23 minute read
DUO-INTERVIEW
DOOR:
SHARON EVERS
Op de vraag wie Natasja Eshuis (Travel Trend) eens zou willen interviewen, antwoordde ze zonder aarzelen: ‘Jeroen Martron van Airtrade’. Jeroen beantwoordde het verzoek met: ‘Als Natasja dat graag wil, doen we dat’. Hij had zelf ook wel wat vragen voor haar. En zo geschiedde.
Met een kantoor in Rotterdam was Natasja ruim voor de afgesproken tijd op de door haar perfect geregelde locatie. “Hotel Pincoffs is prachtig, het heeft een fantastisch uitzicht op de Erasmusbrug en de kamers zijn mooi ingericht en niet onbelangrijk, het heeft een goede raampartij met fijn daglicht.” Ik was meteen overtuigd en daarbij hoor ik niet vaak dat de geïnterviewde het initiatief neemt om de locatie op zich te nemen. Jeroen komt geheel in vakantiestijl en heeft voor zijn camper als vervoersmiddel gekozen. “Ik was te laat met het opladen van mijn elektrische auto, daarom ben ik met de camper gekomen.” Dat hij wel vaker voor de camper kiest dan voor zijn auto of überhaupt zijn kantoor, blijkt als Jeroen vertelt over die zomerse dag toen er een ANVR-vergadering op de planning stond en hij met camper en al naar een strandje was gereden. “Er werd gevraagd waar ik zat en toen ik liet ik mijn camper zien…”
Jeroen trapt het interview af.
Jeroen: “Wat beschouw je voor komend jaar de grootste uitdaging?”
Natasja: “Deze winter stelt voor verre bestemmingen niet veel voor. Normaal gesproken hebben we in deze periode vrij veel boekingen naar Australië, Nieuw-Zeeland en Zuid-Amerika. Van die omzet hebben we nu slechts een paar procent. We moeten in de zomer dus een goede sprint maken om enigszins op een normale omzet uit te komen voor een soort break even-scenario. Qua prognose zitten we daar nu op. Maar mijn grootste uitdaging als verre reisspecialist ligt in de winter van 2023, om ervoor te zorgen dat de cashflow dan gezond is. Dat doen we onder meer door in 2022 in te zetten op bestemmingen die succes verzekerd zijn, zoals Amerika en Canada. Met ons sterk gereduceerde personeelsbestand proberen we zoveel mogelijk rendement uit elke offerte-aanvraag te halen.”
Natasja: “Je hoort steeds meer over vliegschaamte, is dit een van de grotere uitdagingen voor jou dit en komend jaar?
Jeroen: “Vliegschaamte is vooral gekaapt door partijen die niets met vliegen hebben, zeker tijdens de coronapandemie. Het is jammer dat het alleen op vliegtuigen is gericht, een cruiseschip is namelijk veel vervuilender. Maar we gaan steeds meer richting het maken van bewuste keuzes, bewuster op reis gaan met de juiste vliegtuigmaatschappij. Een voorbeeld daarvan is KLM, dat is begonnen met het bijmengen van een half procent Sustainable Aviation Fuel (SAF) in de brandstoftanks van vliegtuigen voor alle vluchten die vertrekken vanaf Amsterdam. Dat doen ze heel goed. We kunnen touroperators, reisagenten
en consumenten helpen bij het maken van de juiste keuze. Er moet niet minder worden gereisd, maar wel bewuster. We gaan met elkaar naar het maken van bewuste keuzes, niet alleen als industrie, maar als wereld.” Natasja: “Ik las onlangs in de krant dat 2 à 3% van de mondiale CO2-uitstoot wordt veroorzaakt door vliegverkeer. Los van het feit dat we ons daar als sector verantwoordelijk voor moeten voelen, wordt het zo ontzettend groot gemaakt, alsof de reisbranche en de luchtvaart de wereld slopen. Jeroen, ik dacht dat voor jou als airline-man de publieke opinie en communicatie over duurzaam vliegen een grote uitdaging zouden zijn, alhoewel je hebt geen vliegtuigen?” Jeroen: “Nee daarom, maar we staan uiteraard wel achter het maken van bewuste keuzes voor een betere wereld. Als bedrijf zijn we bezig met hoe we hier invulling aan gaan geven. Er wordt wel eens geroepen dat vliegen verboden moet worden, maar dit is zo’n onzinnige opmerking. Je hebt namelijk ook te maken met lokale economieën. Reizen is niet alleen leuk, maar het verbindt ook.” Natasja: “Voor onze gezamenlijke business is dit eigenlijk goed nieuws; er komt meer leisure versus business en we lopen voorlopig nog niet aan tegen groeibeperking op Schiphol. We kunnen iedereen op vakantie sturen.” Jeroen: “Dat zeker. Ik denk overigens wel dat vakanties duurder gaan worden.” Natasja: “Prima. Dat is minder werk voor dezelfde omzet.”
Jeroen: “Waar staat Travel Trend over drie jaar?”
Natasja: “Ik maak altijd driejarenplannen, maar door ontwikkelingen in de branche of de wereld wijken we eigenlijk altijd van die plannen af. Ik denk dat we over drie jaar meer strategische partnerships zullen hebben, maar we doen dat goed, of niet. Halfbakken past niet bij ons, omdat het dan geen win-winsituatie is. We hebben tijdens de pandemie een samenwerking met Riksja Travel (Travel Trend Family) geïntroduceerd waarvan de eerste boekingen nu komen. We verdienen hieraan, maar Riksja en de reisagent ook. We staan dan ook zeker open voor meer van dit soort strategische partnerships. Maar ik hoop ook altijd nog op meer commitment van reisbureaus die stabiel bij ons blijven boeken. Het maken van maatwerkoffertes is ontzettend complex, als je dit niet vaak genoeg doet ben je altijd uit het ritme. Het kost zowel de reisagent als touroperator heel veel tijd om dit allemaal te coördineren, zodat je vlot een offertetraject ingaat en samen snel naar een goede conversie gaat. Reisagenten die heel nauw met ons samenwerken, zitten op een conversie van 75 - 80% op een offerte. Dat is prachtig. Als we meer van dit soort intensieve samenwerkingen kunnen realiseren, wordt Travel Trend ook succesvoller. We zijn namelijk te veel tijd kwijt aan offertes die nooit een boeking worden. Daarnaast heb je bij maatwerkreizen altijd uitdagingen op het gebied van efficiëntie, daar proberen we altijd stappen in te maken. Maar we gaan niet rigoureus iets anders doen. Binnen dat wat we nu doen, valt nog zoveel te verbeteren. Maar we zijn geen trendsetter, maar een trendvolger. We worden altijd gedicteerd door de bewegingen in de wereld, we blijven altijd binnen ons portfolio schuiven om ergens omzet te halen. Dat is meestal op een andere plek dan ik drie jaar daarvoor had bedacht, maar het lukt altijd. Het bedrijf is ook altijd gezond gebleven. Ik ben dus niet van de grootste plannen, maar wel van verbeteren wat er te verbeteren valt.”
Veel roepen over duurzaamheid, maar wel met een paar 100 klanten naar Abu Dhabi
Natasja: ‘De groei van Schiphol is eindig. Hoe zie jij dit?”
Jeroen: “Schiphol liep in 2019 vol en vast, maar voorlopig - en ik denk dat het wel jaren kan gaan duren - zullen we nog niet in die discussie belanden. Vooral zakenreizen worden hard getroffen door de coronapandemie, blijvend zelfs. Er zijn bedrijven die hebben gezien dat onlinemeetings goed werken. Om onder meer de footprint te verminderen, zullen deze bedrijven 25 tot 50% minder gaan reizen. We zien dat dit nu al vaak als corporate beleid wordt opgenomen. We zullen zeker een paar jaar verder zijn voordat Schiphol op de 500.000 vliegbewegingen per dag zit.” Natasja: “Wat moeten we met Lelystad Airport?” Jeroen: “Ik zie het eerlijk gezegd niet gebeuren dat het opent, dat neemt niet weg dat ik het ze van harte gun en het als een goed alternatief zie.”
Jeroen: “Heb je veel last gehad van het faillissement van de D-rt Groep?”
Natasja: “Het is achteraf bezien een zegen dat de grootste retailer er niet meer is, want de D-rt Groep had ongeveer de helft van de winkels in Nederland. Gemiddeld genomen zou je kunnen zeggen dat een touroperator die b2b doet ongeveer de helft van de omzet uit die groep
haalde. Dat is hartstikke gevaarlijk, en dat wisten we ook allemaal. Het faillissement heeft ons wel geld gekost, maar het retail-veld is nu veel gezonder zonder dominante spelers. Ons risico en dat van andere touroperators is veel kleiner. Ik vind het faillissement achteraf wel een opluchting, ook al heeft het in de branche veel schade veroorzaakt.”
Jeroen: “Marc van Deursen (CEO D-reizen) heeft wel aangekondigd voor het einde van het jaar weer de grootste retail-partij van het land te willen worden. Wat vind je daarvan?”
Natasja: “Bescheidenheid siert de mens. Maar het is nogal een uitdaging om in deze tijd winkels te laten renderen, ook al doe je het nog zo goed. Ik ben niet zo huiverig voor een nieuwe dominantie van een retailer.” Jeroen: “Ik ben het met je eens, de reismarkt an sich verdwijnt niet. De omzet verschuift. Als ik kijk naar de prestaties van de reisbureaus die met ons samenwerken, dat is exclusief D-reizen, zie ik dat zij heel erg profiteren van de omzet die bij D-reizen is weggevallen. Ik spreek ook ondernemers die personeel en winkels van D-reizen hebben overgenomen en daarom denk ik dat D-reizen het niveau dat het had nooit meer gaat halen. Dat heeft onder meer te maken met het krijgen van goed personeel, dat is een enorme uitdaging. Ga er maar aan staan, want daar begint het ook.” Natasja: “Toen OAD failliet ging, werd er gezegd dat het bedrijf € 30 miljoen intercontinentaal omzette. Dat werd uiteindelijk ook verspreid over de markt, voor iedereen een beetje extra.” te nemen in Airtrade. De software alleen was namelijk niet te koop. Het enige wat wij doen, is uitvoeren. Wij initiëren beperkt, de meeste ideeën komen uit de koker van klanten waaronder KLM. Wie betaalt bepaalt”.
Natasja: “Dat snap ik wel, maar je faciliteert een airline om een product rechtstreeks aan de klant te verkopen dat door touroperator-relaties er al is.”
Jeroen: “Dat klopt, maar van de totale markt zet de pakketreizenmarkt € 5 miljard om. De taart is enorm groot. KLM hanteert een level playing field, het is niet dat het met speciale tarieven komt. Het is ook niet revolutionair, het is een mix & match - zoals onder meer Expedia doet - van een vlucht en hotelbed. Ik snap de discussie wel, maar het is allemaal niet zo spannend. Voor Airtrade is het wel een goed stap. Het geeft continuïteit aan het bedrijf, de consolidatormarkt is namelijk een krimpende markt met hele dunne marges. We konden bijvoorbeeld ook een vliegwinkel starten, maar dat hebben we in het verleden gehad en we willen echt b2b blijven. De samenwerking met onder meer KLM is een mooie tussenoplossing.”
Jeroen: “Wat is er voor Travel Trend structureel gewijzigd als gevolg van deze pandemie of moet nog veranderen?”
Natasja: “Voor de pandemie zat ik vaak op een denderende trein waardoor er nauwelijks tijd was om aandacht te besteden aan bepaalde zaken. Maar ik ben er nu achter gekomen, alhoewel ik dat eigenlijk al wel wist, dat efficiënt werken binnen een maatwerkreisorganisatie ontzettend belangrijk is en ook om het eigen potentieel van het menselijk kapitaal zo goed mogelijk te benutten. Daar hebben we door de pandemie noodgedwongen allerlei stappen in gezet, die mij supergoed bevallen en die ik ook nooit meer zal loslaten. De afdelingen hebben niet altijd dezelfde piekbelasting, maar het is wel lastig om tegen iemand op de ene afdeling te zeggen dat hij moet gaan helpen op de andere afdeling. Dit is een soort helpen dat vaak ondergeschikt is, want als een medewerker zijn of haar eigen werk voorrang kan geven, gebeurt dat. Maar noodgedwongen hebben we daar hele mooie slagen in gemaakt; de ondersteuning op verschillende afdelingen loopt erg goed. Maar we hebben ook andere processen veranderd, zoals altijd eerst contact opnemen met de reisagent of klant - voordat we een offerte maken. Tijdens zo’n gesprekje filter je een kwart van de klanten weg, omdat die niet serieus zijn. Bij het zien van een volle mailbox, halen we nu eerst adem en nemen contact op met de klant. Dat scheelt veel verspilde arbeidsuren.”
Natasja: “Als we het toch over concurrentie hebben; KLM is aandeelhouder van Airtrade en gezamenlijk hebben jullie KLM Holidays ontwikkeld…”
Jeroen: “KLM is naast leverancier ook klant bij Airtrade, waarbij het gaat om een white label, waardoor we dus een klant-leveranciersrelatie kregen. Dit label leveren we overigens ook aan andere partijen, zoals TravelXL en Eindhoven Airport. Voor KLM was zeggenschap in de doorontwikkeling van het product belangrijk evenals de b2b-doorontwikkeling NDC, waardoor de maatschappij er bijna niet aan ontkwam om een belang
Natasja: “Binnen Europa is een hevige concurrentiestrijd gaande tussen lowcost carriers en full-service maatschappijen. Denk jij dat op verre bestemmingen dit ook steeds meer zal gaan spelen?”
Jeroen: “Nee, eigenlijk niet. Dat zie ik niet gebeuren.”
Natasja: “Ik vind als je ver vliegt, je ook moet gaan voor full service. Je wilt toch niet op een vlucht van tien uur vijf kilo aan krentenbollen meenemen?” Jeroen: “Ik denk wel dat het serviceniveau van de lijndienstmaatschappijen iets meer afglijdt naar lowcost. Maar in het geval van intercontinentaal moet je kijken naar lowfare, maar dit is niet te realiseren. Tenzij je volle vluchten kan charteren en die kan verkopen in allotments aan touroperators. Dat zou kunnen werken. Op lijndienstniveau is dit onhaalbaar.”
Natasja: “Tijdens de coronacrisis is goed duidelijk geworden welke luchtvaartmaatschappijen trouwe partners van touroperators zijn gebleken en welke niet. Heeft Airtrade de samenwerking met sommige airlines hierdoor stopgezet?”
Jeroen: “Dat niet echt. Airlines die op omvallen staan, verkopen we niet ter bescherming van alles en iedereen. Tot onze grote frustratie zijn we nog steeds niet beschermd tegen faillissementen van airlines. Dit gaat hopelijk wel een keer landen ergens binnen de overheid, er wordt ook wel over gelobbyd door onder meer de ANWB en de ANVR. Maar airlines die nu een te groot risico vormen, verkopen we niet. Partners met wie we een grote strijd hebben moeten leveren tijdens de pandemie, die bijvoorbeeld niet thuis gaven of refunds niet verwerkten, staan onder curatele en daarmee zijn we in gesprek. Maar in alle eerlijkheid, iedereen is natuurlijk wel overvallen door deze pandemie. Als Airtrade hebben we 109.000 refunds moeten uitbetalen en dan zijn we nog alleen maar Airtrade, kun je nagaan wat het doet met airlines. Er gaat zoveel meer geld uit, dan dat er binnenkwam.” Natasja: “Maar er is een verschil tussen uitleggen dat je het nu nog niet kunt betalen of gewoon weigeren.” Jeroen: “Ik vind zelf vooral heel erg dat er geen communicatie was. Telefoons werden niet opgenomen, mails werden niet beantwoord. Dit gaan we intensief aanpakken.”
Jeroen: “Bijenkorf wil vanaf 2025 alleen nog duurzame merken in haar assortiment opnemen. Zo zijn er veel andere voorbeelden ook binnen onze industrie. Duurzame keuzes worden steeds belangrijker. Hoe kijk jij hier tegenaan?”
Natasja: “Ik vind dat er wel veel green washing is. Iedereen heeft het nu over duurzaamheid. Want wat is er duurzaam aan al die luxeproducten bij de Bijenkorf? Dat is net als bij reizen, want er is niets duurzaam aan reizen. Als je echt duurzaam op reis wil, moet je thuisblijven.
Binnen de reisbranche zijn er ook partijen die veel over duurzaamheid roepen, maar die dan vervolgens wel met een paar honderd klanten bij de Formule 1 in Abu Dhabi zitten. Niets ten nadele van iemand, we moeten allemaal ons brood verdienen. Maar ik ben wel voorzichtig met uitingen over duurzaamheid op zich en dat neemt niet weg dat we onze bijdrage leveren.”
Jeroen: “Zijn jullie bezig met het compenseren van jullie eigen footprint?”
Natasja: “Nee. Ik ben best een brave burger en reis veel, maar tot nu toe heb ik zelf nog nooit mijn CO2uitstoot gecompenseerd, terwijl ik eigenlijk een soort voorbeeldfunctie heb. Daar schaam ik mij voor en bij de eerstvolgende vlucht die ik maak, ga ik de uitstoot wel compenseren. Als ik dan lees dat van de KLMpassagiers slechts 1 tot 2% de CO2-uistoot compenseert, dan zijn we nog wel even bezig. Ieder initiatief is een goed initiatief, maar ik vind zeker niet dat je er mooie sier mee moet maken als het slechts window dressing is.
Jeroen: “Even persoonlijk, Travel Trend is een grote passie van je. Daar sta je mee op en ga je mee naar bed. Heb je nog meer passies, iets dat we niet van je weten?”
Natasja: “Vroeger heb ik veel salsa gedanst, maar sinds kort ben ik overgestapt op tango. Los daarvan, blog en fotografeer ik graag. Ik heb een reisblog die nu nog vooral hobby is en ook is ontstaan omdat ik bij Travel Trend werk, maar wellicht ook door wie ik ben. Als ik op reis ben, maak ik allerlei leuke verhaaltjes met passende foto’s voor op mijn blog. Ooit in de toekomst - als ik het professioneel genoeg vind - zet ik de blog in voor Travel Trend, maar nu is het nog een speeltje.”
Natasja: “En jij, ga je naar wilde feesten?”
Jeroen: “Nou ik houd wel van festivals. Naast mijn werk vind ik veel dingen leuk, zoals hockey en dus ook feestjes. Maar sinds anderhalf jaar heb ik een camper. Dat vind ik echt heel leuk. Ik heb onlangs voor komende zomer zes weken een camping in Bloemendaal geboekt. ‘s Ochtends pak ik dan de fiets naar Airtrade en vervolgens fiets ik op tijd weer terug, zodat er nog genoeg tijd over is voor het strand en andere dingen. Met de camper ga ik ook naar vrienden toe die door heel Nederland en België wonen. De camper parkeer ik voor de deur en na wat wijntjes, trek ik zo de deur van de camper achter me dicht. Ideaal. Ik wil te zijner tijd met de camper naar de Lofoten in Noorwegen, dat is een reis van 6.000 kilometer. Maar daar moet ik wel de tijd voor hebben... Ik heb al lol als ik in het ding rijd.”
DE OUDE MAN MET HOND
De pandemie van de afgelopen twee jaar heeft duidelijk gemaakt wat de kracht en de zwaktes zijn van de reisindustrie. Dat heeft voor het overgrote deel te maken met het feit dat reizen te maken heeft met grenzen, of het nu binnen of buiten Europa is. En elk van de bestemmingen heeft te maken met andere regels en beperkingen. In de strikte zin des woords grensoverschrijdend.
Positief heb ik ervaren dat er in een groot aantal gevallen creatief met de bedreiging en de beperkingen is omgegaan. Duidelijk werd dat grote ondernemingen zich moeilijker aanpassen dan kleine ondernemingen. Ondernemingen waar de ondernemer nog in het bedrijf aanwezig was, hebben zich van de beste kant laten zien door met creatieve oplossingen te komen in productontwikkeling, klantbejegening, terugbetaling et cetera. Uiteraard ondersteund door financiële hulp van de overheid. Het beste voorbeeld is dichtbij huis de wijze waarop de vakbladen deze tijd overleven met nieuwe creatieve producten, het online gaan én bij de wederopstanding een voortreffelijk vakblad creëren. En ik beweer dit niet omdat ik aardig gevonden wil worden of dat ik deze column mag schrijven, maar ik vind dit ook echt. Ook het creëren van eigen biertjes vond ik grappig. Grote ondernemingen hebben het veel moeilijker gehad; die kunnen niet zo snel veranderen. Dat heeft veelal geleid tot louter en alleen kostenreductie. En dat heeft er onder meer toe geleid dat veel mensen uit de reisindustrie zijn weggegaan. Ze hebben door hun omvang wel veel meer profijt gehad van de overheidsondersteuning. Zoveel, dat onze nationale luchtvaartmaatschappij nog een extra reisconcurrent in de markt kon zetten. Over creativiteit gesproken. Louis Frankenhuis De Reisfabriek
Ik heb vooral bewondering voor de kleine reisondernemers die, ondanks alle tegenslagen met een bruisende energie, door deze moeilijke tijd heen aan het komen zijn. Het einde van die moeilijke tijd begint langzaam in het zicht te komen. Er zijn talloze voorbeelden hiervan. Als ik voorbeelden zou willen noemen dan zou ik daar tien columns mee kunnen vullen. Daardoor ben ik uiteindelijk trots op de weerbaarheid van onze reisindustrie. Wat ik gemist heb is een zichtbare solidariteit, met name in de communicatie. De grote uitzondering hierop is Frank Oostdam (ANVR) die de reisindustrie op een voortreffelijke wijze heeft vertegenwoordigd, binnen de mogelijkheden die hem gegeven waren. De rest vond ik erg reactief (en dat los je niet op met wat krokodillentranen bij Jinek), of niet aanwezig, of alleen maar bezig met het eigen belang. En nog steeds zie ik de negatieve reacties van de ondernemingen in de pers, waarbij de woordkeus niet altijd even fatsoenlijk en communicatief is. Uiteindelijk is communicatie het belangrijkste aspect bij het positioneren van de reisindustrie, zowel op korte als lange termijn. De lange termijn moet staan voor de waarde-creatie en de importantie van de toeristische bedrijfstakken. Dat staat onvoldoende op het netvlies van de politiek, het ambtelijk apparaat, de financiële wereld en de impact dat het toerisme heeft. Dus in al zijn facetten. Dat is de opdracht aan eenieder die professioneel bezig is en wil zijn in de reisbranche. Dit beperkt zich niet alleen tot reisbedrijven maar ook bijvoorbeeld tot de opleidingen in toerisme, financiële instellingen die betrokken zijn bij toeristische projecten en toeleveringsbedrijven. Ook daarvan vind ik dat ze niet tot nauwelijks zichtbaar waren gedurende de pandemie. De oude man met hond wenst u een goed seizoen toe.
Louis Frankenhuis
DOOR:
SHARON EVERS
Huis en haard verlaten om dromen waar te maken, dat deed Ellen van Adrichem (Natuurlijk op Reis). Samen met haar gezin verhuisde ze naar Noorwegen.
Speelde je al lang met de gedachte om te
emigreren?
“Mijn man Vincent is half Noors en hij komt al zijn hele leven in Noorwegen. Sinds 2006 ga ik ieder jaar met hem mee en steeds als we afscheid van zijn familie namen, zei hij: ‘We hoeven geen afscheid te nemen, we kunnen hier ook gaan wonen’. Steeds maakte ik daar een grapje van, want ik wilde echt niet in het buitenland wonen. Maar toen ik in 2015 moeder was geworden, heb ik een meerdaagse cursus via mijn werk gehad waarbij we op zoek gingen naar een soort innerlijk verlangen. Wie ben ik nu echt en waar wil ik naartoe in het leven? Klinkt heel zweverig en dat was het zeker ook wel, maar op dat moment visualiseerde ik mezelf in een vrijstaand huis, meer in de natuur. Meer rust om me heen. Dat idee heeft mij niet meer losgelaten. Het kreeg steeds meer vorm en mijn man en ik hebben ons eerst verdiept in een verhuizing naar Australië of Nieuw-Zeeland. Tijdens een vakantie hebben we ook echt concreet woonplaatsen bekeken, maar Australië en Nieuw-Zeeland zijn wel erg ver weg en toen kwam Noorwegen weer om de hoek kijken. We hebben nog getwijfeld om alleen uit de drukke Randstad weg te gaan, richting de Veluwe, maar het emigreren sprak ons toch meer aan. Corona en de ziekte van Sietske (Sietske Kroon - van der Meij, voormalig ZRA bij The Travel Club, red.) hebben ons het laatste zetje gegeven om onze droom waar te maken. We spraken de woorden uit: Stel, wij zouden ziek worden, waar zouden we dan spijt van hebben wat we niet hebben gedaan’?”
Is het een definitieve verhuizing?
“Ons doel is voor altijd te blijven, maar we kunnen niet in de toekomst kijken en leven met de dag. We hebben echter wel een huis gekocht en dat doe je niet als je van plan bent om maar een jaartje te blijven.”
Wat maakt jouw nieuwe woonplaats speciaal?
“Ik woon in Vegårshei, helemaal in het zuiden van het land, op ongeveer een uur rijden van Kristiansand. We hadden een aantal wensen en eisen. Voor mij speelde het klimaat een grote rol. Ik kan goed tegen kou, maar houd niet van te veel regen. Hier in het zuiden valt minder regen dan in Nederland. Je hebt daarentegen wel echte winters (we hebben al twee maanden sneeuw)
én echte zomers waarbij het rond de 30 graden kan zijn. Ook wilden we niet langer dan een uur van een internationale luchthaven wonen en dichtbij scholen en winkels voor dagelijkse boodschappen. Het landschap is misschien minder ruig dan het fjordengebied van Noorwegen, maar wij hebben elanden en reeën in onze tuin die je in het westen niet hebt.”
Hoe ziet je dagelijkse leven er nu uit?
“Gisteren hebben mijn man en ik al ons werk laten vallen en hebben we spontaan onze langlaufski’s gepakt. Vanuit ons huis lopen we het bos in waar de langlauftrack start. Ik merk dat ik veel meer wandel, omdat je midden in de natuur zit. Geen polonaise door een park, zoals in Nederland als het mooi weer is. Ik probeer wel mijn vaste werkdagen aan te houden, maar als ik in het weerbericht zie dat het op een bepaald moment heel mooi weer wordt, schuif ik alles aan de kant om lekker naar buiten te kunnen. Verder is er in het dagelijks leven geen heel groot verschil. De kinderen moeten gewoon naar school en het huishouden moet ook worden gedaan. Maar ik leef wel meer in het moment.”
Spreek je de taal? Of kan je met Engels een heel eind uit de voeten?
“Ja, ik spreek wel een woordje Noors. Nog niet vloeiend, maar ik begrijp veel en kan me goed redden. De Noren spreken ook wel Engels, maar vinden het erg fijn als je Noors praat.”
Je bent zelfstandig reisagent, hoe run je Natuurlijk op Reis vanuit Noorwegen?
“Mijn business is nog steeds volledig gericht op de Nederlandse klant. Ik heb mijn klanten vanaf onze eerste concrete emigratieplannen meegenomen in het proces via de blog op mijn website. Het kwam niet als een grote verrassing dat ik uit Nederland vertrok. Het scheelde al wel dat ik amper afspraken in het echt had met klanten en dat ik al gewend was vrijwel alles via telefoon en mail te doen. Ik heb wel bewust gekozen voor een franchisecontract waarbij ik mijn eigen naam en website kon bepalen. Ik wilde als ZRA in het buitenland niet meer gekoppeld zijn aan een bepaalde regio in Nederland. Ik communiceer duidelijk wat mijn werkdagen zijn en wanneer klanten de behoefte hebben, spreken we een moment af om bijvoorbeeld via Zoom een reis door te spreken. Dat werkt vooralsnog goed. Daarnaast heb ik me nog meer gespecialiseerd in reizen naar natuurbestemmingen. Momenteel boek ik ook gewoon zonvakanties, maar de insteek van mijn website is reizen naar landen als Noorwegen en Lapland. Ik ken de bestemmingen goed en omdat ik er woon kan ik ook regelmatig verschillende regio’s zelf verkennen. Dat wil ik ook gebruiken om mijn collega ZRA’s te helpen met het samenstellen van een reis. Noorwegen en Lapland zijn booming merk ik en met mijn kennis wil ik samenwerkingen met andere ZRA’s van de grond krijgen. Een win-winsituatie lijkt mij.”
Wat is het grootste verschil tussen Nederlanders en Noren?
“Geen grote verrassing denk ik, maar Nederlanders zijn ontzettend direct. Noren zijn wat milder en gereserveerder, wat juist weer heel goed bij mijn persoonlijkheid past. Ik vind Nederlanders regelmatig té uitgesproken en waardeer de rust die Noren uitstralen. Daarnaast is er op werkgebied ook een verschil: Noren maken kortere werkdagen en zetten thuis vrijwel altijd op de eerste plaats. Je moet op vrijdagmiddag absoluut geen werkafspraak met een Noor willen maken, want dan willen ze naar huis en na 12.00 uur is het weekend al begonnen.”
Reis je vaak naar Nederland? Bijvoorbeeld voor een leveranciersdag?
“Afgelopen november hebben we met United Travel/The Travel Club eindelijk weer een leveranciersdag gehad. Toevallig moest onze auto naar Nederland worden gereden en wilde ik familie en vrienden bezoeken. Dit kon ik perfect combineren en ik vond het heel fijn om ook bij de leveranciersdag te kunnen zijn. Dit wil ik proberen zo vaak mogelijk te doen.”