Rechtspraak uitgelegd
De notaris als werkgever
Wat mag hij wel en wat niet? Hoe zit die arbeidsrechtelijke verhouding tussen de notaris en zijn werknemers in elkaar? TEKST: MADELEINE HILLEN \ BEELD: ROEL OTTOW
Voor het antwoord op de vraag of sprake is van een arbeidsovereenkomst in de zin van artikel 7:610 Burgerlijk Wetboek (BW) zijn alle omstandigheden van het geval van belang. Niet alleen wat er op papier staat, maar ook telt wat feitelijk gebeurt, HR 17 februari 2012 (B-Notarissen), ECLI:NL:HR:2012:BU8926. Bij de vraag of er sprake is van een arbeidsovereenkomst of een stageovereenkomst, komt het erop aan of het verrichten van de werkzaamheden van de stagiair in overwegende mate in het belang is van de opleiding die hij volgt, HR 9 oktober 2015, ECLI:NL:HR:2015:3019.
GOED WERKGEVERSCHAP Het notariskantoor dat studiekosten terugvorderde van een vertrekkende kandidaat-notaris gaf geen blijk van goed werkgeverschap, omdat het daardoor onderscheid maakte tussen de kandidaat en andere werknemers zonder dat daarvoor een objectief te rechtvaardigen grond was. Bij het oordeel speelde een rol dat het kantoor bij deze kandidaat voor het eerst een beroep deed op de regeling waarin de terugvorderingsmogelijkheid was opgenomen. Vóór haar waren anderen vertrokken bij wie niet was teruggevorderd. Beleidswijzigingen moeten van tevoren kenbaar gemaakt worden, zodat werknemers daarmee rekening
26 . NOTARIAAT MAGAZINE . N° 1. 2021
kunnen houden, Kantonrechter Dordrecht 24 augustus 2006, ECLI: NL:RBDOR:2006:AY6951. Net na de invoering van de huidige Wet op het notarisambt heeft de tuchtrechter zich gebogen over een zaak waarbij een kandidaat op non-actief werd gesteld, omdat hij zonder overleg met de notarissen van zijn kantoor een ondernemingsplan had ingediend voor de opvolging in het protocol van een notaris die binnenkort zou defungeren. De arbeidsovereenkomst is als gevolg van het ontstane geschil door de kantonrechter ontbonden. De notarissen vonden dat de tuchtrechter daarom geen rol meer had. Die achtte zich echter wel bevoegd. Het hof oordeelde dat de notarissen door de onmiddellijke op non-actiefstelling onvoldoende rekening hadden gehouden met de belangen van de kandidaat, waarbij het wettelijk uitgangspunt van vrije vestiging werd meegenomen. Zij hebben door hun handelswijze de belangen van de kandidaat ernstig geschaad en ten onrechte de schijn
gewekt dat de overname van het protocol van de defungerende notaris door die notaris zelf geregeld zou kunnen worden, Hof Amsterdam 23 november 2000, ECLI:NL:GHAMS:2000:BM4647. Sinds de overname van een notariskantoor werd een notarieel medewerker – gedurende vier jaar – niet betaald conform de geldende arbeidsvoorwaarden. De rechter oordeelt dat het structureel niet nakomen van primaire of andere arbeidsvoorwaarden mogelijk een aanwijzing is van slecht werkgeverschap, Hof ’s-Hertogenbosch 6 november 2012, ECLI:NL:GHSHE:2012:BY2751.
CONCURRENTIEEN RELATIEBEDINGEN Een relatiebeding dat een notarieel medewerker verbood om – na vertrek – werkzaamheden te verrichten voor álle relaties van het kantoor, dus ook voor partijen die incidenteel betrokken waren bij de dienstverlening van het KANTOOR ZOALS GEMEENTEN HYPOTHEEKverstrekkers, banken en makelaars,
Een werkgever moet zorgen voor regelmatige bijscholing