fundamenteel uitgangspunt voor de SGP. Scholen die uitgaan van een duidelijke richting mogen door de overheid niet onnodig gehinderd worden. • De partij VoorNederland (VNL) stelt geen voorstander te zijn van financiering van bijzonder religieus ­onderwijs. • D66 wil een debat over de acceptatieplicht, het openbare karakter van de scholen en de voorwaarden voor financiering. De partij vindt het belangrijk dat kinderen met verschillende achtergronden elkaar tegenkomen op school. • De PvdA vindt dat zowel leerlingen als docenten niet geweigerd mogen worden op bijzonder onderwijs op basis van culturele achtergrond. PrimaOnderwijs 13

EDG_FEB_012-019_VPO_v05.indd 13

13-02-17

21:14


De lerarenopleiding Een actueel punt in deze verkiezingsstrijd is de kwaliteit op de lerarenopleiding. Veel partijen willen investeren in de lerarenopleidingen. De aandacht die er voor dit onderwerp is, verschilt per partij. • De VVD wil de toelatingseisen voor de pabo hand­ haven en voor basisscholen meer vakleerkrachten opleiden, bijvoorbeeld in ICT of Engels. De VVD wil dat scholen mee kunnen bepalen of een leerkracht in opleiding zijn diploma heeft verdiend. In het voortgezet onderwijs hebben alle leerkrachten bij voorkeur een master gevolgd. • D66 wil dat lerarenopleidingen scherpere toelatings­ eisen stellen op het gebied van motivatie en kennis­ niveau. Ook wil de partij dat de pabo’s en leraren­ opleidingen een rol gaan spelen bij de ontwikkeling

van leerkrachten die al voor de klas staan. • Het CDA wil dat de pabo aantrekkelijker wordt voor meesters door een specialisatie voor het oudere en het jongere kind in te voeren. • De PvdA wil dat de lerarenopleiding als tweede studie door de overheid wordt betaald. • De ChristenUnie wil meer meesters en leerkrachten uit minderheidsgroepen in het basisonderwijs. De pabo wordt beter ingericht voor vrouwen én mannen, door een grotere vrijheid in lesmethodes en onderwijs­ pedagogiek, aldus de partij.

Onderwijscarrière en salaris Veel partijen vinden dat de overheid meer moet investeren in leerkrachten. Zowel in de vorm van een betere beloning, als in het verminderen van de werkdruk. De wijze waarop over beloning en prestatie wordt gedacht, verschilt. • D66 wil het onderwijs ‘teruggeven aan de leraar’. De partij wil de 20-uren norm in de wet en de begroting verankeren. De overheid moet ervoor ­ zorgen dat leerkrachten meer tijd aan hun leerlingen kunnen besteden door de administratie-, regel- en rapporteerdruk te verkleinen. Maar ook door te ­investeren in klassenassistenten en conciërges. • De VVD is van mening dat betere leerkrachten ook een betere beloning verdienen. leerkrachten moeten de mogelijkheid krijgen om zich te specialiseren. Door onderscheid in carrièrepaden mogelijk te maken, wordt het leraarschap aantrekkelijker. Tegelijkertijd wil de partij afscheid kunnen nemen van leerkrachten die ondermaats presteren. • De PvdA wil dat onderwijzend personeel goed wordt beloond. Prestatiebeloningen passen volgens

de partij niet bij publiek onderwijs. Er moet ruimte komen in de cao’s om meer leerkrachten doorgroei­ mogelijkheden te geven naar een hogere schaal. Ook wil de PvdA de lestaak van leerkrachten in het ­primair en voortgezet onderwijs terugbrengen naar maximaal 20 uur. • De SP wil dat lonen voor onderwijspersoneel apart worden uitgekeerd, via een landelijke cao. Zo wordt voorkomen dat geld voor leerkrachten wordt gebruikt voor bijvoorbeeld kostbare prestigeprojecten. ­Bestuurders verdienen een salaris dat in redelijke verhouding staat tot dat van leerkrachten. • Het CDA wil dat leerkrachten zich volop kunnen f­ ocussen op hun kerntaken: lesgeven en leerlingen begeleiden. leerkrachten moeten de tijd krijgen om hun eigen lesmateriaal te ontwikkelen en lessen te evalueren.

14

EDG_FEB_012-019_VPO_v05.indd 14

13-02-17

21:15


Het lerarenregister Het lerarenregister is een veelbesproken middel om de kwaliteit in het onderwijs te waarborgen. Sommige ­partijen willen ervan af, andere omarmen het juist. • De VVD vindt dat leerkrachten zich gedurende hun gehele loopbaan moeten blijven bijscholen. Dit wordt door leerkrachten uit het basisonderwijs, voort­ gezet ­onderwijs en middelbaar beroepsonderwijs zelf bijgehouden in het lerarenregister. • De SP wil meer vertrouwen geven aan leerkrachten en stoppen met de ‘oprukkende afrekencultuur’. De partij wil het lerarenregister in deze vorm afschaffen. In plaats daarvan wil de partij een door de beroeps­ groep opgesteld register zonder ‘onnodige bureau­ cratie’. Onbevoegde leerkrachten dienen binnen twee jaar hun bevoegdheid te halen. In de bovenbouw

van havo en vwo moeten zoveel mogelijk leer­ krachten universitair geschoold zijn. • De PvdA is van mening dat leerkrachten hun exper­ tise op peil moeten houden en moeten voldoen aan de voorwaarden van het lerarenregister. • D66 vindt dat een beroepsregister voor leerkrachten en bijscholing een verdere bijdrage levert aan de kwaliteit van het onderwijs. • De Libertarische Partij is een tegenstander van het centraal vaststellen van bekwaamheidseisen voor leer­ krachten. Tijdens een sollicitatieprocedure kan een school zelf letten op de bekwaamheden van de kandidaten.

• De Partij voor de Dieren wil toewerken naar het Finse model, waarbij alle leerkrachten universitair geschoold zijn. Er wordt geïnvesteerd in opleiding en bijscholing van leerkrachten. leerkrachten krijgen het salaris dat past bij de ‘belangrijke taak die ze vervullen’. • De SP vindt dat goed onderwijs alleen kan gedijen in een klimaat waar leerkrachten tijd en ruimte hebben om lessen inhoudelijk goed voor te bereiden en leerlingen te ondersteunen. Het aantal lesuren voor leerkrachten in het voortgezet onderwijs wil de partij verlagen van 25 naar 20 uur per week. • GroenLinks wil de werkdruk voor leerkrachten verlagen en de salarissen verhogen. Scholen krijgen de mogelijkheid om lesuren voor leer­ krachten te verminderen of extra ondersteuning te organiseren. leerkrachten krijgen betere ­opleidingen, meer begeleiding en bijscholing. PrimaOnderwijs 15

EDG_FEB_012-019_VPO_v05.indd 15

13-02-17

21:15


Brede brugklassen Met 12 jaar is nog niet goed te voorspellen of een kind op latere leeftijd beter past op het mbo, hbo of de ­universiteit, daarover zijn veel partijen het eens. Er komen verschillende oplossingen op tafel. • De PvdA stelt voor dat basisscholen al hun leerlingen gecombineerde schooladviezen geven in een van de volgende drie stromen: voorbereidend hoger onderwijs (havo, atheneum en gymnasium); voorbereidend beroepsonderwijs (de hogere vmbo-­ niveaus en havo) of voorbereidend vakonderwijs (de lagere vmbo-niveaus). Na drie jaar vindt selectie plaats voor de uiteindelijke opleiding waarvoor de leerling zich wil diplomeren. De PvdA wil de hogere vmbo-niveaus verlengen tot vijf jaar, net zoals havo, zodat er ook voor deze leerlingen meer tijd is om zich te vormen. • GroenLinks wil een einde aan de vroege selectie en de toetscultuur in het basisonderwijs. Het schooladvies mag volgens de partij geen ‘fuik’ zijn waarin jongeren vast komen te zitten; een schooladvies moet op de middelbare school gecorrigeerd kunnen worden. Daarom krijgen scholen een brede brugklas. Op deze moderne middenschool volgen leerlingen onderwijs in hun eigen tempo en kunnen zij doorstromen naar elk passend niveau.

• De SP stimuleert de vorming van brede brugklassen in het voorgezet onderwijs. In de onderbouw van het voortgezet onderwijs wil de partij de klassen kleiner maken. • D66 wil ook experimenteren met driejarige brugklassen. ‘We halen prikkels voor selectie aan de poort weg voor middelbare scholen die willen voorkomen dat leerlingen van vwo naar havo gaan of van havo naar vmbo. Succes van ‘twijfelleerlingen’ met een lager basisschooladvies gaan we juist belonen.’ • Het CDA is voor brede en meerjarige brugklassen binnen scholengemeenschappen. ‘Zo krijgen laatbloeiers een kans om zich te ontplooien’. • De Burgerbeweging wil het huidige basis, voortgezet en middelbaar onderwijs systeem vereenvoudigen door één openbare basisschool systeem van tien jaar in te voeren. Het middelbaar onderwijs wil de partij vervangen door één openbare school voor algemeen vormend onderwijs en één openbare ­ school voor middelbare beroepsopleidingen. De duur van het middelbaar onderwijs is drie jaar.

16

EDG_FEB_012-019_VPO_v05.indd 16

13-02-17

21:16


Schooladvies De eindtoets: veel partijen willen ervan af. Sommige partijen stellen wel voorwaarden aan de uitwerking. • GroenLinks wil wettelijk vastleggen dat leerlingen een dubbel schooladvies krijgen, bijvoorbeeld vbmo/havo. Volgens de partij worden te veel kinderen ingeschaald op een lager onderwijsniveau dan ze aankunnen, vaak gebaseerd op vooroordelen rondom etniciteit of sociaaleconomische achtergrond. • Het CDA en D66 pleiten ervoor dat niet de eind­ toets, maar het schooladvies van de leerkracht ­leidend is bij de keuze voor vervolgonderwijs. • Ook de PvdA vindt dat het schooladvies van de basis­ school bepalend is, tenzij de citoscore hoger uitvalt. • De VVD ziet graag dat het hoogste schooladvies ­leidend wordt wanneer het advies van de basis­ schoolleraar en de centrale eindtoets van elkaar

verschillen. Deze adviezen worden daarom op ­hetzelfde moment bekendgemaakt. • Wat de SP betreft moet de verplichte eindtoets in het basisonderwijs verdwijnen. Basisscholen beslissen zelf of en welke eindtoets zij afnemen. • De Partij voor de Dieren wil dat basisscholen de vrijheid krijgen om af te zien van de eindtoets als zij op een andere manier kunnen aantonen dat aan de eisen is voldaan. • DENK is voor het automatisch omhoog stellen van het schooladvies als de eindtoets lager uitvalt. • De ChristenUnie ziet de eindtoets in het basis­ onderwijs als ‘hooguit een didactisch hulpmiddel voor de leerkracht.’

PrimaOnderwijs 17

EDG_FEB_012-019_VPO_v05.indd 17

13-02-17

21:16


Curriculum Ook het lesprogramma in het primair en voortgezet onderwijs is een onderwerp van discussie. Partijen ­hebben hun eigen voorkeuren over de vakken die op school gegeven moeten worden. • DENK maakt zich zorgen over de kwaliteit van het burgerschapsonderwijs in Nederland. DENK is voor burgerschap in een pluriforme samenleving als centraal getoetst doel. DENK is ook voor meer talenonderwijs, zoals het aanbieden van Spaans, Portugees, Mandarijn, Turks en Arabisch naast ­Engels, Duits en Frans. • De Partij voor de Dieren wil dat de onderwerpen duurzaamheid, voedsel, natuur- en milieueducatie en dierenwelzijn een vast onderdeel worden van het lespakket op de basisschool en in het voortgezet onderwijs. De partij wil ook dat de onderwijs­ inspectie optreedt tegen scholen die geen voorlichting geven over LHBTI-diversiteit. • De VVD wil dat onder andere digitale vaardigheden, ondernemen en samenwerken een vaste plek in het onderwijs krijgen. In het basisonderwijs moet er meer aandacht worden besteed aan techniek en praktische vaardigheden. • Wat D66 betreft krijgen kinderen al op de basisschool les in digitale vaardigheden. Op initiatief van D66 is seksuele voorlichting op school, met aandacht voor seksuele diversiteit, verplicht. • De PvdA wil jongeren kennis laten maken met wetenschap en techniek. Dit inspireert hen om later te kiezen voor een technisch beroep. • GroenLinks wil dat het koloniaal verleden, migratie­ geschiedenis, diversiteit en anti-discriminatie onder­ deel worden van de kerndoelen in zowel het basis als voortgezet onderwijs. Bestrijding van vooroordelen over gender en seksualiteit wordt onderdeel van de zorgplicht van alle scholen. • De Vrijzinnige Partij wil dat in het middelbaar ­onderwijs en het beroepsonderwijs meer tijd en ruimte wordt ingericht voor de groei naar volwassen­ 18

EDG_FEB_012-019_VPO_v07.indd 18

heid. ‘Belangrijke thema’s zoals maatschappelijke betrokkenheid, zingeving, hoe om te gaan met ­g ewetensvragen en verleidingen om je heen en ­omgaan met geld kunnen jongeren helpen zich te ontwikkelen tot gelukkige en vrije mensen.’ • Volgens de SGP moeten leerlingen weten hoe onze samenleving en democratische rechtsstaat tot ­ontwikkeling zijn gekomen. In de kerndoelen wordt daarom vastgelegd dat leerlingen kennis moeten hebben van de ‘vormende invloed van het christelijk geloof op onze samenleving en rechtsorde.’

Onderwijsideeën genoeg! Wat de verschillen tussen de partijen ook mogen zijn, plannen en ideeën over het onderwijs in Nederland zijn er genoeg. We zetten een aantal opvallende op een rij, die niet vallen onder een van de eerder­genoemde thema’s. • De Partij voor de Dieren wil dat in het onderwijs 100% biologische schoolkantines en overblijfmaaltijden komen. • De SGP wil - in tegenstelling tot veel andere partijen - dat de leeftijdsgrens van de leerplicht niet mag worden verlaagd naar vier jaar. • 50Plus wil dat de ambachtsschool in ere wordt hersteld. • De OndernemersPartij wil dat ondernemersorganisaties een wettelijke stem krijgen bij de vaststelling van het curriculum in het onderwijs. • Als het aan de PvdA ligt, zijn scholen voortaan open van 7.30 tot 18.00 uur met een ruim aanbod aan activi­teiten na schooltijd, zodat beide ouders de kans krijgen om te werken. • Voor scholieren die naar de pabo of lerarenopleiding willen gaan, wil het CDA op havo en vwo ‘teachnasia’ creëren.

