2 minute read
2.2 Beginsituatieanalyse
Vaardigheden
f. Bereid de training van Jaap voor of bereid een training voor die betrekking heeft op je eigen tak van sport. Gebruik daarvoor een lesvoorbereidingsformulier.
2.2 Beginsituatieanalyse Om een goede les of training te kunnen geven, moet je heel wat informatie hebben. Zo heb je informatie nodig over de groep waar je de les of training aan geeft. Je wilt onder andere weten wat de leeftijd van de groep is, of ze goed zijn in de betreffende tak van sport en hoe groot de onderlinge verschillen zijn. Daarnaast maakt het verschil of je een training in een zaal of op het veld moet geven, of je vier doeltjes en twintig ballen hebt of maar één doel en twee ballen. Tot slot maakt het verschil of de training een half uur duurt of twee uur. Welke materialen heb je tot je beschikking? Al deze vragen hebben te maken met debeginsituatie. De beginsituatie bestaat dus eigenlijk uit alle factoren die de start- of vertreksituatie bepalen van waaruit jij je les of training gaat geven. Deze beginsituatie bestaat uit een aantal factoren, de zogenaamde beginsituatiefactoren. CONCEPT BOOM BEROEPSONDERWIJS
Lesgeven bestaat uit een proces van voorbereiden, uitvoeren en evalueren. Tijdens de voorbereiding is het erg belangrijk om goed zicht te krijgen op alle gegevens die van belang zijn voor een goede start van de les: de beginsituatiefactoren. Dit heet het analyseren van de beginsituatie. Bij de beginsituatieanalyse hoort het verzamelen van de gegevens, het ordenen van de gegevens en het interpreteren van de gegevens. Opdracht 2 Woordspin beginsituatie (groepsopdracht) Beginsituatieanalyse. Voor het maken van een woordspin kun je gebruikmaken van Coggle. Deze opdracht doe je in een groepje van vier studenten. a. Maak een woordspin met in het midden het woord Beginsituatie. Om de beurt bedenken jullie woorden die met de beginsituatie te maken hebben. Zet deze woord om Beginsituatie heen en trek lijnen tussen Beginsituatie en de andere woorden. Als je niets meer weet, mag je passen en gaat je beurt over naar de volgende. b. Bespreek de termen in de woordspin en kom tot een lijstje met onderwerpen die met de beginsituatie te maken hebben. c. Vergelijk dit lijstje met de lijstjes van je medestudenten. Opdracht 3 Beginsituatiefactoren (theorieopdracht) Beginsituatieanalyse. Ga uit van je eigen tak van sport. Stel dat je voor een bepaald(e) groep/team binnen jouw tak van sport een les of training moet geven. a. Welke informatie heb jij nodig om een goede les of training aan deze groep te geven? b. Vergelijk jouw resultaat met een of meerdere medestudenten. c. Kom tot een zo volledig mogelijke lijst met beginsituatiefactoren. CONCEPT BOOM BEROEPSONDERWIJS