NR. 2 2020
ALUMNIMAGAZINE VAN DE UNIVERSITEIT LEIDEN
Leidraad
35
Rijnsburgersingel 86
herinneringen aan
Onderduiken in Leiden
TEKST: NIENKE LEDEGANG, FOTO: MARC DE HAAN
‘D
e oorlog bracht mij naar Leiden. Daar hervond ik een thuis. Ik ben in 1940 geboren in Amsterdam, als kind van Joodse ouders. Een angstige en onze kere tijd. Mijn vader was arts en werd te werk gesteld als kamparts in Wester bork. Mijn moeder bleef thuis, bij ons. In 1943 hebben ze samen geprobeerd naar Zwitserland te vluchten en daar om brachten ze mij en mijn broertje naar onderduikadressen. Via dominee Koch uit Leiderdorp kwam ik bij een echt Leidse binnenstadsfamilie terecht, de familie Harteveld. Het kinderloze echtpaar woonde schuin boven café Klein Bellevue aan de Rijns burgersingel, nu café de Pomerans. Mijn broertje kwam bij een Zeeuwse familie terecht. Het contrast kon niet groter. Mijn broertje was vrij eenzaam in Zeeland. Mijn pleegouders echter hadden een groot netwerk: veel Leidse familie, vrienden, buren. Ik was er veilig
en ben in de oorlog niet bovenmatig bang geweest. Mijn pleegvader was in dienst van drukkerij Sijthoff en had zodoende veel contact met mensen uit de universitai re wereld. Hij werd kort na de oorlog pedel aan de universiteit. In die tijd was ik nog klein, en interesseerde het me niet zo. Later, toen ik zelf aan de univer siteit studeerde, heeft zijn positie me wel wat voordeeltjes o pgeleverd. Die keuze voor Leiden ging vanzelf. Toen mijn ouders niet terugkeerden – ze zijn gepakt en overleefden
Tijdens de Open Joodse Huizen op 4 mei zou Abels onderduikverhaal verteld worden. De Open Joodse Huizen biedt een aangepast online programma aan. Zie openjoodsehuizen.nl en facebook.com/openjoodsehuizen
uschwitz niet – ben ik bij de Harte A velds gebleven, ik heb in die jaren zelfs hun achternaam aangenomen. Tot ik op mijn 18de mijn eigen naam terug wilde, Abel de Jong. Als pleegkind van de Hartevelds ben ik helemaal ingeburgerd geraakt in Leiden. Ik doorliep er het Stedelijk Gymnasium en ben daarna Neder lands recht gaan studeren. Op mijn 26ste ben ik uit huis gegaan en in Oegstgeest gaan wonen. De band met de stad en de universiteit is nog altijd sterk, ook nu ik sinds mijn pensioen in Israël woon. Ik ben er nog altijd trots op dat mijn loopbaan als planologisch jurist eindigde in de Leidse binnen stad, waar ik door de gemeente als coördinator was aangesteld. Leiden, de plek die zo belangrijk voor mij is geweest. Mijn veilige haven.’ Abel de Jong Nederlands recht 1960-1967