
5 minute read
De monsterklucht van de FOD
Tekst: Rosie* – Illustratie: evedesign.be
Enkele jaren geleden kreeg ik een verkeersongeval, wat leidde tot een blijvende
Advertisement
beperking aan mijn voet. Als je mijn voet bekijkt, zie je meteen dat die allesbehalve
oké is. Bovendien voelt de pijn soms bijna ondraaglijk. Ik onderging reeds meerdere
operaties, maar mijn voet is nooit volledig hersteld geraakt. Ik kreeg ondertussen de
boodschap dat ik met die beperking zal moeten leren leven.
Aangezien mijn mobiliteit hierdoor sterk beperkt is, raadde mijn huisarts me aan een parkeerkaart aan te vragen. Ze vulde alle nodige papieren grondig in en voegde ook de nodige verslagen toe. Maanden later werd ik uitgenodigd bij een controlearts van de FOD.
De toon was meteen gezet
Ik ben een dame met een hoge BMI. Mijn gewichtstoename is het gevolg van een jarenlange hormoonbehandeling omwille van een hormonale stoornis. Toen ik binnenliep in het kantoor van de controlearts en nog voor ik kon gaan zitten, kreeg ik te horen: “Waarom laat u geen gastric bypass uitvoeren?”. De toon was meteen gezet. De optie van een dergelijke ingreep had ik eerder al uitgebreid besproken met mijn eigen artsen. Zij schreven de mogelijkheid af als zinloos omwille van mijn hormonale stoornis.
In mijn dossier stond de diagnose ‘depressie met automutilatie en suïcidaliteit’ vermeld. De controlearts verschoof al zijn aandacht naar dit deel van mijn leven. Ik begrijp niet wat dit te maken heeft met het feit dat ik omwille van mijn voet geen grote afstanden aankan. Bovendien dateert deze diagnose van 2002.
Vervolgens deed hij behoorlijk krasse uitspraken. Hij vroeg hoe vaak ik naar een psychiater ging, maar niet hoe vaak ik naar een kinesist ging. Hij zei dat mijn psychiater ‘vreemd’ was en ‘belachelijk’. Hij vond het niet kunnen voor mijn mentaal welzijn dat ik weinig contact heb met mijn familie. Alsof het oké is dat ouders je mishandelen en je dat maar moet aanvaarden.
Aanvraag geweigerd
De toon waarmee die uitspraken werden gedaan en de minachting waarmee hij me bejegende, kan ik moeilijk omschrijven. Ik heb me zelden zo vernederd gevoeld. Het meest opvallende is dat zijn opmerkingen niets met mijn aanvraag te maken hadden. Er bestaat weinig verband tussen de fysieke beperking aan mijn voet en de psychische uitdagingen en moeilijkheden die ik in mijn leven al tegenkwam.
Een tijd later ontving ik de beslissing: mijn aanvraag voor een parkeerkaart werd geweigerd. Niet echt een verrassing, gezien de teneur van het gesprek dat ik had gehad.
Het was voor mij een heuse drempel geweest om een parkeerkaart aan te vragen. Het betekende dat ik toegaf een blijvende beperking te hebben en dat is niet evident op mijn jonge leeftijd. Tijdens het gesprek was mijn voet enorm gezwollen en deed hij bovendien heel veel pijn omdat ik enkele honderden meters had moeten stappen (met wandelstok) van de parkeerplaats tot aan het gebouw van de FOD. De rest van de dag kon ik daardoor nauwelijks nog stappen. Er is echt geen geneeskundig diploma nodig om te zien dat ik een zeer beperkte mobiliteit heb.
Een portie stigma
Eigenlijk kreeg ik een arts voor mij die een grote portie stigma op me los liet. En dat alleen omdat ik jammer genoeg in de verkeerde wieg ben geboren en hormonaal met niet al te beste genen. Ik ben ondertussen gegroeid in mijn herstel, daarom ging ik niet dissociëren en zette ik zijn stigmatiserende houding niet om in zelfstigma. Het spreekt echter vanzelf dat niet iedereen met een psychische kwetsbaarheid dit kan. In 2002, toen ik het psychisch zeer moeilijk had, zou ik na een dergelijk gesprek ongetwijfeld in crisis gegaan zijn. Nu was ik enkel boos. Ik heb me eigenlijk zelden zo boos en verontwaardigd gevoeld.
Mijn psychologe, psychiater en huisarts hebben me dan ook aangeraden om klacht in te dienen bij de FOD zelf en bij de federale ombudsdienst. Ze adviseerden me daarnaast om dit te melden bij de Orde der artsen. Ik stak ook mijn licht op bij Unia. Unia is een onafhankelijke openbare instelling die discriminatie bestrijdt en gelijke kansen bevordert. Bovendien vroeg ik een herziening aan. Daarin verklaarde mijn huisarts waarom ze ervan overtuigd was dat ik wel degelijk recht had op een parkeerkaart.
De arts liegt dat hij zwart ziet
Van de FOD ontving ik vervolgens een mail met het wederwoord van de arts. Ik vat deze mail als volgt samen: de arts liegt dat hij zwart ziet. Ik had uiteraard
niets anders verwacht, maar nu was hij tenminste op de hoogte dat ik zijn manier van handelen allesbehalve oké vond.
Van de federale ombudsdienst kreeg ik uiteindelijk een mail waarin stond: “Het blijft zeer moeilijk te bemiddelen in een klacht die een medisch oordeel betreft, en de standpunten van de behandelende arts(en) en de controlearts van de administratie blijken vaak niet te verzoenen.” Met andere woorden: eigenlijk kunnen wij niets doen.
Van de Orde der artsen moet ik geen reactie verwachten, maar ook hier beoog ik niet veel meer dan dat de controlearts weet dat zijn gedrag echt niet door de beugel kon.
De herziening werd geweigerd met als reden dat ik geen nieuwe medische elementen had aangebracht. Dat laatste betwist ik niet. Wat ik wél betwist is dat ik juist ben beoordeeld. Op de website van de FOD staat nochtans dat dat ook een geldige reden tot herziening is. Het was dezelfde arts die de herziening beoordeelde. Dit gaf me geen eerlijke kans. Ik stel me daar dus ook grote vragen bij. Unia kon niets doen omdat ik geen bewijzen had, maar de organisatie heeft me wel geholpen. Ze verwezen me naar de mutualiteit. Ook mijn psychiater zei dat ik daar advies kon inwinnen.
In beroep
Bij de mutualiteit hebben ze mijn dossier aandachtig bekeken. Ze vroegen mijn huisarts om de nodige documenten in te vullen en verslagen toe te voegen. Vervolgens stuurde die alles naar mijn mutualiteit, waarop ik de boodschap kreeg dat ik ook volgens hen niet correct ben beoordeeld. Over het psychiatrische stuk blijft het uiteraard zijn woord tegen het mijne, maar het is verder overduidelijk dat mijn mobiliteit minder goed is dan de arts heeft geoordeeld.
Ik kreeg via mijn mutualiteit een advocaat toegewezen en ben met de steun van mijn artsen en de mutualiteit in beroep gegaan. Vermoedelijk zal dit minstens een jaar duren, maar het voelt wel als het enige juiste om te doen. Het lijkt me belangrijk deze mistoestand aan te kaarten om zo te vermijden dat zoiets zich herhaalt bij anderen.
_______ * FOD: Federale Overheidsdienst * Rosie is een pseudoniem