Van de bloemetjes en de bijtjes
IS DE BIJ VOORBIJ? Door: Marian Henderson
Niet alleen in Nederland, maar wereldwijd gaat het slecht met de bij. Vroeger kwam een enkele keer een dood bijenvolk voor. Tegenwoordig, sinds het jaar 2000, komt zo'n 30 tot soms zelfs wel 50 procent van de bijen de winter niet door. Bijenhouders zijn soms in tranen als ze weer een kast met duizenden dode bijen aantreffen. Hoe komt het toch dat zoveel bijen het loodje leggen? Kunnen we eigenlijk iets doen om de bij te helpen? En is het leuk om zelf bijen te houden?
Bijensterfte heeft verschillende oorzaken en die beïnvloeden elkaar onderling ook nog eens. In 2011 heeft het VN Milieuprogramma UNEP al een waarschuwingsrapport laten uitgaan waarin de bijensterfte alarmerend werd genoemd. Nederland kwam er ook in voor en beslist niet omdat het hier zoveel beter zou gaan. In Nederland leven 350 soorten bijen en meer dan de helft daarvan wordt met uitsterven bedreigd.
Bestrijdingsmiddelen Maar wat is er dan met de bijen aan de hand? Ten eerste hebben ze te maken met minder voeding en minder gevarieerde voeding. Waren vroeger onze weilanden en bermen bezaaid met de meest uiteenlopende wilde bloemen, tegenwoordig moeten de bijen het met monocultuur doen. Een kaal grasland, en overal maïs. De bij heeft simpelweg een te eenzijdige voeding, want in de late zomer heeft hij verschillende soorten stuifmeel nodig om de lange winter door te komen. Ook heeft de bij sinds het jaar 1983 te maken met de varraomijt, die vanuit Duitsland ons
land is binnengekomen. Deze mijt plant zich voort in bijenkorven en besmet de bijen met verschillende virussen. Bijen die toch al verzwakt zijn, sterven dan aan ziekte. Maar hoe komen die bijen verzwakt? Ten eerste moeten ze door voedselgebrek vaker en langer vliegen. Dat put ze uit. Maar er is nog een belangrijker reden: er worden veel bestrijdingsmiddelen gebruikt die de bij direct of op termijn ziek maken en doden. En een toch al zwakke bij is gevoeliger voor ziekten. Ook zijn er mensen die menen dat de elektromagnetische velden van telefonie en dataverkeer een negatieve invloed hebben. Maar dat is nog onvoldoende bewezen.
Gevolgen van uitsterven Het is niet alleen jammer voor bijenhouders dat de bij dreigt uit te sterven. Het is ellendig voor ons allemaal. 80% van de wilde bloemen wordt door bijen bestoven. En zo'n 60 tot 70 procent van de gewassen die we verbouwen. Voor onze groente en fruit zijn we dus rechtstreeks afhankelijk van het werk van de bij. En ook onze genotsmiddelen, zoals koffie en thee, worden verbouwd met behulp van bijenbestuiving. Het is niet denkbeeldig dat we na het uitsterven van de bij grote problemen krijgen met de voortplanting van onze gewassen. In delen van China worden appels al met de hand bestoven, of men ziet er maar helemaal van af. Einstein heeft ooit gezegd dat de mensheid vier jaar nadat de bij is uitgestorven, ophoudt te bestaan. Zo gruwelijk is het misschien niet. Maar dat we er door in de problemen komen is zeker. Alleen al omdat onze voedingsmiddelen schaarser en duurder worden. Ook zijn er bijen die zich speciaal
op één bloemensoort richten. Verdwijnt de bij, dan verdwijnt die bloem ook. Ook dat is dus schadelijk voor de biodiversiteit. Het verdwijnen van de bij zou een grote economische schade veroorzaken. Het bestuiven heeft naar schatting een economische waarde van 1,13 tot 3,8 miljard euro per jaar.
Sierplanten Zowel in de land- en tuinbouw als in de sierteelt worden gewasbeschermingsmiddelen gebruikt om ziekten, parasieten en schimmels te weren. Er worden akkers mee bespoten, bollen en zaden mee behandeld en planten mee gesprayd. Een groot aantal giftige bestrijdingsmiddelen is inmiddels verboden, maar dat betekent niet dat ze niet meer worden gebruikt. In het programma Tros Radar van 21 april 2014 was een item over het gebruik van bestrijdingsmiddelen op planten en bollen uit tuincentra. Van de 69 onderzochte planten waren er 68 behandeld met pesticiden. En niet een enkele soort, gemiddeld werden er 7 verschillende gifstoffen op aangetroffen. Ook vond men stoffen die al lang in Nederland verboden zijn. Maar ook de toegestane stoffen zijn vaak funest. Het gaat dan met name om de neonicotinoïden. Deze stoffen komen voor in bestrijdingsmiddelen tegen luizen en mieren. Maar ze worden ook aan zaden toegevoegd (een coating om het zaadje) of gespoten op tuinplanten. De plant neemt ze helemaal op, zodat zowel het stuifmeel, de nectar als het plantensap zenuwgif bevatten. Als de bij dit naar binnen krijgt, kan hij ter plekke sterven. Of hij ondervindt nadelige gevolgen, zoals verzwakking en desoriëntatie.
78
HL 07-14.indd 78
27-06-14 16:23