Prinses Amalia mocht dit jaar de krijgsmacht beter leren kennen vanwege haar achttiende verjaardag. Op drie verschillende momenten bezocht ze de luchtmacht, landmacht en marine. In april vloog ze mee met de luchtmacht in een F-16 vanaf Vliegbasis Volkel, in juni reed ze mee met een Leopard 2A6-gevechtstank van de landmacht en afgelopen augustus maakte ze kennis met de marine, waar ze onder begeleiding de onderzeeboot Zr.Ms. Zeeleeuw mocht besturen en uitleg kreeg over het leven onder water.
PRINSES AMALIA
REDACTIONEEL KORT NIEUWS
Het hoofd koel
De voortdurende oorlog in Oekraïne heeft natuurlijk niet alleen een impact op onze maatschappij en ons dagelijks leven. Het beïnvloedt ook de manier waarop wij omgaan met de verdediging van ons grondgebied en het garanderen van de internationale veiligheid. En daar wordt de maatschappij zich ook steeds bewuster van. Maar ik krijg ook de indruk dat hier op een mooie manier zichtbaar wordt hoe de Nederlandse militair zijn professionaliteit toont: door het hoofd koel te houden. U zult het merken in veel artikelen in deze Militaire Courant: er is een hoge mate van bewustzijn, en er worden maatregelen genomen om ervoor te zorgen dat de zaak niet escaleert. Maar de voor de defensie verantwoordelijke politiek en de militairen – van de hoogste tot de laagste rang – laten zich niet gekmaken.
Het is mooi om te lezen hoe, in de opinie van staatssecretaris Van der Maat, de gewapende hand van onze samenleving zich ontwikkelt naar een slagvaardige, flexibele organisatie, die de dreigingen van nu én de toekomst aankan (p.22). Maar dat lees je ook in de verhalen van bewaker Vincent (p.10) en VEVA-student Alan (p.28) die, ondanks die oorlogsdreiging vanuit het buitenland, op een nuchtere manier met hun vak en verantwoordelijkheden omgaan.
Tegelijkertijd laten we zien dat Nederland vooropstaat in ontwikkelingen en strijdklaar is voor de toekomst van morgen en de komende decennia: lees wat de Reaper voor ons doet (p.20), en wat de Ground Master nog gaat doen (p.26)!
En tot slot: het gaat altijd om mensenlevens, in het verleden, heden en toekomst. Vandaar dat het goed is om te zien dat we daar als maatschappij aandacht voor hebben. En dat hebben we in onze artikelen ook willen laten zien. Buiten is het koud, maar we zitten nog echt niet te bibberen van de kou en de angst. En dat is goed om te weten.
Antal GiesbersDefensie pakt vastgoed aan
Defensie gaat serieuzer werk maken van het mogelijk afstoten van de LuitenantKolonel Maaskampkazerne, de transportlocatie van de marine
Defensie gaat
15.000 Oekraïners opleiden
O p 15 november is er onder Europese vlag een nieuwe trainingsmissie van start gegaan. Nederlandse militairen gaan de komende twee jaar zo’n 15.000
aan de Bassingracht en Marinekazerne Fort Erfprins. Dat meldt staatssecretaris van Defensie Christophe van der Maat in een kamerbrief over het Strategisch Vastgoedplan 2022. Eerder werden in mei al vier projecten in het land aangekondigd. Daar zijn er nu dus twee bijgekomen.
Oekraïners opleiden. Defensie biedt verschillende trainingen aan en levert stafofficieren. De trainingen vinden vooral plaats in Duitsland en Polen. Een deel vindt ook plaats in andere lidstaten. Het aantal Nederlandse trainers voor de missie ligt tussen de vijftig en honderd man. Wanneer de Nederlandse militairen starten is nog niet bekend.
Dropping van parachutisten en pakketten
I n de eerste helft van december vlogen boven Nederland en België geregeld twee laagvliegende C-130 Hercules-transportvliegtuigen, die parachutisten en pakketten boven verschillende aangewezen locaties dropten. De toestellen maakten driemaal daags een vlucht vanaf Vliegbasis Eindhoven, waarna zij twee uur in de lucht blijven. De luchtmacht werkte bij deze oefening samen
met het Korps Commandotroepen en 11 Luchtmobiele Brigade. De parachutisten landden in Nederland op locaties als de Marnewaard, de Ginkel en de Regte Heide. Doorgaans vliegt een Hercules boven Nederland niet laag boven de grond, onder meer vanwege geluidsoverlast. Toch moet deze vaardigheid op peil worden gehouden. Het kan in oorlogssituaties voorkomen dat een toestel niet kan landen om militairen en goederen af te zetten. Door laag te vliegen houdt de bemanning in zulke gevallen goed zicht en kunnen zij parachutisten en materieel veilig droppen.
Calamiteitenput voor Drenthe
Een speciale eenheid van Defensie heeft een extra calamiteitenput geslagen in Drenthe in de omgeving van Frederiksoord. De
put moet helpen bij natuurbranden in de omgeving. Daarnaast is het ook nodig voor de bescherming van de monumenten in het werelderfgoed. Het is de vijfde put in vijf jaar tijd die door het Waterboordetachement van de Koninklijke Landmacht wordt aangelegd.
Boeken
Het Raven mini-UAS (unmanned aerial system) is een onbemand verkenningssysteem.
Schietoefening met zware mitrailleur .50 vanaf een Mercedes-Benz-terreinwagen.
BATTLEGROUP
BATTLEGROUP ROEMENIË
Nederland levert vanaf de zomer 2022 zo’n tweehonderd militairen voor de ‘enhanced Forward Presence battlegroup’ in Roemenië. Deze battlegroup staat onder Franse leiding en is gestationeerd in Cincu, in het midden van het land. De maatregelen tonen de bondgenootschappelijke solidariteit van het NAVO-bondgenootschap. De militaire versterking in Oost-Europese partnerlanden is bedoeld als een helder signaal naar Rusland: ‘Als jullie ons verdragsgebied schenden, leidt dat tot directe betrokkenheid van het hele bondgenootschap.’
Speciale verzekeringen voor jou als militair
Als militair kun je optimaal gebruik maken van het voordeel dat Noventas op het gebied van verzekeringen biedt. Noventas is de ideale partner voor jouw schadeverzekeringen; militair, privé, beroep, bedrijf of als vereniging.
Speciaal
Verzekeringen Defensie
Het militaire beroep kent bijzondere risico’s. Noventas kent als verzekeringsspecialist de militaire beroepsrisico’s en heeft hierop een uitgebreid pakket verzekeringen afgestemd. Het Defensie Aanvullings Plan (DAP) en Defensie Ongevallen Plan (DOP) dekken deze beroepsrisico’s af. PTSS en oorlogsrisico zijn in het DOP zelfs meeverzekerd. Zonder poespas via Noventas te regelen. Als Defensiemedewerker krijg je bij Noventas bovendien KORTING op al jouw privé schadeverzekeringen.
Verzekeringen Privé
De schadeverzekeringen die Noventas aanbiedt zijn voor zowel militair als burgerpersoneel en hun gezin als ook voor veteranen en reservisten en hun gezin. Dus ook voor jou privé. Bovenop de collectiviteitskorting ontvang je ook nog een pakketkorting. Ook een eventuele zorgverzekering kun je gemakkelijk via Noventas regelen.
Waarom Noventas
• Persoonlijk onafhankelijk maatwerkadvies
• Pakketkorting op privéverzekeringen
• Geen abonnementskosten
• 24/7 bereikbaar
• Ook dekking bij missies en bergingsopdracht
• Uniek in Nederland: Ongevallenverzekering met PTSS dekking
• Gratis uitzendcertificaat
• Snelle schadeafhandeling
• Gratis juridische adviesdesk
• Extra korting voor Veteranen
Vrijblijvende offerte?
• Bel +31(0)880 300 100 of
• Stuur een kopie van je polis naar: info@noventas.nl of
• Vul het formulier in op noventas.nl/particulier/ verzekeringscheck/ of
Noventas is partner van Onbekende Helden
Korporaal Bewaker
Defensie biedt een grote verscheidenheid aan functies. Deze keer in de schijnwerpers: de werkzaamheden van Korporaal Bewaker/Security Vincent, wiens rol zoveel meer inhoudt dan dat traditionele bij de hoofdpoort op wacht staan.
Wie Vincent Wat Korporaal Bewaker/ Security Waar Vliegbasis Volkel‘In mijn functie ben ik verantwoordelijk voor de dagelijkse bewaking van de vliegbasis, waarbij we bepaalde bevoegdheden hebben om de veiligheid en werkzaamheid van de basis te garanderen. Verandert de situatie, of worden we uitgezonden, dan kunnen die bevoegdheden ook weer aangepast worden. Mijn functie heeft één doel: het zodanig beschermen en verdedigen van de Vliegbasis Volkel dat de processen daar gewoon door kunnen gaan. Dat is de verantwoordelijkheid van ons team, dat bestaat uit tien man. In totaal zijn er vier van deze teams in onze vlucht (oftewel peloton). Daarmee is onze vlucht stukken groter dan hij bij de landmacht zou zijn. In totaal hebben we vijf vluchten met daarnaast een staf.
‘Nu met de oorlog in Oekraïne zitten wij in alertheidsstatus, alhoewel we hier op Vliegbasis Volkel niet veel van een dreiging ervaren. Wel hebben we onze trainingen opgeschroefd en wordt onze kennis up-to-date gehouden. We werken nauw samen met het Bureau Inlichtingen en Veiligheid, dat op basis van rapporten van de MIVD constant een dreigingsbeeld opbouwt. Dan wordt bepaald hoe wij op die bedreigingen moeten reageren. Maar dan afhankelijk van je individuele oordeel, want als je iets constateert waar je meteen op moet reageren, dan hoef je echt niet om toestemming te vragen. Dat is ook meteen een grote verantwoordelijkheid, want je wilt niet dat jouw ingrijpen een situatie escaleert, waardoor je je weer voor de “groene tafel”, de militaire rechtbank, moet verantwoorden.’
Opleiding
‘Ik volgde van 2015-17 de VEVAopleiding Grondoptreden. Vanwege een zwakke knie kon ik niet bij de Cavalerie Verkenners en tijdens mijn PTA (Praktijk Tijdens Afwachten; periode die twee opleidingen overbrugt) nadat ik de Militaire Basisopleiding Luchtmacht had afgerond, kwam ik bij de bewaking terecht. Dat beviel me wel, en ik wil graag bij de luchtmacht blijven.’
Taken
‘Onze taak is het beschermen van de TBB’s (Te Beschermen Belangen). Die TBB’s zijn opgedeeld in vier graden van belangrijkheid, waarbij een F-16 of F-35 om meer bescherming vraagt dan bijvoorbeeld een legeringsgebouw! Maar ons werk is zoveel diverser dan alleen bij de hoofdpoort op wacht staan, dat beeld is zo achterhaald. Want we moeten ook als gevechtseenheid kunnen optreden. We hebben diverse teams die de beschikking hebben over voertuigen en wapensystemen. We spelen daarnaast een belangrijke rol op het gebied van beveiliging en bewaking van de Quick Reaction Alert. Dit zijn twee F-16’s die 24/7 de lucht in kunnen gaan wanneer er bijvoorbeeld een vliegtuig vliegt waar geen radiocontact mee is en waarvan de bedoeling onbekend is. Ikzelf ben, naast mijn gewone taken, ook verantwoordelijk voor een YPR-rupsvoertuig.
‘Psychologie is een van de belangrijkste maar ook moeilijkste vaardigheden in ons werk. Want je moet mensen en situaties kunnen inschatten, en dan weten hoe je daar het beste op kunt reageren.
Maar je moet ook in staat zijn om bij escalatie meteen van nul naar honderd te kunnen. Daarom trainen we veel scenario’s, en krijgen we les in het omgaan met agressie. ‘Ons werk is erg onregelmatig,
en een dienst wordt meestal opgedeeld in viermaal twee uur, met daarin bewaken aan de hoofdpoort en het QRA-team, maar ook tijd voor onderhoud van de YPR, en stand by-uren waarin je kunt studeren, sporten of werken aan je persoonlijke ontwikkeling. Het is essentieel dat je niet in een sleur terechtkomt: als er één bedreiging is in ons werk, dan is het dat wel. Het is de uitdaging om alert en scherp te blijven.’
Leukste bezigheid
‘De bewakingsrol is niet altijd even uitdagend, en we hebben eigenlijk alleen maar te maken met soms een activist of wat demonstranten die de basis op willen. Het leukste is daarom wanneer we op oefening gaan of trainingsdagen hebben, de OVG-lessen (Optreden Verstedelijkt Gebied) en de contactdrills beoefenen, meestal in een stedelijk gebied. Dan voel je toch wel dat je echt een gevechtseenheid bent.’
Bijzondere baan
‘Ons werk is heel belangrijk, maar de werking ervan berust wel voor een belangrijk deel op preventie: je laat zien dat je er bent, en dat schrikt meestal al af. Dus op een bepaald moment ga ik wel verder kijken. Maar wat de baan zo interessant maakt, is dat je via bewaking in contact komt met alle andere disciplines binnen de luchtmacht, en dat je zoveel ruimte krijgt voor het volgen van cursussen, trainingen en studies. Dus met je persoonlijke ontwikkeling zit het bij de bewaking wel goed!’
De rubriek ‘Mijn Functie’ is mede mogelijk gemaakt door Noventas verzekeringen.
Mali (EUTM, EUCAP Sahel en Minusma)
Nederland draagt met vijf militairen bij aan de EU-trainingsmissie in Mali (EUTM Mali). Die traint Malinese strijdkrachten en adviseert om de zogeheten G5-troepenmacht operationeel te maken. Deze G5 bestaat uit Mali, Burkina Faso, Mauritanië, Niger, Tsjaad. Ook levert Nederland maximaal vijftien functionarissen voor de civiele missies van de EU in de Sahel (EUCAP Sahel). Die zijn gericht op versterking van de binnenlandse veiligheidssectoren in Mali en Niger. Daarnaast levert Nederland aan de VN-missie Minusma maximaal tien functionarissen van politie en Koninklijke Marechaussee, en twee tot drie militaire stafofficieren.
LITOUWEN (eFP)
Defensie levert een bijdrage aan de versterkte militaire aanwezigheid van de NAVO in Litouwen, de zogeheten enhanced Forward Presence. Het gaat om 270 militairen voor een multinationale battlegroup. Het bataljon waarvan Nederland deel uitmaakt, staat onder Duitse leiding en is gestationeerd in Rukla. Het is een van de ‘geruststellende maatregelen’ voor de Oost-Europese bondgenoten.
ROEMENIË (NAVO-oefening)
150 Militairen van de luchtmobiele brigade trainen in verband met de oorlog in Oekraïne in Roemenië in plaats van in Duitsland. Door aan de NAVO-grenzen te oefenen geeft de NAVO een krachtig signaal af richting Rusland.
LIBANON, SYRIË EN ISRAËL (UNTSO)
De United Nations Truce Supervision Organization (UNTSO) observeert de afgesproken bestandslijnen tussen Libanon, Syrië en Israël. UNTSO opereert in hetzelfde gebied als UNDOF (United Nations Disengagement Observer Force). En in ZuidLibanon in hetzelfde gebied als UNIFIL (United Nations International Force In Lebanon). Nederland levert twaalf militairen aan deze missie.
OEGANDA (ACOTA)
Nederland neemt soms deel aan het Global Peace Operations Initiative (voorheen Africa Contingency Operations Training & Assistance (ACOTA)-programma). Het programma vergroot de capaciteiten van 25 Afrikaanse landen door instructie en training, zodat deze in Afrika vredesmissies kunnen uitvoeren (met een mandaat van de Verenigde Naties en de Afrikaanse Unie).
GAZASTROOK (EU BAM en USSC)
De European Union Border Assistance Mission (EU BAM) is een missie van de Europese Unie. De missie helpt bij het grensbeheer aan de grensovergang bij Rafah in de Gazastrook. Nederland draagt in de regio ook bij aan de United States Security Coordinator (USSC). Deze missie vindt plaats in Ramallah op de Westelijke Jordaanoever.
NEDERLANDSE MISSIES
IRAK (Militaire trainers)
De Nederlandse Luchtmobiele Brigade ondersteunt het speciale operaties-trainingscentrum in de omgeving van Bagdad. Inmiddels is er een compagnie van 120 militairen gearriveerd in NoordIrak op vliegveld Erbil om deze locatie te beveiligen. Ook geven Nederlanders in Erbil trainingen samen met partnerlanden. Twee Nederlandse militaire adviseurs vervullen een functie binnen de NAVO-capaciteitsopbouwmissie in Irak. Er nemen ook vier Nederlandse civiele experts aan deel.
Terwijl u dit leest, zetten militairen zich in verschillende delen van de wereld in voor vrede en veiligheid. Op korte termijn ten behoeve van de lokale bevolking, maar op lange termijn draagt globale stabiliteit ook bij aan veiligheid in Nederland.
Bij Combined Maritime Forces (CMF) werken marines uit 25 verschillende landen samen. CMF opereert in de wateren rond het Arabisch schiereiland en bestrijdt gewelddadig extremisme en terrorisme, piraterij, smokkel en mensenhandel en verbetert samen met lokale en andere partners de maritieme veiligheid en stabiliteit in de regio.
Marineschepen vergroten de veiligheid langs de scheepvaartroutes door de Golf van Aden en de Hoorn van Afrika bij Somalië. Zij verstoren en ontmoedigen hiermee zeerovers. Het aantal gekaapte schepen is sinds 2012 sterk gedaald. Defensie stuurt in sommige gevallen militaire beveiligingsteams mee op Nederlandse zeetransporten.
‘Ze moeten denken: Wat doet die rare slungel hier?’
Jeroen Akkermans (1963) is een Nederlandse journalist met als standplaats Berlijn. Voor RTL Nieuws verslaat hij de oorlog in Oekraïne. Naast zijn tv-reportages onderhoudt hij een immens fotoarchief, schreef hij columns en maakte hij documentaires. Net na de bevrijding van Cherson heeft de Militaire Courant een vraaggesprek met hem. Nee, niet in Cherson, maar in een vestiging van restaurant La Place. De verwarming staat uit. Komen we toch nog een beetje in de stemming.
ROBERT VAN WEPEREN
Jeroen, wilde je altijd al oorlogsverslaggever worden?
‘Nee. Ik voel me correspondent. Al decennia bericht ik over de Balkan en Oost-Europa, tot aan Rusland en de Kaukasus toe. Onvermijdelijk kwam zo de ene na de andere oorlog op mij af. Ik maakte reportages over de NAVO-bommencampagne in Servië en de eerste oorlog in Tsjetsjenië. En ik was in Georgië tijdens de Russische invasie in 2008. Een oorlog die vijf dagen duurde, waarbij ik mijn naaste collega en cameraman Stan Storimans verloor bij een Russische raketaanval. In 2014, toen Rusland de Krim annexeerde, het Donetsbekken gedeeltelijk bezette en de MH17 uit de lucht werd geschoten, was ik voor RTL Nieuws in Oekraïne.’
Waar was je toen op 24 februari 2022 Rusland Oekraïne binnenviel?
‘In Lviv. Een week eerder maakte ik nog reportages in Marioepol. Zoals een portret van dirigent Vasili Kratsjok en zijn kamerorkest. Toen zei Kratsjok nog moedig: “We gaan ze tegenhouden met onze wapens van de kunst.”* Tijdens dezelfde reis bezocht ik de loopgraven in Avdiivka. Eenmaal in Kyiv verslechterde de situatie razendsnel. Mijn chef wilde dat ik daar wegging. In zo’n situatie zie ik mezelf als een zwemmer in een enorm zwembad die luistert naar de badmeester aan de kant. Hij had het overzicht. Zodra een front zich snel verplaatst, moet je extra oppassen wanneer je onderweg bent. Vlak voor het uitbreken van de oorlog ben ik naar Lviv gereisd. Live voor de camera vertelde ik dat ik mij zeer somber voelde. Ik kon alleen maar denken aan Tsjetsjenië, dat de Russen pas veroverden nadat ze het met de grond gelijk hadden gemaakt.’
Wat stop je in je koffer als je zo plots vertrekt?
‘Vrijwel hetzelfde als ieder ander die op reis gaat. Dus ondergoed en wat broeken. Liefst praktische, sterke en onopvallende kleding. Dus niet zoals exBBC-correspondent Martin Bell – ik waardeer hem zeer – die altijd in een wit pak verslag deed. Zelf kies ik voor anonimiteit. Bij het woord PRESS dat met dikke letters op mijn scherfvest staan, heb ik al grote twijfels. Biedt mij dat bescherming? Of werken ze als een rode lap op een stier? Naar Oekraïne hoef ik geen
rantsoenen mee te nemen. In de supermarkten liggen de croissants naast de Franse kaas en de kipsalade. De aanvoer blijft ondanks de oorlog verrassend goed. Dat vind ik ook zo moedig van die mensen die hulpgoederen naar bijvoorbeeld Charkiv rijden. Die zeggen dan: “Dat moet toch gewoon gebeuren?” Alsof het de normaalste zaak van de wereld is je leven te wagen. O ja, en ik neem altijd mijn loopschoenen mee. Ik jog graag nadat het luchtalarm “sein veilig” geeft.’
Hoe kies je je bestemming? Hoe maak je een verhaal?
‘In gebieden waar de oorlog zich afspeelt, hoef ik het verhaal niet te zoeken. Het komt naar me toe. Of dat nou in een loopgraaf is of op het station van het relatief veilige Lviv. Waarbij ik liever een toevallige ontmoeting heb met een boer dan een afspraak met een official. Neem die keer dat we naar Hostomel reden voor een reportage over die opgeblazen Antonov 225, het grootste vliegtuig ter wereld. Daar kwamen we bij toeval Galina tegen, die een maand in een kruipruimte onder een verwoeste flat had gezeten. Ze was voor het eerst weer buiten. Gefundenes Fressen, zeg je dan. Ik hoef het alleen nog maar op te rapen. Het was aandoenlijk. Ze snotterde: “Ik ben mezelf niet meer. Ik ben totaal veranderd.” Tja, daar heb ik niks meer aan toe te voegen. Sowieso houd ik het liefst zoveel mogelijk mijn mond, en laat ik de mensen hun verhaal vertellen.’
