Steeds minder huurders beschikken over een eigen wagen In het kader van de jaarlijkse huurprijsberekening ging Ons Onderdak na hoeveel van onze huurders beschikken over een eigen wagen. 58 % van onze huurders zegt een eigen wagen te bezitten. Bij iets minder dan 40 % van onze huurders is dit niet het geval. Een kleine 3 % gaf geen antwoord op de vraag. Het staat statistisch als een paal boven water dat het autobezit afneemt naarmate het besteedbaar inkomen van onze huurders daalt. Refererend naar de kengetallen verderop in dit jaarverslag verwachten we dan ook dat naarmate kansarmere gezinnen instromen, het autobezit geleidelijk aan zal afnemen.
Totaal aantal met of zonder eigen auto of geen antwoord (%)
wagenpark van de sociale huurders is er iets uitgebreider. 2. Het aandeel van de huurders met een wagen stijgt naarmate de afstand tot voorzieningen (bv. middelbare school) groter wordt. De woonkernen van Heuvelland, met nadruk op Nieuwkerke, Westouter, Dranouter en in (iets) mindere mate De Klijte en Kemmel vertonen een relatief hoog wagenbezit. De cijfers voor Loker en Wulvergem zijn statistisch moeilijk te interpreteren omwille van het zeer beperkte woningaanbod (4 en 3 woningen). 3. Naar gelang het aandeel van senioren in de geënqueteerde populatie van een kern toe neemt, daalt het wagenbezit. Zo bezit slechts 15 % van de Ieperse senioren (nog) een wagen. Ook in Woesten is er omwille van het significant aandeel van senioren een relatief laag wagenbezit.
Aantal auto’s per deelgemeente zonder het stedelijke gebied van Ieper
Drie vaststellingen zijn frappant: 1. Naarmate de woonkern beter is uitgerust qua voorzieningen is het autobezit lager. Van de sociale huurders die in het stedelijke gebied van Ieper wonen, beschikt niet de helft over een wagen (375 op 796 of 47 %). Deze vuistregel geldt in hoge mate ook voor de kernen in het landelijke gebied van de regio. Zo is Brielen minder uitgerust dan bv. Vlamertinge, Passendale of Proven maar het
42
Het wagenbezit van onze huurders is in vergelijking met de doorsnee in de regio (veel) beperkter. Hieruit moeten we conclusies durven trekken m.b.t. het investeringsbeleid van onze SHM. Als het klopt dat de streek kampt met mobiliteitsarmoede, dan moet in het kader van