Kijk op Oost-Nederland editie 256

Het vertrouwde advies dat producten beter maakt

De waarde van een goede relatie ervaar je op de momenten dat het erom gaat. Wanneer levertijden krap zijn, er plotseling andere eisen worden gesteld aan een product of je geen beroep kunt doen op de inkoper van je onderneming. Dat zijn de momenten dat je graag wilt kunnen vertrouwen op een zakenpartner die veel verstand heeft van metaal en met je meedenkt als je bijvoorbeeld je product wilt optimaliseren. Maar die ook creatief mee-

denkt aan een alternatieve oplossing als levertijden en prijzen net even anders uitpakken dan je gewend bent als gevolg van de overspannen metaalmarkt. Metaalketen Hengelo vindt het een uitdaging om deze rol voor haar klanten te vervullen. Dat kunnen we alleen maar omdat we onze klanten kennen en oprecht geïnteresseerd in ze zijn. Zo kunnen we ze advies geven waar ze blindelings op vertrouwen en hun producten beter van worden.

AMBACHT IN ERE HOUDEN

Voor u ligt de najaarseditie van Kijk op Oost Nederland met een verhaal van een wel heel bijzonder bedrijf, namelijk Schuurbanden Industrie Winterswijk. In de werkplaats van het bedrijf lijkt het alsof je decennia teruggaat in de tijd en wordt ambacht in ere gehouden. “Bedrijven zoals de onze bestaan bijna niet meer”, zegt directeur Heiko Eshuis. Er wordt niet gemoderniseerd en medewerkers werken al sinds jaar en dag met dezelfde machines.

Verder staat deze keer op de cover van het magazine Profile Heuver. Het bedrijf opent een nieuw filiaal in Twente, dat de huidige vestiging in Enschede gaat vervangen. “Profile werkt in de Benelux, Heuver is dé internationale totaalleverancier van banden- en wielen voor truck, landbouw en grondverzet. Daarbij behoort Heuver tot de top van Europa. In Hardenberg hebben we daarvoor een opslag van meer dan 40.000 vierkante meter, daarnaast hebben we in Duitsland en Frankrijk ook magazijnen voor de markten van die landen”, aldus Charel Nijhuis.

Duurzaam ondernemen

‘De belangrijkste les die wij geleerd hebben is dat duurzaam ondernemen geen hogere wiskunde is. Het ligt voor het oprapen’, aldus Gert-Jan van de Haar. Er zijn ontzettend veel duurzame keuzes te maken. Zo bleek dat Nysingh zonder concessies te doen aan kwaliteit, functionaliteit en esthetiek toch voor een duurzame aanpak kon kiezen. Met ondersteuning van adviseur Alba Concepts is onder andere gekozen voor hergebruik in houten delen voor de houtskeletbouw, hergebruik van oude spijkerbroeken in akoestisch materiaal, duurzame verven en second life meubilair.

Ook SenS Interclean en EuroMouldings willen bewustzijn creëren wat betreft het plasticgebruik van consumenten. “Hoe krijg je de consument zo ver dat hij al zijn plastic weer inlevert?” Samen met duurzame partners streven zij er naar om meer te doen met gebruikt plastic. EuroMouldings en SenS Interclean hebben op streekniveau al een circulaire economie opgezet. Inzamelen van plastic jerrycans om ze vervolgens te reinigen en het deel wat niet terug kan naar de klant wordt direct vermalen. Dit maalgoed wordt vervolgens weer gebruikt als grondstof voor nieuwe jerrycans.

En ook bij TIZ Klimaat- en koudetechniek uit Rijssen staat duurzaamheid hoog in het vaandel. ”Het is de kunst om met zo min mogelijk vermogen van de installatie het gebouw van het gewenste klimaat te voorzien”, aldus directeur Hans Zwoferink.

Meer regionale samenwerking

Oost-Nederland is bij uitstek dé regio waar bedrijven in de maakindustrie zich graag vestigen. Maar wat maakt deze regio voor ondernemers zo’n ideale uitvalsbasis? Zes ondernemers vertellen over de korte lijnen onderling, meer regionale samenwerking en lokale groei. Wederom een interessant themaverhaal met ondernemers uit de regio.

Toekomstbestendig productieproces

Vosteq begeleidt bedrijven in de maakindustrie bij het creëren van meerwaarde en bij het implementeren van een toekomstbestendig productieproces. “We richten ons specifiek op het mkb-maakbedrijf”, vertelt Van de Vosse. ‘De waan van de dag’ regeert vaak bij mkbbedrijven, waardoor extra capaciteit voor het doorvoeren van benodigde veranderingen ontbreekt. Dit is precies waar transitieregisseur Vosteq zich op richt.

Deze editie is uiteraard gevuld met nog veel meer interessante verhalen. Ik wens u een prettig najaar en veel leesplezier!

MARCO NEEP media-adviseur

Wilt u als ondernemer in the picture staan?

Neem contact met mij op en wees verzekerd van exposure van kwaliteit.

ONZE PARTNERS:

PAGINA 38

PAGINA 18

AMBACHT IN ERE GEHOUDEN BIJ SCHUURBANDEN INDUSTRIE WINTERSWIJK

Wie van ambacht en oudere machinerie houdt, waant zich in de werkplaats van Schuurbanden Industrie Winterswijk in een snoepwinkel. Het lijkt alsof je decennia teruggaat in de tijd, een soort werkend museum. Modernisering is hier niet aan de orde, maar dat deert het bedrijf geenszins. Hoewel de materiaal- en grondstofkosten flink stijgen, blijft het resultaat onder de streep vrij stabiel. <

DUURZAAM VERZINKEN, EEN STERK STAALTJE

Rotocoat Kampen maakt samen met de andere drie Rotocoat vestigingen (Heerhugowaard, Wolvega en Dieren) deel uit van de omvangrijke ROTO-groep. Of beter nog de ROTO-familie, de broers Rob en Tom de Boer stonden aan de wieg van dit familiebedrijf. Het bedrijf bouwde vorig jaar aan een strategie, een kompas om de groep aan te sturen en te voldoen aan de 17 Verenigde Naties Duurzaamheidsdoelen. Duurzaamheid hoog op de agenda dus, zo ook bij Rotocoat Kampen. <

PORT OF ZWOLLE HAVEN VAN DE TOEKOMST

Port of Zwolle is een logistiek knooppunt voor circulaire bedrijvigheid. Het omvat de havens in Zwolle, Kampen en Meppel plus de aanliggende industriegebieden. Het project Regiodeal Port of Zwolle is een sleutelproject in de Regio Deal Regio Zwolle, een investeringsprogramma van Rijk en regio om de brede welvaart in de regio Zwolle te versterken. Dit langs lijnen van economische structuurversterking en circulair ondernemen, toekomstbestendige arbeidsmarkt, evenwichtige groei van stad en platteland. <

KIJK OP INHOUD

MET DUURZAME PARTNERS

MEER DOEN MET GEBRUIKT PLASTIC

“Het is tijd om bewustzijn te creëren bij consumenten wat plastic betreft. Re-use is een heel belangrijk onderwerp voor plasticgebruik, maar zeer zeker ook een heel erg lastig onderwerp. Het grootste deel van het plastic wordt op dit moment nog verbrand en dit zou niet meer moeten. Het zou ingezameld moeten worden om ofwel schoon gemaakt te worden voor re-use oftewel gerecycled moeten worden tot grondstof. Hoe krijg je alleen de consument zo ver dat hij al zijn plastic weer inlevert?” <

PAGINA 54

THEMASPECIAL: MAAKINDUSTRIE STREEFT

NAAR MEER REGIONALE SAMENWERKING

PAGINA 67

INNOVATIEFOCUS BIJ NTP:

HARSFALT, EEN 100 PROCENT

BIOBASED ASFALTBINDER

Met het oog op een duurzame toekomst is de wegenbouwindustrie op zoek naar een volledig natuurlijke asfaltbinder: een duurzaam alternatief voor bitumen. NTP richt zich al geruime tijd op de ontwikkeling hiervan. Dit doet de aannemer vanuit het eigen ingenieursbureau en door samenwerking binnen een consortium bestaande uit gerenommeerde partijen in de wegenbouw. <

Oost-Nederland is bij uitstek dé regio waar bedrijven in de maakindustrie zich graag vestigen en waar ze ook floreren. Wat maakt onze regio voor ondernemers zo’n ideale uitvalsbasis? We vroegen zes ondernemers hun kijk op het (industriële) bedrijfsleven te delen. Wat opvalt is de veelzijdigheid van deze bedrijven en de korte lijnen onderling. <

PAGINA 78

Kijk op oost nederland is een uitgave van: Kijk op uitgevers BV, Tussendiepen 21, 9206 AA Drachten, 0512-366326, www.kijkopoostnederland.nl Aanleveren nieuwsberichten: nieuws@kijkopoostnederland.nl Bladmanagement: Ed Klijnman Redactie: Tine van Knijff, Nina Kamping, Marcel van Rijnbach, Han Neijenhuis, Robert Tjalsma, en anderen Fotografie: Ed Klijnman, Martin Metsemakers en anderen. Advertentie-exploitatie: Marco Neep, 06 54 96 37 31, m.neep@kijkopoostnederland.nl Vormgeving: VDS Crossmedia, Emmen Druk en afwerking: Veldhuis Media, Raalte

Aan de inhoud van de artikelen is veel aandacht besteed. De redactie en de uitgever aanvaarden geen aansprakelijkheid voor eventuele onvolledigheden of onjuistheden in de tekst.

Overname van artikelen uit deze uitgave is uitsluitend toegestaan met bronvermelding en na schriftelijke toestemming van de uitgever.

www.kijkopoostnederland.nl |

Adam, servicemonteur bij Reparaad

Wij zoeken...

Allround servicemonteurs

Woon- en werkgeluk, je moet het onderhouden. En dat is wat we doen bij Reparaad. Met één totaaloplossing voorzien wij woningcorporaties, zorginstellingen en vastgoedbeheerders van goed onderhoud. Door heel Nederland. Ieder op z’n eigen manier. Wij zorgen dan weer voor joùw werkgeluk. Op welke manier kom jij ons versterken? Scan de QR-code en kom meer te weten over onze vacatures.

Servicemonteurs op locatie Een HR Adviseur

Westerhof

Advies

verder als Westerhof Corporate Finance

Het Almelose bedrijf Westerhof Advies heeft een nieuwe naam: Westerhof Corporate Finance. Nieuwe mede-eigenaar Jan Jaap Benus zal samen met Marc Westerhof onder deze nieuwe naam bedrijven adviseren op het gebied van bedrijfsfinanciering, bedrijfswaardering en het aan- en verkopen van een bedrijf.

Jan Jaap Benus is geen onbekende in de financiële sector. De nieuwe partner van Marc Westerhof is een ervaren bankier, die ondernemingen uit diverse branches aan financiering heeft geholpen. In maart 2022 maakte hij de overstap naar het ondernemerschap.

Oprichter Marc Westerhof begon in 2007 zijn bedrijf Westerhof Advies. Sindsdien heeft Marc ondernemers begeleid bij het aan- verkopen van hun onderneming en het aantrekken van bedrijfsfinanciering. Met de uitbreiding van één naar twee eigenaren voorziet Marc een veelbelovende toekomst, waarin hij samen met Jan Jaap nog veel meer ondernemers aan een financiering hoopt te helpen.

Verhuizing Siebert & Wassink naar Hengelo een feit

Je moet bewegen om in de zon te blijven, zeggen ze bij Siebert & Wassink. Dus daar staan ze voortaan; in de zon op hun nieuwe balkon van hun kantoor aan de Demmersweg 2 in Hengelo. Sinds de start van het adviesbureau, zo’n 22,5 jaar geleden, hield Siebert & Wassink kantoor in Enschede. Eigenlijk groeide het bureau voor werving, selectie, assessment en advies al jaren geleden uit haar kantoor aan de Enschedese Boddenkampsingel. Maar het thuiswerken door COVID-19, het kantoor in Lichtenvoorde en een recente uitbreiding naar Apeldoorn gaven tijdelijk lucht.

Op 2 mei dit jaar namen Johan Siebert, Joris Wassink en Tom Kleizen, samen de SWKGroep, het kantoorgebouw aan de Demmersweg 2-18 over van Deltaborgh Investments. In een paar maanden tijd gaven zij het pand zowel van binnen als buiten een complete make-over.

Het nieuwe kantoor geeft nu ruimte aan de ambitie van Siebert & Wassink én van zusterbedrijf Ventiv Engineers.

NIEUW BREEAM-OUTSTANDING BEDRIJFSPAND IN WINTERSWIJK

Eind augustus hebben Winterwarm Heating Solutions en WinLed Lighting Solutions hun nieuwe duurzame bedrijfspand in gebruik genomen. Het gebouw van 12.000 m2 behoort in Gelderland tot de top 5 van meest duurzame bedrijfspanden.

De groene omgeving aan de rand van Winterswijk zorgde voor inspiratie bij zowel de architect als directie om een ‘groen’ gebouw neer te zetten dat tegelijkertijd functioneel en efficiënt is.

Het pand voorziet bijna volledig in de eigen energiebehoefte door 1850 zonnepanelen op het dak, voorzieningen voor

warmteterugwinning en de zelf ontwikkelde hybride luchtverwarmingsinstallatie en ledverlichting. Het gebouw is bovendien circulair gebouwd, met ruim oog voor gebruikerscomfort.

Wil je ook €1000 gratis traden?

Het neemt meer tijd om slimmere en praktische oplossingen in de markt te zetten, maar sinds de opstartperiode na installatie in april zijn we positief gestemd. De buislaser heeft zich bewezen en neemt veel werk uit handen.

leveren kwalitatief hoogwaardige verpakkingsemmers, voor alle mogelijk toepassingen, vanuit productielocaties Haaksbergen en Almelo. Om dit te realiseren zetten wij innovatieve methoden en 100% recyclebare kunststoffen

Dubbel feest bij Infracom ICT: 25-jarig bestaan en nieuwe plek in Zwolle

Na maanden verbouwen, inrichten en voorbereiden neemt Infracom ICT uit Zwolle zijn nieuwe pand aan de Lichterweg 1a in gebruik. En het is dubbel feest: het bedrijf viert dit jaar eveneens het 25-jarig bestaan.

Infracom ICT was tot voor kort gevestigd in het Scania-pand aan de Blaloweg. Maar de nieuwe en jonge directie van het bedrijf – bestaande uit Theresia Quint-Van den Berg en Ernst Quint - wilde graag een

INZICHT IN JE GEDRAGSSTIJL MET

EEN WERELD VAN VERSCHIL

Op een visuele en interactieve manier haakt InCompany uit Diepenheim in op de huidige arbeidsmarktontwikkelingen. Met Een Wereld van Verschil biedt het bureau een methode die persoonlijke kwaliteiten en voorkeuren letterlijk op de wereldkaart zet. Het geeft directies, leidinggevenden en medewerkers inzicht in hun eigen communicatie-, leiderschaps- en gedragsstijl.

Veel organisaties zijn bezig met het werven van nieuw personeel. Dat betekent nogal wat voor de dynamiek binnen organisaties; in communicatie, coaching, samenwerking én klantcontact. Het helpt dan wanneer individuele collega’s en teams snel effectief in beweging

zijn. Niet alleen in het bedrijfsleven, maar bijvoorbeeld ook bij (semi-) overheidsorganisaties.”Een Wereld van Verschil is een positief, toegankelijk alternatief voor de lange en vaak wat complexe en saaie rapporten”, aldus directeur Paul Zuijdgeest.

onderkomen met een warme en toegankelijke uitstraling.

“Sinds we door corona zijn gaan thuiswerken is de functie van het kantoor veranderd. Dat komt tot uiting op onze nieuwe locatie. Het is een plek om samen te werken, maar ook een ontmoetingsplek om te socializen, gamen, tafelvoetballen of darten. Met een huiskamer, grote kantine, maar natuurlijk ook presentatieruimtes om klanten te ontvangen.”

JUNGHEINRICH LANCEERT WERELDWIJDE CAMPAGNE

MET NICO ROSBERG

Duurzaamheidsondernemer en voormalig Formule 1-wereldkampioen Nico Rosberg staat centraal in een nieuwe merkcampagne van Jungheinrich. Deze richt zich op thema’s als duurzaamheid, efficiënte en klimaatvriendelijke aandrijftechnieken en de intelligente netwerkvorming en automatisering van magazijnprocessen.

“Duurzaamheid is diep verankerd in de bedrijfscultuur van Jungheinrich. Het verantwoord gebruik van onze grondstoffen ligt ons na aan het hart. Wij willen impulsen geven, gebaande paden verlaten en iets nieuws durven uitproberen. Het is precies deze geest die de campagne ‘Intralogistics Pioneers’ uitdraagt.”

Je hebt zoveel aan je hoofd

Kom langs in onze winkel en laat je adviseren. Snipperlingsdijk 50, Deventer | groeninrichters.nl

Je hoofd is misschien wel het belangrijkste dat je hebt. Alles gebeurt tussen je slapen. En als je goed slaapt, ben je vriendelijker. Gelukkiger. En sta je open voor elkaar.

Je hebt dus echt veel aan je hoofd. Rust ’t maar goed uit.

Nieuwe vestiging Twente van Profile Heuver: “100% uptime garanderen”

Profile Heuver opent een nieuw filiaal in Twente, dat de huidige vestiging in Enschede gaat vervangen. Een betere bereikbaarheid, maar zeker ook een betere locatie om vanuit service te verlenen is de belangrijkste reden om te verhuizen, zegt Charel Nijhuis. De general manager is verantwoordelijk voor de twaalf filialen van Profile Heuver in Noordoost Nederland, de vestiging in Venlo en Bevri banden in Zeewolde, die onderdeel uitmaken van Heuver Group.

“Heuver is aandeelhouder in de Profileorganisatie. Profile werkt in de Benelux, Heuver is dé internationale totaalleverancier van banden- en wielen voor truck, landbouw en grondverzet. Daarbij behoort Heuver tot de top van Europa. In Hardenberg hebben we daarvoor een opslag van meer dan 40.000 vierkante meter, daarnaast hebben we in Duitsland en Frankrijk ook magazijnen voor de markten van die landen.”

Mobiele service

De nieuwe vestiging komt op het industriepark Westermaat, bij Borne en Hengelo. “Het wordt een zakelijk filiaal, net als we al in Apeldoorn en Venlo hebben. Daar hebben we positieve ervaringen opgedaan. We noemen het de vestiging Twente, omdat het voor veel Twentse transporteurs de uitvalsbasis zal worden. Er zal in ieder geval geen retail in het filiaal plaatsvinden. Veel klanten in de zakelijke sector

vragen vooral naar mobiele service. Dat betekent dat wij met onze servicebusjes en -vrachtwagens naar de klanten toe gaan”

Dat is ook een reden om naar Westermaat te gaan. “In Enschede zitten we in het Havengebied. Dat is zeker geen slechte plek, maar het is niet optimaal. En zeker niet voor mobiele service. In het nieuwe pand zitten we dicht bij de A1 en A35 en sowieso veel

centraler. Zo kunnen we onze klanten –transporteurs en landbouw- en grondverzetbedrijven – maximaal service verlenen.”

100% uptime

“Die service bestaat uit het zorgen voor 100% uptime. Zorgen dat de transporteurs niet stil komen te staan. Daar zitten allerlei servicecomponenten omheen. Stel dat we een

nieuwe klant hebben, dan doen we een nulmeting en een fleetcheck. Dan stellen we een diagnose van de staat van de banden van de vrachtwagens en trailers. Van daaruit houden we de vloot in de gaten met ons bandenmanagementsysteem. Daar komen dan acties uit, van balanceren en uitlijnen tot uiteindelijk eventueel vervangen van banden. Zo komen we tot een optimaal kilometerrendement voor de klant.”

Zoals gezegd is Nijhuis verantwoordelijk voor de Heuver-vestigingen in Noordoost Nederland, Bevri Banden in Zeewolde en de Heuver-vestiging in Venlo. “Bevri Banden hoort sinds kort ook bij de Heuver Group, een mooie toevoeging op ons bedrijf. En de vestiging in Venlo is qua ligging een beetje een vreemde eend in de bijt, maar dat is ook een locatie die inmiddels werkt op de manier zoals we dat binnen Heuver gewend zijn. Er heerst in Limburg een iets andere cultuur dan hier, maar het werkt wel zoals we het doen. We hebben er een mooi team neergezet, die we net als al onze monteurs voortdurend trainen, zodat hun kennis up-to-date is en iedereen de juiste kwaliteit levert.”

Drie succesfactoren

“We hebben drie kritische succesfactoren, die we zowel in Venlo als straks ook in Twente gebruiken. Ten eerste: is er voldoende marktpotentieel? Nou, dat is in Twente natuurlijk heel goed, met veel transportbedrijven en ook in de landbouw en grondverzet is het goed vertegenwoordigd. En dat is in Venlo ook zo, als je daar rondrijdt als bandenleverancier en serviceverlener, dan loopt het water je in de mond. Wel iets anders, want er meer sprake is van doorvoer.”

“De tweede factor die we meenemen, is de leiding. Heel belangrijk, want zij geven richting aan het team en bepalen daarmee mede het succes van ons werk en merk. Derde

onderdeel is het team. Ook dat hebben we in Venlo nu goed staan. Met goede zakelijke monteurs, met kennis van uitlijnen en balanceren van vrachtwagens en tractoren. We zijn ook bezig met het introduceren van een vakschool, waar de kennis van het team blijvend wordt bijgespijkerd. Markt, leiding en team zijn over de hele linie, van Limburg tot Twente in orde. In Twente krijgen onze klanten te maken met het voor hen bekende team, dat we mogelijk wel gaan uitbreiden. Het is een lopende trein, al is het natuurlijk wel een nieuwe locatie. Dus zullen we even moeten landen.”

Bandenmanagement

De opening is eind september, begin oktober gepland. “We willen er qua bandenmanagement dicht op zitten. Wij monitoren de banden digitaal, maar doen dat ook fysiek met onze fleetcheck en visuele controle. Dan bepaalt een monteur de profieldiepte, naast de bandenspanning - en eventueel pompen we bij. Zo zijn we er echt actief mee bezig, al kunnen we natuurlijk niet voorkomen dat een chauffeur door een spijker rijdt. Mocht dit gebeuren, dan hebben we ook 24/7 onze serviceorganisatie paraat staan om direct te helpen.”

“Voorspellender zijn, dat is het streven. Waarbij we steeds meer gebruik maken van data en proactief service kunnen verlenen. En waarbij we onze klanten ook helpen om de chauffeurs te coachen. Het gedrag met rem en gaspedaal is belangrijk, al heeft de ene chauffeur natuurlijk een andere manier van rijden dan een andere. Dat is de variabele ook, waar we maar gedeeltelijk rekening mee kunnen houden. Het gedrag is lastig te beïnvloeden, maar we proberen het wel. Bewustwording kweken. Alles om samen met de klant 100% uptime te garanderen.” <

'We hebben er een mooi team neergezet, die we net als al onze monteurs voortdurend trainen, zodat hun kennis up-to-date is en iedereen de juiste kwaliteit levert'

Ambacht

in ere gehouden bij

Schuurbanden industrie Winterswijk

Wie van ambacht en oudere machinerie houdt, waant zich in de werkplaats van Schuurbanden Industrie Winterswijk in een snoepwinkel. Het lijkt alsof je decennia teruggaat in de tijd, een soort werkend museum. Modernisering is hier niet aan de orde, maar dat deert het bedrijf geenszins. Hoewel de materiaal- en grondstofkosten flink stijgen, blijft het resultaat onder de streep vrij stabiel.

Ambacht

Schoenmaker blijf bij je leest. Dat credo zou je eigenlijk wel op de producent van slijp- en polijstschijven en verhandelaar van schuurpapier en schuurlinnen kunnen plakken. De veelal oude(re) medewerkers werken al sinds jaar en dag met dezelfde machines en verrichten traditiegetrouw hetzelfde handwerk. Zo verlijmt een van de vrouwelijke medewerkers al tientallen jaren de vellen schuurpapier tot grotere lengtes. Met akelige precisie strijkt ze met een kwastje de lijm op de kantjes waarna de vellen onder een oudere pers definitief met elkaar worden verbonden. Het is repeterend monnikenwerk, maar de medewerkster doet het elke dag nog met plezier. “We hebben het verlijmen ook al volledig mechanisch gedaan, maar dat bleek uiteindelijk te omslachtig en kostte teveel tijd. Het gaat er uiteindelijk om wat de beste kwaliteit biedt voor de klant”, zegt ze.

Schuurbanden Industrie Winterswijk zorgt er voor dat duizenden industriële klanten hun schuurpapier en schuurlinnen op de gewenste maat en in de juiste korrelgrofte krijgen. Het bedrijf produceert zelf geen schuurpapier en schuurlinnen, maar koopt deze producten op grote rollen in van gerenommeerde fabrikanten voornamelijk uit Duitsland. Ze snijdt

het materiaal in de gewenste handelsmaten qua breedte en lengte en verlijmt stroken voor klanten die behoefte hebben aan grotere afmetingen. “Bedrijven zoals de onze bestaan bijna niet meer”, zegt directeur Heiko Eshuis. “Desalniettemin hebben veel industriële klanten uit het mkb, zoals de hout -en metaalverwerkende industrie, behoefte aan onze dienstverlening. Ze krijgen van ons het schuurpapier en schuurlinnen exact op de gewenste maat. We verhandelen ook polijst- en schuurschijven voor slijperijen, maar dat is maar een gering deel van onze omzet.”

Museum

Struinend door de werkplaats lijkt het alsof je in een soort museum bent beland. Met nostalgisch ogende snij -en persmachines, polijst- en schuurschijven en vele, vele rollen schuurpapier en schuurlinnen. “Ja, dat klopt wel”, zegt een medewerker lachend. “Als klanten hier komen, dan staan ze versteld welke schuur- en polijstgereedschappen hier liggen. Dan wanen ze zich in een snoepwinkel.” Eshuis opa richtte het bedrijf in 1948 op toen het gebruik van schuurpapier flink in opkomst was. Veel lokale meubelmakers hadden daar

“Bedrijven zoals de onze bestaan bijna niet meer”

Directeur Heiko Eshuis van Schuurbanden Industrie Winterswijk

behoefte aan om het hout fijn te bewerken. “Mijn opa verkocht destijds eerst kapok aan de meubelmakers, maar zag uiteindelijk meer brood in het verhandelen van schuurpapier en de productie van schuurschijven”, aldus de inmiddels 67-jarige kleinzoon. Na verloop van tijd werden ook klompenmakers klant bij de Schuurbanden industrie Winterswijk. Destijds ging de directeur hoogstpersoonlijk bij de klanten langs om de orders te bezorgen en potentieel nieuwe afnemers te bezoeken. Stad en land werd afgereden. “Die koude acquisitie heb ik denk ik van mijn opa geërfd, want dat doe ik ook nog vaak. Het is voor mij een sport om een product voor een goede prijs te verkopen”, zegt Eshuis met een glimlach.

Niet moderniseren

In 1964 komt Eshuis vader in het bedrijf en ging eigenlijk op dezelfde voet verder dan de oprichter. De zaken gingen voorspoedig en eind jaren zeventig in de vorige eeuw barstte het pand uit haar voegen. Toen werd het huidige bedrijfspand aan de Industrieweg 16 in Winterswijk betrokken met een zolder en een werkplaats. “Hier blijven we voorlopig zitten”, zegt Eshuis. “Het oogt misschien wat rommelig

en onoverzichtelijk, maar ik weet precies waar alles staat”, knipoogt hij. “We gaan hier niet moderniseren om schuurbanden in grotere massa te produceren. Dan moet je investeren in een compleet machinepark, maar dan moet je concurreren met andere bedrijven en zijn de winstmarges heel krap. Wij houden ons klantenbestand het liefst overzichtelijk en streven naar zoveel mogelijk persoonlijk klantcontact. De meeste zijn al heel lang klant bij ons en daar hechten wij veel waarde aan.”

In 1982 komt Heiko in de zaak. Hij kreeg het ondernemen van zijn vader met de paplepel ingegoten, dus was het logisch dat hij de

scepter overnam. “Mijn vader reisde drie dagen per week door Nederland om klanten te bezoeken en ik ging in de vakanties met hem mee.”

Eshuis viert dit jaar dus zijn 40-jarig jubileum. Hij is niet de enige met zoveel dienstjaren bij het bedrijf. De drie vrouwelijke medewerksters zijn de pensioengerechtigde leeftijd gepasseerd, maar doen nog enkele dagen per week met liefde hun werk. “Eén medewerkster is al bijna een halve eeuw bij ons actief. Dat het bedrijf in voor- en tegenspoed nog steeds draait stemt me trots.” <

Bedrijfsopvolger moet van buiten komen

Heiko Eshuis is inmiddels 67 jaar en nadert het einde van zijn carrière. Een bedrijfsopvolger uit de familie staat echter niet klaar. “Ik zal een externe ondernemer moeten zoeken en aan hem de klanten overhevelen. Maar het is niet makkelijk om iemand te vinden die bereid is om 60 uur in de onderneming te steken. Je kunt echt wel iets moois neerzetten en bijvoorbeeld verdergaan als een soort agentuur.”

247TailorSteel, gespecialiseerd in lasergesneden plaat- en buismateriaal, is een grote werkgever in de Achterhoek. Bij de vestiging in Varsseveld, de thuisbasis van het in Nederland en Europa langzaam uitdijende bedrijf, werken 450 mensen. “Een fijne sfeer, mooi werk, goede arbeidsvoorwaarden en een winnende onderneming. Dat maakt ons aantrekkelijk”, zegt CEO Carl Berlo. Nieuwe mensen zijn welkom.

247TAILORSTEEL

‘Dit is een prachtig bedrijf’

Carl Berlo herhaalt het tijdens het interview met enige regelmaat. En met een brede lach. “247TailorSteel is echt een superleuk en prachtig bedrijf.” Dat zit hem, zo legt de CEO uit, in meerdere aspecten. Allereerst in de metaalproducten die bij 247TailorSteel op maat worden gesneden en die werkelijk overal in de maatschappij worden toegepast. Maar het zit hem ook in de high tech, volledig digitaal

aangestuurde werk- en productiewijze die het bedrijf hanteert. En in de potentie. “Onze omzet is nu ruim 200 miljoen. In 2025 gaan we naar een half miljard.”

Eind 2020 vertrok Berlo bij ATAG Heating in Lichtenvoorde. Hij verkocht zijn aandelen en ging zich eens rustig beraden op zijn toekomst. Niks doen was geen optie. Te jong nog

daarvoor. De rust duurde echter kort. 247TailorSteel zocht een nieuwe CEO. Was dat misschien iets voor Amersfoorter Berlo?

“Ik moest er even over denken. Toch weer naar de Achterhoek? Maar het bevalt me hier. Fijne mensen, een goede mentaliteit en een prachtbedrijf. Dus de keus was snel gemaakt.”

Presentatie

Inmiddels staat Berlo alweer ruim anderhalf jaar aan het roer van 247TailorSteel. Om de woorden ‘prachtig bedrijf’ te bendrukken toont hij een gloednieuwe bedrijfspresentatie, die inmiddels ook online staat. Daarin wordt de supermoderne productiemethode van 247TailorSteel uitgelicht, evenals vele voorbeelden waar het lasergesneden plaat- en buizenmateriaal wordt toegepast. In bouwconstructies, balkons, bewegwijzering in het verkeer, windmolens, kunstwerken,

werkenbij247tailorsteel.com

speeltoestellen, aangepaste fietsen. Noem iets en 247TailorSteel maakt er producten voor.

Internet of Things

En dat gebeurt dus high tech en volledig digitaal. Zowel de bewerking van het plaat- en buismateriaal met lasersnijmachines als ook het bestelproces is volledig geautomatiseerd. Er wordt 24/7 geproduceerd en er kan ook dag en nacht worden besteld. Het is niet voor niets 247TailorSteel.

“En wat extra bijzonder is”, zegt Berlo, “ook hele complex samengestelde producten, tot wel 1.500 onderdelen, worden automatisch geëngineerd. Ons portaal analyseert, berekent de kostprijs en wanneer het klaar kan zijn. Alles gebaseerd op Internet of Things, volledig op de toekomst voorbereid.”

Duurzaamheid is daarin een serieus thema.

“Door onze grootte en het enorme aantal orders, kunnen wij onze metalen platen optimaal benutten. Onze systemen berekenen dat perfect. Restafval is minimaal, de productiekosten daardoor lager.”

Uitbreiden

Naast Varsseveld heeft 247TailorSteel twee vestiging in Duitsland. Volgend jaar worden er in het zuiden van Nederland en het Vlaamse Kortrijk nieuwe locaties geopend. Daarnaast komen er vestigingen in Frankrijk en Oostenrijk en wil het bedrijf verder uitbreiden in Duitsland. Medewerkers van alle vestigingen worden opgeleid op de eigen academy in Varsseveld.

Combinatie

Mensen werken graag bij 247TailorSteel, zegt Berlo. “Waarom? Een combinatie van factoren. Onze fabrieken zien er top uit. Schoon, licht, fijn klimaat, ieder een eigen machine. Goede inkomsten, ploegentoeslag, ieder kwartaal een bonus. Iedereen is welkom, man, vrouw, jong, oud. Instromers? Graag. Parttime? Kan ook.” Het werk moet leuk zijn, zegt Berlo. “Regelmatig een feestje, een fijn team met collega’s. We zijn een winnend bedrijf dat hard groeit. Aanpakken, dat hoort er natuurlijk ook bij. Maar dat kunnen de mensen hier wel.”

De beste

Uiteindelijk wil 247TailorSteel de beste en de grootste zijn. Waar dan ook. “In Nederland, België en Duitsland zijn we dat al. In andere landen gaan we dat worden. <

Modernste machines

Geen opleiding nodig

Schone productieomgeving Contract zekerheid 40 vakantiedagen

Uitstekend salaris

KIJK OP TRANSFERS

Deze pagina wordt samengesteld in samenwerking met Siebert & Wassink, dé executive search specialist van ondernemend Oost-Nederland, met expertise op het snijvlak van organisatieontwikkeling, werving & selectie en assessments.

Arno IJzerman

Directeur Zakelijk & Overheid bij Asito

Arno IJzerman is per 1 september het gezicht van de segmentorganisatie Zakelijk & Overheid van Asito. Asito is één van de grootste schoonmaakbedrijven van Nederland. Arno fungeert als kartrekker en aanjager voor het ontwikkelen en realiseren van een visie/strategie op de groei en doorontwikkeling van dit segment. Asito heeft de afgelopen periode een complete herpositionering van het merk in gang gezet en de herinrichting van de organisatie doorgevoerd. Vanuit deze rol is hij zowel operationeel als commercieel eindverantwoordelijk voor het segment Zakelijk & Overheid.

Jan Boerman

Restructuring Consultant bij Taurus Corporate Finance

Jan is verantwoordelijk om opdrachtgevers te ondersteunen op financieel, organisatorisch en/of juridisch vlak. De trajecten bestaan uit o.a. bijzonder beheer trajecten, reorganisatie & herstructurering in het kader van duurzaam herstel en herkapitalisatie en/of -financiering. Dit met als doel een duurzame voorzetting van de onderneming en herstel van het vertrouwen van de belangrijkste stakeholders voor zowel korte als (middel-)lange termijn. Taurus Corporate Finance is gevestigd in Deventer en is specialist in bedrijfsovernames en herstructureringsprojecten.

Commercieel Manager bij Blue Mountain

Sam is commercieel verantwoordelijk voor de groei van Blue Mountain en is de sparringpartner voor de Business Controller en de Directeur. Samen werken ze gedreven om het krachtige verhaal van Blue Mountain uit te breiden. Blue Mountain is een koffiebedrijf dat een verschil maakt. Zij bouwen aan een responsible brand. Een merk dat vérder kijkt dan sales, cijfers en productiefactoren. Zij hebben een verháál. Ze nemen concrete stappen om de koffieketen beter te maken waar ze kunnen en steunen lokale projecten. En stapje voor stapje komen ze verder. Dát is precies wat zij bij Blue Mountain doen.

Juriaan Groenewege - Director Finance and Control bij OPRA Turbines B.V.

Bij OPRA Turbines is Juriaan Groenewege onlangs gestart als Director Finance and Control. Hij vergroot OPRA’s impact op de wereldwijde energietransitie door de internationale financiën optimaal te beheren. Daarnaast is hij verantwoordelijk voor het strategisch financieel management van de holding en het optimaliseren van de winst- en financieringsmogelijkheden van de gehele holding. OPRA biedt klanten wereldwijd gepassioneerde energieoplossingen en heeft met haar turbinetechnologie de OP16 gasturbine tot een technologisch meesterwerk gemaakt.

Sam el Ghoul –

NYSINGH ADVOCATEN EN NOTARISSEN. THUIS IN JOUW WERELD

Nysingh brengt

duurzaam ondernemen in de praktijk

Het was in 2019 dat Nysingh Zwolle op zoek ging naar een ander kantoorpand. Met als doel de medewerkers dichter bij elkaar te brengen in een transparante werkomgeving. Voor meer verbinding en een intensievere wijze van samenwerken.

Lilian Musters, Manager Marketing, Communicatie en Innovatie: Wij ontzorgen onze klanten – ondernemers, overheden, onderwijsen zorginstellingen en organisaties in de verzekeringsbranche - met ons full serviceconcept. Sinds augustus 2021 zijn we gehuisvest in de IJsseltoren waar we de bovenste twee verdiepingen gebruiken. We kozen hierbij bewust voor een duurzame aanpak.’

Flexibel

Het uitzicht is fenomenaal, met een 360 graden panorama op Zwolle en omgeving. ‘Alles wat Nederland is in één oogopslag’, lacht Gert-Jan van de Haar, Manager Finance en Facilities: ‘We hebben hier een traditioneel kantoor, iedereen heeft zijn of haar eigen werkplek. Wel zijn de plekken flexibel te gebruiken, je geeft bijvoorbeeld aan dat je er die dag niet bent, dan is de plek door een ander te gebruiken. Kantoorruimtes kunnen vergaderruimtes worden en andersom. We hebben veel minder m2-ers dan in de oude situatie, de kantoren zijn een stuk kleiner. Staat tegenover dat het kantoor door de transparante scheidingswanden veel ruimtelijker oogt. We hebben meerdere ruimtes voor ontmoeting zoals het lunch-/werkcafé, vergaderruimten, zitjes en dergelijke.’ Musters: ‘We kunnen hier prima ondernemers ontvangen en onze kennis delen, toegepast op een

bepaalde doelgroep of netwerk. Ook de lessen die wij geleerd hebben over duurzaam ondernemen delen we graag met anderen die stappen willen zetten op het gebied van duurzaamheid.’

in dit proces ondersteund. Een goede en betrokken adviseur is belangrijk weten Van de Haar en Musters: ‘Zij weten zoveel meer wat mogelijk is en dagen je uit verder te kijken en creatief te zijn.’ In de verbouw zijn houten delen hergebruikt voor de houtskeletbouw, werden oude spijkerbroeken verwerkt in akoestisch materiaal en zijn duurzame verven gebruikt. Het zijn slechts enkele voorbeelden van duurzame keuzes. Van de Haar: ‘Voor de inrichting kozen we voor second life meubilair. Allemaal hergebruik, soms van nieuwe stoffering voorzien of opnieuw gespoten: stoelen, kasten, zitjes, zit-/stabureaus enzovoort, zodat de kwaliteit op het gewenste niveau is’.

Duurzaam ondernemen

‘De belangrijkste les die wij geleerd hebben is dat duurzaam ondernemen geen hogere wiskunde is. Het ligt voor het oprapen’, aldus Van de Haar. ‘Bij onze opgave, het opnieuw indelen en inrichten van twee verdiepingen in een bestaand kantoor, lag het voor de hand om alles leeg te maken en compleet nieuw in te richten. Nysingh staat immers voor hoge kwaliteit en is daar kritisch in. Toch kozen we voor een meer duurzame aanpak, omdat snel bleek dat er onwijs veel duurzame keuzes te maken zijn zonder concessies te doen aan functionaliteit en esthetiek.’ Adviseur Alba Concepts heeft Nysingh

Trots

Musters: ‘We zijn trots op deze plek en trots op onze keuze om niet voor de gemakkelijke weg te gaan. Onze adviseur heeft ons aan het denken gezet en ons een zetje gegeven om duurzaamheidsbeleid te maken. Dat vertaalt zich inmiddels door in onze inkoopstrategie, van groene energie tot verantwoorde koffie/thee en kantoorartikelen. In gesprek en discussie met medewerkers hierover blijkt dat dit onderwerp ook bij hen meer is gaan leven. Het is toegankelijker geworden en praktisch toepasbaar. Duurzaam ondernemen is een kwestie van doen.’ <

‘Met oog en aandacht voor de wereld om ons heen’

NIEUW JAAR! OF TOCH NIET?

Een korte introductie voor de lezers die mij niet kennen: mijn naam is Maria Yarbug, woonachtig in Oldenzaal. Ik ben nu ruim 16 jaar werkzaam als belastingadviseur in met name Oost Nederland en de opvolger van Arnold Poelstra bij EY Twente. Wat ik het leukst vind aan mijn rol is ondernemers (en hun families) te helpen bij het realiseren van hun ambities en dat gaat vaak verder dan alleen de fiscaliteit.

Vanuit dat perspectief is Prinsjesdag natuurlijk een belangrijk moment waar ik naar uit kijk, vooral omdat met ingang van het jaar 2023 (en verder) er veel belooft te veranderen. De reeds aangekondigde veranderingen zullen ook DGA’s treffen en als alle aangekondigde wijzigingen gezamenlijk worden bezien, kan helaas geen andere conclusie worden getrokken dan dat de belastingdruk op het totale inkomen en vermogen toe zal nemen.

Eerst het zuur…

De verhoging van de eerste schijf in de vennootschapsbelasting (2022 nog € 395.000) wordt na twee jaar alweer ongedaan gemaakt, terwijl het tarief over de eerste schijf (in 2023 € 200.000) van 15% verhoogd wordt naar 19%. Ook in de inkomstenbelasting zal het box 2 tarief verhoogd worden en wordt box 3 voor beleggers/ vastgoedeigenaren onaantrekkelijker. Toch vallen deze ontwikkelingen in het niet als gekeken wordt naar de impact van een mogelijke versobering van de Bedrijfsopvolgingsfaciliteit: verhuurd vastgoed zal als beleggingsvastgoed worden aangemerkt en in november 2022 zullen overige aanpassingen bekend worden gemaakt die vervolgens in het Belastingplan 2024 zullen worden meegenomen.

“Regeren is vooruitzien”. Daaraan ontbreekt het bij onze regering, getuige de soms onsamenhangende aanpassingen in wet- en regelgeving of de beperkte houdbaarheid van die wijzigingen. Het streven naar budgettaire neutraliteit, helpt daarin ook niet. Nog amper bekomen van de coronapandemie en de initiële gevolgen van de oorlog in Oekraïne, wordt het ondernemen door ondernemers die wel een lange termijnvisie hebben (kenmerkend voor het familiebedrijf) daardoor erg uitdagend.

Dan ook iets zoets?

Vandaar dat ik hoop dat we de komende maanden toch nog positief verrast worden, bijvoorbeeld doordat reële bedrijfsopvolging daadwerkelijk eenvoudiger en eerlijker wordt en de compensatie van de hoge energiekosten. Dan wordt het hopelijk ook fiscaal een gelukkig nieuw jaar… <

Maria Yarbug

Manager bij Ernst & Young Nederland

Senior

Kwaliteit voorop bij Kwak Hoogwerkers!

Kwak Hoogwerkers in Huizen is dealer van de kwaliteitshoogwerkers van het toonaangevende Duitse merk Ruthmann en verzorgt naast de verkoop ook het onderhoud en de reparatie. Het bedrijf gaat terug tot 1957, toen nog onder de vlag van de firma Elektrotechniek in Amsterdam en vanaf 1977 onder de naam H.C. Kwak B.V. vanuit Bussum, vernoemd naar de toenmalige directeur Herman Kwak. De huidige directeur Guido van Gestel, sinds 1999 werkzaam bij Kwak Hoogwerkers, is trots op de hoogwaardige producten en service.

Wie op de website van Kwak kijkt ziet daar autohoogwerkers van GVW (Gross Vehicle Weight oftewel het maximum bruto

voertuiggewicht) 3.500kg tot 52.000kg en met werkhoogtes variërend van 16 meter tot 90 meter. Toch is er één grootste

gemene deler, want alle hoogwerkers zijn van Ruthmann. Die merknaam prijkt dan ook op een bord op één van de entreedeuren in de voorgevel van het bedrijf, direct onder het bord van Kwak Hoogwerkers zelf. Alle hoogwerkers die Kwak verkoopt en onderhoud zijn van het Duitse kwaliteitsmerk en alle servicemedewerkers van Kwak zijn door de fabrikant zelf opgeleid. Ze beschikken daarmee over de benodigde deskundigheid, die door regelmatige bijscholing op peil wordt gehouden.

Onderdeel van de verkoopactiviteiten van Kwak Hoogwerkers is een klantbezoek, het geven van een specifieke demonstratie op een gewenste locatie én eventuele beursdeelnames. Alles met als doel om potentiële kopers zo breed mogelijk te informeren, de eigenschappen en prestaties van de hoogwerkers te ervaren en zo vast te stellen wat de voordelen zullen zijn voor de gewenste toepassing. Ook de opleiding van bedieners van alle hoogwerkers maakt onderdeel uit van de

servicewerkzaamheden van Kwak, zoals machine specifieke opleidingen op maat of volgens IPAF of een scholing op één of meerdere hoogwerker categorieën.

Gebruikers van de hoogwerkers variëren van glazenwassers en gemeenten tot boomchirurgen, reclamebedrijven en verhuurbedrijven. “Daarbij geldt veiligheid vóór alles”, stelt Guido van Gestel. “Er wordt natuurlijk op hoogte gewerkt en dan is veiligheid enorm belangrijk. Wij bieden dan ook een jaarlijkse veiligheidsinspectie naast het standaard onderhoud. Men kan 24/7 een beroep doen op onze servicelijn, maar onze hoogwerkers kunnen tegen een stootje dus daar wordt maar beperkt gebruik van gemaakt. En mede dankzij de door ons aangeboden trainingen bij de verkoop redden klanten zich vaak prima zelf of met alleen telefonische ondersteuning. Dat scheelt tijd en geld. Onze monteurs staan overigens ook klaar voor reparatie en onderhoud van andere merken dan Ruthmann.”

Gezien de ontwikkelingen op het gebied van klimaat is er een toename in de vraag naar hybride of volledig elektrisch aangedreven hoogwerkers. Van Gestel: “De BLUELIFTspinhoogwerkers zijn daarbij zeer geschikt en ook in het aanbod vanuit Duitsland zijn meerdere modellen die aan die vraag voldoen. Bijvoorbeeld de Ampero TBR250 E. Zowel de hoogwerker als het voertuig zijn volledig elektrisch. Daarnaast zijn er uiteraard modellen die in een hybride uitvoering leverbaar zijn.” Gezien de prijs die bij de geleverde kwaliteit hoort is niet iedereen in staat om zo’n topproduct aan te

schaffen, of men maakt andere afwegingen bij de keuze voor een hoogwerker. Daarom levert Kwak ook een speciale ECOLINE-serie, met modellen als autohoogwerkers op B-rijbewijs en een werkhoogte van 16 tot 24 meter, als telescoop of knik-telescoop. “En uiteraard nog steeds van prima kwaliteit”, vult Van Gestel aan. “Daarvoor staan we altijd garant!” <

INTUÏTIEF ONTWIKKELTRAJECT BINNEN EEN FUSIEGEMEENTE

‘Betere samenwerking en persoonlijk leiderschap’

Na een intensief traject van twee jaar laat organisatiedeskundige Martha Houkema van Luna De nieuwetijdspraktijk een stevig fundament achter bij de gemeente Noardeast-Fryslân. “We zijn trots op waar we nu staan en ik ben vol vertrouwen dat het managementteam dat we nu hebben nieuwe veranderingen aankan, samen met de medewerkers”, aldus gemeentesecretaris en algemeen directeur Henk Verbunt.

“Toen Dantumadiel, Dongeradeel, Ferwerderadeel en Kollumerland c.a. op 1 januari 2017 ambtelijk fuseerden tot “DDFKgemeenten”, wat later de organisatie van de nieuwe gemeente Noardeast-Fryslân werd, ontstond een organisatie met ruim 600 ambtenaren.” Verbunt: “De schaalvergroting leidde tot een toename van bureaucratie en er waren veel ‘eilandjes’. Begin 2020 wilden we daarom aan de slag met een cultuurverandering. De eerste stap daarin was een structuurverandering, inclusief de aanpassing van de managementstructuur, omdat deze belemmerend werkte. Ik dacht daarmee snel het knelpunt op te lossen.”

Integraal traject

Verbunt vervolgt: “Maar toen brak corona uit en belandden we in een crisis, met als gevolg dat we ons anders moesten organiseren. We lieten een blauwdruk maken van hoe de organisatie eruit zou moeten zien. Maar

uiteindelijk ontstond er teveel focus op de structuur. We besloten daarom voor een integraal veranderingstraject te gaan en maakten daarvoor de nieuwe contouren zichtbaar. We wilden meer sturing én meer grip krijgen op wat het werk nou eigenlijk inhoudt, processen slimmer organiseren, de grijze vlekken inkleuren: de zaken waarvoor niemand verantwoordelijk leek te zijn, de structuur aanpassen én we wilden samenwerking en persoonlijk leiderschap centraal stellen.”

gingen verdiepen, ontstond er meer begrip en meer ruimte om feedback te geven en gemakkelijker met elkaar om te gaan.”

De spiegel

Houkema: “Daarna zijn we op meerdere momenten als directieteam en teamleiders bij elkaar gekomen. Het was belangrijk om opnieuw met elkaar te verbinden. Vanuit daar zijn we een gedeeld beeld gaan vormen over persoonlijk leiderschap en wat dat betekent.

Procesmatige aanpak

Verbunt: “We hebben geen uitgedacht plan gehanteerd, maar hadden wel een duidelijke stip op de horizon: wat willen we bereiken, wat moet er dan opgelost zijn en waarom? We hebben daartoe iedereen uitgenodigd om zelf verbeterinitiatieven op te pakken. Dat vroeg van ons, als directie, om te vertrouwen op het proces. Halverwege 2021 merkte ik dat de energie weer opvlamde. Leidinggevenden kwamen met goed onderbouwde initiatieven, op de werkvloer begon het te bruisen, men zocht de samenwerking op en in het directieteam konden we gemakkelijker sparren.”

Persoonlijk leiderschap

Houkema: “Dit spoor is heel getrapt verlopen. We hebben ons eerst geconcentreerd op het directieteam: hoe creëer je een effectief functionerend team dat persoonlijk leiderschap toont? Om dat te realiseren hebben we met elkaar de onderstroom beetgepakt: wat neem je mee als mens en heeft impact op jouw professionele leven? Dat dat werd uitgesproken, maakte relaties sterker. Men werd zich meer bewust van zichzelf en de ander en leerde daarnaar handelen.” Verbunt: “Doordat we ons meer mensgericht in elkaar

Dit is vertaald naar de visie, de organisatieprincipes en de waarden van de organisatie. Om op een dieper niveau naar het eigen persoonlijk leiderschap te kijken hebben we paardencoaching ingezet. Die heeft mensen laten inzien waar de eigen uitdagingen zitten, maar bijvoorbeeld ook of de organisatiecontext wel of niet meer passend is.” Verbunt: “Dit heeft veel teweeggebracht en kwam voor veel mensen op het juiste moment. We hebben trouwens voortdurend dingen vanuit ons gevoel gedaan die klopten op dát moment.”

Vertrouwen op intuïtie

Houkema combineert in haar werk meer dan twintig jaar ervaring als organisatieadviseur in het bedrijfsleven met haar gaven als medium. Verbunt: “Dat vonden sommige mensen wel spannend. Maar we hebben geleerd meer op intuïtie te vertrouwen en dit mee te nemen in onze besluitvorming. Als mijn onderbuikgevoel bijvoorbeeld zegt dat iets niet klopt terwijl het rationeel gezien wel klopt, wil ik boven tafel hebben waarom ik toch dat gevoel heb.” Martha heeft mensen geïnspireerd en getriggerd. We hebben als organisatie nog wel wat te doen, maar dat gaat lukken! Dat vertrouwen heb ik in de volwassenheid van ons huidig leidinggevend kader.” <

‘Als de stip op de horizon duidelijk is, kom je daar vanzelf als je durft mee te bewegen op het ritme van de organisatie’

“Wij hebben bij boer Pipers met een reguliere financiering van Energiefonds Overijssel een van onze eerste zonnedak-projecten gerealiseerd. Nu liggen er zo’n 9.000 zonnepanelen verdeeld over 20 zonnedaken.

En vanaf die daken leveren we stroom aan Enschedese burgers. Nu zijn wij bezig met een nog veel groter project, waar we vooraf veel ontwikkelkosten voor moeten maken, voordat we zeker weten dat het project door kan gaan.

Dáár speelt de LEI-F ontwikkel faciliteit van het fonds een cruciale rol met toegang tot expertise en financiering.”

Ruud Mulder, vicevoorzitter Enschede Energie

Lokale energie door en voor jouw bedrijf?

Lokale energie-initiatieven (LEI’s) zijn belangrijke spelers bij de energietransitie in Overijssel. Bovendien geven ze vorm aan de ambitie van Overijssel om minimaal 50% van de duurzame energie-opwek in eigendom te laten zijn van de lokale gemeenschap. Ook met uw bedrijf kunt u een lokaal energieinitiatief worden.

Bent u op dit moment bezig met een lokaal initiatief op het gebied van energie?

Of heeft u plannen om uw bedrijf te verduurzamen maar u weet nog niet precies hoe? Dan is er voor u de LEI-F. Deze ontwikkelfinanciering speelt in op de behoeftes van lokale energie-initiatieven in de beginfase van projecten. In deze fase, die vaak ook risicovol is, ontbreekt het de initiatieven aan toegang tot financiering. Anderzijds missen zij toegang tot expertise. Door de initiatieven op beide fronten te faciliteren zullen meer projecten gerealiseerd worden en kunt u met uw project of bedrijf een verduurzamingsslag maken.

Interesse? Contact Radboud Dood, Investment manager op 06 - 52 08 69 35 of via radboud.dood@energiefondsoverijssel.nl

Energie Fonds Overijssel

Olympia start uniek opleidingstraject tot ENERGIEMONTEUR

In deze schaarse arbeidsmarkt direct beschikken over gemotiveerde medewerkers? Het klinkt onmogelijk, maar Olympia en opleidingsinstituut Technicom maken het in de regio Oost-Nederland waar met een uniek leerwerktraject. Hiermee draagt Olympia bij aan de groei van het mkb, de energietransitie en aan mobiliteit op de arbeidsmarkt.

Er zijn veel vakmensen nodig om de komende jaren de landelijke duurzaamheidsdoelstellingen te halen. De uitstroom uit het techniekonderwijs is klein. Bovendien sluit het reguliere onderwijs niet aan bij de snelheid en ontwikkelingen in de markt. Dat vraagt om anders kijken naar de arbeidsmarkt, zo stelt intercedent Nick Braakhekke van Olympia Oost-Nederland. Nick is gedreven het tekort aan energiemonteurs aan te pakken. “De huidige mismatch zit vaak in een inefficiënte wervingsstrategie. Veel bureaus en technische werkgevers zijn nog te kritisch. Er zijn nog steeds goede medewerkers, maar de winst zit in het loslaten van hard skills en verder kijken dan een cv. Dé oplossing ligt in het werven op soft skills, motivatie, drijfveren en talenten en inzetten op bij- en omscholing. Dan kunnen we op korte en lange termijn de markt succesvol bedienen, wat leidt tot groei van bedrijven en betekenisvol werk voor flexkrachten.”

Anticiperen met arbeidsmarktscan

Al geruime tijd speelt Olympia in op marktontwikkelingen door praktijkgerichte opleidingen te ontwikkelen voor schaarsteberoepen zoals operators, chauffeurs en digital marketeers. Daar is nu een ontwikkeltraject tot energiemonteur

toegevoegd. “Als je de ontwikkelingen op de (regionale) arbeidsmarkt voor de toekomst goed in beeld hebt, kun je hierop vroegtijdig anticiperen”, aldus Nick. “Twee jaar geleden zijn we met Technicom in gesprek geraakt over het toekomstige tekort aan energiemonteurs. Vervolgens hebben we een arbeidsmarktscan uitgevoerd. Hoe ziet de doelgroep eruit, wat vinden ze belangrijk en hoe zijn zij bereikbaar? Welke scenario’s ontstaan? Het geeft inzicht in mogelijke oplossingen en stelt ons in staat het gesprek te voeren met kandidaten, het bedrijfsleven en onderwijsinstanties.”

Energie leerwerkrotonde

De energie leerwerkrotonde is erkend door de industrie en leidt mensen op voor een erkend mbo-diploma. Nick vertelt wat het traject zo uniek maakt: “Door onze goed vindbare vacatures, ons complete marktbeeld en onze gesprekken van betekenis met flexkrachten weten we (latent) werkzoekenden en werkenden te vinden. Mensen met de juiste competenties en motivatie, die we koppelen aan het bedrijfsleven. Zij werken direct mee in het bedrijf en volgen daarnaast online een opleiding. De deelnemers krijgen een e-docent en coach ter ondersteuning en Olympia begeleidt tijdens het traject. De energie

leerwerkrotonde is ontzettend laagdrempelig voor zowel kandidaten als werkgevers. Olympia financiert de opleiding voor en kandidaten kunnen in- en uitstromen wanneer ze willen. Ze volgen modules en beginnen met niveau 2 assistent monteur. Als ze willen, kunnen ze doorleren tot zonnepanelenmonteur, monteur warmtepomp en/of laadpalen. Bovendien zijn de modules tijds- en plaatsonafhankelijk te volgen en wordt de theorie individueel aangeboden met veel praktijkfilmpjes. Dit sluit perfect aan bij het nieuwe leren én het geleerde is direct toe te passen in de praktijk.”

Oplossingen ontwikkelen

Bedrijven helpen groeien, mensen aan werk helpen dat er voor hen toe doet en een duurzame arbeidsmarkt. Dat is waar Olympia het voor doet. “We zijn geen opleider, maar beschikken wel over gemotiveerde kandidaten. En onze kennis, data en netwerk zetten we graag in om samen met werkgevers oplossingen te bedenken en te ontwikkelen. Dus we gaan graag in gesprek met bedrijven die te maken hebben met een schaarsteberoep!”

Duurzaam verzinken, een sterk staaltje

Rotocoat Kampen maakt samen met de andere drie Rotocoat vestigingen (Heerhugowaard, Wolvega en Dieren) deel uit van de omvangrijke ROTO-groep. Of beter nog de ROTO-familie, de broers Rob en Tom de Boer stonden aan de wieg van dit familiebedrijf. Het bedrijf bouwde vorig jaar aan een strategie, een kompas om de groep aan te sturen en te voldoen aan de 17 Verenigde Naties Duurzaamheidsdoelen. Duurzaamheid hoog op de agenda dus, zo ook bij Rotocoat Kampen.

Arwin Louwrink, commercieel manager, vertelt met gepaste trots over het Cradle to Cradle certificaat op niveau brons dat Rotocoat onlangs behaalde voor haar vernieuwende werkwijze onder de merknaam Zinculair®: ‘Wij pakken de handschoen op om zo duurzaam mogelijk te voorzien in het conserveren van staal. Met succes, hiermee maakt Rotocoat

weer een stap richting een duurzame toekomst’.

Verzinken

Rotocoat is gespecialiseerd in het thermisch verzinken van staal en het aanbrengen van beschermende poedercoatings op verzinkt staal, staal, aluminium en RVS. Louwrink: ‘De

klant kan bij ons in Kampen terecht voor een deel van dit proces, maar ook voor het totaalpakket. Doordat we nauw samen werken met onze collega’s kunnen we het hele proces van volblad verzinken, centrifugaal verzinken, schooperen, poetsen, poedercoaten en transport naar de klant in één hand houden. Hierdoor wordt alles gemakkelijker en sneller geregeld. Zo garanderen wij een hoge kwaliteit en betrouwbare levertijden. Dit vanuit onze kernwaarden ondernemend, betrouwbaar, gepassioneerd en betrokken. In Kampen hebben we het breedste zinkbad van Nederland, in Heerhugowaard het langste bad. Kortom, als wij het niet kunnen verzinken kan niemand in Nederland het verzinken. Staal heeft nu eenmaal die bescherming nodig en moet duurzaam beschermd worden.’

Zinculair

Wellicht denk je bij een verzinkerij niet direct aan een groen bedrijf. ‘Dat is een achterhaald beeld’, vertelt Louwrink, ‘naast het feit dat wij

staal verduurzamen, is het belangrijk dat wij ook op andere manieren ons steentje bijdragen aan de duurzaamheidsopgave. Zo rijden onze commerciële mensen elektrisch, passen we gerecycled verpakkingsmateriaal toe en is de elektriciteit die we gebruiken gewonnen uit windenergie. Het meest trots zijn we op onze vinding Zinculair®. Onder die naam verzinkt Rotocoat staal met circulair, oftewel hergebruikt, zink. Eerder dit jaar heeft ons circulaire zink zelfs een Cradle to Cradlecertificaat op Brons-niveau gehaald. Duidelijk is dat het steeds belangrijker wordt om richting een gesloten, circulaire economie te werken. In een ideale situatie gaan er geen afvalstoffen meer verloren. Elk afval- en eindproduct moet weer herbruikbaar zijn. Op deze manier draagt Rotocoat bij aan een circulaire economie.’

Toenemende vraag

Louwrink merkt dat, nu dit duurzaam verzinken beschikbaar en bekend is, er meer vraag naar

is. ‘Ik voorspel dat de vraag naar duurzaam verzinken nog meer gaat toenemen. Rotocoat is er klaar voor.’ <

‘Rotocoat Kampen beschikt over het breedste zinkbad van Nederland’

PALAZZO 20 JAAR

Als altijd Twents bescheiden

Palazzo, bureau voor architectuur, engineering en bouwmanagement, bestaat 20 jaar. Een mooie reden om weer eens naar buiten te treden en te laten zien wat we doen, vindt algemeen directeur Martin Kemper. Maar ook zonder publiciteit doet Palazzo, met kantoren in Duiven, Zeist en Holten, het meer dan uitstekend. In 20 jaar is Palazzo uitgegroeid tot één van de grotere architectenbureaus van ons land.

Martin Kemper is geen man die hoog van de toren blaast. Allerminst zelfs. Dat zijn bedrijf Palazzo in 20 jaar tijd gegroeid is van niks naar 40 personeelsleden en drie vestigingen? Dat Palazzo inmiddels behoort tot de selecte, slechts drie procent grote groep Nederlandse architectenbureaus met meer dan 35 werknemers? Dat Palazzo dit jaar de eerste plek gaat behalen in de ranglijst van bureaus die actief zijn in de sector ‘Distributiecentra, datacenters en bedrijfshuisvesting’? Kemper blijft er nuchter onder. “Twents nuchter”, zegt hij zelf.

Niet zelden noemt Martin Kemper zich tijdens het gesprek met Kijk op Oost Nederland een Twentse boer. De nuchterheid, de bescheidenheid, Kemper koestert het. Hij zegt het niet, maar in zijn woorden klinkt zeker ook de trots op zijn afkomst. Is die Sallands of Twents, trouwens?

“Ik kom uit Holten, zo’n beetje de grens tussen die twee regio’s. Maar ik voel me Tukker. Ben supporter van FC Twente. Zeg in Amsterdam dat je uit Twente of de Achterhoek komt en je staat al met 1-0 voor. Westerlingen waarderen onze mentaliteit, onze betrouwbaarheid. En trouwens, als ik niet zeg dat ik een Twentse boer ben, dan horen ze dat meteen wel aan mijn accent, haha.”

Kracht

Martin Kemper (56) komt uit de bouwwereld. Hij werkte jarenlang als werkvoorbereider, uitvoerder en projectleider. Hij is geen

architect. Best opmerkelijk dus dat Kemper, toen hij in 2002 zelfstandig ondernemer besloot te worden, voor een architectenbureau koos. Maar Palazzo is dan ook meer dan dat. Het bedrijf regelt de volledige engineering van bouwprojecten, oftewel het zorgdragen dat alle mooie plannen ook daadwerkelijk voldoen aan alle voorschriften. Derde tak van Palazzo is bouwmanagement, oftewel het leiden van een bouwproject. Die projecten worden gerealiseerd in heel Nederland, maar ook in omringende landen. Het betreft woningbouw, utiliteitsbouw, bedrijfspanden, zorg. Kortom diversiteit op alle fronten. Dat is de grote kracht van Palazzo. En ook dat Kemper de bouwwereld kent als zijn broekzak.

40 voetbalvelden

“Wij zijn geen architectenbureau dat vertelt hoe het moet worden. Ik ken de bouwers, spreek hun taal. Hun wens is ons uitgangspunt. Onze ontwerpen zijn functioneel en realistisch, doch ook onderscheidend.”

“Daarbij geloof ik in diversiteit en spreiding. Niet alleen woningbouw of utiliteit, wij doen alles. Dat maakt je bedrijf minder kwetsbaar. Zo hebben we in 2012 de economische crisis overleefd en geen personeelsleden hoeven te ontslaan. Daar ben ik best trots op.” Momenteel doet Palazzo veel in de logistiek. Kemper: “We hebben distributiecentra voor PicNic ontworpen. Maar voor een ander bedrijf ook een distributiecentrum, van 200.000 vierkante meter groot, dat is 40 voetbalvelden. Het grootste gebouw van de Benelux, heb ik

begrepen. Een aansprekend project. Maar nogmaals, geen praatjes, we blijven gewoon hard werken.”

Continueren

Verdere groei is niet het heilige doel. Kemper overweegt een vierde vestiging in NoordBrabant. Een, zoals hij zegt, ‘hele interessante regio’. Wellicht dat ook de vestiging Zeist nog iets zal groeien. Maar doel is vooral de huidige omvang en stabiliteit continueren. “Palazzo heeft bijna 40 medewerkers. Dus evenzoveel gezinnen die afhankelijk van ons zijn. Dat is een grote verantwoordelijkheid. Ik heb fijn personeel, hen wil ik allereerst graag behouden.”

PORT OF ZWOLLE

Haven van de toekomst

Port of Zwolle is een logistiek knooppunt voor circulaire bedrijvigheid. Het omvat de havens in Zwolle, Kampen en Meppel plus de aanliggende industriegebieden. Het project Regiodeal Port of Zwolle is een sleutelproject in de Regio Deal Regio Zwolle, een investeringsprogramma van Rijk en regio om de brede welvaart in de regio Zwolle te versterken. Dit langs lijnen van economische structuurversterking en circulair ondernemen, toekomstbestendige arbeidsmarkt, evenwichtige groei van stad en platteland. Plus aan de slag met klimaatoplossingen.

Alex van Oost, directeur-bestuurder NICE (Noordelijk Innovatielab Circulaire Economie) en Bas Wonink, wethouder gemeente Kampen - aan tafel als bestuurder van Port of Zwolle - zijn enthousiast over de kansen die Port of Zwolle de regio biedt. Wonink: ‘We moeten het oude denken loslaten. Een vernieuwde of nieuwe haven hoeft niet ten koste te gaan van groen en biodiversiteit. Het

biedt juist kansen.’ Van Oost vraagt hoe Port of Zwolle meer kan zijn dan de optelsom van drie havens. ‘De havens en hieraan gerelateerde activiteiten zijn nu al goed voor 25.000 banen en voor 2 à 3 miljard toegevoegde waarde. Dat is geen klein bier. Om die positie te behouden en te versterken moeten we stappen zetten, samen met het bedrijfsleven.’

Belang

De afgelopen jaren met corona en de huidige periode met langdurige droogte heeft aangetoond hoe belangrijk de havens in deze regio zijn. De vervoerstromen gingen tijdens corona door en waren belangrijk om essentiële processen als voedselvoorziening door te laten gaan. Door de ligging aan of nabij het IJsselmeer is er nauwelijks last van de lage waterstand. Van

Binnenvaart op waterstof

Prachtig voorbeeld van samenspel tussen ondernemer met toekomstvisie en overheid is de positieve businesscase “varen op groene waterstof”. De eerste gebruiker van de groene brandstof uit Kampen is bekend. Binnenvaartschip ‘Sendo Liner’ pendelt in een vaste lijndienst tussen Westerbroek in Groningen en Rotterdam. Het schip is 110 meter lang, 11,40 meter breed en heeft een capaciteit van 164 teu. De ‘Sendo Liner’ is ontwikkeld vanuit een samenwerking tussen scheepsbouwer Sendo Shipping en de logistieke onderneming MCS. MCS is tevens aandeelhouder van de IJDT-terminal waar straks de waterstoffabriek moet komen. Het binnenvaartschip vaart nu gedeeltelijk elektrisch. Hierdoor bespaart het ongeveer 40% brandstof in vergelijking met schepen met een traditionele motor. De motor kan in een handomdraai modulair worden omgebouwd, zodat het schip op waterstof kan varen. De ‘Sendo Liner’ heeft zo’n 50 ton waterstof per jaar nodig om emissievrij te pendelen tussen Rotterdam en het noorden. En dat kan vanaf 2024, als het waterstofproject in de Zuiderzeehaven in Kampen helemaal rond is. Het project omvat de lokale productie van groene waterstof door een fabriek die in de IJDT-terminal moet komen. Het project is een initiatief van rederij MCS, energieleverancier IJsseldelta Wind b.v., Sendo Shipping, projectontwikkelaar Milo en havenbedrijf Port of Zwolle. Ook ondersteunen de provincies Overijssel en Drenthe dit initiatief en dragen bij aan de financiering.

familiebedrijven en de bijbehorende mentaliteit achten we dit kansrijk.’ Van Oost vult aan: ‘Je hoeft dat niet alleen te doen. Wij bieden ondersteuning en hulp, ook financieel, zodat bedrijven de stap kunnen maken naar circulaire economie.’ <

Ondernemersgeest

Oost: ‘De basis is goed. Onze belangrijke industrieën staan echter voor belangrijke transities: van fossiel naar duurzaam (transport), van dierlijk naar plantaardig (agrarische sector), van grondstoffen intensief naar biobased en hergebruik (bouw). Dat laatste vraagt bijvoorbeeld meer ruimte voor opslag en nieuwe bedrijvigheid in het bewerken van materialen om zo waarde toe te voegen. Port of Zwolle wil die slag samen met de bedrijven maken. Ik voorzie dat de druk op het gebied toeneemt. Het is ook een uitnodiging aan gemeenteraden om verder te denken dan het gemeentelijk belang. De economisch voordelen voor de regio zijn uiteindelijk ook voordelen lokaal.’

Toekomst

Wonink: ‘Er is werk aan de winkel. De havens moeten toekomstbestendig worden gemaakt. Genoemde transities maken we met elkaar door. Niets doen is geen optie. Het oude beeld is een haven die vervuilend is en ten koste gaat van natuur. Het nieuwe beeld is transformeren van bestaande terreinen en daarbij duurzaamheid - klimaatadaptatie, nieuwe energie en circulariteit - mee te nemen in de ontwikkeling. Als we een nieuwe haven overwegen, gaan we dit doen in combinatie met natuurontwikkeling, energieopwekking en

circulaire havenelementen. Dat vraagt een nieuwe manier van ontwerpen. We gaan een volgende fase in met een kwalitatieve opgave. Port of Zwolle wil de regio niet alleen economisch maar ook ruimtelijk, sociaal en ecologisch versterken. Dat is een forse ambitie, de meetlat is de brede welvaart. Wij nodigen bedrijven uit om ook zo naar hun bedrijfsactiviteiten te kijken en in langere termijnen te denken. Met de traditie van

Een wenkend perspectief is dat Port of Zwolle op termijn volledig in eigen energiebehoefte voorziet en zelfs groene energie levert aan bedrijvigheid in en rondom de havens. De haven als energiehub. De pilot “Binnenvaart op waterstof” is een mooi voorbeeld waar ondernemersgeest en overheidssturing toe kan leiden. Port of Zwolle nodigt ondernemers uit mee te gaan in deze beweging. <

‘Van belang is om locaties en beschikbare ruimte efficiënt te gebruiken’

Alex van Oost

Bas Wonink

INNOVEREN

DOOR LOKAAL SAMEN TE WERKEN

De technische sector in Oost-Nederland is een grote aanjager voor innovaties in antwoord op maatschappelijke uitdagingen. Maar wat gebeurt er als deze uitdagingen (te) groot en complex blijken, blijf je dan zelf zoeken naar een oplossing of ga je de samenwerking aan?

Binnen Oost-Nederland zijn honderden technologiebedrijven gevestigd en ieder hebben ze hun eigen specialismen. Dit levert uiteraard prachtige ontwikkelingen op, maar uit onderzoek blijkt dat juist het combineren van expertise in complementaire consortia veelal leidt tot de meest impactvolle innovaties. Steeds meer beleid dat door overheden wordt opgesteld – Europees, Nationaal én regionaal – legt dan ook de nadruk op het stimuleren van zogenaamde crossectorale samenwerkingen.

Dit ziet Leap in toenemende mate ook terug in nieuwe subsidieregelingen. Een prachtig voorbeeld is het subsidieprogramma ‘EFRO-Oost’, waarbij binnen de verschillende openstellingen subsidie kan worden aangevraagd voor de ontwikkeling van innovaties of de uitrol hiervan. Succesvolle aanvragen moeten aantoonbaar een cross-over hebben binnen ‘Prevention & MedTech’, ‘Sustainability & FoodTech’ of ‘Manufacturing & MaterialTech’. De overtuiging van de beleidsmakers is dat Oost-Nederland juist binnen deze thema’s hét verschil kan maken.

Oost-Nederlandse samenwerking

Mede door dit soort crosssectorale samenwerkingen ontstaan er krachtige consortia. Afgelopen periode heeft Leap een aantal van deze – volledig Twentse - consortia mogen ondersteunen bij het vormgeven van hun samenwerkingsprojecten. In sommige gevallen is het consortium al lang en breed bekend wanneer Leap aanschuift, maar vaak krijgt het consortium gaandeweg vorm. Een spannend proces voor alle projectpartners, want met wie deel je jouw expertise en met wie durf je een meerjarig, intensief project aan te gaan?

Toch blijken we hier in Oost-Nederland behoorlijk goed in en worden er telkens nieuwe samenwerkingen opgezet, leidend tot indrukwekkende en innovatieve resultaten. Binnen samenwerkingen worden er niet enkel sneller resultaten behaald, ook worden deze beter geborgd én gedeeld. Zo wordt een kennisinfrastructuur opgebouwd waar alle partners van profiteren, want alleen kan men blijven speuren naar een oplossing, samen kunnen ze er één ontwikkelen. <

Desly Elskamp

Consultant bij Leap. The Innovation Agency

DEVOBO Forest Service oogst hout uit duurzaam beheerde bossen

Door droogte, insectenplagen, stormen en ontbossing hebben bomen en bossen wereldwijd het zwaar te verduren. Met man en macht probeert DEVOBO Forest Service (DVS) het kostbare natuurbezit van particuliere boseigenaren, overheden en stichtingen in binnen- en buitenland weer in een betere staat te brengen. Op een verantwoorde, veilige en duurzame manier, zo benadrukt directeur Ron ten Voorde.

Hoewel zijn kantoor in Diepenveen is gevestigd, is Ten Voorde voornamelijk in het bos te vinden. Hoofzakelijk in Duitsland en Frankrijk, maar ook wel in Nederland. Al bijna 40 jaar runt hij samen met vier vaste medewerkers en wanneer nodig buitenlandse freelancers zijn bosbouwbedrijf die in de kern bos onderhoudt, aangetaste bomen

kapt en het hout daarvan verkoopt. “Ik was nog geen 18 jaar toen ik deze onderneming oprichtte nadat ik de Bosbouw Technische School in Apeldoorn en de MBCS in Velp had gevolgd. Het was begin jaren tachtig van de vorige eeuw toen de banen echt niet voor het oprapen lagen. Dus besloot ik voor mezelf te beginnen.”

Houtoogstmachine

In opdracht van stichtingen, particuliere boseigenaren en (semi)-overheden met bosbezit was DFS BV de eerste jaren vooral bezig met regulier bosbeheer- en onderhoud. Later kwam daar gespecialiseerde boomverzorging bij. In 1999 kreeg de

onderneming een flinke boost met de aanschaf van een houtoogstmachine, een zogenaamde ‘harvester’. Toen kon DFS BV de zaken grootser aanpakken door het werkgebied flink uit te breiden en grotere bosarealen te bewerken. “Eigen vaste medewerkers zijn toen intern opgeleid om met deze machine te leren omgaan. In het begin betaal je veel leergeld en kost het werk veel zaagbladen, maar ik heb er altijd voor gezorgd dat er netjes en veilig wordt gewerkt.

Veilig en vakkundig werken

DFS BV beschikt over een veiligheidscertificaat (VCA 2 sterren) en het rondhout dat Ten Voorde en zijn mannen kappen en verkopen draagt voor het grootste deel het PEFC en/of FSC duurzaamheidscertificaat. Dat betekent dat het bedrijf werkt in duurzaam beheerde bossen. “Opdrachtgevers vereisen tegenwoordig dit soort certificaten anders krijg je het werk niet en ontvang je geen contracten om het hout aan de verwerkende industrie te kunnen verkopen”, aldus Ten Voorde.

Meer vraag naar hout

Het bosbouwbedrijf koopt hout op stam van boseigenaren en verkoopt het rondhout aan zagerijen en andere houtverwerkers. DFS BV wil vooral duurzame relaties aangaan met haar opdrachtgevers. “In sommige bossen zijn we al jaren bezig met verzorging van bomen en bosonderhoud. In Duitsland kunnen we het gehele jaar doorwerken, maar in Nederland zijn ze qua regelgeving veel strenger in verband met broedseizoen. Onze activiteiten spelen zich vooral in het buitenland af, maar het geoogste hout vindt vooral zijn weg naar diverse Nederlandse houtverwerkers.”

Het hout wordt benut voor de productie van pallets, kisten voor fruit maar ook vurenhouten balken in bijvoorbeeld woning- en utiliteitsbouw. Vooral laatstgenoemde markt trekt flink aan.

“Het afgelopen jaar hebben we circa 70.000 kuub rondhout verwerkt en dit jaar gaan we richting de 100.000. Er is heel veel vraag naar hout.”

Calamiteitenhout

De term zou de Dikke van Dale kunnen halen: calamiteitenhout. Zo noemt Ron ten Voorde het hout dat hij oogst uit aangetaste bomen en zieke en omgewaaide bomen en bossen. Het beslaat op dit moment voor het gros zijn werkzaamheden.

De oorzaken zijn divers: droogte, stormschade maar vooral ook kevers die vernietigende schade aanrichten. Vooral grote arealen waar maar één boomsoort is aangeplant, zijn de klos. “Daarom is het van belang om deze monoculturen om te vormen naar gemengd bos via natuurlijke verjonging en het aanplanten van geschikte soorten die de klimaatverandering aankunnen. Wij adviseren opdrachtgevers hoe aangetast bos kan worden omgevormd naar een nieuw bosbeeld met meer stabiliteit en weerbaarder door een grotere biodiversiteit.”

“Bij ons geen tekort aan personeel”

VNO-NCW Midden versterkt het vestigingsklimaat en komt op voor de belangen van leden. Maar de vereniging doet meer. Door ons te verbinden aan projecten kunnen ondernemers een beroep doen op een breed scala aan praktische ondersteuning in de dagelijkse bedrijfsvoering. VNO-NCW Midden opent de weg naar kennis, (financiële) middelen en handige instrumenten. Maak er gebruik van.

Een leven-lang-ontwikkelen wordt breed gedragen door het bedrijfsleven. Toch is het in veel midden- en kleinbedrijven best lastig om het in de praktijk goed te regelen. LBHBox in Ulft kreeg de mogelijkheid om in te stappen in het project MKB!dee, dat VNO-NCW Midden samen met partner Gelders Vakmanschap heeft binnengehaald. Directeur Hans Gerritsen heeft daar geen moment spijt van. Hij is trots op zijn personeel, een gemêleerde groep van 60 mensen, waaronder gepensioneerden die na jaren thuis weer parttime werken, een dierenartsassistente die nu technische werkvoorbereiding doet en statushouders die kansen krijgen en zich aanpassen aan de Nederlandse cultuur. “Bij ons geen tekort aan personeel”, zegt Gerritsen. Hoe doet hij dat en wat heeft MKB!dee hem gebracht?

Professionaliseringsslag

Met MKB!dee ondersteunen de ministeries van Economische Zaken & Klimaat en Sociale Zaken & Werkgelegenheid ondernemers die een goed idee hebben voor de ontwikkeling van werknemers in hun bedrijf, branche of regio. In de Achterhoek gingen zes bedrijven samen aan de slag met verbeteracties op gebied van leven lang ontwikkelen. LBHbox stapte in 2021 in. Gerritsen: “MKB!dee heeft veel in gang gezet. Onze kantine is nu voor de helft ingericht als praktijk- en leerlokaal. Hier geven we twee dagen per week interne opleidingen.” Dat is één van de resultaten van gesprekken die arbeidsmarktcoach Willy Bras (vanuit Gelders Vakmanschap) met ruim veertig medewerkers had. Er bleek vooral behoefte aan vaktechnische kennis (elektrotechniek, tekening lezen) en praktische ondersteuning in de inwerkperiode. Nieuwe medewerkers missen vaak deze achtergrond en een

algemene interne opleiding op dit vakgebied was er niet. Een van de medewerkers werkt nu samen met de arbeidsmarktcoach aan het inwerk- en opleidingsprogramma voor (nieuwe) medewerkers. Daarnaast worden er individuele, externe programma’s gevolgd. “Opleiden kost geld. Daar zijn subsidies voor. De tijd die het kost zie ik als investering”, nuanceert Gerritsen. “Wat je terugkrijgt zijn medewerkers die meer kennis hebben, gemotiveerder zijn en actief meedenken en -doen in werkprocessen. We hebben echt een professionaliseringsslag gemaakt.

Vertrouwen in de toekomst

Hans Gerritsen, 66 jaar, directeur en eigenaar van LBHBox en EMkwadraad, werkte zelf jaren in de elektrotechniek. Na een reorganisatie in 2005 stond hij op straat. “Ik was 50 jaar en al niet meer interessant voor de arbeidsmarkt.”

Toen hij na een zoveelste sollicitatieronde weer achter het net viste, schreef hij zich spontaan in bij de Kamer van Koophandel. In drie maanden tijd had hij zijn zaken op orde en was het bedrijf in behuizingen voor elektrotechniek een feit. “Aan orders geen gebrek”, vertelt Gerritsen.

“We zijn op veel markten thuis, leveren aan uiteenlopende klanten behuizingen en met EMkwadraad doen we ook zelf montagewerk. In de beginjaren besteedden we een deel van het werk uit aan mensen bij de sociale werkvoorziening. Na de verzelfstandiging van SW-bedrijven heb ik in 2010 de elektrotechnische tak met 25 mensen, inclusief klanten en orderportefeuille overgenomen.

Dat gaf de nodige uitdagingen, maar ik besefte dat houvast en plezier van mensen in hun werk, mij meer waard zijn dan veel winst maken.” Door MKB!dee is ontwikkelen en leren verankerd in de bedrijfsvoering en onderdeel van de bedrijfscultuur. Bijkomend positief gevolg: Dankzij arbeidsmarktcoach Willy Bras is de organisatiestructuur aangepast. Hierdoor kan Gerritsen meer focussen op andere zaken zoals oplopende leveringstijden en bedrijfsopvolging. “We hebben veel goede medewerkers en het is mooi dat de jonge generatie zich doorontwikkeld. Ik heb vertrouwen in de toekomst.” <

Wat is MKB!dee

In 2021 is de Achterhoekse MKB!DEE aanvraag ‘samen leren en ontwikkelen in de regio’ gehonoreerd door de ministeries van EZK en SZW. Met de toegekende 200.000 euro subsidie nemen zes technische mkb-bedrijven het voortouw om in hun organisatie een leercultuurmethode te ontwikkelen waarin medewerkers worden gestimuleerd om zichzelf voortdurend te blijven ontwikkelen. De leerresultaten en ervaringen worden gedeeld met andere werkgevers en branches in de regio. Gelders Vakmanschap en VNO-NCW Midden zijn penvoerder van het project.

Contactpersoon: Caroline Rijnbeek, rijnbeek@vno-ncwmidden.nl

'Veranker leven lang ontwikkelen in je bedrijfsvoering. Het levert je echt wat op'

Loopbaanadvies, re-integratie, outplacement. Dat is waar de tien coaches van Mens & Zo iedere dag met passie, ervaring, kennis, inlevingsgevoel én humor mee bezig zijn. Werkenden of werkzoekenden helpen aan een nieuwe, fijne werkplek. Daar gaat het om. En om duurzaamheid, zeker in deze tijd, zeggen coaches Linda Janssen en Kim Kemper. “We gaan voor een baan voor de lange termijn.”

MENS & ZO

Deskundige begeleiding naar nieuw werk

Of er nog wel behoefte is aan loopbaanbegeleiding? Het is een vraag die in deze tijd van enorme arbeidskrapte gerechtvaardigd lijkt. Iedereen die aan het werk wil, zou toch een baan moeten kunnen vinden, is de gedachte? Maar zo

eenvoudig is het lang niet altijd, leggen Linda en Kim uit.

“Zeker, er is momenteel veel werk. Maar waar het om gaat is dat mensen op de juiste plek terecht komen. En dat is minder makkelijk dan

het lijkt. Wij gaan heel gericht met onze cliënten aan de gang. Wat willen ze, wat kunnen ze? En we beschikken over een enorm netwerk. Voor het overgrote deel van onze cliënten vinden we een hele mooie en passende nieuwe werkplek.”

Zorgvuldig

Mens & Zo werkt onder meer voor gemeenten en het UWV, met als doel re-integratie van mensen die langdurig uit het arbeidsproces zijn geweest. In Kijk op Oost Nederland willen Linda en Kim echter focussen op wat ze kunnen betekenen voor particuliere werkgevers, en dan met name op twee trajecten: outplacement en het zogeheten 2e spoor.

Bij outplacement gaat het om werknemers voor wie, bijvoorbeeld vanwege reorganisatie, geen plek meer is in een bedrijf. Is een werknemer langdurig ziek en is re-integreren in de huidige organisatie niet mogelijk, dan onderzoekt Mens & Zo de opties van reintegratie bij een ander bedrijf. Dat is het 2e spoor-traject. In beide gevallen is zorgvuldigheid en deskundige begeleiding essentieel. Mens & Zo neemt de zorg voor de werknemers over van de werkgever.

Begeleiden

Linda: “Vaak zitten onze cliënten al heel lang bij eenzelfde bedrijf. Als je dan op zoek moet naar ander werk, komt er veel op je af. Wat vind ik eigenlijk leuk, wat wil ik? Hoe moet ik solliciteren? De tijden zijn heel erg veranderd, solliciteren gaat tegenwoordig echt anders dan vroeger. Wij begeleiden onze cliënten tijdens dat hele traject.”

“Wij nemen daarvoor de tijd”, vult Kim aan. “Het gaat erom dat wij hen duurzaam perspectief bieden. Ofwel, geen impulsieve beslissingen, maar alles goed overdenken en overzien. Want het is voor de cliënt nogal een verandering, het heeft veel impact. Ook daar zijn wij ons goed van bewust. We geven de mensen rust en vertouwen dat het goed komt.”

Vrouwen

Mens & Zo is de afgelopen jaren fors gegroeid. Van drie naar tien loopbaancoaches. Allemaal

vrouwen. “Puur toeval. Mannen zijn van harte welkom”, aldus Kim en Linda, die verwachten dat hun bedrijf verder zal groeien.

Het huidige vrouwenteam functioneert supergoed, zegt Linda.

“Je zou met enkel vrouwen misschien verwachten dat er nog wel eens gedoe is, maar wij hebben echt een heel fijn team. Allemaal met onze specifieke kwaliteiten en karakters. We vullen elkaar heel goed aan en helpen elkaar waar mogelijk met onze kennis en netwerken. En we zijn allemaal mensgericht. Serieus, met power, down to earth, maar zeker ook met humor als dat nodig is.”

En voor iedere cliënt maatwerk, benadrukt Kim. ‘Dat is het mooie, iedereen is anders, geen enkel traject is hetzelfde. Het is een puzzel die je steeds opnieuw moet leggen. Dat maakt ons werk zo mooi.” <

Ventiv Engineers haalt het maximale uit talent en ambitie

Zoek de projecten die het beste passen bij de talenten en ambities van je collega’s. Met deze eigenwijze en bijzondere visie heeft Ventiv Engineers zich stormachtig ontwikkeld. Binnen vier jaar tijd groeide het Twentse ingenieursbureau naar 75 medewerkers die een grote diversiteit van projecten uitvoeren.

“Technische professionals kiezen voor Ventiv omdat we ze zowel stabiliteit als ontwikkelmogelijkheden bieden”, vertelt directeur-eigenaar Tom Kleizen enthousiast.

Collega staat centraal

Ventiv Engineers ondersteunt gerenommeerde industriële bedrijven uit Oost-Nederland bij het oplossen van technische vraagstukken. Zij begeleiden van a tot z projecten; van design en werkvoorbereiding tot engineering en projectmanagement. Het hoofdkantoor is gevestigd in Hengelo en ontwikkelt zich onder leiding van vestigingsmanager Martijn Baas stevig door. Voortkomend uit HR Adviesbureau

Siebert & Wassink -een bureau voor werving, selectie, advies en assessment- richtte Kleizen de onderneming op met één cruciaal vertrekpunt: de kwaliteiten en ambities van de collega’s bepalen de commerciële propositie en welke projecten worden uitgevoerd.

“De ontwikkeling van onze collega’s is leidend”, vertelt Kleizen die tevens één van de partners is bij Siebert & Wassink. “Het is in ons belang dat onze mensen constant positief worden uitgedaagd om te ontdekken waar hun ambities en talenten liggen en zodoende in hun behoeften te voorzien. Dat betekent dat iemand bij ons kan doorgroeien van bijvoorbeeld detailengineer tot projectmanager

of in een ander marktsegment, van bijvoorbeeld de food- naar de semiconductor industrie, ervaring op kan doen.”

Stabiele basis

Deze talent-development aanpak werpt haar vruchten af. Want afgestudeerde en ervaren werktuigbouwkundigen op HBO- en WO-niveau willen volgens Kleizen graag bij Ventiv Engineers werken. “Naast een persoonlijk ontwikkelingstraject geven we bijna iedereen die bij ons werkt een vast contract. Engineers hebben graag een stabiele werkbasis; die bieden wij! Na de aanstelling krijgt onze collega een assessment vanuit Siebert & Wassink aangeboden om zijn of haar persoonlijke ontwikkeling en ambitie gestalte te geven. Lienke uit het Broek is in deze de spil en coördineert dit traject tot in de perfectie. Wij zien in onze sector helaas nog vaak dat engineers te veel op een ‘eiland’ bivakkeren en zich onvoldoende kunnen ontwikkelen. Ze worden ingezet op één project of taak terwijl ze veel meer in hun mars hebben. Als die drive aanwezig is, zie je dat mensen bij ons echt kunnen excelleren.”

Goed werkgeverschap

Goed werkgeverschap en een “afspraak = afspraak mentaliteit” zijn volgens Kleizen essentieel om kwalitatieve collega’s te kunnen werven en zo lang mogelijk aan boord te houden. “Daardoor bieden wij een bepaalde toegevoegde waarde die gewaardeerd wordt. Ondanks de krapte in de arbeidsmarkt groeien we stevig door en zien we dat onze collega’s geregeld nieuwe collega’s aandragen; dit gebeurt in onze optiek niet als collega’s niet enthousiast zijn.”

Volgens de directeur-eigenaar worden de opdrachtgevers van Ventiv Engineers het best bediend als ze door optimaal gemotiveerde professionals worden geholpen. “Onze collega’s zitten vaak maanden of zelfs jarenlang op een project bij een bepaalde opdrachtgever. Behalve inhoudelijke kennis is een goede persoonlijke klik dan erg belangrijk. Ventiv collega’s weten dat er een goede organisatie achter hen staat waar ze altijd op kunnen terugvallen.” <

Nieuwe vestiging in Arnhem

Ventiv Engineers is vanaf september dit jaar uitgebreid met een nieuwe vestiging in Arnhem. Bart te Focht is het afgelopen jaar vanuit Hengelo, onder de vleugels van Martijn Baas, klaargestoomd om deze vestiging in Arnhem kwalitatief uit te bouwen. Het bedrijf wil zich naast Twente ook profileren in de regio Arnhem en op termijn in de regio Zwolle. Kleizen benadrukt wel dat Ventiv Engineers zich blijft focussen op de regio Oost-Nederland, “want dat past bij onze mentaliteit en cultuur.”

V.l.n.r.: Martijn Baas, Tom Kleizen, Lienke uit het Broek en Bart te Focht.

Met duurzame partners meer doen met gebruikt plastic: dat is het streven van SenS Interclean en EuroMouldings

“Het is tijd om bewustzijn te creëren bij consumenten wat plastic betreft. Re-use is een heel belangrijk onderwerp voor plasticgebruik, maar zeer zeker ook een heel erg lastig onderwerp. Het grootste deel van het plastic wordt op dit moment nog verbrand en dit zou niet meer moeten. Het zou ingezameld moeten worden om ofwel schoon gemaakt te worden voor re-use oftewel gerecycled moeten worden tot grondstof. Hoe krijg je alleen de consument zo ver dat hij al zijn plastic weer inlevert?”

Zo, de toon is gezet. We zijn aangeschoven in het kantoor van Harald Buitenhuis, operationeel directeur van SenS Interclean uit Hengelo. Ook aangeschoven: Erwin Wevers, manager engineering & QA van EuroMouldings. Dat bedrijf zit in Nijverdal. Beide bedrijven maken onderdeel uit van AST Kunststoffverarbeitung GmbH uit het Duitse Erndtebrück. Onderwerp van gesprek: het spoelen, hergebruiken of recyclen van plastic verpakkingen.

Reinigen en produceren

EuroMouldings is een extrusieblaasfabriek, legt Wevers uit. “Wij maken nieuwe producten, flessen vanaf 0,1 liter en jerrycans tot 25 liter. We beschikken over een aantal exclusieve blaasmachines, waar we de producten in verschillende kleuren en vormen produceren.”

SenS Interclean houdt zich bezig met het in- en uitwendig reinigen van kunststof verpakkingen. Dat doet het bedrijf met een volledig geautomatiseerd machinepark. “We zijn in staat om verpakkingen dusdanig te reinigen dat ze weer als nieuw gebruikt kunnen worden. We kunnen de verpakkingen ook repareren, testen op lekken of herkeuren, om te kijken of ze nog bruikbaar zijn voor waar ze ingezet gaan worden.” Is dat laatste niet het geval, dan komt recycling als optie om de hoek.

Duurzame samenwerking

Vanaf het moment dat beide bedrijven onderdeel werden van de AST Group is er sterk gekeken naar welke synergiën er mogelijk zijn. AST is erg druk bezig met het opzetten van een circulaire economie en EuroMouldings en SenS Interclean hebben

dit op streekniveau al opgezet. SenS Interclean zamelt plastic jerrycans in van klanten om ze te reinigen. Het deel wat niet terug kan naar de klant wordt op het bedrijf direct vermalen, waarop dit maalgoed op transport gaat naar EuroMouldings. In Nijverdal kunnen ze dit maalgoed weer gebruiken als grondstof om er nieuwe cans van te maken, die weer terug gaan naar de klanten waar ze van ingezameld zijn.

Wevers: “Hier zijn grote voordelen mee gemoeid. Als eerste is de keten van plastic zo gesloten. Het materiaal blijft binnen de groep aanwezig, we kunnen het iedere keer weer opnieuw gebruiken. Het tweede voordeel is dat we het materiaal dusdanig goed schoonmaken, dat we het materiaal direct weer kunnen inzetten in het productieproces van EuroMouldings. Er is geen extra extrusiestap nodig, zo besparen we erg veel energie. Daarnaast zitten de bedrijven zo dicht bij elkaar dat er nauwelijks transportkilometers bij komen kijken.”

Zonder chemie werken

Om het plastic geschikt te maken voor hergebruik, bijvoorbeeld in de blaasmachines van EuroMouldings, werkt SenS Interclean zo milieuvriendelijk mogelijk. Roy Kaalverink, technisch directeur bij Sanderman Groep, legt uit: “We maken heel veel chemie schoon, maar we gebruiken geen chemie om het water schoon te maken. Onze waterzuivering is zo ingericht, dat we alleen een fysische voorzuivering gebruiken, zonder additieven.

Daarna gaat het naar de biologische waterzuivering met daarin bacteriën die gewend zijn om ons afvalwater af te breken. Dat doen ze maar liefst voor 90 tot 95%.

Daarna gaat het water naar de rioolzuivering, waar het laatste beetje nog wordt afgebroken.”

Kaalverink vervolgt: “Wat helemaal uniek is: met alle 10.000 producten die we hier reinigen kunnen we ons rendement toch zo hoog houden. In de toekomst willen we naast het hergebruiken van ons eigen water ook onze eigen elektriciteit opwekken. Daarnaast willen we de warmte die in onze biologische reactor ontstaat ook bijvoorbeeld terugwinnen.”

Het probleem van inzamelen

In 2030 moet van alle geproduceerde plastic producten 50% uit gerecycled plastic bestaan. Volgens Buitenhuis en Wevers moet dat haalbaar zijn. Eerstgenoemde: “Het grootste probleem is: krijgt alles maar eens terug. Is er straks wel 50% om te recyclen in de kwaliteit die nodig is voor bijvoorbeeld de cans die EuroMouldings produceert? Dat zorgt nog voor een hele uitdaging straks. Mensen gooien veel eenmaal gebruikt plastic bij het afval, waarna het in de verbrandingsoven gaat. Dat moet echt anders.”

“We hebben zo’n vijftien plaatsen in Duitsland, Denemarken, Nederland, België en Engeland – dat zijn de voorlopers in dit traject – waar we materialen verzamelen. Je wilt immers niet kilometerslang materiaal gaan transporteren. Het is beter om het ter plekke te vermalen, bijvoorbeeld bij SenS Interclean en het dan op transport zetten naar Nijverdal. Vergelijk maar eens: een hele vrachtwagen vol lege jerrycans is ongeveer 2000 kilo. Als je een heel transport met vermalen plastic vervoert, is dat liefst 20.000 kilo! Dat scheelt een factor 10.”

Duurzame partners

Als nieuw initiatief is Circular PACKaging Solutions (www.cipacks.com) opgericht. Hierbij

werken alle bedrijven van AST samen om de inzameling, verwerking en verdeling van ingenomen plastic beter georganiseerd te krijgen in Europa. “We proberen niet alleen zo duurzaam mogelijk met plastic om te gaan maar ook met onze klanten, onze partners maar vooral ook met ons personeel. Deze laatste leiden we zelf veel op. Ons personeel is ons kapitaal, daar investeren we graag in. Net als in ons netwerk. We hebben beide nodig!” <

Duurzaam koelen en verwarmen met economisch rendement

Voor TIZ Klimaat- en koudetechniek uit Rijssen staat het bieden van een klantspecifieke oplossing voor zijn koel- en klimaatbehoefte voorop. Duurzaamheid staat daarbij zeker hoog in het vaandel, alleen de investering moet wel op lange termijn passen in de portemonnee van de eindgebruiker en economisch op maat worden gesneden. ”Het is de kunst om met zo min mogelijk vermogen van de installatie het gebouw van het gewenste klimaat te voorzien”, aldus directeur Hans Zwoferink.

Van oudsher waren of (zijn nog steeds) installateurs gewend om werktuigbouwkundige installaties groter te dimensioneren om een buffer over te houden voor de warmte- en koelbehoefte van een gebouwgebruiker. Van dat principe wenst TIZ Klimaat -en koudetechniek af te stappen. Niet alleen voor een beter milieu, maar zeker ook om de eindgebruiker te behoeden voor onnodig hoge exploitatiekosten. “Door de koel- en warmtebehoefte van elke gebruiker van te voren nauwkeurig te inventariseren kunnen we een totale installatie op maat bieden. Dat betekent in principe met zo min mogelijk vermogen een ruimte verwarmen of koelen, die wel voldoet aan de comfortwensen van de eindgebruiker. Door de gebouwschil degelijk te isoleren en de installatie op een goede manier elektronisch in te regelen kunnen we onze visie gestalte geven.”

Maatwerkoplossingen

Volgens Zwoferink onderscheidt TIZ Klimaaten koudetechniek zich in de markt door het daadwerkelijk leveren van maatwerkoplossingen voor de opdrachtgevers. De klanten bestaan voor pakweg 70% uit professionele installateurs die w-installaties uitvoeren voor gebruikers van utiliteitsgebouwen en 30% direct in opdracht van retailers die een klimaatsysteem in hun winkel gerealiseerd willen hebben. De Rijssense onderneming doet zaken met veel installateurs in Oost-Nederland, maar het

werkgebied is in feite heel Nederland. Wat de retailklanten betreft zit TIZ Klimaat -en koudetechniek vaak aan tafel met de architect die de winkelruimte ontwerpt. “Wij denken direct mee met de ontwerper hoe een klimaat- of koelinstallatie moet worden ingepast. Het gaat daarbij niet alleen om de energieprestatie maar ook om de esthetische inpassing van bijvoorbeeld de componenten en de ventilatiekanalen.

Economisch rendabel

TIZ Klimaat- en koudetechniek past de installatietechniek aan bij de functie en grootte van de individuele ruimte. Want elke ruimte is anders en moet qua koeling en verwarming dus anders benaderd worden. “Elke oplossing moet economisch rendabel zijn, maar tegelijkertijd ook duurzaam”, schetst Zwoferink. “Door bijvoorbeeld de warmte die ’s morgens vrijkomt bij het koelen van een oostgevel te benutten voor de verwarming van ruimten aan de westzijde. En ’s middags bewandel je installatietechnisch de omgekeerde weg. Door de situatie eerst goed in ogenschouw te nemen kunnen we bestaande en bewezen technieken gericht inzetten en combineren.”

Complexe markt

De orderportefeuille van het bedrijf is behoorlijk gevuld en vertoont een stabiel beeld.

TIZ Klimaat- en koudetechniek wil wel groeien, maar de markt zit momenteel vol met haken en ogen. Zie maar eens het juist

Compacte organisatie

Volgend jaar bestaat TIZ Klimaat- en koudetechniek exact 20 jaar. Sinds haar oprichting heeft het bedrijf de organisatie bewust compact gehouden. Er zijn tien monteurs aan boord, waarvan twee in de service -en storingsdienst. Drie medewerkers zitten in de binnendienst en de rest werkt in de project -en werkvoorbereiding met Hans Zwoferink in de directie. “We willen zeker niet te groot worden en vooral persoonlijk met onze opdrachtgevers blijven omgaan. Hun belang dienen vormt ons belangrijkste uitgangspunt.”

gekwalificeerde personeel te krijgen en projecten op tijd te voltooien. Veel (deel) componenten worden momenteel niet op tijd geleverd of er worden zelfs geen levertijden afgegeven. “Geregeld moeten onze mensen terugkomen bij een project dat in fasen wordt opgeleverd. Dat zorgt voor extra kosten die we niet bij onze opdrachtgevers kunnen doorberekenen. We hebben al een extra hal gehuurd om grotere hoeveelheden componenten te kunnen opslaan, zodat we leveringsbetrouwbaarder zijn. We verzoeken onze opdrachtgevers om zo tijdig mogelijk hun aanvragen bij ons neer te leggen.” <

Hét transitieteam voor het mkbmaakbedrijf

Voor veel bedrijven was het na de uitbraak van het coronavirus geen ‘business as usual’ meer. Zo ook voor Vosteq in Almelo. Daarom hebben deze veranderexperts in smart manufacturing de stille coronaperiode gebruikt om hun bedrijfsvoering tot dan toe grondig onder de loep te nemen. Het resultaat? Een nieuwe, unieke en succesvolle propositie. We spraken erover met Harry van de Vosse en Willem Lenselink. Beiden zijn directeur en eigenaar van Vosteq.

Vosteq begeleidt bedrijven in de maakindustrie bij het creëren van meerwaarde en bij het implementeren van een toekomstbestendig productieproces. “We richten ons specifiek op het mkb-maakbedrijf”, vertelt Van de Vosse, die Vosteq in 2005 oprichtte. “Grote productiebedrijven hebben de benodigde expertise vaak zelf in huis, maar dit is in de mkb-maakindustrie meestal niet het geval. Een mkb-maakbedrijf is slank georganiseerd met focus op de operatie, waarbij ‘de waan van de dag’ regeert. Extra capaciteit voor het doorvoeren van benodigde veranderingen ontbreekt. Denk daarbij aan innovaties,

proces- en ketenoptimalisatie, robotisering, digitalisering en teamontwikkelingen. Dit zijn precies de transitieprocessen waarin Vosteq is gespecialiseerd.”

Innovation as a Service

Voorbeelden van transitieprocessen waar Vosteq zich in de mkb-maakindustrie op toelegt zijn Smart Industry, Servitization, duurzaamheid en circulariteit, personeel en productiviteit, bedrijfsoverdracht en lokaal produceren. Deze transities worden op locatie bij de klant begeleid. Iets wat na de uitbraak van de coronapandemie lang

onmogelijk was. “Er kwam ineens tijd vrij om onze eigen bedrijfsvoering tot dan toe te evalueren”, aldus Lenselink. “Ons team bestond voor corona uit vier personen. Daardoor moesten we in projecten continu een andere pet opzetten. De ene dag adviseerden we bijvoorbeeld de directie en op de andere dag werkten we samen met de medewerkers op de werkvloer aan de implementatie van een nieuw proces of automatisering.”

Tijdens de stille coronaperiode concludeerde Vosteq dat er verschillende rollen nodig zijn in een transitie. Van de Vosse: “Daarop besloten we contact te zoeken met experts in de mkb-maakindustrie, waaronder voormalige directeuren van productiebedrijven en jonge ondernemers in onder andere digitalisering.” Met elkaar hebben ze gebrainstormd over het plan dat naadloos aansluit op de behoefte van het mkb-maakbedrijf. Dit heeft geleid tot de oprichting van de coöperatie, het Vosteq Expert Team U.A. Lenselink: “Samen met deze experts kan Vosteq de markt nog beter op

maat bedienen en de impact vergroten, oftewel bijdragen aan de bedoeling en doen wat nodig is.”

Transitieregisseur

Waar Vosteq zich voorheen richtte op afgebakende projecten, vervult het bedrijf nu een faciliterende rol als de regisseur en begeleider in de transitie en bij innovaties. Besluitvorming, bijsturing en evaluatie vinden plaats via de stuurgroep, met aandacht voor het bereiken van de toekomstbestendige horizon via resultaten op korte termijn. Lenselink: “We willen de kosten voor onze dienstverlening binnen een half jaar tot een jaar meetbaar terugverdienen.”

Het team van Vosteq bestaat inmiddels uit meer dan twintig specialisten en dat aantal groeit nog steeds. Datzelfde geldt voor de omzet die sinds de oprichting van de coöperatie in 2021 verdrievoudigd is. Toch is omzetgroei nooit het belangrijkste doel geweest. “Vosteq wil bijdragen aan een toekomstbestendige maakindustrie en samen

met ondernemers werken aan de kracht en het potentieel in hun mkb-maakbedrijf”, besluit Van de Vosse. “In rendabele en behapbare stappen helpen groeien naar een toekomstbestendige horizon.” <

Met dank aan Hemabo in Hengelo, waar deze foto genomen is. Hemabo maakt nauwkeurige producten uit hoogwaardige kunststoffen en is al jarenlang klant van Vosteq.

Nieuwe vestiging voor forwardingspecialist E. van Wijk op XL Businesspark vergroot mogelijkheden

Vanuit de kamer waar we zitten, hebben we een mooi uitzicht over de A35. Die kamer is in de nieuwe vestiging van E. van Wijk Forwarding op het XL Businesspark Twente in Almelo. Die werd op 18 juni geopend met een mooi feest. Eén van de sprekers was Milou Meijer. Logisch, want zij is vanaf maart de Managing Director van het bedrijf. Een gesprek met haar over de onderneming, waaronder bekende namen vallen (Twentepoort Logistiek, Twentrex, Cargorilla Logistics, Himex Logistics, TwenPack en sinds kort ook RUGO Logistics), haar plannen en de toekomst.

Meijer is geen onbekende in de forwardingbranche en zeker ook niet bij E. van Wijk. Ze bekleedde verschillende functies binnen Himex Logistics, dat vooral gespecialiseerd is in evenemententransport en farmatransport richting Oost-Europa en de Centraal Aziatische republieken. “Ik ben eigenlijk steeds mee- en doorgegroeid met de organisatie. Himex is in 2014 overgenomen door de E. van Wijk Groep, in 2019 volgde de Twentepoort Groep en sinds vorig jaar valt ook RUGO Logistics onder de E. van Wijk Groep. Eerst in Wierden, waar Twentepoort toen zat, en nu dus sinds dit jaar in dit nieuwe pand op het XL Businesspark Twente.”

Forwarding vanuit Almelo

De E. van Wijk Groep is actief in zowel transport als forwarding. “Als je het over transport hebt, dan gaat het om goederenvervoer met eigen vrachtwagens, dus een traditioneel transportbedrijf. E. van Wijk heeft daar vestigingen voor in Roemenië en Polen en de hoofdvestiging van het bedrijf in het Brabantse Giessen. De tweede tak van sport, waar wij dus in Almelo vooral mee bezig zijn, is forwarding. Wij hebben geen eigen wielen.”

“Dat zou eventueel een vrachtwagen van E. van Wijk zelf kunnen zijn, maar we werken samen met talloze partijen. Transporteurs hebben

vaak een sterke voorkeur voor een bepaald gebied of land. Van Wijk heeft dat bijvoorbeeld met Roemenië, Polen, Zuid-Duitsland, Oostenrijk, Italië en de Benelux. Als een klant zich dan bij ons meldt met een transport naar Azerbeidzjan, dan kunnen we daar dus niet onze ‘eigen’ wielen voor inzetten.”

“We hebben een zéér betrouwbaar netwerk. Daar zijn we van afhankelijk. We hebben door de jaren heen een sterke band met verschillende bedrijven ontwikkeld.”

Verschillende soorten transport en logistiek

De overname van onder meer de Twentepoort Groep betekent dat E. van Wijk Group vrijwel alle soorten van logistieke dienstverlening kan aanbieden. Op de website onderscheidt het bedrijf huif- en kooiaaptransport, chemisch transport, farmaceutische goederen, forwarding, douaneformaliteiten, warehousing,

E. van Wijk, het bedrijf

De huidige directeur van het transportbedrijf Ewout van Wijk is de kleinzoon van de man met dezelfde naam die het bedrijf in 1948 begon in Genderen. Ad van Wijk zoon van de oprichter en vader van de tegenwoordige eigenaar, bracht als directeur het bedrijf tot wat het nu is. Het logistieke bedrijf is gestaag gegroeid tot wat het nu is: een bedrijf met 675 medewerkers, gevestigd in vier landen, met 335 eigen vrachtwagens. Het bedrijf rijdt rond met de slogan As Promised, niet alleen een kreet, maar een echte doelstelling.

groupage- en deelladingen, vervoer van versproducten en full truck loading. Ga er maar aanstaan!

“Met TwenPack bieden we bijvoorbeeld

E-fulfilment aan voor webshops die eigenlijk net te groot worden om het logistieke proces in eigen hand te houden. Die komen dan naar ons toe voor het opslaan van hun goederen en het verwerken van orders. Het gaat dan vooral om scale-ups: webshops die echt aan het groeien zijn en de logistiek niet meer zelf aankunnen. In Wierden hadden we een derde van de opslagcapaciteit ten opzichte van nu. En daarnaast zijn we door de stap hiernaartoe ook meer naar de traditionele warehousing gegaan. Dus niet alleen maar voor webshops het logistieke proces uit handen nemen, maar ook

voor klanten die we hier bedienen op forwarding-gebied. Niet alleen orders picken en packen, maar ook de in- en outbound van pallets, volledige vrachten en containers omladen. We hebben hier 7000 m2 warehouse van twaalf meter hoog, we kunnen rond de achtduizend pallets opslaan. We hebben nu uitbreidingsmogelijkheden tot wel tienduizend pallets, kunnen dat gefaseerd uitbouwen. We hebben ervoor gekozen om brede gangen in het warehouse te hebben, maar we zouden ook nog voor smallere gangen kunnen gaan. Of andere, efficiëntere, oplossingen.”

Ambities genoeg

Ondanks het grotere warehouse met nog meer groeimogelijkheden, is dat niet de tak waar Meijer de enige potentie ziet. “Met forwarding kun je nog veel meer uitbreiden. Niet alleen qua volume, maar ook als het gaat om extra dienstverlening aan de klanten. De Twentepoort Groep had vanaf het begin de focus op groei via online marketing. Wat wij heel belangrijk vinden, is focus. Je kunt wel zeggen dat je alles kunt, maar dan heb je juist geen focus. Twentepoort is ooit begonnen als Oost-Europa-specialist. Daar kwam Twentrex bij voor spoedtransport, Twenpack voor warehousing.”

“We hebben een duidelijke strategie geformuleerd, waarin het succesvoller maken van onze klanten centraal staat. Dat doen we door ons de komende jaren te richten op de ontwikkeling van ons personeel en netwerk en

op het gebied van IT. Maar het uitvoeren van de strategie doe ik niet alleen, we hebben die als management samen geformuleerd. Gerwin Teunis heeft als Manager Sales & Marketing de focus op het succesvoller maken van onze klanten. Emiel Mensink, Manager Operations, richt zich op ons betrouwbare netwerk en Dirk Jan Bouman zorgt als Manager Finance & Control dat we ‘in control’ zijn. Als team dragen we de strategie uit en werken, samen met onze medewerkers, met veel enthousiasme naar onze doelstellingen. Al onze 65 medewerkers dragen op hun eigen manier bij aan de strategie.”

Oekraïne

“Himex Logistics was destijds ook een welkome aanvulling voor E. van Wijk, want die hadden al een vestiging in Oekraïne en Himex richtte zich ook sterk op dat land. Nu hebben we daar in Lviv nog steeds een vestiging, met vijf eigen vrachtwagens. “We zijn daar gevestigd aan de Poolse grens.” Op het moment van schrijven was het daar relatief veilig. “In het begin van de oorlog heeft ons warehouse vol gestaan met spullen, om ze in veiligheid te brengen. Het gros van wat we naar Oekraïne brengen, is farmaceutisch. We hebben daar een farmaceutisch distributiebedrijf als klant, maar we distribueren ook andere goederen. Producten brengen gaat goed, maar terug – wat je natuurlijk het liefst wil – is moeilijker. Momenteel gaan de werkzaamheden door, wel in mindere mate, maar het belangrijkste is dat de mensen veilig zijn. Voor zover je dat in die situatie kunt zeggen.” <

High-Tech Offset volgens Veldhuis Media

We produceren het drukwerk volgens de ISO 12647-2 norm. Het is dé standaardnorm voor offsetdruk. Hierdoor garanderen wij een voorspelbare kwaliteit. Je wensen en ons drukproces naadloos op elkaar aangesloten. Hierdoor krijg je het kwaliteitsdrukwerk mooi op tijd en toch voordelig.

Snel en voordelig het drukwerk op de plaats van bestemming.

catologi en Dat kunnen we. Als geen ander.

Magazines en boeken drukken, dat kunnen we als geen ander.

MAAKINDUSTRIE STREEFT NAAR MEER

REGIONALE SAMENWERKING

‘Hier heerst de juiste mentaliteit voor wonen en werken’

Oost-Nederland is bij uitstek dé regio waar bedrijven in de maakindustrie zich graag vestigen en waar ze ook floreren. Wat maakt onze regio voor ondernemers zo’n ideale uitvalsbasis? We vroegen zes ondernemers hun kijk op het (industriële) bedrijfsleven te delen. Wat opvalt is de veelzijdigheid van deze bedrijven en de korte lijnen onderling. Daarnaast wordt de no-nonsens mentaliteit van de regio geprezen en wordt gestreefd naar (nog) meer lokale groei en samenwerking. Dat laatste lukt nog niet echt met ‘grote buur’ Duitsland.

Vertel kort iets over uw organisatie: wat maakt deze onderneming bijzonder?

Richard Groot, directeur-eigenaar van Artech Rubber: Wij maken o-ringen, rubberafdichtingen en rubbermetaaldelen voor de maakindustrie. Wij zijn bijzonder omdat wij kunnen mee-ontwikkelen, snel monsters kunnen maken in onze eigen matrijzenmakerij en omdat wij zowel conventioneel als halfautomatisch en volautomatisch kunnen produceren. Wij kunnen dus zowel kleine als

grote series (prijstechnisch interessant) lokaal produceren. Bovendien hebben we hele korte lijnen binnen onze organisatie en hebben we zeer veel kennis van materialen, applicaties en toepassingen.

Marcel Eekelder, mededirecteur van de Eeftink Rensing Groep: Wij zijn specialist in constructiewerk, dak- en wandtechniek, bedrijfsdeuren, special trailerbouw, spuitwerk, stralen en schooperen. Wat de Eeftink Rensing Groep bijzonder maakt is de veelzijdigheid in

Marcel Eekelder vormt samen met Albert Willemsen de directie van de Eeftink Rensing Groep. .

“Wij zijn specialist in staalbouw, constructiewerk, dak- en wandtechniek, bedrijfsdeuren, special trailerbouw, spuitwerk, stralen en schooperen.”

de producten en werkzaamheden van onze bedrijven: Eeftink Rensing Staalbouw en Constructiewerk, ESVE Special Trailers en ESVE Spuiterij.

René Heupink, directeur-eigenaar van Esra Intern Transport: Esra is een servicegerichte organisatie die bestaat uit een importeurschap van Cesab Heftrucks en magazijntrucks. Wij hebben tevens een serviceteam dat het onderhoud en de storingen voor zijn rekening neemt. Bovendien hebben we een aparte afdeling die verantwoordelijk is voor het inrichten van magazijnen met stellingmateriaal.

Henk Landeweerd, directeur van MWA Steel BV: MWA Steel BV is een staal-servicecenter voor plaatwerk: een moderne toeleverancier voor de maakindustrie. Wij zijn een one stop shop voor plaatwerk van 0,5 tot 320 mm dik.

Rob van den Nieuwboer, voorzitter van Verenigde Maakindustrie Oost (VMO): VMO is van oorsprong opgericht vanuit de toelevering aan metaalnijverheid. Dat is later uitgebreid met machinebouw, automatisering en maakindustrie. Ons werkgebied is OostNederland omdat de maakindustrie kenmerkend is voor dit gedeelte van Nederland.

Wat betekent werken en ondernemen in Oost-Nederland voor u? Woont u hier zelf ook?

Van den Nieuwboer (VMO): Ik ben zelf Twentenaar en vind dit gedeelte van Nederland bijzonder mooi en waardevol. Er heerst een juiste mentaliteit voor werken en wonen.

Landeweerd (MWA Steel): Werken en ondernemen in Oost-Nederland is voor mij natuurlijk. Ik ben er opgegroeid en ik ben er trots op van oorsprong Twentenaar te zijn. Noeste arbeid en een no-nonsense houding is Oost-Nederland niet vreemd. Daarom vind je hier mooie maakindustrie. Na jarenlang in het buitenland te hebben gewoond, woon ik weer in Oost-Nederland en wel in het uiterste westen van Twente.

Rob van den Nieuwboer, voorzitter van Verenigde Maakindustrie Oost (VMO).

“Wij bieden activiteiten en ondersteuning aan onze (industriële) leden.”

René Heupink, directeur-eigenaar van Esra Intern Transport.

“Wij zijn totaalleverancier van intern transport: wij richten magazijnen in en leveren alle benodigde machines hiervoor, zoals heftrucks, magazijntrucks en andere middelen.”

Esra Intern Transport: ‘Onze klanten uit de grensstreek nemen steeds vaker net over de grens panden in gebruik, die mogen wij dan beleveren’

Heupink (Esra Intern Transport): Wij zijn samengegaan met Pallettruck Twente en mijn eigen roots liggen ook in Twente.

Eekelder (Eeftink Rensing): ER Staalbouw werkt voornamelijk in de regio en wordt gekenmerkt door korte lijnen en vertrouwen: afspraak is afspraak. ESVE Special Products werkt ook voor klanten buiten de regio. De naam zegt het al: voor specifiek op maat gemaakte producten weet men ons te vinden. ESVE Spuiterij werkt - naast voor onze eigen bedrijven - ook voor derden in de regio. Zelf woon ik ook in Lichtenvoorde, onze vestigingsplaats.

Groot (Artech Rubber): Werken in OostNederland is voor ons ideaal, vanwege de goede mentaliteit van de mensen en het feit dat heel veel van onze klanten in de maakindustrie hier gevestigd zijn. Zelf woon ik ook in de regio: in Almen, vlak bij Zutphen.

Wat is voor u de meest zwaarwegende reden om in Oost-Nederland te werken?

Heupink (Esra Intern Transport): Mijn vader komt uit Overdinkel, vooral om die reden wilde ik in het oosten van het land werken. Nu woon ik in Apeldoorn, maar ik doe veel zaken in Twente.

Groot (Artech Rubber): Eigenlijk omdat het bedrijf voor ik het overnam al in Zutphen gevestigd was.

Van den Nieuwboer (VMO): Oost-Nederland biedt veel takken in onder andere de industrie, en daarmee veel mogelijkheden tot het opstarten en de ontplooiing van bedrijven. Daarnaast is het naastgelegen Duitsland wereldwijd leading als het gaat om metaalnijverheid, machinebouw en maakindustrie in het algemeen.

Eekelder (Eeftink Rensing): Wij werken al jarenlang bijna uitsluitend in de regio vanwege de goede contacten met onze opdrachtgevers. Zij hechten net als wij waarde aan relaties, kwaliteit, afspraken nakomen en een goede prijsverhouding. Ook ons personeel komt nagenoeg allemaal uit de omgeving; op minder dan tien kilometer afstand van het bedrijf.

Landeweerd (MWA Steel): Familiebanden vormen de belangrijkste reden. Daarnaast het netwerk, de contacten en de mentaliteit van

Artech Rubber:

werken. De ligging van ons bedrijf in het westen van Oost-Nederland, net ten noorden van knooppunt Beekbergen A1 / A50, is perfect. Als toeleverancier hebben wij hiermee een uitstekende aansluiting op het wegennet in alle windrichtingen.

Met wat voor lokaal gevestigde bedrijven werkt u nauw samen? En werken uw collega-ondernemers in Oost-Nederland veel samen?

Landeweerd (MWA Steel): Als one stop shop werken wij samen met verschillende lokaal gevestigde bedrijven. Deze partners hebben wij geselecteerd op kwaliteit en leverbetrouwbaarheid.

Heupink (Esra Intern Transport): Wij hebben binnen onze bedrijvengroep ook een aantal metaalbedrijven: DGS Haaksbergen, Abbink Metaal en Keizers Metaal. Daarnaast kijken wij ook heel graag lokaal naar leveranciers.

Richard Groot (rechts), directeur-eigenaar van Artech Rubber.

“Wij produceren O-ringen, afdichtingen, rubber- en rubbermetaalproducten.”

‘We werken zo goed mogelijk samen, zodat onze klanten maximaal profiteren van onze flexibiliteit’

VMO: ‘Wij versterken en bevorderen de onderlinge samenwerking en contacten’

Keert het tij zich voor uw onderneming? Nysingh schetst voor u het speelveld, de te volgen routes en oplossingen. Met ons advies maakt u weloverwogen keuzes.

Thuis in het ondernemen. Onze advocaten en notarissen kennen de weg in de wereld van ondernemingen.

Groot (Artech Rubber): Met veel klanten hebben wij een partnerrelatie. We proberen zo goed mogelijk samen te werken, zodat onze klanten maximaal kunnen profiteren van onze flexibiliteit. We werken ook samen met bedrijven in de regio die componenten leveren, zoals metaaldelen die nodig zijn voor onze rubbermetaalproducten. En we werken samen met collega-bedrijven die iets kunnen wat wij niet kunnen en andersom: zo helpen we elkaar.

Van den Nieuwboer (VMO): Allereerst natuurlijk de grotere producenten en uitbesteders zoals Thales, Siemens, Apollo Vredestein en TKF. Daarmee ook het gehele scala aan toeleveranciers hiervoor en met name - en in het bijzonder - de leden van de VMO die zich hierin kenmerken.

Eekelder (Eeftink Rensing): Wij werken in de staalbouw voor veel regionale aannemers en we werken met collega-bedrijven: bij teveel of juist te weinig werk doen we een beroep op elkaar. Voor ESVE Special Trailers en ESVE

Spuiterij werken we ook vrij veel voor regionale bedrijven, ook komen de onderdelen uit de regio.

Hoopt u dat uw organisatie binnen vijf jaar meer lokaal samenwerkt en produceert?

Eekelder (Eeftink Rensing): Dit is een streven waar wij zeker aan willen blijven werken.

Landeweerd (MWA Steel): Ja, ik denk ook dat het alleen maar op deze manier kan. In het kader van Smart Industry en bijvoorbeeld ketenintegratie, moet je synergiën vinden en elkaar versterken. De informatie-uitwisseling gaat steeds sneller en de efficiency moet omhoog. Zo kunnen we onze concurrentiepositie in Oost-Nederland borgen richting de toekomst.

Van den Nieuwboer (VMO): Wij doen als vereniging ons best de onderlinge samenwerking en contacten te versterken en te bevorderen.

Groot (Artech Rubber): Ja, ons doel is om op de huidige locatie verder te groeien.

Heupink (Esra Intern Transport): Dat willen wij heel graag!

Werkt u ook samen met bedrijven net over de grens in Duitsland?

Groot (Artech Rubber): Wij zetten wel producten weg over de grens, maar we hebben er geen samenwerkingen.

MWA Steel:

Van den Nieuwboer (VMO): Er zit veel potentieel over de grens, maar de praktijk is dat je iets bijzonders moet bieden om daadwerkelijk tot samenwerking te komen. Veel van hetgeen in Nederland wordt aangeboden is ook in Duitsland zelf aanwezig, qua prijs- of kostprijsniveau verschillen we ook niet veel.

Heupink (Esra Intern Transport): Wij zien dat onze klanten uit de grensstreek steeds vaker net over de grens panden in gebruik nemen. Die mogen wij dan vanuit Nederland beleveren.

Eekelder (Eeftink Rensing): Nee. We hebben dit wel geprobeerd, maar het is en blijft een lastig verhaal. Daarbij spelen ook de prijzen een belangrijke rol.

Landeweerd (MWA Steel): Nee, wij zijn denk ik net te ver verwijderd van de Duitse grens en hebben hier de samenwerking nog niet opgezocht.

Henk Landeweerd, directeur van MWA Steel. “Onze belangrijkste bedrijfsactiviteit is metaalbewerking en plaatwerk.”

‘In het kader van Smart Industry en ketenintegratie moet je synergiën vinden en elkaar versterken’

Eeftink Rensing Groep:

‘Onze opdrachtgevers hechten net als wij waarde aan relaties, kwaliteit, afspraken nakomen en een goede prijsverhouding’

In Zwolle bouwen bedrijven samen aan ‘fabriek van de toekomst’

Het is drie jaar geleden dat innovatiecentrum Perron038 haar deuren in Zwolle opende. Met inmiddels 21 partners uit de regio wordt in het voormalig NS gebouw gewerkt met en geleerd van de nieuwste technologie voor de maakindustrie. Het initiatief groeit en maakt zich op voor de volgende halte: de bouw van een hypermoderne faciliteit waar het mkb en studenten uit de regio gebruik van kunnen maken. Geïnspireerd raken, leren en daadwerkelijk testen in de fabriek van de toekomst.

Flinke uitbreiding machinepark

Wie Perron038 in Zwolle bezoekt ziet een breed scala aan technologie staan. Van robots en cobots tot een grote 3D metaalprinter. In projecten met bedrijven en studenten zijn de afgelopen jaren succesvolle use-cases, demonstrators en lesmaterialen ontwikkeld.

“De opgedane kennis wordt onder de partners en bedrijven uit de regio gedeeld tijdens events. Een formule die werkt en waardevol is, maar het is tijd voor de volgende stap”, vertelt Piet Mosterd, bestuurslid van stichting Perron038 en Director External Affairs bij AWL-Techniek.

Die stap wordt gezet in de vorm van nieuwe apparatuur. Geen individuele robot of machine, maar een volledig ingerichte fabriek bestaande uit vijf technologie labs. Elk van de labs is gericht op een specifieke technologie. Projectleider Marco van Wijngaarden licht toe: “Denk bijvoorbeeld aan vision technologie, robotica of 3D-metaalprinten. Elke opstelling kan individueel gebruikt worden, maar is onderdeel van een geheel – data gedreven –fabrieks concept. Juist dat maakt deze innovatie faciliteit uniek.” Van Wijngaarden is vanuit zijn rol als Consultant Smart Industry bij Hollander Techniek betrokken bij het project.

Met dit concept is Perron038 in staat om de maakindustrie in (Oost-)Nederland te helpen met het beantwoorden van hun digitaliseringsof specifieke vraagstukken, aan de hand van demonstraties, workshops en specifieke trainingen. Maar de omgeving wordt ook beschikbaar gesteld voor studenten en

onderwijsinstellingen. De faciliteit vraagt om een flinke investering van Perron038 en haar partners en wordt aangevuld met een REACT-EU subsidie vanuit het Europees Sociaal Fonds.

Bedrijven aan zet

Een projectteam met afgevaardigden van machinebouwbedrijven actief op Perron038 werkt hard aan de concrete inrichting. Daarbij worden nieuwe technologische toepassingen in de markt nauwlettend in de gaten gehouden. Projectleider Marco: “We betrekken echter meer bedrijven. Deze faciliteit wordt voor het brede mkb in de regio gebouwd. We hebben onder andere aan 50 bedrijven in de maakindustrie gevraagd welke technologie voor hen belangrijk is. En op welke manier ze gebruik willen maken van de faciliteit. De reacties nemen we mee in onze plannen.”

Wilbert van de Ridder, R&D Engineer bij AWL-Techniek, is een van de betrokkenen en verantwoordelijk voor het robotics & logistics lab. “In dit lab willen we een opstelling ontwikkelen waarin bedrijven met een assemblage vraagstuk concreet aan de slag kunnen. Zo starten we met een casus van Zehnder uit Zwolle. We onderzoeken mogelijke oplossingen om hun zeer lean geoptimaliseerde maar handmatige assemblageproces te automatiseren. We ontwikkelen en testen mogelijke oplossingen maar vergaren óók inzicht in verdere implicaties voor het proces, het product en het bedrijf.” <

Een eerste ruwe schets van de faciliteit die Perron038 in 2023 hoopt te realiseren.

SAFETYPROOF GAAT VOOR STABILITEIT

‘Het gaat al tien jaar hartstikke goed’

Safetyproof Beveiligingstechniek BV bestaat tien jaar. Bij deze mijlpaal werd stilgestaan met een groot feest in het eigen pand in Oldenzaal. “We kochten dit pand drie jaar geleden, het is nu helemaal zoals we het willen. Leuk om dat te kunnen delen met collega’s, familie, vrienden, leveranciers en klanten”, vertelt eigenaar en directeur Raymond Neuber.

Neuber zit al 25 jaar in het beveiligingsvak. Hij begon als monteur en klom op tot medeeigenaar van een beveiligingsbedrijf. Tien jaar geleden startte hij zijn eigen onderneming. “Ik begon met één monteur, inmiddels hebben we een team van 25 mensen. Dat groeit wat mij betreft nog door tot 30 mensen, dan vind ik het genoeg. We draaien goed en hebben een gezonde basis. Ik houd niet van managementlagen, ik wil het graag beheersbaar houden.”

Ontzorgingspakket

Safetyproof biedt een breed pakket diensten aan. “We zijn destijds meteen begonnen met twee takken: de beveiligingstechniek, waaronder alles valt dat met installaties te maken heeft, en blussing: daarbij horen bijvoorbeeld blusmiddelen, maar ook BHV-artikelen en AED’s. We hebben bovendien een ontzorgingspakket, dat we aanbieden samen met vaste partners: dit omvat alles wat je binnen een pand kunt tegenkomen aan veiligheidsmaatregelen. Klanten vinden dit ideaal: ze hebben één aanspreekpunt voor alles dat ze nodig hebben.”

Intelligente camera’s

15.000 klanten

Safetyproof heeft een brede klantenkring met wel 15.000 klanten in heel Nederland. Daarbij horen onder andere de grote ziekenhuizen AMC en VUMC in Amsterdam. “Dat had ik nooit kunnen dromen. De meeste klanten komen via-via bij ons terecht, dat vind ik nog steeds bijzonder.” Safetyproof wordt niet voor niets door anderen aangeraden. “Wij zijn nuchter en staan met beide benen op de grond. Altijd je afspraken nakomen, zeggen wat je doet en doen wat je zegt: dat is de kracht van ons bedrijf, wij zijn écht servicegericht.”

Onderhoudscontracten

Ieder bedrijf heeft te maken met normen en wetgeving op het gebied van beveiliging. Of het nu om inbraak- of brandpreventie gaat: je installaties en middelen moeten op orde zijn. “Wij hebben veel klanten in bestaande bouw waarvoor we installaties en middelen vervangen die op leeftijd zijn, of die volgens de normen niet meer voldoen. We werken op projectbasis én we hebben een service- en onderhoudstak. Dat laatste gaat altijd door, daarom bieden we ook

De ontwikkeling van intelligente camera’s neemt momenteel een grote vlucht. “Waar rookmelders rook pas detecteren als het er al is, merken deze camera’s een temperatuurverandering in de ruimte al op. Enorm interessant, we volgen het dan ook op de voet en passen het waar mogelijk toe. Ik ben geen voorstander van het volledig vervangen van mensen voor techniek, maar het kan elkaar uitstekend versterken in het detecteren van gevaren.”

Safetyproof inspecteert, adviseert, ontwerpt, installeert, onderhoudt, certificeert, realiseert en beoordeelt. Dat doet het beveiligingsbedrijf op het gebied van beveiligingstechniek, beheerderstaken, blussing, bouwkundige brandpreventie en Sprinklerinstallaties. Wat deze dienstverlening exact inhoudt? Kijk op www.safetyproof.nl en neem gerust contact op.

onderhoudscontracten aan. Ik ben er trots op dat die eigenlijk nooit worden opgezegd: klanten waarderen onze dienstverlening en laten hun installaties graag door ons onderhouden en keuren.”

Langetermijnrelaties

Het beveiligingsvak verandert voortdurend. “Elke dag is anders, nieuwe technieken en ontwikkelingen houden ons scherp. Wij houden dan ook ontwikkelingsgesprekken met onze mensen, in plaats van beoordelingsgesprekken. Dan komt aan bod: welke opleidingen wil je volgen komend jaar? De techniek staat niet stil, dus wij ook niet.” Safetyproof trekt naast nieuwe klanten ook nog steeds nieuwe werknemers aan. “Ik vraag nieuwe mensen altijd eerst een paar dagen mee te lopen. Is het wat voor je? Dan tekenen we meteen een contract. Ik ga voor langetermijnrelaties met werknemers, leveranciers en klanten.”

Dat is dan ook het doel voor de komende tien jaar: bestaande relaties goed houden. “Ik hoef niet rijk te worden, stabiliteit is belangrijk. Als we plezier hebben en onszelf blijven ontwikkelen en vernieuwen, blijven we presteren. Waarom zou je meer willen? Als het goed is, is het goed.” <

Diensten

Unieke partner in industriële reinigingssystemen

Van zes aanvragen per maand naar twee aanvragen per dag: het afgelopen jaar zag Mafo Industrial Washing uit Hengelo de omzet met maar liefst 85 procent toenemen. Toch is het aantal medewerkers van deze gevestigde speler in industriële reinigingssystemen – een hecht team van 25 medewerkers – gelijk gebleven. Hoe dit kan? We vroegen het aan managing director Marcel Borkent.

Al meer dan 50 jaar is Mafo Industrial Washing, kortweg MAFO, gespecialiseerd in het ontwerp en de productie van industriële reinigingssystemen. Ongeacht om welke producten het gaat. Van kratten, pallets, containers en karren tot bijzondere vormen: er wordt altijd een oplossing op maat geboden. Dit doet MAFO met name voor bedrijven in de voedsel- en de metaalbewerkingsindustrie. In heel Europa. Ondertussen zijn er al meer dan 2500 wasmachines, afblaasinstallaties en drogers van de band gerold. Allemaal krachtige en onderhoudsarme machines die klanten verzekeren van schone productie-, transporten verpakkingsmiddelen.

Marketingcampagne

Sinds de oprichting heeft MAFO duurzame partnerships opgebouwd met een grote diversiteit aan klanten. Borkent: “Door de samenwerking met deze referenties hebben we machines ontwikkeld die al jarenlang perfect aansluiten bij de klantwens.” Maar ondanks de hoge klanttevredenheid bleven nieuwe aanvragen, en daarmee verkopen, achter. In plaats van de producten aan te passen, besloot MAFO de verkoopzijde te verbeteren. “We gingen op zoek naar specialisten in marketingstrategieën die het bereik, rendement en de klantwaarde verhogen. Deze specialisten vonden we in New-

Media uit Hengelo en CODE14 uit Rijssen. Samen zijn we een specifieke marketingcampagne gestart.”

De doelstelling was om klanten te zoeken die passen bij de producten. Eenmaal gevonden, weet MAFO zeker dat ze ook bij deze nieuwe klanten een hoge klanttevredenheid realiseren. “Tijdens de marketingcampagne hebben we ons onder meer verlaten op de feedback van onze bestaande referenties. Zij waarderen ons al om onze bewezen, innovatieve technologieën. We stelden onszelf de vraag ‘Waarom kiezen onze referenties nu juist voor ons en hoe kunnen we daar als bedrijf op aan blijven sluiten?’. Verder heeft het onderzoek naar klantidentificatie tot opmerkelijke nieuwe inzichten geleid. Bovendien heeft het ervoor gezorgd dat we niet alleen nieuwe klanten vinden, maar ook door ze gevonden worden.”

8 jaar fabrieksgarantie

Door deze succesvolle koerswijziging kan MAFO met recht een unieke partner worden genoemd in industriële reinigingssystemen.

Ook de garantieperiode die hierbij geboden wordt is uniek. “Veel concurrenten zéggen wel dat ze kwaliteit bieden, maar kunnen dit in de praktijk niet waarmaken. Wij wel. Voor al onze machines geldt een fabrieksgarantie van 8 jaar. We willen niet bekend staan als de goedkoopste leverancier maar als de partner die de beste kwaliteit levert.” De enorme omzetgroei laat zien dat deze insteek bewezen effectief is. Opvallend is dat de teamgrootte hetzelfde is gebleven.

Borkent: “Ik zeg altijd ‘Never change a winning team’. Hierbij is volledige transparantie naar onze medewerkers essentieel om groei te kunnen bewerkstelligen. Zonder gemotiveerd personeel kun je niks. We drinken iedere ochtend een bakkie koffie met elkaar en ook lunchen we samen.” Het duurzame partnernetwerk van MAFO draagt eveneens bij aan de groei. “We werken samen met een selecte groep bedrijven die thuis zijn in interne transportmiddelen en automatisering, waaronder DGS Processing Solutions uit Haaksbergen. We kiezen bewust voor lokale partners om direct op de klantvraag te kunnen reageren. Wel zijn we inmiddels uit ons jasje gegroeid. Daarom gaan we eind volgend jaar verhuizen naar een grotere locatie.” <

'We kiezen bewust voor lokale partners om direct op de klantvraag te kunnen reageren'

Harsfalt, een 100 procent biobased asfaltbinder

Met het oog op een duurzame toekomst is de wegenbouwindustrie op zoek naar een volledig natuurlijke asfaltbinder: een duurzaam alternatief voor bitumen. NTP richt zich al geruime tijd op de ontwikkeling hiervan. Dit doet de aannemer vanuit het eigen ingenieursbureau en door samenwerking binnen een consortium bestaande uit gerenommeerde partijen in de wegenbouw. Met succes. Onlangs werd het eerste proefvak aangelegd met Harsfalt, een 100 procent biobased asfaltbinder. Kijk op Oost Nederland sprak erover met Sander Heitbaum, algemeen directeur en mede-eigenaar van NTP, en Jeroen Buijs, manager Onderzoek, Ontwikkeling en Advies.

NTP is gevestigd in Hattem, Enschede en Angerlo en actief op het gebied van wegen, bodem, water, energie en advies. “Naast uitvoeringswerkzaamheden ligt onze focus op innovatie en duurzame groei”, vertelt Heitbaum. “NTP zoekt hierbij nadrukkelijk de samenwerking in de keten, door duurzame relaties aan te gaan met overheden, bedrijven en instellingen. Ons gezamenlijke doel is om de leefomgeving op infrastructureel en milieukundig vlak op een veilige en gezonde wijze functioneler en duurzamer in te richten.” De ontwikkeling van een 100 procent biobased asfaltbinder binnen het consortium is hier een concreet voorbeeld van.

Eigen ingenieursbureau

In de afgelopen jaren heeft NTP zich ontwikkeld van uitvoerend aannemer tot ketenregisseur. Heitbaum: “Onze medewerkers vervullen dan ook een grote diversiteit aan functies, waaronder tekenaars, calculators, meewerkende voormannen, uitvoerders en ga zo maar door.” Met ruim 250 medewerkers noemt NTP zichzelf een groot middenbedrijf. Tien jaar geleden werd daarbij een eigen ingenieursbureau opgericht. Hier leggen 18 specialisten zich dagelijks toe op onderzoek naar, en ontwikkeling van, vooral wegenbouw gerelateerde vraagstukken.

“We kregen vanuit de markt steeds vaker de vraag of we dit niet zelf konden doen”, zegt Heitbaum. “Door de ervaring en expertise die we in de jaren daarvoor hadden opgebouwd, durfden we deze stap wel te nemen. Daarnaast

Agenda 2030 – Global Goals

Bij NTP maakt Agenda 2030 een essentieel deel uit van het duurzaamheidsbeleid. Dit is ook het geval bij de opdrachtgevers van NTP. Daarom selecteert de aannemer bij elk project de Sustainable Development Goals, 17 Duurzame Ontwikkelingsdoelen, die naadloos aansluiten op het beoogde duurzaamheidsdoel van de opdrachtgever. Hierbij geldt SDG 17 – Partnerschap om doelstellingen te bereiken – altijd als basis voor het vormen van een bouwteam.

is het zo dat er in ons bedrijf een sterke focus ligt op innovatie. Dit zorgt er onder andere voor dat we een grote aantrekkingskracht hebben op jong talent in de regio. Zo hebben we momenteel 15 praktikanten die uiteenlopende opleidingen volgen.”

Grasfalt

Bij NTP begon het onderzoek naar een duurzaam alternatief voor bitumen in 2017. Bitumen is de fossiele binder in asfalt en wordt van oudsher toegepast in de wegenbouw. Het is echter een restproduct van de verwerking van aardolie en daarmee allesbehalve duurzaam. Hier komt bij, dat de beschikbaarheid van bitumen steeds schaarser wordt en dat de kwaliteit sterk uiteen kan lopen. “Onze focus lag aanvankelijk op een gedeeltelijke vervanging van bitumen door een natuurlijke bindstof”, licht Buijs toe. “Dit onderzoek hebben we samen met Miscancell verricht.” Miscancell produceert op duurzame wijze hoogwaardige cellulose uit miscanthus, beter bekend als olifantsgras.

Buijs: “Van Olifantsgras wordt naast de cellulose ook het biobased bindmiddel lignine gemaakt waarmee een deel van bitumen vervangen kan worden. Op basis hiervan

hebben we het innovatieve asfaltmengsel Grasfalt ontwikkeld, waarmee tot 50 procent van bitumen vervangen wordt door lignine uit olifantsgras. Met Grasfalt realiseren we een enorme besparing van fossiele grondstoffen en een forse CO2-reductie.” In 2018 werd het eerste proefvak met Grasfalt aangelegd op een fietspad in Zevenaar. Daarna volgden diverse projecten, waaronder een keerlus voor bussen bij de Universiteit Twente in Enschede, een rotonde in Assen, het bedrijventerrein van Hattem en toegangswegen rondom Arnhem.

Harsfalt

Na de succesvolle ontwikkeling en implementatie van Grasfalt, zette NTP de volgende stap richting het einddoel: bitumen volledig vervangen voor een biobased asfaltbinder. Vanuit de drijfveer om samen te werken en kennis te delen is NTP daarom in 2020 toegetreden tot een consortium. Dit consortium bestaat behalve NTP uit Miscancell, waarmee Grasfalt werd ontwikkeld, het Asfalt Kennis Centrum B.V. (AKC), BMI Esha, Mourik Infra, de Vermeulen Groep, ReintenInfra B.V. en de Versluys Groep. Binnen dit consortium is het 100 procent biobased bindmiddel Harsfalt ontwikkeld.

Onlangs werd het eerste proefvak met Harsfalt aangelegd. De eer van deze primeur viel te beurt aan de gemeente Assen. Om precies te zijn op de parallelweg van Graswijk, net voor het viaduct van de N33. Hoewel de ontwikkelingen rondom Harsfalt nog in de

‘NTP zoekt hierbij nadrukkelijk de samenwerking in de keten’

Sander Heitbaum – algemeen directeur en mede-eigenaar

kinderschoenen staan, stemmen de eerste resultaten zeer hoopvol. En dat is bijzonder, want voor zover bekend bij Buijs, is er wereldwijd nog geen proefvak met een volledig natuurlijke asfaltbinder aangelegd. Op onze vraag of het consortium met Harsfalt wellicht aan de vooravond staat van iets groots, voert nuchterheid bij Buijs nog de boventoon: “Dat zou kunnen, er is al interesse getoond in Harsfalt, ook vanuit het buitenland. We zijn enthousiast, maar we willen eerst de resultaten van de proefvakken op langere termijn afwachten.”

Optimale invulling

Mocht Harsfalt inderdaad hét duurzame alternatief voor bitumen worden, dan is NTP er in ieder geval klaar voor. Het bedrijf staat dankzij de ontwikkeling van uitvoerend aannemer tot ketenregisseur inmiddels ook landelijk bekend. Heitbaum: “In onze beginjaren werkten we vooral samen met regionale

Jeroen Buijs – manager Onderzoek, Ontwikkeling en Advies

opdrachtgevers, met name met gemeentes. Dit doen we uiteraard nog steeds, maar we krijgen nu ook regelmatig aanvragen uit andere delen van Nederland.”

Het gegeven dat NTP op drie verschillende locaties is gevestigd, vormt hierin geen enkele belemmering. “We werken vanuit één systeem”,

Over NTP

verduidelijkt Heitbaum. “Daarnaast zijn de afstanden niet dusdanig groot dat reizen veel tijd vraagt. Bovendien huren we bij grote projecten altijd ter plaatse een basislocatie. Deze basislocatie is het centrum van waaruit we optimaal invulling kunnen geven aan de uitvoering van onze projecten.” <

De bedrijfsnaam NTP is een afkorting van Niemeijer, Tholen en Te Pas. Deze familiebedrijven in weg- en waterbouw hebben het bedrijf in 1997 opgericht om elkaars krachten te versterken. Op basis van gelijkwaardigheid, een gelijk gevoel en gelijke focus. Kernwaarden die anno 2022 nog steeds diep verankerd en herkenbaar zijn in de bedrijfsvoering van NTP.

www.ntp.nl

‘Er is al interesse getoond in Harsfalt, ook vanuit het buitenland’

Foto: Meint Brookman

OPEENSTAPELING VAN CRISISSEN VRAAGT OM

MULTIDISCIPLINAIRE AANPAK

“De lol van het ondernemen is er wel af” zei een ondernemer onlangs tegen mij. Ondanks dat ik dit zelf gelukkig nog niet voel, begrijp ik zijn uitspraak wel. Want kijk maar eens waar je nu als bedrijf mee te maken hebt; een enorme schuldenberg als gevolg van corona, stijgende kosten door inflatie, een enorme energierekening, een gebrek aan grondstoffen en aan medewerkers en hogere belastingen en loonkosten door het koopkrachtpakket van de overheid. Wanneer je dan als onderneming wilt uitbreiden om je stijgende kosten op te vangen of als je wilt verduurzamen, dan kan dat niet vanwege stikstof, netcongestie, regelgeving en trage vergunningverlening.

De opeenstapeling van crisissen zorgt voor een opeenstapeling van problemen bij bedrijven. Problemen die morgen ook niet weg zijn. Willen we die aanpakken dan moet dat multidisciplinair. Want daar waar de verschillende onderwerpen bij de overheid door verschillende ministeries, provincies en gemeenten worden behandeld, komen bij een bedrijf alle problemen samen.

Maar het begint met het besef dat bedrijven een belangrijke rol spelen om de groei te realiseren die nodig is om hogere kosten op te vangen, dat vergroening en verduurzaming in het bedrijfsleven en met name in de industrie moet plaatsvinden om klimaatverandering tegen te gaan en dat het ondernemingen zijn waar, in samenwerking met de wetenschap, de technologische oplossingen voor hedendaagse en toekomstige problemen vandaan komen. Bovendien zorgt een sterke industrie voor strategische zelfredzaamheid. Door de oorlog in Oekraïne en de coronacrisis weten we dat we minder afhankelijk van anderen moeten zijn.

In dat kader is de brief over industriebeleid die de minister van Economische Zaken & Klimaat begin juli naar de Kamer heeft gestuurd positief. Daarin wordt namelijk die rol en het belang van de industrie in de export, het bbp en de werkgelegenheid benoemd. De minister geeft aan te willen investeren, te willen aanjagen, te willen verbinden en ruimte te willen geven voor groei. Wanneer dat gepaard gaat met snelheid en daadkracht, de verschillende ministeries, provincies en gemeenten zich hier achter scharen en de regelgeving zo wordt aangepast dat deze bevorderend in plaats van belemmerend werkt, dan kunnen grote sta ppen gezet worden. Aan het bedrijfsleven zal het niet liggen, die willen wel. En misschien komt dan de lol in ondernemen weer terug. <

Marcel Hielkema

Voorzitter VNO-NCW Midden

ONBETWIST UW SPECIALIST

SERVICE & DIENSTVERLENING MET EEN GLIMLACH

Met de aanvullende diensten op het gebied van After Sales speelt u altijd op safe... Vorkheftrucks en magazijntrucks spelen een belangrijke rol in de logistieke keten. Een efficiënte en betrouwbare service is derhalve van vitaal belang voor de continuïteit van uw bedrijfsprocessen. De reden is heel eenvoudig: Als een truck stilstaat, komt de interne logistiek van uw bedrijf tot stilstand en daarmee ook de productie en vervolgens de distributie.