6 minute read
Interview Rob van Hulst
HET GEZICHT VAN HYPERBARE- EN DUIKGENEESKUNDE
Rob van Hulst is een man van veel titels en kennis, maar bovenal een man met passie voor hyperbare- en duikgeneeskunde. Harriët Plantinga interviewde hem voor DUIKEN magazine.
Op een zaterdagochtend is het rustig in het Amsterdam Medisch Centrum (AMC). Via Starbucks lopen Rob van Hulst en ik naar een hoekje met stoelen waar alleen de schoonmaker aanwezig is. Het eerste kwartier praten we over hoe ik hem kan aanspreken en welke titels ik in het interview zal gebruiken, gezien al zijn functies en rollen: kapitein ter zee arts (kolonel-arts) buitendienst, professor, dokter, hoogleraar, duiker, duikerarts en ook echtgenoot en vader van. Ik mag hem gelukkig gewoon Rob noemen. Als fan van de documentairemaker Jacques Cousteau werd Rob van Hulst besmet met het onderwaterwereldvirus. Een van de eerste dingen die hij dan ook deed in zijn studententijd, was lid worden van duikvereniging Ad Fundum in Groningen. De studie geneeskunde vond hij uitermate saai en hij concentreerde zich dan ook vooral op het behalen van certificaten voor het duiken. Op zijn 23ste was zijn motivatie om verder te gaan met geneeskunde naar een dieptepunt gezakt. Rob besloot om tijdelijk te gaan werken als assistentduikleraar in Estartit aan de Costa Brava. Een half jaar lang werkte Rob zes dagen in de week, twee duiken per dag. En jawel, daar kwam hij in aanraking met zijn eerste duikongeval. De onfortuinlijke duiker werd afgevoerd naar de hyperbare kamer in Barcelona en de interesse van Rob was gewekt. Hij bestelde het boek Diving Medicine en bij terugkeer in Groningen was Rob voldoende gestimuleerd om verder te gaan met zijn studie. "Ik ging ging onderzoeken of en hoe ik van duikgeneeskunde mijn werk kon maken", aldus Rob van Hulst.
LANGE UITZENDING
In de studie geneeskunde zit altijd een wetenschappelijke stage en het lukte Rob om deze stage bij het Duikmedisch Centrum (DMC) van de Marine in Den Helder te volgen. Het beviel van beide kanten zo goed dat de Koninklijke Marine Rob een contract aanbood voor zes jaar. In die zes jaar heeft hij de opleiding tot duikerarts gevolgd. Het was niet alleen hard werken, gelukkig had Rob ook tijd om te sporten. Net als zijn zus Elly deed Rob ook aan atletiek (red.: we kennen Elly als oud-atlete, wereldkampioene op de 3000 meter). Op de atletiekbaan ontmoette hij Foekje en tot op de dag van vandaag is Foekje in zijn leven. En ook voor haar heeft de keuze van Rob om duikerarts te worden bij de Koninklijke Marine consequenties gehad. "Toen ik één jaar duikerarts was, ging het toenmalige hoofd met pensioen. Ik moest de stafschool doen en een uitzending om voor de volgende rang (als HDMC) in aanmerking te komen, en als jong HDMC ook de opleiding tot bedrijfsarts omdat het DMC een onderdeel geworden was van de Arbodienst Koninklijke Marine", vertelt Rob. Dit betekende onder andere een lange uitzending naar Cambodja. "Foekje stond er in die tijd alleen voor met onze nog jonge zoon." Dat Foekje hem een workalholic noemt (uit betrouwbare bron vernomen) is dan ook niet vreemd. Rob maakte deel uit van diverse nationale en internationale duikadviescommissies en heeft zich uitgebreid beziggehouden met de implementatie van nieuwe duiktabellen bij de NOB en binnen Defensie. Daarnaast startte hij in 1999 met een promotieonderzoek naar 'cerebral air embolism', oftewel luchtbellen in het brein. "Ik ben gefascineerd door luchtbellen bij duikers en heb na al die jaren nog steeds de drive om dit verder op de kaart te zetten", vertelt Rob. "Mijn promotieonderzoek heb ik afgerond in 2003 in Rotterdam, naast mijn baan bij de marine waar ik in 2007 kolonel werd." Het waren goedgevulde dagen; zeker omdat Rob zich ook inzette voor de Nederlandse Onderwatersport Bond (destijds lid van verdienste en later erelid).
