Tijdschrift De Dokter - juli 2023

Page 10

deDokter

LEDENBLAD VAN DE LANDELIJKE HUISARTSEN VERENIGING

Huisarts van morgen

Lovah en LHV: ‘Samen de verandering realiseren’

Boze patiënt? Zo voorkom je dat het lastiger wordt

LHV-belangenbehartiger ‘Met mijn praktijkwerk houd ik denken over beleid levendig’

#4ZOMER2022
JULI/AUG2023
‘Met kitesurfen kom ik in een flow’
LOS VAN JE WERK

De Hybride Regiopraktijk, van en voor de regio

Vanuit onze ervaring presenteren we een nieuw model waarin, dankzij de inzet van hybride zorg, een belangrijke bijdrage wordt geleverd aan de ondersteuning van de zittende huisartsen. Tegelijkertijd verbetert het model de toegankelijkheid voor iedereen in de regio.

Aard Verdaasdonk

voorzitterscolumn

De uitwerking van het Integraal Zorg Akkoord (IZA) moet een belangrijke bijdrage gaan leveren aan het goed, toegankelijk en betaalbaar houden van de zorg. Regionale samenwerking staat daarin centraal, met intensievere en slimmere samenwerking tussen de verschillende domeinen (horizontaal) en in de keten (verticaal).

Organisatie van een Hybride Regiopraktijk

Dit alles betekent een forse opdracht voor de eerstelijnszorg. En dat vraagt om een langere termijnvisie waarin samenwerking centraal staat. Dit moet je niet alleen willen doen. Onder regie van de regio ondersteunen we met de inrichting van de Hybride Regiopraktijk. Onderdeel daarvan zijn de processen, de technische oplossing en ondersteuning door het Medisch Service Centrum van Medicinfo.

Laten we het doen!

Bij Medicinfo zijn we ervan overtuigd dat we op deze manier de beschikbare capaciteit slimmer kunnen inzetten, om de toegankelijkheid van de zorg te garanderen en de druk op de praktijk te verlagen.

Verderop in ons ledenblad vind je een mooi praktisch artikel over de-escaleren. Ik heb het met extra aandacht gelezen. Niet alleen omdat ik deze vaardigheid net als jullie in de praktijk regelmatig moet inzetten. Ook omdat ik als bestuurder vaak diplomatiek moet de-escaleren, een evenwicht moet vinden tussen het trekken van een grens en het serieus nemen van gesprekspartners. In overleg met bestuurders van andere veldpartijen, beleidsmakers en ja, ook wel eens met groepen huisartsen. Het is een dunne lijn tussen laten zien dat het menens is en een opening houden om het gesprek te vervolgen. Eigenlijk is dit helemaal niet zo anders dan het gesprek met een opgewonden of gefrustreerde patiënt in goede banen leiden.

De impact is enorm voor zowel zorgaanbieders als patiënten binnen de regio:

1. Het creëert rust. Patiënten zonder eigen huisarts hebben een centraal aanspreekpunt voor zorg.

2. Het biedt extra capaciteit, zodat de regio weerbaarder is tegen tekorten.

3. De centrale registratie geeft inzicht in de ontwikkeling in zorgvraag.

4. De Hybride Regiopraktijk is van en voor de lokale zorgaanbieders. Hierdoor blijven de beschikbare budgetten binnen de regio.

5. Zorgverzekeraars geven hiermee invulling aan het opschalen van werkende oplossingen.

Meer weten?

Kijk op medicinfo.nl/hybride-regiopraktijk.

Of neem direct contact met ons op via info@medicinfo.nl of via 013-5942155.

Ik heb geleerd om niet zwart-wit te denken. Mijn aanpak is om de emotie van een gesprekspartner ruimte te geven, goed te luisteren naar boosheid en zorgen. Dat is de beste ingang om uiteindelijk samen het probleem af te pellen tot de kern en naar oplossingen te zoeken. Zo komt er later ook ruimte om aan te kaarten dat iemand een grens over is gegaan, bijvoorbeeld in

het begin van een gesprek. Het beste resultaat bereik je volgens mij door een goede mix van de-escaleren en escaleren. Laten we eerlijk zijn, dat laatste moet soms ook. Als je er in gesprek toch niet uitkomt, dan is er iets anders nodig. Dan ga je actievoeren en met 10.000 huisartsen naar het Malieveld, zoals we in de zomer van 2022 hebben gedaan. Om minister Kuipers en de rest van Nederland te laten zien hoe nijpend de situatie in de huisartsenzorg is. Of zoals nu actueel is, dat we als LHV diezelfde minister erop aanspreken dat hij zijn beloftes aan huisartsen nakomt. In het Integraal Zorgakkoord hebben we immers afspraken gemaakt over de structurele bekostiging van Meer tijd voor de patient voor elke huisartsenpraktijk. Als huisarts-bestuurder manoeuvreer ik tussen huisartsen en de huisartsenzorg, het grotere maatschappelijk belang, de overheid en andere vertegenwoordigers en belangenbehartigers. Om effectief mijn beroepsgroep te kunnen vertegenwoordigen, is het de kunst een balans te vinden. Zonder oog voor de belangen van anderen loop je uiteindelijk ook vast. Gelukkig heb ik als huisarts genoeg ervaring met

meebewegen, en tegelijk regie over het gesprek houden.

Ik wens jullie allen een goede zomer toe, met hopelijk de mogelijkheid om echt te ontspannen. Immers: je kunt meer hebben als je ontspant. Fijne vakantie! ¶

Aard Verdaasdonk Voorzitter a.i.

De Dokter is het ledenblad van de Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV) en verschijnt 7 keer per jaar.

De LHV is de beroepsorganisatie voor alle huisartsen in Nederland.

Oplage

13.750 exemplaren

Veertiende jaargang, nr 4 juli/augustus 2023

Eindredactie

Nathalie Pol

Redactieraad

Heleen van Bloemendaal, Wendy van den Brink, Yvette Haasbroek, Tess Hendriks, Jelly Hogendorp, Margriet Niehof, Lennart Rijkers, Pleunie Schalkwijk, Cora ten Tusscher, Maartje Spaargaren

Tekst & Beeld

Rob ter Bekke, Berber Bijma, Rutger Geerling, Ditta van Gent, Aad Goudappel, Rob van Hoorn, Corien Lambregtse, Mirjam van der Linden, Frank Meester, Roy Soetekouw

Art direction en vormgeving Curve Mags and More, Haarlem www.curve.nl

Advertentieverkoop SGNM, Oscar van den Bosch Telefoon 06 11 59 15 22 Mail oscar@sgnm.nl

Drukwerk

Habo da Costa, Vianen Klimaatneutraal geproduceerd

Lidmaatschap LHV

Als LHV-lid ontvangt u automatisch De Dokter. Het LHVlidmaatschap kunt u schriftelijk of per e-mail beëindigen, uiterlijk één maand voor het einde van het kalenderjaar. Op www.lhv.nl vindt u hierover meer informatie.

Adreswijziging Graag doorgeven via ledenadministratie@lhv.nl

Contact redactie Postbus 20056, 3502 LB Utrecht Mail: dedokter@lhv.nl www.lhv.nl/dedokter

Overname van teksten is toegestaan onder bronvermelding en met toestemming van de redactie.

colofon foto : ditta van gent
3 de Dokter 4/2023 advertentie
De kunst van balanceren
‘Ik verwacht dat we de komende jaren ook andere veranderingen doorvoeren in onze manier van werken’

‘Met kitesurfen kom ik in een flow’

Wat helpt huisartsen om even los te komen van het werk? Drie huisartsen over hun hobby: een bakfanaat, een hulpherder en een kitesurfer.

06

BINNENKIJKEN

Manifest Lovah

Lovah-secretaris Astrid

Drijkoningen en LHVbestuurslid Lammert Hoeve met elkaar in gesprek over wat nodig is voor de dokters van morgen.

Boze patiënt? Hoe voorkom je bij een boze patiënt dat de situatie uit de hand loopt? Docent Frank van As deelt zijn tips: houd je lijf rustig.

quickscan van...

Sanne de Vries, hidha in Hardenberg

‘Het tweegesprek tussen het Lovah- en LHVbestuurslid laat goed zien wat aankomende huisartsen belangrijk vinden. De meeste aios willen nog altijd het liefst praktijkhouder worden. Ik ben er zelf een voorbeeld van. In juli begin ik als hidha bij een praktijk in Hardenberg, die ik ergens de komende jaren ga overnemen. Maar het

moet wel makkelijker worden om praktijkhouder te worden. In de opleiding mag ook wel wat meer aandacht naar praktijkmanagement gaan.

In het artikel over de agenda van LHV-beleidsmedewerker

Jenny Heering lees ik dat er flink wordt gediscussieerd over het takenpakket van huisartsen.

Waar zijn wij van, waar zijn wij niet

Nieuw: De tas

26 30

WISSELCOLUMN

Na een consult met de glijbaan naar beneden. Dat kan bij huisartsenpraktijk Bredeweg in Harderwijk. 27 NIEUWS 34

Huisarts Sasja Verhoeff krijgt van haar 102-jarige patiënt de spiegel voorgehouden.

Geen tas iconischer dan de dokterstas. En er is steeds meer om uit te kiezen: van vegan rugtas tot de leren klassieker. Welk verhaal hoort er bij jouw tas? Ellen Simons bedacht de rubriek en trapt hem zelf af.

Belangenbehartiger

LHV-beleidsadviseur Jenny Heering werkt naast haar praktische en snelle werk als huisarts aan overstijgende vragen voor de langere termijn. Hoe ziet haar werkweek eruit?

Praktijkstart

Geraldine Kibbelaar nam de praktijk over waar zij veertien jaar geleden haar opleidingsplek had. 'Het goede en stabiele team vond ik aantrekkelijk.'

van? Hoe kunnen we onnodige regels, verzoeken, formulieren tegengaan? Ik heb al besloten om paarse krokodillen in mijn praktijk te bestrijden. Ook al kost het eerst meer tijd om uit te leggen waarom ik iets niet doe. Maar als je blijft dweilen, heeft niemand door dat de kraan lekt. Je hebt als huisarts iets nodig om los te komen van het werk, zie

het artikel over huisartsen en hun hobby’s. Ik vind mijn werk heel belangrijk, maar het is wel werk. Ik ga mijn praktijk zeker zo organiseren dat er tijd overblijft om leuke te dingen doen met mijn partner en vrienden. Er is ook nog een wereld buiten de medische wereld.’ ¶

#4ZOMER2022 LEDENBLAD VAN DE LANDELIJKE HUISARTSEN VERENIGING deDokter JULI/AUG2023
Huisarts van morgen Lovah en LHV: ‘Samen de verandering realiseren’ Boze patiënt? Zo voorkom je dat het lastiger wordt LHV-belangenbehartiger ‘Met mijn praktijkwerk houd ik denken over beleid levendig’ LOS VAN JE WERK 4 de Dokter 4/2023 5 de Dokter 4/2023 FOTO: FERDY DAMMAN
‘Soms moet je wel acht of tien keer “ach wat erg” zeggen’
Huisarts Joanne van Silfout, De-escaleren in consult (pagina 14)
‘Mijn negentigjarige patiënte zit met veel plezier achter haar iPad’
Huisarts Geraldine Kibbelaar, Mijn praktijkstart (pagina 30)
‘Een dag per week heb ik geen spreekuur. Die is voor de kudde’
Huisarts Reinier de Groot is even los van zijn werk (pagina 18)
inhoud juli/aug 2023
quotes
24 14 08 18

binnenkijken

Bredeweg vond het spannend hoe de uitstraling van de balie zou uitpakken. ‘Supergaaf geworden’

Werken vanuit Positieve Gezondheid: met welzijn onder één dak

Het gloednieuwe gezondheidscentrum in Harderwijk waarin de huisartsenpraktijk van Margreet Bredeweg is gevestigd, is gebouwd vanuit het gedachtegoed van Positieve Gezondheid. Naast twee huisartsenpraktijken en een handvol andere zorgverleners, is er daarom ook ruimte voor een welzijnsorganisatie en voor ontmoeting. Dat laatste kan onder meer in het Grand Café.

