In dit nummer
GRONDIG 6 2022
Na de mooie demonstratie in Stroe staat nu het werk weer centraal op veel bedrijven. Zo kijken we mee bij Melse Maljaars, een bedrijf dat in Zeeland bekend staat als egalisatiespecialist. Verder laten we zien wat de gevolgen zijn als Nederland de derogatie verliest en hoe dit de mestmarkt verstoort. Verder een vooruitblik op de Aardappeldemodag en een blik op de stand van zaken in de huidige rooitechniek.
CAO & ZO
VITALE VOLHOUDERS: Gerard Welte
CUMELA.NL
VOORZITTER
TOOLBOX: scherpe en uitstekende delen
Nieuwe campagne ‘Grondleggers van Nederland’ 59 RI&E: zelf doen of met ondersteuning?
Jaarcongres sectorinitiatief Sturen op CO2
Nieuwe registratie bij NIWO moet fraude tegengaan
SERIE OMGEVINGSWET: opslaan en composteren van groenafval
Tijdelijk grond opslaan op het eigen bedrijf 66 BEDRIJVIG
Grondig 7 ontvang je op vrijdag 9 september!
COLOFON
Grondig is de bron voor vakinformatie voor de cumelasector, specialisten in groen, grond en infrastructuur. Je kunt je aanmelden voor de gratis nieuwsbrief door een e-mail te sturen naar grondig@cumela.nl.
Adres Cumela
Postbus 1156, 3860 BD Nijkerk tel. (033) 247 49 00, fax (033) 247 49 01 www.cumela.nl
Cumela-ondernemerslijn (033) 247 49 99 / ondernemerslijn@cumela.nl
Grondig / Cumela Communicatie tel. (033) 247 49 50 / www.grondig.com grondig@cumela.nl / @Grondig
Redactie
Toon van der Stok (hoofdredacteur), Gert Vreemann, Marijke Dorresteijn, Herma van den Pol Ton Herbrink (eindredacteur)
Voorplaat
Toon van der Stok
Advertentiewerving Lisette Kerkhof, grondig@cumela.nl
Art Direction, Grafische vormgeving en druk Elma Media B.V. www.elma.nl Keizelbos 1, 1721 PJ Broek op Langedijk
Abonnementen
Een abonnement op Grondig kan op elk moment ingaan en loopt na de eerste periode van kalenderjaar tot kalenderjaar. Opzegging van het abonnement schriftelijk vóór 1 november.
Kosten abonnement
Nederland € 99,- per jaar Buitenland € 154,- per jaar. Collectieve abonnementen: op aanvraag
© Stichting Cumela Communicatie, Nijkerk Het geheel of gedeeltelijk overnemen van artikelen uit Grondig is toegestaan na toestemming van de uitgever. Uitgever en auteurs kunnen geen aansprakelijkheid aanvaarden voor eventuele schade door onjuiste berichtgeving.
ISSN: 2210-3260
Lidmaatschap Cumela
Lid worden? Vraag het gratis infopakket op via info@cumela.nl. Wil je het lidmaatschap van Cumela beëindigen, dan dien je voor 1 oktober een schriftelijke opzegging te sturen naar het secretariaat van Cumela in Nijkerk. Het lidmaatschap eindigt dan per 31 december van dat jaar. Bij opzegging na 1 oktober eindigt het lidmaatschap op 31 december van het volgende jaar.
Zomerfeest
Na het zoveelste gesprek over narigheid en el lende op de nieuwszender mochten we een dagje de optocht van een zomerfeest jureren. Na drie jaar afwezigheid was de routine toch wat weg en was het ook voor de bouwers dui delijk weer opstarten, maar dat hoort erbij. Het deerde de toeschouwers niet. Zij waren blij weer met z’n allen het zomerfeest te kunnen vieren en te kunnen genieten van de creativi teit van de wagenbouwers.
Met dat gevoel gaan we nu richting AgroTech niek Holland en GroenTechniek Holland, op pad om te kijken hoe de fabrikanten weer nieuwe verbeteringen hebben bedacht om het werk gemakkelijker en sneller te maken. Wel zullen de veehouders met gemengde gevoelens afrei zen nu bij hen de rem erop staat. Het feestelijke beursgevoel zal bij hen ontbreken. Bij de akker bouwers is het anders. Daar zijn de prijzen goed en liggen er kansen, mede door het vrijko men van veehouderijland. De groensector is bij de kleine machines koploper in de energietran sitie. Daar is het waarschijnlijk ongekend wat er op de beurs te zien zal zijn. Ook onze sector staat er op z’n zachtst gezegd niet beroerd voor. De jaarcijfers zijn, getuige de bijdrage in deze uitgave, best op orde. Wel heb ben de machines van de agrarische loonwerkers deze zomer wat te veel stilgestaan. Er komt nog een najaar waarin het gras nog lang kan door groeien en waarin het nodige grasland moet worden doorgezaaid of verbeterd. De vervan gingseconomie gaat natuurlijk gewoon door. Machines die uren maken, moeten immers planmatig worden vervangen en de nieuwste
modellen hebben ook nog eens een lager brandstofverbruik. Dat laatste is een groot ding. Het komt er nu extra op aan dat je de sterk ge stegen dieselprijzen direct doorberekent. Vol gens de laatste cijfers van Cumela Kompas vormt brandstof namelijk soms al meer dan zestien procent van de kostprijs. Zorgen zijn er natuurlijk wel degelijk onder de agrarische loonwerkers. Het verhaal dat we bij Van Hel mond Loonbedrijf optekenden, zullen veel cu melabedrijven herkennen. Je moet door, maar de onzekerheid maakt het niet gemakkelijker. Wat het momenteel extra lastig maakt, is dat we met sterke prijsstijgingen en lange levertijden van machines te maken hebben. De prijsstijgingen zijn ongekend hoog, maar, zo waarschuwt Fede com-voorzitter Menke Boersma in Vent & Visie, dat is nog niet afgelopen en lange levertijden zul len blijven. Ook dat spoort aan om, ook al heb je de rem op de uitgaven staan, toch de beurs te be zoeken. Je zult verder vooruit moeten denken dan we in het verleden gewend waren en eerder moeten bestellen, met als bijkomend voordeel dat je misschien nog wel de vroegboekprijs pakt. AgroTechniek Holland en GroenTechniek Holland vormen daarom een prima gelegenheid om weer even rond te kijken naar alle mooie ontwikkelin gen die er zijn om ook op alle bedreigingen weer een antwoord te vinden. Wie er zo naar kijkt, kan er net als de wagenbouwers en het publiek sa men toch een blije dag van maken, die in het te ken staat van werken aan de toekomst vol met kansen en uitdagingen.
Tekst en foto's: Toon van der Stok
MELSE MALJAARS, AAGTEKERKE
Het is echt een specialiteit van Melse Maljaars, het profileren van een parkeerplaats, een schelpenpad of een weg. Dagelijks zijn er vier of vijf machines met een levelbord op weg. Die zijn allemaal uitgerust met totalstation, gps en laser. Voor iedere situatie een passende oplossing, legt bedrijfsopvolger Lenn de Visser van Melse Maljaars uit.
Met de egalisatiemachines gaat het bedrijf uit Aagtekerke in Zeeland niet alleen de eigen provin cie door, maar regelmatig ook verder weg, zoals naar België, Brabant en Zuid-Holland. Vandaag rij den de meeste in Zeeland. In Rilland is machinist Arjan Goudzwaard bezig met het klaarmaken van de onderbaan voor de parkeerplaats van een nieuw distributiecentrum. Hij werkt met een Vol vo-schranklader met daaraan een Mekos-level bord. Volgens Lenn een van de weinige levelborden met tonronding die nog in Nederland werken. “Voor Mekos is dit type levelbord geen verkooptop per geworden, maar wij werken er naar volle te vredheid mee. Daarvoor hebben we hem wel aangepast en als belangrijkste voorzien van een goed smeersysteem.”
Hoe goed dit werkt, blijkt wel uit het aantal uren dat dit levelbord al heeft gedraaid: op de vorige schranklader al meer dan 11.000 uur en inmiddels is het bord na een grondige renovatie bij de machi newissel de 13.000 uur voorbij. Heel blij zijn ze bij Melse Maljaars met de Volvo-schranklader, ook al wordt deze niet meer gemaakt. “Dit was de enige met een monogiek en dat is handig met dit werk, want je moet regelmatig in- en uitstappen. Dat kan niet als je zoals bij alle andere machines een dub bele hefarm hebt die langs de cabine loopt.”
Dat probleem heeft machinist Tonny Spruijt niet. Hij is met zijn Volvo-shovel de onderbaan aan het
maken voor de aanvoerweg naar de bouwplaats van de nieuwe kerk in Yerseke. Hij heeft daar de ondergrond eerst los gemaakt met een speciaal uitrustingsstuk, dat Melse Maljaars zelf heeft ge bouwd. Dat is geïnspireerd op de tandenbalk die vaak achter graders zit. Hiermee wordt de onder grond losgetrokken, waarna het met het levelbord veel eenvoudiger is af te werken.
Voor het inmeten hebben de machinisten die met totalstation werken een roverstok bij zich. Daar mee wordt vooraf het profiel ingemeten, waarna de software van het totalstation-programma er een model van maakt. Dat werkt volgens Lenn veel beter dan dat je op kantoor een tekening inleest. “Dat klopt toch nooit, want in de praktijk zijn de hoogtes altijd anders. Door zelf vanaf bestaande punten in te meten, is het altijd in orde.”
Nog een paar kilometer verder is het bedrijf met een heel andere klus bezig. In Kapelle wordt het ri ool vernieuwd en uitgebreid en moet er een extra rioolput in het grote afvoerriool worden geplaatst. Daarvoor is het riool uitgegraven en is er een be tonnen plaat onder geduwd. Nu is machinist Rinus Guiljam samen met zijn grondwerker bezig om het riool open te zagen. Als de bovenkant is verwijderd, gaat de put erover en kan het nieuwe riool worden aangesloten. Daarna is het aanvullen en opnieuw afwerken. Al is dat in deze straat handwerk, want hier is te weinig werk voor een leveler.
Frank Wieland schadebehandelaar
Verzekeringsspecialist in de cumelasector Als brancheorganisatie weten we bij Cumela als geen ander waar je als ondernemer mee te maken hebt, met welk materieel je werkt en welke risico’s hierbij komen kijken. Onze polisvoorwaarden zijn hierop afgestemd, wij denken met je mee en geven altijd een persoonlijk advies op maat.
Onze voordelen
• Persoonlijk contact met specialisten
• Gemak en uitgebreide service
• Kennis van de cumelasector
• Uitstekende prijs-kwaliteitsverhouding
• Soepele afwikkeling bij schade
Wij weten wat we verzekeren! www.cumela.nl (033) 247 49 60
“Als schadebehandelaar hecht ik veel waarde aan persoonlijk contact met jou als klant!”
Wat moet invoeren KeurMest en MineralenManager opleveren
Na jaren van noeste arbeid zijn KeurMest en MineralenManager bijna af. Ondernemers gaan hier vrijwilig aan meedoen, dus moet er ook een voordeel aan vast zitten. De overheid laat het vooralsnog echter afweten bij het belonen van de deelnemers.
Al anderhalf jaar praten we met de overheid over beleidsruimte voor bedrijven die gecertificeerd zijn voor KeurMest en MineralenManager. In die periode zijn we niet verder gekomen dan een toezegging van minister Staghouwer dat hij een juridisch haakje in de Meststoffenwet zal maken, waardoor beleidsruimte zou kunnen worden ge geven. Verder is er nog niet één duidelijk en hel der voorbeeld van beleidsruimte die het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselk waliteit wil geven. Ook in de plannen voor het toekomstige mestbeleid wordt met geen woord gesproken over een rol voor deze instrumenten. Het bestuur van de sectie Meststoffendistributie heeft daarom besloten een aantal voorwaarden te stellen waaraan moet worden voldaan voordat we echt starten met KeurMest en MineralenManager:
• In het toekomstige mestbeleid moet een belangrijke rol komen voor KeurMest en MineralenManager, waardoor ook onbehandelde mest van de veehouder naar de akkerbouwer kan worden vervoerd. Gecertificeerde bedrijven laten immers zien dat ze transparant willen werken en hun zaakjes (inclusief bovenwettelijke eisen) goed op orde hebben. Voor die bedrijven is een strikte scheiding tussen grondgebonden bedrijven of alle mest afvoeren naar de mestverwerking niet nodig.
• Van veehouderij tot eindgebruiker van de mest moeten alle schakels in de keten meedoen. KeurMest is immers een ketencertificaat. Als schakels uit de keten niet mee willen doen, vervallen de waarde en het effect van het certificaat.
• Voor alle deelnemers aan KeurMest moeten er duidelijke voordelen zijn aan het feit dat zij gecertificeerd zijn. Een gecertificeerd bedrijf levert voor toeleveranciers, afnemers en financiers minder risico op, dus dat moet worden vertaald in prijs- en/of rentevoordelen. Net zo belangrijk is echter dat ook de overheid boter bij de vis doet. De minister en zijn ambtenaren hebben ons keer op keer aangespoord om te
werken aan certificering en digitalisering, maar dan moeten ze dit nu ook met beleidsruimte belonen. Ook voor de overheid geldt dat zij gecertificeerde bedrijven beter mag (moet) vertrouwen. Voor hen moet ze een veelheid aan regels afschaffen, die er alleen maar zijn vanuit het oogpunt van wantrouwen van het bedrijfsleven.
Terecht heeft het bestuur van de sectie Meststof fendistributie deze drie heel heldere en duide lijke eisen geformuleerd. Na jaren investeren en overleggen, ook met het ministerie, mogen we namelijk van de overheid verlangen dat zij onze inzet beloont. Zo niet, dan zullen wij niet mee werken aan het operationeel maken van Keur Mest en MineralenManager.
Stikstofbeleid zonder perspectief?
Tekst: Herma van den Pol Foto’s: Blckbx, CumelaHet huidige stikstofbeleid biedt geen perspectief en alternatieven ontbreken. Wat dat doet met agrarische ondernemers bleek tijdens de actiedag van 22 juni in Stroe. Daar kregen de boeren steun van iedereen die woont en werkt op het platteland, waaronder ook cumelaondernemers. “Wij stonden schouder aan schouder om te laten zien dat we perspectief willen, een toekomst voor het buitengebied”, zegt Teun Jansen, beleidsmedewerker stikstof bij Cumela.
‘ALS HET DAN LUKT
OM HET PLATTELAND TE VERENIGEN, DAN IS HET RESULTAAT INDRUKWEKKEND’
“Mijn bedrijf is morgen klaar!” Het waren de woorden van een wanhopige boer tegen CDA’er Derk Boswijk net voordat op donderdag 23 juni in de Tweede Kamer het debat over de stikstof crisis van start ging. De ondernemer maakte zo heel duidelijk wat er voor hem en heel veel ande ren op het spel staat. Hoe groot die groep onge veer is, zag Nederland op 22 juni, toen boeren massaal naar Stroe kwamen om actie te voeren. Degenen die niet konden komen, ondersteunden op zeer diverse manieren de actie om aan te ge ven dat de groep die door de huidige kabinets plannen zal worden geraakt enorm groot is. Het zijn dan ook de boer en zijn bedrijf die verre weg het hardst worden geraakt door de doelen
voor emissiereductie, maar ook veel anderen zien dat hun manier van leven op drijfzand is komen te staan. Uiteindelijk raken de doelstellingen di rect of indirect iedereen die woont en werkt op het platteland en dat maakte dat een omvang rijke groep van zogenaamde erfbetreders, zoals cumelabedrijven, afreisden naar Stroe of op an dere manieren de actiedag ondersteunden.
SAMEN OPTREKKEN
Het was een bewuste keuze van de sector om als één geheel samen op te trekken naar de Veluwe, een positieve manifestatie te organiseren en niet naar Den Haag te gaan. Agractie schreef daar over: “Wij roepen Sjaak van der Tak en LTO, Henk
RICHTINGGEVENDE EMISSIEREDUCTIE
De land- en tuinbouw heeft tot en met 2030 om een flinke emissiereductie te realiseren, op sommige plaatsen oplopend tot 95 procent. Dat kwam vrijdag 10 juni naar buiten toen het kabinet na lang wachten het eerste deel van zijn plannen presenteerde om Nederland van het stikstofslot te halen. Hoe die plannen er per gebied uitzien, werd zichtbaar gemaakt via een kaart. Boer & Bunder voerde deze kaart door in zijn systeem, waardoor je daar nu precies kunt zien wat het doel voor welk gebied is. Je vindt de richtinggevende emissiereductie door naar www.boerenbunder.nl te gaan en vervolgens op het icoon rechts van de zoekbalk te klikken. De Tweede Kamer heeft ondertussen een motie van Derk Boswijk (CDA) aangenomen waardoor de kaart nu minder dwingend is, maar geldt als richtinggevend. Deze motie heeft minister Van der Wal overgenomen, waardoor provincies in overleg met de verschillende organisaties hier nu van kunnen afwijken. Het streven is om midden 2023 een meer definitieve gebiedsvaststelling te presenteren.
loonbedrij ven en alle anderen op aan te sluiten en samen met één missie op het podium te staan! We trekken sámen de streep.”
“Met deze insteek wilden wij graag meedoen aan de actiedag”, zegt Gerben Zijlstra, beleidsmede werker bij Cumela en nauw betrokken bij de inzet van Cumela voor deze dag. “Ook voor onze leden zijn dit namelijk ingrijpende kabinetsplannen. Zo hebben sommige van onze leden zelf een agrari sche tak en worden ze direct geraakt. Anderen doen veel werk voor boeren en zien hun klanten kring in gevaar komen. Denk echter ook eens aan de instroom van nieuwe medewerkers. Dat is nu al een grote uitdaging, maar waar gaan wij me dewerkers vinden als het buitengebied verder leegloopt, want dat gebeurt er als je werkgele genheid en dus de sociale structuur weghaalt. Hoe leefbaar is het platteland dan nog?”
INDRUKWEKKENDE OPKOMST
Als het dan lukt om het platteland te verenigen, dan is het resultaat indrukwekkend. Al een dag eerder waren de eerste ondernemers, medewer kers en vooral veel toekomstige bedrijfsopvolgers
in de trekker gestapt om op pad te gaan naar het dorp op de Veluwe. Op diverse plaatsen werden rijen trekkers gesignaleerd. Anderen kwamen met de mesttank, een dieplader met materieel of de werkauto. Bijna iedereen toonde een rode zakdoek, het symbool van deze actiedag. Op de dag zelf begon in alle vroegte de toe stroom wat voorzichtig met enkele trekkers, maar het werd al snel een stroom van heel, heel veel trekkers, afgewisseld met tankauto’s, bulk wagens en lege veewagens die vanuit verschil lende hoeken richting Stroe kwamen. Duizenden trekkers gingen de weg op, waardoor het terrein rond twee uur vol was en ook op veel plaatsen rondom het Veluwse dorp trekkers moesten wor den geparkeerd. Op de meeste plaatsen werd actie gevoerd met oog voor de omgeving en was het streven om zo min mogelijk overlast veroor zaken en er vooral een nette, positieve gebeurte nis van maken. Slechts op een enkele plaats gingen trekkers de snelweg op. Wie niet kon ko men, stond langs de weg of liet op een andere manier zien betrokken te zijn, bijvoorbeeld via een optocht van traptrekkers. “Wat we die dag bereikt hebben?”, zegt Teun Jan sen. “We hebben in elk geval kunnen tonen wat de grootte is van het probleem en de impact. Dat er zoveel mensen naar Stroe kwamen, zegt echt
‘NU IS HET TIJD VOOR MAATWERK EN DUIDELIJKHEID VOOR BOEREN EN HUN ONDERNEMING’
‘ALLEEN MAAR ACTIE
VOEREN OM HET ACTIE VOEREN PAST NIET BIJ ONS’
iets”, weet hij. “Wat we van de politiek willen, is dat ze perspectieven gaan bieden”, vult Zijlstra aan. Dit was de boodschap die Cumela graag wilde meegeven, “want actie voeren heeft in onze ogen alleen meerwaarde als we er zo in sla gen om iets te veranderen”, aldus Zijlstra.
IN GESPREK BLIJVEN
De dag zelf had het thema ‘We keren Den Haag de rug toe’. “Dat is echt wel wat, iemand de rug toekeren”, benadrukt Wim van Mourik, voorzitter van Cumela. “Je zou altijd met elkaar in gesprek moeten blijven. Dat dit dan gebeurt, is heftig”, zegt hij na het horen van de woorden van Agrac tie-voorman Bert Kamp. Die stelde dat Nederland in oorlog is met de boerenrepubliek.
“Het is ook heel simpel”, zegt Jansen. “We zitten in een tweestrijd en dat komt omdat de regering vergeten is boeren ook een perspectief te schet sen. Mensen vragen wat ze moeten doen. Het gevoel heerst nu dat alles wat ze doen niet goed is. Dat leidt tot deze escalatie en nu is het tijd voor maatwerk en duidelijkheid voor boeren en hun onderneming. Iedereen begrijpt dat er een reduc tie nodig is, maar dan moeten er ook voor ieder een maatregelen komen. Voor de landbouw moet duidelijk zijn op welke manier ze kunnen reduce ren. Dan moet ook duidelijk zijn of ze kunnen sturen op een stukje innovatie”, schetst Jansen.
Cumela wil graag in gesprek blijven met de di verse partijen en eraan meehelpen om voor ie dereen een werkzame oplossing te vinden. “Daarom hebben wij geprobeerd om tijdens de actiedag nogmaals aandacht te vragen voor het versnellingsakkoord stikstofemissiereductie, een alternatieve stikstofaanpak, opgesteld door boe
ren-, natuur- en bedrijfsorganisaties, waarin wij meer perspectief zien dan in de huidige plan nen”, zegt Zijlstra. “Dat hebben we gedaan door het voor de camera aanbieden van het plan aan Roelof Bisschop van de SGP, die het een dag later meenam naar de Tweede Kamer.”
Helaas kon het niet voorkomen dat een kritische Tweede Kamer 28 juni bleef vasthouden aan de kabinetsplannen.
TERUGBLIK
“Ik hoor van de leden die hier ook staan dat ze blij zijn dat Cumela er is, want in de vorige agra rische acties misten ze ons”, zegt Wilco Emons, bedrijvenadviseur bij Cumela. Toch was dat een bewuste keus, net zoals er ook heel bewust voor is gekozen om deze actie wel te steunen. “Wij zoeken echt naar de mogelijkheden om iets te kunnen bereiken”, zegt Zijlstra. “Alleen maar ac tie voeren om het actie voeren past niet bij ons. Ook deze keer hebben we heel kritisch gekeken naar wat er ging gebeuren en wat het doel was. Nu kwamen we tot de slotsom dat we hier graag onze steun aan wilden geven.”
Tussen de trekkers stonden dan ook heel veel exemplaren van loonwerkers die graag wilden laten zien mee te leven met de agrarische sector en voor ze op te komen. “Als Cumela zetten we ons daar ook voor in, maar dan door deel te ne men aan de diverse taskforces die adviezen op stellen, waar beleidsmakers mee aan de slag kunnen”, zegt Zijlstra. “Zo oefenen wij invloed uit op een manier die bij onze organisatie past.”
WAT GEBEURDE ER NA DE ACTIES?
De laatste ontwikkeling is dat er een zogenaamde afkoelperiode is ingesteld, waarna midden augustus Johan Remkes, die eerder de vastgelopen kabinetsformatie wist los te trekken, aan de slag gaat als verbinder tussen boerenorganisaties en het kabinet. Een pittige opgave, omdat begin juli boze en ongeruste boeren het echt nog niet zagen zitten om met het kabinet te praten. Dat heeft zich sinds de bijeenkomst in Stroe vertaald in diverse acties: positieve, zoals het uitdelen van kaas bij Concert at Sea, en negatieve, waaronder het blokkeren van distributiecentra van supermarkten. De enorme ongerustheid onder boeren heeft ook grote gevolgen voor de regeringspartijen, die intern veel kritiek kregen vanuit de eigen gelederen. Zo stemden VVD-leden tijdens een partijcongres voor aanpassing van de plannen en kreeg het CDA forse kritiek van regionale leden. ChristenUnie-leider Gert-Jan Segers wierp zich zelfs op als voorstander van ander beleid.
Nu is het aan Remkes, die onder boeren een zekere reputatie heeft, omdat hij al eerder aanstuurde op krimp, maar waar het kabinet het volste vertrouwen in heeft om het contact tussen de partijen te herstellen.
Krukasspitmachines
Alle lagers met oliebadsmering Nieuw : HD oliekeerringen Krukas deelbaar bij iedere spade Optie: hefinrichting voor kopeg of frees Walterscheid aftakas met nokkenkoppeling Laag vermogensbehoefte
Opklapbare rotorkopeggen
Zeer zware aandrijfkasten Volledig gelaste tandwielbakken Hierdoor extra stabiliteit 2 overbemeten kopeggen gemonteerd Walterscheid aandrijfassen Rotoren dicht bij de zijkanten Volledig egale werking over volle breedte
Verlies derogatie betekent meer gebruik van aardgas
Als Nederland geen derogatie meer heeft, zal het kunstmestgebruik stijgen om gewassen toch voldoende te kunnen bemesten. Het gevolg is extra gebruik van aardgas om kunstmest te produceren, vergelijkbaar met het jaarlijkse verbruik van 20.000 huishoudens.
In opdracht van Cumela heeft Jaap Uenk van MESTEM een berekening gemaakt van de gevol gen van het wegvallen van derogatie. In dat ge val mag op grasland nog maximaal 170 kilo stikstof vanuit dierlijke mest worden gebruikt, terwijl dit in 2019 op bedrijven met derogatie gemiddeld 230 kilo per ha was. Deze bedrijven zullen dus 60 kilo minder stikstof uit dierlijke mest op eigen land mogen gebruiken.
door kunstmest. Een bizarre situatie die ontstaat omdat Europa iedereen nu dezelfde normen op legt, terwijl wij in een veel vruchtbaarder gebied zitten dan bijvoorbeeld midden in Spanje, waar helemaal niets groeit. Daarvoor is de derogatie ook bedacht: om in vruchtbare streken het ge bruik van dierlijke mest aan te passen aan de behoefte van gewassen.”
BODEMVRUCHTBAARHEID ONDER DRUK
‘POETIN ZAL HET
AFSCHAFFEN VAN DE DEROGATIE ZEKER WAARDEREN’
Dat levert in deze tijd een zeer tegenstrijdig ef fect op. Waar iedereen bezig is om het gasver bruik omlaag te brengen, zal er namelijk extra (Russisch of Gronings) gas nodig zijn om meer kunstmest te produceren. Veehouders zullen namelijk om hun grasproductie op peil te hou den extra kunstmest gaan strooien. Kunstmest is immers nog steeds goedkoper dan krachtvoer kopen. “We gaan dus dwars tegen de kringloop gedachte in”, concludeert Uenk. “Bedrijven moe ten mest afvoeren en natuurlijke mest vervangen
MESTEM
MESTEM geeft als adviesbureau adviezen en visies op de mestmarkt en -toepassingen en op het mest- en mineralenbeleid. Met DOFCO International BV heeft Jaap Uenk ruime ervaring in de marketing en verkoop (buitenland) van mestkorrels. Hij is ook voorzitter geweest van de sectie Meststoffendistributie van Cumela.
Onder druk van de milieulobby en andere milieu regels, zoals de Kaderrichtlijn Water, lijkt Neder land nu de derogatie kwijt te raken. Het gevolg is dat in Nederland de bodemvruchtbaarheid verder onder druk komt. Door de afvoer van mest wordt de fosfaatbalans duidelijk negatief, want met de mest verdwijnt er ook fosfaat van de graslandbe drijven, benadrukt Uenk. “Terwijl we nu al zien dat de fosfaattoestand op veel bedrijven achter uit gaat. Ze hebben dus in Brussel de mond vol over het voorkomen van uitputting van de grond, maar tegelijk voeren we regels door die dit direct tot gevolg hebben. Gras blijft nu eenmaal groeien op onze vruchtbare gronden, dus zolang boeren dat oogsten, wordt er ook fosfaat afgevoerd. Zon der derogatie zal dus ook weer extra fosfaat kunstmest nodig zijn.”
EXTRA KUNSTMEST
Uenk heeft berekend dat veehouders door het verlies van derogatie bij ongewijzigde bedrijfs
KOSTEN WEGVALLEN DEROGATIE VOOR MELKVEEHOUDERS
Extra afzet 10,3 miljoen ton drijfmest à € 20,- per ton 206 miljoen euro
Stijging kostprijs huidige afzet 22,8 miljoen ton met € 5,- 114 miljoen euro
Extra aankoop 20 miljoen kilo kunstmest-N à € 2,42 48 miljoen euro
Totale kosten wegvallen derogatie 368 miljoen euro
Extra kosten voor be- en verwerking en afzet varkensmest 32 miljoen p.m.
voering 10,3 miljoen ton drijfmest extra moeten afvoeren. Dit staat gelijk aan ruim 41 miljoen kilo stikstof en 16 miljoen kilo fosfaat. Alleen al het vervangen van stikstof uit de afgevoerde mest betekent dat er bijna 20 miljoen kilo stik stof uit kunstmest nodig is.
De kunstmestleveranciers zullen zich dus in de handen wrijven met de mogelijkheid om omge rekend 75 miljoen kilo kalkammonsalpeter extra te kunnen afzetten in de veehouderij. Bij de hui dige kunstmestprijs van € 2,42 per kilo stikstof betekent dit een forse financiële last voor de melkveehouders. Alleen al de aankoop van extra kunstmest kost de sector bij de huidige prijzen 48 miljoen euro. Daar komen op termijn de kosten voor aanvulling met kunstmestfosfaat nog bij. Het zijn echter niet alleen de extra kosten die Uenk de wenkbrauwen doen fronsen. “We zijn nu hard bezig om minder afhankelijk te worden van Russisch gas en wat doet Brussel? Dat vervangt natuurlijke mest door kunstmest en jaagt zo het gasverbruik omhoog. Alleen al voor de productie van die extra 75 miljoen kilo kalkammonsalpeter is 23,6 miljoen kubieke meter aardgas nodig. Dat is vergelijkbaar met het gemiddelde verbruik van ongeveer 20.000 huishoudens in ons land. Poetin zal deze Brusselse actie zeker waarderen.”
MESTMARKT VERSTOORD
Binnenlands zal het vervallen ook grote effecten hebben voor de mestmarkt, voorspelt Uenk. “Jaar lijks zal er ruim tien miljoen ton drijfmest extra van rundveebedrijven moeten worden afgevoerd. Dat betekent dat lokale cumelaondernemers die niet aan mesttransport doen het uitvoeren van de bemesting kwijt raken”, zegt Uenk. Daar staat te genover dat de transporteurs ruim tien miljoen ton mest extra moeten zien af te zetten. Dat zal de veehouders flink geld gaan kosten, voorspelt Uenk. “Alleen al bij de huidige afvoerprijzen van onge veer € 15,- per kubieke meter mest kost dit ze 150 miljoen euro. Extra mest op de markt betekent ook weer extra druk op de afzet, dus de prijs zal zeker stijgen. Reken je voorzichtig dat het € 20,- kan worden, dan heb je het al over 200 miljoen euro. In 2020 werd in totaal 22,8 miljoen ton mest af gevoerd van Nederlandse veehouderij bedrijven. Als door het wegvallen van derogatie de prijs per kubieke meter voor de gehele mestafzet met
€ 5,-stijgt, betekent dit dat de totale mestafzetkos ten nog eens met 114 miljoen euro stijgen. Waar bij elke euro meer stijging van de kosten betekent dat het bedrag met 22,8 miljoen euro toeneemt.
VARKENSBEDRIJVEN OOK GERAAKT
Hoewel vooral de graslandbedrijven slachtoffer lijken te worden, zullen de extra lasten uiteinde lijk toch ook de varkensbedrijven raken, benadrukt deze kenner van de mestmarkt. “Die rundveedrijf mest is namelijk gewild bij de akkerbouw en zal daar in plaats komen van varkensdrijfmest. Uit eindelijk zal daardoor ongeveer 4,3 miljoen ton varkensdrijfmest elders een plekje moeten vin den. Omdat in Nederland het gebruik van mest nagenoeg optimaal is, zal die mest vooral na been verwerking ervan naar het buitenland moeten. Uenk schat dat die een extra kostenpost is van € 7,50 per ton. “Waarbij we ons moeten afvragen of er wel voldoende verwerkingscapaciteit is voor die mest. Daar ligt sowieso al een knelpunt als de overheid vasthoudt aan de verplichting in het nieuwe mestbeleid dat alle afgevoerde var kensmest moet worden verwerkt, waarbij dat voor rundveemest niet is toegestaan. Met het wegvallen van de derogatie zal een grondgebon den veehouderij wel heel moeilijk worden. Bij een verwerkingsprijs van € 7,50 per ton extra betekent dit dat de kosten voor de varkenshoude rij met 32 miljoen euro stijgen. Al kan dat nu wellicht worden opgevangen doordat de kunst mest heel duur is en dierlijke mest ook een flinke bemestende waarde heeft.
EXTRA CO2-UITSTOOT
Een laatste negatieve milieu-impact van het ver lies aan derogatie is de toename van de CO2-uit stoot door de extra productie van kunstmest en het extra wegtransport van zowel drijfmest die moet worden afgevoerd als kunstmest die moet worden aangevoerd op veehouderijbedrijven. Hoeveel extra diesel voor dit laatste nodig is, moet nog worden berekend, maar ook die hoe veelheid zal aanzienlijk zijn, voorspelt Uenk. “Dat maakt het ook allemaal zo dubbel. We gaan om milieuredenen het natuurproduct dierlijke mest vervangen door kunstmest en krijgen daar allerlei andere negatieve milieueffecten voor terug”, stelt hij vast. De remedie is hier dus erger dan de kwaal.
‘WE VERVANGEN MEST DOOR KUNSTMEST EN KRIJGEN ER ALLERLEI NEGATIEVE MILIEUEFFECTEN VOOR TERUG’
Foppe en Jeroen Drijfhout zijn begonnen met het snoeien en rooien van bomen. Vanwege de groei van met name de bijgekomen graafwerk zaamheden en straatwerk zijn ze in 2003 offici eel gestart met het eigen bedrijf Gebr. Drijfhout. Jeroen heeft de bedrijfsleiding op zich genomen en Foppe heeft zich van meet af aan gericht op het uitvoeren van werkzaamheden. Nu heeft het bedrijf de takken boomrooien, loonwerk, grond werk, straatwerk en overige diensten. De takken
worden als zelfstandige takken met elk hun ei gen specialisaties gerund, waarbij naast de vaste specialisten medewerkers flexibel worden inge zet. Werken worden altijd aangenomen. Er wer ken nu achttien vaste medewerkers. Inmiddels worden er in de gehele provincie Friesland werk zaamheden uitgevoerd en voor het specialisti sche bomenwerk ook in naburige provincies. Het bedrijf is VCA*- en VKL-gecertificeerd. Meer in formatie: www.gebrdrijfhout.nl
Tekst: Gert Vreemann
Foto’s: Gebr. Drijfhout
Machines aanpassen voor maatwerk
GEBR. DRIJFHOUT, SINT ANNAPAROCHIE
Een belangrijke sleutel tot succes is voor Gebr. Drijfhout het aanpassen van machines voor echt maatwerk. De zelfgebouwde uienrooier van het bedrijf is daarvan het meest sprekende voor beeld. Daarvoor moet je wel ruimte maken in de bedrijfsvoering om regelmatig de klanten te bezoeken en te netwerken. Met deze consequente aanpak heeft Drijfhout een stevige akker bouw-loonwerktak opgebouwd.
Onder barre omstandigheden rooide Gebr. Drijf hout ongeveer tien jaar geleden met zijn zelfge maakte driebeds-uienrooier in frontaanbouw de uien in het zwad. Er lag bij enkele klanten zelfs een laag sneeuw op de uien. Met de driebedsmachine in frontaanbouw met het schijvenrooisysteem kon Drijfhout de uien op brede trekkerbanden rooien. De uien werden met een bietenlader van het land gehaald en gingen voor export weg. Niet superschoon, maar bij een aantal uientelers was de klus wel geklaard en dat praat zich natuurlijk rond. Voor Jeroen Drijfhout het bewijs dat hij op de goede weg zit met het ontwikkelen van machi nes op maat. Inmiddels heeft hij een nieuwe drie meter brede tweebedsmachine ontwikkeld (grote foto), nu met vierkante rooias, maar wel weer in frontaanbouw om met brede wielen over het land te kunnen. Daar presteert het bedrijf zo goed mee dat zich zelfs een aantal akkerbouwers hebben gemeld om zo’n machine te kopen.
ROOTS IN DE MECHANISATIE
Het heeft alles met de roots van Jeroen Drijfhout te maken. Hij heeft jaren bij een mechanisatiebe drijf gewerkt en is later samen met zijn broer het bedrijf gestart. In eerste instantie was dat niet ac tief in het akkerbouwloonwerk, maar hij kende vanuit zijn mechanisatieverleden en van zijn va der, die bij een loonwerker werkt, natuurlijk de akkerbouwers in de streek en de bijbehorende werkzaamheden. Hij had daarbij de expertise en bagage als monteur om zelf machines aan te pas sen en om te bouwen. “Dat was en is nog steeds een passie van mij en binnen ons bedrijf”, vertelt Jeroen. “Wij zijn van mening dat je machines spe cifiek moet afstemmen op de werkzaamheden die je verricht.”
Hij brengt ‘s avonds nog altijd menig uur door in de werkplaats om zaken te ontwikkelen. “Ik be perk het wel, omdat je als bedrijfsleider andere hoofdtaken hebt. We hebben daarom een eigen
De Agrifac LightTraxx op rupsen met de Gilles-uitrijwagen, waarmee Drijfhout goed scoort. Drijfhout heeft het rupsonderstel voorzien van open sprocketwielen, omdat dat beter werkt op de klei.
monteur aangenomen, die voor ons het onder houd en dergelijke aanpassingen prima kan uitvoeren.”
CONCENTREREN OP KERNTAAK
Jeroen is heel helder in zijn aanpak. “Je moet op pad naar klanten toe en tegelijk goed om je heen kijken om te weten wat er overal speelt, want dat is de basis om je als bedrijf door te ontwikkelen”, zegt hij. Hij heeft daarbij ervaren dat je voor de gestage groei van aanvankelijk een gespeciali seerd bomensnoei- en -rooibedrijf met een paar man tot het veelzijdige bedrijf dat het nu is keu zes moet maken en zaken aan anderen moet overlaten. “Eerst deden mijn vrouw en ik samen alles zelf, maar op een gegeven moment kom je daarin om. Daarom hebben we naast de vaste monteur meer mensen aangenomen, met name op de planning en administratie medewerkers,
‘EERST DEDEN MIJN VROUW EN IK SAMEN ALLES ZELF, MAAR OP EEN GEGEVEN MOMENT KOM JE DAARIN OM’
die zelfstandig werken, zodat ik me meer kan richten op de kerntaken”, aldus de ondernemer. Besturen, bezoeken van klanten en werken om de juiste beslissingen te kunnen nemen, ziet hij als zijn kerntaak. “Je moet je klanten bezoeken voor de feeling, het juist afhandelen van zaken, het juist inschrijven en het maken van de juiste keu zes. Als het daarachter allemaal goed geregeld is, dan loopt het.”
Een sprekend voorbeeld is een gevoelig boomkap project in een stad. “Ik ben er vanwege de gevoe ligheid de hele dag geweest om omwonenden te woord te staan, zodat mijn medewerkers door konden werken. Het lijkt een verloren dag, maar per saldo win je er veel tijd en goodwill mee”, legt hij uit. Door in de praktijk werkzaamheden te be kijken en te analyseren, ontstaan ook de ideeën om machines aan te passen.
OOK IN DE BIETEN
“Een akkerbouwer is een teler en die stelt speci fieke eisen aan zijn loonwerker. Ik bezoek daarom in principe al die klanten ten minste één keer per jaar”, vertelt Jeroen. Zo kwam hij ook in contact met loonbedrijf Bekius Minnertsga, dat met de vraag kwam of Drijfhout mee wilde investeren in een nieuwe bietenrooier om die op termijn over te nemen. Bekius wilde langzamerhand afbouwen. “Daar zagen we wel brood in en we zijn het avon tuur aangegaan, mede omdat Bekius een vaste klantengroep had.”
In een nat jaar kwamen de partners al snel tot de conclusie dat er een bietenrooier op rupsen moest komen. Ook zag Jeroen het ‘gemartel’ met trek kers en kippers die dikwijls door de rooier door het land werden gesleurd. “Toen heb ik besloten dat er ook een uitrijwagen moest komen. Dat geeft rust op het land, geen gesmeer op de weg en de zeker
heid dat de bieten bodemvriendelijker van het land komen”, stelt hij vast. Drijfhout heeft toen een oude Gilles-overlaadwagen gekocht en deze gemoderniseerd. “We zaten het eerste najaar me teen helemaal vol. Nu rijden we met een jonge Gilles en krijgen we nog steeds positieve feedback van akkerbouwers.”
De rooiwerkzaamheden hadden intussen een flinke boost gekregen nadat ze de vaste bieten rooiermachinist van een stoppende loonwerker hadden overgenomen. “Ik heb eerst de machinist benaderd en daarna ben ik naar de klanten toe gegaan met de mededeling dat hun vaste machi nist blijft. Dat bleek een belangrijke factor voor de klanten”, aldus Jeroen. Ook heeft hij succesvol het schoffelen en wieden opgepakt. “We hebben nu een cameragestuurde Steketee met Schmot zer-schoffel en werken bij het wieden met geharde widia-plaatjes voor een beter blijvende indringing en daarmee beter werk.”
ANDER WERK DOOR
De roots van het bedrijf is Jeroen daarbij niet ver geten. “Het loonwerk is mooi gegroeid, we hebben de rooiers goed bezet en scoren ook goed met het zaaien en het wieden, maar de andere takken, grondverzet, stratenwerk en het bomenwerk, zijn we blijven doorontwikkelen”, vertelt hij. Zo heeft Drijfhout voor het bomenwerk een zelfstandig werkende European Tree Worker aangenomen en is het bedrijf in zee gegaan met fabrikant Ufkes voor een stobbenfrees op maat. Dat past in het beeld van de juiste keuzes maken. “Zelf die stob benfrees ontwikkelen, kost te veel tijd. Dat kan de fabrikant beter”, zegt Jeroen daarover. Ook heeft hij voor het beschoeiingwerk een eigen methode ontwikkeld, waarbij hij deels met kunststof werkt en deels met hardhout.
SCHELPENPADEN
Een van de opgebouwde specialismen is het aanleggen en onderhouden van schelpenpaden. Daarvoor heeft Drijfhout deze ‘Poltsywieder’ ontwikkeld. Drijfhout kwam daartoe omdat het bedrijf proefondervindelijk had vastge steld dat graspollen het best in hun geheel worden verwijderd door ze zij waarts weg te duwen. De Poltsywieder egaliseert en werkt onkruid en graspollen los met een rotorkopeg. Daarachter zeeft een grove steile zeef band de schelpen uit en worden de pollen en andere ongerechtigheden via een dwarsafvoerband afgevoerd. Ten slotte wordt het pad meteen geëgali seerd en aangedrukt. Inmiddels is er een vast klantenbestand, waarbij deze machine elk jaar zo’n 25 kilometer schelpenpaden aanpakt.
De laatste vierhonderd meter trambaan en het perron moeten nog worden vernieuwd om een dikke krul te kunnen zetten door de vernieuwing van het traject Nieuwegein-IJsselstein. Straver & Zn BV mocht daaraan meewerken, na eerder al opdrachtgevers te hebben meegeholpen met andere onderdelen. Een prestigeproject met zijn eigen unieke werkzaamheden.
WERKZAAMHEDEN:
In willekeurige volgorde: aanbrengen puin, graven rondom kabels, kolkleidingen aanleggen, asfalt scheppen, aanbrengen rubbermatten, alles gereedmaken voor bestrating, aanleg fietspad, natmaken van wegdek tegen stof, water geven van beukenhaag en aanleggen van grondwerk rondom rails.
MEDEWERKER ANTON DE GOEIJ:
“Ik kom hier alweer twintig jaar en heb vaker met Dura Vermeer samengewerkt. Ook lees ik me van tevoren goed in, zodat ik het overzicht heb. Door die ervaring functioneer ik als een soort voorman en kan ik veel voor de hoofdaannemer regelen.”
‘ER ZAT VEEL TIJDSDRUK OP DIT WERK, WAARVOOR WE IN PLOEGENDIENSTEN AAN DE SLAG GINGEN’
“We zijn begonnen aan de laatste werkzaamhe den”, zegt kraanmachinist Anton de Goeij over het werk aan de nieuwe tramhalte. Voor hem is het een thuiswedstrijd, want hij woont letterlijk om de hoek. “Dat bleek de afgelopen periode echt een voordeel te zijn, want bijvoorbeeld het tekort aan stratenmakers vroeg om een flexibele opstelling”, legt hij uit. Hoewel cumelabedrijf Straver & Zn. BV, dat zich omschrijft als een allround aannemer in cultuurtechniek, GWW en machineverhuur op het gebied van grondwerken, niet het straatwerk regelde, zorgde het bedrijf er wel voor dat de stra tenmakers konden doorwerken. “Die moesten dan echter wel eerst worden gevonden. Uiteinde lijk bleken er toch stratenmakers te zijn met ruimte in de agenda, maar dat was dan weer al leen op zaterdag. Daarom heb ik de afgelopen periode regelmatig op zaterdag gewerkt.”
LAATSTE VIERHONDERD METER
Uitdagingen rondom de planning vormden de rode draad in dit project, dat het laatste onderdeel was van de vernieuwing van de trambaan tussen Utrecht, Nieuwegein en IJsselstein. “Daar begon nen we ongeveer twee jaar of misschien wel lan ger geleden mee onder opdrachtgever BAM”, vertelt Peter Straver. Onder opdrachtgever Dura Vermeer, eerst Infra en later Rail, pakt Straver nu de laatste vierhonderd meter aan van het traject. Het zijn heel intensieve meters, al gold dat eigen lijk wel voor het hele project. “Er zat veel tijdsdruk op dit werk, waarvoor we in ploegendiensten tussen zeven uur ‘s ochtends en elf uur ‘s avonds aan de slag gingen”, zegt Straver. “Ook moesten de jongens veel weekeinden werken. Het vergde echt wat van de planning en de flexibiliteit van de jongens. Ik ben trots op wat ze hebben gedaan.”
verleggen van de trambaan en het aanleggen van een nieuwe halte. De werkzaamheden begonnen eind februari, hoewel de rupskraan al eerder op het project aanwezig was. “Toen ontdekten we echter dat er iets niet in orde was met de vergun ning, maar dat kon gelukkig snel worden opge lost”, zegt De Goeij. Juist omdat het hier om een prestigeproject van zowel de provincie Utrecht als de gemeente Nieuwegein gaat, kon er snel een nieuwe vergunning worden geregeld en kon het werk van start gaan. Het oude perron met een hoogte van 80 centimeter werd gesloten en even verderop kwam een nieuw perron met een hoogte van 30 centimeter. “Voor de uitbater van de cafe taria op het oude perron regelde Dura Vermeer een foodtruck. Fijn voor de eigenaar én voor ons.” Het grootste deel van de werkzaamheden be stond uit grondwerk. “Een uitdagende klus, om dat ook de stadsverwarming moest worden vernieuwd. Daarvoor hebben we geholpen met het plaatsen van een nieuwe mantelbuis met een flinke doorsnee”, aldus De Goeij. Waar eerst de oude trambaan liep, wordt er nu gewerkt aan een nieuw fietspad. “Het oude loopt nog altijd via een tunnel door de parkeergarage. De werkzaamhe den voor het fietspad zijn een extraatje voor ons.” Ondertussen begint het tussen de nieuwe rails alweer aardig groen te worden, doordat het gras aan het groeien is. “Voor Nieuwegein is het gras tussen de rails bij het perron iets bijzonders”, licht de kraanmachinist toe. “Hier werkten we met lichte funderingsmatten, omdat er niet is geheid en de grond binnenin slecht is. Er werd een beton vloer gestort, waarna de rails er op rubber op werden gemonteerd en daartussen kwam het zand waar het gras nu groeit.”
NIEUWE DINGEN LEREN
‘OMDAT HET EEN PRESTIGEPROJECT VAN DE PROVINCIE EN DE GEMEENTE IS, KON ER SNEL EEN NIEUWE VERGUNNING WORDEN GEREGELD’
Het werk kreeg Straver doordat het bedrijf een contract heeft met Dura Vermeer. Bijkomend voordeel voor dit werk was dat Straver, doordat het werk zo dicht bij het bedrijf plaatsvond, de pots kon aanbieden voor grond, zand en granu laat. “Ook zijn er bij ons op het bedrijf betonplaten opgeslagen, die later weer zijn teruggegaan.” Terug op het werk vertelt De Goeij dat Straver al langer samen optrekt met Dura Vermeer. “Daar door kan ik een hoop voor de hoofdaannemer re gelen en functioneer ik als een soort voorman”, vertelt hij. Nog een voordeel van op zaterdag werken was dat hij er ook bij was toen ze gingen testrijden met de tram, waarmee het eind van het werk in zicht kwam.
UITDAGEND WERK
In het kort werkte het cumelabedrijf mee aan de renovatie van het baantraject en de tramhalte Ci tyPlaza Nieuwegein. Het werk bestond uit het
Iets verderop werd gebruik gemaakt van een bij zondere methode om trillingsoverlast te beper ken. “Dit is de eerste plaats in Nederland waar gebruik werd gemaakt van een trillingsreduce rende constructie, bestaande uit lagen rubber matten. Daarvoor werd eerst beton gestort, toen een kunststof plaat neergelegd, daar ging dan de rubberen mat overheen, waar dan weer beton overheen ging. Op die manier gaan de matten een soort van zweven”, zegt De Goeij. Tijdens het testrijden vonden er ook trillingsmetingen plaats om te kijken wat het effect is. “Het is iets aparts waar ik weer wat van leer, maar omgekeerd leer ik anderen ook dingen”, zegt De Goeij over het aan brengen van de rubbermatten. Nu hoeft hij alleen nog maar te helpen met het afronden van de be strating. “Het werk is naar tevredenheid verlopen en de kennis en ervaring nemen we weer mee naar andere werken”, sluit Straver af.
1 GRASGROEI
Het nieuwe perron met het langzaam groen wordende stuk tussen de rails. Voor Nieuwegein is het gras tussen de rails iets bijzonders. Door de slechte ondergrond binnenin waren hier extra handelingen nodig om de basis goed te krijgen.
2 SPROEIEN
Het werk bood ruimte aan gemiddeld vijf medewerkers, onder wie één met een trekker met watertank. Die werd gebruikt om de bestrating nat te houden en het opwaaien van stof tegen te gaan.
3 BEUKENHAAG
Ook het water geven aan de beukenhaag was onderdeel van het werk. Eigenlijk was dit niet het goede moment om een haag te planten, maar met genoeg water moet het toch goed gaan.
4 EXTRAATJE
Het grondwerk voor het fietspad was een extraatje. Ook het leggen van de kolkleidingen behoorde tot het werk dat Straver uitvoerde.
5 INNOVATIE
Met behulp van de kraan werd de drie ton zware rol met matten afgerold. Een secuur klusje, waarmee de ondergrond helemaal werd dichtgelegd om zo een trillingsreducerende constructie te maken.
6 TESTEN
Testrijden over de nieuwe baan. Dan moet ook blijken of de maatregelen om trillingen te reduceren werken.
7 MATEN
Het oude perron met een hoogte van tachtig centimeter staat er nog, maar gaat verdwijnen. Het nieuwe perron is maar dertig centimeter hoog.
8 FLEXIBILITEIT
Het laatste straatwerk wordt gedaan en dan is het werk voor De Goeij hier klaar. Het project bestond uit veel verschillende werkzaamheden en vroeg vooral om flexibiliteit.
DAGELIJKS NIEUWS VAN EN VOOR DE CUMELASECTOR
Het beste van Cumela.nl/nieuws
VOLVO KOMT MET WATERSTOFTRUCK
Volvo Trucks komt met een vrachtwagen met brandstofcellen die worden gevoed door water stof. De truck kan binnen vijftien minuten wor den getankt en heeft een actieradius tot 1000 kilometer. De brandstofcellen worden geleverd door Cellcentric, de joint venture van de Volvo Group en Daimler Truck AG. Cellcentric gaat een van Europa’s grootste serieproductiefaciliteiten voor brandstofcellen bouwen, speciaal ontwik keld voor zware voertuigen. Volvo Trucks is ge start met het testen van voertuigen met deze nieuwe technologie. Praktijktesten bij transport bedrijven zullen over een paar jaar starten en de commercialisering is gepland voor de tweede helft van dit decennium.
DIKKE CAT 966 GC STAGE V
Caterpillar introduceert de middelzware Cat 966 GC. Deze 22-tonner met een 239 kW (321 pk) sterke Cat C9.3B-Stage V-motor is uitgerust met een SCR-katalysator en een dieselpartikelfilter met automatische rege neratie. Voor extra zuinigheid is de machine uitgerust met het Engine Idle Management System en Auto Idle Shutdown. Verder heeft hij een automatische Power Shift-transmis sie met vooruit-achteruit-modus, het be kende Z-kinematiek-laadframe en het nieuwste intuïtieve bedieningssysteem. Ui teraard wordt de machine geleverd met de standaard beschikbare Cat Product Link.
STRUCTURAL 4000 MET NIEUWE FEATURES
Dewulf komt voor de Structural 4000-snarenbed pootmachine met de Smart Float-functie met het in hoogte verstelbare frame en portaalbesturing in combinatie met een kistenkantelaar of bunker. Bij Smart Float hangt de frees of rotorkopeg in
VEEL NIEUWS OP DE BOBCAT DEMO DAYS
Op de Bobcat Demo Days op de Doosan Bobcat Campus in Dobris (Tsjechië) toonde Bobcat veel nieuwe ontwikkelingen. De elektrische T7X-rupslader met lithium-ionaccu van 62 kWh voor maximaal vijf uur continu-gebruik was daar een van de aandachttrekkers. Verder waren er de nieuwe R-serie S86- en T86-schrankladers, de MT100-minirupslader en de E35 operate by wi re-minigraafmachine. Daarnaast toonde Bobcat nieuwe radarsensoren voor het vermijden van obstakels, MaxControl met joysticks voor bedie ning op afstand en een assortiment machines voor terreinonderhoud.
een in hoogte verstelbaar frame met een laag aanspanpunt aan de trekker. Met dit tussen stuk kun je de frees onafhankelijk instellen of uitheffen. Je kunt de frees ook vervangen door een rotorkopeg. Met de nieuwe portaalbestu ring is de machine draaibaar over 35 graden in plaats van de gebruikelijke acht graden. De Structural 4000 met portaalsturing is beschik baar met een geïntegreerde kistenkantelaar.
De fabrikanten Claas en Amazone versterken hun ontwikkelingssamenwerking met de Nederlandse startup AgXeed BV door een fi nancieel belang in het bedrijf te nemen. Een belangrijke basis van de samenwerking is het
streven naar open interfaces om te zorgen voor compatibiliteit en connectiviteit van werktuig en trekkend voertuig. De samen werking van Claas en AgXeed is vorig voorjaar al gestart en sindsdien uitgebouwd. De Ag Bot met rupsonderstel is de afgelopen jaren door Amazone succesvol ingezet.
STEYR AF-FABRIEK MET BANDENSPANNINGSREGELSYSTEEM
Een dealer kan de Steyr-trekker nu af-fabriek bestellen met voorbereiding voor een banden spanningsregelsysteem en dan ook aangeven dat het systeem door leverancier TerraCare moet worden opgebouwd. Deze vaste leverancier zorgt dan voor de opbouw op de trekker, die al met voorbereidingen voor dit systeem van de
fabrieksband rolt. Belangrijk bijkomend voor deel is dat het systeem via Isobus in het Infomat 1200-scherm zichtbaar is.
Dit TerraCare-bandenspanningsregelsysteem is af-fabriek verkrijgbaar voor de Profi- tot en met Terrus CVT-series van 85 tot 221 kW (115 tot 300 pk).g.
STEELWRIST X02TILTROTATOR
VFabrikant Steelwrist breidt het assorti ment tiltrotators uit met de X02. Deze is geschikt voor graafmachines tot 2,5 ton. De X02 is gepositioneerd tussen het klein ste TCX-kantelstuk voor graafmachines onder de 2,0 ton en de X04-tiltrotator voor machines van 2,5 tot 4,0 ton.
KROON OIL BIO HEDGE TRIMMER
Voor goed onderhoud van snijgereedschappen, zoals heggenscharen, introduceert Kroon-Oil de Bio Hedge Trimmer Spray, een smeermiddel voor de smering van de messen van heggenschaarbla den en motorzaagbladen.
De Bio Hedge Trimmer Spray lost de hars op. Hierdoor wordt de werking van de machine ge garandeerd en daarnaast beschermt het product de materialen tegen de inwerking van zuren. Het product is biologisch afbreekbaar en gemakkelijk te verwerken. Kroon-Oil Bio Hedge Trimmer Spray is leverbaar in een spuitbus van 400 milliliter.
Yokohama Off-Highway Tires zet met de Alliance 590 nu een complete range gespe cialiseerde kipper/grondverzetbanden in de markt. Deze flotatieband heeft volgens Yokohama Off-Highway Tires een robuuste, met een staalgordel versterkte constructie, waardoor hij sterker is en beter beschermd is tegen lekrijden. Daarmee is hij berekend op zware lasten in het veld, op wegen en op bouwterreinen. De eerste beschikbare maat was 560/60R22.5. De nieuwe maten zijn 600/55R26.5, 650/60R26.5, 650/55R26.5, 600/60R30.5, 650/65R30.5, 710/50R30.5 en 750/60R30.5.
De X02-tiltrotator wordt geleverd met een Direct Fit- of een S30-ophanging. De X02 is beschikbaar met een mechanische ver grendeling of hydraulische Steelwrist Front Pin Hook voor S30-ophanging. Steel wrist levert desgewenst een complete set S30-uitrustingsstukken.
Pronk Belkom uit De Goorn heeft deze DAF CF 450 10x2 met een geïsoleerde Fliegl-pusher-op bouw in gebruik genomen. Veldhuizen Trucks heeft deze DAF CF 450 8x2 voorzien van een ex tra sturende, liftbare middelste as. In combinatie met een hogere aslast voor de voorassen ont stond zo een laadvermogen van 31,1 ton. De 24-kuubs Fliegl-pusher-opbouw is vanwege de compactheid geschikt voor opbouw op een der gelijk chassis. Met deze truck kan ook in tunnels en bijvoorbeeld onder tramlijnen worden gelost.
DAGELIJKS NIEUWS VAN EN VOOR DE CUMELASECTOR
Vervolg
OUDSTE TAKEUCHI GEZOCHT
2022 is een bijzonder jaar voor Takeuchi Bene lux. Dit jaar viert het bedrijf dat het al 25 jaar Takeuchi-importeur van de Benelux is. Omdat Takeuchi-machines bekend staan om hun be trouwbaarheid en een lange levensduur gaat het bedrijf als speciale actie op zoek naar de oudste nog werkende Takeuchi in de Benelux.
Die kan zo maar bij een cumelabedrijf draaien. De winnende inzender krijgt een re visiebeurt ter waarde van € 2500,- cadeau. Je kunt meedoen door het aanmeldformulier op www.takeuchibenelux.com/zoektocht in te vullen en een of meerdere foto’s van je machine te uploaden.
VOLVO CE NEEMT MEERDERHEIDS BELANG IN LIMACH
Kobelco Construction Machinery zet met de SK140SRD-7 een gespecialiseerde sloop- en recy clingmachine in de markt met de kenmerken van de onlangs geïntroduceerde standaard Generatie 11-modellen. Deze machine is primair bedoeld voor het slopen van voertuigen, maar biedt van wege de specificaties ook mogelijkheden voor andere sloop- en recyclingwerkzaamheden. De speciale HD-giek en de zijkanten en achterkant van de HD-armen zijn versterkt met dikke stalen platen en de HD-armen zijn voorzien van steen slagbescherming. Het versterkte frame is bere kend op het demonteren van voertuigen, het dragen van zware lasten en het uitvoeren van scheurwerkzaamheden.
NIEUWE SAMASZ FALCO 2-BANDHARK
SaMasz demonstreerde op 10 juni de Sa Masz-lijn voor de grasoogst, waaronder deze nieuwe Falco 2-bandhark met in middenafleg een werkbreedte van 10,60 meter en bij zijafleg een werkbreedte van 8,80 meter, beide bij een
Volvo Construction Equipment heeft een meerderheidsbelang verkregen in het Ne derlandse bedrijf Limach, fabrikant van elektrische graafmachines. De meerderheidsinvestering biedt Limach de mogelijkheid om verder te groeien, ook buiten Nederland. Het bedrijf blijft opereren als een zelfstandige onderneming. Zoals bekend bouwt Limach elektrische rupsgraafmachines en mobiele graafmachines voor de Nederlandse markt. Het gebruikt daarvoor conventionele Vol vo-machines, waarbij Limach de verbran dingsmotor vervangt door een zelf ontwikkelde elektrificatiekit. Het assorti ment van Limach strekt zich uit van de 1,8tons E18.3-mini tot de veertientons E140.1.
DNL MACHINES & EQUIPMENT
DISTRIBUTEUR VAN CONMEQ
MDNL Machines & Equipment is nu officieel dis tributeur voor Nederland van de nieuwe elek trisch aangedreven Conmeq-mini-loaders. De Conmeq AS15 is hét debuut van de in Budel ge vestigde fabrikant. Deze 900 kilo zware elektri sche mini-loader heeft een rijsnelheid van maximaal 12 km/u en een hefvermogen van 500 kilo nominaal. De machine heeft een 15 kWh Eleo-batterijpakket met on-board-acculader. Hij beschikt daarmee volgens de fabrikant over vol doende capaciteit om er een werkdag mee te kunnen werken. Het merk Conmeq is volop in ontwikkeling en uitbreiding van het aanbod is al aangekondigd).
zwadbreedte van 1,80 meter. De machine wordt aangedreven via de 540-toeren-aftakas en één dubbelwerkende hydrauliekaansluiting. Sa Masz geeft een vermogensbehoefte op van 110 kW (150 pk). De pick-up heeft zes tandrijen. De snelheid van de transportbanden is individueel traploos regelbaar, met een maximum van 340 meter per minuut. SaMasz geeft aan dat de nieuwe Falco 2 vanaf 2023 in productie gaat.
YANMAR ONTWIKKELT EIGEN ELEKTRISCH CONCEPT
Steeds meer fabrikanten melden zich in het elek trische segment met nieuwe concepten. Deze maand kondigde Yanmar aan op de komende Bauma te komen met een eigen ontwikkeling voor het elektrificeren van machines. Yanmar werkt met standaardbatterijen van 48 volt waar mee een module is samen te stellen met een ca paciteit die is afgestemd op de grootte van de machine. Deze wordt op de Bauma getoond in een elektrische graafmachine.
VAN TWAALF NAAR VIER
Kroon-Oil heeft een flinke sanering van zijn leveringspakket doorgevoerd om met minder soorten toch aan alle huidige specificaties te kunnen voldoen. Het betekent dat twaalf oude producten verdwijnen en er vier nieuwe terugkomen. Met deze nieuwe Agri Perfor mance-lijn wil Kroon-Oil het vooral eenvoudi ger maken om de juiste olie te kiezen en ook op voorraad te hebben.
BERGMANN-STROOIERS KRIJGEN DLG-ZEGEL
Alle drie strooiunits van de mest- en com poststrooiers van Bergmann zijn in maart door de DLG getest en goed bevonden. Zowel voor de dwars- als de lengteverdeling bij het strooien van tien of dertig ton per hectare kregen die het predicaat ‘DLG Anerkannt’. Het gaat dan om de typen met een strooischijf met een diameter van 110 centimeter en zes strooivleugels, met een strooischijf met een diameter van 100 centimeter en vier vleugels en met de verticale walsen met een diameter
Q-SERIE VOOR VALTRA
Valtra komt met een geheel nieuwe trekkerserie. Dit is de Q-serie met trek kers van 169 tot 224 kW (230 tot 305 pk). De serie komt tussen de be staande T- en S-series en is speciaal bedoeld voor loonwerkers en grote landbouwbedrijven. De trekker heeft een Agco Power-motor en ook de CVT-transmissie is van Agco. Het resultaat van die combinatie is een motor die het maximale vermogen levert bij 1850 toeren per minuut en het maxi male koppel tussen 1000 en 1500 toeren. De maximale rijsnelheid wordt bereikt bij 1500 toeren.
Tekst: Gert Vreemann
Foto’s: leveranciers
VOORBESCHOUWING KIPPER EVENT IN MARKELO
Afgebakend bouwtruckevenement
‘HET WORDT PUUR ONTMOETEN EN NATUURLIJK WEER EENS LEKKER MET DIVERSE COMBINATIES OP DE ZANDBAAN RIJDEN’
Trendsettend was in het najaar van 2020 de Sca nia 10x4 Quadro die Veldhuizen Trucks ontwik kelde voor de wegenbouwsector. Niet direct een truck voor op de zandbaan, maar wel een voor beeld dat de ontwikkelingen de laatste jaren be paald niet hebben stilgestaan. Wat te denken van
Ginaf dat weer meedoet, de intrede van de elek trische truck en nog meer specials die de laatste jaren zijn ontwikkeld. Ook zijn er de nieuwste ge neraties van DAF, MAN, Scania, Iveco en Renault, dat ook nadrukkelijker mee wil doen. Ook Tatra timmert flink aan de weg. Heb je ze al bij elkaar
Eindelijk weer eens lekker in de praktijk bijpraten en natuurlijk de zandbaan op om de laatste ontwikkelingen bij de gespecialiseerde bouwkippers te ervaren. Dat is de inzet van het Kipper Event op 9 en 10 september in Markelo. Naast de bekende bouwtruckleveranciers toont een flink aantal toeleveranciers zijn laatste ontwikkelingen.
gezien en gereden? Nu de TKD al vijf jaar niet doorgaat, is dat wel even een ding.
EINDELIJK LIVE IN ACTIE
Dat is precies waarom de initiatiefnemers van het Kipper Event deze dagen organiseren op de zand winning van Gebr. Van der Heiden in Markelo. Ini tiators Iep van der Meer en Roger van Nispen geven aan dat ze een dermate grote behoefte proefden onder hun relaties dat er bij het niet doorgaan van de TKD een alternatief moest ko men. Ze hanteren hierbij een heldere en sobere filosofie met een sterk afgebakende groep expo santen. “Het bijpraten over bouwtrucks en het ermee rijden over de zandbaan staan centraal”, vertelt Van der Meer. “We hebben daarom alleen de truckmerken uitgenodigd, plus een aantal di rect aan de bouwtruck gelieerde toeleveranciers. Er komen geen graafmachines, geen shovels en ook geen trekkers met kippers”, zegt hij. Op deze manier wil de organisatie het evenement be heersbaar houden en eigenlijk alleen de echt in dergelijke trucks geïnteresseerde ondernemers en hun chauffeurs aantrekken. Dus geen gelikte stands, geen folders uitdelen en geen uitgebreide catering. “Het wordt puur ontmoeten en bijpra ten om de laatste ontwikkelingen te zien en te bespreken en natuurlijk weer eens lekker met di verse combinaties op de zandbaan te rijden”, al dus Van der Meer. Het terrein van Van der Heiden biedt voldoende plek voor de standhouders en heeft tussen de zandwinningsmachines genoeg ruimte voor een mooie demobaan met heuvels en dalen.
VEEL MEER NIEUWS
Uiteraard zullen er de verschillende varianten van de Quadro te zien zijn, maar er is veel meer te be leven. Bij het ter perse gaan van dit nummer heb ben de merken MAN, Iveco, Scania, Ginaf, Renault en Tatra hun medewerking toegezegd. De ge sprekken met andere truckmerken zijn gaande. Er zijn veel recente ontwikkelingen te zien. Zo wil MAN de klanten kennis laten maken met het Op tiView-systeem en er een elektrische truck zien te krijgen. Ginaf wil een TSG 8x6 met een GVW van 44,5 ton en 60 ton technisch laadvermogen neer zetten en er komt ook met een 8x4-tridem met een elftons vooras. Renault wil het evenement gebruiken om zijn nieuwe reeks bouwmachine te tonen. Het merk denkt daarbij aan een 6x6 en een 8x4 widespread. Iveco geeft aan te komen met de X-Way 8x4-triple met een tientons vooras. Verder komt er een T-Way 10x4 met een gestuurde, tien
tons liftas. Veldhuizen Trucks wil het publiek ver rassen met een nieuwe 10x2 op basis van een Scania 8x2, waarbij de extra middelste as een ge stuurde liftas is. Ook zal er een DAF 10x4 met een inschakelbare as zijn. Ook andere merken komen met hun noviteiten, zoals Scania met een inscha kelbare en liftbare as.
