3 minute read
Feitenreconstructie 1959-2012
Kamervragen over relatie aardbevingen en gaswinning in Groningen
De Tweede Kamerleden Kees Zijlstra en Henk Knol van de PvdA willen weten hoe het zit en dienen op 25 januari 1987 Kamervragen in. Op de vraag of ‘bevingsverschijnselen’ te maken hebben met de aardgaswinning uit het Slochterenveld antwoordt minister van Verkeer en Waterstaat Neelie Smit-Kroes: “Neen, het Slochterenveld ligt te veraf. Wel zijn vlak ten zuiden en ten noordoosten van Assen kleine aardgasvelden gelegen. Samenhang met gasonttrekking uit die velden ligt niet voor de hand.”189
Volgens Smit-Kroes is de beving in Assen een tektonische beving, oftewel ‘het gevolg van een plotselinge verschuiving langs een breuk in de ondergrond’ op ‘slechts enkele kilometers diepte (2-5 km)’. De beving in Assen is volgens de minister de ‘eerste en enige beving die in dit deel van ons land werd geregistreerd’ sinds de start van de seismische registraties in De Bilt (1908) en Witteveen (1951). “Eerdere door de bevolking waargenomen trillingen en knallen, zoals bijvoorbeeld die in 1976, vonden hun oorsprong niet in de aarde maar kwamen van boven vanuit de atmosfeer, hetgeen in sommige gevallen ook door meetapparatuur kon worden aangetoond. Van deze laagfrequente akoestische trillingen en knallen die soms over grotere afstanden worden waargenomen – in 1976 van Noord-Groningen tot op de Veluwe – is in de meeste gevallen de oorzaak niet te achterhalen. Van een sinds 1976 regelmatig voorkomen van aardbevingen in het gebied van Assen is dan ook geen sprake.”190 Tekstkader 1.4 gaat nader in op de eerste (buitenlandse) onderzoeken naar aardbevingen bij gasvelden.
Tekstkader 1.4 Eerste onderzoeken naar aardbevingen bij gasreservoirs
Een van de eerste geregistreerde aardbevingen boven magnitude 2 bij een gasveld vindt plaats in 1969. De aardbeving bij het gasveld Lacq in het zuidwesten van Frankrijk heeft een kracht van 3 op de schaal van Richter. Dit gasveld ligt onder een olieveld en is sinds 1957 in productie. De aardbeving in 1969 vindt dus twaalf jaar na de start van de gaswinning in Lacq plaats.191
In 1977 verschijnt de eerste wetenschappelijke studie naar de seismiciteit door gaswinning in Lacq verschijnt – voor zover is te achterhalen.192 In tegenstelling tot het gasveld in Groningen heeft het gasveld in Lacq geen dik zoutpakket boven het reservoir. Daarnaast is het gesteente boven het gasveld sterker. Een ander belangrijk verschil is de aanwezigheid van een actieve breuk in de ondergrond bij de Pyreneeën, op ongeveer 30 kilometer afstand van het gasreservoir. Daardoor vinden in de regio ook natuurlijke aardbevingen plaats.193
189 Aanhangsel Handelingen II 1986/87, nr. 669.
190 Aanhangsel Handelingen II 1986/87, nr. 669.
191 Eck, van et al. (2004).
192 NAM. Schriftelijke inlichting met een chronologisch overzicht van onderzoeken naar bodemdaling en aardbevingen in Groningen, 7 april 2021.
193 Roest (1990).
In de periode 1976-1978 vinden meerdere zware aardbevingen plaats in de buurt van het gasveld Gazli in Oezbekistan. De aardbevingen hebben een magnitude tussen de 5,7 en 7,0 en leiden tot ernstige schade in de nabijgelegen stad Gazli. Volgens sommige wetenschappers is er een verband met de gaswinning. Anderen ontkennen dat juist. Studies in de periode 1991-1996 laten zien dat de bevingen waarschijnlijk een natuurlijke oorzaak hebben, maar de werkelijke toedracht blijft moeilijk te achterhalen.194
In de jaren ’80 registreren meetnetwerken in het Verenigd Koninkrijk en Noorwegen meerdere aardbevingen in de buurt van de olie- en gasvelden Ekofisk en Dan in de Noordzee.195 Ook de bodemdaling valt op: in de periode 1971-1985 daalt de bodem bij Ekofisk 2,5 meter omdat de druk in het reservoir daalt. Op last van de Noorse overheid vermindert de Amerikaanse operator Philips Petroleum de gasproductie in augustus 1985 met 25%.196
Ook in een gasveld in Alberta in Canada komen aardbevingen voor, blijkt uit een wetenschappelijk artikel dat de NAM in juli 1988 ‘mede in het licht van de gaswinning in Nederland’ intern beoordeeld. “Oppervlakkig gezien wekt het artikel o.a. […] de indruk een overtuigend bewijs te leveren voor een relatie tussen het optreden van aardbevingen en de produktie van aardgas.” Het bewijs voor deze stelling vindt de NAM niet overtuigend, omdat aardbevingen in Alberta – vlakbij de Rocky Mountains – ook een natuurlijke oorzaak kunnen hebben. “Samenvattend kan worden gesteld dat de auteur van het artikel zich baseert op vrij veel aannames en “personal communication” en betrekkelijk weinig op actuele metingen en reservoir gegevens”, aldus de NAM. Bovendien is de geologie van de ondergrond bij het gasveld in Alberta niet te vergelijken met Nederland.197
Nieuwe beving bij Assen leidt tot meer vragen Maandag 14 december 1987 vindt er weer een ‘lichte aardschok’ plaats ten zuiden van Assen, dit keer met een magnitude van 2,5. Bij de politie komen geen meldingen binnen, aldus het Nieuwsblad van het Noorden.198 Volgens seismoloog Hein Haak van het KNMI ‘is de tijd nu rijp voor grondig onderzoek’ door alle seismologische gegevens van de afgelopen 20 jaar na te spitten, evenals de bodemgegevens van de Rijks Geologische Dienst. Want, zegt Haak in een reactie: “Misschien hebben zich in het verleden toch vaker zulke lichte schokken voorgedaan, zonder dat we het hebben opgemerkt.”
194 Suckale (2009), p. 51; Suckale (2010).
195 Grasso (1991).
196 Het Parool (23 augustus 1985), p. 3.
197 Shell. Vertrouwelijke notitie van de NAM inzake Aardbevingen ten gevolge van gasproduktie, 4 juli 1988.
198 Hamersvelt, van (17 december 1987), p. 1.