GRAM maart 2022

Page 1

SAMEN VOOR SCHONE EN AFVALVRIJE GEMEENTEN

VAKBLAD VAN DE NVRD JAARGANG113 108#02 #05maart JUNI 2022 2017 VAKBLAD VAN DE NVRD | |JAARGANG PERIKELEN WAT BRACHT HET RONDOM DE AFVALGLADHEIDSEIZOEN STOFFENHEFFING DIT JAAR?

BIJPLAATSEN VAN STROOIZOUT: DE ENE AFVAL BIJ ONDERGRONDSE KORREL IS DE ANDER AFVALCONTAINERS NIET

OPLOSSING GROF HUISHOUDELIJK NIEUW KADER VERSCHAARSTE DRIJFTVOOR LUIERS STEEDS RESTAFVAL, WEL OF NIET PAPIERPRIJS PLICHTE DUURZAAMOP DICHTERBIJ NASCHEIDEN? HEIDSRAPPORTAGE


Uitenhage Winterdienst Uitenhage Verhuur is al 28 jaar een efficiënte en betrouwbare partner voor de verhuur van diverse reinigings- en strooivoertuigen. In ons assortiment hebben wij zowel breedspoor als smalspoor voertuigen. In de wintermaanden kunt u bij ons terecht voor de inhuur van grote en kleine (fietspad) strooivoertuigen. U kunt alleen het voertuig bij ons huren maar ook een complete set met zoutstrooier en ploeg behoort tot de mogelijkheden. Onze grote en kleine strooivoertuigen zijn standaard voorzien van een Dinplaat en zijn Rotopower voorbereid. Tevens verhuren wij Vuilniswagens met SPLIT belading, GEC belading en gecombineerd SPLIT met GEC belading. Vuilniswagens met kraan voor ondergrondse containers en mini Vuilniswagens voor de smallere straatjes. Ook voor Haak- , Haak-/Kraanvoertuigen met 3 of 4 assen, kleine zijladers en veegvuilauto’s bent u bij ons aan het goede adres!

Uitenhage Verhuur BV | Naaldwijkseweg 2, 2291 PA Wateringen Tel.: 0174-22.55.05 | WWW.UITENHAGE.NL| INFO@UITENHAGE.NL


COLOFON UITGEVER NVRD, WTC Arnhem Nieuwe Stationsstraat 10 6811 KS ARNHEM +31 (0)88 - 3770000 post@nvrd.nl www.nvrd.nl REDACTIECOMMISSIE Marc Veenhuizen, ACV Groep (hoofdredacteur) Addie Weenk, Rijkswaterstaat Folkert Starreveld, Cyclus Management Dico Kuiper, gemeente Nijkerk Marianne Zegwaard, Stantec Kees van der Laan, Gemeente Rotterdam Annemieke Braamburg, Twente Milieu Ilse van der Grift, NVRD Peter de Boer, Royal HaskoningDHV

INHOUD 11

22

Twee professionals delen hun ervaring met gladheidbestrijding.

Door de coronacrisis zit de oud papierprijs in de lift. Maar ook de kwaliteitseisen nemen toe. Het aandeel verpakkingen beslaat inmiddels meer dan de helft van het oud papier.

“OP ELK FEESTJE AAN DE COLA, ALS JE DIENST HEBT”

SCHAARSTE DRIJFT PAPIERPRIJS OP

EINDREDACTIE Karin Hegeman, Berit Aagten en Suzie van de Pas Postbus 1218, 6801 BE Arnhem +31 (0)88 - 3770000 hegeman@nvrd.nl ADVERTENTIE-EXPLOITATIE Elma Media B.V. Silvèr Snoek - Sales Manager 0226 33 16 67 - s.snoek@elma.nl www.elma.nl REALISATIE EN DRUK Print2Pack Coverbeeld: Venema Media / ANP ABONNEMENTENADMINISTRATIE NVRD, Postbus 1218, 6801 BE Arnhem Jaarabonnement ad €113,40 ex btw. België €131,25 (Europa en buiten Europa op aanvraag). BEËINDIGING ABONNEMENT Abonnementen moeten schriftelijk bij de NVRD en uiterlijk op 15 november worden opgezegd. Bij niet tijdige opzegging wordt het abonnement automatisch verlengd. Gemeentereiniging en Afvalmanagement is het officiële vakblad van de NVRD. Hoewel door de uitgever de uiterste zorgvuldigheid is betracht, wordt voor de inhoud geen aansprakelijkheid aanvaard. ISSN 1569-0458 © NVRD

GRAM wordt gedrukt op papier met het FSC®-keurmerk en verschijnt 10x per jaar.

14

CIRCULARITEIT EN GLADHEIDBESTRIJDING: EEN PRIMA COMBINATIE Onder het motto ‘We zijn er klaar voor!’ presenteerde de provincie Utrecht afgelopen oktober haar strooimaterieel dat de komende winter de wegen veilig moet houden bij sneeuw en gladheid.

18

BENCHMARK HUISHOUDELIJK AFVAL GEEFT INZICHT IN CIRCULARITEIT Twee jaar geleden is de NVRD-benchmark Huishoudelijk Afval gestart met het in beeld brengen van de circulariteit van een vijftal materiaalstromen. Door ook te kijken naar wat er ná inzameling met de huishoudelijke grondstoffen gebeurt, verkrijg je inzicht in welke mate materiaalketens echt gesloten zijn.

05 BEZEM 07 WAT HEEFT HET GLADHEIDSSEIZOEN DIT JAAR GEBRACHT? 09 STROOIZOUT: DE ENE KORREL IS DE ANDER NIET 15 CLOSEUP 16 NOVITEITEN WINTERDIENST 20 EU-REGELGEVING VERPLICHT DUIZENDEN BEDRIJVEN DUURZAAMHEID IN KAART TE BRENGEN 21 WAGENINGEN PAKT ILLEGALE DUMPINGEN BIJ STUDENTENCOMPLEXEN AAN 25 NVRD NIEUWS 26 POSITIEVE AANPAK BRENGT AFKEUR GFT-AFVAL OMLAAG IN RIJK VAN NIJMEGEN 28 AANZET TOT DUIDELIJKER PROFILEREN BRANCHE 30 BRANCHENIEUWS

GRAM #02 maart 2022 | 3


Uw leverancier stopt? Wij gaan gewoon door!

AL JAREN LEVERANCIER VAN ONDERGRONDSE CONTAINERS GFE BEHUIZINGEN EN TOEGANGSCONTROLE KLIKO GROEP Standaardruiter 36 3905 PZ Veenendaal

T : +31(0)318 559393 info@kliko.nl www.kliko.nl

BEZOEK ONZE WEBSITE

KLIKO.NL


MILIEUSTRAATKIOSK Het was televisiepresentator en journalist Rick Nieman die mij voor het eerst met het woord in aanraking bracht. September 2016 hebben we het dan over. Zappend tussen te veel nietszeggende televisiepulp gingen mijn antennes aan - je blijft toch een beetje een vakgek - toen het woord ‘statiegeld’ voorbijschoot. Niet één keer maar het hele programma lang bleek daar over te gaan, en dan vooral over de lobby die daaromheen was gevormd. Ze zaten zo ver in de loopgraven dat redelijkheid een vies woord was. ‘Haagse Lobby’ heette het programma. Overigens nog steeds best interessant om naar te kijken. Maar oh ja, het woord. Het gaat dan om ‘meestribbelen’. Een briljant woord wat perfect omschreef hoe in dit dossier werd gewerkt. Elke keer een klein beetje meebewegen maar uiteindelijk het grotere geheel steeds weer verder vooruitduwen. Nu ben ik maar een gewone bezem en

sommige kringen zijn voor mij behoorlijk ver weg om mij in te begeven. Het blijft heerlijk om mijn eigen buurt schoon te houden en aan het einde van de dag te zien dat het park en het winkelcentrum er weer mooi bij liggen. Maar uiteindelijk zie ik wel wat het effect is van die Haagse kringen met hun Haagse lobby. Ik hield in 2011 mijn bezem vast toen bijna het statiegeld op grote flessen werd afgeschaft. Ja echt, het scheelde heel weinig! En kijk: er is nu statiegeld op kleine flesjes. En dan moet er voor eind 2022 ook statiegeld op blik worden ingevoerd. Ik moet zeggen; kleine flesjes met statiegeld, top. Er ligt nu serieus minder, véél minder van in mijn buurt. Zo moet het zijn. Maar, en daar gaan we weer; meestribbelen. U heeft er vast al van gehoord, de circulaire hubs. Ja, oude wijn in nieuwe zakken. Afvalhutjes in de openbare ruimte, mini-milieustraatkiosken, overdekte prullenbakken. Het idee is om losse voorzieningen te plaatsen waar mensen dan hun blikjes in gooien. Niet het idee van de afvalbranche overigens. Terwijl de oplossing al voor het oprapen ligt. Bijna letterlijk. Nederland wil vaak voorlopen en innoveren. Dat heeft ons al veel gebracht en dat is goed. Maar je kan ook doorschieten. Als bezem zit ik niet te wachten op een machine ergens op een plek waar niemand hem wil en waarvan je al kan voorspellen dat ik daar drie keer per dag langs moet om de boel op te ruimen. Maar ja, ik ben maar een eenvoudige bezem. Ik ga maar boodschappen doen. En loop dan ook even langs het apparaat dat iedereen kent en buitengewoon goed functioneert. Ik moet alleen niet vergeten het bonnetje in te leveren. Ik wil wel mijn geld terug.

GRAM #02 maart 2022 | 5


Aanmelden en meer informatie: gladheidcongres.nl

GLADHEIDBESTRIJDINGSCONGRES 2022 Op 14 april 2022 organiseert de NVRD voor de 13e keer het Nationaal Gladheidbestrijdingscongres, hét landelijke congres voor alle professionals betrokken bij gladheidbeheer op de Nederlandse (en Vlaamse) wegen. We hebben het volgende inspirerende programma voor u samengesteld. 10.00 – 12.00 uur Plenair programma Opening door dagvoorzitter Henry Meijdam - voorzitter NVRD Duurzaam Gladheidbeheer van de Toekomst, Ruud Koornstra Weer en Klimaat: toekomst van Gladheidbeheer, Reinier van den Berg - Meteoroloog Gebruik van ‘In Car data’ voor gladheidbeheer, Alex van den Hoek - Rijkswaterstaat 12.00 – 13.30 uur Lunch, pitches en voertuigenparade 12.20 uur: Pitches van leveranciers 13.00 uur: Voertuigenparade 13.30 - 14.30 uur

Deelsessies ronde 1 Onderwerpen deelsessies ronde 1 Informeren weggebruikers in het heden en de toekomst Duurzame dooimiddelen Gedeeltelijke strooiacties Deskundigheidsbevordering

15.00 - 16.00 uur

Deelsessies ronde 2 Onderwerpen deelsessies ronde 2 De zin en onzin van zomerstrooien Circulariteit in gladheidbeheer Inzet materieel en personeel bij gladheidbeheer Gladheidbestrijding Schiphol

16.00 – 17.00 uur Netwerkborrel

SPONSOREN


WAT HEEFT HET GLADHEIDSEIZOEN DIT JAAR GEBRACHT? De winter van 2021/2022 stelde wat betreft winterweer weinig voor. Het was geen grootse winter. Wel hebben wel af en toe kwakkelweer gehad met temperaturen rond het vriespunt. Juist dát zijn voor de gladheidbestrijder de meest vervelende situaties om de gladheid te bestrijden. Een terugblik tot medio februari.

N

TEKST: MAARTEN STAM, METEOROLOOG

ovember staat normaal gesproken in het teken van de eerste voorzichtige strooiacties op bruggen en viaducten. Deze koelen vaak als eerste snel af, omdat ze geen bodemwarmte hebben die is meegenomen uit het zomerseizoen. Gemeenten en provincies hebben vaak ook speciale condensatieroutes om zo de overige wegen in het zout te leggen.

eind november lokaal wat sneeuw was gevallen, zorgde een neerslaggebied in de nacht van 7 op 8 december voor sneeuwval in het oosten en noordoosten van het land. De schuivers moesten er op een aantal locaties zelfs aan te pas komen, maar de sneeuw was zo snel weer gesmolten dat je vroeg je bed uit moest om er iets van te kunnen zien. Verder is er deze winter tot op heden geen sneeuw van betekenis gevallen.

De eerste grootschalige strooiacties vonden eind november plaats. De bodemwarmte is in die periode vaak grotendeels verdwenen zodat ook op ‘gewone’ wegen de kans op een wegdektemperatuur onder het vriespunt toeneemt. Een combinatie van neerslag, gevolgd door brede opklaringen betekende eind november vooral natte wegen die snel afkoelden tot onder het vriespunt en dus was er de eerste keer op grote schaal sprake van bevriezingsgladheid. Strooiwagens ging massaal de weg op.

Tijdens de kerstdagen kwam de winter ook nog even op bezoek. Een witte kerst werd het niet, maar wel de koudste kerstdagen in 20 jaar tijd. Gladheidbestrijders moesten tijdens de periode 23 t/m 27 december geregeld uitrukken. Vooral de ochtend van de 23e was het in het noorden gevaarlijk glad door ijzel, wat een zeer lastige vorm van gladheid is om te bestrijden. Hoe druk de kerstdagen waren, zo rustig was het tijdens Oud & Nieuw. In de nacht lagen de minima rond 10 graden en van gladheid was totaal geen sprake.

SNEEUW In de decembermaand worden de dagen korter en de nachten langer. Een langere periode waarin gladheid kan plaats vinden. Dit jaar waren de gladheidsnachten bijna op één hand te tellen. Nadat er

WEL OF NIET STROOIEN? In het nieuwe jaar kabbelde de winter rustig verder. In januari was het vaak bewolkt, maar als het ’s nachts een keer opklaarde, kon het zomaar ineens flink koud worden met mogelijke gladheid tot gevolg. In dit soort situaties kunnen gladheidsmeteorologen, waaronder die van Infoplaza, van grote meerwaarde zijn. Zij monitoren de bewolking en kunnen snel handelen als deze bewolking ineens openbreekt. Met de coördinator spreken zij de situatie dan gelijk door.

Op bruggen en viaducten ontstaat veel eerder rijp omdat er geen bodemwarmte aanwezig is, foto van Ben Saanen.

Eind November viel lokaal sneeuwval wat lokaal tot gladheid leidde, foto van Wouter van Bernebeek.

GRAM #02 maart 2022 | 7


Blijft het echter bewolkt, dan kunnen onnodige strooiacties eenvoudig worden voorkomen. Wat zowel goed is voor het milieu als voor de portemonnee. In januari kwam het af en toe tot kwakkelweer met buien en opklaringen, waardoor de temperatuur geregeld rond het vriespunt lag. In dit soort situaties kan het hebben van gladheidssensoren van Infoplaza/BG erg nuttig zijn. De gladheidsmeteorologen bewaken deze sensoren en kunnen zo een accuraat advies geven of er gestrooid moet worden en hoeveel.

Ook februari heeft tot nu weinig winterweer gebracht, maar wat niet is kan nog komen. Het voorjaar van 2021 heeft dat wel bewezen met geregeld kou in maart en sneeuwval in april.

Rijpvorming in Limburg, foto van Ria Gerards.

Rijpvorming op een dijk, foto van Angelina van Dreumel.

Veilig en effectief gladheid bestrijden met Schuitemaker als partner Zoutstrooiers Sneeuwploegen Rolbezems Zoutoplossers Zoutloodsen Strooimanagementsystemen Winterdienstopleidingen

Kijk voor meer informatie op sr-schuitemaker.nl 8 | GRAM #02 1-2Li_190x130_B.indd 1

maart 2022

22-1000-1861-01 GRAM 2022 maart

22-02-2022 14:04


STROOIZOUT: DE ENE KORREL IS DE ANDER NIET Hoewel de winters de afgelopen jaren minder streng waren, betekent dit allerminst dat er geen strooizout meer nodig is voor de Nederlandse wegen en fietspaden. Wel hebben leveranciers en distributeurs hun voorraadbeheer aangepast aan de grotere onvoorspelbaarheid in de afzet ervan. Daarnaast wordt er gewerkt aan meer duurzame soorten strooizout, al wordt dit vooralsnog op zeer kleine schaal geproduceerd. Wat voor ontwikkelingen kunnen we de komende winters nog verwachten op het gebied van voorraadbeheer en duurzaamheid?

V

acuümzout, steenzout en zeezout. Dat zijn traditioneel gezien de drie soorten zout die gebruikt worden om de Nederlandse wegen vrij te houden van sneeuw en ijzel of al ontstane gladheid aan te pakken.

LEVERANCIERS Er is een beperkt aantal producenten en leveranciers van strooizout, waaronder Nobian (voorheen Akzo Nobel), Frisia Zout (voorheen Esco) en Eurosalt (beleverd door het Duitse Südsalz). • Nobian (Delfzijl en Hengelo) en Frisia (Harlingen) produceren vacuümzout. Dat wordt als pekel uit de grond opgepompt en dan vacuüm ingekookt. Vergelijkbaar met het zout dat zondags op een eitje gestrooid wordt; • Steenzout wordt onder meer door Südsalz gewonnen in de buurt van Heilbronn uit een mijn. Dat wordt onder de grond gebroken en gezeefd; • Zeezout is afkomstig uit de warmezandculturen rondom de Middellandse zee, zoals Tunesië en Egypte. Dat wordt hier met grote bulkschepen naartoe gebracht.

Nederland kent de NEN-168/11-norm: daarbinnen dienen alle in Nederland verkochte en gebruikte soorten strooizout te vallen. Denk aan zaken zoals NaCL- en het zware metalengehalte of de korrelgrootte. De

TEKST: MARTIJN KREGTING wijze van strooien – bijvoorbeeld nat, preventief, curatief – valt niet onder de norm. Dat wordt vooral bepaald door wat het beste moment is om te strooien. VERANDEREND VOORRAADBEHEER De afzet van strooizout op de Nederlandse markt is de afgelopen jaren aan het dalen als gevolg van de zachtere winters. Bekeken over een gemiddelde van tien jaar is die daling structureel, maar er zitten jaren tussen met een plotselinge piek, zoals in februari/maart 2021. Dat maakt de voorheen vrij zekere afzet van strooizout minder voorspelbaar, reden om het voorraadbeheer

ervan aan te passen, vertelt Will Leeuwen, sales manager zout & potassium producten bij K+S Benelux. Frisia Zout (Harlingen, voorheen Esco) is een van de productiemaatschappijen van K+S. “We hadden altijd voorraden zout voor strooitoepassingen, omdat de afzet er toch wel was. De afgelopen jaren hebben we uit kostenoverwegingen die voorraden her en der afgebouwd of opslaglocaties al dan niet tijdelijk geschrapt. Dat gebeurt op basis van tienjaars gemiddelden die we aanhouden voor de strooizoutmarkt in West-Europa, waarbinnen we wel rekening houden met de verschillen tussen regio’s.

Foto: Nobian

GRAM #02 maart 2022 | 9


Omdat er behoorlijke fluctuaties zijn, moeten onze fabrieken uit oogpunt van leveringszekerheid dan sneller schakelen wanneer er toch een langdurige koude periode is.”

WILL LEEUWEN, K+S BENELUX: "WAAR NOG VACUÜMZOUT GEVRAAGD WORDT, PROBEREN WE DIE VRAAG OM TE ZETTEN NAAR STEENZOUT. DE KORRELGROOTTE IS WEL ANDERS, MAAR HET VOLDOET GEWOON AAN DE NEN-NORM." MEER AFZETZEKERHEID Vacuümzout wordt in grote hoeveelheden geproduceerd voor de chemiesector, onder meer door K+S en Nobian. Omdat die sector nu in een hoogconjunctuur zit - en qua afzet beter planbaar is dan bij strooizout - is er volgens Leeuwen momenteel minder vacuümzout beschikbaar voor strooitoepassingen. “Zelf hebben we een aantal jaren terug besloten ons met vacuümzout te richten op die planbare afzet in de chemie. Wegens langlopende contracten levert K+S jaarlijks nog 5.000 - 6.000 ton vacuümzout uit voor de Nederlandse markt, maar de rest is allemaal steenzout. Waar nog

Foto: NVRD 10 | GRAM #02 maart 2022

vacuümzout gevraagd wordt, proberen we die vraag om te zetten naar steenzout. De korrelgrootte is wel anders, maar het voldoet gewoon aan de NEN-norm.” De keuze voor vacuüm- of steenzout ligt bij de wegbeheerder, zo stelt Leeuwen. De strooiapparatuur kan alle zoutsoorten gebruiken - ook zeezout - zonder dat er verschillen in effectiviteit zijn. Overigens zijn er wel verschillen in effectiviteit afhankelijk van de korrelgrootte van steenzout. Zo blijkt uit onderzoek in opdracht van de provincies Gelderland en Overijssel uit 2010 dat bij steenzout de maximale korrelgrootte 1,6 mm is, daarboven gaat te veel zout verloren in de berm. Qua prijs zijn er ook verschillen. Zo is vacuümzout door de gegroeide vraag vanuit de chemiesector schaarser geworden en daarom duurder. In mindere mate geldt de kostenstijging overigens ook voor steenzout, onder meer omdat zeetransport, overslag en opslag de afgelopen jaren in prijs gestegen zijn. ECOZOUT Waar vacuümzout, steenzout en zeezout de diverse productievormen en bronnen voor zout benoemen, worden tegenwoordig ook modieuze termen zoals duurzaam zout en ecozout gebruikt. Ecozout zou bijvoorbeeld meer CO2 opnemen uit

de atmosfeer. Leeuwen ziet dit vooral als marketingtermen, onder meer gebruikt omdat overheden zoals in Nederland bij aanbestedingen meer de nadruk op duurzaamheid leggen. “Chemisch gezien is er geen enkel verschil met traditioneel zout. Het wordt duurzaam genoemd omdat het bijvoorbeeld vrijkomt als restproduct bij een bestaand productieproces en wordt hergebruikt. Het gaat om dusdanig lage volumes in de markt dat het nog geen naam mag hebben. En je moet het alsnog vermengen om het goed te kunnen gebruiken.”

BRUNDTLAND-DEFINITIE Ook Sietze de Waard, commercieel manager bij Eurosalt, vindt termen zoals eco- en duurzaam vooral containerbegrippen. “Als je vasthoudt aan de definitie van Brundtland dat je grondstoffen niet aan toekomstige generaties onttrekt en er een kringloop is - dan zijn strooizouten gewoon niet erg duurzaam. Wat je oppompt of uit een mijn haalt, is in principe verloren voor toekomstige generaties. Zeezout kan wellicht wel weer in een soort kringloop terecht komen, maar doet het slecht als het gaat om de CO2-footprint.”

SIETZE DE WAARD, EUROSALT: "WAT JE OPPOMPT OF UIT EEN MIJN HAALT, IS IN PRINCIPE VERLOREN VOOR TOEKOMSTIGE GENERATIES." Eurosalt biedt wel een biozoutachtig product dat gewonnen wordt uit planten, maar de omvang is volgens De Waard erg klein. “3.000 ton betekent helemaal niks op de Nederlandse markt voor wegenzout. Veel groter zal het ook niet worden, want het zout wordt hier als bijproduct naast glycerine geproduceerd. Als de glycerineproductie niet stijgt, zal ook de productie van dit biozout niet stijgen. Verder is er nog een project in Noord-Holland waar men zout wint door bermgras te persen. Zonder subsidie zit daar nog geen business case in.” DUURZAAMHEID IN LOGISTIEK Duurzaamheid is wellicht eerder te vinden in de logistiek, meent De Waard. “Zo worden steeds meer vrachtwagens met emissieklasse Euro 6 ingezet voor het afleveren van strooizout. Ook kun je duurzamer omgaan met hoe je het zout uitstrooit. Zorg er dan voor dat het terecht komt waar het nodig is en niet in de berm. Een korrel met een doorsnee van drie millimeter wordt veel verder weggeslingerd. Dat heeft voordelen, maar niet als het in de berm terecht komt. Daar zijn nog duurzaamheidsslagen in te maken, bijvoorbeeld met een product dat zich goed en egaal laat uitstrooien.”


“OP ELK FEESTJE AAN DE COLA, ALS JE DIENST HEBT” Je kunt ’s nachts uit bed gebeld worden en soms draai je diensten van wel dertien uur. Of je zorgt achter de schermen dat er uitgerukt kan worden. Gladheidcoördinatoren Jakob Meijer (ACV) en Ton van Vliet (RMN) zouden het werk voor geen goud willen missen.

J

TEKST: HETTY DEKKERS

akob Meijer (29) is, met veel plezier, gladheidcoördinator bij ACV. Dat helft van het jaar is hij daarmee bezig, de andere helft werkt hij voor de afvalinzameling. “ACV zamelt het afval in voor onder meer de gemeenten Ede, Renkum, Veenendaal en Wageningen. In de winter verzorgen wij ook de gladheidbestrijding in deze regio”, licht hij toe. “In principe is de helft van mijn functie voor de gladheidbestrijding.” Het gaat om 36 strooiroutes, dat is een flink gebied. “Met aannemers erbij hebben we zo’n honderd man beschikbaar voor de winterdienst”, weet Meijer. “Een derde eigen personeel, twee derde via de aannemers.” ONVOORSPELBAAR Als coördinator zorgt Meijer heel het jaar door dat het materieel in orde is, dat de strooiroutes up to date zijn en blijven, dat er vol-

doende zoutopslag is enzovoort. Maar het spannendst zijn uiteraard de wintermaanden. “We houden dan voortdurend het weerbeeld in de gaten. Ook als ik geen dienst heb, kan ik het meestal niet laten om toch even de webapplicatie van het weerbureau te raadplegen. Je wil toch weten wat er speelt.” ACV heeft zes strooileiders die elk steeds een week dienst hebben. In die week zijn ze continu paraat, dag en nacht, heel de week lang. “Zelf draai ik ook diensten als strooileider. Dat is gewoon leuk om te doen, bovendien blijf ik dan op de hoogte en weet ik wat er speelt op de werkvloer. Als je dienst hebt, zorg je dat je altijd oproepbaar bent. Dat betekent onder meer dat je op elk feestje aan de cola zit, want niets is zo onvoorspelbaar als het weer. Het kan zomaar omslaan.”

JAKOB MEIJER, ACV: "DE STROOILEIDERS HEBBEN INTERN EEN BUDDY TOEGEWEZEN, DAARMEE KUNNEN ZE EVEN SPARREN IN TWIJFELGEVALLEN." De strooileider van dienst beslist, op basis van de gegevens van het weerbureau en de gladheidmelders in de weg, of er uitgerukt gaat worden of niet. Soms gaat het om preventieve acties, omdat er gladheid voorspeld wordt, ander keren om curatieve acties. “Dat is eigenlijk het lastigste aan dit werk”, zegt Meijer. “Je wilt niet te vaak strooien, omdat je toch een hoop kosten maakt en het milieu belast, maar ook niet te weinig. De strooileiders hebben daarom intern een buddy toegewezen, daarmee kunnen ze even sparren in twijfelgevallen. De buddy helpt ze ook de strooiactie in gang te zetten, want als iedereen binnenkomt en de taken verdeeld moeten worden, is het een drukte van belang.”

Jakob Meijer, ACV

PERSONEELSKRAPTE Volgens Meijer is de vaste ploeg winterdienstmedewerkers een zeer enthousiaste groep mensen. “Ze vinden het echt een kick om erop uit te gaan, zeker als er sneeuw ligt. Die grote schuiver ervoor, dat doen ze het liefst. Je merkt wel dat het vaak jonge mensen zijn, zonder gezin en kleine kinderen. Die vinden het geen

GRAM #02 maart 2022 | 11


probleem om ’s nachts uit bed gebeld te worden, of diensten van soms wel dertien uur te draaien.” Nieuwe mensen aantrekken voor de winterdienst wordt steeds lastiger, geeft Meijer toe. “We kampen over de hele linie met personeelskrapte, ook bij de afvalinzameling. Dat merk je ook bij de winterdienst.”

TON VAN VLIET, RMN: "AFGELOPEN JAAR HEB IK VOOR ALLE CHAUFFEURS EEN CURSUS ‘SPECIALE DESKUNDIGHEID WINTERDIENST’ GEREGELD, ZODAT ZE GOED GETRAIND ZIJN EN OP DE HOOGTE VAN DE NIEUWSTE ONTWIKKELINGEN." Voor Meijer is zijn baan een passie. “Het leukste aan dit werk is het enthousiasme van de chauffeurs. Ze staan direct voor je neus als je ze opgepiept hebt, bijna alsof ze om de hoek hebben staan wachten. Ze ondersteunen elkaar, springen meteen bij als er ergens hulp nodig is, dat is echt mooi om te zien. Voor mezelf geeft het ook altijd veel voldoening als de hele operatie weer gelukt is. Wat je wel merkt de laatste tijd, is dat de media er korter op zitten. Iedereen heeft een mening over je strooiacties. Mensen klagen

Ton van Vliet, RMN

12 | GRAM #02 maart 2022

ook sneller als ze een keer uitglijden. Maar het respect is er ook. Mensen blijven wel achter je rijden als ze zien dat er gestrooid wordt. En als zo’n grote sneeuwschuiver een keer moet keren op een groot kruispunt, gaat iedereen netjes uit de weg. Het verkeer heeft er meestal wel begrip voor dat je aan het werk bent.” STEEDS OP ZOEK NAAR VERBETERINGEN “Je doet belangrijk werk voor de gemeenten, ik vind het heerlijk om daar gedreven mee bezig te zijn”. Aan het woord is hoofdcoördinator gladheidbestrijding Ton van Vliet van RMN. Vroeger zat hij zelf op de strooiwagens en de sneeuwschuivers, maar sinds anderhalf jaar stuurt hij de gladheidbestrijding aan voor vijf gemeenten van RMN, waaronder Soest en omgeving. “Ik heb altijd bij de afvalinzameling gewerkt”, vertelt Van Vliet. “Vanwege mijn leeftijd, ik ben nu 61, wilde ik wat minder gaan werken. RMN bood me toen deze functie aan, voor drie dagen in de week. Ik ben daar heel blij mee, vind het heerlijk om te doen.” Van Vliet stuurt als hoofdcoördinator de hele gladheidbestrijding aan. Met het uitrukken zelf heeft hij geen directe bemoeienis, dat is een zaak voor de zeven gladheidcoördinatoren van RMN, maar hij zorgt er achter de schermen wel voor dat er uitgerukt kán worden. Met goed materieel, voldoende zout, goed opgeleide mensen. “Afgelopen jaar heb ik voor alle chauffeurs een cursus ‘speciale deskundigheid winterdienst’ geregeld, zodat ze goed getraind zijn en op de hoogte van de nieuwste ontwikkelingen.” VACUÜMZOUT Zelf steekt Van Vliet als hoofdcoördinator veel energie in mogelijke verbeteringen en vernieuwingen. “Wij hebben, net als het gros van de gemeenten in Nederland, altijd gestrooid met steenzout.


Dat materiaal heeft een grovere structuur en dit veroorzaakt een stuitereffect. De kans is dan aanwezig dat het de bermkant op stuitert met meer milieuschade tot gevolg. Het steenzout moet ook fijn gereden worden. Op fietspaden is dit niet altijd het geval waardoor het dooi effect minder kan zijn. Daarom willen we volgend seizoen al overstappen op vacuümzout. Dat is een veel fijnere soort zout, zuiverder en met minder zware metalen. Dit verwaait minder als het tijdens het strooien gecombineerd wordt met pekelwater, er is minder voor nodig en het heeft een snellere inwerking. Vacuümzout is iets duurder in aanschaf, maar het werkt heel goed en is veel beter voor het milieu.”

ken op batterijen en daardoor heb je geen kabels en geen weerstation meer nodig. Dat scheelt enorm veel in de kosten, bovendien kun je meer sensoren plaatsen waardoor je een beter beeld hebt van de geleiding, het zoutgehalte in de weg en andere gegevens.” TOETERS EN BELLEN Zo is Van Vliet als hoofdcoördinator steeds op zoek naar innovaties en verbeteringen om de gladheidbestrijding in goede banen te leiden. “Ik heb al een paar mooie slagen kunnen maken, ik hoop er in de toekomst nog even mee door te kunnen gaan.” En hoewel hij zijn huidige baan fantastisch vindt, denkt hij ook wel eens met heimwee terug aan zijn ‘jonge jaren’ op de strooiers en schuivers. “Dat was ook prachtig om te doen. Op pad met al die zwaailichten, toeters en bellen, soms met zijn drieën naast elkaar, dat was imponerend. De sfeer was ook heel anders als je zo met z’n allen uitrukte. Als je overdag wel eens gezeur had met een collega, dan viel dat ’s nachts vanzelf weg. Je had samen een klus te doen, daar ging je gewoon voor.”

SPARREN Als hoofdcoördinator was Van Vliet ook niet meer tevreden over het weerbureau waarmee RMN altijd heeft samengewerkt. “Dat bureau was overgenomen door een Amerikaans bedrijf en werd veel te groot en onpersoonlijk. Onze coördinatoren kregen te maken met doorkiesnummers, dat werkt niet in de gladheidbestrijding. Je wil persoonlijk contact, even kunnen sparren en overleggen. Over het weerbureau dat we nu gebruiken zijn we wel tevreden. Dankzij hun advies hebben we minder vaak uit hoeven rukken, zij kunnen goed inschatten of het nodig is ja of nee. We hebben er een paar uitrukbeurten mee bespaard. Ons nieuwe weerbureau werkt ook met een nieuw type wegdeksensoren, IoT. Deze sensoren wer-

Winactie Doe mee en win één van de 10 ioTAG Tegels!

Krijg grip op gladheid

IOTAG draadloze wegdeksensor De nieuwste innovatie van Infoplaza en BG-Engineering. Meet accuraat en lokaal de wegdektemperatuur op basis van IOT. Bezoek de stand van Infoplaza of BG-Engineering tijdens het Nationaal Gladheidbestrijdingscongres op donderdag 14 april 2022 te Nijkerk!

Scan de QR-code en maak kans om te te winnen!

1-2Li_190x130_A.indd 1

22-2000-0299-01 GRAM 2022 maart

GRAM #02 maart 2022 | 13 22-02-2022

14:17


CIRCULARITEIT EN GLADHEIDBESTRIJDING:

EEN PRIMA COMBINATIE

Onder het motto ‘We zijn er klaar voor!’ presenteerde de provincie Utrecht afgelopen oktober haar strooimaterieel dat de komende winter de wegen veilig moet houden bij sneeuw en gladheid. Met trots, want onderdeel van dit materieel vormen 19 circulaire zoutstrooiers. TEKST: SANDER LUBBERHUIZEN, CIRCULOGIC BEELD: PAUL LAGRAM een gecombineerde aanbesteding van machines, onderhoud & vervanging en het vlootmanagement. Hierdoor kunnen aanbieders bijvoorbeeld zelf de afweging maken of preventief onderhoud zorgt voor lagere materieelkosten of dat het de moeite waard is om de routes te optimaliseren. Het vraagt om een nieuwe vorm van samenwerken die veel meer gebaseerd is op onderling vertrouwen. Want uiteraard zorg je ervoor dat de oplossing wel gezamenlijk tot stand komt. De opdrachtgever blijft ‘in control’.

Daar ging een heel traject aan vooraf. En gek genoeg was het niet eens een technisch vraagstuk maar veel meer een intern organisatorisch vraagstuk. Gladheidbestrijding binnen overheden is van oudsher traditioneel georganiseerd. Dat is ook logisch want je wil geen risico’s lopen. Als het fout gaat, dan is de maatschappelijke impact groot. Daarom is het bijzonder dat de provincie Utrecht het wel aangedurfd heeft om deze circulaire stap te maken. DOWNCYCLEN IS NU NORMAAL Een strooimachine wordt na 10 tot 15 jaar afgeschreven en daarna weer ingeleverd bij de leverancier. Vaak wordt er een nieuw model gekocht met de nieuwste (strooi) techniek en snufjes. De oude machine verdwijnt naar een tweedehands markt in bijvoorbeeld Polen. Uiteindelijk wordt hij dan als oud ijzer verhandeld. ‘Dit is toch heel circulair’, krijgen we dan vaak te horen? Ja, maar hoe mooi zou het zijn als dit echt circulair zou kunnen? Want stel dat je volgende zoutstrooiers ook de laatsten zouden zijn? Dat je ze eindeloos zou laten refurbishen en ze gelijk voorziet van de nieuwste technische updates en software?