‘Met de welzijnsorganisatie, Zorgdat, werk ik nu veel makkelijker samen dan voorheen’, vertelt Bredeweg. ‘Ik kan mensen bij wijze van spreken aan de hand nemen om ze bij Zorgdat te brengen. Dat werkt prachtig.’ De praktijk van Bredeweg opende de deuren op deze nieuwe plek in het najaar van 2022. Zo’n vier jaar eerder was ze met een groeipraktijk begonnen onder de vleugels van een Harderwijkse collega-huisarts. ‘Eigenlijk een nulpraktijk, maar omdat mijn collega kleiner wilde worden, nam ik meteen bij de start een kleine duizend patiënten van haar over. In de begintijd hadden we een gezamenlijk team en kon ik haar faciliteiten

‘Heerlijk om zoveel daglicht te hebben. Na de laatste patiënt trek ik de schermen altijd helemaal open’

gebruiken. Dat was een superstart.’ De groei ging snel: na anderhalf jaar zat Bredewegs praktijk boven de normgrootte voor één huisarts. ‘We ploften uit ons pand. Als twee zelfstandige praktijken zijn we naar het nieuwe gezondheidscentrum verhuisd.’ Inmiddels werkt er twee dagen per week een waarnemend huisarts in de praktijk.

Bredeweg volgde met het oog op de nieuwe huisvesting een cursus bij de LHV Academie en LHV Bouwadvies keek mee naar het ontwerp. Evengoed viel beginnen from scratch nog niet mee. ‘We zijn een paar keer opnieuw begonnen te schetsen, ook omdat we moesten bedenken welke ruimten we als twee praktijken wilden delen en welke niet.’ Beide praktijkhouders kozen voor een rustige uitstraling, met veel natuurlijke en lichte kleuren.

‘Op de kleuren van de gangen hadden we geen inspraak, die zijn in het hele gebouw op elkaar afgestemd. Mijn collega heeft groen als hoofdkleur in haar praktijk, ik blauw. Omdat we de kleuren op de gang best heftig vonden, hebben we het in de spreekkamers wat rustiger gehouden.’ ¶

Bij huisartspraktijk Bredeweg werken 2 huisartsen, 3 assistenten, 1 POH, 1 POH-GGZ en 1 praktijkmanager

Oplevering of sleuteloverdracht?

Toets dan zeker of je geleverd krijgt wat je hebt afgesproken in het contract. Schakel LHV Bouwadvies in voor een keuring en voorkom dat je achteraf gebreken ontdekt. Een adviseur van LHV Bouwadvies controleert of de praktijkruimte voldoet aan de gestelde eisen. Je krijgt persoonlijk advies en korting als LHV-lid. Kijk voor alle diensten van LHV Bouwadvies op lhv.nl/bouwadvies. via lhv.nl/contact-lhv-bouwadvies.

Huisartsenpraktijk Bredeweg, Harderwijk
TEKST: BERBER BIJMA // FOTOGRAFIE: MIRJAM VAN DER LINDEN
Huisarts Margreet Bredeweg De praktijk van Margreet Bredeweg is in oppervlakte verdubbeld Een glijbaan naast de trap bij de entree van het centrum geeft een speels effect
6 de Dokter 4/2023 7 de Dokter 4/2023
Het meubilair – ‘fris en licht’ – is uitgezocht met het hele team. ‘Een gezellig dagje Amersfoort’

‘Samen de verandering realiseren’

gehouden waarin we flink over de toekomst van het vak hebben gediscussieerd. De uitkomsten ervan hebben we in het manifest samengevat. Dit is hoe wij willen dat het huisartsenvak er in de toekomst uitziet. De hoofdboodschap is dat het leuk moet blijven om huisarts te zijn. Ook over twintig jaar.’

LAMMERT

‘Ik heb het manifest met plezier gelezen en zou er zo mijn naam onder zetten. De LHV en de Lovah strijden voor hetzelfde doel. Het is mooi om te zien hoe de aankomende generatie huisartsen de toekomst van het vak ziet. Voor mij is het een bevestiging dat we als LHV op het goede spoor zitten. We zijn het eens over de kern van het vak, we hebben dezelfde zorgen. Daarin kunnen we samen optrekken. We hebben elkaar nodig om de verandering te realiseren.’

ASTRID

‘Je hoort steeds vaker dat huisartsen na een paar jaar besluiten iets anders te gaan doen, omdat ze het vak te zwaar of te druk vinden. Ook zien we dat waarnemers de stap naar praktijkhouderschap uitstellen. Daar willen we het over hebben. Binnen de Lovah, maar ook met partijen als de LHV, VWS, zorgverzekeraars en andere aios-verenigingen. Hoe zorgen we ervoor dat aios huisarts kunnen worden op de manier die ze het liefst willen en over twintig jaar nog steeds met plezier huisarts zijn?’

LAMMERT

Hoe zorgen we ervoor dat aios huisartsgeneeskunde over 20 jaar nog steeds huisarts willen zijn? Lovahsecretaris Astrid Drijkoningen en LHVbestuurslid Lammert Hoeve in gesprek over het Lovah-manifest ‘De huisarts van morgen’. TEKST:

Het manifest brengt hen op een warme zomermiddag samen aan tafel. Astrid Drijkoningen is derdejaars huisarts in opleiding en secretaris van de Lovah, de vereniging van aios. Ze heeft haar onderwijsdag onderbroken en is vanuit Zeist naar de Domus Medica gefietst. Lammert Hoeve, LHV-bestuurslid en huisarts in Sprang Capelle, heeft er al een halve overlegdag op zitten. De degens hoeven niet gekruist, dat maakt de sfeer ontspannen.

ASTRID

‘De huisartsenzorg staat van alle kanten onder druk. Te weinig geld, te weinig menskracht, en dat terwijl de vergrijzing doorgaat. Dat merken wij als aios natuurlijk ook. We horen veel praktijkhouders klagen over de werkdruk en alle rompslomp die bij een praktijk komt kijken. Dat doet natuurlijk ook wat met ons als aios. Waar beginnen we eigenlijk aan, wat komt er straks allemaal op ons af? De Lovah heeft de afgelopen jaren een aantal masterclasses

‘We hebben vorig jaar op het Malieveld gestaan om duidelijk te maken dat de grens van wat we als huisartsen kunnen echt is bereikt. Mede daardoor is het gelukt om meer tijd te krijgen voor de patiënt. Tegelijkertijd schrikt ons gemopper en geklaag aios af om voor huisartsengeneeskunde te kiezen en zien waarnemers er tegenop om praktijkhouder te worden. En dat terwijl we nu al huisartsen te kort komen. Het wordt tijd dat we veel meer gaan vertellen hoe leuk het is om praktijkhouder te zijn.’

ASTRID

‘85 procent van de aios wil praktijkhouder worden. Best verrassend hè? We hebben net een ledenenquête gehouden waarin we die vraag hebben gesteld. De praktijk laat alleen zien dat het er lang niet altijd van komt. Aios denken bijvoorbeeld dat ze als praktijkhouder meer uren moeten werken dan ze willen, minder flexibel zijn en dan ook nog ANW-diensten moeten draaien.’

LAMMERT

‘Gelukkig gaan we die ANW-diensten nu anders verdelen. Dankzij het ANW-actieplan zijn nu alle huisartsen samen verantwoordelijk voor de invulling van de diensten en kunnen mensen zelf plannen wanneer ze diensten doen. Dat maakt het een stuk leuker om praktijkhouder te zijn. Het is trouwens helemaal niet

zo dat je als praktijkhouder 50 uur moet werken in de daguren. Integendeel, je kunt je praktijk regelen zoals je zelf wil. Je kunt taken delegeren en zelfs iemand aannemen om je medewerkers aan te sturen. Ik denk dat je als praktijkhouder zelfs meer vrijheid kunt hebben dan een waarnemer. We zouden dat als opleiders veel vaker aan aios moeten vertellen. Ik ben zelf ook opleider. Ik probeer mijn aios altijd te laten zien hoe fantastisch het is om praktijkhouder te zijn. Ze mogen alles van mijn praktijk weten. Ik laat ze ook mijn boekhouding zien. Kunnen ze zien dat het leuk is om eigen baas te zijn.’

‘In jullie manifest pleiten jullie voor een sterke eerste lijn, als noodzakelijk fundament voor de zorg. Wat is daar volgens jullie voor nodig?’

ASTRID

‘Een sterke eerste lijn is vooral gebaat bij continuïteit van zorg. Wij vinden dat het makkelijker moet worden om een vaste praktijk te vinden. Als praktijkhouder, patiënthouder of in vaste dienst. In het manifest zeggen we: help jonge huisartsen in hun zoektocht naar een vaste praktijk. Maak het starten van een nulpraktijk simpeler en aantrekkelijker. Geef inzicht in welke praktijken overgenomen kunnen worden en waar vaste contracten mogelijk zijn. Laat een startende huisarts in de regio kennismaken met de vaste huisartsen. En laat jonge huisartsen begeleiden door ervaren praktijkhouders.’

LAMMERT

‘Helemaal mee eens. De LHV is om die reden twee jaar geleden bijvoorbeeld met een mentorproject begonnen. Beginnende huisartsen en ervaren collega’s worden aan elkaar gekoppeld om samen te sparren. Verder wordt de LHV Vacaturebank doorontwikkeld tot een platform waar huisartsen die een opvolger zoeken en huisartsen die een praktijk zoeken elkaar kunnen vinden.’

8 de Dokter 4/2023 9 de Dokter 4/2023
TER BEKKE
CORIEN LAMBREGTSE BEELD: ROB
‘De Lovah heeft flink over de toekomst van het vak gediscussieerd. In het manifest staat hoe we willen dat het huisartsenvak er in de toekomst uitziet: het moet leuk blijven om huisarts te zijn. Ook over twintig jaar.’

ASTRID

‘Het is natuurlijk niet zo dat iedere huisarts praktijkhouder móet worden. Je kunt ook hidha worden of een praktijkvorm kiezen waarin de hele bedrijfsvoering door iemand anders wordt gedaan. Dat mag best een commerciële partij zijn, als die maar niet uit is op winstmaximalisatie. Want dat gaat vaak ten koste van goede zorg. Met een waarnemend arts op afstand krijg je geen vertrouwensband.’

LAMMERT

‘De kern van ons vak is continuïteit. De meerwaarde van de huisartsenzorg is dat huisartsen hun patiënten kennen. Daardoor kunnen wij mensen uit het ziekenhuis houden. Huisartsenzorg heeft geen meerwaarde als patiënten alleen door wisselende waarnemers worden gezien of alleen kunnen bellen met een huisarts die op afstand zit. In die situaties worden patiënten toch sneller en vaker verwezen naar de tweede lijn. Wat vind jij trouwens zelf het spannendste punt uit het manifest?’

ASTRID

‘Ik denk het punt over houdbare zorg: ‘Een houdbare zorg is een zorg waarin keuzes worden gemaakt.’ We lopen met z’n allen tegen grenzen aan. De beschikbaarheid van mensen en middelen is beperkt. Als we daarin zelf geen keuzes maken, zullen die keuzes wel voor ons worden gemaakt. Er zijn nu al heel veel mensen die geen huisarts kunnen vinden. We moeten veel meer inzetten op preventie om dure behandelingen te voorkomen. Kunnen we als huisartsen op dat punt niet veel meer van ons laten horen? 80 procent van wat je in de supermarkt kunt kopen is niet gezond. Daar zien huisartsen dagelijks de gevolgen van. Je ziet patiënten worstelen met hun leefstijl. In het manifest zeggen we: maak gezonde producten goedkoop, bestrijd armoede en ongelijkheid, voorkom milieuvervuiling, verbeter de luchtkwaliteit, ban roken echt uit en creëer ruimte en prikkels om te bewegen. Vind je dat radicaal klinken? Over deze aanbevelingen was nauwelijks discussie, daar waren we het als aios heel snel over eens.’

