Beheer en onderhoud
b. Met welke schoonmaakmaterialen heb je in de praktijk van sport en recreatie al eens gewerkt?
Opdracht 2 Werken met een bezem
Wissers
be ro e
ps on d
er w ijs
Overleg met de docent of vraag de conciërge om hulp. Je gaat oefenen met verschillende bezems. a. Veeg een gedeelte van een gladde vloer. Kies of je het eerste deel van deze opdracht uitvoert in de aula, de kantine, of het klaslokaal. Veeg een gedeelte van de ruimte met een harde bezem. Veeg een gedeelte van de ruimte met een zachte bezem. b. Veeg een gedeelte van een ruwe vloer, bijvoorbeeld de fietsenstalling of het plein. Veeg een gedeelte van de ruimte met een harde bezem. Veeg een gedeelte van de ruimte met een zachte bezem. c. Welke bezem geeft het beste resultaat? Waarom?
tB oo
m
Een wisser gebruik je om een vloer of een raam schoon te maken. Er zijn verschillende wissers: • een raamwisser Een raamwisser heeft een handvat aan een klem met een rubber erin. Deze rubber zorgt ervoor dat je water van een glad oppervlak kunt vegen. • een vloerwisser Een vloerwisser is een raamwisser in het groot, aan een steel. Met een vloerwisser wis je water van gladde vloeren. Bijvoorbeeld na het schrobben. Of als er water geknoeid is. • een stofwisser Een stofwisser heeft een brede zool als werkvlak. Om de zool wikkel je speciale stofwisdoeken.
C
op yr
ig h
Met een stofwisser haal je droog vuil van een gladde vloer. Gebruik een stofwisser alleen op droge vloeren. Op een natte vloer maak je met een stofwisser vlekken.
56
Raamwisser.
Vloerwisser.
Stofwisser.