CC 22-2022

Page 18

4
134e jaargang nr. 22 THEMA: ‘WIE IS JEZUS VOOR ONS?’
15 december 2022 503354.indd 1 12/12/2022 9:54:53 AM
CONFESSIONEEL pag
Kerst als kantelpunt bij Lucas pag 6 Jezus -- de genade Gods pag 8 Wie is Jezus voor ons?
CREDO

In de Kerstnacht heeft dat onvoorstelbaar mooie zinnetje geklonken: “U is heden de Heiland geboren”. Wat de engel daarmee losmaakte is met geen pen te beschrijven. Geloof, kerk en kunst hebben zich ermee druk gemaakt. Geloof en kerk hebben theologie voortgebracht. En in de kunst is muziek, schilderkunst en dichtkunst te veelomvattend om alles te leren kennen en waarderen.

Wat het betekent, dat Jezus de Messias, de Gezalfde, is gekomen – daarover gaat dit themanummer. Steeds is op de voorgrond of op de achtergrond de vraagstelling aanwezig: wat betekent Jezus voor mij, voor ons.

Bärry Hartog van de PthU Groningen ziet Kerst als een kantelpunt moment functioneren in de berichtgeving van Lucas. Zo komt er nadruk te liggen op het gemeenschappelijke van Israël en de

volken om samen de God van Israël te dienen. Hartog zegt: “Deze beweging –door Lucas ‘de Weg’ genoemd – wortelt in de geschiedenis van Israël, maar gaat een nieuwe fase in met Jezus’ geboorte.”

Diemer de Jong heeft aandacht voor Paul Gerhardt, die inspirerend is geweest voor J.S. Bach en die we ook in onze liedboeken tegen komen. Hij was stevig Lutheraan en bepaald geen calvinist. Zijn liederen zijn bij veel calvinisten zeer geliefd. En dat is mooi, dat het zich zo ontwikkelt.

Gerco Lock heeft in het Museum Bredius aan de Lange Vijverberg tegenover de Hofvijver in Den Haag een mooie middag gehad. Hij schrijft over de ogen van Jezus aan de hand van Rembrandt. De genade is verschenen schrijft Paulus aan Titus - prachtig.

Keimpe Dijk leert van Kerst dat je klein moet beginnen.

Jan Swart heeft zijn leerlingen voor ogen als hij muziek uitzoekt voor de Kerstwijding. Dick Westerneng vertelt er maar op los, hoe kinderen en Kerst elkaar kunnen krijgen.

Robert-Jan van Amstel heeft een bijzonder schilderij gezien.

Maurice Wielenga neuriet de melodie van “Hoe zal ik U ontvangen”.

Jan Dirk Wassenaar vindt het Kerstcadeautje van de zondagschool zo gek nog niet. Er zijn boekbesprekingen. In de kroniek gaat het over redeneringen en opvattingen, meningen en gedachtegangen, allemaal op weg naar Kerst: want een Kind is ons geboren, een zoon is ons gegeven…

THEMA: ‘WIE IS JEZUS VOOR ONS?’ THEMA: ‘WIE IS JEZUS VOOR ONS?’ 02 TER INLEIDING DS. WIM SCHELTENS 03 WAT WE NOG WETEN (COLUMN) DS. WIM SCHELTENS 04 KERST ALS KANTELPUNT BIJ LUCAS DR. BÄRRY HARTOG 06 JEZUS - DE GENADE GODS… DS. WIM SCHELTENS 07 OGEN DIE MIJ ZIEN DS. GERCO LOCK 08 WIE IS JEZUS VOOR ONS, VIA PAUL GERHARDT? DS. DIEMER DE JONG 10 ALLES GOED EN WEL DS. KEIMPE DIJK 12 HET KIND ONTTROOND DS. ROBERT-JAN VAN AMSTEL 14 GODS LIEFDE BLIJFT EEN WONDER DS. DICK WESTERNENG 16 KERSTVIERING CHRISTELIJK LYCEUM VEENENDAAL 2022 JAN B. SWART 18 HOE KUNNEN WIJ JEZUS VERWELKOMEN? MAURICE C.J. WIELENGA 20 EERHERSTEL VOOR HET KERSTCADEAU DR. JAN DIRK WASSENAAR 22 KRONIEK DS. WIM SCHELTENS 1. VOOR WAT HOORT WAT, OF: VERWONDERING 2. COMPLOT-DENKEN EN GODSGELOOF 3. GELOVEN WAT JE WILT 4. TWEEDE KAMER EN OMROEP IN ONRUSTIG VAARWATER 5. THEOLOGIE: EEN NEPWETENSCHAP? 6. TE VRIJE UNIVERSITEIT 7. KERSTSTEMMING 26 WIE IS JEZUS VOOR JOU? (JEUGDRUBRIEK) DS. PIET ROZEBOOM Coverfoto: Pixabay TER INLEIDING 2
503484.indd 1 12/12/2022 9:54:50 AM
‘WAT HET BETEKENT, DAT JEZUS DE MESSIAS, DE GEZALFDE, IS GEKOMEN – DAAROVER GAAT DIT THEMANUMMER. STEEDS IS OP DE VOORGROND OF OP DE ACHTERGROND DE VRAAGSTELLING AANWEZIG: WAT BETEKENT JEZUS VOOR MIJ, VOOR ONS’

WAT WE NOG WETEN

In Ede is op 20 november 2022 gevierd, dat er ruim tachtig jaar kerkelijk leven is in en rond de Beatrixkerk in de wijk “Beatrixpark”. Om precies te zijn: op woensdagavond 3 april 1940 is de kerk in gebruik genomen. De Tweede Wereldoorlog was al bezig en in Nederland was het bange gevoel, dat neutraliteit niet zou lukken. Bij de ingebruikname preekt ds. Hajer over de woorden van Paulus: “Want uit Hem en door Hem en tot Hem zijn alle dingen. Hem zij de heerlijkheid tot in eeuwigheid! Amen.” (Romeinen 11: 36) De dominee geeft duidelijk aan dat de nieuwe kerk geen tempel is. Dat lees ik in het boekje dat ter gelegenheid is uitgebracht: “De Zuiderkerk later Beatrixkerk en haar gemeente”, wat we nog weten vanuit krantenknipsels. Wat is dat een aardig boekje geworden. Er zijn stukjes uit de kerkbode en notulenboeken. Maar genoeg om je te verwonderen of te glimlachen.

Eerst over de tempel en de kerk De kerk is geen tempel, maar een plek van samenkomst voor de gemeente van Christus. We kunnen in 2 Kronieken 5 lezen, hoe de tempel door Gods heerlijkheid helemaal gevuld wordt als de priesters zingen: “de HEER is goed, eeuwig duurt zijn trouw”. Zou de dominee al in die tijd willen zeggen, dat de tempel meer is dan de kerk? Dat de kerk van de heidenen mag ingelijfd worden in het burgerschap van Israël met het verbond van God? En zal het hoge gebouw de mensen in Ede er bij bepalen dat die gemeente van Christus er is?

Zouden de mensen ook gestimuleerd worden om te beseffen, dat ze ook omhoog mogen kijken en niet bij de pakken neer te zitten?

Ik word wel aan het denken gezet door dit alles. En in het consistorie-gebed voor de jubileumdienst, die ik mocht leiden, heeft de ouderling gedankt voor al het werk in die tachtig jaar van de verschillende dominees en ouderlingen en diakenen en organisten en kosters en mensen van de kindernevendienst.

Fiets gestolen

Er is ook klein leed geweest. In juni 1941 werd een damesfiets gestolen bij de kerk tijdens de kerkdienst. De kerkenraad heeft zich daarover gebogen en komt met het volgende advies in drie punten – op een goed gereformeerde manier: 1. beter is het voortaan te voet naar de kerk te gaan; 2. anders kan men lijn 2 nemen (bus); 3 men kan ook een slot op de fiets kopen (op eigen kosten, staat er bij).

Stro op de vloer

Bij de slag om Arnhem is het te gevaarlijk om te kerken en na die slag is de kerk gevorderd voor vluchtelingen. De banken werden er uit gehaald en stro op de vloer gelegd. De kerk is pas op de biddag voor gewas en arbeid in 1946 weer voor het eerst daarna gebruikt.

Prinses Beatrix

De kerk begint als Zuiderkerk - naast de Noorderkerk in Ede – de wijk waarin de kerk staat heet Beatrix-park. Daarom gingen er stemmen op om de kerk te noemen Beatrixkerk. Daar moet eerst toestemming van prinses Beatrix voor komen. En op 11 november 1963, de dag van Sint Maarten, kan ds. Tien in de kerkenraadsvergadering een brief voorlezen, waarin prinses Beatrix het goed vindt om haar naam te gebruiken voor de naam van de kerk. En sindsdien is het Beatrixkerk.

Eeuwige trouw

Bij de opening is 82 ½ jaar geleden ook gezegd: “Mocht ooit, wat God verhoede, de kerk van Ede tot deformatie vervallen, waardoor het Woord van God verzaakt wordt, dat dan van het gebouw geen steen op de andere gelaten worde…”

Dat is typisch de stijl van Abraham Kuyper die ook zulke dingen heeft gezegd bij de opening van de Vrije Universiteit. Maar laten we goed onthouden - wat is kerk? Dat is de Schriften lezen, de lofzang gaande houden, de gebeden zeggen en de diaconale taak uitvoeren.

Dan zal de trouw van God, die eeuwige trouw is, ons en de komende generaties verder geleiden en ons tot zegen zijn voor tijd en eeuwigheid.

COLUMN
3
503525.indd 1 12/12/2022 9:54:51 AM

KERST ALS KANTELPUNT

BIJ LUCAS

Het is algemeen bekend dat Mattheüs en Lucas – de enige twee evangelisten die verhalen van Jezus’ geboorte – verschillen in de manier waarop ze deze geboorte ter sprake brengen. Waar Mattheüs na Jezus’ geboorte magiërs ten tonele voert en de heilige familie naar Egypte laat vluchten (Mattheüs 2), spreekt Lucas van herders die met eigen ogen de geboorte van de Messias willen aanschouwen, waarna Jozef en Maria Jezus aanbieden in de tempel, ‘zoals is voorgeschreven in de wet van de Heer’ (Lucas 2:23).

Deze verschillen hangen samen met de verschillende manieren waarop de evangelisten Jezus als de Messias portretteren. De schrijvers van de evangeliën mogen het erover eens zijn dat Jezus de Christus is, de manier waarop zij zijn karakter en het werk weergeven, verschilt. Zo benadrukt Mattheüs dat Jezus de vervulling is van vroegere profetieën gericht aan het volk Israël. In lijn met dit overkoepelende uitgangspunt wordt de vlucht naar Egypte in de handen van Mattheüs een vervulling van Hosea 11:1: ‘Ik heb mijn zoon uit Egypte geroepen’. Lucas slaat een andere weg in. In zijn tweedelige werk (Lucas en Handelingen) beschrijft Lucas Jezus’ geboorte en werk als het beginpunt van een eschatologische beweging waarin het volk Israël samen met de andere volkeren de God van Israël dient. Deze beweging – door Lucas ‘de Weg’ genoemd – wortelt in de geschiedenis van Israël, maar gaat een nieuwe fase in met Jezus’ geboorte.

HET BEGIN VAN DE WEG

Een opvallend literair motief in Lucas 1–2 betreft de wetsgetrouwheid van zowel Zacharias en Elisabet (1:6) als Jozef en Maria. Na zijn geboorte bieden Jozef en Maria de kleine Jezus aan in de tempel, waar zij Simeon en Hanna ontmoeten (2:22–40). Tot twee keer toe wordt hier benadrukt dat zij handelden in overeenstemming met de wet van God (2:22–23, 39). Zowel Johannes als Jezus worden bovendien besneden (1:59, 2:21), en Lucas beschrijft hoe de twaalfjarige Jezus met zijn ouders tijdens Pesach de tempel in Jeruzalem bezoekt (2:41–52). Zo blijkt er Lucas in deze hoofdstukken aardig wat aan gelegen om de ouders van zowel Johannes als Jezus als wetsgetrouwe Joden die regelmatig de tempel in Jeruzalem

bezoeken, af te schilderen. Deze sterke nadruk op getrouwheid aan de Joodse wet en de tempel vinden we niet in andere evangeliën. Dat roept de vraag op hoe dit motief samenhangt met het doel van Lucas’ evangelie. Het is in dit verband van belang om in herinnering te brengen dat Joodse wetten, de tempel en de praktijk van de besnijdenis golden als ethnic markers: tekenen die het volk van de Joden onderscheidden van andere volken. Zij zijn, met andere woorden, kenmerkende eigenschappen van het volk Israël. De eschatologische beweging die Jezus in gang zet, zo benadrukt Lucas, begint in en met Israël.

Daar blijft het echter niet bij. Lucas’ perspectief wordt gekleurd door profetieën uit de Joodse Schriften die in de eindtijd het samenkomen van Gods volk Israël en de andere volken op aarde voorzien. Een vergelijking van de lofliederen van Maria (1:46–55) en Zacharias (1:67–79) met dat van Simeon (2:29–32) maakt Lucas’ perspectief duidelijk. Waar Maria en Zacharias de nadruk leg-

gen op Jezus’ en Johannes’ doorslaggevende betekenis voor de redding van Israël, herkent Simeon de implicaties van Jezus’ geboorte voor ‘alle volken’ (2:31) – implicaties die tegelijkertijd ‘tot eer strek[ken] van Israël, [Gods] volk’ (2:32).

Deze beweging van Israël naar een samengaan van Israël en de volken blijkt ook uit Lucas’ gebruik van Jesaja 40. In de eerste drie hoofdstukken van het evangelie van Lucas wordt deze tekst tweemaal geciteerd. In Lucas 1:76–77 citeert Zacharias Jesaja 40:3 om Johannes als wegbereider van de Heer te kenschetsen. In die hoedanigheid maakt Johannes ‘[Gods] volk bekend … met hun redding’. In Lucas 3 komen we Johannes opnieuw tegen, en opnieuw klinkt Jesaja 40. De betekenis van Johannes’ doop overstijgt hier echter het volk Israël: Lucas voorzegt, met Jesaja 40:5, dat ‘al wat leeft zal zien hoe God redding brengt’ (3:6). Zo weerspiegelen de eerste drie hoofdstukken van Lucas reeds de beweging die in de rest van het evangelie en het boek Handelingen tot uiting komt: met de komst van Christus ontstaat de Weg – een eindtijdbeweging waarin Joden en niet-Joden samenkomen in aanbidding van de God van Israël.

LUCAS EN DE JOODSE RELIGIE

De sterke nadruk op de wetsgetrouwheid van Zacharias en Elisabet en Jozef en Maria in Lucas 1–2 lijkt te suggereren dat Lucas positief staat ten opzichte van de Joodse wet en het volk Israël. Toch is dat niet evident. Amy-Jill Levine wijst erop dat na Lucas 1–2 Lucas’ interesse in de Joodse religie snel afneemt: de tempel speelt geen rol van betekenis meer in Lucas’ narratief en Jezus is de laatste in het evangelie van Lucas die besneden wordt. De Joodse

THEMA: ‘WIE IS JEZUS VOOR ONS?’
4
503543.indd 2 12/12/2022 9:54:56 AM
Rembrandt - Kerst, geboorte van Jezus.

religie, zo concludeert Levine, heeft ten diepste afgedaan voor Lucas met de komst van Christus ¹. Lucas’ nadruk op de wereldwijde reikwijdte van Christus’ boodschap impliceert zo een afwijzing van de Joodse religie. Er zijn verschillende aanwijzingen die Levines standpunt ondersteunen. Tegelijkertijd zijn er echter indicaties van het tegendeel. Jezus’ eerste publieke optreden vindt plaats in een synagoge (Lucas 4:14–30). Weliswaar stelt Jezus in deze passage dat zijn boodschap voornamelijk niet-Joden geldt, maar in de loop van het evangelie van Lucas accepteren zowel Joden als niet-Joden zijn woorden. Datzelfde geldt voor het boek Handelingen: op verschillende plaatsen in Handelingen meldt Paulus dat hij zich in zijn verkondiging op niet-Joden richt omdat de Joden zijn woorden niet aannemen (Handelingen 13:46–47, 18:4–6), maar iedere keer zijn er weer andere Joden die de boodschap van Christus’ omarmen (Handelingen 14:1,

18:19–21). Paulus zelf (Handelingen 22:3), alsmede de geleerde Apollos (18:14–28), zijn voorbeelden van Joden die bij name genoemd worden en enthousiaste volgers van de Weg zijn. Dit gegeven, gecombineerd met de nadruk op zowel Jezus’ als Paulus’ werkzaamheid in synagogen, suggereert dat voor Lucas de Joodse religie niet had afgedaan en dat Israël nog steeds als volk van God gold.

Wat wel veranderd is met de komst van Christus, is de omvang van de beweging die Israëls God aanbidt. Bestond deze voor Jezus’ komst uit het volk Israël, nu omvat zij zowel Joden als niet-Joden. Besnijdenis, reinheidswetten en de tempel gelden onverkort als uitingen van Israëls etnische identiteit en religie, maar zij gelden niet langer als grensmarkeringen van de Godsgemeenschap. In de Weg komen Joden, als Joden, en niet-Joden, als niet-Joden, samen in een eschatologische beweging die Israëls God als hoogste god erkent.

KERST ALS KANTELPUNT

Al met al geldt Kerst bij Lucas als kantelpunt in de geschiedenis van God met zijn volk. Met de komst van Christus begint het einde der tijden, waarin Joden en niet-Joden samenkomen om Israëls God te aanbidden, zoals voorspeld in eerdere profetieën. De Joodse wet en religie blijven onverkort geldig voor het volk Israël. Zij gelden echter niet langer als criterium voor toegang tot de Godsgemeenschap: in de eindtijd, ingeluid met de komst van de Christus, hangt toegang tot de Weg af van het accepteren van de openbaring van Israëls God in Jezus Christus.

¹ Amy-Jill Levine, ‘Luke and the Jewish Religion’, Interpretation: A Journal of Bible and Theology 68 (2014): 389–402.

dr. Bärry Hartog te Zuidhorn (Gr), universitair docent Antiek Jodendom aan de PthU Groningen.

5
503543.indd 3 12/12/2022 9:54:59 AM
Foto: Andreas Kretschmer, Unsplash.

JEZUS – DE GENADE GODS…

In mijn studietijd raakte in onder de indruk van een voor mij ongewone Bijbeltekst voor een Kerstpreek - niet iets van Lucas of Matteüs, maar van Paulus aan Titus: “Want de genade Gods is verschenen, heilbrengend voor alle mensen” (Titus 2:11). Paulus laat weten, dat het Kerstkind de genade van God belichaamt. En hij benadrukt, dat de genade heilbrengend is en voor alle mensen bestemd is. In dat gewaad past Jezus uitstekend. Een sfeer van genade en heil tekent de betekenis van Jezus ten voeten uit.

Gaandeweg heb ik als predikant het indrukwekkend gevonden, dat Jezus geen toelatingsexamen organiseert om te selecteren wie wel en wie niet bij Hem mag komen. Ziften doet Hij niet. De duivel wil jullie ziften als de tarwe, waarschuwt Jezus. Maar, zo zegt Hij, Ik heb voor jullie gebeden. Voor alle mensen, zegt Paulus. Wij mogen het hem nazeggen. Zo is in het kerkelijk leven het uitnodigende sterker geworden dan het veroordelende.

JOHANNES

EN LUCAS

Johannes laat zien, dat de komst van Jezus heel specifiek is: uit liefde van God voor de wereld is Christus gekomen. En Lucas vertelt, dat de engel in de kerstnacht een grote vreugde aankondigt voor heel volk. De engel laat weten: “heden is u de heiland geboren” Dat woordje ‘u’ valt op. Het maakt de gebeurtenis minder vrijblijvend. Het is ‘voor u’. Niet voor een stelletje uitverkoren mensen, maar voor de mensen, wie ze ook zijn. Het is frappant, dat Jesaja 9 ook zo’n aankondiging kent met nadruk op het adres: “Een kind is ons geboren, een zoon is ons gegeven.” Dat ons had niet persé gehoeven, maar nu het er staat, wordt duidelijk dat het om een groot geschenk gaat.

GENADE

Iemand vertrouwde me toe, dat hij van een dominee eens in de kerk had gehoord: weet je wat genade is? Genade is: je verdient een klap, maar je krijgt een kus.Ik zei: heb je dat in de kerk gehoord? Wat hoor je in de kerk toch soms leuke dingen. “Gij kent immers de genade van onze Here Jezus [Christus], dat Hij om uwentwil arm is geworden, terwijl Hij rijk was, opdat gij door zijn armoede rijk zoudt worden.” (2 Korintiërs 8:9, ver-

taling NBG ’51.) Dat is doorleefd geloof vanuit een diepe beleving.

JESAJA

Indrukwekkend is de titel van het meditatieve boek van ds. Gabe van Duinen, “Zie, hier is uw God”. Die titel komt uit Jesaja 40:9 ‘Zeg tot de steden van Juda: Zie, hier is uw God.”.

Weer klinkt dat woordje ‘u’ – nu in de vorm van ‘uw’. Het is één en al bemoediging. De tijd van vernedering loopt op zijn eind. God kijkt naar u om. Hier is uw God. Het kon de Kerstboodschap zijn. Komt, verwondert u hier, mensen, ziet, hoe dat u God bemint…

WIE IS JEZUS VOOR MIJ?

Ja, dat raakt het thema van dit nummer - makkelijker bedacht dan ingevuld. Voor mij is Jezus allereerst belangrijk door zijn naam, die redder betekent en voor het eerst genoemd is door de engel Gabriël. Steeds als je die naam hoort, denk ik: iedereen die de naam Jezus op de lippen neemt, hetzij als belijdenis hetzij als stopwoord, die is horig aan Gabriël. Zou de engel Gabriël nog altijd mensen op dat spoor krijgen, dat duidelijk wordt, hoe de genade reddend verschenen is in Jezus? En van een engel mag je weten, dat die niet zelf iets verzint, maar een woord van God doorgeeft. Dus uiteindelijk heeft God bereikt, dat we naam Jezus kennen. Jezus is voor mij bekend en herkenbaar door twee soorten uitspraken: 1. wat Jezus voor ons doet en 2. wat Jezus graag bij ons ziet.

1. ‘Kom tot Mij, die vermoeid en belast zijn en Ik zal u rust geven.’ En: ‘Wie in Mij gelooft, zal leven, ook wanneer hij sterft.’

2. ‘Behandel de ander zoals jezelf behandeld wilt worden.’ En: ‘Zo moet jullie

licht schijnen voor de mensen, zodat zij jullie goede daden kunnen zien en eer bewijzen aan jullie Vader in de hemel.‘

Voor mijn gedachten over Jezus is ook de herinnering aan de woorden van Jezus belangrijk: Ik ben de goede herder. Nog niet zo lang geleden sprak me een andere uitspraak uit Johannes 10: 17 en 18 van Jezus me ook zeer aan: ‘De Vader heeft Mij lief omdat Ik mijn leven geef, om het ook weer terug te nemen. Niemand neemt mijn leven, Ik geef het zelf. Ik heb de macht om het te geven en om het weer terug te nemen – dat is de opdracht die Ik van mijn Vader heb gekregen.’

Hij is immers gekomen om te volbrengen waartoe de Vader Hem gezonden heeft. Zo is Jezus als Zoon sprekend de Vader en dat lijkt me het kenmerkende van Jezus.

THEMA: ‘WIE IS JEZUS VOOR ONS?’
6
503577.indd 1 12/12/2022 9:55:03 AM
Rembrandt 1640 -- Het bezoek van Maria aan Elisabeth.

OGEN DIE MIJ ZIEN

Hij dringt zichzelf niet aan me op. Maar als ik hem eenmaal onder ogen ben gekomen, dan weet ik me gevangen door zijn blik. Ik kan niet anders dan hem aankijken. En Hij ziet mij aan. Met die ogen waarin je als vanzelf wegdroomt. Er ligt iets van ontferming in, bewogenheid. Waar denkt Hij aan? Het is alsof Hij dwars door me heen ziet, al mijn gedachten kent.

Hij hing in de museumzaal wat om een hoekje. Daardoor sprong Hij niet meteen in het oog. Maar bij de eerste aanblik wist ik: Hij zag me al die tijd al. En Hij zal me niet meer uit het oog verliezen. Deze ogen reizen met me mee. In zijn blik en houding lees ik vastberadenheid. Hij is niet van plan om weg te kijken van mijn leven. Volop betrokken is Hij erop, tot in de uiterste diepte toe. Regels van een lied schieten me te binnen:

Ogen die mij zoeken volgen tot hoever Ik ga een bocht om waar geen licht komt Geen hand mij vastgrijpt, geen oor mijn stem herkent Geen stem mij groet, geen naam mij past Tot waar geen mens is Tot waar geen God is Ogen die mij zien Die mij aanzien daar

LEVENSGEVOEL

Tot waar geen God is. Dat is wat ik iedere dag inadem. Het levensgevoel dat God er op geen enkele manier toe doet. Dat je ook niet moet verwachten dat er meer is. Dit is het leven. Punt. Maar precies daar, waar God overbodig verklaard is en afgeschaft, daar volgen zijn ogen mij. Zij gaan daar mee. Zelfs daar. Juist daar. Hij merkt de momenten van volstrekt alleen zijn op. Omdat Hij zelf bekend is met dat niet gezien worden. De ervaring zonder God te zijn, is hem immers allesbehalve vreemd.

VERBLUFT

Om zijn ogen kan ik hem niet loslaten. Omdat ze mij iedere keer weer opzoeken. En me raken. Ze oordelen niet.

Ze zeggen alleen: Ik zie je. Ik ga met je mee. Ik laat jou niet los. Dit portret door Rembrandt is niet groter dan een A4tje.

De lijst is indrukwekkender dan het doek. Maar ik ben verbluft over zoveel Christus in de ogen van deze eenvoudige gestalte. Verzonken in zijn ogen, word ik weer teruggebracht bij het evangelie.

Ik zie Jezus rondgaan. Zijn blik zoekt de mensen op die hem nodig hebben. Men-

sen van nu. Terwijl anderen gehaast voorbij lopen, ziet Hij hen. De één hoog in de boom, de ander haast in de put.

MEEKIJKEN

En langzamerhand ga ik met zijn ogen meekijken. Ik probeer te zien wat Hij ziet. Met die oogopslag vol ontferming en bewogenheid. Er is veel waar ik doorheen moet kijken. Mijn blik is wazig geworden door het leven. Maar Hij scherpt mijn blik, veegt wat vertroebelt aan de kant. Hij laat me geduldig

zien waar licht ontbreekt, waar handen moeten vastgrijpen en waar stemmen gehoord dienen te worden. Hij dringt zichzelf niet op maar weet me wel te vangen met zijn ogen. Ogen die me niet loslaten. Omdat Hij me aankijkt, kan ik gewoonweg niet om Jezus heen.

ds. Gerco Lock (Bethelkerk Scheveningen) schreef dit artikel bij Rembrandts ‘Christus en buste’ uit Museum Bredius en bij het lied ‘Ogen die mij zoeken’ van Huub Oosterhuis.

7
503600.indd 1 12/12/2022 9:55:04 AM
Rembrandt, Christe en buste, ca. 1648.

WIE IS JEZUS VOOR ONS?

Zou niet elk echt goed lied uit het hart en de gebeurtenissen worden geboren? In een bekend lied raakt Paul Gerhardt direct de goede snaar, dat beleef ik. ‘Beveel gerust uw wegen, der trouwe hoede en zegen van Hem, die ’t al regeert. Zo zal Hij alles maken, dat ge u verwonderen moet’, Liedboek 1973 (LB73) gezang 427, Liedboek 2013 (NL) 904. Hij zou het zomaar hebben kunnen neerschrijven in de tijd dat hij bij het graf stond van vrouw en kinderen en hij als predikant grote moeite meemaakte.

‘WIE IS JEZUS VOOR ONS?’
THEMA:
8
MET
503715.indd 2 12/12/2022 9:55:04 AM
Beeld: Unsplash.

Paul Gerhardt schreef liederen voor thuis en voor koren. Dat waren nog eens tijden, dat je thuis samen zong. Dat zijn we wel een beetje kwijt denk ik. Maar wie weet komt het terug, met headset en streamen en samen. Zijn componisten maakten de muziek. Johann Crüger in de Nikolaikirche te Berlijn zette ze in zijn veelgebruikte liedboeken, zo werden ze erg bekend.

ZINGEN IN HET DUISTER

Als derde predikant van de Nikolaikirche in Berlijn maakt hij problemen mee. Hij had de Konkordienformel ondertekend waarin het Calvinisme werd afgewezen. En hij voelde zich als hartstochtelijk Lutheraan hieraan gebonden. Keurvorst Friedrich Wilhelm III wilde harmonie en de handtekening van alle predikanten onder een bevelschrift waarin het vreedzaam samenleven van Lutheranen en Calvinisten werd bevolen. Gerhardt hield zich hier aan in zijn spreken maar wilde niet tekenen omdat hij vond dat de predikanten vrij moesten zijn om te zeggen wat zij wilden. Hij liet zich liever uit zijn ambt zetten en dat gebeurde in 1666. ‘Die wolken, lucht en winden wijst spoor en loop en baan, zal ook wel wegen vinden waarlangs uw voet kan gaan.’

TE VEEL GEZEGD?

Zijn liederen zingen we vaak. Achterin LB73 staat een register van componisten, dichters en vertalers, bij Gerhardt 13 liederen. Vertrouwen in God, dat schrijft hij, blijdschap en verdriet zijn er, ja, maar de Heer is erbij. Onwankelbaar geloof in God. Dat werd ook tegengesproken, de Verlichting kleurde het geloof en denken en ze zeiden dat je het niet zo eenvoudig kon zeggen of zingen, dat de mondige mensen tegenwoordig beter weten. Ik laat dat even staan zo. Maar zeg erbij dat zingen tweemaal bidden is, zoals Augustinus misschien zei, en dat wil zeggen dat zingen intens is als een onderstreping van waar we geen woorden voor hebben uit ons hart. ‘Gij hebt mij voor ik spreek gehoord’ zegt David in Psalm 139.

ADVENT EN KERST

Met Advent en Kerst zingen wij zijn liederen ook. Hoe zal ik U ontvangen en Ik kniel aan uwe kribbe neer en Dansen wil mijn hart.

Hoe zal ik U ontvangen, LB73 gezang 117, NL 441.

Jezus is in dit lied de Lichtdrager in onze duisternis. Daar word je blij van en zingen is als de palmtakken die Hem op weg naar Jeruzalem eer brachten. Jezus is de verzoener die onder miljoenen mensen ook mij ziet. De trooster die voor ons staat, is Hij. Paul Gerhardt werd in 1607 bij Wittenberg geboren. Zijn vader was burgemeester. Hij studeerde theologie in Wittenberg, het bolwerk van het Lutheranisme. In 1642, klaar met zijn studie, werd hij huisonderwijzer in Berlijn in het gezin van advocaat Berthold. In 1651 nam hij een beroep aan van Mittenwalde, ten zuiden van Berlijn en trouwde met de jongste dochter van Berthold. In zijn moeilijke tijd als dominee stierven drie van zijn vier kinderen en in 1668 stierf ook zijn vrouw. In 1669 nam hij een beroep aan van Lübben, Brandenburg. Daar overleed hij in 1676.

In ‘Hoe zal ik U ontvangen’ zingen we dat Christus’ opstanding ons leven verandert. De grote morgen schemert al boven ’t graf. Staande bij het graf mogen we geloven dat Hij als eersteling van de doden weg liep uit het graf en dat de Vader ook ons zal doen opstaan met Hem, Jezus de Zoon. In onze diepe nood staat Hij naast ons. Ik lag machteloos gebonden, Gij komt en maakt mij vrij. Hij was juist daarom van zijn troon afgedaald, omdat Hij diepbewogen is en zo graag bij u wil zijn.

Ik kniel aan uwe kribbe neer, LB73 gezang 141, NL 475.

Met de herders en wijzen. Stel je was in de stal. Op een meter van de wijzen, goud, wierook, mirre, ook de herders, ruige mantels, geschuurde knuisten, ongeschoren kinnen, je ziet en hoort en ruikt ze. Dichtbij Maria en Jozef, je ziet Jezus, een kindje in de voerbak. De enthousiast roepende herders die vertellen van het Ere zij God en de engelen worden steeds stiller. We zijn verlegen verwonderd als we Maria zien en we knikken Jozef toe en we gingen met iedereen daar op onze knieën. En stel je voor waar jij zelf dan had gestaan. En wat had je zachtjes tegen God in de hemel gezegd? Had je een liedje geneuried? Was je vol ontzag en had je een traan van vreugde, daar geknield bij Jezus? Hoe was je leven daarna verder gegaan? Was Jezus meegegaan in je hart en was je Hem ook trouw gebleven?

Paul Gerhardt laat het ons zingen: Ik kniel aan uwe kribbe neer, o Jezus, Gij

mijn leven. Ik draag U als geschenken aan wat Gij mij hebt gegeven. Voor ik als kind ter wereld kwam, zijt Gij voor mij geboren. Werd Gij een kindje arm en naakt, hebt Gij U mij gegeven. Temidden van de nacht des doods zijt Gij, mijn zon, verrezen, uw gloed heeft mij genezen.

Jezus is alles voor ons. Dat laat Paul Gerhardt ons zingen. En zijn liederen zijn bekend geworden, ook geliefd en ze raken je diep ook door de melodieen. Wanneer iets diep de snaren van je ziel beroert, dan komt er een klank op gang die verder reikt dan je denken en voelen kunnen gaan. Het zijn met recht geloofsliederen, die je geloof kunnen zingen en die ons ook zingend, misschien ook na een tijd opnieuw, bij de Heer kunnen brengen.

Dansend hart, LB73 gezang 144, het staat niet meer in het nieuwe Liedboek. Zo zie ik de herders wel, daar in de stal, dansen en springen. Met de engelen samen daarboven, want in de hemel dansen ze, zingen we met NL 726 Hoor een heilig koor van stemmen, psalmen zingend, palmen dragend, in de hemel is een dans. Wie is Jezus voor Gerhardt in dit lied? Hij is de gezalfde, Christus is geboren en Hij is de bevrijder die de dood wegdoet. Hij roept de mensen: Kom bij Mij als je moe bent, kom bij mijn kribbe. Daar bedoelt Gerhardt natuurlijk mee dat we in de stal bij het wiegje van Gods Zoon zien hoe laag Hij wilde bukken en komen, hoe Hij net als wij geboren is en in deze wereld kwam. Tussen al die ruzies in en de slechte huwelijken, de ziektes en de faillissementen, de discussies vol onbegrip en het grensoverschrijdende gedrag, in mijn rommeltje en schuld, in de onherstelbare situaties. Hij kwam en Hij is liefde van God en Hij is leven. Hij wil ons vrolijk maken, dansen, springen. Dus klinkt in dit mooie lied de uitnodiging: Kom, als je lijdt onder je geweten en als je erg gewond bent, u bent door God niet vergeten, in dit Kind heb je gevonden die geneest hart en geest en verbindt uw wonden.

GEBED

Deze regels samen zijn een gebed voor de kersttijd en ook elke dag: Ik kniel aan uwe kribbe neer, o Jezus. Wil zelf uw fakkel dragen in onze duisternis. En laat mijn ziel in vreugde en smart bij U geborgen wezen.

ds. Diemer de Jong

9
503715.indd 3 12/12/2022 9:55:05 AM

ALLES GOED EN WEL

Met een knipoog naar de Britse auteur Chesterton zou je kunnen zeggen dat alles van God oneindig groot is als de omtrek van een cirkel, maar dan ineens klein geworden, een punt zo klein, maar wel middelpunt, brandpunt zelfs met een geweldige uitstraling. Voortaan zal van onderop geloofd en gedacht moeten worden, vanuit de werkelijkheid van de kribbe, de speldenknop in de hooiberg van het Romeinse Rijk. God speelt over de band. Bij een kind in doeken gewikkeld, maar dat gaandeweg zich zal gaan ontwikkelen totdat op de Paasmorgen de doeken opgerold blijken. Het heil is dan uit de doeken gedaan.

Het is me toch een verhaal, dat van Lucas 2. Palestina is bezet gebied onder een keizer die gebiedt, die zijn rijk ingeschreven, geregistreerd wil hebben. En dan denk je: hoe moet het nu verder met die inschrijving? Daarop valt immers de schijnwerper. Maar dan wordt ineens een détail naar voren gehaald: het licht valt op een jong stel. Zij is zwanger. Het verhaal houdt bij wijze van spreken ineens de adem in. Wat geschiedt is per slot van rekening een inschrijving dat er een kind geboren wordt. Heel actueel ergens, het is een vluchtelingenkind. Vooral gelet op het vervolg van het verhaal.

Maar eerst is er nog iets anders. Het lijkt wel nieuwjaar; iets als een groot vuurwerk; hemelse tongen als van vuur.

Van boven gaat het over wat beneden geschied is, met de betekenis ervan. De engelenzang, wat je je er verder ook bij moet voorstellen, het gaat om de inhoud ervan, door de ten onrechte vergeten dichter Coert Poort ooit in het magistrale gedicht ‘In die dagen’ samengevat met de woorden ‘Alles goed en wel’. In het teken van de eer van God getuigen de engelen van vrede op aarde en van welbehagen. Vrede? Sjaloom, dat is veelmeer omvattend dan vrede, het mikt op heil in de volste zin van het woord. Let wel: er is sprake van een teken, maar dat betreft niet die engelen, maar het kind in de kribbe.

GRONDTOON EN BOVENTOON

Welbehagen! En dat in een wereld vol onbehagen. Inschrijving, keizerlijke bevelen, mensen die op weg moeten, zwanger of niet, op weg. En dan blijkt er ook nog geen plaats te zijn; het lijkt Ter Apel wel. Hoe actueel allemaal. Dat is de grondtoon. Maar er is een boventoon, een boventoon van ’alles goed en wel’. Dat zeggen we vaak: alles goed en wel, vervolgd door: máár…. Je kunt wel vol welbehagen zitten, maar er is toch ook het niet uit te vlakken onbehagen. Als

je zo redeneert, ga je uit van onderop. Maar van bovenaf valt er ineens ander licht op het onder, op het beneden. Met het oog op het kind in de kribbe moet je voortaan zeggen: er is veel ellende, máár: alles goed en wel!!! Of zingen de engelen over onze hoofden heen? Bij de herders was dat niet het geval. Zij reppen zich naar Bethlehem en zingen voorts nu zelf het engelenlied; ze loofden God. Hun leven werd loven en hun denken danken. ’Vertrouw op ‘s Heren welbehagen / Hij doet weldra de morgen dagen’. De boventoon is op de grond, de basis, aangeslagen. Hoe basaal dit alles.

ZUIVER GELUK HEBBEN

Toen ik met een niet-kerkse vriendin

een kerstnachtdienst meemaakte, riep ze tijdens het lied vanwege de vele herhalingen in dat lied ineens uit: ‘Maar houd dat dan nooit op?’ Er zijn inderdaad veel mooiere kerstliederen. Neem maar het ‘Hoort de engelen zingen de eer’ enz. Maar er is nog een lied, een adventslied, ‘Hoe zal ik U ontvangen’ dat ik nog mooier vind, vooral vanwege de slotwoorden:

‘Gij, die de last der volken, / hun plagen duizendvoud / wat niemand kan vertolken / in liefde omsloten houdt.’

Dat is zo onvoorstelbaar mooi. Onbegrijpelijk dat in het nieuwste liedboek die regels gemoderniseerd moesten

THEMA: ‘WIE IS JEZUS VOOR ONS?’
10
503960.indd 2 12/12/2022 9:54:58 AM
Beeld: Pixabay

worden, Liederlijk gewoon. Want in die oude regels klopt het hart van Kerst. Let wel, er is de onvoorstelbare ellende, direct al met de kindermoord van Bethlehem. ook nu, met geen pen te beschrijven, wat niemand kan vertolken, ten hemel schreiend, liefdeloosheid alom, neem de vluchtelingenellende maar, de oorlog in Oekraïne, krankzinnig allemaal. Maar toch ergens, ergens omsloten door liefde. Er is veel onbehagen, maar: alles goed en wel. Niet altijd direct beleefbaar, maar wel als belofte. Het kind is in de kribbe gelegd om een nieuwe hoop te wekken. Want geloven is per slot geloven in Goddelijk beloven. In liefde omsloten. Daar gaat het ook om in Johannes 3:16: ‘Alzo lief heeft God de wereld gehad’ dat uitloopt op ‘eeuwig leven’ ontvangen. Verheven taal. Op een gegeven moment vraagt iemand aan Jezus wat hij moet doen om het eeuwig leven te krijgen. Jezus antwoordt dan met te wijzen op de grote geboden van de liefde. Maar eigenlijk vraagt die man: wat moet ik doen om echt gelukkig te worden. Zo moet je dat vertalen. En wat maakt gelukkiger dan wanneer je anderen geluk kunt maken? Coert Poort: ‘...en zo geschiedde het in die dagen en wij noemden het “zuiver geluk hebben”’. Leven in overvloed, heet dat in Johannes 10:10. Leven in de Geest, daar gaat het dus om.

MAGNETISME

Wat was het nu dat Jezus zo aantrekkelijk maakte? Direct komt al tot uiting dat hij iets magnetisch over zich had; herders melden zich, wijzen uit het Oosten. En later die vissers die hun schepen achter zich verbranden zeg maar en ‘terstond’ Jezus volgen. Helaas werkt het magnetisme ook in het kwaad: nogmaals, neem die kindermoord, Rachel weent om haar kinderen en weigert zich te laten troosten. Citaat uit Jeremia 31. Maar die woorden staan daar warempel niet in een context van onheil maar van toekomst openend heil!

Kerst, feest van welbehagen en geluk in het onbehagen. Want: alles goed en wel. Toch...wél! Henk van Randwijk, verzetsman, publicist enz., ooit ongelovig geworden, op zijn sterfbed: ‘Dat onvoorstelbare feit (van Kerst, inclusief de engelenzang) moet eenmaal gebeurd zijn. En als het niet waar is, is alleen al de bewering dat het gebeurd is zo onvergelijkelijk schoon, dat ik bereid ben tot mijn dood toe de oren spitsen of ik het soms horen mocht.‘

DE KRACHT VAN IDEEËN

Jonathan Sacks (1948-2020) was opperrabbijn van Groot-Brittannië en lid van het Britse Hogerhuis. Koning Charles roemt in een woord vooraf, dat de rabbijn altijd het algemeen belang voor ogen hield zijn. “De wereld zoals hij is een beetje dichter bij de wereld brengen zoals hij hoort te zijn”, noemt Sacks dit. Hij leest de Tenach met een hoopvolle visie. In dit boek vind je allerlei columns, artikelen, toespraken en essays van zijn hand. Zo lezen we over terreur en antisemitisme, sociale media, klimaat, globalisering en consumentisme. We zien korte columns voor BBC radio 4, Credo-column voor The Times, toespraken bij herdenkingen en prijsuitreikingen. Hij overbrugt grenzen.

Voor Sacks ligt de wortel van crises in individualisme, consumentisme en machtsvertoon, te klein leven, niet naar je essentie. De oplossing vindt hij in denken en leven in een groter geheel, en het verleiden van zijn gehoor daartoe. Met bewondering zie ik, dat Sacks negatieve denkbeelden over godsdienst zo kantelt, dat godsdienst ineens een antwoord vormt op een probleem. Wanneer bij terreur protest ontstaat tegen religieus fundamentalisme, zegt hij bijvoorbeeld dat religies juist ‘pas gevaarlijk worden als de fundamenten ervan worden vergeten’. Die fundamenten zijn liefde, het verwelkomen van vreemdelingen, twijfel, openheid van geest, ruimte bieden, heiligheid van leven, waardigheid, zeker geen machtsvertoon. Van rabbi Akavia ben Mahalalel leert Sacks: “Denk over drie dingen en je zult niets overtreden, niet de verkeerde kant opgaan en niet verdwalen. ”Die drie dingen zijn: weet waar je vandaan komt, weet waar je naar toe gaat, weet voor wiens aangezicht je verantwoording moet afleggen.” En nu de toepassing: je kunt de verkeerde kant op gaan niet alleen door kwaadaardigheid maar ook

uit gebrek aan verbeeldingskracht. Je kunt zomaar vergeten waar we vandaan gekomen zijn. Door te falen in profetische verbeeldingskracht kun je vergeten waarheen we op weg zijn. Door te falen in spirituele verbeeldingskracht kunnen we vergeten met Wie we te maken hebben.

Een mooi voorbeeld is zijn kijk op het internet, waarbij men zich kan verstoppen achter een masker van onzichtbaarheid en losgaan met scheldkanonnades. Hij zegt: de technologie is nieuw, maar de morele uitdaging is oud. Hij herinnert aan een Joodse wijsgeer, die kwaadsprekerij en kwetsende taal een doodzonde noemt en zegt dat die zonde drie mensen vernielt: de mens die de woorden spreekt, de mens tegen wie ze gebruikt worden en de mens die meeluistert. Woorden kwetsen, doen pijn en verwonden. Dat betekent: ethiek van de communicatie. Sacks’ aanpak is de uitspraak dat hij liever geen wereldheerser zou zijn. Als hij het al even was, zou het opzeggen, maar net daarvoor de sabbat invoeren als dag van rust, verfrissing en bezinning. Sacks laat zien, hoe nodig het is om je bezig te houden met het grotere, algemene belang. Zo is het gebed een voorbeeld daarvan, omdat het denkt aan de nood van de wereld en ook ruimte geeft aan dankbaarheid. Weldadig is de soepele manier waarmee Sacks de Tenach leest. Sacks heeft visie op wat wereldgebeurtenissen doen met je ziel. En die visie is hoopvol. En daarbij speelt een belangrijke rol, dat het morele kader ingebed is in een godsdienst die lofzang en geborgenheid kent.

N.a.v.: Jonathan Sacks, De kracht van ideeën. Woorden van geloof en wijsheid, KokBoekencentrum 2022; 398 blz., € 32,99

ds. Wim Scheltens

BOEKRECENSIE
11
ds. Keimpe Dijk, Duiven
503960.indd 3 12/12/2022 9:54:58 AM

HET KIND ONTTROOND

Zie ik het nou goed? Krijgt Jezus billenkoek van zijn moeder Maria? Ik knipper even met mijn ogen. Gezien de rode gloed heeft de geheven rechterhand zich eerder laten voelen. Wat ik zie schuurt met mijn idee van opvoeding van kinderen. Een pak slaag is in mijn ogen not done. Ik stel aan u voor het schilderij van Duitse kunstenaar en dichter Max Ernst (1891-1976): Die Jungfrau züchtigt das Christuskind (1926; grootte: 196cm bij 130cm). Ietwat ouderwets vertaald: De maagd kastijdt het Christuskind.

Toen ik dit schilderij eens liet zien aan een groep gemeenteleden, varieerden de reacties vooral rond de woorden “vreselijk” en “lelijk”. De schilder wist op dat moment weinig handen op elkaar te krijgen. Met het laten zien van dit provocerende kunstwerk weet ik heel goed dat ik meer oproep dan het gemiddelde prachtige 16e-eeuws tafereel met de moeder die al geheel bekomen is van de bevalling en een letterlijk stralende baby inclusief dito diadeem in handen houdt. Of dat we Maria zien als sereen, inschikkelijk, toegewijd en rustig; een gewijde blik, open en ontvankelijk. Altijd bezig met bidden of vroom lezend in de Bijbel (!), haar handen omhoog om God aan te roepen om mededogen en medelijden. Deze schilder Max Ernst doet dus iets anders.

SURREALISME

De Duitse Max Ernst was een schilder die zich vooral met het surrealisme bezig was. Om het wat eenvoudiger te zeggen: surrealistisch schilderen is alsof je langszij (sur) de werkelijkheid (realisme) van alledag kijkt. De geest van de mens kijkt anders naar de realiteit: welke filters waarmee we de werkelijkheid door eigen ogen zien, kun je weghalen en welke andere kun je juist gebruiken? In het surrealisme is er grote aandacht voor wat in het onderbewuste van de mens gebeurt. Welke dwarsverbanden en verbindingen zijn te leggen tussen wereld om ons heen en die van jezelf? Deze manier van langs-zij-kijken levert kunst op dat ogen en oren uitdaagt, ontregelt en nieuwe verbanden laat zien.

PARIJS

Anno 2022 zijn we wel wat gewend aan beeldtaal met alle visuele prikkels die we dagelijks ontvangen via de (sociale) media. Toen dit schilderij voor het eerst werd tentoongesteld in Parijs 96 jaar geleden, en later in Keulen (waar het nu hangt), waren de afkeuring en boosheid

THEMA: ‘WIE IS JEZUS VOOR ONS?’
12
503974.indd 2 12/12/2022 9:55:01 AM
Het schilderij ‘Maria zuchtigt das Christuskind’ uit 1926, van Max Ernst.

niet van de lucht. De aartsbisschop wilde de tentoonstelling verbieden. Max Ernst werd uit de katholieke kerk gestoten.

DIADEEM

Laten we het schilderij eens goed bekijken: in plaats van een met rood beklede troon zit de kersverse moeder Maria op een houten blok. De hemel, het blauw achter haar, is leeg. We zien de opgestoken hand in de aanslag. Het achterwerk van het kind kleurt rood. Alsof het door velen gewraakte en vaak onbegrepen vers uit het Bijbelboek Spreuken in praktijk wordt gebracht (Spreuken 13, vers 24 Bijbel in Gewone Taal):

Als je van je kinderen houdt, straf je ze al jong.

Als je ze niet straft, ben je niet goed voor hen.

De diadeem, de goudkleurige cirkel, is van het hoofd van Jezus gevallen. Het kind is onttroond voor het überhaupt een w/Woord heeft gezegd. Het kind zal zijn verdriet en geluid gedempt laten horen in de blauwe koninklijke stof van Maria’s kleding.

DRIE GEZICHTEN

De drie gezichten die we zien in het raam achter Maria stellen op het eerste gezicht de drie wijzen uit het Oosten voor. Hun blik verraadt wat anders dan wat we lezen in de Bijbel. In het Bijbelse verhaal is bij de wijzen uit het Oosten er vreugde in de harten en wordt enthousiast gereageerd met het aanbieden van de geschenken goud, wierook en mirre (Matteüs 2, vers 10 en 11). Hier in het schilderij van Max Ernst zijn de gezichten van de mannen afstandelijk en afgewend. Er straalt geen enkele warmte uit.

Dit schilderij is in een tijd gemaakt waar kunstenaars en intelligentsia weinig op hadden met religie. Geloof en Kerk waren nauwelijks nog een thema in de creatieve sector. Max Ernst heeft die koele onverschilligheid willen vangen in de drie hoofden van de intellectuelen. Zelf is hij het hoofd links met de ogen gesloten die zijn neus ophaalt voor het ‘schouwspel’. De priemende ogen zijn van een andere kunstenaar André Breton; hij was de voortrekker van de surrealisten en kon heel fel van leer zijn wat betreft de hypocrisie van de Roomse Kerk. Het hoofd aan de rechterkant is van de schrijver Paul Éluard. Hij kijkt weg met een zekere onrust.

BIOGRAFIE

Zonder biografie geen kunst, zo heb ik inmiddels ontdekt. Max Ernst heeft als kind een strenge en hardvochtige vader gehad. Iedere aanleiding greep de vader aan om zijn zoon op de billen te slaan. Als je goed kijkt, dan lijkt de forse hand op die van een man, hoogstwaarschijnlijk die van zijn eigen vader. Zijn vader en moeder waren strenge rooms-katholieken. Ernst moest altijd als lieftallig engeltje opdraven in kerstspelen in de kerk. De schilder botviert in dit schilderij zijn ergernis.

Daarbij wilde de kunstenaar op een rauwe wijze laten zien, dat in de christelijke religie geweld zit, wanneer het christendom op een eenzijdige of eng-gesloten manier wordt uitgelegd. Vooral ouderen hebben me regelmatig in pastorale contacten toevertrouwd hoe streng de opvoeding was in hun eigen kindertijd en dat “op zondag niets mocht”.

Ten derde had Max Ernst moeite met verhaal dat God de Vader zijn Zoon Jezus naar de wereld stuurt om uitein-

delijk tot bloedens toe aan een kruis te sterven. Nu zien we Maria als Moeder Gods Jezus billenkoek geven, maar God zal dat dus erger maken op Golgotha. Als vierde punt is het schilderij als een reactie te zien op de Eerste Wereldoorlog. Max Ernst vond dat politiek én Kerk verantwoordelijk waren voor de talloze zwarte bladzijden die zijn vol gekalkt in de jaren 1914-1918 toen hij zelf een opgroeiende puberjongen was.

HOOP

Het schilderij is provocerend en roept weerstand op, ook bij mij. Tegelijk in deze periode van advent naar Kerst te midden van zoveel dat gaande is in onze wereld, word ik me wéér bewust dat God mens is geworden in onze wereld. Hij gaat in Christus een weg vol van weerstand, hoop, pijn en vernieuwing. Uiteindelijk zal Christus het kwade overwinnen.

Robert-Jan van Amstel, predikant GK Putten (Gld.) (www.amstel4.nl)

13
503974.indd 3 12/12/2022 9:55:01 AM
Max Ernst. (beeld: Wikimard)

GODS LIEFDE BLIJFT EEN WONDER

‘Het gaat goedkomen’. De titel van het Kerstproject 2022 van Vertel Het Maar weerspiegelt wat we zeker weten en vast vertrouwen: Jezus maakt alles goed. De verhalen gaan over Hem en nodigen uit in Hem te geloven. De prachtige verwerking met gouden accenten wil voor kinderen voelbaar maken dat het prachtig is met Christus te leven, vandaag, morgen en altijd.

We lezen samen Lucas 1 en 2. In de thema’s wordt iedere adventszondag Gods liefde genoemd. De kern van het Kerstevangelie is dat God de Vader uit liefde zijn Zoon naar de aarde stuurde. Liefde voor zijn schepping, liefde voor ons, mensen. We zien Gods vasthoudendheid. Zijn schepping moet zijn zoals Hij die heeft bedoeld, een eerbewijs aan Hem. God schrijft ons niet af, Hij brengt verlossing en herstel. Hij realiseert dat door een plan van eeuwen, zodat uiteindelijk in Israël een kind geboren wordt: een mens, een zoon van Abraham, een zoon van David. En tegelijk Gods Zoon, God zelf. Dan wordt alles anders en nieuw. Lucas verkondigt dat mensen worden bekendgemaakt met Gods plan, dat een wending aan hun leven geeft. Ze horen het en reageren daarop, ze denken er samen over na. Dan komt stukje bij beetje Gods belofte uit. Eerst wordt Johannes geboren, daarna Jezus. Op Kerst kunnen de omstanders zeggen: er is vrede, het is goed en het wordt goed. Gods liefde is zichtbaar en zal overwinnen.

Door Lucas 1 en 2 te lezen in de Adventstijd worden wij bemoedigd door

wat de hoofdrolspelers lang geleden hebben meegemaakt. Hun reactie van twijfel en geloof helpt ons in ons leven Gods liefde te zien.

WAAROM ZO?

De verhalen, verwerkingen en projectverbeelding zijn gebaseerd op deze hoofdgedachte van het project. Ieder jaar proberen we als team op een andere manier de ogen van kinderen op Christus te richten. Daarin komt ook ons eigen geloof mee, onze relatie met God. Daarom in deze bijdrage een antwoord op de vraag: Wie is Jezus voor mij?

GODS LIEFDE

Ook een kindernevendienstverhaal is verkondiging, net als de preek in de kerkzaal. Het gaat om meer dan het vertellen van de geschiedenis van Zacharias, Elisabet, Maria, Jozef en hun kinderen Johannes en Jezus. We vertellen hoe Gods grote daden in hen zichtbaar worden.

Bij Zacharias is de kern niet dat hij de eervolle opdracht krijgt het reukoffer te brengen, ook niet dat hij met Elisabet een zoon mag ontvangen. Wezenlijk is dat God Zacharias opschrikt uit zijn

voortkabbelende leven door te zeggen dat hun zoon Israël zal aankondigen dat de Messias komt.

Zacharias schrikt en twijfelt: dit is onmogelijk, zo anders kan zijn leven niet worden. God zegt het door zijn profeten en zegt het hem door zijn engel. Toch kan Zacharias het niet geloven; Gods liefde is te groot.

Ook Maria krijgt te horen wat God in haar leven laat gebeuren. Ook haar leven wordt radicaal anders dan zij dacht. Bij haar zien we geen twijfel, maar verrassing: het is onmogelijk, maar heerlijk. Maria gelooft dat God vol liefde is, ook voor haar, en stelt zich beschikbaar aan haar Heer.

De boodschap aan beiden is vrijwel identiek. God is Eén en openbaart zijn liefde door in Jezus bij ons te komen. Hij schakelt mensen in, maar ook wanneer zij niet meewerken bereikt Hij zijn doel. Daarmee worden de twijfel van Zacharias, de verraste toewijding en de ondersteuning die Maria en Elisabet elkaar bieden niet onbelangrijk. Geloof en ongeloof doen ertoe in Gods werk. Maar Gods grote daden en Gods liefde blijven centraal staan. Dat geeft ook ons rust.

THEMA: ‘WIE IS JEZUS VOOR ONS?’
14
503978.indd 2 12/12/2022 9:55:04 AM

GENADIG WONDER

Kinderen moeten ontdekken dat Gods liefde niet vanzelfsprekend is. Kerst is en blijft een wonder. Het is onvoorstelbaar dat God ons ondanks onze zonde trouw blijft. Wij keerden en keren Hem de rug toe en toch… ‘God had de wereld zo lief dat Hij zijn enige Zoon heeft gegeven, opdat iedereen die in Hem gelooft niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft (Johannes 3:14).

De Bijbel lezend en biddend, maar ook gelovend in woord en daad, mogen we samen Gods genade enigszins leren begrijpen en daarover blij zijn. Ook dat is Gods werk. Hij laat Maria en Elisabet elkaar ontmoeten om te spreken over de komst van de Messias, hun vreugde en hun vragen delen. Zo bemoedigen ze elkaar en gaan gelovig de weg die God wijst. Twee vrouwen als beeld van de kerk, die volhardend bestaat.

De geboorte van Johannes en de betekenis van zijn naam (Johannes = God is genadig) zijn een teken dat Gods werk doorgaat. Door Jezus’ geboorte toont God definitief zijn liefde. Hij herstelt zijn goede schepping, wordt mens. Een kwetsbaar kind in Betlehem, schijnbaar kansloos slachtoffer van de machtsgrillen van een romeins keizer. Door Hem kunnen wij geloven: Het gaat goedkomen. Nu gaat het leven en de wereldgeschiedenis veranderen. Ook vandaag is Gods liefde niet vanzelfsprekend, maar door Christus kennen we God zoals Hij is. Hij verlaat ons niet, maar houdt ons dwars door alles heen vast in de hoop dat wij Hem onze liefde zullen bewijzen. Zonde en verdriet trekken een spoor van vernieling en machteloosheid, maar ze kunnen ons niet van Gods liefde in Christus scheiden.

Jezus: Teken van Hoop, Gods onbegrijpelijke liefde, het Wonder dat levenslang nieuw blijft.

ds. Dick Westerneng, hoofdredacteur Vertel Het Maar

OVER DE LOFZANG

Het is een goede gewoonte om naast de praktijk van het zingen in de kerk ook de bezinning op de betekenis van de lofzang gaande te houden. Juist in de coronatijd is duidelijk geworden, hoezeer de zang gemist is. En jonge mannen uit Iran, die asiel zoeken omdat ze christen zijn geworden, vertellen hoe opmerkelijk ze het vinden dat je over je geloof kan zingen. Dat ben ik van jongs af aan gewend. Met andere ogen kijken is soms verhelderend. Jaco van der Knijff doet dat door ons een spiegel voor te houden van Calvijn, die voor het kerklied hoge kwaliteit vond passen. Het idee dat Calvijn volksmelodietjes gebruikte voor het Geneefse Psalter hoort in het rijk der fabelen. Van der Knijff is georiënteerd op de oude psalmberijming en de bundel ‘Weerklank’. Hij maakt zich zorgen over het aantal decibels dat zich meester kan maken over een gereformeerde preek. Ik kan vertellen, dat ik in De Poort op Urk soms met preekstoel en al sta te trillen op het podium en dat het vervolgens doodstil is bij het aandachtig luisteren naar een preek.

Jammer dat een bespreking van de Liedboeken uit 1973 en 2013 ontbreekt. Was het eerste voluit belijdend, het tweede bevat ook veel mensgerichte liederen. Treffend is de opmerking, dat als je nieuwe liederen gebruikt je die ook vaker moet zingen om er vertrouwd mee te raken.

Dr. Jaco van der Knijff werkt bij het Reformatorisch Dagblad als muziekredacteur en is parttime docent liturgiek aan

de Theologische Universiteit Apeldoorn. Hij is in Groningen gepromoveerd op lofzangen in het psalmboek van Dathenus en Enige gezangen bij de Psalmberijming van 1773.

Dr. Van Milligen is hoogleraar Bijbeluitleg Vroege Kerk aan de Theologische Universiteit Apeldoorn. Ook hij vertelt met ontzag over de lofzang. Met name over de hymnes in het Nieuwe Testament, en dan Filippenzen 2: 6-11, de ‘Christushymne’.

Hoe heeft men dit Bijbelgedeelte in de vroege kerk gezien? Welke aspecten hebben veel en welke weinig aandacht gekregen? Zo laat de schrijver zien, dat veel bijbeluitleggers de nederigheid van Christus als het grootste wonder beschouwen en als voorbeeld zien voor het dagelijks leven. We krijgen indrukken van de kerkvaders Origenes, Cyprianus, Gregorius van Nyssa en interessant zijn de twee hele preken van Chrysostomus over dit Bijbelgedeelte. De toelichting op deze preken is ook sterk. Dit is een boek voor liefhebbers van bijbeluitleg en de vroege kerk.

Besproken zijn: Dr. J. van der Knijff, “Heft hier voor God uw lofzang aan”. Principe en praktijk van de gemeentezang in gereformeerd perspectief. Willem de Zwijgerstichting, Hilversum 2022, 63 blz, € 4,30 en dr. M.A. van Willigen “De vroegchristelijke uitleg van Filippenzen 2: 6-11 bezien vanuit de historische context en belicht vanuit de eerste eeuwen” Apeldoorn 2022, 99 blz., € 9,95.

BOEKBESPREKING
15
503978.indd 3 12/12/2022 9:55:04 AM

KERSTVIERING CHRISTELIJK LYCEUM VEENENDAAL 2022

“Are we at war?” vraagt een generaal van het leger in de trailer van een van de meest populaire games op dit moment: Call of Duty. Ondanks dat het een 18+ game is, en lang niet al mijn leerlingen zo oud zijn, wordt het bijna dagelijks door (met name de jongens) gespeeld. In de game is het oorlog en de speler krijgt speciale missies die hij moet uitvoeren ten einde de strijd te winnen. Daarmee draait Call of Duty om een voor iedereen herkenbaar, inleefbaar en universeel thema: de strijd tussen goed en kwaad.

Het schooljaar is nog maar net begonnen als ik in september begin na te denken over de aankomende kerstviering bij mij op school. Ik besluit ook dit jaar eerst aan God te vragen wat Hij wil. Terugkijkend is dit de belangrijkste stap in het hele proces van het organiseren van een kerstviering. De eerste woorden die bij mij opkomen zijn, het zal u niet verbazen, “crisis” en “oorlog”. Ik denk aan de mannen in Oekraïne die met gevaar voor eigen leven vechten voor hun land en besluit dat ik iets wil doen met het thema ‘roeping’. Maar hoe vertaal je zo’n woord naar een publiek dat nauwelijks weet wat het betekent? Dat is ieder jaar weer de uitdaging. Het gaat een beetje tegen mijn principes in, maar ik merk dat ik al snel naar Engelse woorden zoek. Het ‘bekt’ lekker zoals ze dat zeggen en

het spreekt jongeren aan. “Mission call.” Nee, dat is niks. “Call to action.” Is al beter. Na een paar dagen zoeken, bidden en overleggen met een collega heb ik het: Call of Duty. Perfect! Het is pakkend en spreekt tot de verbeelding van jongeren. Dit moet het worden.

STRIJD

Onze schooldirecteur had een tijdje geleden boven haar kamer de volgende spreuk hangen: ”Everyone you meet is fighting a battle you know nothing about. Be kind. Always.“ Dat dit maar al te waar is ervaar ik ieder dag in de praktijk van het lesgeven. Veel van mijn leerlingen strijden tegen onzekerheid en een negatief zelfbeeld. Anderen tegen depressie en zinloosheid. Weer anderen tegen eenzaamheid, overgewicht of een

eetstoornis. Er zijn er ook die midden in een strijd zitten tussen twee vechtende ouders. Wat gebeurt er veel waar we geen weet van hebben! Het is relatief makkelijk om de beleving van jongeren te verbinden met die van de personen uit het kerstverhaal. Maria en Jozef hebben het zwaar vanwege de situatie waarin ze terecht zijn gekomen. De emoties die uit het verhaal naar voren komen zijn herkenbaar: angst, onzekerheid, vertwijfeling, verdriet, afwijzing. Het zijn dezelfde emoties als die in het leven van jongeren een grote rol spelen. De ervaring dat het leven een strijd is, is heel herkenbaar.

AUTHENTICITEIT

In de communicatie met de leerlingen merk ik dat met name authenticiteit werkt. Abstracte waarheden over hen uitgieten zonder dat het hun leven raakt werkt niet. Deze gedachte vind ik prachtig verwoord aan het begin van het evangelie van Johannes. Het Woord is geen woord gebleven maar is vlees geworden. Gods woord is geen abstracte theorie gebleven maar is een echt mens geworden. En ik geloof dat dit ook bij ons moet gebeuren. Als ik mijzelf niet kan inbrengen, als het geen uitwerking heeft in mijn eigen leven, als het Woord in mijn leven geen vlees geworden is, heb ik eigenlijk niets te zeggen. De vraag wat mijn persoonlijke missie is en hoe ik daarin zelf strijd ervaar is dus een wezenlijke in de voorbereiding van de kerstviering. Alleen als ik daar antwoord op heb kan ik geloofwaardig over God spreken.

NIET BUITEN ONS OM

Ik geloof dat God mij bijna 17 jaar geleden riep om niet in de kerk maar in het onderwijs te gaan werken als docent godsdienst. Als ik er over nadenk dan

THEMA: ‘WIE IS JEZUS VOOR ONS?’
16
504449.indd 2 12/12/2022 9:55:09 AM
Beelden: Pixabay

is het zo dat ik tot op heden best veel strijd heb ervaren. Niet alleen omdat ongeveer 80-90% van de leerlingenpopulatie behoorlijk seculier is en onverschillig staat ten opzicht van elke vorm van religie. Maar ook omdat steeds meer van mijn collega’s dit worden. “Inclusief” denken wordt steeds meer de nieuwe ideologie en daarin ervaar ik weinig ruimte voor andersdenkenden… Het lastige is dat we in onze strijd nooit alleen te maken hebben met een boze buitenwereld. De grens van goed en kwaad loopt immers ook altijd door ons eigen hart. Altijd ligt de zonde op de loer om grip op ons te krijgen. In conflicten op mijn werk ga ik dan ook zelden vrijuit. Er is bijna altijd wel iets waarin ik heb bijgedragen, zelfs zonder dat ik daar altijd erg in heb. De strijd tegen het kwaad gaat nooit buiten ons om. Dat is wat ik de jongeren ook probeer mee te geven. Kwaad is niet alleen iets wat je overkomt. We dragen er tegelijkertijd vaak zelf ook aan bij. Op deze manier probeer ik het begrip zonde uit te leggen. Door dicht bij mijzelf te blijven en op gepaste wijze eerlijk te zijn.

SPECIALE MISSIE

“Are we at war?” Yes, we are! Net als in Call of Duty worden we uitgedaagd om mee te doen aan de strijd. Er wacht een speciale missie op een ieder van ons. Wat die missie voor ieder precies inhoudt weet ik niet. Daarvoor moeten

de leerlingen bij de Generaal, de Commander in Chief, zijn. God kan hen Zelf het beste vertellen waar Hij hen voor wil inzetten. Ik zeg daar meteen wel bij dat het geen makkelijke missies zijn. Gods opdrachten zijn zelden eenvoudig. Maar wel de moeite waard! “Kijk”, zo zal ik tegen mijn leerlingen zeggen, “het leven is sowieso een strijd. Wie of wat je ook bent, iedereen vecht zijn of haar eigen strijd. Je kan er daarom maar beter voor zorgen dat je de goede strijd aan gaat. Zodat je er niet op een gegeven moment achter komt dat het allemaal voor niets is geweest.”

ALS WIJ NIETS DOEN, WIE DAN?

We kiezen er bewust voor om de viering in een naastgelegen kerkgebouw te houden. De meeste leerlingen hebben nog nooit een kerk van binnen gezien. We starten dit keer met de trailer van de game Call of Duty (Modern Warfare II). Begeleid door een strakke lerarenband zingen we verdeeld over de viering een aantal (pop)songs. Het eerste nummer van deze viering is Pride (In the name of love) van U2. Het lied gaat over Jezus en Martin Luther King die beiden het ultieme offer hebben gebracht voor de liefde. Daarna zingen we Gabriels message naar de versie van The Good Sheperd Band. De tekst bevat bijna letterlijk de woorden van de engel aan Maria. Ze werd geroepen moeder te worden van Jezus. Wereld van verschil

van Blof en Typhoon is het volgende nummer. De beste zin uit dat nummer is: “blijf niet zo verander nu maar” en roept op om de onderlinge strijd te staken. Als gast hebben we een politiebrigadier die, in uniform, vanuit zijn geloof in Jezus zal vertellen over zijn werk. Leerlingen lezen de aankondiging van de geboorte van Jezus uit het Lucasevangelie. En er is een korte video met reacties van verschillende collega’s op de vraag “met welke strijd heb jij in je leven te maken (gehad)?”. Tussen alle onderdelen van de viering door vertellen we in een taal die voor jongeren begrijpelijk is het verhaal van het thema Call of Duty. We sluiten af met een hit uit de musical Soldaat van Oranje Als wij niets doen. De tekst hebben we wel ietwat aangepast omdat de humanistische boodschap in dit lied hier en daar tegenstrijdig is met het evangelie. Met de volgende (aangepaste) woorden van dit lied sluiten we de viering af:

Als wij niets doen? Wie dan?

We zien toch dat dit niet kan ‘t Is nu aan jou en mij Samen staat we sterk, zij aan zij.

Mag ik u vragen om te bidden voor de kerstviering van het CLV dit jaar?

Jan B. Swart MA, docent godsdienst / filosofie

17
504449.indd 3 12/12/2022 9:55:11 AM

HOE KUNNEN WIJ JEZUS VERWELKOMEN?

Het is december geworden met regen en koudere temperaturen. De kerken maken zich op om het Kerstfeest te vieren, niet alleen de kerken, ook de commercie doet dat. De profeet Jesaja roept ons toe: “Het volk dat in donkerheid wandelt, ziet een groot licht; over hen die wonen in een land van diepe duisternis, straalt een licht.” Wat een groot contrast wordt hier door Jesaja getekend. Stemmen deze woorden ons tot vreugde? Laten we hier een beschouwing aan wagen.

Kerst 2022 zal ongetwijfeld anders verlopen dan in voorgaande jaren. De donkerheid waar Jesaja over spreekt voelen wij dagelijks haarfijn aan. De vreselijke oorlog in de Oekraïne met zijn vernietigende kracht maakt ons murw en bang. Na het Joegoslavië conflict van de jaren ’90 waanden we ons in een tijd waarin oorlog praktisch uitgesloten was. Maar de dagelijks berichten verontrusten en beklemmen ons. Hoe lang houdt president Zelenski het nog vol? Inwoners van Kiev moeten nu al kilometers met bidons lopen om water te halen. Er wordt thuis bij kaarslicht gegeten in koude huizen. En dat allemaal door de gruwelen van één man, Vladimir Poetin. Uit solidariteit met het getroffen Oekraïense volk zullen wij ons beperkingen opleggen: geen overladen consumptiegedrag alstublieft. Ook in een koude kamer met kaarslicht kunnen we in de stemming voor Kerst komen, als de harten maar warm zijn.

De Here zal tot een eeuwig Licht zijn. We blijven nog even bij Jesaja, want hij komt in hoofdstuk 60 tot een geweldige profetie, die ons blij en hoopvol maakt. “Van geen geweld zal in uw land meer gehoord worden, van verwoesting noch verderf in uw gebied. De Here zal het volk Israël en ook ons tot een eeuwig licht zijn en uw God tot uw luister” (Jes. 60: 19). Ja, wat is het een prachtig vooruitzicht voor ons als we lezen “Uw volk zal geheel uit rechtvaardigen bestaan, voor altijd zullen zij het land bezitten. Zelfs de geringste zal tot een machtig volk worden, zo zegt de Here God. Ik zal het te zijner tijd met haast volvoeren”.

HIJ KIEST HET KLEINE EN GERINGE

De engel Gabriël heeft als boodschapper een belangrijke taak. Opmerkelijk is het dat hij zowel bij de geboorteaankondiging van Johannes en later bij de aankondiging van Jezus’ geboorte

THEMA: ‘WIE IS JEZUS VOOR ONS?’
18
504462.indd 2 12/12/2022 9:55:12 AM
Beelden: Unsplash

dezelfde kalmerende woorden gebruikt: “Wees niet bevreesd”. Kom rustig tot jezelf en wordt blij van binnen. Je wordt ook blij als je te horen krijgt “blijdschap en vreugde zal uw deel zijn”. Wat een vooruitzicht. Dat zou eigenlijk de hele

de engel Gabriël in alle licht en heerlijkheid tot Maria. “Wees niet bevreesd, want u hebt genade gevonden bij God.” En dan volgen de bekende woorden: “gij zult zwanger worden, een zoon baren en zult hem de naam Jezus geven”.

overschaduwen. Geen woord dat van God uitgaat zal krachteloos wezen.” Bedeesd en eerbiedig antwoordt Maria daarop: “mij geschiede naar uw woord”.

EEN KIND IS ONS GEBOREN

De kerk der eeuwen heeft een grote liederenschat nagelaten om het bij de komst van het Christuskind uit te jubelen: “Wat heil, een kind is ons geboren.”

huidige wereldgemeenschap moeten horen. Deze woorden werden aan Zacharia verkondigd, maar hij kon de werkelijke betekenis niet vatten. “Waaraan zal ik dit weten, want ik ben een oud man en mijn vrouw is op hoge leeftijd gekomen”. Zacharias werd wegens zijn ongeloof bestraft en tot zwijgen gebracht, maar dat was geen belemmering voor het grote, goede nieuws. Na enige tijd wordt de engel Gabriël door God opnieuw uitgezonden, naar Nazareth, om een eenvoudig en verstild meisje te bezoeken. En dan komt

Meteen verandert er heel veel in het leven van Maria. Zij had immers tot nu toe geen gemeenschap met Jozef. En dan komt bij haar toch een beetje de twijfel om de hoek kijken. Deze aanzeggingen dat Jezus de troon van zijn voorvader David zal verkrijgen, gaan als een snelle flits door haar heen. “Hoe kan dit allemaal geschieden?” Waarop Gabriël haar geen beperkingen oplegt zoals bij Zacharias, maar haar uitlegt: “zie, de heilige Geest zal over u komen en de kracht van de Allerhoogste zal u

Jezus wordt heilbrenger in een verloren, zondige wereld van haat en wapengekletter. We zingen nu nog: “in een wereld verloren in schuld” en dat voelen wij ook zo aan. Maar we mogen verder kijken: met de komst van Jezus is de heilstijd al aangebroken, de kracht komt niet uit het sterke en aanzienlijke, maar uit het zwakke. Jezus wordt geboren via een eenvoudig meisje. Bij de evangelist Marcus treffen we weinig aanwijzingen voor Christus’ geboorte aan. Wel zijn de woorden: “Bereidt de weg des Heren, maakt recht zijn paden” een oproep rekening te houden met de komst van Jezus. Hij is onze Redding en ons Heil. Daar mogen wij dankbaar naar uitzien als naar een oase in een wereld vol onheil en spanning. Hoe het ook komt: het heil in Christus staat vast!

19
DE KERK DER EEUWEN HEEFT EEN GROTE LIEDERENSCHAT NAGELATEN OM HET BIJ DE KOMST VAN HET CHRISTUSKIND UIT TE JUBELEN: “WAT HEIL, EEN KIND IS ONS GEBOREN.” JEZUS WORDT HEILBRENGER IN EEN VERLOREN, ZONDIGE WERELD VAN HAAT EN WAPENGEKLETTER. WE ZINGEN NU NOG: “IN EEN WERELD VERLOREN IN SCHULD” EN DAT VOELEN WIJ OOK ZO AAN
504462.indd 3 12/12/2022 9:55:16 AM

EERHERSTEL VOOR HET KERSTCADEAU VAN DE ZONDAGSSCHOOL

Misschien hebt u het nog meegemaakt, als kind: dat u ter gelegenheid van de viering van het kerstfeest in de zondagsschool een kerstboekje cadeau kreeg. Overigens betekende dat niet perse dat zo’n boekje een kerstvertelling bevatte. Het ging ook wel om verhalen die niet direct met de geboorte van Jezus te maken hadden. Hoe dat ook zij, het kerstboekje was lange tijd een wijdverbreid genre. Cees Houtman, emeritus hoogleraar Oude Testament aan de Protestantse Theologische Universiteit, wijdde er een lijvig boek aan. Trouwens niet alleen aan uitgaven ter gelegenheid van Kerst, maar ook van Pasen en Pinksteren.

De zondagsschool wordt door ‘de dikke Van Dale’ omschreven als ‘school waar op zondag stichtelijk onderwijs gegeven wordt’. Als inrichting voor de godsdienstige vorming van kinderen is het instituut in Nederland in de tweede helft van de negentiende eeuw een belangrijk fenomeen geworden dankzij de Nederlandsche Zondag(s)school-Vereeniging (1865) en de Gereformeerde Zondagschoolvereeniging ‘Jachin’ (1871). Beide waren orthodox-protestants, de eerste milder dan de tweede. Evangelisatie was het doel: inwijding van de jeugd in de Bijbel en haar vorming tot oprechte christenen in woord en daad. Stond herkerstening van de van de kerk vervreemde Nederlanders hoog in het vaandel, in de praktijk waren de bezoekers van de zondagsschool vaak ook afkomstig uit kerkelijk meelevende gezinnen. Overigens hadden de vrijzinnig-protestanten eveneens hun zondagsscholen met vanaf 1910 hun eigen Nederlandsche Vereeniging van Vrijzinnige Zondagsscholen.

In de ‘Inleiding’ stelt Houtman vast dat Jezus’ geboorte in de kerstboekjes aan de orde komt door middel van een hervertelling van de gebeurtenissen zoals die in Lucas 2 te lezen zijn. Liturgische interesse ontbreekt: Advent en Driekoningen krijgen geen aandacht. Slechts een enkele keer wordt ingegaan op de godsdiensthistorische achtergrond van het kerstfeest en op de betekenis van de naam.

Vervolgens wijst Houtman op de grote diversiteit in de kerstverhalen. Opvallend vindt hij dat gebeurtenissen die in principe op elke willekeurige dag van het jaar zouden kunnen plaatshebben, in de vertellingen op het kerstfeest zijn gesitueerd. Uitvoerig gaat hij in op de literaire verscheidenheid en de literaire kenmerken van de verhalen.

In het overzicht van Houtman komen daarna de wereld van de verhalen, de betekenis van Jezus’ geboorte en de reactie op het kerstevangelie aan de orde. Om voorbeelden van het laatste te geven: liefdewerk als aan Jezus bewezen

toenmalige standenmaatschappij. Onder dat motto komen kwesties als ‘Rijken en armen’, ‘Relativering van materiële rijkdom’, ‘Filantropie, tevredenheid en dankbaarheid als deugden’, ‘Maatschappelijk ongenoegen als ondeugd’ en ‘De

OF MEN DE INHOUD VAN DE BOEKJES NU APPRECIEERT OF NIET, OF MEN NU MET DE GEPROPAGEERDE LEVENSEN WERELDBESCHOUWING INSTEMT OF NIET, MEN MOET ERKENNEN DAT DE VERHALEN – HOE GEKUNSTELD EN HOE STOREND VROOM EN MAATSCHAPPELIJK CONSERVATIEF ZE OOK KUNNEN ZIJN – KINDEREN LIETEN ZIEN ‘HOE HET CHRISTELIJK GELOOF GEBOUWD IS OP FUNDAMENTEN ALS VERTROUWEN OP GOD, OP DE OVERTUIGING DAT ER EEN WEG IS UIT HOPELOOSHEID, VERANDERING MOGELIJK IS, UITZICHTLOOSHEID PLAATS KAN MAKEN VOOR HOOP EN VERGEZICHTEN OP DE VERNIEUWING VAN MENS EN WERELD

en dankbaarheid voor wat Jezus deed. Houtman bespreekt ook de kerstviering in huiselijke kring, de kerstboom als beeldbepalend element (‘De wijdverbreide aanvaarding van de kerstboom’, ‘Acceptatie dankzij vergeestelijking’ en ‘De verlichte boom verduistert de betekenis van Kerst’) en de kerstviering in de zondagsschool. Het zijn onder meer de versnaperingen die de revue passeren. Wie denkt dan niet terug aan de grote sinaasappel?

Veelzeggend: de paragraaf getiteld ‘Bekeringsverhalen’ is de langste. ‘Ommekeer’ is een dominant motief in de kerstboekjes. Andere paragrafen: ‘Kerst opent de toegang tot de hemel’ (met onder meer ‘De hemel als plaats van weerzien’ en ‘De hel als waarschuwing’) en ‘Vrede op aarde’ (met ‘Vrede op aarde versus de realiteit’ en ‘Vrede op aarde op kleine schaal’).Houtman bespreekt ook het kerstevangelie in relatie tot de

standenmaatschappij als norm’ ter sprake. Verder komen religieuze kenmerken aan de orde: de plaats van de Bijbel, christelijke levensstijl, de kracht van het gebed, vertrouwen op God als grondslag van het geloof. Tenslotte – vóór het afsluitende overzicht van alle boekjes –het beeld van God: ‘God ziet en hoort’, ‘Gods pedagogiek’, ‘God als regisseur’, ‘Gods wegen zijn wonderlijk’ en ‘God is heilig en barmhartig’. Al met al geef ik tot nu toe niets anders dan een inhoudsopgave van het boek van Houtman. Dat doe ik met opzet. Ik wil laten zien welke interessante thema’s in relatie tot het kerstcadeau van de zondagsschool wel niet aan de orde komen. Van belang is vooral wat de auteur in de ‘Nabeschouwing’ schrijft. Hij stelt dat de zondagsschoolboekjes veelal verguisd zijn. Volgens critici zijn de verhalen vanwege hun stichtelijkheid niet om te pruimen. Het is naar

THEMA:
20
504469.indd 2 12/12/2022 9:55:08 AM

de mening van Houtman duidelijk dat de zondagsschoollectuur niet tot de hogere literatuur behoort, voor een deel gaat het om literair gezien pretentieloze boekjes. Maar hij vindt dat de uitspraken van critici nogal eens getuigen van grove onkunde van het genre en dat ze geen recht doen aan de grote diversiteit van vertellingen, ook wat betreft de confessionele signatuur. Het thema bekering neemt daarin een belangrijke plaats in, maar zeker niet in alle uitgaven. Veel aandacht geniet ook het betoon van barmhartigheid. Of men de inhoud van de boekjes nu apprecieert of niet, of men nu met de gepropageerde levensen wereldbeschouwing instemt of niet, men moet erkennen dat de verhalen –hoe gekunsteld en hoe storend vroom en maatschappelijk conservatief ze ook kunnen zijn – kinderen lieten zien ‘hoe het christelijk geloof gebouwd is op fundamenten als vertrouwen op God, op de overtuiging dat er een weg is uit hopeloosheid, verandering mogelijk is, uitzichtloosheid plaats kan maken voor hoop en vergezichten op de vernieuwing van mens en wereld. Bovendien illustreerden zij hoe het christelijk geloof zich manifesteert in goeddoen en omzien naar de ander.’ Waarvan akte!

Besproken: Cees Houtman, Kerst, Pasen en Pinksteren in zondagsschoolboekjes en andere negentiende-eeuwse lectuur voor de jeugd; Eon Pers, Amstelveen, 2022; 345 p., geïllustreerd; prijs: € 30,00.

HOE MIJN GOD VERANDERDE

Deze titel is opmerkelijk. Artikel 1 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis uit 1561 zegt, dat wij belijden, dat er een enig God is, die o.a. onveranderlijk is. Het lied zingt: ”Rust mijn ziel, uw God is Koning, heel de wereld zijn gebied. Alles wisselt op zijn wenken, maar Hij zelf verandert niet.” In dat geloof begeef ik mij met ootmoed en ontzag. Dat wil ik eerst zeggen: “God is getrouw” en “Groot is uw trouw, o Heer”. Vervolgens kan ik ervan getuigen, dat dit boek veel moois en goeds te bieden heeft. In dit boek biedt Martien Brinkman, tot 2015 hoogleraar oecumenische en interculturele theologie aan de VU in Amsterdam, een persoonlijk getinte terugblik. Voor aankomende studenten en predikanten is dit een prachtige weergave van een halve eeuw theologie en kerk.

Brinkman is ervan onder de indruk dat veranderende denkbeelden en voorstellingen over God de betekenis krijgen, dat God verandert voor menselijk gevoel. Ik zou zeggen: de kijk op God en de beleving van God veranderen. Geloofsangst maakt plaats voor geloofsvertrouwen. Ontzag voor God vermengt zich met vertrouwelijke omgang. We ontdekken, dat verschillen over opvattingen over ambt en relaties ons iets verklappen, hoe we over God denken. Wat God wil, zien we ook wel eens anders dan vroeger.

Daardoor wordt theologie ook meer antropologie dan alleen Godskennis. Ik zou hier niet te had van stapel willen lopen. De focus van de theologie behoort sterk gericht te zijn op wat het Bijbels getuigenis te bieden heeft. Dat ziet Brinkman ook wel met zijn verhelderende vraag: “Is er nog ruimte voor het heil-

zaam onbekende?” (p. 80). Brinkman hecht ook aan het woord ‘godsgeheim’. Daarbij wordt herinnerd aan Berkouwer, die bij de voorzienigheid en zondag 10 van de Heidelbergse Catechismus graag de woorden van Paulus uit Romeinen 8 betrok: niets kan ons scheiden van de liefde van God in Christus Jezus.

Mooi is het gesprek over de stelling van Kuitert: “Eerst waren er mensen en toen God,” - ja, zoals er eerst bergen zijn en dan ontdekken mensen dat er bergen zijn, voerde Brinkman aan. Maar dat kon Kuitert niet meevoelen, want dat zou zijn stelling ondergraven. Brinkman gaat dus in zijn boek met allerlei theologen van vroeger en nu in gesprek, van Calvijn tot Berkouwer en Kuitert en ook met Joodse theologen als David Flusser, Schalom Ben-Chorin en Pinchas Lapide die Jezus vanuit de Joodse traditie benaderen. Brinkman haalt dichters als Marsman en Achterberg aan. Prachtig is de persoonlijke wijze, waarmee hij via Achterberg spreekt over de plaatsbekleding van Christus: het heilzame, dat Hij voor óns is gekruisigd en gestorven en dat zijn lijden ons ten goede komt. Achterberg dicht: “Hij zakte als lood omlaag, greep Jezus hem niet bij de kraag.” Brinkman heeft er ook aardigheid aan om films te bespreken. Voor hem is dogmatiek ook relevant voor de verwerking van centrale levensvragen.

Martien E. Brinkman, Hoe mijn God veranderde. Een reisverslag, KokBoekencentrum, Utrecht 2022, 309 blz., € 22,99.

BOEKBESPREKING
21
dr. Jan Dirk Wassenaar
504469.indd 3 12/12/2022 9:55:08 AM

Kroniek

1. Voor wat hoort wat, of: verwondering 2. Complot-denken en Godsgeloof 3. Geloven wat je wilt 4. Tweede Kamer en omroep in onrustig vaarwater

5. Theologie: een nepwetenschap? 6. Te Vrije Universiteit 7. Kerststemming

1. Voor wat hoort wat, of: verwondering

In het Nederlands Dagblad van 29 oktober 2022 las ik een interview met Luit van der Tuuk. Hij is geïnteresseerd in de Vroege Middeleeuwen in Noordwest Europa. Daarover heeft hij een boek geschreven: ‘Heidense en bijgelovige rituelen uit de vroege middeleeuwen’. En dat geeft aanleiding tot een gesprek in de krant.

Ik laat de heer van der Tuuk eerst aan het woord. “De natuur was in de vroege middeleeuwen een bron van onzekerheid en gevaar. Religie was in wezen een ruilhandel, waarvoor de Romeinen al een formule hadden: ‘do ut des’, ‘ik geef opdat jij geeft’. Het kwam aan op de juiste manier van goden vereren en aan hen offeren. Zelfs het monotheïsme zat er al een beetje in, want in de vroegmiddeleeuwse gemeenschappen had men vaak een favoriete god: Donar of Wodan. Dat gebeurde dan wel collectief. Je kon niet als eenling een andere nemen.

Ik las een keertje een relaas van een boer die de ‘waarom-vraag’ stelde aan een heidense god, Wodan of Donar. Het werd niet veel later opgetekend door een christelijke kloosterling. Die boer vroeg zich af: Ik heb toch alles goed gedaan, de juiste offers gebracht en nog kreeg ik een misoogst. Hoe kan dat nou? Die boer was zelfs kwaad op zijn god. Die had verzuimd te leveren.’” Tot zover de heer van der Tuuk.

Ruilhandel

Mijn aandacht is getrokken door het idee van ruilhandel als grondbeginsel van religie: “do ut des” - ik geef opdat jij geeft. Is dat ook karakteristiek voor ons geloof? Is geloven ‘voor wat hoort wat’? Is dat het christelijk geloof dat we ons gebed doen om God te bewerken ons zijn liefde en genegenheid te geven.

Wij offeren onze gebeden en ons geld, opdat God ons gezondheid, geluk en rijkdom geeft? Is dat ons geloof? Is het dan toch handel, handjeklap? Ik kan het me niet voorstellen.

Verwondering over een werkelijkheid

Het geloof heeft te maken met een werkelijkheid. De mens ontdekt gaandeweg in het leven dat er meer is dan hij zelf kan overzien. Er wordt gesproken over een God van Israël, die de hele wereld geschapen heeft. Er wordt gesproken over een God die deze wereld liefheeft. Die wereld ontspoort veel te vaak. Daarom zendt God zijn zoon - uit liefde voor die wereld die soms zo struikelt. Daar gaat het geloof over. Over de verwondering dat God een wereld liefheeft, terwijl - en misschien juist omdat - die wereld soms te keer gaat op een manier die niet om aan te zien is. Dat de wereld verloren in schuld is en dat daarom juist vrede en heil gebracht wordt door Christus als goede herder en dat zo Gods belofte heerlijk wordt vervuld. Dat is geloof.

Dat is verwondering over een God die zijn zoon niet als dictator laat werken maar als heilbrenger, zodat we krijgen wat we zelf niet op tafel kunnen leggen. Dat is niet voor wat hoort wat. Het is verwondering over een God, die ons beschermt en ons het leven mogelijk maakt. Waarom kunnen wij oogsten? Omdat de boer zo hard werkt? Ook. Maar vooral door de kiemkracht en de groeikracht. Dat geheim zit in de schepping. Als die krachten er niet zouden zijn, was al het werk zinloos. Waarom kunnen wij nadenken, waarom kunnen we handelen? Omdat we gaven hebben gekregen zoals verstand en gezondheid en levenslust en inzicht. Dat kun je ontwikkelen, omdat je het eerst hebt ontvangen. Dat besef zit in het christelijk geloof, dat je God dankbaar kunt zijn voor wat Hij allemaal al lang gegeven heeft: zon en water en zuurstof en allerlei levensvoorwaarden. Dat je beseft in verwondering, dat God jou dat allemaal gunt. Dat je eigenlijk in een opgemaakt bedje bent terecht gekomen. Dat is wel wat meer dan handjeklap.

2. Complot-denken en Godsgeloof Of ik ’s langs wilde komen. De middelste zoon was zo onder de indruk gekomen van wat het complot-denken allemaal op tafel legt, dat hij zijn geloof in God minder belangrijk is gaan vinden.

De wereld is nog niet helemaal behekst en verduiveld, maar het zit er niet ver naast, zo laat hij me weten. Hij blijkt erg onder de indruk van de boze machten en krachten die het leven op aarde gaan verslinden. Ik zeg: ik mis in jouw redenering de rol van Jezus. En we zijn geroepen om te getuigen van Jezus en niet van de duivel. Geef je de duivel niet te veel macht in jouw ogen. Terwijl we mogen geloven, dat Jezus zegt: “Ik heb alle macht in hemel en op aarde.”

Daar gaf hij me wel gelijk in, maar de tegenkrachten moeten we niet onderschatten. We zaten buiten en het werd steeds donkerder, totdat er een buitenlamp aan ging, die mij zowat verblindde. Hij stelde voor even achter de boerderij te kijken. Daar waren zijn vader en broer bezig met het gras te verzamelen. Ik zeg: met die droogte toch zoveel gras? Ja zegt de vader, ik heb wel bewaterd want anders zou het niks worden. Dat brengt me op je eigen rol: wie en wat geef je aandacht en hoe?

In het dagblad Trouw is in november 2022 een interessante discussie gevoerd over complottheorieën en geloof. Maar eerst dit: bij een complottheorie denk ik aan de bruine propaganda van Goebbels. De waarheid wordt leugen genoemd en de leugen wordt waarheid genoemd. Het geijkte middel om de leugen tot waarheid te verheffen is de complottheorie. Inspelend op de onvrede bij veel mensen worden duistere machten geconstrueerd die het land, het volk, ja heel de wereld bedreigen. Daarbij worden bestaande media verdacht gemaakt en als leugenpers bestempeld. De eigen propaganda wordt dan voorgesteld als eerlijke, objectieve voorlichting. Je ziet het bij Poetin in de oorlogspropaganda tegen Oekraïne. Gevallen van spiegelen noemde een krijgsmacht-deskundige dat. Omkeren noem ik het: je verwijt de ander iets, wat je zelf doet. Dat is de tactiek van Poetin al sinds februari 2022 en eigenlijk al vanaf de overname van De Krim in 2014

Wat is een complottheorie? Paul de Bont schrijft in Trouw van 1 november: een complottheorie is een onbewijsbaar geloof in een werkelijkheid die de mens en de wereld regeert. En dan vraagt hij zich af: is dat ook niet in de godsdienst het geval?

Van Christus is bekend, dat Hij zegt: Mij is gegeven alle macht in hemel en op

THEMA: ‘WIE IS JEZUS VOOR ONS?’
22 503360.indd 2 12/12/2022 9:55:07 AM

Rembrandt - Kerst, geboorte van Jezus.

aarde. In de Islam is sprake van een profeet die op een vliegend paard in één nacht van Mekka naar Jeruzalem kan reizen en dat dit paard de grond in Jeruzalem even aantikt. Vervolgens markeert de gouden Rotskoepel dat de hele stad tot derde heilige plaats van de moslims wordt gerekend. Religie berust op een onbewijsbaar geloof in een opperwezen dat ons heeft geschapen, onze omstandigheden kan beïnvloeden en ons zal beoordelen na onze dood. Is geloof in een complot min of meer niet even geloofwaardig als elk ander geloof?

In Trouw van 4 november 2022 reageren Rik Peels en Kees van der Kooi. Zij wijzen allereerst op de definitie van de Bont. In die definitie van de complottheorie mist het geloof in een complot, in een geheime samenzwering van mensen die kwaad willen.

Daar komt nog een verschil bij tussen complot-denken en Godsgeloof: Godsgeloof inspireert mensen tot goede dingen, zoals het bouwen van ziekenhuizen, het stichten van universiteiten, diaconale hulp aan armen mensen, liturgische muziek, het bouwen van kerken en kathedralen en het formuleren van mensenrechten.

Dat er in het geloof ook ontsporingen zijn, zoals over de plaats van de vrouw, over slavernij en over relaties tussen mensen van hetzelfde geslacht, is niet terug te voeren op een complot, maar op een misverstand tussen tijdgeest en normering.

Maar wat iemand als De Bont mist, is dat Godsgeloof, in tegenstelling tot complot-denken, een inspiratie geeft om je in te zetten voor een betere wereld. Zo zegt het christendom dat onze medemens naar Gods beeld (imago Dei) gemaakt is, dat we allemaal gebrekkig zijn en verlossing nodig hebben en dat de grootste invloed in deze wereld van God komt en daarmee

goed is. De grondtoon is geloof, hoop en liefde, geen angst en haat. Godsdienstwetenschapper Maarten van Boekel reageert op 12 november 2022 in Trouw. Hij neemt het op voor Paul de Bont en noemt hem een bruggenbouwer. Want hij creëert ruimte in de gepolariseerde samenleving en begrip voor de complotdenker. Dat zou steun verdienen van wie in het leven de grondtoon herkent van ‘geloof, hoop en liefde’.

Maar wie geloof in God op dezelfde lijn stelt als het complot doet geen recht aan geloof en aan complot. Dat is geen kale begripsuitleg, dat is recht doen aan eigenheid. Heeft angst voor wereldheerschappij van afbraakkrachten, zoals de complotten momenteel werken hetzelfde soortelijk gewicht als geloof, hoop en liefde, inspiratie en diaconaal dienstbetoon?

Doe je complotdenkers recht door ze gelovigen te noemen?

Doe je gelovigen recht door hen nalopers van complotten te noemen?

Ik ben onder de indruk van het feit dat in 2 Kronieken 5 massaal gezongen wordt “De HEER is goed, eeuwig duurt zijn trouw” en dat op het moment van dit zingen de heerlijkheid van God de hele tempel vult. Ik ben dankbaar te mogen weten, dat God uit liefde voor de wereld zijn Zoon gezonden heeft. Dat is geen complot. Dat is heil pur sang.

3. Geloven wat je wilt

In het Nederlands Dagblad van 14 november 2022 schrijft prof. Bernard Reitsma over ‘Geloven wat je wil”. Hij schrijft: “Je mag in Europa geloven wat je wilt. Niemand kan je dwingen iets wel of niet te doen als het tegen je geloof ingaat. Maar de wil van God accepteren wij niet.’ Dat waren ongeveer de woorden van een medewerker van de Raad van Europa in Straatsburg.”

Met een aantal christenen uit Europa en het Midden Oosten heeft hij onlangs een rondleiding door het gebouw van deze Raad gekregen. De Raad zet zich in voor vrijheid en inclusiviteit en heeft drie kernwaarden: de (bescherming van de) rechtsstaat, democratie en mensenrechten.

Vrijheid van godsdienst is een universeel mensenrecht en niemand mag op grond van religieuze voorkeur worden uitgesloten. Maar dat de Raad de wil van God niet accepteert, in ieder geval

in het publieke domein, lijkt hem daarmee op gespannen voet te staan. Hij schrijft verder: “Als we de sharia bekritiseren om extreme straffen, onderdrukking van vrouwen, afwijzing van de LHBTIQ+ praktijk of de doodstraf op het verlaten van de islam, dan zal Europa joden en christenen verwijten dat de bijbelse wetten niet veel anders zijn.

Omgekeerd moeten we ook erkennen dat de sharia veel meer is dan enkele extreme regels. Het is een verzameling van allerlei geboden en verboden voor alle aspecten van het leven, van bidden tot tanden poetsen. Het staat voor de moslim ten diepste voor ‘de wil van God’.”

Anders Daarover heb ik aarzelingen. Bijbelse wetten zijn in die zin anders, omdat ze door de Verlichting heen gegaan zijn en vooral, omdat sinds Calvijn al wordt beleefd, dat strafwetten uit het Oude Testament niet voor het christelijk geloof doelmatig zijn. Bovendien is de sharia gericht op wetgeving, terwijl de Bijbel op geloof gericht is.

“God wil het” kan onrechtmatig gebruikt worden of zelfs misbruikt. Daarom is vrijheid van godsdienst wat anders dan een directief met het label “God wil het”.

4. Tweede Kamer en omroep in onrustig vaarwater In de Tweede Kamer is het voornemen van een onderzoek naar het functioneren van de vroegere Kamervoorzitter Arib uit de hand gelopen. Mevrouw Arib was een gerespecteerde voorzitter in de plenaire vergaderingen van de Kamer. Onder leiding van Kees van der Staaij heeft de Kamer zich maar weer gedeisd opgesteld, nadat de griffier en de hele ambtelijke top van de Tweede Kamer zich een hoedje geschrokken waren en hun biezen hebben gepakt. Wat mij verbaast is dit: twee anonieme brieven zijn de aanleiding. Weet u wat een anonieme brief verdient? Om vluchtig gelezen te worden en via de organisatie te vragen of de schrijver zich bekend wil maken binnen 14 dagen, omdat die brief anders in de papierversnipperaar komt en geen aandacht meer krijgt. Maar het hele presidium en de landadvocaat hebben anders beslist. Waarom? Het is me een raadsel. En je ziet het voor je ogen gebeuren: allerlei betrokkenen raken beschadigd.

23 503360.indd 3 12/12/2022 9:55:08 AM

In de omroep is de gerespecteerde en bevlogen en bewogen presentator Matthijs van Nieuwkerk van de “Wereld draait doorrrrrrrr” in opspraak gekomen. Maar liefst zeventig mensen zijn gevraagd en hebben gerept over uitbarstingen van woede door Matthijs. Tja, daar zijn een eindredacteur en allerlei mensen in de leiding en vertrouwenspersonen. Hebben die geen rol gespeeld? Konden die niet worden geraadpleegd om bij te sturen? In de Volkskrant van 19 november 2022 komt een keur aan klachten ter sprake, veel breder dan alleen bij één man. Een opgeblazen-standjes-gedrag komt in beeld; daar zijn veel meer mensen bij betrokken. Toch heb ik herinnering aan ontroerende televisie van Matthijs – te veel om hem af te vallen.

Maar ik leer er weer eens van, dat het beter is om hartelijk samen te werken en elkaar te stimuleren dan af te katten en elkaar te vernederen. De grondregel van de apostel Paulus is zo raar nog niet: “Handel niet uit geldingsdrang of eigenwaan, maar acht in alle nederigheid de ander belangrijker dan uzelf. Heb niet alleen uw eigen belangen voor ogen, maar ook die van de ander. Laat onder u de gezindheid heersen die Christus Jezus had.” (Filippenzen 2:3-5).

5. Theologie: een nepwetenschap?

In het Elseviers Weekblad van 21 november 2022 verwijst de historicus Roelof Bouwman de theologie als wetenschap naar de prullenmand. “Theologen hebben wetenschappelijk niets te bieden, maar konden wel altijd rekenen op de belangstelling van gelovigen. Nu de kerken in steeds hoger tempo leeglopen, is er voor theologie in Nederland geen bestaansgrond meer.”

Dit artikel verschijnt net in de week, dat de minister van Onderwijs de levensbeschouwelijke universiteiten € 5 miljoen extra geeft.

Bouwman haalt Karl Popper (19021994) aan: “Theologie is nepwetenschap, want niet falsifieerbaar.” Bij wetenschap, zo meende de Brits-Oostenrijkse filosoof, dient het te gaan om falsifieerbare hypothesen, om uitspraken die kunnen worden weerlegd.

Een wetenschapper formuleert een verklaring voor een verschijnsel, doet onderzoek en gaat op zoek naar een andere verklaring zodra de feiten hem ongelijk geven. Kennis, aldus Popper,

groeit door het systematisch opsporen en elimineren van fouten. Bouwman vindt, dat de theologie een studieobject heeft, waar je geen feitelijk onderzoek naar kunt doen. “Iedereen kan van alles beweren over God zonder dat zijn gelijk of ongelijk wetenschappelijk kan worden aangetoond. Logischerwijs is er in de theologie dan ook geen sprake van cumulatie van kennis.”

Studieobject(-en)

Wat zou het studieobject van de theologie zijn? Bouwman antwoordt: God.

Als je dat al zegt, dan moet dat minstens genuanceerd worden: God, zoals Hij Zich bekend gemaakt heeft in de Bijbel en God, hoe Hij ter sprake wordt gebracht. Steeds komt de Bijbel als bron en norm voor de theologie ter sprake. Zoals bij onderzoek naar de visserij de zee, de rivier en het meer onderzoeksobject zijn. Voor de akkerbouw komt het land steeds ter sprake. Zo is er in de theologie veel aandacht voor de Bijbel en de exegese, de uitleg. Exegese is ergens: begrijpend lezen. Wat hebben de eerste hoorders gehoord en wat horen wij er in onze levenssituatie erin. Wat heeft de schrijver bedoeld? Belangrijk daarbij is Bijbels Hebreeuws voor het lezen van de Hebreeuwse Bijbel en Koinè-Grieks voor het lezen in het Nieuwe Testament. De kennis van die talen is gegroeid: “cumulatie van kennis”.

Maar object van de theologie is ook: geloof, geloofsaarzeling en geloofsbezieling. Wat doet geloof en wat niet, wat is het risico van goedgelovigheid; geloof als vertrouwen.

Object van de theologie is ook: de preek, het huisbezoek, de catechese. Wat gebeurt er, wat komt ervan over. Hoe wordt het gewaardeerd? Daar zijn onderzoeksmethoden voor. Daarover is de laatste dertig jaar veel gepubliceerd. Daar zijn dissertaties over geschreven: “cumulatie van kennis”.

Ontwikkeling

De dogmatische bezinning is onmisbaar om systematisch door te denken. Wie de geschiedenis van de dogmatiek bekijkt, ontdekt verschuivingen en ontwikkelingen.

Luther raakt als kern de triomf van de genade en zijn theologie van het kruis is zo veelomvattend, dat je er een levenswerk aan hebt om het te doorgronden. Calvijn legt nadruk op de eer aan God en vraagt aandacht voor het werk

van de Heilige Geest. In de RK-theologie is relatie tussen leer en leven sterk aanwezig. Dr. A. Kuyper heeft de maatschappelijke verantwoordelijkheid gevuld met Bijbelse begrippen, zoals rentmeesterschap en roeping. Eeuwen later, pas recent, komt de vrucht van de Geest als levenshouding sterk naar voren. De relatie van kerk en theologie met het Jodendom is ingrijpend veranderd. De kijk op relatievorming en de plaats van de vrouw is ook de laatste jaren sterk veranderd. Daarbij is herbronning van groot belang om in de ontwikkelingen de oorsprong en het vertrekpunt vanuit het Bijbels getuigenis onderweg niet te verliezen. Dat zijn allemaal ontwikkelingen dankzij vernieuwend inzicht, of te wel “cumulatie van kennis”.

Kunst

De invloed van geloof op grond van de Bijbelverhalen is aanleiding voor grote kunstschatten op het terrein van schilderkunst, muziek en literatuur. Rembrandt, Caravaggio en Rubens geven aan, hoe Bijbels-theologische kennis doorwerkt. Bach en Mozart zijn ondenkbaar zonder doorwrochte Bijbelstudie met behulp van theologische doordenking. In 1973 is een groot nieuw Liedboek voor de Kerken verschenen en 2013 nog weer een ander groot liedboek “Zingen en bidden in huis en kerk”. Dat de Bijbel in nieuwe vertalingen uitkomt, laat zien, dat het christendom niet zomaar wegvalt als structuren van het kerkzijn veranderen.

Christelijke feesten en familiegebeurtenissen

De christelijke feesten Kerst, Pasen en Pinksteren voegen iets toe aan de ziel van een samenleving. Dat vrede, heil en vreugde, dankbaarheid, geloof, hoop en liefde beleefd worden is voor een samenleving van groot belang. Het valt op, dat in het christelijk geloof de positieve krachten zoals geestkracht en veerkracht de overhand krijgen. Dat is een opsteker bij moeilijke tegenvallers. Het leven kent moeilijkheden en ook dat is een object voor theologische bezinning. Dat geboorte, huwelijk en begrafenis familiegebeurtenissen zijn die met doop, zegening en een dankdienst voor het leven worden beleefd, vormt een uitdaging voor de theologie om dat eigentijds te doordenken en begeleiden. Dat heil sterker is dan onheil, Dat licht sterker is dan duisternis.

THEMA: ‘WIE IS JEZUS VOOR ONS?’
24 503361.indd 2 12/12/2022 9:54:55 AM

Rembrandt -- Kerstmis-aanbidding door de herders.

Dat zegen verder reikt dan vloek, dat kan alleen gezegd worden als er een goede doorwrochte doordenking achter zit. Daarvoor is de theologie van grote waarde. En wat dacht u van de filosofie? Hoe meetbaar is die?

6. Te Vrije Universiteit

De Vrije Universiteit laat het votum vallen. De beginwoorden bij promoties, inaugurele redevoeringen diesvieringen komen per 1 januari 2023 te vervallen. Dan zullen de gewijde woorden niet meer klinken in aula: ‘Onze hulp is in de naam van de Heer, de Maker van hemel en aarde.’ En aan het eind klinken dan niet meer de woorden van lofverheffing: ‘Laat de Naam van de Heer geprezen worden, nu en in de eeuwigheid’ (Psalm 113:2).

Prof. George Harinck wijst er in het Nederlands Dagblad van 3 december 2022 op, dat de stichter van de Vrije universiteit dr. Abraham Kuyper de belijdenis “Onze hulp is in de naam van de Heer” inclusief opvat, want vanaf het begin zijn ook Joden en moslims welkom op zijn universiteit. Eenduidigheid was hem een gruwel en pluriformiteit leek hem te passen bij de veelzijdige schepping. Harinck: “Er is ook aan de Vrije Universiteit geen besef meer van Kuypers markante standpunt dat het calvinisme bij uitstek de levensbeschouwelijke verschillen in onze samenleving honoreert, dat het de geestelijke vrijheid van ieder principieel verdedigt. In plaats daarvan dient de universiteit nu algemene braafheden als verwondering en waarden.”

Ontwortelend

Het secularisme werkt ontwortelend. Aansluiten bij een kerkelijke organisatie wordt schaarser. Het individualisme wint terrein, zodat individuele docenten bezwaar maken tegen een institutionele traditie. Omdat niet iedere docent God belijdt, moet het votum vallen. De woorden van dat votum staan in Psalm 124:8.

In 2016 is de grondslag van de VU opnieuw geformuleerd: “De Stichting gaat uit van de Vereniging, die, voortbouwend op haar christelijke oorsprong, ten doel heeft om bij te dragen aan een betere wereld, een wereld waarin rechtvaardigheid, medemenselijkheid, en verantwoordelijkheid voor elkaar en voor de wereld centraal staan. De Stichting laat zich hierdoor inspireren bij de inrichting van haar onderwijs en onderzoek en bij het delen van kennis met en dienstbaar zijn aan de maatschappij. Zij onderkent en waardeert de rol die levensbeschouwing en zingeving hierbij spelen.”

Per 1 januari 2023 worden de teksten voortaan: “Ik open deze openbare zitting met een verwijzing naar de van oorsprong christelijke traditie van de Vrije Universiteit Amsterdam, waarin wetenschapsbeoefening verbonden wordt met verwondering en levensbeschouwelijke waarden.” Bij de afsluiting wordt dan iets gezegd met daarin “onze missie om waardengedreven wetenschap te beoefenen met verantwoordelijkheid voor mens en planeet”.

De taal van deze vernieuwing haalt het niet bij compactheid en kracht van de huidige teksten. Bovendien is het te vrijblijvend en wordt zo de Vrije Universiteit een te vrije universiteit. Men behoeve zich niet te schamen als men geloof en wetenschap elkaar niet in de staart laat bijten.

Het geloof in God is de bottleneck. Het argument voor vernieuwing is: inclusiviteit.

Wie de theologie van Kuyper een beetje kent, weet dat als er één is, die inclusief maakt, het de Here God wel is. Hij is de Maker van mensen en medemensen.

7. Kerststemming

In de media hoor je over kerstgevoel en kerststemming, kerstmuziek en kerstdiner. Ik heb het liever over kerstliederen. Onlangs vraagt er iemand: wat vind jij het mooiste kerstlied?

Ik denk aan minstens drie kerstliederen die ik even mooi vind: “Stille nacht, heilige nacht”; “Komt, verwondert u hier mensen”; en “’t Is geboren het goddelijk kind, dat ons allen zo zeer bemint”. Kerst is voor mij niet zozeer een gevoel, maar meer een stemming van blijdschap en opgewektheid. Omdat we iets hebben dat naar het Kerstkind verwijst. En daarom ervaar ik kerstversiering en kerstmarkt en kerstbestand en kerstwijdingen en kerstnachtdienst allemaal positief.

In het lied “Stille nacht”, komt in het derde couplet die prachtige regel voor: “Stille nacht, heilige nacht, vreed’ en heil wordt gebracht, aan een wereld, verloren in schuld; Gods belofte wordt heerlijk vervuld.”

In het lied ‘Komt, verwondert u hier, mensen’ staat de verwondering zo mooi centraal. Die verwondering is er dan op gericht, dat je gaat zien, hoe dat God ons bemint. Want uit liefde voor de wereld heeft Hij zijn Zoon gegeven.

Die verwondering is zo belangrijk voor een levend geloof. Omdat het allemaal niet vanzelfsprekend is of gesneden koek. Maar dat je voelt, hoe bijzonder het is, dat je in geloof dingen mag aanvaarden zonder bij de neus genomen te worden. In het lied “Beveel gerust uw wegen” van Paul Gerhardt staat die prachtige regel: “‘t Is wijsheid wat Hij doet. Zo zal Hij alles maken, dat g’ u verwondren moet.” Zo denk ik aan een gemeentelid, die vol verwachting over wat komen zou, kon zeggen: ik laat me verrassen.

In het nieuwe liedboek uit 2013 zijn er drie liederen, die ik erg mooi vind: Lied 500 “Uit uw verborgenheid” en Lied 496 “Een ster ging op uit Israël” en Lied 506 “Wij trekken in een lange stoet” (van Sela), waarvan we de melodie kennen van de uitvoeringen van Charles Dickens, A Christmas Carol, met de vrek Scrooge.

In het lied “’t Is geboren het goddelijk kind, dat ons allen zo zeer bemint” staat ook dat beminnen weer zo centraal. Ook, dat het Kind niet alleen menselijk is, maar ook een goddelijke komaf heeft. En als ik de melodieën hoor, begint de stemming er bij mij er te komen: gelukkig, het wordt weer Kerst.

25 503361.indd 3 12/12/2022 9:54:55 AM

WIE IS JEZUS VOOR JOU?

Wie bovenstaande vraag Googelt komt heel wat “hits” tegen. Eentje is een filmpje op YouTube dat met een uiterst stemmig en zoet Kerst-muziekje kinderen laat antwoorden. Het is de moeite waard eens even rond te kijken bij de digitale antwoorden.

Misschien is het nog veel mooier om de vraag aan elkaar te stellen. En misschien red je het zelfs om deze vraag een paar dagen vóór Kerst als een prachtige voorbereiding aan te vliegen: een gave Advent activiteit. Neem het heel eenvoudig op, 30 seconden is al lang genoeg, met je smartphone. Is er iemand zo handig om het aan elkaar te plakken en dan bij het Kerstdiner af te spelen? Laat je verrassen. Je opa, of je nicht, je broer of je achterbuurman: wie is Jezus voor jou? En zeg het zelf ook alsjeblieft!

KRIBBE

Ik ga vast los bij deze vraag: Wie is Jezus voor jou? Ik zou willen beginnen bij het begin. Bij de kribbe van Bethlehem dus. Daar ligt een “hulpeloos kind” in die eerste “stille nacht” van Zijn leven. De omstandigheden zijn ronduit bijzonder. Ik weet niet of de ouders wel de twee keer 190 euro korting op hun energierekening hebben gekregen. Ver-

moedelijk hebben ze die misgelopen.

En een geschikte overnachtingsplek en geboorteplek voor hun kindje zijn ze ook misgelopen, met dank aan een normaliter op gastvrijheid ingestelde professional (de spreekwoordelijke herbergier) die het even niet meer wist. Kraambezoek is er onverwacht: een stel zichtbaar bewogen herders die eenduidig over talloze engelen spreken. Het hele dorp raakt in rep en roer als genoemde herders ongeschoold een loflied (Psalm of Opwekking?) inzetten die echt indrukwekkend is.

WIE IS JEZUS VOOR DE HERDERS?

Ik zou dáár wel de vraag willen stellen: wie is deze Jezus dan? Omdat het daar namelijk zo pril is. Wij praten allemaal over Jezus na Golgotha, maar hoe is Hij daar? Wie is Jezus voor deze herders die het woord stikstof niet eens kenden. Voor deze mannen die misschien als simpel werden gezien. De eerste getuigen van Jezus. De mond vol over Hem.

OPNIEUW BEGINNEN

Dat kan ik niet bedenken. Als God opnieuw begint, als Hij voor een evangelie kiest in onze concrete levens. Als Hij van vooraf aan wil beginnen, totaal nieuw, helemaal anders! God komt in een volkomen afhankelijke baby onder ons. Hoe langer ik leef hoe groter ik dit vind. Hoe langer ik erover nadenk hoe radicaler ik dit ervaar. Geen technische oplossing voor alle problemen in deze wereld – dat zijn er echt verschrikkelijk veel! Maar Zelf komen en dan volkomen afhankelijk: Ik wil in jou geboren worden. God zou zeker alle vuil in deze wereld met een grote bezem kunnen opruimen. Hij zou zeker met één click tussen wijsvinger en duim alle geweld kunnen doen verstommen. Maar Hij weet dat slechts één weg en waarheid tot werkelijke vrede leidt: waar ik Hem toelaat geboren te worden in mijn hart. Zijn reis is lang en eindeloos geduldig. Pas dan wijkt de haat en de onvrede, waar de vrede van Christus in mijn hart geboren wordt. “Kom Heer Jezus, kom in mijn hart”. Wat een vrede win ik daarmee. Ere zij God! Wat een vrede winnen WIJ daarmee. Ere zij God!

ds. Piet Rozeboom, Rijnsburg

THEMA: ‘WIE IS JEZUS VOOR ONS?’ - JEUGDRUBRIEK
26
Een kwetsbare baby in armoede: God?!
504481.indd 1 12/12/2022 9:55:16 AM

Teamcoaching voor predikanten

REDACTIE

Het bestuur van de Stichting tot Verspreiding van de Confessionele Beginselen is verantwoordelijk voor het verschijnen van het blad Confessioneel–Credo. Voorzitter van de stichting is dr. Jan Dirk Wassenaar.

Het algemene e-mailadres voor het aanleveren van kopij is: redactieconfessioneel@gmail.com of dirkvanduijvenbode1965@gmail.com

HOOFDREDACTEUR ds. Arien Treuren

EINDREDACTEUR

ds. Dirk van Duijvenbode Koning Willem III weg 16 C 3151 HJ Hoek van Holland Tel. 06 - 20628184

DEELREDACTIES

Wereldwijd: ds. Hans van Dalen Geloof: ds. Arien Treuren, ds. Mart Jan Luteyn Theologie: dr. Wim de Bruin Vertel het maar: ds. Dick Westerneng Kerk: dr. Jan Dirk Wassenaar Samenleving: dr. Jacques Schenderling Gemeentewerk: ds. Roberto Buijs Cultuur: ds. Annelieke Warnar ds. Robert-Jan van Amstel Themanummers: ds. Robert-Jan van Amstel, ds. Diemer de Jong, ds. Dick Westerneng, ds. Wim Scheltens Varia, persberichten en eindredactie: ds. Dirk van Duijvenbode Vaste medewerkers: dr. Wim de Bruin, drs. Fred Cupido dr. Wim de Ruyter, dr. Peter Verbaan

UITGEVER, ABONNEMENTEN  EN BEZORGING BDUvakmedia Postbus 67 3770 AB Barneveld tel. 0342-494911 – fax 0432-494299 abonneeservice@bdu.nl

Opgave advertenties: Roel Abraham, tel. 06-54274244  e-mail: r.abraham@bdu.nl

Kosten abonnement bij vooruitbetaling: Jaarabonnement € 79,70 Halfjaarabonnement € 45,30 Kwartaalabonnement € 28,00 Buitenland, jaarabonnement € 127,10 Jaarabonnement student € 43,45

Opzeggingen: Het abonnement wordt na de overeengekomen periode automatisch verlengd. Na deze abonnementsperiode is het abonnement per maand opzegbaar.

Deze uitgave is beschikbaar in gesproken vorm op daisy cd-rom voor mensen met een leesbeperking: CBB, Ermelo: tel. 0341-565477, klantenservice@cbb.nl

27
COLOFON
www.ruimzicht.nl
------------------------------------------------------------- Advertentie -------------------------------------------------------------
504487.indd 1 12/12/2022 9:55:11 AM
Schilderij van Rembrandt: Aanbidding door de herders.

Je blijft niet mailen als je samen kunt spelen

Als het buiten leuk is, blijf je niet binnen. Daarom helpt Jantje Beton kinderen om hun eigen buurt weer leuk te maken. Want buitenspelen is essentieel voor de gezonde ontwikkeling van een kind. Help ook mee! Kijk op www.jantjebeton.nl.

Haal het kind naar buiten!

JAN13012-02_adv_A4 staand.indd 2 18-03-14 07:55 504490.indd 1 12/12/2022 9:54:58 AM

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.