OVERIJSSEL TOEN EN NU JAARGANG 13 • NUMMER 3 • JULI 2022
Historisch tijdschrift
Een bezoek aan de broeders van het Heer Florenshuis in Deventer Naar de plek van Johanna ter Steege: ‘Het is alsof de tijd daar samenbalt’ Meer as ’n plezeerig leav’n Predikant Schuurmans en het Giethoorns
Boetelerveld Ontstaan door de Watersnoodramp
OVERIJSSEL TOEN EN NU
COLOFON Redactie Dinand Webbink, Marcel Mentink, Maartje Koelma (Collectie Overijssel), Martine van der Veer (IJsselacademie) Correspondenten Suzan Folkerts (Athenaeumbibliotheek), Harrie Scholtmeijer (IJsselacademie), Geert Bekkering
Historisch tijdschrift
Jaargang 13 • Nummer 3 • juli 2022
van de redactie
Redactieadres info@mijnstadmijndorp.nl Vormgeving Frank de Wit Partners Collectie Overijssel IJsselacademie
Mogelijk gemaakt door
Watersnood en natuurbehoud
OVERIJSSEL TOEN EN NU JAARGANG 13 • NUMMER 3 • JULI 2022
Historisch tijdschrift
Een bezoek aan de broeders van het Heer Florenshuis in Deventer Naar de plek van Johanna ter Steege: ‘Het is alsof de tijd daar samenbalt’ Meer as ’n plezeerig leav’n Predikant Schuurmans en het Giethoorns
Natuurrampen zijn van alle tijden, al komen ze tegenwoordig wel erg vaak voor en worden ze steeds heftiger. Van de Watersnoodramp (1953) kon nog gezegd worden dat het een uitzondering was, een toevallige samenloop van omstandigheden. Wat dit natuurgeweld te maken heeft met het Boetelerveld, dat prachtige stukje natuur op de grens van de gemeentes Raalte en Hellendoorn, wordt in dit nummer uit de doeken gedaan. Suzan Folkerts neemt ons mee naar de broeders van het Heer Florenshuis in Deventer, terwijl Harrie Scholtmeijer vertelt hoe nauwkeurig Hermannus Schuurmans ruim een eeuw geleden de Gieterse taal weergaf in het onlangs heruitgegeven ‘Giethoorn rond 1900 door de ogen van een jonge predikant’. In het artikel ‘Meer as ’n plezeerig leav’n’ beschrijft Geert Bekkering hoe het gelijknamige boek tot stand gekomen is en hoe een ‘bedscene’ tot een huwelijk leidde. Dit en nog veel meer in opnieuw een gevarieerd en aangenaam ogend nummer van ‘Overijssel toen en nu’. Veel leesplezier! Dinand Webbink, hoofdredacteur
Boetelerveld Ontstaan door de Watersnoodramp Foto cover:Boetelerveld. Foto: Vincent Webbink
JULI 2022
inhoud
Het Boetelerveld, ontstaan door de Watersnoodramp
4
Een bezoek aan de broeders van het Heer Florenshuis in Deventer
8 20
Meer as ’n plezeerig leav’n
NAAR DE PLEK VAN 14
Johanna ter Steege: ‘Het is alsof de tijd daar samenbalt’
GESCHIEDENIS VAN DE TAAL IN OVERIJSSEL 16
Schuurmans en het Giethoorns
OVERIJSSEL IN BOEKEN 18
Boekenrubriek
3
4
DOOR DINAND WEBBINK
Het Boetelerveld ontstaan door de Watersnoodramp Een natte dag in het Boetelerveld, februari 1983. Foto: Collectie Richard Woolderink/Raalte Clopedie.
JULI 2022
5
Op de beroemde kaart van de Zwolse conrector Nicolaas ten Have, die in 1649 voor het eerst gedrukt werd, zie je aan de westkant van de Sallandse Heuvelrug tussen Haarle, Heeten en Raalte een uitgestrekt veengebied. In het midden doorkruist de Haarlerdijk moerassige heide van oost naar west. Eeuwen later, rond 1830, wordt er iets noordelijker een tweede weg aangelegd, de ‘kunstweg’ van Zwolle naar Almelo. Kort daarna worden de marken ontbonden en de gemeenschappelijke woeste gronden worden verdeeld. Dan kan het ontginnen beginnen. Eerst nog mondjesmaat, vooral ten behoeve van de bosbouw. In de vorige eeuw wordt, voornamelijk op initiatief van de Nederlandsche Heidemaatschappij, de ‘grote, stille heide’ helemaal in cultuur gebracht. Er zou niets overblijven van de prachtige, ongerepte, maar zo nutteloze natuur. Helemaal niets. De machines om de laatste 170 hectare veen af te graven staan op zaterdag 31 januari 1953 klaar, het werk zal maandag beginnen. →
6
HET BOETELERVELD
Door de ruilverkaveling in de twintigste eeuw kregen niet alleen de landbouwgronden last van de lage grondwaterstand, ook het natte Boetelerveld werd met uitdroging bedreigd. Om het gebied weer nat te krijgen werd vanuit het Overijssels Kanaal iets ten westen van Hankate een waterweg aangelegd die het water vanuit het kanaal het land in bracht, helemaal tot aan het vijftien kilometer verderop gelegen Boetelerveld. Zo verandert er wel meer in het beschermde natte heideveld met de Natura 2000-status, waardoor het onderdeel is van een Europees netwerk van unieke natuurgebieden. Veel naaldbomen zijn gekapt, soms tot verdriet en woede van omwonenden: ‘Geen De Watersnoodramp van 1953.
D
an slaat het noodlot toe. Het water in de Noordzee is tot extreme hoogte gestegen, de dijken in Zuidholland en Zeeland begeven het met als gevolg 1836 dodelijke slachtoffers en 4500 verwoeste huizen en gebouwen. Nederland is in shock. Maar al snel komen de hulpacties op gang. Al het beschikbare materieel wordt ingezet om dijken te dichten en de zwaar beschadigde infrastructuur te herstellen. Het Franse leger schiet te hulp en Zweden stuurt prefabhuizen. Ook de machines die het Boetelerveld moeten afgraven, worden ingezet.