14-02-17

10:42


Rekentoets en eindexamen Partijen verschillen van mening over de nut en noodzaak van de rekentoets. Ook het eindexamen en de vorm daarvan, is een onderwerp in veel partijprogramma’s. • Volgens de VVD moet de basis van het lesprogramma, zoals rekenen, taal, aardrijkskunde en geschiedenis op orde blijven. De rekentoets moet daarom ook meetellen bij het behalen van een diploma. De partij wil ook dat leerlingen die hun eindexamen niet hebben behaald, de kans krijgen om deelcertificaten per vak te behalen op hun eigen middelbare school. De VVD wil dat leerlingen vakken op verschillende ­niveaus kunnen volgen. Dit moet dan ook duidelijk zichtbaar zijn op het diploma, net als de prestaties die de leerling buiten het klaslokaal heeft behaald. • De SGP is van mening dat het resultaat van het ­centraal examen te zwaar weegt. Dat sterke accent op een beperkt deel van het onderwijs werkt een­ zijdigheid in de hand, vindt de partij. De SGP wil dat het rekenonderwijs en de toetsing zoveel mogelijk onderdeel worden van het reguliere onderwijs­ programma. De partij wil dat de afzonderlijke status van de rekentoets in het voortgezet onderwijs ver­ dwijnt en daarmee ook het ‘buitensporige gewicht in het examenoordeel’. 
 • Het CDA wil dat scholieren op scholengemeen­ schappen de mogelijkheid krijgen om enkele examen­ vakken op een hoger niveau af te ronden. De partij investeert in onderhoud van rekenvaardigheden, maar wil de rekentoets afschaffen. • De PvdA wil het maatwerkdiploma invoeren, zodat leerlingen per vak op een zo hoog mogelijk niveau

Scholieren worden in een aanvullend programma ­inhoudelijk alvast voorbereid op het leraarschap. • De SP wil dat de ouderbijdrage wordt begrensd en altijd vrijwillig is. Scholen die hiermee sjoemelen worden beboet. • Voor de Libertarische Partij is onderwijs geen recht maar een persoonlijke keuze. De LP is daarom voor het privatiseren en decentraliseren van onderwijs. De LP is tegenstander van de leerplicht en de kwalificatieplicht. • Veel partijen willen een einde aan de ‘plofklassen’. De SP maakt er werk van met zijn ‘kleine klassen­strijd’. In het basisonderwijs wil de partij per direct een einde maken aan klassen van 30 of meer leerlingen. Op termijn wil de SP toe naar een gemiddelde klassen­grootte van 23 leerlingen. • De Piratenpartij staat voor het plan dat les- en leer­ materialen zoveel mogelijk vrij en online toegankelijk zijn. Op deze manier kan iedereen ervan profiteren, vindt de partij. • In het programma van de PVV wordt op het moment van schrijven naast het sluiten van islamitische scholen niet gesproken over onderwijs. • Artikel 1 ‘schaaft’ op het moment van schrijven nog aan hun programma. Dit wordt later op hun site ­bekendgemaakt.

EDG_FEB_012-019_VPO_v07.indd 19

eindexamen kunnen doen. Dat voorkomt dat het vak waarmee de leerling het meest moeite heeft, ­bepaalt op welk niveau er eindexamen wordt gedaan. Het maatwerkdiploma moet zó worden vormgegeven, dat er geen twijfel kan ontstaan over de waarde van het diploma en het niet bijdraagt aan meer selectie aan de poort van het vervolgonderwijs. • D66 heeft scherpe kritiek op de bestaande reken­ toets. De toets staat vol met verhalende rekensommen, waardoor het meer een taaltoets dan een reken­ toets is. Om leerlingen beter te leren rekenen, moet vooral geïnvesteerd worden in rekenonderwijs in het primair onderwijs en in de onderbouw van het voortgezet onderwijs. Hierbij horen ook investeringen in het rekenonderwijs op de lerarenopleidingen. • GroenLinks wil de rekentoets afschaffen.

Er doen 28 partijen mee aan de verkiezingen op 15 maart 2017. Kijk voor een overzicht van alle partijen op kiesraad.nl.

PrimaOnderwijs 19

14-02-17

10:42


Verkiezingen 2017

Ook in de klas! Al mogen 18-minners nog niet stemmen, er is ook voor hen online veel interessants te v ­ inden op verkiezingsgebied. Zo kun je als school meedoen aan de ‘echte’ kinder- of s­ cholierenverkiezingen. Of speel online het coalitiespel met de klas, waarin de leerlingen samen moeten zorgen voor een stabiele Kamermeerderheid. door lieke steijvers

Kinder- en scholierenverkiezingen: 8-14 maart 2017 Hoe ziet de Tweede Kamer eruit als jongeren het voor het zeggen hebben? Om hier achter te komen, organiseert ProDemos – huis voor democratie en rechtsstaat – schaduwverkiezingen onder kinderen en scholieren. Volgens ProDemos blijken de scholierenverkiezingen een verrassend goede voorspellende waarde te hebben voor de uitslag van de echte verkiezingen. De organi­ satie heeft een vergelijking gemaakt tussen de uitslag van de echte verkiezingen en de scholierenverkiezingen in de periode van 1977 tot 2012. Een aantal interes­ sante conclusies: • Winst en verlies van de partijen vertonen bij scholieren­ verkiezingen ongeveer hetzelfde patroon als bij echte verkiezingen. Wel zijn de verschuivingen bij de scholierenverkiezingen heftiger: een partij die sterk wint, wint onder scholieren nog sterker. Omgekeerd geldt ­hetzelfde voor de verliezende partijen. • Scholieren zijn meer gecharmeerd van nieuwe partijen. Vooral de Partij voor de Dieren doet het goed bij jongeren. Als het aan scholieren lag, hadden ook Lijst Ratelband, Eén NL, Trots op Nederland en de Piratenpartij in de Tweede Kamer gezeten.

Meedoen • Deze verkiezingen zijn van 8 tot 14 maart 2017. • De kinderverkiezingen zijn voor leerlingen van groep 7 en 8, de scholierenverkiezingen voor het voortgezet onderwijs en mbo. • Docenten kunnen hun school gratis aanmelden. Na aanmelding krijg je een inlogcode voor de website met digitale oproepkaarten. Leerlingen stemmen via een speciale website.

• De uitslagen zijn landelijk, regionaal en per school te bekijken in de database op de website van ­ProDemos. • Meer informatie op scholierenverkiezingen.nl

20

EDG_FEB_020-021_Verkiezingen_v03.indd 20

13-02-17

21:18


Speel het coalitiespel Verkiezingen op het digibord • Wandel over het Binnenhof, langs het Torentje en naar de Tweede Kamer in Google Maps. • Bekijk informatieve filmpjes over democratie en verkiezingen van het Jeugdjournaal, Schooltv en de Derde Kamer op YouTube. • Laat de klas stemmen over een stelling op het digibord, bijvoorbeeld met de laptop of via de mobiele telefoon. Dit kan via Twitter of maak gebruik van online tools zoals Mentimeter, Socrative of Kahoot. • Bekijk in de aanloop naar de verkiezingen de peilingen op politiekebarometer.nl of peil.nl. • Leer alles over coalitievorming op coalitiemeter.nl. Deze website maakt zetelverhoudingen inzichtelijk en berekent ter plekke of coalities een meerderheid zouden kunnen hebben. Leuk om met de klas te schuiven met partijen op het digibord.

Hoeveel zetels krijgt de Partij van de Mandarijn? En kan deze partij wel door een deur met de Partij van de Smaragd?! Zorg voor een stabiele Kamermeerderheid in het coalitiespel van de Derde Kamer. Leerlingen leren over wat er gebeurt ná de verkiezingsuitslag: van het vormen van een coalitie tot het regeerakkoord en de onderhandelingen.

Meer informatie Op derdekamer.nl vinden leerlingen alles over hoe de Nederlandse democratie werkt. Voor docenten zijn er talloze lesideeën, lesmateriaal en lessen voor op het digibord te vinden. De Derde Kamer is een initiatief van de Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal.

Organiseer je eigen verkiezingen Hoe werken verkiezingen eigenlijk? Dat kunnen leerlingen ontdekken door zelf verkiezingen te organiseren. Dat betekent een partij oprichten, plannen bedenken, reclame voor je partij maken en stemmen. ProDemos biedt op haar website een uitgebreide handleiding met leuke materialen om uit te printen: een kandidatenlijst, een stempas en een inschrijving bij de Kamer van Koophandel van een politieke partij. prodemos.nl

Verkiezingen op social media

Informatie over de verkiezingen

Leuk en leerzaam om te doen in de klas: het bekijken van politieke partijen en politici op social media. Plak er dan meteen een les mediawijsheid aan vast en stel de leerlingen kritische vragen over een post of tweet. Vergeet ook vooral de commentaren niet te bespreken. • Geert Wilders (PVV) heeft meer dan 750.000 volgers op Twitter. Hiermee voert hij de lijst aan van twitterende politici. • De Facebookpagina van de Partij voor de Dieren heeft de meeste volgers van alle partijen, met veel posts over dieren en milieu. Interessant is om met de klas te bekijken waarom deze pagina zo populair is. • Mark Rutte heeft ruim 80.000 volgers op zijn Facebookpagina en bericht over politiek en zijn leven. • Oud-minister Frans Timmermans heeft een Facebookpagina met meer dan 200.000 likes. Hij plaatst selfies, bericht waar hij naartoe reist en naar welke muziek hij luistert. • Niet Nederlands, maar wel interessant om te bespreken zijn de tweets van Donald Trump. @realdonaldtrump.

Een spreekbeurt of werkstuk? Op zoek naar achtergrondinformatie? Handige websites over politiek en de Tweede Kamer zijn: • verkiezingswijzer.nl. Hoe komen de verkiezingsprogramma’s tot stand? Wie staan er op de kandidatenlijsten voor de Tweede Kamer? Op verkiezingswijzer staat al het laatste nieuws en onafhankelijke achtergrondinformatie over de Tweede Kamerverkiezing. • tweedekamer.nl. De officiële website van de Tweede Kamer der Staten Generaal, met een speciale pagina voor het onderwijs. • verkiezingsuitslagen.nl. Deze website is een databank waarin je de verkiezingsuitslagen vanaf 1848 kunt terugvinden. • stemwijzer.nl. De meest gebruikte stemhulp. Geef antwoord op dertig stellingen en vergelijk je standpunten met die van politieke partijen. • kieskompas.nl. Ook een online stemhulp waarmee je je eigen opvattingen kunt vergelijken met die van politieke partijen. • Om jongeren te betrekken bij politiek en rechtsstaat vind je op prodemos.nl een scala aan lesmateriaal en activiteiten geschikt voor het hele onderwijs. PrimaOnderwijs 21

EDG_FEB_020-021_Verkiezingen_v06.indd 21

14-02-17

12:32


Gamen-derwijs naar het Voortgezet Onderwijs De Go VMBO! game is educatief, interactief, leuk en gratis! Jouw leerlingen ontdekken gamen-derwijs het VO, VMBO en hun eigen talenten. Het spelen van de game is voor iedere groep 8 leerling een goede en leuke voorbereiding op de brugklas. Speel de game met de klas gratis op www.govmbo.nl! Bestel ter ondersteuning van de game het gratis klassenpakket. Ga naar www.govmbo.nl/klassenpakket. Doe het nu, want op = op!

De game is ontwikkeld in opdracht van de Stichting Platforms VMBO.

Help je leerlingen de sprong maken NAAR HET VOORTGEZET ONDERWIJS!

meer informatie www.govmbo.nl

De studiekeuzetools van Hogeschool Inholland helpen uw leerlingen richting geven aan hun studiekeuze. Om uw leerlingen te helpen bij het maken van de juiste studiekeuze bieden wij verschillende studiekeuzetools aan. Open Avond 29 maart Tijdens onze Open Avond kunnen uw leerlingen de studiekeuzefasen TEST | ONTDEK | KIES doorlopen. Daarnaast maken ze kennis met onze studenten en docenten. Kijk voor meer informatie op inholland.nl/openavond. Proefstuderen Zijn uw leerlingen al wat verder met hun studiekeuze en willen ze ontdekken of de opleiding ĂŠcht bij hen past? Dan kunnen ze een dagje Proefstuderen. Soms volgen ze samen met andere studiekiezers een speciaal proefstudeerprogramma, soms worden ze gekoppeld aan een student van de opleiding en volgen ze het actuele lesrooster. Meer informatie is te vinden op inholland.nl/proefstuderen. Studiekeuze Adviescentrum Bij het Studiekeuze Adviescentrum kunnen uw leerlingen terecht voor persoonlijk en onafhankelijk studiekeuzeadvies. Meer informatie kunt u vinden op inholland.nl/studiekeuzegesprek. Studiekeuzeworkshop Voor leerlingen die behoefte hebben aan meer persoonlijke begeleiding en een intensiever programma willen doorlopen biedt Inholland de Studiekeuzeworkshop aan. De workshop bestaat uit twee dagdelen: een workshopdag en een persoonlijk gesprek. Kijk voor data en meer informatie op inholland.nl/skw.

EDG_FEB_022-023_VMBO_v01.indd 22

13-02-17

21:19


NIEUW

De game is ontwikkeld in opdracht van de Stichting Platforms VMBO.

te sgerich beroep ramma’s prog

vmbo

Op het vmbo leer je door te doen! ‘Als je ergens volledig voor gaat, kun je heel ver komen’ Van het vmbo wordt vaak gezegd: ‘Leerlingen moeten veel te vroeg een keuze maken en leggen zich vast voor de rest van hun leven.’ Maar natuurlijk is het niet de bedoeling van het vmbo om leerlingen al op 12-jarige leeftijd te laten kiezen voor een beroep dat ze tot hun pensioen zullen uitoefenen. Buiten het feit dat een baan voor het leven niet meer van deze tijd is, klopt de uitspraak ook niet. Vmbo-leerlingen leren door doen. Door praktisch bezig te zijn, leren vmbo-leerlingen naast praktische vaardigheden ook andere vaardigheden zoals samenwerken, goed lezen en rekenen, zorgvuldig omgaan met materialen en gereedschappen, hygiënisch en veilig werken, maar ook wiskundige oplossingen vinden. Door praktisch bezig te zijn, wordt wel duidelijk hoe de stelling van Pythagoras werkt, wat het verschil is tussen een cm2 en een m2 en tussen 0.5 liter en 5.0 liter. Onderwerpen die uit een boek voor vmboleerlingen veel lastiger te leren zijn.

Passie Door te doen ontdekken leerlingen ook wat bij hen past. Vind ik het leuk om heel precies te werken of kan ik dat niet zo goed? Kan ik goed met mensen omgaan of ben ik liever met materialen bezig? Werk ik liever binnen of buiten, samen of alleen? Allemaal zaken die belangrijk zijn bij het maken van een keuze voor een beroepsopleiding. Zaken die je beter op het vmbo kunt ontdekken, omdat ze daar beter passen binnen je programma dan op het mbo, waar je onderwijstijd

verliest als je van opleiding wilt switchen. De beroepsgerichte programma’s in het vmbo zijn bedoeld om leerlingen ervaringen op te laten doen en hun passie te laten ontdekken. Gelijktijdig leren leerlingen vaardigheden die in de rest van hun leven belangrijk zijn.

Vakidioot Thijs Harmens, bloemist uit Raalte, is daar een voorbeeld van: ‘Van niets iets maken, is waar ik me altijd mee bezig houd, daarmee kan ik mijn creativiteit uiten.’ Toen Thijs als groep 8-leerling naar de open dag ging om te kijken waar hij zijn creativiteit in kwijt kon, kwam hij in aanraking met bloemsierkunst en was hij gelijk verkocht. Na eerst een tijd als bloemist in loondienst te hebben gewerkt, is Thijs nu zelfstandig ondernemer. Hij maakt kunstzinnige bloemstukken en geeft workshops. Thijs noemt zichzelf een ‘vakidioot’. Zijn tip voor vmbo-leerlingen: ‘Als je ergens volledig voor gaat. kun je heel ver komen!’ Wil je meer weten over het vmbo? Kijk dan op vernieuwingvmbo.nl PrimaOnderwijs 23

EDG_FEB_022-023_VMBO_v01.indd 23

13-02-17

21:20


Opbrengstgericht maatwerk

Docenten als buddy: samen optrekken, dat werkt! Maatwerk is belangrijk bij de training van docenten die gericht werken aan opbrengsten, vindt AOC Oost. Bijzonder aan hun aanpak is dat alle digitale trainingsinformatie te vinden is in de elektronische leeromgeving en dat elke docent gekoppeld is aan een buddy. ‘Zo kunnen zij samen vanuit hun eigen lespraktijk werken aan betere opbrengsten’, aldus docente Laura Wildemann die de training in het kader van haar studie ontwikkelde. tekst carolien nout

Als professional leer je het meest als je het geleerde direct in de praktijk kunt brengen. En iets leren van een collega is meestal erg effectief. Die feiten komen uit veel onderwijsonderzoeken naar voren. ‘En dat klopt ook echt in de praktijk, heb ik gemerkt’, zegt Laura Wildemann opgetogen. De lerares Nederlands ontwikkelde vorig jaar een training voor leraren om, samen met collega’s, de systematiek van opbrengstgericht werken beter in de vingers te krijgen. Dat was nodig op AOC Oost, een school waar leerlingen het vmbo, het Groene lyceum of mbo-opleidingen kunnen volgen. Ine Markerink, teamleider van de basisberoepsgerichte leerweg (BBL) stelt: ‘Een paar jaar geleden hebben we bewust gekozen voor de leerstrategie van Marzano waarbij het accent lag op activerende didactiek en samenwerkend leren. Docenten gaan uit van het vierfasen-model, een manier om gestructureerd lessen te geven. Verdergaan met opbrengstgericht werken, is

in die ontwikkeling een logische stap.’ Docenten volgden trainingen en waren enthousiast, maar ze vonden het niet gemakkelijk om opbrengstgericht werken ook echt in de praktijk te brengen. Al met al een goed moment voor de schoolleiding om Laura Wildemann te vragen om in het kader van haar studie (een masteropleiding Leren en Innoveren) een oplossing te bedenken. Zij vroeg daarbij advies aan SLO (zie kader).

Buddy voor elkaar ‘Mijn collega’s zaten met veel vragen over differentiatie en betere leerprestaties’, zegt Wildemann. ‘Hoe maak je de vertaalslag van data, cijfers van toetsen bijvoorbeeld naar concrete acties, passend bij de doelen? Hoe kun je leerlingen extra ondersteuning bieden en de sterkere leerlingen meer uitdagen? Docenten wilden graag meer oefenen met opbrengstgericht werken.

SLO en opbrengstgericht maatwerk ‘In de school kunnen mensen zo veel van elkaar leren’, zegt Maaike Rodenboog, projectleider opbrengstgericht werken voor het voortgezet onderwijs bij SLO. Zij verzorgde met SLO-collega’s enkele workshops op AOC Oost. Het door SLO ontwikkelde systeem, de drie fasen van opbrengstgericht werken, vormde de basis van de training die Wildemann opzette. Rodenboog zag welke concrete effecten dat had: ‘Een docent heeft bijvoorbeeld zijn lokaal anders ingericht, met een stilteruimte en een samenwerkplek. Een ander gebruikt nu Excelbestanden om resultaten van leerlingen te vergelijken en de informatie te gebruiken om nieuwe doelen voor leerlingen te bepalen.’ Voorwaarden om van elkaar te kunnen leren, zijn volgens Rodenboog dat een school een vernieuwing breed moet aanpakken en dat de schoolleiding ontwikkelingen faciliteert en stimuleert. SLO heeft de training van Wildemann doorontwikkeld en deze is beschikbaar voor andere scholen op de website opbrengstgerichtmaatwerk.slo.nl. Hier is ook meer te vinden over de systematiek van opbrengstgericht werken en is voor verschillende vakken in het voortgezet onderwijs uitgewerkt hoe je opbrengstgericht maatwerk kunt bieden aan alle leerlingen. Meer weten? Mail naar m.rodenboog@slo.nl. 24

EDG_FEB_024-25_SLO_v03.indd 24

13-02-17

21:20


Steun en feedback van collega’s noemden zij een belangrijke voorwaarde.’ Wildemann ontwierp een training gebaseerd op de methodiek van het doelen stellen, maatwerk bieden, meten en evalueren. De docenten die er als eerste mee aan de slag gingen, kregen theoretische kennis aangeboden, leerden concrete doelen te bepalen en manieren om leerlingen op maat te bedienen. De cursisten deden veel opdrachten in groepjes van twee. ‘Zo is het idee ontstaan om te werken met buddy’s die elkaar steunen en feedback geven. Dat is een krachtig leermiddel’, aldus Wildemann. Bijzonder van de training is dat het digitale lesmateriaal te vinden is in de elektronische leeromgeving (elo). Omdat het vaak moeilijk is voor docenten om tijd te vinden om in persoon met elkaar te overleggen, introduceerde Wildemann een chatfunctie. Zo kunnen de buddy’s altijd online met elkaar sparren, ook als het even niet uitkomt om af te spreken. Docenten houden online een logboek bij, waardoor de ontwikkeling die zij doormaken voor iedereen zichtbaar is. Het is de bedoeling dat docenten die de training hebben gedaan steeds gekoppeld worden aan nieuwe collega’s, zodat opbrengstgericht maatwerk zich uitbreidt als een olievlek.

Betere doorstroomcijfers Teamleider Ine Markerink ziet dat de aanpak iets veranderd heeft op school, hoewel het misschien niet alleen is toe te schrijven aan de focus op opbrengstgericht werken. ‘We zien betere doorstroomcijfers en ook de examenresultaten gaan vooruit. Er is minder uitval van leerlingen. Omdat we tussentijds preciezer kijken naar het niveau waarop leerlingen presteren, zien we beter wat ze nodig hebben.’ Markerink vindt het belangrijk dat docenten die werken aan verbetering de mogelijkheden hebben om met elkaar in gesprek te gaan en bij elkaar in de klas te kijken. ‘Daar moet je als school voor zorgen, of het nu online is of, zoals wij weleens doen, in de vorm van een eetconferentie. Ook nieuwe manieren van lesobservatie vind ik interessant, bijvoorbeeld met video-opnames. Klein beginnen en uitbouwen is onze aanpak.’ Ook zonder Laura Wildemann gaat AOC Oost door met de trainingen. Markerink: ‘Nieuwe docenten worden direct meegenomen in onze manier van werken. De school draagt opbrengstgericht maatwerk uit in de hele organisatie. Wij zijn begonnen in de beroepsbegeleidende leerweg en kunnen nu verder uitbreiden naar kader of het Groene Lyceum.’ PrimaOnderwijs 25

EDG_FEB_024-25_SLO_v03.indd 25

13-02-17

21:21


Directeur Kennisnet:

‘Elke leerling verdient eigentijds, veilig en persoonlijk onderwijs, en dat kan met ICT’ Onderwijs op maat, differentiëren en personaliseren, daar gaan scholen de komende jaren voor. Daarbij speelt ICT een steeds belangrijkere rol. Wat kan ICT voor scholen betekenen? Waar staan we als het om ICT gaat en waar gaan we naartoe? Een interview met Toine Maes, directeur van Kennisnet. door tefke van dijk

Wat doen scholen nu al met ICT? ‘De ontwikkelingen op dit gebied zijn de laatste jaren steeds sneller gegaan. Dat wil niet zeggen dat elke school in Nederland nu bezig is met ICT. Scholen vragen zich vooral af welke volgende stap ze willen zetten op onderwijskundig gebied. De grote gemene deler hierbij is onderwijs op maat, differentiëren of personaliseren. Scholen zoeken manieren om niet meer de groep als uitgangspunt te nemen, maar meer het individu. Ze kunnen daarmee persoonlijk talent optimaal tot ont­ plooiing brengen. Nu is het onderwijs nog vaak gericht op het gemiddelde van de groep en daarmee laat je talent van leerlingen liggen.’

Op welke manier draagt ICT bij aan onderwijs op maat? ‘Onderwijs op maat betekent dat je leerlingen leert kennen in hun leerresultaten en dat zij zelf weten waar ze staan. Door vaker te toetsen, krijg je meer inzicht en kun je het leerproces aanpassen. Het is geen discussie meer in het onderwijs dat dit de toekomst is. Scholen zien ook in dat dit niet kan zonder ICT, daar­ door is het een veel belangrijkere plek gaan innemen in het onderwijs. Scholen kunnen vernieuwing waar­ maken met ICT.’

Het gaat er dan ook om dat ze in het juiste tempo met de juiste middelen uitvoering geven aan hun visie. Wij vinden dat elke leerling eigentijds, veilig en persoonlijk onderwijs verdient. Bij eigentijds onderwijs gaat het om basisvoorzieningen: zijn die op orde? Is de internet­ verbinding bijvoorbeeld snel genoeg? En heeft een school de toepassingen in huis om leermateriaal vol­ doende te kunnen gebruiken? Komen externe partijen met goed leermateriaal, en kunnen docenten hiermee omgaan?’

Waar hebben we het over bij veilig en persoonlijk onderwijs? ‘Veiligheid gaat om privacy, informatiebeveiliging en een veilige leer- en schoolomgeving. Scholen moeten digitaal pesten voorkomen. Bij persoonlijk onderwijs is de vraag hoe goed je je leerling kent als individu, niet als gemiddelde van de groep. Wat is het meest geschikt voor een leerling? Hoe leert een leerling het beste? En hoe kun je nieuwe toepassingen ­implementeren? Let wel: persoonlijk is niet indivi­ dueel, we moeten het belang van sociale interactie niet onderschatten. Een leerling mag wel herkend en onderkend worden, maar het leren in groepen en de interactie met de leerkracht blijven ongelofelijk belangrijk.’

Wat doet Kennisnet hiermee? Doen scholen dat nu al? ‘Het is een zoekproces waarin nog niet iedereen een weg heeft gevon­ den. De meeste scholen weten wel waar ze naartoe willen, maar hoe ze dat gaan doen is nog de vraag. Ze beseffen dat ICT daarin een belangrijke rol speelt.

‘Het zijn allemaal aspecten waarmee Kennisnet zich bezighoudt. Als Kennisnet willen we expertise leveren waarmee iedere school op een eigen manier invulling kan geven aan de visie op onderwijs. Iedere school moet zijn eigen weg vinden. Een school is goed in ­o nderwijs geven en kiest daar de beste route in. ­Kennisnet draagt daaraan bij door de randvoorwaarden mogelijk te maken. Bovenschoolse organisatie, op

26

EDG_FEB_026-027_Kennisnet_v01.indd 26

13-02-17

21:21


Zoeken, vergelijken, maken en delen?

Wikiwijs!

Eén van de diensten van Kennisnet is Wikiwijs.nl. Op dat pla tform kunnen leraren leermiddelen zoeken, vergelijken, maken en delen. Hierdoor kunn en leraren voor iedere onderwijssituati e de optimale leer­middelenmix same nstellen en ook zelf leermiddele n maken en delen.

landelijk niveau, is veel effectiever en efficiënter dan wanneer iedere school het zelf gaat doen. Om onze gedeelde ambities rond onderwijs op maat te realiseren moeten álle scholen bijvoorbeeld toegang hebben tot snel internet. Nu is het nog zo dat slechts de helft van de scholen snel internet heeft, de andere helft heeft daar het geld niet voor. Educatieve uitgeverijen houden zich daarom in met het ontwikkelen van adaptief, interactief en verrijkt digitaal leermateriaal waarin ­ audio en video een belangrijke rol spelen. Dat was voor ons de reden om het manifest Nú investeren in onderwijs van morgen te ondertekenen.’

Heeft Kennisnet toegevoegde waarde voor scholen? ‘We worden, sinds we vijftien jaar geleden begonnen, steeds zakelijker afgerekend op de bijdrage die we ­leveren. Terecht. Als een school volwassener wordt in haar visie en met ICT onderwijs op maat wil leveren, is de vraag welke toegevoegde waarde je biedt als kennis­ organisatie en als aanbieder van publieke voorzieningen.

De kracht van onze diensten wordt steeds meer beoor­ deeld. Wij maken geen onderwijs, dat doen scholen. Zij willen niet honderd keer de verkeerde a ­ fslag nemen, maar de juiste route bepalen. Om dat te kunnen doen, zorgen wij voor strategisch advies, standaarden, voor­ zieningen en expertise. Scholen moeten daar maximaal van kunnen profiteren en de juiste e­ xpertise inzetten om optimaal onderwijs te kunnen leveren.’

Tot slot, hoe ziet de toekomst eruit als het gaat om ICT en onderwijs? ‘Niemand kan bepalen waar het onderwijs precies uit­ komt, ook wij niet. Er zijn veel verschillende manieren waarop scholen hun doel bereiken en in welk tempo dat gebeurt. Als Kennisnet willen we dat iedere school aan de slag kan met ICT, zonder daarin belemmeringen te ervaren. Als een school iets wil, dan moet dat ­gewoon kunnen.’ Meer weten over ICT en onderwijs in het algemeen? Kijk op kennisnet.nl. PrimaOnderwijs 27

EDG_FEB_026-027_Kennisnet_v01.indd 27

13-02-17

21:22


Gratis Safe & Social laat leerlingen zelf nadenken Kun jij je nog herinneren dat het internet niet bestond of met luid gekraak je huiskamer binnenkwam? Dat we een antwoordapparaat hadden en er niet aan moesten denken om overal en altijd maar bereikbaar te zijn? Dat je telefoonnummers moest opschrijven of zelfs kón onthouden? Het is bijna niet meer voor te stellen in een tijd waarin ‘Netflixen & chillen’ een nieuw Nederlands begrip is. Dankzij het internet is een wereld voor ons open gegaan. Eentje met ontzettend veel kansen en een zee aan kennis, maar ook een wereld die vraagt om een kritische blik en bewustzijn. En dat is nou precies wat Veilig internetten en Vodafone willen bereiken met het gratis lespakket Safe & Social. door vanessa pelle

Het gratis lespakket Safe & Social heeft vooral tot doel om jongeren bewust te maken van online gedrag. Niet belerend, want online zijn kan juist zo leuk zijn. Het lespakket biedt vooral veel mogelijkheden om al dan niet klassikaal een gesprek aan te wakkeren, waardoor jongeren op een andere manier inzicht krijgen in hun eigen gedrag op internet en social media en dat van anderen. Persoonlijk ván elkaar! Ze krijgen de ruimte om na te denken en aan te geven wat ze prettig of acceptabel vinden en wat niet. Zo ontdekken ze wat ze zelf kunnen doen om hun eigen gedrag te managen en hoe ze kunnen reageren op anderen. De inhoud is gebaseerd op het Engelse Be Strong Online lesprogramma van The Diana Award en Vodafone. Het lesprogramma is aangepast voor Nederlandse scholen en sluit aan op de belevingswereld van de leerlingen hier. Er zijn daarbij vier vlogs ontwikkeld die aansluiten op de vier verschillende lessen.

EDG_FEB_028-29_Vodafone_v01.indd 28

Reflectie Safe & Social bevat vier lessen van elk zo’n 50 minuten. De eerste les gaat over online/offline zijn en bevraagt het online gedrag van de leerlingen en wat ze eventueel kunnen en willen veranderen aan dit gedrag. Wanneer gebruiken ze hun telefoon? Zouden ze een week offline kunnen zijn? (Zou jij dat?) Storen zij zich wel eens aan het online gedrag van anderen om zich heen? Aan de hand van de werkbladen kunnen de leerlingen zelf bedenken wat ze zouden doen voor een week offline en dat levert natuurlijk leuke gesprekken op. De eerste les gaat ook over online gamen; dat het positief kan zijn (leuke en leerzame spellen, behendigheid, ontspanning, Engels praten met je online vrienden, etc), maar ook negatief als iemand een gameverslaving heeft. Elke les sluit af met een reflectie-opdracht op het digibord. Les 2 gaat over social media met onderwerpen als online identiteit, socialbesitas en invloed

13-02-17

21:22


Voorkomen In de derde les, My Digital Life, worden privacy, reclame en online contact uitgelicht. Leerlingen leren hoe ze veilig met hun online gegevens om kunnen gaan en daarmee hun privacy kunnen beschermen. De laatste les, Be Strong Online, behandelt onderwerpen als challenges en pranks, groepsdruk, online pesten en sexting. Bij challenges zijn het vaak jongeren die elkaar op internet uitdagen om mee te doen. De leerlingen worden in deze les ook uitgedaagd, maar dan om na te denken over waarom ze meedoen en met welk doel. Hetzelfde geldt voor sexting. Het aantal jongeren dat aan sexting doet, is schrikbarend hoog. Laat de leerlingen vertellen wat zij weten over sexting, met name over wat de gevolgen zijn. op het zelfbeeld/zelfvertrouwen. De leerlingen bekijken de voor-en nadelen van social media en ontdekken de invloed van hun digitale voetafdruk. Zo kun je als opdracht groepjes laten kijken naar kandidaten die een sollicitatiebrief hebben gestuurd voor een bijbaantje in een winkel. Het groepje bekijkt hiervoor de berichten van de kandidaten op social media en bepaalt aan de hand daarvan wie ze zouden aannemen en waarom. Duidelijk zal worden dat gedrag op social media een invloed kan hebben op die beslissing.

Voor ouders Veilig online zijn gaat natuurlijk verder dan alleen lessen in de klas. Het is belangrijk dat ook ouders en verzorgers thuis een veilige online wereld creëren. Daarom is er voor hen een interactief digitaal magazine gemaakt met een kijkje in het lesmateriaal dat in de klas is behandeld plus handige tips om ook thuis Safe & Social een vaste plek te geven. Zowel het lesmateriaal als de digitale magazines zijn gratis via safeensocial.nl te downloaden. PrimaOnderwijs 29

EDG_FEB_028-29_Vodafone_v01.indd 29

13-02-17

21:23


Muziek raakt elk vak! In anderhalf jaar tijd heeft Méér Muziek in de Klas muziekeducatie behoorlijk op de kaart gezet. De stichting zet zich in voor structureel muziekonderwijs op basisscholen door maatschappelijk draagvlak te creëren, goede voorbeelden te delen, onderwijsorganisaties en culturele partijen aan elkaar te verbinden en kennis en vaardigheden van leerkrachten te vergroten. Directeur Jantien Westerveld: ‘We merken in al onze gesprekken dat er bij leerkrachten en scholen een enorme wil is om meer met muziek te doen, maar dat er behoefte is aan hulp en advies.’ tekst brigitte bloem

30

EDG_FEB_030-33_MMIDK_v05.indd 30

14-02-17

12:34


Doe mee aan de landelijke muziekwedstrijd Ook dit jaar organiseert Méér Muziek in de Klas weer een landelijke muziekwedstrijd voor scholen. Groepen 5, 6 en 7 kunnen meedoen door een muzikale act in te studeren, te filmen en in te zenden. Klassen gaan eerst de strijd met elkaar aan per provincie. De provinciale winnaars strijden in het najaar tijdens een spetterende muziekshow op tv. De wedstrijd mondt uiteindelijk uit in een feestelijk optreden tijdens een groots muziekspaktakel rond de Kerst. Aanmelden kan op meermuziekindeklas.nl/wedstrijd

‘De afgelopen tijd hebben we flink aan de weg getimmerd met onze landelijke muziekwedstrijd voor scholen, de BZT Band XXL, de bijbehorende televisieshows en het Kerst Muziekgala’, vertelt Jantien enthousiast. ‘We gebruiken de wedstrijd om iets structureels op gang te brengen in de scholen. Natuurlijk werkt die externe prikkel van ‘misschien kom ik op tv en misschien mag ik wel optreden voor Koningin Máxima tijdens het gala’ hartstikke goed, maar veel belangrijker is dat scholen daadwerkelijk beleid gaan formuleren om muziekonderwijs te verankeren in hun curriculum. We hopen dat nog veel meer scholen het gesprek over muziekonderwijs intern gaan voeren en een volgende stap zetten. Subsidie vanuit de Impuls muziekonderwijs kan hen daarbij zeker helpen, maar ze kunnen bijvoorbeeld ook profijt hebben van alle good-practices die we op onze website verzamelen in de Voorbeeldenbank.’ Ook achter de schermen heeft de stichting, samen met ambassadeurs en erevoorzitter Koningin Máxima, veel gedaan. Muziekonderwijs staat nu prominent op de onderwijsagenda. ‘Muziek maakt blij, ontspant en heeft veel positieve effecten op de ontwikkeling van kinderen. Muziek maken is leuk, maar ook heel belangrijk. Het draagt bij aan de ontwikkeling van het kinderbrein, de motorische ontwikkeling en het bevordert discipline en doorzettingsvermogen. Niemand kan daar tegen zijn, toch?’ lacht Jantien.

Alle kinderen Veel muziekscholen in het land zijn gesloten en lang niet alle ouders hebben het budget om hun kind muziekles

te laten volgen. Op veel scholen wordt maar summier gezongen en muziek gemaakt. ‘De culturele omgeving is in het hele land schraler geworden’, concludeert Jantien. ‘Onze stichting wil ervoor zorgen dat álle kinderen in Nederland op hun basisschool volop in aanraking komen met muziek. We zijn een netwerkorganisatie, dus we werken aan die doelstelling samen met vele partnerorganisaties die allemaal hun verantwoordelijkheid nemen. Met elkaar versterken we de activiteiten van elke organisatie afzonderlijk.’ De werkdruk op scholen is hoog, de programma’s zijn vol. Daarom vindt de stichting het ook belangrijk om muziek zoveel mogelijk in de reguliere vakken terug te laten komen. ‘Liedteksten behandelen in taallessen,

Initiatiefnemers Méér Muziek in de Klas wordt ondersteund door het Platform Ambassadeurs Méér Muziek in de Klas en werkt nauw samen met de verschillende partners: het ministerie van OCW, de PO-Raad, de NPO, het Fonds voor Cultuurparticipatie, het Landelijk Kennisinstituut Cultuureducatie en Amateurkunst (LKCA) en de VandenEnde Foundation.

Jantien Westerveld (directeur Méér Muziek in de Klas):

‘Liedteksten behandelen in taallessen, topografie oefenen met muziek, muziek combineren met verhalen over andere culturen… muziek hoeft niet iets te zijn wat erbij komt’ PrimaOnderwijs 31

EDG_FEB_030-33_MMIDK_v05.indd 31

14-02-17

12:35


‘In deze tijd, waarin vaak minder begrip is voor elkaar en voor elkaars culturen kan muziek een verbindende factor zijn’

Jelle Jolles: ‘Muziek kan een belangrijke bijdrage leveren aan de ontwikkeling van kinderen. Als kleuters, kinderen of tieners zingen, muziek maken of naar muziek luisteren activeren ze vrijwel elk deel van hun brein en geven ze hun hersenen een intensieve training. Het mooie is dat de onderdelen van de netwerken in de hersenen die nodig zijn voor muziek, ook gebruikt worden voor taal, denken en rekenen. Onderzoek laat zien dat ouders die zelf in hun jeugd niet veel culturele vorming gehad hebben, dat ook niet aan hun kinderen doorgeven. Daarom is het zo belangrijk dat alle kinderen de kans krijgen om op school kennis te maken met muziek en andere kunstvormen. Muziek gaat niet ten koste van het curriculum, het draagt juist bij aan de ontplooiing. En het schoolse leren heeft daar baat bij.’

Prof. dr. Jelle Jolles is universiteitshoogleraar Neuropsychologie aan de Vrije Universiteit Amsterdam en directeur van het Centrum Brein & Leren.

topografie oefenen met muziek, muziek combineren met verhalen over andere culturen, muziek hoeft niet iets te zijn wat erbij komt. Je kunt het veel breder inzetten dan als apart lesuur. Leerkrachten hebben over het algemeen weinig muziekeducatie op hun opleiding gehad en kunnen zich daardoor onzeker voelen. We merken dat leerkrachten blij zijn met concrete voorbeeldlessen. Met Schooltv ontwikkelden we een lespakket rond de wedstrijd voor de BZT Band XXL . Het bestaat uit leuke video’s voor de leerlingen en handzame lesbrieven voor leerkrachten. Het lespakket is ook heel goed los van de wedstrijd te gebruiken.’

Foto Paul Tolenaar

Muziek goed voor breinontwikkeling

Co-teaching Om muziek in je lessen te integreren, hoef je geen ster in muziek te zijn of een instrument te kunnen bespelen. Je kunt met leerlingen luisteren naar en praten over muziek. Je kunt leerlingen laten bewegen op muziek. Jantien: ‘Kinderen vinden het erg leuk om zelf iets te creëren. Er zijn tegenwoordig de leukste apps waarmee kinderen zelf muziek kunnen ‘componeren’. Je hoeft leerlingen vaak maar op een spoor te zetten en ze gaan enthousiast aan de slag.’ Als scholen gebruikmaken van de subsidieregeling, gaat het er ook om dat ze een verbintenis aangaan met een culturele partij uit de omgeving. ‘Dat draagt, bijvoorbeeld door co-teaching, zeker bij aan het zelfverzekerder maken van leerkrachten op het gebied van muziekonderwijs’, weet Jantien.

32

EDG_FEB_030-33_MMIDK_v05.indd 32

14-02-17

12:36


Foto Paul Tolenaar

Minister Bussemaker en Méér Muziek in de Klas-ambassadeur Ilse DeLange op werkbezoek bij de pabo van de Hogeschool van Amsterdam.

Muziek op de pabo’s Jantien pleit ervoor op de pabo al te beginnen om muziek met andere vakken te verweven, zodat muziek een soort rode draad door de week heen is. ‘Muziek wordt dan een soort lesmiddel. Een drukke klas kun je rustig krijgen met bijvoorbeeld een ritmespel. De leerkracht kan het inzetten in zijn klassenmanagement. Er zijn zoveel mogelijkheden naast de pure muzieklessen.’ Onlangs kondigde minister Bussemaker van Onderwijs een nieuwe regeling aan waarmee alle Nederlandse pabo’s met de verbetering van hun muziekonderwijs aan de slag kunnen. Doel ervan is de kennis en kunde van afgestudeerde pabostudenten te verbeteren, zodat ze met meer vertrouwen muziekonderwijs kunnen geven. Het basisonderwijs is voor Jantien ook de ingang naar een doorlopende leerlijn muziek. ‘We willen de kinderopvang, via onder meer de integrale kindcentra, en het voortgezet onderwijs er zo snel mogelijk bij betrekken. Hoe mooi zou het zijn als muziek een rode draad wordt in het gehele

onderwijs. In deze tijd, waarin vaak minder begrip is voor elkaar en voor elkaars culturen kan muziek een verbindende factor zijn. Muziek maakt dat we leren naar elkaar te luisteren en dat we meer begrip voor elkaar krijgen door samen muziek te maken.’

Subsidie aanvragen: wanneer en waar? Scholen kunnen een subsidieaanvraag indienen voor de driejarige Impuls muziekonderwijs bij het Fonds voor Cultuurparticipatie (FCP). Voor een start in het komende schooljaar kan dat nog tot 1 april 2017, voor een start in het schooljaar 20182019 kan dat van 2 oktober 2017 tot 1 april 2018. De regeling Impuls muziekonderwijs is onderdeel van het programma Cultuureducatie met Kwaliteit en sluit aan bij Méér Muziek in de Klas. cultuurparticipatie.nl/impulsmuziekonderwijs

‘Muziek maakt blij, draagt bij aan de ontwikkeling van het kinderbrein en bevordert discipline en doorzettingsvermogen. Niemand kan daar tegen zijn, toch?’ PrimaOnderwijs 33

EDG_FEB_030-33_MMIDK_v05.indd 33

14-02-17

12:36


Onderzoek naar eerste periode programma

Cultuureducatie met Kwaliteit ‘Als een school écht een stap wil maken in cultuureducatie, is het noodzakelijk vooraf te bepalen wat je wilt bereiken’ Kinderen laten profiteren van goed cultuuronderwijs: dat is waar Cultuureducatie met Kwaliteit zich voor inzet. Het programma richt zich op deskundigheids­ bevordering, versterken van samenwerking tussen scholen en culturele instellingen, ontwikkeling van leerlijnen en toetsingsvormen. Begin dit jaar is de tweede periode van start gegaan en die loopt tot het jaar 2020 door. Dr. Edwin van Meerkerk, cultuurwetenschapper aan de Radboud Universiteit Nijmegen, deed onderzoek naar de ervaringen van leerkrachten tijdens de eerste periode van het programma in de provincie Gelderland. We vroegen hem naar zijn bevindingen. door brigitte bloem

‘Cultuureducatie doet een beroep op vaardigheden en talenten die doorgaans niet bij vakken als taal en rekenen aan de orde komen’, vertelt Van Meerkerk. ‘Het vraagt

andere vormen van waarnemen, aandachtiger kijken en nieuwe materialen ontdekken. Er komt verbeelding en creativiteit bij kijken en vaak creëren leerlingen iets. Beeldende vakken, muziek en dans vragen andere expressievormen en zijn veel minder aan regels gebonden dan andere schoolvakken. Het biedt kinderen kansen om andere talenten te ontdekken! Ook voor kinderen die misschien minder goed meekomen in de cognitieve vakken, kan het succeservaringen bieden. Mede daarom is cultuureducatie een wezenlijke toevoeging aan het onderwijs. Sommige kinderen hebben een waanzinnig ritmegevoel, maar als de leraar dat niet weet, ziet hij alleen maar een kind dat niet stil kan zitten.’

Rol van de leraar Van Meerkerk heeft bij zijn onderzoek vooral gekeken naar de rol van de leerkracht in het programma Cultuur­educatie met Kwaliteit (CmK). ‘Ook al staat cultuureducatie in de eindtermen, het wordt door de leerkracht nog niet gezien als wezenlijk onderdeel van het curriculum’, constateert hij. Een impuls in de vorm van het programma CmK kan daar positief aan bijdragen. Van Meerkerk: 34

EDG_FEB_034-035_LKCA_v03.indd 34

13-02-17

21:25


bezig is met onderwijsvernieuwing. Als het past bij de vernieuwde schoolvisie krijg je met geringere inspanning structurele aandacht voor cultuureducatie. Je kunt cultuureducatie als schoolbestuur omarmen, maar ook als individuele school. Belangrijkste is dat het ­onderdeel uitmaakt van je onderwijsvisie. Denk als team goed na wát je wilt verbeteren in je onderwijs en hoe je cultuureducatie daar bij in wilt zetten. Ga ver­ volgens op zoek naar cultuurvormen die passen bij je leerlingpopulatie’, adviseert hij. De onderzoeker heeft ook een kritische noot. ‘Dit programma is een impuls vanuit cultuur en niet vanuit onderwijsmiddelen. Zo kan het onderwijs cultuur zien als iets extra’s, iets wat niet automatisch onderdeel uitmaakt van het vast­ gestelde onderwijsprogramma. Terwijl cultuureducatie wel - ook al is het vrij vaag - in de eindtermen is opgenomen. Als cultuur voor alle kinderen bereikbaar moet zijn, moet het eigenlijk tot de kern van het onderwijs behoren. Maar een verplichting van zoveel uur per week cultuur­ educatie is niet zinvol. Cultuureducatie kun je niet landelijk eenduidig verplichten. Het moet bij je school, je denominatie en ook bij je vestigingsplaats passen. Dat komt ook heel duidelijk uit mijn onderzoek naar voren.’ ‘Leraren blijken zich wel bewust van het belang van cultuureducatie, maar ze hebben doorgaans grote moeite om een ontwikkelde leerlijn op dit gebied te integreren in het onderwijsprogramma. Het leren van wat liedjes, het geven van enkele dramalessen of het aanbieden van creatieve activiteiten blijven nog te vaak op zichzelf staan. Ze zijn geen vast onderdeel van het curriculum. Natuurlijk wordt er in de klas ­geknutseld, gezongen en af en toe toneel gespeeld, maar als een school écht een stap wil maken in cultuur­educatie, dan is het belangrijk en misschien wel noodzakelijk om zowel individueel als in team­ verband vooraf te bepalen wat je precies wilt bereiken.’

Kern van het onderwijs Van Meerkerk stipt hier een kernpunt van het programma aan. ‘Op schoolniveau is de toegevoegde waarde van Cultuur met Kwaliteit veel groter als het team als geheel

Cultuureducatie als specialisme ‘Als we cultuureducatie serieus nemen, dan zal er ook op de pabo’s structureel aandacht voor moeten komen’, vervolgt Van Meerkerk. ‘Leraren in opleiding zouden bij zichzelf te rade moeten gaan wat voor soort leraar ze straks willen zijn. Wil je kinderen in de volle breedte onderwijzen? Vind je dat vaardigheden en competenties op het gebied van cultuur daar een wezenlijk onder­ deel van uitmaken? Welke kennis en vaardigheden zijn daar dan voor nodig? Ik verwacht dat er op termijn ­leraren afstuderen die een extra specialisme hebben op het gebied van muziek, dans of beeldende vorming en dat scholen die ervoor kiezen om cultuureducatie structureel op te nemen in hun curriculum, ook specifiek deze professionals gaan werven.’ Overigens wordt er speciaal voor pabo’s een subsidieregeling ontwikkeld. Ook zit de samenwerking met pabo’s ingebouwd in de matchingsregeling.

Samenwerkingsprogramma Cultuureducatie met Kwaliteit

Cultuureducatie met Kwaliteit is het samenwerkingsprogramma tussen scholen, culturele instellingen, provincies en gemeenten en hoopt wezenlijk bij te dragen aan de doelstelling om leerlingen tijdens hun hele basisschooltijd in contact te laten komen met kunst en cultuur in de breedste zin. Binnen verschillende regionale programma’s in het hele land doen al meer dan 3.500 basisscholen mee aan Cultuureducatie met Kwaliteit. De provincie Gelderland is één van die regio’s. In ruim vijfentwintig verbetertrajecten werken Gelderse scholen, culturele aanbieders en gemeenten aan beter cultuuronderwijs. Daarbij waren in de eerste periode 372 scholen, 2.500 leraren, 180 kunstvakdocenten en cultuuraanbieders en 60.000 leerlingen betrokken. Kijk op cultuureducatiemetkwaliteit.nl om te kijken welke initiatieven er in jouw regio zijn en waar je bij aan kunt haken.

PrimaOnderwijs 35

EDG_FEB_034-035_LKCA_v03.indd 35

13-02-17

21:26


Leerkracht cruciaal voor Scholenopdekaart.nl - een website van de VO-raad waar alle middelbare scholen informatie over hun instelling delen - heeft onderzoek gedaan naar het oriëntatieproces van ouders op een middelbare school voor hun kind. Een belangrijke conclusie is dat veel ouders het oriëntatieproces best lastig vinden. Zij hechten veel waarde aan input uit hun directe omgeving. Opvallend is dat ouders met name de basisschoolleerkracht als een zeer belangrijke informatiebron beschouwen. Ook geven ouders aan dat zij behoefte hebben aan een website waar zij een compleet beeld van scholen kunnen krijgen. Dat een dergelijke website er al is, is nog onvoldoende bekend. Reden genoeg om de website Scholenopdekaart.nl extra onder de aandacht te brengen. Jaarlijks maken ruim 175.000 kinderen de overstap van groep acht naar de middelbare school. Begin van het nieuwe jaar bereiden zij zich samen met hun ouders voor op de keuze voor een passende middelbare school. Scholen op de kaart heeft onderzoek gedaan naar de behoeftes in dit keuzeproces dat uit drie fasen blijkt te bestaan. De leerkracht van de basisschool speelt met name een rol in de eerste fase van de oriëntatie, waarin ouders vooral afgaan op informatie die zij van bekenden en vertrouwde bronnen krijgen.

77 procent van de ouders geeft aan dat ze het proces niet makkelijk vinden. Bijna een kwart van de ouders geeft aan dat zij niet goed weten waarop je moet letten bij schoolkeuze. Bijna de helft van de ouders weet niet hoe zij scholen met elkaar kunnen vergelijken. Daarnaast is het de vraag of, wanneer men informatie vindt, deze informatie goed weet te interpreteren. Ouders blijken dan te steunen op de basisschool om hen wegwijs te maken in de voor hen nieuwe wereld van het voortgezet onderwijs.

36

EDG_FEB_036-037_ScholenOpKaart_v01.indd 36

13-02-17

21:26


ouders bij schoolkeuze Compleet Online informatie speelt in de tweede fase een grote rol; het bevestigen van de reeds verkregen informatie. 57 procent van de ouders bezoekt de websites van de middelbare scholen zelf en ook het oordeel van de Inspectie van het Onderwijs wordt online opgezocht. Hoewel andere online informatiebronnen nog bij weinig ouders bekend zijn, voorzien deze sites wel in een behoefte. 80 procent van de ouders geeft in het onderzoek aan gebruik te willen maken van een website waar zij een compleet beeld van de school kunnen krijgen. Op Scholenopdekaart.nl publiceren middelbare scholen niet alleen harde cijfers afkomstig van DUO en de Inspectie van het Onderwijs zoals examencijfers en slagingspercentages, maar ook informatie over de sfeer op school, de open dagen, de tevredenheid van leerlingen en ouders, de onderwijsvisie en de

normen en waarden van de school. Scholen lichten bovendien de resultaten van de school toe. Juist deze combinatie van hardere cijfers en meer ‘zachte’ informatie over de school vinden ouders handig bij hun zoektocht, zo blijkt uit het onderzoek. De laatste fase is het schoolbezoek, de open dag. Dit bezoek weegt het zwaarst.

Wat is een ‘goede’ school De website Scholen op de kaart speelt in op het gegeven dat een ‘goede’ school voor iedereen iets anders betekent. Op de site kun je niet alleen veel informatie vinden per school, maar kun je ook vijf verschillende scholen naast elkaar zetten op belangrijke aspecten als bijvoorbeeld schoolklimaat en veiligheid, examencijfers en profiel en sectorkeuze. Een mogelijkheid waar 80 procent van de ouders behoefte aan heeft.

GRATIS MATERIAAL VOOR OP SCHOOL Via venstersvo.nl is voor scholen divers campagnemateriaal beschikbaar om ouders en leerlingen voor te lichten en te helpen bij hun keuze voor de middelbare school. Er zijn afbeeldingen te downloaden die speciaal voor een Facebookpost zijn gemaakt en er zijn PDF’s met vraagkaarten om desgewenst zelf te printen en te gebruiken op een open dag.

PrimaOnderwijs 37

EDG_FEB_036-037_ScholenOpKaart_v01.indd 37

13-02-17

21:27


Bestel nu GRATIS een Amnesty lespakket!

WAAROM KINDEREN VLUCHTEN: LEG HET UIT IN EEN HANDOMDRAAI Vluchtelingen: je hoort er veel over. Maar hoe leg je op een simpele manier uit waarom kinderen moeten vluchten? Dat doe je met de lespakketten over vluchtelingen van Amnesty International. Voor leerlingen in het basis- en voortgezet onderwijs hebben we aansprekend lesmateriaal, met filmpjes, lesbrieven, een spel en natuurlijk een duidelijke handleiding.

Kijk snel op amnestyopschool.nl

EDG_FEB_038-039_Amnesty-Educatheek.indd 38

13-02-17

21:27

Educath


Leer spelend spellen Leren wordt leuker als het spelenderwijs gaat. Bij Educatheek vind je onder andere leermiddelen waarmee kinderen kunnen leren spellen. Oefen spellingregels en werkwoordspelling met de onderstaande spellen. Kijk voor meer lesmaterialen over dit onderwerp op www.educatheek.nl/spelling.

€8,99 Spellingtoren

Warrige Woorden Spelling

€13,95 en Werkwoordspelling

Leer spellingfouten herkennen met Spellingtoren. Welk woord is verkeerd gespeld? Voor groep 4 t/m 7.

Oefen met deze kwartetten spelenderwijs tweeklanken en medeklinkers en de werkwoordspelling. Vanaf 7/8 jaar.

Spellingkwartet Dolfje Weerwolfje

95

€8,

Mag ik van de ‘au’ het woord klauwen? Dit kwartetspel is bedoeld voor kinderen vanaf 7 jaar die het leuk vinden om met spelling bezig te zijn of juist extra oefening nodig hebben.

ZooBooKoo – Spelling Is het een boekje, een puzzel of een spelletje? Handig overzicht voor het juiste gebruik van spellingregels. Vanaf 9 jaar. 95

€8,

95

€5,

Squla Spelling – Woordjes

Maak woorden compleet door de juiste letterkaarten uit je hand aan te leggen. Pest andere spelers, controleer de letters met de antwoordkaart en win zoveel mogelijk woordkaarten. Voor groep 3 en 4.

€5,99 Quiz it! junior - Spel en speel!

Wordt het lijden of leiden? Kwartet én quizvragen voor urenlang spelplezier. Vanaf 8 jaar.

Facebookactie Ga naar facebook.com/educatheek

en maak kans op een spel!

De webwinkel voor het onderwijs

Educatheek adv POnderwijs mrt17.indd 1 EDG_FEB_038-039_Amnesty-Educatheek.indd 39

info@educatheek.nl www.educatheek.nl

13-02-17 13:00 13-02-17 21:28


Marco: ‘Goed dat er ook aandacht is voor beelden in de media, normen voor mannelijk en vrouwelijk en ‘gevoeligere’ zaken als verliefd worden op iemand van hetzelfde geslacht’

Kriebels in je buik! Verliefde kinderen, een kind dat buitengesloten wordt, geboortes of homoseksuele ouders: je krijgt er als leerkracht ongetwijfeld mee te maken. Heb jij het hierover met je klas? Praten over relaties en seksualiteit in het basisonderwijs is leuk én vooral heel relevant. door colette van den adel

Fréderique Kleverlaan, leerkracht groep 6, geeft al jaren lessen over relaties en seksualiteit: ‘Je kunt niet vroeg genoeg beginnen! Op kleuterniveau kun je praten over ‘elkaar lief vinden’ en hoe dat voelt of over baby’s, van mensen of dieren. Als het al vroeg een normaal onderwerp is bestaat er ook geen schaamte of taboe rond seksualiteit als leerlingen in groep 8 zitten.’ ‘Het is zeker belangrijk om op jonge leeftijd te starten met relationele en seksuele vorming’, aldus Elsbeth Reitzema (Rutgers, kenniscentrum seksualiteit). ‘De seksuele ontwikkeling begint bij de geboorte. Kinderen ontdekken hun eigen lichaam en de verschillen tussen jongens en meisjes. Ze hebben vragen en recht op simpele, eerlijke antwoorden. Je ondersteunt kinderen bij een gezonde en veilige seksuele ontwikkeling. Ze leren wat wel en niet toelaatbaar is, dat je geen druk mag uitoefenen op een ander, dat jongens en meisjes

gelijkwaardig zijn en, heel belangrijk, luisteren naar hun ja/nee-gevoel.’

Onschatbare waarde Relationele en seksuele vorming gaat dus niet alleen over veranderingen in de puberteit en hoe baby’s gemaakt worden. Fréderique: ‘Ik vind het van onschatbare waarde om kinderen in deze maatschappij te helpen zich te ontwikkelen tot personen die respect hebben voor zichzelf en anderen en ze te leren dat je goed bent zoals je bent. Ik wil ze ook weerbaar maken. Door sociale media komt er heel veel op hen af en is seks heel dichtbij. We geven ze kennis om hier beter mee om te gaan.’ Marco Groeneveld, leerkracht groep 8, ziet ook winst: ‘De leerlingen leren open te zijn over ‘moeilijke’ onderwerpen en hierover in gesprek gaan. Ik merk dat ouders het ook fijn vinden dat er op school

40

EDG_FEB_040-041_KriebelsInJeBuik_v05.indd 40

13-02-17

21:29


aandacht voor is. Zo heb je thuis een makkelijke en goede start om hierover te praten, zeker als kinderen dat zelf lastig vinden.’

Giechelen ‘In het begin is het misschien een beetje eng om er les over te geven’, vertelt Fréderique, ‘maar echt iedere leerkracht kan het! Vaak is het een kwestie van gewoon beginnen en ervaring opdoen. Een beetje spanning en gegiechel hoort er natuurlijk bij, maar kinderen willen heel graag meer weten over dit onderwerp.’ Marco vond het de eerste keer ook best spannend: ‘Je weet niet goed wat je moet verwachten, wat ze al weten en vooral wat ze wíllen weten. Ze zijn echt geïnteresseerd in wat er allemaal gaat veranderen en ze vinden de lessen leuk en grappig. Tegenwoordig kan ik zonder blikken of blozen alles uitleggen wat met seksualiteit te maken heeft.’ Elsbeth hoort van veel scholen dat ze enthousiast zijn over de lessen: ‘Er ontstaat een vertrouwelijke sfeer in de klas en er is minder gedoe. Kinderen durven makkelijker vragen te stellen of met problemen te komen.’

Week van de Lentekriebels Om scholen te stimuleren les te gaan geven over relaties en seksualiteit, organiseert Rutgers elk jaar samen met GGD’en de Week van de Lentekriebels. Dit jaar wordt van 20 tot en met 24 maart op ruim 400 scholen lesgegeven over relaties en seksualiteit in alle groepen. Fréderique: ‘De Week van de Lentekriebels is een mooie gelegenheid om te starten met het onderwerp. Mijn leerlingen kijken er altijd naar uit. Als school ben je verplicht om aandacht te besteden aan seksualiteit omdat het in de kerndoelen staat. Hiermee heb je dat gelijk geregeld.’ Fréderique raadt aan

om de tijd te nemen om te bepalen wat je als team gaat doen en ouders te betrekken: ‘Ouders kunnen schrikken van lessen over seksualiteit, maar als ze horen waar het allemaal over gaat vinden ze het juist goed. Je kunt ook de regionale GGD om een training of ondersteuning vragen, zoals bij een ouderavond.’

Lesmethode Scholen die meedoen aan de Week van de Lentekriebels kunnen met korting de nieuwe digitale lesmethode Kriebels in je buik van Rutgers bestellen. Dit is een doorlopende leerlijn voor groep 1 tot en met 8 over lichaam en zelfbeeld, relaties en seksuele diversiteit, voortplanting en seksuele weerbaarheid. De lessen sluiten aan bij de leefwereld en ontwikkelingsfasen van kinderen, zijn heel afwisselend met leuke interactieve werkvormen op het digibord en bieden ruimte voor een gesprek. Je kunt de lessen aanpassen aan de wensen van je school of groep. Marco heeft de lesmethode getest en is enthousiast: ‘Het is een goede leidraad voor een gezonde seksuele ontwikkeling van kinderen. Ik vind het belangrijk dat ze goed voorbereid zijn op veranderingen in de puberteit. Dit is voor de kinderen best spannend en soms ook moeilijk, vooral door de verschillen in ontwikkeling. Ze leren dat iedereen uniek is en zich in zijn eigen tempo ontwikkelt. Goed dat er ook aandacht is voor beelden in de media, normen voor mannelijk en vrouwelijk en ‘gevoeligere’ zaken als verliefd worden op iemand van hetzelfde geslacht. Ik kan Op deze lesmethode echt kriebelsinjebuik.nl staat aanraden.’ voor elke groep een demoles. Meer over seksuele vorming en de Week van de Lentekriebels vind je op seksuelevorming.nl en weekvandelentekriebels.nl.

Fréderique: ‘De Week van de Lentekriebels is een mooie gelegenheid om te starten’ PrimaOnderwijs 41

EDG_FEB_040-041_KriebelsInJeBuik_v05.indd 41

13-02-17

21:30


Zandkasteel Voorlees- en doorgeefkoffer Le u vo k e or n l op ee sc rza ho am ol !

Inhoud koffertje

Bestel nu voor maar € 12,- !

Lekker voorlezen kan samen in de klas met deze Zandkasteel Voorlees- en doorgeefkoffer. De koffer bevat vijf prachtige voorleesboeken, voor ieder boek een kaart met voorleestips, een doorgeefboekje voor de klas en een vingerpopje van Koning Koos om te assisteren bij het voorlezen.

Bestel de koffer nu op schooltvwebshop.nl/voorleeskoffer

Actie

10% korting op het assortiment Speciaal voor alle lezers van PrimaOnderwijs hebben we t/m 30 april 2017 een aantrekkelijke kortingsactie: 10% korting op het gehele assortiment van de Schooltv-webshop! Gebruik de kortingscode STV10 in je winkelwagen. (de actie loopt t/m 30 april en is niet van toepassing op de Schooltv-abonnementen)

Gratis proeflessen Schooltv-abonnementen

pr GRA ob TI er S en !

Maak gratis kennis met de activerende en motiverende abonnementen van Schooltv. Met de zes proeflessen van o.a. Dokter Corrie, De Buitendienst en Koekeloere kun je zelf één volledige proefles geven. De proeflessen bestaan uit een digiles en een downloadbaar Denk door en doe-blad. Ga voor de proeflessen naar schooltvwebshop.nl/abonnementen/proeflessen

schooltvwebshop.nl

1_1 adv Schooltv POnderwijs maart17.indd 1 EDG_FEB_042-043_Schooltv-OMJS_.indd 42

14-02-17 10:28 14-02-17 10:39

Adv_OM


17 10:28

BEZOEK 3 SCHOLEN OP ÉÉN DAG SCHOOLREIS; BEZOEK 3 SCHOLEN OP 1 DAG Opstapplaats Utrecht | 8 juni 2017 | 1 dag Opstapplaats Utrecht | 22 mei 2017 | 1 dag Ben jij ook op zoek naar onderwijs dat recht doet aan de persoonlijke ontwikkeling van kinderen in de 21e eeuw? Ga dan mee op onze schoolreis per tourincar en bezoek in één dag drie scholen die een innovatief onderwijsconcept hebben neergezet of die een waardevol verander-proces hebben doorlopen. De dag start met een inleiding, verzorgd door een ervaren procesbegeleider van Onderwijs Maak Je Samen. Vervolgens word je door de schoolleider, leraren en/of leerlingen van de school ontvangen, krijg je een kijk in de praktijk, inzicht in de processen en kun je vragen stellen over de successen en uitdagingen. ZIJ VERTELLEN ZELF OVER DE VOLGENDE THEMA’S: • Leeromgeving: van muren naar ruimte(s) • Didactiek: van onderwijs voor de leerling, naar onderwijs mét de leerling • Organisatie: van school naar kindvoorziening Onderweg worden de indrukken verwerkt onder leiding van een procesbegeleider, waarbij de eigen schoolsituatie centraal staat. VOOR WIE? Leraren, IB’ers, coördinatoren en schoolleiders in het PO MEER INFORMATIE: omjs.nl/schoolreis

Meer informatie over een training of event? Kijk op omjs.nl/professionalisering

Adv_OMJS_Schoolreis_POnderwijs feb_mrt17.indd 1 EDG_FEB_042-043_Schooltv-OMJS_.indd 43

09-02-17 17:08 14-02-17 10:40


Proeven aan beroepen op basisschool de Poolster Chefkok Patrick toont zijn messen, Rosalie haar schoonheidssalon en wij worden geïnterviewd! ‘Hoi, welkom. Fijn dat je er bent. Ik heb een vraag: mogen de leerlingen jou interviewen? Ze hebben iets voorbereid. Over twee minuten beginnen we.’ We zijn bij basisschool de Poolster in Oss om een middag mee te kijken bij IMC Basis, een lesprogramma waarbij leerlingen kennismaken met beroepen. Van meekijken komt echter weinig, na het welkom bij binnenkomst kaapt coördinator Eefje Melssen me meteen voor een opdracht, waarbij drie leerlingen uit groep 7/8 mij interviewen in plaats van andersom. Hoe leuk! door malini witlox foto’s imc basis

Al snel zit ik aan een tafel met Nynke, Luuk en Charon. ‘Voor welke bladen werk je? Hoe schrijf je dat? Hoe ziet je dag eruit? Wat wordt de kop van je artikel?’ Ze hebben tien vragen voorbereid. Aan de andere tafeltjes zitten leerlingen die met hun gast precies hetzelfde doen. Dat snelle meeschrijven met de ant­ woorden valt nog niet mee. IMC Basis is het zusje van het project IMC Weekendschool, waarbij kinderen in verschillende steden in hun vrije tijd kennismaken met verschillende beroepen en thema’s zoals journalistiek, politiek, rechten, podiumkunsten, techniek en onder­ nemen. Bij de basisvariant worden grotendeels dezelfde ­thema’s behandeld, maar dan onder schooltijd (drie uur per week) op een aantal uitverkoren scholen. Het laat de 31 leerlingen uit deze groep 7/8 van de Poolster een toekomst zien met verschillende beroepen zoals ­ondernemer of advocaat. Aan een ander tafeltje inter­ viewen vier leerlingen huisartsassistente Annet (57). Ze hebben het goed voorbereid. Zo eenvoudig mogelijk legt Annet alles uit over zaken als COPD en vertelt ze wat een longfunctie­test is. Verderop toont chefkok ­Patrick zijn messen en Rosalie neemt de leerlingen mee naar haar schoonheidssalon op een paar minuten

afstand lopen. Glunderend van enthousiasme komen ze terug.

Nieuwgierigheid is de basis Journalistiek is het eerste thema van het komende half jaar en beslaat drie weken. Een week eerder hebben de leerlingen les gehad over open en gesloten vragen, oprolbaar schrijven, hebben ze de krant gelezen en fictieve opdrachten gedaan. Nynke: ‘Zo was een jongen in de sloot beland en onderkoeld. Wij moesten achter­ halen wat er was gebeurd. De politie en ambulance werden gespeeld door ouders.’ Na het afnemen van de interviews is het nog niet gedaan, het interview moet nog uitgewerkt worden in een artikel. Carola van Outvorst, leerkracht in de gecombineerde groep 7/8: ‘Dat is de kracht van dit programma. Het wordt verweven met reguliere lesstof zoals de taallessen en rekenlessen. De wie, wat, waar, waarom en hoe zijn met taalles vooraf ook behandeld. En elke week presenteren twee steeds wisselende leerlingen het vak/thema van die week, als een soort korte spreekbeurt.’ Nieuwgierigheid is de basis. In het thema journalistiek leren de leerlingen

44

EDG_FEB_044-045_Sterrenschool_v03.indd 44

13-02-17

21:31


hoofd- en bijzaken onderscheiden, vragen stellen, doorvragen en een verhaal opstellen. Die skills hebben ze ook bij de andere thema’s nodig. Eefje legt uit dat bewust gekozen wordt voor groep 7 en 8. ‘Dat is de leeftijd waarop leerlingen vaak het meest nieuwsgierig zijn. Bovendien leren de kinderen niet ­alleen over politiek of techniek, ze leren ook samenwerken.’ De Poolster is de vijfde school in Nederland die meedoet aan het project, andere scholen liggen onder meer in Roermond en Apeldoorn. De thema’s zijn grotendeels hetzelfde, de gastsprekers variëren. Eefje is twee dagen in de week bezig met de organisatie van IMC Basis. ‘Het is maatwerk. Omdat juf Carola zwanger is, nodigen we bijvoorbeeld ook een keer een verloskundige uit voor een masterclass. Die neemt haar apparatuur mee de klas in. We zoeken steeds sprekers uit de regio.’

Bevlogen gastdocenten De les waar ik vandaag bij ben, sluit klassikaal af. ‘Wat heb je tot nu toe geleerd’, vraagt Carola. Overal schieten vingers omhoog. Izabella: ‘Dat je bij open vragen een beter antwoord krijgt.’ Nick: ‘Dat niet alles belangrijk is, je hebt ook bijzaken.’ Bea Vos, directeur van de Poolster is laaiend enthousiast over het programma.

‘De gastdocenten zijn enorm bevlogen, dat motiveert de leerlingen. Ze stellen vaak de vraag waarom ze moeten leren lezen of rekenen? Nu zien ze voor welke beroepen dat nodig is. Bovendien, ook als timmerman moet je kunnen boekhouden, dat vergeten we weleens. De kinderen leren samenwerken, onderzoeken, experimenteren. Het sluit goed aan bij de 21ste eeuwse vaardigheden.’ In Oss is het te vroeg om te bepalen of leerlingen nu vaker voor een voorheen onbekend beroep kiezen. ‘Ik heb wel contact gehad met de school in Apeldoorn, waar het project al langer loopt’, zegt Bea. ‘Van die leerkrachten hoor ik dat de kwaliteit van de stelopdrachten ontzettend is verbeterd, dat de spreekbeurten inhoudelijk beter zijn, dat de kinderen beter kunnen spreken en dat ze enthousiaster zijn over vakken als rekenen en schrijven. Wat ze leren, blijft beter hangen. Eigenlijk is het jammer dat maar een handvol scholen hieraan mee kan doen. Dit project is zo mooi. Het zou eigenlijk op iedere school zo moeten zijn.’ Scholen die interesse hebben in deelname aan IMC Basis kunnen contact opnemen met Gemma Beij: gemma.beij@weekendschool.nl PrimaOnderwijs 45

EDG_FEB_044-045_Sterrenschool_v03.indd 45

13-02-17

21:31


Advertorial

Meer individuele aandacht? Focus op het cognitieve proces Van snel tot langzaam. Van luidruchtig tot stil. Van impulsief tot weloverwogen. Sinds de invoering van de zorgplicht zijn schoolklassen nóg gevarieerder dan voorheen. Grote vraag is: hoe geef je elke leerling de juiste individuele aandacht? En hoe bereid je hen voor op een loopbaan in een wereld waarin je vandaag al moet nadenken over de veranderingen van morgen? Veel docenten staan voor deze ogenschijnlijk onmogelijke uitdaging. “Kunst is om je te focussen op het proces in plaats van enkel op het resultaat”, zegt Liesbeth Ruinemans van Feuerstein Kenniscentrum. “Stel: het lukt een leerling niet om uit te rekenen hoeveel eieren er in drie doosjes zitten. Je zou denken dat de leerling de tafels onvoldoende beheerst. Maar het kan natuurlijk ook zijn dat hij of zij de vraag niet goed leest of in alle haast het antwoord verkeerd om opschrijft. Door het cognitieve proces achter het leren te achterhalen, kun je elke leerling snel en gericht op weg helpen. Een stuk effectiever dan alleen maar urenlang tafels stampen.”

EDG_FEB_046-047_Feuerstein_v03.indd 46

Iedereen kan leren Vlak na de Tweede Wereldoorlog introduceerde professor Feuerstein deze manier van denken al. In die tijd kwamen er veel Joden naar Israël. Feuerstein nam IQ-testen bij hen af en merkte dat bijna iedereen slecht scoorde. Een vreemde conclusie, vond hij. Het kon toch niet zo zijn dat een volledige generatie een laag IQ had? Daarom besloot hij verder te kijken dan de gestelde vragen. En wat bleek: door hun achtergrond in de oorlog hadden de mensen beperkt ontwikkelde cognitieve vaardigheden. “Vanaf het moment dat Feuerstein zich op het proces in plaats van het resultaat richtte, schoten de scores omhoog”, aldus Liesbeth.

13-02-17

21:32


“Daarmee legde hij de basis van zijn methode, die ervan uitgaat dat iedereen kan leren. Als je er maar in gelooft en een aanpak kiest die bij je past.”

Eigen handelen sturen In Nederland wordt het gedachtegoed van Feuerstein vooral toegepast bij de begeleiding van zorgkinderen. Maar ook in het onderwijs komt het steeds vaker terug. En dat is niet zo gek. “De maatschappij verandert continu. Dit betekent dat leerlingen een carrière met misschien wel vijftien of twintig banen tegemoet gaan. Weet je van jezelf hoe je het best leert, dan ben je in staat om je eigen handelen te sturen en mee te bewegen met de complexe maatschappij”, stelt Liesbeth. “En wat dacht je van de prikkels waarmee je gedurende de dag wordt overladen? Je hoofd is als een pakhuis. Gooi je alle informatie zomaar naar binnen, dan loop je over. De Feuerstein-methode helpt je om de informatie te selecteren en organiseren. Van daaruit is het voor iedereen mogelijk om geconcentreerd en systematisch te werken. Ook voor die ene leerling met ADHD. Soms zelfs zonder Ritalin.”

Details die ertoe doen Als voorbeeld noemt Ingrid een jongen met ADHD die zich impulsief in elke situatie stortte. Vroeg hij een klasgenootje om samen te spelen, dan ging dat niet altijd goed. “Van het geluid van een grasmaaier tot een rondvliegende bal, alle prikkels kwamen bij de jongen binnen. Door de oefeningen te doen, leerde hij de prikkels een voor een te verwerken. Hierdoor liet hij zich minder snel overweldigen door alles om hem heen. Daarmee is de Feuerstein-methode niet alleen geschikt op het gebied van leren, maar ook in de communicatie met anderen. De methode komt op alle vlakken in het dagelijks leven van pas.”

Growth mindset Trainster Geertje Groenveld benadrukt dat de Feuersteinmethode het best werkt bij een preventieve aanpak. “Het liefst geven we leerlingen zo vroeg mogelijk tools in handen, dus niet pas wanneer er problemen ontstaan”, zegt ze. “De methode toepassen lijkt ingewikkelder dan het is; het enige wat tussen je oren moet zitten, is de gedachte dat elke leerling kan leren. Van daaruit is het aan jou om samen met de leerling te onderzoeken hoe iets wél lukt. Daarmee zet je de stap van een fixed naar een growth mindset.” Landstede, waaronder Feuerstein Kenniscentrum valt, heeft deze stap inmiddels gezet. Liesbeth: “Steeds meer docenten denken procesgericht en beschikken over tools om leerlingen in beweging te brengen. Intelligentie is niet iets wat je hebt, maar wat je kunt ontwikkelen. Wanneer het erin zit, komt het er dus ook écht uit.”

Aanpak integreren Liesbeth is projectleider bij het Feuerstein Kenniscentrum, dat voor onderwijsinstellingen in Nederland programma’s ontwikkelt om de Feuerstein-aanpak te integreren. Een van die programma’s heet ‘Leren denken op de tast’. Hierbij verkent de leerling met gesloten ogen een blad met voelbare reliëfpatronen. “Wanneer je kijkt, komt de informatie in één oogopslag binnen. Ga je voelen, dan ontdek je de informatie stap voor stap”, legt trainster Ingrid Marissink uit. “Met behulp van het blad leert de leerling zich te focussen, systematisch te werken en informatie te ordenen. Docenten en begeleiders krijgen op hun beurt waardevolle inzichten in de denkwijze, motivatie en cognitieve vaardigheden van een leerling. Heel interessant, zeker als het gaat om iemand met bijvoorbeeld autisme, een korte concentratieboog of visuele beperking.”

EDG_FEB_046-047_Feuerstein_v03.indd 47

Feuerstein Kenniscentrum Bij Feuerstein Kenniscentrum uit Zwolle worden sinds 2014 trainingen gegeven. Deelnemers zijn vaak onderwijsprofessionals, (huiswerk)begeleiders en geïnteresseerde ouders. Zij volgen allerlei programma’s, van een inspiratiesessie tot een uitgebreide opleiding tot leervermogen-assessor. Kijk voor meer informatie op www.feuersteinkenniscentrum.nl of bel 088-8508870.

13-02-17

21:32


EDG_FEB_048-049_GMMEB_v00.indd 48

13-02-17

21:33


In februari hebben boekverkopers in heel Nederland voor de tweede keer de handen ineen geslagen om alle kinderen van Nederland in staat te stellen hun eigen boekenplank op te bouwen. Onder de naam Geef mij maar een boek willen de verkopers die boekenplank vullen met de allermooiste jeugdboeken die er ooit in Nederland zijn verschenen. Boeken om te hebben, te houden en te koesteren. Daarom bieden alle boekhandelaren ieder jaar een jeugdboekenklassieker aan voor maar € 2,-. Het eerste boek vorig jaar was het beroemde Oorlogswinter van Jan Terlouw. Het boek van 2017 is Achtste-groepers huilen niet van Jacques Vriens. Achtste-groepers huilen niet is al jaren groot favoriet onder jongeren. Het aangrijpende boek gaat over Akkie uit groep acht die dol is op voetbal en zich voorbereidt op de Cito-toets, kamp en het voetbaltoernooi. Maar dan blijkt Akkie leukemie te hebben... Schrijver Jacques Vriens baseerde het boek op zijn ervaring als meester op een lagere school. Achtste-groepers huilen niet is een boek om zelf te lezen, maar ook om klassikaal te lezen en over te praten. Om leraren bij dit laatste te ondersteunen is er onderwijsmateriaal gemaakt dat gratis is te downloaden op geefmijmaareenboek.nl. Zo heeft Geef mij maar een boek een leuke quiz ontwikkeld om te ontdekken wie het meeste weet van het verhaal. Als leerkracht krijg je de antwoorden in de lesbrief. Allerlei elementen uit het boek komen aan bod. Van zwaar tot luchtig. Van ziekenhuis tot voetbal, over verdriet en vriendschap. De lessen variëren van een klassikale boekbespreking tot een kort potje voetballen,

EDG_FEB_048-049_GMMEB_v00.indd 49

van het ontwerpen van een boekcover tot een voorleeswedstrijd. Ook helpt de lesbrief je bij de organisatie van een actie om met de klas of de hele school geld in te zamelen voor zieke kinderen. De lesbrief staat vol praktische tips om uit te kiezen, afhankelijk van de groep en de mogelijkheden die je hebt. Alle activiteiten zijn aan te passen in niveau en omvang. Uitgangspunt is dat alle kinderen het boek hebben gelezen of dat het is voorgelezen.

Steun KiKa

Rond de Geef mij maar een boek-actie starten de boekhandels een inzameling voor KiKa. Er worden collectes voor KiKa georganiseerd, er zijn burgemeesters die met de boekhandels actie voeren voor de achtste-groepers in hun gemeente en er zijn voetballers en voetbalclubs die mee doen. Kijk op geefmijmaareenboek.nl voor de acties in jullie buurt.

13-02-17

21:33


De missie van De Schoolschrijver: 150.000 kinderen bereiken in 2020! Toen letterkundige Annemiek Neefjes op de school van haar eigen dochter leesmoeder was, zag ze hoe een slim kind steeds verder achterop raakte in taal. Ondanks inspanningen lukte het de school niet het kind op het goede taalniveau te krijgen. Het bleek dat een kwart van de kinderen in Nederland de basisschool verlaat met een leesachterstand van twee jaar. Annemiek vroeg zich af wat ze daar tegen kon doen. De sleutel vond ze bij boeken en schrijvers. Zo begon Annemiek De Schoolschrijver zeven jaar geleden met Lydia Rood op twee basisscholen in Amsterdam. Inmiddels is het initiatief uitgegroeid tot een landelijke organisatie, en bereikt meer dan tienduizend kinderen, hun ouders en leerkrachten. foto’s chris van houts

De Schoolschrijver zet de allerbeste kinderboeken­ auteurs in om leerlingen op basisscholen taalsterk te maken. Schrijvers als Maren Stoffels, Arend van Dam, Lydia Rood, Janneke Schotveld, Dolf Verroen, Nanda Roep en Manon Sikkel maken kinderen enthousiast voor de magie van taal. De Schoolschrijver werkt vanuit een aanpak waarbij lezen en zelf schrijven, taalspel en redeneren, luisteren naar verhalen en reflectie elkaar afwisselen én versterken. Zo sluit De Schoolschrijver aan bij aan bij zowel het curriculum van de school, als bij 21ste eeuwse vaardigheden.

Aantoonbare vooruitgang Universiteitshoogleraar Jelle Jolles en dr. Suzanne Mol verrichtten vorig schooljaar een observationele studie naar De Schoolschrijver. Conclusie: 91 procent

van de leerkrachten constateert dat leerlingen vooruit gaan in stellen en schrijfplezier. Ook zien zij een dui­ delijke toename in creativiteit, nieuwsgierigheid en fantasie. Eerder onderzoek liet zien dat door De Schoolschrijver de leesbeleving bij kinderen toeneemt (leerlingen laten zich meer meevoeren door een boek en leven zich meer in een verhaal in) en de tijd die leerkrachten besteden aan vrij lezen neemt toe met bijna 40 procent. Het intensieve traject is een inter­ ventie waarbij een kinderboekenschrijver zich een half schooljaar lang aan de leerlingen, hun ouders en hun leerkrachten verbindt. Het traject richt zich op ­basisscholen die met De Schoolschrijver-aanpak een taalachterstand van leerlingen willen wegwerken. Het sluit aan bij kerndoelen en kan als vervanging van ­reguliere taallessen dienen.

50

EDG_FEB_050-051_Schoolschrijver_v01.indd 50

13-02-17

21:41


‘Op onze school hebben we veel taalsterke kinderen, maar de leerkrachten wilden een groter didactisch arsenaal hebben om de kinderen beter te begeleiden in het creatief schrijfproces. De training van de Schoolschrijver Academie geeft schrijfvoorbeelden, inspirerende aanwijzingen en tips waarmee we de volgende dag aan de slag konden gaan. Aan het creatief schrijven wordt op de lerarenopleiding weinig tot geen tijd besteed, terwijl het een prachtig gebied is waar leraren én leerlingen zich goed mee kunnen ontwikkelen.’ Adjunct-directeur Marjon van Leeuwen Montessorischool Steigereiland

De Schoolschrijver Academie

Nieuw programma Afgelopen jaar zette De Schoolschrijver een volgende stap, met de ontwikkeling van een gloednieuw en flexibel programma: De Schrijfkamer, waarin live ­bezoeken van een professionele kinderboekenauteur worden gecombineerd met digibordlessen. De serie is op dit moment beschikbaar met Schoolschrijvers Anneke Scholtens (over verhalen schrijven), Arend ­ van Dam (over verhalende non-fictie) en Jørgen Hofmans (taalspel voor de onderbouw). In 2020 wil De Schoolschrijver met het flexibele aanbod tenminste 600 scholen (150.000 kinderen) bedienen. De Schoolschrijver heeft in de loop der jaren ook veel ervaring opgedaan met taalonderwijs voor kinderen die korter dan een jaar in Nederland wonen en de taal nog moeten leren. Zo was Simone Arts het afgelopen schooljaar Schoolschrijver voor honderd leerlingen in de Internationale Taalklas in Haarlem. Ook Henna Goudzand, Wieke van Oordt en Rian Visser werken of werkten op basisscholen met nieuwkomerkinderen. Leerlingen die als vluchteling of asielzoeker in Nederland wonen, leren met De Schoolschrijver niet alleen taalvaardigheid maar ook dat hun verhalen de moeite waard zijn om verteld en opgeschreven te worden.

De Schoolschrijver is er voor nieuwsgierige basisscholen die hun taallessen beter, leuker en slimmer willen maken, en daarbij wel wat ondersteuning kunnen gebruiken. Wil jij ook weten hoe jij het plezier van jouw leerlingen in schrijven, lezen en taal vergroot? De Schoolschrijver Academie is het professio­ naliseringsaanbod voor leerkrachten. De trainers zijn kinderboekenschrijvers die ook als Schoolschrijver werken en die jou leren hoe je voortaan de vakken stellen, taal en lezen geeft vanuit inspiratie en creativiteit. Je gaat zelf aan de slag met schrijven, krijgt voorbeelden uit de praktijk en ontvangt praktische tips waar je gelijk mee aan de slag kan in de klas. De Schoolschrijver Academie biedt trainingen op maat aan schoolteams. Denk bijvoorbeeld aan creatief schrijven met kinderen; taalonderwijs aan nieuwkomers; voorlezen & voorleesboeken; hoe wordt lezen een feestje?; bijspijkeren: de nieuwste jeugdliteratuur. Meer informatie? deschoolschrijver.nl

‘De eerste keer toen ik als Schoolschrijver bij haar in de klas kwam, hing ze achterover in haar stoel, demonstratief met haar armen over elkaar. “Waarom moeten we dat allemaal leren? Ik hou niet van lezen en ook niet van schrijven.” Hmm, dacht ik. Natuurlijk hoeft niet iedereen van lezen en schrijven te houden, maar wie houdt er nou niet van verhalen? Juist zo’n ik-wil-niet meisje daagt me uit. Ik wil ook haar een kijkje in de rijke wereld van boeken geven door voor te lezen, over boeken te praten en schrijfopdrachten te geven waar iedereen succes mee heeft. Op het laatst zat juist zij op het puntje van haar stoel.’ Schrijfster Annemarie Bon

PrimaOnderwijs 51

EDG_FEB_050-051_Schoolschrijver_v01.indd 51

13-02-17

22:02


Wonderwel: een vrolijke inwijding in duurzaamheid

‘Vanzelfsprekend geachte basisvoorzieningen worden stuk voor stuk ‘onvanzelfsprekend’ gemaakt’ De Amsterdamse Scholenbeurs geeft basisschool de Catamaran de kans een eigen leerlijn te ontwikkelen rond wetenschap en technologie. Marlie Hollands, leerkracht op de Catamaran vertelt over de onderwijsvisie achter deze ‘Wonderwelleerlijn’. door marlie hollands, leerkracht basisschool de catamaran, amsterdam

De Wonderwelleerlijn sluit aan op de directe leefwereld van kinderen: de techniek achter basisvoorzieningen zoals voedsel, drinkwater, afval, riool, gas en elektra met veel aandacht voor duurzaamheid. Marlie: ‘We ontwikkelen de leerlijn in samenwerking met Hans Wilschut, auteur van Wonderwel, over drinkwater, drollen en draaiende magneten (2013). Kinderen ­betreden via de leerlijn een goudmijn aan verhalen, vernuft en ontdekkingen achter de werking van de ­basisvoorzieningen. We nemen de verwondering voor het prachtige samenspel van natuur en techniek tot uitgangspunt, maken gebruik van de open geest van kinderen en bouwen aan betrokkenheid bij hun directe leefomgeving.’

