Leidraad winter 2012

Page 14

Europa

Wetenschap en Europa hebben elkaar nodig Waar een belangrijk deel van de Nederlandse politiek en de bevolking steeds negatiever oordeelt over de Europese Unie, is de sfeer in de Leidse academische wereld heel anders. “Europees denken” moet, want dankzij subsidiegelden uit Brussel groeit en bloeit de wetenschap. Tekst: Annette Zeelenberg Beeld: Mark Horn en Universiteit Leiden

Leiden profileert zich als Europese research-universiteit, zo staat specifiek in de missie omschreven. Het is het dagelijks werk van Anna Groeninx van LURIS (Leiden University Research and Innovation Services) en ir. Jacqueline Ton van het LUMC om daaraan invulling te geven. Beiden zijn adviseur internationale subsidies en vanuit die functie hebben ze geregeld met elkaar en met nog een viertal collega-adviseurs te maken. Ton begeleidt vanuit het LUMC wetenschappers bij het vormen van Europese netwerken en consortia en bij het aanvragen van Europese subsidies; Groeninx doet datzelfde vanuit de universiteit. Zij weten de weg in wat voor de gemiddelde wetenschapper soms een doolhof is van regels rondom de vele Europese subsidieprogramma’s. Ton: ‘Ik zie het als mijn taak om onderzoekers goed te informeren over de subsidiemogelijkheden, zodat zij strategisch kunnen kiezen om wel of geen aanvraag in te dienen. Het is enorm bevredigend om iemand die aanvankelijk nog niet thuis was in Europa te coachen bij een eerste aanvraag.’ 14 leidraad

‘Wetenschappers zoeken elkaar sowieso al op’, vervolgt Anna Groeninx. ‘Ze ontmoeten elkaar op internationale conferenties en wisselen ideeën uit. Daaruit ontstaan dan weer samenwerkingsverbanden.’ Europa biedt veel financiële mogelijkheden voor zulke gezamenlijke onderzoeksprojecten, maar ook voor grotere samenwerkingsverbanden waarin bijvoorbeeld ook bedrijven deelnemen. Het huidige Europese financieringsprogramma voor onderzoek en innovatie, het Zevende Kaderprogramma (KP7), is het grootste ter wereld en heeft gedurende de looptijd van zeven jaar maar liefst 55 miljard euro in kas. Groeninx: ‘Het is goed om te benadrukken dat de lidstaten de omvang van de subsidiepot zelf hebben vastgesteld. Dit is niet iets dat zomaar door “Brussel” is bepaald.’ Binnen het Zevende Kaderprogramma zijn vier onderdelen te onderscheiden, waarvan de grants van de European Research Council misschien wel het bekendst zijn. Dit zijn subsidies van 1,5 tot 3 miljoen euro voor individuele, excellente onderzoekers. Andere onderdelen richten zich op het stimuleren van de carrièremogelijkheden van wetenschappers en op het beschikbaar maken van middelen voor onderzoek. “Samenwerking” is het onderdeel waar het meeste geld zit, zo’n tachtig procent van het totaal beschikbare bedrag. Hierbij gaat het om het doen van wetenschappelijk onderzoek door Europese consortia die bestaan uit onderzoekinstellingen, de industrie en relevante organisaties. Het belang van de Europese Unie bij dit alles is duidelijk: innovatie in wetenschap en industrie levert een bijdrage aan de concurrerende positie van Europa op de wereldmarkt en aan de oplossing van maatschappelijke vraagstukken zoals vergrijzing en veiligheid. ‘Maar voor de wetenschap zelf is de Europese samenwerking natuurlijk net zo belangrijk’, zegt Ton. ‘Daardoor ontstaan

>>


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.