TD 29-9

Page 83

UIT DE PASTORIE

Zwanenzang Toen ik predikant was in Garderen was het –als ik me goed herinner– de gewoonte om in de zomermaanden geen catechismuspreken te houden. Ik herinner me destijds een serie over de tweede brief van Paulus aan de Korinthiërs te hebben gepreekt. Dit jaar heb ik zeventien preken gehouden over de eerste vier hoofdstukken van de ”jeugdbijbel in de Bijbel”, het boek Spreuken. Een heel nieuwe ervaring. Een heel mooie ervaring ook. Niet zo eenvoudig vond ik het, maar toch: door studie en onderzoek heeft de Heere aan mij (en ik begreep ook aan de gemeente Elspeet) goede momenten gegeven van genot over de veel rijkere inhoud van deze vier hoofdstukken dan ik eerst vermoedde. Niet alleen Israël kende het verschijnsel van spreekwoorden en gezegden; ook wij en vele andere volken, vroeger en nu. Ik bezit twee boeken die daarover gaan. Uit beide een paar voorbeelden. Eerst uit het boek ”Spreekwoorden en gezegden. Herkomst, verklaring en vergelijking met Frans, Duits en Engels” van Huizinga. In alfabetische volgorde staan er

Over deze gezegden valt heel wat te peinzen

meer dan 12.000 spreekwoorden en gezegden in. Bij de ”a” staan er twee over ”aalmoezen”: (1) „Aalmoezen geven verarmt niet.” (2) „Aalmoezen die naar de hand ruiken, verliezen hun kracht.” De eerste spreuk betekent: door weldoen wordt men niet armer. Wat zou de tweede spreuk, die mij geheel onbekend was, betekenen? „Geven uit eigenbelang is geen liefdadigheid te noemen.” Alle tussenliggende letters van het alfabet sla ik over om bij de ”z” te noemen: „zijn zwanenzang zingen.” Huizinga merkt op dat hiermee wordt bedoeld: het laatste lied van een overleden dichter, wellicht omdat men vroeger een dichter ook wel een zwaan noemde. Waarom ik dit schrijf? Omdat ik naar de bekende regels van het gedicht van M’Cheyne wil: ”Het wachtwoord der hervormers”. Daar lezen we: Nu reis ik getroost onder ’t heiligend kruis. Naar ’t erfgoed hierboven, naar ’t Vaderlijk huis. Mijn Jezus geleidt mij door d’ aardse woestijn. „Gestorven voor mij!” zal mijn zwanenzang zijn. Een tweede boek staat in mijn studeerkamer: ”Groot citatenboek. 12000 citaten, spreuken en gezegden”. Hier volgen twee gezegden, nu vanuit de twee middelste letters van het alfabet. Onder de ”m” staat: „Wie spaarzaam zaait, zal ook spaarzaam oogsten; wie in overvloed zaait, zal in overvloed oogsten.” Bron: „Bijbel, 2 Kor. 9:6.” De tweede, onder de ”n”: „Laat ik verslijten, als ik maar van nut ben.” Deze uitspraak kwam ik jaren geleden al tegen bij Calvijn (Latijn: ”terar dum prosim”). Over deze gezegden valt heel wat te peinzen. Hoe kan ik mijn kostbare genadetijd nuttig doorbrengen? Hoe zal mijn zwanenzang zijn? Hoe lief heb ik mijn naaste en hoe besteed ik dus mijn geld zoals God het wil? Elspeet,

Ds. W. Pieters

terdege *

29 SEPTEMBER 2021

83


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.