3 minute read

Van losse draden tot gouden slagtand

spullen bij elkaar gooiden in de hoop zo de geheimen van het universum te achterhalen. Ze wisten niet wat ze precies deden of waarin hun experimenten in resulteerden. Eén hoop was echter groot bij velen: dat hun geknutsel zou leiden tot het geheim der goud en het geheim der leven. Onderweg werd er toevalligerwijs veel ontdekt en werd zo de basis voor de moderne wetenschap gevormd. Van dit grote nalatenschap is er in dit artikel maar een klein deel behandeld. Er valt nog veel meer te ontdekken in de wereld van de alchemie. Duizenden alchemistische puzzels moeten nog gekraakt worden: en wie weet, misschien staat er ergens tussen al die gecodeerde alchemistische teksten toch het recept voor de steen der wijzen. d

BaRt van oostRom - Piraten, rappers, een Bengaalse tijger en de adel uit de achttiende eeuw. Eén ding hebben ze gemeen: hun voorliefde voor de gouden tand. Hoewel piraten, rappers en de adel zulke tanden niet om medische redenen laten zetten, is dit wel het geval voor de Bengaalse tijger. De gewoonte om goud in het gebit te plaatsen moet ergens vandaan komen, maar de vraag is of dit veelal medische reden had of eerder een cosmetische.

Advertisement

De oudst gereconstrueerde tanden die ooit zijn gevonden komen uit Pakistan. Het betreft elf kiezen die waarschijnlijk uit het neolithicum dateren, waardoor we nu weten dat de tandheelkunde al een heel oude bezigheid is. In het oude Egypte vinden wij het eerste gebruik van goud in het gebit. Er werden geen volledige tanden gereconstrueerd, maar gouddraad door de tanden heen geweven. Dit werd met name gedaan bij tanden die mogelijk uit zouden vallen, om ze zodoende op de plaats te houden. Dit fenomeen is in teksten te vinden die ongeveer rond 1700 v. Chr. geschreven zijn. Dezelfde geschriften vertellen over overgedragen wetenschappen die waarschijnlijk al teruggaan tot 3000 v. Chr. Deze omgang met het gebit en de behandeling met gouden draden tegen uitvallende tanden is op zichzelf al fascinerend. Het gaat echter nog steeds niet om de gouden tanden die wij associëren met hiphopcultuur of

piraterij. In teksten van Aulus Cornelius Celsus is uitgebreid geschreven over het gebit en wat er allemaal mis mee kan zijn. Zo benoemt hij wat wij nu zouden kunnen zien als een kroon op de tand: hij noemt dit nog geen tandheelkunde en zijn teksten hadden geen wetenschappelijk karakter. Wat wij wel weten via deze teksten is dat de kroon hoogstwaarschijnlijk gevonden is bij de Etrusken. We zijn echter nog steeds niet bij de gouden tand terecht: in de teksten van Celsus schrijft hij over het vullen van tanden met lood. Lange tijd werden zijn ge-

schriften gezien als de enige wetenschap rondom het gebit en hoe je ermee om moest gaan. In de zeventiende eeuw begint de tandheelkunde een ietwat meer specialistische vorm aan te nemen. Het is uiteindelijk in Nederland dat Antonie van Leeuwenhoek met zijn microscoop van alles gaat onderzoeken. Zo heeft hij ook het menselijk gebit van dichtbij begluurd en zodoende als eerste het fenomeen tandplaque omschreven. Vaak wordt de gouden tand en de uitvinding van moderne tandheelkunde zodanig toegeschreven aan Pierre Fauchard, die in 1748 zijn eerste werken over tandheelkunde publiceerde. Fauchard heeft echter al voorgangers in Nederland gehad: de eerste advertentie betreffende prosthetische tanden is afkomstig uit 1725 te Amsterdam. In de advertentie biedt Johannes de Maber een ivoren tand aan waarmee je weer gewoon kunt praten, eten en volgens de Maber zelfs weer uitstekend kan zingen (wat hij er niet bij vermeld is of het hierbij van belang is of je voor het gebitsverlies al enigszins gezegend was met een fijne stem). Fauchard is wel de eerste schrijver die goud benoemt als optie voor vergane tanden, alhoewel hij zelf de ivoren tand mooier vindt. De gouden tand kent dus een voornamelijk medische achtergrond, die tegenwoordig niet alleen meer

wordt toegepast op mensen. Nadat deze op de markt kwam waren er echter ook tal van mensen die hem niet nodig hadden maar toch graag wilden hebben. Zodoende kwam de gouden glimlach tot leven in de achttiende eeuw en lieten mensen gouden kronen zetten, ook wanneer zij deze eigenlijk niet nodig hadden. De gewoonte om onnodig je tanden laten veranderen in goud is echter iets wat nog steeds niet veranderd is in de loop der jaren. Je zou misschien kunnen zeggen dat het langzamerhand klaar moet zijn met deze trend. Aan de andere kant is het natuurlijk wel zo dat een beetje zelf respecterend rapper, piraat of Bengaalse tijger edelmetaal tussen zijn tanden nodig heeft om zijn positie te kunnen bevestigen. d

Er werden geen volledige tanden gereconstrueerd, maar gouddraad door de tanden heen geweven.

This article is from: