8 minute read

CULTUUR

Next Article
NIEUWSBRIEF

NIEUWSBRIEF

Getuigenis van een métis

EEN GESPREK MET GEORGES KAMANAYO, EEN KIND DAT LEEFT TUSSEN TWEE WERELDEN

Advertisement

Tussen twee werelden is een autobiografisch verhaal waarin filmmaker Georges Kamanayo zijn boeiende leven als ‘koloniaal métis’ vertelt. Een métis is het kind van twee ouders uit twee verschillende culturen, of ‘twee werelden’. Hij is 100% het resultaat van zijn beide ouders, beide culturen en continenten. Wat betekent het om tegelijk blank en zwart te zijn? Hoe voelt het om tussen twee werelden op te groeien? Kamanayo beantwoordt deze en veel andere vragen als kind van een Belgische koloniaal en een Rwandese moeder. Ontdek in Tussen twee werelden en tijdens Het Betere Boek op zaterdag 10 oktober 2020 hoe het is om als métis op te groeien in een monocultureel land.

Yarrid Dhooghe

Tussen twee werelden is een autobiografisch boek. Waarom wou je je leven delen met ons?

Ik heb al een film (Kazungu, le métis, 2000) gemaakt over mijn leven als métis. Deze documentaire van een klein uurtje gaf me de kans om voor de eerste keer te vertellen hoe het leven van een koloniale métis eruitziet. Maar twintig jaar later merkte ik op dat ik nieuwe inzichten had en ook veel dingen niet heb kunnen vertellen. In een boek kan je meer nuances tonen dan in een film. Het boek helpt me om mijn hele leven te vertellen. Dat is volgens mij ook essentieel, want mijn leven is een belangrijk verhaal dat de verschillen tussen de westerse en Afrikaanse wereld en cultuur duidelijk maakt.

Wat is een métis?

Ik ben het kind van een rijke, Belgische industrieel en een arme zwarte vrouw dat er nooit gekomen had mogen zijn. Mijn moeder had geen plek voor me, omdat ik niet geaccepteerd zou worden door de Rwandese gemeenschap en de Belgische overheid heeft beslist dat ik opgevoed moest worden in een speciale school voor métissen. En bij mijn vader wonen? Geen haar op zijn hoofd dacht eraan om mij te erkennen en een plek te geven in zijn grote woning. Als kind van een kolonisator en een gekoloniseerde was ik een koloniaal métis. Ik hoorde nergens thuis. Zo kwam ik uiteindelijk terecht bij de missionarissen die me tijdens mijn kinderjaren verborgen voor de samenleving. In Rwanda, Congo en Burundi werden we door blanken en zwarten ‘kinderen van de zonde’ genoemd. Sindsdien heb ik lange tijd geen enkel contact meer gehad met mijn moeder.

Dat is heel hard. Hoe ben je dan in contact gekomen met die tweede, West-Europese wereld?

Zogenaamd voor mijn veiligheid en de nakende onafhankelijkheidsperiode besloten de Belgische staat en missionarissen dat ik mijn geboorteland Rwanda moest verlaten, want de spanningen laaiden op en missionarissen en kolonisatoren wisten niet welk ‘kamp’ een métis zou kiezen. Na heel even in een katholiek weeshuis in de gemeente Schoten terecht gekomen te zijn, ben ik geadopteerd door een Belgisch gezin in Deurne. Zij hebben geprobeerd om van mij een goede Vlaming te maken.

Tijdens mijn kinderjaren verborgen missionarissen me voor de samenleving. In Rwanda, Congo en Burundi werden we door blanken en zwarten ‘kinderen van de zonde’ genoemd

© Jaap Hoekzema

Sinds dat je bij je pleegouders terecht bent gekomen, waren de banden met je moeder volledig doorgeknipt. Heb je haar ooit nog teruggezien?