Hoe wordt het een tv-reportage?
‘Televisie is ingewikkeld, want vier lagen. Inhoud, beeld, geluid en tekst moeten naadloos op elkaar aansluiten. En dan moet het óók nog eens televisie zijn, een lastige spagaat tussen authenticiteit en regie. Liefst regisseer ik zo min mogelijk. Ik stuur aan op spontane momenten. De cameraman of -vrouw moet dat aanvoelen. Verder monteer ik bijna alles zelf. Bij Galina grepen die vier lagen als vanzelfsprekend in elkaar. Zo iemand laat zich ook niet regisseren. Vervolgens doe ik de voice-over, waarna ik vanaf de gekste plekken de reportage – via dikwijls onzekere wifi – naar Hilversum stuur. Ik sta er niet te lang bij stil. Morgen een nieuw verslag.’
Wat is de rol van een fixer?
‘Onze Oekraïense fixer Timo rijdt, hij kent de weg en heeft meer contacten dan ik. Hij schat onverwachte
‘Vergeten doe ik niet. Het zijn mijn schouders die steeds breder worden’
situaties goed in en is bovendien een beer van een vent. Verder spreekt hij Russisch en Oekraïens. Het lastige is dat ik tot een jaar geleden prima met mijn steenkolen-Russisch vooruit kon. Vandaag zijn er veel Oekraïners die weigeren Russisch te spreken.’
Hoeveel gevaar loop je?
‘Ik tref vanzelfsprekend altijd voorzorgsmaatregelen en heb daarvoor speciale trainingen gehad. Daarbij leer je – simpel voorbeeld – dat je je auto altijd richting je vluchtweg moet parkeren. Je bouwt een vehikel op waardoor je op de juiste momenten op je qui vive bent. Toch blijft er altijd een restrisico. Ik heb weleens een kruisraket zien overvliegen, en vooral gehoord. Wat een naar geluid produceren die krengen, die overal in kunnen slaan. Maar een autorit van 500 kilometer over een tweebaansweg in de duisternis is evenmin zonder gevaar, terwijl daar nooit iemand over begint. Twee keer wist Timo ternauwernood een tegenligger te ontwijken.’
Hoe zit dat met verzekeren?
‘Dat blijft een akelig onderwerp, waarop ik vaak word aangesproken. Als je het niet overleeft, is de uitkering eenduidig. Lastiger wordt het als je deels arbeidsongeschikt raakt. Dan moet je maar hopen dat de kleine lettertjes je niet in de kou laten staan. Zo’n oorlogsverzekering is de grootste kostenpost voor mijn baas. Freelancers kunnen zich zoiets niet veroorloven, maar toch zie ik ze veel in de frontgebieden. De overige kosten vallen mee. Onderweg geven we niet veel meer uit dan een budgettoerist. We zijn al blij als we onderdak en een warme maaltijd krijgen. Meestal tegen afbraakprijzen.’
Ben je ook getraind om in uiterste nood een wapen te hanteren?
‘Nee, zo’n situatie heeft zich nog nooit voorgedaan en dat gaat ook niet gebeuren. Ik weet gelukkig ook niet hoe het werkt om iemand kapot te schieten. Ooit heb ik in Tsjetsjenië geposeerd met een wapen, maar dat doe ik nooit meer. Het voelde meteen heel slecht. Dan ga je wat mij betreft over een scheidslijn heen. Iedereen, zowel burgers als militairen, moeten denken: “Wat doet die rare slungel hier?” Ik ben journalist, geen soldaat.’
Waar zou je op dit moment graag een reportage willen draaien?
‘In Cherson, de stad die maar liefst negen maanden bezet is geweest. Daar moeten nog zoveel verhalen
verteld worden. Of in Donbas. Ik ken het goed, deed er regelmatig verslag tot 2017. Daarna kreeg ik, net als bijna alle Westerse journalisten, geen accreditatie meer. Verder zou ik graag met Russen praten, ook al is hun narratief in beton gegoten. Ik wil iedereen graag aan het woord laten, maar niet ten koste van alles. We zijn niet welkom aan de Russische kant. Als je het dan toch zou proberen, loop je voor mijn gevoel veel te veel gevaar, dat is het mij niet waard.’
Word je niet diepcynisch van al dat leed, de zinloze verwoestingen, die gruwelijke misdaden?
‘Nee, cynisme is te makkelijk. Zelfs na het verlies van Stan hebben de Russen mij niet kapot kunnen krijgen. Ik heb het er nog wel moeilijk mee dat ze nog steeds elke betrokkenheid bij zijn dood glashard ontkennen. Maar de pijn gaat niet ten koste van de hoop die ik koester in mijn werk. Er is nog steeds vooruitgang. De oorlogsmisdaden in Georgië bijvoorbeeld kregen in 2008 nauwelijks aandacht. Terwijl veertien jaar later in de Oekraïense stad Boetsja gruweldaden zijn geconstateerd, omdat er een stuk of vijftig vertegenwoordigers van het Internationaal Strafhof snel ter plaatse waren om onderzoek te doen. Ik verbeeld mij niks, maar dat komt ook omdat journalisten zoveel aandacht voor deze oorlog hebben.’
Krijg je bij al die gruwelijkheden niet af en toe tranen in je ogen?
‘Nooit. Het kan niet zo zijn dat ik meehuil met het verdriet van mensen die ik tegenkom. Ik leef wel mee, maar ik ben er om de situatie uit te leggen aan de kijkers. Soms slaap ik slecht, maar dat is een uitzondering. Galina bijvoorbeeld wilde dat ik nog even bleef, maar uiteindelijk moet je afscheid nemen. Ik breng dat ter sprake in de reportage. Als ik íéts ben, ben ik een passant, zoals bijna alle journalisten. Gelukkig maar. Ik ben dolblij dat ík niet een soldaat, forensisch deskundige of bewoner ben. Ik beperk mij tot mijn taak: verhalen maken en mensen een stem geven.’
Raak je door al die ellende niet aan de drank?
‘Gelukkig niet, dan ben je snel uitgespeeld. Mijn relativeringsvermogen redt mij, anders zou ik stuk gaan in mijn hoofd. Dan zou ik zowel op mijn werk als privé uitgeschakeld zijn. Kijk, vergeten doe ik het niet. Het zijn mijn schouders die steeds breder worden, zodat ik het kan dragen.’
Hoe objectief is je verslaglegging?
‘Zo objectief mogelijk is altijd mijn streven. Maar ik ben degene die het onderwerp bepaalt en de invalshoek kiest. Al deze besluiten zijn per definitie subjectief. Voor de rest registreer ik alles zo sober mogelijk. Ik verzin er niets bij, zo’n ontmoeting met Galina zuig ik niet uit mijn duim. Ik registreer zoals ik mensen of situaties aantref en daar wil ik het liefst zo min mogelijk aan veranderen.’
Heb je helden? Mensen die je voorbeeld zijn?
‘Ik vind het makkelijker mijn anti-held te noemen: Rupert Murdoch, voormalig CEO van een van ‘s
‘Het liefst houd ik zoveel mogelijk mijn mond en laat ik de mensen hun verhaal vertellen’
werelds meest invloedrijkste mediaconglomeraten. Hij heeft als een van de eersten al in de jaren zeventig journalisten als polariserende activisten ingezet, omdat dat goed verkoopt. Populisme is niet per se slecht, maar het is een verdienmodel. Het Amerikaanse Fox News komt voort uit zijn school. Twitter – een podium voor een brei aan meningen – is ook uit dit verdienmodel voortgevloeid. Je bent voor, of tegen. Daar zit niets tussen, terwijl ik vind dat je als journalist altijd oog moet blijven houden voor de nuance. Die kan juist zo spannend zijn.’
Hoe loopt de oorlog af?
‘Er vallen onvoorstelbaar veel doden in deze barbaarse, middeleeuwse oorlog. Ze luidt wat mij betreft sowieso het einde van Poetin in. Maar de prijs wordt met de dag hoger. Er is alleen voor beide partijen geen weg meer terug. Echter, ik ben ervan overtuigd dat Oekraïne uiteindelijk als overwinnaar uit de oorlog tevoorschijn komt. Het ontketende land heeft alles te winnen, terwijl het Rusland alleen nog maar verliezen kan. Op het slagveld van Oekraïne zien we de laatste, bloedige stuiptrekkingen van het Sovjetimperium.’
*Naschrift: Als Vasili Kratsjok naar Berlijn gevlucht is spreekt Akkermans hem opnieuw, Vasili is een gebroken man.
Deze en vele andere reportages staan op www.rtlnieuws.nl/tags/personen/jeroen-akkermans en www.jeroenakkermans.nl
‘Ik koester hoop in mijn werk, er is vooruitgang’
Ervaar de unieke geschiedenis van de vliegbasis Deelen (vlakbij Arnhem) van de oprichting tot heden
In het museum is er bijzondere aandacht voor de opbouw van de vliegbasis in de bezettingstijd, het verloop van de luchtoorlog in de jaren 1940-1945 en voor het militaire gebruik tijdens en na de oorlog.
• Foto’s en tekeningen van de bouw van de ’Fliegerhorst’ voor de Duitse luchtmacht
• Wrakstukken van Duitse, Amerikaanse en Engelse oorlogsvliegtuigen
• Vliegerkleding en andere uniformstukken
• Een replica van de ‘vliegende bom’ V-1
• Restanten van de Canadese oorlogsdump uit 1945
• Plattegrond en foto’s van het na-oorlogse gebruik van de vliegbasis door de Koninklijke Luchtmacht
Museum Deelen, Delenseweg 20, 6877 AE Deelen
• Openingstijden: zaterdag en zondag van 11.00 tot 17.00 uur, voor groepen op afspraak
• Entree volwassenenen € 7,50 en kinderen € 5,00
• Donateurs gratis • museumdeelen.nl
‘Europeanisering’ van de forward defence?
Sinds de Russische aanval op Georgië (2008), de Russische annexatie van de Krim (2014) en zeker sinds de Russische invasie van Oekraïne dit jaar, waart er een veelbesproken scenario rond onder NAVO-planners en Westerse militair strategen. Na een overrompelende maar geografisch beperkte Blitzkrieg tegen Litouwen en mogelijk Polen, zou Rusland een militair onvoorbereid, politiek verdeeld Westen voor een dramatische keuze stellen: zich neerleggen bij het voldongen feit van gebiedsverlies óf escaleren door een grootscheeps maar riskant tegenoffensief te lanceren. Beide opties zouden de NAVO en het Westen op desastreus militair én politiek gezichtsverlies kunnen komen te staan – reden waarom de NAVO-planners het niet zover willen laten komen. Vanaf 2014 lanceerden de bondgenoten dan ook een serie initiatieven voor een betere beveiliging van hun kwetsbare oostflank: versterking van de klassieke afschrikking door daadwerkelijke verdediging. Toegegeven, momenteel lijkt bovenstaand Blitzkriegscenario minder actueel, nu een haperende Russische krijgsmacht worstelt met een vastgelopen grondoorlog tegen Oekraïne. Maar de raketinslag in het Poolse grensgebied op 15 november jl. bewijst het reële risico op spillover naar NAVO-grondgebied van een oorlog waarvan de uitkomst nog niet vaststaat. Met zijn doorlopende bevoorrading van Oekraïne met wapens en met spoedtrainingen voor Oekraïense militairen, heeft het Westen hoe dan ook een dynamiek op gang gebracht die het nauw bij de oorlog betrekt. Poetin heeft zijnerzijds al laten zien hoe hij in reactie op opeenvolgende Oekraïense militaire successen, voor de vlucht naar voren kan kiezen. Zo zou Ruslands numerieke militaire overwicht langs de oostflank van de NAVO (denk ook aan Kaliningrad!) hem in de verleiding kunnen brengen een ‘tweede front’ te openen via selectieve destabilisering van de Baltische landen. Een toch al ‘oorlogsmoe’ Westen zou dan pas echt verdeeld kunnen raken – en bijgevolg de gezamenlijke militaire ondersteuning van Oekraïne kunnen laten afbrokkelen.
Daarmee zijn wij terug bij de vraag: hoe verdedigbaar is de oostflank van de NAVO? Aan de afschrikkingskant werd met de stationering, vanaf 2016, van een bondgenootschappelijke tripwire force (enhanced Forward Presence (eFP): vier battlegroups, met roterende eenheden) enigszins tegemoet gekomen aan de onmiddellijke veiligheidszorgen van Balten en Polen. Teneinde die eFP afschrikwekkende kracht bij te zetten, werd gerekend op de al in 2002 opgerichte NATO
Response Force. Deze NRF was bedoeld om breed te worden ingezet – van collectieve verdediging tot crisisbeheersings- en civiele verdedigingsoperaties. Nu bleef de NRF in zijn opeenvolgende configuraties (op papier werd de sterkte opgevoerd van 13.000 naar 40.000 troepen in 2014) op een aantal kritieke punten tekortschieten: onvoldoende bereidheid van deelnemende Europese NAVO-bondgenoten om toegezegde, roterende eenheden en capabilities daadwerkelijk bij te dragen; stroperige bondgenootschappelijke besluitvorming over inzet; afhakende Europese bondgenoten bij politiek controversiële operaties. Daarmee ontstond twijfel over de slagvaardigheid van het door de NAVO gelanceerde Readiness Action Plan uit 2014 – inclusief de beoogde tijdige linkup van de vanuit de NRF snel ontplooibare Very High Readiness Joint Task Force (VJTF) met de vooruitgeschoven eFP in crisistijd. De NRF werd pas met de Russische invasie van Oekraïne in hogere staat van paraatheid gebracht, en zal in 2023-2024 worden omgevormd tot een nieuw NATO Force Model (NFM). Dit NFM voorziet dat uit een pool van 300.000 troepen 100.000 troepen binnen tien dagen kunnen worden ingezet ter snelle neutralisering van een beginnende Russische inval op NAVO-grondgebied. Dit eerste echelon van het NFM bestaat nu merendeels uit reeds in Europa aanwezige, dus hoofdzakelijk Europese, troepen. Maar de drie Europese NAVO-bondgenoten die hier tellen – Duitsland, het VK en Frankrijk – hebben nog een weg te gaan voordat hun strijdkrachten weer de benodigde parate gevechtskracht in het veld zullen kunnen brengen. Meer in het algemeen zal het bredere ‘inzetbaarheidsdeficit’ dat de Europese inbreng in de NRF plaagde, waarschijnlijk ook het NFM treffen. En denkend aan de tot dusver nooit ingezette EU battlegroups, zou ditzelfde inzetbaarheidsdeficit des te meer de voorziene EU Rapid Deployment Capacity raken.
Ruim dertig jaar na het einde van de Koude Oorlog, moet forward defence opnieuw uit de grond worden gestampt – optuiging van de afschrikking is dringend. Gegarandeerde snelle inzetbaarheid van voldoende gevechtskracht móét daarbij de harde toets zijn. ‘Europeanisering’ van de forward defence, onder meer middels ‘multinationale force packages’ vanuit de EU-tekentafel, doorstaat die toets voorlopig niet. Voor afschrikking ‘nieuwe stijl’ kunnen extra, permanent in Polen te legeren Amerikaanse zware gevechtseenheden niet worden gemist.
MARC BENTINCK
FACTSHEET
MQ-9 Reaper
MQ-9 Reaper
Defensie maakt gebruik van speciaal materieel. Dit keer presenteren wij de MQ-9 Reaper, ook wel de Predator B genoemd.
In februari 2022 kreeg de Koninklijke Luchtmacht de beschikking over vier MQ-9 onbemande verkenningsvliegtuigen, geproduceerd door General Atomics Aeronautical Systems. Defensie haalde de Reaper in huis om vanuit de lucht data en informatie te verzamelen. Het systeem bestaat uit vier toestellen, vier grondstations en communicatieapparatuur. Met de ingewonnen informatie kan de luchtmacht een goede beeldopbouw en essentiële inlichtingen geven aan eigen personeel en (coalitie)partners, al dan niet in een missiegebied op de grond.
De vluchten worden uitgevoerd door een vlieger en een sensoroperator, daarnaast bestaat het team uit technisch personeel voor onderhoud van het toestel en de systemen. De Nederlandse Reapers zijn niet bewapend, maar er zijn ophangpunten onder de vleugels voor extra brandstoftanks, of aanvullende observatie- en/of wapensystemen.
Op dit moment wordt het systeem met twee Reapers getest op Curaçao, en kan daar al voor defensietaken worden ingezet. De twee andere Reapers staan op Vliegbasis Leeuwarden, wat ook de uiteindelijk thuisbasis voor alle vier de vliegtuigen zal zijn. Op 24 juni 2022 kocht Defensie nog vier extra Reapers. Naar verwachting is de MQ-9 halverwege 2023 volledig operationeel.
SPECIFICATIES
Lengte 11 meter
Spanwijdte 20 meter
Hoogte 3,81 meter
Gewicht 2.223 kilo, 4.760 kilo max Stuwkracht 900 pk (671 kWh)
Besturing 2 personen in grondstation
Topsnelheid 482 km/h
Bewapening onbewapend (optioneel: raketten en bommen)
De rubriek ‘Factsheet’ is mede mogelijk gemaakt door Noventas verzekeringen.
‘Nederland heeft behoefte aan een schaalbare krijgsmacht’
Christophe van der Maat is op 10 januari aangesteld als staatssecretaris van Defensie.
Zijn taak: het revitaliseren van Defensie tot een moderne organisatie die niet alleen zijn taken goed kan uitvoeren, maar ook aantrekkelijk is om voor te werken.
DOOR ANTAL GIESBERS
‘Ik had van kinds af aan interesse in Defensie en dacht erover om me aan te melden bij de KMA,’ vertelt Van der Maat. ‘Maar uiteindelijk kwam ik terecht bij bestuurskunde en internationaal recht, waar ik een master oorlogsrecht deed. Na zeven jaar als gedeputeerde in Noord-Brabant, besloot ik om iets anders te doen. Ik sprak met de VVD over het type uitdagingen waarin ik een rol wilde spelen en daar kwamen twee functies uit, waarvan eentje als staatssecretaris voor Defensie.’
U kreeg wel bijna meteen te maken met het uitbreken van de oorlog in Oekraïne. Wat betekende dat voor uw werk?
‘Nou, Defensie was al hard aan vernieuwing toe, en de VVD zocht iemand die in het hoogste haalbare tempo met de organisatie verbinding met de samenleving aan kan gaan en die niet bang is om nieuwe paden in te slaan om de organisatie verder helpen te versterken. Dat komt goed uit, want ik ga echt niet op de winkel
passen: ik ben iemand van innovatie en opbouw.’
Er was vóór Oekraïne al twee miljard extra voor Defensie gealloceerd, toen die oorlog uitbrak werd dat bedrag meer dan verdubbeld naar vijf miljard. Welke impact had dat?
‘We zaten nog midden in het proces van het maken van een Defensienota, die uitlegt wat we met de gereserveerde twee miljard wilden doen, toen we er ineens geld bijkregen. De strategie was helder: herstel en versterking. Met de extra middelen naar 5 miljard kunnen we aanvullend op het herstel meer investeringen doen voor versterking van bijvoorbeeld de vuurkracht. En dat met een een organisatie die is ingericht op controle, kostenefficiency, en centralisatie, maar die nu in één klap om moet naar decentraal, snel, hoogdynamisch, start-up, innovatie en ontwikkeling.’
Vijf miljard extra is een fors bedrag. Wat besloot u daarmee te doen?
‘Het oorspronkelijke bedrag was eigenlijk voor niet meer dan achterstallig onderhoud, met een héél klein beetje innovatie en ontwikkeling. Met het extra geld kunnen we meer in innovatie en ontwikkeling steken, bijvoorbeeld om de vuurkracht te versterken van onze pansterhouwitzers en fregatten, de derde support squadron van F-35’s vol te maken – en we hebben er een paar reapers bij.’
Heb je, vanwege Oekraïne, niet de neiging om te zeggen: laat vastgoed
maar even zitten, we hebben meer wapens nodig?
‘Nee, onze Defensienota is niet geschreven voor Oekraïne: dit gaat over het herstel en de versterking voor de oorlog die daarna komt! Dus herstel en versterking van de krijgsmacht. Daarnaast kijken we hoe we Oekraïne kunnen helpen.’
Waar heeft u de prioriteiten gelegd?
‘Wij hebben drie kerntaken: ons grondgebied beschermen, bijdragen aan de internationale rechtsorde en stabiliteit, en ingrijpen bij een crisis. Rusland is alleen al reden genoeg voor een enorm sterke krijgsmacht: onze Oostflank is misschien niet onze landsgrens, maar wel de rand van onze veilige manier van leven. En dan de cyberdreiging: iedere dag worden er bedrijven en overheidsinstellingen aangevallen, dat wordt alleen maar erger de komende jaren. Ook zal de toekomstige manier van oorlogvoeren voor een groot deel unmanned zijn. Dat zien we nu al in Oekraïne, dat is waarschijnlijk het begin van een hele andere manier van oorlogvoeren. Het is nu voor een land dat kwaad wil een stuk makkelijker om vervelend te doen, zolang je het geld maar hebt.’
En wat betekent dat voor onze rol in het handhaven van de internationale stabiliteit?
‘Amerika heeft gelijk als het zegt dat de Europese NAVO-landen hun eigen broek moeten ophouden. We zijn de afgelopen decennia te naïef geweest; we hadden al veel verder
‘Het moet veel normaler worden dat je tijdens je carrière een bijdrage levert aan Defensie’
Een dubbelbiografie in woord en beeld van de collaborerende gebroeders Heukels
Op 20 juni 1943 was Herman Heukels (1906-1947) als fotograaf aanwezig bij een grote razzia in Amsterdam. Enkele foto’s die hij toen maakte, groeiden na de oorlog uit tot iconische beelden van de Jodenvervolging. De man achter de lens, naast prijswinnend (pers)fotograaf ook eigenaar van een bekende foto- en brillenzaak in Zwolle, had in 1940 besloten zijn talenten in te zetten ten behoeve van het naziregime. Hermans broer Jan (1904-1950) koos eveneens voor het nationaalsocialisme. Met beduidend minder ambitie en minder talent voor fotografie zette hij zijn camera in als wapen om de tegenstander psychologisch te raken.
‘Wij waren supermannen’ – Jan en Herman Heukels: broers, fotografen, nationaalsocialisten Geschreven door Machlien Vlasbom
ISBN 9789024425556 | € 34,90
Verkrijgbaar in de (online) boekhandel en op boomgeschiedenis.nl
moeten zijn dan waar we nu staan. De oorlog in de Krim en nu in heel Oekraïne waren wel een reality check. Willen we als NAVO niet afhankelijk zijn van derden, dan moeten we bereid zijn om daarvoor de prijs te betalen.’
Ik begrijp dat een fors deel van het budget naar personeel gaat… ‘Personeel is onze belangrijkste en ingewikkeldste opgave. We hebben de komende jaren al sowieso twintigduizend mensen nodig. Dat is een gigantische opgave. Dat lukt alleen als we weggaan van het idee van one-size-fits-all. Ik was me als achttienjarige er ook niet bewust van wat je allemaal kunt doen bij Defensie. En dat je niet veertig jaar in dienst hoeft te blijven. Dat beeld moeten we bijschaven. Ik wil het bijna mentale hek rondom kazernes weghalen en ervoor zorgen dat Defensie meer onderdeel wordt van de Nederlandse samenleving. Het moet veel normaler worden dat je tijdens je carrière een moment neemt om een bijdrage te leveren aan Defensie.’
Hoe wilt u Defensie interessanter maken als werkgever?
‘Mensen moeten op verschillende manieren kunnen in- en uitstappen. We kijken dus naar meer maatwerk en meer mogelijkheden. Neem het “dienjaar”: jaarlijks nemen 18.000 jongeren een tussenjaar, en wij bieden ze nu de mogelijkheid om die bij Defensie door te brengen. Dat geldt ook voor mensen met specifieke beroepen – zoals technici en mensen uit de zorg. Voor hen kan een carrière bij Defensie een te grote stap zijn, maar wel interessant als tussenjaar. Daarnaast werken we aan het
aanpassen van functies en aanstellingsvormen, waardoor we in de toekomst meer met maatwerk kunnen keuren. Want waarom zouden we je over een stormbaan jagen als je bijvoorbeeld vooral achter de computer zit? We kijken dus wat wij moeten doen om jouw carrière voor jou mogelijk te maken. Dat is een totale ommekeer naar een strategisch personeelsmanagement, dat past bij deze tijd.
‘Verder bieden we commandanten en kazernes de mogelijkheid om regionaal te werven, en willen we ervoor zorgen dat mensen tot op latere leeftijd bij ons kunnen blijven werken. En we kijken of we wel iedereen fulltime in dienst willen hebben: je kunt ook waar nodig reservisten en het bedrijfsleven inschakelen, of diensten inkopen: dat is een schaalbare krijgsmacht.’
Een belangrijke reden voor mensen om niet bij Defensie te werken, of om daar afscheid van te nemen, is de druk op de werk-privébalans.
‘Inderdaad: militairen wordt vaak gevraagd om voor langere termijn elders te werken. Ik heb zelf ook een klein manneke thuis, en het is niet makkelijk om werk en privé te combineren. Ik wil dus dat Defensie zich gaat concentreren op een aantal locaties, zodat mensen minder hoeven te verhuizen. Daar gaan we met ons vastgoed ook op anticiperen.
‘De manier waarop onze organisatie functioneert gaat ook veranderen, van een trage en logge organisatie naar een dynamisch, snel en open systeem. Zo dynamisch en flexibel als we in het veld wél zijn. We zijn nog steeds aan het uitzoeken hoe dat zit: de kernkwaliteit van de mensen is echt fantastisch, maar de frustratie begint als zij iets moeten van de organisatie. We gaan dat up-todate brengen, niet alleen het systeem, maar de hele hiërarchische cultuur.’
Dit klinkt als bittere noodzaak.
‘We hebben sinds dit jaar te
maken met een lagere instroom en een hogere uitstroom. Onze nieuwe wervingscampagne slaat goed aan, en we zien een verhoogde interesse voor Defensie. Ook het nieuwe cao-akkoord heeft voor een flinke plus gezorgd. Dus er wordt meer gesolliciteerd. Maar het is nog niet voldoende. We lopen dus de facto leeg – en dat is voor het eerst. We weten niet of het een trend is, maar de alarmbellen gaan wel af. Een van mijn belangrijkste taken is het positioneren van Defensie als een aantrekkelijke werkgever.
‘Werken voor Defensie, al is het maar een jaar, is absoluut de moeite waard. Het is een investering in je persoonlijke ontwikkeling waar je nooit spijt van gaat krijgen. Denk ook aan de kameraadschap, de dingen die je bij Defensie beleeft en alleen bij Defensie mag doen, maar ook: ik geloof er echt in dat als je kunt laten zien dat je uit eigen motivatie hebt bijgedragen aan de vrede en veiligheid van Nederland, dat dat iets betekent, dat ook door je omgeving wordt gezien. En we betalen tegenwoordig goed – dat helpt ook!’
‘Mensen onderschatten de impact van het werk bij Defensie. Bij een van mijn eerste werkbezoeken in Havelte mocht ik met een jonge militair mee over de hei scheuren in een CV90. Dan besef je dat hij als 21-jarige een enorm stuk staal onder het stuur heeft zitten. Sinds hij bij Defensie werkt en verantwoordelijk is voor een team, let hij op zijn snelheid. Dat soort verhalen van mensen die in het veld actief zijn, vind ik het meest indrukwekkend. Deze jonge mannen en vrouwen hebben grote verantwoordelijkheden die kunnen leiden tot leven of dood van hun teamleden. De meeste mensen hebben daar geen beeld bij. Ikzelf maakte me op die leeftijd druk of ik mijn tentamen wel ging halen! Het zou mooi zijn als meer mensen konden inzien dat zij echt bereid zijn hun leven te geven, opdat wij in een veilige samenleving kunnen leven.’
‘Ik ga echt niet op de winkel passen: ik ben iemand van innovatie en opbouw’Christophe van der Maat is jurist, bestuurskundige, VVD-politicus en tot begin dit jaar lid van de Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant. Sinds 10 januari is hij staatssecretaris van Defensie.
‘Met de Ground Master lopen we twintig jaar voorop’
Er moest een nieuwe radar komen, met een nieuwe taak en met de ambitie dat het de beste radar binnen de NAVO zou zijn: de Ground Master 200 MM/C, die alles in de lucht kan detecteren, van kogels en drones tot raketten en vliegtuigen. Geboren uit een samenwerking tussen Defensie en Thales.
‘Onze samenwerking begon tijdens de uitzending van Nederland naar Irak en Afghanistan, want daar leerden we belangrijke lessen over het gebruik van radar,’ vertelt luitenantkolonel Henk te Kulve, die als liaison-officier van het multi-radar project bij Thales gedetacheerd is. ‘Zo kon de radar die we toen
in gebruik hadden slecht tegen hitte en stof. Vanwege het einde van de levensduur van die radar zijn we aan de slag gegaan met het ontwikkelen van een nieuwe, maar met een verregaande ambitie: het moest een multi- missie radar voor landoperaties worden die ook de hele kleine doelen kan detecteren.’
‘De Ground Master 200MM/C is ontwikkeld op basis van een bestaande radar uit het maritieme domein,’ zegt Wim Schuttert, Sales Director bij Thales. ‘Dat is een niet-roterende radar die op dit moment geïnstalleerd is op de patrouilleschepen van de Hollandklasse van de Koninklijke Marine. We hebben die zodanig aangepast
dat hij zowel raketten en artillerie als mortiergranaten, vliegtuigen en (kamikaze) drones kan detecteren. Én er automatisch rekening mee houdt dat de vijand zich verplaatst.’
Hoe snel kan er, na detectie door Ground Master, actie worden ondernomen?
‘Direct’, zegt Te Kulve, ‘want de Ground Master is gekoppeld aan het Nederlandse vuurleidingsysteem (zodat je een “sensor to shooter”-loop hebt) en kan ook aan NAVO-systemen gekoppeld worden. De meeste data is al meteen geadresseerd aan degene die de informatie nodig heeft: detectie van vliegtuigen gaat naar luchtverdediging, die van mortieren naar de artillerie.’
‘Dit lijkt deels ook door nood geboren’, vult Schuttert aan. ‘In feite is het systeem namelijk zo accuraat dat we zelfs individuele kogels en vogels detecteren. Maar die informatie heb je niet nodig. We hebben er juist hard aan moeten werken om dat uit het systeem te filteren, en we hebben algoritmen ontwikkeld waarmee de radar alleen die informatie doorspeelt die we nodig hebben. De rest wordt wel inter de GM200 MM/C gevolgd maar niet gerapporteerd. Datafiltering is essentieel omdat we deze data niet via het open internet kunnen verzenden, dus we zijn beperkt in bandbreedte.’
Unieke mobiliteit
De Ground Master is een systeem dat als unit op een vrachtwagen wordt gemonteerd. En de aldus verkregen mobiliteit is essentieel, zegt Te Kulve: ‘De grootste bedreiging voor een radarsysteem zijn de vijandelijke elektronische oorlogsvoeringsystemen. Met andere woorden: als we beginnen te stralen, kunnen we worden gedetecteerd en aangevallen. We moeten dus snel kunnen wegkomen. We zijn binnen een minuut operationeel, maar kunnen ook weer binnen een minuut weg zijn.’
‘We hebben veel geïnvesteerd in eigen mobiliteit – die mobiliteit is zelfs uniek: het voertuig kan zich zelfstandig verplaatsen naar de plek waar het zijn werk bet beste kan doen. Het is een spel van camoufleren en tijdelijk uit de camouflage halen voor een korte inzet en dan een snelle verplaatsing.’
De radar zelf is nog best fors. Had hij, met de techniek van tegenwoordig, niet een stuk kleiner kunnen zijn?
‘Als je een kleinere radar maakt,
dan verandert je inzet,’ zegt Schuttert. ‘Technisch gesproken is het zo dat hoe groter het radaroppervlak is, hoe groter de afstand wordt waarop je kunt detecteren. We hebben nu het formaat ontwikkeld dat we als maximale eenheid op een vrachtwagen kunnen plaatsen. Antenne en zender/ontvanger zijn daarmee in staat om hele kleine doelen op grote afstanden te detecteren én te herkennen. Luchtdoelen identificeren we op 400 kilometer afstand, drones op meer dan 10. En dat in 3D, met als vierde dimensie dat we aan de hand van de dopplersignatuur de exacte snelheid en richting kunnen bepalen.’
Wanneer is de Ground Master inzetbaar?
Schuttert: ‘We hebben de ontwikkeling afgelopen jaar afgerond en zitten nu in de echte eindfase. Volgend jaar worden de eerste van negen radars overgedragen naar Defensie, met zes voor het Vuursteuncommando (VustCo) en drie voor het Defensie Grondgebonden Luchtverdedigingscommando (DGLC). Dat aantal is afgestemd op een brigadevakgebied.
En is er buitenlandse interesse?
‘Noorwegen heeft zich al gecommitteerd, en Nederland zoekt nog meer partners, want dit is een Nederlands project dat Europees gedragen kan worden,’ aldus Te Kulve. ‘We krijgen hiermee voor de eerste tien tot twintig jaar de meest moderne software-defined radar binnen de hele NAVO. En we blijven doorontwikkelen, zodat we belangrijke nieuwe dreigingen met het systeem kunnen detecteren en effectief bestrijden.’
Waarom is Nederland eigenlijk zo goed?
‘Een kwestie van focus,’ meent Te Kulve. ‘In een samenwerkingsverband met de overheid hebben verschillende partijen – TNO, Defensie, Thales, universiteiten –de koppen bij elkaar gestoken om doelgericht radartechnologie stappen verder te brengen. Daarmee excelleren we door van een klein onderdeel iets groots te maken. Nederland is radarland.’
‘In feite is het systeem zo accuraat dat we zelfs individuele kogels en vogels detecteren’
‘Je leert het militaire leven van alle kanten kennen’
Alan is een van de studenten die ervoor gekozen heeft bij VEVA zijn opleiding te volgen om in te stromen bij Defensie. Hoe ervaart hij de opleiding? En hoe sluit die aan op de dagelijkse realiteit van Defensie? Een gesprek met hem, maar ook zijn docenten Koen en Stephan, en directeur Suzan Ingelse.
DOOR JAN LOUWERS
VEVA staat voor Veiligheid & Vakmanschap, en vormt de basisopleiding om op allerlei gebieden in te stromen bij Defensie. Een van de studenten die voor deze opleiding kozen, is Alan. ‘Ik houd van techniek en wilde daar verder in,’ vertelt hij. ‘In eerste instantie had ik interesse in de opleiding VEVA Beveiliging, en tijdens mijn intake lag daar de aandacht op. Wij keken ook naar andere VEVA-opleidingen op het gebied van bouw en constructie. Ik zag meteen dat mij dat veel beter paste. Dus heb ik daarvoor gekozen. Mijn opleiding duurt drie jaar, waarin het derde jaar zich meer focust op een rol als leidinggevende. Daar heb ik uiteindelijk voor gekozen, zodat ik straks Allround vakkracht onderhoud- en klussenbedrijf ben. Met dat diploma wil ik dan naar de genie – meer precies: de constructiegenie.’
Het bos in
‘Bij Deltion doen we de theoretische kennis op. Ik krijg mijn lessen van burgerdocenten en militaire instructeurs, met extra ondersteuning door oud-militairen en oud-leraren. Maar ik breng
GOED BEKEND
ook elke maand een week door in een kazerne. We hebben dan drie dagen aandacht voor echt de bouw-opleiding, en daarnaast een zogeheten “groene dag”, waarbij je het bos ingaat. We lopen daar ook rond in gevechtstenue om zo het militaire leven van alle kanten te leren kennen. De afgelopen keren zat ik op de kazerne van Wezep, binnenkort ga ik naar Vught. En dat is natuurlijk de bakermat van de genie!’
Beter opgewassen
‘De echte defensievakken vind ik in de opleiding het meest interessant. Neem defensieleer, CBRN (chemisch, biologisch, radiologisch, nucleair) en Ammunition
Het Deltion College is een regionaal opleidingscentrum in Zwolle voor middelbaar beroepsonderwijs en volwasseneneducatie. De organisatie verzorgt 250 opleidingen en telt circa 17.000 leerlingen en 1.800 medewerkers. Elke opleiding zit in een eigen pand rondom een centrale campus. Daardoor blijft de focus intern op de opleiding, maar eenmaal buiten komt de VEVA-student wel in contact met de student die bijvoorbeeld de schildersopleiding doet of in luchtvaart verder wil.’
‘We staan aardig goed bekend bij Defensie,’ zegt directeur Suzan Ingelse. ‘Onlangs kregen we nog vele
Awareness (AAW). Die vakken maken het onderscheid: ik had mogelijk ook met een algemene opleiding kunnen solliciteren bij Defensie, maar met deze VEVAopleiding ben ik beter voorbereid op het werk dat ik bij Defensie wil doen en op de manier waarop Defensie functioneert. Toen ik begon was ik net zestien, na twee jaar opleiding voel ik me echt veel beter opgewassen voor mijn toekomstige taak. En ik heb nog een jaar te gaan.’
De oorlog in Oekraïne maakt voor hem geen verschil. ‘Ik ben in ieder geval niet anders over mijn carrière gaan nadenken.’
Twee werelden
Alan wordt onder meer opgeleid door de sportdocenten Stephan en Koen. Zij zijn burgers, en hebben zelf geen militaire
complimenten van generaal Wijnen, die bij ons op bezoek was geweest.’
De vraag vanuit Defensie is recentelijk toegenomen, weet Suzan, ‘maar er is in de hele maatschappij meer vraag dan aanbod. Defensie heeft een beperkt aantal opleidingsplaatsen, vandaar dat wij werken met een quotum.’ Suzan wijst erop dat de school niet alleen voor jonge mensen is. ‘We werken ook met volwassenen die bijvoorbeeld Defensie verlaten en een mbo-4 diploma willen halen om het bedrijfsleven in te kunnen. We hebben studenten tussen de 16 en 66 jaar.’
‘De kern is dat je tijdens de hele VEVA-opleiding specifiek traint om bij Defensie aan de slag te kunnen’Alan
achtergrond. Stephan koos voor de VEVA als werkgever om na gezinsuitbreiding meer thuis te kunnen zijn: ‘Bij VEVA komen twee werelden samen. Dat is heel interessant.’
Koen wilde wel bij Defensie werken, maar bleef aan het eind van de VEVA -opleiding ‘hangen’: ‘De combinatie van onderwijs en Defensie, met jonge gasten aan het werk zijn, is zoveel leuker. En het geeft veel energie!’
Al zijn Defensie en onderwijs twee aparte werelden, gaandeweg zijn die wel op elkaar afgestemd, zegt Stephan: ‘We hebben veel onderling overleg, zodat op allerlei niveaus, van eenheid van
onderwijs en examinering tot stages aan toe, zaken op elkaar zijn afgestemd.’
Koen: ‘We hebben een hele goede verstandhouding met elkaar opgebouwd, waardoor we meer samen met elkaar dan tegen elkaar in werken. We kunnen altijd stappen maken om te verbeteren, maar de samenwerking is goed.’
‘Instructeurs van Defensie worden voor drie jaar bij ons gedetacheerd,’ vult Suzan aan. ‘Ze krijgen dan meer zicht op onderwijs, we leren elkaars taal te spreken. En als ze terugkeren naar Defensie, dan zijn zij het meestal die onze militaire studenten bij de kazerne opvangen.’
Als sportdocenten wijzen ze erop dat de VEVA-opleiding studenten wel een zichtbaar voordeel biedt.
‘De kern is dat je tijdens de hele VEVA-opleiding specifiek traint om bij Defensie aan de slag te kunnen,’ zegt Stephan. ‘En Defensie heeft hele strenge toelatingseisen, ook fysieke, dus onze studenten moeten die hoge lat halen: wie 45 kilo moet dragen, zal daar wel voor moeten trainen.’
‘Bij VEVA werk je dus automatisch naar de eisen van Defensie toe,’ aldus Koen. ‘Daarmee heb je een voorsprong op “de gewone spijkerbroek” die bij Defensie gaat solliciteren.’
Informatiemakelaar en schietschijf
In de eerste helft van de jaren negentig woedde er in het voormalige Joegoslavië een gruwelijke burgeroorlog. Wapenstilstanden waren van korte duur en de Europese Gemeenschap en de Verenigde Naties stuurden onder meer een groeiend aantal waarnemers naar de Balkan, in de hoop iets van vrede te kunnen brengen. Nederland leverde hieraan een forse bijdrage. Tussen 1991 en 1995 dienden ruim vierhonderd Nederlandse officieren als waarnemer. Zij waren strikt neutraal, ongewapend en opereerden in kleine multinationale teams die tussen de lokale bevolking woonden en werkten. In feite fungeerden zij als de ‘ogen en oren’ van commandanten, diplomaten en de secretaris-generaal van de VN. Ook traden zij op als bemiddelaars en onderzoekers van geweldsincidenten.
Majoor Dion Landstra, docent bij het Nederlands Instituut voor Militaire Historie, promoveerde
onlangs op een onderzoek naar de inzet en effectiviteit van deze waarnemers. De conclusies hierover zijn boeiend en interessant. De effectiviteitsmeter stond zowel in het groen als in het rood. Dit kwam vooral omdat het geweld als een veenbrand telkens weer ergens oplaaide en de ‘kostprijs’ voor succes enorm steeg. De waarnemers liepen geregeld grote risico’s: bedreigingen, kapingen, berovingen en beschietingen waren aan de orde van de dag. Een aantal van hen werd ook gegijzeld. Tijdens deze gijzelingen vonden onder meer schijnexecuties plaats en werden sommige monitors als menselijk schild gebruikt. Menig waarnemer liep als gevolg van de uitzending naar dit oorlogsgebied psychische schade op.
Ook de aanvaardbaarheid van deze risico’s komt uitgebreid aan bod. De operationele leiding en de Nederlandse politieke en militaire
top onderschatten en bagatelliseerden de risicovolle (gijzel)ervaringen van de waarnemers en de impact ervan. Terwijl de politieke en operationele leiding verkondigde dat de veiligheid van blauwhelmen voorop stond, had menig monitor een tegenovergesteld gevoel. Voor de Nederlandse waarnemers was daarbij ook nog eens sprake van de perceptie dat ‘Den Haag’ amper belangstelling voor hen had. De waarnemers opereerden in een soort aandachtvacuüm en dat Nederlandse officieren toch gul werden aangeboden, voedt het idee dat zij vooral een makkelijk en goedkoop middel voor de Nederlandse regering waren om internationaal mee te ‘scoren’. Het waarnemersoptreden op de Balkan was tussen 1991 en 1995 even complex als veelzijdig en risicovol. Informatiemakelaar en schietschijf beschrijft de inzet en effectiviteit van deze waarnemers.
‘Rusland is de gevangene van zijn eigen verleden’
Antony Beevor is een van de meest gerespecteerde geschiedschrijvers over oorlog, met een reeks van hooggewaardeerde boeken op zijn naam, waaronder boeken over Stalingrad, de Spaanse Burgeroorlog en de slag om Arnhem. Recentelijk verscheen zijn boek Rusland. Revolutie en burgeroorlog 1917-1921 , in een uitmuntende vertaling van Ton Zwaan. Ik sprak hem in Londen.
DOOR ANTAL GIESBERS
‘Ik ben aan dit boek begonnen in 1994, toen onder Jeltsin de archieven opengingen,’ vertelt Beevor. ‘De research deed ik samen met Lyuba Vinogradova: zij heeft de archieven allemaal doorgewerkt, met een goed instinct voor de documenten die voor ons van belang waren. Het Russische leger wist niet hoe ze met ons om moesten gaan; ze waren geschokt toen ze ontdekten dat ik in het Britse leger had gediend.’
Rusland beschrijft in essentie de gewapende strijd tussen de Roden en de Witten, die begint bij de Februarirevolutie en eindigt met de definitieve nederlaag van de Witten. De beschreven periode, 1917-1921, is er een van ongelooflijke chaos, waarbij allerlei politieke en militaire facties elkaar naar het leven staan. Die chaos lijkt zich uiteindelijk uit te kristalliseren tot een strijd tussen Roden en de Witten, maar zelfs dan zijn er allerlei vetes die uitgevochten worden, facties die zich laten gelden, partizanen die van kamp verwisselen.
Hoe behoed je als schrijver je lezer voor die chaos?
‘Geschiedenis is nooit net en overzichtelijk, en zeker een oorlog niet. Oorlogen gaan zelden over twee strijdende partijen maar een heleboel verschillende facties. Als geschiedschrijver moet je niet proberen de zaak netjes op te ruimen – maar je bent ook weer nooit volledig afstandelijk. Als Brits beschouw ik geschiedschrijving eerder als een tak van literatuur in plaats van als pure wetenschap. Daarom schrijf ik het ook bijna als een roman, met zo veel mogelijk leesplezier voor de lezer, ondanks
al de horreur en chaos waar je over schrijft. Niks is bedacht, maar je kunt wel de archieven inzetten – van de officiële de rapporten en verslagen tot de persoonlijke brieven en dagboeken – om de omstandigheden te beschrijven: het weer, het terrein, de onmacht, het verdriet.’
Het valt op hoezeer allerlei leiders de zaken naar hun hand zetten. Vooral generaals lijken hun ijdelheid of machtswellust voorop te stellen en saboteren zelfs het werk van andere generaals. Er waren maar weinig integere militaire leiders.
‘Dat is waar ja, al waren er ook echt goede mensen. Het is vooral schrijnend dat de meeste mensen geen grip hadden op hun eigen leven of hun toekomst. Ze kwamen in een situatie terecht waarin ze een gruwelijke dood konden sterven. Met sommige dingen, zoals de martelingen van de Tsjecka,
kun je alleen omgaan door het citeren van de bronnen.’
En Lenin? Ons beeld van Hitler is terecht absoluut negatief. Dat geldt niet voor Lenin. Vond u dat u dat beeld moest corrigeren? ‘Nee. Er is al eerder aangetoond dat de goelags en de geheime dienst bedacht werden door Lenin, en de gruwelen onder Stalin kwamen voort uit zijn beslissingen. Lenin was absoluut koelbloedig en genadeloos in het nastreven van zijn doelen.’
Als lezer stel je jezelf continu de vraag: hoe zou ik op die situatie reageren?
‘De meeste mensen vinden het leger een onpersoonlijke machine. Maar ze weten niet hoe een leger werkt, want dat is op zijn eigen manier een heel emotioneel-gedreven organisatie. Het probleem is dat we in een post-militaire gemeenschap leven. In veel landen is de dienstplicht al sinds de jaren zestig afgeschaft, dus voor de huidige generaties is het bijna niet voor te stellen wat een totalitaire oorlog is. Ze krijgen wel wat mee van de oorlog in Oekraïne, maar dat is niet vergelijkbaar met de Eerste en Tweede Wereldoorlog.’
De oorlog tussen de Roden en de Witten eindigt in de Krim. Dat lijkt ook waar het in Oekraïne nu op uitloopt. Ziet u meer parallellen tussen toen en nu?
‘Nee, en ik kijk uit met parallellen, want die kunnen volledig desastreus uitpakken. Misschien hadden Spanje en Rusland wel bepaalde overeenkomsten, want het was een strijd over drie assen: centralisme versus regionalisme, links versus rechts en autoritarianisme tegen libertarianisme. Maar
verder zou ik niet willen gaan. Je ziet wel dat er door de Witten én de Roden gerefereerd werd aan het verleden. Wat dat betreft is Rusland de gevangene van zijn eigen verleden. De militaire doctrine is nog steeds dezelfde, en dezelfde als in de Tweede Wereldoorlog. Hoe de tanks van Putin Kiev wilden binnenrollen, was een echo van hoe generaal Zhukov in 1945 Berlijn wilde veroveren. Ze dachten dat het een makkie was, maar
ze leden zware verliezen. De oplossing was toen én nu in Oekraïne: de zaak platbombarderen. Zonder enige aandrang om burgerslachtoffers te beperken.
De Russische revolutionairen keken zelf weer naar de Franse Revolutie: de Communards, de kleuren rood en wit, het zingen van de Marseillaise – zelfs de groepsverdrinkingen keken ze af van de Franse noyades. En Hitler leerde weer van de communisten.’
Het valt wel op dat u geen moreel oordeel over de verschillende mensen en partijen velt…
‘Ik probeer dat altijd te vermijden – dat is aan de lezer. Het ging mij erom te laten zien waarom de gruwelijkheden van dit conflict zo’n enorme schaduw wierpen op
de ontwikkelingen van de twintigste eeuw.’
Hoe tevreden bent u zelf met dit boek? En hoe wordt erop gereageerd?
‘Dit boek zal het niet zo goed doen als mijn boeken over de Tweede Wereldoorlog, want dan heb je nog het gevoel dat de goeien winnen. Er was geen happy end voor de Russische burgeroorlog, sterker nog: het werd daarna alleen nog maar erger. Maar ik denk dat het boek slaagt in zijn doel: laten zien welk effect dit conflict had op de rest van de twintigste eeuw. En trots… Mijn grootste plezier is als ouders me zeggen dat hun zoon dit boek helemaal uitgelezen heeft. Meisjes laten lezen lukt wel, maar jongens…’
‘De oplossing was toen én nu in
Oekraïne: de zaak platbombarderen’
Het laatste deel!
10 juni 1942... De As-troepen herstellen hun tanks en ontvangen versterkingen waardoor ze het terrein dat ze verloren dankzij Operatie Crusader in november 1941 terug kunnen veroveren. Het doel van luitenant-generaal Rommel is nog steeds het innemen van de haven van Tobroek... Zijn plannen worden echter in de war gestuurd door onverwachte tegenstand. De vrije Franse troepen verschansen zich bij de bron van Bir
NORMANDië JUNI '44
De geallieerden lanceren een groots offensief in Normandië om Europa definitief van de nazi’s te verlossen. Het begin van D-day...
Verkrijgbaar in hard- en softcover (64 pagina’s). Ieder deel bevat een historisch dossier.
Van de auteur van Geschreven en getekend door Olivier Speltens 3. El AlameinNiets is wat het lijkt en alles is een strijd
De mayday van F-16-piloot luitenant Ylva Nordahl vindt plaats als zij, samen met majoor John Evans, wordt neergeschoten door een Russische piloot. Ze redden zichzelf met hun schietstoel en wat volgt is een barre tocht door sneeuw en ijs om in veiligheid te komen. Ondertussen nemen de spanningen tussen het Westen en Rusland toe en dreigt de Derde Wereldoorlog. Mayday is het spannende thrillerdebuut van Grethe Bøe.
Tijdens de NAVO-oefening Exercise Arctic Blizzard wordt de F-16 van Ylva Nordahl en John Evans achtervolgd door Igor Serkin in een Russische SU-32 ‘Fullback’. De beide vliegtuigen raken elkaar waardoor de F-16 het contact verliest met de basis. Igor krijgt de opdracht de F-16 uit de lucht te schieten. De F-16 stort neer op een buitenwijk van de stad Apatity, op een verpleeghuis en een flatgebouw. ‘Verkoolde patiënten en burgerslachtoffers met brandwonden brachten de gemoederen aan beide zijden van de grens tot het kookpunt’. Ylva en John redden zichzelf met hun schietstoel en belanden in de Arctische toendra tussen Noorwegen en Rusland. Ylva, dochter van een Samische vrouw, weet waar ze zijn en denkt de weg te weten naar de Noorse grens. Ze laat zich leiden door het weer en de verhalen van haar moeder: ‘Volgens de Samische mythologie is dat de reus Kuiva. Ze dachten dat hij in deze berg woonde.’
In de tussentijd breekt zowel in de westerse wereld als bij de Russen de hel los, want wie is de hoofdschuldige aan het drama met de F-16 en de Fullback? Beschuldigingen, fake news en complottheorieën vliegen heen en weer om de
schuld vooral bij de ander te leggen. ‘(…) die idioten bij QAnon die dachten dat het verhaal over het NAVO-vliegtuig fake news was, dat openbaar was gemaakt door een bende elitaire, pedofiele, de duivel aanbiddende cultuurmarxisten die in het geheim de wereld bestuurden.’ Degenen die de waarheid weten, worden vakkundig
buiten spel gezet. Storm, de vriend van Ylva en een beroepsmatige hacker bij de Noorse defensie, ontdekt steeds meer over betrokkenen bij de hele situatie en probeert met die informatie Ylva uit handen van de Russen te houden. Grethe Bøe bewijst in haar debuutroman dat je ook zonder een speurende rechercheur een spannende thriller kunt schrijven. In korte trefzekere hoofdstukken krijg je steeds meer te weten over wat er gebeurd is en over de verschillende personages, van de narcistische president van Rusland en de bedachtzame secretaris-generaal van de NAVO. Het verhaal lijkt angstaanjagend veel op de huidige situatie in Europa. Een oorlog is dichterbij dan je denkt en wat doe je om hem te voorkomen? De filmrechten voor het boek zijn verkocht en de opnames beginnen eind van dit jaar. Ik weet niet of ik erheen durf!
Degenen die de waarheid weten, worden vakkundig buiten spel gezet.Grethe Bøe
VACATURES
Test- en verificatie engineer
In ons team ben je verantwoordelijk voor het hele test- en verificatietraject tijdens de ontwikkeling van een nieuw voertuig of voertuigsysteem. Onze voertuigen moeten in extreme klimaatcondities volledig kunnen functioneren en voldoen aan EMC, off-road rijeigenschappen en/of ballistische bescherming. Geen week is hetzelfde!
Kijk voor deze en andere uitdagende functies op werkenbijdefenture.nl
Lead mechanical engineer
Samen met een team van engineers ontwerp en ontwikkel je hoogwaardige en innovatieve mobiliteitsoplossingen. De belangrijkste aspecten zijn maakbaarheid, kosten, betrouwbaarheid, veiligheid en de technische prestaties. Je beschrijft de systeemontwerpen en specificaties, genereert concepten, doorloopt het ontwerpproces en ondersteunt bij de technische validatie van het prototype. Kijk voor deze en andere uitdagende functies op werkenbijdefenture.nl
Projectleider
Gedreven projectleiders zijn altijd welkom bij TNO. En helemaal als je jouw leiderschap wilt inzetten voor innovaties in het defensie- en veiligheidsdomein. Reageer op deze vacature en ontdek hoe jij kunt bijdragen aan een veilige wereld. Als projectleider kom je te werken binnen één of meerdere afdelingen van de unit Defence, Safety & Security.
Mail voor meer info naar jane.duinisveld@tno.nl www.tno.nl/veilig
Schrijven voor de Militaire Courant
Heb je interesse in militaire onderwerpen, zoals Defensie, krijgsgeschiedenis of militaire boeken? Ben je een schrijftalent? Voor de Militaire Courant en onze websites, militaireboeken.com en militairecourant.nl, zijn we op zoek naar redacteuren (m/v) die het leuk vinden om voor ons te schrijven. Het gaat om een vrijwilligersfunctie. Geïnteresseerd? Stuur een voorbeeld waar je schrijfvaardigheid uit blijkt naar redactie@militairecourant.nl
Matroos onderzeedienst
Lijkt werken op en onder water jou interessant? Op een onderzeeboot die wereldwijd kan worden ingezet? Solliciteer dan als Matroos Operationele Dienst (OD) bij de Onderzeedienst van de Marine. In onze hechte teams worden collega’s vaak vrienden voor het leven.
Kijk voor meer informatie op werkenbijdefensie.nl
Wijkbeheerder bij Vestia
Als grote woningcorporatie zetten we ons in voor de huurders van onze ruim 60.000 woningen, bedrijfs- en zorgruimtes. We werken aan betaalbare, goede en energiezuinigere woningen in prettige wijken. Wij zoeken een betrokken wijkbeheerder die zorgt voor de leefbaarheid rondom onze woningen. Bij ons heb je volop kans om jezelf te ontwikkelen! Kijk voor deze en andere vacatures op www.onbekendehelden.nl
Kijk voor een volledig overzicht op www.militairecourant.nl/vacatures
Voor niets
‘Zijn die Nederlandse militairen nu voor niets gestorven?’ De val van Kaboel, nu ruim een jaar geleden, was niet de eerste keer dat de pers veteranen deze vraag stelt. De missie is mislukt, alles is weer terug bij het oude en dus rijst deze vraag. Niet omdat hij echt interessant is, maar omdat de persoonlijke emotie van militairen, de collectieve verbolgenheid van onze aan ernstige meningsobesitas lijdende maatschappij, kijkers en lezers oplevert. Trending topics die moeiteloos een oorlog in de Oekraine naar de achtergrond verdrijven, omdat voetbal interessanter is. Het wereldkampioenschap voetbal in een land dat zich er door die oorlog meer dan ooit tevoren van bewust is dat ze ons economische infuus zijn. Op dat evenement worden reporters en ministers onze nieuwe (voor zover je dat nog mag zeggen) verzetshelden. Strijders die herkenbaar zijn aan een one love-armband en holle frases.
‘De dood van al die arbeidsmigranten,’ vertelt Michael van Praag op Radio1, ‘is vreselijk, schandalig. Maar het getal van 6751 waar The Guardian over spreekt, klopt niet.’ Schaamteloos, alsof ik naar Poetin luister die het aantal gesneuvelde Russische militairen omlaag bijstelt, nuanceert de oud KNVB-voorzitter de sterftecijfers van de stadionbouw. Volgens officieel onderzoek uitgevoerd door de Internationale Arbeidsorganisatie (ILO), stierven in het jaar 2020 slechts vijftig mensen in Qatar. Een slordige vijfhonderd arbeiders raakten ernstig en 37.000 licht gewond.
Statistieken die de legendarische woorden van Liverpoolcoach Bill Shankly ineens tot een pijnlijke waarheid maken. ‘Some people believe that football is not a matter of life and death. I’m very disappointed with that attitude. I can assure you it’s much, much more important than that.’
Vier jaar Nederlandse missie in Uruzgan tegenover tien jaar voorbereiden op een potje voetbal. Wederopbouw versus stadionbouw. Vierentwintig doden tegenover alles tussen de vijfhonderd (inmiddels door Qatar erkend) en zevenduizend.
Van de Nederlandse wederopbouwprojecten is na de val van Kaboel weinig overgebleven. Op diezelfde manier kun je je, bij gebrek aan voetbalclubs in het land, afvragen wat het lot van die prachtige stadions na ons vertrek zal zijn. Misschien dat ze, met een beetje geluk, op de lange termijn een toeristische trekpleister in de woestijn zullen zijn. Moderne piramides die, als het zoveelste historische voorbeeld van onze menselijke grootsheid, de geschiedenis van Oekraïne overschaduwen. Op de korte termijn rest ons, na uitschakeling van ‘onze jongens’, de persconferentie. Het moment dat we natuurlijk die ene vraag die Nederland dan nog bezighoudt zullen stellen. ‘Louis. Denk je dat, nu we geen wereldkampioen geworden zijn, al die mensen hier voor niets gestorven zijn?’
NIELS ROELENMilitairen die met gevaar voor eigen leven de Nederlandse belangen hadden verdedigd, konden lange tijd op weinig steun en empathie van de overheid rekenen. Uiteindelijk is Nederland de zorgplicht voor zijn veteranen nagekomen en trad in 2014 de Veteranenwet in werking. Aan de hand van een zestal missies in de periode 1945-2015 onderzoekt Theo van den Doel de (na)zorg van de overheid voor haar militairen en blikt terug.
Kijk voor meer informatie op www.walburgpers.nl
Musea die de Militaire Courant
verspreiden
ECHOS Home in Harskamp, Rotterdam, Havelte, Den Helder, Schaarsbergen, Ermelo, Oirschot
Amersfoort
Museum Nederlandse
Cavalerie
Amsterdam
Verzetsmuseum Plantage
Arnhem
Museum Bronbeek
Beek
Oorlogsmuseum
Eyewitness
Best
Museum Bevrijdende
Vleugels
Buren
Marechausseemuseum
Deelen
Museum Vliegbasis Deelen
Den Helder
Marinemuseum
Doorn
Museum Huis Doorn
Dordrecht
Museum 1940 – 1945
Driebergen-Rijsenburg
Museum Militaire Traditie
Groesbeek
Vrijheidsmuseum
Hooge Mierde
Museum De Bewogen
Jaren ’39-‘50
Huisduinen
Fort Kijkduin
IJmuiden
Bunker Museum
Kornwerderzand
Kazemattenmuseum
Leeuwarden
Fries Museum
Lekkerkerk
Museum De Vrijheid
Naarden
Nederlands
Vestingmuseum
Nieuwdorp
Bevrijdingsmuseum
Zeeland
Nijverdal
Memory Vrijheidsmuseum
Noordwijk
Museum Engelandvaarders
Ommen
Nationaal Tinnen Figuren
Museum
Oosterbeek
Airbornemuseum
Hartenstein
Overloon
Oorlogsmuseum Overloon
Rotterdam
Mariniersmuseum
Soesterberg
Nationaal Militair Museum
Vlissingen
Boekhandel ’t Spui
Vught
Geniemuseum
Zundert
Legerdump Zundert
Kijk voor een compleet overzicht op www.militairecourant.nl.
COLOFON
Prijsvraag
Bij deze prijsvraag verloten we een exemplaar van Rusland van Antony Beevor.
Op de Oktoberrevolutie van 1917 volgde een extreem destructieve oorlog die vier jaar zou duren. Rusland. Revolutie en burgeroorlog 1917-1921, biedt een caleidoscopisch overzicht van deze gewelddadige periode in de Russische geschiedenis, waarin naar schatting acht tot elf miljoen mensen om het leven zijn gekomen. Militair-historicus Antony Beevor toont het verval van het tsaristische regime, de opkomst van revolutionaire krachten en de twee revoluties in 1917, het derde jaar van de voor Rusland rampzalig verlopende Eerste Wereldoorlog. De eerste revolutie bracht liberale, sociaaldemocratische en democratische ontwikkelingen op gang, bij de tweede werd dit alles afgebroken door een staatsgreep van de bolsjewieken, die vervolgens onder leiding van Lenin en Trotski een dictatuur in Rusland wisten te vestigen.
De burgeroorlog was niet alleen een gewapende strijd tussen de Roden en de Witten van SintPetersburg tot Vladivostok en van Archangelsk tot de Krim, maar kende ook veel internationale inmenging van onder andere Duitsland, Oostenrijk-Hongarije, Groot-Brittannië en Amerika.
Wij delen 3 exemplaren uit!
Nieuwe Veteranenscheurkalender
De nieuwe Veteranenscheurkalender is uit!
En ook dit weer boordevol herinneringen, uitspraken, gebeurtenissen en verrassende weetjes. Ter nagedachtenis van markante collega’s en ter ere
ANTONY BEEVOR, RUSLAND. REVOLUTIE EN BURGEROORLOG 1917-1921 , VERTALING: TON ZWAAN, UITGEVERIJ AMBO|ANTHOS, 544 PAGINA’S ( € 45,00)
Win dit boek
Wilt u kans maken op een exemplaar? Beantwoord dan de volgende vraag: In welk jaar is Beevor met zijn research voor Rusland begonnen?
Stuur uw antwoord, onder vermelding van ‘Prijsvraag Militaire Courant’ naar redactie@militairecourant.nl. Vergeet niet uw naam en adresgegevens te vermelden.
van de levende. En een deel van de opbrengst gaat naar het goede (veteranen)doel. Heeft u een veteranenpas? Dan krijgt u 10% korting op de aanschafprijs. Maar wij delen er drie gratis uit aan de eersten die reageren! Wat moet u doen? Mail ons (redactie@ militairecourant.nl) met de titel ‘Veteranenscheurkalender’. En vertel ons: Aan welk goed veteranendoel zou de Militaire Courant redactionele aandacht moeten besteden?
Contact Militaire Courant
Uphill Battle uitgevers Zonnebaan 54
3542 EG Utrecht, Nederland Telefoon +31302231718 info@militairecourant.nl
Redactie redactie@militairecourant.nl
Abonnementen 4 nummers voor €16.–Vul de bon in of meld je aan via www.militairecourant.nl
Overige vragen? abo@militairecourant.nl
Advertenties verkoop@militairecourant.nl
Online www.militairecourant.nl twitter @militaircourant www.facebook.com/militairecourant www.instagram.com/ militairecourant www.issuu.com/militairecourant
Oplage 20.000
Volgende nummer
De volgende Militaire Courant verschijnt in maart 2023.
Hoofdredacteur Jan Louwers
Redactie Antal Giesbers, Sanne van der List en Mirjam Mulder
Medewerkers Marc Bentinck, Niels Roelen, Gerda Visser en Robert van Weperen
Vormgeving Titus Vegter
Uitgever Jan Louwers
De Militaire Courant informeert een breed publiek over militaire onderwerpen. De inhoud wordt verzorgd door een onafhankelijke redactie.
De Militaire Courant is mede mogelijk gemaakt door Noventas Verzekeringen
Nationaal evenement
Op zaterdag 24 juni 2023 wordt voor de 19 e maal de Nederlandse Veteranendag georganiseerd. Dan bedanken we de meer dan 100.000 veteranen die zijn ingezet in dienst van de vrede, nu en in het verleden.
Blijf op de hoogte via veteranendag.nl en/of meldt u aan voor de VeteranenMail.
Founder Organisatie Hoofdpartner