Het Boetelerveld gered
Wanneer de machines na de herstelwerkzaamheden weer terug kunnen, is het denken over het ontginnen van dat laatste stukje heide veranderd. Sommigen vinden het een goed idee om dat prachtige stukje natuur met rust te laten. En zo heeft de Watersnoodramp ons het Boetelerveld gebracht. Een oase van rust met veel bijzondere planten en dieren, zoals de klokjesgentiaan, de vleesetende zonnedauw, de kamsalamander en de levendbarende hagedis, al moet ik bekennen dat ik ze nog nooit heb gezien. Toen ik er eind jaren zeventig wandelde, zag ik de meer dan manshoge, enorme rododendrons, die je vooral aantreft in de buurt van landhuizen en kastelen. De heide was dan ook ooit bezit van de familie Bentinck die de nabijgelegen havezate Schoonheten bewoont. Foto: Vincent Webbink
JULI 2022
schapen, maar kettingzagen’, schreef een verbijsterde natuurliefhebber. Het Overijssels Landschap heeft begrip voor de reacties, maar legt uit dat het hard nodig is: ‘De vele naaldbomen zorgen voor verdamping van water en dragen zo fors bij aan de verdroging van het gebied.’ Natuur is mensenwerk in Nederland. Maar wel ‘het kostbaarste dat we als mensen bezitten’, zegt Gerrit van der Kolk, ’s lands oudste boswachter. ‘’s Morgens vroeg, bij het opgaan van de zon, is het hier op zijn mooist. Wat je dan ziet, verveelt nooit, ook al kom ik hier al tachtig jaar.’ De meeste wandelaars zullen het terrein benaderen vanaf de Schoonhetenseweg, maar komend vanaf Haarle kun je bij de Eekwielensweg het veld in waar door de herinrichting van de laatste jaren een groot ven is ontstaan. Vóór je ligt een wandeling van ongeveer een uur in alle rust. De Achterweg in Daarle. Foto: Iris Webbink.
De Schoonheterheide, zoals het natuur gebied ook wel genoemd wordt, ligt voor het grootste deel in de gemeente Raalte. Een klein stukje aan de oostelijke kant ligt in de gemeente Hellendoorn. Voor de planten en dieren doet het er niet toe.
Dit artikel is een bewerking van een hoofdstuk uit het op zaterdag 8 oktober 2022 te verschijnen boek Hellendoorn van A tot Z, geschreven door Dinand Webbink. Het verschijnt tegelijk met de opening van het Historisch Centrum in de oude r.k. pastorie aan de Grotestraat te Nijverdal. In zijn cultuurhistorische ontdekkingsreis neemt de schrijver de lezer mee naar plaatsen in de gemeente Hellendoorn, die zelfs bewoners van de gemeente zelf nauwelijks kennen of waarvan ze de historische achtergronden niet weten. Hellendoorn van A tot Z nodigt uit om de onbekende, maar bijzonder interessante plekken van de gemeente te bezoeken. Plekken die je na het lezen van dit boek met heel andere ogen bekijkt.
Het uitgestrekte veen tussen Raalte en Haarle op een zeventiende-eeuwse kaart, oorspronkelijk uitgegeven door Nicolaas ten Have in 1649.
Literatuur en bron • Achtereekte, J. Storm van kritiek op bomenkap Boetelerveld bij Mariënheem: ‘Geen schapen, maar kettingzagen’. In: Stentor (25 jul. 2020). • Gebiedsproces Natura 2000 Boetelerveld. Raalte, 2020 (brochure). • Haverkate, H. Natuur verandert, boswachter bleef dezelfde. In: Tubantia (13 apr. 2021). • De markeverdelingen, in: Canon van Raalte, zie: https://www.canonvannederland.nl/nl/overijssel/ salland/raalte/de-markeverdelingen-
Het Boetelerveld op een heiige dag, januari 1982. Foto: Collectie Richard Woolderink/Raalte Clopedie.
7
8
DOOR SUZAN FOLKERTS
Een bezoek aan de Heer Florenshuis
JULI 2022
9
broeders van het in Deventer
Hoe kun je gedigitaliseerde boeken op een nieuwe manier presenteren en tegelijk nieuwe wetenschappelijke inzichten over het verleden delen? In samenwerking met een onderzoeksteam van de Rijksuniversiteit Groningen heeft de Athenaeumbibliotheek Deventer middeleeuwse boeken uit het Heer Florenshuis op een interactieve manier toegankelijk gemaakt. Op de website ‘Broeders 3D’ kan de bezoeker een kijkje nemen in het Heer Florenshuis, de broeders van het gemene leven om raad vragen en hun boeken raadplegen.
Reconstructie van de binnenruimte van het Heer Florenshuis in Broeders 3D (broeders3d.org).
10 Erfgoed online
D
e coronamaatregelen en lockdowns noopten erfgoedinstellingen in 2020 en 2021 ertoe hun presentatie van erfgoed te verplaatsen naar een online omgeving. De Athenaeumbibliotheek in Deventer heeft een hybride vorm gekozen voor de exposities die ze in die periode organiseerde. Zo is het digitale ‘Boekenspoor’ dat sinds de opening van de bibliotheek aan de Stromarkt te zien was op schermen in de boekenkasten, onlangs omgewerkt naar een webexpo en
EEN BEZOEK AAN DE BROEDERS VAN HET HEER FLORENSHUIS IN DEVENTER
is de expositie ‘Van hand tot hand: Boekcultuur in 15e-eeuws Deventer’, behalve in de vitrines, volledig online te bezichtigen. Aangezien boeken maar drie maanden tentoongesteld kunnen worden, is een webexpo een mooie manier om boekenerfgoed meer duurzaam te presenteren. De Athenaeumbibliotheek experimenteerde niet alleen met webexpo’s, maar opende ook een youtube-kanaal voor haar video’s en een blogpagina waar medewerkers en vrijwilligers over de collectie schrijven. Verder werd in coronatijd de wandelapp ‘Hidden Deventer’ gelanceerd,
die in samenwerking met de Athenaeumbibliotheek is geproduceerd door een onderzoeksteam van de Rijksuniversiteit Groningen onder leiding van prof. dr. Sabrina Corbellini. Dit gebeurde in het kader van ‘Public Renaissance’, een Europees project over de publieke ruimte in diverse Europese steden in het verleden. Het Groningse team nam in dit project de laatmiddeleeuwse boekcultuur in Deventer tot onderwerp van onderzoek. In de wandelapp is het verhaal van de burgervrouw Katherina Kerstkens te horen, die met de wandelaar op pad gaat om een psalter te kopen en onderweg van alles vertelt over de cultuur van geloven, lezen en leren in Deventer rond 1495.
Broeders 3D
Het Groningse team verwierf subsidie om naast de wandelapp nog een digitaal publieksproduct te maken. De onderzoekers, dr. Margriet Hoogvliet en dr. Pieter Boonstra, kozen ervoor om de rol van de broeders van het gemene leven van het Deventer Heer Florenshuis in de boekcultuur te laten zien. De broeders ontvingen burgers in hun huis tijdens zogenaamde ‘collaties’, samenkomsten waarin zij devotionele teksten lazen en bespraken. Op de website broeders3d.org is een reconstructie gemaakt van de binnenruimte van het Heer Florenshuis. Voor de indeling van deur- en raampartijen en de plafondconstructie is gebruik gemaakt van het nog bestaande Buiskenshuis aan Klooster 3 in Deventer. De bezoeker van de website treedt binnen via de deur en ziet twee broeders aan het werk. Her en der ligt of staat middeleeuws schrijfgerei en middeleeuws meubilair, dat naar bestaande voorwerpen is gemodelleerd. Ook liggen in de ruimte 3D-modellen van originele 15e-eeuwse boeken uit het Heer Florenshuis, die nu bewaard worden in de Athenaeumbibliotheek. De 3D-modellen van de boeken zijn gekoppeld aan de volledig gedigitaliseerde exemplaren. Door op witte vlakken en vraagtekens te klikken beweegt de bezoeker zich door de ruimte en spreekt de broeders aan. De digitale broeders beantwoorden levensvragen over huwelijk, werk en stress. Hun antwoorden zijn gebaseerd op de teksten van hun oorspronkelijke preken.
Band met rolstempeling van het Heer Florenshuis (Deventer, AB, 111 D 11 KL).
JULI 2022
11
Prekenhandschrift uit het Heer Florenshuis (Deventer, AB, 4 J 2 KL).
Boeken uit het Heer Florenshuis
De onderzoekers, dr. Margriet Hoogvliet en dr. Pieter Boonstra, kozen ervoor om de rol van de broeders van het gemene leven van het Deventer Heer Florenshuis in de boekcultuur te laten zien
De preekactiviteiten van de broeders en hun interactie met de stadsbewoners van Deventer worden via de website Broeders 3D inzichtelijk gemaakt met behulp van historische objecten en teksten. Andersom worden de boeken uit de Athenaeumbibliotheek in een historische ruimtelijke context geplaatst. Enkele van die boeken zijn ook in de hierboven genoemde webexpo ‘Boekcultuur in 15e-eeuws Deventer’ beschreven. Een van die boeken is pas sinds 1997 in de Athenaeumbibliotheek (Deventer, AB, 4 J 2 KL). Het bevat een verzameling Latijnse preken ‘aan de broeders in de woestijn’, dat wil zeggen kluizenaars en monniken die in afzondering leefden. Ook in een stedelijke omgeving trokken mensen zich terug om als kloosterling te mediteren over vrome →
12
EEN BEZOEK AAN DE BROEDERS VAN HET HEER FLORENSHUIS IN DEVENTER
Handschrift uit het Heer Florenshuis, geschonken door meester Willem van Lochem (Deventer, AB, 111 E 8 KL).
teksten en die met elkaar te bespreken. De moderne devoten in Deventer gebruikten deze preken om die met elkaar en met anderen te lezen en te bespreken. Aan het slot van het boek onthult de kopiist zijn naam: ‘geschreven in Deventer in het Heer Florenshuis door de handen van Herman Kysendael van Orsoy. Bid voor hem’. Een ander boek uit het Heer Florenshuis is een handschrift met een tekst over de lofprijzingen van de Maagd Maria van de geleerde Albertus Magnus en traktaten van de Parijse kanselier en theoloog Johannes Gerson (Deventer, AB, 111 E 8 KL). De broeders hadden het ontvangen uit een legaat van meester Willem van Lochem. Deze Willem had gestudeerd in Parijs en was pastoor van de Mariakerk in Deventer. Andere boeken uit het Heer Florenshuis
De preekactiviteiten van de broeders en hun interactie met de stadsbewoners van Deventer worden via de website Broeders 3D inzichtelijk gemaakt met behulp van historische objecten en teksten
JULI 2022
waren afkomstig uit schenkingen van de arts Reyner Oesterhuys, burgemeester Johannes Marquard, pastoor Arnoldus Michaelis, de bekende leraar Jacobus Faber en nog vele anderen. De webexpo laat zien dat er niet alleen teksten werden besproken tijdens de collaties, maar ook hoeveel boeken er werden uitgewisseld tussen burgers en kloosterlingen. De virtuele reconstructie van het Heer Florenshuis Broeders 3D maakt het gebruik van deze boeken in het verleden nu ook op een ruimtelijke manier inzichtelijk.
Links naar besproken websites en apps
13
Webexpo ‘Boekenspoor’: https://www.bibliotheekdeventer.nl/athenaeumbibliotheek/ boekenspoor.html Webexpo ‘Van hand tot hand’: https://www.bibliotheekdeventer.nl/athenaeumbibliotheek/boekcultuur-in-15e-eeuws-deventer.html Website ‘Hidden Cities’ apps: https://hiddencities.eu/ Website ‘Broeders 3D’: http://broeders3d.org/
→
14
Naar de plek van …
DOOR DINAND WEBBINK
Johanna ter Steege: ‘Het is alsof de tijd daar samenbalt’
Het graf van de ouders van Johanna ter Steege, op begraafplaats ’t Lenfert.