Jawel, en ik wou van zodra ik zelfstandig en vrij kon denken en handelen haar ook zo snel mogelijk terug ontmoeten. Maar als métis kon je, zeker in die tijd, niet zomaar vrij bewegen in Rwanda of Afrika. Als ik mijn roots terug wou opzoeken, moest ik ofwel zelf missionaris worden, ofwel een journalistieke richting uitgaan. Omdat ik zelf totaal niet gelovig ben, heb ik de kans gekregen om cameraman te worden. Die opleiding was helemaal niet vanzelfsprekend in die tijd, maar ik ben dankbaar dat mijn pleegouders hiervoor open stonden. Zo ben ik bij de openbare omroep terechtgekomen en heb ik uiteindelijk de kans gekregen om reportages te maken in Afrika en dus ook Rwanda. Zo ben ik mijn moeder op het spoor gekomen.

Veel Afrikanen en dus ook Rwandezen zijn nog altijd erg gelovig; dat het geloof vermengd is met racisme en de slavernij kunnen ze nog niet goed vatten

Hoe was die eerste ontmoeting na zoveel jaren geen contact gehad te hebben met haar?

Heel bijzonder. Mijn moeder was straatarm en op het moment dat ik haar ontmoette blind. Zij heeft mij dus nooit als een volwassen man gezien. Maar dat eerste moment dat ik haar terug zag, haar weer aanraakte … dat is onbeschrijfelijk. Ik ben zeer blij dat ik dat nog heb meegemaakt.

Hebben jullie contact gehouden?

Ik heb zeker nog contact gehouden met haar en haar regelmatig gezien. Ik heb ook een tijd gedacht om haar naar België te brengen, maar door haar medische gezondheidstoestand en haar leeftijd is me dat afgeraden geweest door de artsen. De cultuurshock die ze dan zou meemaken zou wellicht te groot zijn geweest voor haar. Het was beter dat ze bleef waar ze was, en ik heb haar zoveel als mogelijk geholpen en haar zoveel als ik kon gezien.

Hoe zijn de missionarissen in Rwanda geraakt?

Je moet weten dat het vrij lang heeft geduurd voordat Rwanda is gekoloniseerd. Dat komt omdat Rwanda een sterk leger had. Op een gegeven moment heeft koning Rwabugiri van Rwanda zich laten omkopen door de kolonisator die hem één geweer heeft geschonken. Zo zijn missionarissen het land binnengeraakt. Sindsdien hebben ze voet aan grond gezet in Rwanda en zijn ze erin geslaagd om de Rwandezen te beïnvloeden met de rooms-katholieke godsdienst. De Rwandezen zijn ware monotheïsten en hadden zogezegd dezelfde god, ‘Imana’, als die missionarissen en kolonisator, maar toch werden er nieuwe rituelen ingevoerd. Plots werden alle Rwandezen gedoopt.

Herinner je nog iets van je ervaringen met missionarissen?

Tot mijn dertien jaar heb ik intensief contact gehad met missionarissen. Ik zat op een katholiek internaat in Belgisch-Congo en later in Rwanda. Toegegeven, ik heb wel altijd contact gehad met mildere missionarissen, en ben dus niet geïndoctrineerd geweest. Pas op, een katholieke opvoeding heb ik wel gekregen. Maar ik heb ook altijd de kans gekregen om vrij te denken.

Toch kan ik ook niets anders dan vaststellen dat de missionarissen ook een serieus probleem zijn in Afrika. Velen van hen indoctrineerden de Afrikaanse gemeenschap zodanig dat er zelfs tot op vandaag nog steeds Afrikanen zijn – zelfs op invloedrijke posities – die het koloniale verleden versterken en goedpraten. Dat zijn mensen die nooit hebben geleerd om vrij te denken. Ik betreur dat heel erg, want hierdoor heeft Afrika ook vandaag nog een heel lange weg te gaan om zelf fier en echt onafhankelijk te zijn.

Hoe merk je dat op?

Ik merk dat de meeste Rwandezen anders redeneren dan ik. Ze passen nog steeds toe wat ze van missionarissen hebben geleerd en kennen de oorsprong van het racisme en de slavernij niet.

Ik ben en voel me een vrijzinnig mens met vrije en eigen gedachten. Maar hier in Rwanda en in vele landen in Afrika is het katholicisme zeer sterk aanwezig. Hierdoor hang ik mijn ‘ongeloof’ niet aan de grote klok

Als je de Bijbel leest ontdek je op verschillende plekken dat God dit ook prima vindt. Eén belangrijk voorbeeld

is Kanaäns vervloeking (Genesis 9:2027). Daarin is Cham getuige van een naakte en dronken Noach en vertelt dat hele verhaal door aan zijn broers. Wanneer Noach uit zijn roes ontwaakte en ontdekte dat Cham niet zo discreet is geweest, vervloekte hij Kanaän, de zoon van Cham, en gaf hij aan dat Kanaän voortaan Sem en Jafet zou dienen.

Onder andere reformator Maarten Luther interpreteerde Cham als stamvader van de kleurlingen en in de Verenigde Staten beschouwde men deze passage uit de Bijbel al vanaf het begin als de rechtvaardiging van de slavenhandel. De blanke Amerikanen zien zichzelf daarbij als afstammelingen van Jafet.

Veel Afrikanen en dus ook Rwandezen zijn nog altijd erg gelovig; dat het geloof vermengd is met racisme en de slavernij kunnen ze nog niet goed vatten.

Je geeft zelf aan dat je als métis tussen twee werelden leeft. Voel je je dan niet voortdurend een buitenstaander?

Wel, je kan op twee manieren een buitenstaander zijn. Ten eerste ben je een buitenstaander wanneer je zelf ervoor kiest buiten te staan. Dat heb ik nooit gedaan. Ten tweede kun je een buitenstaander zijn als je ergens buitengeduwd wordt. Ook dat heb ik nooit toegestaan. Ik wou mijzelf aan

© AFRIKA filmfestival HET BETERE BOEK

Kamanayo is op zaterdag 10 oktober 2020 aanwezig op Het Betere Boek: ontdenk Afrika. Hij en Nadia Nsayi (Congo) zijn kinderen van de kolonies. Vanuit hun perspectief ‘ontdenken’ ze Afrika.

Het volledige programma en ticketverkoop vind je terug op www. hetbetereboek.be Locaties: Geuzenhuis, Liberas, Vooruit.

De uitreiking van de Bronzen Uil vindt plaats in de Minard.

de mensen tonen en als het ertoe deed wou ik gehoord worden. Dat heb ik ook lange tijd in België gedaan.

Je leeft als een vrijzinnig-humanist in Rwanda. Hoe staat men daar tegenover ongelovigen?

Ik ben en voel me een vrijzinnighumanist met vrije en eigen gedachten. Maar hier in Rwanda en in vele landen in Afrika is het katholicisme zeer sterk aanwezig. Hierdoor hang ik mijn ‘ongeloof’ niet aan de grote klok. Ik spring niet op de barricaden om anderen te overtuigen van mijn overtuiging dat God niet bestaat. Dat zou hier niet goed overkomen.

Ik werk als vrijwilliger voor een lagere school waar geen godsdienst wordt onderwezen. We ontwikkelen het vrije denken en leggen de focus op wetenschappelijke vakken en talen

Dit betekent echter niet dat ik in de private sfeer niet opkom voor mijn overtuiging. Het gebeurt regelmatig dat ik in een zingevend gesprek beland met vrienden of kennissen. Dan probeer ik hen te overtuigen van het vrijzinnig-humanisme. Eenvoudig is dat niet. Ze aanvaarden het wel, maar niet iedereen kan goed om met het echte vrije denken. Dat is ook niet verwonderlijk, want door de indoctrinatie van België en van missionarissen hebben ze dat ook nooit geleerd.

Het is dan ook een heel moeilijke strijd. Ik werk in Rwanda als vrijwilliger voor een lagere school. Eén van de weinige scholen die hier echt vrij is. De leerlingen mogen uiteraard zelf nog geloven in God, maar op school wordt godsdienst niet onderwezen. We ontwikkelen het vrije denken en leggen de focus op wetenschappelijke vakken en talen. De kwaliteit van de school wordt gehandhaafd door nauwe contacten met de Universiteit van Oxford. Hierdoor krijgt de school een zeer internationaal karakter, maar zijn we ook in staat om het vrije denken in dit land te ontwikkelen. Dat is heel belangrijk.

Georges Kamanayo, Tussen twee werelden. Een leven in Europa en Afrika. Uitgeverij Polis/ Pelckmans: 2020, 272 p.

This article is from: