NICHE
5 vragen aan Nicolas Bearelle van projectontwikkelaar Revive, gespecialiseerd in reconversie
“Allemaal op het platteland wonen? Dat is volgens mij een droom” We staan vandaag de dag voor een moeilijk vraagstuk: de woningvraag stijgt, maar tegelijk mogen we binnenkort geen nieuwe ruimte meer innemen. Hoe kunnen we meer doen met de ruimte die we tot onze beschikking hebben? Volgens Nicolas Bearelle, oprichter van Revive, ligt de oplossing in de reconversie van oud leegstaand vastgoed in en rond de stad. Wonen we in de toekomst allemaal in een 15 minutenstad, vlakbij alle diensten die we gebruiken? Vanwaar jullie keuze voor reconversie?
“Toen we Revive 12 jaar geleden oprichtten, hebben we in onze missie vastgelegd dat we enkel reconversieprojecten zouden doen. We willen geen groene gebieden aansnijden, maar enkel ‘recycleren’ wat al eens gebruikt werd. Dat is volgens ons de enige manier om klimaatvriendelijk te bouwen en voldoende ruimte te behouden voor natuur en recreatie. Bovendien zien we dat reconversie vanuit een financieel perspectief ook rendabel is. Dus waarom zouden we dan nog nieuwe ruimte aanwenden?”
Kan het bij elk gebouw? Wat zijn de uitdagingen bij reconversie?
“Revive focust op de reconversie van oude industriële sites: we kopen oude fabrieken die omwille van hun locatie niet meer geschikt zijn voor nieuwe bedrijvigheid en realiseren er woonwijken. Hier en daar voeren we ook een reconversie uit op een oud kantoorgebouw, vooral in het Brusselse. De moeilijkheid om zo’n gebouw om te zetten naar een residentieel gebouw zit vaak in de structuur ervan: de dikte van het gebouw, het daglicht dat binnenstroomt,…. Als het gaat om een monument of een beschermd gebouw, is het vaak lastig om de energieprestaties op niveau te brengen. Zeker niet elk gebouw leent zich tot reconversie. Ik denk dat we in de toekomst veel oude woongebouwen zullen moeten afbreken om er vervolgens nieuwbouw op te zetten.”
Jullie kiezen meestal locaties in of aan de rand van steden, heeft dat een bepaalde reden?
“Dat is een strategische keuze. Stadsherontwikkeling biedt het voordeel dat je locatie direct goed ontsloten is met het openbaar vervoer en bestaande infrastructuur. Mensen die er wonen, kunnen te voet of met de fiets overal geraken: naar school, het werk, de hobby’s, horeca,… In de steden ligt de mobiliteitsvoetprint dus veel lager wat veel meer comfort geeft naar je tijdsbesteding en stress.”
Hoe ziet het wonen van de toekomst er volgens u uit?
“De mondiale trend van verstedelijking zet zich razendsnel voort. Tijdens de eerste lockdown heerste het idee dat we weer allemaal op het platteland gingen wonen, maar dat is volgens mij een droom. We moeten op een positieve manier meer dichtheid creëren in de stad en de bestaande infrastructuur rentabiliseren. Een belangrijk aspect daarin is de verwevenheid van functies. In verschillende buitenlandse steden past men steeds meer het principe van de ’15 minutenstad’ toe. Dat houdt in dat mensen op een kwartier van hun woonst met zachte mobiliteit toegang hebben tot alle diensten die ze gebruiken, zoals school, werk, een stukje groen,… Parijs is daar een echte voortrekker in. Je creëert als het ware kleine dorpjes in de stad. Ik schat dat we in de toekomst wat hoger zullen bouwen in de stad om ruimte te laten voor kwalitatieve open ruimte.”
Wat zijn bij reconversieprojecten eventuele aandachtspunten voor de vastgoedprofessional?
“Bij nieuwbouw kan je vrij snel inschatten wat de kostprijs zal zijn, terwijl dat bij renovatie veel moeilijker is. Daarnaast zijn de procedures bij beschermde gebouwen langer. Het integreren van technieken in bestaande gebouwen brengt ook moeilijkheden met zich mee. Zo zien we vandaag dat de kwaliteit van de binnenlucht belangrijker wordt, omwille van de pandemie. Je moet maken dat je voldoende ruimte hebt om de ventilatiesystemen te integreren in de vloer en het plafond.”
WATT-site van Revive (Gent)
CIBINFO — nr 93 // 2021
23