Burgerschap ‘Het avontuur begint bij de plekken waar kinderen een groot deel van hun tijd doorbrengen: de school en hun eigen huis. Wat komt er elke dag weer binnen in dat huis en wat gaat eruit? Waar komt het drinkwater vandaan, wat gebeurt er na het doortrekken van de wc en hoe komt elektriciteit in een stopcontact? Al die vanzelfsprekend geachte basisvoorzieningen worden stuk voor stuk ‘onvanzelfsprekend’ gemaakt. De lessen vinden plaats binnen een thema van circa zes weken rond een van de basisvoorzieningen. Tijdens de lessen is er naast aandacht voor natuur en techniek ook aandacht voor geschiedenis, beeldende vorming en burgerschap. Zo wordt bij het thema drinkwater gekeken hoe water

Elke groep brengt tijdens hun project een bezoek aan natuurspeeltuin het Woeste Westen. De vrije natuur is ­ een ideale omgeving om onderzoekend bezig te zijn met­ natuur en techniek. Op de foto maakt een jongen uit groep 7 ‘stadsgas’ met behulp van een blikje en hout.

Om te begrijpen hoe waterdruk werkt in een

Toch maar naar Mars. Dan moeten we

­w atertoren heb je genoeg aan een petfles en

daar wel eerst kunstmatig een dampkring

prikpennen.

aanleggen.

EDG_FEB_052-046_Wonderwel_v03.indd 52

13-02-17

21:42


Leo Stens van Liander mocht de zandbak van de kleuters gebruiken om met groep 7 het aanleggen van gasbuizen onder de grond na te bootsen.

presentatie van al het geleerde voor ouders of andere geïnteresseerden. De doelen omvatten kennisdoelen op het gebied van OJW evenals doelen met betrekking tot het opbouwen van een onderzoekende houding en onderzoeksvaardigheden conform het leerplankader W&T (SLO, 2016).’

Zaaien van verwondering

Bezoek aan de Amsterdamse drinkwaterduinen. Rijnwater wordt met grote buizen naar de duinen geleid en gezuiverd door het zand.

tegenwoordig wordt gezuiverd, maar ook hoe mensen vroeger aan schoon drinkwater kwamen en wanneer de eerste waterleidingen werden aangelegd. Bij het thema afval wordt onderzocht waar onze vuilniszakken naartoe gaan, maar maken kinderen ook kunst uit afval. Het hele programma tenslotte voedt het gevoel van burgerschap doordat kinderen actief betrokken worden bij wat er elke dag weer nodig is om de voorzieningen te leveren.’

Op zoek naar antwoorden ‘Elk thema heeft een aantal vaste ingrediënten. Allereerst roept de leerkracht de verwondering op van de kinderen bij een bepaalde voorziening. Hierna formuleren kinderen hun eigen vragen met betrekking tot die voorziening en gaan ze op zoek naar antwoorden in de klas, thuis en tijdens uitjes. Zo is er in elk thema een buitenles in natuurspeeltuin het Woeste Westen en brengen kinderen een bezoek aan de nutsbedrijven die de voorzieningen leveren. Tijdens een techniekmiddag worden proefjes en experimenten gedaan met de natuurkrachten en technische vindingen achter de betreffende voorziening. Het thema eindigt met een

‘Samenhang is er niet alleen binnen elk thema, maar streven we ook na door een opbouw door de jaren heen. In groep 1-2 beginnen we met het ‘zaaien van verwondering’. Bij de kleuters wordt op speelse wijze de interesse gewekt voor de geheimen achter het eten op hun bord, de kraan, de wc-pot en de prullenbak. In de jaren daarna wordt kennis opgebouwd, elk jaar over een andere voorziening. Aan het einde van hun basisschooltijd hebben kinderen alle voorzieningen een keer nader onderzocht en gaan ze ook steeds meer de verbanden zien. Het begrip kringloop komt in vrijwel elk thema aan de orde. Bacteriën spelen een cruciale rol bij de waterzuivering, de werking van het riool, maar ook bij het ontstaan van gas. Fotosynthese levert de (zonne)energie in ons eten evenals de energie om elektriciteit op te wekken. En al die natuurkrachten komen via buizen het huis binnen… Gevoed met alle verkenningen in voorgaande jaren leggen kinderen in groep 8 tenslotte een ‘proeve van bekwaamheid’ af. Ze bedenken en ontwerpen uitvindingen die kunnen bijdragen aan een duurzame levering van de voorzieningen in de toekomst.’

Wereld van volwassenen ‘Samenhang binnen het programma ontstaat ook via de taal, door het woord ‘Wonderwel’. Kinderen weten dat bij ‘Wonderwel’ een bepaald soort lessen hoort en brengen zo hun ervaringen uit opeenvolgende jaren met elkaar in verband. Anders dan woorden zoals wetenschap, technologie of duurzaamheid die uit de wereld van volwassenen komen, is ‘wonderwel’ een PrimaOnderwijs 53

EDG_FEB_052-046_Wonderwel_v03.indd 53

13-02-17

21:42


Kinderen van groep 5 helpen Stadsreiniging West om met zelfgemaakte bezems de straat schoon te vegen voor hun school.

beetje buiten de orde, niet helemaal ‘geladen’. Dat biedt kinderen ruimte om gaandeweg hun eigen verhaal te construeren uit alle ervaringen en zo eigenaar te worden van hun eigen leerproces.’

Jaargang 34 33 |

Bouwen aan relatie ‘Belangrijk in de Wonderwellessen is de relatie met de wereld buiten school. Het onderwijs aan kinderen vindt op dit moment grotendeels plaats binnen de muren van de school. Dat is jammer, want kinderen doe je er een groot plezier mee door erop uit te trekken en de rijke leeromgeving van de ‘echte’ wereld te verkennen. Met Wonderwel ontginnen we dan ook de mogelijkheden voor kinderen om te leren van mensen in de directe omgeving van buurt of stad. We bouwen aan relaties met bedrijven die zorgen voor de dagelijkse levering van de basisvoorzieningen zoals de Amsterdamse drink­ waterduinen, een aantal boerderijen rond Amsterdam, Waternet, de Stadsreiniging, de Rioolwaterzuivering en Liander. We zoeken de bedrijven op en medewerkers komen langs op school. Kinderen leren uit deze ­ontmoetingen, maar dragen zelf ook hun steentje bij. Ze helpen de stadsreinigers om de straat voor de ­Catamaran te vegen, ze mesten een stal uit op de boerderij of ze leveren jeugdige inspiratie aan bedrijven die nadenken over duurzaam energiegebruik. In der­ gelijke ontmoetingen bouwen kinderen respect op voor de mensen die dagelijks zorgen voor eten, drinken, gas en licht en ontwikkelen ze een levendig gevoel van verbondenheid en burgerschap met de samenleving waarvan ze deel uitmaken.’

Van consument naar producent ‘Als leerkracht wil je kinderen voorbereiden op de wereld waarin ze opgroeien. Duurzaamheid is een van de grote vraagstukken van deze eeuw. Hoe gaat onze wereld er uitzien als we het moeten doen zonder aardgas en andere fossiele brandstoffen? Hoe kunnen we een prettige levensstandaard, hier en elders in de wereld, combineren met duurzaamheid en milieubehoud?

Groep 8 ontwerpt hier een ‘schetenmachine’ als duurzaam alternatief voor aardgaswinning. Een prototype van de machine werd aangeboden aan de gemeenteraad van Loppersum, in het hart van het aardbevings­ gebied. Een ervaring voor kinderen om nooit meer te vergeten.

Jaargang 34 33 |

In de samenleving wordt hier druk over nagedacht. ­W ereldleiders committeerden zich tijdens de VN ­Klimaattop in Parijs (2015) om de opwarming van de aarde drastisch te beperken. Minstens zo spannend zijn particuliere initiatieven. Bedrijven die zich bezig­ houden met de toelevering van gas en elektra voor­ zien een omslag waarbij decentrale energielevering steeds belangrijker wordt. In plaats dat iedereen aardgas uit Slochteren tapt, betrekken steeds meer mensen en bedrijven gas en elektriciteit uit een zonne­ paneel op het dak of een biogastank in de achtertuin (Urgenda, 2016). De tendens zal zijn dat we naast ­consument van energie steeds meer producent van onze eigen energie gaan worden. Hoe leuk is het om kinderen, als toekomstige consumenten/producenten in deze tendens mee te nemen! Kinderen kunnen goed ‘out of the box’ denken. Het is als het ware hun ‘kinder­ kwaliteit’ om problemen tegemoet te treden met een open geest, vrolijk en met veel fantasie.’ Kijk voor meer informatie op wonderwel.nu.

54

EDG_FEB_052-046_Wonderwel_v03.indd 54

13-02-17

21:43


Neem een abonnement op

Computers op School Top tips voor wachtwoordbeheer w w w . c o m p u t e r s o p s c h o o l . n l

w w w . c o m p u t e r s o p s c h o o l . n l

Datajurist Mireille Hildebrandt: ‘Leerlingen moeten ook onderwijs krijgen in de logica van statistiek’

De leerkracht in de klassenapp

Online platform QuizStud getest

w w w . c o m p u t e r s o p s c h o o l . n l

IS JOUW SCHOOL KLAAR VOOR DE DIGITALE ADAPTIEVE CENTRALE EINDTOETS?

Gratis digitale lessen bij de Internationale dag voor de Rechten van het Kind

GAME JEZELF SLIM(MER) OP SCHOOL Lesidee:

Jaargang 34 33 | Nummer 01 6 | | Februari September 20162016

Jaargang 34 33 | Nummer 03 6 | | Februari November 2016 2016

Programmeren met HTML Henk in de CodeQube

w w w . c o m p u t e r s o p s c h o o l . n l

Onderzoekend en ontdekkend leren in virtuele labs

STERRENSTOF & CODING

Leren van elkaar met webapp OnzeKlas

Hoe gaan jongeren om met hun onlin e privacy? w w w . c o m p u t e r s o p s c h o o l . n l

‘DE LEERLINGEN ZIJN BEZIG MET TAAL, WISKUNDE EN NATUURKUNDE TEGELIJK’

Meest mediawijze klas van Nederland komt uit Bunschoten! De kunst van het programmeren met tekenrobot GoTo Werken met LessonUp: lessen met video’s, sites, slides & quizzes

HOE MEDIAWIJS IS JOUW KLAS?

Jaargang 34 33 | Nummer 05 6 | | Februari Januari 2016 2017

Jaargang 34 33 | Nummer 02 6 | | Februari Oktober2016 2016

DESIGN THINKING Studio Tast introduceert design thinking in het klaslokaal Lesprogramma Designweek@school Muzikale lesideeën: Leer (online) een instrument bespelen & Lesje Digitale Drama

Jaargang 34 33 | Nummer 04 6 | | Februari December 2016 2016

VOOR INSPIREREND ONDERWIJS MET ICT 10 edities voor € 46,50 www.computersopschool.nl Twitter @cosonline EDG_PO_FEB_Ad_COS.indd 24 EDG_FEB_052-046_Wonderwel_v03.indd 55

09-02-17 13-02-17

10:49 21:43


Bezoek de vernieuwde website van PrimaOnderwijs!

nummer 1 • januari 2017 • www.primaonderwijs.nl • verschijnt 6x per jaar •

8

Jelle Jolles over het tienerbrein

+ WIN

redenen waarom je de NOT niet mag missen

zijn boek nummer 6 • november 2016 • www.primaonderwijs.nl • verschijnt 6x per jaar •

LAKS: ‘Als een leerling weet is waarvoor hij leert, rd ee tiv mo hij ook ge óm te leren!’

nummer 5 • september 2016 • www.primaonderwijs.nl • verschijnt 6x per jaar •

Zo bereid jij je voor op de digitale adaptieve Centrale Eindtoets Doe mee aan de

nummer 4 • juni 2016 • www.primaonderwijs.nl • verschijnt 6x per jaar •

nummer 3 • april 2016 • www.primaonderwijs.nl • verschijnt 6x per jaar •

Bright Ideas Challenge Digiwijsheid Ron Wierikx:

‘Het is fijn om je hersenen H eb jij he m al D ig iw ijs m ? weer flink te et D on al d D uc k! laten werken’

met o.a digitale geletterdheid, ICT op school, leren programmeren in de klas, mediawijsheid & tips voor veilig online

Design Thinking | Overdracht leerlingdossiers Curriculum kompas voor onderwijsontwikkeling Verwondering Gratis lesprogramma Safe & Social | Meer meester Freerk!

GEZONDE LEERLING GRATIS BETER LESMATERIA AL VAN: Unicef, PRESTEERT EDG_JAN_001_Cover_v11.indd 1

in de klas!

Virtual reality, Muziekeducatie, Wetenschap & technologie, Go-Lab, Geo Future School & Maakonderwijs 16-12-16

14:11

Vervolgtraject Onderwijs2032 van start • Meer meesters in de klas

Stichting KidsRights & Kerstserie Alleen Leren op dereanimeren wereld door serious game • Digiwijs met Donald Duck De school als oefenplaats voor burgerschapsonder wijs

Adopteer een Monument + 4 & 5 mei denkboek 2017 in de maak!

EDG_NOV_001_Cover_v04.indd 1

EDG_SEP_001_Cover_v09.indd 1

MET:

11-05-16

Aanvraagronde 2016/2017 gestart 17:31

24-08-16

16:45

HERDENKEN, VRIJDENKEN, BEDENKEN EN AANDENKEN AAN MET HET 4 & 5 MEI DENKBOEK

Gratis Olympisch lespakket van NOC*NSF Samen werken aan een Gezonde School Unieke zaalvoetbalcompetitie brengt scholieren in beweging

EDG_JUN_001_Cover_v12.indd 1

DE LERARENBEURS

13-10-16

GRATIS LESPROGRAMMA’S 23:01

Herdenken 2.0 met Eren en Leren Sociale burgers en een betere we r e l d m e t Yo un g Im p a c t

10-03-16

EDG_APR_001_Cover_v03.indd 1

Actueel nieuws voor iedere onderwijsprofessional!

Inhoud, inzicht & inspiratie! EDG_PO_FEB_Ad_POsite.indd 24 EDG_FEB_052-046_Wonderwel_v03.indd 56

13-02-17

12:18 21:43

11:29


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.