10 minute read

B1 Het Romeinse Rijk houdt stand in het oosten

Next Article
F2 De kruistochten

F2 De kruistochten

B1

Het Romeinse Rijk houdt stand in het oosten

Je weet al dat het Romeinse Rijk in 395 gesplitst wordt in een westelijk en een oostelijk deel. Het WestRomeinse Rijk houdt in de 5e eeuw op te bestaan. Het Oost-Romeinse of Byzantijnse Rijk houdt nog meer dan 1 000 jaar stand.

Hoe valt het succes van dat rijk te verklaren? Welke contacten blijven er met West-Europa bestaan? Hoe komt er een einde aan het Oost-Romeinse Rijk?

± 300 ± 500 Kaartnr(s).

1453

1

CONSTANTIJN 307-337 JUSTINIANUS 527-565

Constantijn bouwt een nieuwe hoofdstad

Val van Constantinopel

De Romeinse keizer Constantijn kiest in het oosten de Griekse stad Byzantium als zijn nieuwe hoofdstad. Byzantium krijgt een nieuwe naam: Constantinopel of ‘stad van Constantijn’. In 330 huldigt de keizer zijn nieuwe hoofdstad in. Het Oost-Romeinse Rijk overleeft de volksverhuizingen van de 5e eeuw dankzij de strategische ligging van Constantinopel en de behendige diplomatie van de keizers. Zo sluit keizer Zeno een overeenkomst met de Ostrogoot Theoderik. Die mag met zijn leger Italië binnenvallen (489), waardoor de plunderende Ostrogoten geen bedreiging meer vormen in het oosten. Verder kent het Oost-Romeinse Rijk niet dezelfde

economische en demografische achteruitgang als het West-Romeinse Rijk.

Onder de regering van keizer Justinianus groeien de stad en het rijk. Zijn generaals veroveren zoveel gebieden dat het lijkt alsof ze het oude Romeinse Rijk aan het herstellen zijn. Een aantal van die veroveringen gaan echter na Justinianus weer verloren.

OPDRACHT 1 Bekijk de kaart en de foto van de stadsmuren van Constantinopel. Leg in je eigen woorden uit waarom men die stad zo moeilijk kan innemen.

muren van antiek Byzantium

Hagia Sophia

OPDRACHT 2

De veroveringen van Justinianus

Omcirkel het juiste antwoord. Justinianus controleert een groot deel van de Middellandse Zee.

Ja / nee

Theodosius II laat in de 5e eeuw een derde muur bouwen. Een deel ervan is gerestaureerd.

2

OPDRACHT 3

Justinianus legt het Romeinse recht vast

Constantinopel is een Griekse stad. De Griekse cultuur domineert het Oost-Romeinse Rijk. In de 6e eeuw spreekt men nog wel Latijn in Illyrië, aan de Adriatische Zee. Uit die streek komt keizer Justinianus. Hij laat het Romeinse recht tussen 528 en 534 officieel vastleggen in wetboeken. Zo’n wetboek heet een codex. Die Codex van Justinianus bestaat uit een leerboek voor studenten, een overzicht van de keizerlijke wetten en opinies van Romeinse rechtsgeleerden over allerlei mogelijke problemen. Het is in het Latijn geschreven. De nieuwe wetten die de keizer later uitvaardigt, de zogenaamde ‘Novellae’, moet hij hoofdzakelijk in het Grieks laten noteren. In de tweede helft van de 11e eeuw bestuderen rechtsgeleerden in West-Europa die codex. Vanaf de 12e eeuw nemen veel West-Europese landen grote delen van dat recht over. Een belangrijk element daarbij is dat het Romeinse recht de almacht van de keizer beklemtoont. De Europese vorsten willen maar al te graag dat principe invoeren.

Bron

(…) in alles wat er bestaat, kan er niets gevonden worden dat meer aandacht verdient, dan het gezag van de wetgeving. Die wetgeving regelt op een goede manier alle zaken, of het nu over goddelijke of menselijke zaken gaat. Die wetten verdrijven alle onrecht. We hebben

ondervonden dat de hele wetgeving, die tot ons is gekomen vanaf de stichting van de stad Rome en de tijd van Romulus, enorm verwarrend is. Dat komt omdat die wetgeving tot in het oneindige was uitgebreid. Het is onmogelijk voor een mens om dat allemaal te kennen. Dat bracht ons ertoe om te beginnen met het onderzoek van welke wetten er werden uitgevaardigd door vroegere (…) keizers, om hun wetteksten te corrigeren en ze samen te brengen in een duidelijke volgorde. (…) Wanneer al het overbodige, de herhalingen en de tegenstrijdigheden zijn verwijderd, kunnen de wetteksten alle mensen helpen om hun ware betekenis te begrijpen.

Vrij vertaald uit: Voorwoord van keizer Justinianus bij de Digesten, december 530

Justinianus legt uit wat hij al gedaan heeft. De ‘Digesten’ zijn een verzameling van teksten van Romeinse rechtsgeleerden.

- Onderstreep twee doelen van wetgeving in het algemeen.

- Justinianus beschouwt zich als een echte Romein. Toon aan met een voorbeeld uit de bron.

- Wat is het doel van de Codex Justinianus volgens de keizer?

3

OPDRACHT 4

Godsdienst in het Oost-Romeinse Rijk

Het christendom is in het Oost-Romeinse Rijk de staatsgodsdienst. De keizer is het hoofd van de staat én van de Kerk (caesaropapisme). Hij is de vertegenwoordiger van God op aarde. De Oost-Romeinen of Byzantijnen menen dat zij het ware geloof (orthodoxie) hebben. De patriarch van Constantinopel staat onder de keizer en leidt de Oost-Romeinse Kerk voor hem. Het Grieks is

de taal van de Kerk. In West-Europa wint de bisschop van Rome, de paus, aan macht en aanzien.

Hij wordt de leider van de westelijke christelijke Kerk. Die Kerk maakt gebruik van het Latijn. Geleidelijk aan wordt de kloof tussen de christenen in West-Europa en de christenen in het OostRomeinse Rijk (of Byzantijnse Rijk) groter.

Bron

Mozaïek van keizer Justinianus met gevolg, afgewerkt in 547, in de kerk van San Vitale in Ravenna, Italië

Ravenna blijft vrij lang in Byzantijnse handen. Generaal Belisarius verovert de stad in 540. Pas in de 8e eeuw geven de Byzantijnen de stad prijs aan de Langobarden. In en rond Ravenna getuigen gebouwen en kunstwerken van dat verleden.

- Keizer Justinianus is te herkennen aan zijn purperen mantel en aan een aureool.

Waarvoor staat een aureool symbool?

- Wat kun je daaruit besluiten over de Byzantijnse opvattingen over de keizerlijke macht?

4

OPDRACHT 5

Byzantijnse kunst

De Byzantijnse kunst is bekend om zijn mozaïeken, iconen en koepelkerken. De koepelkerken

hebben in het midden van het gebouw een koepel. De islamieten hebben zich bij de bouw van

hun moskeeën waarschijnlijk gebaseerd op die koepelkerken.

Bron 1 Icoon

Mozaïek van Jezus met keizer Constantijn IX en keizerin Zoë, Hagia Sophia, Istanboel, 11e eeuw Mozaïek van de maagd Maria, Hagia Sophia, Istanboel, 11e eeuw

Bron 2 Icoon

© imageselect

Zoek de betekenis van het woord ‘icoon’ in deze context op.

5

Het einde van het Oost-Romeinse Rijk

De Arabische veroveringen vanaf de 7e eeuw verzwakken het Oost-Romeinse Rijk. Met wisselend succes bevechten de Oost-Romeinen in de volgende eeuwen de Arabische en de Turkse legers. In de 13e eeuw nemen de kruisvaarders Constantinopel in en plunderen ze de stad. Het zal meer dan een halve eeuw duren vooraleer Constantinopel opnieuw heroverd kan worden als hoofdstad. Maar het Oost-Romeinse Rijk is dan al enorm verzwakt. Uiteindelijk veroveren de Turkse Ottomanen Constantinopel in 1453. Griekse vorsten blijven zich op verschillende plaatsen verzetten, maar tevergeefs. De Griekse cultuur blijft in het Ottomaanse Rijk wel bestaan en komt zelfs tot bloei. Vandaag noemen de Grieken de stad nog altijd Constantinopel, maar wij kennen de stad onder de naam Istanboel.

In de 15e eeuw komen veel Oost-Romeinen in Italië en West-Europa terecht. In die periode begint men in plaats van het Oost-Romeinse Rijk ook de naam ‘Byzantijnse Rijk’ te gebruiken om een onderscheid te maken met het Romeinse Rijk uit de klassieke oudheid.

Hagia Sophia

In 532 wordt de Hagia Sophia, de Kerk van de Heilige Wijsheid, in Constantinopel volledig verwoest. Keizer Justinianus laat de kerk heropbouwen. De hoofdkoepel van de kerk is 56 m hoog en heeft een diameter van 31 m. Halfkoepels, tongewelven, zware muren en steunpilaren vangen de zijwaartse druk van de hoofdkoepel op. Nadat de Turken in 1453 Constantinopel veroveren, wordt de Hagia Sophia een moskee. In 1934 wordt het een museum. In 2020 doet de Hagia Sophia opnieuw dienst als moskee en dat op aandringen van de Turkse president Erdoğan.

Bron 2

In Constantinopel staat de mooiste kerk van de wereld, die van de heilige Sophia. En voor die kerk staat een beeld van verguld koper van de keizer [Justinianus] gekroond te paard. En vroeger droeg hij in zijn hand een vergulde ronde appel, maar die is lang geleden gevallen. Men zegt dat dat betekent dat de [Oost-Romeinse] keizer een groot deel van zijn land en heerschappij heeft verloren. Want vroeger was hij keizer van Rome, van Griekenland, van

Klein-Azië en van geheel Syrië en van het Joodse land, waar Jeruzalem is, van het land van

Egypte, van Arabië en van Perzië. Maar nu heeft hij alles verloren behalve Griekenland alleen en het land dat daartoe behoort. Men heeft dikwijls geprobeerd de appel terug te plaatsen in zijn hand, maar die appel wilde daar niet blijven. Die ronde appel heeft als betekenis de heerschappij die hij had in de wereld die rond is.