LAMMERT

‘Het is belangrijk om kinderen al vroeg te leren wat een gezonde leefstijl is en niet pas later, als iemand klachten heeft. Een gezonde leefstijl zorgt ervoor dat mensen minder vaak naar de huisarts hoeven, waardoor er meer tijd overblijft voor mensen die de huisarts nodig hebben. Veel discussies in de zorg gaan over substitutie: zorg die de eerste lijn van de tweede lijn overneemt. Het is alleen nooit helder geworden of dat ook echt besparingen oplevert.

Ik denk dat het belangrijker is dat wij inzetten op goede zorg in de eerste lijn, want daarmee voorkomen we zorg in de tweede lijn.’

ASTRID

‘Eens. Een sterke eerste lijn is heel belangrijk. De huisartsenzorg verbruikt maar 7 procent van het zorgbudget, maar is goed voor 94 procent van de behandelingen. Door te investeren in de eerste lijn besparen we kosten voor de hele zorg en houden we de zorg betaalbaar.’

‘In ons manifest zeggen we ook dat het voor houdbare zorg noodzakelijk is dat de zorg klimaatneutraal wordt. Dat is voor ons ook een belangrijk punt. Niet alleen omdat klimaatverandering gezondheidsschade veroorzaakt, maar ook omdat de zorg zelf klimaatverandering veroorzaakt. De zorgsector is verantwoordelijk voor 7 procent van de uitstoot van de broeikasgassen in Nederland. Ook hier is preventie een belangrijkste eerste stap. Daarmee voorkomen we een deel van de onnodige belasting op het milieu. Daarnaast vinden wij dat in alle richtlijnen de klimaatimpact van adviezen moet worden meegewogen. Ook roepen wij op om energieverbruik in praktijken te minimaliseren en reisgedrag duurzamer te maken. Hoe kijk jij daar tegenaan?’

LAMMERT

‘De jongere generatie gaat voorop in de aandacht voor verduurzaming. We maken als LHV wel stappen op milieubewustzijn. Zo is er een e-boek met tips om de huisvesting, de praktijkvoering en de consultvoering te verduurzamen. Dit onderwerp krijgt de komende jaren zeker meer aandacht. Ik vind het mooi dat aios en jonge huisartsen ons prikkelen om te kijken hoe het duurzamer kan.’ 'Wat ik ook mooi vind, is dat jullie in het manifest het belang van onderlinge samenwerking benadrukken.’

ASTRID

‘Klopt. Wij zeggen: ‘De zorg, dat zijn we met z’n allen’. We hebben de sociale geneeskunde, de thuiszorg, de verpleeghuizen en de specialisten nodig voor de zorg van onze patienten. We vinden als aios ook dat het tijd wordt voor meer interdisciplinair onderwijs in de geneeskunde. Als aios huisartsgeneeskunde lopen we al lang stages in ziekenhuizen. Waarom lopen andere aios geen stage in een huisartsenpraktijk? Dat zou het begrip en de samenwerking tussen huisartsen en ziekenhuisartsen echt ten goede komen.’

LAMMERT

‘Voor de LHV is samenwerking ook een belangrijk punt. Niet alleen met externe zorgpartners, maar ook binnen het praktijkteam. De huisarts kan het al lang niet meer alleen. We hebben assistenten, praktijkondersteuners en verpleegkundigen nodig om de huisartsenzorg overeind te houden. Zonder hen zou het tekort aan huisartsen nog veel urgenter zijn geweest.’

ASTRID

‘Helemaal mee eens. In het manifest benoemen we de medewerkers van praktijkteams niet apart, omdat het voor ons al lang vanzelfsprekend is dat een huisartsenpraktijk uit een breed team bestaat. Wat zou je als huisarts zonder assistentes of praktijkondersteuners moeten?’

De kern van het Lovah-manifest

‘Over 20 jaar willen wij als huisarts werken in een land dat gezondheid in een breder perspectief bekijkt en daarom bewust keuzes heeft gemaakt. Wij willen effectief en prettig samenwerken met alle andere zorgverleners, zonder onnodige administratie en met een tuchtrecht dat ons niet onnodig beperkt. Wij willen werken in een sterke 1e lijn waar wij continuïteit van zorg leveren met adequate ondersteuning door ICT en zonder impact op het klimaat. Laten we er samen voor zorgen dat dit de komende jaren werkelijkheid wordt.’

Het manifest is te vinden op lovah.nl.

10 de Dokter 4/2023 11 de Dokter 4/2023
‘De beschikbaarheid van mensen en middelen is beperkt. Als we daarin zelf geen keuzes maken, zullen die keuzes voor ons worden gemaakt’

Ze krijgt al AOW. Toch wil Cunigonda Hol (67) graag nog een tijdje huisarts-docent blijven aan de huisartsenopleiding van het Radboudumc. Maar voor de huisartsenpraktijk van haar en haar collega in Oss zoekt ze opvolgers. Wie heeft hart voor mensen die de huisartsenzorg misschien wel het hardst nodig hebben?

‘Toen ik in 1987 klaar was met mijn opleiding, was het ontzettend moeilijk om als huisarts een plek te vinden. Het geluk was dat de gemeente Oss vrouwelijke huisartsen zocht, mede met het oog op de vele Turkse arbeidsmigranten die in de fabrieken werkten, en hun gezinnen. Daardoor kregen Marieke Verheggen en ik de kans om samen een praktijk te beginnen in wijk De Ruwaard. We begonnen met nul patiënten en hebben er nu 2900. Meest Nederlanders uiteraard, maar daarnaast nog steeds veel Turkse mensen, Oost-

Europese migranten en vluchtelingen uit landen als Somalië, Afghanistan en Syrië. Het is een kleurrijke praktijk waar ik al meer dan dertig jaar met hart en ziel en heel veel voldoening werk.

Ik kom op de huisartsopleiding, waar ik twee dagen per week werk, veel jonge artsen tegen die na hun opleiding eerst een paar jaar willen waarnemen en dan wel een eigen praktijk willen, maar het liefst in een dorp of provinciestadje. Met patiënten die qua taal, cultuur of sociale context op henzelf lijken. Onze praktijk in Oss past dus helemaal niet in dat plaatje. Daar maak ik me zorgen over. Ik herinner me een aios die tijdens de opleiding in een vergelijkbare praktijk als de onze werkte. Op een van de eerste terugkomdagen vertelde hij dat hij het moeilijk vond in die praktijk. ‘De patiënten luisteren niet naar me en doen niet wat ik zeg.’ Maar in de loop van het jaar begon hij te veranderen. Hij kreeg hart voor de mensen in die praktijk, ging beter begrijpen wat voor hen belangrijk was en leerde beter contact maken. Aan het eind van het jaar was hij om. Het had tijd nodig gehad om het mooie van een praktijk met meer dan alleen medische problemen te ontdekken.

◼ VERHALEN ONTRAFELEN

In een praktijk als de onze komen patiënten vaak met grote verhalen en veel problemen, die je moet ontrafelen om tot de echte hulpvraag te komen. Dat vraagt geduld, maar ook nieuwsgierigheid. Het kost tijd om een vertrouwensband op te bouwen, zeker met mensen die niet gewend zijn om buitenstaanders te vertrouwen.

Soms doen mensen na tien jaar onthullingen over hun jeugd of familie, waardoor ik hun klachten beter begrijp. Een patiënt vertelde me over haar moeizame jeugd, haar verplichte huwelijk, het keurslijf waarin ze was gedrukt. Dat hielp om haar jarenlange hoofdpijn te verklaren. Een andere patiënt die met vakantie in Turkije was en met een

ziek kind naar het ziekenhuis ging, belde mij op om te vragen wat ik ervan vond dat het kind een antibiotica-injectie kreeg. En zo krijg ik geregeld blijken van vertrouwen die ik heel bijzonder vind. Ik besef dat ik na dertig jaar nog steeds maar heel weinig begrijp van al die levens van mensen die in onze praktijk komen.

Mensen in deze wijk hebben veel psychische, psychosociale en financiële problematiek. Die schulden variëren van 500 euro tot 500.000 euro. Mensen kunnen pas aan hun gezondheid werken als die schuld wordt opgelost. Ik kan die schuld niet oplossen, maar ik kan er wel voor zorgen dat de patiënt bij de juiste hulpverlener terechtkomt.

◼ LAGE GEZONDHEIDSVAARDIGHEDEN

Ik behandel alle patiënten als gelijkwaardig, maar stem mijn rol af op wat een patiënt aankan. Bij patiënten met een verstandelijke beperking bijvoorbeeld ben ik directiever dan bij andere patiënten. Het is goed dat we ons als huisartsen tot het basisaanbod huisartsgeneeskundige zorg beperken, maar in wijken als De Ruwaard is het onmogelijk om de sociale context van een patiënt buiten de spreekkamer te houden.

Nascholing

LHV Academie

Leergang besturen

Ik had een patiënt die haar diabetes maar niet onder controle kreeg, omdat haar dochter in detentie zat aan de andere kant van het land en zij geen geld had om haar dochter te bezoeken. Dat gaf haar veel stress. Toen heb ik een brief aan Justitie geschreven en gevraagd of de dochter omwille van de gezondheid van de moeder naar Brabant kon worden overgeplaatst. Strikt genomen viel dat niet onder mijn huisartstaak, maar de dochter is wel overgeplaatst. Tot blijdschap van haar moeder en van mij. Want daardoor kreeg de moeder de rust om aan haar diabetes te werken. Er zijn in ons land 2 miljoen laaggeletterden. Dat zijn mensen die over het algemeen ook lagere gezondheidsvaardigheden hebben. Ik denk dat een gemiddelde geneeskundestudent weinig van die mensen in zijn of haar omgeving kent. Er is een enorme kloof tussen mensen met een lagere en mensen met een hogere sociaaleconomische status.

Maar voor mensen met een lage SES kun je als huisarts misschien wel het meest betekenen. Ze leven gemiddeld ruim vier jaar korter dan mensen met een hogere SES, en het aantal levensjaren in ‘goed ervaren gezondheid’ is zelfs ruim veertien jaar korter. Dit zijn mensen voor wie je als huisarts echt het verschil kunt maken.

STAP UIT JE BUBBEL

Mijn oproep aan jonge huisartsen is: stap uit je bubbel en kijk waar je nodig bent. Ga een jaar in een huisartsenpraktijk werken met veel sociale en gezondheidsproblematiek. Wees nieuwsgierig, stel vragen en bouw vertrouwen op. Wat je ervoor terugkrijgt, is dat het werk nooit saai wordt, dat je allerlei soorten mensen en andere ziektebeelden leert kennen en dat het je heel veel voldoening oplevert.

Er is een spreuk van Franciscus van Assisi die ik heel inspirerend vind: ‘Begin door te doen wat nodig is, daarna wat mogelijk is, en plotseling doe je het onmogelijke.’ Je hoeft geen speciale roeping te hebben om in een praktijk als die van ons te gaan werken. Wij brengen hier samen met ons praktijkteam gewoon de kernwaarden van ons vak in praktijk. Volgend jaar verhuizen we met twee andere praktijken en een aantal andere eerstelijns zorgaanbieders naar een splinternieuw gezondheidscentrum in Oss. Een mooi moment om de praktijk over te dragen aan twee of misschien wel drie opvolgers. Onze patiënten hebben een eigen huisarts nodig bij wie ze durven aankloppen met problemen. Een huisarts die met een generalistische blik persoonsgerichte, continue zorg biedt. Ik blijf erop vertrouwen dat het goed komt. Ik kan de deur toch niet sluiten als er geen opvolger is? Ik kijk ernaar uit om mijn opvolger aan mijn patiënten te kunnen voorstellen.’ ¶

De leergang besturen is een 3-daags opleidingstraject, speciaal voor ervaren huisarts-bestuurders. Je leert over leiderschapskwaliteiten, strategievorming, omgaan met de achterban en nog veel meer. Je ontwikkelt je vaardigheden en competenties binnen 3 dagen verder.

De eerstvolgende leergang start op donderdag 7 september 2023, in Den Dolder. Dag 1 en 2 zijn op dezelfde locatie in Den Dolder, inclusief overnachting. Dag 3 is op een andere locatie, in Utrecht. Accreditatie: 22 punten.

Praktijkmanagement voor aios

In deze nascholing leer je alles over de start van een eigen praktijk. Van ondernemerschap tot praktijkvoering en financiën. Je krijgt een netwerk aangereikt waar je terecht kunt met je vragen over praktijkstart en praktijkmanagement.

Deze nascholing duurt 4 dagen. De eerstvolgende reeks vindt plaats vanaf donderdag 7 september 2023, van 09.30 – 16.00 uur bij de Vrije Universiteit in Amsterdam.

Leergang medisch leiderschap

Hoe zorg je als huisarts dat je invloed hebt op de manier waarop je zorg biedt aan de patiënt? In de leergang medisch leiderschap leer je hoe jij je eigen invloedsfeer bewuster kunt inzetten bij patiëntenzorg en daarbuiten. De training bestaat uit 6 dagen in 4-5 maanden.

De leergang bestaat in totaal uit 6 dagen. De eerstvolgende reeks start op woensdag 20 september 2023, van 09.30 – 17.30 uur in het Kaap Doorn Conferentiecentrum in Doorn.

Accreditatie: 36 punten (ABAN, BIG).

Op academie.lhv.nl vind je ons ruime aanbod aan nascholingen, ook vaak op aanvraag beschikbaar.

mijn werk&ik 12 de Dokter 4/2023 13 de Dokter 4/2023
‘Patiënten komen vaak met grote verhalen en veel problemen, die je moet ontrafelen om tot de echte hulpvraag te komen’
‘Ik kan de deur toch niet sluiten als er geen opvolger is?’
FOTO: SIMONE MICHELLE
TEKST: CORIEN LAMBREGTSE

Boze of lastige patiënt? ‘HOU JE LIJF RUSTIG’

Boze, manipulatieve of zeurende patiënten: iedere huisarts krijgt ze op zeker moment in de spreekkamer. Hoe ga je om met patiënten die de allergie of de valkuil van de huisarts feilloos weten te vinden? Trainer Frank van As: ‘Zorg vóór alles dat je lijf rustig blijft.’

‘Iedere medewerker van een huisartsenpraktijk heeft zijn of haar eigen allergieën. Hoe háált mevrouw Visser het in haar hoofd om wéér om vijf voor vijf te bellen met een lang verhaal? O nee, daar komt meneer De Bruin weer met zo’n zeurverhaal.’ Een allergie voor gezeur komt vrij veel voor bij zorgverleners, ziet Frank van As. In zijn training Patiëntbejegening (zie kader) werkt hij met een aangepaste versie van het kernkwaliteitenmodel van Daniel Ofman. ‘Het tegenovergestelde van je allergie is je kwaliteit. Als je allergisch bent voor gezeur, ben je zelf waarschijnlijk een echte doorzetter. En afgeleid van je allergie en je kwaliteit, heb je dan ook nog een valkuil en een uitdaging, in dit geval botheid en empathie. Het kan helpen om je te realiseren dat degene die tegenover je zit en die op jouw allergie zit, waarschijnlijk een kwaliteit heeft die in jouw uitdaging zit. Een zeurende patiënt is waarschijnlijk best empathisch. Als het lukt om ook maar een béétje professionele jaloezie op te brengen voor de kwaliteit van je gesprekspartner, kan dat enorm helpen om zo’n gesprek te voeren.’

Het model van de kernkwaliteiten is een van de vele praktische tips die Van As in zijn training inzet. Daarbij is het goed, zegt hij, om ook andere communicatiestijlen te gebruiken dan alleen je ‘gebruikelijke’ stijl. ‘Soms moet je hele duidelijke

‘OP HET JUISTE MOMENT ONGEWENSTE EMOTIES VOORKOMEN’

Joanne van Silfhout volgde de nascholing Patiënt-bejegening bij de praktijk in Den Haag waar ze als waarnemend huisarts werkt. ‘Bij een van de beide locaties van onze praktijk komt wat vaker agressie voor, met name aan de balie en de telefoon. Het leek me vooral voor de assistenten daarom fijn om deze cursus te volgen, maar natuurlijk heeft uiteindelijk het hele team ermee te maken. Vooral de ‘bak begrip’ die er volgens Frank in moet, is bij mij blijven hangen. Soms moet je misschien wel acht of tien keer “ach wat erg” zeggen, voor iemand een beetje tot bedaren komt.’

grenzen stellen, andere keren is het beter om meer conflictvermijdend te zijn. Ieder heeft van nature een eigen stijl, maar het is heel nuttig je professionele repertoire uit te breiden. Verschillende situaties vragen om een verschillende aanpak.’

◼ ECHTE ANGST

Meestal zijn het de assistenten die al aan de telefoon of de balie de hete kooltjes uit het vuur halen, zegt Van As. ‘Patiënten zijn vaak al wat afgekoeld als ze bij de dokter komen en zullen daar minder snel schuttingtaal gebruiken. Toch kan het gesprek in de spreekkamer nog lastig genoeg zijn. Voor die gesprekken zijn dezelfde vaardigheden nodig als aan de telefoon of de balie.’

Van As hoort van huisartsen bijvoorbeeld regelmatig dat patiënten tóch een verwijzing, een scan of bloedonderzoek willen, al vindt de huisarts dat niet nodig. ‘Negen van de tien keer zit achter zo’n dwingend verzoek zorg, angst of frustratie. Regel één is daarom: er moet een bak begrip in. Je moet als huisarts allereerst de vraag achter de vraag zien te achterhalen. Daarmee werk je aan het herstel van de relatie. Pas als je de echte angst boven tafel hebt, kun je het inhoudelijke gesprek voeren en uitleggen waarom een scan volgens jou niet nodig is. Daarbij raad ik huisartsen altijd aan om gebruik te maken van hun status. Heb begrip en aandacht voor de zorgen

‘Het was mooi dat het naast agressie ook ging over de allergie die je als zorgverlener kunt hebben en hoe je daarmee kunt omgaan, met behulp van de theorie over de kernkwadranten. Ik heb met name een allergie voor patiënten die tot niets komen, niet zelf verantwoordelijkheid willen nemen. De cursus gaf mij het inzicht dat zo’n patiënt waarschijnlijk een kwaliteit heeft die tegenovergesteld is aan die van mij. In de spreekkamer vind ik dat nog steeds wel lastig toe te passen; mijn allergie speelt dan vrij makkelijk weer op. Dat is een kwestie van veel oefenen, denk ik. Het is goed om het inzicht nu in ieder geval te hebben: waarom word ik kriebelig en hoe zorg ik ervoor dat dit mijn contact met de patiënt niet in de weg staat?’

‘Het maakt denk ik wel uit of je al een hele tijd praktijkhouder bent, of waarnemend huisarts. Als je een patiënt goed kent, begrijp je misschien eerder welke factoren meespelen als iemand boos wordt. Wellicht kun je daar dan meer begrip voor opbrengen. Maar het zou ook andersom kunnen werken: dat je allergie in de loop der jaren alleen maar groter wordt en dat je denkt: wat nú weer?’

‘Afgelopen week hadden we in de praktijk nog een patiënt die zich agressief gedroeg tegenover een assistente. Een goed moment om de opgedane kennis in praktijk te brengen. Het lastige was alleen dat niet duidelijk was waarover hij boos was. Dat maakte het voor

14 de Dokter 4/2023 15 de Dokter 4/2023
TEKST: BERBER BIJMA / ILLUSTRATIE: AAD GOUDAPPEL

VAN DER SCHOOT ARCHITECTEN bv

BNA SCHIJNDEL

De gegevens van jouw patiënten veilig in hun

PGO met MedMij

MedMij is dé Nederlandse standaard voor het veilig en betrouwbaar uitwisselen van medische gegevens tussen zorggebruikers en gezondheidsprofessionals.

Door het MedMij-label weet je dat jouw patiënten hun medische gegevens veilig in hun persoonlijke gezondheidsomgeving (PGO) kunnen verzamelen.

Ontdek alles over MedMij op medmij.nl/zorgaanbieders

van je patiënt, maar laat je níet bij je voornaam noemen. Dat lijkt heel toegankelijk, maar het kan tegen je gaan werken als je wilt dat de patiënt iets van je aanneemt.’

◼ EVEN IN DE BEZEMKAST

In de trainingen van Van As gaat het vaak over extreme situaties. ‘Laten we niet vergeten: het gros van de patiëntencontacten verloopt prima. Het gaat om een relatief klein deel dat erg lastig is. Maar dat kleine deel vraagt wel de meeste tijd en energie.’ Het lijf is het eerste dat reageert als er ‘gedoe’ ontstaat met een patiënt, zegt Van As. ‘Je lijf maakt zich klaar voor de strijd. Je hartslag gaat omhoog, je ademhaling versnelt. In mijn trainingen raad ik assistenten weleens een “bezemkastmoment” aan: zeg tegen een gefrustreerde patiënt dat je even iets moet nazoeken, zet hem of haar onder de knop en neem even een halve minuut – al dan niet in de bezemkast – om je lijf rustig te krijgen. Pas dan kun je rustig en professioneel reageren. In de spreekkamer is dat wat lastiger, maar ook daar geldt: let in de eerste plaats op je ademhaling en je houding. Als de patiënt voelt dat jouw lijf zich óók klaar maakt voor de strijd, kan het heel moeilijk worden. Daarom moet je voor alles proberen je lijf rustig te houden.’

◼ PROFESSIONELE ROLLEN

Zorgverleners moeten verschillende rollen kunnen spelen in lastige gesprekken, zegt Van As. ‘Begrip of medelijden hoeft niet altijd uit je ziel te komen. Dat kun je niet voor iedere patiënt opnieuw opbrengen. Als een patiënte totaal overstuur is omdat haar vogeltje is doodgegaan, heb je misschien de neiging om te denken: pfff, koop een nieuwe. Maar je kunt ook in je eigen herinnering een gebeurtenis zoeken waar jij zelf heel verdrietig van bent geweest en vanuit die ervaring aanhaken bij haar

gevoel: “Wat erg voor u, wat zal het stil zijn in huis”. Betrokkenheid en distantie kunnen heel goed samengaan. Dit is een onderwerp waar we in de cursus vaak discussie over hebben. Want als je een rol speelt, is dat dan niet nep? Nee, acteren is helemaal niet nep. We hebben allemaal in het leven verschillende rollen. Je kunt vrouw, moeder, collega en zorgverlener zijn. De rol die je in je baan hebt, moet je gewoon goed uitvoeren. Dat is je werk. Als je peuter een tand door de lip heeft, ga je er toch ook op je hurken bij zitten en troost je je kind, ook al weet je dat het 10 minuten later wel weer over is? Op dat moment ga je er wel echt even in mee. Dat is een rol, maar het is niet nep. Zo kun je ook een professionele rol spelen als je voor de tiende keer op een dag een boze, dwingende of zeurende patiënt spreekt.’

◼ ‘TRAP JE EVEN ROT’

Een relatief nieuw element in zijn trainingen is dat Van As zorgverleners na een moeilijk gesprek aanraadt om fysiek af te reageren. ‘Ik geef ook training aan mensen die in de tbs-wereld werken. Daar gaat het er vaak nog veel extremer aan toe. Een vast advies na een calamiteit is: even een rondje lopen of rennen. De adrenaline die je tijdens een extreme situatie hebt aangemaakt om te vechten of te vluchten, moet er even uit. In de huisartsenpraktijk heeft iedereen een zittend beroep. Je kunt als assistent tien moeilijke telefoontjes op een ochtend hebben, steeds weer je hartslag omhoog voelen gaan, maar tóch op die stoel blijven zitten. Dan gaat het niet uit je lijf. Veel praktijken zitten in een gezondheidscentrum waar ook fitnessapparaten staan. Tegenwoordig raad ik aan: praat er niet alleen over met je collega’s als je een hele lastige situatie achter de rug hebt, maar trap je ook even rot. Echt, dat helpt.’ ¶

de assistente nogal lastig om ‘een bak begrip’ te tonen – want waarvoor precies? Een van de huisartsen heeft deze patiënt even meegenomen en toen kwam het hele verhaal er wel uit. Zij vertelde achteraf dat ze wel de inzichten uit de cursus had kunnen toepassen in dat gesprek. Het incident was een goede aanleiding om weer even met elkaar door te spreken hoe het ook alweer zat met wat we van Frank hadden geleerd.’

‘Door de nascholing ga je rationeel begrijpen wat er in je hoofd en je lijf gebeurt als je te maken hebt met een agressieve patiënt of met een patiënt die op je allergie zit. Daar vervolgens ook goed mee omgaan, leer je vooral door het mee te maken – al hoop je natuurlijk dat dat niet te vaak gebeurt. Ik zie het ook als een vorm van professionaliteit: op het juiste moment ongewenste emoties voorkomen en de rust bewaren.’

LHV Academie nascholing Patiëntbejegening

‘Patiëntbejegening’ is het vervolg op de nascholing ‘Geen agressie in mijn praktijk’ van de LHV Academie. Beide worden gegeven door Frank van As en kunnen ook apart worden gevolgd.

Van As: ‘Bij de agressietraining ligt de focus vooral op de patiënt: hoe de-escaleer je de situatie als een patiënt agressief of manipulatief wordt? In dit tweede deel gaat het meer over wat er in het hoofd van de zorgverlener gebeurt als een patiënt uit de bocht vliegt.’

Wil jij meer leren over het omgaan met escalaties, intimidaties, frustraties of hoge verwachtingen van patiënten? In de nascholing Patiëntbejegening krijg je inzicht in communicatiepatronen, stijlen van conflicthantering, het reguleren van je eigen emoties, je rol in het team en collegiale opvang na een incident.

De nascholing wordt alleen op aanvraag gegeven, op locatie. Trainer is Frank van As, maximumaantal deelnemers 12.

Meer informatie op academie.lhv.nl, zoek op ‘Patiëntbejegening’

17 de Dokter 4/2023
WWW.VANDERSCHOOTARCHITECTEN.NL
ONTWERP • ARCHITECTUUR
INTERIEUR • DIRECTIEVOERING BOUWMANAGEMENT • HAALBAARHEID
advertentie
Als de patiënt voelt dat jouw lijf zich óók klaar maakt voor de strijd, kan het heel moeilijk worden’

EVEN LOS VAN JE WERK

Reinier de Groot, huisarts in Oldemarkt en hulpherder

Zomer is tijd voor ontspanning. Sommige huisartsen hebben – het hele jaar door – een bijzondere hobby die hen helpt om even los te komen uit het werk. Een bakfanaat, een hulpherder en een kitesurfer aan het woord.

arenlang was ik huisarts en teamarts van de Nederlandse zwemploeg. Ik wilde al heel lang een bordercollie, maar mijn vrouw zei terecht dat dat pas kon als ik stopte met de zwemploeg. Dat gebeurde in 2015. Op maandag kwamen we terug van het WK, op zaterdag kocht ik een hondje. Achteraf bleek het een kruising te zijn; niet echt geschikt voor het schapen drijven.

Toen ik later een echte bordercollie kocht, deed ik er anderhalf jaar over om controle te krijgen over de hond. Een kudde hoeden was mijn ultieme droom. Ik mocht een keertje meelopen met de Holtinger Schaapskudde en de herder zei: “Kom maar terug als je denkt dat je de kudde onder controle kunt houden.” Dat heb ik gedaan, in het najaar van 2018. Na een paar keer meelopen liet de herder me met de win-

terkudde van 350 schapen alleen op stap gaan. Ik voelde me wanhopig. Alles ging mis. De hond liep dwars door de kudde. Het was één groot leerproces. Ik vond het zo leuk om iets te doen waar ik echt totaal onbenullig in ben. Als huisarts leer ik natuurlijk nog steeds nieuwe dingen, maar ik heb het vak toch wel zo’n beetje in de vingers. Ik herinner me nog het moment waarop

ik dacht: dit is wat ik wilde, nu begin ik de honden onder controle te krijgen – ik had er inmiddels twee. Daarmee begint het: de honden onder controle krijgen. Daarna leer je wat over de schapen en daarna over

terreinbeheer. Van lieverlee weet ik inmiddels zelfs iets van verschillende plantjes die de schapen wel of niet eten. Of niet mógen eten, omdat ze zeldzaam zijn. Daar moet je in bepaalde maanden bij weg blijven. Een dag per week heb ik geen spreekuur. Die is voor de kudde. Dan ben ik er gewoon niet. Anderen weten ook: dan is Reinier de hei op. Slecht weer bestaat niet, slechte kleding wel. In het begin eindigde

iedere heidag bij Bever Sport; inmiddels kan ik me overal op kleden, behalve op warmte. Op hete dagen gaan we vroeg weg en zijn we vroeg terug. Ik vind het heerlijk om een dag alleen te zijn. Soms heb ik leuke gesprekken met wandelaars of toeristen. En als een gesprek minder leuk is, zeg ik: “Sorry, ik moet even bij die schapen kijken.” En inmiddels klinkt het net of ik er verstand van heb.’

18 de Dokter 4/2023 19 de Dokter 4/2023 FOTO: FRANK MEESTER
‘J
‘Iedere week een heidag’

‘Tijdens mijn studie heb ik veel catamaran gezeild met studiegenoten. Zij gingen later kitesurfen en zo ben ik er ook ingerold. Vorig jaar heb ik een huis in Scheveningen gekocht om dichter bij de zee te zijn.’

‘Ik word enorm gelukkig van kitesurfen. Alleen op basis van de kracht van de natuur – de wind, de golven – beweeg je jezelf voort. Je bent volop bezig met de elementen. En daarbij houd ik van het strand en de zee. Voor kitesurfen heb je minstens windkracht 5 nodig en aanlandige wind. Tot welke windsterkte je kunt kitesurfen, hangt ervan af hoe ervaren je bent. Ik controleer dagelijks de windvoorspellingen. Soms is het prachtig weer, maar staat er geen wind. Dan ga ik bijvoorbeeld naar de sportschool of doe ik yoga. Om te kunnen kitesurfen, moet je je kracht en je conditie op peil houden.’

‘Ik hou enorm van de zee en probeer dit met mijn werk te combineren. Ik heb als scheepsarts gewerkt en ik geef bijvoorbeeld cursussen duikgeneeskunde en expeditiegeneeskunde. En op de catamaran- en kitesurfvereniging hou ik soms lezingen over verdrinking of onderkoeling.’

‘In deze tijd van het jaar kun je bij geschikt weer ook nog ’s avonds na het werk even kitesurfen, omdat het zo lang licht is. In de winter kitesurf ik net zo goed, maar dan alleen overdag. Het is dan wel koud, maar als je een goede winterwetsuit hebt, is het goed te doen en lekker rustig op het water. Kitesurfen is voor mij een fantastische manier om het hoofd even helemaal leeg te maken na een zware werkdag. Als je midden op zee bent, ben je letterlijk één met de natuur. Dan kun je echt nergens anders aan denken.’

‘Bij het kitesurfen komt er van alles op je af, letterlijk. Het heeft me geleerd om in een flow te komen waarbij je zoveel mogelijk met de elementen meebeweegt. Je wordt er flexibel van. Bij iedere golf maak je een keuze: ga ik erop, ga ik terug omdat-ie te groot is, ga ik eromheen? In een ochtendspreekuur kan ik hetzelfde hebben. Iedere tien minuten maak je als het ware een nieuwe beweging, een nieuwe keuze. Ik probeer zo veel mogelijk met mijn patiënten mee te bewegen, toch moet je er soms even tegenin. Als het lukt om in diezelfde flow te komen, heb je een hele fijne ochtend.’

21 de Dokter 4/2023 de Dokter 4/2023 20 FOTO: RUTGER GEERLING
‘Midden op zee kun je echt nergens anders aan denken’
EVEN
Annemarie Wuister, huisarts in Den Haag en kitesurfer
LOS VAN JE WERK

EVEN LOS VAN JE WERK

‘Bakken vond ik altijd al leuk, maar deed ik met kant-en-klare mixen uit de supermarkt. Tot ik in een boekwinkel een keer een mooi bakboek zag liggen. Zo is het gaandeweg steeds meer geworden. Inmiddels heb ik ongeveer twee keer per maand een bakdag. Dan doe ik niks anders dan bakken. Heerlijk.

Ik vind het ontzettend leuk om steeds nieuwe dingen te proberen: nieuwe manieren van bakken, nieuwe smaken. Daarnaast is het heel leuk om anderen te zien genieten van wat ik heb gemaakt. Daarin zit ook wel een parallel met het werk van huisarts, denk ik: zorgen voor anderen.

Ja, het moet natuurlijk ook allemaal wel opgegeten worden, haha! Ik bak veel voor vrienden en familie. En soms neem ik iets mee naar het werk, bijvoorbeeld als ik afscheid neem van een plek waar ik tijdelijk heb gewerkt. Wat niet bedoeld is om meteen op te eten, gaat de diepvries in.

Je kunt wel fruit op een taart doen, maar daarmee wordt-ie nog niet gezond. Dat is ook de reden dat ik maar ongeveer twee bakdagen per maand heb én dat we die diepvries hebben aangeschaft. Al blijft het natuurlijk wel

verleidelijk, zelfs als het in de diepvries zit. Ik let er altijd wel op dat ik na een taartdag weer een dagje gezond doe.

Bakken kan natuurlijk stressvol zijn, als iets te warm wordt of een onderdeel mislukt, maar ik heb daar niet zo’n last van. Tegen de tijd dat de taart klaar is, ben ik dat alweer vergeten.

Eerstejaars huisarts in opleiding zijn, dát is stressvol. Bakken niet. Tenminste, tenzij je meedoet aan Heel Holland Bakt. Dat is echt next level bakken; dat vind ik te stressvol. Bakken is voor mij pure ontspanning naast het werk als huisarts. Het is gewoon superleuk om een hobby te hebben. Ik kan iedereen aanraden: kies iets wat je leuk vindt, als tegenhanger voor je werk.

Mijn hobby is in de loop der jaren wel vrij serieus geworden. Naast de diepvries op zolder staat een grote stellingkast met al mijn bakspullen en allerlei ingrediënten. Als ik ga bakken, gaat alles wat ik nodig heb in een wasmand mee naar beneden, naar de keuken. Mijn vriend, met wie ik over een paar weken ga trouwen, is heel blij met mijn hobby. Hij mag altijd als eerste proeven.’

22 de Dokter 4/2023 23 de Dokter 4/2023
FOTO: ROY SOETEKOUW
Annemiek Tatje, huisarts in opleiding en bakfanaat
‘Heerlijk om steeds nieuwe dingen te proberen’

Een klassieke dokterstas, of toch een hippere variant? Als huisarts heb je steeds meer te kiezen. Wat zegt de tas eigenlijk over de dokter? En wat zit er in die tas? Ellen Simons, huisarts in de regio Ede, trapt deze nieuwe rubriek af.

TEKST: BERBER BIJMA / FOTO: DITTA VAN GENT

WIE? HUISARTSELLENSIMONS(33) SINDS: RUIM

1 JAAR HOE EN WAAR? WAARNEMEND HUISARTS IN DE REGIO EDE

Handig

‘Ik heb altijd een urinepotje en stick mee in de tas. Hoort volgens mij niet bij de standaarduitrusting, maar ik vind het handig om op visite meteen te kunnen checken of een patiënt blaasontsteking heeft.’

Sleutels

‘Mijn autosleutel gaat altijd in de tas, op z’n vaste plekje aan de zijkant. Ik werk in de regio Ede, waar best veel patiënten in het buitengebied wonen, dus visites op de fiets zijn meestal geen optie. Mijn tas heeft een groot schouderhengsel, dus als ik er toch mee fiets, zet ik ’m achterop. Als-ie van de bagagedrager valt, hangt-ie altijd nog aan mijn schouder.’

Ellen Simons houdt van kleur. Dus een standaard donkerbruine dokterstas? Hmm. Ze zocht even verder. ‘Ik heb dit exemplaar op internet gevonden. Mooi blauw met bruine accenten. Wel van klassiek leer, want leer heeft toch wel wat.’ Van patiënten krijgt ze regelmatig een compliment: ‘Wat modern, wat gezellig, weer eens wat anders – dat hoor ik best vaak.’

Ze koos voor de middelste maat van de drie die beschikbaar waren. ‘Ik zocht een tas met genoeg vakjes die ook weer niet té groot is. Het hoofdvak is verdeeld in vier compartimenten en daarnaast zitten er nog verscheidene kleine vakjes in. Heel handig om alles altijd op dezelfde plek te kunnen bewaren. Met je tas kom je als huisarts geregeld in een spoedsituatie. Dan wil ik meteen alles kunnen vinden.’

‘Als waarnemend huisarts kom ik regelmatig in praktijken of spreekkamers waar al een tas van een andere dokter staat. Daar werp ik weleens een blik in. Soms denk ik: wow, dat je iets kunt vínden in die tas. Sommige dokters hebben best een rommelige tas. Al vind ik dat op een bepaalde manier ook wel weer z’n charme hebben. Zoals een hond lijkt op z’n baasje, zo zegt een tas iets over de dokter die erbij hoort.’

Stripje

‘Op de huisartsopleiding kreeg ik een lijstje van alles wat in de dokterstas hoort, maar in het echie mis je dan soms toch dingen. Zo heb ik altijd een stripje paracetamol mee. En een paar tabletjes prednison, zodat een patiënt daar alvast mee kan beginnen voordat hij of zij ze van de apotheek krijgt.’

EEN BLIK IN JOUW TAS?

Wil je vertellen over jouw dokterstas? Meld je aan voor deze rubriek via dedokter@lhv.nl met in de titel ‘dokterstas’.

24 de Dokter 4/2023 25 4/2023
‘Ik zocht een tas met genoeg vakjes die ook weer niet té groot is’

WIE MAKEN ZICH HARD VOOR DE HUISARTSENZORG?

DE AGENDA VAN JENNY HEERING, HUISARTS EN LHVBELANGENBEHARTIGER

Vijf jaar geleden vormde deze rubriek, ‘De agenda van…’ de aanleiding voor Jenny Heering om contact te zoeken met de LHV. Inmiddels is ze naast huisarts drie dagen per week LHV-beleidsadviseur. Voor haar de perfecte combinatie. ‘Het is fijn om bij te dragen aan ons vak op de langere termijn en tegelijk verbonden te blijven met de dagelijkse praktijk.’

TEKST: BERBER BIJMA / BEELD: MIRJAM VAN DER LINDEN

Jenny Heering werkte al een tijdje als huisarts toen ze ‘iets’ erbij zocht. Wat dat moest worden, was haar zelf nog niet helemaal duidelijk.

‘Iets overkoepelends, iets dat raakt aan de maatschappelijke rol van huisartsen en hun plek in de gehele zorgsector. Ik had al kennis gemaakt met onderwijs en onderzoek, maar dat was het voor mij niet. Toen las ik in De Dokter over de agenda van Lisette Romijn, huisarts en inmiddels collega-beleidsadviseur bij de LHV, en was ik meteen geïnteresseerd. Ik had me eigenlijk nooit gerealiseerd dat je dat als huisarts óók kunt doen: je bezighouden met het landelijke beleid dat de hele beroepsgroep aangaat.’

Het is inmiddels vijf jaar geleden dat ze van harte welkom werd geheten bij de LHV. ‘Beleid dat invloed heeft op

huisartsen, interesseert me. Voor ik bij de LHV kwam, had ik in andere landen gezien hoeveel verschil gezondheidsbeleid kan maken voor huisartsen: in het ene land is de rol van de huisarts heel anders dan in het andere land.

Als je je bezighoudt met beleid, kun je frustraties of zorgen van huisartsen op landelijk niveau inbrengen. Mijn rol is vooral om in die vergaderingen de praktijk in te brengen. Praktijkvoorbeelden geven een pleidooi vaak kleur. Ik kan uitleggen waarom iets wel of juist niet een goed idee is. Soms lukt het om actief bij te dragen aan verbeteringen. Het is ontzettend mooi om in regelgeving de zaken terug te zien waar de LHV voor heeft gepleit. Al is het tegelijk soms frustrerend, want je wilt altijd méér realiseren.’

‘Als je op landelijk beleidsniveau werkt,

MAANDAG 10.30 UUR

Schaarste aan artsen: afspraken nodig voor kwetsbare ouderen

DINSDAG 10.00 UUR Vragen rond een POH voor ouderen

moet je er wel tegen kunnen dat het bijna altijd over langdurige processen gaat. Meestal hebben we aan het einde van de vergadering geen oplossing afgesproken voor het probleem dat op tafel lag. Ja, ik kan daar wel tegen. Sterker nog: ik vind het fijn om naast het snelle en praktische werk dat ik als huisarts doe, tegelijk ook te werken aan de overstijgende vragen voor de lange termijn. De rode draad is eigenlijk altijd: hoe kunnen we het systeem zo inrichten dat de huisarts het beste tot zijn of haar recht komt?

Op mijn praktijkdagen werk ik in een heel ander ritme dan op mijn LHVdagen. Als huisarts heb ik bij wijze van spreken iedere 10 of 15 minuten een oplossing voor een probleem. Tegelijk kan het werk in de spreekkamer soms eenzaam zijn. Je werkt weliswaar met de patiënt samen, maar het is toch vooral de patiënt die iets komt “halen”. Bij de LHV werk ik in verschillende teams waarbij iedereen de eigen expertise inbrengt om samen te komen tot goede ideeën en oplossingen. Maar uiteindelijk grijpt alles natuurlijk in elkaar: ik heb het werken in de praktijk nodig om mijn gedachten over het beleid levendig te houden. En andersom hebben patiënten er veel baat bij dat we voor de langere termijn de huisartsenzorg goed regelen. Juist omdat praktijk en beleid zo met elkaar verbonden zijn, vormen ze voor mij een perfecte combinatie.’

Regelmatig is er overleg over de zorg voor patiënten met een Wlz-indicatie. De ene week alleen met de artsenverenigingen, de andere week schuiven ook ActiZ en Zorgverzekeraars Nederland aan voor overleg en afstemming. Met name de zorg voor ouderen in een kleinschalige woonvormen levert discussie op. Huisartsen voelen zich soms overvallen als er in hun dorp op wijk zo’n kleinschalige woonvoorziening komt en de aanbieder simpelweg stelt: “Ja hoor, de huisarts levert hier zorg”. Het tekort aan specialisten ouderengeneeskunde maakt de situatie extra ingewikkeld, maar dat tekort kan natuurlijk niet op huisartsen worden afgewenteld. In dit overleg proberen we te komen tot werkbare afspraken waarbij zowel huisartsen als specialisten ouderengeneeskunde hun eigen rol goed kunnen spelen. Ook Actiz, als vertegenwoordiger van aanbieders van kleinschalige woonvormen, en de zorgverzekeraars snappen wat huisartsen nodig hebben. We praten in dit overleg ook over andere aspecten van de ouderenzorg, maar de kleinschalige woonvormen zijn duidelijk het meest prangende onderwerp. Overigens hebben we voor onze leden een leidraad hierover. Daarin staat onder meer dat voorwaarde voor huisartsenzorg in een kleinschalige woonvorm is dat er altijd een specialist ouderengeneeskunde bereikbaar is voor overleg.

Een overleg met LHV-collega’s over de functie van de praktijkondersteuner die zich extra toelegt op ouderenzorg. Wat zien we in de praktijk dat deze POH precies doet, welke opleiding is daarvoor nodig en hoe zit het met de financiering? Die vragen zijn nog niet helemaal uitgekristalliseerd. Dat vraagt inbreng van verschillende kanten. Mijn collega’s van het team Arbeidsmarkt weten alles van opleidingen, functiebeschrijvingen, functiewaarderingen en beloningen. Ik breng vanuit de praktijk in hoe het nu werkt en wat huisartsen nodig hebben als ondersteuning in de zorg voor hun oudere patiënten. Zo werken we samen aan een goede beschrijving van het werk van deze POH.

MAANDAG 14.00 UUR

Een nieuw competentieprofiel voor de huisarts

De huisartsopleidingen werken aan vernieuwing van het competentieprofiel voor huisartsen. Dat profiel wordt landelijk vastgelegd. Iedere huisartsopleiding heeft de vrijheid met een eigen invulling aan de vastgestelde eisen te voldoen. In een overleg met het NHG, de koepelorganisatie Huisartsopleiding Nederland, vertegenwoordigers van de diverse opleidingsinstituten en een aios bespreken we het competentieprofiel: waar moet een huisarts aan het einde van de opleiding aan voldoen? Mijn rol is daarbij vooral te kijken naar elementen van praktijkvoering: krijgen huisartsen in hun opleiding genoeg mee over samenwerking, organisatie en leidinggeven? Met het nieuwe competentieprofiel gaan huisartsopleidingen uiteindelijk aan de slag om de opleiding zo vorm te geven dat een aios alle facetten meekrijgt om een goede start te maken als huisarts.

26 de Dokter 4/2023 27 de Dokter 4/2023
‘Hoe kunnen we het systeem zo inrichten dat de huisarts het beste tot zijn of haar recht komt?’

Brend viel 45 kilo af met behulp van een maagverkleining

Ziet u als (huis)arts patiënten in uw praktijk die kampen met (de gevolgen van) hun overgewicht? Wij zijn hét centrum voor patiënten met ernstig overgewicht. We bieden diverse behandelingen aan met en zonder operatie, altijd op maat. Om blijvend gewichtsverlies te realiseren zetten wij in op de verandering van leefstijl.

www.obesitaskliniek.nl

Een mooie, prettige omgeving die rust uitstraalt én de juiste routing heeft, dát is belangrijk bij de inrichting van een huisartsenpraktijk.

Meer weten over hoe we met de inrichting bijdragen aan een fijne praktijkvoering?

DINSDAG 13.30 UUR

Herregistratie-eisen: zo werkbaar mogelijk

Moeten de eisen rondom herregistratie worden aangepast? Samen met het NHG bespreken we die vraag in een periodiek overleg met de huisarts-secretaris van het Register van Geneeskundig Specialismen, het RGS. Onlangs is bijvoorbeeld besloten dat artsen die door langdurige ziekte twee jaar niet hebben kunnen werken, niet automatisch hun registratie verliezen. Daarnaast hebben we vastgelegd dat huisartsen die aan praktijkaccreditatie meedoen, geen aparte visitatie hoeven te volgen voor hun herregistratie. Zo proberen we afspraken steeds te stroomlijnen en overbodige handelingen voor huisartsen eruit te halen.

DONDERDAG 9.30 UUR

Onze boodschap beschrijven en visualiseren

Met de collega’s van de communicatie-afdeling bespreek ik hoe we kunnen beschrijven én visualiseren wat de huisarts voor ouderen doet – en daarmee dus ook: wat niet. Dat is een boodschap die we steeds opnieuw moeten uitdragen naar andere partijen die bij de ouderenzorg betrokken zijn. De collega’s van communicatie zijn er goed in om dit helder op te schrijven en met beeld te visualiseren. Een infographic kan een geschreven tekst vaak goed ondersteunen en is daarmee een welkom extra communicatiemiddel.

DONDERDAG 14.00 UUR

Huisartsentekort vraagt om inzet op meerdere fronten

Een bijeenkomst met het LHV-team dat zich bezighoudt met het huisartsentekort. Een probleem dat om inzet op allerlei fronten vraagt. De vraag waar ik me binnen dit geheel mee bezighoud, is: hoe zorgen we ervoor dat meer mensen na hun basisopleiding geneeskunde voor de specialisatie als huisarts kiezen? Dat zit onder meer in aandacht voor het huisartsenvak tijdens die basisopleiding, maar ook in stageplekken voor basisartsen, co-assistenten of anios in huisartsenpraktijken. Belangrijk is dan wel dat huisartsen deze stagiairs niet zien als ‘extra handen’, maar dat ze de stageplek aanbieden om jonge dokters warm te maken voor het werk van huisarts. Dat vraagt dus aan beide kanten een doordachte boodschap. Het huisartsentekort is een taai probleem dat we niet in een paar maanden oplossen, maar ik vind het mooi om een bijdrage te leveren aan een van de oplossingen waarop we willen inzetten.

‘Hoor ik dit als huisarts echt te doen?’

Een huisarts belt met de vraag of ze adhd-medicatie moet voorschrijven, zoals de kleine aanbieder van jeugd-ggz haar heeft gevraagd. “Hoort dit wel of niet bij mijn takenpakket?” is een vraag die we heel regelmatig krijgen. Andere partijen kunnen soms met een stalen gezicht zeggen dat de huisarts verplicht is een bepaalde taak uit te voeren, terwijl dat lang niet altijd zo is. Vorig jaar hebben we het Aanbod huisartsgeneeskundige zorg 2022 vastgelegd, een actualisering van een eerdere versie. Omdat ik bij die aanbodbeschrijving was betrokken, krijg ik vaak de huisartsen aan de lijn die zich afvragen of ze terecht of onterecht een taak toegeschoven krijgen. Soms gaat het over diezelfde kleinschalige woonvormen waar de bespreking van vanochtend over ging. Dan vraagt de huisarts zich af of hij of zij de bewoners moet inschrijven als patiënt. Wat ook zo nu en dan voorkomt, is een vraag van een huisarts die het verzoek heeft gekregen om bepaalde maatregelen te nemen of medicatie voor te schrijven die vallen onder de Wet Zorg en Dwang – een taak die echt niet bij de huisarts hoort.

Ook tegen deze huisarts zeg ik dat ze zeker niet verplicht is om gespecialiseerde medicatie voor te schrijven waarvoor ze als huisarts niet is opgeleid. Als ze zich verdiept heeft in dit onderwerp en zich daardoor bekwaam acht om dit te doen, dan mág het overigens wel. De achtergrond van zo’n verzoek is vaak een tekort elders, maar de huisartsenzorg is niet bedoeld om schaarste bij andere zorgverleners op te vangen.’

WORD JIJ ONZE NIEUWE COLLEGA?

Heeft de agenda Jenny Heering jou nieuwsgierig gemaakt naar het werk van belangenbehartiger bij de LHV? Je kunt Jenny een mail sturen voor meer informatie of om je belangstelling voor werken bij de LHV aan te geven. Mail j.heering@lhv.nl of bel

29 de Dokter 4/2023
“Ik heb geen apneu meer, dat is geweldig”
` Symposium 30 november Op donderdag 30 november organiseren wij het symposium “Obesitas in uw praktijk”. Scan de QR code voor meer informatie en aanmelden
zorg voor jouw interieur tel : 0547-275225 technoplanning.nl specialist in praktijk inrichtingen
advertentie
‘Op mijn praktijkdagen werk ik in een heel ander ritme dan op mijn LHV-dagen’
DONDERDAG 17.00 UUR

mijn praktijkstart

Hoe kijken huisartsen terug op de start van hun eigen praktijk? Welke plannen zijn er voor de toekomst? En welk advies hebben zij voor andere starters? Huisarts Geraldine Kibbelaar over haar praktijkstart.

Hoe ben je in deze praktijk terechtgekomen?

‘Deze praktijk was veertien jaar geleden mijn opleidingsplek toen ik eerstejaars huisarts in opleiding was. Ik vond het toen al een fijne plek. Zo nu en dan werkte ik hier nog als waarnemend huisarts. Dan ging ik altijd naar huis met het gevoel: wat een fijne praktijk met een fijn team. Terwijl ik zelf nog zoekend was naar wat voor praktijk ik zou willen overnemen, bleek dat mijn voorganger voor deze praktijk een opvolger zocht. Die mogelijkheid kwam als een verrassing. Ik had ook nooit naar deze praktijk gekeken met het oog op eventuele overname.’

Was dit het soort praktijk dat je zocht?

‘Eigenlijk niet. Ik heb als waarnemend huisarts vrij veel in achterstandswijken gewerkt en dat deed ik graag. Ik had daardoor eerder een praktijk in gedachten in een wijk met een lage sociaaleconomische status. Toen deze praktijk beschikbaar kwam, woog ik de voors en tegens af. Dit is een dorpspraktijk met een vrij vergrijsde populatie. Dat brengt heel andere ziektebeelden met zich mee dan een achterstandswijk: minder sociale problematiek, meer pathologie. Dat zag ik als een mooie uitdaging. De patiënten hier zijn over het algemeen heel gemoedelijk en accepteren het oordeel van de dokter. Daarnaast vond ik het goede en stabiele team van medewerkers heel aantrekkelijk. Ik heb gewerkt in een groot gezondheidscentrum en wist dat dat niet bij me past.’

Hoe verliepen de voorbereidingen?

‘Pfoe. Stressvol. Ik denk dat ik de aanloop een beetje had onderschat. Je moet veel administratieve hobbels nemen. Ik miste in de voorbereiding een centraal punt van waaruit ik alles kon regelen. In plaats daarvan moest ik alles bij verschillende instanties regelen: KvKinschrijving, AGB-code en Vecozo-aanmelding. Je bent steeds afhankelijk van hun reactie en kunt dan door naar de volgende. Of je komt nog eens terug omdat het niet goed is gegaan. Het kostte veel tijd en ging daardoor ten koste van de patiëntenzorg en van mezelf. Gelukkig had ik drie maanden na de overname wel het gevoel dat ik alles op de rit had wat bij het praktijkhouderschap komt kijken, al blijft het heel druk. Ik heb het gevoel dat ik nu zo’n beetje uit de overlevingsfase kom. Inmiddels denk ik: het is al die drukte en moeite waard geweest, want het is gewoon erg leuk om je eigen patiënten én je eigen bedrijf te hebben.’

Is je werk veranderd, nu je praktijkhouder bent?

‘Na anderhalf jaar krijg ik steeds meer een band met mijn patiënten. Ik herken patiënten en heb steeds beter zicht op de familieverbanden in het dorp. Dat is ontzettend leuk. Precies om die reden wilde ik ook praktijkhouder worden. Als waarnemend huisarts ben je toch wel erg bezig met korte contacten en brandjes blussen. Dit werk geeft me meer voldoening. Ik merk ook dat ik energie haal uit de bedrijfsvoering. Ik heb bijvoorbeeld veel geleerd over financiën – ontzettend leuk. En ik ben bezig met digitalisering. Zo heb ik de website vernieuwd en een patiëntportaal opgezet. Sommige oudere patiënten moet je niet meer lastigvallen met digitalisering – al heb ik een negentigjarige patiënte die met veel plezier achter haar iPad zit – maar voor de jongere patiënten is het goed dat we met de tijd meegaan. Bovendien vind ik zelf digitalisering gewoon heel leuk en interessant.’

Hoe is het om je voorganger in dienst te hebben?

‘Daar had hij meer aarzelingen bij dan ik, haha! Hij twijfelde of hij me niet voor de voeten zou lopen en of patiënten hem niet als “de dokter” zouden blijven zien. Ik was er luchtiger over. Iedereen weet inmiddels dat dokter Kibbelaar “de dokter” is in deze praktijk en dat dokter De Wolf er ook nog twee dagen per week is. We hebben simpelweg de afspraak gemaakt dat hij uitsluitend patiëntenzorg doet en zo gebeurt het ook. Het loopt prima. Bovendien is het heel fijn om soms even te kunnen overleggen met iemand die de patiënten en de familieverbanden al jarenlang kent. Een kleine groep patiënten maakt nog alleen bij hem afspraken. Dat vind ik prima en begrijpelijk. Het is gewoon lastig om na jaren bij je vertrouwde huisarts weg te gaan. Dat komt vanzelf.’

Wil je solopraktijkhouder blijven?

‘Nee, zeker niet. Ik heb de praktijk bewust in m’n eentje overgenomen omdat ik alles wat erbij komt kijken, heel goed in de vingers wilde krijgen. Maar ik wil het zeker niet allen blijven doen, vooral met het oog op de balans tussen privé en werk. Ik wil er graag een duopraktijk van maken. Ik ga niet heel lang meer wachten met het zoeken van een duocollega. Het lijkt me fijn om de verantwoordelijkheid samen te delen en om meer vrijheid te hebben.’ ¶

WIE

Geraldine Kibbelaar (43) is praktijkhouder in het Limburgse Stein per 1 januari 2022. Daarvoor werkte ze 8 jaar als waarnemend huisarts, onder meer in haar huidige praktijk. Ze is getrouwd en moeder van twee dochters (6 en 4).

WAT

Solopraktijk met ruim 2100 patiënten. Geraldines voorganger werkt nog twee dagen in de praktijk.

ONDERSCHAT

STARTEN NIET

Een tip voor collegastarters: ‘Een goede voorbereiding is belangrijk’. Lees je goed in, in alles wat bij een overname komt kijken. Het is veel werk, maar geeft achteraf ook veel voldoening.’

NAAR CURAÇAO

Voor haar hobby fotografie is sinds de praktijkstart niet veel tijd. Geraldine besteedt haar vrije uren graag aan ontspanning met haar gezin. Eens per jaar proberen ze naar Curaçao te gaan, zodat haar kinderen ook een band krijgen met de familie daar.

JOUW START IN DEZE RUBRIEK?

Heb je de afgelopen twee jaar een praktijk overgenomen, ben je maat geworden of ben je zelf een praktijk gestart?

En wil je jouw ervaringen delen in De Dokter?

De redactie komt graag met je in contact. Mail naar dedokter@lhv.nl o.v.v. 'mijn praktijkstart'.

31 de Dokter 4/2023 de Dokter 4/2023 30
TEKST: BERBER BIJMA / FOTOGRAFIE:
ROB VAN HOORN
‘Het goede en stabiele team van medewerkers vond ik heel aantrekkelijk’

Minister en NZa geven onvoldoende houvast voor Meer Tijd voor de Patiënt

Uitstel, nader NZa-onderzoek en onvoldoende lange termijn zekerheid voor huisartsen. Dat is onze uiterst teleurgestelde conclusie nu het NZa-advies en de kamerbrief van minister Kuipers daarover bekend zijn.

Voor 2024 worden de huidige afspraken door de zorgverzekeraars weliswaar gecontinueerd, maar huisartsen krijgen niet het houvast voor Meer tijd voor de patiënt in 2025 en daarna. Zij rekenden daar wel op, op basis van een brief van de minister. De LHV beraadt zich, nu blijkt dat structurele bekostiging voor MTVP in 2024 wordt uitgesteld.