14 | GRAM #02 maart 2022

CIRCULARITEIT VRAAGT INNOVATIE We benaderen de circulaire economie vaak als een technische ontwikkeling. Eigenlijk hebben we dat hierboven ook gedaan (refurbishen). Maar innovatief organiseren is veel belangrijker. Utrecht heeft daarom de markt gevraagd om haar op een circulaire manier te helpen met ‘zwarte wegen’. En maak het alsjeblieft efficiënter, betrouwbaarder en slimmer. Gelukkig behoren de Nederlandse fabrikanten tot de wereldtop en grepen ze hun kans om hun kennis en kunde maximaal in te zetten, met verrassende resultaten. Je zou zelfs kunnen zeggen dat ze hun businessmodel circulairder maken: hoezo leveren van zoveel mogelijk nieuwe machines? Waarom niet minder machines, minder CO2-uitstoot, minder zout door meer techniek en meer flexibiliteit? GOED AANBESTEDEN Ruimte bieden aan innovaties binnen projecten vraagt om een spel tussen ‘loslaten’ en ‘specificeren’. Je moet als overheid wel beschrijven wat je wilt hebben maar je moet oppassen dat je het niet gaat voorschrijven. In dit geval is gekozen voor

RESULTAAT Met een Europese aanbesteding zijn in totaal 19 zoutstrooiers en 49 sneeuwploegen circulair vervangen. Hiermee werd ruim 80 procent CO2 bespaart ten opzichte van de aanschaf van nieuwe, niet-circulaire zoutstrooiers. Door de nieuwste strooitechnieken toe te passen en routes te optimaliseren wordt gemiddeld 1 miljoen kilo minder zout gestrooid. Ook zijn de chauffeurs blij met de apparatuur die ze helpt op de juiste manier te strooien. Circulair levert zo ook nog eens winst op voor de biodiversiteit en de verkeersveiligheid. Er is een leverancier geselecteerd die niet alleen de uitvoering van de onderhoudstaken op zich neemt, maar ook zorgt voor het installeren van eventuele toekomstige upgrades op de machines, die de inzetbaarheid van de machines tot 2035 mogelijk maken. En dat alles met een lagere ‘total cost of ownership’. Het totale vloot- en strooimanagement is geoptimaliseerd en ingericht op het voorkomen van het gebruik van nieuwe materialen en grondstoffen, inclusief routeoptimalisatie en training, benodigde capaciteit en managementinformatie over de onderhoudsstaat van (onderdelen van) machines. Kortom, de provincie Utrecht is klaar voor een circulaire (strooi)toekomst!


aangeboden door DE COMBINATIE GLADHEIDBESTRIJDING BALLAST NEDAM-STRUKTON

CLOSE-UP

STEEDS MEER GEMEENTEN KIEZEN VOOR UITBESTEDING GLADHEIDBESTRIJDING Gladheidbestrijding is voor veel gemeenten een intensieve klus. Het vergt de nodige voorbereiding, zoals goedwerkend materieel en zoutopslag, en als het winterweer toeslaat, moet er à la minute personeel ingezet kunnen worden. De Combinatie Gladheidbestrijding Ballast Nedam-Strukton neemt gemeenten alle zorg uit handen. “Wij strooien al 25 jaar voor Rijkswaterstaat, gemeenten, provincies en private bedrijven”, licht senior projectleider Wiljan Bolier toe. “Steeds meer kleine overheden besteden hun gladheidbestrijding geheel aan ons uit. Wij zetten vervolgens de hele gladheidbestrijding in werking. Omdat er altijd snel gereageerd moet worden, maken we in de praktijk vaak gebruik van lokale onderaannemers. Dankzij onze jarenlange ervaring hebben wij een groot en flexibel netwerk opgebouwd van lokale en regionale partners.” ONTZORGING VOOR GEMEENTEN De Combinatie Gladheidbestrijding Ballast Nedam-Strukton ontzorgt gemeenten dus volledig. Volgens Bolier is daar sterk behoefte aan en zetten steeds meer gemeenten hun gladheidbestrijding in de markt. “Het aantal aanbestedingen groeit, er is sprake van een trend. Oorzaken kunnen zijn een

vergrijzend ambtenarenapparaat, gewijzigde dienstverlening of bijvoorbeeld minder bereidwilligheid van het eigen personeel. Het wordt steeds lastiger om mensen te vinden die uit hun bed gebeld willen worden voor een strooiactie. Ook is het, vooral voor kleinere gemeenten, lastig als er sprake is van ziekte-uitval. Twee mensen minder kan meteen een ramp betekenen. Ons personeelsbestand is zo groot, dat wij daar geen last van hebben.” De Combinatie heeft maar liefst een kleine vijfhonderd chauffeurs paraat voor de gladheidbestrijding. “Dat zijn mensen die de rest van het jaar bijvoorbeeld werken in het asfalttransport, bij loonbedrijven of in de groenvoorziening. In de winter hebben zij minder werk en daarom houden zij zich voor ons beschikbaar. Allemaal zijn ze goed getraind en volgen ze minstens om de vijf jaar de opleiding ‘specifieke deskundigheid winterdienst’. Daardoor zijn zij, en wij natuurlijk, altijd op de hoogte van de laatste ontwikkelingen, zoals vernieuwde regelgeving of veiligheidseisen. Als kleine gemeente is het lastig om al die wetten en regels op de voet te volgen.” VOORDELEN Gemeenten die hun gladheidbestrijding volledig willen uitbesteden aan de Combinatie zullen zien dat de kosten relatief laag blijven. “Doordat we landelijk georganiseerd zijn, kunnen we de overheadkosten laag houden. Daarbij kopen we ook groter in, wat de kosten reduceert”, aldus Bolier. Een ander voordeel is dat de Combinatie altijd beschikking heeft over het juiste materieel. “De ene strooier is geschikt voor een fietspad, de andere tractor doet het beter op klinkers. Onze vloot is zodanig uitgebreid, dat we altijd het juiste voertuig in kunnen zetten op de juiste locaties. Uiteraard zijn onze strooiers modern en efficiënt, dat is goed nieuws voor de portemonnee, maar ook voor het milieu.” Voor meer info: https://strukton.com/Civiel/Gladheidbestrijding

GRAM #02 maart 2022 | 15


NOVITEITEN vert maatwerk sproeiers voor elk denkbaar voertuig. Sinds enkele jaren heeft men ook een 100% elektrische range. De voordelen hiervan: toepasbaar op elk type voertuig, geen hydrauliek of naafaandrijving nodig, laag eigen gewicht, (circa 40% lichter dan een strooier), eigen accupakket, diverse instelbare sproeibreedtes, van 100 tot 500 cm, toepassing duurzame lichtgewicht materialen (RVS en 100% recyclebaar kunststof) en lage onderhoudskosten. De Saltnex sproeiers zijn zeer geschikt voor toepassing op de fietspaden. Ook produceert Saltnex een elektrische handsproeier met een inhoud van 50 liter en een sproeibreedte tot 2 meter. Deze handsproeier is ideaal voor gebruik op een begraafplaats, rondom openbare gebouwen, kleine winkelstraatjes et cetera.

100% PEKEL SPROEIEN MET HWD MACHINES Gladheidbestrijding met alleen vloeistof, in dit geval pekelwater, blijkt uit praktijkproeven zeer doeltreffend te zijn en minder schadelijk voor het milieu dan zout strooien. Ook levert het een zoutbesparing op van minimaal 50%. Pekelwater is dus goed geschikt voor de Nederlandse omstandigheden met kwakkelwinters en regelmatig een ochtend gladheid.

HOLTEN EN M.I.P. LEVEREN COMPOSIETTANKS TOT 4000M³ De laatste jaren wordt er steeds meer gewerkt met pekelwater. Het FS 30 sproeien (verhouding 70% vast zout en 30% pekelwater. Red.) wordt steeds vaker aangepast naar FS 50, FS 70 en FS 100. Reden voor HOLTEN GmbH & Co, specialist in zoutopslag en pekelinstallaties, om de handen ineen te slaan met de M.I.P. Groep, leverancier van composiettanks voor onder meer het opslaan van dooimiddelen.

Steeds meer wegbeheerders stappen de laatst jaren over op vloeistofsproeiers. De voordelen van pekel sproeien: 100% wegbedekking, directe dooiwerking (het dooimiddel hoeft niet meer worden ingereden), een lange standtijd van het dooimiddel en aanzienlijk minder gebruik van zout. HWD Machines is exclusief importeur en partner van Dammann sproeiers. Dammann is specialist van vloeistofsproeiers voor wegen en luchthavens, en levert sproeiers van 1500 tot 20.000 liter. Ze sproeien nauwkeurig bij alle snelheden en sproeibreedtes tot 15 meter. Daarnaast is HWD ook partner en importeur van de Deense producent Saltnex. Dit Scandinavische bedrijf produceert alleen maar kleine sproeiers van 50 tot 2500 liter, en le-

4000m³. Holten en M.I.P. kunnen maatwerk leveren voor wat betreft het opslaan en zelf produceren van dooimiddelen. Holten levert hoofdzakelijk 100% volautomatische zoutoplosinstallaties. Deze systemen worden volledig automatisch voorzien van zout, en zorgen ervoor dat de vloeistof in de voorraadtanks altijd op het juiste niveau is. Holten heeft de oploscyclus geoptimaliseerd, waardoor alle zoutsoorten gebruikt kunnen worden en er een zelfreinigend filtersysteem kan worden toegepast wat de onopgeloste deeltjes uit het zout kan halen. De installaties zijn op afstand volledig uitleesbaar. Ook krijgt de gebruiker automatisch een melding wanneer de zoutvoorraad moet worden bijgevuld. Daarnaast heeft Holten een vulsysteem met lekvrije rvs-koppelingen voor de strooier/sproeier ontwikkeld dat zelf het voertuig herkent en automatisch de vulsnelheid aanpast. Hierdoor wordt een kleine strooier met circa 300 liter p/min. gevuld, en een grote combistrooier/ sproeier met circa 1000 tot zelfs 1500 liter p/min. Er kunnen diverse vulpunten bij elkaar worden geplaatst, waardoor men bij aanhoudende gladheid snel kan doorwerken, zonder wachttijd bij het vullen van strooiers/sproeiers.

De vraag naar grotere tanks is de laatste jaren gestegen, daarom heeft M.I.P. een nieuwe productielocatie geopend waar men opslag-composiettanks kan produceren van 4 tot en met 14 meter doorsnede. De inhoud van deze tanks varieert van 20 tot en met

Gladheidmeldsysteem ·

·

Meetstation en Sensoren Mobiele Meetsystemen www.teconer.fi/en

1-4_190x62mm_A.indd 1

16 | GRAM #02 maart 2022

22-2000-0202-01 GRAM 2022 maart

22-02-2022 14:15


WINTERDIENST HARDW A

DIE Recycling

Reductie verpakkingsmateriaal

Onderdelen producent

Gescheiden afvalstromen

TE

EFFICIENCY UITVOERING

N

FTWARE SO

RE

Circulaire economie

NS

Na ge br uik

Remanufacture

Keten verantwoordelijkheid (Leveranciers)

Smart Manufacturing (Lean)

Software producent

Machine producent

ISO 26000

ISO 14001

Energie

Refurbishment

Re-use Re-distribute

Service provider

Poedercoating

Upgrade

Configure to order

Onderhoud Modulaire bouwwijze

Productie

Waarde toevoegen

Gebruik (levensduur)

Meer info?

AEBI SCHMIDT GAAT VOOR CIRCULAIRE GLADHEIDSBESTRIJDING Aebi Schmidt heeft de afgelopen vier jaar 106 circulaire strooiers geleverd in Nederland. De levensduur van gebruikte strooiers is verlengd door de machine te re-manufacturen. Hiermee wordt het gebruik van nieuwe grondstoffen sterk gereduceerd. Recent heeft het bedrijf een volgende aanpak ontwikkeld waarbij niet alleen naar de milieu-impact van de productie van een strooimachine wordt gekeken, maar ook naar de milieu-impact gedurende het gebruik van de machine. Een zogenaamde Life Cycle Assesment (LCA). Uit deze LCA heeft Aebi Schmidt meer inzicht gekregen

in bijvoorbeeld de CO2-uitstoot tijdens het productieproces, maar ook bij onderhoud, reparaties, het rijden met een strooimachine en het strooien van het strooizout zelf. Samen met de Provincie Utrecht heeft Aebi Schmidt deze vernieuwde aanpak voor het eerst toegepast, wat direct tot een CO2-besparing van ruim 25% heeft geleid. De essentie van de aanpak is dat gezamenlijk de strategieën van de R-ladder worden doorlopen en gezocht wordt naar de grootste impactreducties, waarbij de verkeersveiligheid niet in het geding komt. Er wordt gekeken naar de reductie van (nieuwe) machines, het efficiënter inrichten van strooiroutes en daarmee het reduceren van te rijden kilometers als ook naar het gebruik van automatisch

www.aebi-schmidt.nl

strooien. Bij automatisch strooien worden de instellingen van de strooimachine aangepast op basis van de GPS-positie in plaats van handmatig door de chauffeur. Hiermee vermindert de hoeveelheid zout tijdens een strooiactie sterk. Ook maakt automatisch strooien het wisselen van chauffeurs (personele mutaties) makkelijk. Kortom, door integraal naar de gladheidbestrijding te kijken wordt niet alleen de eenmalige milieu-impact van de strooierproductie beperkt, maar ook de impact van iedere strooiactie gedurende de gehele levensduur van de machines. Juist in deze gebruiksfase van de strooiers is de impact hoger, dus hier is voor heel Nederland een groot potentieel.

GRAM #02 maart 2022 | 17


VERDER KIJKEN EN VERGELIJKEN DAN ALLEEN DE INZAMELPRESTATIES

BENCHMARK HUISHOUDELIJK AFVAL GEEFT INZICHT IN CIRCULARITEIT Twee jaar geleden is de NVRD-benchmark Huishoudelijk Afval gestart met het in beeld brengen van de circulariteit van een vijftal materiaalstromen. Door ook te kijken naar wat er ná inzameling met de huishoudelijke grondstoffen gebeurt, verkrijg je inzicht in welke mate materiaalketens echt gesloten zijn. De VANG-indicatoren geven daar onvoldoende inzicht in. Afgelopen benchmarkjaar hebben 75 gemeenten hiervoor data aangeleverd. GRAM presenteert de eerste resultaten.

18 | GRAM #02 maart 2022

GFT

Totaal aanbod: 166 kg / inwoner (= 100%)

GFT KETEN VOOR 67% CIRCULAIR De eerste resultaten van het afgelopen benchmarkjaar zijn verwerkt in de hieronder weergegeven figuren. Voor groente-, fruit- en tuinafval blijkt dat 30% van al het gft-e afval dat in Nederland vrijkomt wordt hergebruikt als compost. Worden biobrandstoffen en vocht in de circulaire calculatie meegenomen, dan kun je stellen dat de gft-keten voor 67% gesloten is. De overige 33% belandt in de verbrandingsoven. De

Textiel

Totaal aanbod: 12,1 kg / inwoner (= 100%)

69%

62%

38%

ongescheiden

brongescheiden

ongescheiden

brongescheiden

30 % Compost 2 % Biobrandstof 35 % Vocht 33 % Verbranding

Sorteerinrichting Vervuiling 6 %

Composteerinrichting

Uitval via het restafval

31%

Vervuiling 2 %

CIRCULAIRE INDICATOREN VOOR VIJF GRONDSTOFFEN In het streven om de benchmark circulair te maken is een stapsgewijze route gevolgd. In eerste instantie zijn voor gft, papier, glas, pmd en textiel circulaire indicatoren ontwikkeld, waarbij het meetpunt direct na verwerking (gft) en sortering (papier, glas, pmd en textiel) ligt. De circulariteit geeft daarbij aan hoeveel procent van de bij huishoudens vrijkomende grond-

stof (in gewicht) weer in de keten wordt gebracht. Om de circulaire indicatoren te kunnen berekenen, zijn dus ook data van de verwerkers en sorteerders nodig. De benchmarkdeelnemers bleken best moeite te hebben met het achterhalen van deze data. In 2020, toen de circulaire indicatoren nog een facultatief onderdeel waren in de benchmark, hadden 44 gemeenten de benodigde data ingevuld. Afgelopen jaar waren dat 75 gemeenten.

Uitval via het restafval

H

et begon allemaal twee jaar geleden toen gemeente Amsterdam en inzamelbedrijf Circulus contact zochten met de benchmark Huishoudelijk Afval om meer aandacht te vragen in de benchmark voor de kwaliteit van de ingezamelde grondstoffen en de verwerkingsstappen na inzameling. Als het realiseren van 100% circulair het uiteindelijke doel is, dan gaat het er meer om wat er uiteindelijk in nieuwe producten wordt gerecycled, dan wat er gescheiden wordt ingezameld of aan restafval wordt verbrand. Het scheiden van afval is immers geen doel op zich, maar een middel om grondstoffen zuiver en hoogwaardig te houden en/of te maken voor recycling.

TEKST & BEELD: FOLKERT STARREVELD

18 % Herdraagbaar 4 % Hoogwaardige recycling 10 % Laagwaardige recycling 68 % Verbranding


OUD-PAPIER, GLAS EN PMD Voor oud-papier en karton en verpakkingsglas is voor een versimpelde weergave van de keten gekozen. Vooral voor oud papier en karton ligt er nog een uitdaging om de recycling te specificeren naar kwaliteit en toepassing. Voor beide ketens komen we op een recyclepercentage van rond de 80%. De pmd-keten is voor 39% sluitend, met de kanttekening dat dit percentage berekend is op basis van 75 gemeenten waar geen volledige nascheidings-gemeenten bij zitten (wel gemeenten die aanvullend nascheiden). Ook de pmd-keten zoals weergegeven in onderstaand figuur verdient nadere uitwerking. Bij pmd gaat het om meerdere grondstoffen, die eigenlijk ieder een eigen analyse/weergave vereisen.

TEXTIEL-KETEN VOOR 22% CIRCULAIR De textiel-keten is een stuk minder gemakkelijk in kaart te brengen dan de gftketen. Veel van het ingezamelde textiel wordt al dan niet na voorsortering geëxporteerd naar het buitenland waarbij onduidelijk is wat er precies met het materiaal gebeurt. Op basis van data die door de benchmarkdeelnemers zijn verzameld is de textiel-keten voor 22% sluitend. 18% van het bij huishoudens vrijkomende textiel wordt als kleding hergebruikt (herdraagbaar) en 4% als hoogwaardig materiaal (garen, stof). Hoogwaardige recycling wordt gedefinieerd als toepassing in een product met minimaal gelijkwaardige kwaliteitseisen aan de grondstof die meerdere cycli zijn te recyclen. Laagwaardige recycling betreft toepassing in een product met lagere kwaliteitseisen dan de grondstof die eenmalig wordt gerecycled. Bij textiel gaat dat om het toepassen als vulmiddel of isolatiemateriaal. 10% van het vrijkomende textiel (gescheiden + ongescheiden ingezameld) vindt deze bestemming.

20%

80%

ongescheiden

brongescheiden

ongescheiden

brongescheiden

80 % Recycling 20 % Verbranding

Sorteerinrichting Vervuiling 1 %

Vervuiling 1 %

Sorteerinrichting

Uitval via het restafval

81%

Uitval via het restafval

19%

79 % Recycling

In twee werkbijeenkomsten worden de benchmarkresultaten in kleine groepen onderling vergeleken en geanalyseerd. Leren door te vergelijken is daarbij het credo. Meedoen met de benchmark van 2022 (over peiljaar 2021) kan nog. Meld u aan via www. benchmarkafval.nl of neem contact op met Folkert Starreveld: 06-54755102. De benchmark Huishoudelijk Afval is een product van de NVRD in samenwerking met Rijkswaterstaat en wordt uitgevoerd door CyclusManagement. Wilt u reageren op dit artikel? Stuur een mail naar info@benchmarkafval.nl

PMD

Verpakkingsglas

Totaal aanbod: 44 kg / inwoner (= 100%)

Totaal aanbod: 30 kg / inwoner (= 100%)

Uitval via het restafval

Papier en karton

Totaal aanbod: 63 kg / inwoner (= 100%)

WE GAAN DE UITDAGING AAN! In april 2022 start er weer een nieuwe editie van de benchmark. Daarbij is als doel gesteld om voor iedere deelnemende gemeente deze weergegeven figuren op maat te maken. De dataset zal daardoor robuuster worden voor het bepalen van betrouwbare gemiddelden, bij voorkeur per hoogbouwklasse zoals we dat ook doen voor de overige prestatie-indicatoren in de benchmark. Voor het achterhalen van de benodigde data gaat de benchmarkorganisatie deelnemers actiever begeleiden. Daarnaast is het voornemen enkele excursies bij verwerkers te organiseren om beeld te krijgen wat er met de ingezamelde grondstoffen gebeurt.

MEEDOEN MET DE BENCHMARK? GEEF U NU OP! Uiteraard biedt de benchmark veel meer dan alleen inzicht in de circulariteit van grondstoffen. Naast een groot aantal milieu-indicatoren (waaronder ook de VANGdoelstellingen) worden de kosten en de voorzieningen (service) in kaart gebracht. Door deze onderling te vergelijken, ontstaat inzicht in de doelmatigheid van het uitgevoerde beleid. Niet alleen handig bij voorbereiding van nieuw beleid (bij wijze van nul-meting), maar ook om het effect van nieuw ingezet beleid vast te stellen.

21 % Verbranding

31%

69%

ongescheiden

brongescheiden

Nascheiding

Sorteerinrichting Vervuiling 10 %

percentages zijn resultanten van enerzijds de inzamelrespons (hoeveel% van het gft wordt gescheiden ingezameld) en anderzijds het rendement van de composteerinrichting. Daarnaast betreffen het gemiddelde waarden van de 75 gemeenten die de circulaire benchmark hebben ingevuld. Dit is een mix van stedelijke en niet-stedelijke gemeenten.

39 % Hoogwaardige recycling 21 % Laagwaardige recycling (folies, pet-trays)

40 % Verbranding

GRAM #02 maart 2022 | 19


EU-REGELGEVING VERPLICHT DUIZENDEN BEDRIJVEN DUURZAAMHEID IN KAART TE BRENGEN De Europese ambitie voor een circulaire economie is in de afvalbranche welbekend. Maar wist u dat de EU ook de ambitie heeft om in 2050 volledig klimaatneutraal te zijn? Dit doel is het hart van de Europese Green Deal en bevestigt het commitment van de EU aan het Klimaatakkoord van Parijs. Maar, hoe wordt de EU het eerste klimaatneutrale continent op aarde en hoe wordt tussentijds gekeken of we op koers liggen? TEKST: GERJAN DEN HERTOG, BELEIDSADVISEUR NVRD (*) BEELD: GUILLAUME PÉRIGOIS, UNSPLASH Om dit ambitieuze doel te halen is er meer duidelijkheid nodig over wat duurzame activiteiten zijn, hoeveel financiering daar naartoe stroomt en hoe bedrijven bijdragen aan de verduurzaming van de EU. Om inzicht te krijgen in dat laatste heeft de EU in 2021 het voorstel voor de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD) gepubliceerd. De CSRD is een nieuw kader voor verplichte duurzaamheidsrapportage, op basis waarvan (publieke) bedrijven onder andere moeten rapporteren over hun impact op mens en milieu. EÉN LIJN IN DUURZAAMHEIDSVERSLAGEN Tot op heden is er geen geharmoniseerd rapportagesysteem voor duurzaamheid zoals dat voor financiële rapportage wel bestaat. Er is nu een veelheid aan (merendeels) vrijwillige initiatieven waar geen verplichte controle op plaatsvindt. Hierdoor zijn huidige duurzaamheidsverslagen vaak onsamenhangend, moeilijk vergelijkbaar en lang niet altijd transparant. Met de CSRD wordt er één lijn aangebracht in duurzaamheidsverslagen zodat de impact van bedrijfsactiviteiten eerlijk met elkaar kan worden vergeleken in heel Europa én kan worden opgeteld om een beeld te krijgen van de voortgang richting klimaatneutraliteit. VAN ELKAAR LEREN Wat betekent dit voor de afvalbranche? Ten eerste verplicht de CSRD bedrijven om over de volle breedte van duurzaamheid, in jargon de ESG-factoren, hun prestaties en doelen openbaar te maken. Denk daarbij dus niet alleen aan klimaat, maar ook aan biodiversiteit, circulariteit, vervuiling, watergebruik en aspecten als de behandeling van werknemers. Ten tweede geldt voor afvalbedrijven dat een aantal bedrijfsactiviteiten met enkele randvoorwaarden in de EU Taxonomie is geclassificeerd als duurzaam: onder andere het inzamelen van brongescheiden afval, materiaalterugwinning en compostering en vergisting van bioafval. Dit maakt het aantrekken van financiering voor deze activiteiten makkelijker. Het betekent echter niet dat iedere vorm van inzameling even duurzaam is. Dit is afhankelijk van hoe de inzameling wordt uitgevoerd, denk aan de route, het type voertuig en de brandstof. De standaarden over duurzaamheidsverslaggeving

20 | GRAM #02 maart 2022

gebaseerd op de CSRD gaan helpen om hier inzicht in te krijgen, zodat (afval)bedrijven ook van elkaar kunnen leren. Daarmee is deze nieuwe rapportageverplichting een mooie kans – juist voor publieke afvalorganisaties en gemeenten – om te komen tot een duurzame en circulaire samenleving en daarover eenduidig te rapporteren naar alle stakeholders. CRITERIA De CSRD gaat gelden voor BV’s en NV’s die voldoen aan twee van de drie volgende criteria; minimaal 250 werknemers, minimaal €20 miljoen balanstotaal of minimaal €40 miljoen omzet. De grotere (publieke) afvalbedrijven voldoen dus aan deze criteria. De richtlijn zal gaan gelden over boekjaar 2023 of 2024. Het definitieve besluit moet daar in Brussel nog over vallen. Het belangrijkste advies voor nu is om concreet aan de slag te gaan: verdiep je in de regelgeving, update je duurzaamheidsstrategie, verzamel je duurzaamheidsdata en ga het gesprek aan met je accountant. Een goed begin is het halve werk. (*) Dit artikel is tot stand gekomen met hulp van Kees Kerstens, medeoprichter van Salacia Solutions gespecialiseerd in impactmeting, en Steven Hijink, advocaat bij Stibbe en hoogleraar ondernemingsrecht aan de Radboud Universiteit.


WAGENINGEN PAKT ILLEGALE DUMPINGEN BIJ STUDENTENCOMPLEXEN AAN Bij verschillende studentenflats in Wageningen zijn speciale plekken ingericht voor afval en grofvuil, waar huurders hun zakken en afgedankte spullen kwijt kunnen. Maar niet-huurders maken helaas ook maar wat graag gebruik van deze containers, zo blijkt. En dat is niet de bedoeling. Daarom hebben de gemeente Wageningen, afvalverwerker ACV en studentenhuisvester Idealis de handen ineengeslagen en maatregelen genomen om dit te voorkomen. En deze maatregelen lijken effect te hebben. TEKST: EVELINE VAN HAMBURG, TAPPAN COMMUNICATIE BEELD: ADDIE WEENK In studentenstad Wageningen wonen ongeveer 8.000 studenten, vaak in grote studentencomplexen. Bij de meeste complexen staan meerdere boven- en ondergrondse containers: glasbakken, containers voor papier, restafval, gft en pmd. Maar ook hokjes voor grofvuil. “Aan alle inwoners van Wageningen vragen we om hun grofvuil naar het afvalbrengstation te brengen. Maar dat werkt bij studenten niet goed,” legt Rike van de Wiel uit. Zij is beleidsmedewerker bij de gemeente Wageningen. “Bijna geen enkele student heeft een auto. Er wonen ook veel internationale studenten die er vaak maar kort wonen. Als die dan verhuizen willen ze van hun oude spullen af en weten ze minder goed waar ze dit moeten inleveren. Ook andere studenten plaatsten grofvuil vaak bij de afvalcontainers onderaan de flat. Daarom heeft Idealis bij de studentencomplexen hokken gemaakt waar huurders hun grofvuil kwijt kunnen.” STRUCTURELE OPLOSSING Maar zowel de hokken als containers zijn niet vergrendeld en dat maakt ze interessant voor mensen van buitenaf, zo constateerde Idealis begin 2021. Van de Wiel: “Er lagen hele schuttingen, bouw- en sloopafval: die komen echt niet van studenten. We hebben een tijdje geprobeerd het afval te herleiden en boetes uit te delen, ook aan bedrijven. Maar het is lastig mensen op heterdaad te betrappen. Er is een structurele oplossing nodig.” Daarom zijn er in maart 2021 maatregelen genomen om deze dumpingen tegen te gaan.

BASIS OP ORDE Samen met gedragscommunicatiebureau ANDC is er een plan gemaakt om het voor studenten aantrekkelijk te maken om hun afval daar weg te gooien en tegelijkertijd buitenstaanders te weren. Allereerst is de basis beter op orde gebracht. Er zijn nieuwe grofvuilhokken gemaakt en er is beter nagedacht over de plaatsing. Zo is de ingang nu niet meer direct aan de weg. Ook zijn de hokken overdekt. “Zo blijft het grofvuil beter bij elkaar, ziet het er minder rommelig uit en wordt het bij regen geen natte bende,” zegt Van de Wiel. Daarnaast zijn bij alle studentencomplexen borden en gronduitingen aangebracht. Bij de ingang staat er bijvoorbeeld ‘Alleen betreden bewoners Idealis’. De borden bij de ingang met ‘Parkeren alleen in de vakken’ zijn weggehaald, zodat mensen niet denken dat het een openbare parkeerplaats is. De toegankelijkheid is bij één complex ook ingeperkt door betonblokken en een flexibele paal te plaatsen, zodat automobilisten niet naar de containers kunnen rijden om afval te dumpen. Bij de container en hokken zijn teksten op de grond aangebracht en borden geplaatst die aangeven dat de faciliteiten alleen voor huurders van Idealis zijn. Van de Wiel: “Op de borden staat ook dat als je geen bewoner van het complex bent, je je afval naar het afvalbrengstation moet brengen. Zo bieden we meteen handelingsperspectief.”

der toegankelijk hebben gemaakt, zagen we dat het aantal dumpingen afnam,” zegt Van de Wiel. “Zo kon je bij één complex eerst makkelijk met een auto naar de containers rijden. Door de betonblokken en flexibele paal is dat nu niet meer mogelijk. Dat, in combinatie met de teksten, maakt het heel duidelijk dat het niet de bedoeling is dat je als buitenstaander daar je afval brengt.” De maatregelen zijn niet kwantitatief geëvalueerd, dus harde cijfers zijn er niet. “Toevallig was er bij één complex cameratoezicht – om heel andere redenen. Daar zagen we wel dat door de aanwezigheid van een camera er direct nauwelijks nog gedumpt werd. Hoewel qua privacy een lastige maatregel, is het wel een opvallend effect.”

EFFECTIEVE MAATREGELEN Al vrij snel hadden de maatregelen effect. “Doordat we het op meerdere manieren min-

Grofvuilvoorziening voor studenten op de Amsterdamse campus Uilenstede, vergelijkbaar met die in Wageningen.

GRAM #02 maart 2022 | 21


SCHONE GESCHEIDEN INZAMELING STEEDS BELANGRIJKER

SCHAARSTE DRIJFT PAPIERPRIJS OP Door de coronacrisis zit de oud papierprijs in de lift. Maar ook de kwaliteitseisen nemen toe. Het aandeel verpakkingen beslaat inmiddels meer dan de helft van het oud papier. Wat betekent dit voor gemeenten?

H

TEKST: PIETER VAN DEN BRAND

uishoudens zijn trouwe scheiders van oud papier en karton. Al jaren op rij worden hoge scores genoteerd. Tot ver in de tachtig procent van het op de markt gebrachte oud papier en karton wordt jaarlijks na gebruik gescheiden ingezameld en hergebruikt. Dit succes krijgt een extra dimensie door de toenemende schaarste van deze voor de papierindustrie onmisbare grondstoffen. Zo zag de boekensector haar aanvoer van papier vorig jaar opdrogen. Herdruk van boeken – doorgaans in enkele dagen tijd geregeld – kwam in gevaar. Boosdoener was de eerste coronagolf in maart 2020. De productie van grafisch papier werd

sterk teruggebracht. Daarnaast werd het transport door de lockdowns bemoeilijkt. Toen de vraag later weer aantrok, lukte het niet de productie snel op te starten, vertelt directeur Hielke van den Brink van Papier Recycling Nederland (PRN), dat namens het bedrijfsleven de inzameling en recycling van niet-verpakkingen verzorgt, zoals kranten, tijdschriften, folders en boeken. “Bovendien zijn veel papierfabrieken van grafisch papier op de productie van karton overgegaan, omdat daar meer vraag naar is en het meer oplevert. Sindsdien hebben we met flink gestegen prijzen te maken en er is nog steeds sprake van schaarste. Het is nodig ver vooruit te bestellen.” Voordat de coronapandemie losbarstte zat de prijs van papier juist in een neerwaartse lijn. “Dat kwam vooral”, legt Van den Brink uit, “omdat China en andere Aziatische landen de kwaliteitseisen hadden aangescherpt. Voor die tijd ging het volledige wereldwijde overschot daar naartoe.” Begin 2020 dreigde de prijs onder de garantstelling voor gemeenten in het Papiervezelconvenant te zakken. Door dit convenant met PRN (inmiddels loopt de zesde editie sinds de start in 1998) zijn gemeenten verzekerd van de afname van het ingezamelde grafisch oud papier en kunnen ze hiervoor op een gegarandeerde prijs rekenen (25 euro per ton), ook als de marktprijs laag is. Dit systeem zorgt voor stabiliteit. Door de papierschaarste tijdens de coronacrisis ging de prijs weer omhoog en hoefden we het verwijderingsfonds niet aan te spreken”, zegt Van den Brink.

Hielke van den Brink, directeur Papier Recycling Nederland (foto: PRN)

22 | GRAM #02 maart 2022

KWALITEIT De kwaliteit van het in ons land ingezamelde oud papier is belangrijk om op de wereldmarkt aantrekkelijk te blijven als grondstof. Aandacht hiervoor is nodig. Onderzoek van PRN wijst er namelijk op dat oud papier meer en meer vervuild raakt met onder meer piepschuim, folies en verpakkingen met etensresten, hout, metaal en zakken restafval. Samen met voorlichtingsorganisatie Milieu Centraal kwam PRN in 2021 met een nieuwe scheidingswijzer. Kernboodschap: graag alleen schoon en droog papier en karton in de oud papierbak. Wat niet betekent dat oud papier volledig vrij moet zijn van voedselresten, vloeistoffen of andere materialen dan papier. “Een paar kleine vlekken of kruimels is niet erg. In dat geval kan ook de pizzadoos bij het oud papier”, verduidelijkt Van den Brink. “We kunnen deze papiervezels goed


gebruiken.” De grens ligt bij vervuild papier met aan beide zijden een laminaatlaagje. Daar kan de pulplijn in de papierfabriek niks mee, want er kan geen water bij. “We dringen er bij verpakkingsproducenten op aan gecoat of gelamineerd papier of karton vooraf op recyclebaarheid te laten testen. Er bestaan uiteenlopende coatings. Dat wordt goed opgevolgd.” De nieuwe scheidingswijzer is afgestemd met gemeenten, omdat zij rechtstreeks contact met inwoners hebben. Naast grafisch papier kent de oud papiercontainer een uitdijende stroom verpakkingen van papier en karton. De verklaring hiervoor ligt in de groei van online bestellingen bij webshops en restaurants door het in de coronapandemie aan huis gebonden Nederland. Dit deed de vraag naar karton als verpakkingsmateriaal fors toenemen. De afspraken die PRN in 2021 met gemeenten heeft gemaakt, zetten het aandeel niet-verpakkingen in het huishoudelijk ingezamelde oud papier op 66,3 procent. In 2015 stond dit aandeel op 77 procent niet-verpakkingen. “De digitalisering doet de vraag naar grafisch papier overigens toch al jaarlijks afnemen”, zegt Van den Brink. Recente cijfers van het Afvalfonds Verpakkingen laten over de totale stroom, dus bij huishoudens en bedrijven ingezameld oud papier, eenzelfde trend zien, namelijk 59,3 procent verpakkingen over 2020. In 2014 was dat aandeel nog 49,6 procent. AFSPRAKEN Voor het inzamelen van verpakkingen krijgen gemeenten een vergoeding uit Afvalfonds. Vanwege het groeiende aandeel verpakkingen zullen zij in de toekomst meer met dit fonds te maken krijgen. De Raamovereenkomst Verpakkingen en het zesde Papiervezelconvenant lopen eind 2022 af. Over het vervolg praat de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) in aparte trajecten met PRN en met Nedvang, de uitvoeringsorganisatie namens het verpakkende bedrijfsleven achter de Raamovereenkomst. Volgens beleidsmedewerker Maarten Goorhuis van de NVRD zijn er wel wat losse eindjes in te vullen. Hij vertegenwoordigt de publieke afvalsector in de werkgroep van de VNG die over de nieuwe afspraken met het bedrijfsleven onderhandelt.

Maarten Goorhuis, beleidsmedewerker NVRD (Foto: NVRD) “Gemeenten maken geen onderscheid tussen grafisch papier en verpakkingen. Ze zamelen alles in één keer in en leveren dat aan de recyclingindustrie. Op de achtergrond bestaan voor deze verschillende stromen echter twee administratieve systemen, dat van PRN en dat vanuit het Afvalfonds, en daar zijn aparte afspraken bij gemaakt. In de praktijk gaat het alleen goed, als beide systemen naadloos op elkaar aansluiten. Dat ze allebei bijvoorbeeld dezelfde definitie gebruiken voor wat onder grafisch papier en wat onder verpakkingen valt, en ook dat ze dezelfde getallen hanteren over het aandeel van beide stromen.

Met alleen een paar kleine vlekken of kruimels kan ook de pizzadoos bij het oud papier (Foto: De AfvalSpiegel).

GRAM #02 maart 2022 | 23


We zien dat dit uit elkaar is gaan lopen. Uiteindelijk viel een deel van het papier tussen twee systemen in. Dat is natuurlijk niet de bedoeling. We hebben daar met PRN een noodverbandje voor bedacht”, verwijst Goorhuis naar de vorig jaar vernieuwde afspraken tussen gemeenten en PRN. “De definities van beide stromen zijn geactualiseerd, waarbij PRN heeft gezegd het verschil voor zijn rekening te nemen. Op de lange termijn zullen beide systemen echter nauwer op elkaar aan moeten sluiten, zeker nu het aandeel verpakkingen zo aanzienlijk toeneemt.” Bij het vernieuwen van de afspraken zijn VNG en PRN overeengekomen samen een protocol op te stellen voor de monitoring

en de aanpak van vervuiling in het oud papier. In het zesde Papiervezelconvenant is het vervuilingspercentage voor nietverpakkingen verlaagd naar drie procent. Voor de gezamenlijke inzameling van verpakkingen en niet-verpakkingen geldt 3,7 procent. “Er is nooit een protocol vastgesteld om de vervuiling in het oud papier te meten”, zegt Goorhuis. “Dat is nog zo’n los eindje. Als je geen goed meetinstrument hebt, kom je er samen niet uit.” In de Raamovereenkomst staat een vervuilingspercentage van vijf procent voor verpakkingen. De 3,7 procent is het gewogen gemiddelde tussen deze vijf procent en de drie procent voor grafisch oud papier en karton. “Ook hier hebben we dus te maken met onvoldoende aansluiting tussen beide systemen.”

CAMPAGNE ZWERFAFVAL IN PARKEN Er is nieuw materiaal beschikbaar voor de campagne ‘Je plek schoon achterlaten. Zó gefikst!’. De campagne stimuleert jongeren én gezinnen hun afval op te ruimen na een verblijf in een park of recreatiegebied. Als gemeente kun je het materiaal kosteloos downloaden en daarna zelf laten printen. Het materiaal is eenvoudig te personaliseren. Zo kun je je eigen logo als afzender op de posters en stickers plaatsen. Gebruik deze campagnemiddelen om dit voorjaar voor een klein bedrag een effectieve campagne neer te zetten. De gemeenten Utrecht en Alphen aan den Rijn gingen u al voor. Nieuw in de toolbox De toolbox is aangevuld met nieuw beeld, van jongeren én een gezin. Daarnaast kun je de materialen nu nog beter aanpassen voor gebruik binnen je eigen organisatie. Verwerk bijvoorbeeld een foto van een plaatselijk park of lokale oever in een poster. Ook kun je de naam van je gemeente op de communicatiemiddelen plaatsen. Bekijk de toolbox ‘Je plek schoon achterlaten. Zó gefikst!’. Advies nodig? Mail zwerfafval@rws.nl.

40 jaar of ouder? Meet jaarlijks je bloeddruk! Kijk op hartstichting.nl/bloeddruk

24 | GRAM #02 maart 2022


YOUNG NVRD BIJEENKOMST OP 26 APRIL 2022 Dinsdag 26 april organiseert Young NVRD een leuke bijeenkomst voor haar leden. Het wordt een actieve dag waarin de handen uit de mouwen worden gestoken. Wat het is, blijft nog even een verassing. Het wordt wel een fysieke bijeenkomst, dus houd de hele dag vrij in je agenda. Wil je op de hoogte blijven van al onze activiteiten? Volg dan onze LinkedIn pagina. Ken je of heb je collega’s onder de 35 jaar die nog niet aangesloten zijn bij Young NVRD? Breng ze op de hoogte van het leukste netwerk binnen de afvalwereld! Aanmelden kan door een mail te sturen naar young@nvrd.nl

ONDERZOEK MOGELIJKHEDEN UNIFORM BRUIKBARE BRANCHE-RAPPORTAGE Al jaren is de Benchmark Huishoudelijk Afval een icoon van de NVRD. Daarnaast worden in onze branche op verschillende niveaus allerlei soorten data verzameld, en bestaat de verplichting data aan CBS te leveren. Tegelijkertijd is niet altijd duidelijk welke informatie er al is, hoe we data eenduidig kunnen maken en wat men hier in de praktijk mee kan. Daarom onderzoekt de NVRD de opties voor een toekomstig systeem voor en door de leden om data te uniformeren, bundelen en te vertalen tot verschillende bruikbare rapportages. Bijvoorbeeld ten behoeve van de toekomstige sustainability reporting eisen. Maar ook om lokaal zicht te hebben op de effecten van beleidskeuzes op de prestaties. Denk hierbij bijvoorbeeld aan vraagstukken rondom de invoering van diftar of vermindering van de voetafdruk. Er is een projectteam met enkele leden samengesteld dat hiermee aan de slag gaat.

VOORALSNOG GEEN OVEREENSTEMMING OVER INZAMELVERGOEDING PMD VOOR 2022 De afgelopen maanden is er veel tijd en energie gestoken in de landelijke vaststelling van de inzamelvergoeding voor PMD voor 2022. Deze gesprekken vinden plaats in het zogeheten Platform Ketenoptimalisatie (PKO) waar VNG (samen met de NVRD als adviseur) afspraken maakt voor alle gemeenten met het Afvalfonds Verpakkingen (samen met Nedvang als adviseur). Deze afspraken beschrijven onder meer dat er jaarlijks een inzamelvergoeding voor brongescheiden PMD wordt afgesproken op basis van een actueel samenstellingsonderzoek en een actueel kostenonderzoek. Vanwege COVID 19 heeft de uitvoering van een actueel kostenonderzoek vertraging opgelopen. De kostenvergoeding die het Afvalfonds voorstelt strookt wat de NVRD betreft niet met de geldende afspraken over de bepaling van de kosten en de vervuiling door stoorstromen. Het gedane voorstel zou een significante daling van de vergoeding per ton opleveren ten opzichte van de vergoeding over 2021. De onder-

COLUMN

NIEUWS

Foto: Bart van Dieken

B.O.O.S En, was u een beetje boos? Tegen de tijd dat u dit leest, is het wellicht alweer oud nieuws. Maar terwijl ik dit typ zijn alle hoofdrolspelers van het drama bij The Voice ondergedoken en zijn organisaties aan het evalueren of het bij hen wél hufterproof is. Eerlijk is eerlijk: de uitzending riep ook bij mij situaties uit het verleden op waar mannen zich ongepast hebben geuit. Vaak onder de noemer ‘humor’. Aanrader wat mij betreft, is het YouTube filmpje over ‘tea and consent’ uit 2015. Het maakt de discussie over grenzen luchtig, maar oh zo helder. Daarmee heb je als organisatie de boel echter nog niet geregeld. Met een ongemakkelijk gevoel hebben we John de Mol zien worstelen. Met een plons viel hij in het wak dat vrouwen zich vooral zelf moeten melden. Maar dan is het kwaad al geschied. Hoe dan wel? En hoe bepaal je of een opmerking humorvol, complimenteus of ongepast is? De ontvanger bepaalt of het ongewenst is. Hoe duid je dat als afzender? Naast dit type gedrag, zijn er natuurlijk meer variaties op het thema ‘ongewenst’. Als bestuurslid van een voetbalvereniging heb ik genoeg ‘grappen’ over huidskleur, afkomst, geloof of seksuele voorkeur langs horen komen. En de ontvangers als boeren met kiespijn zien proberen zich groot te houden. Want ach, zo gaat dat nou eenmaal, en het is toch niet kwaad bedoeld? Ook onze sector is nog niet overal baken van diversiteit en inclusiviteit. Veel van onze leden stréven daar wel naar, en zoeken ook naar een aanpak in NVRD-verband. Meer vrouwen, meer jongeren, meer diversiteit op de werk- en managementvloer. Hoe stuur je dat als bedrijf, of branchevereniging? Een campagne hier, een flyer daar? Echt sturen op cultuur betekent ook het gesprek aangaan. Of die poster in de kantine nou zo’n goed idee is. Wat ervoor nodig is om de werkvloer voor iedereen leuk en veilig te houden. Als NVRD zetten we een stapje met een afsprakenlijst over (on)gewenst gedrag op alle NVRD-bijeenkomsten. Niet om in de la te leggen, maar om het gesprek over te voeren. Open, veilig, oprecht geïnteresseerd in andermans perspectief. Vooral niet boos…

handelingen hierover lopen nog steeds, hetgeen betekent dat er voor het lopende jaar 2022 nog geen overeenstemming is over de inzamelvergoeding per ton brongescheiden PMD. De NVRD adviseert gemeenten en hun publieke inzamelorganisaties

Wendy de Wild directeur NVRD

om de onderhandelingen van de VNG af te wachten en geen individuele afspraken te maken met het Afvalfonds dan wel Nedvang. GRAM #02 maart 2022 | 25


POSITIEVE AANPAK BRENGT AFKEUR GFT-AFVAL OMLAAG IN RIJK VAN NIJMEGEN Afvalbedrijf Dar uit Nijmegen werkt sinds 2020 samen met de gemeenten in haar werkgebied om de kwaliteit van afvalstromen te verbeteren. Een project met onder meer afvalcoaches voor het kweken van meer bewustzijn over wat in de gft-container hoort, leidde het afgelopen jaar tot goede resultaten. Ook dit jaar zet Dar afvalcoaches in om bewoners op een positieve manier aan te sporen tot betere afvalscheiding. TEKST: MARTIJN KREGTING BEELD: DAR

I

n 2020 startte Dar het project Kwaliteit van grondstoffen op na structurele signalen vanuit verwerkers over de toenemende hoeveelheid afkeur bij plastic, textiel en gft, vertelt Melissa Kars, als projectmanager Dar (buiten) onder meer verantwoordelijk voor het project. “Omdat we niet alles tegelijk kunnen aanpakken, hebben we prioriteit gegeven aan gft. Dat wordt ook direct door de ARN in Weurt verwerkt, dus die lijnen zijn kort.” Het project telt drie pijlers: basis op orde, communicatie en gedragsverandering, controle en handhaving. Het start dus met inzicht krijgen in waar de vervuiling zit, wat is het type vervuiling en bij welk type vervuiling. Kars: “Met Avalon Advies hebben we het kennisniveau over afvalscheiding gepeild bij plastic, textiel en gft. Daaruit bleek bijvoorbeeld dat er nog veel etensresten bij het restafval gegooid worden. Dat is zonde. Zoiets kun je meenemen in je communicatie over afvalscheiding, net zoals hoe en waar mensen een gft-container kunnen aanvragen.” AANSLUITING GEMEENTEN Nijmegen en Heumen sloten zich in januari 2021 aan bij het project - Beuningen, Berg en Dal, Druten en Wijchen volgden in augustus dat jaar. “We sturen als gemeente op kwaliteitsdoelstellingen voor afval, de hoeveelheid restafval per bewoner en het percentage hergebruik”, vertelt beleidsadviseur Angelique van der Heijden

26 | GRAM #02 maart 2022

van de gemeente Nijmegen. “De focus lag in eerste instantie minder op kwaliteit. Als je alle afvalstromen samen bekeek, leek het mee te vallen met de hoeveelheid afkeur.” Ook bij gft waren de percentages minder hoog. Problemen leken er bovengemiddeld te zijn bij gft-containers bij hoogbouw. Door de afkeurcijfers nader te bestuderen, bleek afkeur ook relatief hoog te zijn bij laagbouw, waar het meeste volume vandaan komt. Van der Heijden: “Omdat het probleem groter was dan we dachten, wilden we bewoners tot betere scheiding aanzetten. Reden dus om aan het project mee te doen.” REGIOBREDE AANPAK Vooral Nijmegen had bij aanvang van het project met afkeur van vrachten te maken. Bij de andere Dar-gemeenten gold dit minder, vervolgt Kars. “Maar omdat onze verwerker aangaf dat het percentage afkeur overal groeide, wilden we regiobreed inzetten. Daarbinnen verschillen de doelen afhankelijk van de mate van afkeur per gemeente. Nijmegen heeft kosten als gevolg van afkeur. Bij bijvoorbeeld Heumen worden er geen vrachten afgekeurd, dus er zijn geen directe kosten aan verbonden. Dat betekent niet dat het niet beter kan. Zeker in het licht van circulariteit willen we de kwaliteit van de afvalstromen Dar-breed verbeteren. Hoe beter we afval scheiden, hoe meer grondstoffen we kunnen hergebruiken.”

De eerste concrete actie vanuit ‘Kwaliteit van Grondstoffen’ was een communicatiecampagne die draaide om het karakter afvalcoach Winston (Winston gaat voor winst), veelal op afbeeldingen in plaats van teksten en gericht op on- én offline communicatiemiddelen om zoveel mogelijk bewoners aan te spreken. Denk aan social media, in dagbladen, wijkkranten en via afvalcoaches. Zo werd er een wel/ niet sticker en containerhanger ontwikkeld gebaseerd op de lijst van de NVRD - ook vooral met afbeeldingen - om het kennisniveau te verbeteren. AFVALCOACHES OP PAD Als vervolgstap gingen in een aantal wijken in Nijmegen en Heumen afvalcoaches van het bedrijf Lentekracht op pad. De keuze voor wijken werd onder meer bepaald op basis van percentage afkeur bij ARN of ervaring van de chauffeurs van Dar. Onder meer om iedereen een wel/ niet sticker te geven, maar ook om met een ‘goed bezig’ sticker in te spelen op sociale bewijsdrang, schetst Koen Vrielink, eigenaar van Lentekracht. “De afvalcoaches liepen mee met afvalinzamelaars van Dar om containers te bekijken op mate van vervuiling. Bij geen vervuiling kregen mensen de ‘goed bezig’ sticker. Dat deden we ook bij een tweede en derde ronde. Bij meer vervuiling kregen mensen een gele hanger en uitleg over hoe scheiding beter kan. Was de vervuiling meer dan 10 procent, dan lieten


we de gft-container staan en mocht de gebruiker hem bij het eerstvolgende inzamelmoment opnieuw aanbieden. Was hij dan schoon genoeg, dan leegden de inzamelaars hem alsnog.” POSITIEVE REACTIES & RESULTATEN Volgens Vrielink waren de meeste reacties ronduit positief. “Niet dat mensen blij naar buiten kwamen, maar de meesten wilden wel weten wat er beter kon. Ook merkte je dat veel bewoners van straten samen wilden werken aan het beperken van vervuiling: een positieve vorm van sociale drang. Mensen wilden bij een volgende ronde niet de enige zijn van wie een container (weer) bleef staan.” Kars benadrukt ook dat het uitmaakt hoe je mensen benadert. “Onze Afvalcoaches werken vanuit een positieve insteek en benadering. Het gaat niet om afkeuren, maar met elkaar kijken hoe het beter kan.”

NIEUW INITIATIEF In Druten en Beuningen wordt dit jaar ook gestart met een vergelijkbaar initiatief voor plastic+ (ook wel pmd genoemd). Beide gemeenten hebben ook voor deze stroom containers, waardoor Dar de aanpak voor deze stroom kon aanpassen. Dar en de Dar-gemeenten willen op termijn ook een aanpak voor textiel, maar zijn daarbij ook benieuwd naar hoe in de UPV voor textiel de toekomstige verantwoordelijkheden en kosten voor textiel vorm krijgen.

van gemeentelijk beleid. Van der Heijden hierover: “Het is nu nog koffiedik kijken hoe lang het effect van de afvalcoaches aanhoudt en hoeveel inspanning je moet plegen. Het is arbeids- en kostenintensief, al zijn er duidelijke effecten. We zullen er in ieder geval voorlopig mee doorgaan om beter inzicht te krijgen en zo te bepalen hoe we dit in beleid vertalen.”

STRUCTURELE VORM Dar is met alle deelnemende gemeenten in gesprek hoe het project uiteindelijk in structurele vorm deel moet uit gaan maken

De eerste resultaten waren positief. Het project mikte het afgelopen jaar regiobreed op 75 procent minder vervuilde containers en 15 procent minder afkeur van vrachten. Dit werd in de meeste gemeenten en wijken gehaald. Kars hierover: “Regiobreed zijn we van gemiddeld 81 procent naar 93 procent schone gftcontainers gegaan. Eerdergenoemde 75 procent bleek in sommige wijken te ambitieus, daarom gaan we in 2022 door met de afvalcoaches.” HOE NU VERDER In 2021 hebben afvalcoaches in totaal vijf tot acht rondes gelopen in de wijken waar het project zich op richtte, vertelt Vrielink. “De grootste winst werd vooral na de eerste bezoeken gerealiseerd. Nu ga je naar een soort optimalisatie, waarbij je kijkt naar welke mate van herhaling nodig is.” Eind januari zijn de afvalcoaches opnieuw op pad gegaan. Daarbij worden op actiedag 4 ook weer biobakjes deur aan deur uitgereikt om een gespreksmoment te creëren. Kars: “We gaan in kaart brengen hoe vaak het per wijk nodig is om dit te herhalen. Misschien kun je in sommige wijken met drie keer paar jaar dit effect behouden en zijn in andere wijken acht rondes nodig. Er zijn nog weinig vergelijkbare projecten om van te leren, dus dat gaan we dit jaar zelf uitvinden.”

Een afvalcoach van Dar inspecteert een container.

GRAM #02 maart 2022 | 27


RESULTATEN PEILING IMAGO BRANCHE:

AANZET TOT DUIDELIJKER PROFILERING BRANCHE We maken het allemaal wel eens mee op feestjes. Iemand vraagt waar je werkt en je zegt trots: in de afvalbranche! Je wordt eerst ongelovig aangekeken, krijgt de vraag “wat maakt het dan interessant”, en na wat uitleg voel je het begrip groeien. Uitleg helpt dus. Ook dat bleek uit het onlangs gepubliceerde rapport ‘Imago van onze vuilnismensen’ (*).

P

TEKST: FRIEDERIKE KLEIJN BEELD: YKE REUSSINK

ak een willekeurige beroepsprestatieladder of waarderingslijst en de vuilnisophaler bungelt steevast onderaan. Ook al hoort die functie inmiddels tot de cruciale beroepen, essentieel voor onze samenleving, aldus de overheid bij het uitbarsten van de coronapandemie. Dat is best vreemd. Reden genoeg voor een onderzoek naar het imago van het werk in de afvalsector.

28 | GRAM #02 maart 2022

Directe aanleiding was de Week van de AfvalHelden van 7 tot en met 13 maart. In opdracht van de Vereniging Afvalbedrijven en NVRD voerde I&O Research de imagopeiling uit. Voor het onderzoek werd gekozen voor de term 'vuilnisman/vrouw' omdat die aansluit bij een breed publiek. Zes vragen liepen mee in de maandelijkse, landelijke peiling van het bekende onderzoeksinstituut. Geen diepgravend onderzoek, daar is meer voor nodig, wel een peiling waar-


van de resultaten nieuwswaardig bleken. Ze werden gepubliceerd vlak voor de start van de actieweek en zorgden voor de beoogde publicitaire ‘boost’. In dit artikel een samenvatting van de resultaten. Een deel van de resultaten was zeker interessant om mee naar buiten te treden. Dat werden dan ook de highlights in het persbericht. Ze zijn hieronder samengevat. Een ander deel van de resultaten vergde uitleg. Minder geschikt voor landelijke, populaire media, maar voor de eigen vakmedia wel interessant: de resultaten die stof tot nadenken geven over de vraag wat ons te doen staat om het werk in de branche positief neer te zetten. ZE ZIJN ONMISBAAR EN VERDIENEN WAARDERING I&O legde Nederlanders de volgende stelling voor: ‘Mensen die zorgen voor ons afval en de openbare ruimte zijn net zo onmisbaar als andere dienstverleners zoals politie en brandweer’. Negen op de tien respondenten zijn het daarmee eens. Ook de tweede stelling, ‘Om het imago van de vuilnisman/vrouw te verbeteren moeten zij meer waardering krijgen’, kon rekenen op positieve instemming van een meerderheid. In totaal 77% was het daarmee eens. Het waren uitkomsten waar de projectgroep blij mee was: ze vormden een duidelijke legitimatie voor de organisatie van de Week van de AfvalHelden. BELANGRIJK WERK, MAAR NIKS VOOR MIJ Iets minder enthousiast reageerden de respondenten op de vraag ‘Zou je eens een dag willen meelopen bij de afvalinzameling in jouw buurt? ’ Een op de vijf voelt daar wel voor; de rest reageert neutraal of negatief. Animo om zelf in de branche te werken lijkt zo goed als afwezig: slechts vier procent was het eens met de stelling ‘Ik zou graag in de afvalbranche willen werken.’ Antwoorden die hebben geleid tot de conclusie dat ‘de branche zich steviger moet profileren als interessante werkgever’, aldus het gezamenlijk uitgegeven persbericht. PROFILERING VAN DE BRANCHE In de peiling is ook gekeken naar de kennis van de eisen en werkzaamheden in onze branche. Daarbij hanteerden de onderzoekers de split-run-methode. De ene helft van de steekproef kreeg de stelling voorgelegd zonder extra informatie. De andere helft kreeg een toelichting op de stelling. Het ging om de volgende twee stellingen: 1. ‘Ik heb eigenlijk geen idee wat werken in deze branche in de praktijk inhoudt.’ 2. ‘Ik heb eigenlijk geen idee van de eisen die worden gesteld aan het werken in deze branche.’ Zonder toelichting op de eisen en werkzaamheden onderschrijft 18 procent de eerste stelling. Maar een veel groter deel (53%) is het daarmee niet eens. Deze groep zegt daarmee eigenlijk dat ze er wél een idee van hebben. Op de tweede stelling reageert ruim een derde (36%) dat ze ‘geen idee’ hebben van de eisen die worden gesteld in de branche. De andere helft van de steekproef kreeg wel extra informatie, die voorafging aan de stelling. Het ging daarbij om de volgende passage: Werken in de afvalbranche vraagt steeds meer kennis en vaardigheden op het gebied van mechanisering, digitalisering, voorlichting en communicatie. Dit komt door de toenemende vraag naar een duurzamere en schonere wereld. En guess what: deze res-

pondenten geven veel vaker aan ‘geen idee te hebben wat werken in de branche in praktijk betekent’ (was 18% het mee eens, nu 40%) en van ‘de eisen die gesteld worden’ (was 36%, nu 58%). Hoe kunnen we deze resultaten interpreteren? Duidelijk is dat uitleg, hoe summier ook, tot andere meningen leiden. Op basis van de overige resultaten constateerden we al de noodzaak om de branche steviger te profileren. En – gezien de resultaten op deze twee stellingen - vooral ook breder. Want ‘de vuilnisman’ is weliswaar iconisch voor onze branche, en de plek in het zonnetje is dik verdiend, maar we zullen toch vooral ook onze maatschappelijke en inhoudelijke bijdragen aan een meer circulaire economie duidelijker voor het voetlicht moeten brengen. Reageren? Graag. Mail naar info@weekvandeafvalhelden.nl (*) Bron: rapport Imago van onze vuilnismensen, I&O Research, 31 januari 2022.

De tweede Week van de AfvalHelden vond plaats van 7 t/m 13 maart. In heel het land werden collega’s in uitvoerende beroepen in het zonnetje gezet. Benieuwd wat er allemaal heeft plaatsgevonden? Kijk dan op www.weekvandeafvalhelden.nl. Week van de AfvalHelden is een initiatief van NVRD, Vereniging Afvalbedrijven, TLN en O&O fonds GEO.

WE KUNNEN NIET ZONDER NATUUR Word nu lid op natuurmonumenten.nl en ontvang 4 x per jaar het magazine Puur Natuur

GRAM #02 maart 2022 | 29


BRANCHE AGENDA

NIEUWS

24 maart 2022 Hart van Holland

GROOTSTE PLASTICRECYCLEFABRIEK KOMT IN FRANKRIJK

Gemeentelijk Grondstoffencongres 2022

14 april 2022

Het Amerikaanse chemieconcern Eastman Chemical investeert omgerekend 875 miljoen euro in de bouw van ’s werelds grootste fabriek voor het recyclen van oud plastic in Frankrijk. De fabriek moet jaarlijks tot wel 160.000 ton aan moeilijk recyclebaar plastic gaan verwerken dat nu nog wordt verbrand. Volgens het bedrijf is die hoeveelheid voldoende om het grote voetbalstadion Stade de France in Parijs 2,5 keer te vullen. De fabriek moet in 2025 in gebruik worden genomen en zal Frankrijk helpen bij het verlagen van de uitstoot en het gebruik van fossiele brandstoffen. Bij de fabriek zal het oude plastic worden afgebroken tot de moleculaire bouwstenen, waarvan dan weer hoogwaardig nieuw plastic gemaakt kan worden.

Hart van Holland Nijkerk Gladheidbestrijdingscongres 2022

12 mei 2022 Brussels Expo Vakbeurs Openbare Ruimte

18-19 mei 2022 Zeeland

VOLLEDIG ELEKTRISCHE RASCOVEEGMACHINES VAN RONDAAN In opdracht van Omrin leverde Rondaan de eerste twee volledig elektrisch aangedreven Rasco veegmachines ter wereld. Beide Friese bedrijven zetten zich in voor het behoud van een schone en duurzame leefomgeving. Vanaf heden houden deze twee LYNX Charge veegmachines het centrum van Leeuwarden en Heerenveen schoon. De Charge is ontworpen om continu hoge veegprestaties te leveren in combinatie met een fijne gebruikservaring voor de machinist. De machine is ontworpen op basis van input van verschillende machinisten uit diverse landen. Zo is comfort met zicht goed gecombineerd. Voor de machinist is het belangrijk dat de veegmachine de hele dag meegaat en hij niet tussentijds hoeft te laden. De Charge is voorzien van de grootste accu’s in zijn klasse zonder dat het invloed heeft op de wendbaarheid van de machine. Daarbij gebruikt de Charge elke beschikbare watt aan vermogen met maximale efficiëntie. Zo vegen machinisten eenvoudig de hele dag door. Het bijkomende voordeel van deze elektrisch aangedreven machines, is de geluidsvermindering. Het is aangenaam ‘stil’ bij het schoonhouden van het centrum in Heerenveen en Leeuwarden. Vooralsnog rijden de twee veegmachines alleen in deze plaatsen, maar met deze 100% elektrische innovatie en 0% uitstoot, kan de LYNX Charge zomaar de veegmachine van de toekomst worden.

NVRD Jaarcongres

IS UW STRAATWERK SCHOON EN VRIJ VAN KAUWGOM?

Ons reinigingsmiddel? Water, schoon water! VOOR

NA

Jadon garandeert u een schoon en kauwgomvrij winkelgebied. Snel en vakkundig gerealiseerd, milieuvriendelijk en met een minimum aan overlast!

(0488) 430289 info@jadon.nl www.jadon.nl

21-9000-1496-01 GRAM 2020 feb

30 | GRAM #02 maart 2022 92x130mm.indd 1

16-01-2020 11


Betrouwbare strooimachines van Nederlandse topkwaliteit.

Nido gladheidsbestrijding. Voor eenvoudig tot geavanceerd automatisch strooien. Machines, software en aftersales rechtstreeks van de producent. Strooier: Nido Stratos 50-36 PESN Lees meer op www.aebi-schmidt.nl

Aebi Schmidt Nederland BV · Handelsweg 8 · NL-7451 PJ Holten

www.aebi-schmidt.nl


DE SLIMME KEUS! Betrouwbare wintermachines en managementsystemen voor veilige en schone wegen tegen een eerlijke prijs.

Bitgumerdyk 69 9041 CB Berltsum (Frl.) Tel 0518 – 462070 E-mail info@rondaan.nl Website www.rondaan.nl

Rondaan is al ruim 100 jaar de klantgerichte partner voor levering & 24/7 service van: transportmiddelen, hydraulische laad/lossystemen, wegbeheermaterieel, routebegeleiding & strooimanagementsystemen


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.