1 minute read

4.8 LIST-aanpak

4.7.3 Welke onderwijskundige factoren kunnen het vloeiend lezen nog positief beïnvloeden?

- Woordenschatontwikkeling. Leerlingen lezen een woord vloeiender wanneer er bekendheid is met het woord (het woord is eerder gehoord) of wanneer de leerling de betekenis van het woord kent. De woordenschat moet met 2500 tot 3000 woorden groeien per jaar.

- De afstemming van de tekst op de leerlingen. De tekst moet afgestemd zijn op het niveau en de interesse van de leerling.

- Gebruikmaken van ‘sight vocabulary’ : eenvoudige woorden vloeiend zonder leesproblemen kunnen lezen - Veel en veelsoortig lezen - Betekenisvol lezen - Dagelijks voorlezen

4.8 LIST-AAN PA K

Al deze inzichten over vloeiend lezen hebben geleid tot de LIST-aanpak. LIST staat voor Leesinterventie voor scholen met een totaalbenadering of korter: Lezen is Top! Dagelijks lezen kinderen in een zelfgekozen boek zodat elk kind jaarlijks 25 boeken leest. Hoe het LIST-moment ingevuld wordt, hangt af van het leesniveau van de kinderen. Kinderen met een AVI-niveau tussen E3 en E4 lezen hardop, ook wel Hommel-lezen genoemd. Kinderen met een AVI niveau E4 lezen stil. Een LIST-moment duurt 35 minuten en bestaat uit drie delen. Voor het stillezen gebeurt dit als volgt:

1) Miniles of voorlezen (5 minuten):

miniles: Twee keer per week praat de leerkracht over boeken vanuit de leesstrategieën en leerplandoelen: bijvoorbeeld de leesstrategie visualiseren. De leerkracht zoekt bewust naar een fragment met een bepaald doel voor ogen.

Je kan ook starten vanuit de noden van de leerlingen, bijvoorbeeld als kinderen het moeilijk hebben om een boek te kiezen. Je kan ook starten vanuit leesgesprekjes: als je opmerkt dat een kind het lastig heeft met iets, kan je overwegen of dit iets is om met de hele groep te behandelen.

Je geeft de miniles vanuit de ik-vorm: je vertelt en doet voor vanuit jezelf, jij staat model. Bijvoorbeeld introduceren van soorten boeken.

HOGENT 2022-2023 76

Pagina 76 van 123

This article is from: