![](https://static.isu.pub/fe/default-story-images/news.jpg?width=720&quality=85%2C50)
1 minute read
EUREKA
Wat denk je nu over de breinbreker die we aan het begin van dit hoofdstuk formuleerden? “Wat kun je in een sms’je vertellen en wat vertel je, volgens jou, beter in levende lijve?” Wat denk je nu op basis van wat we hebben besproken in de vijf stappen? Noteer erbij waarom je ja of neen antwoordde. Gebruik daarbij de begrippen die in de kenniskaders staan. Stellingen … een vriendin … je leerkracht Medeleven tonen bij verlies van een familielid van ... Gelukkige verjaardag wensen aan ... Een geheim toevertrouwen aan ... Een vraag stellen over huiswerk aan ... Forum HOOFDSTUK 5 ©VAN IN
THEMA 3
Klaar om de onderzoeker in je los te laten? Lees nog eens goed de instructies in de introductie van deel 1 van dit boek (p. 5). 1 Noteer hier de klasvraag voor een wetenschapper: 2 Noteer hier je persoonlijke onderzoeksvraag: Vergeet niet om steeds rekening te houden met de criteria voor een goede onderzoeksvraag! Vraag het aan de wetenschap! ↑ Onderzoekscompetentie HOOFDSTUK 5©VAN IN THEMA 3