EERLIJK ADVIES
In 2013 kwam Rob van Hulst bij de marine in aanmerking voor 'functioneel leeftijdsontslag'. Rob en de Koninklijke Marine hadden echter zorgen over hoe alle kennis die Rob had opgedaan geborgd zou worden - ook omdat Rob na de promotie was doorgegaan met wetenschappelijk onderzoek. De marine kwam met een mooie oplossing: er werd een bijzonder
hoogleraarschap ingesteld aan de Universiteit van Amsterdam. Rob begeleidt daar, tot op de dag van vandaag, een aantal promovendi. "Ik begeleid twee artsen voor duikmedisch onderzoek specifiek voor Defensie: luchtembolieën en de giftigheid van zuurstof op de longen bij marineduikers. Verder begeleid ik nog twee onderzoekers die promotieonderzoek doen naar de toepassing van hyperbare zuurstof bij andere indicaties, zoals wondgenezing en de ziekte van Crohn“, vertelt Rob. Op deze manier krijgt hyperbare- en duikgeneeskunde ook een wetenschappelijk gezicht. In september 2024 gaat Rob met emeritaat en kan hij met een gerust hart zijn rijke erfenis achterlaten bij het AMC. We komen terug bij zijn passie voor duiken. Behalve dat hij wat tips heeft gegeven over mooie duikplekken, heeft Rob ook ideeën over het onderwerp veiligheid. "Duiken is een veilige sport, wel beoefend door veel ouder wordende duikers met overgewicht en hartproblemen", vertelt hij. "Ik heb veel duikongevallen behandeld, sommige helaas ook met een dodelijke afloop." Rob is geen voorstander van keuren vanaf een bepaalde leeftijd. "We zijn in Nederland bezig om met behulp van een vragenlijst risico’s op te sporen zodat men een eerlijk advies krijgt om je wel of niet te keuren, los van de leeftijd van de sportduiker. Ik vind dat je als duiker eerlijk naar jezelf toe moet blijven. Stel je zelf de vraag of het nog veilig is om op de huidige wijze te blijven duiken. Laat je keuren of vraag om een duik-medisch advies.“
BOEREMA-TANK
Ik krijg van Rob een rondleiding in de polikliniek hyperbare- en duikgeneeskunde. Hij laat de indrukwekkende Boerema-tank zien, waarin patiënten kunnen worden behandeld met 100% zuurstof. Behalve dat dit een geïndiceerde behandeling is bij decompressieziekte bij duikers, is het ook een acute behandeling bij onder andere koolmonoxidevergiftiging en crush letsels. Patiënten met bijvoorbeeld bestralingsschade na kanker of met wonden die ontstaan door suikerziekte en slecht genezen, kunnen ook worden behandeld in de tank. Een reguliere behandeling in de tank met hyperbare zuurstof duurt ongeveer twee uur. Een behandeling bij een duikongeval duurt minimaal vijf uur. Dit is de enige hyperbare kamer in Nederland waar 24 uur per dag, 7 dagen per week patiënten behandeld kunnen worden met een spoedindicatie.
DUIKWERELD
Rob's vrouw Foekje en zijn zoon Arnoud duiken beiden niet maar weten dankzij Rob veel over de duikwereld. "Ik ben vrij makkelijk toegankelijk voor iedereen en dat was privé soms lastig want het maakt mij niet uit of ik om advies gevraagd wordt in het weekend of in een vakantie", vertelt Rob. Ik vraag hem wat Foekje over hem zou zeggen als ik de kans kreeg om haar dit te vragen. Rob fronst zijn wenkbrauwen en herhaalt de vraag hardop. "Tja, ik denk dat ze zou zeggen dat ik aardiger ben dan ik lijk." Ik schiet in de lach en vraag om verduidelijking. "Voor de buitenwacht ben ik soms te duidelijk, ik heb mijn hart op de tong en niet iedereen kan dat waarderen", aldus Rob. Ik ben ook benieuwd wat zijn carrière met hem heeft gedaan. Daar moet hij even over nadenken want meestal is de vraag wat hij allemaal heeft gedaan. Na een moment van stilte, een van de weinige in dit interessante interview, geeft hij aan dat hij altijd een doel voor ogen heeft gehad: "Ik heb voor dat doel hard gewerkt, ik heb gedaan wat ik leuk vind en eigenlijk ben ik trots op hetgeen hier nu staat en opgebouwd is. Vanuit mijn hobby ben ik hoogleraar geworden, een prachtige combinatie." Al Rob's harde werk is beloond met een onderscheiding voor zijn inzet voor de hyperbare- en duikgeneeskunde. Rob heeft een lintje gekregen - en niet zomaar een lintje: hij is een Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw. En terecht.