JULI 2022
15
‘Ik kom graag op de begraafplaats waar mijn ouders, opa en oma en andere familieleden hun laatste rustplaats hebben. Het is alsof de tijd daar samenbalt, alles bij elkaar komt, geboorte en dood. Het is een meditatieve plek waar je het leven beschouwt, waar je de innerlijke rust vindt om stil te staan bij het leven en naar de toekomst te kijken. Voor mij is dat heel waardevol.’ Johanna ter Steege formuleert bedachtzaam en zorgvuldig, alle woorden doen er toe. We zitten in het Parkgebouw in Rijssen, waar ze net overleg heeft gehad over de lancering van de anderhalf uur durende documentaire 100 jaar Twente. Het is een zonnige vrijdagochtend, 20 mei 2022, de dag waarop ze de Johanna van Buren Cultuurprijs voor Oost-Nederland in ontvangst neemt uit handen van Herman Finkers.
‘I
k heb het geluk gehad om op te groeien in Notter’, vertelt ze, ‘Een kleine, landelijke buurtschap onder de rook van Rijssen. Je denkt dat je veel te sturen hebt in je leven, maar als je wieg toevallig in Afghanistan staat is dat heel anders. Mijn geboorteplaats betekende een vertrouwde omgeving, je had te eten, het was veilig, je kon je ontwikkelen. Een stevige basis om een leven op te bouwen.’ Toch ging ze al op haar zeventiende het huis uit. Ze had haar middelbare school afgerond en wilde, nieuwsgierig als ze was, meer van het leven en van de wereld zien. Die nieuwsgierigheid had ze niet van een vreemde. ‘Mijn vader stond midden in het leven, er was zo veel wat hem boeide, hij wist verschrikkelijk veel, zat in allerlei besturen, echt een leidende figuur in zijn gemeenschap. Mijn ondernemerschap heb ik vast ook van hem’, glimlacht de gelauwerde actrice. Op haar vaders verzoek sprak ze in 1988 een gezelschap van Rijssense zakenmensen toe nadat ze de prijs voor beste actrice van Europa had gekregen voor haar rol in de Nederlands-Franse thriller Spoorloos met muziek van Henny Vrienten. ‘De zaal zat vol met allemaal sigaren rokende mannen in driedelige pakken. Ik vertelde over mijn wereld, de filmwereld. Na afloop kwamen er verschillend mannen naar mij toe: “Iej hebt mooi esprökken”. Een van de heren zei tegen mij: “As d’r wat is, dan komt mar noar miej. Mien naam is Dick Wessels”. ‘Dertig jaar later ben ik op zijn uitnodiging ingegaan. Ik had het idee voor Hanna van Hendrik in mijn hoofd, maar welke route moest ik volgen om mijn plan te verwezenlijken? Toen herinnerde ik mij zijn woorden die avond in het Parkgebouw.
Hij is een beetje kunnig, dacht ik. Dick Wessels (1946-2017), een succesvol ondernemer, wilde mij graag te woord staan. We hebben anderhalf uur gepraat. Het belangrijkste wat hij mij meegaf was dat ik moest zorgen voor draagvlak bij ondernemers en anderen die mij zouden kunnen helpen mijn droom gestalte te geven. Hij gaf mij wat 06-nummers. Ik vroeg of ik mocht zeggen dat ik die van hem had. “Nee, doe dat maar niet, dan zeggen ze: Dick Wessels, die heeft geld zat, laat hij het maar betalen. Dat zou ik wel kunnen doen, maar dat wil jij niet. Zo krijg je geen draagvlak.” ‘Uiteindelijk is het theaterspektakel een groot succes geworden en tot een onderneming uitgegroeid. Als we spelen zijn er 120 mensen bij betrokken, op en achter het toneel. Anouk Kapel en ik zijn de producenten. Ik ben er heel trots op en ontzettend blij met het team, allemaal mensen die precies weten wat ze doen.’ Samen bezoeken we begraafplaats ’t
Hanna van Hendrik
] is een theaterspektakel, uitgevoerd door acht acteurs, waaronder Johanna ter Steege en Stefan de Walle, dertig figuranten, een vierkoppige live band (Her Majesty), een zangkoor, tien ballerina’s, een motorclub en zes koeien. Hangar 11 van Vliegveld Twenthe wordt omgetoverd tot een boerenerf met stallen, trekkers en een motorcrossbaan. Na de succesvolle speelperiode in de zomer van 2019 met 51 voorstellingen, die 48.000 bezoekers trokken, is Hanna van Hendrik deze zomer terug met een hele reeks voorstellingen. hannavanhendrik.nl
Lenfert en lopen naar het graf van haar ouders. De bloemen die ze er de vorige keer plaatste, zijn uitgebloeid. ‘Behalve deze viooltjes heb ik toen nóg een bloemetje gelegd. Op het graf van Dick Wessels.’
‘Uiteindelijk is het theaterspektakel een groot succes geworden en tot een onderneming uitgegroeid.’ →
16
Geschiedenis van de taal in Overijssel
DOOR HARRIE SCHOLTMEIJER
JULI 2022
Schuurmans en het Giethoorns Zondag 27 maart waren we in de Doopsgezinde kerk van Giethoorn, die dan wel niet de mooiste kerk van Overijssel is, maar wel de kerk met de fraaiste locatie: aan de Gieterse dorpsgracht. Aanleiding was het honderdvijftigjarige bestaan van deze kerk, en ter ere van dat jubileum werd het boek Giethoorn rond 1900 door de ogen van een jonge predikant gepresenteerd. Die jonge predikant was Harmannus Schuurmans, die deze gemeente diende van 1894 tot 1910. In dat laatste jaar verscheen zijn verhalenbundel Van de oude garde en van een jong predikant, en het boek dat dit voorjaar werd gepresenteerd was een hertaalde uitgave van dit ruim honderd jaar oude werk.
Giethoorn, 1926.
G
iethoorn was Schuurmans’ eerste gemeente. Hij was in 1867 in Winschoten geboren, in een onderwijzersgezin. In zijn Giethoornse periode trouwde hij met Jansje Siebrig Wieringa, een onderwijzeres uit Groningen, wier ongetrouwde zuster onderwijzeres was in Dwarsgracht en in de pastorie inwoonde. In die pastorie werden de drie kinderen van het gezin Schuurmans geboren. Na Giethoorn volgden Den Horn en Sneek, waar zijn vrouw op 33-jarige leeftijd overleed. Harmannus Schuurmans zelf overleed in 1942 te Den Haag, 75 jaar oud. De bundel bevat tien verhalen over de belevenissen van een jonge predikant in zijn gemeente. De verhalen zelf zijn in het Nederlands geschreven, maar de dorpelingen spraken dialect. Dat idee was toen al niet meer nieuw. In 1883 had Pieter Heering, die de predikant was geweest in de Hervormde gemeente te Steenwijkerwold, de bundel Overijsselsche vertellingen gepubliceerd, en die bundel (waarvan overigens bij dezelfde uitgever als die van Schuurmans’ heruitgave in 2018 een hertaling verscheen) had een behoorlijk succes gehad. Maar in 1910 was de kritiek wel een beetje klaar met de domineesverhalen die, half-komisch en half-romantisch, een stereotype beeld neerzetten van de eenvoudige gemeenteleden als nobele wilden van wie de hoogopgeleide maar soms onnozele beginnende dominee toch nog heel wat kon leren. Inderdaad spreken de verhalen van Schuurmans wat minder tot de verbeelding dan die van Heering, die niet alleen pionierde in het genre, maar ook echt literatuur schreef. Die pretentie hebben
17 de eenvoudige verhaaltjes van Schuurmans niet. Maar taalkundig is het juist andersom. Waar Heering zich veel vrijheid veroorloofde in de weergave van het Steenwijkerswolds, is het Giethoorns door Schuurmans nauwgezet opgetekend. Heering moest zich die vrijheid ook wel veroorloven: geboren in Enkhuizen, was hij met het Oost-Nederlands niet van huis uit vertrouwd. Hij schreef zijn verhalen bovendien toen hij in Nederlands-Indië woonde, en had geen mogelijkheden om bij twijfel navraag te doen. Schuurmans kende het Nedersaksisch al vanuit zijn jeugd in Winschoten, en hoefde bij twijfel over de juiste uitspraak maar het pad van zijn pastorie af te lopen om een native speaker van het Gieterse dialect te treffen. Zo komen we in zijn verhalen mooie Gieterse woorden tegen als kraak voor de galerij (een onomatopee; de vloer kraakte als je erover liep) of smok voor een (klap) zoen, ook een onomatopee. Het Gieterse woord böppe ‘grootvader’ is op dezelfde manier ontstaan als het Friese beppe ‘grootmoeder’ en het Turkse baba ‘vader’: het is wat de taalkunde een Naturlaut noemt, een woord dat kinderen spontaan vormen. Harmannus Schuurmans (2022), Giethoorn rond 1900 door de ogen van een jonge predikant. Tuk: SenS Uitgevers. ISBN 978-90-831613-0-3.
Gracht in Giethoorn, met schuur, brug en vrouw in punter. De kaart is in 1905 afgestempeld
18
Overijssel in boeken
Veertien kinderen Fred Menko Adolf Menko (1888-1963) kwam uit een joods gezin met veertien kinderen en was na de Tweede Wereldoorlog de enige overlevende van zijn generatie. Twee broers waren een natuurlijke dood gestorven, alle andere broers en zusters en vele van hun aangetrouwde familieleden en nakomelingen waren vermoord. Dat lot trof in Mauthausen ook Adolfs eigen zoon Siegfried. ‘Veertien kinderen’ is geschreven door een kleinzoon van Adolf, Fred Menko. Vele ontstellende geschiedenissen komen voorbij: Westerbork, Auschwitz, Sobibor, Mauthausen, Het Apeldoornsche Bosch, de kampen voor dwangarbeid, de tragiek van de Joodse Raad. Ontzagwekkend was de moed van de jeugdige Palestinapioniers en het heldhaftige verzet van vele dominees. ‘Veertien kinderen’ geeft een beklemmend beeld van racisme, vervolging, deportatie en moord, een geschiedenis die ook nu nog nauwelijks te bevatten is. Fred Menko werd geboren in 1951 in Enschede in een joods gezin als de jongste van twee broers. Hij studeerde geneeskunde in Groningen, werd internist in Leiden en klinisch geneticus in Amsterdam. Hij begon dit boek als een documentatie van zijn familiegeschiedenis, maar het project groeide uit tot een bewustwording van gebeurtenissen waarover zijn ouders en grootouders niet spraken.
Een halve eeuw revolutionair socialisme – De teloorgang van Jan Hilvers Henk Kleinhout Dit boek is niet alleen een biografie over Jan Hilvers, een erudiete man, directeur van de Hengelose arbeidsbeurs van 1921 tot 1934, maar het verhaalt ook over de roerige geschiedenis van het revolutionair socialisme in het begin van de vorige eeuw. Hilvers was oprichter en voorzitter van de Hengelose afdeling van de OSP, de Onafhankelijke Socialistische Partij, die zich onder meer tegen het opkomende fascisme verzette. De OSP stond op de lijst van partijen, vakbonden en verenigingen waarvan het lidmaatschap ambtenaren en werklieden hun baan kon kosten. Hilvers weigerde het lidmaatschap op te zeggen, waarop het gemeentebestuur hem in 1934 voor ‘eervol’ ontslag voordroeg. Een meerderheid van de gemeenteraad steunde het ontslag. Dat gebeurde ondanks een zekere bewondering voor Hilvers’ standvastige houding en het nuttige werk dat hij voor de gemeente had verricht. De Hengelose raad stuurde hem met twaalf tegen negen stemmen weg. En maakte daarmee een grote fout, zegt Kleinhout, want Hilvers was een man van vele kwaliteiten. ‘Maar hij was ook lastig, had een slechte gezondheid en moest regelmatig worden vervangen. Dat zal ook een rol hebben gespeeld.’ Uitgever: Stichting Streekarchief Hengelo
Uitgever: Boom ISBN: 9789024437603 | 336 pag. | € 29,90
ISBN: 9789 0831 9551 3 | 168 pag. | € 15,00
Twente door de ogen van Ruisdael Stefan Kuks Dit fraaie boek doet het Twents volkslied eer aan: ‘waar het snelvlietend beekje het molenrad doet gaan’. Dit is het gebied waar in deze publicatie door de ogen van de zeventiende-eeuwse schilder Jacob van Ruisdael gekeken wordt. Kunst kan ons leren kijken en het landschap op een andere manier beleven. Goed kijken en proberen de kunstenaarsblik te volgen kan ons iets leren over het landschap. We vinden hier de kern van het glooiende landschap door de blik van Van Ruisdael. Via zijn tekeningen en schilderijen in de omgeving van Twente waar water kronkelt en stroomt, waar het verval door het hoogteverschil wordt benut door watermolens en waar oude bomen schaduwen werpen over brede zandpaden. Uitgever: Vechtstromen ISBN: 9789 0807 8998 2| ca. 80 pag. | € 24,95
Geheim dagboek van een boekhouder Berend Jan Schutten De Tweede Wereldoorlog houdt tot op de dag van vandaag mensen bezig. Omdat zij deze oorlog meegemaakt hebben en er nog steeds de gevolgen van ondervinden, of vanuit interesse voor deze periode. Er zijn in de loop der jaren talloze boeken over geschreven, waaronder ook steeds meer oorlogsdagboeken. Een van de dagboeken die pas vele jaren na de oorlog is opgedoken, is dat van Berend Jan Schutten uit Hulsen, bij Hellendoorn. Helaas was dit pas na zijn overlijden. Wat Berend Jan achterliet is een unieke inkijk in wat er zich afspeelde in Hulsen, Nijverdal, Almelo en daarbuiten. Er komen gebeurtenissen voorbij die voor menige
Overijssel in
JULI 2022
lezer nieuw zullen zijn. Dat maakt zijn oorlogsdagboek erg bijzonder en absoluut de moeite waard. De redacteur, de jonge historicus Thom Kruiper, heeft de aantekeningen van Berend Jan zoveel mogelijk letterlijk overgenomen. Hij heeft echter gekozen voor een thematische aanpak. Het boek is ingedeeld in een tiental hoofdstukken, waarin zaken behandeld worden als kabelwacht, onderduiken en razzia’s, luchtoorlog etc. Thom Kruiper heeft alle hoofdstukken van een inleiding voorzien en waar nodig de aantekeningen van Schutten van commentaar voorzien. Hiermee is het oorlogsdagboek ook voor jongere lezers begrijpelijk en is het een interessante bron van informatie. Uitgever: ’n Boaken ISBN: 9789 0762 7245 0 | 175 pag. | € 14,90
Schoffies in Salland Jasmijn Vervloet Vanaf 1894 duiken er in het Sallandse landschap plots grote aantallen jongens op. Deze schoffies gaan hier niet vrijwillig heen: ze worden voor een heropvoeding naar Balkbrug gestuurd. In het rijksopvoedingsgesticht Veldzicht wordt geprobeerd om deze jongens een ambacht aan te leren in de hoop dat zij daarna een goede plek in de maatschappij zullen vinden. Op haar hoogtepunt wonen hier zo’n 240 jongens. Maar wat is een rijksopvoedingsgesticht eigenlijk? En wat doen die jongens daar dan? Hoe is Veldzicht verbonden met het omringende landschap? En wat heeft de Kolonie van Weldadigheid de Ommerschans met dit alles te maken? Jasmijn Vervloet neemt een duik in de geschiedenis van Veldzicht. Door de ogen van een schoffie vertelt zij het verhaal van het rijksopvoedingsgesticht en haar bewoners. Leer meer over de geschiedenis van de penitentiaire jeugdzorg, bewonder de vele
foto’s die het boek rijk is of maak de architectuurhistorische rondwandeling. Kom mee naar Veldzicht!
19
genen tijdens de Eerste Wereldoorlog en verstopte foezel onder de stobbeboom. Uitgever: Heemkunde Lattrop-Breklenkamp
Uitgever: Kon. Van Gorcum bv ISBN: 9789 0232 5752 3 | 176 pag. | € 23,50
Bewoners Breklenkamp in woord en beeld Bennie Busscher ‘Bewoners Breklenkamp in woord en beeld’ is voorzien van unieke verhalen en beelden. Als een uitgestoken punt van ons land in Duitsland heeft Breklenkamp een unieke ligging. Wie er weleens is geweest, weet dat de omgeving zelf minstens zo uniek is. Busscher bevestigd dat mede daardoor de keuze op Breklenkamp viel. Breklenkamp is een boerschop met weilanden, wallen en eeuwenoude eiken. Er is een ruilverkaveling geweest, maar heel veel van het oorspronkelijke is behouden gebleven. Bijzonder is ook dat de door de overheid gemaakte grens in Breklenkamp eigenlijk helemaal niet bestaat. De verhouding tussen de katholieken en protestanten in Breklenkamp was 50/50, afwijkend van de rest van het overwegend katholieke Noordoost Twente. In die tijdgeest waren de religies gescheiden, de protestantse inwoners trouwden met protestantse mensen uit de buurtschappen over de grens zoals Lage en Frenswegen. De kinderen uit katholieke gezinnen gingen daarentegen vanaf 1925 naar de katholieke school in Lattrop in plaats van het schooltje in de eigen buurtschap. Hoewel de tijdgeest is veranderd zijn zowel de familiebanden als het noaberschap nog altijd grensoverschrijdend, in dat opzicht bestaat er geen grens in Breklenkamp. In het boek staan verhalen over boerenerven, de school met onderwijzers, de vroegere inwoners etc., vergezeld van honderden oude foto’s. Daarbij ook historische anekdotes over gevluchte Franse krijgsgevan-
boeken
circa 400 pag. | € 35,00
Vrouwenwandeling Zwolle Lamberthe de Jong, Lucia de Vries en Saskia Zwiers Op 10 juni 2022 presenteerde het Zwols Vrouwenplatform de Vrouwenwandeling Zwolle. De route voert langs plekken in de historische binnenstad waar onvergetelijke vrouwen woonden of werkten. ‘Iedereen die geïnteresseerd is in wat historische Zwolse vrouwen bezighield, beroemd of berucht maakte, moet de wandeling eens uitproberen’, aldus de initiatiefnemers. De route voert langs de woningen van bekende Zwolsen, onder wie tekenares Gesina ter Borch, Aleida Greve, stichtster van Het Vrouwenhuis, en Amoene van Haersolte, winnaar van de eerste P.C. Hooftprijs. Maar er zijn ook minder bekende vrouwen te ontdekken zoals Maria Lauws, de eerste orgeltrapper van de Grote Kerk, en Gre Runhaar, een moedige stadgenote in de Tweede Wereldoorlog. Geertruid Kadeneter staat symbool voor de vele Zwolse vrouwen die zich begin vijftiende eeuw aansloten bij de beweging van de Moderne Devotie. Bijzonder zijn Jacomina Jannes, een ter dood veroordeelde moordenares, en Maria van Antwerpen, een vrouw die liever als man door het leven ging en als soldaat wacht liep op de stadsmuren van Zwolle. Ook lokale feministes en politica’s worden niet vergeten, evenmin als arme vrouwen, kunstenaressen, verzetsheldinnen en prostituees. Het meest recent zijn de Zwolse Dolle Mina’s die in 1976 een Vrouwenhuis oprichtten. Uitgever: Zwols Vrouwenplatform ISBN: 978 90 9036099 7 | 56 pag. | € 5,00
20
DOOR GEERT BEKKERING
Meer as ’n plezeerig leav’n Oud-directeur Arnold van Heek van de overhemdenfabriek Blom – FABLO in Enschede had met journalist Stegeman in 1992 veel leuke herinneringen opgeschreven. Dat boekje was bedoeld voor familie, maar werd ook daar buiten erg gewaardeerd. Zijn zoon Willem was houtzager op ’t Kerkenveld bij de theekoepel Boonenkamp, achter de Hooge Boekel in Enschede. Hij heeft het boekje in 2004 laten uitgeven, aangevuld met veel eigen anekdotes. Maar de uitgave heeft nooit de aandacht gekregen die het verdient en is zelfs antiquarisch bijna niet verkrijgbaar. Vrijwilligers van de Historische Sociëteit Enschede-Lonneker [www.SHSEL.nl] hebben het afgelopen jaar met veel plezier gewerkt aan een herziene en uitgebreide heruitgave. Met behulp van het fabrikantenarchief op Zonnebeek zijn er veel oude familiefoto’s gescand en is het nu herdrukt met heel veel foto’s, ook veel nieuwe in kleur. Daarnaast zijn er vooral veel nieuwe verhalen en anekdotes bij gekomen.
Samenwerken
H Het Bruggetje over een vroegere bocht in de Buurserbeek in Haaksbergen voor het openluchtmuseum dat er nooit kwam.
et was heel leuk om met Willem van Heek vrijwel wekelijks te praten over de heruitgave van het boek. Willem kan prachtig vertellen en weet veel over vroeger. Natuurlijk over de grote fabrikantenfamilies, die op allerlei manieren met elkaar verwant
zijn. Maar ook over opmerkelijke zaken uit heel Twente. De aanzet voor een openluchtmuseum bij Haaksbergen dat niet doorging en waarvan de Historische Kring Haaksbergen nog een foto van het bruggetje had. Dat het Haagse Bos bij Losser zo heet, omdat de familie Ledeboer voor die ontginning flinke Haagse subsidies kreeg.
JULI 2022
21
Wat er van de Cirkels van Jannink in Vasse wel en niet waar is en dat de familie Jannink oude foto’s beschikbaar stelde. Over de feesten in Denekamp, waar Willems vader steeds bij was, omdat hij daar een naaiatelier voor overhemden had en waarvan ze in Denekamp nog foto’s hadden. Wat er mis ging bij de grote manifestaties van Jac. Kleiboer in Enschede, waarvan foto’s uit het archief van Tubantia werden gevonden. De gruweldaden die de Duitse bezetters begingen op de Hooge Boekel, het buitenhuis van grootvader Van Heek bij Enschede, waar Willem Bulter onbekende foto’s van regelde en de historische vereniging in Glanerbrug een foto van de twaalf ex-gevangenen leverde, die op de Hooge Boekel het huishouden draaiende hielden.
allemaal doorkijken en de benodigde foto’s scannen. Een hele klus, maar fijn om de lezers van zulk oud materiaal te mogen laten genieten.
Fotojacht
Taalperikelen
Er waren nog unieke foto’s van een tocht op schaatsen en met een auto over het ijs naar Urk in de winter 1929-30. En er waren foto’s van de prinsessen Beatrix en Irene, die in 1954 en 1955 met hun schoolklas kampeerden bij de Hooge Boekel. Ook die konden we opnemen. Dat Albert Plesman in de oorlog in Enschede verbleef, was al wel bekend, maar we vonden een oude foto van het huis waar hij zijn plannen voor de wederopstanding van de KLM maakte. Die kwam uit een artikel dat al eerder was gepubliceerd in ‘n Sliepsteen, het kwartaalblad van de SHSEL.
Toen we aan het opmaken toe waren – de doelstelling was minstens één foto per dubbele pagina – begon het echte zoekwerk. Zo was er het verhaal van de oude staande klok die de stadsbrand van Enschede in 1862 overleefde, omdat hij op de binnenplaats onder de paardenmest werd begraven. In de oorlog stond deze in de textielfabriek van Scholten, die gebombardeerd werd, maar de klok bleef onbeschadigd. Op de manifestatie FF (Fast Forward) in 1951 in Enschede werd het staande uurwerk getoond als een voorbeeld van de veerkracht van Enschede na een ramp. Maar waar was hij nu? Ik heb bij nazaten diverse klokken gezien en gefotografeerd. Heel gezellige bezoeken waren dat. Maar bijna geen enkele klok die in de familie bekend stond als die overlever, bleek de echte. Die is uiteindelijk wel gevonden en de foto prijkt in het boek. Zo kun je wel een jaartje bezig zijn voor het boek klaar is, maar dat was in coronatijd geen slechte bezigheid.
Op veel plekken staat er in het boek een (deel van de) tekst in ’t Twents. Willem Bulter heeft er voor gezorgd dat het uniform in de spelling van de ‘Kreenk’ is geschreven. We wilden uiteraard niet de discussie die ontstond toen aan het nieuwe gebouw MELKION in Enschede een klok werd onthuld met de tekst: ‘Wiy’ gaot met de tied met’. Na de onthulling werd er door de boeren bij de borrel wel erg hard gediscussieerd over: Mien opoe zear altied … Joa, maor bie oons in ’t hoes … Tsja, in modern ‘Twents‘ goat moeder met ‘n specialised e-bike funshoppen, terwijl hun kids chillen in ’t hoes.
Samenwerking
Sommige foto’s bleken nogal beschadigd, nieuwe foto’s konden soms niet in één keer gemaakt worden en moesten worden samengevoegd. Soms hadden foto’s niet het goede contrast. Margaret Brummer is er nogal druk mee geweest om al het beeldmateriaal te bewerken. Gertrude van de Bovenkamp typte de teksten en nam ze een paar maal door, zodat er nu (bijna) geen fouten in staan. Het fabrikantenarchief op Zonnebeek heeft vele fotoalbums. Die mochten we
Het staand horloge dat de ‘Echte Enschedese Overlever’ bleek te zijn.
Dakpan met inscriptie uit 1768.
22
De prinsessen Beatrix en Irene kamperen op de Hooge Boekel in Enschede in 1954.
MEER AS ’N PLEZEERIG LEAV’N
JULI 2022
23
uit Langeveen weten te bewegen om als bewoners van het lös hoes te fungeren. Ofschoon niet getrouwd wilden zij wel – zij het gekleed – in de bedstee kruipen. Toen prinses Beatrix de tentoonstelling bezocht, liep zij het lös hoes binnen waar op dat moment het oude vrouwtje in bed lag. H.K.H. dacht dat ze ziek was en vroeg: ‘Wat mankeert er aan?’ De prinses werd echter direct verteld hoe de vork in de steel zat. Mensen die kijken naar de ‘beslapen’ bedstee.
Fast Forward
Jac. Kleiboer had in 1951 op de manifestatie FF een lös hoes laten bouwen om te tonen hoezeer het boerenbedrijf zich had ontwikkeld. Om het geheel zo echt mogelijk te doen lijken had hij een oud baasje en een oud vrouwspersoon
De boer op
Met Willem zijn we vaker de boer op gegaan, omdat er bijvoorbeeld een verhaal was over de balk boven de niendeur met inscriptie. Die balk is bij de sloop van de boerderij gered en herplaatst, dus die moest gefotografeerd. En waar in het oude boekje een dakpan met inscriptie uit 1768 kort werd vermeld, moest die er nu natuurlijk fraai gefotografeerd in. Het is geweldig om bij heel betrokken boeren meteen gastvrij naar de schuur meegenomen te worden, waar die oude dakpannen verstopt zijn. En dan blijken er dus best veel te zijn, allemaal handgevormd op het dijbeen. De mooiste tekst was volgens mij: De Misgunst Der Menschen Kan Mij niet Kleineren als ik mar moet hebben Den zegen des Heeren, 1768 gerrit elshof.
Het tentoonstellingsbestuur vreesde echter dat deze bedscène allerlei problemen zou opleveren als twee ongetrouwde mensen samen in een bedstee zouden bivakkeren, nog wel in het openbaar. Kleiboer loste het probleem op eenvoudige wijze op. Hij heeft de oudjes in het huwelijk laten treden.
zijn paspoort werd gevraagd door Duitse grensbeambten die hij al jaren kende, heeft hij werk in Nederland gezocht. Ik kan elke historische vereniging een dergelijk project aanraden. Je moet er wel wat instoppen, maar je krijgt er veel voor terug.
Grensganger
Een flink aantal verhalen gingen over de jaren dat Arnold van Heek werkte bij de Baumwollspinnerei Germania in Epe bij Gronau. Arnold had tussen 1930 en 1940 ook flink wat foto’s in die omgeving gemaakt. Samenwerking met de Heimatverein Epe lag voor de hand. Daar waren ze erg blij met de foto’s uit de jaren dat het Nationaal Socialisme geleidelijk ‘gewoon’ werd. Toen Arnold van Heek, die dagelijks met de auto in Glanerbeek door de douane ging, in 1939 steeds vaker om
Meer as ‘n plezeerig leav’n ‘Meer as ‘n plezeerig leav’n’ is verkrijgbaar bij de Historische Sociëteit [www.SHSEL.nl en in de boekhandel. € 15,50, hard cover, 240 p. ISBN 90-97898081354783
OVERIJSSEL TOEN EN NU In het volgende nummer Jaargang 13, nummer 4, oktober 2022
Uitgelicht: Duymaer van Twist (1809-1887) revisited
OVERIJSSEL TOEN EN NU
Verder:
Albertus Jacob Duyaer van Twist (1809-1887). Olieverf, Herman Antonie de Bloeme, 1861. Rijksmuseum Amsterdam.
Kijk ook op www.mijnstadmijndorp.nl
Rampen in Overijssel en meer…