OMGEKEERD BAGGEREN
BERM EN SLOOTONDERHOUD
VERVAET Q616 DOORGEREKEND
VAKBLAD VOOR SPECIALISTEN IN GROEN, GROND EN INFRA NUMMER 4 2021
Dé Liebherr onder de telescoopladers.
Niet alleen maar mooi. Traploze hydrostatische aandrijving met maximale trekkracht en sterke Liebherr werkhydrauliek Luxe en ruime comfortcabine met perfect zicht rondom Compatibel met snelwisselsystemen van andere fabrikanten Leverbaar met “Auto Power” en “Auto Hill Assist” voor optimale laadcycli en uniek bedieningsgemak
Wynmalen & Hausmann Import N.V. Ressenerbroek 7 6666 MP Heteren Tel.: +31 26 47 90 531 E-mail: info@wynmalenhausmann.nl www.facebook.com/LiebherrConstruction www.wynmalenhausmann.nl
INHOUD
In dit nummer
GRONDIG 4 2021
Dit nummer staat in het teken van de bermonderhoud. In het hoofdverhaal gaan we daarvoor in op natuurvriendelijk bermonderhoud. Hoe je daar met techniek invulling aan geeft, lees je onder vaktechniek. We sluiten af met bermafval: wat moet je ermee? En wat kun je ermee doen? Veel leesplezier.
ONDERNEMEN MET MENSEN
ONDERNEMEN MET VAKTECHNIEK
18 5 REDACTIONEEL 6 IN ACTIE: Stratenmakers- en grondverzetbedrijf M.P.M. van Daelen 9 COMMENTAAR 10 ECOLOGISCH BERMONDERHOUD 14 ONDERNEMERSLESSEN: Dirk Bernhard, Berdi BV, Nagele 18 STERK WERK: Oosthoek Groep
29 22 PROFILEREN: Knoop Natuur- en Waterbouw 26 TECHNISCH NIEUWS OP CUMELA.NL 29 Heldens Maaiwerken rust Mecalac uit met lichtgewicht giek 32 Ecomaaien: van maaibalk tot ‘klepelbak’ 36 NIEUWE REFORM METRAC H75 38 MowHawk herkent planten en afval 40 Timmermans Agri-Service werkt aan nog duurzamere gewasbescherming 42 De balans van de Vervaet Q616-bietenrooier opgemaakt 46 TRANSPORT MET DEUTZ-FAHR EN DEZEURE 50 Bobcat lanceert L85-wiellader 52 Verzekerbaar houden van de sector 57 ECONOMIE / IN KORT BESTEK
Grondig 5 ontvang je op vrijdag 11 juni!
ONDERNEMEN MET CUMELA
59 54 VROUWEN IN HET CUMELABEDRIJF: Renate Grefelman 58 CUMELARIA 59 CAO & ZO 60 HOOGTEPUNTEN VAN CUMELA.NL/NIEUWS 61 VOORZITTER 62 TOOLBOX: het functioneringsgesprek 64 Eerder stoppen met werken, kan dat? 66 Jouw bedrijf door de bril van een waterschap 68 Wanneer is bermmaaisel afval? 71 OMGEVINGSWET EN GEZONDHEID 72 Voertuigidentificatienummer struikelblok bij registratie 74 BEDRIJVIG
GRONDIG 4 2021
3
FERTI-SPACE PRO(S): STALMESTSTROOIER VOOR PROFESSIONELEN
• Doorkijkrooster vooraan • Grote zichtbaarheid • Dubbele vastgeboute bodemketting met scheepvaartkettingen graad 80 • Stevige gegalvaniseerde deur
• Disselvering met silent-bloks of met hydraulische vering en stikstofbol
• Aandrijving van de bodemketting door 2 hydraulische motoren
• Strooiwalsen met een grote diameter (1 080 mm - 423 omw/min), industriële lagers en 3 krachtige aandrijfkasten • Grote strooibreedte met fijne en homogene verkruimeling van de stalmest of compost
• Strooitafel met 2 horizontale strooiwalsen met een diameter van 600 mm (320 omw/min) en 2 strooischijven met 6 schoepen van Ø 1 040 mm (500 omw/min) • Aandrijving van de machine door aftakas
FERTI-SPACE PRO(S) STALMESTSTROOIER • Met : de zekerheid van een kwaliteitsstandaard • Zeer compleet geïndividualiseerd onderdelenboek dat gedownload kan worden • 3 jaar garantie ING LEVER ADVANTAGE: SERIEPRODUCTIE, SNELLE
joskin.com
Proliant
™
PL ANT GROW TH REGUL ATOR
Proliant® de startboost voor jonge maïs Gemakkelijk en veilig toe te voegen aan elke onkruidbestrijdingsmix nufarm.com/nl/proliantinmais
40B
REDACTIONEEL
COLOFON Grondig is de bron voor vakinformatie voor de cumelasector, specialisten in groen, grond en infrastructuur. Je kunt je aanmelden voor de gratis nieuwsbrief door een e-mail te sturen naar grondig@cumela.nl.
Adres Cumela Postbus 1156, 3860 BD Nijkerk tel. (033) 247 49 00, fax (033) 247 49 01 www.cumela.nl
Cumela-ondernemerslijn (033) 247 49 99 / ondernemerslijn@cumela.nl
Grondig / Cumela Communicatie tel. (033) 247 49 50 / www.grondig.com grondig@cumela.nl / @Grondig
Redactie Toon van der Stok (hoofdredacteur), Gert Vreemann, Marijke Dorresteijn, Herma van den Pol Ton Herbrink (eindredacteur)
Voorplaat Egbert Jonkheer
Advertentiewerving Lisette Kerkhof, grondig@cumela.nl
Art Direction, Grafische vormgeving en druk Elma Media B.V. www.elma.nl Keizelbos 1, 1721 PJ Broek op Langedijk
Abonnementen Een abonnement op Grondig kan op elk moment ingaan en loopt na de eerste periode van kalenderjaar tot kalenderjaar. Opzegging van het abonnement schriftelijk vóór 1 november.
Kosten abonnement Nederland € 99,- per jaar Buitenland € 154,- per jaar. Collectieve abonnementen: op aanvraag
Madeliefjes Als bewoners van het buitengebied en medewerkers van een organisatie die van trekkers houdt, maaien wij waar wij kunnen natuurlijk met een zitmaaier. Dan hebben we lekker snel weer een mooi glad gazon. Toch merkten we bij het overleg over dit stukje dat er wat verandert. Meerderen van ons bleken inmiddels om mooie stroken madeliefjes en paardenbloemen heen te maaien, gewoon omdat meer kleur tegenwoordig anders wordt gewaardeerd. Door ons, onze familie en de omgeving. Het tekent wel hoe de hele maatschappij verandert. We kijken anders naar de flora en fauna en hechten daar ook meer waarde aan. Dat merken onze leden op allerlei manieren: door andere eisen aan het berm- en slootonderhoud, maar ook door nieuw werk dat op hen afkomt. Lees het verhaal van Knoop in dit nummer maar eens. Dat bedrijf kreeg een prachtige klus voor omgekeerd baggeren om een beekbodem te verhogen, zodat een gebied kan vernatten. Het zijn nieuwe klussen die creativiteit vragen om in te spelen op nieuwe uitdagingen, namelijk het herstel van natuur of natuurgebieden. Daar is de komende jaren drie miljard euro voor beschikbaar, dus het is een enorme kans voor innovatieve cumelaondernemers die de taal van de opdrachtgever kennen. Vergelijkbaar is de uitdaging voor de ondernemers die nu het berm- en slootonderhoud doen. Zij zoeken naar nieuwe werkmethoden en nieuwe machines om in te spelen op het zogenaamde natuurinclusieve of ecologische bermbeheer. Het betekent vooral niet meer voor weinig geld zoveel mogelijk meters maken, maar met een geoefend oog de berm langs en kijken hoe daar de soortenrijkdom is te vergroten. Liefst met
machines die ook nog de insecten die in die berm leven zoveel mogelijk sparen. Het betekent maatwerk en veel overleggen, want zoals ook blijkt uit ons hoofdverhaal: wat ecologisch bermbeheer is, weet niemand exact. Het hangt vooral af van de ecoloog die de opdrachtgever adviseert. Het is dus goed om contact met hem te houden, net zoals je in overleg moet blijven over de machine die je kunt inzetten, waarbij je vooral zelf moet kunnen uitleggen waarom een machine wel of niet werkt. Hoopgevend is dat opdrachtgevers zich realiseren dat een ander beheer geld kost. Dat er meer wordt gevraagd en dat dit duurdere bestekken oplevert. Het betekent dat specialisten die dit beheersen hier zeker in de beginfase een passende beloning voor kunnen krijgen. Het laat zien dat voorop lopen ook wat oplevert en dat inspelen op maatschappelijke wensen wellicht lastig is, maar ook mooi werk oplevert. Met blije burgers die een gevarieerde berm zien, dankzij ondernemers die ook om dat ene plantje heen maaien. Gewoon omdat madeliefjes ook mooi zijn. Team Grondig Gert, Marijke, Toon, Herma en Lisette
© Stichting Cumela Communicatie, Nijkerk Het geheel of gedeeltelijk overnemen van artikelen uit Grondig is toegestaan na toestemming van de uitgever. Uitgever en auteurs kunnen geen aansprakelijkheid aanvaarden voor eventuele schade door onjuiste berichtgeving.
ISSN: 2210-3260 Lidmaatschap Cumela Lid worden? Vraag het gratis infopakket op via info@cumela.nl. Wil je het lidmaatschap van Cumela beëindigen, dan dien je voor 1 oktober een schriftelijke opzegging te sturen naar het secretariaat van Cumela in Nijkerk. Het lidmaatschap eindigt dan per 31 december van dat jaar. Bij opzegging na 1 oktober eindigt het lidmaatschap op 31 december van het volgende jaar.
GRONDIG 4 2021
5
ONDERNEMEN MET MENSEN - BEDRIJF IN ACTIE
Meewerken aan het openen van Nederland
Tekst en foto’s: Herma van den Pol
STRATENMAKERS- EN GRONDVERZETBEDRIJF M.P.M. VAN DAELEN, WAALWIJK
6
GRONDIG 4 2021
BEDRIJF IN ACTIE - ONDERNEMEN MET MENSEN
De verf op de muren was nog niet droog of Marco van Daelen kreeg vanuit de GGD en de gemeente Waalwijk de vraag of het mogelijk was om de loods te huren. “Nu is hij volop in gebruik voor het vaccineren. Een tweede loods mogen ze gratis gebruiken.”
“Uniek”, zo noemt Van Daelen het dat zijn stratenmarkers- en grondverzetbedrijf hieraan mee kan werken. “Voor de ene loods betalen ze huur, de andere heb ik ze gratis in bruikleen gegeven”, legt hij uit. Ongeveer drie maanden daarvoor was Van Daelen al betrokken bij de inrichting van een teststraat. “Die bevindt zich iets verderop op het industrieterrein. Daarvoor hebben we de parkeerplaats voor vrachtwagens opgeruimd en borden gemaakt. Ongeveer een maand geleden kwam de vraag van de GGD en de gemeente of ze onze hal mochten gebruiken.” Het is een neventak van het bedrijf van Van Daelen om grond te kopen, daar hallen neer te zetten en die te verhuren. “Normaal voor vijf jaar, maar nu voor een half jaar”, vertelt hij. Het onderhoud van het groen rondom de hal behoort sowieso tot de werkzaamheden van het bedrijf en daar komt nu het extra werk bij dat nodig was om de hal in gebruik te kunnen nemen als vaccinatielocatie. “We hebben rijplaten gelegd om zo extra parkeerplaatsen te creëren naast een promenade. Normaal is die verkeersvrij. Om te kunnen vaccineren, moest er echter een route worden aangelegd voor eenrichtingsverkeer. Dat kon alleen door het pad erbij te betrekken. Ook hebben we een voetpad aangelegd en borden geplaatst, zowel bij de locatie als langs de weg.”
Van Daelen noemt het mooi wanneer je als bedrijf hieraan kunt meewerken. “In totaal hebben we 200 parkeerplaatsen aangelegd. We hebben naast de loods die nu door de gemeente en de GGD wordt gehuurd nog een loods staan. Die is nu ingericht als parkeergelegenheid. Die hebben we gratis ter beschikking gesteld”, vertelt Van Daelen. Op die manier helpt het bedrijf de maatschappij, iets wat de ondernemer zelf niet meer dan normaal vindt. De inrichting in de hal, van stoelen, borden tot aan de zitplaatsen, is door de GGD zelf gedaan. “Wij hebben alleen gedaan wat we verplicht zijn om te doen. Zo kan het dat de verf net goed en wel droog is en de hal al volledig in gebruik is genomen. Een gelukkig toeval”, aldus Van Daelen. Het prikken ging op 13 april van start. “Nu worden er ongeveer 600 mensen per dag gevaccineerd, maar dat moet worden opgeschaald naar 1000 en uiteindelijk is het plan om op te schalen naar 2000.” Het bedrijf van Van Daelen heeft geluk gehad en slaagde er ondanks de coronacrisis is om werk te houden en wist steeds voldoende werk te vinden voor alle medewerkers. Hij ziet bij ondernemers in de horeca wel hoe het ook kan zijn. “Het is van groot belang dat Nederland weer opengaat.”
GRONDIG 4 2021
7
“Ziekte of arbeidsongeschiktheid? Verzeker je tegen de financiële risico’s.” Doriene Gosseling teamleider inkomensverzekeringen Verzekeringsspecialist in de cumelasector Als brancheorganisatie weten we bij Cumela als geen ander waar je als ondernemer mee te maken hebt, met welk materieel je werkt en welke risico’s hierbij komen kijken. Onze polisvoorwaarden zijn hierop afgestemd, wij denken met je mee en geven altijd een persoonlijk advies op maat. Onze voordelen • Persoonlijk contact met specialisten • Gemak en uitgebreide service • Kennis van de cumelasector • Uitstekende prijs-kwaliteitsverhouding • Soepele afwikkeling bij schade
Wij weten wat we verzekeren! www.cumela.nl (033) 247 49 60
COMMENTAAR DIRECTIE - ONDERNEMEN MET MENSEN
Van beeldvorming naar besluitvorming Al jaren verwonder ik mij erover hoe de politiek zich laat leiden door sentimenten en emoties in plaats van feiten. Er hoeft maar iets in de krant te staan of een uitzending te zijn van een zogenaamd onderzoeksjournalistiek programma en de Tweede Kamer schreeuwt moord en brand.
‘DE MEDIA CREËREN NIET ALLEEN HET BEELD VOOR DE BURGERS, MAAR OOK VOOR DE POLITIEK’
Het gevolg is dat berichten in de media steeds meer de politiek bepalen. Er moet meteen een spoeddebat komen en onder de zogenaamde ‘maatschappelijke druk’ wordt er dan toch maar weer een besluit genomen dat niet goed doordacht is en dus onherroepelijk tot problemen zal leiden. Is de journalistiek wel objectief, zoals ze hoort te zijn? Ik denk het niet. Sterker nog, een journalist van een gerenommeerde avondkrant bevestigde mij letterlijk dat lezers niet geïnteresseerd zijn in de nuance, maar in ‘aansprekende’ onderwerpen. Hij haalde het verschrikkelijke voorbeeld van het dode jongetje op het strand in Turkije aan, dat was verdronken na het zinken van een vluchtelingenboot. Een andere journalist vertelde mij dat de lezer zelf wel de artikelen kon nuanceren. En dat terwijl heel veel mensen de koppen snellen en deze als waarheid beschouwen. “Het staat toch in de krant?” De media passen in veel gevallen wel hoor en wederhoor toe en doen hun best om feiten boven tafel te krijgen, maar de teneur van een artikel of een uitzending bepalen ze zelf. Vaak door juist te kiezen voor een bepaald onderzoek of interpretatie van resultaten. Daarmee creëren zij het beeld niet alleen voor de burgers, maar ook voor de politiek. Het zou goed zijn als de politiek daar meer afstand van neemt en ook kijkt naar de wetenschappelijke onderbouwing en naar de achtergrond van de gepresenteerde cijfers. De effecten van dat onnadenkend reageren op cijfers merken we in ons werk. Denk maar aan PFAS en de regelgeving voor gewasbescherming, mest en vele andere dossiers. Vergelijkbaar is nu de discussie of de terrassen wel of niet open kunnen, of een vaccin al dan niet veilig is en wie wanneer en met welk vaccin kan worden gevaccineerd. Dan gaat het niet meer om feiten, maar om meningen of angst voor complicaties. Het is niet de manier waarop we bij Cumela willen werken. Wij communiceren met de juiste feiten en gebruiken deze om onze standpunten dringend en duidelijk bij de politiek voor het
voetlicht te brengen. Wij dragen graag bij aan een juiste beeldvorming en besluitvorming en willen dat de politiek weet dat ze daarop kan vertrouwen en daar beleid op maakt. Het commentaar in de vorige editie van Grondig was een eerste aanzet om feiten in het juiste perspectief te zien. De complimenten die ik ontving voor dit stuk, zijn voor mijn fantastische collega’s, die tijdens mijn afwezigheid in de afgelopen periode hebben gezorgd voor een commentaar dat laat zien waar de hele organisatie voor staat.
Directeur Cumela GRONDIG 4 2021
9
ONDERNEMEN MET MENSEN - BERMONDERHOUD
Steeds mooiere bermen
Tekst: Herma van den Pol Foto’s: Dick Klok Cultuurtechniek, Cumela Communicatie
KANS OM HET ONDERSCHEID TE MAKEN
Onder meer het nieuwe maaibeleid van veel gemeenten heeft eraan bijgedragen dat er in 2021 een recordaantal bijen werden geteld, aldus Naturalis. Dat maaiwerk wordt veelal uitgevoerd door cumelaondernemers, die steeds vaker zien welke kansen het maaibeleid geeft om zich te onderscheiden én om mee te praten. “In het begin klepelden we de bermen zes keer per jaar”, schetst Erik van Doorn van Van Doorn de situatie zoals die in het verleden was. “De berm was toen saai om te zien. Als ik nu in de gemiddelde berm kijk en zie hoeveel verschillende soorten bloemen en kruiden er staan, dan zie je dat het anders beheren en maaien effect heeft.”
‘IN HET BEGIN WAS ECOLOGISCH BERMBEHEER VOORAL IETS WAT VANUIT OPDRACHTGEVERS WERD GEVRAAGD’
10
GRONDIG 4 2021
VAN VERPLICHTING NAAR KANS
over biodiversiteit”, licht Willemsen toe. Vaak beschikken ondernemers en hun medewerkers door jaren praktijkervaring onbewust al over heel veel kennis van flora en fauna. Hun ervaring met de groenvoorziening en het aanleggen, onderhouden en herstellen van natuurgebieden is goud waard. Of een eigen medewerker vanuit die ervaring een beheersplan maakt of dat daarbij een ingehuurde ecoloog helpt, maakt niets uit.”
Ecologisch bermbeheer is een onderwerp waarover de meningen onder ondernemers in de cumelasector verdeeld zijn. In het begin was het vooral iets wat vanuit opdrachtgevers werd gevraagd en waaraan dan schoorvoetend gehoor werd gegeven. “Met name de laatste twee jaar is er een groeiende groep ondernemers die kansen zien in bermbeheer met aandacht voor flora en fauna”, zegt Nico Willemsen, beleidsmedewerker grondverzet en cultuurtechniek bij Cumela. “Dat ondernemers tijd nodig hebben om hieraan te wennen, is logisch. Wil je dit goed doen, dan vraagt het om een andere manier van bermonderhoud organiseren, iets wat begint bij kennis en het nadenken
Ontbreekt de kennis of is die nog onvoldoende aanwezig, dan is het mogelijk om dat via een training op orde te brengen. “Voor ons is de wettelijk verplichte cursus Wet natuurbescherming voldoende. We hebben alle niveaus in huis en vullen dat aan met lokale kennis van onze werkgebieden, zodat we die ook in paraat hebben”, zegt Arjo Klok van Dick Klok Cultuurtechniek. Voor het bedrijf van Klok volstaat dit om samen met de opdrachtgever en de ecoloog het beheer van de bermen ecologisch verantwoord te kunnen uitvoeren. Het bedrijf van Klok is niet het enige in de cumelasector dat er
BERMONDERHOUD - ONDERNEMEN MET MENSEN
zo in staat. Met name het in huis hebben van lokale kennis van de werkgebieden wordt gezien als erg waardevol, iets wat ook steeds meer wordt gezien en erkend door overheids- en semi-overheidsbedrijven. “Extra bedrijfscertificaten of cursussen hebben wij daarvoor niet nodig”, zegt Klok.
BEDRIJFSCERTIFICAAT KLEURKEUR Andere ondernemers kiezen, naar voorschrift van hun opdrachtgevers, voor het bedrijfscertificaat Kleurkeur. Dit bedrijfscertificaat kun je alleen halen wanneer je bedrijf ook Groenkeur-gecertificeerd is, een aantal medewerkers beschikken over het certificaat Kleurkeur basis en minimaal één leidinggevende een certificaat heeft voor gevorderden. Alleen de Vlinderstichting biedt de cursussen aan. “Enkele deelnemers die de cursus Kleurkeur volgden, waren aangenaam verrast over het extra geleerde ten opzichte van de verplichte cursus Wet natuurbescherming”, aldus Willemsen. “Van de toegevoegde waarde van een Kleurkeur-bedrijfscertificaat ben ik echter niet overtuigd”, zegt hij. Hij heeft hierover gesprekken gehad met de Vlinderstichting. “Ondanks mijn dringende advies heeft de Vlinderstichting toch besloten het bedrijfscertificaat als ‘add-on’ (toevoeging; red.) op het Groenkeur-certificaat in de markt te zetten. Honderden cumelabedrijven onderhouden bermen en groenstroken en hebben al een ISO 9001-certificaat. De eisen aan ecologisch bermbeheer laten zich prima omschrijven in een RAW-bestek, al dan niet in combinatie met een extra persoonscertificaat Kleurkeur. Waar opdrachtgevers voor kiezen, is aan hen. Wij, als Cumela, gaan hen met een voorbeeldbestek laten zien dat het ook zonder nóg een bedrijfscertificaat prima kan, om te voorkomen dat onze sector met extra onnodige kosten en eisen wordt geconfronteerd”, aldus Willemsen. Opdrachtgevers vragen nog maar zelden om een Kleurkeur-certificaat, merken de verschillende ondernemers op die we hebben gesproken.
GOEDE GESPREKSPARTNER Er is kennis nodig om het beheer op een natuurvriendelijke manier uit te voeren, maar ook om het gesprek te kunnen aangaan over wat natuurvriendelijk is. Meerdere keren blijkt uit gesprekken met ondernemers dat de ecoloog hierin vaak een belangrijke rol speelt. Dat kan erin resulteren dat wanneer er een nieuwe ecoloog komt er weer
ECOLOGISCH BERMBEHEER? Dat de gemiddelde berm er vandaag de dag zoveel interessanter uitziet, valt terug te voeren op het in eerste instantie aangepaste maaibeleid, dat later is uitgebreid tot ecologisch bermbeheer. Hierin valt een onderscheid te maken tussen flora, waar het in eerste aanleg mee begon, en fauna, dat er later aan werd toegevoegd en waarin het belang van insecten en vlinders vooropstaat. Dat laatste begon rond 2017 een steeds belangrijker rol te spelen. Activiteiten die onder deze vorm van beheer vallen, zijn het verschralen van bermen door het maaien en verwijderen van bermgras of het afgraven van bermen, het sinus- en mozaïekmaaien waarbij steeds verschillende stukken berm in verschillende vormen worden gemaaid, maar ook het zaaien van bloemen en een aangepast snoeibeleid. Wat waar wordt gedaan en waarom het wordt gedaan, komt te staan in een beheersplan, dat doorgaans in samenwerking met een ecoloog wordt opgesteld.
andere eisen aan de bermflora- en -fauna worden gesteld dan onder zijn voorganger en dat kan weer grote consequenties hebben voor de werkzaamheden aan die berm. Ecologisch bermbeheer is daardoor overal weer anders en wordt ook nog eens beïnvloed door de kennis van dat moment, wat bijvoorbeeld goed terug te zien is in het in ontwikkeling zijnde beleid voor invasieve exoten. Kennis hebben van de bermen en wat daarin leeft en daar ook over mee kunnen praten, is dus belangrijk om te voorkomen dat je met wisselend beleid te maken krijgt en om ervoor te zorgen dat je er zelf niet bij inschiet. “Uiteindelijk moet er een betaalbaar plan uitkomen, dat jou als ondernemer ook nog geld oplevert”, stellen de ondernemers die we hebben gesproken vast.
‘UITEINDELIJK MOET ER EEN BETAALBAAR PLAN UITKOMEN, DAT JOU ALS ONDERNEMER OOK NOG GELD OPLEVERT’
Het blijkt ook dat wanneer je mag meepraten over ecologisch bermbeheer het je als ondernemer meer kan opleveren dan alleen dit werk. Bij de Vermeulen Groep levert het ze onder andere deelname aan pilots op. “Wij mogen nu bijvoorbeeld de bodemkwaliteit in kaart gaan brengen”, zegt Sofia van Bakel van de Vermeulen Groep. “Een mooie opdracht, die ons ook weer kennis oplevert, die we weer ergens anders kunnen gaan gebruiken.” “Positief is het dat het niet meer voor de laagste prijs kan en hoeft”, stelt Klok. “Het werken is met het ecologisch bermbeheer echter absoluut niet gemakkelijker geworden. Het is niet meer simpel van A naar B maaien”, zegt Klok. “De uitdaging van het bermbeheer van dit moment is om dit zo GRONDIG 4 2021
11
ONDERNEMEN MET MENSEN - BERMONDERHOUD
economisch en natuurvriendelijk mogelijk in te richten”, vat Jan van Bodegom van Loon- en Aannemingsbedrijf J. van Bodegom & Zn. samen.
INVESTEREN MET RENDEMENT Het economisch gedeelte hangt onder meer samen met de extra ritten die nodig zijn voor ecologisch beheer. “Dat kost meer, maar ook vanuit CO2-oogpunt is dit helemaal niet goed, want je hebt meer werkgangen”, zegt Van Doorn. “Wij proberen door een mix te gebruiken van de methodes die je kunt toepassen om bermen te beheren, waaronder ook klepelen, per saldo het aantal rijbewegingen gelijk te houden dan wel zoveel mogelijk te beperken”, zegt Van Bodegom. Dat kost wel extra energie en dus geld. “Wij zien in het zo CO2-vriendelijk en groen werken echter een investering die in de toekomst rendement gaat opleveren.” Ook qua techniek liggen er uitdagingen die als ze zijn aangepakt gaan helpen. “Nu kiezen we ervoor om wanneer we niet over de techniek beschikken toch maar iets anders met de berm te doen dan we zouden willen, maar het zou mooi zijn als hier richting de toekomst oplossingen voor komen”, zegt Van Bodegom.
NAAR DATA-GEDREVEN WERKEN
‘HET WERKEN IS ER MET HET ECOLOGISCH BERMBEHEER ABSOLUUT NIET GEMAKKELIJKER OP GEWORDEN’
Van Bakel vult dit aan. Zo ziet zij goede kansen voor software en technieken waardoor zaken meetbaar worden. “We kunnen dan aantonen dat iets gaat gebeuren. Zo hebben we bijvoorbeeld het werk in de Nieuwe Driemanspolder gekregen, dat is gericht op ecologie. Wij laten daar categorieën op doelgroepen los om te kijken welke planten en rietsoorten er moeten staan voor welke dieren”, zegt Van Bakel. Die data kan ook op een andere manier ondernemers gaan helpen. “Als aannemer wil je jaarrond werk hebben,” zegt Klok, “maar wij merken dat nu vaak wordt vastgehouden aan een bepaalde periode voor alle werkzaamheden. Dat hoeft echter niet, want je kunt soms bijvoorbeeld niet maaien, maar wel een afrastering plaatsen. Dat verhaal krijgen we nu niet goed verteld”, aldus Klok. Veel ondernemers zien goede kansen om in de toekomst meer aan de hand van data te gaan werken.
VAN PRODUCTIE NAAR SPECIALISME Ecologisch bermbeheer verdwijnt niet meer, zegt iedereen vol overtuiging. Het zal juist meer worden richting de toekomst. De andere kant is dat juist die berm de ondernemers de kans geeft er iets heel eigens van te maken. “Het is heel leerzaam om naar je collega’s te kijken”, raadt Van Bodegom aan. “Realiseer je ook dat wij bestaan bij
12
GRONDIG 4 2021
de gratie van de buitenruimte. Stel jezelf daarom de vraag: wat vraagt de klant?”, zegt Van Doorn. Veel bermonderhoud is door deze ontwikkelingen langzaam een specialisme aan het worden, met zijn eigen protocollen en technieken. “Het zijn bij uitstek de cumelaondernemers die dit goed kunnen oppakken”, zegt Willemsen. “We hebben steeds vaker te maken met de puzzel om aan ieders wensen tegemoet te komen. Natuurvriendelijke bermbeheer sluit daar mooi op aan.”
‘BERMONDERHOUD IS LANGZAAM EEN SPECIALISME AAN HET WORDEN, MET ZIJN EIGEN PROTOCOLLEN EN TECHNIEKEN’
CURSUS KLEURKEUR EN BEDRIJFSCERTIFICAAT KLEURKEUR: WAT IS HET VERSCHIL? In september 2019 lanceerde de Vlinderstichting de cursus Kleurkeur basis. Dit in reactie op de vele vragen die ze kreeg over bermbeheer waarin rekening wordt gehouden met planten en dieren. In de cursus, die zich richt op opdrachtgevers, uitvoerenden van het beheer en hun leidinggevenden, wordt ingegaan op natuurvriendelijk bermbeheer. De cursus duurt een dag en wordt afgesloten met een examen. Bij een positief resultaat volgt een persoonscertificaat met een geldigheid van vijf jaar. Voor leidinggevenden, opdrachtgevers en ecologen is er ook nog een dagcursus gevorderden beschikbaar, waarin het beheer meer centraal staat. Het bedrijfscertificaat Kleurkeur ontstond daarna en is door de Vlinderstichting in samenwerking met Stichting Groenkeur ontwikkeld. Deze richtlijn is op 1 december 2020 definitief vastgesteld als add-on op de beoordelingsrichtlijn (BRL) Groenvoorziening van Stichting Groenkeur. Hiermee wordt de kwaliteit van alle bedrijfsprocessen behorend bij ecologisch bermbeheer geborgd. Onder de richtlijn worden onder meer de eisen gesteld dat alle medewerkers werken volgens of beschikken over Wet Natuurbescherming niveau 1, op een maailocatie minimaal een persoon een Kleurkeur-certificaat heeft en een groep van meer dan vijf personen wordt aangestuurd door iemand met Kleurkeur gevorderden. In totaal zijn er nu zestien bedrijven met het bedrijfscertificaat en werd de basiscursus vijfhonderd keer gevolgd. De bedrijven die bezig zijn met het bedrijfscertificaat geven aan dat het loont. Het gaat dan veelal om relatief grote ondernemers in de cumelasector. Die geven aan dat zij dit gemakkelijker kunnen doen, zowel financieel als qua capaciteit bij de medewerkers, dan een kleiner bedrijf.
De ORCA giekaanbouw met frame en pompunit is binnen 10 minuten aan- of af te koppelen. De driedelige giek is geschikt voor montage van diverse werktuigen. Tijdens transport blijft de giek binnen de maximale transport afmetingen.
ORCA (OVER RIJD CHASSIS AANBOUW)
www.hemos.nl Info@hemos.nl 06 46602500
ONDERNEMEN MET MENSEN - ONDERNEMERSLESSEN
‘Onze werknemers moeten specialisten worden’ Tekst en foto’s: Toon van der Stok
DIRK BERNHARD, BERDI BV NAGELE
Hoe moeilijk het is om werknemers volgens jouw normen te laten werken, leerde Dirk Bernhard tot twee keer toe bij de overname van een bedrijf. Terwijl dit voor hem wel essentieel is. “Werknemers bepalen je bedrijf. Daarom moeten het bij mij echte specialisten worden.” CULTUREN ZIJN HEEL MOEILIJK BIJ ELKAAR TE BRENGEN
‘HET MOET GEWOON GOED ZIJN, ZO MOETEN WERKNEMERS HET OOK VOELEN’
LES 1
“Ik weet nog goed hoe de werknemers van het bedrijf dat ik zou overnemen reageerden toen ik tijdens de rondleiding de deur opentrok waarachter de scheppen en ander handgereedschap stonden. Ze vielen bijna van hun stokje dat we er daar nog zoveel van hadden en waren duidelijk niet gewend om daar veel mee te werken. Terwijl het bij ons essentieel is. Niet voor het grote werk, maar wel even die hark over het veld om het laatste spoor weg te wissen of een restje blad op te ruimen. Het moet gewoon goed. Dat moet ook het gevoel bij de werknemers zijn. Een vergelijkbaar iets maakte ik mee toen er toevallig twee voormannen op hetzelfde project waren. Eentje werkte al jaren bij ons, de ander kwam van het bedrijf dat ik net had overgenomen. Na het werk reed daar een kraan vanuit een berm de weg op, met een spoor modder erachter. Mijn man vroeg direct aan zijn collega of hij het niet liet opruimen. Die reageerde heel nonchalant met ‘Dat is toch mijn werk niet’. Dan zie je hoe verschillend de culturen zijn.”
KIJK UIT VOOR GROEPSVORMING
LES 2
“De afgelopen jaren hebben we tot twee keer toe een bedrijf overgenomen, maar inmiddels werkt niemand van die mensen meer bij ons. Het is toch heel moeilijk om twee culturen bij elkaar te voegen. Zeker bij de tweede overname viel dat tegen. Toen was de groep die erbij kwam bijna net zo groot als mijn eigen groep. Ik dacht dat dat kon, omdat er ook veel werk mee kwam en we al veel mensen inhuurden, maar het bleek erg tegen te vallen. De mentaliteit was gewoon te verschillend. Terwijl het zo’n mooie combinatie was. Waar mijn
14
GRONDIG 4 2021
mensen gewend waren om niet op een uurtje te kijken, deden zij dat juist wel, maar waren zij weer ontzettend netjes op de machine. Als je de positieve kanten combineert een perfecte combinatie. Het werkte echter niet en er kwam juist een omgekeerde cultuur, dus iedereen dreigde op het uur te gaan werken en de zorg voor de machines werd steeds minder. Wat ik ook probeerde, ik kreeg het niet zoals ik het hebben wilde.”
EEN SLECHT JAAR KAN HELPEN
LES 3
“Uiteindelijk merk je dan dat mensen toch zelf een andere weg gaan kiezen, omdat ze zich niet thuis voelen. Een slecht jaar zoals wij een paar jaar geleden hadden, kan daar inderdaad ook bij helpen. Toen er een paar grote opdrachten wegvielen en er niets terug kwam, moesten we saneren en dat helpt dan wel. Op dat moment heb je wat mogelijkheden om in je personeelsbestand te selecteren. In die zin helpt een slecht jaar wel.”
WERKNEMERS MOETEN EEN ECHTE BERDI-MAN OF -VROUW WORDEN
LES 4
“Inmiddels hebben we een mooie club mensen die wel de goede mentaliteit te pakken hebben. Dat is best lastig, want we vragen veel van de mensen. Ik wil namelijk mensen die van variatie houden, die dus niet alleen maar op de trekker of de kraan willen zitten, maar het ook niet erg vinden om een dagje met de bosmaaier te werken. Daarnaast moeten ze oplossingsgericht zijn. Dus als iets tegen zit of wanneer ze denken dat het op een andere manier beter kan, dat ze dat dan ook doen. Dat past ook bij mijn motto: het gaat niet om hard
ONDERNEMEN MET MENSEN
WIE IS DIRK BERNHARD? Ruim dertig jaar geleden begon Dirk Bernhard met zijn eigen bedrijf als alternatief voor de rozenkwekerij van zijn vader waarmee het erg slecht ging. Hij startte met een bosmaaier en ander handgereedschap om werk voor de gemeente te doen. Inmiddels is zijn bedrijf gegroeid tot een onderneming met veertien vaste mensen en in het seizoen minstens hetzelfde aantal aan tijdelijke arbeidskrachten. Zijn specialisatie is het onderhoud van openbaar groen en onkruid op verhardingen. Daarmee heeft hij al een aantal duurzaamheidsprijzen gewonnen. Zijn broer heeft het zusterbedrijf Berdi Sport en Groen en daarmee wordt nauw samengewerkt.
werken, maar om veel doen. Als iets niet lukt of kan zoals we hadden gedacht, heb ik liever dat ze bellen dan dat ze alleen maar doortrekken. Wie nadenkt over zijn werk kan vaak veel meer doen. Een andere eis die ik stel, is dat mensen niet alleen klantgericht zijn, maar ook imagobewust. Dat is het even bijharken als je van een sportveld gaat of de moddersporen wegscheppen.”
LES 5
LAAT MENSEN NADENKEN OVER HUN AMBITIE
“Om mensen te testen, vraag ik ze tegenwoordig ook naar hun ambitie of dromen. Daar schrikken ze soms wel van, omdat ze er nooit over hebben nagedacht. Ik vind het echter belangrijk dat ze dat zelf beseffen. Dat ze als ze ’s morgens uit bed stappen dat niet alleen doen omdat ze moeten werken, maar ook omdat ze iets willen bereiken. Dat moet de reden zijn dat ze uit bed stappen en hier naar het werk komen. Het is ook niet iets waar ze gelijk een antwoord op hoeven te geven. Dat helder krijgen is een kunst en dat is ook voor mij een leerproces. Ik ben 25 jaar geleden ook met een bosmaaier begonnen om wat te verdienen. Dat is langzaam gegroeid en dan word je ook ondernemer. Daar heeft Cumela zeker een aandeel in gehad. Door het contact met bedrijvenadvi-
seurs en beleidsmedewerkers, maar ook door bijeenkomsten waar kennis wordt gedeeld en waar je collega’s ontmoet. Overal kun je leren en dat brengt je verder.”
LES 6
KIJK OOK EENS HOE DE ANDER NAAR JOU KIJKT
“Als ondernemer kun je ook groeien, maar helpt het ook als je zelf een cursus doet. Daarom doe ik nu de Business-navigator, een intensieve training waar je in zes blokken van twee dagen met andere ondernemers en topmensen van grote bedrijven bezig bent. Een belangrijk ding dat ik daar heb geleerd, is nadenken over hoe je naar een ander kijkt, maar ook hoe de ander naar jou kijkt. Daar leer je veel van. Dat leert je ook hoe je met mensen moet omgaan en dat is zeker voor ons nu heel belangrijk. In ons bedrijf zijn we daar ook dingen van gaan toepassen. Ik ben bijvoorbeeld regelmatig gaan zitten met de mensen die intern een voortrekkersrol hebben. Met hen bespreek ik nu wat er goed gaat, hoe het werk verloopt en natuurlijk ook waar ik denk dat het anders en beter moet. Het is echter meer dan dat, want we vragen ook regelmatig twee mensen om elkaar te beoordelen. Dat is ook een manier om elkaar aan te spreken op afspraken die er zijn gemaakt.”
‘HET GAAT NIET OM HARD WERKEN, MAAR OM VEEL DOEN’
GRONDIG 4 2021
15
ONDERNEMEN MET MENSEN - ONDERNEMERSLESSEN
Berdi heeft een vrachtwagen omgebouwd voor het onkruid bestrijden met heet water. Daarmee is een grote dagcapaciteit mogelijk.
WE MOETEN NIET ALLES VOORKAUWEN
‘AMSTERDAM GOOIT HET ALLEMAAL OP HET BORDJE VAN DE ONDERNEMER, DIE HET MAAR MOET OPLOSSEN’
LES 7
“Een gevaar van deze tijd is dat we steeds meer werk gaan voorbereiden vanaf kantoor, maar hoe meer we alles vooraf vastleggen, hoe minder we mensen laten nadenken. Terwijl onze kracht juist is dat we bedrijven hebben die meedenken en zaken net even anders aanpakken, want hoe meer je vastlegt, hoe meer ze op de automatische piloot gaan. Je merkt ook dat beperkingen dan juist betere ideeën op kunnen leveren. In AmsterdamNoord, waar we de onkruidbestrijding op verhardingen doen, stond onze warmwatertank bijvoorbeeld te ver weg om een hele dag met de elektrische voertuigen te kunnen blijven rijden. De drie of vier kilometer heen en weer was net te veel. Vroeger, toen we nog op diesel reden, hadden we daar niet over nagedacht. Dan kostte het maar een paar liter meer. Nu kun je denken dat je accu’s te klein zijn, maar je kunt ook een andere plek voor die warmwatertrailer zoeken. De plek die je eerst als de best mogelijke oplossing had bepaald, blijkt dan toch minder ideaal en dan ga je verder kijken. Dat helpt ook om nog milieuvriendelijker te zijn.”
GEMEENTEN SCHUIVEN ALLES AF OP DE ONDERNEMER
LES 8
“Het vreemde is wel dat wij nu het werk hebben gekregen omdat we het beste scoorden op milieu-
16
GRONDIG 4 2021
vriendelijkheid, maar dat er nu toch weer allerlei eisen boven ons hoofd hangen. Wij hebben bijvoorbeeld een vrachtwagen speciaal laten ombouwen om met de heetwatertechniek zo goed en arbovriendelijk mogelijk te kunnen werken. Dat is een investering die je mede op zo’n werk doet en waarvan je verwacht dat je die in de maximaal zes jaar dat het project loopt kunt terugverdienen. We hebben dat werk twee jaar geleden aangenomen en nu komt opeens de eis dat vrachtwagens in de stad volgend jaar aan Euro 6 moeten voldoen. Dat kan ik in dat project echter niet rendabel maken, zeker niet als je dan drie jaar later verplicht elektrisch moet zijn. De stad gooit dat allemaal maar op het bordje van de ondernemer en die moet het maar oplossen. Aan de andere kant moeten wij ook nog het probleem van diezelfde stad oplossen. Wij hebben het onderhoudswerk twee jaar geleden aangenomen op basis van de uitvraag van de gemeente. Op basis van je plan van aanpak krijg je het werk en als je dan bezig bent, komt ze opeens met de vraag dat het goedkoper moet, want er is geen budget. Dat kan toch niet. Dan geef je nog wat toe, om de gemeente te helpen, maar als je dan naar een langjarige oplossing vraagt, krijg je geen antwoord. Dus wij moeten aan alle eisen voldoen en afspraken nakomen en achteraf komt de gemeente dat ze minder wil betalen. Daar wordt je vertrouwen in de overheid niet groter van.”
DLG BANDENSLIJTAGE TEST RESULTATEN
• 50% LANGERE LEVENSDUUR • BESPAAR € 1 PER DRAAIUUR 8000
OP VREDESTEIN.NL/MEERUREN
7000 6934
6000
6464
5000 4000 3000
Achteras
Vooras
1000
3463 Achteras
2000
4589
Vooras
MEER UREN ALTIJD
Levensduur in draaiuren (h)
LEES ALLES OVER DE TESTRESULTATEN
0 Referentie
Vredestein Traxion XXL
ONDERNEMEN MET MENSEN - STERK WERK
OOSTHOEK GROEP, SCHIPLUIDEN De Oosthoek Groep in Schipluiden heeft zich gespecialiseerd in het onderhoud, de aanleg en de renovatie van golfbanen en sportvelden. Daarnaast zijn cultuurtechnische werkzaamheden een belangrijke pijler onder het bedrijf. Piet (68) en Johan Oosthoek (39) en schoondochter Jamie Bijl (36) werken met dertig man personeel en Johan (links) en Piet Oosthoek uit Schipluiden
18
GRONDIG 4 2021
hebben onder andere vier golfbanen in onderhoud in Midden-Nederland. Zij werken met all-in-contracten, waarbij het meerwerk van voorgaande jaren in de aanneemsom wordt verwerkt. Een ander speerpunt is de chemievrije werkwijze in het onderhoud door gericht te bemesten.
STERK WERK - ONDERNEMEN MET MENSEN
Kennis en communicatie troef op golfbaan
Tekst: Frits Huiden Foto’s Frits Huiden, Oosthoek Groep
OOSTHOEK GROEP, SCHIPLUIDEN
Piet Oosthoek in Schipluiden begon in 1980 met loonwerk. Inmiddels is hij samen met zoon Johan, schoondochter Jamie en dertig medewerkers gespecialiseerd in het onderhoud, de aanleg en de renovatie van golfbanen en sportvelden. Dat gebeurt het liefst chemievrij en met all-in-contracten. “Kwaliteit moet vooropstaan.”
‘JE MOET NIET ZEGGEN WAT JE GAAT DOEN, MAAR WEL DOEN WAT JE ZEGT’
“Mijn vader was boer met 32 koeien op elf hectare grond en ging later de veehandel in”, vertelt Piet Oosthoek (68) over zijn jonge jaren. “Hij reed vrij langzaam rond op zijn motor en dus vroegen de mensen waarom. Zijn antwoord was altijd: ‘Je moet niet te snel gaan, anders zie je de handel niet.’ En zo is het. Er is altijd handel, maar je moet het zien.” Oosthoek zelf werkte achtereenvolgens bij een spruitkoolteler en als vrachtwagenchauffeur. Klaar met het zware tilwerk van zakgoed in de jaren zeventig begon hij in 1980 voor zichzelf met een trekker en een kipper. Aanstekelijk en met rake oneliners vertelt Piet hoe zijn bedrijf van opdracht naar opdracht groeide en steeds meer richting cultuurtechnisch werk voor gemeenten en sportverenigingen ging. Dat genereerde weer neveninkomsten. Zo leverde het onderhoud van een recreatiegebied een handel in hooi op en kapbestekken de handel in hout.
GEEN NETWERKER Telkens kwam er een contactpersoon, ambtenaar of bestuurder op zijn pad op zoek naar praktische arbeid, kennis en kunde voor zijn terreinen. Mede door een gezonde gunfactor bracht dat mooie, langdurige klussen, waarop hij weer kon investeren. Dit gaf de richting aan het bedrijf. Oosthoek ziet zichzelf niet als een netwerker, maar juist als iemand die van dik hout planken zaagt. “Je moet niet zeggen wat je gaat doen, maar wel doen wat je zegt. Ik had altijd mijn vaste adressen, waar ik één keer per maand het gemeentehuis in liep om te vragen of er nog wat ‘te rommelen’ was. Ik begon onder en stopte pas bij de afdeling op de bovenste verdieping. Elke verdieping had wel een klusje en via mij hoorden ze ook nog eens van elkaar wat ze uitspookten”, lacht Oosthoek. “Mooie tijd was dat, maar na de bouwfraude kon dat zo niet meer. Alles ging via openbare aanbestedingen. Soms ben je dan aan de voorkant te duur, maar het gaat natuurlijk om de kwaliteit van het werk. De zekerheid dat al het werk wordt gedaan
Op de golfbanen heeft Oosthoek een eigen ruimte voor stalling van zijn machines.
zonder te beknibbelen omdat iets niet volledig in het bestek staat beschreven.”
VIER GOLFBANEN IN ONDERHOUD Toen Oosthoek het onderhoud van zijn eerste golfbaan rond 2000 kreeg aangeboden, was hij sceptisch. “Ik dacht echt dat het niets voor mij was: veel te precies en te veel gedoe. Ik heb toen een offerte neergelegd waarvan ik dacht: zo, daar ben ik mooi van af. Maar ik kreeg het werk nog ook.” Oosthoek ging aan de slag, kocht machines, kreeg er plezier in en is zich er in gaan specialiseren. Inmiddels doet Oosthoek het onderhoud van vier golfbanen in Midden-Nederland en heeft hij dertig man eigen personeel. Vijf jaar geleden is er een pand gebouwd met werkplaats en kantoor. Zoon Johan (39) is inmiddels directeur en schoondochter Jamie Bijl (36) doet de calculatie en de offertes.
‘JE MOET OOG HEBBEN VOOR ELKAARS BELANGEN EN DE KWALITEIT VAN DE BAAN MOET HET EINDDOEL ZIJN’
GRONDIG 4 2021
19
ONDERNEMEN MET MENSEN - STERK WERK
Johan en Jamie zullen binnenkort het bedrijf overnemen. “Ooit ga ook ik ‘kleiner wonen’ en dan moeten zij wel door kunnen.”
ALL-IN-CONTRACTEN
‘HET IS MOOI WERK, WANT JUIST BIJ DE GOLFBANEN KUNNEN WE ONZE KENNIS KWIJT’
De ambitie van schoondochter Jamie is om het bedrijf uit te breiden. “Ik calculeer nu offertes tot soms vijf ton. Dat is best spannend en met z’n drieën nemen we dit grondig door. Maar ik wil er nog wel een golfbaan bij doen, opdrachten van een miljoen en veel meer met social media. Dat lijkt me wel mooi”, vertelt Jamie enthousiast. Zij werkt overigens al vanaf haar vijftiende bij Oosthoek. Piet, die in zijn tijd wel eens werk aannam vanaf een bierviltje, somt op: “Afgelopen jaar hadden we zo’n drie tot vier ton omzet in de aanleg van golfbanen, een miljoen in golfbanenonderhoud, een ton in sportveldenonderhoud en nog een ton of twee in het bermenmaaien en sloten.” Het coronajaar 2020 bracht daarbij wel een min in de cijfers. “Alle mensen op de kantoren werken vanuit huis en je ziet dat beslissingen voor onderhoud en groenwerk daardoor veel trager worden genomen of zelfs helemaal niet. We hebben deze maanden bewust vast werk naar voren gehaald om de piek dadelijk beter te kunnen opvangen”, aldus Piet. Het onderhoud op enkele golfbanen gaat via een all-in-contract, waarbij de gemiddelde prijs van het meerwerk over de afgelopen vijf jaar in de aanneemsom is meeberekend. Oosthoek kan zo zelf werk uitvoeren zonder telkens toestemming te moeten vragen aan de baancommissie van dienst. De werkwijze voorkomt discussie wie wat gaat betalen. “Je moet oog hebben voor elkaars belang en de kwaliteit van de baan moet het einddoel zijn”, zegt Piet. Contracten lopen gemiddeld zo’n vijf jaar, waarbij Oosthoek bij één golfbaan al twintig jaar het werk mag verzorgen.
Oosthoek was de eerste loonwerker die de elektrische greenmaaier in gebruik nam.
COMMUNICATIE IS BELANGRIJK Onder het personeel zijn twee hoofdgreenkeepers die daarvoor een uitgebreide opleiding volgden, van wie Jamie Bijl er één is. Kennis die niet in huis is, wordt ingehuurd bij adviesbureaus of architecten. Ook het machinepark is helemaal op het werk toegespitst. Zelfs de eerste elektrische Torro-greenmaaier van Europa draaide bij Oosthoek. “Het is mooi werk, want juist bij de golfbanen kunnen we onze kennis kwijt. Dat begint al bij de aanleg of renovatie van een baan of green. Wat is de beste opbouw van bodemlagen en toplaag van een hole, welke materialen kun je gebruiken op de verschillende baanonderdelen, zoals de paden, tees, bunkers en greens? Ook bij het onderhoud is veel kennis nodig over de verschillende maaihoogtes en de meststoffen. Belangrijk daarbij is een goede communicatie met de verschillende beheerders en verantwoordelijken. Ze moeten van je op aan kunnen. Wij zijn daarnaast ook flexibel. Een ploeg mensen zetten we zonder probleem van het ene op het andere werk om een golfbaan tijdig klaar te krijgen. Bovendien moet het werk worden uitgevoerd zonder dat de spelers er last van hebben. De baan moet dan constant bespeelbaar blijven.”
CHEMIEVRIJ WERKEN Veel specialisme zit in de bemesting. Piet Oosthoek: “Wij werden ooit geadviseerd om een bepaalde meststof te gebruiken. Nou, je moest bijna apotheker zijn om het op de juiste wijze toe te dienen, zoveel elementen zaten erin. Veertien jaar geleden zijn we begonnen met onze eigen bladspuitmeststof met bio-simulanten en sporenelementen. Deze maken plantjes sterker, zodat spuiten niet meer nodig is. Elke maand nemen we daarvoor grasmonsters en analyseren aan welke elementen er behoefte is. In de groensector is spuiten eigenlijk nooit nodig en de gezondheidsrisico’s niet waard. Door deze kennis kunnen wij een golfbaan zelfs helemaal chemievrij onderhouden. Ook op het juiste moment maaien, wieden van onkruid en veel doorzaaien is belangrijk. Je moet niet te veel ingrijpen, dat doet moeder natuur zelf wel.”
20
GRONDIG 4 2021
Met speciale meststoffen en op het juiste moment maaien en doorzaaien weet Oosthoek banen chemievrij te onderhouden.
kemp_12108_Adv_Grondig_Kobelco_Configurator_half_liggend_200x134_LC.indd 1
23-4-2021 14:47:46
Voorjaarsactie Kersten veegmachines voor trekkers! 3-punt montage voor en achter, hydraulisch aangedreven, opvangbak, 52 cm diameter rolbezem, hoogte verst. loopwielen, 2x 25 graden zwenkbaar
Actieprijzen incl. levering in NL 150 cm werkbreedte: €2.160 190 cm werkbreedte: €2.390 225 cm werkbreedte: €2.560 Prijzen zijn excl. BTW
+31 (0)345 585050 www.wimvanbreda.nl
mechanisatie in weg-, berm- en slootonderhoud
Oudenhof 14 4191NW Geldermalsen
ONDERNEMEN MET VAKTECHNIEK - PROFILEREN
Omgekeerd baggeren werkt goed
Tekst: Gert Vreemann Foto’s: Knoop Natuur en Waterbouw, waterschap Hunze en Aa’s
KNOOP NATUUR- EN WATERBOUW ONTWIKKELT METHODE VOOR BEEKBODEMVERHOGING
Om verdroging in de beekdalen van de Drentsche Aa tegen te gaan, heeft het waterschap Hunze en Aa’s een pilot uitgezet voor beekbodemverhoging, met daarbij de eis om de natuur niet te verstoren of te beschadigen. Knoop bedacht als oplossing het omgekeerd baggeren met een haspel. Het project is prestigieus, omdat ook elders behoefte bestaat aan dergelijke oplossingen.
PROJECT: BEEKBODEMVERHOGING DELEN DRENTSCHE AA 22
GRONDIG 4 2021
OPDRACHTGEVER:
AANNEEMSOM:
Waterschap Hunze en Aa’s
Pilotproject met projectplafond van 1,3 miljoen euro. Het project is deels gefinancierd vanuit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling en de provincie Drenthe en deels door het waterschap.
IN SAMENWERKING MET: Staatsbosbeheer
PROFILEREN - ONDERNEMEN MET VAKTECHNIEK
WERKZAAMHEDEN: Ophogen beekbodem 0-50 centimeter van drie delen Drentsche Aa: 1 km Zeegserloopje, 2 km Anloërdiep en 3,7 km (Loonerdiep) Taarlosche Diep.
JAKOB KNOOP VAN KNOOP NATUUR EN WATERBOUW: “We hebben veel tijd geïnvesteerd in de ontwikkeling en bouw van deze installatie. Als de uitvoering dan zeer succesvol blijkt, is dat een beloning en een goede stimulans om door te gaan.”
GRONDIG 4 2021
23
ONDERNEMEN MET VAKTECHNIEK - PROFILEREN
Het verhogen van het waterpeil om verdroging van kwetsbare natte natuur tegen te gaan, is wat het waterschap bij de Drentsche Aa wil bereiken. Het plaatsen van dammen is om diverse ecologische redenen geen oplossing, dus werd er in de tender gevraagd om een oplossing voor het verhogen van de beekbodem. Op zich lijkt dit niet zo moeilijk: zand toevoeren en dit netjes op 3D-GPS uitvlakken. Het verhaal ligt hier echter nogal wat genuanceerder, omdat we hier te maken hebben met kleine meanderende beken met breedtes die in het grootste deel variëren van één tot vijf meter. Die beken zijn vrijwel overal ingebed in kwetsbare natuurgebieden met een hoge natuurwaarde, waarvan grote delen niet of nauwelijks toegankelijk zijn voor zware voertuigen. Bij de uitvoering moest niet alleen rekening worden gehouden met de ecologische en hydrologische aspecten, maar ook met archeologie (beschermen van aalstallen en grindbankjes), aardkundige waarden en cultuurhistorie (beekdalsysteem intact houden).
‘KNOOP NATUUR- EN WATERBOUW KREEG HET VERTROUWEN, ZONDER DAT HET DE METHODE AL KLAAR HAD’
egaal gedoseerd wordt aangebracht, uiteraard in combinatie met een zelf te bouwen mengunit. Dit idee is eerst op schaal gebouwd en getest. Toen dat goed bleek te werken, is de definitieve uitvoering gebouwd. De haspel bevat 500 meter vijfduims slang om zo tweezijdig grote afstanden te overbruggen. Voor het verplaatsen en begeleiden van het spuiten is een 2,5-tons minigraafmachine met een in hoogte verstelbare en kantelbare onderwagen ontwikkeld. De opgebrachte grond moet een lager PFAS-gehalte hebben dan de grond van de beekbodem en dezelfde fijnheid en structuur hebben. In maart heeft Knoop het het traject Anloërdiep afgerond. Opstellocaties zijn aangebracht langs bestaande beheerpaden. Op deze locaties zijn draglineschotten over de beek gelegd, waarop de haspel is geplaatst. Er is stroomafwaarts gewerkt om zo de waterpeilhoogtes zo constant mogelijk te houden en latere uitspoeling van opgehoogde delen te voorkomen. Dit was ook noodzakelijk om de aanwezige fauna de kans te bieden om te ontsnappen. Tijdens het opspuiten was continu een medewerker van Knoop aanwezig om de hoogtes met GPS te peilen en het suppleren van het zand te controleren.
300 KUUB PER DAG
HOGE EISEN Het waterschap Hunze en Aa’s, initiator en beheerder van dit pilotproject, stelde daarom hoge eisen aan de uitvoering. Het terrein mag nauwelijks tot niet worden betreden. Waar wordt gereden, geldt een beperking in het aantal voertuigbewegingen en moeten machines met een lage bodemdruk worden ingezet. Het water moet zo weinig mogelijk worden geroerd, om vertroebeling en beschadiging te voorkomen. De beperkte breedte van de beekjes maakt ze niet geschikt om de werkzaamheden met varend materieel uit te voeren. De uitvoering moet in het (natte) winterhalfjaar plaatsvinden. Verder geldt uiteraard de PFAS- en stikstofproblematiek. Bij de aanbesteding van het project, begin vorig jaar, waren maar drie inschrijvingen met gerichte oplossingen. Het idee ‘omgekeerd baggeren’ met een haspelsysteem van Knoop Natuur- en Waterbouw kreeg uiteindelijk het vertrouwen, zonder dat het bedrijf de methode klaar had. Het moest allemaal nog worden uitgedacht, gebouwd en getest.
EXPERIMENTEERWERK Knoop heeft het opspuiten omgezet naar het werken met een haspel, waarbij met een speciaal ontwikkelde spuitmond het opgespoten zand mooi
24
GRONDIG 4 2021
Knoop heeft voor het natuurlijk vriendelijk ‘rustig’ opspuiten ongeveer een maand uitgetrokken om het eerste, twee kilometer lange deel van het project, traject Anloërdiep (één tot drie meter breed), succesvol te realiseren. Zo was er tijd en ruimte om de voortgang periodiek te monitoren en te evalueren. Bij goed doordraaien kan er circa 500 meter per dag worden gerealiseerd. Uitgaande van een ophoging van het peil met zo’n 0,30 tot 0,50 meter bij twee meter watergangbreedte heb je het dan over circa 300 kuub zand per dag. Het knelpunt zit meer bij het egaal vriendelijk opspuiten dan in de capaciteit van de installatie. Projectleider Willem Kastelein van waterschap Hunze en Aa’s toonde zich zeer tevreden. ”De uitvoering is zeer succesvol. De stroming in de beek heeft de natuurlijke variatie in dieptes weer heel snel volledig hersteld.” Gezien deze ervaringen zal Knoop op dezelfde wijze komend najaar beginnen aan deel twee, het één kilometer lange traject van het smalle (één tot drie meter breed) Zeegserloopje met een groter verhang. Aansluitend volgt het grote 3,7 kilometer lange traject van het Taarlosche Diep met zijn vier tot zes meter brede watergang. Het waterschap Hunze en Aa’s ziet dit pilotproject als belangrijke opstap naar mogelijk nog 40 kilometer extra beekbodemverhoging. Knoop Natuur- en Waterbouw is er klaar voor.
PROFILEREN - ONDERNEMEN MET VAKTECHNIEK
WERKZAAMHEDEN 1 BEZANDEN De spuitmond is voorzien van drie uitstroomopeningen om het zandwatermengsel egaal breed uit te spreiden met een lagere uitstroomsnelheid.
2 LEGGEN MET KRAAN Deze 2,5-tons minigraafmachine met in hoogte verstelbare en kantelbare onderwagen helpt de slang uit te rollen en geleidt de spuitkop.
1
2
3
4
5
6
7
8
3 LEIDINGLENGTE Door 500 meter slang tweezijdig toe te passen, konden via bestaande beheerpaden vanaf de opstellocaties kwetsbare natuurgebieden worden overbrugd.
4 PEILSTOK Tijdens het suppleren wordt continu de hoogte gemeten om de gewenste hoogte te bereiken. Ook worden het zuurstofgehalte en de mate van troebeling continu gemonitord.
5 GROND Het waterschap heeft zelf PFAS-vrij zand geregeld, waarvan de textuur door een regionaal zandwinningsbedrijf is gemengd.
6 HASPEL Op de opstellocaties zijn draglineschotten over de beek gelegd, waarop de haspel is geplaatst. Er wordt stroomafwaarts gewerkt.
7 WATER OPPOMPEN Het mengwater is uit de waterloop gehaald. Bij goed doordraaien kan er circa 500 meter per dag worden gerealiseerd.
8 RESULTAAT Het waterschap toonde zich zeer tevreden. De stroming in de beek heeft de natuurlijke variatie in dieptes volledig hersteld.
GRONDIG 4 2021
25
ONDERNEMEN MET VAKTECHNIEK - TECHNISCH NIEUWS OP CUMELA.NL
Het beste van Cumela.nl/nieuws
DAGELIJKS NIEUWS VAN EN VOOR DE CUMELASECTOR
VOLVO KOMT MET ELEKTRISCHE FH, FM EN FMX Volvo start met de verkoop van de elektrische FHen FM-modellen, die volgend jaar in productie gaan. Daartoe behoort ook de nieuwe FMX Electric voor bouwtransporten. De nieuwe trucks hebben een actieradius tot 300 kilometer bij een GCW van 40 ton. Centraal in de aanpak van Volvo staan de in eigen huis samen met Samsung ontwikkelde 500 kilo zware 90 kWh-batterijpakketten. Volvo combineert deze met de I-Shift-bak en twee of drie elektromotoren. Daardoor kan het merk modulair combineren in accucapaciteit en in vermogens.
VALTRA’S VIJFDE GENERATIE N- EN T-SERIE Valtra introduceert de vijfde generatie N- en T-serie. Opnieuw ontworpen cabines, een nieuwe look, nieuwe transmissie- en motorfuncties en een nieuw display zijn de belangrijkste kenmerken. Het nieuwe display op de A-stijl op de HiTech- en Active-modellen kan nu worden gebruikt om instellingen van de motor, het hydraulisch systeem en de transmissie te configureren. Dankzij de nieuwe functie Start Boost is het wegrijden in de schakelgroepen B en C eenvoudiger en het schakelen tussen de schakelgroepen verloopt sneller. Bij de SmartTouch-modellen is de rechterkant van de cabine opnieuw ontworpen en kan de stoel verder naar rechts worden gedraaid.
JCB 140X, 150X en 220X met Stage V ROTOTILT QUICKCHANGE VOOR HET COMPACTE SEGMENT Rototilts automatische snelwisselsysteem QuickChange wordt verder uitgebouwd voor het compacte segment. Het gaat om de drie nieuwe versies QC45-4, de QC45-5 en de QC60-4. Deze zijn vanaf mei 2021 leverbaar. Rototilt biedt met de uitbreiding nu QuickChange aan voor de draaikantelstukken R3 tot en met R8 en in de QuickChange-machinesnelwissels voor graafmachines van 6 tot 32 ton. De SecureLock-veiligheidsoplossing wordt nu standaard meegeleverd.
26
GRONDIG 4 2021
JCB heeft de Stage V-versies van de 140X-, 150X- en 220X-rupsgraafmachines geïntroduceerd. Alle drie zijn ze uitgerust met een JCB Dieselmax 448-motor. Deze levert hetzelfde vermogen als de oude krachtbron, maar met meer koppel. De machines zijn nu voorzien van automatische motoruitschakeling. Ook zijn de cabinespecificaties verder verbeterd. Denk aan een luxe verwarmbare en luchtgeveerde Grammer-stoel, airconditioning met klimaatregeling, een Bluetooth-radio, zonwering vooraan, achteraan en rechts, een brandstofvulpomp en een nieuwe gereedschapset.
TECHNISCH NIEUWS OP CUMELA.NL - ONDERNEMEN MET VAKTECHNIEK
SCHOUTEN GIGANTMOTORPOMPUNIT Schouten Machines BV lanceert deze op afstand bedienbare en bestuurbare Gigant G400-13-motorpompunit met een 294 kW (400 pk) Stage V-Scania-dieselmotor. Het chassis met luchtgeveerde en geremde BPW-assen, waarvan de voorste hydraulisch wordt aangedreven, is een eigen ontwikkeling. De Cornell 4NHTB-mestpomp of de Doda AFI35-centrifugaalpomp wordt via een schakelbare powerband aangedreven. Verder is de combinatie uitgerust met een schroefcompressor met een capaciteit van 25 kuub per minuut voor het reinigen van slangen en een dertienkuubs buffercontainer met optioneel een 5000 liter grote schoonwatertank.
G-SERIE CASE EVOLUTION-WIELLADERS De geüpdatete Case G-serie Evolution-wielladers met Stage V-FPT-motoren hebben nu een Max-modus voor het zware werk en een Smart-modus voor zuinig draaien. Verder nieuw zijn het touchscreen aan de rechter voorstijl met onder andere een digitale gebruikershandleiding, nieuwe instelmogelijkheden voor de hydrauliek en nieuwe machineset-
tings. Er zijn drie programmeerbare knoppen geïntegreerd in de rechter armleuning voor settings zonder touchscreenbediening. Naast de Z-kinematiek kan de machine ook op parallel overschakelen. Een actief weegsysteem en het TPMS-bandendrukmeetsysteem zijn standaard. Case heeft verder de onderhoudsintervallen flink verlengd.
VOLKSWAGEN CADDY CARGO MET 4MOTION
38-tons Kobelco Short Radius Kobelco Construction Machinery Europe BV kondigt de introductie aan van zijn grootste Short Radius-graafmachine in de 38-tons klasse. Deze SK380SRLC weegt ruim 36 ton. Kobelco claimt daarmee één van de zwaarste en snelste Short Radius-graafmachines op de markt te zetten. De SK380SRLC is uitgerust met een 200 kW (242 pk) Stage V-Hino-dieselmotor. De SK SK380SRLC wordt geleverd met monogiek. Naar verwachting zal later dit jaar een tweedelige giek volgen.
Met de Caddy Cargo 4Motion claimt Volkswagen als enige in zijn klasse een bestelauto met vierwielaandrijving te leveren. De 4Motion-vierwielaandrijving heeft automatische verdeling van de aandrijfkracht over de voor- en achteras. Naast de standaard tussenschotten is de Caddy Cargo nu ook leverbaar met nieuwe scheidingswanden. De stoelen zijn daarmee beter verstelbaar. De nieuwe scheidingswanden zijn leverbaar in slijtvaste kunststof (ABS) en ComPax met en zonder ruit.
Eurol ontwikkelt E-line-smeermiddelen Inspelend op nieuwe gebruikerseisen bij elektrisch aangedreven machines, zoals een lagere bedrijfstemperatuur en hoge koppels, ontwikkelt Eurol een lijn smeermiddelen voor zwaar elektrisch materieel. Deze Eurol Specialty E-line bevat hydraulische vloeistoffen, smeervetten en koelvloeistoffen. De nieuwe elektrische Doosan DX165W van aannemersbedrijf Ploegam is één van de eerste machines waarin de Eurol E-line-producten worden toegepast. De marktintroductie volgt later dit jaar. GRONDIG 4 2021
27
persoonlijk advies op maat.
• •
Kennis van de cumelasector Uitstekende prijs-kwaliteitsverhouding
Onze voordelen • Persoonlijk contact met specialisten
•
Soepele afwikkeling bij schade
• •
Gemak en uitgebreide service Kennis van de cumelasector
• •
Uitstekende prijs-kwaliteitsverhouding Soepele afwikkeling bij schade
Wij weten wat we verzekeren! www.cumela.nl (033) 247 49 60
GRONDIG; VAKBLAD CUMELASECTOR Wij weten watVOOR we DE verzekeren!
www.cumela.nl (033) 247 49 60
Een seizoen testen – dan beslissen Overtuig u zelf! Unieke vijzelvorm voor grote gelijkmatige gewasstroom
www.kemper-stadtlohn.de Fred van der Eijk 06 109 343 53
NU OOK VOOR NEW HOLLAND
Verdere voordelen: Automatische smering van de aandrijfkettingen Hoogwaardige, zware ketting aandrijving Geharde ‘heavy duty’ componenten 360° draaibare tastwielen Optionele roestvrijstalen strips tussen de tanden Pendelframe voor een optimale bodemvolging Afdeknet over de volle werkbreedte
… ‘Tot 10% meer doorvoer’ …
Citaten uit de ‘Profi praxistest’ 10/2020:
… ‘Uiterst rustige en constante gewasstroom’ … ... ‘Een echt goed alternatief’ …
MHELDENS-GIEK - ONDERNEMEN MET VAKTECHNIEK
Het verschil maken
Tekst: Gert Vreemann Foto’s: Vreemann, MHeldens
HELDENS MAAIWERKEN RUST MECALAC UIT MET EIGEN LICHTGEWICHT GIEK
Deze aangepaste 9,5-tons Mecalac op één meter brede rupsen is uitgerust met een ultralichte zeventien meter MHeldens-giek om watergangen in natuurgebieden en op lastig bereikbare plekken efficiënter en bodemvriendelijker te schonen. Inmiddels blijkt deze variant ook veel gevraagd voor het schonen van vijvers. We bekeken de combinatie in de praktijk.
GRONDIG 4 2021
29
ONDERNEMEN MET VAKTECHNIEK - MHELDENS-GIEK
De Mecalac staat op één meter brede rupsen. Dit geeft een bodemdruk van circa 0,5 kilo per vierkante centimeter.
‘MENIG GRAAFMACHINE ZOU BLIJVEN STEKEN, TERWIJL WIJ ONS ALS SPEEDY GONZALES SNEL VERPLAATSEN’
Het is eind maart, ruim een maand voordat het maaiseizoen weer losbarst. Dat wil niet zeggen dat de Mecalac 10MCR met zeventien meter MHeldens-giek stil staat. Integendeel. De machine is tijdens ons bezoek volop bezig om een grote vijver, die na vele jaren was dichtgeslibd en dichtgegroeid, op te schonen. Deze natuurlijke vijver ligt in een laaggelegen gebied in de buurt van
Venlo. Het zijn drassige omstandigheden met veel dichte begroeiing. De eigenaar, een particulier, wil de natuurtuin opknappen en dus ook de vijver opschonen. Het terrein en de vijver zijn niet geschikt voor zware en grote voertuigen. Voor het van de kant opschonen heb je een flink bereik nodig en dus komt de Mecalac 10MCR met de zeventien meter MHeldens-giek helemaal tot zijn recht. Uitgerust met een 300-liter-knijperbak kan hij ver genoeg reiken om de vijver vanaf de kant op te schonen zonder de natuur en de begroeiing te veel te beroeren. Het is een klus van een paar dagen.
MET VERSTAND WERKEN Vaste machinist Pieter Smits heeft net een stuk klaar en manoeuvreert de Mecalac op de één meter brede rupsen tussen de bomen door. Goed te zien is dat er dankzij een bodemdruk van circa 0,5 kilo per vierkante centimeter vrijwel geen insporing is en dat de machine ondanks de brede slof-
EIGEN CONSTRUCTIEAFDELING Marcel Heldens heeft de giek in de eigen constructieafdeling gemaakt. Constructiewerk is een aparte tak in het bedrijf. Grotendeels voert die constructiewerk voor het eigen maaibedrijf uit, maar ook steeds meer voor derden. Zo wordt er net gewerkt aan een watergeefopbouw. Deze tak is groeiende. Marcel Heldens’ roots liggen in het constructiewerk. De MHeldens-giek weegt nagenoeg hetzelfde als de standaard zes meter Mecalac-giek, maar dan wel met een bereik van zeventien meter gestrekt vooruit. Heldens heeft dit bereikt door hoogwaardig staal te gebruiken en de constructies goed door te rekenen op sterkte. Voor de tweede versie met uitschuifbaar giekdeel geldt hetzelfde. De eigen 265 kilo wegende vier meter brede maaikorf verkoopt hij al aan derden.
MAAIEN VANAF ÉÉN KANT Primair is de Mecalac-Heldens-combinatie ontworpen voor het maaikorven van watergangen in natuurgebieden en van watergangen die vanaf één kant worden gemaaid. Met zijn combinatie kan hij bij brede watergangen vanaf één kant ook de ‘overkant’ gelijk meepakken. Dat scheelt extra werkgangen en lastige oplossingen om de overkant te maaien. Voor opdrachtgevers scheelt dat kosten en tegelijk is de CO2-voetprint ook vele malen gunstiger. Daarnaast heeft Heldens het afgelopen jaar goed gescoord bij het schonen van lastig bereikbare meanderende watergangen in natuurgebieden, waar zware combinaties met een dergelijke lange giek niet welkom zijn. De eigen maaikorf is bewust niet diep uitgevoerd en heeft extra smalle (zes millimeter) spijlen om zo weinig mogelijk stuwende werking te hebben.
30
GRONDIG 4 2021
MHELDENS-GIEK - ONDERNEMEN MET VAKTECHNIEK
fen met 2,85 meter toch relatief smal is. Smits werkt vooral recht voor zich, waarbij hij extra afsteunt op het dozerblad. Als hij een kwartslag draait en ver reikt voor het lossen op de kant zie je dat de Mecalac ook stabiel blijft staan. Heldens vertelt dat hij nog extra afsteuning op de buitenkant van de rupsen wil inbouwen om de combinatie nog stabieler te maken. Daar is het nog niet van gekomen en blijkbaar is dat, mede dankzij het 500 kilo extra zware Mecalac-contragewicht, ook nog niet echt noodzakelijk. Dat de machine door de blubber en bij de bult door de ‘prut’ moet, blijkt geen probleem. Heldens geeft aan dat de Mecalac hier juist tot zijn recht komt, omdat deze - dankzij 100 liter hydrauliekolie per minuut en een druk van 300 bar aan de wielmotoren - extra sterk is aan de rupsen. Pieter geeft aan dat je in lastige omstandigheden moeiteloos kunt manoeuvreren, ook al heb je dan met de grote rupsen flink wat weerstand. Desgewenst kun je in heel kritische omstandigheden ook andersom rijden, met het grote sprocketwiel aan de voorzijde. Bij een stuk rechtuit rijden langs de vijver zien we ook het andere voordeel. De machine rijdt hier moeiteloos 10 km/u. Dat redden maar weinig rupsmachines. “Menig andere graafmachine van deze klasse zou in dergelijke omstandigheden blijven steken, terwijl wij ons als Speedy Gonzales snel verplaatsen”, zegt Pieter.
OPLETTEN GEBLAZEN Je ziet bij het tussen de bomen staand kort op de machine werken dat de giek natuurlijk wel erg hoog boven de machine uitsteekt. Dat kan natuurlijk ook niet anders bij dergelijke lange giekdelen. Voor machinist Pieter is het dus wel oppassen geblazen met al die overhangende takken. Tegelijk zie je dat dan bij het achterovergetrokken eerste giekdeel het zicht op het werk extra goed is en dat deel twee en drie zich zodanig verhouden dat er goed kort op de machine kan worden gewerkt. Ook zie je dat Pieter met al zijn ervaring rustig en met verstand werkt, waarbij hij oog heeft voor de bewegingen van de giek en de belasting. Denk aan met beleid heffen om te voorkomen dat de giek wordt overbelast, mocht de knijperbak onverhoeds een dikke wortel te pakken hebben. Heldens geeft dat ook aan. De giek is extra licht geconstrueerd. Dat resulteert in een enorme reikwijdte van zeventien meter, maar dat
Marcel Heldens: “Voor eigen werken kun je extra licht bouwen en je medewerkers instrueren er extra voorzichtig mee om te gaan. Voor derden is dat lastiger, omdat je dan hufterproof moet bouwen.”
wil ook zeggen dat je er met verstand mee moet werken. Daarom heeft hij hem primair voor eigen gebruik gebouwd. Hij geeft aan dat je als je de giek aan derden verkoopt je je als fabrikant toch moet indekken voor overbelasting. “Dan moet je toch zwaarder bouwen. Met iets wat van jezelf is, ga je anders om.”
TWEEDE VERSIE Heldens heeft nu een jaar met deze giek gedraaid. De lange giek was primair bedacht voor het schonen van sloten in natuurgebieden. In combinatie met een eigen, vier meter brede maaikorf heeft de combinatie het afgelopen jaar naar alle tevredenheid volop gedraaid. De Mecalac en de giek hebben zich goed gehouden en gaan dit jaar vol gas door. Heldens heeft ervaren dat voor deze combinatie ook markt is in het schonen van vijvers en dergelijke, zoals hier. Je kunt dan met een relatief lichte circa tientons machine bodemvriendelijk en heel efficiënt vanaf de kant schonen. Daarbij heb je niet de stuwing van een maaiboot. Wensen zijn er ook nog wel. De giek voldoet goed, maar inspelend op incidenteel voorkomende hoogtebeperkingen (zoals bomen en leidingwerk) werkt Heldens nu aan een tweede versie waarbij het tweede giekdeel uitschuifbaar is. Deze krijgt een bereik van maar liefst negentien meter, met dezelfde capaciteit als de huidige zeventien-meterversie. Ook denkt Heldens nog na over eventueel rubber rupswerk of het monteren van rubber blokken op het stalen werk, zodat hij ook kan werken op kwetsbare verhardingen, zoals dat in de bebouwde kom veel voorkomt. Zeker is dat hij doorgaat met zijn unieke combinatie, binnenkort dus ook met de tweede met uitschuifbaar giekdeel, omdat hij er letterlijk het verschil mee maakt.
‘DE LICHTE COMBINATIE SCHEELT WERKGANGEN EN DIESELOLIE. WE REALISEREN DUS OOK EEN FLINKE CO2-BESPARING’
De giek met maaikorf in transportstand. Dankzij sterke wielmotoren haalt de Mecalac ook in mindere omstandigheden een rijsnelheid van 10 km/u.
GRONDIG 4 2021
31
ONDERNEMEN MET VAKTECHNIEK - NATUURVRIENDELIJK MAAIEN
Ecomaaien van maaibalk tot ‘klepelbak’
Tekst: Egbert Jonkheer Foto’s: Fabrikanten en gebruikers
MEER EN MEER NATUURVRIENDELIJKE TECHNIEKEN
Wat is een ecomaaier? Niemand die daar een kant-en-klare definitie van kan geven, want het is het resultaat dat telt. Martin Kruse van Kruse Ootmarsum ziet, overwaaiend vanuit Duitsland, een voorzichtige revival van de maaibalken, een techniek waar zelfs weer ontwikkeling in is. Ook andere maaitechnieken worden echter natuurvriendelijker. Een greep uit de nieuwe ontwikkelingen.
‘IK HEB NU TWINTIG MAAIBALKEN IN DE ORDERBOEKEN STAAN’
Voorkomen dat er een zuigende werking ontstaat, zodat insecten en plantenzaden zoveel mogelijk blijven zitten, is één van de belangrijkste voorwaarden bij ecologisch verantwoord maaien. Vandaar dat vooral de klepelbak bij voorbaat verdacht is, want die staat erom bekend alles tot moes te slaan. Toch is de techniek allerminst verdwenen en zijn er allerlei voorbeelden te vinden van situaties waarin aangepaste machines een prima beeld laten zien. Met een andere ophanging van de klepels (zoals Herder dat doet), meer ruimte in de bak en/of messen in plaats van klepels blijkt in combinatie met een grotere maaihoogte een alleszins acceptabel beeld mogelijk. Dat is belangrijk, omdat er genoeg situaties zijn waarin andere maaiers simpelweg te kwetsbaar of zelfs gevaarlijk zijn voor de mensen die er in de buurt zijn.
MAAIBALK KOMT TERUG Op plekken waar de hoogste eisen op het gebied van ecologie worden gesteld, is er echter maar
32
GRONDIG 4 2021
één machine die er uitspringt en dat is de ouderwetse maaibalk. Alhoewel, ouderwets, er vindt nog volop doorontwikkeling plaats. Zo is Kruse in Ootmarsum importeur van Kema, een merk dat recent een aantal vernieuwingen introduceerde. “In Duitsland, waar de machine wordt gebouwd, is het een groeiende markt vanwege de toegenomen aandacht voor insecten en ecologie”, laat Martin Kruse weten. “Een maaibalk is niet geschikt voor alle situaties, maar je ziet dat in Duitsland beheerders van natuur en openbaar groen er steeds vaker voor kiezen. Je verstoort zo weinig mogelijk en omdat je het gras niet afslaat, maar afknipt, is het maaibeeld gewoon heel erg mooi. Soms blijft het maaisel nog even liggen om eerst rijp zaad te laten vallen voordat het wordt afgevoerd. In Nederland heb ik er nu twintig in het orderboek staan. Dat is niet veel, maar de belangstelling neemt wel toe.” Kema heeft in 2018 de productie en verkoop van de dubbele-messenbalken van de bekende firma Kunzelmann overgenomen en levert die in allerlei
NATUURVRIENDELIJK MAAIEN - ONDERNEMEN MET VAKTECHNIEK
ECOVRIENDELIJKE KLEPELBAK Een jaar of tien geleden maakte de Van Berkel-groep in Schijndel de omslag naar ecomaaien met aangepaste klepelmaaiers. Tonio van Berkel wist namelijk zeker dat hij met die techniek verder wilde. “Het was aanvankelijk nog een hele discussie. Het waterschap wilde ecologisch beheer en op dat moment stond dat nog min of meer gelijk aan het maaien met de schijvenmaaier, maar die apparatuur is mij veel te gevoelig. We werkten er wel mee, maar we hadden er ook standaard eentje extra op voorraad staan, om bij schade weer verder te kunnen. Bovendien vind ik het op veel plekken levensgevaarlijk. Een losschietend mes kan zo een schutting in vliegen. Daar zal maar net iemand lopen. We zijn toen gaan kijken bij vliegveld Lelystad, waar ze werken met een aangepaste machine van Dücker, en hebben er op basis van de ervaringen daar één gekocht.” De Dücker heeft een hogere kast met een goede ronding, waardoor er volgens Van Berkel nauwelijks zuigende werking ontstaat. Verder ontbreken de slaglijsten en zijn de klepels vervangen door verticale, Y-vormige messen. Het gras wordt dus afgesneden, niet afgeslagen, al is het maaibeeld wel minder mooi dan bij een schijvenmaaier,
BOS ONTWIKKELT ECO-BERMMAAIER MET REMA Bos in Bolsward toonde deze maand een gloednieuwe ecologische bermmaaier aan zijn dealers. De machine is ontwikkeld door Rema en zal door Bos in serie worden gebouwd. Het gaat om een schijvenmaaier met vier schijven met daarachter een hakselaar die het materiaal verkleint, waarna dit wordt afgezogen in de zuigwagen. De machine is ontwikkeld om maaisel bruikbaar te maken voor een vergistingsinstallatie. “Daarvoor is het belangrijk dat het materiaal schoon en goed ver-
geeft Van Berkel aan. “Het gaat echter niet om mooi. Het gaat erom dat je die zuigende werking voorkomt. Samen met een ecoloog van het waterschap hebben we een test gedaan door sigarettenvloeitjes onder in het gras te leggen. Die bleven op hun plek liggen. Inmiddels is deze manier van werken hier in het Zuiden aardig ingeburgerd en draaien er veel soortgelijke machines.” Uitgangspunt blijft uiteraard het eindresultaat zoals beschreven in het maaibestek, want de inzet van de machine is geen garantie dat het goed gaat. “Je kunt alsnog schade aanrichten als je de machine verkeerd gebruikt, maar met voldoende maaihoogte en weinig toeren kan het eigenlijk niet mis gaan.”
kleind in de zuigwagen komt, zodat het beter vergist”, legt Joris Bos uit. Ondanks de gevoeligheid van een schijvenmaaier wilden ze niet voortborduren op het principe van een klepelmaaier. “Met een roterende as krijg je toch sneller een stofzuigereffect”, zegt Bos. De hakselunit en de zuigslang achter de maaier hebben daar volgens hem verder geen effect op. Om zoveel mogelijk te voorkomen dat de insecten in de vegetatie niet mee naar binnen worden gemaaid, kan de maaiunit optioneel worden voorzien van een extra luchtstroom die insecten aan de voorkant wegblaast. Ook het ontwerp van de looprol is aangepast op de ecologie. Deze steunt in het midden niet af, zodat hij de bodem maar voor een klein gedeelte aandrukt.
‘DOOR AFSTEMMING MET DE TERREINBEHEERDER BLIJKT VEEL MOGELIJK’
De complete unit is zo ontworpen dat hij uitwisselbaar is met andere maaiunits en kent ongeveer dezelfde afmetingen. Er is één hydrauliekfunctie nodig voor de complete bediening. Dit voorjaar is testgedraaid met de machine en na enkele detailaanpassingen is er nu een tweede prototype. Dit seizoen gaat Bos de eerste tien serie-exemplaren bouwen. Een prijs voor de nieuwe ecomaaier is nog niet bekend.
GRONDIG 4 2021
33
ONDERNEMEN MET VAKTECHNIEK - NATUURVRIENDELIJK MAAIEN
LICHTVOETIGE MAAIBALK Voor Johan Knol van het gelijknamige loonbedrijf in Giethoorn is het wel duidelijk welke maaier zich de echte ecomaaier mag noemen. In de rietlanden en hooilanden rondom zijn waterrijke woonplaats maait hij al twintig jaar met een maaibalk en schafte hij drie jaar geleden een nieuwe Kersten-machine aan met een werkbreedte van 2,70 meter. Hij gebruikt de hydraulisch aangedreven machine achter een Kubota van 29 kW (40 pk). “Een maaibalk vraagt nu eenmaal de minste pk’s en daardoor heb je een combinatie met een laag gewicht. Dat spaart de bodem. Bovendien maai je zo min mogelijk insecten kapot.”
SIGARETTENVLOEITJES BLIJVEN OP HUN PLAATS LIGGEN
varianten, tot triplemaaiers aan toe. Sinds kort rust Kema zijn maaiers uit met de BiduxX-messenbalken van ESM, een firma die de techniek nog eens goed onder handen nam. Door een iets andere stand van het mes is het snijvlak groter geworden, waardoor de capaciteit van de machines toeneemt. Oortjes aan het ondermes dwingen het gras bovendien in een hoek, zodat het niet kan ontsnappen. Ook kan het complete snijvlak van het boven- en ondermes machinaal worden geslepen. Bovendrukkers aan het mes zorgen er verder voor dat het mes minimaal kan kantelen of verdraaien. “Je hebt anders nog wel eens dat het gras wat inzakt en daardoor nogmaals wordt geknipt. Dat dubbel knippen wordt hiermee zoveel mogelijk voorkomen”, aldus Kruse. Kortom, behoorlijk wat ontwikkelingen voor bekende techniek.
MESSEN OF KLEPELS Dat neemt niet weg dat de techniek kwetsbaar blijft en dat er voor het robuustere werk andere maaiertypen nodig zijn. Ook met de klepelbak wordt volop doorontwikkeld. Zo is Kruse dealer
34
GRONDIG 4 2021
Opgeteld maait Knol ongeveer 140 hectare per jaar, waarvan het grootste deel op hooilanden van Natuurmomenten. Het gaat om kleine percelen in een Natura 2000-gebied, waarvan sommige alleen per boot bereikbaar zijn. Met die setting in het achterhoofd is het gebruik van deze combinatie natuurlijk extra goed te begrijpen. Het gebruik van de maaibalk wordt door zijn opdrachtgever niet voorgeschreven, maar Knol ziet om zich heen dat de techniek weer vaker wordt ingezet. “Grotere bedrijven, die grotere oppervlakten maaien, zijn ooit overgestapt op de cyclomaaier vanwege de lagere kosten en minder onderhoud. Verder wordt er bij maaiklussen veel gebruikt gemaakt van brede rupsen om zwaardere trekkers zonder insporing te kunnen gebruiken”, aldus Knol. Vanuit het ecologisch beheer wordt er echter steeds meer gekeken naar aslasten en ook de oppervlakte die je tijdens het berijden aandrukt. “Dan is een lichte combinatie in het voordeel.” Hoewel de maaibalk zich ruimschoots heeft bewezen, ziet Knol nog altijd vooruitgang in de techniek. Zo is hij blij dat de machines niet langer rechtstreeks worden aangedreven door de aftakas. “Dan kun je hem niet hoog optillen. Een hydraulische machine heeft dat nadeel niet. Veel olieopbrengst heeft onze trekker niet, maar wij zetten de pomp rechtstreeks op de aftakas en dan gaat dat goed”, legt hij uit. Het onderhoud valt hem mee, al komt hij in zijn werkgebied dan ook weinig vreemde obstakels tegen.
van Dücker, dat verschillende typen klepelmaaiers bouwt die geschikt zijn voor ecologisch beheer. “Dat zit hem in een combinatie van technieken: een ronde kap met veel ruimte eronder, het ontbreken van slaglijsten, een schrikscherm dat insecten voor de machine wegjaagt, een looprol die alleen afsteunt op de zijkanten en het gebruik van Y-vormige messen”, aldus Kruse. De Y-messen zitten in de plaats van klepels en slaan niet, maar snijden. Het materiaal komt hierdoor onbeschadigd in de kap, waar het verder geen weerstand ondervindt en dus ongeschonden weer naar buiten komt. “Het vraagt afstemming met de terreinbeheerder, want naast de techniek gaat het ook om het gebruik. Je moet hoger afmaaien en het beeld is ruiger, maar dan blijkt er toch best veel mogelijk.” Een eenduidig antwoord op wat de beste ecomaaier is, is dus moeilijk te geven. De situatie en de overtuiging van de opdrachtgever lijken bepalend. Dan is er veel mogelijk, zo blijkt uit de voorbeelden bij dit artikel. Daarbij tellen vooral het resultaat en de omstandigheden.
ONDERNEMEN MET VAKTECHNIEK - REFORM METRAC H75
Hoger niveau voor hellingtrekker Tekst en foto’s: Arend Jan Blomsma
NIEUWE REFORM METRAC H75 VOLGT H7X OP
De Reform Metrac H75 is de opvolger van de Metrac H7X, de trekker met het lage zwaartepunt voor gebruik in de bergen en op taluds. De nieuwe serie is geheel nieuw ontworpen, met gebruikmaking van het bestaande en bewezen concept. De eigenschappen van de Reform Metrac zijn een laag gewicht, een laag zwaartepunt, een compacte bouw en een grote wendbaarheid. Dat concept bleef overeind, net als de cabine links en de motor rechts. Door de motor en de cabine nog iets lager in het chassis te plaatsen, kon zelfs het zwaartepunt nog iets lager worden gelegd, waardoor de machine nog veiliger is op taluds en in de bergen. Zowel de motor als de cabine is nieuw. In de H7X lag een viercilinderdiesel van VM. De componenten voor de uitlaatgasnabehandeling werden niet door VM geleverd, maar kwamen van andere leveranciers. Geen ideale situatie en daarom grijpt Reform nu terug op Perkins, een motorenleveran-
36
GRONDIG 4 2021
cier waarmee het jarenlange ervaring heeft. De 2,8-liter-viercilindermotor in de H75 levert net geen 55 kW (75 pk) en daarvoor gelden bij Stage V iets soepeler eisen voor de uitstoot van NOx dan bij motoren van boven de 55 kW (75 pk). Hierdoor kan de H75 het stellen zonder AdBlue. Met EGR, dieseloxidatiekatalysator en dieselpartikelfilter voldoet hij aan de norm. Standaard monteert Reform een hydraulisch aangedreven ventilator. Door regelmatig de draairichting daarvan te veranderen, vervuilt de radiateur minder. Het interval tussen de veranderingen kun je zelf instellen. De koelers zijn aan de zijkant geplaatst en het koelpakket is gemakkelijk weg te zwenken.
REFORM METRAC H75 - ONDERNEMEN MET VAKTECHNIEK
BETERE WERKOMSTANDIGHEDEN Bij het ontwikkelen van de nieuwe machine was de voornaamste opdracht het verbeteren van het werkcomfort voor de chauffeur. Dat is op meerdere manieren geslaagd. Ten eerste is de cabine een stuk stiller geworden. Door het wegnemen van mechanische verbindingen tussen het interieur en het frame en de motorruimte worden trillingen en geluid veel minder doorgegeven. Zo zijn de mechanische versnellings- en joystickhendel verdwenen en vervangen door elektronische bediening. Het geluidsniveau is gedaald tot 73 dB(A) en dat is een merkbaar verschil. De cabine is ook ruimer dan voorheen. De stoel kan tien centimeter verder naar achteren, waardoor alle chauffeurs een goede zitpositie achter het verstelbare stuur kunnen vinden. De nieuwe joystick is bevestigd op de armleuning in plaats van op de zijconsole. Hierdoor is hij altijd gemakkelijk bereikbaar. Het zicht en de instap zijn verbeterd door de nieuwe volglas deur. Automatische klimaatregeling hoort nu tot de mogelijkheden. Er zijn twee uitrustingsniveaus van de H75, een basis- en een Pro-uitvoering. Op deze laatste is de automatische klimaatregeling standaard.
‘DOOR MOTOR EN CABINE IETS LAGER TE PLAATSEN, WERD HET ZWAARTEPUNT ZELFS NOG IETS LAGER’
De Pro-uitvoering heeft ook de beschikking over de R-Com-controller met bijbehorend beeldscherm. Via een draai-drukknop, bekend uit de autowereld, kunnen tal van instellingen worden gedaan. Veel daarvan zijn nieuw voor de Metrac. Voor de loadsensing-hydrauliekventielen kunnen druk, tijd en hoeveelheid worden ingesteld. Ook de hefinrichting is naar eigen wens in te stellen. De machine heeft ook een automatische regeling van de optionele achterste hefinrichting. Die wordt daarbij met een in te stellen vertraging gekoppeld aan de voorste. De agressiviteit van de
transmissie kan door de chauffeur zelf worden gekozen, net als de verhouding tussen voorwaartse en achterwaartse snelheid. Tal van functies zijn te bedienen via de joystick, ook de twee cruisecontrol-snelheden en de vijf stuurmodi. Er zijn daarnaast drie vrij toe te wijzen functieknoppen. Hiermee kan de chauffeur ook kiezen of hij de machine wil rijden via het voetpedaal of via de joystick. Zo kan hij de machine helemaal inrichten naar zijn persoonlijke wensen.
De stoel kan verder naar achteren dan voorheen. De joystick zit nu aan de armleuning in plaats van in de zijconsole.
‘DE METRAC H75 HEEFT NET ALS ZIJN VOORGANGER EEN HYDROSTATISCHE AANDRIJVING’ Reform wisselde van motorleverancier VM naar Perkins. De koelervin is hydraulisch aangedreven en de draairichting verandert regelmatig.
ONDERSTEL EN AANDRIJFLIJN Bij de H7X had de koper de keuze tussen een wielbasis van 205 of van 225 centimeter. In de nieuwe Metrac is er alleen nog een wielbasis van 215 centimeter. Hierbij is op de vooras de volle pendelweg beschikbaar en houden de vier wielen altijd contact met de grond. De Metrac H75 heeft net als zijn voorganger een hydrostatische aandrijving met twee mechanische en twee hydraulische snelheidsbereiken. De maximale snelheid van 40 km/u wordt bereikt met een gereduceerd toerental, van ongeveer 1600 toeren. De machine kan op vijf verschillende manieren worden bestuurd: via de voorwielen, de achterwielen, via alle wielen, in hondengang of in een verstelbare hondengang. Een belangrijke opgave bij de ontwikkeling van de nieuwe Metrac was ook een behoud van het lage eigen gewicht. De H75 is weliswaar iets zwaarder dan de H7X, maar in de basisuitvoering zit hij precies op de 2,5 ton. Dat is voor een 55 kW (75 pk) trekker een heel laag eigen gewicht. De Metrac H75 is inmiddels in productie en de eerste 120 stuks zijn al verkocht. Importeur Wim van Breda kon onlangs potentiële kopers kennis laten maken met de nieuwe machine en de reacties waren enthousiast.
De terminal is ook te bedienen met een draai-drukknop op de armleuning. Hiermee zijn heel veel instellingen mogelijk.
Een laag zwaartepunt en de wielen op de hoeken. De Metrac is heel stabiel, ook door de grote pendelweg van de vooras. Dankzij liefst vijf stuurstrategieën kun je voorkomen dat je afglijdt.
GRONDIG 4 2021
37
ONDERNEMEN MET VAKTECHNIEK - MOWHAWK
Inzicht voor beter bermbeheer
Tekst: Gert Vreemann Foto’s: MowHawk
DE MOWHAWK GAAT DIT JAAR VOLOP DRAAIEN
De Mowhawk-cameratechniek lokaliseert razendsnel en nauwkeurig bermafval en ongewenste planten op basis van beeldherkenning en meet de gewashoogte. Gekoppeld aan plaatsspecifiek werken is dit een goede hulp voor natuurinclusief bermbeheer. De MowHawk gaat dit jaar volop proefdraaien en er is al interesse getoond vanuit de industrie. Wat het oog ziet, ziet de camera van de MowHawk letterlijk ook. Vergelijk het met gezichtsherkenning waarmee bijvoorbeeld in stadions en winkelsteden de computer dankzij de enorme beeldbank die erachter zit direct de gemaakte beelden kan omzetten in namen. Daar zit een stukje intelligentie achter. Soortgelijke intelligentie is de specialiteit van Datacadabra te Enschede, de ontwikkelaar van de MowHawk. Datacadabra maakt voor meerdere toepassingen gebruik van computer vision. Met deze techniek worden automatisch objecten in camerabeelden herkend. Datacadabra wil met de MowHawk bermmaaien upgraden naar data verzamelen. Tijdens de maaibeweging wordt ontzettend veel informatie verzameld die kan worden gebruikt om slimmer met de bermen om te gaan. Bermbeheerders moeten immers met allerlei zaken
38
GRONDIG 4 2021
rekening houden: insectenpopulatie, circulaire verwerking, invasieve exoten en afval. Bovendien moet het beheer efficiënt, snel en veilig. De MowHawk gaat hen daarin ondersteunen.
‘NATUURINCLUSIEF’ BERMBEHEER Het bedrijf werd getriggerd door de uitvraag van de provincie Overijssel om een oplossing te leveren voor het efficiënt en traceerbaar uitvoeren van zogenaamd ‘natuurinclusief’ bermbeheer. Daarin was de wens om de kwaliteit en samenstelling van het bermmaaisel plaatsspecifiek inzichtelijk te maken, zodat het maaisel kan worden gekwalificeerd en gericht kan worden afgezet, invasieve exoten beter kunnen worden aangepakt, er zicht komt op het effect van maatregelen om het bermbeheer te verbeteren (minder vuil, minder exoten) en een goede en gezonde
MOWHAWK - ONDERNEMEN MET VAKTECHNIEK
insectenpopulatie en de biodiversiteit in de bermen worden gestimuleerd. Datacadabra was getriggerd, omdat het met slimme algoritmen de ongewenste planten en het bermafval kan herkennen. Die herkenning gaat ver. Het is niet zo dat een plantje of stukje restafval er precies zo moet uitzien als in de databank. Het algoritme is bijvoorbeeld in staat de planten bij verschillende groottes of groeistadia, verschillen in lichtinval en verschillende opnamehoeken te herkennen.
EERSTE STAPPEN GEZET Die uitvraag speelde zo’n anderhalf jaar geleden. Datacadabra heeft de opdracht maart 2020 gegund gekregen en vorig jaar voor de provincie Overijssel de eerste MowHawk gebouwd. Hiervoor hebben de ontwikkelaars en de provincie Overijssel samen met Jelle Bijlsma in Giekerk, onderdeel van het consortium voor de uitvraag, afgelopen najaar proefgedraaid met een Herder-maaiarm. Deze MowHawk herkent invasieve exoten en zwerfafval. Op basis van de beelden van de hoogte van de vegetatie kan de aannemer een inschatting maken van het volume en het aantal kilogrammen maaisel. De hoogtewaarneming is voor de bermeigenaar waardevol. Op de klepelbak is een GNSS-ontvanger gemonteerd die in combinatie met een 3D-gyroscoop de locatie en oriëntatie van de maaibalk registreert. Aan de maaiarm is het frame met de MowHawk-camera bevestigd. Deze is gekoppeld aan de bewegingen van de klepelbak, zodat hij deze volgt. De camera filmt continu circa vier meter voor de klepelbak. In de cabine ziet de chauffeur op het scherm (in de toekomst wellicht een tablet) een kaart met de locatie en gemaaide en te maaien gebieden en locaties van bestaande en gedetecteerde exoten- en vuil-hotspots en de eventuele routing van het maaien. Denk bij dit laatste vooral aan gedeeltelijk maaien of het maaien in voorgeschreven (sinus)bewegingen. Ook zijn er aparte weergaven op het scherm van de verschillende invasieve exoten en zwerfvuil, zodat de chauffeur desgewenst kan stoppen. Daarbij werkt het systeem volgens Datacadabra dankzij de razendsnelle digitale techniek nauwkeurig bij gangbare werksnelheden. Dit zal uiteraard uitgebreid worden getest.
het beeldmateriaal beleid worden gemaakt. Dat beleid is erop gericht vast te stellen welke verontreinigingen en in welke mate er in het bermmaaisel zitten en geeft een indicatie van de vegetatie. Daarmee kan het bermmaaisel hoogwaardiger worden verwerkt en circulair worden gebruikt of gerichter worden afgezet. Het lokaliseren van de invasieve exoten geeft de provincie handvatten om deze gerichter te bestrijden. Bij dat alles geldt dat het systeem meet en registreert. Het grijpt niet actief in als er bijvoorbeeld een invasieve exoot voor de maaier komt en de maaiarm wordt ook niet automatisch aangestuurd, zoals bij een autopilot-besturingssysteem.
‘DOOR DE MOWHAWK KUNNEN BERMBEHEERDERS BETER EN GEMAKKELIJKER HUN WERK DOEN’ Dit jaar gaan er twee MowHawks voor de provincie Overijssel draaien. Datacadabra ziet dit jaar als een praktijktestfase. Het bedrijf schat in dat door de detectie van invasieve exoten en het kwalificeren van het bermmaaisel en het gericht afzetten ervan tot veertig procent lagere verwerkingskosten haalbaar zijn.
VERVOLGSTAPPEN Intussen denkt het bedrijf al verder. Door meer planten en dieren te identificeren, het afgeven van een verruigingsindicatie of eenvoudig de mogelijkheid te werken met signalering voor de delen die niet hoeven te worden gemaaid, is de ontwikkeling van de diversiteit in de berm zichtbaar te maken. Nog verder denkend worden zaken automatisch aangestuurd, bijvoorbeeld beeldgestuurd maaien en invasieve exoten automatisch ontwijken. De provincie Overijssel wil dat de techniek uiteindelijk door de uitvoerende (cumela)bedrijven wordt opgepakt. Je zult niet verrast zijn dat de eerste gesprekken met geïnteresseerde fabrikanten en leveranciers uit de sector al gaande zijn. Als dat verder komt, zal een prijsindicatie volgen.
De camera van de MowHawk is op een apart frame geplaatst. De camera beweegt automatisch mee met de bakbewegingen.
BERMMAAISEL CLASSIFICEREN Een deel van de beelden en de inzichten wordt omgezet naar geannoteerde data en vanaf de trekker naar de cloud verstuurd. De bermeigenaar (de provincie) heeft met een dashboard toegang tot de data, die geschikt is voor de GIS-informatiesystemen. Zo kan op basis van de waardes vanuit GRONDIG 4 2021
39
ONDERNEMEN MET VAKTECHNIEK - GEWASBESCHERMING
De zuiveringsinstallatie van Timmermans Agri-service, met links het doekfilter, in het midden de ozoninstallatie en daarnaast het koolstoffilter.
Naar een nog duurzamere gewasbescherming Tekst en foto’s: Arend Jan Blomsma
TIMMERMANS AGRI-SERVICE
Timmermans Agri-Service in America is gespecialiseerd in gewasbescherming en werkt met acht grote zelfrijders in de vollegrondsgroenteteelt, rozenteelt en akkerbouw. Daarnaast werkt het bedrijf met twee kleine machines op sportvelden en kleine percelen. Timmermans investeerde in een zuiveringsinstallatie voor restvloeistof en reinigingswater en wil die ook beschikbaar stellen aan derden.
‘NA DE REINIGING KUNNEN WE HET RESTWATER WEER GEBRUIKEN IN SOMMIGE BESPUITINGEN’
40
GRONDIG 4 2021
Vader en zoon Harm en Youri Timmermans geloven in een industriële aanpak om het bestaansrecht van hun bedrijf te houden. “We kunnen alleen blijven spuiten als we toewerken naar een zo laag mogelijke milieubelasting en zo weinig mogelijk residu op planten”, vertelt Harm. “We werken veel in de groenteteelt en de wettelijke eisen aan wat er op een plant mag achterblijven, zijn hoog.” Voor het bepalen van de hoeveelheid residu wordt er gewerkt met MRL’s, Maximale Residu Limiet. Hoewel deze al erg scherp zijn, werken de retailers met nog veel lagere MRL’s. Dat wil zeggen dat zij nog minder resten op planten toestaan dan wat wettelijk toelaatbaar is. “Dat vraagt van ons een schone en nauwkeurige werkwijze. De tank met schoon water naspoelen en leegspuiten op de akker, wat nu gebruikelijk is, willen we niet meer. Ook een externe reiniging in het veld doen we niet meer. De machine komt na een bespuiting naar ons bedrijf en wordt daar intern en extern gerei-
nigd op een vloeistofdichte vloer. Het restant van de spuitvloeistof uit de machine en het reinigingswater vangen we op. Dat willen we nu op een industriële manier gaan reinigen. Onze eerste plannen daarvoor dateren al van 1992, maar waren nooit haalbaar. Nu denken we dat de techniek wel geschikt is.”
ZUIVERINGSINSTALLATIE MET OZON Het initiatief is mede te danken aan een afstudeerproject van zoon Youri op de Agrarische Hogeschool. “Ik kan zo mijn studie afronden en tegelijkertijd heel zinvol bezig zijn voor het bedrijf. Het is gebleken dat erfemissies een grotere bron van vervuiling vormen dan gedacht. Met onze vloeistofdichte wasplaats brengen we die terug tot nul.” Het zuiveren van het reinigingswater en de restvloeistof loopt via meerdere stappen. Het water wordt opgevangen in een bezinkput en gaat daarna naar een olieafscheider. Een zeefbocht
GEWASBESCHERMING - ONDERNEMEN MET VAKTECHNIEK
haalt het grove organisch materiaal eruit en een zeefdoek verwijdert kleine vaste deeltjes. Daarna gaat het naar een 50 kubieke meter grote tussenopslag, waarin de zuurgraad wordt geregeld. De volgende stap is de chemische reiniging in de ozoninstallatie. Ozon is in staat moleculen te ontleden en zo de middelen af te breken. Hiermee is het mogelijk schadelijke stoffen tot 95 procent te verwijderen. De werking van de ozoninstallatie is te verbeteren door de zuurgraad te optimaliseren, passend bij de middelen in de tank. Na deze behandeling gaat het water naar de laatste behandelstap, een filter met actieve koolstof. Timmermans is nog aan het onderzoeken wat het bedrijf kan met het gezuiverde water. Met het waterschap kijkt het of het mag worden geloosd op het oppervlaktewater of op het riool. Een andere mogelijkheid is om het water opnieuw gebruiken om de spuitmachine te vullen. “Maar dan moet het water wel pH-neutraal zijn en mogen er geen vreemde stoffen meer in zitten”, stelt Harm. “Voor een bespuiting met een bodemherbicide of glyfosaat zal het prima kunnen, maar als we in de groente gaan werken, mogen we geen risico lopen. De groenten uit deze regio liggen in heel Nederland en zelfs in heel Europa in de winkel. Dan kun je je geen misstappen veroorloven.” Een extra stimulans ervaart Timmermans vanuit de gemeente Horst aan de Maas, waar het bedrijf is gevestigd. “Zij profileert zich als gezondste gemeente van het land. Daar willen we ons graag aan conformeren.”
WERK VOOR DERDEN Timmermans kon de investering alleen doen omdat het een grote omvang heeft op het gebied van gewasbescherming. Zonder ondersteuning van waterschap, gemeente en provincie zou het ook voor dit bedrijf echter bijzonder moeilijk zijn, er-
Harm (links) en Youri Timmermans bouwden een zuiveringsinstallatie waarmee ze zelf vooruit kunnen, maar ook hun collega’s
De spoelplaats met vloeistofdichte vloer is ruim bemeten. Er zijn per machine twee slangen, één voor het vullen en één voor het aftappen.
kent Harm. Timmermans weet nu al dat een dergelijke installatie niet voor iedereen rendabel te maken is. Daarom wil het bedrijf als de installatie werkt ook voor anderen restvloeistof gaan reinigen. “Hoe we dat gaan doen, hebben we nog niet helemaal helder. Collega’s zouden hier naar toe kunnen komen en de spuit hier kunnen spoelen en wassen, maar ze zouden ook zelf reinigingswater en restvloeistof kunnen opvangen en in een buffertank kunnen opslaan. Dat kunnen ze dan als de tank vol is hier brengen of wij zouden het kunnen ophalen.” Youri heeft daarbij al verder gedacht aan het bieden van extra service naast de handel in gewasbeschermingsmiddelen die Timmermans nu al heeft. “We zouden de klanten ook kunnen ontzorgen door hun restvloeistoffen te verwerken en daar ook de administratie voor te voeren. Zij zouden dan een zero emission-certificaat kunnen krijgen. Andere opties zijn bijvoorbeeld het reinigen van zaaimachines waarmee behandeld zaaigoed is gezaaid, net als het fust van groenteproducten.” De ontwikkelingen passen in het doel van Timmermans om als bedrijf een toegevoegde waarde te zijn voor de landbouw, vertelt Harm. “We willen toe naar een duurzame gewasbescherming. We hebben te maken met het milieu, maar ook met voedselveiligheid. En we kunnen niet zonder een maatschappelijk draagvlak. Daarvoor hebben we ook een professioneel filmpje laten maken voor onze website en voor social media.” Het bedrijf wil zo laten zien dat het de emissies bij het spuiten al sterk heeft teruggebracht. “Onze spuitmachines gaan nu al tot aan 99 procent driftreductie. Omdat we vloeistoffen na het reinigen niet meer over het veld uitspuiten, pakken we daar ook af- en uitspoeling aan. Op die manier brengen we alle emissies sterk terug. We lopen nu met de zuivering voor de muziek uit, maar we willen het gewoon goed geregeld hebben, zodat we iets hebben waarmee we allemaal weer vooruit kunnen.”
‘WE WILLEN OOK VOOR KLANTEN RESTVLOEISTOF GAAN VERWERKEN EN DE ADMINISTRATIE BIJHOUDEN’
GRONDIG 4 2021
41
ONDERNEMEN MET VAKTECHNIEK - DOORGEREKEND
Onderhoud, afschrijving en verbruik wegen zwaar
Tekst en foto’s: Frits Huiden
DE BALANS VAN DE VERVAET Q616 OPGEMAAKT
Wat kost het onderhoud, gebruik en bezit van een bietenrooier nu eigenlijk? De boordcomputer, een uitdraai van alle onderhoudsfacturen en een schatting van de restwaarde geven veel inzicht. Loonbedrijf W. Baert in Koewacht heeft nu drie seizoenen gerooid met zijn Vervaet Q616, draaide er enkele duizenden uren mee en maakte hem alweer klaar voor het volgende seizoen. Een mooi moment om de balans op te maken. “Hier kan ik nog gemakkelijk een aantal seizoenen mee door.”
Grote oogstmachines staan bekend om de hoge aanschafwaarde en hoge onderhoudskosten. Zeker rooiers die door zware grond heen moeten trekken, vaak onder natte omstandigheden, vragen veel onderhoud. Er zijn vele slijtdelen en de markt van rooiers is relatief klein. Een koopprijs van vijf ton en jaarlijkse onderhoudskosten van € 15.000 ,- zijn heel gebruikelijk. Grofweg zijn er met Grimme, Ropa, Vervaet en Holmer vier bie-
42
GRONDIG 4 2021
tenrooierfabrikanten in Nederland. Laatstgenoemde is sinds kort ook weer onder de naam Agrifac (beide Exel Group) te krijgen. Jaarlijks worden er op de Nederlandse markt hooguit zo’n dertig nieuwe rooiers verkocht. Vervaet is daarin één van de grotere spelers, zegt Daan van der Velde van Vervaet. “Wij bouwen door de jaren heen in Biervliet gemiddeld ongeveer 25 rooiers per jaar voor de wereldmarkt. In 2020 verkochten
DOORGEREKEND - ONDERNEMEN MET VAKTECHNIEK
wij vijf tot tien bietenrooiers in Nederland. Dat aandeel was voorheen hoger. Ropa en Holmer voeren de druk flink op. Door de grotere voorraden die zij aanlegden, hebben zij waarschijnlijk ook meer met de prijs moeten doen”, beredeneert Van der Velde. Ook bij deze machines wordt tachtig procent geleased in termijnen van drie tot zeven jaar, vaak via BNP Paribas of De Lage Landen (Rabobank). Operational lease is er niet bij. Dat gaat heel anders bij de Vervaet-trikes, die doorgaans in drie tot vier jaar worden afbetaald. Zeker tachtig procent van de omzet bij Vervaet komt van de zelfrijdende bemesters en de rest van de rooiers.
INGERUILD OP EEN 617 Vervaet heeft de Q-serie in 2016 op AgroTechniek Holland geïntroduceerd. Inmiddels zijn er in Nederland meer dan veertig Q-serie-machines verkocht, die zowel een akkerbouwer als een
VERVANGEN ONDERDELEN EERSTE DRIE JAAR*
DATUM
28-02-2019 21-03-2019 31-03-2019 23-10-2019 14-01-2020 11-02-2020 24-11-2020 03-12-2020 28-12-2020 11-01-2020 02-02-2021 02-02-2021 02-02-2021 09-02-2021 09-02-2021 15-02-2021
REPARATIE Filters en olie Widia-rooischaar links en rechts Poetserklepel Zes Widia-rooischaren links, zes Widia-rooischaren rechts Kleprol 90 millimeter, flensrol, filters 50 rubberklepels poetser veertand krul, tien liter Shell-olie Tien veertanden, verenstrip Brandstoffilter, waterafscheider twee zonringen Tien stuks klepelas tussen rij, 50 borgmoeren klepelasje poetseras Kleprol 90 millimeter, flensrol, silent block Twee INA-ringen Kram met smering Bodemketting dwarslosbodem, grote rol
* Facturen onderdelen met een waarde van meer dan € 1000,-
De cabine is uitgevoerd met een luchtgeveerde stoel en een TopView-camerasysteem dat een meerprijs heeft van € 2000,-.
loonwerker passen. Wij bekeken een Vervaet Q616 van Werner Baert uit Koewacht in de gemeente Terneuzen (Zeeuws-Vlaanderen). Deze ondernemer heeft een akkerbouwbedrijf met een loonwerktak in het rooien. De naam Baert is in de
‘GEMIDDELD VERBRUIKTE DE ROOIER 28,63 LITER DIESELOLIE PER UUR’
loonwerksector bekend van het voormalige loonbedrijf Baert in Koewacht, dat in 2011 na 77 jaar stopte. Werner Baert is familie van de voormalige eigenaren. Dat hij koos voor een Vervaet en amper bij concurrerende merken naar de mogelijkheden heeft geïnformeerd, getuigt van vertrouwen en is in zijn geval ook niet verrassend. Baert heeft in de dertig jaar dat hij bieten en cichorei rooit altijd met Vervaet-rooiers gewerkt en goede ervaringen gehad. De fabriek in Biervliet staat bovendien maar dertig kilometer van zijn woonplaats. Dat geeft korte lijnen en ze spreken er figuurlijk dezelfde taal. De Q616 is bijvoorbeeld door Robin Vervaet op 26 januari 2018 hoogstpersoonlijk verkocht aan Baert. De vorige rooier van Baert was ook een Vervaet, van het type 617. Deze rooier met scalpeur en klepelas heeft hij van 2012 tot 2017 zes seizoenen gebruikt en daar toen 4500 uur mee gedraaid.
CENTIMETER SLIJTAGE PER DAG De Q616 staat er na drie jaar nog netjes bij. Dat Werner Baert trots is op de rooier blijkt wel uit details als de toplampjes en de luchthoorns op het cabinedak. Dat straalt liefhebberij uit. De Q616 is door Baert ook compleet uitgevoerd met een CDR-ontbladeraar met een poetseras in plaats van scalpeurs voor een meerprijs van € 7700,-. Bovendien zijn de rooischaren voorzien van een harde Widia-legering (wolfraamcarbide). Dit wordt vooral in het landen als Engeland gekocht vanwege percelen met stenen. Door de droogte in 2018 was de grond bikkelhard. Baert, die acht tot tien hectare per dag rooit op veertig tot vijftig procent afslibbare klei, zag zijn standaardscharen daardoor met een centimeter per dag slijten. Dat was de reden waarom hij € 2200,- extra investeerde in de slijtvaste legering voor de rooischaren van zijn zesrijer. “Na een korte tijd moesten de normale scharen worden vervangen. Onder normale omstandigheden gaan ze natuurlijk langer mee”, aldus Baert. Ook koos de loonwerker voor een luchtdrukwisselsysteem (€ 5500,-), een TopView-camerasysteem (€ 2.000,-) en een luchtgeGRONDIG 4 2021
43
ONDERNEMEN MET VAKTECHNIEK - DOORGEREKEND
Het verbruik van de 357 kW (485 pk) sterke DAF-Paccar-motor en de afstelling van de machine zijn dus juist bij een rooier cruciaal in het totale kostenplaatje. Overigens wordt de Q616 de komende jaren ook geleverd met een 390 (530 pk) DAF-motor, net als de grotere Q621-rooier. Gemiddeld verbruikte de rooier van Baert bij de huidige urenstand 28,63 liter per uur. Het AdBlue-verbruik wordt niet gemeten, maar schat Baert op 1000 tot 1500 liter per jaar. Na zijn derde seizoen wordt de goed onderhouden machine geschat op een waarde van zo’n € 288.000,-.
veerde stoel. Ook de flinke Michelin Cerexbibbanden hebben hun meerprijs. De 900/60R32banden voorop kosten € 3200,- per as en de 1000/55R32-banden achterop € 7100,- per as.
‘KENMERKEND VOOR GROTE OOGSTMACHINES IS DE AFSCHRIJVING VAN € 71,15 PER UUR’
Naast het werk op zijn eigen percelen heeft Baert een klantenkring in een omtrek van veertig kilometer. De boordcomputer houdt bij hoeveel uur in het transport en in het veld is gereden. In totaal staan er 273 transporturen geregistreerd. Zowel in het land als op de weg wordt er met een toerental van 1200 toeren gewerkt. Op de weg wordt er door de ondernemer uit veiligheidsoverwegingen maximaal 35 kilometer per uur gereden. Technisch kan het pedaal dieper worden ingetrapt om sneller te rijden. Het verbruik tussen het rooien en transport is verschillend. Het aantal uren dat stationair is gedraaid, is niet door de boordcomputer geregistreerd. Uit ervaring weten we dat dit bij diverse machines tot dertig à veertig procent van de urenstand kan oplopen. Een verbruik per hectare is dus niet objectief te destilleren.
GEMIDDELD 28,63 LITER PER UUR Werner Baert rooit jaarlijks ongeveer 500 hectare, waarvan ongeveer 100 hectare cichorei. Hij was in 1992 één van de eerste loonwerkers in Nederland die cichorei ging rooien, nadat die teelt opkwam en er een verwerkingsfabriek voor werd gebouwd. In totaal registreerde de boordcomputer tussen de 1400 en 1600 gerooide hectares in de afgelopen drie jaar. Cichorei vraagt meer van de Q616, omdat het gewas dieper moet worden gerooid. Kun je een biet rooien op vijf centimeter diepte, dan moet je om cichorei netjes te oogsten vaak tien centimeter diep gaan. Dat brengt extra slijtage en een hoger dieselverbruik met zich mee.
De jaarlijkse onderhoudsbeurt begint met een grondige reiniging. De loonwerker schat dat er na het seizoen wel twee ton grond aan kan hangen.
44
GRONDIG 4 2021
ONDERHOUD NA DRIE SEIZOENEN In januari zijn de laatste bieten gerooid en daarna begint de grote jaarlijkse onderhoudsbeurt. Baert doet al het onderhoud aan de rooier zelf. Dat begint bij een uitgebreide reiniging. “Er kan wel twee ton grond aan hangen”, weet de loonwerker. Na de eerste twee rooiseizoenen was hij telkens zo’n 80 uur bezig met het onderhoud aan de Vervaet, verspreid over twee weken tijd. Bij een uurtarief van € 40,- zou dat gelijk staan aan € 3200,-. Tussendoor en in het rooiseizoen zelf vindt kleiner en alleen hoognodig onderhoud plaats. Alle onderdelen en vloeistoffen, zelfs de Vervaet-rode verf om plekjes bij te werken, bestelt Baert bij Vervaet. Zodoende is er ook een duidelijk overzicht van de kosten van onderdelen na drie seizoenen. Vanaf eind september 2018 tot maart dit jaar is er € 14.839,- exclusief btw aan onderdelen besteld, wat op zich te doen is. In maart 2019 en februari 2020 waren hiervoor gemiddeld € 3000,tot € 4000,- aan onderdelen nodig. Daarbij zaten ook de nieuwe Widia-rooischaren van samen € 2200,-. Dit jaar kwam de onderhoudsbeurt iets hoger uit, met ruim € 6000,- aan onderdelen. Onderdelen die in voorraad worden gehouden, zijn daar buiten gehouden. Het aantal gespendeerde uren kwam echter wel veel hoger uit, met acht weken werk ofwel 320 uur. Tijdrovende klussen
waren het vervangen van de dwars-losbodem, die korter is dan de andere bunkerkettingen en dus sneller slijt. Ook zijn de rubbers van de bewegende rooischaren vervangen en waren er enkele keerringen van de aandrijfkasten van de scharen lek. De honderd veertanden in elk van de zes rei-
VERVAET Q616 IN GETALLEN Type Q616, zesrijer met twaalf rooischaren Bouwjaar 2018 Eigenaar Werner Baert Woonplaats Koewacht (Zld.) Bedrijf akkerbouw, loonwerk, verhuur Areaal bieten en cichorei circa 500 ha Radius verspreiding klanten 40 km UITVOERING Motor DAF-Paccar Vermogen 356 kW (485 pk) Werktoerental 1200 tpm Rooischaren Widia Ontbladeren CDR VF Topper en poetseras Reiniging zes reinigingszonnen Banden voor 900/60R38 Banden achter 1000/55R32 Bandenspanning in het veld 1,8 bar Bandenspanning bij transport 2,6 bar Gemiddelde rijsnelheid in het werk 4 km/u PRESTATIES Totaal uren op de weg 273 Totaal gereden op het land 6855 km Gereden op land per jaar 2285 km Totaal gereden op de weg 4762 km Gereden op de weg per jaar 1587 km Gemiddelde capaciteit 0,7 ha/u Gemiddelde capaciteit per jaar 0,6 ha/u Dieselverbruik per uur 28,63 l AdBlue-verbruik per jaar 1000 tot 1500 l Smeervet centrale smering 30 kg FINANCIEEL Nieuwprijs circa € 500.000,Afschrijving per uur € 71,15 Totaal onderhoud onderdelen incl. btw € 17.955,Totaal onderhoud onderdelen excl. btw € 14.839,-
DOORGEREKEND - ONDERNEMEN MET VAKTECHNIEK
nigingszonnen van elf millimeter dik en € 12,81 per stuk worden alleen bij breuk vervangen. Ook een grote klus is het reviseren van de poetseras. Ook de 168 rubberen klepels op de poetseras (€ 16,80 per stuk) worden alleen bij breuk vervangen.
VEEL ZELF DOEN Standaardwerk is het vervangen van de olie, hydrauliekretour-, lucht- en brandstoffilters en de eindaandrijvingen op de assen elke 500 uur of na elk seizoen. Tevens gaat er via de centrale automatische smeerunit nog eens dertig kilo vet richting lagers en bewegende delen. Het aantal vetpatronen uit de vetspuit om nippels op bijvoorbeeld de asjes van de bewegende scharen te smeren, is niet geteld. Echte schade heeft de Q616 alleen afgelopen seizoen gehad, toen er twee boutjes van een bodemlat in de losketting braken bij de langsbodem. Die bodemlat blokkeerde de ketting, met alle gevolgen van dien. De lattenbodem wordt komend jaar helemaal vervangen. Verder zijn er nog geen onverwachte zaken voorgekomen. Baert verwacht volgende winter behalve de langsbodem ook de 48 conische lagers van de aandrijving van de rooischaren aan te pakken. Mogelijk wordt dan ook een nieuwe set Widia-rooischaren gemonteerd, die inmiddels iets dunner worden. Al met al heeft Beart het idee dat de rooier zich een stuk beter houdt dan zijn vorige type 617. Baerts ervaring is dat het niet meevalt om welke rooier dan ook überhaupt rendabel te houden. “Je moet heel wat areaal hebben. De kosten stijgen overal immers elk jaar. Dat geldt voor onderdelen, maar ook een nieuwe rooier zal, wanneer de huidige is afgeschreven, opnieuw vijftien procent duurder zijn. Ook servicemonteurs worden in de hele sector duurder en hebben zo’n beetje hetzelfde tarief als dat wij voor een trekker met kipper kunnen rekenen.”
De rooier is uitgevoerd met een luchtdrukwisselsysteem (€ 5500,-). Ook de flinke Michelin Cerexbib-banden hebben hun prijs: de 900/60R32’s voorop kosten € 3200,- per as en de 1000/55R32’s achterop € 7100,- per as.
Het verbruik van de 366 kW (485 pk) sterke DAF-Paccar-motor en de afstelling van de machine zijn dus juist bij een rooier cruciaal in het totale kostenplaatje.
De Q616-rooier kostte op 26 januari 2018 ongeveer € 500.000,-. Na momenteel zijn derde seizoen, wordt de goed onderhouden machine geschat op een theoretische waarde van zo’n € 288.000,-. Kenmerkend voor dergelijk dure oogstmachines: dat komt neer op € 71,15 per uur aan afschrijving. Een trekker schrijft bijvoorbeeld grofweg € 7,- tot € 10,- per uur af. Afhankelijk van de markt kan die waarde en dus de afschrijving veranderen. Baert is van plan nog zeker enkele ja-
‘SERVICEMONTEURS REKENEN HETZELFDE TARIEF ALS WIJ VOOR EEN TREKKER MET KIPPER’
ren met de rooier door te werken. Zo kan hij de laatste jaren doorrijden zonder dat de rooier te weinig waard wordt en de volgende stap naar een nieuwe rooier te groot wordt. Voor het dieselverbruik is € 28,70 per uur gecalculeerd en € 35,- per uur voor de chauffeur. Voor onderhoud wordt gemiddeld € 7500,- per jaar gerekend. Volgens Vervaet is dat in de eerste vijf jaar toereikend. Dat is teruggerekend slechts € 2,94 per uur ofwel € 14,15 per hectare. Baert kon de eerste twee jaar met dat bedrag zeker uitkomen, maar ging er het derde jaar door de vele uren in de werkplaats juist overheen. Voor verzekering en berging wordt samen € 4500,- gerekend. Lage onderhoudskosten vormen één van de speerpunten bij Vervaet, weet eigenaar Robin Vervaet. “De materiaalprijzen stijgen en goed personeel vinden is de uitdaging van deze tijd. Om de machines rendabel te blijven houden, blijven we bij ons principe van eenvoud voor zo laag mogelijke onderhoudskosten.” GRONDIG 4 2021
45
ONDERNEMEN MET VAKTECHNIEK - DEUTZ-FAHR
Transport met Deutz-Fahr en Dezeure Tekst en foto’s: Frits Huiden
EERSTE ZWARE SDF-CVT EN DUBBELE TURBO
Deutz-Fahr introduceerde eind vorig jaar de 8280 met een eigen TTV-transmissie. Inmiddels is hij als demo in Nederland. Grondig maakte een ronde van zo’n dertig kilometer met daarachter een 22,7-kuubs Dezeure-drieasser. Een combinatie om bergen te verzetten. Het uiterlijk van de 8280 TTV sluit naadloos aan bij dat van zijn broertjes in de kleinere 7-serie. Toch wijkt hij wel degelijk af. Deutz-Fahr ontwikkelde namelijk zelf in Lauingen de T7780-CVTbak en kiest daarmee voor het eerst niet voor ZF,
46
GRONDIG 4 2021
zoals bij de 7- en 9-serie. De transmissie heeft geen vier, maar twee mechanische rijbereiken die automatisch onder last schakelen. Het eerste bereik loopt tot 18 km/u en het tweede van 18 tot 60 km/u. Bij acceleratie is er eerst een relatief
DEUTZ-FAHR - ONDERNEMEN MET VAKTECHNIEK
hoog hydraulisch aandeel, dat al snel door het mechanische deel wordt overgenomen. Zowel bij hoge als lage snelheden zou er daardoor een flink mechanisch aandeel van de aandrijving zijn, tot zelfs negentig procent op topsnelheid. Het is de eerste CVT van Deutz-Fahr in dit zware segment. Een powershiftbak komt er niet. Qua formaat vult de 8280 TTV het gat tussen die kleinere, 8,2 ton wegende 7-serie van 181 kW (246 pk) en de grote, 11,8 ton wegende 9-serie vanaf 217 kW (295 pk). Onze 8280 TTV weegt 10,0 ton en de 6,1-liter-Deutz-motor in het vooronder levert 211 kW (287 pk). Dezelfde motor zit ook in de 7-serie, maar kreeg in de 8280 een tweede turbo. De 9-serie gebruikt de veel grotere 7,8-literDeutz-motor. De extra turbo helpt de motor aan een maximum koppel van maar liefst 1226 Nm, dat wordt gehaald tussen de 1250 en 1700 toeren. Door de hoge injectiedruk van 2000 bar heeft de motor een snellere respons. Deutz moest de koeling verdubbelen. Het service-interval is verhoogd van 500 naar 1000 uur.
RONDJE BRABANT Op ons rondje door Brabant proberen we de motor en de nieuwe transmissie gelijk uit. Via de vier in de 550-litertank verzonken treden klimmen we vlot in de cabine. Geen grote veranderingen in het interieur, behalve dat het display in de A-stijl is vervangen door een digitaal dashboard. Dat is prima af te lezen, ook in de zon. Er zijn extra ventilatiegaten in de stuurkolom. Verder is er een DAB+radio en 50.000 lumen aan ledlicht (led-dagrijlicht, bi-led-koplampen, led- knipperlichten, ledstrips op de spatborden, 23 led-werklampen en zelfs de zwaailamp is led). Voor je smartphone of tablet zijn er usb-laders. Op de 710/70R42-banden hebben we een hoge zitpositie en mooi zicht rondom. Daarbij helpen de grote verwarmde en verstelbare spiegels met dode hoek. Eventueel is ook het beeld van maximaal vier camera’s in het 8- of 12-inch-iMonitor3-scherm te bekijken. Behalve de aftakas en de hefinrichting is achteruitrijden één van de triggers om beeld te krijgen. Een wespentaille ontbreekt, dus het zicht tussen de wielen en de motorkap houdt niet over. Door de intuïtieve bediening rijd je zo met de combinatie weg. We zetten de bak maar gelijk in de Power-stand en de acceleratiesnelheid (op eerst voornamelijk het hydrostatische deel) valt dan ook gelijk op. Via het rijpedaal zitten we zeer vlot op de begrensde 50 km/u.
De motor regelt het toerental nog tijdens het accelereren terug naar 1535 toeren. De rust bij deze snelheid is aangenaam. 60 km/u bij 1850 toeren en 40 km/u bij 1220 toeren is een optie. Er zijn twee cruisesnelheden mogelijk, voortaan onafhankelijk van het handgas en de aftakasmodus.
‘BIJ HOGE EN LAGE SNELHEDEN IS EEN FLINK DEEL VAN DE AANDRIJVING MECHANISCH’
De nieuwe SDF-CVT heeft twee rijbereiken, waarbij er rond de 18 km/u en 1600 toeren onder last wordt geschakeld. Daar voel je niets van.
FLINKE REMMEN De combinatie remt vlot op zijn droge 630 millimeter schijfremmen op de vooras (verplicht bij 60 km/u) en twee grote natte schijfremmen in de achteras. Uiteraard remt de kipper ook mee, eventueel zelfs via het Advanced Trailer Breaking-systeem. Door de voordruk van 0,5 bar in de remleiding reageert de deze al vlotter, maar als de trekker te weinig vertraging meet ten opzicht van de rempedaalstand en de snelheid zet de aanhangerrem er nog een tandje bij.
De 8280 TTV weegt tien ton en de 6,1-liter-Deutz-motor in het vooronder levert 211 kW (287 pk). Dezelfde motor zit ook in de 7-serie, maar kreeg in de 8280 TTV een tweede turbo.
Comfort en rijeigenschappen zijn ruim voldoende dankzij de hydraulisch geveerde Dana-vooras en de luchtgeveerde cabine. De vooras kent drie in te stellen niveaus: zacht, normaal en auto. Ook is er gedacht aan een anti-duiksysteem dat de vering blokkeert als er op hogere snelheid extreem hard wordt geremd. Het aantal stuuromwentelingen is in te stellen op vier standen. De fronthef uit eigen huis tilt 5450 kilogram en heeft een Isobus- en camera-aansluiting. Net als op de 7-serie zijn er weer twee elektronisch te schakelen toerentallen (1000 en 1000E) voor de frontaftakas. De hefinrichting achter tilt 11.000 kilo, maar wie vooral transportwerk doet, hoeft die niet te demonteren. De spindels hebben een dermate groot bereik dat de Walterscheid-heflatten zeer hoog zijn op te draaien en geen dissel of aftakas zullen raken. Achter zijn er drie toerentallen (540E, 1000 en 1000E) en vijf elektronisch gestuurde ventielen.
Net als op de 7-serie is de tweetoerige frontaftakas (1000 en 1000E) een optie. Hij is gesynchroniseerd met de aftakassnelheden achterop
PRAAT MET IEDEREEN Uitgebreide communicatiemogelijkheden zijn vandaag de dag uiterst belangrijk, ook voor Deutz-Fahr. Dat begint bij het hanteren van de ISO-XML-computertaal die elke AEF-fabrikant
Handig: de Walterscheid-heflatten zeer hoog op te draaien, zodat ze geen dissel of aftakas kunnen raken en niet hoeven te worden gedemonteerd voor transportwerk.
GRONDIG 4 2021
47
ONDERNEMEN MET VAKTECHNIEK
Met de optionele Skybridge-functie kun je na signaalverlies nog twintig minuten op RTK-nauwkeurigheid doorrijden.
‘EEN ANTI-DUIKSYSTEEM BLOKKEERT DE VOORASVERING BIJ EXTREEM HARD REMMEN’
INTELLIGENT EN STERK DESIGN
spreekt en het bestandsformaat Shapefile uit de geo-wereld. De iMonitor3 is via een Xtend-functie uit te breiden met een tweede scherm, om bijvoorbeeld een zaaicombinatie ook met een tablet buiten de trekker af te stellen en op te klappen. Het scherm met sectiecontrole voor maar liefst 200 secties is TIM-ready, op afstand over te nemen en heeft een eigen modem. Via Agrirouter is met verschillende werktuig- en softwarefabrikanten te communiceren, zoals Dacom om taak-
kaarten naar de trekker te sturen. De Topcon SRC40-GPS-ontvanger is vervangen door de GNSS SR20-ontvanger. Behalve GPS en Glonass ontvangt deze ook Galileo en heeft hij een ingebouwde gyroscoop. Met de optionele Skybridge-functie kun je na signaalverlies twintig minuten op RTK-nauwkeurigheid doorrijden. Het eerste jaar na aankoop van de € 245.000,- kostende trekker (€ 285.000,vol opties) is het gebruik van fleetmanagement wel gratis.
WERELDLEIDER IN HAGEN- EN GROENONDERHOUD TECHNOLOGIE Oplossingen voor probleemloos landschapsonderhoud
48
GRONDIG 4 2021
Klaar voor professionals! Opklapbare rotorkopeggen Zeer zware aandrijfkasten Volledig gelaste tandwielbakken Hierdoor extra stabiliteit 2 overbemeten kopeggen gemonteerd Walterscheid aandrijfassen Rotoren dicht bij de zijkanten Volledig egale werking over volle breedte
Energy-P/600
Opklapbare frezen Beide freeshelften zonder tussenruimte Hefcilinders op het zwaartepunt Zware tussen-versnellingskasten Ook in overtop of bio-uitvoering Walterscheid aftakassen Zij-aftakassen met nokkenschakelkoppelingen
Tiger-450P/600
Bieslook 15
gerard.zweers@argi.nl
www.argi.nl
6942 SG DIDAM
06-53236180
like ons op facebook
WELGER Provi 220 en 320 Klepel Dikte 5 mm. Oud model (korte punt) (900194) Ond.nr.: 0982.21.04.00 E 27,00 ® Nieuw model (lange punt) (900195) Hemos breedte 140mm/ radius 100/ Ond.nr.: 0982.21.09.00 E 29,75 Klepel
HEMOS
gat 16,5 (803016)
WELGER (900196) 0982.21.09.00 Premium met opgespoten carbide laag
FALC
MAAIMESJES
E 42,50
Klepel radius 98mm / gat 25,5 (804025)
Prodina biedt u ook in mesjes voor maaikorven een ruime keuze. Zoals bijvoorbeeld:
KUHN
Wij kennen de eisen, beheersen de systemen en zorgen voor de beste opslag voor uw producten.
breedte 115mm / bovenbreedte 38mm/ radius 105mm NETTO / gat 16,5mm (805116)
HERDER maaimes MS / MX 2 gaats (met nokje) Art.nr.: 9572.0021 Verpakt per 20 stuks in handige doos:
E 2,80
Mesje 4 mm dik Art.nr.: 9572.0040: mesje 9572.0047:
E 3,00 E 3,30
5 gaats Artikelnr.: 9572.0019 Verpakt per 25 stuks in handige doos:
E 1,60
BOXER
PRIJS
radius 76mm (806112)
(801525)
FAE
sinds Mesje 4 mm dik BOMFORD 90 KLEIN PERFECT Art.nr.: 9572.0039/ 9572.0046: E 1,85 1 9 radius 86mm / gat 16x27 (807100)
HERDER
DUBBELE VINGER voor Herder maaibalk Artikelnummer : 9572.1003 Voorzien van 2 draadgaten:
SEPPI
Kistenbewaring
E 9,30
bus R=80mm/gat ø31mm (900023)
SLIJTPLAATJE voor Herder maaibalk Artikelnummer : 9573.0202:
uw specialisT in bewaringen en loodsen bulkopslag
Hout en beton
S20
prodina.nl
E 2,65 PERFECT GROOT
Klepels | Y-Klepels | Ophangingen | HEMOS Drukkerhulsje 9573.0204 : E 2,10
Hemos (900137) Hamerklepels | Bevestigingsmateriaal Snijbreedte 200 / R100 Klinknagel 9261.6180 6x18 mm. 60x8 per kg.: E 8,85
Bout voor montage grote
HERDER Bekijk ons volledige assortiment opPerfect-klepel, onze website M.20x2x140
HEMOS
Drukkerhuls. Origineel nr. 9573.0244 NETTO prijs. (900206)Hemos 8mm L/R E 2,10 (900253)
Oosterwijzend 50 | 1616 LD Hoogkarspel | 0228 Klepel 56 29 82 | info@prodina.nl COUP’ECO
T 073-503 25 27 info@steenbergen-bouw.nl
www.sTeenbergen-bouw.nl
ONDERNEMEN MET VAKTECHNIEK - BOBCAT
Strategisch sterker
Tekst: Gert Vreemann Foto’s: Bobcat
BOBCAT LANCEERT L85-WIELLADE
Met de L85-wiellader heeft Bobcat er weer een belangrijke product in het assortiment bij. De nieuwkomer past internationaal naadloos in de groeiambities van het merk. De L85 komt uit de Europese fabriek in Dobris. Daarmee heeft Bobcat-importeur Inter-Techno een Europees product, waarmee het in Nederland goed aan de slag kan.
‘BOBCAT VOERT DE LAATSTE JAREN BINNEN HET DOOSAN-CONCERN EEN ZELFSTANDIGE KOERS’
50
GRONDIG 4 2021
‘One Tough Animal’ is de passende kreet die Bobcat gebruikt voor de nieuwe L85-wiellader. Het gaat in eerste instantie om alleen een vijftons model. Op zich niet zo’n beperking, omdat juist die vijftons klasse belangrijk is. Deze machine upgraden of downsizen naar respectievelijk zes en vier ton zal daarna niet zo’n grote stap zijn en vast volgen. Voor wie een beetje kan optellen: in één van de Bobcat-video’s wordt de L65 al aangekondigd. Voor Bobcat is het belangrijk een wiellader in het programma te hebben. Een eigen wiellader wel te verstaan, uitgerust met het bekende systeem van Zettelmeyer (Volvo), maar natuurlijk desgewenst met het Bob Tach-koppelsysteem, zodat gebruikers met Bobcat-tools de machine naadloos kunnen inpassen.
DOORGROEIEN Sinds Bobcat door Doosan in 2007 van Ingersoll Rand werd overgenomen, heeft het een flinke groei doorgemaakt. Het Doosan-concern heeft Bobcat de laatste jaren weer meer losgetrokken van de Doosan Heavy Equipment-grondverzettak en het merk voert daarmee een zelfstandiger koers in ontwikkeling, fabricage en dealernetwerk. Dealers - met name in Scandinavië en Duitsland, waar de vijftons-wielladerklasse erg populair is - past een wiellader goed om een completer aanbod te hebben. In schrankladerland Verenigde Staten, waar de roots van Bobcat liggen en waar het merk het grootste bestaansrecht heeft, wint de compacte wiellader naast de schranklader voorzichtig terrein. Bovendien is
BOBCAT - ONDERNEMEN MET VAKTECHNIEK
Bobcat zich in Amerika steeds verder aan het specialiseren als belangrijke speler in de tuin- en parktechniek, getuige de recente lancering van een zero-turnmaaier aldaar. Overigens lanceerde het merk in Noord-Amerika al de daar ontwikkelde en gebouwde compacte knik-wielladers L23 en L28 als directe (minder in het groen wringende) variant op de schrankladers. De L85 past dan als grotere broer prima in het plaatje. Inter-Techno laat weten dat deze ook vanaf de zomer in Nederland leverbaar zullen zijn.
UIT DOBRIS Net zoals er onder de gedreven leiding van de Koreanen een gerespecteerde lijn minigravers op de markt is gezet - ontwikkeld en geproduceerd in de Europese fabriek in het Tsjechische Dobris - en er een vergelijkbare ontwikkeling bij de Bobcat-verreikers heeft plaatsgevonden, zet Bobcat bij de L85 ook meteen Europees in. Deze machine is ook ontwikkeld en al in productie genomen in de fabriek in Dobris. Importeur Inter-Techno ziet de nieuwkomer als een goede aanvulling op het programma. Die past met desgewenst Bobcat Tach naadloos bij Bobcat-gebruikers en is een andere
‘DE NIEUWELING PAST NAADLOOS BIJ BOBCAT-GEBRUIKERS EN IS EEN DUIDELIJK ANDERE WIELLADER DAN DE ATLAS’
wiellader dan die van Inter-Techno’s premiummerk Atlas. Daarmee kunnen beide merken prima naast elkaar worden verkocht. Inter-Techno ziet voor de Bobcat naast de verhuurtak 123 Machineverhuur voor onze sector in groen en infra ook goede kansen in de landbouw. Een elektrische versie is nog niet aangekondigd, maar Inter-Techno verwacht dat Bobcat de e-lijn net als bij de minigraafmachines op termijn zal uitbouwen. Eind april verwacht het bedrijf het eerste exemplaar in Apeldoorn binnen te hebben en vanaf mei start een landelijke demotoer.
De machine heeft armleuningbediening, een tweezijdig verstelbaar stuur, een moderne stoel en dito klimaatregeling.
TECHNIEK BOBCAT L85 De L85-wiellader is opgebouwd uit bekende Bobcat-componenten, zoals de 51 kW (68 pk) Bobcat D24-Stage V-motor. De assen en de hydrostatische rijaandrijving komen van de verreikers, evenals (delen van) de cabine. De hydrauliekcomponenten vinden we ook terug in andere Bobcat-producten. De 5,1-tons machine met een bak van 0,8 tot 1,2 kuub heeft een hefhoogte van 3,25 meter bij een kiplast van 3,2 ton. Voldoende hoog dus voor het laden van vrachtwagens. De relatief hoog geplaatste cabine met een doorrijhoogte van 2,50 meter geeft goed zicht en er is een bakniveau-indicator op de bakcilinder om de positie van de bak of palletvork op de grond aan te geven. De zweefstand op de giek is standaard en snelheidsonafhankelijk. Belangrijk voor de veelzijdige inzet is dat er standaard 100 liter hydrauliekolie per minuut beschikbaar is voor aanbouwdelen in combinatie met een aparte rijfunctie waarbij het motortoerental kan worden vastgezet voor een continue hydrauliekopbrengst en er puur op het rijpedaal kan worden gereden. De machine heeft een automatische parkeerrem en een hellingassistent. Voor goed zicht zijn er volglazen portieren en doorlopend glas naar beneden bij de voorruit plus een afgeronde en afgeschuinde motorkap. Standaard is er een achteruitrijcamera met weergave op het 5-inch-display die bij het achteruit rijden automatisch wordt ingeschakeld. De machinist zit in een luxe stoel, desgewenst verwarmd en met armleuningbediening voor de joystick. De omkeerschakeling zit (achter) in de joystick, de jogshuttle voor de bediening van het display zit bij de joystick. Het stuur is horizontaal en verticaal verstelbaar. Airco is leverbaar. De L85 is standaard uitgerust met het bekende Zettelmeyer-systeem, maar desgewenst ook met het Power Quick-Tach-systeem, eventueel in combinatie met een adapter. Met de Advanced Attachment Control-bediening voor aanbouwdelen kan met één druk op de knop worden overgeschakeld op voorgeprogrammeerde instellingen voor andere tools. De motor wordt gestart met de standaardsleutel, maar kan ook met een softtouch-knop op de rechter console worden in- en uitgeschakeld. In de console is voldoende opbergruimte voor grote waterflessen en bekers aanwezig, evenals een 12V-lader en usb-poorten. De machine is leverbaar in 20 en 30 km/u-uitvoering. De bandenmaten variëren van 335/80R18 tot en 405/70R20.
GRONDIG 4 2021
51
ONDERNEMEN MET CUMELA - VERZEKERINGEN
De sector verzekerbaar houden CUMELA VERZEKERINGEN VERDUBBELT OMZET
Tekst en foto: Toon van der Stok
In zeven jaar tijd wist Cumela Verzekeringen de omzet te verdubbelen. Niet als doel op zich maar wel om een sterkere speler te worden op de verzekeringsmarkt om daar te strijden voor goede verzekeringen voor cumelabedrijven. Noodzakelijk nu de grote verzekeraars vooral kijken naar risico’s en rendement. Moeilijke risico's accepteert men alleen nog via grotere gespecialiseerde adviseurs. De cumelasector verzekerbaar houden, dat zien Marcel Elferink als voorman van de buitendienst van Cumela Verzekeringen en directeur Ralph de Hart als belangrijkste taak voor dit bedrijfsonderdeel van Cumela. Om dat te kunnen, wilden ze tussen 2014 en 2024 de omzet verdubbelen en marktleider worden onder de cumelaleden. Een uitdaging die afgelopen jaar al werd gerealiseerd. Bij de start van dat plan had Cumela Verzekeringen een marktaandeel van ongeveer twintig procent, schat De Hart in. “We hebben ons toen afgevraagd hoe hoog dat zou moeten zijn om bij
‘WE WILLEN ONS BLIJVEN ONDERSCHEIDEN MET PERSOONLIJK CONTACT’ verzekeraars als tussenpersoon werkelijk een rol te kunnen spelen. Als antwoord kwamen we op veertig procent en dat betekende dat we onze omzet moesten verdubbelen. We hebben dat zeker nodig, want verzekeringsmaatschappijen vinden de cumelasector natuurlijk maar moeilijk. Voor hen werken we vooral met grote machines, die grote schades kunnen veroorzaken als we in de grond roeren of bijvoorbeeld groen afval verwerken. En als er één ding is waarvan verzekeraars niet houden, dan zijn het wel risico’s die ze zelf niet goed kunnen inschatten.”
RISICO’S BEPERKEN De groei is uiteindelijk vooral gerealiseerd door bij bestaande klanten het aantal verzekeringen uit te breiden, blijkt uit de cijfers. Het aantal klanten is de afgelopen jaren namelijk maar met ongeveer twintig procent toegenomen, met een groei van ongeveer 900 naar circa1100. De omzetgroei komt dus vooral van klanten die nu totaalklant zijn. Juist
52
GRONDIG 4 2021
VERZEKERINGEN - ONDERNEMEN MET CUMELA
dat past bij het doel van Cumela Verzekeringen om samen met klanten de risico’s te beperken, stelt Marcel Elferink. “We willen ons in de markt blijven onderscheiden door dicht bij onze klanten te zitten met persoonlijk contact. Dus het frequent bezoeken van bedrijven, maar ook gewoon een medewerker op kantoor die weet wat we verzekeren, die telefoontjes van de klant niet alleen aanneemt maar ook kan beantwoorden en die schades af kan handelen. Alleen kan dat niet voor een bedrijf dat alleen een hakselaar of een enkele graafmachine bij ons heeft verzekerd. Wij gaan voor bedrijven die ons hun hele verzekeringspakket toevertrouwen. Dat geeft ons ruimte om een ondernemer en zijn bedrijf te leren kennen en samen niet alleen naar de polissen te kijken, maar vooral ook naar de risico's te kijken.” Nu de eerste groeidoelstellingen zijn gehaald, wil Cumela Verzekeringen zich vooral focussen op het verbeteren van de kwaliteit. Dat hoort ook bij de zorgplicht die de AFM ons nu oplegt, vertelt De Hart. “Als tussenpersoon moeten we steeds meer laten zien wat we doen voor de klanten. Daar hoort juist het zorgen voor een goede risicoanalyse bij. We willen regelmatig bij een bedrijf alle polissen en risico’s nalopen om te kijken of prijs en condities nog passend zijn. Dan kun je ook bespreken welke risico je als ondernemer zelf wilt dragen en wat je wilt verzekeren. Dat is absoluut maatwerk en behoeft regelmatig bijstelling.”
OMVANG HELPT Het in kaart brengen van risico’s en vooral zorgen dat de schades beheersbaar zijn, is de grote uitdaging voor de komende jaren, stellen De Hart en Elferink. “We hebben nu eenmaal te maken met een sector met grote risico’s. Twee bekende voorbeelden zijn een rijtje huizen in Urk dat werd opgeblazen nadat een kraanmachinist bij riolerings-
NIEUWE DIRECTEUR Naast Ralph de Hart heeft Cumela Verzekeringen nog een tweede directeur. Dit is Ron Krisman. Hij is verantwoordelijk voor Cumela Assuradeuren. Het volmachtbedrijf Cumela Assuradeuren kan voor de verkregen volmachten zelfstandig polissen opmaken en schades direct afwikkelen. Krisman gaat eind dit jaar met pensioen en inmiddels is zijn opvolger bekend. Dit is Roel Stevens, die nu nog werkt als directeur volmacht bij VCN Verzekeringen in Nuenen. Zijn inwerkperiode start op 1 september, waarna hij vanaf 1 januari alle taken van Krisman zal overnemen. Later zullen we hem uitgebreid voorstellen.
WAARDERING VOOR STOP DIEFSTAL Om risico’s te beperken, investeert Cumela Verzekeringen regelmatig in acties om schade te voorkomen, vertelt De Hart. “Zo hebben we eerder bijvoorbeeld al kabelzoekers en de trekkerbumpers gestimuleerd. Nu zijn we de grote aanjager van de Stop Diefstal-actie. Dat zijn zaken die verzekeraars echt waarderen, want er zijn bijna geen tussenpersonen die zoiets doen. Daaruit blijkt dan de grote kracht dat we onderdeel zijn van een brancheorganisatie. Samen hebben we in de markt een groot marktaandeel en kunnen we wat bereiken. Daarom zijn we ook zo blij dat bedrijven massaal meedoen, met als resultaat dat er dit jaar nog geen diefstallen zijn gemeld!”
werk een gasleiding had geraakt. De andere is de aanrijding van een trein met een kipper. Twee schades waarbij de uitgekeerde bedragen in de miljoenen lopen. Dankzij de omvang van onze portefeuille krijgen we dat bij de verzekeraar nog wel geregeld, maar dat moet niet te vaak voorkomen, want bij verzekeraars is de rekensom simpel: ze kijken hoeveel ze aan premie uit de cumelasector binnenkrijgen en hoeveel ze moeten uitkeren. Is dat te vaak negatief, dan is het heel simpel, dan stoppen ze er gewoon mee. Dat kunnen we niet te vaak hebben, want we hebben in Nederland met ASR, Nationale Nederlanden en Achmea nog maar drie grote verzekeraars waar we terecht kunnen met onze portefeuille. We zullen er dus met z’n allen aan moeten werken om de sector verzekerbaar te houden. Dan helpt het als je via een grote portefeuille als tussenpersoon ook een belangrijke klant bent.”
PERSOONLIJK BLIJVEN
‘VOOR VERZEKERAARS IS HET EEN REKENSOM: ZOVEEL KOMT ER BINNEN UIT DE SECTOR EN ZOVEEL MOETEN ZE BETALEN’
Een andere uitdaging voor de komende jaren, is de digitalisering en automatisering, merkt De Hart. “Overal zie je tussenpersonen groter en minder persoonlijk worden. Alles gaat digitaal en kun je van achter de computer regelen. Dat is goed te doen voor eenvoudige verzekeringen, maar veel moeilijker voor het complexere werk waar wij mee te maken hebben. Daarbij willen we niet dat als je belt je bij een anoniem callcenter terecht komt. Als serviceorganisatie willen we juist persoonlijk contact met medewerkers die je bedrijf kennen en even wat meer tijd voor je hebben. Alleen moeten we kijken hoe we dat betaalbaar houden. Daarom is het in ons belang, maar ook in dat van de verzekerden, dat toch zoveel mogelijk digitaal gaat, zodat we tijd overhouden voor goed persoonlijk contact. Juist door ons contact en de kennis kunnen we namelijk echt van meerwaarde zijn. GRONDIG 4 2021
53
ONDERNEMEN MET CUMELA - VROUWEN IN HET CUMELABEDRIJF
‘Een win-win situatie voor het bedrijf en mij’ “Ik heb een vacature en dat is echt wat voor jou.” Met die woorden nam de loopbaan van Renate Grefelman een heel andere wending en kwam ze in het onderwijs terecht. Voor het bedrijf leverde het een win-winsituatie op. Tekst en foto’s: Herma van den Pol
‘WAT VOOR MIJ WERKT, HOEFT NIET VOOR JOU TE WERKEN’
Durf vragen te stellen. Zorg dat je ook iets voor jezelf hebt. Het zijn de adviezen van Chantal Broeze en Ineke Schimmel, die we al eerder spraken in de serie ‘Vrouwen in het cumelabedrijf’. Dirry en Anita van der Hoek vulden die tips verder aan met het advies om flexibel te zijn, omdat om vier uur alles weer anders kan zijn dan je om drie uur had verwacht. Nu is het woord aan Renate Grefelman, mede-eigenaar van loonbedrijf Grefelman. Zij geeft vooral het advies om iets te gaan doen waar je ogen van gaan glimmen. “Voor mij is dat de combinatie van het bedrijf en lesgeven op school”, zegt ze. Hier krijgt ze energie van. “Het betekent echter niet dat wat voor mij werkt ook voor jou werkt. Je moet dat vooral voor jezelf bepalen. Iedereen is anders.”
NAAM: RENATE GREFELMAN ROL OP HET BEDRIJF: MEDE-EIGENAAR, FACTURERING, WERKBONNEN EN CERTIFICERING
54
GRONDIG 4 2021
LEREN VAN ELKAAR “Het is me overkomen en het mooie is dat het zich heeft vertaald in een win-winsituatie voor zowel Landstede (de onderwijsinstelling; red.) als voor mijzelf”, zegt Renate. Ze voelt zich helemaal thuis voor de klas. Het lesgeven, waar nodig de leerlingen ondersteunen en het gesprek aangaan, het zijn allemaal elementen waarvan ze geniet. “Tegelijkertijd leren de leerlingen van mij en ik van de leerlingen. Dat leren gebeurt door middel van de vragen die de studenten stellen en die mij uitdagen en prikkelen. Hierdoor leer ik ook op een andere manier naar het bedrijf kijken. Dan merk je ook dat het een voordeel is dat ik uit de praktijk kom en er middenin zit. Het maakt echt uit. Juist hierdoor kan ik heel mooie
CUMELABEDRIJF: LOONBEDRIJF GREFELMAN, GESPECIALISEERD IN AGRARISCH LOONWERK EN ACTIEF IN GRONDVERZET, GLADHEIDBESTRIJDING EN CULTUURTECHNISCH WERK.
VROUWEN IN HET CUMELABEDRIJF - ONDERNEMEN MET CUMELA
gesprekken met hen voeren. Het is namelijk ook mijn dagelijkse praktijk. Vervolgens ga je naar het huis, het bedrijf, en ga je zelf ook nadenken over wat er gebeurt. Je denkt dan bij jezelf: wij doen het zo omdat het altijd al zo gaat, maar misschien is een andere manier beter. Ik kan dat dan weer delen met mijn man Eduard, met wie ik samen het bedrijf leid.”
dat begin dit jaar uitgebreid naar twee hele dagen. Het past heel goed bij me. Dat komt mede doordat ze iemand zochten die de verbinding met de praktijk kan leggen. Het gaat dan over ondernemerschap, kostprijsbeheersing en meer van dit soort zaken waarmee ik op ons bedrijf al bezig ben.”
TOE AAN IETS NIEUWS EEN GOED TEAM Dat ze er naast het bedrijf iets bij is gaan doen, was voor iedereen wennen, ook voor Eduard. “Wij zijn een heel goed team en kunnen heel goed 24 uur per dag bij elkaar zijn”, zegt Renate. “We vullen elkaar ook aan. Alles wat ik niet kan, kan hij en wat hij niet kan, kan ik. Hij is goed met klanten en kan heel goed plannen en de medewerkers aansturen en ik kan goed overweg met de computer.” Het was dan ook geen bewuste keus van Renate om er iets bij te gaan doen. “Het kwam door mijn huidige collega Bastiaan Dorgelo. Hij kwam bij ons op het bedrijf langs en dropte als het ware een bom met de woorden: ‘Ik heb een vacature en het is echt iets voor jou.’ Ik was totaal overdonderd door die woorden en was er, waardoor ik in eerste instantie in de weerstand schoot.” Haar collega, met wie ze nu samen een kantoor deelt in het gebouw van Landstede Raalte, herinnert het zich iets anders. “Je moest eerst nog dringend iets doen en was daarna weg”, zegt hij. Het typeert Renate, die zichzelf omschrijft als gedreven. Als ze besluit ergens voor te gaan, gaat ze er ook voor en dat was toen nog alleen het loonbedrijf. Later volgde een goed gesprek en na nog een periode van goed nadenken werd ze toch enthousiast en begon het te kriebelen. Renate besloot de kans aan te grijpen om het onderwijs in te gaan. “Maar dan wel met de mogelijkheid om mijn onderwijsbevoegdheid te halen. Ik ben vervolgens twee halve dagen gaan werken en heb
Voor Eduard en de kinderen lag dat iets anders, want die moesten er wel degelijk aan wennen dat Renate opeens eerst halve dagen en daarna twee hele dagen niet bereikbaar was. “Ik was er altijd en ze konden altijd vragen: ‘Renate wil je even dit of dat doen?’ Nu kon dat opeens niet meer. Toch kwam de baan net op het goede moment op mijn pad. Ik had namelijk door aanpassingen bij ons op het bedrijf al meer ruimte gekregen in de agenda. Ik heb genoten van het even minder druk zijn, maar was ook langzaam toe aan iets nieuws. Als dit niet op mijn pad was gekomen, was ik misschien iets heel anders gaan doen.” Als Renate nu de balans opmaakt, zou ze haar werk op het bedrijf echt niet willen missen. Dat blijkt ook, want vanaf het moment dat ze het kantoor op het loonbedrijf in loopt, gaat de knop om en is ze weer volop met het bedrijf bezig. Ze vraagt aan Eduard hoe het is gegaan en staat klaar met een persoonlijk woordje voor een medewerker. “Ik doe nog steeds de werkbonnen, de facturering en de certificering.” Tegelijkertijd is ze heel blij dat ze is gaan lesgeven, want het heeft haar ook veel gebracht. “De twee dagen dat ik lesgeef, ligt mijn telefoon op kantoor in school. Ze kunnen me dan bellen of appen, maar ik ben niet bereikbaar en daar zijn nu ook aan gewend geraakt. Door dit werk krijg ik de kans om andere verhalen en een andere energie mee naar huis te nemen”, zegt ze. Ook het werken met vrouwen als collega’s ziet ze als een mooie aanvulling op wat ze al had. “Van alles samen gaan mijn ogen glimmen”, sluit ze af.
SERIE: VROUWEN IN HET CUMELABEDRIJF De cumelavrouw is uniek in haar verscheidenheid. De één zwaait de scepter, de ander kookt in het hoogseizoen elke avond voor het overwerkende personeel en weer een ander werkt buiten de deur. In deze serie laten we krachtige vrouwen aan het woord die soms geheel, soms weinig, maar altijd op één of andere manier betrokken zijn bij de cumelasector.
‘IK NEEM NU ANDERE VERHALEN EN EEN ANDERE ENERGIE MEE NAAR HUIS’
TIPS?
WERK NAAST HET BEDRIJF:
WAT VOEGT JOUW ROL TOE AAN HET BEDRIJF?
“Gedreven en open. Ik ben voor de klas best heel open over hoe we thuis dingen aanpakken. Ik hou zelf ook van een open en eerlijke houding”
Docent Loonwerk op Landstede Raalte. Ze volgt hiervoor een opleiding voor onderwijsbevoegdheid aan Hogeschool Windesheim in Zwolle
“Ik kan goed organiseren en ben een verbinder. Ik heb oog voor mensen in beide organisaties, dus zowel onze medewerkers thuis als de studenten op Landstede.”
GRONDIG 4 2021
55
VANDAAG DE OPLOSSINGEN VAN MORGEN
Wij zijn de uitvinders van het compacte materieel, en dat doen we nu opnieuw. Dankzij de krachtige motor, een verrassend grote uitbreekkracht, stabiliteit, een brede keuze aan aanbouwdelen en een ruime, comfortabele cabine zorgen de compacte wielladers van Bobcat ervoor dat u elke klus aankunt. IJzersterke prestaties | Slim en intuïtief | Eersteklas comfort | Echt multifunctioneel Neem voor meer informatie contact op met uw lokale dealer of ga naar www.bobcat.com
NL_Bobcat_Grondig_NiN-L85_200x134_(5).indd 1
+ Fijn en bewerkbaar eindresultaat door instelbare zeef
+ Scharnierend frame en transmissie
MERICRUSHER.NL
K R O U O HU TE
2 IN 1 MACHINE VOOR EEN FIJN EINDRESULTAAT!
10.03.2021 09:25:01
+ In twee werkgangen landklaar + Efficiënter en robuuste asfaltfreesbeitels + Volledige koppel beschikbaar PETER MA RTEN S info@martens- machines.nl
| +31 (0)6 - 23 63 74 68
JA SPER FOU C H IER jasper@nextech- bv .nl
| +31 (0)6 - 12 78 55 11
ECONOMIE - ONDERNEMEN MET VAKTECHNIEK
IN KORT BESTEK - ONDERNEMEN MET VAKTECHNIEK
CUMELA KOMPAS 0,16 LITER DIESEL PER EURO BRUTO MARGE
STORTKOSTEN
Beste Geralde, In een onderhoudsbestek staat in de bestekspost ‘Maaien kruidachtige’ bij de omschrijving vermeld dat we het maaisel moeten verzamelen en afvoeren. Daarmee weet ik niet naar welke locatie en wie eigenaar is of wordt van het maaisel. Bij de nota van inlichtingen kreeg ik alleen een vaag antwoord. Dus wie moet de stortkosten betalen? De Veehouderijloonbedrijven gebruiken gemiddeld 0,157 liter diesel per euro omzet. Dit ligt duidelijk hoger dan het gemiddelde verbruik van 0,115 in de cumelasector. “De werkzaamheden in de landbouw vragen nu eenmaal meer brandstof dan bijvoorbeeld werkzaamheden in het grondverzet”, legt bedrijfseconomisch adviseur Dieuwer Heins uit. “Kijken we naar de variatie, dan zien we dat ongeveer 75 procent van de bedrijven rond het gemiddelde brandstofverbruik van 0,157 liter per euro omzet zit. 25 procent wijkt duidelijk af. Daar ligt het verbruik tussen de 0,082 en 0,222 liter.” De verschillen kunnen ontstaan doordat een bedrijf net andere werkzaamheden uitvoert die minder brandstof vragen, zoals spuitwerkzaamheden. Ook het tarief speelt een rol. Is dat te laag, dan heb je naar verhouding een hoger brandstofverbruik.
‘HET GEBRUIK IS LAGER DAN DE STANDAARD IN DE KRINGLOOPWIJZER’ Het verbruik bij deze 36 bedrijven is gunstiger dan de getallen die nu als standaard in de KringloopWijzer staan. Daarin wordt gerekend met 0,179 liter per euro loonwerkkosten. Dat is duidelijk hoger dan de huidige werkelijkheid. “Veehouders kunnen ook de werkelijke getallen gebruiken”, zegt Heins. “Wil je heel specifiek zijn, dan moet je rekenen met 157 liter per 1000 euro kosten. Volgens ons kun je ook rekenen met het gemiddelde van agrarische loonbedrijven. Dan is het 144 liter per duizend euro loonwerkkosten.” De cijfers zijn gebaseerd op de brandstofkosten per bedrijf uit Cumela Kompas. Het aantal liters wordt berekend aan de hand van de gemiddelde dieselolieprijs uit de CBS-index. Wil je weten hoe jouw kengetallen zijn, doe dan mee aan de kengetallenvergelijking Cumela Kompas. Stuur dan een e-mail naar kengetallen@cumela.nl.
Beste aannemer, In bepaling 01.17.06 van de Standaard is een regel opgenomen over het afvoeren van vrijgekomen materialen. Vrijgekomen materialen waaraan de opdrachtgever geen waarde meer hecht en die geen bouwstof (dus afvalstof) zijn, moeten naar een op grond van de Wet milieubeheer vergunde inrichting worden vervoerd. Het eigendom wordt daar overgedragen van de opdrachtgever aan de inrichting. De aannemer is in dat kader enkel de vervoerder. Vervolgens vertelt bepaling 01.17.06 van de Standaard ook nog iets over de kosten. Er staat vermeld dat tot het vervoeren tevens behoort het afgeven van deze materialen aan de desbetreffende inrichting en daarmee dus, tenzij het bestek anders vermeldt, de acceptatiekosten (zie bepaling 01.17.01) die een inrichting in rekening brengt. Deze kosten komen voor rekening van de opdrachtgever, tenzij het bestek de hoedanigheid en de hoeveelheid van de vrijgekomen materialen vermeldt. In dat geval maken de acceptatiekosten onderdeel uit van de vervoerskosten en komen deze daarmee voor rekening van de aannemer. In dit specifieke geval is de besteksomschrijving mijns inziens erg vaag. ‘Maaien kruidachtigen’ en ‘schraal grasveld’ zijn de enige bepalingen over de kwaliteit, terwijl er over de hoeveelheid feitelijk niets staat. Daarom ben ik van mening dat de tenzij-situatie niet opgaat en de stortkosten voor rekening van de opdrachtgever komen. De stortkosten hoeven dus niet in de eenheidsprijs te worden opgenomen.
Geralde Bouw-van de Bunt, adviseur juridische & GWW-zaken
GRONDIG 4 2021
57
ONDERNEMEN MET CUMELA - CUMELARIA
Cumelaria HKA wint Sterkste Schakel Award 2021 Op 16 april nam Frank Hoogendoorn van HKA Nieuwkoop BV de Sterkste Schakel Award 2021 voor Dienstverlening met meer dan vijf medewerkers in ontvangst. Frank is trots en blij met deze prijs en noemt het “een superbeloning voor een fantastisch ‘grondig en bevlogen’ team”. Op de vraag hoe Frank zijn team zo klantgericht krijgt, antwoordt hij: “Je medewerkers moet je zien als ambassadeurs van je bedrijf. De klant moet vragen naar je mensen in plaats van naar de machines.”
Van Helmond Loonbedrijf in Ommel start trekkerrijles Fenne van Helmond wordt in augustus zestien jaar en wil graag haar T-rijbewijs halen. Tja, dat kan toch echt niet op een Fendt of John Deere! Een rijinstructeur uit het dorp benaderde Van Helmond al eens, maar in eerste instantie zag het bedrijf dat niet zitten. Maar nu, met de dochter als kandidaat, besloot Van Helmond dit toch op te pakken. Het geeft extra reclame en bekendheid. Dat bleek niet zo maar met de eigen trekkers te gaan, omdat een lestrekker aan specifieke eisen
moet voldoen. ‘Toevallig’ kwam afgelopen jaar de nieuwe Massey Ferguson S8-serie uit. Samen met de Mechan Groep en LMB Rovadi kwam het tot een mooie samenwerking. De trekkerlessen lopen via de CBR-erkende instructeur. Op 9 april werd er gestart en de eerste examens zijn inmiddels al aangevraagd. Fenne moet ook nog op. Met de loonbedrijf-skills in het bloed, deze mooie trekker en een passende afbeelding op de kar moet ze haast wel slagen.
De Sterkste Schakel-verkiezing is een jaarlijks terugkerend initiatief van het toonaangevende zakenmagazine Rijnstreek Business. De genomineerde klantgerichte bedrijven leggen van de nominatie tot de grande finale een flink traject af.
C. DAMEN IN TERHEIJDEN HERSTELT 75 JAAR OUDE FARMALL M IN ERE De aanschaf van trekkers met Marshallhulp is iets om te blijven gedenken. Deze Farmall M van cumelabedrijf Damen in Terheijden, aangeschaft in 1946, is er een sprekend voorbeeld van. Hij werd destijds vooral ingezet voor de dorskast en de zelfbinder. De
58
GRONDIG 4 2021
Farmall is altijd in het bezit van de familie Damen gebleven. Die raakte een aantal jaren na een bezoek in Ontario geïnspireerd door een opgeknapte M, die zelfs was gebruikt op een bruiloft. Afgelopen winter werd de Farmall M van Damen door oud-medewer-
ker Kees Kapitein weer technisch opgeknapt, waarbij de trekker zoveel mogelijk origineel is gebleven. Kees Damen wil de komende zomer ter ere van het jubileum van de Farmall M enkele toertochten in de buurt gaan maken.
CAO & ZO - ONDERNEMEN MET CUMELA
PROTOCOL AFSPRAKEN
ZILVEREN JUBILEUM VOOR ROELOFSEN IN ZUIDSCHERMER Op donderdag 15 april hing de vlag uit bij de familie Roelofsen in Zuidschermer. De vlag met het nieuwe logo van het bedrijf Roelofsen Machineverhuur en Grondwerken BV werd onthuld en in de mast gehesen. Een groot feest zit er in de huidige tijd even niet in. Er waren verschillende bedrijven en relaties die van het 25-jarig jubileum hadden gehoord. Arjan en Sandra Roelofsen werden van vele kanten gefeliciteerd en in de bloemetjes gezet. Aan het eind van de middag waren er een borrel en een dinerbuffet voor de trouwe groep werknemers en de familie Roelofsen.
25-jarig jubileum bij Postel in Tilligte Op 1 april was ‘Schut’n Jan’ Jan Koehorst 25 jaar in dienst bij Postel te Tilligte. Geen grap, maar ook geen feest vanwege de coronamaatregelen. Wel werd zijn R500 versierd en werd er samen met zijn gezin bij Postel wat gedronken. Jan werkt voornamelijk op de vrachtwagen en vervoert containers afval en papier, maar ook ‘kleine’ containers of werk met de kiptrailer zijn voor hem geen probleem. In het seizoen is hij één van de vaste chauffeurs op de hakselaar in zowel de maïs als het gras. Ook voor andere werkzaamheden kan Postel een beroep doen op Jan. Er zal te zijner tijd nog een passende jubileumviering volgen.
Wellicht bestaat bij jou de indruk dat nu er een cao is - en zelfs een boekje - er geen activiteiten meer zijn op dat vlak. Niets is echter minder waar. In de onderhandelingen is afgesproken dat er voor vier onderwerpen een werkgroep wordt gevormd die deze vraagstukken gaat uitwerken. In de cao vind je deze terug als protocolafspraken. Daar wordt nu volop aan gewerkt. We praten met de bonden over duurzame inzetbaarheid, werkgeluk, naleving van de cao en rouwverwerking.
‘WE PRATEN MET DE BONDEN OVER DUURZAME INZETBAARHEID, WERKGELUK, NALEVING VAN DE CAO EN ROUWVERWERKING’ Met name duurzame inzetbaarheid is actueel nu er regelmatig artikelen in de pers verschijnen over de ‘zwaar-werkregeling’. Het is jammer dat de media niet helemaal volledig zijn in zijn berichtgeving. De overheid heeft namelijk wel mogelijkheden geschapen voor sectoren om hier afspraken over te maken, maar of er een regeling komt, is aan de sociale partners in een bepaalde sector. Dus ja, de mogelijkheden zijn geschapen omdat de overheid de zogenaamde RVU-boete heeft geschrapt, maar dan nog blijft het een uitdaging om de regeling te financieren en een doelgroep te definiëren. Ook over de onderwerpen werkgeluk, naleving en rouwverwerking zijn we met de bonden in gesprek. Mocht je over deze onderwerpen ideeën hebben, dan kun je altijd even met mij sparren. Jacqueline Tuinenga Beleidsmedewerker sociale zaken
GRONDIG 4 2021
59
ONDERNEMEN MET CUMELA - CUMELA.NL
DAGELIJKS NIEUWS VAN EN VOOR DE CUMELASECTOR
Hoogtepunten van Cumela.nl/nieuws van de afdeling Utrecht en als lid van het verenigingsbestuur. Als bestuurder had hij een duidelijk mening. Een mening waar hij voor stond en slechts met zeer zwaarwegende argumenten was hij bereid zijn mening bij te stellen. Jan vervulde de volledige periode van twaalf jaar het voorzitterschap van de afdeling Utrecht. Vanuit die rol vertegenwoordigde hij ook de provincie in het landelijk (verenigings)bestuur. De functie van lid van het dagelijks bestuur ambieerde Jan niet. Op een bepaald moment lag de vraag voor wie er vanuit het district West zou worden afgevaardigd naar het dagelijks bestuur. Jan had deze vraag voorzien en, strategisch denker die hij was, had hij afstemming gezocht met de andere kandidaten en wist hij het zo te organiseren dat hij niet deze tijdrovende functie hoefde te vervullen. Jan was er ten volle van overtuigd dat je de belangen van de sector in het Haagse circuit alleen kunt dienen vanuit één sterke landelijk werkende organisatie. Daar heeft hij met vuur voor gestreden in periodes dat dit noodzakelijk was. Zijn niet aflatende inzet voor de cumelasector, naast zijn overige verdiensten voor de maatschappij, heeft er mede toe bijgedragen dat Jan in 2013 werd benoemd tot Lid in de Orde van Oranje-Nassau.
JAN RAUW OVERLEDEN Op 8 april 2021 is Jan Rauw op 83-jarige leeftijd overleden. Jan was een markante persoonlijkheid met een groot hart voor de cumelasector. Naast het feit dat Jan loonwerker was, met een grote naamsbekendheid in de regio en ver daarbuiten, verrichtte hij veel bestuurlijke werkzaamheden. Ook binnen de cumelasector was hij actief als bestuurslid, onder meer van de sectie Meststoffendistributie, als regionaal bestuurslid
De sector en met name de leden in de provincie Utrecht zullen zich Jan blijvend herinneren als een markante persoonlijkheid.
OOK OP CUMELA.NL • •
Subsidie voor emissieloze bestelbus Bulkaanvraag registratie (land)bouwvoertuigen nu mogelijk • Registreren van zelfbouwvoertuigen ij de RDW • Bedrijfsbeëindiging door pensioen
60
GRONDIG 4 2021
• •
Cao-video: alles over de seniorenregeling Keurcompost Klasse A mag weer in akkerbouw • Nederlandse grenspendelaars kunnen gratis sneltest doen in Duitsland
WIM VAN MOURIK HERKOZEN ALS VOORZITTER Wim van Mourik is door de algemene ledenvergadering van Cumela op 25 maart jongstleden herkozen als voorzitter. De leden stemden in de digitale vergadering unaniem voor een nieuwe termijn van drie jaar. In zijn dankwoord gaf Wim aan zich de komende termijn hard te willen maken voor meer trots op de sector en het werk dat die doet. “Daar hebben de bedrijven zelf ook een rol in. We zijn als sector veel te bescheiden. Onze bedrijven voeren de prachtigste klussen uit en maken Nederland mooier. Op sociale media en in andere uitingen is het dan ‘Blij dat we aan dit werk hebben mogen bijdragen’ of ‘Dankbaar voor het werk dat we mochten doen’, terwijl het juist dankzij deze cumelabedrijven tot stand is gekomen. Dat mogen we wel meer uitstralen: dat we trots zijn op ons bedrijf en de hele sector.” Tijdens de algemene ledenvergadering werd zowel de jaarrekening als de begroting met grote instemming goedgekeurd. Net als vorig jaar was de algemene ledenvergadering digitaal. Voor leden is de opname van de ledenvergadering beschikbaar op de website.
VOORZITTER - ONDERNEMEN MET CUMELA
GELUKKIG BEGINT HET GRAS WEER TE GROEIEN
Ik moet zeggen dat ik schrok toen ik de uitnodiging kreeg voor het schrijven van deze column. Alweer een kwartaal achter de rug. Het is natuurlijk een goed teken; wij hebben ons dus niet verveeld.
NIET HOGER, MAAR DIEPER Bij de renovatie van de Hofwijktunnel onder de A13 bij Rotterdam leek de doorrijhoogte tijdelijk te laag te worden. Dankzij slim nadenken van cumelaondernemers en door de inzet van Dick Klok namens Cumela is er nu toch een oplossing. De tunnel wordt niet hoger, maar de weg wel dieper. Dat was technisch een uitdaging, omdat er een waterdichte voorziening moest worden gemaakt, om te voorkomen dat het grondwater omhoog zou komen. Dat is gelukt en daarmee hebben de projectorganisatie en Cumela samen een mooi resultaat bereikt en hoeft het lokale verkeer niet om te rijden. De Hofwijktunnel is een belangrijke doorgaande route voor het lokale verkeer aan de noordkant van Rotterdam. Deze tunnel wordt gerenoveerd en verlengd. Bij deze werkzaamheden zou de doorrijhoogte tijdelijk omlaag gaan. Veel bedrijven zouden daardoor een eind om moeten rijden, wat veel tijd en geld zou kosten, weet Dick Klok. “We zijn daarom in overleg gegaan met de omgevingsmanager Frank van Ginderen en hebben samen een oplossing bedacht. We hebben niet voor niets veel leden met kennis, dus meedenken en adviseren is nooit een probleem.”
WEBSITE VOOR (BELACHELIJKE) TWINTIG-GRADENREGEL Veehouders op klei- en veengrond die deelnemen aan de derogatie en die mest uitrijden of laten uitrijden met de sleepvoettechniek mogen dat alleen doen bij een temperatuur onder de twintig graden. Dit is vorig jaar opgenomen in de nieuwe derogatieregeling. Cumela blijft het een belachelijke regel vinden, maar we moeten ons hieraan houden. Om vast te stellen wat de temperatuur is, heeft de NVWA nu een nieuwe website gemaakt. https://ez.maps.arcgis.com/ apps/webappviewer/index.html
Van oudsher hebben we als bermenmaaier in de winter niet veel anders te doen dan het onderhouden van het machinepark. Het seizoen is heel kort, want alle bermen en sloten moeten in dezelfde periode worden gemaaid. Hier is niet over nagedacht tijdens het opstellen van de bestekken met daarin de nodige verplichtingen in het kader van ’social return on investment’. Heel kort gezegd komt dit neer op een sociaal keuzemenu met opties als het contracteren van stagiairs of het bieden van werkplaatsen aan mensen met een beperking. Je vraagt je dan toch af wat deze mensen buiten de twaalf werkweken bermen en sloten maaien per jaar moeten doen.
‘IK ZIE HET ALS EEN GEZAMENLIJKE OPDRACHT OM DEZE BANEN TE CREËREN’ Vaak ga ik dan ook het gesprek aan met de opdrachtgevers en de werkpleinen van de opdrachtgevers om alternatieve werkzaamheden te zoeken voor de doelgroep buiten het maaiseizoen. Ik zie het namelijk als een gezamenlijke opdracht om deze banen te creëren in plaats van het sociale probleem over de schutting te gooien bij een aannemer. Vooral met de werkpleinen hebben we hier mooie gesprekken over en komen we tot nog mooiere ideeën met kant-en-klare, werkbare oplossingen. Totdat dit moet worden goedgekeurd bij de opdrachtgever, want dan stuiten we direct op verhalen over beleid en - nog belangrijker - op een lege portemonnee. Toch zal ik me blijven inzetten voor werkbare, toekomstgerichte oplossingen. Dit probleem is groter dan alleen ons eigen bedrijf. Totdat we een duurzame sociale oplossing hebben gevonden, proberen wij iedereen in het arbeidsproces te houden met werkzaamheden als zoutstrooien, verkeersmaatregelen en het onderhouden van natuur in de winter. Gelukkig begint het gras weer te groeien! Herbert van Regteren Voorzitter jongerenbestuur
ELK NUMMER LATEN WE VIA DEZE COLUMN EEN VOORZITTER VAN CUMELA AAN HET WOORD GRONDIG 4 2021
61
ONDERNEMEN MET CUMELA - TOOLBOX VOOR MEER INFO OVER VEILIG WERKEN, KIJK OP WWW.AGROARBO.NL.
Tekst: Corina van Zoest-Meester, beleidsmedewerker arbo Foto’s: Cumela Communicatie
Het functioneringsgesprek TIPS VOOR EEN GOEDE VOORBEREIDING VOOR DE WERKNEMER
Tijdens een functioneringsgesprek kijk je naar de toekomst en stel je doelen voor de komende periode. Het is daarmee vooral geen beoordelingsgesprek. Doorgaans heb je dit gesprek minimaal één keer per jaar. Bereid dat goed voor, zodat je met het juiste gevoel het gesprek in gaat.
ALLE TOOLBOXEN ZIJN OOK DIGITAAL TE GEBRUIKEN VIA DE VEILIG VAKWERK-DIENST. GA VOOR MEER INFORMATIE NAAR WWW.VEILIGVAKWERK.NL 62
GRONDIG 4 2021
TOOLBOX - ONDERNEMEN MET CUMELA
Maak eerst voor jezelf inzichtelijk of er sprake is van een functioneringsgesprek of een beoordelingsgesprek (zie kader). In de meeste gevallen is er sprake van een functioneringsgesprek. Dat is een overleg tussen jou en je leidinggevende of werkgever. Jij mag daarin óók zaken inbrengen. Bereid je daarop voor!
VOORBEREIDING WERKNEMER • Vraag of de leidinggevende of werkgever tijdig (bij voorkeur een week van tevoren) een formulier verstrekt, waarop je alvast aantekeningen kunt maken. • Denk na: wat gaat er goed en niet goed in je functie? Wat kan er beter? • Wat heb je nodig om nu en de komende jaren goed en plezierig je werk te kunnen doen? Denk hierbij bijvoorbeeld aan persoonlijke ontwikkeling en afwisseling van werk. • Hoe vind je de sfeer op het werk? Kunnen dingen beter en zo ja, hoe? • Wat wil je dat het gesprek oplevert; wanneer ben je tevreden? De volgende onderwerpen staan centraal: • Organisatie van je eigen werk. • Taakverdeling tussen collega’s. • Werkdruk (combinatie werk en privé). • Persoonlijke ontwikkeling. Is er behoefte aan trainingen of cursussen? • Gezondheid en arbo-omstandigheden. Hoe kan de organisatie of leidinggevende je helpen bij het verbeteren? Zet op een rij wat jij vindt dat er op het bedrijf kan worden verbeterd, zoals: • Begeleiding en communicatie door en met je leidinggevende of werkgever. • Samenwerking met collega’s. • De sfeer op het bedrijf. • Arbo-omstandigheden, materieel en werkkleding.
TIJDENS HET GESPREK • Bedenk tijdens het gesprek: dit is een overleg en géén beoordeling. • Kritiek is gratis feedback waarmee je iets kunt. Schiet niet in de verdediging bij kritiek. • Vraag door totdat je precies weet wat je werkgever van je verwacht. • Bespreek samen wat je kunt doen om eventuele problemen op het werk te voorkomen.
DUURZAAM PERSONEELSBELEID Wat is het en wat kan ik ermee? Een term die steeds vaker opduikt en tot vragen leidt. De enige manier om als werknemer langer ‘duurzaam inzetbaar’ te blijven, is om mee te veranderen met de verwachtingen. Omgekeerd is het ook de verantwoordelijkheid van de werkgever om de werknemers ruimte te geven om mee te ontwikkelen en te groeien met de verwachtingen of in te spelen op de mogelijkheden die er per werknemer liggen. Het doel is om gezond en met voldoening je werk te kunnen blijven uitvoeren. Durf zaken te bespreken als: • Balans werk en privé. • Mobiliteit (andere functie door middel van opleiding en ervaring). • Zorg- en ouderschapsverlof. • Seniorenregeling. • (Deeltijd)pensioen.
• Vergeet niet jouw eigen punten in te brengen. Ze zijn echt net zo belangrijk! • Onderbouw je eigen punten met voorbeelden. • Maak concrete afspraken over een cursus of opleiding of een eventueel vervolggesprek. Je leidinggevende of werkgever maakt een kort verslag. Zorg dat deze concrete afspraken worden vastgelegd.
NA HET GESPREK • Vraag om het gespreksverslag van je leidinggevende of werkgever. • Vergelijk jouw conclusies met de afspraken uit het verslag. • Zijn ze niet (ongeveer) hetzelfde: bespreek dat met je leidinggevende of werkgever.
WACHT NIET AF Laat niet alles afhangen van dat ene gesprek. Spaar niet een jaar aan frustraties op. Loop je als werknemer tegen dingen aan waardoor je je werk niet goed kunt doen? Bespreek dit direct met je werkgever.
VERSCHILLEN TUSSEN BEOORDELINGS- EN FUNCTIONERINGSGESPREK Doel Gericht op Inhoud gesprek Verloop van het gesprek
Frequentie
BEOORDELINGSGESPREK De beoordeling staat voorop. Het verleden.
FUNCTIONERINGSGESPREK Het stellen van doelen staat voorop (te bereiken resultaat). De toekomst.
Oordeel over werkhouding, kwaliteit en kwantiteit werk. Het uitgangspunt is eenrichtingsverkeer: werkgever naar medewerker. Een eventuele salarisverhoging wordt eenzijdig bepaald. Eén keer per jaar
Bespreken knelpunten in het werk, doel bespreken en hoe dat te bereiken. Tweerichtingsverkeer. Er wordt ook een actieve rol van de medewerker verwacht. Voor beide partijen een gelijke rol. Het liefst doorlopend, maar minimaal één keer per jaar.
GRONDIG 4 2021
63
ONDERNEMEN MET CUMELA - EERDER STOPPEN MET WERKEN
Eerder stoppen met werken, kan dat?
MOGELIJKHEDEN BINNEN DE CAO GROEN, GROND EN INFRASTRUCTUUR
Er wordt steeds meer gesproken over eerder stoppen met werken, maar wat kan er eigenlijk? Welke mogelijkheden bieden de cao Groen, Grond en Infrastructuur en BPL Pensioen hierin? In dit artikel ga ik op een aantal mogelijkheden in.
VERLOFSPAREN Sinds 1 januari 2021 kent de cao Groen, Grond en Infrastructuur de regeling verlofsparen. Deze regeling houdt in dat werknemers van 45 jaar en ouder bovenwettelijke vakantiedagen kunnen opsparen conform de fiscale voorwaarden. Dit geeft de werknemer mogelijk meer ruimte om eerder te stoppen met werken. Hij neemt dan in feite zijn vakantiedagen op voordat hij met pensioen gaat.
REGULERING VERVROEGD UITTREDEN (RVU) Vanaf 2021 zijn er nieuwe fiscale regelingen die kunnen helpen om een werknemer vervroegd met pensioen te laten gaan. Daardoor voorkom je dat je een boete krijgt in de vorm van een fikse loonheffing, iets wat voorheen gebeurde wanneer je een werknemer een bedrag ineens meegaf om hem te laten stoppen met werken. Op grond van de wet kunnen werkgevers nu wel afspraken maken met oudere werknemers. Zo kan worden geregeld dat de werknemer via een RVU-uitkering een bedrag ter hoogte van de AOW ontvangt. Hiervan mag je maximaal drie jaar voor de AOW-leeftijd gebruik maken. De werkgevers hoeven daar dan geen ‘boete’ over te betalen. Het komt er in de praktijk op neer dat werknemers als het ware AOW uitbetaald krijgen door de werkgever. Als werkgever kun je dit nergens declareren, dus je betaalt het zelf. Doordat het ontslag plaatsvindt op verzoek van de werknemer betaal je geen transitievergoeding. De werknemers kunnen het bedrag zelf aanvullen, bijvoorbeeld met spaargeld, lijfrente of door hun pensioen eerder te laten ingaan.
64
GRONDIG 4 2021
Spaarde een werknemer voorheen meer dan vijftig verlofweken, dan moest de werkgever direct loonheffing afdragen. Nu is die grens verhoogd naar honderd verlofweken. Dat geeft werknemers meer mogelijkheden om eerder te stoppen met werken of tussentijds langere periodes niet te werken. Zo kan een werknemer zelf meer de regie voeren over zijn of haar loopbaan, bijvoorbeeld door het verlof te gebruiken voor om- en bijscholing, een sabbatical of vervroegde pensionering. Zolang het gespaarde verlof niet meer dan honderd weken is, hoeft de werkgever daarover geen loonheffing af te dragen. De werkgever moet het gespaarde verlof wel als schuld op de balans zetten totdat de werknemer dit verlof opneemt.
EERDER STOPPEN MET WERKEN - ONDERNEMEN MET CUMELA
ZWAAR-WERKREGELING De sociale partners hebben de mogelijkheid om een regeling af te spreken voor uitkeringen aan werknemers in zware beroepen. Sectoren kunnen dan zelf aangeven voor welke specifieke groepen doorwerken tot de AOW-leeftijd te zwaar is. De overheid bepaalt dus niet wat zwaar werk is. Werknemers kunnen maximaal drie jaar voor hun AOW-leeftijd stoppen met werken. Het uitkeringsbedrag is € 21.200,- bruto per volledig jaar dat eerder wordt gestopt. De hoogte is gelijk aan het AOW-bedrag voor een alleenstaande. De werknemer kan dit bedrag nog aanvullen door bijvoorbeeld zijn pensioen naar voren te halen. Deze regeling is niet van toepassing voor de cao Groen, Grond en Infrastructuur, maar is wel opgenomen in de cao Bouw & Infra. Vanaf 1 januari 2021 kunnen bouwplaatsmedewerkers die vallen onder de cao Bouw & Infra en ook voldoen aan de overige voorwaarden maximaal drie jaar vóór de AOW-leeftijd stoppen met werken. De zwaar-werkregeling is niet van toepassing voor de cao Groen, Grond en Infrastructuur. In deze cao is afgesproken om naar de (on)mogelijkheden voor een dergelijke regeling in onze sector te kijken. Een werkgroep is daarmee bezig en kijkt ook naar de definitie van zwaar werk, omdat die op verschillende manieren in te vullen is. Deze regeling is voor individuele werkgevers bijna niet uitvoerbaar en er wordt daarom gekeken naar een vorm van solidariteit door middel van een fonds.
VERVROEGD PENSIOEN In de regeling van BPL Pensioen gaat het pensioen standaard in als de werknemer 68 jaar is. De werknemer kan er ook voor kiezen om vervroegd met pensioen te gaan. Het geld daarvoor is er, omdat zijn pensioen eerder is verhoogd door de overgang naar de pensioendatum van 68 jaar. Deze mogelijkheid is er voor werknemers vanaf 60 jaar. Het pensioen kan in zijn geheel of gedeeltelijk ingaan. Door eerder met pensioen te gaan, wordt het pensioen lager. Dit komt doordat het pensioen over meer jaren moet worden uitbetaald dan wanneer de werknemer tot 68 jaar zou blijven werken. De werknemer kan zelf online bij BPL Pensioen berekenen wat zijn uitkering wordt als hij het eerder laat ingaan. Ook is het mogelijk om met een pensioenconsultent de individuele situatie te bespreken.
MEER WETEN? Heb je nog aanvullende vragen over bovenstaande regelingen? Neem dan gerust contact op.
SENIORENREGELING De cao Groen, Grond en Infrastructuur kent een seniorenregeling. De werknemer kan bij een fulltime dienstverband 80 procent gaan werken tegen 90 procent salaris. De pensioenopbouw vindt plaats over 90 procent van het salaris. Deelname is mogelijk vanaf 60 jaar voor de duur van acht jaar of tot maximaal de AOW-leeftijd. Als werkgever ontvang je een dagvergoeding ter hoogte van E6 ter compensatie van het loon dat je betaalt en waarvoor de werknemer niet werkt. Voor een hogere inschaling kan er een hogere vergoeding worden aangevraagd. Heb je werknemers die nu al deelnemen aan de seniorenregeling en een salaris hebben dat ligt boven E6, vraag dan de hogere vergoeding aan bij Gilde. Op de website van Gilde komt hiervoor een formulier.
Tekst: Chaira Klein, juridisch adviseur arbeidsmarkt Foto’s: Cumela Communicatie
GRONDIG 4 2021
65
ONDERNEMEN MET CUMELA - WATERSCHAP
Meters-maker of meedenker? JOUW BEDRIJF DOOR DE BRIL VAN EEN WATERSCHAP
De 21 waterschappen in Nederland kunnen niet zonder cumelabedrijven. Die voeren een groot deel van de werkzaamheden uit, waardoor de waterschappen aan hun omvangrijke verplichtingen kunnen voldoen. Juist daarom is het goed om stil te staan bij de vraag: hoe verkoop je jezelf?
MAATSCHAPPELIJKE OPGAVEN Cumelabedrijven werken met mensen en materieel als specialisten in groen, grond en infra. Dat doen ze als dienstverleners aan de agrarische sector en voor belangrijke opdrachtgevers als gemeenten, waterschappen, provincies, Rijkswaterstaat en bedrijven. Met kennis en vaardigheden dragen ze zo bij aan onderstaande maatschappelijke opgaven. Welke daarvan gebruik jij in je verkoopgesprek? 1. Verbetering van de luchtkwaliteit en het tegengaan van klimaatverandering 2. Verbetering van de waterkwaliteit (bodem-, oppervlakte en drinkwater) 3. Verbetering van de bodemkwaliteit 4. Verbetering van de waterveiligheid 5. Versterking van de biodiversiteit van flora en fauna 6. Verminderen van afvalstromen 7. Versterken van de woning- en utiliteitsbouw 8. Vergroten van de bereikbaarheid en de verkeersveiligheid 9. Versnellen van de energietransitie 10. Bestendigen van duurzame landbouw en voedselproductie 11. Behoud van werkgelegenheid en participatie • Lokaal of regionaal werken • Opleiding vakkrachten
66
GRONDIG 4 2021
Waterschappen hebben veel werk voor cumelabedrijven: berm- en slootonderhoud, oeverrandenbeheer, baggerwerkzaamheden, dijkversterking en nog veel meer. Al dit prachtige werk ligt echter niet voor het oprapen. Daar moet je wel wat voor doen! Bij het aanbesteden volgen ook waterschappen de Europese en Nederlandse regelgeving en publiceren ze hun werken op TenderNed. Grotere werken of diensten worden daarom openbaar aanbesteed (iedereen kan inschrijven). Middelgrote klussen komen meervoudig onderhands op de markt (een groep geselecteerde aannemers mag inschrijven), terwijl kleiner werk nog één op één mag worden uitgegeven (offerteaanvraag bij één of enkele aannemers). In alle drie de gevallen moet je echter in staat zijn jouw meerwaarde uit te leggen; schriftelijk in een plan van aanpak of in een offerte en mondeling als je iemand van het waterschap spreekt. De uitdaging is dan om te weten te komen wat het waterschap van jou wil horen. Daarom nodig ik je uit om je eens af te vragen hoe jij dat doet en of het ook anders kan.
OMDENKEN Steeds vaker moeten op websites en in nieuwsberichten van cumelaondernemers plaatjes van mooie machines plaats maken voor gezichten van de mensen die ze bedienen. Wat mij betreft een prima ontwikkeling, want de mensen maken immers het verschil. Ook hoorde ik eens een ondernemer zeggen: “Ik verhuur geen kraan, maar ik lever een gat in de grond.” Twee mooie voorbeelden van ‘omdenken’ en daarom nodig ik je uit om je af te vragen: wat levert omdenken op als je jouw werk bekijkt door de bril van een waterschap? Wat denk jij dat een waterschap van jou wenst? Als je dit doet, vermoed ik dat je in eerste instantie geneigd bent te denken in termen als snel, technologisch, modern, efficiënt, innovatief enzovoort.
WATERSCHAP - ONDERNEMEN MET CUMELA
‘STAP NIET IN DE VALKUIL DOOR TE BEGINNEN MET TE VERTELLEN WAT JE ALLEMAAL KUNT’
CUMELA IN GESPREK MET 21 WATERSCHAPPEN Cumela ambieert meer regionale verbinding met waterschappen. Dit organiseren we in samenwerking met de afdelingsbestuurders. We streven naar twee keer per jaar een gesprek met de afdeling inkoop. In sommige regio’s is dit inmiddels gestart, in andere regio’s wordt dit binnenkort georganiseerd. Heb jij specifieke onderwerpen die je hier wilt aandragen, deel die dan met één van de bestuursleden of je bedrijvenadviseur.
het met elkaar verbinden van natuurgebieden. Technisch voor jou een prachtige klus. Het einddoel hiervan voor een waterschap schuilt in het versterken van de biodiversiteit. Jij lost dus dit maatschappelijke probleem op voor het waterschap.
GA IN GESPREK Daarom raad ik je aan om net als Cumela in gesprek te gaan met het waterschap. Stap niet in de valkuil door te beginnen met te vertellen wat je allemaal kunt. Start met het stellen van zoveel mogelijk vragen. Zo maak je de wens van het waterschap zichtbaar en kun je jouw verkoopverhaal daarop afstemmen. Zoekt het waterschap naar ‘snel en efficiënt’? Dan ben jij de ‘meters-maker’. Is er een maatschappelijke uitdaging? Dan ben jij de meedenker.
Dat brengt mij terug bij de maatschappelijke verantwoordelijkheid die het waterschap heeft, want onbewust levert jouw cumelabedrijf een enorme bijdrage aan vele maatschappelijke opgaven. Neem als voorbeeld het aanleggen van natuurlijke oevers, het herstel van meanderende beken, het zorgen voor migratievoorzieningen voor vissen en
Tekst: Nico Willemsen Foto’s: Cumela Communicatie
Persen onder alle omstandigheden? Wel met de KRONE Comprima CF 155 XC Plus.
Noord-Nederland: Marc Berghuis – 06 51 34 68 41
‘ONBEWUST LEVERT JOUW CUMELABEDRIJF EEN ENORME BIJDRAGE AAN VELE MAATSCHAPPELIJKE OPGAVEN’
Zuid-Nederland: Ad van den Hurk – 06 53 24 19 18
Snellere baaloverdracht Net- en/of foliebinding Standaard hogere banden in de maat 500/60 R22.5
www.krone-nederland.nl GRONDIG 4 2021
67
ONDERNEMEN MET CUMELA - BERMPRODUCTEN
Wanneer is het afval?
ALLES OP EEN RIJ OVER BERMSCHRAAPSEL EN BERMMAAISEL
Bij het onderhoud van bermen kun je te maken krijgen met bermschraapsel en -maaisel. Hoe ga je daarmee om? Wanneer mag je het hergebruiken en wanneer is het afval? We zetten voor je op een rij wat er speelt en waar je op moet letten. tuin- en plantsoenafval/biologisch afbreekbaar afval (Eural-code 20 02 01). Dit is meteen ook het materiaal dat kan worden gecomposteerd. Wanneer het bermschraapsel meer dan vijftig procent grond bevat, is met inachtneming van de regels op grond van het Besluit bodemkwaliteit toepassing als grond mogelijk.
BERMMAAISEL
Eerst denken en dan doen, waar we in Grondig 3 op in gingen, geldt absoluut voor de omgang met bermschraapsel en -maaisel. Het biedt namelijk mogelijkheden, maar er kleven ook risico’s aan.
BERMSCHRAAPSEL
‘VERONTREINIGING DOOR ZEER ZORGWEKKENDE STOFFEN VORMT EEN AANDACHTSPUNT’
68
GRONDIG 4 2021
Een onderdeel van het beheer van wegen is vaak het verwijderen van de bovenste laag van de wegberm, direct grenzend aan het wegdek. Door het verwijderen van de bovenste laag komt bermschraapsel vrij. Dat gebeurt vanuit het oogpunt van verkeersveiligheid. Zo voorkom je namelijk aquaplaning en verkeersonveilige situaties vanwege een slechte waterafvoer. Het schraapsel, dat we bermverlagingsgrond noemen, dient over het algemeen als (verontreinigde) grond te worden aangemerkt, waarbij met name verontreiniging door zeer zorgwekkende stoffen een aandachtspunt vormen. Afhankelijk van de concentratie en de gevaareigenschappen van de verontreinigingen is de grond gevaarlijk afval (Eural-code 17 05 03) of niet gevaarlijk afval (Eural-code 17 05 04). Bij geringe afplagdieptes wordt bermverlagingsgrond met meer dan vijftig procent organisch materiaal niet als grond aangemerkt, maar als
Een ander restproduct van bermonderhoud is het maaisel en daarvoor is het vooral van belang om te weten hoe groot de verontreiniging is. De hoeveelheid verontreiniging bepaalt namelijk wat je hier nog mee kunt doen. Is er sprake van geen of weinig verontreiniging, dan nemen de hergebruikmogelijkheden toe. Voor wegbeheerders, die veelal de opdrachtgevers zijn, is er daarom veel aan gelegen om zwerfvuil in bermen te voorkomen. Dat gebeurt enerzijds door preventie en anderzijds door voorafgaand aan het maaien het zwerfvuil te verwijderen. Er zijn een aantal mogelijkheden om de hoeveelheid bermmaaisel te beperken: • Ecologisch beheer, waarbij het bermmaaisel steeds na het maaien wordt afgevoerd. Door dit te doen, worden voedingsstoffen afgevoerd en kan na enkele maaibeurten de hoeveelheid maaisel sterk afnemen. • Bij voedselrijke grond kan het afvoeren van bermmaaisel niet voldoende zijn. Vervangen van de toplaag door voedselarme grond kan dan de hoeveelheid maaisel sterk laten afnemen. • Het is niet noodzakelijk om het maaisel van alle groenstroken te verwijderen. De ecolo gische waarde van smalle middenbermen, bebakeningsstroken en gazons is beperkt. • Recreatief gras kan worden geklepeld zonder het maaisel af te voeren. Hierbij moet wel worden voorkomen dat het gras verstikt. Door het maaisel niet af te voeren, kan het gras verruigen.
BERMPRODUCTEN - ONDERNEMEN MET CUMELA
TOEPASSING BERMMAAISEL
‘ER ZIJN EEN AANTAL MOGELIJKHEDEN OM BERMMAAISEL TE BEPERKEN’
Het meest doelmatig is als het vrijkomende bermmaaisel als schoon en onverdacht kan worden aangemerkt. Als dit het geval is, zijn de volgende toepassingen mogelijk: • Inzet ten behoeve van biomassa. • Inzet voor biobased (half)producten, zoals papier, karton en biocomposiet. • Veevoer: toepassing van bermgras als veevoer (rundvee, maneges) vindt regelmatig plaats in de vorm van hooi of direct hergebruik. Kijk daarbij heel goed uit voor verontreinigingen! • Toepassen op of nabij het perceel. Op grond van de Vrijstellingsregeling plantenresten en tarragrond (2019) mag bermmaaisel onder voorwaarden op of in de bodem worden gebracht. Tarragrond valt onder het Besluit bodemkwaliteit. Voorwaarde is wel dat die wordt toegepast op de plaats of het perceel waar die is vrijgekomen of op het aangrenzende perceel. • In gevallen waarin het aangrenzende perceel niet geschikt is, mag tarragrond op een ander perceel op of in de bodem worden gebracht. Daarvoor gelden een aantal eisen. Zo moet dit perceel binnen een afstand van maximaal vijf kilometer liggen van de plaats waar het berm maaisel is vrijgekomen en moet er sprake zijn van schoon en onverdacht bermmaaisel. Ook moet de hoeveelheid die op of in de bodem wordt gebracht uit het oogpunt van goede landbouwpraktijk in evenwichtige verhouding staan tot het oppervlak van het ontvangende perceel en moet het bermmaaisel gelijkmatig worden verspreid over het ontvangende perceel. Ten slotte mag het niet significant bijdragen aan de verspreiding van nutriënten en zware metalen. Opslag van maaisel is in de meeste gevallen niet mogelijk. Mogelijke problemen worden gevormd door de aanwezigheid van onkruidzaden. Maaisel in gebieden waar het giftige Jacobskruiskruid voorkomt, moet in elk geval niet op weidepercelen worden toegepast. Ook slootmaaisel of slootveek is daarin een aandachtspunt. Komt dat uit gebieden waar besmetting met de bruinrotbacterie voorkomt, dan mag je het niet onderwerken of toepassen op (akkerbouw)percelen.
AFVALSTOF Wanneer het vrijkomende bermgras, bijvoorbeeld vanwege verontreinigingen of het ontbreken van een nuttige toepassing, niet als ‘product/bouw-
JURIDISCHE ASPECTEN Bij de hier bovengenoemde toepassingen van bermmaaisel, afkomstig van buiten de inrichting of van derden, gelden onder andere de volgende wettelijke regelingen: Wet bodembescherming, Wet milieubeheer, Besluit bodemkwaliteit en de Meststoffenwet. Voor opslag van bermmaaisel of slootveek op de eigen locatie is het nodig dat dit toelaatbaar is op grond van het bestemmingsplan en de milieutechnisch regels, via een melding of omgevingsvergunning milieu. Het productieproces van samengestelde producten, met minder dan tien procent organische stof, van grond en compost kan worden gecertificeerd volgens protocol 4 van de BRL 9335 Grond. Compost met meer dan tien procent organische stof valt overigens niet onder het Besluit bodemkwaliteit, maar onder de Meststoffenwet. De regels hiervoor zijn opgenomen in het Besluit gebruik meststoffen en de bijbehorende uitvoeringsregeling.
stof’ kan worden aangemerkt, is er sprake van een afvalstof. Voor afvalstoffen gelden specifieke regels en is er een afvalstoffenbeleid dat staat beschreven in het Landelijk afvalbeheerplan (LAP). De minimumstandaard voor de verwerking van bermmaaisel en slootveek in de afvalfase staat in het Sectorplan 8 Gescheiden ingezameld groenafval. Als minimumstandaarden gelden: • Composteren met het oog op recycling tot compost (composteerlocaties of compostering in eigen beheer. Bij laatstgenoemde situatie is het wel noodzakelijk om ter verbetering van het composteringsproces snoeihout toe te voegen. Voor het oprichten van een compos teerinrichting is bovendien een vergunning op basis van de Wet milieubeheer nodig). • Vergisten met gebruik van het gevormde bio gas als brandstof, gevolgd door narijping (na compostering) gericht op recycling van het digestaat. Qua verontreinigingen wordt voor partijen (grof) groenafval over het algemeen verwacht dat dit afval geen zeer zorgwekkende stoffen boven de concentratielimiet uit het LAP3 bevat. Aandacht hiervoor is wel van belang.
‘OPSLAG VAN MAAISEL IS IN DE MEESTE GEVALLEN NIET MOGELIJK’
Tekst: Johan van Dijk, juridisch adviseur omgevingsrecht
ONTWIKKELINGEN Hergebruik en andere vormen van toepassing (inputmateriaal in proces, bokashi en dergelijke) zijn en worden steeds actueler. Dat is in onze ogen een goede ontwikkeling en kan kansen bieden voor cumelaondernemers. GRONDIG 4 2021
69
Vredo Dodewaard B.V. gaat de komende maanden “on tour” De Vredo zelfrijder VT4556 met de combinatie van een laag eigengewicht, de beste gewichtsverdeling en de vier grote aangedreven wielen, zorgen voor een unieke rijervaring en optimale prestaties in het veld. Wij bieden u de mogelijkheid om een Vredo Trac en zodenbemester te ervaren bij u in de buurt of op uw bedrijf!
Nooit meer vervuilde koelpakketten In uw machine ?
Bezoek onze website of bel vandaag nog!
waar 4 wielen de standaard is!
Techno Air Benelux BV
Bel voor een afspraak met: André de Waard Tel: 06-53437311
www.technoair.com +31(0)85 7608777
+31 (0) 488 411 254 - sales@vredo.com
www.vredo.com
Vredo ontwikkelt, produceert en verkoopt:
The fieldcare company MestTracs
Zodenbemesters
Snijfilters
Doorzaaimachines
OVERAL DRAAGKRACHT 100% hergebruik
Aanleggen van duurzame bermverhardingen. Een innovatieve oplossing met een lange levensduur.
Bewezen innovatief Geen afvoer Verdubbeling van levensduur Snel werkproces
+31 (0) 88 786 85 40
terrastab.nl
SERIE OMGEVINGSWET - ONDERNEMEN MET CUMELA
Omgevingswet en gezondheid
BESCHERMING EN BEVORDERING BELANGRIJKER
In de huidige situatie is in de wetgeving een bepaalde scheiding aanwezig tussen milieueffecten van bepaalde activiteiten en de invloed van deze activiteiten op de gezondheid van omwonenden of andere belanghebbenden. Onder de Omgevingswet krijgen de bescherming en de bevordering van de gezondheid een groter belang dan deze op basis van de huidige wet- en regelgeving hebben. Hoewel in huidige bestemmingsplannen ook moet worden geborgd dat er sprake is (en blijft) van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat zijn daar in de praktijk geen concrete regels of ondergrenzen aan verbonden. Vaak komt dit ter sprake bij mogelijke hinder ten aanzien van geur of geluid of bij ruimtelijke ontwikkelingen. Wanneer aan de kant van de ondernemer wordt voldaan aan de milieuregels wordt vaak gesteld dat er sprake is van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat. Onder de Omgevingswet kan dit veranderen. Zo kan een gemeente in een Omgevingsplan specifieke eisen, zogenoemde ‘omgevingswaarden’, opnemen, die bestaan uit instructieregels, grenswaarden en/of preventieve maatregelen waaraan moet worden voldaan ter bescherming van de gezondheid. Deze omgevingswaarden kunnen betrekking hebben op bijvoorbeeld het waarborgen van de uitstoot van schadelijke stoffen, fijnstof, geluid en geur of overige emissies naar de lucht of het oppervlaktewater.
EEN NIEUWE OMGEVINGSVERGUNNING KAN WORDEN GEWEIGERD ALS SPRAKE IS VAN EEN VERSLECHTERING VOOR DE VOLKSGEZONDHEID Ook wanneer de afzonderlijke aspecten voldoen aan de wettelijke vereisten kan het zijn dat de gezamenlijke effecten een onaanvaardbaar effect op het woon- en leefklimaat veroorzaken. De Omgevingswet geeft de gemeente mogelijkheden om voor overbelaste situaties de eventuele overbelasting te verminderen. De gezondheid zal dan ook worden meegewogen in de door de gemeenten en provincies op te stellen omgevingsvisies en -plannen.
EEN VOORBEELD Als voorbeeld nemen we een situatie met een
gebied waarin meerdere voormalig agrarische bedrijven in de landelijke omgeving zijn herbestemd als woonlocatie. In de omgeving van deze woonbestemmingen zijn diverse veehouderij-, akkerbouw- en tuinbouwbedrijven aanwezig. In de omgeving hebben meerdere omwonenden gezondheidsklachten en er worden regelmatig klachten ingediend over geluidsoverlast, geurhinder en het spuiten van gewassen. Uit controles bij de bedrijven blijkt geen enkel bedrijf de geldende normen ten aanzien van de emissie naar de lucht te overschrijden. Voor een gemeente kan het wel een aanleiding zijn om de gecombineerde effecten van alle bedrijven samen te onderzoeken om te beoordelen of er nog sprake is van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat. Met de uitkomsten van het onderzoek kan een gemeente aanvullende bepalingen opnemen in het omgevingsplan. Dit kan betrekking hebben op het niet mogen toepassen van bepaalde middelen of stoffen, een verbod op bepaalde activiteiten binnen de invloedafstand tot de woonbestemmingen of andere technische maatregelen om de effecten verder te beperken. Daarnaast kan het bevoegd gezag op basis van de Omgevingswet een nieuwe omgevingsvergunning weigeren als er naar het oordeel van het bevoegd gezag sprake is van ernstige nadelige gevolgen of een verslechtering voor de volksgezondheid.
DE OMGEVINGSWET GEEFT DE GEMEENTE MOGELIJKHEDEN OM VOOR OVERBELASTE SITUATIES DE EVENTUELE OVERBELASTING TE VERMINDEREN
PARTICIPATIEPLICHT Gelukkig blijft er sprake van bestaande rechten voor het uitvoeren van bestaande activiteiten en moeten de effecten uitvoerig en juist worden onderzocht. Daarnaast is ook de gemeente verplicht om toepassing te geven aan de participatieplicht, zodat zij in overleg moet met belanghebbenden voordat het omgevingsplan wordt vastgesteld. Cumela monitort samen met de regionale besturen de ontwikkelingen van het beleid. Mocht je vragen of opmerkingen hebben, neem dan gerust contact met ons op.
Tekst en foto’s: Tom Luttikhold, juridisch adviseur omgevingsrecht
GRONDIG 4 2021
71
ONDERNEMEN MET CUMELA - VIN EN ZELFBOUW
Alleen registratie trekkers loopt op schema
VOERTUIGIDENTIFICATIENUMMER GROOT STRUIKELBLOK
Tot 1 april zijn er 100.000 aanvragen gedaan voor de registratie van (land)bouwvoertuigen. Dat leverde in totaal 79.000 afgegeven kentekenbewijzen op, waarvan het leeuwendeel voor landbouwtrekkers. Vooral het voertuigidentificatienummer (VIN) blijkt een groot struikelblok.
Gedurende de eerste drie maanden van 2021 zijn er 79.000 kentekenbewijzen afgegeven. Dat zijn er minder dan de prognose die de RDW heeft gemaakt. Onderscheid is te maken tussen de registratie van landbouwtrekkers, die nog redelijk op schema ligt, en de registratie van andere voertuigcategorieën, die sterk achterloopt. Als de huidige cijfers worden doorgetrokken voor heel 2021 blijft de registratie van motorrijtuigen met beperkte
BULKAANVRAAG VOOR GROTE AANTALLEN Vanaf 1 april is het mogelijk om in één aanvraag meerdere (land)bouwvoertuigen te registreren. Voorwaarde is dat er voor ten minste 25 voertuigen een registratie wordt aangevraagd. Deze aanvraagprocedure is anders dan die tot nu toe het geval is en er zijn een aantal zaken om rekening mee te houden. Lees daar meer over op https://www.cumela.nl/ nieuws/nieuws/handleiding-registratie-bestaandelandbouwvoertuigen.
72
GRONDIG 4 2021
snelheid steken op 37.000 exemplaren (naar schatting 130.000 in totaal) en voor getrokken materieel op 64.000 exemplaren (naar schatting 150.000 in totaal). Er is nog werk aan de winkel met registreren. Wacht hier niet mee.
GEEN VIN AANWEZIG Grootste struikelblok bij de registratie van de bestaande (land)bouwvoertuigen vormt het voertuigidentificatienummer of chassisnummer (VIN). Dit komt vooral voor bij getrokken materieel. Zonder een VIN op het voertuig kan het voertuig niet worden geregistreerd. Als er geen VIN is ingeslagen en ook geen constructieplaatje met VIN is gemonteerd, moet je toch eerst zelf nader onderzoek doen naar de identiteit. Op aangekochte voertuigen van voertuigfabrikanten mag je als voertuigeigenaar geen VIN inslaan of een constructieplaat aanbrengen met een eigen nummer. Bij het ontbreken van een VIN op een aanhangwagen of getrokken werktuig kun je aller-
OVERZICHT TOT 1 APRIL
VIN EN ZELFBOUW - ONDERNEMEN MET CUMELA
Hiervoor zijn kentekenbewijzen afgegeven:
• 5 3.500 landbouwtrekkers op wielen • r uim 100 rupstrekkers • 9 300 motorrijtuigen met beperkte snelheid
• 50 mobiele machines • 9 500 landbouwaanhangwagens voor transport
• 6 500 getrokken werktuigen
Ruim 20.000 aanvragen kosten meer tijd om te beoordelen en soms wordt zelfs de behandeltermijn van twintig werkdagen overschreden. eerst contact opnemen met de leverancier of fabrikant. Die weet mogelijk aan te geven waar een VIN kan zijn ingeslagen. Als de originele constructieplaat ontbreekt, kan de fabrikant naderhand nog een nieuw constructieplaatje opsturen. Sommige fabrikanten sturen een nieuw constructieplaatje gratis op, andere vragen er rond de € 80,- voor. Ook de aankoopfactuur kan informatie geven over het VIN, maar het vermelde VIN op de factuur is soms niet volledig.
VIN INSLAAN Wanneer er geen VIN op een gekocht voertuig is aangebracht (niet ingeslagen en geen constructieplaat), is de identiteit niet vast te stellen en moet er alsnog een VIN-nummer worden aangebracht. Het inslaan van het VIN mag slechts door twee partijen worden gedaan: door de fabrikant of door de RDW. De fabrikant mocht en mag een VIN alleen inslaan bij nieuwbouw van het voertuig. Als de fabrikant geen VIN heeft ingeslagen, mag dat naderhand alleen nog door de RDW worden ingeslagen. In dit geval kun je bij de RDW een afspraak voor een zogenaamd identiteitsonderzoek aanvragen, kosten € 44,50. Het is mogelijk dat de keurmeester van de RDW het ingeslagen VIN alsnog vindt. Is er geen ingeslagen VIN te vinden, dan kan de RDW een dit naderhand inslaan. Ook dat kost € 44,50. Het identiteitsonderzoek kan bij een RDW-keuringsstation worden gedaan, maar kan soms ook op je eigen bedrijfslocatie worden gedaan. Dan komt daar nog een bedrag van € 114,aan voorrijkosten bij.
ZELFBOUWVOERTUIGEN REGISTREREN Sinds eind maart kan bij de registratie worden aangegeven of het een zelfbouwvoertuig betreft. Is dat het geval, dan hoeven er geen merk en geen handelsbenaming te worden ingevuld, ze zijn merkloos. Van een zelfbouwvoertuig hoeven er slechts vier voertuiggegevens te worden opgegeven: het VIN, de voertuigcategorie, het bouwjaar en de maximumconstructiesnelheid. Na de registratieaanvraag van een zelfbouwvoertuig krijg je van de RDW het verzoek om foto’s op te sturen van het ingeslagen VIN, van de constructieplaat en van het hele voertuig. De RDW kan het
VIN namelijk niet vergelijken met soortgelijke voertuigen. Als er geen VIN is ingeslagen volstaat voor de registratie van zelfbouwvoertuigen een constructieplaatje met daarop het VIN. De bouwer van het zelfbouwvoertuig kan zelf een constructieplaat aanbrengen met VIN en bouwjaar. De laatste vier cijfers van het VIN vormen de meldcode op het kentekenbewijs. Let op bij zelfbouwvoertuigen gemaakt op basis van een kaal chassis met as(sen). Dit kan bijvoorbeeld ook een chassis zijn van een opraapwagen waar een bakkenwagen van wordt of is gemaakt. In een bestaand chassis hoort al een VIN te zijn ingeslagen of zit er een constructieplaatje op met het VIN van de oorspronkelijke fabrikant. Er is hier sprake van een volgende voltooiingsfase, maar de zelfbouwer mag geen eigen VIN meer aanbrengen. In dit geval moet je de al aangebrachte VIN gebruiken bij de registratie van het zelfbouwvoertuig. Het is nog steeds een zelfbouwvoertuig, maar je geeft dan het VIN van het oorspronkelijke voertuig op.
‘ER IS NOG WERK AAN DE WINKEL MET REGISTREREN. WACHT HIER NIET MEE’
INGROEIPERIODE Om problemen bij de goedkeuring van nieuwe (land)bouwvoertuigen te voorkomen en de registratiekosten laag te houden, is er een ingroeiperiode tot 1 juli 2021. Deze ingroeiperiode is bedoeld om fabrikanten en importeurs van met name nieuwe mobiele machines de tijd te geven om zich voor te bereiden op de reguliere processen van goedkeuring en registratie. Hierdoor kunnen nieuwe (land)bouwvoertuigen met een datum eerste toelating vanaf 1 januari 2021 nog steeds volgens het conversieproces door de eigenaar bij de RDW worden geregistreerd. Vanaf 1 juli moeten alle nieuwe (land)bouwvoertuigen wel beschikken over een typegoedkeuring of individueel goedkeuringscertificaat voor de registratie bij de RDW.
‘HET INSLAAN VAN HET VIN MAG SLECHTS DOOR TWEE PARTIJEN WORDEN GEDAAN’
WAM-VERZEKERING Alle zelfrijdende (land)bouwvoertuigen, zoals trekkers, oogstmachines en bouwmachines, moeten WAM-verzekerd zijn. Getrokken voertuigen zijn meeverzekerd op het trekkende voertuig en hoeven geen eigen WAM-verzekering te hebben. De controle op de WAM-verzekering loopt ook voor (land)bouwvoertuigen via het kentekenregister van de RDW. Het is daarom belangrijk om na ontvangst van het kentekenbewijs direct het kenteken, de meldcode en de datum tenaamstelling op het kentekenbewijs aan je verzekeraar door te geven. De RDW verplicht verzekeraars namelijk om binnen 28 dagen na de datumtenaamstelling het verzekerde (land)bouwvoertuig aan te melden. Monteer de kentekenplaat pas na het doorgeven van kentekengegevens aan de verzekering.
Tekst: Hero Dijkema, beleidsmedewerker (land) bouwverkeer en vervoer Foto: Hero Dijkema
GRONDIG 4 2021
73
ONDERNEMEN MET CUMELA - BEDRIJVIG
ONDERNEMEN MET CUMELA - COLUMN
VRAAG AAN DE ONDERNEMERSLIJN
“Is mijn medewerker die vijf dagen in quarantaine moet ziek en heeft hij recht op loonbetaling?” Als een medewerker in contact is geweest met iemand die corona heeft, moet hij in thuisquarantaine. We spreken van thuisquarantaine als iemand die niet ziek is op advies van de GGD thuis moet blijven totdat zeker is dat deze persoon niet besmettelijk is voor anderen. De medewerker moet zich gelijk laten testen en op de vijfde dag weer. Afhankelijk van de aard van het werk kan hij mogelijk wel vanuit huis werken. Als dit mogelijk is, mag je dat van je medewerker verwachten. Is thuiswerken niet mogelijk, dan heeft hij recht op loon. De medewerker kan niet ziek worden gemeld, tenzij hij het coronavirus heeft.
Vincent Tijms, Ondernemerslijn
HEB JE OOK EEN VRAAG?
GA ERVOOR!
Het thema berm- en slootonderhoud deed mij direct denken aan de bermen in mijn eigen woonplaats Holten. Sinds enkele weken zijn er tientallen plekken waar de graszode is geplagd en er troosteloze bermen zijn ontstaan. Menig buurtbewoner maakte zich daar zorgen over. “Wat de gemeente nu weer van plan is…”
‘HEB JE EEN GOED INITIATIEF EN VOELT HET ALSOF JE NOG ROEPENDE IN DE WOESTIJN BENT?’
Stel je vraag aan de medewerkers van de Cumela Ondernemerslijn via telefoonnummer (033) 247 49 99 of het e-mailadres ondernemerslijn@cumela.nl
NIEUWE LEDEN Er zijn twaalf bedrijven ingeschreven als nieuw lid: • AvG Grondwerken | Wijk en Aalburg • BACO Beschoeiingen | Nieuwe Niedorp • Colaris Grondverzet en Groen | Obbicht • Grondverzet Kiggen BV | Ospel • Kor van der Meer Loonbedrijf en Dienstverlening | Kuinre • Kuijpers Cultuurtechniek | Hegelsom • Maatschap Nelissen | America • Mts. Francis-Blom | Dirkshorn • Pieter Josten Grondverzet | Oeffelt • Roger Theunissen Grondwerken | Horn • Van Noort Verhuur-Infra-Groen | Schalkwijk • Willems Groen en Grondwerk | Tonden
74
GRONDIG 4 2021
Deze week kwam er een verlossend antwoord. De gemeente start met kleurrijke bloemenranden langs de wegen buiten het dorp en langs de rondweg. Het blijkt nu ook dat de gemeente dit initiatief niet zomaar uit de eigen hoed heeft getoverd. In Holten is al jarenlang de stichting Greun Hoolt’n (Groen Holten) actief. Zij neemt het initiatief om samen met boeren bloemrijke akkerranden, meidoornhagen, kikkerpoelen, houtwallen en andere landschapselementen aan te leggen. Zo brengt zij de biodiversiteit terug in het landschap. En eindelijk is de gemeente nu ook om. Een mooi resultaat voor de vrijwilligers die zich al lange tijd inzetten voor meer biodiversiteit. Dat is juist de boodschap die ik je mee wil geven. Heb je een goed initiatief en voelt het alsof je nog roepende in de woestijn bent? Zet door! Heb je het gevoel dat je er alleen voor staat? Zoek dan medestanders, sla de handen ineen en ga ervoor! Ben jij nog roepende in de woestijn of zoek jij een medestander? Laat het mij weten, ik ben benieuwd wat we samen kunnen aanpakken.
Thijs Veneklaas Slots bedrijvenadviseur
Calaris , het vertrouwde middel waarmee Kees zo klaar is ®
Calaris, hét basismiddel tegen onkruiden in maïs. • Flexibel en gemakkelijk • Veilig Veilig te gebruike • Snel en breedwerkend n bij onderzaa • Lange duurwerking i van een vanggew as
Syngenta Crop Protection B.V., Postbus 512, 4600 AM Bergen op Zoom. Tel. 0164 225 500, www.syngenta.nl. Syngenta biedt diverse oplossingen die telers helpen hun bedrijfsvoering verantwoord te optimaliseren. Zie www.syngenta.nl/stewardship Gebruik gewasbeschermingsmiddelen veilig. Lees voor het gebruik eerst het etiket en de productinformatie. ®/TM Registered Trademark of a Syngenta Group Company.
10x8 VOOR HET ZWARE WERK AROCS 5051 - totaalgewicht 50T - laadvermogen 29,5T
VELDHUIZEN bouwt voor het zware werk een 10x8 met veel reserves. Om voldoende stabiliteit te hebben tijdens het kippen zijn er af fabriek verzwaarde stabilisators gemonteerd en is het tandemstel leverbaar met veren van 36 ton. Voor het maximale wettelijke laadvermogen worden de voorassen geplaatst op 1,81 m en wordt een 11,5 tons as gemonteerd, zodat het ideale gewicht wordt bereikt van 50 ton. Deze originele MERCEDES as wordt mechanisch aangestuurd vanuit het stuurhuis en ondersteund door de originele MERCEDES stuurcilinder. Hierdoor ontstaat een onderhoudsarm stuursysteem met minimale storingen.
Groenekan T. 088 625 96 00 | Zwolle T. 088 625 96 70 | Powered by TCPDF (www.tcpdf.org)
www.veldhuizen.nl
| info@veldhuizen.nl