FIETSREPORTAGE | België, Frankrijk
De ontdekking van Frans-Vlaanderen
Het landschap is één, maar mensen hebben het opgedeeld, in Frankrijk, Henegouwen en West-Vlaanderen.
De weg naar Cap Blanc-Nez leidt je langs uitgestrekte landschapsgolven, over Vlaamse bergen, door de geschiedenis van het oude Vlaanderen. Deze tocht van Moeskroen tot de Kapen is vooral een mentale inspanning. Om de grenzen in je hoofd uit te wissen. En een bewustwording. Van onze cultuur die ongehinderd over die grenzen heen golft. Æ Tekst en foto’s Pieter Stockmans
Een scherpwit zonlicht doet het asfalt van de kronkelbaantjes fel schijnen, vogels doen surplace op de windvlagen, kerktorens en boerderijen sieren elke horizon, koeien grazen op de heuvelflanken, groene lappendekens golven naar elke windstreek. Het landschap is één, maar mensen hebben het opgedeeld, in Frankrijk, Henegouwen en West-Vlaanderen. De taal waarin de coronamaatregelen in cafés geafficheerd worden, verandert om de haverklap. En toch was heel dit gebied ooit gekend onder één naam: Vlaanderen.
Oosterse heiligen en Waalse goden
Vanuit het Henegouwse Moeskroen steek je een stukje Frankrijk over tot in Comines. Deze stad is sinds de Vrede van Utrecht in 1713 gesplitst
18
| Op Weg 2021-3
in een Frans deel ten zuiden van de Leie, en een Nederlands-Vlaams-Henegouws deel ten noorden van de Leie. Tot aan de vaststelling van de taalgrens in 1963 was het West-Vlaams. Dan werd het de Henegouwse exclave CominesWarneton, of Komen-Waasten. Het eerste wat opvalt aan de Franse kant is een oosters bouwwerk. Is dit een moskee? Oosters is het zeker, maar het is een kerk: de Sint-Chrysoliuskerk, gebouwd in byzantijnse stijl. Oosterse heiligen vind je ook terug aan de Belgische kant: een mysterieus beeldhouwwerk van een monnik en een kind voor de kerk, ter ere van Sint-Nikolaas. Voor deze heilige, beter gekend als Sinterklaas, deelden de monniken van Komen eeuwenlang snoepjes uit aan de bevolking. In deelgemeente Ploegsteert geen spoor van
byzantijnse kenmerken of oosterse heiligen. Hier ligt sinds 2009 wel een Belgische wielerheilige begraven: Frank Vandenbroucke. Ik was onder de indruk na het lezen van zijn boek ‘Ik ben God niet’. Voor zijn graf staan, blijft pakkend. Ook de beroemde ‘plugstreets’, grindwegen die tijdens de koers Gent-Wevelgem bij de passage van het peloton steevast voor stofwolken zorgen, konden niet in mijn route ontbreken. Ze kregen hun naam van de Britten. Die spraken ‘Ploegsteert’ tijdens WOI uit als ‘plugstreet’. Eén grindweg gaat langs Mud Corner Cemetery, een van de meest idyllisch gelegen Britse begraafplaatsen in de streek. En om ook de gesneuvelde Ieren niet te vergeten: aan de andere kant van de taalgrens ligt het Ierse Vredespark, in Mesen, de kleinste stad van België.