2 minute read

C'est Fab Fabienne van Dillen geeft ons een waardevolle taaltip

Taaltip

Mijn eerste stukje voor dit magazine. Dat is wel een beetje nostalgie hoor. Want wonen aan de Côte d’Azur was voor mij een langgekoesterde droom die uitkwam. Ik voelde me meteen thuis, toen we in 2005 vanuit Amsterdam naar Cagnes-sur-

Advertisement

Mer verhuisden. Jaren later en terug in Nederland miste ik het Frans spreken enorm. Zo erg dat ik, naast mijn werk als marketeer, par pur plaisir trainingen Frans ging aanbieden aan bedrijven die zaken wilden doen met Fransen.

Dat is iets meer dan een hobby geworden. Het ging niet zonder slag of stoot, maar inmiddels exploiteer ik een taal- & trainingscentrum in Zandvoort aan Zee en schreef ik een boek over Zakendoen in het Frans. Ik sta Nederlandse ondernemers met raad en daad bij als het gaat om communicatie. De Franse taal en de Franse cultuur, daar hebben jullie bofkonten aan de Côte d’Azur dagelijks mee te maken. En zoals eigenlijk met alles wat enorm leuk is, heb je niet alleen de lusten, maar ook de lasten. Als puntje bij paaltje komt, is het leren van een tweede (of derde) taal voor de meeste mensen behoorlijk moeilijk.

Ben je geboren en getogen in Frankrijk dan leer je Frans zonder blikken of blozen. Maar voor diegenen die hun hele hebben en houden hebben opgepakt en verhuisd zijn vanuit Nederland, kan het soms een bittere pil zijn. Ik denk dat jullie intussen begrijpen waar dit verhaal naar toe gaat. Praktisch elke taal en zeker ook de Franse taal bestaat voor ongeveer de helft uit combinaties van woorden die los van elkaar misschien wel iets betekenen, maar gecombineerd iets heel anders uitdrukken. We noemen dit ‘idiomatisch taalgebruik’.

In je moedertaal hoef je niet eens die complete uitdrukking te horen, om meteen te begrijpen hoe iets reilt en … Voilà! Maar leer je een nieuwe taal, dan is dat andere koek. Mijn advies voor mensen die hun taalkennis willen verbeteren, is om geen losse woordjes te stampen, maar te oefenen met combinaties van woorden en idiomatische uitdrukkingen.

Dit werkt namelijk twee kanten op. Ten eerste begrijp je de Fransen sneller en ten tweede klink je vloeiender. Het is echt waar en ook bewezen. Als je uitdrukkingen toevoegt aan je vocabulaire, vinden de ‘natives’ al snel dat je fantastisch Frans spreekt.

Ik geef toe dat het best moeilijk is om dat veelvuldig te doen. Maar het is de moeite waard om daar extra aandacht aan te geven. Je hoeft niet zoals ik hierboven heb gedaan, alliteratie of rijm te gebruiken, maar het helpt wel om ze beter te onthouden. Het klinkt gewoon lekkerder.

Voor de lezers die het leuk vinden om hiermee te experimenteren, geef ik hieronder vijf tips:

Métro Boulot Bistro

1. Qui vivra, verra = Wie dan leeft, wie dan zorgt 2. Qui ne risque rien, n’a rien = wie niet waagt, wie niet wint 3. Chaque chose en son temps = alles op zijn tijd 4. Nous avons le vent dans les voiles = we hebben de wind in de zeilen 5. Je suis resté(e) bouche bée = ik ben sprakeloos

Ken je uitdrukkingen, allitererend of niet, die je vaak hoort of gebruikt? Deel ze met mij via fabienne@cestfab.com. De leukste bijdrage ontvangt een exemplaar van mijn boek ‘Samenwerken in het Frans’, met daarin alles over de omgangsvormen, zakelijk verleiden en hoe je een samenwerking tussen Nederlanders en Fransen kan laten bloeien. Merci! ●

This article is from: