8 minute read

WANDELAVONTUUR | Georgië

Wandelen is geen gevaarlijke sport. Toch gebeuren er elk jaar honderden kleine en grote ongevallen, niet alleen in de bergen. En het kan iedereen gebeuren, ook ervaren wandelaars.

Æ Tekst en foto’s Christophe Deblaere

Een ongewone redding in de Kaukasus

Krak

We zijn al een paar weken met zijn tweetjes op stap in Georgië. De wandelingen die we hier maken zijn best wel pittig, maar helemaal niet moeilijker dan wat we gewoon zijn. We hebben net een bergpas van precies 3333 m afgerond en zijn bezig met de afdaling. Het is niet eens een lastige afdaling, maar toch gaat het plotseling mis. Hilde glijdt uit en schuift op het gladde gras en losse puin een meter naar beneden. Dat is niet leuk, maar je verwacht van zo’n schuiver niet meer dan wat kleine schaafwonden en enkele zelf-verwensingen. Niet dus. Ze raakt met de benen verstrikt in haar wandelstokken, één stok zet zich vast in een rotsspleet en dat geeft een hefboomeffect. We horen een ‘krak’. Haar enkel is minstens zwaar verstuikt, allicht gebroken. Hij doet gelukkig geen pijn als ze hem stil houdt, maar bij de minste beweging is het niet te harden en ze kan er onmogelijk op steunen. Op een paar minieme schaafwonden na zijn er gelukkig geen andere verwondingen.

Geen bereik

Verder stappen is onmogelijk en het is geen optie om haar naar beneden te dragen: de helling is te steil en een tweede val is het laatste wat we nu willen meemaken. We maken een klein platform om comfortabel te kunnen zitten. Met de spullen uit onze EHBO-set immobiliseren we de voet en ontsmetten de schaafwondjes. We bekomen even en overleggen wat we best kunnen doen. We hebben geen gsm-bereik en kunnen dus niet om hulp vragen. Er zijn ook nauwelijks wandelaars, het heeft dus weinig zin om te wachten tot er iemand langskomt. We besluiten dat ik best kan afdalen tot op een plek waar er bereik is, daar de reddingsdiensten oproep en dan zo snel als mogelijk terugkom. Hilde draait haar jasje om, die heeft een speciale oranje voering die de aandacht trekt. Ze heeft eten, een warme slaapzak, geen pijn of schrik, het weer is goed en er zijn geen wilde dieren. Toch voelt het ontzettend raar om haar hier alleen te laten. Dat doe je in principe niet, maar we hebben geen keuze. Het is nu 15 u, we spreken af dat ik ten laatste bij valavond terugkom, ongeacht wat ik beneden kan geregeld krijgen.

Zoeken naar sterke kerels

Ik bepaal onze positie met de gps, neem mijn spoor op en ga op weg naar het dal. Ik vorder in gestage looppas en stop regelmatig om het gsmsignaal te checken. Na twee uren lopen kom ik in een klein dorp, eindelijk bereik. In het eerste huis woont een ex-grenswachter. De man is heel vriendelijk maar hij heeft geen idee hoe hij kan helpen. Gelukkig heeft Georgië sinds dit jaar een gloednieuw noodnummer, het alombekende 112. Als ik het nummer bel, krijg ik eerst een stem in het Georgisch en daarna in het Russisch aan de lijn. Na even doorschakelen volgt er een stem in het Engels. Ik beschrijf kort de situatie, verzeker de man dat we goed verzekerd zijn en vraag of hij een heli kan sturen. Het blijft even stil aan de lijn. Die hebben ze niet. Ik vraag wat hij dan voorstelt. Het blijft opnieuw stil. Dan vraag de man: wat stelt u voor? Ai.

Dit klinkt niet goed, deze hulplijn is blijkbaar nog heel erg nieuw. Ik denk even na, en vraag of hij een paar sterke mannen met een paard kan sturen. Hij belooft om het uit te zoeken en mij terug te bellen. Een halfuur later is er telefoon: hij kan mannen met bergpaarden sturen. Ze kunnen binnen drie dagen ter plaatse zijn. De moed zinkt me in de schoenen. Dit duurt veel te lang, er moet een snellere oplossing zijn. Ik vraag de man of hij een paar sterke kerels met een draagberrie kan sturen. Dat gaat wel. Hij zal de gendarmerie vragen om met een 4x4 naar mij toe te komen.

Wachten op sterke kerels

Intussen krijgt Hilde toch bezoek. Wandelaars hebben haar oranje jas gezien. De begeleider van het groepje werkt op de Tsjechische ambassade, hij weet van aanpakken. Ze kunnen haar niet ver transporteren, maar ze kunnen haar wel op een veilige manier van de steile helling naar beneden dragen. Daar helpen ze met het opzetten van onze tent. Hilde laat ze vertrekken, ze kan gerust alleen wachten op verdere hulp. Ik krijg van de vriendelijke ex-grenswachter een stevige soep. Die kan ik wel gebruiken: we zijn al sinds vanmorgen vroeg op stap en ook de emoties vergen nogal wat energie. Het is intussen wachten op die sterke mannen. Na een uur is er nog niks. Ik bel terug en men verzekert mij dat ze onderweg zijn. Ik wacht en blijf wachten. Niks. Het wordt laat. Ik moet stilaan beslissen of ik hier blijf wachten of alléén terug naar Hilde ga. Ik bel nog eens: jawel, ze komen, ze kunnen er elk moment zijn. Als het begint te schemeren zie ik twee lichten in de verte. Het is een 4x4 met vier sterke kerels.

Pak van mijn hart

Ik geef hen de gps-coördinaten, maar daar kunnen ze niks mee aanvangen. De kaart helpt ook niet: ze kennen het gebied niet. Ik besluit om ze dan maar zelf te gidsen. Ik ontdek dat het 4x4 spoor nog een heel eind doorloopt. Op een bergpas vertrekt een wandelpad dat veel korter is dan de weg die ik aflegde. De gendarmes vragen argwanend of het lang lopen is. “Nee hoor”, lieg ik. Ik bedank de ex-grenswachter uitvoerig en ga tussen de gendarmes zitten. Op het punt waar het pad begint laden de sterke mannen een joekel van een draagberrie uit. Het is een plooibaar legermodel van hout en canvas. De vierde man, de dikste, blijft om het voertuig te bewaken. Ik loop voorop, de sterke mannen kunnen niet goed volgen. Wanneer we de plek naderen, zie ik plots fel licht. Het is Hilde die met haar gsm signalen geeft. Ze zit lekker warm in de tent en heeft geen pijn. Dat is een pak van mijn hart.

Op een draagberrie door berg en dal

We breken snel de tent af. Ik vul mijn rugzak met zoveel mogelijk materiaal, bang dat de gendarmes zullen weigeren om ons kampeermateriaal mee te nemen. Maar geen probleem, de jongste neemt ook een rugzak. We leggen Hilde voorzichtig in haar slaapzak op de draagberrie, het is toch wel koud geworden. Met ons veiligheidstouw bind ik ze stevig vast. En dan gaan we op weg, door berg en dal. We dragen de berrie eerst 10 minuten met de linkerhand, dan 10 minuten met de rechterhand. Dan nemen we 10 minuten rust en de mannen roken een sigaretje. Ik leer al snel dat dit het juiste ritme is, maar ik bedank voor het sigaretje. We klimmen over rotsen en waden doorheen riviertjes. Eén keer zetten we Hilde neer met haar hoofd naar beneden: we worden moe. Aan een volgend riviertje gaan we languit liggen en drinken recht uit de rivier.

Een halfuur later is er telefoon: hij kan mannen met bergpaarden sturen. Ze kunnen binnen drie dagen ter plaatse zijn.

Het is ver voorbij middernacht wanneer we de weg bereiken. We zien in de verte nog een paar lichten. Het is een 4x4 ambulance. Het vergt wat overtuigingskracht, maar uiteindelijk mag ik ook meerijden in de krappe achterruimte. Ik omhels de gendarmes één voor één en bedank ze uitvoerig. De weg draait en keert, ik word misselijk en moet mij sterk houden om niet flauw te vallen van uitputting. Het is Hilde die mij erdoorheen praat en mij wakker houdt.

Een blok gips van 3 kilo

De inrichting van het oude Russische hospitaal is een ramp, maar het vrouwelijke personeel is fantastisch. Hilde wordt naar een oud röntgenapparaat gebracht. Het personeel vlucht de kamer uit, de deur gaat dicht. Er volgt een enorme flits, als in de teletijdmachine van professor Barabas. Dat was allicht voldoende radioactiviteit voor jaren. De enkel blijkt gebroken. Ze brengen een plaaster aan, een solide brok gips van 3 kilo. We krijgen beiden een ziekenhuisbed. Door het gebroken raam heeft een vogel in onze kamer een nestje gebouwd, de lakens hebben groene en rode schimmelvlekken. Toch gaan we slapen met een glimlach om de lippen, we zijn hier in stevige handen. De volgende dag nemen we een taxi naar de hoofdstad Tbilisi. Daar is een internationaal ziekenhuis dat de diagnose bevestigt en een iets eleganter verband aanbrengt. Wachten op de repatriëringsvlucht doen we in een luxe hotel, waar we een rolstoel ter beschikking krijgen. En genieten van het openluchtzwembad en de trendy loungebar met sushi!

Naschrift

Met een titanium plaatje, een paar schroeven en twee maanden revalidatie is Hilde volledig hersteld. We wandelen terug vrolijk in de bergen alsof er niets gebeurd is, een ervaring en een stuk titanium rijker. Je leert van elke ervaring. We letten er nu nog beter op dat we onze wandelstokken voldoende breed plaatsen, zodat ze bij een val niet tussen onze voeten kunnen terechtkomen. In gebieden zonder gsm-bereik nemen we voortaan een Garmin Inreach met satellietcommunicatie mee. En we gaan in verafgelegen gebieden bij voorkeur met minstens vier personen op stap.

Info

Meer info over Rescue en EHBO voor wandelaars vind je op www.wandelpunt.be. Zelfstudie cursussen EHBO vind je op www.rodekruis.be. De klim- en bergsportfederatie KBF biedt een bergsportverzekering aan op www.klimenbergsportfederatie.be. In de bergen is er niet overal gsm-bereik. Garmin heeft een betaalbare oplossing met satellietcommunicatie wat voor wereldwijde dekking zorgt. De Inreach Mini weegt slechts 100 gr en past in een handpalm. Hij kost 350 euro plus een abonnement dat je per maand activeert wanneer je op reis gaat. Meer info op www.garmin.be.

This article is from: