Flevopenningen '22 Magazine

Penningen ’22

Flevoland mag gezien worden

De Toppers

Ook voor de 17e editie van de Flevopenningen zijn er sterke kandidaten voor de titel Toponderneming genomineerd.

Ambassadeurs

Zes excellente bedrijven die bijzondere prestaties leveren in het kader van inclusief werkgeverschap.

Comaker

Drie Comakerships zijn genomineerd voor de Windesheim Flevopenning Comakership 2022.

Green Changemaker

Drie studentengroepen dingen mee naar de Aeres Green Changemaker Flevopenning 2022.

Vestiging Almere

Versterkerstraat 4B

Postbus 10058

1301 AB Almere

T: 036 5346220

I: www.okkerse-schop.nl

Vestiging Lelystad

Zilverparkkade 6 Postbus 155 8200 AD Lelystad

T: 0320 289888

I: www.okkerse-schop.nl

Flevopenningen Magazine - juni 2022

Het Flevopenningen Magazine wordt in opdracht van de Stichting Flevopenningen geproduceerd en uitgegeven door Steijger Communications BV (SteijgerComm), Zeewolde.

Het magazine verschijnt in een oplage van 4250 stuks en wordt op basis van controlled circulation verspreid onder ondernemingen met 3+ werknemers in Flevoland.

Hoofdredacteur: Cees Steijger

Eindredacteur: Paula van der Woude Fotografie: SteijgerComm; Feenstra Fotografie, Fotostudio Wierd, e.a.

Redactie, realisatie en druk: Steijger Communications BV, Zeewolde

Postadres: Postbus 147, 3890 AC Zeewolde Telefoon: 06 55592376

E-mail: info@steijger.com

Copyright - Het is niet toegestaan zonder voorafgaande toestemming van SteijgerComm door Flevopenningen Magazine gepubliceerde artikelen of gedeelten daarvan, te (doen) publiceren of anderzins openbaar te maken of te verveelvoudigen.

Disclaimer - SteijgerComm en Stichting Flevopenningen zijn niet aansprakelijk voor schade in verband met gebruik van de (redactionele) informatie, de inhoud en vormgeving van advertenties.

© 2022 Steijger Communications BV

05

Voorwoord

Door Ank Bijleveld-Schouten Burgemeester Almere.

Economische kracht

Wethouder Maaike Veeningen geeft haar visie op de economische ontwikkeling van Almere.

09

Werken aan de Samenleving

Gedeputeerde Jan-Nico Appelman spreekt over de economische stand van zaken in Flevoland.

17

De Schaalsprong

Volgens oud-burgemeester Lelystad Henry Meijdam is de schaalsprong van Flevoland geen feestje van de overheid.

Genomineerden Comaker 39

En verder o.a.

Bestuur St. Flevopenningen p.5

Van de voorzitter Tom Lansink p.5

Participatie p.20

Gezond vastgoed p.24

Proeftuin voor groene steden p.40

Interview Helma Lodders p.44

De koning opende woensdag 13 april de wereldtuinbouwtentoonstelling Floriade Expo 2022 in Almere. De Nederlandse tuinbouw laat op de Expo, samen met nationale en internationale deelnemers, groene oplossingen zien die onze steden leuker, leefbaar en duurzamer maken. Op de foto van links naar rechts: CvK Leen Verbeek; de Almeerse burgemeester Ank Bijleveld; koning Willem-Alexander en gedeputeerde Jan-Nico Appelman.

Foto: Feenstra Fotografie.

Foto: Robin Utrecht

Flevoland mag gezien worden

Beeld: Feenstra Fotografie.

Beste ondernemers van Flevoland,

Hartelijk welkom in Almere, met haar 45 jaar de jongste stad van Nederland. Jong van geest, ambitieus en niet begrensd door oude conventies of ingesleten patronen. Daardoor wendbaar, onbevangen en vol verbeeldingskracht. Een inclusieve, vitale stad die in alle opzichten groeit. Alles is nieuw en maken we samen. We pionieren en er wordt hier al decennia geëxperimenteerd met nieuwe stadsindelingen, met architectuur, met duurzaamheid en groenvoorziening.

Almere is een plek die mensen ruimte biedt om te leven, te recreëren en te wonen op allerlei verschillende en innovatieve manieren. Met haar 220.000 inwoners bijzonder groen en waterrijk. En een heel internationale stad, ook qua ondernemers, met zo’n 160 verschillende culturen. Daarom past de Floriade zo goed bij Almere.

Floriade Expo 2022 is één grote aaneenschakeling van internationale tuinbouwinnovaties. Met het thema Growing Green Cities biedt het oplossingen om steden groener, gezonder, duurzamer en leuker te maken. De Floriade biedt ook kansen voor Flevoland, het zet onze provincie nog meer op de kaart en dat is goed, want we mogen gezien worden!

We bundelen onze krachten ook tijdens het Flevopenningengala, een ondernemersactiviteit in Flevoland, die sinds 2004 een jaarlijkse traditie is geworden. Een

prachtige avond, waarbij Flevolandse ondernemers in het voetlicht staan. Ondernemers die zich inzetten op het vlak van duurzaamheid en innovatie. Voor een inclusieve arbeidsmarkt. De samenwerking en verbinding tussen het bedrijfsleven in onze provincie zijn daarbij een belangrijke en economische schakel. Ook op dat vlak mag Flevoland gezien worden. Er is genoeg om trots op te zijn.

Ik wens u een mooi en inspirerend gala,

Ank Bijleveld-Schouten Burgemeester Almere

Voordelig laden

Laad jezelf op

Vanaf eind juni kun je ook snelladen bij

Shell Almere Buiten Oost

Snel weer op weg

Stripheldenbuurt (A6 - afslag 8)

100% groen

Shell Almere Buiten Oost is onderdeel van

Foto: Sjoer de Vries

Bestuur Stichting Flevopenningen

Vnlr: : secretaris Bas van Dijen, partner Okkerse & Schop Advocaten; bestuurslid/vice-voorzitter Onno Vermooten, directeur Werkbedrijf/Concern voor Werk, penningmeester Yvette de Bake, partner KENDR, voorzitter Tom Lansink, directeur Lansink BV, Paula van der Woude, manager projectbureau Flevopenningen.

“Flevoland mag gezien worden! Dat is het motto van dit Flevopenningen Magazine bij de 17e editie van ons succesvolle Ondernemersgala. Wat we in Flevoland met elkaar tot stand hebben gebracht de afgelopen decennia, dát mag gezien worden! Daar mogen we trots op zijn. Kijk eens naar onze fraaie woonplaatsen en de moderne bedrijventerreinen. Kijk eens naar onze infrastructuur, de snel- en autowegen, het spoor en de havenfaciliteiten. Kijk eens naar de Floriade Expo 2022, waar we met z’n allen terecht trots op mogen zijn omdat daarmee Flevoland internationaal vrijwel letterlijk in de etalage wordt gezet. En vergeet de luchthaven niet, waar we ons ondernemersfeest in 2020 vierden en dat helaas nog steeds niet is geopend. Het ligt klaar, honderden miljoenen zijn uitgegeven, maar Den Haag schuift de beslissing telkens voor zich uit. Onze Haagse bestuurders moeten de knoop eens doorhakken! Flevoland mag niet alleen gezien worden, Flevoland moét gezien worden. Daarom ben ik blij dat het Flevopenningengala ook veel ondernemers en bestuurders van buiten de provincie trekt. Onze speciale gasten dit jaar zijn

Hoofdjury Flevopenningen

Vlnr: Jan-Nico Appelman – gedeputeerde voor Economische Zaken Flevoland en voorzitter Hoofdjury; Nasima el Bachiri – met vijf ondernemingen een echte rasondernemer en in 2019 uitgeroepen tot Flevolandse Zakenvrouw van het jaar; Helga Brenninkmeijer – namens VNO-NCW/MKB-Flevoland; Gezinus Knijp – ING MKB Oostelijk Flevoland en Gerard van der Guchte – account director Suplacon, de Flevopenningen TOPondernemer van 2020

Meine Breemhaar (links), directeur Breemhaar Beheer, is Beschermheer van de Stichting. Jan-Nico Appelman, Gedeputeerde Economie, is adviseur van het bestuur.

minister Karien van Gennip van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en MKB-Nederland voorzitter Jacco Vonhof. Net als in de rest van ons land hebben we in de arbeidsmarktregio Flevoland te maken met krapte. De sectoren; transport en logistiek, de vrijetijdssector en de techniek hebben te maken met personeelstekorten. In dit verband merk ik graag op dat er een groot onbenut potentieel in Flevoland aanwezig is: onze 50+’ers. Er zitten zo’n tweeduizend werkfitte, ervaren en gemotiveerde mensen thuis op de bank. Ik roep mijn collega werkgevers op om dit ongekende talent een kans te bieden, zodat Flevoland ook met inclusief werkgeverschap gezien mag worden! Ik wens u veel leesplezier en hoop u op 10 juni op het Ondernemersgala 2022 op de Floriade Expo 2022 te mogen begroeten.”

met inclusief werkgeverschap gezien mag

Tom Lansink Voorzitter Stichting

Flevopenningen

Werken aan de samenleving

Flevoland staat weer voor een flinke schaalsprong. Wegens het enorme woningtekort is er vanuit de politiek veel vraag naar nieuwbouw. Flevoland wil tot 2050 130.000 woningen bouwen. Dat is bijna een verdubbeling van het huidige aantal. De meeste woningen komen in Lelystad en Almere. Maar ook in Zeewolde, Dronten, Urk en Noordoostpolder zullen nieuwe wijken worden gebouwd. Flevoland is er voor gemaakt, maar de provincie wil er vanuit Den Haag nu wel wat voor terug. “Het gaat niet alleen om aantallen woningen”, zegt gedeputeerde Jan-Nico Appelman “net als in het verleden, moeten we nadenken over de complete samenleving.”

Gedeputeerde Jan-Nico Appelman.

Tekst: Cees Steijger Fotografie: Fotostudio Wierd

Het gesprek met Appelman vindt plaats in het fraaie paviljoen van de provincie op het Floriadeterrein. Enkele dagen voor de opening van de wereldtentoonstelling is het er een drukte van belang. De laatste hand wordt er gelegd aan de inrichting en alles wordt in gereedheid gebracht voor het grote publiek. Vier grote luchtballonmanden domineren het interieur. Hiermee kan de bezoeker een virtuele ballonvaart maken en op indrukwekkende wijze kennis maken met de provincie. Waar gebieden er eeuwen over hebben gedaan om te worden wat ze zijn, is dat in Flevoland in luttele decennia tot stand gebracht.

Appelman: “Onze voorgangers de Rijksdienst IJsselmeerpolders en de Dienst Zuiderzeewerken hebben heel planmatig nagedacht en gewerkt. Niet alleen over hoe de inpoldering en de inrichting gerealiseerd moest worden, maar ook over wat voor samenleving er moest komen.”

Daar is het rijk in de jaren dertig/veertig van de vorige eeuw mee begonnen. Die gerichte kolonisatiepolitiek – zo werd dat destijds genoemd – was gericht op het bouwen van een evenwichtige samenleving. “Wij kunnen die woningbouwopgave invullen en dat willen we ook”, zegt Appelman. Maar wat hem betreft blijft het niet bij woningbouw alleen; er moet een complete samenleving gebouwd worden. Dus moet er ook gewerkt worden aan een goede infrastructuur, goede werklocaties en een uitstekend onderwijsaanbod. En om een economisch scherper profiel te krijgen vindt hij dat er ook scherpere keuzes moeten worden gemaakt. Bijvoorbeeld in een stevige doorontwikkeling van het hoger onderwijs in Flevoland. De Flevocampus in Almere ziet Appelman als een kennishub van voedselveranderaars die werken aan het voedselsysteem van de toekomst. Deze hub is gericht op de consument, Aeres in Dronten daarentegen is gericht op de primaire ontwikkeling. Daar worden de nieuwe generaties agrarische ondernemers opgeleid. Appelman ziet in het samenbrengen van deze twee onderwijsrichtingen een unieke kans voor Fle-

voland, die ook uitstekend past in het realiseren van een evenwichtige samenleving in Flevoland en bijdraagt aan het realiseren van de noodzakelijke kennis die nodig is voor de groeiende werkgelegenheid in onze provincie. Almere kenmerkt die door een jonge beroepsbevolking van hoge diversiteit. “Het zijn over het algemeen heel ondernemende mensen die werkzaam zijn bijvoorbeeld in de snelgroeiende digitale dienstverlening”, zegt hij.

“Ik voorzie dat de digitale economie ook in Almere een grote vlucht zal nemen. Door die nieuwe economie zie ik vergroening en verduurzaming als rode draden. Dit zijn de thema’s waarin Flevoland goed gepositioneerd is en een grote rol kan gaan spelen. In de sector Agrofood doen we dat al – vandaar dat die kennishub zo belangrijk is. Kijk naar wat er in Noordoostpolder allemaal plaatsvindt op het terrein van smart farming, ofwel de ontwikkeling van de efficiënte, hoogproductieve landbouw met minimale milieu impact. En kijk naar Urk. De Maritieme Campus ROC Friese Poort, die een belangrijke onderwijsschakel is bij de verduurzaming van de IJsselmeervisserij.” Aan de Maritieme Campus is sinds enige tijd Geert Hoekstra als practor werkzaam. Hij is wetenschapper verbonden aan de Universiteit van Wageningen. Zijn belangrijkste taak is om het praktische onderzoek te stimuleren opdat de studenten de praktijk herkennen in hun onderwijs. Maar hij haalt ook vragen op bij het bedrijfsleven, gemeenten en provincie,

zodat er een helder beeld ontstaat welke toekomstige werknemers we nodig hebben. Appelman: “En dat speelt het Regionaal Werkbedrijf Flevoland (RWF) weer in de kaart. Het RWF is de sociaal economische samenwerking van lokale overheden, werkgevers- en werknemersorganisaties en het onderwijs op het vlak van de arbeidsmarkt. Hier worden veel initiatieven genomen zoals bijvoorbeeld de sectortafels om in de kraptesectoren Techniek, Zorg & Welzijn en Transport & Logistiek die een goed beeld te krijgen van de specifieke arbeidsmarktissues en hoe deze vanuit overschotsectoren kunnen worden opgelost. En als je dan de sector Transport & Logistiek er uitlicht, dan zie je het unieke profiel van de logistieke hotspot Almere-Zeewolde-Lelystad wat betreft de multimodale bereikbaarheid over het spoor, het water en de weg.”

Ook in deze sector speelt het onderwijs een zeer belangrijke rol bij de verdere realisatie van smart logistics, die gericht is op talentontwikkeling, verduurzaming en digitalisering. Data en de verwerking ervan spelen een steeds belangrijkere rol in de economische ontwikkeling. Het verzamelen en delen van logistieke- en mobiliteitsdata maken het mobiliteitssysteem efficienter en duurzamer.

Appelman zegt dat overal in de samenleving en in de economie de digitalisering in toenemende mate een belangrijke rol speelt. Hij wijst erop dat de goede digitale verbindingen en de beschikbaarheid van datacentra (80% van de Teamsmeetings loopt via het datacentrum van Microsoft in Middenmeer) in belangrijke mate ertoe bijgedragen hebben dat tijdens de lockdowns in de coronacrisis de economie draaiende kon worden gehouden. Appelman: “Mede daardoor en dankzij de overheidssteun aan het bedrijfsleven is ons land qua economie redelijk goed door coronacrisis heen gekomen. En natuurlijk zijn er ook bedrijven door de crisis en de nasleep in de problemen gekomen of dreigen zij alsnog in zwaar weer terecht te komen. We hebben vanuit de provincie dan ook extra ingezet om met name het kleine mkb dat hierdoor getroffen kan worden te helpen.

“Onze voorgangers de Rijksdienst IJsselmeerpolders en de Dienst Zuiderzeewerken hebben heel planmatig nagedacht en gewerkt. Niet alleen over hoe de inpoldering en de inrichting gerealiseerd moest worden, maar ook over wat voor samenleving er moest komen.”

PastBaangericht is de naam van de samenwerking van gemeente Almere, UWV en uitzendorganisatie Randstad. Door onze krachten te bundelen bieden wij creëren wij kansen voor zowel de werkzoekenden als de werkgevers in Almere. Ons doel is vraag en aanbod bij elkaar brengen in een dynamische arbeidsmarkt. Wij adviseren over (financiële) regelingen, maken de juiste match en zorgen waar nodig voor begeleiding op de werkvloer. Werkgevers en werkzoekenden kunnen daarbij een beroep doen op professionele adviseurs met ruime ervaring op het gebied van arbeidsbemiddeling, ook waar het specifieke doelgroepen betreft. Onze adviseurs hebben daarnaast kennis van uw branche en denken graag met u mee over de kansen en mogelijkheden. Wij kijken uit naar de samenwerking!

Baangericht

Stadhuisplein 1

1315HR Almere

baangericht@almere.nl

Speciaal voor dat doel is het MKB Schakelteam opgezet. Gefinancierd uit de MKB Deal kunnen kleine mkb’ers met 2 tot 10 werknemers rekenen op gratis advies van onafhankelijke professionals, antwoord geven op de vele vragen waar zij mee zitten. Bovendien worden deze mkb’ers wegwijs gemaakt in de vele regelingen en subsidies die er voor hen

Het Europees Herstelfonds

Onlangs is door het ministerie van Financiën een conceptplan aangeboden aan de Tweede kamer voor de Europese Herstel- en Veerkrachtfaciliteit (HVF). Nederland mag naar verwachting aanspraak maken op ongeveer € 4,7 miljard uit dit fonds en heeft als enige lidstaat nog geen plan ingediend.

Het Nederlandse plan moet aan verschillende Europese eisen voldoen. Zo moeten de plannen aansluiten op de land specifieke aanbevelingen van de Europese Commissie en de 6 Herstel en Veerkrachtpijlers. Ook moet 37% van de uitgaven klimaatgerelateerd zijn en 20% van de uitgaven gericht zijn op de digitale transitie. Het kabinet wil het geld onder andere gebruiken om de uitstoot van stikstof te beperken voor zowel de bouw van nieuwe huizen als voor natuurherstel. Ook gaat er geïnvesteerd worden in digitalisering. Er zijn bijvoorbeeld plannen voor het versterken van de digitale vaardigheden van de Nederlandse beroepsbevolking. Een aantal van de conceptvoorstellen raken medeoverheden. Dit zijn voorstellen rondom mobiliteit, natuur, landbouw, energietransitie, onderwijs en reskilling, digitalisering en wonen.

De omvang van dit conceptplan is met 7,7 miljard bewust hoger ingezet, zodat dit ruimte biedt om in het defi nitieve plan accenten aan te leggen.

Deze accenten worden opgehaald

zijn.” De energietransitie biedt daarbij kansen en mogelijkheden. Er zijn mensen nodig waardoor de knelpunten op de arbeidsmarkt deels opgelost kunnen worden, maar er moet wel veel voor gebeuren. Er zal fors geïnvesteerd worden in technologie, innovatie en scholing. Appelman: “Met het programma Energie in Balans zetten we in op duurzame ener-

door het starten van een breed consultatieproces, onder meer bij de medeoverheden. VNG en IPO hebben nadrukkelijk aangegeven constructief betrokken te willen zijn. In juni 2022 wordt naar verwachting de fi nale conceptversie aangeboden aan de Kamer.

Europese structuur en investeringsfondsen

De Europese Commissie stelt elke 7 jaar geld beschikbaar voor de economie van de EU-lidstaten via fondsen zoals het Europees Fonds voor Regionale ontwikkeling (EFRO) en de subsidieregeling Interreg.

Met deze beschikbaar gestelde middelen wil de Europese Commissie:

• kleine en middelgrote bedrijven stimuleren om met innovatie hun concurrentiepositie te verbeteren;

• een milieuvriendelijke economie stimuleren die zuinig omgaat met hulpbronnen als water en olie;

• het aantal mensen met een betaalde baan vergroten.

Kansen voor West III

Flevoland participeert vanaf 2007 in het Europese programma “Kansen voor West”. Dit is een economisch stimuleringsprogramma voor regionale ontwikkeling dat wordt gefi nancierd uit het Europees Fonds voor regionale Ontwikkeling (EFRO).

Het programma bestaat uit een samenwerking tussen de 4 randstadprovincies Noord Holland, Zuid-Holland, Utrecht en Flevoland en de vier grote steden Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht.

In vervolg op de succesvolle Kan-

gie. Met wind en zon alleen is het grillig balanseren, daarom richten wij ons ook op bedrijven die met batterijenopslag bezig zijn of waterstof inzetten als energiebuffer. Er lopen al tal van initiatieven. De kunst is om het allemaal bij elkaar te krijgen en de schaalgrootte te realiseren die we nodig hebben om er een succes van te maken.”

sen Voor West programma’s, resp. 2007-2013 en 2014-2020, participeert Flevoland ook in de derde periode 2021-2027 en kan de provincie opnieuw gebruik maken van de aan haar toegewezen EFRO middelen. De strategie voor dit programma is missiegedreven en sluit aan op het nationale- en Europese innovatiebeleid dat gericht is op een slimme economische transformatie. Kernelementen zijn daarbij het verder doorontwikkelen en implementeren van sleuteltechnologieen, digitalisering en snellere toepassing van AI in processen, alsmede het opschalen van het MKB en ontwikkeling van menselijk kapitaal op alle niveaus voor de transitie.

Om in aanmerking te komen voor deze middelen is een eerste vereiste het opstellen van een operationeel programma. Deze is inmiddels ter goedkeuring voorgelegd. Een tweede vereiste is het sluiten van een samenwerkingsovereenkomst tussen alle partners en de Management Autoriteit.

In het samenwerkingsconvenant worden afspraken opgenomen over de toegekende EFRO-bijdrage en Rijkscofi nanciering per partner. Voor Flevoland gaat dat dan om resp. 22,8 miljoen en 5 miljoen euro. Vanaf de eerste openstelling van het programma op 1 juni 2022 kunnen potentiële aanvragers een beroep doen op de aan Flevoland toegekende bedragen. Het maximale subsidiepercentage is 60%; de resterende fi nanciering dient de aanvrager zelf, dan wel privaat, dan wel publiek te regelen.

Kenmerk Almere:

Economische kracht

Almere is economisch goed door de coronacrisis gekomen. Het aantal arbeidsplaatsen is in de periode 2017-2021 zelfs flink gegroeid. Vier jaar terug stond de teller op 80.000 arbeidsplaatsen. Thans is de 90.000 gepasseerd. Ofwel een groei van zowat de omvang van de werkgelegenheid van een plaats als Zeewolde. De komende decennia komen er nog meer bij. Wethouder Maaike Veeningen legt uit en geeft haar visie op de economische ontwikkeling van Almere.

Tekst: Cees Steijger Beeld: Maarten Feenstra

Maaike Veeningen Wethouder Economische Zaken

Maaike Veeningen is een drukbezet wethouder. Dat kan ook niet anders in de achtste stad van ons land met een economie die booming is. En de bestuurlijke economische agenda liegt er niet om. Want niet alleen de werkgelegenheid en het vestigingsbeleid behoort tot haar portefeuille, maar ook het grondbeleid, de ruimtelijke ontwikkeling, de regionale samenwerking en de internationale betrekkingen. En niet te vergeten recreatie en toerisme, de revitalisering van de bedrijven terreinen en de aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt. En dan ook nog de trits markt, vastgoed en vergunningenbeleid. Geen sinecure. En dan word je met zo’n volle agenda ook nog eens net als de rest van Nederland getroffen door de coronacrisis. “Maar na die lastige periode zien we alles nu gelukkig weer tot leven komen”, zegt wethouder Veeningen. “Wat ik zo bijzonder vind is dat Almere tijdens de coronacrisis is blijven groeien en dat zegt wel wat over de economische kracht van Almere en het ondernemerschap wat je hier aantreft. Niet dat iedereen het makkelijk had. Beslist niet; ook wij kennen ondernemers die het zwaar hebben gehad en nog moeite hebben om het hoofd boven water te houden. Overall werd er veel veerkracht getoond en kwamen ondernemers met nieuwe ideeën of gooiden het over een andere boeg,” Volgens Veeningen zijn bedrijven elkaar de laatste jaren ook beter gaan vinden. Toen Veeningen in 2018 wethouder werd ervoer ze de netwerken als vrij zwak, veel bedrijven kenden elkaar helemaal niet. “We zijn er aan gaan werken om te zorgen dat bedrijven elkaar leren kennen en elkaar weten te vinden. We deden dat rond onze speerpunten vraagstukken energietransitie en duurzaam bouwen.” De gemeente bracht relevante bedrijven in kansrijke sectoren bij elkaar op actuele onderwerpen. ICT-Tech bijvoorbeeld, waar de groeipotentie in Almere enorm is. Maar ook in de verduurzaming. Want in een tijd waarin heel veel gaat over klimaat ontstaan er volgens Veeningen ook talloze kansrijke uitdagingen. In transities is immers geld te verdienen en dat levert banen op. Er wordt daarbij door de gemeente nadrukkelijk gekeken waar behoefte aan is en wat er in het bedrijfsleven leeft. Dat kan dus ook betekenen dat het mbo/hbo-onderwijs in die netwerken wordt betrokken om bijvoorbeeld samen te werken aan de personeelstekorten in bepaalde sectoren. “Binnen de ICT-Tech bieden mensen de mogelijkheid om zich te laten om- of bijscholen zodat ze in deze sector kunnen instromen. We boeken daar al goede resultaten mee, we leren er ook veel van, waardoor we de programma’s steeds beter kunnen maken.” Het legt Almere geen windeieren. Economisch gezien staat Almere er goed voor. Het economische profiel kristalliseert zich steeds zichtbaarder uit. ICT, digitalisering en duurzaam zijn de kernbegrippen daarin. Er is een gezonde arbeidsmarkt, er is ruimte en er zijn prima verbindingen. Er is in Almere ruimte om te experimenten en last but not least: Almere is steeds meer in trek als studentenstad. Er komst zelfs een Campus in het centrum waarvoor de onderwijsinstellingen Hogeschool Windesheim, Aeres Hogeschool, Universiteit van Amsterdam en Vrije Universiteit en studentenhuisvester DUWO de handen ineen geslagen hebben. In de binnenstad nabij het Flevoziekenhuis komen 1250 studentenwoningen, een onderwijsgebouw en een publieke parkeergarage. Volgend jaar gaat de bouw beginnen. Dit alles maakt Almere een vestigingsplaats bij uitstek. De toegenomen belangstelling voor Almere als vestigingsplaats heeft ook direct gevolgen voor de werkgelegenheid. Deze heeft de afgelopen vier jaar een grote sprong voorwaarts gemaakt, zegt Veeningen niet zonder trots: “Maar onze ambities gaan veel verder”, verklapt zij “er is meer werk aan de winkel. Dat realiseren we niet van vandaag op morgen. We zijn afhankelijk van vele factoren, maar de komende decennia willen we echt nog 35.0000 banen extra realiseren in Almere - en dat gaat lukken! Almere gaat groeien naar zo’n 325.000 inwoners dus die extra 35.000 banen passen ook bij de ambitie van Almere qua groei van de stad”, zegt Veeningen vastberaden.

‘We gaan 35.000 extra banen realiseren’

Niets houdt ons tegen.

Een wedstrijd win je niet alleen tijdens de wedstrijd. Een wedstrijd win je in het krachthonk, op het trainingsveld na de training en in de kleedkamer met elkaar. Die win je door elkaar overeind te helpen, door te blijven rennen in de regen. Door op je 15de uit huis te gaan omdat je beter wil worden. Door negatieve pers weg te lachen. Door de pijn van blessures te verbijten en ijskoude ijsbaden te nemen. Door niet naast je kicksen te lopen na een overwinning. Door na een nederlaag door te gaan, omdat je een duidelijk doel voor ogen hebt. Een wedstrijd win je door je door niets en niemand tegen te laten houden.

Trotse hoofdsponsor van de OranjeLeeuwinnen

Henri Meidam

Woningbouw 2020-2050

Als waarnemend burgemeester van Lelystad maakte Henry Meijdam in 2020 de discussie over de schaalsprong van Flevoland van nabij mee. Net zoals de totstandkoming van het Lelystad Next Level programma, waarin de groeiambitie van Lelystad staat verwoord. Het aantal woningen zal tot 2050 met 40.000 toenemen. Op het moment heeft de gemeente 80.000 inwoners. Bij een gemiddelde gezinsgrootte van 2,3 personen zou met de bouwplannen het inwoneraantal verdubbelen tot zeker 160.000. Lelystad is niet de enige gemeente in Flevoland die zal groeien. Het grootste aantal woningen zal in Almere worden gerealiseerd. Daar komen er naar verwachting 54.500 bij. Ook het dorp Zeewolde laat zich niet onbetuigd, daar worden tot 2050 11.000 woningen gebouwd, waarmee het dorp wat inwoners betreft net als Lelystad ruimschoots in omvang verdubbelt. Dat zijn flinke opgaven waar vanzelfsprekend consequenties voor de leefomgeving aan verbonden zijn. Met Henry Meijdam gaan wij daarover in gesprek.

De lunchafspraak bij Boer Kok in Lelystad kon helaas niet doorgaan. “We zijn vandaag gesloten”, verontschuldigt eigenaresse Wilma Flantua zich. Er is zo’n groot tekort aan personeel dat het restaurant op deze zonnige door-de-weekse-dag restaurant en terras gesloten moet houden. Het een bijzondere ervaring, juist op de dag dat het CBS het nieuws naar buiten bracht over de gespannen arbeidsmarkt. Er staan bij alle bedrijfstakken veel vacatures open. Na een krimp in het vierde kwartaal van 2021 groeide het aantal vacatures met 15.000 het hardst in de horeca. Mensen zijn er nauwelijks te krijgen. Teleurgesteld stelt Henry Meijdam direct De Rede in Lelystad-Haven als alternatief voor; als oud-burgemeester weet hij de weg in ‘zijn’ Lelystad. Hij vindt het zichtbaar fijn om weer een keer terug te zijn. Meijdam vertelt trots over de interim-periode in de provinciehoofdstad en betrapt zichzelf erop dat hij nog steeds in de ‘wij’-vorm spreekt. Zijn kenmerkende opgewekte, positieve houding heeft niet ingeboet, net zomin als zijn openhartige mening over heikele onderwerpen. “Kijk nou wat er op Schiphol allemaal gebeurt. Dat loopt daar volledig vast, en niet alleen wegens een tekort aan personeel. Wat mij betreft gaat Lelystad Airport direct open. Dat had allang gemoeten, maar de noodzaak is er nu temeer.” Zo! We zitten nauwelijks of het gesprek gaat over de meest actuele onderwerpen waar we in Lelystad en Flevoland mee bezig zijn: Floriade (“Prachtige ontwikkeling”); Lelylijn (“Prima ontsluiting van het noorden”).

Verdubbeling

11.000 ~40.000 ~54.500

Maar de reden van ons gesprek is de schaalsprong. Meijdam die na zijn burgemeesterschap partner werd bij adviesbureau NieuwBeeld, waar hij zich toelegt op vraagstukken op het snijvlak tussen bedrijfsleven en openbaar bestuur, gaat er eens goed voor zitten: ”Voor Lelystad is dit gigantisch. Dat is een verdubbeling van de stad, ongekende grootheden. Het betekent dat je echt moet nadenken over hoe de stad is gebouwd, hoe zit de infrastructuur in elkaar, hoe zit het met het voorzieningenpeil en hoe krijg je dat straks op orde als de stad twee keer zo groot wordt? Lelystad heeft de afgelopen decennia vrijwel continue tegen de stroom in, hard geknokt om de problemen uit het verleden tot rust te brengen en gezorgd dat er weer gemeenschapsgevoel en samenhang is ontstaan. De stad heeft nu een balans gevonden. Vandaar dat je nu bij deze enorme schaalsprong goed moet gaan nadenken over het sociaal-culturele weefsel van de stad.” Eén van de belangrijkste en sterkste kanten van Lelystad is de natuur en staat om die reden niet voor niets bekend als de ‘Hoofdstad van de Nieuwe Natuur’. En er is ruimte. Die unieke combinatie draagt ertoe bij dat je naar de wensen van de consument kunt bouwen. Meijdam: “In heel Nederland zie je de verdichting en daar heb ik twijfels over omdat het volgens mij maar voor een zeer beperkt deel aansluit bij de behoeftes van mensen. En ja, we moeten zuinig omgaan met de beschikbare ruimte. Maar reken even met mij mee: als we 1 miljoen woningen in Nederland realiseren, daarvoor is ongeveer 30.000 hectare bouwgrond nodig, ofwel de oppervlakte van de gemeente Wieringermeer en dat dan uitgesmeerd over heel Nederland. De discussie gaat volgens mij dan ook niet over ruimte, maar over de inpassing in het landschap, architectonische kwaliteit

Een schaalsprong zoals hier in Flevoland en het bouwen van een gemeenschap, dat is geen feestje van de overheid maar van de samenleving!

Zeewolde Lelystad Almere

en ontsluiting ervan. Slechts 16% van ons land voor woningbouw wordt gebruikt, de rest is landbouwgrond en natuur. En als we ons dan beseffen dat als gevolg van de stikstofcrisis het niet valt uit te sluiten dat er grote arealen landbouwgrond beschikbaar komen waarvoor wij niet de middelen hebben om ze allemaal als natuur in te richten. Dat stelt ons in staat om tegemoet te komen aan het menselijke verlangen om plezierig te wonen. Vanzelfsprekend moeten we zuinig omgaan met de ruimte waar liefhebbers van de natuurlijke omgeving voor pleiten. In Lelystad is de verbinding tussen mens en natuur geslaagd. Het is het tastbare bewijs dat dit geen loze beloften zijn geweest.”

Kwaliteit

Voor de nationale ambitie om tot 2030 één miljoen woningen te bouwen is Flevoland heel belangrijk, hier is de ruimte die elders juist zo beperkt is. En we hoeven ook niet veel tijd te besteden aan lange procedures. We kunnen vrijwel direct aan de slag in Flevoland. Jan de Reus die als gedeputeerde verantwoordelijk is voor de nieuwbouwambities gaf eerder aan dat er veel plekken zijn die in het verleden al zijn aangewezen als bouwlocaties. Volgens De Reus kunnen we daar snel aan de slag. “Daarbij moeten wij er voor waken dat we kwantiteit boven kwaliteit gaan stellen. We hebben via de woningbouwcorporaties in Nederland sinds het begin van de vorige eeuw een prachtige traditie opgebouwd van het op hoogwaardige wijze bouwen voor mensen met een smalle beurs. We mogen niet afzien van de kwaliteitseisen die we in het verleden wel stelden. In mijn visie horen mensen niet de sluitpost van planologische beschouwingen te zijn. Ik word boos wanneer we, onder het mom van zuinig ruimtegebruik doorslaan en in de sociale sector starterswoningen aanbieden van slechts 40 m2. Dat was vroeger volgens mij een flinke studentenkamer, tegenwoordig heet dat een studio à raison voor….., maar liefst 320.000 euro! Mijn kernpunt is dat we ons moeten richten op de behoeftes van toekomstige bewoners. Begrijp mij goed daarin is plaats voor tiny houses, maar dat mag in de sociale sec-

tor niet de norm gaan worden. Mensen met een smalle beurs willen ook graag een huis met een tuintje” Meijdam geeft aan dat de schaalsprong hand in hand moet gaan met het bouwen van een samenleving. Voor wat betreft het tempo en de locatie doet Flevoland er volgens hem goed aan om tweejaarlijks woningbehoefte onderzoek te doen, waardoor de gewenste variëteit die aansluit bij de behoefte ontstaat. Meijdam is overtuigd: “Je giet het aantal en wanneer het klaar moet zijn weliswaar in beton, maar de invulling, programma en woontypes, moet flexibel, zijn en meeveren met de samenleving. Dan krijg je ook wijken die beantwoorden aan het gevoel van mensen, zodat zij langdurig op die plek kunnen blijven wonen louter omdat zij zich er thuisvoelen en wordt een stad méér dan een verzameling woningen. Dat soort wijken moet er niet alleen in Lelystad komen, maar in alle gemeenten van Flevoland waar de komende decennia flink gebouwd gaat worden.”

Er moet nog wel wat gebeuren Meijdam is eerlijk en geeft toe dat er in Lelystad qua voorzieningen en cultureel dan nog wel wat moet gebeuren. Ook kampt Lelystad nog met de naweeën van de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw toen er van overheidswege gestimuleerd veel inwoners in Lelystad kwamen wonen die zich aan de onderkant van het inkomensgebouw bevonden wat tot een grote druk op de sociale voorzieningen leidde. Er is een neerwaartse spiraalbeweging ontstaan. De stad worstelde toen erg met haar zelfbewustzijn. In de periode 1990 tot nu is er veel verbeterd en is het besef gegroeid dat Lelystad er mag zijn en heel veel kwaliteit te bieden heeft, voor doorgaans minder geld. “Inmiddels is dat besef in de politiek ver doorgedrongen. Ik moet heel diep nadenken om één andere locatie te noemen waar zoveel kansen liggen om succesvol te worden. Het gaat erom nu de durf te hebben om die ontwikkeling met kracht voort te zetten en de inzet vol te houden, ook als je met tegenslagen te maken krijgt. Rustig doorlopen, vastberaden op het doel af en ondertussen beweeglijk blijven.”

Nimby

Meijdam is van mening dat er in alle Flevolandse gemeenten vooral veel oog moet zijn voor de verbinding tussen de bestaande bevolking en de nieuwe. Nimby effecten liggen snel op de loer, bij inwoners die in veel gevallen al decennia in de plaatsen wonen en er geworteld zijn. Meijdam: “Ik ben er een groot voorstander van om hen een actieve en betrokken rol te geven bij het ontwikkelen van ideeën. Zij moeten op een volwassen wijze participeren in de ontwikkelingen en het gemeentebestuur moet op een volwassen manier met hen in gesprek gaan. Ik zie nog steeds in veel gemeenten dat er gesproken wordt met de samenleving vanuit het perspectief ‘wij gaan het u uitleggen’, of ‘u heeft het nog niet helemaal goed begrepen’. Maar anno 2022 hebben we te maken met volwassenen met gezond verstand en die willen respectvol door de overheid bejegend worden.”

Geen feestje van de overheid

In dit verband biedt de nieuwe omgevingswet mogelijkheden, hoewel daarin de verantwoordelijkheden voor een belangrijk deel wel bij de ontwikkelaar worden neergelegd die het participatiemodel voor een groot deel moet vormgeven. Dat is op zich goed, want het staat dicht bij de mensen. Maar er zit ook een risico in waarschuwt Meijdam: “De goede niet te na gesproken, maar er zijn er ook die misschien te snel een vinkje plaatsen achter het gelopen proces. Een schaalsprong zoals hier in Flevoland en het bouwen van een gemeenschap, dat is geen feestje van de overheid maar van de samenleving! Vandaar dat ik een groot voorstander ben van moderne gebiedsontwikkeling waarbij de overheid, het maatschappelijk middenveld, onderwijs, het bedrijfsleven en de samenleving met elkaar samenwerken om al de genoemde aspecten in evenwicht te brengen. Op die manier kun je in de uitvoering gebruik maken van slimme ideeën, die er onder het bedrijfsleven en in de samenleving leven. Noem het de buitenboordmotor van het bevoegd gezag, die vanwege het draagvlak voor vaart zorgt”, zegt Meijdam tot besluit

Inclusief

Er zijn veel vacatures en toch staan er 50-plussers nog vaak langs de kant!

Tekst en beeld: Cees Steijger

Interview

“We mogen ons in de arbeidsmarktregio Flevoland gelukkig prijzen dat de gevolgen voor de werkgelegenheid ondanks de ernst en omvang van de coronacrisis beperkt zijn gebleven. Tot mijn genoegen constateer ik dat ook onder mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt de crisis aanvankelijk niet tot grote problemen heeft geleid. Het gaat om mensen van de sociale werkvoorziening, beschut werk en banenafspraak, die tot de risicogroep behoren. Voor hen is de structuur van werk, sociale controle en contacten extra belangrijk. Aan het begin van de crisis deed ik namens het Regionaal Werkbedrijf Flevoland (RWF) een beroep op de Flevolandse werkgevers om deze kwetsbare mensen zoveel mogelijk te ontzien en moedigde hen aan om zich voor hen te blijven inzetten. Ik kan niet anders zeggen dan: chapeau! Ik maak een diepe op buiging en Ik spreek mijn grote waardering uit over de Flevolandse werkgevers, die de afgelopen crisisperiode hard hebben gewerkt om de groep kwetsbare mensen aan het werk te houden. Mede dankzij de indrukwekkende inzet van de Flevolandse werkgevers heeft het coronavirus geen afbreuk gedaan aan het zorgvuldig opgebouwde inclusieve werkgeverschap in Flevoland. Met vreugde las ik de uitkomsten van de drie Ondernemerspanels die er tijdens de coronacrisis onder werkgevers zijn gehouden. Want daaruit bleek dat de bereidheid onder werkgevers om kwetsbare mensen ook in moeilijke tijden aan werk te helpen zelfs was toegenomen. Dat gegeven stemt mij optimistisch voor wat betreft de mogelijkheden en kansen die kwetsbare mensen krijgen nu de krapte op de arbeidsmarkt toeneemt. Speciaal om die krapte te beperken is het Regionaal Mobiliteitsteam Flevoland (RMT) van start gegaan. Het aantal openstaande vacatures in Flevoland blijft stijgen, met name in de technische, dienstverlenende en commerciële beroepen. Veel wijst erop dat de krapte nog wel enige tijd zal aanhouden.

Sociaal werkgeverschap

Aan de andere kant zien we dat bedrijven in de nasleep van de coronacrisis in financiële problemen komen. De KvK zegt dat er honderdduizenden ondernemers in de financiele problemen zitten en verwacht op basis van eigen onderzoek dat het aantal faillissementen flink gaat toenemen. De combinatie van twee jaar coronacrisis en daarna de oorlog in Oekraïne, met grondstoftekorten en stijgende energieprijzen, leiden volgens de KvK tot deze zorgen. Dat zal bij het mkb tot baanverlies leiden. Ik heb er vertrouwen in dat de gezamenlijkheid waarin door alle betrokken partijen binnen het RMT wordt gewerkt ertoe zal leiden dat werknemers uit de sectoren waar de banen onder druk komen te staan soepeler kunnen overstappen naar een andere sector waar juist krapte heerst. Zoals overal neemt bij veel Flevolandse werkgevers de behoefte aan personeel toe. Tegelijkertijd is er toenemende bewustwording dat ze voor de invulling van vacatures op een andere manier aan de slag moeten. Ik wijs onze werkgevers in dit verband op het beschikbare onbenutte potentieel, dat we nog onvoldoende benutten. Achtduizend Flevolanders zitten op dit moment thuis met een bijstandsuitkering. Ondermeer vanwege een beperking. Wist u dat er bijna tweeduizend werkfitte 50-plussers - met een uitkering van gemeente of UWV - op zoek zijn naar werk in de regio Flevoland? Er zijn veel vacatures en toch staan er 50-plussers nog vaak langs de kant! Terwijl zij een hele waardevolle aanvulling kunnen zijn in uw bedrijf. Oudere werkzoekenden willen over het algemeen heel graag werken! En ze brengen ervaring mee, zijn loyaal en niet vaker ziek dan andere medewerkers! Sociaal werkgeverschap lijkt een bijna voor de hand liggende oplossing voor personeelskrapte. Niet onbelangrijk: er zijn verschillende regelingen en mogelijkheden voor om-, her- en bijscholing, die het in dienst nemen van oudere werknemers interessant maken.”

Froukje de Jonge

Wethouder sociaal domein Almere Voorzitter Regionaal Werkbedrijf Flevoland (RWF)

lijkt een bijna voor de hand liggende oplossing voor personeelskrapte.

ONDERNEMEN IN HET GROEN

Binnenkort beschikbaar: kantoorvilla in Dronten

Aan De West in Dronten pronken vier prachtige, markante kantoorvilla’s in een oase van groen. In de zomer van 2023 wordt de vijfde en laatste villa opgeleverd. Met een ruimte van 900 m2 biedt het een professionele, duurzame én vooral inspirerende werkomgeving, waarbij de indeling en inrichting nog flexibel te bepalen is. Dit biedt de mogelijkheid om volledig mee te denken in de afbouw.

Interesse? Kijk op mac3park.nl/kantoorvilla of scan de QR code.

HARING PARTY

De Stichting Flevopenningen organiseert de 6e editie van de Flevolandse Haringparty in samenwerking met FlevolandWerkt! Noteer: 24 juni! Aanvang 16.00 uur – Batavia Werf, Oostvaardersdijk 01-13, 8242 PA Lelystad. De toegang is gratis. Aanmelden op:

Partners:

Samen met klanten bouwt ING aan gezond vastgoed.

Verduurzaming van vastgoed: voor mij is dat een prachtige combinatie van twee onderwerpen waar mijn hart ligt. Vastgoed, omdat de manier waarop Nederlanders wonen en werken zich reflecteert in de bebouwde omgeving. En duurzaamheid, omdat ik ervan overtuigd ben dat ‘evenwicht’ een noodzakelijke voorwaarde is voor een toekomstbestendig leven. Dat evenwicht uit zich op milieugebied in niet meer nemen van de aarde dan dat het geeft. Op andere gebieden, zoals je gezondheid is die balans tussen geven en nemen overigens ook van cruciaal belang… Terug naar het vastgoed. Met de enorm gestegen energieprijzen is het verduurzamen van onze gebouwen in Nederland nog meer een ‘hot topic’ geworden. Als je in de winter hard moet stoken om je kantoor of woning warm te krijgen voel je dat direct in je portemonnee. Niet alleen de gasprijs is trouwens sterk gestegen, ook de prijs per kilowattuur elektriciteit is veel hoger dan bijvoorbeeld een jaar geleden.

Des te meer reden om nog eens goed naar de verduurzaming van je pand te kijken. Niet alleen naar je woning, maar zeker ook naar je bedrijfspand. Of je dat pand nu zelf gebruikt of verhuurt. Investeringen in zonnepanelen, isolatie, warmtepomp, led-verlichting, etcetera hebben nu een stuk kortere terugverdientijd. ING heeft samen met de Universiteit Maastricht onderzocht dat ‘vergroening’ van vastgoed niet alleen geld kost, maar ook geld oplevert. Huurders kiezen namelijk liever voor duurzame panden en dat resulteert in een hogere markt- en huurwaarde, hogere transactieprijs en lagere leegstand van deze panden.

Wetgeving maakt verduurzamen noodzakelijk

Naast de economische en milieutechnische afwegingen is wetgeving ook een reden om je pand te verduurzamen. Voor kantoren groter dan 100m2 is het bijvoorbeeld al per 1 januari 2023 verplicht om minimaal label C te hebben. Indien het pand op dat moment nog label D of lager heeft, riskeer je als eigenaar een boete van maximaal 81.000 euro of zelfs sluiting van het pand wanneer je deze boete niet betaalt. De deadline van 1 januari komt snel dichterbij. Het is daarom tijd om in actie te komen.

ING wil duurzame vooruitgang voor iedereen

Om de aarde leefbaar te houden, werkt ING mee aan een duurzaam klimaat. ING wil duurzame vooruitgang voor iedereen. We willen onze klanten met het grootste gemak de juiste keuzes laten maken. Voor een duurzame wereld, maar ook voor hun financiële gezondheid. Op het gebied van vastgoed bieden we concrete hulp aan beleggers die nog panden hebben met een label D-G. Die hulp kan bijvoorbeeld komen in de vorm van een financiering voor 100% van de verduurzamingsmaatregelen of advies bij de verduurzaming. Of allebei natuurlijk. Omdat we het belangrijk vinden dat de bebouwde omgeving groen wordt. Het liefst conform het Klimaatakkoord. Het doel is uiteindelijk dat de bebouwde omgeving als geheel geen CO2 meer uitstoot.

Uitstoot compenseren door bomen te planten

De balans herstellen kan niet alleen door minder C02 uit te stoten, maar zeker ook door terug te geven aan de natuur. ING Real Estate Finance doet dat door een bos aan te leggen: het Vastgoedbos. In Nederland en Bolivia worden bomen geplant in samenwerking met Trees for All, een stichting die gespecialiseerd is in dergelijke projecten. De financiering komt van donateurs. Ook geeft ING elke klant bij een verlenging of nieuwe financiering de mogelijkheid om bij te dragen aan het Vastgoedbos middels een korting op de afsluitprovisie. Zo zorgen we samen met onze klanten niet alleen voor een beter klimaat, maar ook voor meer biodiversiteit en een gezonder leven.

Sophie Kraaijeveld is Sector Banker Real Estate bij ING Business Banking NL

“We staan in Flevoland voor een enorme opgave om 130.000 woningen te bouwen. Dat betekent ook dat er enkele honderdduizenden mensen bijkomen. En die mensen moeten ook ergens werken”, dat zegt Marco Smit, directeur van de ontwikkelingsmaatschappij Horizon.

Flevoland is de provincie van de vooruitgang. In Flevoland is ruimte om te pionieren en waar ondernemers hun dromen kunnen najagen en waar zij boven zichzelf kunnen uitstijgen. In Flevoland kunnen ondernemers groeien: in tijd en ruimte maar ook mentaal en fysiek. Horizon is de regionale ontwikkelingsmaatschappij van Flevoland en helpt het bedrijfsleven bij innoveren, groei en bij het verleggen van grenzen. Of dat nu persoonlijk groei betreft of wanneer er een fi nancieringsvraag ligt, bij Horizon kunnen ondernemers terecht als zij hulp nodig hebben bij het zetten van de volgende groeistap.

Extra werkgelegenheid

Marco Smit geeft leiding aan een team van zo’n veertig specialisten, accountmanagers, adviseurs en projectleiders. Tezamen werken zij aan een gunstig ondernemers- en investeringsklimaat in Flevoland. Smit weet dat de schaalsprong voor Flevoland een fl inke uitdaging betekent. Niet alleen wat de bouwopgave betreft, maar ook voor wat betreft de extra werkgelegenheid. Want, vraagt Smit zich hardop af: “Hoe voorkom je dat de nieuwe inwoners van Flevoland buiten de provincie gaan werken en er slaapsteden of slaapdorpen ontstaan?” Smit legt uit dat de komst van meer inwoners ertoe zal bijdragen dat de zogeheten stuwende werkgelegenheid zal groeien.“ Smit legt uit dat de komst van meer inwoners ertoe zal bijdragen dat de zogeheten niet-stuwende werkgelegenheid zal groeien. “Je hebt het dan over lokale bedrijvigheid in het verzorgingsgebied. Denk daarbij aan het lokale winkelaanbod en lokale dienstverlening. Waar we het van moeten hebben is de stuwende werkgelegenheid. Dat is bedrijvigheid gericht is op de regionale en (inter)nationale markt.”

Transities

Smit ziet de nieuwe bedrijvigheid in drie gebieden ontstaan: “Het zijn de transities waar we in Flevoland een versnelling in kunnen aanbrengen. Allereerst de voedseltransitie. Denk daarbij aan ontwikkelingen op het terrein van gezond voedsel, het terugdringen van het gebruik van bestrijdingsmiddelen en het stimuleren van de lokale afzet. Dan hebben we de materialen transitie, de circulaire economie. Hier houdt men zich bezig

met de vraagstukken hoe we ervoor kunnen zorgen dat we geen afval meer hebben en (rest)materialen een tweede leven kunnen krijgen of elders – biobased - verwerkt kunnen worden. De derde transitie is die van energie.”

Kansen voor waterstof

Volgens Smit heeft Flevoland de kans om de energieopslagprovincie van Nederland te worden. Hij vertelt: “We hebben hier veel windenergie ter beschikking. Die energie kunnen we opslaan in grote batterijen en we kunnen er waterstof mee opwekken. Ik verwacht dat waterstof een grote gamechanger gaat worden. Denk bijvoorbeeld aan de mogelijkheid van elektrisch vliegen met waterstof als energiebron!” Smit ziet daarbij voor het Smart Mobility Center in Marknesse een kans. Ook zal het nieuwe innovatieve bedrijven aantrekken, die er verder toe bijdragen dat Flevoland zich als energieprovincie kan positioneren en profi leren.

Het Ravelijn 50, 8233 BR Lelystad

+31 320 343100

info@horizonflevoland.nl @horizonflevo

linkedin.com/company/horizonflevoland

Horizon Flevoland

Marco Smit

KANDIDATEN 2022

NET ALS DE VOORGAANDE EDITIES KENT OOK DE EREGALERIJ VAN DE FLEVOPENNINGEN 2022 EXCELLENTE BEDRIJVEN UIT DE ZES FLEVOLANDSE

GEMEENTEN. OP 10 JUNI STRIJDEN ZIJ IN ALMERE OM DE PRESTIGIEUZE

FLEVOPENNING: ‘TOPONDERNEMING 2022’.

Zeewolde

Almere

Automobielrestauratiebedrijf Classic Mike wordt geleid door Mike Kastrop, die samen met zijn jonge team van het reviseren en restaureren van klassieke auto’s een bloeiende onderneming heeft gemaakt. Classic Mike staat in de branche van klassieke automobielen bekend om zijn uitzonderlijke kwaliteit, die Mike en zijn team van jonge mensen op een bijzondere, inclusieve wijze realiseert.

SenS Online Solutions is een full service online marketing bureau met hart voor stad en provincie. Van de 43 medewerkers is dan ook 90% woonachtig in Flevoland. Vanuit maatschappelijk oogpunt organiseert SenS veel evenementen en doet zijn inkopen bewust binnen de provincie.

SenS houdt zich bezig met het bouwen van websites, design en online marketing (SEO, SEA, Social Media en meer).

Ekris BMW en MINI is van origine een echt familiebedrijf. Opgericht in 1939 opende Ekris in 1957 zijn eerste garage in Scherpenzeel aan de Marktstraat. Ekris bestaat nu uit elf BMW en MINI vestigingen in Friesland, Midden Nederland en Limburg. Hier worden klanten dagelijks geholpen bij onderhoud, schadeherstel of het uitzoeken van een nieuwe en gebruikte droom BMW of MINI.

Winnaar 16e editie: Suplacon

Suplacon uit Emmeloord kreeg in 2020 de Flevopening Toponderneming uitgereikt door gedeputeerde Jan Nico Appelman. Suplacon is een innovatief bedrijf dat zich heeft gespecialiseerd in plaatwerking op maat. Het zet zich continu in op de ontwikkeling van haar medewerkers, een vergaande samenwerking tussen bedrijfsleven en techniekonderwijs en klanttevredenheid. Suplacon is sinds 1977 gespecialiseerd in plaatbewerking op maat, in kleine en middelgrote series. Suplacon is flexibel en levert maatwerk in zowel product als dienstverlening. Vanuit Emmeloord levert Suplacon elke week meer dan 900 verschillende producten aan ruim 400 klanten door heel Nederland.

Noordoostpolder

Kaasboerderij De Polderzoom is een familiebedrijf dat al meer dan honderd jaar bestaat en is sinds vijftig jaar is de familie Van Wees gevestigd aan de oostkant van Dronten, aan de N309 richting Elburg.

Op de Polderzoom wordt echte Boerenkaas van verse weidemelk gemaakt zonder toevoegingen en volgens traditioneel familierecept: een Europees erkend streekproduct!

Korf Vis

Voiceworks

www.voiceworks.com

www.korfvis.nl

Korf Vis is in 1985 opgericht door de zwagers Riekelt & Dirk Korf met als bedrijfsvoering het verwerken van platvis, en tot op de dag van vandaag is dat nog steeds de corebusiness.

Een kwalitatief goed product is zeer belangrijk voor Korf. Dit weet de innovatieve Urker visverwerker te garanderen door de keten zo klein en zo dicht mogelijk te houden.

Wie zich oriënteert op een nieuwe woning, bedrijfspand of een verbouwing kan daarbij wel wat expertise gebruiken. Onder het motto “Het gemak van complete service” neemt bouwbedrijf Bouw Totaal de klant stap voor stap mee in het realisatieproces. Welke materialen u het beste kunt gebruiken en hoe u tot een zo energieneutraal mogelijke keuze komt. Op die manier wordt de klant volledig ontzorgd.

Foto: Fotostudio Wierd

De Toppers

DE ZES KANDIDATEN VOOR DE TITEL: TOPONDERNEMING 2020

DE ZES KANDIDATEN VOOR DE TITEL: TOPONDERNEMING 2022 REPORTAGE

Volgens traditie bezoekt Flevopenningen Magazine de genomineerden voor een kort interview en het maken van foto’s. Dit keer begint onze rondreis in Zeewolde, bij Classic Mike. We spreken de eigenaar de dag nadat hij door de Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB) was benoemd tot Beste Praktijkopleider van Nederland. Hij was al Beste Praktijkopleider van 2022 in de sector mobiliteit, transport, logistiek en maritiem. Op zijn Wall of Fame met talloze internationale onderscheidingen hangen inmiddels ook –naast kwaliteitskeurmerk GroenGedaan! (3 x een tien) - het certificaat voor het halen van de hoogste trede op de landelijke Prestatieladder Socialer Ondernemen.

kneepjes van het restaureren, reviseren en herstellen van klassieke automobielen te leren.

A Girl, de wereldwijde organisatie die seksuele uitbuiting van minderjarige meisjes tegengaat.

Mike heeft namelijk vooral een passie voor inclusief werkgeverschap. Boven winst maken, is zijn doel om continuïteit te realiseren door met kansrijke jongeren te werken. Hij biedt hen een werkplek in zijn werkplaats waar zij hun mogelijkheden en talenten kunnen ontdekken, verder ontwikkelen en inzetten. De jongeren krijgen hier de kans om met plezier aan mooie historische projecten te werken en gelijktijdig – onder het oog van de meester – de fijne

In Almere bij SenS Online Solutions laat ook niets aan de verbeelding over. Ook hier ademt de sfeer succes uit. De beide broers Robin en Marcel Sluijter, de eigenaren van SenS, zijn druk in de weer. Overal op de tweede verdieping van Transistorweg 104 vinden gesprekken plaats. Het is er een komen en gaan van klanten, met wie besprekingen gevoerd worden over websites, sociale media campagne of een nieuwe webshop. Bij het prijswinnende full service marketingbureau wordt innovatie met hoofdletters geschreven. SenS scoorde in de lokale competitie voor ondernemer van het jaar ook hoog op ‘Maatschappelijke betrokkenheid Almere’. SenS deelt zijn succes met de samenleving. De betrokkenheid uit zich als hoofdsponsor van Almere City FC. Hoewel sportsponsoring vooral ook een marketinginstrument is, geldt dat niet voor de inzet van SenS voor de Voedselbank en een geslaagde Sinterklaasactie samen met Rotary Club Almere gericht op kinderen die opgroeien onder de armoedegrens. Daarnaast zet SenS zich in voor Free

Als we Lelystad naderen en de Larserdreef opdraaien wijzen talloze borden ons naar Ekris op industrieterrein Flevopoort, gelegen tussen de Lage Vaart en de A6. De imposante vestiging van Ekris BMW en Mini Flevoland kun je niet missen. We spreken er met vestigingsmanager Floris Kruijsifix en worden er gastvrij ontvangen. Dat is ook meteen het sterke punt van Ekris in Lelystad: die sterke focus op de klant en klanttevredenheid. Service is hier geen loos begrip. Vandaar dat Ekris investeerde in digitale innovatie en werd de Ekris Service Wallet ontwikkeld. Dit digitale paspoort bevat alle informatie over de auto. Hiermee wil Ekris een voorsprong creëren op de markt en grip op de zaken hebben. Iedere dag opnieuw probeert het team van Ekris in Flevoland – er werken 42 mensen - weer te verbeteren. Of het nu gaat om de wachttijden van de werkplaats te verkorten door permanent te investeren in de monteurs, of door het bieden van een gastvrije open atmosfeer in de zaak. Een bezoek aan Ekris wordt daardoor een beleving. De showroom heeft veel weg van een

Tekst en beeld: Cees Steijger

Robin (rechts) en Marcel Sluiter

Mike Kastrop en zijn team

Floris Kruijsifi x

Foto: Onno Blauw

Ieder genomineerd bedrijf wordt door de hoofdjury bezocht die bestaat uit: Jan-Nico Appelman – gedeputeerde voor Economische Zaken Flevoland en voorzitter Hoofdjury; Gezinus Knijp – ING MKB Oostelijk Flevoland; Helga Brenninkmeijer – namens VNO-NCW MKB Flevoland; Nasima el Bachiri – Flevolandse Zakenvrouw 2019; Gerard van der Guchte – account director Suplacon en TOPonderneming 2020

modern licht kantoor, met lounge area’s en vergaderruimten. En auto’s natuurlijk. De allerlaatste modellen van het premium merk BMW, de M3-serie en de veelbelovende i-Serie elektrische auto’s. En op deze locatie, waarmee Ekris heel Flevoland bedient, kun je vanzelfsprekend ook terecht voor de complete serie MINI in een eigen showroom. Er is ook een showroom voor de verkoop van gebruikte auto’s. Afgelopen jaar realiseerde Ekris Flevoland een van 10% bij de verkoop van gebruikte auto’s.

Op naar Dronten. Aan de N309 gelegen tussen Elburg en Dronten bevindt zich de Kaasboerderij De Polderzoom. Al meer dan 100 jaar werkt familie Van Wees gepassioneerd aan de lekkerste en ambachtelijke ‘Meshangerkaas’. Destijds gevestigd in het Noord-Hollandse Beemster, later in Aalsmeer en sinds 1970 aan de rand van de polder Oostelijk-Flevoland. Hier wordt de traditie voortgezet. Na Piet, Cor en Bart van Wees is Ard de vierde generatie die vol passie werkt aan de smaakvolle en ambachtelijke boerenkaas. We worden er allervriendelijks verwelkomd door de boerderijhond, die blij is dat er weer volk op het erf komt. De winkel is immers alleen op dinsdag en zaterdag geopend. Logisch ook want zoals Ard in de ontvangstruimte van de winkel vertelt, er lopen 170 koeien in het land. Kenmerkend aan De Polderzoom is dat de koeien in het weideseizoen buiten in de wei kunnen lopen. Ze grazen in het frisse en smaakvolle gras en produceren heerlijke verse melk. Elke dag wordt, nadat de koeien

in de vroege ochtend gemolken zijn, gestart met het kaasmaken. In de grote kaasbak wordt de verse melk volgens het traditionele familierecept bewerkt. En dat deze in de smaak valt blijkt wel uit de vele bezoekers tijdens de openingsdagen; vooral ook toeristen die in de zomermaanden op de Veluwe verblijven, weten de weg naar deze culinaire polderparel te vinden! We gaan naar de Noordoostpolder en stoppen eerst op Urk, bij Korf Vis op de Abbert. We spreken Jan Korf, een van de tweede generatie zonen van oprichters Riekelt en Dirk Korf, die in 1985 een fileerbedrijf begonnen. Hun doorbraak kwam in 2000 toen zij besloten een moderne fileermachine aan te schaffen, waardoor de productie verhoogd kon worden tegen minder loonkosten. Er volgde nog een tweede machine en daarmee werd uitbreiding en verbouwing ingeleid. Die kwamen er in 2010. Inmiddels voeren de vier zonen samen met Dirk (Riekelt is met pensioen) het bedrijf aan. Zij besloten tot de nieuwbouw aan de Abbert, waar zij in 2019 intrek namen. Op de Abbert is een prachtig pand neergezet – met in de gevel de bijzondere huidtekening van de schol verwerkt. In deze nieuwe vestiging kan Korf Vis alles zelf verwerken. In de imposante bespreekruimte, waarin een levensgrote reproductie van Rembrandts schilderij ‘Christus in de storm op het meer van Galilea’ domineert, legt Jan Korf uit dat de focus nog steeds

ligt. Zeker met de krimpende aanvoer van Noordzeevis worden er ook nieuwe kansen gezocht. Die ziet Jan buiten Urk en buiten Nederland. Ze zijn aandeelhouder in schepen die actief zijn in de Noordzeevisserij en de afzetmarkt wordt zo breed aangepakt. Bij Bouw Totaal in Emmeloord is de pioniersgeest goed te zien. Het bedrijf dat in een schuurtje begon is inmiddels uitgegroeid tot een full-service bouwbedrijf. Eigenlijk is het bedrijf één grote familie van veertig mensen; er wordt al ruim 15 jaar met een vast team gewerkt. Directielid Adriëtte Post-Simonse laat weten best trots te zijn op dat hechte team; er is praktisch

geen verloop van personeel. De reputatie is stevig, de lokale inbedding ook. En dat resulteert in een solide marktpositie. Een groot deel van de woningen in Emmelhage is gebouwd door BouwTotaal louter op basis van mond-tot-mond reclame.

Adriëtte vindt de Flevopenning TOPonderneming een verdienste is van het hele personeel want zonder hen had Bouw Totaal zijn stevige positie nooit bereikt. Wat de sleutel tot het succes is. Adriëtte somt het direct op: centraal staan de persoonlijke benadering en de woonwensen van onze klanten. Bouw Totaal denkt met elke klant mee over welke woning/verbouwing op dat moment maar ook naar de toekomst toe het beste bij hen past. Er zijn inmiddels 300 woningen gebouwd. Opmerkelijk daarbij: geen woning is identiek – dat komt omdat Bouw Totaal geen standaarden kent.

Adriëtte en Albert Post

Ard Van Wees

AMBASSADEURS

PARTICIPATIE

Roeptoeter’ het inclusieve werkgeverschap uit.

De naam dekt de lading! Besstrade in Lelystad is gespecialiseerd in het recyclen van PVC. Door de jaren heen hebben wij een sterke expertise opgebouwd op het gebeid van pvc-verwerking en de verschillende toepassingen van dit mooie materiaal. Elke vorm van uitval wordt als een uitdaging gezien en met continue toewijding en innovatie zoeken we naar pragmatische oplossingen om dit materiaal te verwerken of te hergebruiken. Het afgelopen jaar zijn er acht medewerkers aangenomen die de leeftijd van 50 jaar of ouder hadden. In totaal werken nu twaalf 50+ medewerkers op een medewerkersbestand van circa 25.

Efka Schoonmaakbedrijf zit in Emmeloord en is een schoonmaakbedrijf voor particuliere, bedrijven en/of instellingen in de regio Flevoland. Het bedrijf is opgericht in 1977 en bestaat dit jaar 45 jaar. Schoonmaakbedrijf Efka is een onderdeel van de Art groep.

In het schoonmaakbedrijf werken inmiddels vier werknemers via de WerkCorporatie en één werknemer heeft er een werkervaringsplek. Eén van de werknemers is ouder dan vijftig. Allen werken er naar volle tevredenheid. Hendrik Bakker staat aan het roer van zijn schoonmaakbedrijf en doet dit met veel liefde voor zijn werk en zijn werknemers. Hij geeft hen een kans om in zijn bedrijf te werken.

Econowind is een organisatie in Zeewolde en bestaat ruim zes jaar. Zij hebben een innovatief product ontwikkeld in de vorm van vleugels, die op grote schepen geplaatst kunnen worden om het verbruik van brandstof en de uitstoot van schadelijke stoffen in de scheepvaart drastisch terug te brengen. Econowind zet zich naast voor duurzaamheid ook volop in voor sociaal maatschappelijk betrokken ondernemen. Directeur Frank Nieuwenhuis is trots op het feit dat een door hem aangenomen kandidaat met een Wajong achtergrond begonnen is als basis medewerker en is nu doorgegroeid binnen het bedrijf tot teamleider. Nieuwenhuis is bereid om de werkplek en de werkzaamheden volledig aan de mogelijkheden van de werknemer aan te passen.

Zes bedrijven uit de zes Flevolandse gemeenten worden op het Flevopenningengala op 10 juni in Almere officieel tot Ambassadeur Participatie 2022 benoemd. Tezamen en om beurten dragen zij als ‘Participatie

Ivo Bresselsen en zijn dochter Kimm Besselsen

Hendrik Bakker

Frank Nieuwenhuis

Foto:

Jeff rey KorteMedia

Sinds 2016 werd er jaarlijks de Participatiepenning uitgereikt aan de Flevolandse werkgever die uitzonderlijke prestaties leverde in het kader van de Banenafspraak. De Participatiepenning is een initiatief van het Regionaal Werkbedrijf Flevoland (RWF) en is ontstaan in de tijd dat het samenwerkingsverband gericht was op de doelgroep Banenafspraak. De focus van het RWF is inmiddels verbreed naar de Inclusieve Arbeidsmarkt. Met de verbreding is er voor gekozen om het competitie-element te verlaten en voortaan, in plaats van het kiezen van een winnaar, jaarlijks de zes door hun gemeente voorgedragen werkgevers op grond van hun getoonde Sociaal Inclusief Werkgeverschap te benoemen tot Ambassadeur Participatie van de inclusieve arbeidsmarkt Flevoland.

Applifire uit Almere levert diensten en producten waarmee gebouwen en bouwwerken veiliger worden en voldoen aan de wet- en regelgeving die geldend is voor passieve bouwkundige brandpreventie. Applifire neemt de verantwoordelijkheid voor de effecten van haar bedrijfsactiviteiten serieus. Er worden bewuste keuzes gemaakt om een balans te bereiken tussen People, Planet en Profit. Eigenaar-directeur Ed Clarijs maakt geen onderscheid tussen verschillende doelgroepen. Applifire probeert werk toegankelijk te maken voor een ieder, hierin is men bereid aanpassingen door te voeren in zowel de functie als de werkomgeving.

Vele jaren produceerde Vierboer kozijnen, die hun weg vonden naar collega’s in de bouw. Sinds 2019 focust de onderneming zich op een totaalpakket; het produceren, leveren en monteren van aluminium kozijnen. Daartoe beschikt Vierboer over een eigen hoogwaardige productieruimte op industrieterrein De Kolk in Swifterbant. Vierboer profileert zich als ambassadeur in het kader van de arbeidsparticipatie door de deur altijd open te hebben voor mensen met afstand tot de arbeidsmarkt. In de visie van Vierboer is er altijd een plek voor iemand die de wil toont om te werken.

Vanaf 2015 opereert de supermarktwinkel onder de naam Jumbo Hofstee. Vanaf de start zet Jumbo zich in voor de inclusieve arbeidsmarkt. De werkgever kijkt niet naar de beperkingen, maar naar de mogelijkheden van mensen. Bedrijfsleider Dick Lucas staat open voor iedere medewerker. Daarin geloven hij oprecht dat iedereen een kans verdient binnen het bedrijf. Jumbo heeft een samenwerkingsverband met Philadelphia. Deze samenwerking geeft ruimte voor meerdere werknemers met een beperking tot de arbeidsmarkt op de werkvloer. Voor zijn inzet ontving Dick Lucas de Participatieprijs Urk 2022 uit handen van wethouder Nathanaël Middelkoop.

Ed Clarijs

Richard Boer

Dick Lucas (midden) met wethouder Nathanaël Middelkoop

INCLUSIEF WERKGEVERSCHAP

BessTrade uit Lelystad staat zeer open voor de doelgroep 50+ en heeft, met name in het afgelopen jaar, de daad bij het woord gevoegd. Zo hebben ze in 2021 voor maar liefst acht werkplekken 50+’ers aangenomen. Vier van hen kwamen via Werkbedrijf Lelystad bij BessTrade terecht. BessTrade ziet de 50+’ers als een verrijking voor het bedrijf. Met een beetje creativiteit in de bedrijfsvoering vegen ze alle vooroordelen (bijvoorbeeld: ‘Ze kunnen geen zwaar werk verrichten’) over deze doelgroep van tafel. “Deze mensen houden zich erg goed aan afspraken, zijn trouw en loyaal en zorgen voor continuïteit binnen het bedrijf”, zegt directeur Ivo Besselsen enthousiast. “Wij zien de meerwaarde van 50+’ers voor ons bedrijf en daarom hebben we ook dit jaar de deur wagenwijd open gezet voor deze doelgroep!”

Ivo’s dochter Kimm, die business development en duurzame projecten in haar portefeuille heeft, geeft aan dat er bij deze groep wel aandacht moet zijn voor de werkverdeling: “De werkuren bouwen wij

langzaam op zodat de medewerkers weer arbeidsritme kunnen opdoen. Daarbij kijken wij wat de medewerker kan en welke ervaring er wordt meegebracht. We zijn minder geïnteresseerd in eventuele ballast: “Het verleden is het verleden en de toekomst maak je hier.”

Schoonmaakbedrijf Efka is onderdeel van de Art groep. Efka Schoonmaakbedrijf zit in Emmeloord en is een schoonmaakbedrijf voor particulieren, bedrijven en/of instellingen in de regio Flevoland. Op inclusiviteit werkt het bedrijf nauw samen met het werkgeversservicepunt WerkCorporatie in Emmeloord. Binnen het bedrijf werkt een veelheid aan doelgroepen: er lopen taalstages, maar er zijn ook doelgroepregister kandidaten en jongeren vanuit het Pro/VSO; ouderen. Directeur Hendrik Bakker doet er veel aan om het werk geschikt te maken voor werknemers die daarvoor in aanmerking komen. Een werknemer met een productiviteit van 50% werkt het dubbelle aantal uren- heeft dus alle tijd en rust om het in haar eigen tempo te doen. Een andere werknemer is sociaal beperkt en is daarom op locaties aan het

werk, waar geen andere collega’s werken. Voor de nieuwkomers in Nederland wordt er snel onderzocht of de werknemer op arbeidscontract kan gaan werken- er wordt daarbij uiteraard gekeken naar de kwaliteit van de werknemer. Ella uit Polen is 50+ en heeft het reuze naar haar zin bij Efka. De Nederlandse taal is nog moeilijk voor haar. Gelukkig krijgt zij taalles via de WerkCorporatie, dus inmiddels begrijpt zij vrijwel alles. Ook het spreken krijgt ze onder de knie, zij het met een beetje hulp van Google Translate…

Econowind in Zeewolde is een sterk groeiend innovatief bedrijf dat zich richt op duurzaamheid en daarbij ook aan sociaal maatschappelijk betrokken ondernemen uitvoering geeft. Het bedrijf verwacht de komende periode sterk te groeien en wil ook in deze groei nadrukkelijk ruimte bieden aan kandidaten met een afstand tot de arbeidsmarkt. In eerdere bedrijven heeft deze werkgever ook altijd mogelijkheden gecreëerd voor klanten uit de doelgroep. En ook nu weer biedt directeur Frank Nieuwenhuis kansen aan oudere werkne-

Tekst en beeld Cees Steijger

‘Ongekend Talent’ - werkgevers die zich onderscheiden door 50+’ers kans op werk te bieden

Een deel van het team bij Besstrade

Ella uit Polen samen met Hendrik Bakker

Frank Nieuwenhuis

Om binnen het brede veld van Sociaal Inclusief Werkgeverschap accenten te kunnen leggen wordt jaarlijks, op basis van actuele maatschappelijke ontwikkelingen rondom de Flevolandse arbeidsmarkt, een specifiek thema verbonden aan de criteria voor de te selecteren Ambassadeurs. Voor 2022 is dat thema: ‘Ongekend Talent’ - werkgevers die zich onderscheiden door 50+’ers kans op werk te bieden.

Ambassadeurs Participatie 2022

mers. Er is een 50+ werknemer in dienst, die een tijdlang wegens omstandigheden thuis heeft gezeten en nu weer langzaam aan het arbeidsproces gaat deelnemen. Bij Econowind kan hij enkele uren per week aan slag. “We zitten in de startup met ons bedrijf en zijn dus gebaat bij enige flexibiliteit van onze werknemers”, zegt de sociaal ondernemer Frank Nieuwenhuis. “Zonodig passen we de werkzaamheden aan om de instroom makkelijker te maken. Op basis van de mogelijkheden van de werknemer passen we ook de werktijden aan.” Nieuwenhuis benadrukt de meerwaarde van sociaal ondernemen: ‘Oudere werknemers zijn bovendien ervaren en zeer gemotiveerd.”

Applifire in Almere gaat uit van de gedachte dat iedereen moet kunnen participeren binnen de arbeidsmarkt, ook kwetsbare mensen die een afstand tot de arbeidsmarkt hebben. “Wij proberen het werk voor iedereen toegankelijk te maken”, zegt directeur Ed Clarijs. Om dat te bereiken benadrukt Clarijs bereid te zijn aanpassingen door te voeren in zowel de functie als de werkomgeving. De samenstelling van het personeelsbestand bij Applifire is divers: van 50+ tot statushouders. Clarijs wil geen onderscheid maken tussen verschillende

doelgroepen, dat is niet inclusief vindt hij. Hij probeert daarom het werk toegankelijk te maken voor iedereen. Clarijs kijkt vooral naar het menselijke aspect. Ook personeel dat een steuntje in de rug nodig heeft kan in een fijne werksfeer werken en ook voor hen is er bij Applifire ruimte voor persoonlijke ontwikkeling.

Vanuit het doelgroepenregister heeft Vierboer in Swifterbant de afgelopen jaren diverse kandidaten de mogelijkheid en kans gegeven om binnen Vierboer te starten en zichzelf te ontwikkelen binnen het bedrijf. Zij werken op basis van een persoonsgerichte aanpak, er wordt geluisterd naar de kandidaten en gekeken waar eventuele uitdagingen liggen. Mede-eigenaar Richard Boer zegt: “ Samen met de werknemer (en interne jobcoach) gaan wij aan de slag om de werkplek zodanig in te richten dat de kwaliteiten van de kandidaat zo optimaal mogelijk benut worden.” Richard Boer toont zich betrokken sociaal werkgever die ook talent vanuit het doelgroepenregister een kans wil geven. Boer: “We hebben in de loop der jaren veel ervaring opgedaan bij het begeleiden van met name jongeren met een afstand tot de arbeidsmarkt. Ik kijk er naar uit om ook oudere werkzoekenden een kans te bieden.

Supermarkt Jumbo Hofstee op Urk zet zich flink in om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt een kans te geven binnen hun bedrijf. De supermarkt werkt daarbij samen met zorgverlener stichting Philadelphia. Hierdoor kunnen meerdere werknemers met een beperking, die moeilijk werk kunnen vinden, toch werken. Het werk dat speciale werknemers doen, komt redelijk overeen met het werk van hun collega’s. Filiaalmanager Dick Lucas vindt dat erg belangrijk: “Mensen met een beperking of een afstand moeten volledig mee kunnen doen in de maatschappij.” Momenteel zijn het zes medewerkers – die begeleid worden door Philadelphia - die af en toe meehelpen in de winkel. Ze helpen met vakkenvullen, schoonmaken en met werk achter de kassa. Daarnaast heeft de werkgever nauw contact met de accountmanager van Urk Werkt om te sparren over welke mogelijkheden er gecreëerd kunnen worden voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Lucas: “Wij willen ook nadrukkelijk ouderen een kans geven in de rol van gastheer of gastvrouw. Want zeker in de huidige tijd, ligt voor de groep ouderen het gevaar van eenzaamheid op de loer.”

Marcel (links) samen met Richard Boer

Enkele teamleden en rechts Jellina Romkes van Philadelphia

Mohammed met (rechts) Ed Clarijs

DE GEMEENTE URK WENST ALLE GENOMINEERDE ONDERNEMINGEN VEEL SUCCES!

SAMEN NAAR EEN DUURZAAM, INNOVATIEF EN BLOEIEND FLEVOLAND!

Port of Urk, bestaande uit een bedrijventerrein van 100 hectare en een maritieme servicehaven, is een gezamenlijke ontwikkeling van de gemeente Urk en de provincie Flevoland. Port of Urk is de volgende logische stap om de sterke internationale positie van Urk te verstevigen en de groeiambitie van ondernemers te faciliteren. Want op Urk zit de kennis, de innovatie en het werk.

Soms kun je als bedrijf of gemeente een frisse blik gebruiken. Een talentvolle, gemotiveerde student kan net dat verschil maken. Bijvoorbeeld via een Comakership waarbij studenten van hogeschool Windesheim een product of dienst opleveren. Studenten kunnen op deze wijze gericht ervaring opdoen en organisaties hebben toegang tot actuele, theoretische kennis. Een win-winsituatie voor alle betrokkenen.

Windesheim in Almere onderscheidt zich van andere hogescholen door het Comakershipmodel. Een Comaker is een specifieke opdracht voor een student, van en voor een organisatie. Resultaat is een dienst of product waar de opdrachtgever daadwerkelijk iets aan heeft. Comakerships lopen als een rode draad door alle opleidingen van Windesheim. Een draad die studenten, docenten en het werkveld in de regio met elkaar verbindt. Het is de plek waar theorie en praktijk op hbo-niveau samenkomen. Kees Stolwijk, directeur: “Het gaat over echte projecten bij echte bedrijven, niet een ‘meeloopstage’ dus. Bij ons gaan studenten al vroeg in hun opleiding een aantal dagen per week naar een opdrachtgever voor hun Comaker. Zo ontwikkelen ze al snel een professionele houding. Als ze afstuderen, zijn het zelfredzame, volwassen professionals met ervaring in het werkveld waar zij zich op richten. De voorbereiding op de beroepspraktijk is dankzij de Comakerships optimaal. Veel van onze studenten stromen vanuit hun Comakership door naar een baan bij hun opdrachtgever. Een Comakership is voor organisaties dus ook een goede investering in toekomstige medewerkers.”

Onder de indruk

De diensten en producten die de studenten leveren, passen bij de opleiding en het studiejaar. Van een internationale marktanalyse en een ontwerp voor straatverlichting tot een lessenreeks voor hoogbegaafde basisschoolleerlingen en de ontwikkeling van een duurzame autowasstraat. Kees Stolwijk: “Ik ben ervan onder de indruk van hoe de studenten het oppakken, heel serieus en met groot enthousiasme. En minstens zo belangrijk: ze helpen hun opdrachtgever aan een concrete oplossing voor hun vraagstukken. De toppers uit het hbo-onderwijs in Flevoland maken jaarlijks kans op de Flevopenning voor Beste Praktijkopdracht. Een prestigieuze prijs die tijdens het Flevopenningengala uitgereikt wordt aan het meest innovatieve, ondernemende of impactvolle project.”

Wat kunnen Comakers voor u betekenen?

Valiant Beekes was één van de gelukkige winnaars van de Flevopenning. In zijn derde jaar bedacht hij filters waarmee de dikke oliemist in de fabriekshal verholpen werd. Na grondig meten en testen, ontwikkelde Valiant filters die op de machines geplaatst konden worden. Een duurzame oplossing die veel invloed had op de medewerkers en het bedrijf. Valiant: “Je probeert het goed te doen en je beste beentje voor te zetten tijdens een Comakership. Het is heel leuk als je daar op deze wijze erkenning voor krijgt.” Valiant mocht bij Gebrema blijven. “Tijdens mijn afstuderen onderzocht ik of de machines verbonden konden worden met internet. Inmiddels lopen alle medewerkers rond met een iPad en zijn er apps ontwikkeld waarmee we meer inzicht hebben in de machine-instellingen. Naast deze digitaliseringsslag verduurzaamden we het gebouw. Zo staan er nu 1400 zonnepanelen op het dak en vervingen we industriële lampen door ledlampen. Bovendien begeleid ik tegenwoordig studenten die hier hun Comakership doen. Nog genoeg te doen dus!”

Wilt u meer weten over de mogelijkheden van het Comakership binnen uw bedrijf of organisatie?

Kijk op samenwerkenmetwindesheim.nl/almere.

Kees Stolwijk

FLEVOPENNING

KANDIDATEN WINDESHEIM

Engineeringstudenten bedachten innovatief wasstraatconcept.

COMAKERSHIPS

DRIE WINDESHEIM COMAKERSHIPS KOMEN IN AANMERKING VOOR DE FLEVOPENNING ‘BESTE COMAKERSHIP 2022’.

Met een beetje geluk gaat het innovatieve wasstraatconcept van de Windesheim studenten Fabio Groen, Lise van Oosterhoudt en Maurice van Veen volgens hun begeleider dé nieuwe standaard worden voor geautomatiseerde wasstraten. De derdejaars Engineeringstudenten gingen voor hun baanbrekende en duurzame oplossing terug naar de basis en zochten het antwoord op de vraag “hoe zorg je voor een schone auto”. Daarbij zetten zij alle bestaande systemen en ideeën van zich af en kwamen zij onbelemmerd met allerlei creatieve oplossingen. Na het nodige onderzoek en praktijkwerk, het bedenken van tijdrovende concepten, vele besprekingen,

schetsen en het weer uitwerken van nieuwe ideeën mag het eindresultaat er zijn. Hun modulaire wasstraat - Omni genaamd - bestaat uit robots, een waterzuiverende plantenmuur en een zelfrijdend platform.

Het grensverleggende Omni-concept is modulair van opbouw. Er wordt gebruik gemaakt van geavanceerde 3D scanners. Ook is het systeem duurzaam en efficiënt, er wordt effectief met water omgegaan en middels biologische reiniging via een plantenmuur hoeft er geen drinkwater toegevoegd te worden. De robotarmen maken het af en zorgen dat het hele wasproces automatisch en snel gaat. Het concept van de drie Almeerse studenten is enthousi-

ast door ACE Carwash Systems uit Weesp ontvangen. Bij ACE Carwash systems, dat wasstraten op topniveau bouwt voor de Benelux, deden de drie Engineeringstudenten hun Comaker. Er moeten nog veel aspecten verder uitgewerkt worden, de implementatie ervan zal op advies van de studenten één voor één plaatsvinden. Het onderdeel van de waterzuiverende plantenmuur is in testopstelling in oktober verleden jaar al gebouwd door Lise op locatie in Schiedam. De drie studenten zijn door ACE Carwash Systems uitgenodigd om na hun studie samen nog eens verder te kijken naar de toekomst van het veelbelovende Omni-concept.

Tekst en beeld: Cees Steijger

V.l.n.r: Fabio Groen, Lise van Oosterhoudt en Maurice van Veen

Het was Noa op ten Berg’s wens om af te studeren bij een

langetermijnverplichtingen uitgehaald moet worden. Door de overname van diverse

gen om de verschillende portefeuilles samen te voegen tot op tafel kwam was: “hoeveel kost één enkele polis?”. Er

de en analyseerde veel gegevens uit een uitdraai van alle

nam hij zorgvuldig op in een roadmap, waardoor het com-

Het was Noa op ten Berg’s wens om af te studeren bij een financiële instelling, omdat hij daar nog geen ervaring had opgedaan. Hij kwam terecht bij levensverzekeraar Lifetri dat ondermeer de pensioenregelingen uitvoert van Coöperatieve Klaverblad en Allianz Nederland. Het gaat daarbij dus om langetermijnverplichtingen waar rendement uitgehaald moet worden. Door de overname van diverse klantenportefeuilles is Lifetri snel gegroeid. De afdeling Operations heeft door deze ontwikkeling de taak gekregen om de verschillende portefeuilles samen te voegen tot één functionerend systeem. De eerste vraag die voor Noa op tafel kwam was: “hoeveel kost één enkele polis?”. Er werd wel rendement op behaald, maar hoeveel het exact kostte was niet zichtbaar. Mooie uitdaging. Hij verzamelde en analyseerde veel gegevens uit een uitdraai van alle klantenservicetickets. Dat waren bijna 15.000 regels aan data met tijden, codes en polisgegevens. Alle gegevens nam hij zorgvuldig op in een roadmap, waardoor het complexe proces simpeler werd en minder interacties nodig zijn. Nu Lifetri weet wat de dure processen zijn, kunnen ze daar beter op inspelen. Noa’s advies was volgens de opdrachtgever zelfs beter dan het werk van vele ingehuurde consultants! Verschillende afdelingen werken nu met de roadmap van Noa.

Maud ontdekte dat verpleegkundigen niet altijd op de juiste manier infuuszakken toedienen.

Maud Boerboom studeert Verpleegkunde. Na haar studie wil ze graag aan de slag bij de Spoedeisende Hulp, omdat dat in haar ogen de meest veelzijdige afdeling is. Daar komen alle patiënten en zorgvragen voorbij, van intensieve behandelingen tot klei-

ne ingrepen. Zij heeft al enkele stages gedaan in het Flevoziekenhuis. Tijdens haar laatste stage op de afdeling Chirurgie ontdekte Maud dat verpleegkundigen niet altijd op de juiste manier infuuszakken toedienen, waardoor er complicaties kunnen

optreden. Tijdens een observatieperiode zag zij dat collega’s geen druppelpomp gebruiken en de gebruikte infuuszakken niet altijd in het patiëntdossier noteren. Soms kregen patiënten daardoor meer infusievloeistof dan de arts had voorgeschreven. Deze overvulling kan tot complicaties leiden en bij mensen met een slecht hart of slechte nieren de kans op hartfalen vergroten. Aan de hand van een enquête ontdekte Maud dat een groot aantal verpleegkundigen kennis mist op dit vlak. Stagiair Maud verzorgde daarop een klinische les waarin zij uitlegde wat de risico’s zijn en hoe er gehandeld moet worden om complicaties te voorkomen. Ook ontwikkelde zij een handig zakkaartje, waardoor de juiste hoeveelheden vloeistof bij de verpleegkundigen top of mind blijven. Maud laat weten dat zij het erg leuk vond om bezig te zijn met deskundigheidsbevordering in het ziekenhuis. Zij ziet zichzelf ooit nog wel op de kwaliteitsafdeling van een ziekenhuis werken. In de verpleging is het namelijk zo belangrijk om te blijven observeren en scherp te blijven, zegt zij.

Noa verzamelde en analyseerde 15.000 dataregels voor een kostenbesparende roadmap.

Floriade Expo 2022: Proeftuin voor groene steden

Eén keer in de 10 jaar vormt een stad in Nederland het decor van de wereldtuinbouwtentoonstelling Floriade. Dit jaar is het groenste uitje van Nederland te vinden in Almere. Floriade heeft zowel nationale als internationale deelnemers die allemaal hun groene oplossingen tonen om steden groener, mooier en duurzamer te maken. Op de expo vind je de meest bijzondere gebouwen gemaakt van verrassende natuurlijke materialen als lisdodde, hennep of paprikastengels. Maar er zijn ook tuinen met een prachtige beplanting, waar je zelf inspiratie kunt opdoen voor jouw tuin of balkon. n prachtige beplanting, waar je zelf inspiratie kunt opdo en voor jouw tuin of

Duik in het thema ‘Growing Green Cities’ bij Floriade Expo 2022, t/m 9 oktober 2022. Mis het niet!

5 x niet te missen bij Floriade!

1. The Green House

Met een oppervlakte van 1 hectare is The Green House het grootste gebouw bij Floriade. Wekelijks staat er een andere soort groenten of fruit in de spotlights in deze Belevingskas: radijs, asperge, paprika en aardbei en nog vele anderen worden uitgelicht. Wie voor bloemen gaat, kan zich ook uitleven. De expo biedt gedurende een half jaar vijftien verschillende bloemenshows: van freesia’s tot rozen en van pioenen tot lelies.

2. Deelnemers

Alle nationale en internationale deelnemers geven een brede invulling aan de thematiek van Floriade.

Al eens een huis gezien dat compleet is gemaakt van natuurproducten? De Exploded View Beyond Building laat meer dan 100 biobased bouwmaterialen zien. Zelfs het koffiekopje is gemaakt van koffiedik. Het Amsterdam-Almere paviljoen gemaakt van lisdodde en hennep. De paviljoens van Qatar en Verenigde Arabische Emiraten zijn 3D geprint.

Een andere optie voor bouwen met een minimale voetafdruk is circulaire bouw. In de showroom van Circuloco vind je producten van lokale ondernemers die de handen ineen hebben geslagen op het gebied van circulariteit. Niet alleen het gebouw is circulair, je ziet

hier ook meubels van hergebruikte materialen en kan je telefoon opladen met door planten opgewekte energie.

Zin in wat actie? Breng dan een bezoek aan het Duitse paviljoen Biotopia met een daktuin, zonnepanelen, windturbines, groene gevels, een waterspeeltuin en meer. Je ontvangt een slimme armband, waarmee je de exposities activeert en je eigen visie op een groene stad van de toekomst creëert.

3. Kabelbaan

Op een hoogte van 35 meter zweef je in een diagonale lijn van 850 meter lang over Floriade. De duurzame kabelbaan geeft een fantastisch vogelperspectief van de unieke structuur van het park, het overweldigende groen, paviljoens en alle overige bezienswaardigheden.

4. Kunst- & Cultuurprogramma

Bewonder een gigantisch sculptuur van Florentijn Hofman, stap de toekomst van de natuur in bij Kunstpaviljoen M., laat je verrassen door de uiteenlopende beeldende kunst in het kunstbos, droom weg bij de kunstinstallatie van de Almeerse Wolunie en geniet iedere dag van sfeervolle muziek-, dans- en theatershows. Met drie podia is er altijd wat te beleven!

5. Levende groenbibliotheek

De groenstructuur van het Floriade-park bestaat uit een grote verzameling van 750 duurzame boomsoorten en nog meer soorten planten, heesters en bloemen die in alfabetische volgorde zijn geplant: het arboretum. Deze levende groenbibliotheek is een ware lust voor het oog en draagt daarnaast ook nog eens bij aan een gezondere stad!

Studenten klaarstomen voor de vraagstukken van morgen

Klimaatveranderingen, biodiversiteit, stikstof; belangrijke thema’s die niet alleen hoog op de agenda staan bij bedrijven, overheid en instellingen, maar ook bij ons als kennis- en onderzoeksinstelling. Verandering is nodig om onze wereld voor toekomstige generaties leefbaar te houden. Aeres Hogeschool leidt de ondernemers en adviseurs van de toekomst op die weten hoe ze in kunnen spelen op de transitie waar de agribusiness voor staat, maar ook hoe studenten met sociale vraagstukken zoals voedselproblemen in stedelijke gebieden om kunnen gaan.

Voor afgestudeerden van Aeres Hogeschool liggen er veel uitdagingen en kansen waar zij mee aan de slag kunnen. De agribusiness heeft een grote behoefte aan jonge adviseurs en ondernemers die bereid zijn te investeren in een verantwoorde voedselketen voor toekomstige generaties. Hoe zorg je als ondernemer voor bestaansrecht, hoe breng je jouw producten voor het juiste voetlicht bij de (regionale) consument en hoe speel je in op de licence to pro-

duce. Uitdagingen waar niet alleen de sector, maar ook als Aeres Hogeschool en onze studenten/afgestudeerden mee geconfronteerd worden.

,,Zowel binnen ons onderwijs als binnen het onderzoek ligt de focus op het gebied van duurzaam en innovatief ondernemen in de agri- en foodsector. Studenten leren meer over onder andere natuurinclusief ondernemen, gezonde en vitale bodem, dierwelzijn, precisielandbouw en korte ketens’’, vertelt Jolanda Berntsen, faculteitsdirecteur Aeres Hogeschool Dronten. ,,Wij willen ze laten zien welke diversiteit aan mogelijkheden er zijn zodat ze zelf weloverwogen hun keuzes kunnen maken.

Aeres Hogeschool Almere houdt zich ook bezig met voedselvraagstukken, maar niet vanuit de primaire sector, maar vanuit het stedelijk gebied. Steeds meer mensen gaan in de stad wonen, er ontstaan steeds meer vragen op het gebied van natuur, leefbaarheid, voorziening van voedsel, water en energie. Er

is kennis voor nodig om de groeiende steden wereldwijd leefbaar te houden. De studenten worden opgeleid rondom de thema’s Food, Natur & Urban Green. Wil Bekkering, faculteitsdirecteur Aeres Hogeschool Almere: .,,Wij bieden opleidingen die geen enkele andere hogeschool heeft. Studenten met een breed bewustzijn van de grote issues van onze tijd kiezen er bewust voor om hier te worden toegerust tot de groene veranderaars van de toekomst. De doelstellingen van ons onderwijs en onderzoek sluiten hier naadloos aan op de fysieke omgeving. Onze hogeschool straalt de kracht uit van leven in de stad.”

De Groene Veranderaar

Hoe zorg je voor een gezonder consumptiegedrag? Hoe kunnen ondernemers wereldwijd met behulp van data efficiënter boeren? Hoe haal je meer waarde uit groenstedelijke gebieden? Het zijn de vragen van morgen waar De Groene Veranderaar zich mee bezig houdt. Door te denken, te innoveren, te ontdekken en te leren, door te stimuleren en bovenal door te doen.

GREEN CHAENGEMAKER

Green Changemaker

DRIE STUDENTENGROEPEN ZIJN GENOMINEERD VOOR DE AERES GREEN CHANGEMAKER FLEVOPENNING 2022

De 17e editie van de Flevopenningen kent een nieuwe onderscheiding. Het gaat om de Green Changemaker Flevopenning van Aeres Hogeschool. Drie groepen kandidaten vanuit Aeres Hogeschool strijden om de begeerde studieonderscheiding. Welk product of onderzoek kan zich onderscheiden als echte Green Changemaker? Wie maakt het verschil?

Veranderen kunnen we niet alleen, dat doen we samen. De talentvolle studenten van Aeres Hogeschool helpen ons mee een duurzame en gezonde voedselomgeving te realiseren. Met ieder vanuit hun eigen studierichting en opgedane expertise werken

zij aan verschillende projecten, doen ze ervaring op en komen ze met oplossingen en ideeën voor een groener en duurzamere toekomst.

Cool op de trekker

Tweedejaars bedrijfskundestudenten van de opleiding Bedrijfskunde & Agrifoodbusiness van Aeres Hogeschool in Dronten bedachten een nieuw innovatief product voor de agrarische sector en brachten het met hun bedrijf StayCool op de markt. Het bedrijf heeft de StayCool koelboxhouder voor in de tractor ontworpen en zelf geproduceerd. De koelbox draagt bij aan het

gemak van tractorchauffeurs in de cabine van de tractor en zorgt voor verbeterde veiligheid. Er worden immers dikwijls vele uren in de tractoren doorgebracht en zeker op warme dagen is dat geen sinecure. Daarom maken veel tractorchauffeurs gebruik van een koelbox die zij meenemen in de cabine om zichzelf te kunnen voorzien van gekoeld eten en drinken. Echter zijn deze koelboxen tijdens het rijden onstabiel, wat onveilige situaties veroorzaakt. Door middel van een roestvrijstalen houder, die bevestigd kan worden aan de rechterdeur, wordt er een veilige situatie gecreëerd en daarmee menige frustratie

Tekst: Cees Steijger Beeld: Cees Steijger en Aeres Hogeschool

van omgevallen koelboxen weggenomen. De universele koelboxhouder is overigens verstelbaar op hoogte, breedte en lengte en is daarom toepasbaar voor meerdere koelboxen.

Kussen voor iedere hond

De hond heeft net als de mens behoefte aan een goed bed na een lange dag van avonturen en gesnuffel. Dat realiseerden zich ook drie studenten van de opleiding Diergezondheid & management. Zij bedachten een type hondenkussen waarop de hond zich comfortabel voelt en optimaal tot rust komt. Omdat het lichaam goed ondersteund wordt, staat de hond na het slapen uitgerust en makkelijker op en heeft het geen last van drukpunten op de huid. Ook zal de hond zich comfortabeler voelen wanneer hij de beschikking heeft over een eigen hoekje met een lekker kussen. Het studentenbedrijf onderscheidt zich met hun kussen van andere hondenkussens op drie manieren. De eerste manier is dat de kussens verkrijgbaar zijn met verschillende vullingen. Zo is er is een standaard vulling, maar ook een variant die geschikt is voor oudere honden en honden met gewrichtsproblemen. De tweede manier is dat de vulling verwisselbaar is. Zo kan er bijvoorbeeld op latere leeftijd een wisse-

ling plaatsvinden tussen de normale vulling en de senioren vulling. De derde manier waarop het bedrijf zich onderscheidt van de concurrent, is het aanbieden van een kussen dat duurzaam is. Zo bestaat de hoes uit Kevlar. Dat is een materiaal dat sterker is dan staal. Hierdoor is het onmogelijk voor een hond om het materiaal kapot te bijten. De binnenkant van het kussen is gevuld met materiaal van gerecyclede matrassen. Dit zorgt ervoor dat de productie van de vulling geen extra milieubelasting met zich meebrengt. De hoes en de vulling zijn volledig recyclebaar. Hierdoor is het een duurzaam product.

Hout met een luchtje Wood & Scent is de studentenonderneming van vijf enthousiaste ondernemers van de Aeres Hogeschool in Dronten. Ook zij volgen de opleiding Bedrijfskunde & Agrifoodbusiness. Ze zitten in hun tweede jaar waarin zij samen een eigen bedrijf oprichtten. Ze krijgen daarbij begeleiding van ondernemers Fred Visch en Harry Speelman uit Dronten, daarnaast begeleidt Lucia van der Weij, teamleider Bedrijfskunde & Agrifoodbusiness hen. De studenten maken houten geurblokjes voor gebruik in elk voertuig . Het project dat zij begonnen is bijzonder omdat het waarde creëert met

gerecycled hout. Er worden producten gemaakt die commercieel veel kansen hebben. Het zijn mooi vormgegeven producten die vooral als relatiegeschenk aftrek zullen vinden. Deze houtreststroom is gevonden bij de meubelfabriek BKS in Staphorst. Bij het maken van houten meubels blijven houtresten over, deze worden in een plaat geperst waaruit de verschillende vormen voor de producten worden gefreesd. Er wordt daarbij gebruik gemaakt van een CNC-frees. CNC staat voor Computer Numerical Control. Simpel gezegd betekent dit dat de machine computergestuurd is. Met CNC frezen kun je extreem nauwkeurig en zeer snel de meest complexe 2D en 3D vormen uitfrezen. Met de CNC-frees kunnen geurblokjes in élke vorm gemaakt worden en sinds kort kunnen de geurblokjes met een laser ook gepersonaliseerd worden met logo’s of tekst.

De teams bestaan uit de volgende studenten:

Wood&Scent

Tycho van Bavel

Reindert Jan Brouwer

Thomas Bom

Esther Weijs

Lotte van Mispelaar

StayCool

Martine Mulder

Evelien Heuzels

Bruno Langedijk

Niels Wiersema

Stijn van der Horst

Wilco Evenhuis

PetPillow

Mariska van der Meer

Madelon van Minnen

Lisanne Slotboom

Flevoland moet gezien worden!

Met Bente Becker, Ulysse Ellian uit Almere en Erik Haverkort uit Dronten zijn de Flevolandse lijntjes met Den Haag kort. Dat is belangrijk om onderwerpen die met name Flevolandse inwoners en ondernemers treffen snel en goed bij de landelijke politiek onder de aandacht te brengen. Helma Lodders uit Zeewolde zat van 2010 tot 2021 namens de VVD in de Tweede Kamer. Lodders kent het klappen van de Haagse zweep en weet als geen ander de weg in de gangen van de Staten Generaal. Reden te meer voor een gesprek over de belangen van Flevoland en hoe deze het beste in Den Haag uitgedragen en behartigd kunnen worden.

Tekst en beeld: Cees Steijger

Toen zij nog Tweede Kamerlid was interviewde Flevopenningen Magazine haar regelmatig over het wel en wee in Den Haag. Altijd met de blik op Flevoland uiteraard. Haar hart lag en ligt immers in deze provincie, waar zij samen met haar man Pieter Luuk van Beek in Zeewolde een agrarisch bedrijf heeft. Na haar vertrek uit de Tweede Kamer in 2021 zat zij niet met de pakken neer, maar ging voortvarend aan de slag als voorzitter Vee & Logistiek Nederland, de branchevereniging met achthonderd leden in de Veehandel en – Transport. En zij werd voorzitter van de VNLOK, de Vergunde Nederlandse Online Kansspelaanbieders, dat streeft naar een gereguleerde, verantwoorde en voor consumenten veilige Nederlandse online kansspelmarkt. Daarnaast participeert zij in De Bakker en de Schenker, de innovatieve horecaonderneming met vestigingen in Assen, Roden en Meppel. “Flevoland zou veel meer zelfvertrouwen moeten tonen”, valt zij met de deur in huis. We spreken elkaar in het drukke strandpaviljoen Fika in Zeewolde. Het loopt tegen het einde van de middag, dus er komen twee glaasjes Chardonnay op tafel. In een relaxte ambiance speekt Helma Lodders over haar ervaringen in het Haagse. Wat er in Flevoland gepresteerd wordt mag best gezien worden. Maar dan moet je het ook wel láten zien, zegt zij. Dat kan – zeker nu er zelfs drie leden met Flevolandse roots van haar VVD in de kamer zitten – beter en effectiever aangepakt worden, vindt zij. Wat haar destijds al opviel is dat er best veel mensen betrokken zijn bij de lobby voor Flevoland. De zes gemeenten en Provinciale Staten zag ze voorbijkomen, maar ook Horizon en VNO-NCW Midden lieten zich niet onbetuigd. “Misschien ontbreekt het aan een meer gecoördineerde aanpak vanuit Flevoland. Dan komt de boodschap consistent en veel krachtiger over. En Flevoland moet ook partij zijn bij landelijke ontwikkelingen zoals dat het geval is bij modernisering van

veel meer zelfvertrouwen moeten tonen.’

de sluis bij Kornwerderzand in de afsluitdijk.” Lodders zegt nog maar eens dat we een jonge provincie zijn die symbool moet staan voor de nieuwe generatie: “Hier kan alles, we hebben de ruimte voor moderne landbouw met tal van innovatieve initiatieven. Maar niet iedereen ziet dat zo. Kijk maar eens naar die hele discussie rond het stikstofvraagstuk. Flevolandse agrariërs worden geconfronteerd met waanzinnige regels. Zoals melkveehouders in Zuidelijk-Flevoland die stikstofeffecten op de Weerribben-Wieden bij Meppel zouden hebben! Willen wij Flevoland en Nederland weer in beweging krijgen dan verwacht ik dat de werkgeversorganisaties en de verschillende branchevertegenwoordigingen een actieve lobby gaan starten om de wetgeving aan te passen. “Rechters zullen altijd toetsen aan de wet en de bestaande wetgeving is te rigide. Die gaat de natuur niet redden en brengt Nederland niet in beweging”. Ik zou zeggen: Flevoland let op uw zaak. Vecht ervoor!” In dit verband doelt de ervaren politica ook op ontwikkelingen zoals die rond de opening van Lelystad Airport zijn ontstaan. Die had allang geopend moeten zijn, meent zij. Anderzijds gebeurt er in Flevoland ook erg veel. Lodders noemt het Smart Mobiliteit en Infrastructuur kennis- en testcentrum (MITC) in Marknesse. In dit innovatieve kennis- en testcentrum werken het Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum (NLR), de Duits-Nederlandse Windtunnel (DNW) en de Rijksdienst voor het Wegverkeer (RDW) samen aan slimme mobiliteit en infrastructuur. Maar evengoed vindt het Hyperloop experiment van de TU-Delft en ProRail niet in Flevoland plaats. “Een grote gemiste kans! Het traject voor de praktijkproef met de vacuümtrein had prima langs de Vogelweg kunnen worden aangelegd”, zegt zij stellig.

Hoe komt dat dan? Volgens Lodders wordt in Den Haag onvoldoende ingezien welke enorme mogelijkheden Flevoland met zijn ruimte, nota bene in het centrum van Nederland, heeft. Zij wijst erop dat er nu wederom een kans ligt die Flevoland met beide handen zou moeten aangrijpen. Zij doelt op de energietransitie. “We kunnen dé energieprovincie van Nederland worden. Kijk alleen eens naar het enorme opgestelde vermogen aan windenergie in Flevoland. Dat kan uitstekend ingezet worden voor de productie van waterstof. Dat is een zeer actueel thema nu we van zowel het Russische als het Groningse gas afgaan. Een proeffabriek kan wat mij betreft bij de Flevokust gerealiseerd worden. Volgens mij past het ook prima in de nieuwe energieplannen van de provincie. Maar laat het gasloos bouwen geen roet in het eten gooien. Of gaan we in Flevoland 130.000 woningen zónder leidingen aanleggen? Dan mis je straks de noodzakelijke infrastructuur voor het gebruik van met windenergie gewonnen waterstof”, waarschuwt Lodders. “Als je zo’n enorme bouwopdracht als provincie aanneemt, toon dan visie en zelfvertrouwen en stel er stevige voorwaarden tegenover”, zegt Lodders tot besluit.

‘Flevoland zou

Vrijdag 10 juni 2022

 Floriade Expo 2022 - Almere

De Stichting Flevopenningen bedankt zijn sponsoren die het Flevopenningen galadiner mogelijk maken

Partners

Goud sponsoren

Zilver sponsoren

ZeewoldeActueel

Vrienden van Flevopenningen

Kunststof Recycling

Van Werven BV

Rabobank Het Nieuwe Land

Sea Fresh BV

KFC Restaurant

Lelystad

De Stichting Flevopenningen kan zijn activiteiten voor ondernemend Flevoland ontplooien omdat er bedrijven zijn die als sponsor de Flevopenningen steunen. Ook sponsor worden? Bekijk de mogelijkheden op flevopenningen.nl

Brons sponsoren

AV Facilities Nederland BV

Okkerse & Schop Advocaten

Steijger Communications BV

Flynth adviseurs en accountants

FLEVOPENNINGEN.NL