De Verloskundige 2022 | 3e jaargang | nummer 2
op onze diversiteit op p het ver ertr trou tr ouwe ou w n va we van n mi mijn jn c ië cl iënt nten nt en en hu hun n pa part r ne rt ners rs
dat ik het verschil maak datt wi da wijj ha haar ar reg egie gie gev even en,, en hoe ho e he hett oo ook k lo loop optt op
op p onz nze e auto au to ono nome m rol me ol
dat ik een barend lijf kan lezen
op de intieme momenten waar ik onderdeel van mag zijn om de sp spil pil van de verl ve rlos rl oska os kame ka mer me r te zij ijn n
TROTS
op onze eervolle rol da at ik k vro rouw uwen uw en n be ekr rac acht htig ht ig g
op o p de vr v ou ouw, w, haa aar r li lich chaa ch a m aa en haa e aar r kr krac acht ac ht
op onze laagdrempelige zorg op p de co c mb mbin inat in a ie med at dis sch h han ande d le de len n en soc cia iaal all ond der e st steu eu e une en
op onze onmisbare bijdrage Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen
VOORWOORD
TROTS ls vereniging van verloskundigen – een koninklijke vereniging nog wel! – zijn er veel elementen die ons met elkaar verbinden en verenigen. Het meest in het oog springende element dat we allemaal met elkaar gemeen hebben, is onze toewijding en ons enthousiasme voor het vak; de verloskunde. Ik ken geen verloskundige die niet bevlogen is; anders hou je ons mooie – maar ook uitdagende – vak niet vol. In iedere collega die je tegenkomt zal je die bevlogenheid herkennen. We zijn voor al onze cliënten altijd beschikbaar, nemen onze telefoon op als anderen ‘m uit hebben staan en weten buiten onze diensturen ook nog een bijdrage te leveren aan allerlei werkgroepen, VSV’s en andere projecten.
A
Ook ons doel verenigt ons. Want het uitgangspunt van alles wat wij doen is de beste zorg voor de zwangere en het (ongeboren) kind. En eigenlijk spelen we al een belangrijke rol vóór de zwangerschap. Wij bekrachtigen onze cliënten op het moment dat zij voor anticonceptie kiezen. Bij ons kunnen ze terecht als er een kinderwens is en als die uiteindelijk uitkomt. We begeleiden de cliënt, plus partner op weg naar ouderschap. Wij ondersteunen hen op het cruciale moment van de baring. Ook dán – tijdens dat levensveranderende moment – staan wij naast hen. En daarna delen we informatie over screening, emoties, borstvoeding, en alle andere zaken die met het kersverse ouderschap te maken hebben.
FRANKA CADÉE is chef verloskundige van de KNOV en voorzitter van ICM. ICM is de belangenorganisatie van verloskundigen wereldwijd, waar ook de KNOV lid van is.
We bewandelen gedurende de zwangerschap en baring niet altijd een gemakkelijke of voorspelbare weg. Toch lopen we vastberaden mee en blijven we beschikbaar. We sterken onze cliënten in de overtuiging dat ze de situaties die zich voordoen aankunnen. En dat zij te allen tijde de regie houden. We ondersteunen de levensveranderende overgang naar geëmancipeerd ouderschap. We zijn trots op hen en op onszelf – weer zo’n element dat ons verbindt – maar zijn er niet het type naar om onze sleutelrol te exploiteren, het podium te pakken. Onze cliënten zien het belang van onze rol en onze toewijding vanzelf, als zij die aan den lijve ondervinden. Maar de ministers, de ziekenhuisdirecteuren, de verzekeraars en alle andere beleidsmakers… Zien die ook hoe belangrijk wij zijn voor onze maatschappij? Beste verloskundige, wees niet te bescheiden. Wees trots en draag dat uit. Veel leesplezier gewenst. Hartelijke groet,
De Verloskundige
3
COLOFON
TROTS
Verloskundigen over het mooie vak
6
Redactieraad Kristi Francken (KNOV), Manon Louwers en Hedy Jak (VRHL Content en Creatie), Lianne Zondag, Hanneke Torij, Eveline Mestdagh en Daniëlle Bax. Grafische vormgeving en druk Elma Media B.V., www.elma.nl Acquisitie Elma Media B.V. Silvèr Snoek: s.snoek@elma.nl 0226 - 33 16 00 Vormgeving, redactie en fotografie VRHL Content en Creatie in opdracht van Elma Media B.V. Abonnementen, personalia en adreswijzigingen KNOV, Jolanda Zocchi, Postbus 2001, 3500 GA Utrecht, abonnementen@knov.nl Abonnementsprijzen Abonnementsprijzen voor niet-leden van de KNOV (inclusief portokosten) voor 4 nummers per jaar: Nederland €99 Binnen Europa €121 Buiten Europa €142 Studenten (buitenlandse opleidingen) €80 Los nummer €27 Privacy Op de verwerking van persoonsgegevens van abonnees is het privacy statement van Elma Media van toepassing. De Verloskundige is het ledenblad van de KNOV en verschijnt vier keer per jaar. ©2022 Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen Mercatorlaan 1200, 3528 BL Utrecht Oplage: 5000 ISSN 0378-1925
4
De Verloskundige
23
Interprofessioneel opleiden Jong geleerd is oud gedaan
57
Ambassadeurs Influencers op social media
inhoud SAMENWERKEN 23 Interprofessioneel opleiden Jong geleerd is oud gedaan
36 Best Practice Carrousel voor VSV’s Succesvol implementeren (wetenschap)
42 Zij aan zij Verliefd op de geboortefotograaf
TROTS Wat maakt jou trots? 6 Verloskundigen over het mooie vak Internationaal 28 Onze unieke rol, wereldwijd Column van een klinisch verloskundige 41 Trots op de powervrouwen Column van een verloskundige in Honduras 47 Een eer…
ONDERNEMEN 18 De Verloskundige 2.0 Kennisplatform ‘Vraag de Vroedvrouw’
57 Trend Ambassadeurs van de verloskunde op social media
KNOV 11 Achter de schermen Carin Kleiweg
INNOVEREN Column van een verloskundige in opleiding 13 Verloskundige van de toekomst Blijven leren 14 E-learning: Alcoholvrije Start Continuïteit 16 Nieuw onderzoek ‘Risicoselectie inleidingen moet scherper’ 44 Interview met onderzoeker Bahareh Goodarzi
34 Column van het bestuur Het bestuur maakt plaats, en is ook trots
52 Het verhaal van verloskundigen Communicatieafdeling KNOV
66 Gezicht achter de KNOV Rosanne van der Sterre-Poolen
68 Update 70 KNOV in actie Recap
Het nut van toegankelijke getallen 48 T.b.v. kwaliteit en ‘samen beslissen’ Boekrecensie 55 Haal de vroedvrouw!
De Verloskundige
5
‘Trots om de spil van de verloskamer te zijn’
Wat maakt jou
TEKST VRHL CONTENT EN CREATIE
‘Trots op de combinatie medisch handelen en sociaal ondersteunen’
TROTS? ‘Trots op het vertrouwen van mijn cliënten en hun partners’
Floor Victor: ‘Ik ben er trots op dat ik verloskundige ben, omdat ik met mijn kennis en gevoel mensen kan ondersteunen op het mooiste en heftigste moment in hun leven. Ik ben helemaal trots om verloskundige te mogen zijn in Nederland, omdat wij zelfstandig kunnen handelen en poortwachter mogen zijn. Ik ben meer dan een ondersteuner van de gynaecoloog. In Nederland zijn wij autonome beroepsbeoefenaars, met voldoende kennis en ervaring om mensen te helpen in hun weg naar het ouderschap. De perfecte combinatie van medisch handelen en sociaal ondersteunen dus. Dat maakt verloskunde voor mij iets om supertrots op te zijn!’
Jolanda van der Burg: ‘Omdat ik geloof dat laagdrempelige zorg dicht bij huis het verschil kan maken voor alle zwangeren!’
6
De Verloskundige
Wilma Steurs-Maas: ‘Wat een eer is het om bij een van de meest intieme, bijzondere en life changing momenten aanwezig te mogen zijn. Als verloskundige ga je een intensieve reis aan met een zwangere en haar dierbaren. Jij mag haar coachen, steunen en informeren tijdens de zwangerschap, bevalling en kraamperiode. Dat is toch fantastisch? Alle kennis en kunde die we vergaard hebben tijdens de opleiding, maar vooral in de jaren werkzaam in het vak, kunnen we continu toepassen en toch komen we dagelijks situaties tegen die weer volledig nieuw of anders zijn. Daarmee zet je je brein en gevoel steeds weer aan het werk. Je past je continu aan, wat maakt dat het vak echt nooit verveelt. Iedereen is anders, elke situatie is anders en ook de omgeving past zich steeds aan. Ik ben trots dat ik de kennis en kunde heb om verloskundige te mogen zijn en elke dag weer te denken: daar heb ik weer wat kunnen betekenen!’
Lianne Zondag: ‘Ik ben trots om verloskundige te zijn, omdat ik het steeds weer een uitdaging vind goede medische zorg te verlenen en daarbij oog te hebben voor alle sociale aspecten die daarbij meespelen. Daarnaast is elke bevalling een eer om bij aanwezig te mogen zijn, om de reden dat dit het moment is dat de vrouw op haar sterkst is. En natuurlijk omdat op dat moment nieuw leven geboren mag worden.’
Floor Opdam: ‘Ik ben trots om verloskundige te zijn, omdat het werk wat ik doe er echt toe doet. Het is een voorrecht om bij een van de belangrijkste levensgebeurtenissen van iemand te mogen zijn. Ik ben trots om mensen te mogen begeleiden wanneer ze op hun kwetsbaarst zijn. Alle maskers zijn af, alle dagelijkse dingen waar mensen zich zorgen over maken vallen in het niet. Ik ben er ook trots op dat ouders je nooit vergeten en hoe je hen liet voelen tijdens de geboorte van hun kind. Ik ben er trots op dat vrouwen mij in vertrouwen nemen en alles aan mij durven te vragen en te vertellen.’
Marjolein Lansbergen-Mensink: ‘Omgaan met een vrouw die teleurgesteld is dat het allemaal anders loopt dan verwacht, of juist heel blij dat het anders loopt dan gevreesd. Met een partner die in de hoek naar een telefoon zit te staren of vlak naast je staat, klaar om de baby op te vangen. Met de arts die alle vertrouwen in je handelen heeft of die de kamer in stormt zonder overleg. Met opgetrokken wenkbrauwen bij de overdracht, die zakken als je je argumenten ondersteunt met ‘de evidence’. Normaal houden wat normaal kan is een van de uitdagingen in de kliniek. Net als snel kennis maken, veel schakelen en sparren met het team. Waarom doen we wat we doen, is wat we doen nodig, waarom wil iemand iets anders dan onze richtlijn? De uitkomst is gelijk, een baby, maar de route ernaartoe telkens anders en boeiend. Eerstelijns opgevoed, toch naar de tweede lijn: trots om de ‘spil op de verloskamer’ te mogen zijn!’
‘Trots dat ik een barend lijf kan lezen’
‘Trots op de intieme momenten waar ik onderdeel van mag zijn’ François Hesseling: ‘Ik denk dat ik vooral trots ben op het feit dat ik de mogelijkheid heb om vrouwen zich sterker te laten voelen. En om hen meer vertrouwen te geven in zichzelf, hun kunnen, hun relatie en de mogelijkheden die ze hebben. Vrouwen in hun kracht zetten, zoals ze dat zo mooi zeggen. Maar het is meer dan dat. Er is niets mooiers dan tijdens een nacontrole te horen dat iemand door mijn begeleiding beter terug kan kijken op een eerdere (traumatische) bevalling. Of te merken dat iemand gegroeid is in haar rol als zwangere of (aanstaande) moeder. Dat vrouwen die volledig overrompeld zijn door een zwangerschap en bijna geïntimideerd binnenkomen op een eerste controle, aan het einde van de zwangerschap doortastend opkomen voor hun eigen rechten en die van hun kind. Een soort emancipatie 2.0 zeg maar. Te veel vrouwen voelen zich ondergeschikt aan hun partner, baas, arts of omgeving en als verloskundige kun je een kleine bijdrage leveren aan het proberen om dat beeld om te draaien. In de hoop dat moeders dit ook weer doorgeven aan hun dochters.’
Charlotte Jacques: ‘Ik ben trots op het feit dat ik een Nederlandse verloskundige bén. Trots dat ik mag kijken naar die prachtige baringen waar de natuur, het lijf en de psyche van onze barende zelf zo goed laten zien hoe het moet. Trots dat ik alleen maar bevestigend en geruststellend aanwezig hoef te zijn. Trots dat ik een barend lijf kan lezen. Trots dat ik ook weet wanneer ik wel in actie moet komen. Trots dat ik alarmbellen voel als deze er moeten zijn. Zo trots op het zijn van verloskundige dat ik er nooit mee zou willen stoppen. Trots dat we veel vrouwen opleiden om dit prachtige vak voort te zetten. Trots dat onze beroepsgroep zelfs in tijden van oorlog barende vrouwen in schuilkelders kan helpen, omdat wij – Nederlandse verloskundigen – dit bij uitstek kunnen buiten een ziekenhuis. Gewoon trots op dit alles. En angstig, bang dat dit verdwijnt door overheidsregels en zorgverzekeraars. Maar ik hoop dat al deze trotse verloskundigen dit nooit laten verdwijnen!’
Michelle van Schieveen: ‘Ik ben trots op verloskundige zijn, omdat ik ouders mag bijstaan in supermooie of soms ook moeilijke momenten!’
De Verloskundige
7
‘Trots op onze laagdrempelige zorg’ Erna Kerkhof: ‘Ik ben enthousiast over mijn vak als verloskundige, ik ben energiek; kan en wil hard werken. Ik ben heel blij dat er zoveel vrouwen zijn die mij de kans geven om hen te ondersteunen en te begeleiden. En ik vind het fijn dat ik zoveel krachtige en professionele collega’s heb in de eerste, tweede en derde lijn. Collega’s die samen met mij goed zorgen voor veel vrouwen en hun partners tijdens deze o zo belangrijke en grootse transitie in hun leven. Ik ben trots op onze praktijk. Dat is een goed geoliede machine waar we met heel veel plezier, passie en overtuiging zorgen voor Zwolse vrouwen, waar wij fysiologie erg hoog in het vaandel hebben staan, CenteringPregnancy tot een begrip hebben gemaakt, minder vrouwen dan gemiddeld insturen, fijn samenwerken met andere lijnen, 37% van de vrouwen begeleiden bij een thuisbevalling, uitstekende borstvoedingscijfers laten zien en heel veel studenten opleiden.’
Jasmijn Muller: ‘‘Dank je wel, Jasmijn! Dat heb je echt heel goed gedaan.’ De kersverse moeder ligt in bed met haar duim omhoog en een glimlach van oor tot oor. Ik voel dat ik bloos en wil haar vertellen dat ze toch echt zelf haar dochter op de wereld heeft gezet. Tegelijkertijd herinner ik me wat mijn docente op school tegen me zei: ‘Moeders vergeten hun verloskundige nooit. Je betekent zo veel voor hen.’ Ik realiseer me dat het toch prachtig is dat ik deze vrouw de rust en ruimte heb gegeven waardoor ze vertrouwen kreeg in haar bevalling. Dan is het helemaal leuk als je ook nog een complimentje krijgt. Ineens voel ik me heel trots. Dus ik lach terug en zeg: ‘Dat heb ik heel graag gedaan!’’
Geke Beckerman: ‘Wij leveren een positieve bijdrage aan een heel kwetsbaar moment van de vrouw. Wij laten haar inzien hoeveel kracht en mogelijkheden zij heeft. Wij kunnen het niet voor haar doen, maar we kunnen haar wel handvatten geven om haar te bekrachtigen.’
‘Trots op onze diversiteit’
Marlies Koers: ‘Ik ben trots op het vak omdat we generaties lang vrouwen en hun gezin bijstaan in de meest kwetsbare periode van hun leven. Door te ondersteunen, luisteren, adviseren, begeleiden, troosten of coachen. Of het nou midden in de nacht of overdag is. Altijd met passie en liefde en met één gezamenlijk doel: de beste zorg leveren voor moeder en baby en werken aan een gezonde generatie van de toekomst.’
Eveline Mestdagh: ‘Ik ben elk jaar supertrots op de nieuwbakken verloskundigen die klaargestoomd zijn om hun kennis en kunde los te laten op de geboortezorg. De ‘goesting’ om te zorgen en de ‘eager’ om nog te groeien zijn een voorrecht om steeds opnieuw te mogen aanschouwen.’
Marlies Garritsen: ‘Ik ben trots op hoe wij onze praktijk hebben vormgegeven: kleinschalig en persoonlijk. Wij kennen onze cliënten. Wij werken aan vertrouwen: in ons en in hun lichaam, door hen honderd procent regie te geven over hun eigen proces. Door te luisteren en door er te zijn tijdens hun bevalling, ling, zolang zol o an a g zij datt nodig g hebben. Onze cliënten maken hu hun keuzes goede un vvanuit anuitt goed de informatievoorziening en ze durven vertrouwen rven te vertrouwe en n op hun intuïtie. Ik ben er trots op dat mijn collega’ s en at mijjn colleg ega’ as e ik daar elke keer weer een mooie ro rol in spelen.’ r l spe p len.’
‘Trots dat wij haar regie geven, hoe het ook loopt’
Fem Bongers: ‘Iemand is zo kwetsbaar en vertrouwt jou tijdens de grootste en mooiste gebeurtenis in haar leven. Daar moet wel een goede vertrouwensband voor nodig zijn, waar je gedurende de zwangerschap aan mag werken. Fantastisch.’
8
De Verloskundige
Doete Reitsma: ‘Ik ben trots op het vak omdat voor mij alles samenkomt in de verloskunde. Mijn passie, kennis en creativiteit. Het blijft bijzonder om zo’n mooi aandeel te kunnen hebben in de zwangerschap en geboorte van (nieuwe) ouders.’
Margot van Dijk: ‘Ik weet niet waar ik moet beginnen; ik ben trots op zóveel wat wij doen. We hebben een ontzettend uniek vak en doen álles. Wij vormen de brug tussen de medische, sociaal-emotionele en psychische elementen van de geboortezorg. In andere landen zijn onze collega’s nurse-midwives geworden in de loop der tijd. Maar wij zijn zelfstandig en leveren als autonome verloskundigen een onmisbare bijdrage aan de Nederlandse geboortezorg. Mijn persoonlijke passie reikt verder dan het proces van zwangerschap, baring en kraamtijd. Wij leveren namelijk ook een bijdrage aan de positie van de vrouw in onze maatschappij. Dankzij ons heeft zij een vrije keuze en kan zij in de meeste gevallen op eigen kracht het meest bijzondere moment in haar leven meemaken. Dat is ongelofelijk veel waard.’
Trots dat ik vrouwen bekrachtig’
Ömer Sarioglu: ‘Ik ben trots op de gigantische bijdrage die de verloskunde levert aan het vergroten van de autonomie van vrouwen. En de bekrachtiging en stabiliteit die het daarmee aan onze samenleving geeft.’
Nalonya van der Laan: ‘Ik ben trots op het vak, omdat ik in de afgelopen 25 jaar heb ondervonden hoe verloskundigen het vak en de inhoud ervan hebben ontwikkeld en verder gebracht. Mooie voorbeelden zijn anticonceptiezorg en de ontwikkeling van het zorgmodel CenteringPregnancy. Beide zijn voorbeelden van een ontwikkeling die recht doen aan het ‘midwife’ zijn: de vrouw als centrum en de verloskundige die naast haar staat en meeloopt en steunt op de weg die de vrouw gaat.’
Dieuwke Ottens: ‘Trots ben ik vooral op mijn cliënten en hun partners die vol vertrouwen en met een positieve mindset het avontuur van een zwangerschap en bevalling in stappen. Trots ben ik ook, op de vrouwen die ik spreek over hun traumatisch ervaren bevalling en waarmee ik samen die negatieve ervaring probeer om te vormen naar een nieuwe, vrije toekomstblik. En zeker ook ben ik trots op de stellen en mensen waarmee ik als consulent seksuele gezondheid NVVS praat over de vragen, onzekerheden en problemen die zij ervaren op het gebied van seks en de stappen die zij zetten om deze op te lossen. Trots ben ik ook op de vio's die stap voor stap leren hoe ons prachtige vak uit te oefenen en zo jarenlang met plezier dit vak kunnen uitoefenen. Maar misschien is trots niet het goede woord en ben ik vooral dankbaar voor alle mooie ervaringen die ik de afgelopen 21 jaar heb mogen opdoen in dit beroep. Een beroep dat ik nog steeds met hart en ziel 24/7 uitoefen.’
Solange Candeias ‘Het is bijzonder hoe dichtbij wij staan in een van de meest kwetsbare perioden van het leven; zwanger zijn, bevallen en kraamtijd. Dat ik deze vrouwen vertrouwen mag geven en mag zien groeien, daar ben ik trots op.’
Laurenza Baas: ‘Ik ben trots op onze diversiteit.’
Djanifa da Conceicao: ‘Het ett allermooiste alller ermo mooiist s e aan ons vak vind ik dat we op de meest de trotse en krachtige momenten me ees estt kwetsbare kwet kw e sb et sbar arre en n tegelijkertijd teg e el eg e ijjke kertijid op pd e meest m een hele grote rol kunnen spelen. Geen andere zorgverlener gaat zo lang en ee en he h le grro ote t rol kun u ne en sp s ellen n. Ge G en e a intensief met een cliënt om als de verloskundige. Ik vind het een eer, bij elke int ntten ensi siieff met een cliiën ëntt m allss e ve v rl r os o k cliënt opnieuw, om deze belangrijke rol te mogen vervullen.’ clil ën ëntt op pni nieu e w, eu w om deze bel elan an ngr g ijke k o te ke
De Verloskundige
9
Marlies Galema: ‘Ik ben trots dat ik heb geleerd om te zien en te voelen. En dat ik daarmee voor veel vrouwen die – vaak ondanks een thuisbevallingswens – in ons ziekenhuis terechtkwamen, een prettige sfeer heb kunnen creëren. Het ultieme compliment was het kaartje dat ik kreeg van een vrouw met zware diabetes. Met alle medische toeters en bellen was zij bevallen van haar kind. Op het kaartje bedankte ze me dat ik haar de thuisbevalling had gegeven die ze eigenlijk niet had kunnen krijgen. Ik ben trots dat ik in een pathologische wereld de fysiologie heb kunnen bewaken, in de tijd dat ik praktiserend verloskundige was. Op de kennis die verloskundigen hebben. Veel mensen weten helemaal niet dat wij medisch zijn opgeleid. Dat vertel ik vol trots aan mijn cliënten. En trots ben ik ook, dat ik mijn kennis en ervaring als verloskundige nu weet in te zetten voor mijn trainingen over gehechtheid tussen partners en tussen partners en hun kind. Ook mag ik stellen individueel voorbereiden op de bevalling en overgang naar het ouderschap. Ik ben er trots op dat ik op deze manier een bijdrage kan leveren aan de fysiologie en positieve ervaring van de bevalling!’
‘Trots op onze eervolle rol’
TROTS ‘Trots op de vrouw, haar lichaam en haar kracht’ Rosanne van der Sterre-Poolen: ‘Verloskundigen zijn de vrouwen die de basis leggen voor de volgende generatie, die in onze handen geboren wordt. Dat is een behoorlijke verantwoordelijkheid en die némen wij ook. Daar mogen wij trots op zijn en het wordt tijd dat Nederland nog meer bekend raakt met onze essentiële rol.’
Daphne van der Putten: ‘Ik ben trots op mijn vak. Gevochten heb ik, om mijn opleiding te kunnen volgen, studerend met twee kleine kinderen en hoogzwanger van de derde. De jaren ervaring die erop volgden en het werken in de eerste, tweede en derde lijn; alles in de geboortezorg heb ik gezien. Trots ben ik op het geboorte- en opleidingscentrum dat ik met mijn compagnon oprichtte. Een verloskundigenpraktijk waar continuïteit van zorg gegeven wordt, vanuit een visie gebaseerd op autonomie en gelijkwaardigheid. Maar het meest trots ben ik op de behandelmethode ‘Integral Pelvic Therapy’ (IPT), die ik heb ontwikkeld. Het verschil dat we maken in het voorkomen, behandelen en genezen van bekkentrauma. Dankbaar ben ik voor de KNOV die onze opleiding breed erkend heeft. En voor de collega’s die gecertificeerd zijn om ons werk uit te dragen.’
‘Trots op wat ik voor mijn cliënt beteken’
Petra Kuiper: ‘‘Watchfull attandence’ noemt Ank de Jonge (2021) het in haar onderzoek. De ‘waakzame aanwezigheid’ als fundamentele attitude die bij het verloskundig vak hoort. Geduld en vertrouwen, stil zijn en praten, actief aanwezig zijn en je op de achtergrond terugtrekken, niets doen en ingrijpen. Geen ‘stoere’ handelingen uit angst en behoefte aan controle of oppeppen van je eigen ego: ‘zie mij nu even belangrijk zijn’ of ‘jij hebt mij nodig’. Nee, het proces in alle rust en eenvoud laten zijn en laten gebeuren. De vrouw, haar lichaam, haar kracht, haar transitie naar moederschap. Deze transitie mogen bewonderen en ondersteunen door waakzaam aanwezig te zijn en te voelen op welk moment je nodig of overbodig bent. Voelen, afwegen en handelen of juist niet handelen. Wat een kunde heb je daarvoor nodig. Als je dat kunt, dan verdien je een diepe buiging.’
Janneke van Heiningen: ‘Ik ben trots dat ik verloskundige ben, omdat ik het verschil kan maken voor vrouwen op een moment in hun leven dat ze nooit zullen vergeten. Ik leer zoveel van alle verschillende mensen en situaties, dat dit werk mij echt een rijker mens maakt.’
10
De Verloskundige
ACHTER DE SCHERMEN
Carin Kleiweg is Bureaumanager bij de KNOV en vanuit die rol verantwoordelijk voor de bedrijfsvoering. Een veelomvattende en veelzijdige baan. ‘Het is mijn missie ervoor te zorgen dat het achter de schermen goed loopt.’
Carin Kleiweg Wat zijn jouw belangrijkste aandachtsgebieden? ‘Dat zijn met name ledenservice, financiën en HR. De ondersteunende zaken dus, zodat anderen – onder wie de directeur – zich met de inhoud van het beleid kunnen bezighouden. Zo zorg ik dat leden de informatie krijgen die ze van ons nodig hebben. Ik stel de begroting op en zorg dat we daarbinnen blijven. Voor het bewaken van de subsidiegelden ben ik verantwoordelijk, ik zorg voor de urenregistratie en voor de financiële rapportages daarover. De penningmeester en directeur faciliteer ik in hun overleg met de financiële commissie. Ik zie erop toe dat we inkopen conform het onlangs vastgestelde inkoopbeleid. Onder HR valt het hele proces van werving tot en met uitdiensttreding.’
Hoe is het om zo betrokken te zijn bij het verloskundige vak?
Waar word je enthousiast van?
‘Soms uitdagend, want het is een gepassioneerde doelgroep die weet wat ze vindt. Ik heb ook ontzettend veel respect voor de leden. Dat hun werk zoveel inhoudt, had ik niet gedacht voordat ik bij de KNOV kwam werken. En al die termen… Ik heb aan het begin van mijn werk bij de KNOV een afkortingenlijst gemaakt; CTG, VSV, IGO. Van de meeste afkortingen had ik nog nooit gehoord.’
‘Van reizen. De volgende reis gaat samen met mijn dochter van 23 naar Namibië. De plek die me het meest is bijgebleven is Malawi. Samen met dertien vrouwen hebben we voor Habitat huizen gebouwd voor twee weduwen met vier en vijf kinderen. Hun grootste wens was niet een goede opleiding voor hun kinderen, maar hen twee keer per dag eten kunnen geven. Die bouwreis heeft veel indruk op me gemaakt.’
De Verloskundige
11
Beste verloskundige Zoals elke zwangere de beste mogelijke zorg verdient, verdient elke verloskundige het beste echosysteem om dat mogelijk te maken. Bij GE Healthcare Womens’ Health Ultrasound hebben we ons als doel gesteld om een gezondere toekomst voor vrouwen te creëren. Daarom nodigen we jou uit op het nieuwe platform Bloom, om jou te helpen in je groeiende echo-activiteiten. Je vindt er informatie, instructievideo’s, posters en aanbevelingen als ondersteuning voor je echo-ontwikkeling en echopraktijk. Neem gerust een kijkje!
Bloom, omdat jij ertoe doet! Met hartelijke groet, Het Womens’ Health team Nederland GE Healthcare
Doe mee met ons. Doe mee met Bloom! midwives.gehealthcare.com/nl-nl/
© GE, 2022. Contact a GE Healthcare Representative for more information. GE, the GE Monogram and Voluson are trademarks of GE. JB00181NL
COLUMN
VAN EEN VERLOSKUNDIGE IN OPLEIDING
VERLOSKUNDIGE VAN DE TOEKOMST e geboortezorg staat momenteel op zijn kop en dat houdt ook mij als student bezig. We staan op een T-splitsing, met de integrale bekostiging. aan de linkerkant en de huidige bekostiging aan de rechterkant. Welk pad gaan wij, als Nederlandse geboortezorg en vooral als verloskundigen bewandelen?
D
FEM BONGERS is derdejaars verloskundige in opleiding in Maastricht. In deze column vertelt ze over haar zorgen over de toekomst.
Het internet staat er vol mee. Het brengt onrust met zich mee. Ook op de Academie Verloskunde Maastricht wordt gespeculeerd, worden zorgen gedeeld en worden wensen uitgesproken. Als verloskundige van de toekomst ga ik zeker in aanraking komen met deze eventuele veranderingen. Wat voor invloed gaat dit op mij en mijn werk hebben? Hoe ziet de geboortezorg er over tien jaar uit? Kan ik het vak zoals ik het gekozen heb, straks wel uitoefenen? Het vak dat me tranen in de ogen gaf bij het openen van mijn toelatingsbrief. Omdat in de verloskunde alles draait om de fysiologie. Omdat het mijn rol is om die te bewaken en te bevorderen. Omdat je zo intiem bent met de zwangere vrouw. En omdat je haar langzaamaan ziet transformeren. Van een vrouw met een baby in haar buik, waar ze heel veel liefde, maar ook veel onzekerheid bij voelt. Tot een moeder die net na de bevalling instinctief aanvoelt wat ze moet doen. Hoe mooi de natuur van het moederschap ook is; een verloskundige die de vrouw goed kent is nodig om vrouwen op dat instinct te laten vertrouwen. En om de natuur een handje te helpen als die het niet alleen kan. Ik koos dit vak om die bijzondere rol te vervullen. Niemand weet waar het naartoe gaat, maar de kans bestaat dat deze meerwaarde gaat verdwijnen. Voor de toekomst hoop ik dat wij – welke kant het ook op gaat – er voor ‘onze’ vrouwen mogen blijven zijn. En dat er tijd en ruimte blijft voor die cruciale persoonlijke band waar zwangeren steun uit halen.
De Verloskundige
13
TEKST VRHL CONTENT EN CREATIE
BLIJVEN LEREN
Alcoholgebruik bespreekbaar maken TRAINING Alcoholvrije Start
INHOUD Een alcoholvrije zwangerschap bespreekbaar maken
DUUR 1,5 uur
LOCATIE Online
OPLEIDER Trimbos-instituut
CURSIST Marleen van Rijn, Verloskundige Maatschap Lammenschans
14
De Verloskundige
Een alcoholvrije zwangerschap is niet voor iedereen vanzelfsprekend. Om verloskundigen te ondersteunen bij het aangaan van het gesprek hierover, is er de gratis e-learning Alcoholvrije Start. Je leert je cliënt te motiveren om tijdens de zwangerschap geen alcohol te gebruiken, waarom dat zo belangrijk is en hoe je haar kunt ondersteunen in moeilijke situaties. Marleen van Rijn is enthousiast: ‘Deze e-learning is absoluut aan te raden en enorm leerzaam.’
A
‘Als praktijk doen we al veel rondom een gezonde leefstijl. Zo zijn we bijvoorbeeld aangehaakt bij de KNOV-werkgroep Vroegsignalering leefstijl en zwangerschap. In de functie van pilotpraktijk hebben we de e-learning Alcoholvrije Start gevolgd voordat ‘ie online kwam, zodat we onze mening konden geven over de toegankelijkheid en toepasbaarheid ervan. We waren direct enthousiast over de handvatten om dit ter sprake te brengen. Ook de praktische tips en andere handreikingen zijn zeer zinvol.’
Het belang van de nulnorm ‘Alcoholgebruik is toch een spannend onderwerp, net als roken en druggebruik. Hoe maak je dit bespreekbaar? En naar wie verwijs je een cliënt die hiermee te maken
heeft? Deze e-learning is een heel zinvol hulpmiddel, ook om je kennis op dit gebied te vergroten. Zo schrokken wij van het feit dat een foetus hetzelfde alcoholpromillage heeft als de alcoholdrinkende moeder. Schokkend toch! Waar we ook van schrokken, is dat een ongeboren kind de alcohol afbreekt in de hersenen, omdat de lever nog niet volgroeid is. En het afbraakproduct daarvan blijft in het vruchtwater achter, ook niet echt gezond. Reden te meer om alcoholgebruik in je praktijk bespreekbaar te maken en de risico’s ervan helder te benoemen. Ondanks dat de e-learning maar anderhalf uur duurt, is de lesstof heel uitgebreid. Wij hebben er in ieder geval niets in gemist. Het is goed dat je je meer bewust wordt van de risico’s van alcoholgebruik tijdens de zwangerschap,
zodat je je cliënten goed kunt voorlichten over het belang van de nulnorm.’
Nieuwe inzichten ‘De belangrijkste eyeopener was voor mij dat vooral vrouwen uit de hogere sociale klasse alcohol drinken, dus ook tijdens de zwangerschap. Belangrijk om te onthouden en op in te spelen! De e-learning laat je zien hoe je alcoholgebruik ter sprake brengt én hoe je cliënten de goede richting op stuurt zonder hen iets op te dringen. Met nieuwe inzichten voor een nieuwe generatie. Heel goed, want we merken dat veel vrouwen het gebruik van alcohol regelmatig bagatelliseren, onder het mom van: ‘Af en toe een wijntje kan best’ en: ‘Onze moeders deden het ook’. Het lijkt steeds normaler te worden, net als het roken van joints, terwijl het zo slecht is voor het kind. Ik verbaas me hier echt over. In onze praktijk raden we het drinken van alcohol altijd af, bespreken we de risico’s en creëren we bewustwording over de invloed van alcohol. Zéker nu we door deze e-learning keihard met de neus op de feiten zijn gedrukt.’
Niet betuttelend ‘In onze praktijk brengen we alcohol bij de aanmelding al ter sprake. Bij de fysieke intake bespreken we de risico’s van alcohol ook, om cliënten te motiveren helemaal te stoppen met het drinken ervan. Dankzij de praktische handvatten uit de e-learning gaat dit een stuk makkelijker, ik pas ze dus zeker toe. Ik zou tegen collega-verloskundigen willen zeggen: volg de e-learning. Het kost weinig tijd, de informatiebronnen zijn betrouwbaar en het stappenplan is heel eenvoudig én – ook belangrijk – niet betuttelend. Het is echt de moeite waard om er even wat tijd in te investeren – en het is nog gratis ook. ’
De Verloskundige
15
NIEUW ONDERZOEK NAAR
continuïteit van zorgverlener
16
De Verloskundige
TEKST BRIGIET BLUIMINCK
Begin dit jaar is een nieuw praktijkonderzoek gestart waarin bouwstenen worden opgehaald waarmee verloskundigen makkelijker continuïteit van zorgverlener kunnen bieden. Marieke Smith is projectcoördinator: ‘Ik geloof dat hier de kracht van verloskundigen ligt.’
ontinuïteit van zorgverlener in de geboortezorg betekent dat één verloskundige of een klein team van verloskundigen een vrouw begeleidt tijdens de zwangerschap, bevalling en kraamperiode. Vanuit de gelijkwaardige relatie met een vrouw en gericht op haar behoeften en wensen, plant, coördineert en verleent een verloskundige de zorg en werkt op onderdelen samen met andere zorgverleners. In Nederland krijgen zwangere vrouwen met een laag risico op complicaties zorg van eerstelijnsverloskundigen, van zwangerschap tot en met kraamperiode. Voor veel vrouwen wordt de zorg echter voor kortere of langere tijd overgedragen aan de tweede of derde lijn. De cliënt krijgt één of (vaker) meerdere nieuwe gezichten te zien en daarmee gaat de continuïteit verloren. Tenzij de eerstelijnsverloskundige (vrijwillig) meegaat naar de tweede lijn; dan blijft continuïteit behouden omdat de ‘vaste’ verloskundige betrokken blijft.
C
COMIC Marieke Smith is verloskundige en was zestien jaar lang praktijkhouder. In 2016 verkocht ze haar praktijkdeel en sindsdien werkt ze als zelfstandig adviseur, projectleider en bestuurder. Sinds dit jaar is ze projectleider van het COntinuity of MIdwifery Care project, kortgezegd COMIC. ‘Dit COMIC-project vloeit voort uit de Visie 2030, een document waarin de KNOV met haar leden een toekomstvisie schetst van verloskundige zorg en waarin continuïteit van zorgverlener een belangrijke pijler is. Met dit project willen we daar uitvoering aan geven. In dit project onderzoeken we succesvolle en vastgelopen zorginnovaties op twee deelgebieden van continue zorg. Daarmee hopen we vast te stellen welke stappen noodzakelijk zijn voor het realiseren van continue zorg en inzicht te krijgen in hoe verloskundigen hiervoor toegerust kunnen worden. De focus ligt in dit eerste onderzoek op twee deelgebieden. 1) Het werken in kleinere teams binnen eerstelijnsverloskundigenpraktijken. En 2) de begeleiding van vrouwen met zwangerschapsdiabetes in de eerste lijn en het inleiden van de baring in de eerste lijn met behulp van een ballonkatheter.’
Werken in kleine teams In het eerste deelgebied wordt gekeken naar praktijken die al kleinschaliger zijn gaan werken. Marieke: ‘In veel maatschappen werk je toch al snel samen met een stuk of zes verloskundigen. Er zijn praktijken die kleinschaliger zijn gaan werken, bijvoorbeeld in kleine deelteams of met een coördinerend zorgverlener voor elke zwangere. In het onderzoek vragen we uit wat daarvan de voordelen zijn, hoe roosters gemaakt worden, wat het betekent voor de financiën en hoe het doorwerkt in de hele keten.
Maar uiteraard gaan we ook data ophalen en hopen we te horen wat minder goed werkt.’ ‘In het tweede deelgebied onderzoeken we projecten waarbinnen zorgverschuiving werd ontwikkeld voor zwangere vrouwen met zwangerschapsdiabetes in de eerste lijn en vrouwen die ingeleid willen worden. Hoe langer de zorg door de vertrouwde zorgverlener kan aanhouden, hoe beter het is voor de vrouw.’
Bouwstenen De onderzoeken worden gedaan in tenminste zes regio’s waar deze innovatieve zorg al vorm is gegeven, geslaagd of minder geslaagd. In deze regio’s worden onder meer evaluaties, documenten en protocollen opgevraagd. Er worden interviews gehouden met cliënten, zorgverleners en andere sleutelfiguren en in minimaal één regio wordt een babycafé gehouden met vrouwen met beperkte taalvaardigheden. ‘Ook gaan we een best practice meeting organiseren met een vertegenwoordiging van cliënten en zorgverleners van de regio’s met zorginnovaties. Op basis van de resultaten van het project worden bouwstenen ontwikkeld waarmee collega’s continue zorg stapsgewijs kunnen invoeren.’
MRNN Het project wordt geleid door Midwifery Research Network Netherlands (MRNN) en de afdeling Verloskundige Wetenschap (onderdeel van AVAG/Amsterdam en UMC/UMCG). Professor dr. Ank de Jonge is penvoerder. Medeaanvragers zijn Hogeschool Zuyd (lector en professor dr. Marianne Nieuwenhuijze) en Hogeschool Rotterdam (lector Hanneke Torij). In de praktijk wordt het onderzoek uitgevoerd door een projectteam bestaande uit Marieke als projectcoördinator, drie docentonderzoekers, klinisch verloskundige Renate Simmelink als onderzoeker, en een datamanager ter ondersteuning.
Beweging van het veld Marieke benadrukt dat dit project niet op zichzelf staat. ‘Het raakt aan alles wat we doen. Als begin 2023 de onderzoeksresultaten bekend zijn, kunnen we daar weer op verder bouwen. Het is een beweging die we als veld of beroepsgroep met elkaar inzetten. Uiteindelijk draagt het bij aan het hoogste doel: zo goed mogelijke zorg verlenen, je werk – met plezier – kunnen volhouden en er voldoende financiële middelen uit halen.’ Praktijken die al werken in kleinere teams of die ervaring hebben met het verlenen van continuïteit van zorgverlener en hun ervaringen willen delen, kunnen contact opnemen met Marieke Smith: m.smith1@amsterdamumc.nl
De Verloskundige
17
TEKST VRHL CONTENT EN CREATIE
DE VERLOSKUNDIGE 2.0
Margot van Dijk – of Vroedvrouw Margot, onder die naam kennen meer mensen haar – had niet per se verwacht dat zoveel mensen Vraag de Vroedvrouw zo snel zouden vinden. Maar binnen nog geen half jaar heeft haar informatieplatform al 450 betalende leden. In De Verloskundige 2.0 vertelt ze waarom ze gestart is en wat de kracht is van haar platform.
VROEDVROUW MARGOT OVER HAAR PLATFORM
‘De waarheid bestaat niet’ ie toegang wil tot Vraag de Vroedvrouw, betaalt een maandelijks bedrag van 15 euro. Je hebt dan onbeperkt toegang tot artikelen over uiteenlopende thema’s. Of 45 euro, dan mag je ook de masterclasses volgen. De artikelen zijn voor zwangere vrouwen en zorgverleners in de geboortezorg. De masterclasses zijn alleen voor de laatste groep, die tevens het grootst is. ‘Ik verwacht dat zo’n veertig procent zwanger is en zo’n zestig procent een geboortewerker’, vertelt Margot.
W
genuanceerde informatie over zwangerschap en bevalling beschikbaar was in het Nederlands. Engelstalige websites waren er wel, maar dan moet je als zwangere vrouw dus in het Engels lezen én de artikelen zijn vaak op de niet-Nederlandse praktijk gebaseerd.’ Margots Instagram-account werd binnen korte tijd razend populair. Momenteel heeft ze 13.000 volgers.
Abonnementenmodel Aan de 2.200 tekens die ze in haar Instacaptions kwijt kan, heeft ze niet genoeg.
Zo ontstond het idee voor een website. ‘Ik had een blog in gedachten die gratis toegankelijk zou zijn. Maar ja, in één artikel zit zo’n zestig uur werk. Dat kan ik niet gratis gaan doen.’ Dus bedacht ze het abonnementenmodel. Winst maakt ze er (nog) niet mee, maar ze kan er wel de onkosten van betalen. Kosten bestaan onder andere uit de ontwikkeling van de website, haar eigen uren en de uren van haar collega’s. Want de artikelen schrijft ze met hulp van vijf collega-verloskundigen, al dan niet in opleiding. ‘Daarnaast gaan kosten onder andere naar een websitebouwer, een eindredacteur en illustratoren.’
Instagram Het begon allemaal met haar Instagramaccount. Die startte ze in 2019, toen ze ook haar solopraktijk begon. Ze kreeg meer zorgaanvragen dan ze aankon. Haar zorgcapaciteit bleek ontoereikend, dus besloot ze in ieder geval informatie voor iedereen beschikbaar te maken. ‘Er was nog geen plek waar
18
De Verloskundige
Bewijs
‘ER ZIJN ALTIJD ARGUMENTEN VÓÓR JOUW STANDPUNT TE VINDEN’
De informatie op Margots website kenmerkt zich door de kritische blik. ‘Met de artikelen wil ik de vraag stellen: welk bewijs hebben we voor wat we doen? Op die manier wil ik ruimte geven aan zwangere vrouwen om weloverwogen keuzes te maken die passen
MARGOTS VERHAAL IN DE MEDIA Margot was te gast in meerdere podcasts en ook het AD wist haar te vinden. Een van de redenen van haar bekendheid is haar grote Instagram-netwerk. ‘Ik denk dat mensen mij volgen om de informatie die ik deel. Maar ik hoor ook van volgers dat zij mij na hun zwangerschap blijven volgen, om mijn ‘echtheid’. Ik deel veel; ook over mijn persoonlijke leven en ook als ik een mindere dag heb. Dat vindt men interessant. Overigens ontdekte een AD-journalist pas dat ik een groot Instagram-account heb nádat zij mij benaderd had voor een interview. Zij had een podcast met mij geluisterd; het werkt dus ook andersom. Als ze je eenmaal gevonden hebben, werkt publiciteit als een sneeuwbal.’
‘MIJN MENING DOET ER NIET TOE’ opwaaien. In het artikel omschrijft Margot op een onafhankelijke manier de voors en tegens van vaccineren tijdens de zwangerschap. En over het bewijs dat voor beide standpunten te vinden is. ‘Men zei dat ik tégen vaccineren ben. Maar daar heb ik me bewust nooit over uitgelaten. Ik vind mijn visie daarover ook helemaal niet relevant. Ik vind het belangrijk om zwangere vrouwen van eerlijke informatie te voorzien zodat zíj een keuze kunnen maken. Ongeacht hoe ik erin sta.’ bij hoe zij in het leven staan. Ik wil laten zien dat medicalisering lang niet altijd de oplossing is. En ik wil verloskundigen en andere geboortewerkers ondersteuning bieden om hun cliënten te helpen een weloverwogen keuze te maken. Natuurlijk kunnen protocollen en richtlijnen helpend zijn. Maar ik heb gezien dat die niet altijd gebaseerd zijn op bewijs en soms cultureel bepaald zijn. Zo wordt in sommige landen veel sneller een episiotomie gezet dan in andere landen, zonder dat de uitkomsten
beter zijn. En ook als er wél bewijs van zou zijn, vind ik het belangrijk dat cliënten zelf een keuze kunnen maken. Het is niet aan ons als zorgverleners om conclusies te trekken. Dat mag de cliënt zelf doen en daarom is het belangrijk om het bewijs dat er is volledig in beeld te brengen.’
Onafhankelijk Zo kwam ook Margots artikel over COVIDvaccinaties tot stand, dat vorig jaar stof deed
‘Kijk verder’ Zorgverleners kunnen de artikelen gebruiken om hun cliënten te informeren, ‘maar zeker ook voor hun eigen professionele informatiebehoefte’, geeft Margot aan. ‘Ik had ervoor kunnen kiezen om me op een van de twee doelgroepen te richten, en bijvoorbeeld geboortewerkers buiten beschouwing te laten. Daar zou ik het mezelf wat makkelijker mee maken, want het kan best ingewikkeld zijn
De Verloskundige
19
‘ONZE BEROEPSGROEP HEEFT HET HART OP DE TONG, MAAR FEEDBACK IS GOED’
om artikelen te maken die voor verloskundigen én hun cliënten begrijpelijk en van toegevoegde waarde zijn. Anderzijds ben ik ervan overtuigd dat we naar onze cliënten dezelfde taal zouden moeten gebruiken als naar elkaar. We zijn allemaal mens. En de geboortezorg, die mag wel wat menselijker. Ik zou willen dat we verder kijken dan de richtlijnen en protocollen. Een vrouw met een wens buiten het protocol is niet per definitie lastig; misschien heeft ze wel gelijk.’ Ook wil ze zorgverleners meegeven om verder te kijken dan het standpunt dat ze in eerste instantie geneigd zijn in
20
De Verloskundige
te nemen. ‘Nogmaals, de waarheid bestaat niet. Welk standpunt je ook inneemt; je zal altijd argumenten vóór jouw standpunt vinden. Maar luister ook eens naar de argumenten van iemand die er anders over denkt.’
Verschillende smaken In haar masterclass richt Margot zich op hoe je het werk in de geboortezorg werkbaar houdt. Een eerste onderdeel gaat over de geboortezorg, het vervolg gaat over de persoonlijke situatie – zoals de eigen positie – en het laatste stuk gaat over actualiteit, waarin
onder andere aandacht is voor de integrale bekostiging. Ook de masterclass probeert Margot van alle kanten te belichten. ‘Dat maakt het ook pittig, want onze beroepsgroep heeft het hart op de tong; de chat wordt dan ook actief gebruikt. Feedback is goed, daar sta ik voor open. Het belangrijkste is dat we niet blind worden voor elkaars standpunt. Dat we van elkaar leren en dat we ook inzien dat het mooi is dat er zo veel verschillende meningen zijn. Zwangere vrouwen zijn er immers ook in alle soorten en maten, en met verschillende overtuigingen en behoeften.’
7Ǖ6$)( .23(563,5$$/ +¤7 +25022195,-( $/7(51$7,() Wist je dat T-Safe: •
Zeer betrouwbare anticonceptie biedt?
•
Voldoet aan de hoogste kwaliteitsstandaarden?
•
Maar liefst 10 jaar werkzaam is?
•
Ook geschikt is als morning-aftermethode?
+(7 0((67 *(%58,.7( .23(563,5$$/7-( ,1 1('(5/$1'
Wil jij ook hormoon-, koperspiralen en het implantatiestaafje leren plaatsen? Schrijf je nu in voor de geaccrediteerde vaardighedentraining! 22-09 & 09-11 | Amersfoort | €150,- | 4 punten
$17,&21&(37,( 9$$5',*+('(175$,1,1*
0((5 ,1)2 ',5(&7 ,16&+5,-9(1
www.t-safe.nl | www.titushealthcare.nl | info@titushealthcare.nl
175x116mm_A.indd 1
Steeds meer vrouwen vragen om een andere oplossing!
16-05-2022 10:12
Een 100% natuurlijke methode om de menstruatiecyclus te volgen. Daysy® is het, de slimme Cyclus Tracker. Nauwkeurig weten wanneer je vruchtbare en onvruchtbare dagen zijn dankzij het interne algoritme in de Daysy®. Inzicht krijgen in je lijf en metingen synchroniseren naar de Daysy® App. Het kan allemaal. Waarom jaren je lichaam onderdrukken als je niet iedere dag van de maand zwanger kunt raken? Stichting DOKh biedt u een professionele, laagdrempelige, door het ministerie van VWS erkende klachtenregeling en Geschilleninstantie aan. Bij uw aansluiting bieden wij kosteloos extra service namelijk: - hulp bij calamiteiten; advies en rapportage - collegiaal support - jaarlijks een scholing; leerpunten uit klachten, geschillen en calamiteiten - inzet onafhankelijke vertrouwenspersoon en klachtencommissie ongewenste omgangsvormen voor uw collega’s in uw praktijk Voor informatie over de tarieven en aansluiten kijkt u op onze website:
Speciaal voor KNOV leden; ONLINE WEBINAR over de werking en nauwkeurigheid van de Daysy®. Dinsdag 13 september 2022 om 20.00 uur. AANMELDEN? Scan de QR-code. Als je nieuwsgierig bent hoe Daysy® vrouwen helpt. DAYSY.NL
Borstvoeding
Maak kennis met de nieuwe manier van kolven
Ontdek de nieuwe Philips Avent borstkolven met Natural Motion technologie, geïnspireerd door hoe baby’s drinken. De kolven hebben één borstschild dat geschikt is voor alle tepelmaten* en het is klinisch bewezen dat de elektrische kolven zorgen voor een bijna Ԟŭ łĚâēēâľâ ŊġâłØüÿâŊľâſâŭ**.
Gratis handkolf
Elektrische kolf Handkolf
Wil je ook kennis maken met de nieuwe manier van kolven? Schrijf je dan nu in voor onze nieuwe sample shop voor professionals op www.philips.nl/avent/professionals of scan de QR-code en ontvang de nieuwe handkolf gratis om te testen.
* Past op 99,98% van alle tepelmaten (tot 30 mm). ** Gebaseerd op klinisch onderzoek (n=40) uitgevoerd in Nederland (2019) en vergeleken met voorgaande kolftechnologieën van Philips. Ga voor meer informatie naar www.philips.nl/avent/borstvoeding.
Philips Avent is partner van
TEKST VRHL CONTENT EN CREATIE
Jong geleerd… ‘BETERE SAMENWERKINGEN DANKZIJ INTERPROFESSIONEEL OPLEIDEN’
De Verloskundige
23
Ze weten elkaar in het werkende leven beter te vinden, hebben meer respect voor elkaars discipline en hebben meer begrip voor elkaars denkwijze. Het zijn de meest gehoorde argumenten voor het organiseren van een puzzel die ‘interprofessioneel opleiden’ heet. Want het ís nogal een organisatie, om studenten van verschillende opleidingen op hetzelfde moment vrij te maken en lokalen beschikbaar te hebben. Het loont de moeite; studenten zijn enthousiast en leren elkaar beter kennen.
Universiteit, Antwerpen IPSIG staat voor ‘Interprofessioneel Samenwerken in de Gezondheidszorg’. Jaarlijks doen meer dan duizend studenten uit het laatste jaar van de opleidingen Geneeskunde, Fysiotherapie, Farmacie, Ergotherapie, Verpleegkunde, Sociaal Werk, Voeding en Diëtetiek, Orthopedagogie, Logopedie en Audiologie, Psychologisch Consulent en Vroedkunde mee aan de IPSIG-week.
Deze bestaat uit interactieve sessies waarbij kennis wordt gemaakt met elkaar en elkaars rol, een zorgplan rond een casus wordt gemaakt en aandacht is voor ethisch handelen, communicatie en reflectie op de eigen competenties. ‘De succesfactor van deze module is dat zowel universitaire opleidingen als opleidingen van hogescholen met elkaar samenwerken’, vertelt Giannoula Tsakitzidis. Zij ontwikkelde de IPSIG-module samen met een interprofessioneel team. ‘Maar er ontstaat ook samenwerking tussen Belgische, Nederlandse en anderstalige studenten. Die cultuurverschillen komen zorgverleners vaak tegen; mooi als met dit internationale aspect al in de opleiding kennis is gemaakt.’ Het zijn veel uiteenlopende opleidingen, dan kan een casus nooit voor iedereen helemaal van toepassing zijn. ‘Dat is ook niet erg’, zegt Giannoula. ‘Bij een casus rondom een hersenbloeding zal een vroedvrouw in opleiding inhoudelijk misschien niets concreets kunnen doen, maar ze kan wel meedenken. Zij levert een bijdrage door de manier waarop zij gewend is zich aan te passen aan de behoeften van een zwangere vrouw. Zij neemt de ziekte niet als uitgangspunt, maar de patiënt. Terwijl een arts in opleiding kennis heeft en uitgaat van ziekte X waar behandeling Y bij past. Van die verschillende perspectieven en mogelijkheden willen wij onze studenten bewust maken in deze week. Zij leren beroepsspecifieke kennis te overstijgen en samen te kijken naar de patiënt.’
‘BELANGRIJKE DOELEN ZIJN RESPECT VOOR ELKAAR EN EEN KIJKJE IN ELKAARS KEUKEN’
24
De Verloskundige
De IPSIG-week wordt al achttien jaar georganiseerd. ‘Elk jaar is het vechten om de logistieke uitdagingen te overwinnen’, vertelt Giannoula. ‘Want wij reserveren in deze week honderd docenten, zestig lokalen en hebben ook restaurants en parkeergelegenheid nodig. We hebben geleerd dat elke drie tot vijf jaar verantwoordelijke teams voor een groot deel vernieuwd zijn, met soms ook nieuwe decanen en/of nieuwe opleidingshoofden. Om steeds iedereen mee te krijgen en betrokken te houden, organiseren we iedere drie jaar een ‘VIPSIG’, met de ‘very important people’ uit de betrokken teams. Tot nu toe werkt dat!’
AP Hogeschool, Antwerpen In Antwerpen vindt nog een interprofessioneel project plaats. Hier neemt een groep studenten Verloskunde – van verschillende Vlaamse academies – zes tot twaalf weken een moeder-kindafdeling van een ziekenhuis over. Ze leren hier dus ‘in het echt’ met elkaar samen te werken.
Eveline Mestdagh van AP Hogeschool vertelt: ‘Hier gaat een heel voorbereidingsproces aan vooraf. Studenten leren met de systemen te werken en leren de protocollen en regels van het ziekenhuis kennen. Dan gaan ze aan de slag. De dienstdoende verloskundigen zijn wel aanwezig, maar alleen als observator.’ Een hele praktische vorm van opleiden dus, waar de studenten volgens Eveline veel van leren. ‘In deze periode zien we studenten enorm groeien. Ze leren om zelfstandig een arts te bellen en te briefen, een hele dienst uit te bouwen, multidisciplinair overleg te organiseren en om zelf beslissingen te nemen.’ Het is een behoorlijke investering voor zowel opleiding als ziekenhuis. ‘Maar het levert ook veel op’, zegt Eveline. ‘Veel van de studenten die hebben deelgenomen, blijven werken in het ziekenhuis waar ze het project hebben gevolgd; ze zijn immers al ingewerkt. Van sommige studenten zien we dat ze – nu ze écht zelfstandig moeten werken en niet langer achterover kunnen leunen – nog niet de competenties bezitten om zelfstandig aan het werk te gaan. Voor hen leidt dit project tot nieuwe leerdoelen.’
Academie Verloskunde, Amsterdam In de IPE-Unit (IPE staat voor Interprofessionele Educatie) zorgt een team – bestaande uit een student Verloskunde, een beginnend verpleegkundige, een coassistent Kindergeneeskunde en een coassistent Gynaecologie – voor vier kraamvrouwen. Claartje Hart is stagecoördinator bij Academie Verloskunde Amsterdam en vertelt: ‘Elke student heeft z’n eigen persoonlijke leerdoelen. Tegelijkertijd leren de studenten veel van elkaar. Coassistenten leren meer vanuit de patiënt en haar baby te denken, in plaats vanuit beleid. En verloskundigen krijgen meer vertrouwen in wat zij al kunnen en weten.’
‘GROTE KANS DAT ZE STRAKS OOK MET ELKAAR MOETEN SAMENWERKEN, FIJN ALS ZE NU AL KENNISMAKEN’
De Verloskundige
25
’s Ochtends krijgen de studenten de vier kraamvrouwen overgedragen. Voor deze vrouwen werken zij een beleid uit aan de hand van theorie. ’s Middags bespreken ze hun bevindingen met elkaar. Daar is een begeleider bij, die kritische vragen stelt. Claartje: ‘Belangrijke doelen zijn respect voor elkaar en een kijkje in elkaars keuken. Vooroordelen zie je verminderen, omdat ze elkaar echt spreken en met elkaar samenwerken. Er ontstaat veel bewondering voor elkaar en studenten ontdekken waarvoor zij andere specialismes kunnen inschakelen; wat hun kwaliteiten zijn. Een leuk inzicht dat we steeds zien: coassistenten zijn vaak erg onder de indruk van wat verloskundigen in opleiding al weten.’
Academie Verloskunde, Maastricht In Maastricht worden diverse activiteiten georganiseerd samen met de opleidingen Kraamverzorgende, Geneeskunde en Gynaecologie. De interprofessionele activiteit met de arts-assistenten is de tweedaagse cursus ‘Begeleiding en fysiologie van de baring’. De drie opleidingen Verloskunde ontwikkelden deze cursus samen met opleiders van arts-assistenten Gynaecologie. Vanuit de AVM is Ina Bastiaans betrokken bij deze cursus. Zij vertelt: ‘De eerste dag staan de ontwikkelingen in de verloskunde, baringshoudingen en shared decision making centraal. We gaan in op cijfers en trends, zoals: hoeveel vrouwen bevallen thuis en hoeveel vrouwen bevallen met een inleiding of sectio. Samen proberen we de achtergronden te verklaren en verschillende perspectieven te doorgronden.’ ‘Later die dag gaan we vooral praktisch aan de gang met baringshoudingen en gespreksvoering op basis van shared decision making. Het uitgangspunt is een goede en respectvolle sfeer, waar we vooral vanuit nieuwsgierigheid vragen aan elkaar stellen. Deelnemers komen achter hun overeenkomsten en verschillen, en ontdekken dat het doel voor iedereen gelijk is. Namelijk de beste uitkomsten voor moeder en kind.’
26
De Verloskundige
Om het begrip voor elkaars perspectief te versterken lopen de deelnemers – los van de twee cursusdagen – een dag mee op elkaars werkplek. Ook werken ze in subgroepjes aan een presentatie over een onderwerp dat gerelateerd is aan de fysiologie, vertellen vertegenwoordigers van de KNOV en de NVOG over integrale samenwerkingen en reflecteren deelnemers op hun handelen naar aanleiding van de inzichten die de eerste dag heeft opgeleverd. Ina: ‘Het doel is niet om het met elkaar eens te zijn, maar om bewust te worden van de perspectieven die er zijn en van wat die perspectieven bij je oproepen. Die bewustwording en de verdieping op het gebied van de fysiologie vormen een basis voor wederzijds respect en begrip en bevorderen een toekomstbestendige samenwerking.’
Academie Verloskunde, Groningen In Groningen wordt binnen diverse modules de integrale samenwerking al vroeg aangeleerd. Een mooi voorbeeld is de studieochtend rond zwangere vrouwen in een kwetsbare situatie. Relinde van der Stouwe vertelt: ‘In Groningen hebben we een samenwerking rondom kwetsbare gezinnen tussen onder andere JGZ, kraamzorg, verloskunde en de gemeentelijke Wij-teams*. Daarvoor is aandacht tijdens deze studieochtend. Zo leren verloskundigen, kraamverzorgenden en verpleegkundigen in opleiding en studenten Social Work al voordat zij aan het werk gaan hoe het hier is ingericht en wat hun rol binnen die samenwerking is. Na de introductie gaan de studenten in groepjes uiteen, waarbij studenten van verschillende disciplines bij elkaar worden gezet. Aan de hand van een casus over een kwetsbare zwangere maken zij met elkaar een zorgplan. Hierna oefenen we een warme overdracht van kraamverzorgende en verloskundige naar JGZ-verpleegkundige of maatschappelijk werker.’ Een nieuwe uitdaging ondervindt Relinde bij de module ‘Reproductieve Gezondheidszorg’; een module voor de tweedejaarsstudenten Geneeskunde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Studenten Verlos- en Verpleegkunde sluiten aan op een van de opdrachten, waarbij een multidisciplinair overleg wordt voorbereid en gevoerd. ‘Het is een ontzettend mooi project, maar praktisch lastig uitvoerbaar omdat alle drie de opleidingen een eigen studieschema hebben.’ Toch wordt alles op alles gezet om het te realiseren. ‘Studenten vinden deze vorm van onderwijs heel nuttig. Zo zie ik het ook; ze komen al vroeg in aanraking met professies waar zij later ook veel mee te maken kunnen hebben. Als zij nu al leren hoe zij hun eigen rol in dergelijke samenwerkingen kunnen vormgeven, hebben zij een grote voorsprong.’ * Wij Groningen adviseert en ondersteunt mensen in de gemeente Groningen om zelf grip te krijgen/houden op hun leven. Het verzorgt de indicaties voor de Wmo en Jeugdwet.
Verloskunde Academie, Rotterdam Verloskundigen in opleiding van het derde jaar hebben al heel veel kennis. Daarom zijn zij degenen die lesgeven tijdens de lesdag over fysiologische baringen in Rotterdam. Deze vaardigheidsles wordt gevolgd door coassistenten Geneeskunde die bijna aan hun coschap Gynaecologie beginnen. Corrie Lodewikus is docent Verloskunde in Rotterdam: ‘Onze studenten merken tijdens deze dag dat ze al veel van de fysiologie afweten; veel meer dan de studenten Geneeskunde, die zijn immers breder opgeleid.’ En ander mooi interprofessioneel initiatief in Rotterdam zijn de twee onderwijsdagen die onlangs werden georganiseerd. Deze opleidingsdagen werden gevolgd door gynaecologen in opleiding en verloskundigen in opleiding. ‘We hebben hen twee keer een casus gezamenlijk laten bespreken. Een voorbeeld van zo’n casus is meconiumhoudend vruchtwater; wanneer beslis je dat het te laat is om naar het ziekenhuis te gaan? Welke afwegingen maak je? Hoewel gynaecologen in opleiding het iets spannender vinden om een dergelijke situatie in de eerste lijn te laten dan de verloskundigen in opleiding, merken ze vooral dat hun overeenkomsten groter zijn dan de verschillen. Een mooie eyeopener.’ Corrie merkt dat de drempel om elkaar op te zoeken verlaagd wordt. ‘Een student vertelde mij eens dat ze het best spannend vond om te overleggen met de tweede lijn, maar dat dit door deze onderwijsdagen was veranderd. Onbekend maakt onbemind, maar juist in die samenwerking moeten we elkaar zien te vinden. Bovendien is de kans groot dat de studenten van vandaag ook écht elkaar samenwerkingspartners worden. Hoe mooi is het dan, dat zij elkaar al hebben leren kennen?’
‘SAMEN PROBEREN WE ACHTERGRONDEN TE VERKLAREN EN PERSPECTIEVEN TE DOORGRONDEN’
De Verloskundige
27
TEKST VRHL CONTENT EN CREATIE
INTERNATIONAAL
2022
1922 VERSUS 2022
2001
De unieke rol van verloskundigen 1981 wereldwijd Oud-verloskundige en hoogleraar Joyce Thompson (80) is in de Verenigde Staten een autoriteit op het gebied van verloskundige zorg. Met een indrukwekkende, internationale staat van dienst zet deze Amerikaanse zich al jarenlang met verve in voor het vak. Op dit moment legt ze de laatste hand aan een boek over de rol van de International Confederation of Midwives (ICM) de afgelopen honderd jaar. ‘Dat constante kleinmaken en marginaliseren van vrouwen – wereldwijd – heeft mij gesterkt om met vrouwen te werken’.
e ICM bestaat dit jaar honderd jaar. Een mooi moment om stil te staan bij de totstandkoming van deze organisatie die zich wereldwijd inzet voor de belangen van organisaties van verloskundigen. En vooral ook om te kijken naar de rol van verloskundigen. Op dit moment legt Joyce, samen met drie co-auteurs die (zijdelings) betrokken zijn bij ICM, de laatste hand aan een boek over ‘de evolutie van ICM als internationale gezondheidsorganisatie tussen 1922 en 2022’, zoals ze de inhoud bondig samenvat. Vanuit Michigan is deze voormalig verloskundige meer dan bereid een interview te geven en haar opgedane inzichten en visie over verloskundige zorg te delen.
D
Voormoeders Het samenstellen van het boek ging niet zonder slag of stoot. Archieven doorzoeken, verloren documenten proberen te achterhalen en heel veel schrijven. Dat laatste deed Joyce vooral zelf gezien haar jarenlange, academische achtergrond.
28
De Verloskundige
Wat hoopt ze te bereiken met dit boek? ‘Met dit boek wil ik graag een bijdrage leveren om verloskundigen de geschiedenis van hun internationale verloskundigenvereniging en daardoor ook hun vak beter te laten begrijpen. Ook eer ik onze voormoeders die dit werk deden.’ Anno 2022 is ICM is een gerespecteerde, internationale organisatie, maar tijdens de oprichting in oktober 1922 zag het werkende leven voor verloskundigen er heel anders uit, vertelt Joyce. ‘Vroeger was het vaak zo dat als je moeder of tante verloskundige was, jij dat ook werd. Je maakte kennis met het beroep door mee te gaan naar bevallingen en werkte mee als leerling. In West-Europa kwamen rond 1900 de eerste professionele scholen voor verloskundigen, denk aan landen als Frankrijk, Nederland, Engeland en Duitsland. Vrouwen – want het was een echt vrouwenberoep – leerden hoe ze de moeder gezond konden houden. Hoewel de hygiënische voorzieningen er niet altijd waren.’
1961
Vakbond ‘Na de Eerste Wereldoorlog kwamen verloskundigen in een soort vakbond bij elkaar,’ vertelt Joyce. Het was het begin van wat de ICM nu is. ‘De vraag hoe de vakbond al die moeders en baby’s kon ondersteunen, was een thema waar ze gedurende de oorlog en ook daarna mee te maken kregen. Vrouwen overleden door de gewelddadigheden tijdens de oorlog, maar ook door slechte hygiëne. Toch waren verloskundigen succesvol, omdat ze thuisbevallingen deden. Als zij een bevalling begeleidden, was dat hygiënischer dan wanneer dat in een ziekenhuis gebeurde, omdat zij geen bacteriën van iemand anders overdroegen,’ licht Joyce toe. ‘Opeens werd het werk van verloskundigen als belangrijk gezien; zij hadden immers de kennis om vrouwenlevens te redden. Ook kreeg het beroep na de Eerste Wereldoorlog een meer wetenschappelijke basis.
1941
‘OPEENS WERD HET WERK VAN VERLOSKUNDIGEN ALS BELANGRIJK GEZIEN; ZIJ HADDEN DE KENNIS OM VROUWENLEVENS TE REDDEN’
1922 De Verloskundige
29
INTERNATIONAAL
2022
‘ALS INDIVIDU KAN IK WEINIG VERSCHIL MAKEN IN VROUWENLEVENS, DUS DEELDE IK MIJN EVIDENCE-BASED KENNIS’ Dat besef drong ook door bij verloskundigen. Zij begonnen samen te komen om te praten over hun ervaringen, hoe het werk gaat en wat ze aan kennis met elkaar kunnen delen. Het begon als een sociaal event, een vrouwenbond. Pas in 1950 had ICM de rol om verloskundigen die geen toegang hadden tot die informatie ook in andere delen van de wereld, buiten Europa, te ondersteunen. Opeens werd de wereld wakker en zag men dat de verloskundige een belangrijke zorgverlener is. In WestEuropa wisten ze dat al die tijd al, maar in de Verenigde Staten bijvoorbeeld was het een strijd om het als een legitiem beroep te zien, en dat is in veel delen van dit land nog steeds zo. We staan nu in elk geval een stuk sterker.’
Stem Toen Joyce in de jaren ’60 in Zuid-Chili woonde en werkte, trof het haar hoe vrouwen werden behandeld. ‘Ik kan me nog herinneren dat ik een gesprek opving tussen een pastoor en een boer die klaagde dat zijn koeien geen melk gaven. Als verloskundige wist ik veel over borstvoeding geven, dus ik vroeg hoeveel water de koeien kregen. Ik kreeg te horen dat ik stil moest zijn; vrouwen horen hun mond niet open te trekken. Nou, dat was niet mijn benadering in het leven! Pas daar realiseerde ik me hoe slecht vrouwen werden behandeld. Dat constante kleinmaken en marginaliseren van vrouwen – wereldwijd – heeft mij gesterkt
30
De Verloskundige
om met vrouwen te werken. De verloskunde is daar het ultieme vak voor. Een ander belangrijk inzicht was dat als ik andere vrouwen in hun kracht wilde zetten, ik zelf empowered moest zijn. Gedurende de jaren heb ik mijn stem gevonden en heb ik die op verschillende manieren kunnen laten horen; bij de ICM, als wetenschapper en docent. Je kan niet stil zijn als je onderwijs geeft. Als individu kan ik misschien weinig verschil maken in vrouwenlevens, dus deelde ik mijn evidence-based kennis.’
Ondersteunen ‘Als je kijkt naar wat empowerment inhoudt, dan gaat het om kennis, wilskracht en daden,’ stelt Joyce. ‘Het idee van empowerment is ook het ondersteunen van vrouwen en verloskundigen. Dat kun je alleen maar doen door naast hen te wandelen en
‘EMPOWERMENT GAAT OM KENNIS, WILSKRACHT EN DADEN’
hun stemmen te laten klinken. ICM heeft dat de afgelopen vijftig jaar gedaan door verloskundigen wereldwijd te onderwijzen en door op te komen voor hun belangen. Helaas kan de organisatie weinig doen aan de nog altijd slechte salarissen van verloskundigen, maar ze kunnen wél helpen verloskundigen hun stem en motivatie te laten vinden en voor zichzelf op te laten komen. Politiek actief zijn kan heel goed werken, maar dan zijn bewijzen en cijfers erg handig om je verhaal te ondersteunen. Dat is precies waar de ICM zich voor inzet; het verzamelen van wetenschappelijke evidence om het belangrijke werk van verloskundigen te onderstrepen. De rol van verloskundigen is alleen maar verder uitgebreid – denk aan voorlichting over zwangerschap, seksuele voorlichting en postnatale zorg – en dan is het nog belangrijker dat zij zich goed voelen over zichzelf.’
Balans Volgens Joyce is het equiperen van verloskundigen van groot belang, zeker gezien de druk die er op hen ligt door krapte in de arbeidsmarkt. ‘Verloskunde is een combinatie van hoofd, hart en handen. Als je alleen je handen gebruikt, zonder je hart erbij te betrekken, dan krijg je waarschijnlijk de meest werktuigelijke en routinematige medische zorg. Je geeft dan niet om mensen, maar wil gewoon handelen. Je moet als verloskundige altijd kritisch blijven denken, altijd je hart gebruiken in termen van zorgen en je hebt zachte handen nodig om accuraat onderzoek te kunnen doen bij een vrouw. Het is echt een geweldig beroep waarbij je alle drie kunt inzetten. Toch laat de realiteit zien dat je als verloskundige ook je eigen grenzen moet kennen en moet begrijpen hoe je de balans kun bewaren. Je kunt niet verlangen dat verloskundigen uitgeput raken door de uitoefening van hun werk en ook nog van ze verlangen dat ze voor hun gezin zorgen. De politiek speelt daar ook een rol in; verloskundigen zijn immers gerespecteerde leden van de maatschappij. Want vergeet niet dat de verloskundigen zich inzetten om naast vrouwen te blijven staan, waar ze zich ook begeven; of dat in een achteraf dorp in Afrika is, of in een vluchtelingenkamp. Mensen erkennen dat en hebben vertrouwen in ons als zorgverlener.’
Samenwerking ‘Verloskundigen denken nog weleens dat ze het allemaal zelf kunnen, maar een goede samenwerking met verpleegkundigen en artsen is essentieel om ons beroep goed uit te kunnen oefenen,’ stelt Joyce. ‘We hebben allemaal verschillende achtergronden, maar zijn werkzaam in hetzelfde veld en zijn allemaal belangrijk en nodig. Dat wederzijdse respect naar elkaar toe, kan denk ik beter. Je kan niet alles alleen doen. Soms is het verstandig na te denken hoe en waar je je expertise wilt inzetten. Ik geloof dat de rol van verloskundigen steeds belangrijker gaat worden, studies tonen de kostenefficiëntie van verloskundigen ook aan. Des te meer door de bezuinigingen in de zorg moeten we onze stem laten horen en politiek actief zijn waar dat kan. Verloskundigen horen in het centrum van de geboortezorgzorg – zij zorgen voor de seksuele en reproductieve gezondheid en rechten van vrouwen. De maatschappij kan niet zonder hen.’
1922 De Verloskundige
31
Professionals
Uitnodiging Lunch & Learn
Op uw locatie of online
Leer meer over Philips en voor uw relevante onderwerpen tijdens een gezellige gratis lunch met uw collega’s*. Mogelijke voorlichtingsonderwerpen zijn: • Mondgezondheid tijdens de zwangerschap • De fysiologie van borstvoeding • Hulp bij borstvoedingsproblemen Interesse gewekt? Stuur dan een mail naar aventprofessional@philips.com of ga naar www.philips.nl/avent/professionals.
* Minimum aantal deelnemers: 3 personen.
1-2_175x116mm_C.indd 1
09-05-2022 11:12
Buddy
Het favoriete multifunctionele kussen voor mama’s (in spe) dat hen ondersteunt tijdens de zwangerschap en voedingsmomenten.
al onrze k e d t n O sens hie kus
Grow in comfort
doomoo.com
1-2_175x116mm_A.indd 1
03-05-2022 09:18
Praten over seks was nog nooit zo makkelijk
OPTIMALE ANTICONCEPTIECOUNSELING OOK JOUW PASSIE?
Dieuwke Ottens is een professional en eerste aanspreekpunt voor vragen op het gebied van seksualiteit. Ze beschikt over een groot netwerk op het gebied van seksuele gezondheid en biedt kortdurende resultaatgerichte hulp. Het is nu mogelijk dit soort zorg voor jullie cliënten mogelijk te maken. Een aantal praktijken zijn jullie al voorgegaan. Dit kun je verwachten van de samenwerking met Dieuwke: • Het zorgt voor een uniek zorgaanbod in je eigen praktijk, zonder dat je er zelf moeite voor hoeft te doen. • Onderscheidend zorgaanbod ten opzichte van collega’s. • Ondersteuning bij de implementatie in je praktijk. • Gratis gebruik van ondersteunende materialen • Tips voor werving en PR. • Geen extra kosten.
WANTED: Medical Advisor Vlaanderen 32-40 uur (V/M) Titus Health Care wil het verschil maken in het dagelijks leven van vrouwen. Wil jij dat ook? Dan zijn wij op zoek naar jou!
•
Je organiseert nascholingen, trainingen en medische projecten in de Benelux.
•
Je traint Vlaamse zorgprofessionals in de insertietechnieken van koperspiralen en het implantatiestaafje.
•
Je houdt de nieuwste wetenschappelijke inzichten op gynaecologisch gebied bij.
Interesse? Reageer vóór 15 juli via medical@titushealthcare.nl Bel voor meer informatie of een vrijblijvend kennismakingsgesprek met Dieuwke Ottens, geregistreerd consulent seksuele gezondheid NVVS, co-trainer Rutgers, auteur en deskundige ‘Zwangerenportaal’. Tel: 06-44855320, dieuwke@praktijkvoorseksuelegezondheidhaarlem-noord.nl, www.praktijkvoorseksuelegezondheidhaarlem-noord.nl
bekijk hier de vacature
COLUMN VAN HET BESTUUR
Het KNOV-bestuur maakt in zijn geheel plaats voor een nieuw bestuur. Rond het moment dat dit artikel gepubliceerd wordt, zullen de nieuwe bestuursleden gekozen worden. We geven de ‘oude’ bestuursleden graag de ruimte om op papier te zetten op welke successen van de afgelopen drie jaar zij trots zijn. En van welke fouten het nieuwe bestuur kan leren.
Marrit Smit: ‘De klinisch verloskundigen gaan eindelijk werken onder eigen bevoegdheid, een proces waar tien jaar strijd aan vooraf is gegaan.’
Hard gewerkt rie jaar geleden gooiden wij het over een andere boeg. Aanleiding was de onvrede onder leden en de roep om verandering. We richtten ons op de inrichting van een proactieve en dynamische vereniging die snel kan inspelen op het veranderende geboortezorglandschap. Het bureau kreeg een nieuwe structuur en we introduceerden senior programmamanagers. Zij zouden in nauw contact staan met de leden, zodat zij samen aan de uitvoering konden werken. Deze combinatie van verloskundige inhoud met externe expertise kan een krachtig samenspel opleveren. Dat uitgangspunt is sterk. De uitvoering bleek complex. Zeker met de uitdagingen die wij op ons pad kregen.
D
De KNOV-organisatie was veranderd, senior programmamanagers waren gestart en toen kwam corona. Een tegenslag op een vervelend moment. Senior programmamanagers zouden zich ín de regio’s bevinden; het persoonlijke contact zou de kracht zijn. Dat is lastig als alles digitaal gaat en leden hártstikke druk zijn om zich aan alle nieuwe maatregelen aan te passen. Als bestuur hadden we onze leden meer moeten inlichten over het doel van alle organisatieveranderingen, zeker toen persoonlijk contact moeilijker was. Goede communicatie is onmisbaar. Toen het vertrouwen van leden verminderde, had het kunnen helpen dat bespreekbaar te maken. Er speelt nog iets mee; het brede takenpakket van de KNOV. Onze vereniging heeft namelijk twee belangrijke taken; het behartigen van de belangen én het borgen van de kwaliteit.
34
De Verloskundige
Berteld Kok: ‘We zijn trots dat we met andere stakeholders een goed fundament hebben gelegd voor passende bekostiging vanuit de cliënt, in plaats van vanuit de organisatie.’
Sophie Six: ‘Het verloskundig ondernemerschap heeft veel aandacht gehad, onder meer door het leiderschapsprogramma van de Baak en de KNOV. Mooi, want we hebben meer leiderschap nodig!’
Veel andere beroepsgroepen hebben deze taken ondergebracht in verschillende organisaties. De huisartsen hebben de LHV om hun belangen te behartigen en de NHG om de kwaliteit te borgen. Gynaecologen hebben met de Federatie Medische Specialisten en KNMG eenzelfde soort verdeling. Belang en kwaliteit kunnen elkaar versterken. Maar de vraag welk van de twee meer aandacht verdient zorgt voor ongelijkheid en discussie. En daar stippen we meteen een ander belangrijk issue aan; de verdeeldheid onder onze leden. Onze beroepsgroep professionaliseert. De beroepsgroep wordt diverser. KNOV-leden bestaan uit praktijkhouders van grote en kleine praktijken, caseloaders, waarnemers, klinisch verloskundigen, verloskundig echoscopistes, onderzoekers en wetenschappers en studenten. De KNOV moet ál die gelederen horen en hun belangen afwegen. Dat is soms ingewikkeld. Het vraagt van de leden om de eigen belangen binnen het grote geheel te zien. Maar ook communicatie vanuit het bureau is nodig, om te verbinden. Daar hebben wij als hele vereniging nog in te leren. En het is een grote kans, want uiteindelijk maakt diversiteit een vereniging juist vitaal!
Kees Erends: ‘We hebben van de KNOV een financieel gezonde vereniging gemaakt. Dat is essentieel om kerntaken te kunnen uitvoeren.’
Met de diversiteit van leden en bijbehorende verschillen in focus – op belangen versus kwaliteit – moet een bestuur koers zetten en houden. Daarom hebben we een prachtige visie ontwikkeld, waarvan continuïteit van zorg door verloskundigen de kern vormt. Hoe divers we ook zijn; dit visiedocument vertegenwoordigt ons allemaal. Het vormt een stevige basis en geeft ons een duidelijke koers en focus waar het beroep voor staat, nu en in de toekomst. Met die visie als ruggengraat hebben wij gebouwd aan een sterk meerjarenplan. Daaruit kan elk volgend jaarplan worden afgeleid. Nu is het tijd voor een nieuwe fase. Om onze positie in het zorglandschap te versterken, hebben we een stevige beroepsvereniging nodig. Een vereniging, waar haar leden trots op zijn. Met een bestuur dat in zijn geheel opnieuw gekozen is door de leden.
Carola Groenen: ‘Er is voor het eerst een samenwerking tussen alle verloskundige opleidingen en de KNOV gekomen om een gezamenlijke masteropleiding te realiseren.’
Beste leden, sta áchter dat bestuur. Wees opbouwend kritisch, wees divers én kijk over de eigen belangen heen, communiceer opbouwend en geef het bestuur vertrouwen. Zo krijgt het mandaat. Dat is nodig om onze belangen te behartigen en de kwaliteit van ons vak te borgen. Alle delen van een vereniging hebben een eigen rol en juist in die samenwerking ontstaat wat wij verdienen; een belangrijke rol in de geboortezorg! Carola Groenen, Marrit Smit, Berteld Kok, Sophie Six en Kees Erends
De Verloskundige
35
BEST PRACTICE CARROUSEL VOOR VSV’S
(Hoe) kunnen we succesvol implementeren in de
geboortezorg? VSV’s zijn goed in het bedenken van veelbelovende innovaties in de zorg. Structurele implementatie is echter lastig, waardoor elk VSV zelf het wiel opnieuw uitvindt. Bovendien is er geen goed systeem voor opschaling van succesvol gebleken innovaties. De Nederlandse geboortezorg doet zichzelf hiermee tekort. ntwikkelingen in de geboortezorg zijn gericht op betere zorg voor moeder en kind. In de geboortezorg krijgen VSV’s, naast de door henzelf geïnitieerde projecten, talloze verzoeken en verplichtingen tot verandering van hogerhand1. De VSV’s worden verantwoordelijk gehouden voor het verbeteren van de geboortezorg in hun regio; een grote taak naast het dagelijkse takenpakket van de deelnemers in het VSV. De ambitie van VSV’s is groot, maar de kennis en methodiek om succesvol te implementeren blijken tekort te schieten. VSV’s ervaren een enorme prestatiedruk en
O TYPE
ONDERWERP
Inhoudelijk
BAMI
Samenwerking
De Verloskundige
4x
Ballonnen
4x
Briefing-debriefing
1x
CTG in 1e lijn
1x
Integraal huisbezoek
1x
Kraamzorg Plus
3x
Moederraad/cliëntenraad
6x
Versies
1x
Klimaattop
4x
Multidisciplinaire Intervisie
4x
Tabel 1. Best practices
36
GEKOZEN
voelen zich vaak onvoldoende toegerust en onvoldoende daadkrachtig om de gewenste en opgelegde acties door te voeren.
Opzet VSV Carrousel De wens tot verbetering van de slagkracht van VSV’s deed de coördinatoren van het regionaal consortium Geboortezorg Oost en de directie van Talmor besluiten om de ‘VSV Best Practice Carrousel’ te initiëren. Het doel was tweeledig: 1) VSV’s faciliteren een gewenste best practice uit een andere regio te implementeren, en 2) de succes – en faalfactoren bij implementatieprocessen in VSV’s definiëren, om handvatten te kunnen geven richting meer slagvaardige organisaties. Achterliggend idee was dat het bewust zelf doorlopen van een implementatieproces, met structurele aandacht voor reflectie en bijsturing gedurende de gehele looptijd, een toekomstige implementatie vergemakkelijkt.
De Best Practices Een lijst van tien recente Best Practices uit de Nederlandse geboortezorg (tabel 1) en een team van acht ervaren facilitators/projectleiders om de regio’s te gaan begeleiden, waren het startpunt van het project en het onderzoek. Vanaf het voorjaar van 2019
TEKST DR. NOORTJE T.L. VAN DUIJNHOVEN, RUTH EVERS, MARIEKE SMITH, DORINE C. VELDHUYZEN, MBA
WETEN SCHAP
n Actio
Research
Tussenevaluaties Reflection
ion Act
Startbijeenkomst
rch sea Re
earch Res
Uitvoering & Reflectie
Slotbijeenkomst Reflection
Tussenevaluaties Reflection
Re-plan
Reflection Re-plan
h
sea
io n
Act
Re
rch Re
sea
io n
Act
n
h
n
arc
A c tio
Rese
arc
A c tio
Rese
rch
Re-plan Re-plan
Start tio n
Uitvoering & Reflectie
ef
le c
Uitvoering & Reflectie
R
Figuur 1. PAR-onderzoeksmethode
mochten alle VSV’s en IGO’s kiezen voor een extern begeleid en betaald implementatietraject van zes maanden. Elk VSV/elke IGO mocht twee keer meedoen aan de Best Practice Carrousel. In totaal draaiden in ruim twee jaar 29 projecten in 25 VSV’s/IGO’s. Zodra de keuze voor een Best Practice definitief was en een werkgroep geformeerd, kreeg het VSV/de IGO een projectleider aangeboden om het implementatieproces te faciliteren.
De PAR-methode Parallel aan ieder implementatietraject werd aan de hand van de zogeheten PAR-methodiek data verzameld over de voortgang van het
‘AMBITIES ZIJN GROOT, MAAR DE KENNIS EN METHODIEK OM SUCCESVOL TE IMPLEMENTEREN SCHIETEN TEKORT’ traject. PAR staat voor: Participatory Action Research en bij deze methode zijn alle deelnemers van de studie tevens actief onderzoeker2. De PAR-methode kenmerkt zich door de actieve en gestructureerde reflectie van de deelnemers, in dit geval de werkgroepleden, zowel individueel als in de groep. Het doel hiervan is om gedurende de onderzoeksperiode bewuste interventies te doen om de aanpak te verbeteren. Deze methode faciliteert de werkgroep om zelflerend te zijn en gaandeweg te verbeteren.
FASE
LAAG BEWUSTZIJN
DOEL
1. Objectief
Zintuiglijke waarneming
Verzamelen van relevante feiten
2. Reflectief
Persoonlijke ervaring en beleving
De feiten betekenis geven
3. Interpretatief
Betekenis geven
Uitwisselen belangrijke gezichtspunten
4. Besluitend
Gevolgtrekking
Vormen gezamenlijke conclusie
Tabel 2. Vragenhiërarchie om het natuurlijk denkproces te volgen
De Verloskundige
37
WETEN SCHAP
8. Borgen
Implementeren en volhouden
7. Niet verslappen, maar doorzetten 6. Korte termijn successen creëren en vieren
De hele organisatie bij het proces betrekken en ervoor uitrusten
5. In staat stellen te veranderen en zorgen voor draagvlak 4. Communiceer visie & creëer veiligheid
Een klimaat voor verandering scheppen
3. Een juiste visie en strategie ontwikkelen 2. Een leidend team vormen 1. Gevoel van noodzaak versterken
Figuur 2. Fasen voor het slagen van succesvolle veranderingen4.
De werkgroep had een start-, tussen- en eindbijeenkomst. Deze bijeenkomsten kenden een heldere structuur in het gezamenlijke gesprek (tabel 2), om zaken bespreekbaar te maken en verbeteringen direct door te voeren. Als onderdeel van de PAR-methodiek werd de vragenhiërarchie vanuit de Technology of Participation3 gebruikt. In de tijd tussen de bijeenkomsten vulden de werkgroepleden wekelijks een korte vragenlijst in via een app, als reflectie op het persoonlijke proces als onderdeel van het geheel. Na afloop van de eindbijeenkomst gaven zowel de werkgroepleden als het VSV-/IGO-bestuur, de projectleiders en de contactpersoon van ons onderzoeksteam via een digitale vragenlijst
KERNPUNTEN 1.
Verloskundige Samenwerkingsverbanden (VSV’s) en IGO’s zijn bezig met een professionaliseringsslag.
2.
Er heerst discrepantie bij VSV’s/IGO’s tussen verantwoordelijkheid krijgen en kunnen nemen.
3.
Structurele reflectie van zowel het individu als het team gedurende een implementatietraject is waardevol, zo niet voorwaardelijk voor succesvol kunnen veranderen.
4.
Voor succesvolle implementatie zijn wederzijds begrip, vertrouwen en gelijkwaardigheid, aanwezigheid van een kartrekker en mandatering vanuit de achterban nodig.
5.
Uitkomsten In totaal zijn er 83 PAR-bijeenkomsten geweest en 179 vragenlijsten ingevuld. Samen heeft dit geleid tot de input van honderden ervaringen en observaties die verband hielden met het implementatietraject van de Best Practices in de deelnemende VSV’s/IGO’s. Codering en groepering van alle input vond plaats naar het model van Kotter4, met acht voorwaardelijke fasen voor succesvolle veranderingen in groepen (figuur 2). Het grootste deel van de input was onder te brengen in fasen 2 t/m 5 van Kotter, waarmee duidelijk de essentiële fasen bij implementatie in een VSV/IGO naar boven kwamen. Succesfactoren waren vaak de positief geformuleerde faalfactoren en vice versa. De belangrijkste factoren kennen samengevat de volgende thematiek: mandatering, extern voorzitterschap of ondersteuning, juiste mensen aan tafel, koersvastheid, de noodzaak van het aandacht geven aan de zachtere aspecten van de samenwerking, juridische en financiële kaders, communicatie en draagvlak.
Aanpassingen in kaders en randvoorwaarden vanuit het geboortezorgsysteem zullen de ontwikkeling van VSV’s/IGO’s tot slagvaardige en zelfregulerende organisaties faciliteren.
38
input over de ervaren succes- en faalfactoren en het verwachte effect van het implementatieproces op de slagvaardigheid van het VSV/ de IGO.
De Verloskundige
Om deze uitkomsten op breder regionaal en landelijk niveau in een systemisch kader te
plaatsen, hebben we tien personen geïnterviewd die werkzaam zijn in overkoepelende geboortezorg organisaties. Uit deze interviews kwamen vergelijkbare thema’s naar voren: wederzijds begrip, vertrouwen en gelijkwaardigheid, aanwezigheid van een kartrekker en mandatering. Dit lijken misschien voor de hand liggende en op het eerste gezicht bekende uitkomsten, maar niet eerder zijn deze randvoorwaardelijke factoren onderzocht in data afkomstig van VSV’s en IGO’s. Biedt het doorlopen van zo’n extern gefinancierd en begeleid traject voor een werkgroep ook voordelen voor de toekomst en het hele VSV/de hele IGO? De werkgroepleden en projectleiders hadden hier meer vertrouwen in dan de VSV- en IGO-besturen. Tweederde van de participanten geloofde dat het doorlopen van het Best Practice-traject een positief effect heeft op de samenwerking én de slagvaardigheid om in de toekomst succesvoller te kunnen innoveren. De mensen die geen actief deel uitmaakten van de werkgroep – inclusief de individuele en groepsgewijze reflecties – waren minder van vertrouwen richting de toekomst.
Praktische handvatten Om de bevindingen beschikbaar te maken voor de dagelijkse praktijk, is een animatie gemaakt. Ook werd een toolbox ontwikkeld, met inspirerende en laagdrempelig te gebruiken onderdelen die de praktische implementatie in het eigen VSV/de eigen IGO faciliteren. Zie voor de animatie en toolbox bestpracticeproject.nl. Door de data schemerde nog iets anders heen; iets van systemische en organisatorische aard. De geïnterviewden identificeerden daarmee aspecten die voorwaardelijk zijn om VSV’s en IGO’s überhaupt in staat te stellen de gewenste professionaliseringsslag te maken. Zij herkennen en erkennen een overbelast veld en pleiten voor drastische veranderingen van het systeem. De onredelijke overvraging van het veld is confronterend en impliceert de urgentie voor een voorgestelde transitie. Nieuw gestelde kaders en rand-
‘TWEEDERDE VAN DE PARTICIPANTEN GELOOFDE DAT HET DOORLOPEN VAN HET BEST PRACTICE-TRAJECT EEN POSITIEF EFFECT HEEFT OP DE SAMENWERKING EN SLAGVAARDIGHEID’ voorwaarden zouden faciliterend moeten zijn voor de VSV’s/IGO’s op weg naar echte integrale en overstijgende zorg voor moeder en kind. Dit sluit naadloos aan op de recent, meermaals benoemde nadrukkelijke noodzaak tot structurele, inhoudelijke en bestuurlijke netwerksamenwerking in de geboortezorg, met name op lokaal en regionaal niveau5,6.
De toekomst VSV’s en IGO’s kunnen de verantwoordelijkheid voor het realiseren van optimale zorg voor moeder en kind pas op zich nemen, als ze deze verantwoordelijkheid ook actief kunnen omarmen. Dat vergt een parallelle inspanning van de regionale VSV’s/IGO’s en een aanpassing van het gehele landelijke geboortezorgsysteem. Om deze transities succesvol te laten zijn, zijn de implementatielessen uit de Best Practice Carrousel van toepassing op alle lagen die het systeem kent. Alleen als ook het systeem bereid is tot verandering, kunnen VSV’s en IGO’s zich ontwikkelen tot meer slagvaardige organisaties. Bied hen betere en eerlijkere kaders en randvoorwaarden, en VSV’s/IGO’s zullen niet alleen bereid, maar ook bekwaam zijn tot succesvolle implementaties. Bronnen 1. Zorgstandaard Integrale Geboortezorg (2016). Versie 1.1. Zorginstituut Nederland, Utrecht. 2. McIntyre A. Participatory Action Research. California: Sage Publications; 2008. doi: 10.4135/9781483385679. 3. Internationale organisatie voor facilitatie en participatie. www.ica-international.org/icas-technology-of-participation-top/ 4. Kotter J, Rathgeber H. Onze ijsberg smelt! Succesvol veranderen in moeilijke omstandigheden. Amsterdam: Business Contact; 2020. 5. Achterberg P, Harbers M, Post N, Visscher K. Beter Weten: Een Beter Begin. Samen sneller naar een betere zorg rond de zwangerschap. Bilthoven: Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM; 2020. doi: 10.21945/RIVM2020-0140. 6. Van Zijp C, Van Urk F, Dreef S, De Graaff A, Verheul M. Samen (net)werken in de zorg: doorbreken van patronen. Utrecht: Berenschot; 2021.
De Verloskundige
39
People.Health.Care.
Cellacare® Materna
voor een actieve zwangerschap Cellacare Materna Classic en Comfort ortheses zijn bedoeld om: Q
Q
Q
Q
Lees meer :
de lumbale wervelkolom te stabiliseren, een verkeerde houding te corrigeren, een verstoorde balans te verbeteren, het risico op vallen te verminderen.
Cellacare Materna biedt u de mogelijkheid om zwangere vrouwen bijna directe verlichting te geven voor pijn in de onderrug. www.Lohmann-Rauscher.com 19356_Advertentie_175x116mm Materna_Verloskundige_Okt2021.indd 1 1_2ligKNOV_B.indd Verkorte productinformatie Mirena®, IUD1 20 microgram/24 uur Samenstelling: Mirena is een hormonaal intra-uterien systeem met een depot van 52 mg levonorgestrel. Indicaties: Anticonceptie (na 6 jaar vervangen); behandeling van versterkt menstrueel bloedverlies of menorragie (na 5 jaar vervangen); progestageen adjuvans ter voorkoming van endometriumhyperplasie tijdens oestrogeentherapie in de peri- en postmenopauze (na 3 jaar vervangen). Contra-indicaties: Zwangerschap of het vermoeden ervan; aanwezigheid of vermoeden van mammacarcinoom of andere geslachtshormoonafhankelijke maligne aandoeningen; acute, subacute of chronische ontstekingen in het kleine bekken, ook in de anamnese; cervicitis; genitale infecties, SOA; endometritis post partum; in de afgelopen 3 maanden: een abortus gecompliceerd door een infectie; aandoeningen die chronisch met een verminderde weerstand gepaard gaan of die als gevolg van bacteriëmie kunnen verergeren (klepafwijkingen, aangeboren hartafwijkingen); cervixdysplasie; bevestigde maligniteit van het corpus uteri of van de cervix, of het vermoeden daarvan; abnormale vaginale bloeding waarvan de diagnose (nog) niet is vastgesteld; congenitale of verworven anatomische afwijkingen van de uterus, waaronder myomen, indien het cavum uteri hierdoor wordt vervormd; acute aandoeningen van de lever of levertumoren; overgevoeligheid voor een van de bestanddelen. Waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik: Mirena is niet de eerste keuze voor postmenopauzale vrouwen met gevorderde uteriene atrofie. Wanneer bij de behandeling van versterkt menstrueel bloedverlies de bloeding niet tot staan komt, of wanneer er sprake is van zware doorbraakbloedingen, moet met een andere (bijvoorbeeld organische) oorzaak van de bloeding rekening worden gehouden. Onregelmatige bloedingen kunnen sommige symptomen en aanwijzingen voor endometriumpoliepen of -carcinoom maskeren. Tijdens het inbrengen resp. verwijderen kan de patiënte als gevolg van een vasovagale reactie flauwvallen tijdens de ingreep en bij epilepsiepatiënten kan er een insult optreden. Tijdens het eerste jaar van het gebruik ontwikkelt zich bij 57% van de vrouwen in de vruchtbare leeftijd geleidelijk een oligomenorroe, en bij 16% een amenorroe. Tegen het einde van het zesde jaar van het gebruik wordt door respectievelijk 31% van de Mirena-gebruiksters oligomenorroe en door 24% amenorroe ervaren. Bij recidiverende endometritis of ontstekingen in het kleine bekken, of als een acute infectie ernstig is of niet binnen enkele dagen op een behandeling reageert, moet het IUD worden verwijderd. In klinische onderzoeken bij de indicatie anticonceptie, was de incidentie van expulsie laag (<4% van de inserties) en in hetzelfde bereik als de incidentie die voor andere IUD’s en IUS’en is gerapporteerd. Bloedingen en pijn kunnen symptomen van partiële of volledige expulsie van Mirena zijn. Het risico op expulsie is verhoogd bij vrouwen met een geschiedenis van versterkt menstrueel bloedverlies, en vrouwen met een BMI die hoger is dan normaal ten tijde van de insertie. Een partieel uitgestoten Mirena moet worden verwijderd. Op het moment van verwijderen kan een nieuw IUD worden ingebracht, mits zwangerschap is uitgesloten. Zowel het geven van borstvoeding ten tijde van de insertie als insertie tot 36 weken post partum werden geassocieerd met een verhoogd risico op perforatie. Het risico op perforaties kan ook verhoogd zijn bij vrouwen met een uterus in retroversie-flexie. Het IUD moet in geval van perforatie zo snel mogelijk worden verwijderd. De mogelijkheid van een ectopische zwangerschap moet worden overwogen in geval van lage abdominale pijn, en met name als de menstruatie uitblijft of als een vrouw met amenorroe begint te bloeden. Het absolute risico van ectopische zwangerschap bij Mirena-gebruiksters is klein. Echter, als een vrouw met Mirena in situ zwanger raakt, is het relatieve risico van ectopische zwangerschap verhoogd. Bij zwangerschap tijdens het gebruik moet ectopische zwangerschap worden uitgesloten en moet het systeem zo snel mogelijk worden verwijderd. Bijwerkingen: Zeer vaak: hoofdpijn, buikpijn/pijn in het kleine bekken, veranderd menstruatiepatroon inclusief toename en afname in menstrueel bloedverlies, spotting, oligomenorroe en amenorroe, vulvovaginitis, vaginale afscheiding. Vaak: depressieve stemming/depressie, zenuwachtigheid, verminderd libido, migraine, duizeligheid, misselijkheid, acne, hirsutisme, rugpijn, benigne ovariaal cyste, dysmenorroe, gevoelige borsten, pijn in de borsten, expulsie van het IUD (geheel of gedeeltelijk), gewichtstoename. Soms: opgeblazen gevoel, alopecia, pruritus, eczeem, chloasma/huidhyperpigmentatie, uteriene perforatie, ontstekingen in het bekken, endometritis, cervicitis/Pap-smear normaal (klasse II), oedeem. Onbekend: hypersensitiviteit, inclusief huiduitslag, urticaria en angio-oedeem, verhoogde bloeddruk. Handelsvorm: Verpakking met 1 IUD. Nummer van de vergunning: RVG 16681. Vergunninghouder: Bayer B.V., Energieweg 1, 3641 RT Mijdrecht. Verdere informatie beschikbaar bij: Bayer B.V., Energieweg 1, 3641 RT Mijdrecht, tel. 0297 280 666. Afleveringstatus U.R. Datum van goedkeuring/herziening van de SmPC: 1 september 2021. Versie: september 2021. Uitgebreide informatie (SmPC) is op aanvraag beschikbaar.
25-10-21 15:04 09-11-2021 14:36
Evidence Based Practice in Health Care MSc/Drs TWEEJARIGE UNIVERSITAIRE DEELTIJD MASTERSTUDIE TOT KLINISCH EPIDEMIOLOOG (MEDISCH WETENSCHAPPELIJK ONDERZOEKER)
MA-MIR-NL-0003-5 Intra uterien systeem 52 mg levonorgestrel
Verkorte Productinformatie KyleenaTM 19,5 mg, afleveringsysteem voor intra-uterien gebruik Samenstelling: Werkzame stof: bevat 19,5 mg levonorgestrel. Hulpstoffen: Polydimethylsiloxaan elastomeer, siliciumdioxide (colloïdaal watervrij), polyethyleen, bariumsulfaat, polypropyleen, koperftalocyanine, zilver. Indicatie: Anticonceptie voor maximaal 5 jaar. Contra-indicaties: Zwangerschap; acute of terugkerende PID (pelvic inflammatory disease) of aandoeningen die geassocieerd zijn met een verhoogde kans op infecties in het kleine bekken; acute cervicitis of colpitis; endometritis post partum of geïnfecteerde abortus gedurende de afgelopen drie maanden; cervicale intra-epitheliale neoplasie, tot genezing; maligniteit van uterus of cervix; progestageengevoelige tumoren, bijv. borstkanker; abnormaal uterien bloedverlies met onbekende oorzaak; congenitale of verworven uterusanomalie, waaronder myomen die het inbrengen en/of vasthouden van het intra-uteriene systeem zouden belemmeren (d.w.z. als zij de baarmoederholte vervormen); acute leveraandoeningen of levertumor; overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor één van de hulpstoffen. Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik: Indien één of meerdere van de volgende aandoeningen bestaan of voor het eerst optreden een specialist consulteren of verwijdering overwegen: migraine, focale migraine met asymmetrisch verlies van gezichtsvermogen of andere symptomen die wijzen op voorbijgaande cerebrale ischemie; uitzonderlijk ernstige hoofdpijn; geelzucht; duidelijke bloeddrukverhoging; ernstige arteriële ziekte, bijvoorbeeld beroerte of myocardinfarct. De bloedglucosespiegel dient te worden gemonitord bij gebruiksters van Kyleena die lijden aan diabetes. Het inbrengen en verwijderen kan gepaard gaan met enige pijn en bloeding. De ingreep kan een vasovagale reactie bespoedigen. Bij zwangerschap tijdens het gebruik moet ectopische zwangerschap worden uitgesloten en moet het systeem zo snel mogelijk worden verwijderd. Effecten op het menstrueel bloedingspatroon zijn bij de meeste gebruiksters van Kyleena te verwachten. Als het bloedverlies in de loop van de tijd heviger en/of onregelmatiger wordt, dienen passende diagnostische maatregelen te worden genomen. Zoals tijdens het gebruik van alle typen IUS/IUD zijn infecties in het kleine bekken gemeld. Zoals bij andere gynaecologische of chirurgische procedures kan na insertie van een IUD een ernstige infectie of sepsis optreden, hoewel dit zeer zeldzaam is. In klinische onderzoeken was de incidentie van expulsie laag (<4% van de inserties) en in hetzelfde bereik als de incidentie die voor andere IUD’s/IUS’en is gerapporteerd. Symptomen van de partiële of volledige expulsie van Kyleena kunnen bloedverlies of pijn zijn. Het risico op expulsie is verhoogd bij vrouwen met een geschiedenis van versterkt menstrueel bloedverlies, en vrouwen met een BMI die hoger is dan normaal ten tijde van de insertie. Een partieel uitgedreven Kyleena moet worden verwijderd. Op het moment van verwijderen kan een nieuw systeem worden ingebracht, mits zwangerschap is uitgesloten. Perforatie of penetratie van het corpus uteri of de cervix door een intra-uterien anticonceptivum kan voorkomen. Bij eventuele perforatie een dergelijk systeem verwijderen; operatief ingrijpen kan noodzakelijk zijn. Zowel het geven van borstvoeding ten tijde van de insertie als insertie tot 36 weken post partum werden geassocieerd met een verhoogd risico op perforatie, evenals een uterus in vaste retroversie-flexie. Als de draadjes voor het verwijderen bij follow-uponderzoek niet zichtbaar zijn bij de cervix, moeten onopgemerkte expulsie en zwangerschap worden uitgesloten. Bijwerkingen: Zeer vaak: hoofdpijn, buikpijn/pijn in het kleine bekken, acne/seborroe, veranderingen in het bloedingspatroon, waaronder meer of minder menstruatiebloedingen, spotting, soms optredend bloedverlies en amenorroe, ovariumcyste, vulvovaginitis, gewichtstoename. Vaak: depressieve stemming/depressie, verminderd libido, migraine, duizeligheid, misselijkheid, alopecia, infectie van het bovenste deel van het tractus genitalis, dysmenorroe, pijnlijke of gevoelige borsten, expulsie van het systeem (volledig en partieel), afscheiding uit de geslachtsorganen. Soms: hirsutisme, uteriene perforatie. Handelsvorm: 1x1 IUS. Nummer van de vergunning: RVG 118462. Vergunninghouder: Bayer B.V., Energieweg 1, 3641 RT Mijdrecht. Verdere informatie beschikbaar bij: Bayer B.V, Energieweg 1, 3641 RT Mijdrecht, tel. 0297 280 666 Afleverstatus: U.R. Datum goedkeuring/herziening van de SmPC: 1 september 2021. Versie: september 2021. Uitgebreide informatie (SmPC) is op aanvraag beschikbaar. MA-KYL-NL-0007-4
START 21E ACADEMISCH JAAR SEPTEMBER 2022
BRIDGING HEALTH CARE AND SCIENCE X Een
eersteklas carrièrestap als startpunt naar een hoog wetenschappelijk niveau. X Modern en actueel onderwijs met een multidisciplinaire benadering. X (Inter)nationaal gerespecteerd en NVAO-geaccrediteerd. X Voor verpleeg- en verloskundigen, medici, paramedici en promovendi. CONTACT, VOORLICHTINGSDATA, INFORMATIE EN AANMELDING:
INTRA UTERIEN SYSTEEM 19,5 MG LEVONORGESTREL
2110-NL1520_WHC vpi september 2021_85x116.indd 1
Geen premaster nodig!
23-11-2021 14:40:57
WWW.AMC.NL/MASTEREBP
COLUMN
VAN EEN KLINISCH VERLOSKUNDIGE
TROTS OP DE POWERVROUWEN l zes jaar mag ik mezelf met trots ‘verloskundige’ noemen. Als meisje van negen zag ik op televisie het programma ‘de verloskundigenpraktijk’. Vanaf dat moment was verloskundige worden mijn droom. Een droom die gelukkig in vervulling ging. Ik ben trots op het vak van verloskundige, maar bovenal trots op alle powervrouwen die ik in mijn werk dagelijks tegenkom.
A
Het is inmiddels twee jaar geleden dat ik Antoinette ontmoette. Na seksueel geweld in haar jeugd is ze al een tijd samen met Anton en in verwachting van hun eerste kind. Bij negentien weken blijkt sprake te zijn van een IUVD. Ik mag haar begeleiden tijdens deze bevalling en aan het einde van mijn dienst wordt een mooi, gaaf meisje geboren. Natuurlijk veel te stil en veel te klein.
DJAINA VENNINGS is klinisch verloskundige bij het St. Antonius Ziekenhuis in Utrecht. In De Verloskundige deelt ze haar ervaringen in het ziekenhuis.
Acht maanden later zit ze opnieuw tegenover me. Zestien weken zwanger. De emoties zitten hoog en er speelt veel. Het verlies van hun dochtertje. Een nieuwe zwangerschap die onwijs spannend is. Ze heeft bekkenbodemklachten die terug te voeren zijn op het misbruik als kind. Er is enige spanning in de relatie, omdat ze van mening verschillen over de vraag of ‘rust’ fysieke of mentale rust betekent. We hebben een open gesprek en de spanning is uit de lucht. De zwangerschap gaat goed. De kleine blijft echter in stuit liggen. Er wordt gesproken over een primaire sectio, in verband met haar trauma. Antoinette voelt zich echter sterk en durft – na een geslaagde versie – voor een vaginale bevalling te kiezen; met duidelijke afspraken. Bij 41 weken wordt ze ingeleid. Ik werk die dag en begeleid de bevalling. Na het verdriet bij de vorige bevalling wil ik nu heel graag delen in de blijdschap. We doen er alles aan, maar uiteindelijk is er bij vijf centimeter sprake van een niet vorderende ontsluiting bij een standsafwijking. Een secundaire sectio volgt. Er wordt een gezonde dochter geboren en Antoinette straalt. Ruim zes weken later kom ik haar tegen in de gang, op weg naar de nacontrole. Ze straalt nog steeds. Bij de gynaecoloog noemt ze de zorg die ze gehad heeft tijdens deze zwangerschap, de bevalling en haar kraambed ‘uitmuntend’. Ik ben trots op haar en trots op het team waarmee we deze zorg hebben kunnen bieden. Antoinette is een van de powervrouwen die ik dagelijks tegenkom. Een van de vrouwen waarom dit vak zo mooi is. Een van de redenen waarom ik trots ben op dit vak!
De Verloskundige
41
TEKST VRHL CONTENT EN CREATIE BEELD JESSICA INNEMEE
De vonk sloeg over toen Jessica een bevalling vastlegde die Loïs begeleidde. Een jaar daarvoor hadden ze elkaar leren kennen, toen Jessica (VI-Photography) de foto’s voor de solopraktijk (Oerkracht) van Loïs maakte. Inmiddels kunnen ze niet alleen privé, maar ook zakelijk niet meer zonder elkaar. ‘Een baring samen is veel leuker.’
Jessica over Loïs ‘Zij straalt zoveel kracht uit als ze een bevalling begeleidt. En ook daarna; Loïs is de baas in de kamer, de kraamhulp assisteert en de barende vrouw vertrouwt Loïs volledig. Prachtig om te zien; op dat beeld werd ik tijdens onze eerste bevalling samen al verliefd. Dat was een pittige thuisbevalling met een fluxus. Loïs handelde doortastend en toen ze de ambulance belde was er bij niemand twijfel. Je merkt dat Loïs haar cliënten door en door kent. Ook ik ken de cliënt en haar partner goed, want voor de bevalling heb ik uitgebreid contact. Als het zover is, zorgt dat voor verbinding en een sfeer in de kamer… Die kan ik bijna niet omschrijven. Dan zijn we een team. Loïs is er voor haar cliënt, ik leg op de achtergrond de gebeurtenissen vast en probeer tussentijds Loïs te assisteren. Tijdens iedere bevalling die we samen doen word ik nog gekker op haar. Dan wordt ze heel iemand anders, magisch vind ik dat.’
‘ZIJ STRAALT ZOVEEL KRACHT UIT’
Zij aa Jessica en Loïs: 42
De Verloskundige
‘ONGELOFELIJK HOE ZIJ NAAR GEBEURTENISSEN KIJKT’ Loïs over Jessica ‘Bij zo’n gecompliceerde baring gaat alles zo snel dat de vrouw amper de tijd heeft om de gebeurtenissen te verwerken. Dan is het extra waardevol om de bevalling een mooie manier vast te leggen. Ik ken niemand die dat op zo’n mooie manier kan als Jessica. Ongelofelijk hoe zij naar gebeurtenissen kijkt. Ze pikt de emotie eruit. Bij de vrouw en haar partner, maar ook bij de baby en zelfs bij mij. Als je naar de foto’s kijkt voel je de sfeer van de situatie. Dat vind ik heel bijzonder. En dat niet alleen, ook de manier waarop we ons werk met ons privé combineren. Solistisch werken is een lifestyle; je moet er veel voor opzij zetten om vijf atermen per maand te kunnen begeleiden. Dat hebben wij allebei. Juist daarom begrijpen we elkaar ook goed. Jessica stimuleert me en begrijpt het als ik ineens weg moet. En zo is het ook andersom. Alles klopt gewoon.’
n zij verliefd op elkaars kracht De Verloskundige
43
MOET SCHERPER’ Niemand wil dat een baby overlijdt. Maar weegt het voordeel deel van eit – op inleiden – minder kans op foetale en neonatale mortaliteit tegen de mogelijke nadelen hiervan? Volgens Bahareh Goodarzi kundige – verloskundige en onderzoeker bij de afdeling Verloskundige Wetenschap bij het Amsterdam UMC – is het antwoord d ‘niet altijd’ en zou meer dan één indicatie meegenomen moeten worden in het besluit om wel of niet in te leiden.
bservationele studies laten een relatie zien tussen inleiden en maternale en perinatale morbiditeit, zoals overmatig bloedverlies bij de bevalling1, een negatieve baringservaring van de moeder2 en een minder goede hersenontwikkeling van het kind3. ‘Bovendien zijn inleidingen vanwege niet-medische redenen geassocieerd met een grotere kans op meer interventies, zoals een epiduraal en een kunstverlossing’, zegt Bahareh. Ondanks deze risico’s komen inleidingen op basis van niet-medische redenen steeds vaker voor, ook bij gezonde zwangeren4. Bahareh en haar collegaonderzoekers trekken deze ontwikkeling in twijfel en deden onderzoek naar de wetenschappelijke onderbouwing van niet-medische indicaties voor routinematige inleidingen5.
O
De huidige afweging Onder niet-medische redenen voor inleidingen vallen onder andere een hogere maternale leeftijd, serotiniteit en primipariteit. Veel zwangeren hebben deze kenmerken n en dat betekent dat veel zwangere vrouwen in aanmerking ng komen voor een inleiding. Uit cijfers van Perined blijkt een
44
De Verloskundige
toename ame van inleidingen van 22,8% in 2018 naar 26,5% in 2020. 0. ‘Het komt erop neer dat een grote groep zwangeren uit voorzorg wordt inleid. Maar het babysterftecijfer in Nederland ederland is heel laag.’ Het voelt een beetje als schieten met hagel; hoe meer zwangeren worden ingeleid, hoe kleiner de kans dat een baby sterft. Het gevolg is dat veel moeders en hun baby’s onnodig de nadelen van inleiden ondervinden. Maar ook de kwaliteit van leven is wat waard, vindt Bahareh. ‘Begrijp me niet verkeerd; elke sterfte die kán worden voorkomen, moet ook voorkomen worden. Maar soms wordt vergeten dat niet inleiden niet per definitie betekent dat de baby overlijdt. Zo wordt het soms wel gebracht als geboortezorgverleners de aanstaande ouders informeren over de mogelijkheden en risico’s. Gezamenlijke besluitvorming is een mooi uitgangspunt, maar uit onderzoek weten we dat dit nog niet voldoende van de grond komt.
TEKST VRHL CONTENT EN CREATIE
‘Risicoselectie inleidingen
Zwangeren voelen zich onvoldoende betrokken bij de besluitvorming en ontvangen niet alle informatie die zij nodig hebben om een weloverwogen beslissing te nemen.’
Gekleurde informatie Bahareh benadrukt dat de intentie goed is. ‘Voor een zorgverlener is een grote angst dat een baby onder diens verantwoordelijkheid overlijdt. Dat maakt de informatievoorziening soms gekleurd en zorgt ervoor dat verloskundigen en gynaecologen de kans op babysterfte overmatig benadrukken in hun counseling.’ De vraag is of de niet-medische indicaties die nu gehanteerd worden voor het inleiden van gezonde zwangeren op zichzelf zo risicovol zijn, dat je de nadelen van een inleiding voor lief moet nemen. ‘En of we de risicoselectie – wie heeft wel en wie heeft geen baat bij een ee inleiding – kunnen aanscherpen.’
Kenmerken comb combineren Samen met haar collega’s analyseerde analyse Bahareh registratiegegevens uit Perined van ruim 600.000 gezond gezonde zwangeren in de periode 2012-2018. Ze keek daarbij naar de relatie tussen tus babysterfte en vijf kenmerken van de zwangeren en hun zwangerschap: de zwangerschapsduur, de leeftijd van de moeder, de pariteit, migratieachtergrond en de sociaaleconomische status. ‘Als je kijkt naar enkele eigenschappen, dan zie je dat de baby’s van vrouwen met een migratieachtergrond, van vrouwen die vaker dan drie keer hebben gebaard en van vrouwen die ouder zijn van veertig jaar, vaker overlijden. Wij waren benieuwd wat het risico op babysterfte zou zijn als je twee eigenschappen met elkaar
‘GEEN INLEIDING BETEKENT NIET PER DEFINITIE DAT DE BABY OVERLIJDT’ De Verloskundige
45
‘ONZE ANGST VOOR STERFTE MAAKT ONZE INFORMATIEVOORZIENING GEKLEURD’
zoeker Anna Seijmonsbergen-Schermers die maakt. Een dergelijk op de wetenschap gebaseerd middel informeert vrouwen op een visuele manier, zonder dat de informatie – onbedoeld of onbewust – beïnvloed wordt door wat een verloskundige of gynaecoloog denkt of vindt. Dit komt beter in de buurt bij gezamenlijke besluitvorming zoals die is bedoeld.’ combineert. Uit de resultaten blijkt dat risico’s dan verschillen. Als je naar combinaties kijkt, hebben 1) vrouwen met een migratieachtergrond én met een lage sociaaleconomische status, 2) vrouwen boven de veertig jaar die voor het eerst gaan baren en 3) vrouwen onder de dertig jaar die vaker dan drie keer gebaard hebben, een grotere kans op babysterfte.’
Niet realistisch Bahareh: ‘We kunnen hieruit concluderen dat het routinematig aanbieden van inleidingen aan gezonde zwangeren op basis van één kenmerk geen recht doet aan de realiteit. Logisch, mensen zijn complex.’ Des te belangrijker om oprecht geïnteresseerd te zijn in degene voor je, om diegene goed te leren kennen en van daaruit een risicoselectie te maken. Van een protocol – waarin de combinaties van kenmerken die het risico vergroten staan omschreven – is Bahareh geen voorstander. ‘Dit onderzoek pleit er juist voor om vanuit de zwangere te werken. Bovendien heeft een zwangere nog meer kenmerken die ook geassocieerd kunnen zijn met een hogere kans op babysterfte. Denk aan genderidentiteit, BMI of roken, eigenschappen die wij overigens niet in het onderzoek hebben meegenomen.’
Eerlijk informeren Het is mooi als cliënten beter worden meegenomen in de beslissing over inleiden. ‘Populatiediagrammen zijn daar een goed instrument voor, zoals verloskundige en onder-
46
De Verloskundige
Belang van preventie Het liefst zou Bahareh zien dat meer wordt ingezet op preventie. Want, zegt ze, dan zou dit gesprek niet gaan over de risico’s als gevolg van het hebben van een migratieachtergrond of een lage sociaaleconomische status. ‘Het kwaliteitsniveau van de zorg in Nederland ligt ontzettend hoog. De winst die te behalen is door het uitvoeren van meer medische interventies, is relatief laag. De grootste risicogroepen zijn te vroeg en te klein geboren baby’s. Dit is geassocieerd met sociaalmaatschappelijke factoren en ongelijke kansen in het leven waardoor gezondheidsongelijkheid ontstaat. Dáár is winst te behalen.’
Bronnen 1. Al-Zirqi I, Vangen S, Forsén L, Stray-Pedersen B. Effects of onset of labor and mode of delivery on severe postpartum hemorrhage. Am J Obstet Gynecol. 2009;201(3):273.e1-273.e9. doi:10.1016/j.ajog.2009.06.007 2. Coates R, Cupples G, Scamell A, McCourt C. Women’s experiences of induction of labour: qualitative systematic review and thematic synthesis Midwifery. 2019;69:17-28. doi:10.1016/j.midw.2018.10.013 3. El Marroun H, Zou R, Leeuwenburg MF, et al. Association of gestational age at birth with brain morphometry. JAMA Pediatr. 2020;174(12):1149. doi:10.1001/jamapediatrics.2020.2991 4. Perined. 5. Goodarzi, B, Seijmonsbergen-Schermers, A, van Rijn, M, Shah, N, Franx, A, de Jonge, A. Maternal characteristics as indications for routine induction of labor: A nationwide retrospective cohort study. Birth. 2022; 00: 1– 13. doi:10.1111/birt.12628
COLUMN
VAN EEN VERLOSKUNDIGE IN HONDURAS
EEN EER… n Honduras krijgen vrouwen meestal voor hun achttiende hun eerste kind. Als de meisjes door hebben dat ze zwanger zijn, verstoppen ze hun buik totdat deze daar te groot voor is. Geregeld krijg ik meisjes op de poli, die mij samen met hun boze moeder bezoeken. De moeder vraagt zich af hoe het kan dat de buik blijft groeien, terwijl het meisje ontkent dat zij seksueel actief is.
I
In mijn kantoortje is de sfeer is gespannen. De moeder beantwoordt de meeste vragen voor haar dochter. Mijn patiënt maakt weinig oogcontact met mij. Dan is het tijd voor de echo en verandert alles. Het moment dat de baby zichtbaar wordt, ontstaat er vreugde op de gezichten van het meisje en haar moeder. Hoe gecompliceerd een situatie ook is, een baby geeft vreugde en hoop. Het meisje kijkt trots naar haar baby en wil weten of het een jongen of een meisje is.
CAROLIEN VAN MOURIK
Ik vind het een eer dat ik aan deze jonge moeder mag vertellen over het proces van zwangerschap en bevallen. Over wat zij kan verwachten en wat zij kan doen om haar lichaam te helpen. Hoe zij zonder angst haar kind kan ontmoeten. Het is bijzonder om de moeder – straks oma – te helpen inzien dat zij er niet alleen voor staat om voor haar dochter en kleinkind te zorgen, maar dat wij haar zullen helpen om haar dochter te empoweren in het proces van moeder worden.
is verloskundige in ‘Loma de Luz’, een ziekenhuis in Honduras. In deze column vertelt ze waarom ze trots is op het werk dat zij daar doet.
Pas vertelde een moeder verdrietig dat zij twaalf jaar was toen zij moeder werd. ‘De zwangerschap en bevalling waren niet zo moeilijk. Maar toen mijn baby was geboren moest ik werken om voor haar te kunnen zorgen.’ Ze vertelde dat dat moeilijk voor haar was. Dat wilde ze graag anders voor haar eigen dochter die nu zestien is, en zwanger. Ze wenst dat haar dochter de middelbare school kan afmaken en uiteindelijk een goede baan vindt. Het enige wat ik kan doen, is hen met alle kennis die ik heb bijstaan. Maar ook als deze moeder en dochter mijn kantoortje verlaten, voel ik mij trots. Dat ik deel mag nemen in het leven van vrouwen, hen mag voorbereiden op het moederschap en bij elke cliënt mag zoeken wat het is dat zij nodig heeft in haar specifieke situatie.
De Verloskundige
47
Onlangs publiceerde de KNOV een infographic met data (2020) over wie verantwoordelijk was voor het zorgproces op het moment dat het kind geboren werd. Als het aan Bob Radder (senior programmamanager Innovatie & ICT) ligt, is het de eerste van vele infographics die nog volgen. ‘De KNOV vindt het belangrijk om juiste, eenduidige informatie op een behapbare manier te verspreiden. Dat is immers een belangrijke voorwaarde voor keuzevrijheid en vormt de basis voor ‘Samen beslissen’.’ Als het aan verloskundige Nalonya van der Laan ligt, moeten de cijfers wel kritisch geïnterpreteerd worden.
HET NUT VAN
toegankelijke getallen Meer infographics Volgens Bob zijn er nog veel meer onderwerpen waarvan het goed zou zijn als de uitkomsten op een rij zouden staan. ‘Over de invloed van bijvoorbeeld keizersnedes, inleidingen, pijnbestrijding, episiotomieën, continue begeleiding of plaats van bevalling op de uitkomsten.’ Samen met verloskundigen en de afdeling Midwifery Science in Amsterdam, werkt de KNOV aan een lijst van onderwerpen die in aanmerking komen. De infographics kunnen gebruikt worden om de kwaliteit in beeld te brengen. Of als middel voor informatievoorziening richting verloskundigen en zwangere
90% van de vrouwen start haar zwangerschap in de eerste lijn onder verantwoordelijkheid van haar verloskundige
48
De Verloskundige
40.818 KINDEREN Worden thuis, in geboortecentra of poliklinisch geboren in de handen van de verloskundige
53.279 KINDEREN Worden in het ziekenhuis met medische indicatie geboren in de handen van de verloskundige
De Verloskundige
49
'EEN BEKNOPT OVERZICHT MAAKT HET MAKKELIJKER OM TE PRATEN OVER: HOE DOEN WIJ HET NU?'
vrouwen, om samen met cliënten weloverwogen beslissingen te kunnen nemen. Denk aan iemand die voor de keuze staat om vaginaal of met een keizersnede te bevallen.
Informatie aanpassen Volgens verloskundige en KNOV-beleidsmedewerker Nalonya van der Laan is bij de infographic een belangrijke kanttekening te maken. ‘Het is waardevol om betrouwbare data beschikbaar te maken voor een breed publiek. Maar we moeten er rekening mee houden dat de data in de infographic landelijk zijn, terwijl de cijfers in verschillende regio’s sterk van elkaar kunnen verschillen. In de infographic staat bijvoorbeeld dat 14,6% van de cliënten die bij de baring worden begeleid door verloskundigen, thuis bevalt. Bij mijn VSV gold in 2020 een percentage van 30%. Dat betekent dat er plekken in Nederland
50
De Verloskundige
zijn waar de percentages ver onder die 14,6% liggen. Je kan de vrouwen daar niet dezelfde percentages voorschotelen als de vrouwen die binnen mijn VSV bevallen. Voor een goede informatievoorziening voor iedere situatie/regio, wil je dat die landelijke infographic te vertalen is naar overzichten voor eigen VSV’s en praktijken.’
Kritisch interpreteren Deze gegevens kunnen ook gebruikt worden in VSV-overleggen. ‘Een beknopt overzicht maakt het makkelijker om met elkaar te praten over: hoe doen wij het nu? En hoe verhoudt zich dat tot de rest van Nederland? Dat gesprek kan een bevestiging zijn in het feit dat de zorg goed geregeld is.’ Nalonya
SAMEN BESLISSEN De KNOV heeft zich aangesloten bij de campagne ‘Samen beslissen’. Deze campagne is bedoeld om alle zorgverleners in Nederland – dus niet alleen verloskundigen – aan te sporen om belangrijke beslissingen samen met de cliënt te maken. Hoewel verloskundigen van oudsher gewend zijn om hun cliënt in het middelpunt te plaatsen en keuzes samen met haar te maken, verwacht de KNOV dat deze campagne verloskundigen kan helpen om hier nog bewuster van te zijn. ‘Des te belangrijker om de juiste data over uitkomsten toegankelijk te maken voor zwangere vrouwen’, zegt Bob Radder. Hij verwacht dat de infographics daar een bijdrage aan kunnen leveren.
benadrukt dat verloskundigen ook best kritisch mogen zijn bij het interpreteren van cijfers die op een negatieve manier afwijken van het landelijk gemiddelde. ‘Dan wordt snel gewezen naar de populatie. Cru gezegd: het ligt niet aan de zorgverleners dat er – bijvoorbeeld – zoveel inleidingen zijn, maar aan de populatie. Dat is niet altijd terecht, want dit soort cijfers gaan voornamelijk over de uitkomsten van de zorg. Je hebt als zorgverlener zeker invloed op het proces dat leidt tot deze uitkomsten. Ga daar dus ook het gesprek over aan binnen je praktijk en je VSV en kijk of de cijfers een aanleiding kunnen zijn voor kwaliteitsverbetering.’
Kwaliteit van de gegevens Dan moeten die wel cijfers kloppen. Daar is nog ruimte voor verbetering. Bob: ‘Voor een goede datakwaliteit is goede registratie nodig. Daarvoor hebben we eenheid van taal met andere beroepsgroepen – zoals de gynaecologen – nodig. Iedereen zou in het elektronisch patiëntendossier (EPD) op dezelfde, eenduidige manier moeten registreren, waarbij termen voor iedereen dezelfde betekenis hebben. Om dat mogelijk te maken, zijn onlangs voor elk verloskundig informatiesysteem handleidingen ontwikkeld (scan de QR-code, red.). Tegelijkertijd willen we dat de lastendruk zo laag mogelijk is, zodat verloskundigen niet teveel tijd aan de registratie kwijt zijn. Dat laatste is een lastige, want om gegevens te verzamelen zal je ook gegevens moeten invoeren. En dat kost nu eenmaal tijd.’ Nalonya vult aan: ‘De vraag is ook wát je allemaal
'ZONDER CIJFERS KUN JE NIETS OVER KWALITEIT ZEGGEN'
registreert. Want het liefst zou ik de ‘zachte’ elementen meenemen in de data, zoals: was de partner bij de bevalling aanwezig? Is de vrouw in bad, onder de douche of in bed bevallen? En wat was het aantal aanwezige uren van de verloskundige en het aantal uren dat de bevalling zélf duurde? Deze gegevens vallen vervolgens weer te combineren met uitkomsten. Daar kun je allerlei mooie conclusies uit trekken, maar het registeren daarvan is bijna niet te doen.’ Tot slot is de vraag ook: wat zeggen deze cijfers eigenlijk over de kwaliteit? Nalonya denkt veel. ‘Maar niet alles. Aan de andere kant kun je zonder cijfers überhaupt niets over kwaliteit zeggen.’
Aanleverspecificaties en instructie voor Perined.
De Verloskundige
51
‘Geboortezorg versterken door
verhaal verloskundige’ De communicatieafdeling van de KNOV staat in verbinding met het KNOV-bureau, leden, stakeholders, zwangere vrouwen, hun partners en eigenlijk de rest van Nederland en zelfs voorbij die grenzen. ‘Het verhaal uitdragen is geen doel op zich, maar het helpt wel om ons échte doel te bereiken: de kwaliteit van de geboortezorg behouden en verbeteren.’ im de Kroon, public affairs adviseur, is verantwoordelijk voor de belangenbehartiging van de KNOV. En dus vooral voor de contacten met politiek Den Haag, beroepsen brancheorganisaties en andere stakeholders. Naast hem werken Kristi Francken, Dounia Maach en Eva van Ofwegen. Zij vervullen alle drie de rol van communicatieadviseur en worden indien nodig ondersteund door externe communicatieadviseurs. ‘De KNOV is met zó veel interessante en belangrijke projecten en programma’s bezig, daar moet over verteld worden’, zegt Kristi. Kristi, Dounia en Eva hebben ieder hun eigen programma’s onder hun hoede. Als er belangrijk nieuws is voor leden – bijvoorbeeld over bekostiging, nieuwe richtlijnen of ontwikkelingen bij Perined – zijn zij, samen met de betreffende
T
52
De Verloskundige
programmamanager, verantwoordelijk voor heldere communicatie hierover. En ook als er verenigingsnieuws is, over bijvoorbeeld het bestuur of een ALV, is het aan de communicatieadviseurs om dit te delen.
Van cliëntenwebsite tot Inspiratienetwerk Voor de communicatiemiddelen van de KNOV is de afdeling ook verantwoordelijk. Zo zorgen ze voor het up-to-date houden van de website www.knov.nl, de doorontwikkeling van www.deverloskundige.nl, versturen ze iedere week de digitale nieuwsbrief, maken ze samen met de redactieraad vier keer per jaar het magazine, houden ze social media – vooral LinkedIn en Twitter – actief bij en houden ze samen met de moderatoren het Inspiratienetwerk op
TEKST VRHL CONTENT EN CREATIE
DE COMMUNICATIEAFDELING VAN DE KNOV
Tim Kroon Public affairs adviseur
'ALS EEN JOURNALIST CONTACT MET JE OPNEEMT OVER EEN BEPAALD THEMA, DAN KAN JE BIJ ONS TERECHT VOOR HANDVATTEN'
Kristi Francken Communicatieadviseur
Facebook in de gaten. ‘Als op het Inspiratienetwerk iets voorbijkomt waar de programmamanagers of andere KNOV-collega’s van op de hoogte moeten zijn, of als er vragen gesteld worden waar we antwoord op kunnen geven, dan ondernemen we actie.’ Ook nemen ze deel aan verschillende communicatietafels waar partners aan zitten om samen op te trekken op diverse communicatieonderwerpen. Verder zijn ze nauw betrokken bij alle webinars en events die door het bureau worden georganiseerd en werken ze aan het actualiseren van de cliëntfolders.
Proactieve media-aanpak Het bovenstaande gaat vooral over de communicatie met leden, maar ook communicatie naar het bredere publiek is de afgelopen tijd belangrijker geworden voor
de KNOV. ‘Als vereniging willen wij zichtbaarder zijn en laten zien hoe belangrijk de rol van verloskundigen is’, vertelt Eva. Zij is naast haar rol van communicatieadviseur ook persvoorlichter. ‘Journalisten weten ons vaak wel te vinden als er aanleiding toe is. Maar we willen een meer proactieve rol aannemen en ook zélf het nieuws brengen als wij die noodzaak voelen. Bijvoorbeeld in maart dit jaar, toen minister Kuipers een voorstel deed voor integrale bekostiging. We lieten samen met leden op verschillende manieren weten dat we hier niet achter staan. We verstuurden persberichten, deelden nieuwsberichten en startten onze eigen campagne #Persvrijheid, waarmee we Nederland wakker wilden schudden en uitlegden dat de keuzevrijheid voor zwangere vrouwen op het spel staat. Om van dergelijke campagnes en andere uitingen een succes te maken, is een goede relatie met journalisten van verschillende media nodig. Het is mijn rol om die relatie op te bouwen, te onderhouden en wanneer nodig, in te zetten.’
De Verloskundige
53
Dounia Maach Communicatieadviseur
'WIJ WILLEN LATEN ZIEN HOE BELANGRIJK DE ROL VAN VERLOSKUNDIGEN IS' Podium pakken De communicatieadviseurs van de KNOV treden bewust niet op als woordvoerder. ‘Liever laten we verloskundigen, de directeur of voorzitter een inhoudelijke reactie in de media geven, vertelt Dounia. ‘Zij zijn het gezicht van de KNOV en kunnen vertellen met het gekozen beleid of de praktijk als invalshoek. Het beste is het, als verloskundigen zélf hun verhaal willen doen. Want het is niet ons verhaal, maar dat van verloskundigen. Niemand kan beter antwoord geven op vragen over waar verloskundigen tegenaan lopen of vertellen wat ze 24/7 betekenen, dan een verloskundige zelf.’
Mediapool Eva: ‘We zien ook dat steeds meer verloskundigen zichzelf – en daarmee het vak – zichtbaar willen maken. Daar zetten we ook op in en daar zijn we heel blij mee. Zo heeft de KNOV een mediapool, bestaande uit zo’n tien verloskundigen die bereid zijn om op te treden in de media. Neemt een journalist contact met ons op
54
De Verloskundige
Eva van Ofwegen Communicatieadviseur en persvoorlichter
en denken we dat het beter is als een verloskundige het woord voert? Dan raadplegen we deze pool. Het werkt trouwens ook andersom. Als een journalist contact met een verloskundige opneemt over een bepaald thema, dan kunnen ze bij ons terecht voor handvatten. Dat vinden wij ook fijn, want dan weten wij wanneer verloskundigen in de media verschijnen en wij dus vragen kunnen verwachten.’ Kristi vult aan: ‘Om te beklijven moet een boodschap meerdere keren verteld worden. Het is dan goed als we allemaal een nagenoeg gelijk verhaal vertellen. Zo laten we ook zien dat we een sterke beroepsgroep zijn met hetzelfde doel.’ Word je benaderd door een journalist, vind je het leuk om je verhaal te delen of heb je een andere (persgerelateerde) vraag, neem contact op met Eva: evanofwegen@knov.nl.
BOEKRECENSIE Auteur: Jennifer Worth Uitgever: Ambo|Anthos ISBN: 9789047204503 Prijs: €18,50
HAAL DE VROEDVROUW! Haal de vroedvrouw! geschreven door Jennifer Worth, is het eerste deel van een trilogie over haar ervaringen als verloskundige in een Londense wijk in de jaren ‘50. Het verhaal neemt ons mee naar de tijd waarin zwangere vrouwen zorg kregen van de kloosterzusters, kinderen geboren werden in kleine huizen zonder elektriciteit of stromend water, anticonceptie nog niet bestond en het dus heel normaal was dat een gezin van twaalf personen in een tweekamerappartement woonde. Jennifer Worth was 22 jaar toen zij als vroedvrouw ging werken bij de nonnen. Precies 65 jaar later, mocht ook ik als 22-jarige vrouw aan het werk als verloskundige. Het laat ons zien hoe het leven van mensen en de gezondheidszorg in relatief korte tijd ontzettend veranderd is. “Ik ging naar de bunsenbrander, die op de marmeren plaat stond, en stak hem aan. De urine was helder en zag er normaal uit toen ik wat in de reageerbuis goot. Ik hield de bovenste helft boven de vlam. De kleur van de urine die opwarmde werd wit,
terwijl de urine in de onverwarmde onderste helft van de buis helder bleef. Ureum. Dit was een duidelijk symptoom voor pre-eclampsie.” De verloskundigen in die tijd legden driemaal daags een thuisvisite af in het kraambed. Per fiets. Tien kilometer naar het betreffende adres was niet ver. Door weer en wind, langs straten die gevuld waren met prostituees en louche types, maar altijd met enthousiasme en liefde voor ‘haar’ zwangeren stapte zij deze huizen binnen. “Waarom ben ik er ooit aan begonnen? Heb ik er spijt van? Geen moment. Ik zou mijn werk nooit willen ruilen, nergens mee.”
Na het lezen van dit boek voel ik weer een golf van trots op ons o zo mooie vak en ben ik bovenal dankbaar dat ik dit in de 21e eeuw mag uitoefenen. Weliswaar nog steeds door weer en wind en met andere uitdagingen in de huidige tijd, maar met minstens net zoveel enthousiasme, liefde en toewijding als zij toentertijd deed. En of ik ooit spijt heb hieraan begonnen te zijn of zou willen ruilen? Nooit!
Liliane Lomartire is eerstelijnsverloskundige en echoscopist. Om te ontspannen leest ze graag. Speciaal voor De Verloskundige schreef ze een recensie over het laatste boek dat ze las: Haal de vroedvrouw!
Zij heeft mij kennis laten maken met het vak in de tijd dat mijn ouders geboren werden. Een vak dat in essentie na al die jaren en verandering nog steeds hetzelfde is: het begeleiden van aanstaande ouders bij de geboorte van hun kind, hoe groot of klein de gezinnen ook, hoe arm of rijk, iedere keer weer verwonderlijk en bijzonder.
De Verloskundige
55
Altijd bereikbaar, ook als je niet gestoord wilt worden.
De telefonieoplossing die zorgt voor optimale bereikbaarheid • Altijd en overal bereik via het beste netwerk van Nederland • Jouw cliënten hoeven alleen het hoofdnummer maar te kennen, de app zorgt ervoor dat de juiste mensen bereikbaar zijn. • Via de app meld je je eenvoudig aan en af. Of je nu dienst hebt, bijspringt of lekker een weekend vrij bent. • Via de app laten jullie de beller simpel horen dat: de verloskundige bezig is met het begeleiden van een bevalling / het rijden van visites / het hebben van spreekuur / aan het rusten is / of een door jullie gewenst bericht.
• Werk je nu met een 2e nummer bij geen gehoor? Dat is met onze techniek niet meer nodig. De beller krijgt altijd iemand aan de telefoon als er sprake is van een calamiteit.
Naast telefonische bereikbaarheid is het ook mogelijk dat jullie bereikbaar zijn via WhatsApp. Uiteraard via het vaste telefoonnummer en door meerdere collega’s te beantwoorden. Wil je zien hoe dit in de praktijk werkt? Bel of WhatsApp ons dan op 0528 - 217 217 en we plannen graag een afspraak in bij jullie op locatie! Inmiddels werken veel praktijken naar volle tevredenheid al met onze oplossing. Uiteraard zijn referenties op aanvraag verkrijgbaar.
MT-Professional Devices B.V. | Altijd advies op maat! | 24/7 service | @: info@mt-pd.nl | Tel: 0528-217217
TEKST VRHL CONTENT EN CREATIE
Ambassadeurs van de
verloskunde Als wij – verloskundigen – iets voor elkaar willen krijgen, dan moeten we het belang van ons vak uitdragen naar een breed publiek. Dat wordt al gedaan door een aantal ‘influencers’, die hun volgers op een laagdrempelige manier laten zien wat ons mooie vak inhoudt. Deze ‘ambassadeurs van de verloskunde’ laten we aan het woord over wat hen drijft.
de Verloskundige
57
‘ER ZIJN GENOEG MANIEREN OM ONZE ROL ZICHTBAAR TE MAKEN’
58
de Verloskundige
Djanifa da Conceicao (DE VERLOSMOEDER) Toen verzekeraars in 2017 de vergoedingen voor eerstelijns verloskundige zorg fors verlaagden, voelde Djanifa zich genoodzaakt hiertegen ten strijde te trekken. Sindsdien verstevigt ze de positie van eerstelijnsverloskundigen. En breekt ze een lans voor de beschikbaarheid van deze zorg en bijbehorende informatie, met name voor kansarme vrouwen. Momenteel is ze voorzitter van de Zorggroep SAAM, waar ze substitutie van de zorg naar de eerste lijn in Rotterdam-Zuid organiseert. In 2019 werd Djanifa zelf moeder. De problemen die ze ondervond met het geven van borstvoeding, lieten haar realiseren dat zíj dan over de nodige informatie beschikte om alsnog borstvoeding te kunnen geven, maar dat veel vrouwen dat geluk níet hebben en ook niet de mogelijkheid hebben om aan deze informatie te komen. ‘Ik wilde betrouwbare informatie op een laagdrempelige manier en gratis aanbieden. Dus startte ik in 2020 mijn YouTube-kanaal De Verlosmoeder, waar ik in eerste instantie tips deelde over borstvoeding.’ Inmiddels is haar YouTube-kanaal uitgegroeid met video’s over uiteenlopende onderwerpen, staat er een podcastserie online, heeft haar Instagram-account ruim 22.000 volgers en schrijft ze een boek dat volgens de huidige planning eind dit jaar uitkomt. ‘Met één medium kan je niet iedereen bereiken’, verklaart Djanifa. Kennis delen is haar primaire doel. Dat ze daarmee ook een podium voor het verloskundige vak biedt, is mooi meegenomen. ‘Ik krijg berichten van meiden die niet wisten wat het vak van verloskundige inhoudt en nu zelf de opleiding volgen. Zo leuk! Maar het is ook een noodzaak dat wij het belang van onze rol laten zien. Hoe meer verloskundigen zich zichtbaar maken, hoe moeilijker beslissers in Den Haag om ons heen kunnen.’ Djanifa heeft een tip voor andere verloskundigen. ‘Ik ben me ervan bewust dat het niet voor iedereen comfortabel voelt om van alles te delen op social media. Er zijn genoeg andere manieren om onze rol zichtbaar te maken. Bijvoorbeeld door initiatieven in de wijk te starten. Dat kan samen met de gemeente; daar zijn veel subsidies voor beschikbaar. Zie je dat steeds minder vrouwen borstvoeding geven? Dan zou je samen met de gemeente en andere partijen kunnen kijken hoe je de voorlichting daarover kunt aanpassen. Daarmee los je niet alleen het borstvoedingsprobleem op; je laat er ook mee zien wat jij als verloskundige voor de gemeenschap betekent!’
de Verloskundige
59
Doete Reitsma (VERLOSKUNDIGE DOETE) Doete laat zien dat ook klinisch verloskundigen het beste voor hebben met hun cliënten. ‘Met veranderingen als de integrale bekostiging, hoor je veel negatieve geluiden over het ziekenhuis. Ik wil graag ook de andere kant laten zien, want het ís niet alleen slecht. Ook wij hebben passie voor ons vak en onze cliënt. Wij hebben alleen andere uitdagingen; we moeten binnen zeer korte tijd een vertrouwensband met onze cliënt opbouwen, we borgen de fysiologie in onze samenwerking met gynaecologen, anesthesisten en andere specialisten en wij vormen het middelpunt om die samenwerking goed te laten verlopen. Dat is een rol om trots op te zijn. Dus ja, daar vertel ik graag over!’ Ze doet dat met name op Instagram, maar alles begon met de zwangerschapscursussen in coronatijd. ‘Verloskundigen hadden minder tijd voor controles, terwijl cliënten meer vragen hadden. Met mijn zwangerschapscursus kon ik alsnog de tijd nemen om mijn kennis over te dragen en mensen gerust te stellen. Daar was veel behoefte aan; de pilotgroep van mijn eerste zwangerschapscursus was binnen een week uitverkocht.’ Op Instagram beantwoordde Doete tijdens livesessies brandende vragen van volgers. Het zorgde ervoor dat haar bereik van 1.000 volgers binnen enkele weken groeide naar 5.000 volgers. Inmiddels is ook dat aantal bijna verdubbeld. ‘Mooi aan Instagram is dat je direct feedback krijgt. Toen ik deelde dat ik zelf zwanger was, merkte ik dat er veel behoefte was aan de ervaringen die ik als zwangere vrouw opdeed.’ Ze begon De 9 Maanden Podcast, waarin ze elke week haar ervaringen deelde. Een serie afleveringen met een meer tijdloos karakter; iedere vrouw die nú zwanger is kan de afleveringen terugluisteren. Waarom ze doet wat ze doet? ‘Omdat ik als verloskundige heb gemerkt hoe belangrijk een goede voorbereiding is. En dan vooral de combinatie van kennis en ontspanning. Maar dus ook omdat ik het geluid van de tweede lijn wilde laten horen. Ik wil cliënten bewust maken dat ze keuzes hebben, ook in het ziekenhuis. Dat je bevalling niet mislukt is als het in het ziekenhuis gebeurt en dat het helpt als je je ook op dat scenario goed hebt voorbereid. Een reden om mijn kennis te delen is ook omdat ik vind dat we ook best mogen laten zien wat wij allemaal weten en kunnen. Ik heb passie voor het vak en wil dat op zoveel mogelijk manieren delen. Daarin mogen we ook best de negatieve kanten delen; hoe stressvol en verdrietig het soms kan zijn. Zelf vind ik dat nog weleens lastig richting zwangeren. Ik vind dat Marlies Koers dat in haar boek heel mooi doet. Daarom ga ik geregeld met haar in gesprek via livesessies op Instagram. Zo versterken we elkaar!’
60
de Verloskundige
‘WE MOGEN LATEN ZIEN WAT WE WETEN EN KUNNEN’
de Verloskundige
61
‘ALS JE VERTELT DAT JE VERLOSKUNDIGE BENT, ZIJN ALLE OREN GESPITST’
62
de Verloskundige
FOTO DENNIS DE BRUIN
Geke Beckerman en Solange Candeias (ZWANGER & ZO) Geke en Solange begonnen de blog ‘Life of a Midwife’ meer voor de fun dan uit noodzaak; ze wilden delen hoe het is om verloskundige te zijn. ‘Je werkt niet als verloskundige, maar je bént dat met hart en ziel’, zegt Geke. ‘Als iets zo’n belangrijk onderdeel van je is, vertel je daar graag over.’ ‘Gelukkig vinden mensen het ook altijd leuk om naar verhalen over ons vak te luisteren’, lacht Solange. ‘Als je op een verjaardag vertelt dat je verloskundige bent, zijn alle oren gespitst en worden veel vragen gesteld. Die beantwoordden we in de blog en we deelden wat we op een dag meemaakten. Er zat een informatief element in, maar dat was nog niet zo belangrijk als dat nu is bij Zwanger & Zo.’ In 2020 zijn ze de podcast gestart. Zwanger & Zo vervangt Life of a Midwife deels, maar bestaat ook uit informatieve afleveringen en bevallingsverhalen. ‘Het idee was er al, want wij luisterden graag podcasts maar misten een podcast over ons beroep. De lockdown was de reden om door te pakken.’ Ze kochten een microfoon en met hulp van een handige vriend namen ze de eerste aflevering op. Geke: ‘Veel informatie over zwangerschap en bevallen is een beetje stoffig. Wij kletsen gewoon een half uur over een onderwerp. Lekker laagdrempelig en overzichtelijk, zonder moeilijke taal te gebruiken.’ Het doel is ook om zwangere vrouwen gerust te stellen. Solange: ‘Vrouwen zijn vaak angstig door de ellendige verhalen van anderen. Daarom laten wij onze cliënten over hun positieve ervaringen vertellen.’ Voor verloskundigen die ook hun verhaal willen delen hebben Geke en Solange een tip: ‘Wees jezelf; of je nou een podcast maakt, boek schrijft of je verhaal deelt op Instagram. Wij werden pas bekender toen we ons persoonlijke verhaal gingen delen op Instagram, dát vinden mensen leuk en interessant om te volgen.’ Het Instagram-account van Zwanger & Zo heeft momenteel ruim 3.000 volgers. Dat bereik zetten Geke en Solange soms in om volgers bewust te maken van ontwikkelingen in de geboortezorg. Zo wijdden ze een podcast aan continuïteit en riepen ze volgers op de petitie van Noodalarm Geboortezorg te tekenen. ‘Wie weet dat we hier in de toekomst nog meer gebruik van maken…’
de Verloskundige
63
Marlies Koers (SORRY DAT IK JE WAKKER BEL) Het laatste hoofdstuk van haar eerste boek was – letterlijk – nog niet geschreven, of ze kreeg al gigantisch veel media-aandacht. ‘Ik had bij Beau gezeten en ik werd daarna uitgenodigd voor allerlei interviews en kreeg er ontzettend veel volgers bij’, vertelt Marlies Koers. Haar eerste boek – Dagboek van een verloskundige – verscheen in 2020. Het tweede boek – Sorry dat ik je wakker bel – een jaar later. ‘Tot dan toe volgden alleen familie en vrienden mij, dus dat was wel even wennen. De verhalen van verloskundigen intrigeren nu eenmaal. En ik denk dat er nog geen vergelijkbaar boek was. Wat er nog het meest op lijkt is Call the Midwife, maar dat gaat over de situatie in Londen, van ook nog eens best lang geleden.’ In haar boeken en inmiddels ook via social media en de evenementen waar ze spreker mag zijn, vertelt Marlies wat ze als verloskundige meemaakt. Een grote diversiteit aan verhalen van vrouwen die in het ziekenhuis bevallen, in bad en in de auto. En waar soms ook weleens iets misgaat. Tussen de verhalen door geeft ze wat achtergronden. ‘Mijn visie is dat zwangeren een fijnere zwangerschap en bevalling ervaren, als ze zich goed hebben voorbereid. Door al die verhalen te vertellen, laat ik hen zien wat de mogelijke scenario’s zijn en welke keuzes ze daarin hebben. Ik hoop dat ik zwangere vrouwen zo aan het denken zet. Ik krijg zelfs berichten van vrouwen die jaren geleden moeder werden, die aangeven dat het boek hen heeft geholpen bij de verwerking van hun eerdere bevalling. Die impact had ik van tevoren nooit kunnen voorspellen.’ Met haar verhalen laat Marlies ook zien wat het inhoudt om verloskundige te zijn. En wat de positie en rol van verloskundigen is. ‘Als een groter publiek dat weet, weten die mensen ook waarom wij van waarde zijn. En waarom het belangrijk is dat verloskundigen hun onafhankelijke positie behouden. Daarom vind ik het mooi dat steeds meer verloskundigen hun ervaringen delen. Dat doen we allemaal op een andere manier; de een via een podcast, de ander in een boek. Daarmee versterken we ons verhaal als beroepsgroep.’ Marlies heeft een tip voor verloskundigen die ook hun verhaal willen uitdragen. ‘Ga ervoor. Denk niet direct: dit is niet aan mij besteed, maar begin klein en doe dat op een platform – Instagram, Spotify, Youtube – waar jij je comfortabel bij voelt. Of schuif eerst eens aan bij de podcast van een collega, bijvoorbeeld.’
64
de Verloskundige
‘ALS EEN GROTER PUBLIEK WEET WAT WIJ DOEN, WETEN MENSEN OOK WAAROM WIJ VAN WAARDE ZIJN’
de Verloskundige
65
‘WIJ VERDIENEN EEN NOG KRACHTIGERE VERENIGING’
‘Innoveert in de geboortezorg’, staat te lezen in de kopregel van het LinkedInprofiel van Rosanne van der Sterre-Poolen. Wie verder scrolt, ziet dat ze ervaring opdeed in de uitersten van het werkleven. Studeert aan de Nyenrode Business Universiteit, werkte bij ING, maar was ook verloskundige in de eerste en de tweede lijn. Momenteel is ze programmamanager bij de KNOV en als het meezit, is ze binnenkort een van de nieuwe bestuursleden van de KNOV. Vier beroepen ‘Toen ik op de havo zat, wilde ik vier verschillende kanten op. Twee daarvan zijn uitgekomen; ik wilde een positief medisch beroep uitoefenen en zelfstandig ondernemer worden. De opleiding tot verloskundige paste daar het beste bij, dus aan die opleiding ben ik direct na mijn havo begonnen. Als bleu meisje van de Veluwe bleek ik daar nog niet helemaal klaar voor, dus na anderhalf jaar stopte ik en begon ik aan mijn studie Bedrijfskunde. Bij ING werkte ik onder andere als IT Verandermanager; een rol die mij ook heel mooi past. Ik ben gek van innovatie, e-health en IT. In 2013 begon de verloskunde weer te kriebelen. Ik volgde de opleiding en werkte als waarnemer bij diverse ziekenhuizen en praktijken. In 2019 werd ik moeder van mijn tweede dochter, stopte ik als praktiserend verloskundige en startte ik bij de KNOV.’
noodzaak gezien van het opstellen van landelijke samenwerkingsafspraken en protocollen en heeft een crisislijn opgericht. De taskforce legde de basis voor wat de werkgroep later heeft kunnen doen: het coronabeleid binnen de geboortezorg duiden, in samenwerking met ketenpartners. Hoe kunnen de regels vanuit de overheid worden gehanteerd, wat houden versoepelingen voor praktijken in en wat adviseren we zwangeren als het gaat om het vaccin? Er was zo veel onzekerheid en het beleid veranderde continu. Mijn collega’s en ik hebben onze schouders eronder gezet en zijn gewoon gegáán. Iedereen werkte knoerthard en het is mooi hoe we ook de cliënt actief betrokken hebben bij het opstellen van het beleid. Absoluut teamwork. Kortgeleden nog maar, hebben we de werkgroep opgeheven.’
Divers Trots ‘Als freelancer was ik regiomanager in Flevoland en projectmanager van diverse projecten. Van alle opdrachten die ik bij de KNOV heb uitgevoerd, ben ik het meest trots op wat we met de werkgroep Corona voor elkaar hebben gekregen. Het begon met de taskforce Corona. Die heeft als eerste de
66
De Verloskundige
‘In april vorig jaar werd ik programmamanager van de portefeuilles Kwaliteit en Wetenschap. Mijn collega Anne-Marie (het interview met haar las je in de vorige editie van deze rubriek, red.) heeft de portefeuille Wetenschap inmiddels overgenomen, dus ik beperk me nu tot Kwaliteit. Een prachtig onderwerp, dichter bij het wezen van de verloskundige kan
TEKST VRHL CONTENT EN CREATIE
GEZICHT ACHTER KNOV
Rosanne van der SterrePoolen:
WAT ROSANNE LEEST Rosanne is een enorme boekenwurm. Onlangs kocht ze een e-reader voor op vakantie. Ze is er nog niet over uit of ze het fijn vindt. De Alchemist Paulo Coelho ‘Die moet je echt lezen. Het gaat erover dat het leven loopt zoals het geschreven is. Daar geloof ik heel erg in. Ik weet mijn hele leven al wat ik ga doen en dat pad bewandel ik.’ Bevrijdende liefde Francine Rivers ‘Een prachtig boek over onvoorwaardelijke liefde en vergeving.’ Herinneringen aan mijn Jan E.H. Hahn-Poolen ‘Een boek over mijn oudtante die actief was in het verzet tijdens de Tweede Wereldoorlog. Een aangrijpend boek dat erg dichtbij komt.’
‘DICHTER BIJ HET WEZEN VAN DE VERLOSKUNDIGE KAN IK NU NIET KOMEN’
ROSANNE VAN DER STERRE-POOLEN Programmamanager Kwaliteit rvandersterre@knov.nl
ik op dit moment niet komen. Deze portefeuille heeft alles te maken met de inhoud van de zorg; dat wat de verloskundige elke dag doet. Heel mooi dat ik daar een bijdrage aan kan leveren. Bovendien is het heel divers; de ene dag zit ik aan tafel met het ministerie, dan praat ik met de werkgroep Uitwendige Versie en het volgende moment ben ik met een regio aan het brainstormen over een triagecentrum. Mocht je het nog niet gemerkt hebben; ik houd van die diversiteit.’
Ketenpartners ‘Een belangrijk onderdeel van mijn werk was de coördinatie bij de totstandkoming tot nieuwe of vernieuwde richtlijnen. Zo gaan we dit jaar verschillende nieuwe richtlijnen ontwikkelen, zoals de richtlijnmodule CTG in de eerste lijn, inleiden in de eerste lijn en pijnvermindering in de eerste lijn. Een nieuwe of herziene richtlijn start met het werven van
richtlijnontwikkelaars, een procesbegeleider en data-analist. De werkgroep bestaat uit leden die zowel de KNOV, als de ketenpartners en de cliënt vertegenwoordigen. Daarom heb ik ook veel contact met bijvoorbeeld de NVOG. Hoe die samenwerking verloopt? Respectvol en gelijkwaardig. Natuurlijk zijn er ook discussies die we met ketenpartners voeren, maar vanuit mijn rol is het belangrijk om ook de verbinding op te zoeken. Dus nee, ik ben het lang niet altijd eens met de standpunten van mijn samenwerkingspartners, maar dat probeer ik altijd los van de persoon te zien. Zodat we binnen het proces van bijvoorbeeld het ontwikkelen van een nieuwe richtlijn, constructief te werken kunnen gaan. Daar heeft iedereen baat bij.’
Bestuur ‘Nu wil ik de verantwoordelijkheid pakken om samen met andere bestuursleden een nog krachtigere beroepsgroep neer te zetten. Dat verdienen we, want verloskundigen zijn ontzettend belangrijk in ons zorgsysteem. Daar mogen we nog meer voor gaan staan met z’n allen. Er zijn zoveel organisaties – soms zelfs commerciële bedrijven – die stukjes van de geboortezorg naar zich toe trekken. Het is tijd om dat een halt toe te roepen, zodat wij – verloskundigen in zowel de eerste als de tweede lijn – onze verantwoordelijkheid nemen en afbakenen. Dat hebben onze cliënten van ons nodig.’
De Verloskundige
67
UPDATE Strong Babies zet zich in voor een gezonde start In Nederland worden iedere dag meer dan 450 baby’s geboren. De meesten zijn gelukkig gezond, maar een op de zes baby’s heeft géén goede start bij de geboorte. Dit komt door bijvoorbeeld vroeggeboorte, een te laag geboortegewicht, een aangeboren afwijking of een combinatie van (andere) problemen. Dat moet en kan beter. Daarom zamelt Strong Babies geld in voor onderzoek. Zodat verloskundigen en gynaecologen meer kennis krijgen om zo veel mogelijk baby’s een gezonde start te geven. Wil je helpen? Dat kan door een financiële bijdrage of door zelf een onderzoeksaanvraag in te dienen. Kijk op www.strongbabies.nl voor meer informatie.
Elke dinsdag: vragenuurtje KNOV Iedere dinsdagmiddag van 16.00 tot 17.00 uur kun je laagdrempelig in gesprek gaan met de directie en programmamanagers van de KNOV. Dit ‘spreekuur’ is speciaal voor leden die vragen, zorgen en opmerkingen willen delen met de KNOV. Deelnemen kan via Microsoft Teams. Je vindt de link in de agenda op KNOV.nl (scan de code). Aanmelden is niet nodig.
68
De Verloskundige
Mijn Nuchtere Baby Mijn Nuchtere Baby is een initiatief van de KNOV en IkPas. Het is een laagdrempelig hulpmiddel voor zwangere vrouwen om alcohol te laten staan. Zij kunnen zich inschrijven via mijnnuchterebaby.nl en ontvangen dan twee keer per maand een digitale nieuwsbrief met informatie over alcohol en zwangerschap, lekkere recepten van een foodblogger, tips van andere zwangere vrouwen, een blog van een verloskundige en meer. De insteek is dat ook de partner, vrienden en familieleden zich kunnen inschrijven, omdat zij een belangrijke steun kunnen zijn bij het laten staan van alcohol. Inschrijving en deelname zijn gratis. Als verloskundige bestel je tot juli gratis meegeefkaartjes. Scan de code en klik op ‘Mijn nuchtere baby’.
TEKST VRHL CONTENT EN CREATIE
Twinning: nóg beter samenwerken Twinning ‘buiten de lijnen’ bevordert de samenwerking tussen verloskundigen die werkzaam zijn in de eerste lijn en verloskundigen die werkzaam zijn in de kliniek. In het streven naar continuïteit van zorg door verloskundigen voor alle zwangeren, komen we verschillende uitdagingen tegen. Gaan we die uitdagingen aan, dan ziet de zorg voor moeder en kind er nog beter uit. De deelnemers aan Twinning zijn die uitdagingen in workshops aangegaan. Zij hebben stappen gezet in de richting van een betere samenwerking. Een voorbeeld is het voornemen om bij overdracht van zorg, het gesprek tussen de verloskundigen aan het bed van de barende samen te voeren en samen met de barende en haar partner de verwachtingen en het beleid te bespreken. Een mooi voornemen is ook om uit te stralen dat deelnemers trots zijn op hun collega in de andere lijn; we hebben elkaar in deze roerige tijden hard nodig.
10 jaar CenteringZorg in Nederland Begin 2012 startten de eerste verloskundigenpraktijken met het aanbieden van groepsgewijze prenatale zorg. Inmiddels is bij 39% van de praktijken minstens één persoon getraind om CenteringZwangerschap/Pregnancy aan te bieden. Als het aan Stichting Centering ligt zal het aanbod van groepszorg in de eerste 1000 dagen, vanuit de verloskunde en jeugdgezondheidszorg, rap toenemen. Uit zowel nationaal als internationaal onderzoek blijkt dat deelnemers en professionals bij deze zorg gebaat zijn. Nog dit jaar wordt CenteringZwangerschap geüpgraded naar een evidence-based interventie. De economische evaluatie van TNO (2021) laat zien dat deze zorg kostenefficiënt is en op lange termijn kosten bespaart. De KNOV en Stichting Centering maken zich samen sterk voor een tarief voor het aanbieden van CenteringZorg, zodat verloskundigen de investering niet meer uit eigen zak hoeven te betalen. In november organiseren Stichting Centering en Group Care 1000 een (fysiek) internationaal congres. Meer informatie is te vinden op www.centeringzorg.nl.
Moeders van Morgen: onderzoek naar geneesmiddelengebruik Moeders van Morgen is het Nederlandse kenniscentrum op het gebied van geneesmiddelen bij kinderwens, tijdens de zwangerschap en in de borstvoedingsperiode. Zorgverleners kunnen bij het centrum terecht met vragen over medicatiegebruik in de zwangerschap. Daarnaast doet het kenniscentrum onderzoek. Aan de hand van vijf tot zes online vragenlijsten, ingevuld in de zwangerschap tot één jaar na de geboorte, delen zwangeren hun ervaringen. De vragenlijsten gaan over algemene gezondheid, leefstijl, geneesmiddelgebruik en vaccinaties, maar ook over het verloop van de zwangerschap, bevalling en de gezondheid van het kind. Iedere zwangere vrouw kan meedoen aan het onderzoek, zeker ook als ze (nu) geen medicatie gebruikt. Zwangeren uitnodigen om mee te doen aan Moeders van Morgen kan gemakkelijk via Vrumun en Orfeus. Voor praktijken die met Onatal werken kan dat via Zwangerenportaal. Daarnaast is er informatiemateriaal dat gratis besteld kan worden via het Verloskundigenloket of via info@moedersvanmorgen.nl. Heb je suggesties voor onderzoek in de regio, wil je meer weten of ben je benieuwd hoe je kunt helpen? Stuur dan een mailtje naar info@moedersvanmorgen.nl. Scan voor meer informatie de code.
De Verloskundige
69
De wetenschappelijk adviseurs van de KNOV geven antwoorden op vragen van leden. Iedere editie lichten we een paar van die wetenschappelijk onderbouwde antwoorden in het kort toe. Ben je op zoek naar andere wetenschappelijke adviezen of wil je uitgebreide versies van de adviezen lezen? Scan dan de QR-code. Heb je zelf ook een vraag? Stel deze dan gerust via de helpdesk (MijnKNOV). De adviseurs je helpen je graag op weg!
Magnesiumbad tijdens bevalling De wetenschappelijk adviseurs raadpleegden wetenschappelijke literatuur op zoek naar evidentie omtrent het toevoegen van magnesium aan het badwater tijdens de baring. Magnesium heeft invloed op heel wat enzymatische reacties in het lichaam, waaronder spiercontracties. Een tekort wordt bijna nooit vastgesteld bij de Nederlandse (zwangere) populatie, dus suppletie is zelden noodzakelijk. Voor transdermale toepassing – door magnesium toe te voegen aan het water – is geen evidentie te vinden. Een therapeutisch effect kan dus niet worden aangetoond, maar ook niet worden uitgesloten.
Ketonen bij dehydratatie door hyperemesis gravidarum Naar aanleiding van een casus van een zwangere vrouw met drie keer hyperemesis in de anamnese, onderzochten de wetenschappelijk adviseurs in hoeverre het controleren van ketonen in de urine betrouwbaar is bij het vaststellen van dehydratatie bij zwangere vrouwen en dus of rehydratie nodig is. Uit de literatuur blijkt dat ketonurie geen indicatie is voor de hoeveelheid resterend vocht in het lichaam, maar alleen een beeld geeft van de vetafbraak. Om dehydratatie te signaleren, is het dus
70
De Verloskundige
niet nodig om ketonen vast te stellen. Beter is om te kijken naar het totaalbeeld van de zwangere vrouw met hyperemesis gravidarum.
Entonox® en het effect op het milieu Lachgas (Entonox®) kan een aantrekkelijke vorm van pijnstilling zijn tijdens de baring. Een recente Engelse studie liet echter zien dat 30% van de broeikasgasemissie afkomstig was door lachgasgebruik op de verloskamers. Tot op heden worden in de literatuur nog weinig oplossingen geboden om dit vraagstuk structureel aan te pakken. In de toekomst kan mogelijk gedacht worden aan het gebruik van een Mobile Destruction Unit waarbinnen het broeikasgas wordt opgevangen en verwerkt. Ook kan gebruik worden gemaakt van een alternatieve pijnstilling.
Voor leden zijn de complete adviezen terug te vinden op knov.nl. Scan de code om ze te raadplegen.
TEKST EVELINE MESTDAGH
KNOV IN ACTIE
Recap
Élke vrouw is anders Kies samen de anticonceptiemethode die het beste bij haar past
3.8 mm
4.4 mm
Sinds
25 jaar 3
Ik wil betrouwbare anticonceptie voor 6 jaar3 * Mirena is ook geïndiceerd voor: - Behandeling van versterkt menstrueel bloedverlies of menorragie (5 jaar) - Als progestageenadjuvans ter voorkoming van endometriumhyperplasie tijdens oestrogeentherapie in de peri- en postmenopauze (3 jaar)
Meer informatie is te vinden op medischwijzer.nl Zie de verkorte productinformatie elders in deze uitgave. Referenties: 1. SmPC KyleenaTM (levonorgestrel), 09/2021. 2.Gemzell-Danielsson K, et al. Eur J Obstet Gynecol Reprod Biol. 2017; 210: 22-8. 3. SmPC Mirena® (levonorgestrel), 09/2021.
PP-KYL-NL-0067-6
Ik wil betrouwbare anticonceptie voor 5 jaar, met minder hormonen.1,2
Het puurste babydoekje ter wereld is nu ook plasticvrij
Slechts 2 ingrediënten
Puurder dan katoen & water
100% plantaardige doekjes
Onderzoek door onafhankelijke experts van de Skin Health Alliance bevestigt dat WaterWipes puurder zijn dan katoen en water. Bovendien hebben recente klinische onderzoeken aangetoond dat WaterWipes een lagere incidentie en een kortere duur van luieruitslag hebben bij zowel voldragen als premature baby’s.1,2
1
Price AD, Lythgoe J, Ackers-Johnson J, et al. The BaSICS (Baby Skin Integrity Comparison Survey) Study: a prospective experimental study using maternal observation to report the effect of baby wipes on the incidence of irritant diaper dermatitis from birth to eight weeks of age. Pediatrics & Neonatology 2020. doi:10.1016/j.perneo.2020.10.003. [Epub ahead of print] 2 Rogers S, Thomas M, Chan B, et al. A Quality Improvement Approach to Perineal Skin Care: Using Standardized Guidelines and Novel Diaper Wipes to Reduce Diaper Dermatitis in NICU Infants. Adv Neonatal Care 2020. doi:10.1097/anc.0000000000000795 [Epub ahead of print] Pediatrics & Neonatology 2020 Adv Neonatal Care 2020