Wij vinden het onbegrijpelijk dat de opdracht van de minister aan de NZa hoe MTVP te bekostigen in segment 1 niet heeft geleid tot een concreet uitvoerbaar advies voor 2024 en dat concrete oplossingen voor 2025 en daarna vooralsnog uitblijven. De NZa en minister Kuipers hebben ook deze week in gesprekken met ons wel meermaals benoemd dat zij MTVP blijvend structureel willen financieren, maar desondanks geen concrete toezeggingen aan huisartsen willen doen. De NZa zegt meer tijd nodig te hebben om hierover een definitief advies uit te brengen. Het volledige nieuwsbericht van 21 juni lees je op www.lhv.nl.

Succesvolle bezwaarprocedure vergoeding Achterstandswijken

Eenmalige declaratie op 1 juli

Na een succesvolle bezwaarprocedure heeft de NZa eind vorig jaar alsnog besloten dat huisartsenpraktijken de 12 gemiste kwartaalvergoedingen van de achterstandswijkvergoeding mogen declareren. Op 1 juli 2023 kun je daarvoor een eenmalige declaratie indienen.

De LHV, VPHuisartsen en InEen hebben met succes via een bezwaarprocedure de NZa verzocht om huisartsenpraktijken te compenseren voor de misgelopen

achterstandswijkvergoeding in de jaren 2019, 2020 en 2021.

1 JULI DECLAREREN

Op 1 juli 2023 kan een éénmalige declaratie van € 70,68 (12x €5,89 ‘opslag inschrijving verzekerden woonachtig in een opslagwijk’) gedaan worden. De bijbehorende Vektiscode is 11120.

Op www.lhv.nl lees je in het nieuwsbericht van 22 juni 2023 voor welke patiënten dit geldt.

Onderbesteding 150 miljoen niet te rijmen met problemen in de huisartspraktijk

Zorgverzekeraars zetten de jarenlange trend van onderbesteding in de huisartsenzorg ondanks alle problemen door, zo blijkt uit een LHV analyse over 2022. In alle begrotingsplannen belooft de politiek groei voor de huisartsenzorg. In de praktijk merken de huisarts en de patiënt daar bar weinig van. Ook in 2022 bleef er meer dan 150 miljoen van het beloofde geld op de plank liggen.

Lammert Hoeve, LHV-bestuurs -

Kamerleden: jaarverantwoordingsplicht werkt niet als beoogd

De Eerstelijnscoalitie prijst het initiatief van Kamerleden Joba van den Berg (CDA) en Corinne Ellemeet (GroenLinks) om de jaarverantwoordingsplicht voor eerstelijnszorgaanbieders anders in te richten.

Deze plicht bestaat in de huidige vorm mede door een amendement van GroenLinks zelf. Beide Kamerleden zien echter dat de jaarverantwoordingsplicht in de praktijk niet werkt zoals beoogd en bovendien veel administratieve lasten met zich meebrengt voor kleinere

eerstelijnszorgaanbieders. De Eerstelijnscoalitie (ELC, waaronder de LHV) heeft veel waardering voor de stap van deze Kamerleden. Zij tonen hiermee aan te luisteren naar de signalen uit het veld, die steeds luider worden. Als ELC geven wij al geruime tijd aan dat de jaarverantwoordingsplicht (voortvloeiend uit de Wtza) de plank misslaat. De verplichting beoogt onder meer fraude tegen te gaan, maar doet dat niet in de praktijk. Wel ervaren veel zorgaanbieders uit de eerstelijnszorg dat de groeiende stapeling van administratieve lasten in

toenemende mate ten koste gaat van de tijd voor de patiënt.

PETITIE

Dat het draagvlak voor de Wtza ontbreekt, blijkt ook uit de diverse initiatieven, brieven en oproepen van aanbieders uit de eerste lijn. Zo werd onlangs nog een petitie die opriep om de huisarts vrij te stellen van de Wtza binnen twee dagen door bijna 3.500 huisartsen ondertekend. Meer over de Wtza lees je in het nieuwsbericht van 20 juni of op de themapagina, beide op www.lhv.nl.

lid, zegt hierover: ‘Het is verkeerde zuinigheid om zorggeld niet te gebruiken voor de zorg. Geld dat nu nodig is voor de problemen van vandaag en morgen. De LHV roept VWS, zorgverzekeraars en politiek op om te zorgen dat die 150 miljoen in de praktijken belandt voor de zorg aan 17 miljoen Nederlanders, die recht hebben op kwalitatief goede huisartsenzorg, met aandacht en tijd voor de patiënt, in passende huisvesting.’

Van opt-in naar opt-out

Zorg dat in het belang van de kwaliteit van zorg professionals altijd inzicht hebben in medicatiegegevens van patiënten, tenzij een patiënt expliciet aangeeft dit niet te willen. Die oproep doen Patiëntenfederatie Nederland en de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen aan de Tweede Kamer, ondersteund door andere zorgpartijen waaronder de LHV. Op dit moment werkt het systeem

nog andersom: alleen als patiënten expliciet toestemming geven, kunnen hun medicatiegegevens gedeeld worden, terwijl de meeste patiënten dit niet weten en/of ervan uitgaan dat de zorgprofessionals al over deze gegevens beschikken.

VERBETERING ACUTE ZORG

De verschillende partijen doen de oproep aan de Tweede Kamer als volgende stap, na een wetsvoorstel

dat minister Kuipers in voorbereiding heeft over een opt-out systeem voor gegevensuitwisseling in de acute zorg. De opt-out voor medicatieoverdracht is wat de partijen betreft een noodzakelijke volgende stap, zodat patiënten erop kunnen rekenen dat hun relevante gezondheidsgegevens compleet en inzichtelijk zijn op het moment dat ze zorg nodig hebben.

LHV Nieuws 32 de Dokter 4/2023 33 de Dokter 4/2023

Sasja Verhoeff, huisarts in Waardenburg

De eerste gebruiker over Sanday

Ontmoet Hanneke Tan-Koning: apotheekhoudend huisarts en de eerste gebruiker van Sanday, het nieuwe zorginformatieplatform. Ze bracht al haar technische kennis naar haar nieuwe praktijk en toverde het om tot een heus ICT-paradijs. Als kers op de taart koos ze voor Sanday als informatiesysteem: “die verandering was hard nodig, want je wilt niet weten wat voor een pak papier ik aan het eind van de dag nog op mijn bureau kreeg”, aldus Hanneke.

Moeizaam staat mevrouw Lisdolle op van de wachtkamerstoel en enigszins krom loopt ze mee naar mijn spreekkamer. Terwijl ik de deur dichtdoe, begint ze al met haar klacht. ‘Pfff. Ik heb vorige week lopen spitten in mijn tuin, maar de rugpijn die ik ervan kreeg, wil maar niet minder worden.’

Na het lichamelijk onderzoek, vertel ik haar dat het herstel op haar leeftijd gewoon wat langer kan duren. Al ‘glimlachend’ baalt ze zichtbaar. ‘Op mijn leeftijd! Nou, dank je dokter, wrijf het er maar in. Ik vind er zo niets àn. Vroeger had ik energie voor tien, maar nu...’

Mevrouw Beemd is de volgende patiënte. Zij begint in haar eigen woorden over ‘een ouderdomskwaal’. Ze heeft last van stressincontinentie. Bij het lichamelijk onderzoek constateer ik, behalve een zwakke bekkenspierbodemtonus, een milde cystokele. Ze pakt met beide handen haar buikje vast. ‘Ah fijn. Als je ouder wordt gaat alles hangen, behalve je tandvlees.’

Daarna onderzoek ik de ongeruste mijnheer Rijks. ‘Ik krijg steeds meer rare plekjes op mijn lichaam.

hoor. Dan voelt u zich weer wat jonger,' knipoog ik. Toch gaat hij verder met plekjes aanwijzen. ‘En deze dan, op mijn handruggen en gezicht?’

‘Dat zijn pigmentvlekken.’ ‘Zeker ook ontstaan door ouder worden?’

De uitdrukking in mijn gezicht spreekt nu vast al boekdelen. Terwijl hij de knoopjes van zijn blouse dicht doet, valt zijn oog op een bordje aan de muur. Hij leest hardop: ‘Op jonge leeftijd trek je gekke bekken naar de spiegel. Op oudere leeftijd pakt de spiegel je terug’. Hij schiet ervan in de lach: ‘Dat klopt als een bus!’

In de koffiepauze loopt een assistente plotseling rood aan. ‘Bah, ik heb een opvlieger!’ De andere zegt triomfantelijk: ‘Oh! Heb jij daar ook last van? Man, man, ik drijf ‘s nachts mijn bed uit!’ ‘O ja, jullie zijn net over de vijftig?’ constateer ik vragend. Meteen draaien twee hoofden mijn kant op. ‘Wacht maar, jij komt ook nog aan de beurt!’

Vertrouwen en “moderne snu es”

Inmiddels werken er al twaalf huisartsen met Sanday, maar Hanneke en haar team waren de allereersten. Daar moet je lef voor hebben. Toch was de overstap voor Hanneke geen baanbrekende verrassing: “Dat heeft aan de ene kant alles te maken met vertrouwen. Zeker voor een HIS-leverancier is dat essentieel” legt ze uit.

“Aan de andere kant geloof ik oprecht dat Sanday op weg is naar het beste product van Nederland. Sanday is namelijk toekomstbestendig en maakt gebruik van de goede dingen van een ander”, weet Hanneke. “Daarom worden alle moderne snufjes, zoals AI enzo, ook beschikbaar voor ons”.

En nu?

Wat zijn deze bijvoorbeeld?’ Hij wijst een vurruceuze bruine macula aan.

Zo tactvol mogelijk leg ik uit: 'Tja, in de volksmond noemen we het ouderdomswratten. Maar het heeft verder niets met wratten te maken.'

‘Maar wel met ouderdom? Ik ben pas 64 jaar!'

‘Ik kan er wel een paar weghalen

‘s Middags rijd ik naar onze oudste patiënt. Een paar jaar geleden demonstreerde hij bij ieder bezoek met een zwaai van zijn rechterbeen over een stoel heen, hoe lenig hij nog was. Inmiddels is hij een broze oude man, nog steeds boordevol verhalen over zijn tijd als wijkagent. Na afronding van mijn bezoek schiet mijn hand in mijn jaszak. Maar die is leeg.

‘Iets kwijt dokter?’

‘Ja, mijn autosleutels.’ ‘Volgens mij heeft u die op mijn nachtkastje neergelegd.’ Ik heb ze!” roep ik blij vanuit zijn slaapkamer.

Waarop mijn 102-jarige reageert: 'Ja dokter, u wordt ook een dagje ouder.' ¶

Steile leercurve

De zenuwen sloegen vooraf wel toe. “We vonden het wel spannend” bekent Hanneke, “maar eigenlijk is het platform heel simpel. Tuurlijk, de eerste dagen waren we bekaf. Maar na een week kwam Gijs, de CEO van Sanday, onverwachts binnenlopen en zei: “jullie hebben gewoon de rust weer terug in de praktijk”. En dat klopte: we waren weer op stoom”.

De eerste twaalf huisartsen gebruiken al de nieuwe huisartsfeatures van Sanday! Zo snel mogelijk, maar zo langzaam als nodig, upgraden we steeds meer praktijken naar het nieuwe platform. We hebben er zin in.

Ben je ook benieuwd naar Sanday? Kijk dan even op sanday.com, volg onze socials of mail naar info@sanday.com.

”Sanday is toekomsbestendig. Daarom worden moderne snu es zoals AI ook voor ons beschikbaar.”

34 de Dokter 4/2023 advertentie
- Hanneke
Spiegel wisselcolumn
FOTO: ROB TER BEKKE
‘Oh ja, jullie zijn net over de vijfig?’

Retouradres LHV

Landelijke Huisartsen Vereniging

T.a.v. Afdeling Ledenadministratie

Postbus 20056

3502 LB Utrecht

advertentie

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.