Te constantinoplen is die scoonste kerke die in die werelt is die is van sente sophien. Ende voor dese kerke soe staet een beelt van copren vergult ghemaect naden keyser te paerde ghecroont. Ende hi plach te houden in sijn hant enen vergulden ronden appel, mar hi is wt gheuallen, dies is langhe tijt leden. Ende men seyt, dat bediet, dat die keyser heeft verloren een groot deel van sinen lande ende van sijnre heerscapien. (...)

Uit: N.A. Cramer, ed., De reis van Jan van Mandeville, naar de Middelnederlandse handschriften en incunabelen, 1908, Leiden

Het reisverhaal Jan van Mandeville is oorspronkelijk in het Frans geschreven. De tekst is talloze keren overgeschreven en vertaald, ook naar het Nederlands. Hij schrijft zelf dat hij zijn werk in 1356 heeft geschreven. Een groot deel van zijn verhaal is fictie. In dit geval is het beeld niet van koper, maar van steen, bedekt met bronzen platen. Hieronder kun je het eerste deel van die bron lezen in het Middelnederlands.

Tekening van ca. 1430 van het ruiterstandbeeld van keizer Justinianus, geplaatst op een zuil bij de Hagia Sophia

Op zijn hoofd heeft de keizer pauwenveren.

- Onderstreep in de bron de gebieden die de Oost-Romeinen in de 14e eeuw volledig verloren hebben.

- Benoem en omschrijf het symbool dat de keizer in zijn linkerhand heeft.

- Waarvan is dat voorwerp het symbool?

- In welk jaar verliezen de Oost-Romeinen Constantinopel? Wat gebeurt er dan met de Hagia

Sophia?

Wat je na deze les moet kennen en kunnen:

KENNEN

1 de begrippen ‘codex’, ‘icoon’ en

‘rijksappel’ uitleggen 2 drie redenen geven waarom

Constantijn van Byzantium zijn hoofdstad maakt 3 verklaren waarom het

Oost-Romeinse Rijk de volksverhuizingen overleeft 4 twee belangrijke verwezenlijkingen van Justinianus opnoemen en uitleggen 5 de verhouding tussen de keizer en de orthodoxe Kerk uitleggen 6 drie soorten van Byzantijnse kunstvoorwerpen opnoemen

KUNNEN

1 met behulp van een kaart de strategische ligging van

Constantinopel uitleggen 2 vragen bij een historische kaart over het Byzantijnse Rijk oplossen 3 informatie opzoeken 4 een kunstvoorwerp met behulp van een observatieschema beschrijven 5 een geschreven bron met een materiële bron vergelijken

Een aantal onderdeeltjes van ‘kennen’ en ‘kunnen’ kun je op diddit verder inoefenen. Als je denkt dat je een onderdeeltje kent of kunt, zet je daar een kruisje voor.

LES B1 SCHEMA

Het Romeinse Rijk houdt stand in het oosten

1 Constantijn bouwt een nieuwe hoofdstad

Keizer Constantijn kiest in het oosten de Griekse stad Byzantium als zijn nieuwe hoofdstad. • 330: Constantinopel of ‘stad van Constantijn’ = goed verdedigbaar (stadsmuren)

Oost-Romeinse Rijk overleeft de volksverhuizingen: • strategische ligging van Constantinopel • behendige diplomatie van de keizer • niet dezelfde economische en demografische achteruitgang als het West-Romeinse Rijk

Keizer Justinianus (527-565) • veroveringen: Noord-Afrika, Italië en het zuiden van Spanje

2 Justinianus legt het Romeinse recht vast

Codex Justinianus (528-534): verzameling Romeinse wetteksten bestaat uit • leerboek voor studenten • overzicht keizerlijke wetten • opinies van Romeinse rechtsgeleerden over allerlei mogelijke problemen

Vanaf de 12e eeuw nemen West-Europese landen grote delen van dat recht over.

3 Godsdienst in het Oost-Romeinse Rijk

Het christendom is staatsgodsdienst in het Oost-Romeinse Rijk.

Byzantijnse Kerk

Keizer • hoofd van de staat en van de Kerk • vertegenwoordiger van God op aarde Patriarch leidt de Kerk voor de keizer. Grieks Bisschop van Rome = de paus • wint aan macht en aanzien.

Latijn

West-Europese Kerk

4 Byzantijnse kunst

mozaïeken, iconen en koepelkerken Justinianus laat de Hagia Sophia (532-537) in Constantinopel heropbouwen.

5 Het einde van het Oost-Romeinse Rijk

• Arabieren (vanaf de 7e eeuw) en Turken (vanaf 11e eeuw) veroveren grote delen van het

Oost-Romeinse Rijk. • Turkse Ottomanen veroveren in 1453 Constantinopel.

This article is from: