7 minute read
Janny
from OPZIJ oktober november 2022
by MIMM
Vakvrouw
Eigenlijk wilde ze schooljuf worden, maar dat liep even anders. Janny (38 jaar) werkt bij de politie en heeft als nevenfunctie pelotonscommandant bij de ME. Vanuit een commandowagen stuurt ze haar collega’s van de ME aan tijdens evenementen, demonstraties en protesten waarbij ongeregeldheden kunnen ontstaan. “Het beeld dat de ME van de lange lat erover is, klopt echt niet meer. Er wordt gepraat, dat is onze kracht.”
DOOR MARLEEN HOGENDOORN
Het is de vooravond van de boerenprotesten in ons land. Een drukke tijd voor Janny, sinds de protesten zijn aangekondigd in de media heeft ze verschillende briefings erover. “Het meeste werk gaat in de voorbereidingen zitten. We moeten alles in kaart brengen. En het is goed om elkaar als collega’s niet alleen op de dag zelf te zien, maar ook al eerder.”
Wilde je altijd al bij de politie? “Nee, eigenlijk wilde ik iets heel anders: schooljuf worden. Lange tijd had ik dat idee. Pas aan het einde van mijn middelbare schooltijd zei een docent tegen me: ‘Ik vind de politie echt wat voor jou, jij bent niet zo van het stilzitten.’ Daar ging ik over nadenken. Mijn vader was rechercheur, ik hield mijn spreekbeurten vroeger op school altijd over de politie en mijn klas mocht een keer mee naar het politiebureau waar hij werkte. Maar ik heb nooit gedacht dat daar werken iets voor mij zou zijn. Toch ben ik me erin gaan verdiepen en heb ik me ingeschreven voor de opleiding. Ik kreeg meteen een brief terug. Er waren vierhonderd mensen die zich hadden ingeschreven en
‘Ik noem het vaak
levend stratego, maar dan op afstand.’
Daarom is het een hechte club.’
maar tien plekken. Toch werd ik aangenomen. En ik heb er nooit spijt van gehad dat ik deze kant ben opgegaan. Bij de politieacademie heb je twaalf weken school en dan ga je vervolgens twaalf weken werken bij een politiebureau. Ik kwam terecht bij bureau Zuiderpark in Den Haag en later bij de Heemstraat. De opleiding is dynamisch, je sport vaak en leert ook veel. Ik vond het heel interessant.”
Janny begon als agent op straat en groeide zo door naar brigadier, rechercheur, ploegchef en is nu Operationeel Specialist C. Dat is een kantoorfunctie, ze is onder andere verantwoordelijk voor het laten beveiligen van de ambassades. En ze werkt ook voor de ME. Dat kan alleen als nevenfunctie, niet fulltime. “Ik ben aangenomen als sectiecommandant. Ik deed tijdens de opleiding bewust mee met de trainingen om te voelen wat het met je doet als je een steen naar je hoofd krijgt gegooid. Sinds 3,5 jaar ben ik pelotonscommandant.”
Wat doet de pelotonscommandant precies? “We zijn nu bezig met de voorbereidingen voor de boerenprotesten. We kijken hoeveel mensen er worden verwacht. We maken afspraken met het bevoegd gezag, de burgemeester dus, over wat er wordt getolereerd. Een loop bijvoorbeeld mag, maar niet overheidsgebouwen bezetten of een sit down waardoor het verkeer wordt ontregeld. Ik ben betrokken bij de voorbereidingen en stuur op de dag zelf het peloton van de ME, de technische eenheid en soms ook de politie met honden of paarden aan. Ik werk dan vanuit een grote bus, daar krijg ik via beelden en informatie van de operationeel commandant door hoe de situatie is. De kunst is om minimaal vijf stappen vooruit te denken. Gaan we een locatie afzetten met een linie, leggen we contact met de demonstranten? Ik noem het vaak levend stratego, maar dan op afstand.”
Het lijkt me best stressvol. “Je bent heel geconcentreerd. En het ligt eraan hoe de demo verloopt. Soms lopen de emoties hoog op.”
Tijdens corona waren er veel demonstraties, hoe was dat? “Veel meer dan normaal inderdaad. We gingen veel in gesprek met de demonstranten. Wat willen jullie? Kunnen we iets betekenen? Het beeld dat de ME van de lange lat erover is, klopt echt niet meer. Er wordt gepraat, dat is onze kracht. Zo ook met de boeren. We leggen de verbinding. In sommige landen mag je niet je mening uiten. Hier kun je gewoon het gesprek aangaan. Wij zijn zonder mening, bewaken de gemaakte afspraken om wanordelijkheden te voorkomen en praten.”
Er werd ook met vuurwerk gegooid. “Ik zit in de bus, maar de ME-leden staan op straat. Tijdens de coronaprotesten kregen zij vuurwerk om hun oren. Hoe lang houden ze dit vol? Die afwegingen maak je voortdurend. Bij een persconferentie was een protest dat maar net aan goed ging. We hadden te weinig mensen. De dag erna zag de stad er niet uit, veel rotzooi en ruiten kapot. Ik was niet trots op mijn Den Haag.”
JANNY IN 100 WOORDEN
Naam Janny (vanwege privacy-redenen publiceren we geen achternaam) Beroep Operationeel specialist C bij de politie en heeft als nevenfunctie pelotonscommandant bij de Mobiele Eenheid (ME). Werkt vier dagen in de week. Eén keer in de vier weken heeft ze piketdienst bij de ME. Als ze dan wordt opgeroepen, moet ze binnen een uur op het een politiebureau in de Eenheid Den Haag zijn.“Tijdens corona waren er veel demonstraties, waarbij er een beroep werd gedaan op de ME, toen kwam mijn dagelijkse werk er wel onder te leiden.” Woont samen met man en twee kinderen. NB In Den Haag zijn jaarlijks zo’n achttienhonderd demonstraties per jaar. Ze vertelt: “In 9,9 gevallen van de 10 gaat het goed en is er geen inzet van de ME nodig. Het grondrecht van vreedzaam demonstreren is belangrijk. Wij van de ME staan er niet veel met schild, vaker worden we ingezet in ons reguliere uniform om zo de demo veilig te laten verlopen.”
Hoe is dat om in de linie te staan? “Het belangrijkste is om mentaal sterk te zijn. Tijdens de coronaprotesten stonden demonstranten urenlang met een spiegel voor het hoofd van de ME’ers. Stenen, fietsen, echt van alles heb ik naar me toe gegooid gekregen. Als er geweld gebruikt wordt, dan mogen we waarschuwen, aanhouden en uiteindelijk ook geweld terug gebruiken. De kunst is om dat zolang mogelijk uit te stellen. Tijdens de opleiding leer je veel te incasseren. Acteurs maken je uit voor alles en nog wat en dan moet je niet reageren. Ik houd me altijd voor dat het geweld tegen het uniform is en niet tegen de persoon zelf. Er wordt weleens vergeten namelijk dat we gewoon mensen zijn.”
Zijn de demonstraties verhard? “De meeste demonstranten willen gewoon gehoord worden, toch zijn er ook demonstranten die uit zijn op rellen. Ik snap best dat je je niet gehoord voelt bij alle maatregelen die tijdens corona werden genomen. Dan mag je demonsteren, dat is een recht in ons land. Demonstraties kunnen worden beperkt om wanordelijkheden te voorkomen. Dat mag alleen voor zover dit noodzakelijk is ter bescherming van de gezondheid, in het belang van het verkeer of ter bestrijding of voorkoming van wanordelijkheden. Een demonstratie kan alleen in heel uitzonderlijke situaties worden verboden. En dan kwamen de mensen toch naar het Malieveld, daar kon ik weleens verdrietig van worden. Waar gaat het heen met de maatschappij?”
Waarom koos je voor deze functie? “Het is een stoer onderdeel van de politie. Je kunt het verschil maken, daar wil ik onderdeel van zijn. Ik ben niet zo bang aangelegd. Ik werk vanaf mijn achttiende bij de politie en heb verschillende functies gehad. Met je collega’s maak je soms heftige situaties mee, je moet elkaar kunnen vertrouwen. Daarom is het een hechte club. Ik doe nu een traject om teamchef te worden. Maar bij de ME wil ik nooit meer weg.”
Hoe is de verhouding man/vrouw? “Op het bureau bestaat het management uit de helft vrouwen. Bij de ME zijn inderdaad veel meer mannen dan vrouwen. Bij de ME werk je met piketdiensten, als je gebeld wordt dan moet je komen. Mijn man is gelukkig flexibel met werk en ik kan daardoor makkelijk weggaan. Ik werk goed met mannen en vrouwen, ik heb geen voorkeur. De lijnen bij de ME zijn duidelijk. Als ik een commando geef, wordt het uitgevoerd door de vijftig mannen in de linie. Dat is bij mij thuis met mijn kids vaak anders, haha.”
Heb je je weleens onveilig gevoeld? “Nooit. Je bent met zijn allen en hebt beschermende kleding aan. Je wordt getraind om samen met je collega’s het te doen, je staat nooit alleen. Ik werk vanuit een bus. Als relschoppers bij mij komen, dan is iets helemaal verkeerd gegaan. Zoiets is nog nooit gebeurd gelukkig.” O