5 minute read
Alles over
from UA 4 2020
ERYSIPELAS:
EEN TERUGKEREND PROBLEEM
Advertisement
Erysipelas – ook wondroos of belroos genoemd – is een bacteriële infectie van de huid en het onderhuidse weefsel. Het gevolg is een opgezwollen, warme, rode huid, maar ook koorts en veel pijn. Sommige mensen zijn gevoeliger voor erysipelas dan anderen. Bij hen komt de infectie vaker terug.
VANUIT EEN WONDJE
De ontsteking wordt veroorzaakt door streptokokken – en minder vaak door stafylokokken – die via een wondje de huid binnenkomen. Omdat sommige mensen gevoeliger zijn voor wondroos, krijgt iemand met wondroos het advies om altijd goed op te passen voor wondjes. Ook via kleine beschadigingen, zoals kloofjes, schaafwonden, blaren, een opengekrabd puistje, een kloofje door een schimmel infectie of een insectenbeet kunnen bacteriën de huid binnendringen.
VERSCHIJNSELEN EN RISICO’S
De ontsteking veroorzaakt een rode, gezwollen, pijnlijke plek op de huid, die warm aanvoelt en zich snel kan uitbreiden. In de meeste gevallen is er ook sprake van – soms hoge – koorts, koude rillingen, misselijkheid, zwakte en moeheid. Meestal treedt wondroos op aan een been, maar het kan ook elders op het lichaam voorkomen. Als de bacteriën kans krijgen zich te verspreiden, kunnen de gevolgen ernstiger zijn: grote blaren, zweren, abcessen, diepe ontsteking tot op de fascie (het vlies rond spieren en pezen) en ontsteking van spieren zelf. Ook de lymfevaten kunnen ontstoken en beschadigd raken, met lymfoedeem als gevolg. Hoewel het zelden voorkomt, is er een risico dat de infectie
zich verder door het lichaam verspreidt, waardoor bloedvergiftiging, nierschade en beschadiging van andere organen (multiorgaanfalen) kunnen optreden.
ALTIJD OPLETTEN
Sommige mensen zijn gevoelig voor wondroos. Bij hen keert wondroos af en toe terug. Mensen die ooit wondroos hebben gehad, krijgen daarom het advies om hun huid – vooral die van de benen – goed te beschermen en regelmatig te controleren. Een van de risicogroepen zijn mensen met lymfoedeem (vocht in de benen), bijvoorbeeld door hart- of klepfalen. Ook een verminderde afweer, overgewicht, voetschimmel en diepe veneuze trombose zijn risicofactoren. In de zomer – als mensen vaker met blote benen lopen, is er een groter risico op wondjes die op zich onschuldig lijken, maar die een toegang kunnen bieden aan de ziekmakende bacteriën. Zoals een kloofje, een open gekrabde muggenbult of een kras van een braam- of rozenstruik. Als de wondroos regelmatig terugkeert, kunnen de plaatselijke lymfebanen beschadigd raken. Weefselvocht kan dan niet goed meer worden teruggevoerd naar het hart en er kan in het getroffen lichaams deel – meestal een onderbeen –lymfoedeem ontstaan. En dat terwijl lymfoedeem zelf een risicofactor is voor het ontstaan van een nieuwe erysipelas aanval. Zo ontstaat een vicieuze cirkel.
Lees verder op pagina 18
DRIE KEER ERYSIPELAS
In acht jaar tijd heeft Maryse Hazelhoff drie keer erysipelas gehad. Toch herkende ze het de derde keer niet meteen, met als gevolg dat de infectie relatief laat werd behandeld.
“Ik had het moeten herkennen. De dokter had er de eerste keer zelfs voor gewaar schuwd dat het terug zou kunnen komen en dat ik dan direct naar de huisarts moest gaan. Toch duurde het deze keer een paar dagen voordat ik doorhad dat het erysipelas was”, vertelt Maryse. Ze was niet lekker en had last van haar voet. “Tijd voor nieuwe steunzolen, dacht ik. Maar na een paar dagen kreeg ik ’s nachts zo’n pijn aan mijn wreef. Er zat ook een rood plekje en mijn voet werd dik. Maar nog steeds dacht ik dat het aan mijn schoenen lag. Ik heb pijnstillers genomen, heb de voet ingezwachteld en ben naar mijn werk gegaan.” Op de vijfde dag werd de voet zo dik en ontstoken dat ze na het werk naar de huisarts post ging, waar de wondroos werd herkend. Ze kreeg een kuur flucloxacilline voorgeschreven en diclofenac tegen de pijn, eventueel aan te vullen met paracetamol om de maximale dagdosis van 150 mg diclofenac niet te overschrijden. “Die diclofenac had ik echt nodig. Ik nam het een halfuur voordat ik moest lopen, want dat was zó pijnlijk!” Waar de bacteriën deze derde keer zijn binnengekomen, is niet duidelijk. Misschien bij een beschadiging door een knellende schoen, of misschien via een voetschim mel infectie. De tweede keer kwam de infectie van een opengekrabde muggenbult. “Ik moet echt oppassen dat ik bij jeuk niet ga krabben. Daarom neem ik tegenwoordig cetirizine als ik ben gestoken, zodat ik niet ga krabben.”
De voet met wondroos moet rust krijgen.
BESMETTELIJK?
Is wondroos besmettelijk? De bacteriën kunnen wel van de ene persoon naar de andere worden overgedragen, maar kunnen alleen schade toebrengen als ze bij de andere persoon ook via een wondje de huid in kunnen komen. De kans hierop is erg klein. Toch is het belangrijk dat een patiënt en degenen die huidcontact met hem of haar hebben gehad, de contactplaats goed wassen met water en zeep om besmetting te voorkomen.
BEHANDELING
Iemand met wondroos krijgt gewoonlijk antibiotica voorgeschreven, meestal een kuur van tien tot veertien dagen. In ernstige gevallen wordt de patiënt opgenomen in
Een ernstige vorm van erysipelas met necrose (weefselafsterving).
het ziekenhuis voor antibiotica per infuus. Ook kan een zwachtel of elastische kous worden aanbevolen. Dit is omdat de infectie de lymfebanen aantast. Door uittredende lymfe kan het been sterk opzwellen, wat de genezing belemmert. Aangeraden wordt de elastische kous te dragen zolang er nog sprake is van oedeem, om te voorkomen dat de infectie terugkeert. Overigens verschillen de meningen hierover.
Mensen die regelmatig een wondroos aanval hebben, kunnen een onderhoudsbehandeling met een antibioticum krijgen. Deze bestaat uit een maandelijkse injectie. Patiënten die meer dan vier aanvallen van erysipelas krijgen binnen een periode van twee jaar komen hiervoor in aanmerking. <
JOUW ADVIES BIJ WONDROOS
JOUW ADVIES
› Bij aflevering van antibiotica geef je natuurlijk het eerste-uitgiftegesprek met daarin: kuur afmaken, doses goed verdelen over de dag. › Rust voor het aangetaste lichaamsdeel is belangrijk: het aangetaste been hoog leggen; de aangetaste arm in een mitella dragen. › Goede hygiënemaatregelen kunnen verspreiding van de bacterie naar andere lichaamsdelen of andere mensen voorkomen: dagelijks wassen, geen hand doek delen, nagels kort houden. › Het is beter om niet in bad te gaan of te zwemmen.
Om herhaling te voorkomen:
› Probeer verwonding te voorkomen. Draag handschoenen bij huishoudelijke werkzaamheden, klussen en tuinwerk.
Probeer insectenbeten te voorkomen, onder andere met een insectenwerend middel. Verzorg de huid goed om uitdrogen en beschadiging te voorkomen. › Blijf de huid goed inspecteren op wondjes. Inspecteer de voeten dagelijks, ook tussen de tenen. › Bescherm wondjes en bultjes zodat ze niet opengekrabd kunnen worden. › Behandel kloofjes en een ruwe droge huid met vette zalf. › Behandel voetschimmel. › Ontsmet wondjes direct met een ontsmettingsmiddel en verzorg wondjes goed. › Gebruik geen scheermesje om te ontharen, maar liever een crème. › Bij vocht in de benen: draag steunkousen.