OOK TOELEVERANCIERS
Inmiddels heeft ook een mooie selectie toeleve ranciers zijn medewerking toegezegd. Denk hier bij aan Ruizeveld, Gijsbertsen, Hyva, Vossebelt, HSE, JHS en Fliegl. Al met al belooft dit Kipper Event een mooi evenement op een passende plaats met een mooie demobaan te worden voor de ondernemer die heel gericht de laatste ontwik kelingen op bouwvoertuiggebied wil zien, bespre ken en beleven.
Ginaf
Fliegl is een van de vele toeleveranciers op het evene ment. Het bedrijf komt met deze voor het asfalt aange paste en geïsoleerde verdeelvijzel achter op een MAN met Fliegl-asfalt-schuifopbouw.
KIPPER EVENT
Het Kipper Event wordt op vrijdag 9 en za terdag 10 september gehouden bij de zand winning van Gebr. Van der Heiden in Markelo. Het evenement vindt alleen over dag plaats. Voor het rijden op de baan moet je je aanmelden bij de desbetreffende leve rancier op de stand. Meer informatie over het evenement en de deelnemers vind je op www.kipperevent.nl
Werken met een elektrische machine moet je leren
Al sinds 2020 heeft Volvo een aantal elektrische minigraafmachines in de prijslijst. Die krijgen dit jaar al een update en de serie wordt ook uitgebreid. De aantallen zijn nog niet groot, maar verdubbelen bijna elk jaar. Daarom wil Volvo niet alleen bij de mini’s opschalen, maar wordt in Noorwegen ook een nulserie van een rupsgraafmachine geïntroduceerd.
Dat de belangstelling voor elektrische machines groeit, was te merken op de Volvo Days in Zwe den, maar ook tijdens de open dagen van impor teur SMT. Steeds meer mensen willen toch wel eens proberen hoe het is om met zo’n machine te draaien. Bij SMT kon dat natuurlijk gewoon bin nen in de hal, want ja, elektrisch, dus je kunt er overal mee werken.
Wie op de kraan gaat zitten, moet net als bij een elektrische auto wennen aan het ontbreken van motorgeluid als de machine niet wordt gebruikt.
Pas bij het bedienen van de joystick slaat de elek tromotor aan en heb je direct het maximaal ver mogen. Ook dat is een voordeel van elektrisch, zo blijkt vooral als je op de minishovel aan het werk gaat. Je kunt de bak zo in een hoop duwen en de machine regelt automatisch dat je met maximale kracht de bak kunt vullen. Vergelijkbaar is het op
de minikraan. Even de joysticks beroeren en je kunt de bak de juiste kant op bewegen. Het is in feite het ultieme start-stopsysteem om energie te besparen.
Juist dat besparen van energie staat nu bij het ontwerp en de doorontwikkeling voorop om zo lang mogelijk met een batterijlading te kunnen werken. Om dat te realiseren, wordt het hydrau lisch systeem nu opnieuw ontworpen. Daarin wordt gekeken naar de optimale benutting van de elektriciteit en de aansturing van de hydrau liek. Het lijkt er vooral naar toe te gaan dat er veel meer per cilinder wordt gestuurd, aangestuurd door een elektrische stroom vanaf de joystick. De eerste resultaten daarvan zijn te vinden in de nieuwe graafmachine, die komend najaar in Noorwegen wordt getest (zie kader).
NIEUWE MINIGRAVER
Bij de elektrische graafmachines breidt Volvo het aanbod naar beneden uit met de EC18 en de ECR18. Dit is een 1,8-tons machine met een maximale breedte van één meter. Daarmee komt er een machine die door gewone deuren naar binnen kan, wat zeker bij elektrische machines belangrijk is. Doordat de machine wat lichter is, kan er met deze machine wat langer worden gewerkt met dezelfde accu. Voor het overige verschilt deze machine nauwelijks van de ge wone dieseluitvoering. Er is een snellaadaanslui ting aanwezig, waarmee het mogelijk is de machine in een uur op te laden. Buiten werkuren kun je hem ook met de gewone aansluiting opla den. Dan heb je daarvoor ongeveer acht tot tien uur nodig.
‘MACHINISTEN MOETEN ERAAN WENNEN OM ELK MOMENT DAT ZE STIL STAAN VOOR KOFFIE OF LUNCH DE MACHINE AAN DE LADER TE HANGEN’
Wat volgens de mensen van Volvo vooral belang rijk is, is dat machinisten eraan wennen om elk moment dat ze stil staan voor koffie of lunch de machine aan de lader te hangen. “We merken dat dit in het begin een van de lastigste dingen is. Machinisten zijn dat niet gewend, dus dat moet echt in hun systeem komen”, aldus een Vol vo-woordvoerder. Dat advies past volgens hem bij elke elektrische machine en dus ook bij de nieuwe minishovels. Ook deze hebben een up date gekregen. Met de L20 is er een hele nieuwe 4,5-tons machine. Beide nieuwe modellen heb ben een parallel-hefframe, omdat dit volgens Volvo beter past bij deze gewichtsklasse en het werken met elektrische aandrijving. Het is een eerste stap om de elektriciteit en hydrauliek opti maal te combineren. Bij normaal gebruik kan deze machine tot ongeveer zes uur werken, claimt Volvo. Met een snellader is de batterij in twee tot tweeënhalf uur helemaal vol. Ook hier geldt dat je door in elke pauze even bij te laden gemakkelijk een achturige werkdag kunt maken. Hoewel de elektrisch machines nog fors duurder zijn dan de gewone uitvoering - reken op onge veer twee keer zo duur - is het werken met deze machine volgens Volvo inmiddels goedkoper dan
met een dieseluitvoering. Vooral door de hoge dieselprijs is de kostprijs per uur, dus inclusief af schrijving, onderhoud en brandstof, nu lager dan die van een gewone machine. Geen wonder dus dat er veel vraag is naar deze modellen.
ELEKTRISCHE GRAAFMACHINE
NAAR NOORWEGEN
In Noorwegen start Volvo met een grootschalige test van de elektri sche EC 230E. Het prototype was ook te zien op de Volvo Days. Deze machine is gebouwd met veel elementen die ook in de succesvolle elektrische trucks van Volvo te vinden zijn. Dat is ook het uitgangs punt van de hele ontwikkeling van elektrische machines bij Volvo. Door overal gebruik te maken van dezelfde componenten, zoals elektromotoren, batterijen en opladers, is er niet alleen veel syner gievoordeel te behalen, maar bouwt Volvo ook heel snel de kennis uit, omdat machines onder zeer veel verschillende omstandigheden worden ingezet. Volvo profiteert hier duidelijk van het feit dat het zowel vrachtwagen- als graafmachineproducent is.
In de nieuwe machine is de hydrauliek volledig aangepast aan het gebruik van elektrisch aangedreven pompen. Voor elk onderdeel is er een aparte pomp en een elektrische bediening van het hydraulische ventiel. De aansturing daarvan gebeurt rechtstreeks vanaf de joystick.
Voor het opladen in het veld gaat Volvo experimenteren met een grote container vol met batterijen. Hierin zit ongeveer anderhalf keer de lading van een machine. Staat deze op een locatie, dan kan hij ook dienst doen als alternatief voor een aggregaat, want je kunt er aller lei elektrische apparaten op aansluiten. Voor de koeling van de batte rijbox is er ook een airco aan boord. Er is een snellaadaansluiting, zodat je een graafmachine in ongeveer negentig minuten groten deels bij kunt laden. Met een volle batterij is de verwachte werktijd van de machine vier tot vijf uur. Met laden tijdens de pauzes zou je dan bijna een volle dag moeten kunnen werken zonder extra laad tijd. De eerste machines uit deze serie gaan komend jaar draaien in Noorwegen. Voor dat land is gekozen omdat hier ook veel vraag is naar elektrische machines. Doorstaan de machines de test hier goed, dan komen ze daarna ook beschikbaar voor de rest van Europa.
Tekst en foto’s: Arend Jan Blomsma
DERTIG JAAR MANITOU BENELUXManitou groeit sterk
Vorig jaar was het dertig jaar geleden dat Manitou een eigen vestiging in de Benelux opende. Omdat er toen geen mogelijkheid voor een feestje was, werd dat in mei van dit jaar alsnog gevierd. Manitou keek daarbij terug, maar ook vooruit. Het gaf bovendien inzicht in de nieuwe machines die we dit jaar kunnen verwachten.
In 1991 was Manitou Benelux de derde eigen ves tiging van de Franse fabrikant, na Italië en het Verenigd Koninkrijk. Er waren destijds zes mede werkers, tien dealers en er werden 63 machines verkocht. In 2021 waren er 27 medewerkers, twin tig dealers en werden er 2124 machines verkocht. In 2002 opende Manitou Benelux zijn vestiging in het Belgische Perwez, waar het nu nog zit. In 2016 vierde het bedrijf de mijlpaal van de 20.000e ma chine in de Benelux. De groei zit er goed in, want ruim vijf jaar later werd in de Benelux al de 35.000e machine afgeleverd. Sinds 2018 is er een Manitou Center in Nederland, in Staphorst om precies te zijn. Dit is vooral gericht op intern transport.
VOL ORDERBOEK
De Manitou-groep zelf genereerde in 2021 een omzet van 1,9 miljard euro. Dat was een groei ten opzichte van 2020 van achttien procent. Van de totale omzet kwam 133 miljoen euro uit de Bene lux. Daar was de groei nog iets sterker dan die van de groep als geheel, namelijk 21 procent. Ook voor 2022 verwacht Manitou weer een groei van meer dan twintig procent. De orderportefeuille ziet er namelijk heel goed uit. Die bedroeg aan het einde van het eerste kwartaal van dit jaar 3,3 miljard euro en was daarmee nog nooit zo hoog. Ook Ma nitou Benelux heeft met 231 miljoen euro een meer dan goed gevulde orderportefeuille. Overi gens zijn niet alle bestelde machines ook daad werkelijk verkocht aan eindklanten. Veel ervan vormen de voorraad van importeurs of dealers. Een goed gevulde orderportefeuille betekent daarom niet per definitie lange levertijden, maar in heel specifieke gevallen kan die toch wel oplo
‘HET GAAT NIET MEER OM HET VERKOPEN VAN EEN PRODUCT, MAAR OM HET AANBIEDEN VAN EEN DIENST’
pen tot achttien maanden. Manitou heeft na Co vid het spoor van just in time aanleveren van componenten iets minder strak gehanteerd. Bo vendien heeft het voor componenten die slecht te leveren waren alternatieven gezocht. Motoren uit Japan werden soms ingevlogen in plaats van ze te verschepen. Zo werd tot nu toe redelijk het hoofd geboden aan de uitdagingen in de keten. De nieuwe uitdaging door de oorlog in de Oekraïne zit hem vooral in de aanlevering van ruwe materialen.
De groep is van oorsprong Frans, maar realiseert nu 82 procent van de omzet buiten Frankrijk. Ma nitou is actief in 140 landen en heeft in die landen iets meer dan duizend dealers. Er werken 4500 mensen en de groep heeft tien fabrieken. Behalve het merk Manitou valt ook Gehl onder de groep. Dat geldt ook voor Mustang, maar dat is nu alleen nog actief in de Verenigde Staten. In Europa wor den de Mustang-producten verkocht onder de merknaam Manitou. De groep levert zijn produc ten vooral aan de bouwsector. Wereldwijd is dit 60 procent, in de Benelux zelfs 68 procent. Daarnaast vormt de landbouw een goede afzetmarkt, met wereldwijd 29 en in de Benelux 22 procent van de omzet. Daarnaast vormen de industriële produc ten (heftrucks en dergelijke) een belangrijk deel van de afzet.
TOEKOMSTVISIE TOT 2025
De Manitou-groep heeft zijn toekomstvisie tot 2025 neergelegd onder de naam New Horizons 2025. Het bedrijf zet daarin uiteen dat het de klanten een meerwaarde wil bieden, meer wil doen dan wat die klanten verwachten. Het richt daarbij de focus niet zozeer op het verkopen van een product als wel op het aanbieden van een dienst. Het wil de klanten ook helpen om de tran sitie te maken naar een duurzaam bedrijfsmodel. Daarin wil Manitou zelf ook stappen zetten. Het heeft voor de energietransitie een programma
opgezet om machines te ontwikkelen waarmee het de emissies kan terugdringen: Oxygen. De groep wil de wereldwijde activiteiten verdergaand stroomlijnen en de flexibiliteit versterken, ook op het gebied van productie. Voor de medewerkers hanteert het drie begrippen: betrokkenheid, be trouwbaarheid en passie. Het teamwork met de dealers zal nog belangrijker worden. Om dit programma en de beoogde groei te kun nen faciliteren, heeft de groep een flink investe ringsprogramma opgezet. Er wordt tot 2025 minstens 210 miljoen euro geïnvesteerd in de fa brieken, waarvan ongeveer 80 miljoen in Frankrijk. Dat moet Manitou een solide basis voor de toe komst geven.
FLINK AANTAL NIEUWE MACHINES
Je ziet de rupsladers niet zo veel. Toch zijn ze al enkele jaren als Manitou op de markt, nadat ze eerst als Mustang werden verkocht.
Dit jaar introduceert Manitou nog een flink aantal nieuwe machines. Een aantal daarvan komt uit het Oxygen-low emission-programma. Zo mogen we in het vierde kwartaal onder meer de elektrische vari anten verwachten van de verreiker MT 625, van de roterende verrei kers MRT 2260 en MRT 2660 en van de hoogwerkers 200 ATJ en 160 ATJ. Daarnaast komen er ook enkele nieuwe dieselmachines. Zo staat er voor het vierde kwartaal een nieuwe MLTX 850-verreiker in de planning met een volledig nieuw besturingsconcept. Verder komt er een breed scala aan nieuwe aanbouwdelen beschikbaar voor de Ma nitou- en Gehl-machines en komen er ook nieuwe machines voor in dustriële toepassingen. Op de Bauma van komend najaar kunnen we nog veel meer nieuws van Manitou en Gehl verwachten. Twee introducties zijn al in het eerste kwartaal van dit jaar geweest, namelijk die van de sterk uitgebreide serie MLA-knikladers en de compacte ULM-verreiker. Zowel de knikladers als de verreikers zijn zo compact en licht dat ze gemakkelijk op een aanhanger achter een auto of bestelbus kunnen worden vervoerd. De machines zijn er ook in het geel als de Gehl AL-knikladers en de compacte Gehl CGT-verrei ker. Zowel de nieuwe machines als de bestaande modellen zijn voor zien van telemetrie. Via het MyManitou- of MyGehl-portal kunnen eigenaren de machines volgen.
Gemakkelijk wisselen
Ook Fendt komt met foliebinding op zijn rondebalenpers. De Rotana 130 F Combiperswikkelcombinatie kan ermee worden uitgerust. De vernieuwde bindunit op deze machine zorgt voor meer flexibiliteit en gebruiksgemak, zo leert een eerste kennismaking.
De dealers van Fendt-rondebalenpersen zaten er al lang op te wachten: foliebinding. Nu is het dan zover. De fabrikant heeft in een update van de persen begin dit jaar ook de optie foliebinding opgenomen voor de Fendt Rotana 130 F Combi. Dit is de perswikkelcombinatie op basis van een vastekamerpers. Deze pers is in de basis gelijk gebleven, maar de bindunit en de elektrische structuur zijn helemaal vernieuwd. Geen kabel boom is hetzelfde gebleven.
Als je niet de eerste bent die met iets nieuws komt, moet je eigenlijk met een verbetering hier van komen die de concurrentie niet heeft. Dat is
Fendt gelukt bij de foliebinding. Die biedt een gebruiksgemak en een flexibiliteit die andere fa brikanten niet bieden. De pers heeft een revolver binding, met een voorraad van drie rollen. Een rotorend snelwisselsysteem, de revolver, kan draaien. Daarbij kan een foliebindrol naar keuze worden gebruikt. Dit maakt het mogelijk dat de chauffeur per klant of per perceel kan kiezen of hij met net of met folie wil binden. Hij draait snel handmatig met een sleutelratel de rol van keuze op de goede plaats, net of folie. Hij moet daar voor even de cabine uit, ook om het net of de folie handmatig in te voeren, maar dat is dan ook alles wat hij moet doen. Onder de revolver zit een beu
gel. Die kan de chauffeur naar buiten trekken, waarna deze beugel naar beneden zwenkt. De chauffeur legt de rol op de beugel. Met één hand kan hij de beugel weer onder de revolver schui ven, hierbij geholpen door een gasveer. Hij zet de rol vast en draait de revolver in de goede positie. Dat doet hij met een passende sleutel, die vast gemonteerd is. De chauffeur hoeft de rollen niet meer helemaal boven op de pers te leggen. Dat is prettig, want die rollen zijn best wel zwaar.
OOK FOLIEBINDING
Zoals al genoemd is de hele bindunit vernieuwd, waaronder dus ook de invoer van net of folie. Die wordt nog steeds smal ingevoerd, omdat dit de kans op foliebreuk en andere storingen verkleint. Het nadeel van smal invoeren is dat er altijd een streng folie overblijft. Omdat de afstand tussen folierol en baal bij deze pers erg klein is - kleiner dan bij concurrenten - is ook de streng kleiner dan die bij de concurrentie. Twee geleide-armen versmallen de folie. Onder deze armen zit een beugel, die de folie tegen de baal drukt, zodat deze sneller wordt meegenomen. Een elektro magnetische rem regelt de hoeveelheid stretch van de bindfolie. Dit is in te stellen vanuit de ca bine. Dat is praktisch, want de hoeveelheid stretch is temperatuurafhankelijk. Als het in de loop van de dag warmer wordt, is het nodig de hoeveelheid stretch bij te stellen. Als dat dan vanuit de cabine kan, is de kans veel groter dat het ook daadwerkelijk gebeurt.
wikkelen is nodig, omdat door stof of vocht de bindfolie kan loslaten. Bij een gewikkelde baal is dit geen probleem.
Je kunt ervoor kiezen om de baal te binden tot de rand of tot net over de rand. Standaard is de bind folie 138 centimeter breed. Gestretcht blijft daar 130 centimeter van over en daarmee wordt de baal van rand tot rand gebonden. Wil je tot net over de rand binden, dan moet je voor een iets bredere bindfolie kiezen. Het is net wat je zelf wilt.
Omdat een met folie gebonden baal snel moet worden gewikkeld, is de foliebinding alleen lever baar op de perswikkelcombinatie. Het direct
1000-TOEREN-AFTAKAS
Bij de update van de pers is er ook een aantal an dere verbeteringen doorgevoerd. Zo is de balen kantelaar vanuit de cabine in transportpositie te zetten. Daarnaast is hij ook gemakkelijk door één persoon aan en af te bouwen. Ook dit is een ver groting van de flexibiliteit van de machine. Be halve de elektrische structuur, met nieuwe kabelbomen en verbindingen, is ook de computer vernieuwd. Deze is meer op de stand van tech niek van bijvoorbeeld de trekkercomputers geko men. Hierdoor is de toegankelijkheid voor het uitlezen met de testapparatuur van de dealers verbeterd. Geen verbetering die je direct ziet, maar wel eentje waar je in geval van storing de stilstand wellicht kunt verkorten. In geval van storing kun je via de terminal van de trekker nu alle stappen in het bindproces afzonderlijk uit voeren, zonder dat je, zoals tot nu toe het geval was, het bindproces in zijn geheel moet uitvoe ren. Een praktische nieuwe keuze is ook de moge lijkheid de machine via de 1000-toeren-aftakas aan te drijven. Hiermee kun je niet alleen een twintig procent hogere kracht overbrengen, maar het maakt ook het gebruik van een 1000E-toe rental mogelijk. Veel zware trekkers beschikken hierover. Standaard heeft de pers één camera, die bij de wikkelaar zit. Er is nu ook een mogelijkheid om een tweede camera te monteren. Deze zit bij de invoer van bindfolie of -net. Via een adapter kabel kunnen de camerabeelden nu ook worden afgespeeld op de terminal van de trekker. Een hydraulische steunpoot staat vanaf nu op de op tielijst, weer een voorbeeld van een groter ge bruiksgemak. Ook de led-werklampen kunnen daartoe worden gerekend. Tot slot is een handen wastank met zeepdispenser een gemakkelijke optie, die chauffeurs zullen weten te waarderen. Update 2022 brengt Fendt met zijn rondebalen persen weer helemaal bij de tijd
Ondiepe grondbewerking is een trend
MACHINEDEMONSTRATIE
OP DLG FELDTAGEOp de DLG Feldtage was er veel belangstelling voor de demonstraties met ondiepe grondbewerking, vooral vanwege de mechanische onkruidbestrijding en als methode om verdamping tegen te gaan. Wij tonen hier een aantal in Nederland veel minder bekende machines.
‘EEN VOORDEEL VAN EEN ONDIEPE BEWERKING IS DAT DIE VEEL MINDER BRANDSTOF VRAAGT
DAN EEN DIEPE BEWERKING’
Ondiepe grondbewerking is een trend. Daar zijn meerdere redenen voor. De eerste is de rol die on diepe grondbewerking speelt bij het terugdringen van onkruid zonder bespuiting. Een tweede reden is dat ondiepe grondbewerking - bij een goede uitvoering, tenminste - de grond helemaal in het horizontale vlak doorsnijdt. Dit doorbreekt de ca pillaire opstijging van het bodemvocht, waardoor het niet aan de oppervlakte komt en het niet ver dampt. Een derde factor is het brandstofverbruik. Een ondiepe bewerking vraagt veel minder brand stof dan een diepe bewerking. Daarnaast ligt de capaciteit ook flink hoger, al is dit wel afhankelijk van het gekozen systeem. Veel van de getoonde machines op de demo zijn veelzijdig inzetbaar. Ze zijn geschikt voor de stop pelbewerking, de zaaibedbereiding, het maken van een vals zaaibed, het mengen van gewasres ten met de bovenste laag van de bodem en het klein maken en mengen van groenbemesters. Er werden tijdens de Feldtage maar liefst negentien machines gedemonstreerd. De meeste hiervan vallen in de categorie cultivatoren, in welke vorm dan ook. Daarnaast waren er schijveneggen, een frees, een kettingeg en zelfs een ondiep werkende ploeg. Die werkt weliswaar dieper dan de andere werktuigen, maar voor een ploeg ondiep en bo vendien niet kerend. De werktuigen moeten de grond volvelds snijden. Dat bete kent voor de cul tivatoren dat er voldoende overlap moet zijn van de gemonteerde voeten: ofwel door brede voeten, ofwel door veel voeten. Als de structuur van de ondergrond goed is, moet je deze zoveel mogelijk intact houden en dus ondiep bewerken. Dat is de overheersende gedachte bij de ondiepe grondbe werking. Een overzicht van een aantal opvallende machines.
Treffler TG 500
De tanden van de TG 500 zijn individueel gemonteerd aan een bladveerpakket. De eerste bladveer veert nog vrij soepel, maar naarmate er meer veren ingrijpen, wordt de veerweg steeds stroever. Deze ophanging zorgt ervoor dat de tanden niet zijdelings uitwijken en dat de voeten altijd nagenoeg dezelfde stand houden. De TG 500 is speciaal ontwikkeld voor de ondiepe grondbewer king, vanaf twee centimeter. De machine is altijd voor zien van een tandemwals, de getoonde wiedeg is optioneel
Einböck Taifun
Bij een werkbreedte van vier meter heeft deze Einböck Taifun 26 tanden. Dat komt neer op een effectieve werkbreedte per tand van vijftien centimeter. De ge toonde ganzenvoeten hebben een breedte van twintig centimeter, zodat er ruim voldoende overlap is. Einböck biedt een ruime keuze aan nalooprollen. De voorste is een kooirol met een diameter van 40 centimeter met vlakke ijzers, de tweede een kooirol met een diameter van 32 centimeter met getande ijzers. De enkele rij eg getanden is optioneel. Een dubbele rij is ook leverbaar.
Horsch heeft nu ook uitvoeringen voor gebieden met re latief kleine percelen, zoals in Nederland. De 3 FX heeft op drie meter werkbreedte tien tanden. Dat bete kent een grote effectieve tandafstand van 30 centime ter, maar met de 40 centimeter brede TerraCut-voet is er toch voldoende overlap om alles door te snijden. De Terrano heeft een hoogte onder de balken van 85 centi meter, zodat er niet gauw last is van verstoppingen.
De Ovlac Mini is een ploeg die weliswaar niet zo ondiep kan werken als de andere machines op de demonstra tie, maar die met een ploegdiepte vanaf acht centime ter toch bijzonder vlak en niet-kerend kan werken. De Nederlandse importeur Koeckhoven paste de ploeg zelfs zover aan dat hij met aangepaste risters op een diepte van vijf centimeter kan werken. Volgens de fabrikant kun je met de getoonde zevenschaar uit de voeten met een trekker van tussen de 88 en 107 kW (120 en 145 pk). Dan heb je een ploeg met een werkbreedte van 269 centimeter. Dat komt neer op ongeveer 38 centi meter per schaar.
De SDM is een compacte schijveneg, die nieuw is in het pakket van New Holland. De SDM 400 heeft 32 schijven met een diameter van 52 centimeter. Deze schijven zijn gemonteerd op onderhoudsvrije silent blocks. De aanbevolen werkdiepte is drie tot tien centi meter. Dat moet je volgens New Holland met een trek ker van 88 tot 118 kW (120 tot 160 pk) kunnen doen. De SDM is er speciaal voor de middelzware gronden. Voor de zware gronden is er de SDH. De werkbreedte gaat tot zeven meter voor de SDM en zes meter voor de SDH. Er zat een ringwals achter de SDM gemonteerd.
De triltandcultivator Super Maxx van Güttler heeft maar liefst zeven tandbalken. Dit resulteert in een effectieve tandafstand van dertien centimeter. De ganzenvoeten hebben een breedte van twintig centimeter, zodat er een flinke overlap ontstaat. De agressieve veertanden dringen ook goed in op zware grond. De cultivator werkt zonder nalooprol. De werkdiepte wordt geregeld door de tastwielen aan de voorzijde, in combinatie met de top stang. Tastwielen aan de achterzijde zijn een optie. Een enkele of dubbele eg is ook een optie.
De Kelly-kettingeg komt van oorsprong uit Australië. Voor de Europese markt wordt hij nu in Duitsland geas sembleerd, bij Maschinenfabrik Stolpen. De ketting be staat uit aan elkaar gelinkte schijven. Hij is zowel geschikt voor zaaibedvoorbereiding als voor stoppelbe werking. We zagen hem ook heel mooi werk leveren in het kapotmaken van een groenbemester. Hij vraagt daarbij relatief weinig vermogen. De machine die werd getoond, heeft een werkbreedte van vier meter. Er zijn ook exemplaren met werkbreedtes van zes, negen en twaalf meter.
Breviglieri speelt met zijn biofrees ook in op de trend van ondiepe grondbewerking. De frees heeft hiervoor een speciale rotor, die de grond tot op een diepte van ongeveer drie centimeter bewerkt. De messen hebben een zodanige vorm dat alleen het snijvlak de vaste on dergrond raakt. Er is dus geen versmering. Bij de on diepe grondbewerking staat de achterklep van de frees open, zodat de grond iets minder vlak komt te liggen. Op deze frees was door de firma Von Pflug Maurer een sproei-installatie gebouwd, waar fermenten mee worden toegediend voor de biologische landbouw.
De getoonde Terria 5040 van Pöttinger is een vierbalks cultivator. Hij heeft een werkbreedte van vijf meter en heeft op de werkbreedte zeventien tanden. Dat betekent dat de effectieve tandafstand 29 centimeter bedraagt. De machine was uitgerust met geharde Durastar Plus-beitels met zelfs een opgelaste laag. De vleugels zorgen voor voldoende overlap. Tien holle schijven zor gen voor de vlakligging, een naloopwals drukt de grond weer aan.
Met de Corona (what’s in a name) kun je zowel diep (tot 30 centimeter) als ondiep werken. Bij ondiep werken kun je ganzenvoeten tot 42 centimeter monteren, bij een effectieve tandafstand van 30 centimeter. De tan den zijn symmetrisch gemonteerd, zodat de machine niet naar links of naar rechts trekt. De grond wordt vlak gelegd met getande schijven. Bijzonder in dit geval is de eggetandwals, die de gewasresten bovenin legt. De wals is gemakkelijk af te bouwen
Bijzonder aan de Väderstad-schijveneg zijn de gewelfde CrossCutter-schijven. Met de standaard schijven werkt de schijveneg op een diepte van tussen de vijf en vijf tien centimeter, maar deze CrossCutter-schijven zorgen ervoor dat de werkdiepte al op twee centimeter begint. Daarbij wordt de grond over de volle breedte gesneden, dankzij de welvingen van de schijven. De optimale werksnelheid ligt tussen de 15 en 20 km/u, zodat je ook bij een kleine werkbreedte toch een goede capaci teit hebt.
Tandemstel als troefkaart
Al anderhalf jaar is de nieuwe Enduro van Dewulf op de markt, maar nog maar weinigen hebben de rooier gezien. Hij stond in november 2021 op de aardappelbeurs Interpom in Kortrijk, maar op rooidemo’s en mechanisatiebeurzen is de Enduro nog niet gezien. Voor de presentatie op de Aardappeldemodag was er een eerste kennismaking en praktijkervaring.
‘HET VERSCHIL MET DE CONCURRENTIE IS DAT DE ENDURO ACHTER EEN TANDEMAS HEEFT IN PLAATS VAN ÉÉN AS OF EEN RUPS’
Dewulf heeft de Enduro ontwikkeld, als regelrechte concurrent van de AVR Puma en de Grimme Varitron 470.
Dewulf heeft met de Kwatro al jaren een vierrijige zelfrijdende aardappelrooier in zijn programma. Dit is een hoge-capaciteitsmachine met voor rup sen, achter een sturend wiel en de rooibek voor het rupsonderstel. De concurrentie, AVR, Grimme en Ploeger, hanteren een ander concept, namelijk achter brede banden of een rups en smalle cul tuurbanden voor, met daartussen de rooibek. De Kwatro heeft zijn voordelen, zeker tijdens zware rooiomstandigheden, maar is wel aanmer kelijk duurder dan de AVR Puma, de Grimme Va ritron 470 en de Ploeger AR-4BX. Dat verschil kan oplopen tot zo’n € 70.000,-. Ook bleken veel po tentiële klanten niet zo gecharmeerd van rupsen, vanwege de grote slijtage op de weg, de lage rijsnelheid en de hoge onderhoudskosten.
Om extra marktaandeel te winnen, besloot De wulf een rooier als de concurrentie te ontwikke
len, de Enduro. Het verschil is wel dat de Enduro standaard achter een tandemas heeft in plaats van één as of een rups. Dewulf monteerde ook een grotere bunker van tien ton. Deze is meer naar achteren gepositioneerd, zodat het zwaarte punt boven de tandem ligt. Hierdoor rust volgens Dewulf ook met volle bunker maar vijftien pro cent van het gewicht op de voorbanden en blijven de ruggen intact. Ondanks de grote bunker en het relatief hoge eigen gewicht van 27 ton claimt Dewulf dat door het tandemstel met VF-banden de bodemdruk de 1,5 kilo per vierkante centime ter niet overschrijdt.
CONVENTIONEEL ROOICONCEPT
Het rooiconcept is nagenoeg gelijk aan dat op de Kwatro. De Enduro heeft vier zeefbanden en twee loofrollen en een (gepatenteerde) ringelevator die de aardappelen naar boven transporteert. De
TECHNISCHE GEGEVENS
zeefbanden op de Enduro hebben net als op de vierrijige Kwatro geen vernauwingen. Dat moet voor een optimale zeefcapaciteit zorgen. De hel ling van de reinigingsmodule kan traploos wor den aangepast tussen nul en twaalf graden, uniek binnen het segment. Bovendien kan de module met axiaalrollen onder elke hellingshoek worden gebypasst voor nog meer flexibiliteit. De bypass is overigens aan of uit, er is geen tussenin stelling mogelijk.
MINIREPORTAGE GERJAN ZIENGS
VIERRIJER SPAART MANNETJE UIT
Gerjan Ziengs (36) in het Drentse Klazienaveen is een van de eerste gebruikers van een Dewulf Enduro. Ziengs heeft in maatschap met zijn vader Gerrit een veenkoloniaal akkerbouwbedrijf met aardappelen, suikerbieten, granen, uien en valeriaan, wat rosékalveren en een loon werktak voor het rooien van aardappelen. Ziengs teelt zetmeelaardappelen voor Avebe, vlokkenaardappelen voor Aviko Potato en Emsland Food en fritesaardappelen voor McCain. Het bedrijf heeft drie man personeel. Tot vorig jaar rooide Ziengs de aardappelen met twee getrokken tweerijige Grimme SE-rooiers, maar vanwege personeelsverloop wilde Ziengs graag overstappen op een vierrijige zelfrijder, omdat hij daarmee een man kan uitsparen. Hoewel Ziengs altijd tevreden was over Grimme viel zijn keus uiteindelijk op de Dewulf Enduro. Hij was vooral gecharmeerd van het banden-tan demstel, een optie die AVR en Grimme niet hebben. Dat geeft veel draagvermogen. ”Het alternatief van Grimme was een driehoeksrups achter, maar daar ben ik geen fan van”, zegt hij. “We moeten met de rooier nogal wat afstanden afleggen. We hebben onze percelen overal en nergens. Rupsen hebben met veel transport over de weg veel slij tage en een te lage snelheid. Een tweede voordeel van de Enduro was zijn grotere bunker.”
Ziengs kocht de rooier in januari 2021 en heeft er nu een half seizoen mee gedraaid. Hij is tevreden over de rooier: weinig rooibeschadiging, een gigantische zeefcapaciteit en gemakkelijk te bedienen. “Mijn vader van in de zestig had hem zo onder de knie”, vertelt hij. Als verbeterpunt noemt hij de loof verwerking van groenig staande percelen. Andere klepels in de loofklapper hebben al veel verbe terd, net als de montage van drie steekbeitels in plaats van één. Dat stroopte te veel.
DEINEN
De ringelevator heeft een capaciteit van 200 ton per uur. De snelheid wordt automatisch via een sensor geregeld. Dewulf noemt dat Fill-Tastic. De tweedelige bunker met afvoerelevator is de groot ste in zijn segment. Dewulf claimt zelf dat de bunker tien ton bergt, maar 8,5 ton is in de prak tijk meer reëel. Dat is nog steeds zo’n 1,0 tot 1,5 ton meer dan de AVR en de Grimme, maar wat minder dan de Ploeger, die echter standaard ach ter op rupsen staat. Doordat de vaste bunkervloer aansluit op een afvoerelevator met spijlenketting wordt extra grond uitgezeefd tijdens het lossen.
Een bekend verschijnsel bij zelfrijdende rooiers op banden is het deinen. AVR, Grimme en Ploeger kennen dat euvel, maar de eerste gebruikers van de Dewulf Enduro op het tandemachterstel kun nen er ook over meepraten. Wanneer de rooidiepte wordt bijgesteld, veren de grote achterbanden een fractie in en gaat de rooier deinen. Dat wordt nog eens extra versterkt als de scheef staande rooibek wat grond heeft gehapt en het achterwiel vervol gens door dat kuiltje rijdt. De rooier komt dan in een soort van cadans. Het treedt vooral op met open bekken met rooitasters. Een praktische oplos sing is vooralsnog even de rijsnelheid terugnemen. Dewulf meldt inmiddels een technische oplossing te hebben ontwikkeld die nog voor het rooiseizoen op alle rooiers wordt geïmplementeerd.
‘DEWULF MELDT INMIDDELS EEN TECHNISCHE OPLOSSING TE HEBBEN ONTWIKKELD VOOR HET BEKENDE DEINEN’
Fendt
De Fendt Early Bird 2023 start op 5 juli 2022. Profiteer van exclusieve prijsvoordelen bij de sterkste voorverkoop van onze producten op het gebied van oogsttechniek en voederwinningstechniek. Lees nu meer op www.fendt.com/earlybird
It’s Fendt. Omdat wij verstand van landbouw hebben.
Early Bird Fend t
Inspirerende managementfocus
Gert Vreemann Foto’s: Vreemann, GrimmeDe inleiding van Christoph Grimme over modern management op de Grimme Farm Days-relatiedagen was boeiend. De boodschap van een sterke focus en heldere doelen om het familiebedrijf in roerige tijden goed op de rit te houden, kunnen we zo op onze bedrijven toepassen. Verder waren er heldere trends met bijpassende noviteiten te bewonderen.
Op de sfeerrijke Grimme Hof in het Duitse Cap peln organiseerde de Duitse fabrikant dit jaar speciale Grimme-dagen. Christoph Grimme, ver antwoordelijk voor de landbouwmachinefabrie ken Grimme, Asa-Lift (Denemarken) en Spudnik (Verenigde Staten), gaf daar aan hoe Grimme als onderneming een heldere visie en doelstellingen heeft geformuleerd om weer één team Grimme One met een heldere focus te zijn. Vanwege de grote groei en de onzekere tijden is dat volgens hem echt een must. “Je moet af en toe als onder neming de doelen herijken en weer helder neer zetten, anders bestaat de kans dat je ze wat uit het oog verliest, omdat je te druk bent met actu ele ontwikkelingen en de bedrijfsvoering”, aldus Christoph. Hij doelt hiermee op de enorme groei die het bedrijf de afgelopen jaren heeft doorge maakt als landbouwmachinefabrikant, van 208 naar 284 miljoen euro omzet en als groep van 492 naar 575 miljoen euro. In die tijd vergden bedrei gingen als de conona-pandemie, levertijden en nu de onzekerheden vanwege de Oekraïne-crisis een belangrijke rol. “We hebben bijvoorbeeld twee jaar niet fysiek samengezeten met de leden van het management van onze fabriek in China. Dat is niet goed. We hopen hen binnenkort einde lijk weer echt te ontmoeten.”
GRIMME ONE
Het Grimme-management onder leiding van Franz Grimme heeft vijf heldere uitgangspunten
als basis geformuleerd: 1. Grimme is en blijft een familiebedrijf. 2. Grimme wordt gezien als één team. 3. Altijd een stap vooruit, altijd beter. 4. Gebruik maken van culturele verscheidenheid. 5. Vertrouwen en communicatie zijn de basis voor een goede samenwerking. Vanuit die uitgangspunten is het krachtige Grimme One geformuleerd als één team, één strategie en één doel. Volgens Christoph geeft dit voor het hele team door alle geledingen heen duidelijke afgeleide doelen: 1. Denk als één team. 2. Wees snel, innovatief en blijf verbazen. 3. Wees leidend in digitale oplossingen. 4. Wees moedig en betrouwbaar. 5. Altijd beter. 6. Eén gezicht naar de klant.
Hij geeft aan dat vanwege de tijd de afgelopen jaren en de cultuurverschillen tussen het Deense Asa-Lift, de nieuwe fabrieken in China, India en Amerika (Spudnik) er het nodige is te doen. “El kaar scherp houden en wijzen op de afspraken geeft heldere handvatten en maakt je als team beter. Dan sta je als fabrikant sterker. We hebben de afgelopen jaren gemerkt dat een consequente aanpak hierin werkt.”
SCHMIEDE ONE
Het meest tastbare van het voornemen van Grimme om nieuwe wegen te bewandelen, is de oprichting in 2017 van het innovatieteam Schmiede One in Düsseldorf, met de focus op ro botisering en digitalisering. Een nieuwe tak daarin is Digital Business. Grimme ziet deze tra jecten als belangrijk voor de toekomst. “We geven deze mensen de ruimte om creatief zaken te ont wikkelen, maar wel met de heldere Grimme One-focus.”
Met deze MC-1020DF biedt Asa-Lift een oplossing voor de mechanische oogst van bewaarkool. Dankzij de zeer dicht bij de grond geplaatste opname-unit en de productvriendelijke transportband bereikt de kool met een zeer kleine valhoogte de kist. Deze rooier be spaart veel handwerk.
De noviteit op de Farm Days was deze Prios 440-aard appelpootmachine, die modulair is gebouwd met desge wenst een zwanenhals met tussenframe. De diepteregeling van de grondbewerking, bemestingsunit, pootmachine en rugopbouw zijn geheel onafhankelijk van elkaar regelbaar.
De Rexor heeft een verbeterd rooiaggregaat met ze ven reinigingsrollen, lichtere koppers en tasters per rij voor nauwkeuriger kopwerk. Met de nieuwe aan koopregeling met afgesproken terugkoopprijs is de machine gemakkelijker te financieren en flexibeler te opereren.
Grimme voorziet een groei in de bietenteelt en een sterke groei van de groentetechniek. De fabri kant wil daarmee inspelen op de toename van specifieke teelten in combinatie met een teruglo pend aanbod aan ‘handjes’ om te oogsten. Pas send opende Grimme de noviteitenshow met zijn innovatieve ‘Harvey’ van Schmiede One als gero botiseerde zoete-aardappelrooier. Daarin komen de disciplines van de ontwikkelaars van Schmiede One samen met de specialiteiten van Grimme en Asa-Lift. Daarmee zet Grimme naar eigen zeggen als eerste een autonome oogstmachine in de markt als tastbaar bewijs van de aangescherpte Grimme One-filosofie.
De derde generatie Variton 470 heeft een ruimere loof klapper met sterkere aandrijving. Alle zeefbanden, de egelband en de ringelevator kunnen nu afzonderlijk te rugdraaien. De bunker is optioneel 64 centimeter lan ger voor beter lossen op het kopeind en bij het in de rijpaden rijden.
‘JE
‘WE GEVEN SCHMIEDE ONE DE RUIMTE OM CREATIEF ZAKEN TE ONTWIKKELEN, MAAR WEL MET DE GRIMME ONE-FOCUS’
TIM lostrekken
bij het persen van een baal daalt van tien naar twee.
Al jaren geleden stond er op de Agritechnica een Pöttinger-opraapwagen die op basis van de belas ting van de pick-up de snelheid van de trekker kon bepalen. Een mooi idee, dat tot op heden echter maar weinig succesvol is. Te vaak blijft het hangen bij trekkerfabrikanten die hun software niet wil len openstellen voor opdrachten van het werktuig. Inmiddels zijn er wel afspraken over gemaakt bin nen de AEF, het overkoepelende orgaan van trek ker- en werktuigfabrikanten. Daar wordt niet alleen geprobeerd goede onderlinge afspraken te maken, maar wordt er ook getest. Op basis van die test kunnen klanten dan zien wat een combinatie van een trekker en een werktuig kan en hoe be paalde signalen worden verwerkt.
NIEUWE STIMULANS TIM
Kverneland probeert die ontwikkeling nu een nieuwe stimulans te geven met de introductie van de Vicon-rondebalenpers met TIM. In combinatie met een Kubota M7-trekker uit het eigen concern leidt dit tot een bijna automatische bediening. Het enige wat de chauffeur tijdens het persen nog moet doen, is het wegrijden na het afwerpen van een baal - dit is een veiligheidsvoorschrift - en het
SCHUDDER CENTRAAL OPGEHANGEN
Voor een optimale bodemvolging van de schudders heeft Vicon de op hanging verplaatst. Deze zit nu precies boven de as van het trekkende en dragende frame. Daardoor wordt hij nooit gedwongen naar beneden of omhoog geduwd en kan hij altijd de contouren van de bodem volgen. De kans dat er tanden door de grond gaan, wordt hierdoor sterk verkleind. Met een werkbreedte van 15,60 meter heeft deze machine een zeer grote capaciteit.
sturen. Alle andere handelingen worden vanuit de software van de pers bepaald. De volgende stap pen regelt de pers dan:
• Optimaliseren van de rijsnelheid bij het vullen van de baal
• Verlagen van snelheid en toerental als de baal bijna vol is
• Stoppen
• Starten netbinding
• Openen deur
• Uitwerpen baal
• Sluiten deur
• Opvoeren toerental
Als de deur dicht is, krijgt de chauffeur een signaal en kan hij de trekker weer laten wegrijden. Vervol gens neemt de pers het allemaal weer over. Voor de chauffeur die dit soort handelingen op een drukke dag misschien wel meer dan 400 keer doet, betekent dit een enorme verlaging van de werklast, stelt Claus Udengaard Thomsom, direc teur van de divisie oogsttechniek van Kverneland. “Het eerste uur lukt dit allemaal nog prima, maar na dat uur neemt de concentratie af en slaat de vermoeidheid langzaam toe. Met dit systeem heb
FARMCENTRE STERK VEREENVOUDIGD
In de loop van dit jaar komt Vicon met een nieuwe uitvoering van FarmCentre, waarvan de gebruiksvriendelijkheid veel beter is. Veel functies in dit telematicasysteem zijn opnieuw opgezet, waardoor je veel eenvoudiger overzichten kunt maken en bekijken. Op afstand kun je zo de prestaties van een machine volgen en ook kijken wat de instelling is. De verzamelde gegevens zijn via Agrirouter nu ook een voudig te delen met anderen.
je daar geen last van en weet je zeker dat de baalk waliteit constant blijft. Als de chauffeur maar wat over het zwad blijft slingeren”, lacht hij.
FUNCTIES VRIJGEVEN
‘ALLEEN ALS
KLANTEN MASSAAL BLIJVEN VRAGEN NAAR EEN OPTIMAAL GEBRUIK
Of de pers ook bij andere trekkerfabrikanten zo’n groot gemak geeft als achter de Kubota durft Udengaard Thomsom nog niet te garanderen. Hij moet namelijk toegeven dat niet elke fabrikant alle functies vrijgeeft voor TIM. Daar zit ook de grote barrière voor de doorbraak van dit systeem. Hoewel trekkerfabrikanten claimen TIM-ready te zijn, blijkt namelijk dat het soms maar om een paar functies gaat. Dan kan de pers wel de snel heid regelen, maar zijn bijvoorbeeld de hydrau liekfuncties niet vrijgegeven. Het is een ergernis van vele machinefabrikanten, die vaststellen dat daardoor de ontwikkeling van het systeem stokt. Toch denkt Udengaard Thomsen dat er een door braak aankomt. “Trekkermerken als Fendt, DeutzFahr en Claas beginnen al steeds meer functies vrij te geven en ik weet dat er binnenkort nog een grote fabrikant bij komt. Als dat doorgaat en er komen meer machinefabrikanten die dit vragen, dan moeten de trekkermerken het wel gaan vrij geven. Dat zal de markt dan gewoon afdwingen.”
MASSAAL BLIJVEN VRAGEN
Tot die tijd moet je als loonwerker vooral goed doorvragen of zoeken als je een trekker wilt com bineren met een TIM-werktuig. Via de AEF-web site kun je de gewenste combinatie selecteren en
KVERNELAND SCHIET KUNSTMEST BIJ HET ZAAD
Kverneland heeft een nieuwe manier ontwikkeld om tijdens het zaaien kunstmest zeer plaatsspecifiek te kunnen toedienen. Met het Podama-systeem wordt de stroom kunstmest tussen het plaatsen van twee zaden onderbroken en daarna naast het zaadje geschoten.
Dit zou bij een 25 procent lagere gift dezelfde opbrengst geven als bij een traditionele rijenbemesting.
Bij deze techniek wordt de stroom kunstmest onderbroken vlak bij de zaaischijf voor de kunstmest. De korrels worden opgevangen in een soort borstelring die wordt geopend op het moment dat de uitloop van de kunstmestpijp op de plaats is waar even later het zaadje wordt geplaatst. De klep wordt elektrisch aangestuurd en kan maxi maal 25 keer per seconde openen. Via een apart slangetje wordt daarvoor lucht over de borstels geblazen. Uiteraard heeft Kverneland ook doorgerekend of het systeem renda bel te maken is, want het is een extra investering van ongeveer € 13.000,- op een achtrijige zaaimachine. Wanneer deze 500 hectare per jaar zaait en de kunstmestprijs is € 40,-, dan zou het systeem zich binnen twee jaar en drie maanden hebben terugverdiend. Reken je met de huidige prijzen, waarbij de kunstmest op € 80,- zit, dan is de terugverdientijd minder dan twee jaar.
zien welke functies echt voor TIM zijn vrijgegeven. Dat is net als bij Isobus-functies altijd goed om te doen, want dat kan een hoop teleurstellingen voorkomen. “Blijf ernaar informeren bij je merk”, stelt Udengaard Thomsen echter ook. “Alleen als klanten massaal blijven vragen naar een optimaal gebruik van TIM krijgen we deze markt namelijk losgetrokken en kunnen we echt de volgende stap zetten naar volledige automatisering, waarbij je de mogelijkheden en capaciteit van een werktuig optimaal benut.”
VAN TIM KRIJGEN WE DEZE MARKT LOSGETROKKEN’EEN KENNISMAKING MET DE INEOS GRENADIER
Een nieuw werkpaard
Het kost moed en geld om helemaal vanuit het niets een nieuw automerk te beginnen. Jim Ratcliff, CEO van de Ineos-groep, heeft beide. Zijn bedrijf introduceert de Ineos Grenadier, een echte terreinwagen die geschikt is voor het zware werk. Daarmee kan ook een loonwerker goed terecht op een klus, als het moet ook met een flinke aanhanger erachter.
Ineos-baas Jim Ratcliff is een avonturier en een groot liefhebber van 4x4-auto’s. Op een avond met vrienden in een kroeg in Londen kwamen ze samen tot de conclusie dat het goed zou zijn dat er een nieuwe, échte 4x4-auto zou komen voor het echte offroadwerk, zonder allemaal nieuwer wetse elektronische snufjes aan boord. De naam van de kroeg was The Grenadier en zo is het idee voor de Ineos Grenadier ontstaan. Ineos is een groot concern, dat met meerdere bedrijven actief is in de chemische en olie- en gasindustrie. Het heeft een totale omzet van 69 miljard euro en biedt werk aan 22.000 mensen.
WEGVALLENDE MARKT
Ineos stapt met de Grenadier in een segment dat door andere merken wordt verlaten. De fabrikan ten van 4x4-auto’s kiezen voor steeds luxere uit voeringen of voor elektrische of deels elektrische
varianten. Het concern ziet wereldwijd een ruime klantenkring voor dit soort auto’s: boeren, loon werkers, hoveniers, paardenhouders en booteige naren, maar ook lifestyle-klanten. Als kleinere groep zijn er ook nog de echte 4x4-adepten en petrol heads. In 2017 begon het hele ontwikke lingsproject en in het vierde kwartaal van dit jaar kunnen de eerste klanten over hun auto beschik ken. De productie is inmiddels in een testfase. Auto’s ontwerpen is één, ze ook daadwerkelijk produceren is twee. Ratcliff is voor een derde deel eigenaar van de Formule 1-renstal van Mercedes. Dankzij de goede contacten met dit Duitse auto merk hoorde hij dat Mercedes op een van zijn productielocaties ruimte over had. Het Duitse merk bouwt in het Franse Hambach de Smart ForTwo, maar de productie daarvan wordt nu over geheveld naar China. Daardoor kwam de fabriek beschikbaar en kon Ineos deze locatie overnemen.
Voor het aanpassen aan zijn eigen productie heeft Ineos 50 miljoen euro geïnvesteerd in de fabriek, naast de kosten van de overname.
BMW-KRACHTBRONNEN
Het is opvallend dat er in deze tijden van energie transitie een nieuwe auto wordt gepresenteerd met een motor op fossiele brandstof. Ineos doet dat. Het kiest in zijn Grenadier voor twee motor typen, een zescilinder-dieselmotor en een zesci linder-benzinemotor, beide van het merk BMW. Het zijn krachtige motoren, met voldoende power for the job. De diesel levert 183 kW (249 pk) en 550 Nm, de benzine 210 kW (285 pk) en 450 Nm. Natuurlijk kijkt Ineos ook naar de toekomst. Dit najaar gaat het eerste prototype de weg op met een brandstofcel, gevoed door waterstof. Deze ontwikkelt Ineos samen met Hyundai. Een mooi staaltje symbiose is dat de Ineos-groep zelf ook waterstof produceert. Ineos blijft de BMW-moto ren echter zo lang mogelijk gebruiken. In beide gevallen is de krachtbron gekoppeld aan een achttraps ZF-automaat, die bij moeilijke ter reinomstandigheden natuurlijk ook handmatig kan worden bediend. De transmissie heeft een hoge en een lage gearing. De auto heeft perma nente vierwielaandrijving en er zijn sperren in voor- en achteras en tussen de beide assen. Echte vierwielaandrijving dus. De Carraro-assen heb ben schroefveren. Niet het modernste, maar wel betrouwbaar, duurzaam en als je toch net even over de grens bent gegaan gemakkelijk te repare ren. Niet onbelangrijk is dat de ongeveer 2700 kilo zware auto aanhangers mag tot 3500 kilo trekken, dus dat biedt mogelijkheden.
PROEFRIT
We maakten kennis met de auto in een korte proefrit in de Belgische Ardennen. Het was een van de prototypes, gebouwd door Magna Steyr in Oostenrijk. Dat bedrijf hielp ook mee met de ont wikkeling. De auto heeft voorin goede Reca ro-stoelen, maar de achterbank is wat meer basic. Het instrumentenpaneel beschikt over grote
is Ineos in de fabriek in het Franse Hambach bezig met de productie van een kleine serie, om te testen hoe het productieproces verloopt.
draaiknoppen, die ook met natte handen of hand schoenen kunnen worden bediend. Een deel van de knoppen zit in het dak en die zijn goed bereik baar voor chauffeur en bijrijder. Achter het stuur vind je alleen een klein dashboard met waarschu wingslampjes. In het midden zit een 12,4-inch beeldscherm. Met een bodemvrijheid van 264 millimeter en een adequate veerweg is de Grena dier goed in staat om obstakels in het terrein te overwinnen en kan hij door 80 centimeter diep water. Smerige laarzen of schoenen vormen geen probleem, want de auto is erop gemaakt dat hij ook vanbinnen kan worden schoongespoten. De auto is er als twee- en als vijfzitter. De tweezitter biedt in het laadruim plaats aan een europallet. Een pick-up wordt later leverbaar.
DEALERNET
Voor de verkoop in de Benelux is Ineos in zee ge gaan met de Hedin-groep. Dit is een Zweedse groep die ook goed is vertegenwoordigd in Ne derland en vooral België. In Nederland heeft He din recent de Stern-groep overgenomen en dat is met zestig vestigingen een belangrijke kansheb ber voor de verkoop in Nederland. In Utrecht komt een Ineos Experience Centre, waar kopers terecht kunnen. Voor de service kunnen ze niet alleen naar Stern-dealers gaan, maar kunnen ze ook een beroep doen op Bosch-servicepunten. Daarmee heeft Ineos wereldwijd afspraken ge maakt en beschikt het zo over 10.000 extra servi cepunten. Ineos heeft een verkoopprijs genoemd vanaf € 60.950,-. Of dat ook haalbaar is voor Ne derland, met zijn hoge belasting op CO2-uitstoot, is echter nog maar de vraag. Waarschijnlijk zullen hierdoor alleen de Utility-uitvoeringen leverbaar zijn en niet de personenuitvoeringen. Ineos heeft de eerste 15.000 voorinschrijvingen al binnen. Het hoopt binnen afzienbare tijd 33.000 auto’s per jaar te maken. Een derde deel daarvan zal worden afgezet in Europa en twee derde in de rest van de wereld. Als de verkoop goed loopt, kan de productie worden opgeschaald naar 50.000 auto’s per jaar.
HOE LIGGEN DE KOSTENVERHOUDINGEN OP JOUW
BEDRIJF?
RECHT OP SCHADEVERGOEDING NA FOUT IN AANBESTEDING
Beste Geralde, De aanbestedende dienst heeft een fout gemaakt in de procedure en deze wordt nu ingetrokken. Kan ik als potentiële winnaar nu gemiste inkomsten laten vergoeden door de aanbestedende dienst?
Grondig 6
Dossier: R19
Rubriek: Ondernemen met Cumela
Bijzonderheden: geen
Van alle cumelabedrijven zijn de agrarische loonbedrijven het meest gevoelig voor de sterk gestegen brandstofkosten. Uit de cijfers van Cumela Kompas blijkt dat op deze bedrijven brandstof al zestien procent van de kostprijs vormt. Nu de prijs bijna 75 procent hoger is, laat dit zien hoe gevoelig die bedrijven zijn voor deze kostprijsstijging. Bedrijfseconomisch adviseur Dieuwer Heins van Cumela waar schuwt ondernemers hier goed rekening mee te houden. “Bij deze stijging van 75 procent tussen januari en medio juni betekent het dat je omzet bij dezelfde hoeveelheid werk al met twaalf procent moet stijgen om deze kostprijsstijging bij te houden”, aldus Heins. Daar komt dan nog de stijging van de loonkosten en overige kos ten bij, die ook een aanslag vormen op het rendement. Bij de grondverzetbedrijven is het effect van de brandstofkostenstijging wat lager, omdat er vaak wordt verhuurd exclusief brandstof. Op de agrarische loonbedrijven zijn de machinekosten overigens de grootste factor, zoals blijkt uit de grafiek.
* Voorlopige cijfers 2021
* Voorlopige cijfers 2021
Hoe liggen de kostenverhoudingen op jouw bedrijf?
Van alle cumelabedrijven zijn de agrarische loonbedrijven het meest gevoelig voor de sterk gestegen brandstofkosten. Uit de cijfers van Cumela Kompas blijkt dat op deze bedrijven brandstof al zestien procent van de kostprijs vormt. Nu de prijs bijna 75 procent hoger is, laat dit zien hoe gevoelig die bedrijven zijn voor deze kostprijsstijging.
Bedrijfseconomisch adviseur Dieuwer Heins van Cumela waarschuwt ondernemers hier goed rekening mee te houden. “Bij deze stijging van 75 procent tussen januari en medio juni betekent het dat je omzet bij dezelfde hoeveelheid werk al met twaalf procent moet stijgen om deze kostprijsstijging bij te houden”, aldus Heins. Daar komt dan nog de stijging van de loonkosten en overige kosten bij, die ook een aanslag vormen op het rendement. Bij de grondverzetbedrijven is het effect van de brandstofkostenstijging wat lager, omdat er vaak wordt verhuurd exclusief brandstof.
Om als ondernemer inzicht te krijgen op het effect van de in 20212022 fors gestegen kosten is het belangrijk om inzicht te hebben in de kostenverhoudingen van je bedrijf, stelt Heins. “Wanneer je inzicht hebt in de kostenverhouding kun je eenvoudig bepalen wat de kostenstijgingen betekenen voor de benodigde omzet. Natuurlijk zul je dit uiteindelijk op activiteitenniveau moeten be oordelen, maar de gemiddelde kostenverhoudingen op het bedrijf geven wel de juiste richting aan. Ook kun je deze gebruiken als onderbouwing richting opdrachtgevers.”
Hij adviseert ondernemers altijd uit te gaan van de kostenverhou dingen van het eigen bedrijf. Dat is beter dan de sectorgemid delde, omdat het per bedrijf, maar ook per activiteit sterk kan afwijken. Door deel te nemen aan Cumela Kompas krijg je op een eenvoudige manier ook goed inzicht, benadrukt Heins. De kosten voor inkoop van hulp- en grondstoffen en werk door derden zijn hier buiten beschouwing gelaten. Die extra kosten voor bijvoorbeeld grondstoffen, zoals landbouwfolie, bestratings materiaal en PVC, moet je apart doorberekenen.
Wil je meer te weten komen over de kostenverhoudingen en an dere kengetallen van jouw bedrijf, doe dan mee aan de kengetal lenvergelijking Cumela Kompas. Neem hiervoor contact op met de Ondernemerslijn op (033) 247 49 99 of stuur een e-mail naar kengetallen@cumela.nl.
Beste aannemer, Recentelijk werd een uitspraak gepubliceerd van de rechtbank Den Haag die over dit vraagstuk ging. Connexxion procedeerde via het Europese Hof van Justitie en tot en met de Hoge Raad over een aanbe stedingsfout van het ministerie van Volksgezond heid, Welzijn en Sport. Connexxion won de zaak, omdat het ministerie de winnende combinatie had moeten uitsluiten vanwege een sanctie voor verbo den kartelafspraken. Vervolgens volgde er een nieuwe aanbesteding en opnieuw won deze combi natie. Connexxion was het hier niet mee eens, startte een nieuwe rechtszaak en vorderde daarbij een schadevergoeding vanwege de gemiste winst. Connexxion verloor deze. Bij de eerste aanbestedings procedure zou de opdracht namelijk in geen geval aan Connexxion zijn gegund, omdat er sprake was van een gebrekkige aanbesteding, wat zou hebben geleid tot intrekking en heraanbesteding. Zonder misgelopen opdracht had Connexxion ook geen winst misgelopen. Het ministerie had niet voor heraanbesteding geko zen, maar de rechter toetste wel of Connexxion de hypothetische heraanbesteding zou hebben gewon nen en daardoor schade zou hebben geleden. De rechter was er niet van overtuigd dat Connexxion zou hebben gewonnen, omdat zij in werkelijkheid zowel de eerste als de tweede aanbesteding van de combinatie had verloren en de rechter niet kon over tuigen dat het bij een hypothetische heraanbeste ding anders zou zijn afgelopen.
Kortom, wanneer de uitkomst van een onrechtma tige gunning het intrekken van de aanbesteding is, is het bijna onmogelijk om gemiste winsten vergoed te krijgen door de aanbestedende dienst. Wanneer de inschrijving van de nummer één ten onrechte niet ongeldig wordt verklaard en de aanbesteding wel in stand blijft, heeft de nummer twee overigens meer kansen. Eerder dit jaar nog werd de gemeente Den Helder tot een schadevergoeding van ongeveer een ton veroordeeld vanwege misgelopen werk.
In de verdediging op Damesdag Brabant en Limburg
Na twee jaar corona kon op 14 juni eindelijk de Damesdag Limburg weer plaatsvinden. Die werd dit keer gecombineerd samen met Brabant en had als onderwerp ‘Ik grijp in bij agressie’. Agressie op de werkplek is een toenemend fenomeen en neemt een steeds dreigender vorm aan. Het RAID Team (Rescue Assistance Intervention Deterrence) uit België stond de dames al op te wachten. Na een uur lang wat theoretische informatie en tips
te hebben ontvangen over hoe om te gaan met verbale agressie en hoe te handelen als je effectief wordt aangevallen, gingen de dames over op oe feningen en technieken. Het motto daarbij was: wie denkt als een slachtoffer, dreigt juist daarom een slachtoffer te worden. Nadien stond een wan deling van vijf kilometer gepland. Onderweg en tijdens het heerlijke diner bij de Boswachter in Maasbree was er een heleboel te bespreken.
FPH PLOEGMAKERS KIJKT VERDER
Eind 2019 bestond FPH Ploegmakers in Vin kel 35 jaar en nam het bedrijf vol trots het nieuwe pand in gebruik. Op vrijdag 13 en zaterdag 14 mei 2022 werd dit feestelijk gevierd, met als thema ‘FPH kijkt verder’. Op de vrijdagochtend waren de kinderen van de basisschool in Vinkel op bezoek voor een voorstelling van De Klimaatjes over Plastic Soep. Op vrijdagmiddag 13 mei kregen de relaties van FPH van gastspreker André Kui pers inzichten op de uitdagingen waarvoor we als samenleving staan. En op zaterdag 14 mei bezochten meer dan duizend men sen de open dag. Het terrein was voor de gelegenheid omgedoopt tot compleet festi valterrein. Het bedrijf heeft een prachtige aftermovie gemaakt van het evenement. Voor wie wil nagenieten of wat goede inspi ratie zoekt: www.fphploegmakers.nl.
Gouden speld voor Ad Theuws bij W. Houbraken
Na ruim 41 jaar dienstverband is Ad Theuws (65 jaar) met pensioen gegaan. Ad begon bij W. Houbraken BV in Bergeijk in het loonwerk en op de vrachtwagen. In 1986 wilde Ad zich zelf verder ontplooien en begon hij als planner. Na ongeveer tien jaar de planning te hebben gedaan, wilde Ad weer wat meer naar buiten en begon toen als kraanmachinist in het grondver zet. Dit heeft hij tot aan zijn pensioen ge daan. Daarmee is Ad voor W. Houbraken de ‘alleskunner van de firma’. Ad ontving voor zijn mooie carrière de Cumela-speld.
Elf jubilarissen bij Van Oostrum Westbroek
Na drie jaar was er eindelijk weer een echt perso neelsfeest bij Van Oostrum Westbroek BV, met alles erop en eraan: springkussen, jong ge leerd-oud gedaan met een minigraver, statafels, zitbanken en allerlei vertier voor de medewerkers plus familie. Er was zelfs een omkeersimulator
om te ervaren hoe je uit een op z’n kop liggende auto moet kruipen. Binnen was er een groot po dium voor de huldiging van maar liefst elf jubila rissen. Van hen kregen Evert Griffioen (40 jaar dienstverband) en Rudie van Oostrum (25 jaar) beiden de gouden Cumela-speld uitgereikt.
25 JAAR GEBR. HARMSEN
Het bedrijf van de gebroeders Harmsen in Apeldoorn bestond vrijdag 13 mei een kwart eeuw. Freek en Anne Harmsen waren al van kinds af aan geïnteresseerd in loonwerk en grondverzet. Herbert Hofmeijer, bestuurslid van de Cumela-afdeling Gelderland, kent de familie en de beide broers al geruime tijd. In de toespraak noemde hij dat de jongens vroeger stonden te trappelen om mee te rijden in de machines van Hofmeijer. Uit handen van Herbert en Gerwin Otten, bedrijvenadviseur voor Gelderland, ontvingen de broers de zilveren Cumela-speld.
ALPE D’HUEZ BEDWONGEN
“Ja, het is gelukt! Met alle support hebben wij vandaag als team de Alpe d’Huez bedwongen. Het was zwaar, leuk, emotioneel en vooral een geweldige uitdaging! Iedereen bedankt voor de support! #op gevenisgeenoptie #lekkertrappen!”
Mooie woorden op de Facebook-pagina van Gebr. Varekamp in Tinte. Werknemer John Zevenhoven ging samen met zijn twee zoons en hun team Voorne4Life de uitdaging aan om de Alpe d’Huez te beklimmen voor KWF Kankerbestrijding. Het is mooi dat derge lijke doelen binnen onze bedrijven op de radar blijven.
TRANSPARANTE VOORWAARDEN?
Het nieuwe kabinet heeft de mond vol van duide lijkheid en transparantie om de burgers centraal te stellen. Daarvoor begint nu ook de wetgeving op gang te komen. Bij het ministerie van Sociale Zaken zijn ze blij dat ze inmiddels het wetsvoorstel dat moet bijdragen aan transparante en voorspelbare arbeidsvoorwaarden zonder aanpassingen door de beide Kamers hebben kunnen loodsen. De Eerste Kamer heeft nog wel wat vragen gesteld, waardoor er iets meer duidelijk is geworden, maar toch blij ven er nog een aantal vragen open staan. Helaas ontbreekt hier de transparantie, want als er geen duidelijkheid over is, kunnen we jou als werk gever hierover moeilijk informeren. De kranten schrijven er wel over, maar zij gaan niet de diepte in. Die herhalen teksten die in het wetsvoorstel staan, maar die zijn onvoldoende duidelijk!
DE WETTEKST IS NIET DUIDELIJK EN HELAAS KRIJGEN WIJ HIEROVER VAN HET MINISTERIE NOG GEEN HELDER ANTWOORD
Als je nu ergens leest dat je geen nevenwerkzaam heden meer mag verbieden, dan is dit onjuist. Dit mag wel, alleen zul je moeten motiveren waarom de nevenarbeid niet is toegestaan als je er een be roep op doet. Vergelijkbaar is het met berichten dat je de werknemers meer moet informeren over de arbeidsvoorwaarden. Al deze bepalingen staan in onze cao en in de arbeidsovereenkomst verwijs je hiernaar. Dat is voldoende. En als je leest dat je geen terugbetalingsregeling voor scholingskosten mag overeenkomen, dan is dit precies het punt waar wij nog heel veel vragen over hebben. De wettekst is niet duidelijk en helaas krijgen wij hierover van het ministerie nog geen helder antwoord, dus kunnen we nog niet aangeven wat juist of onjuist is.
Ik realiseer me dat het al heel snel 1 augustus is, de datum waarop de wet officieel ingaat. En dat terwijl wij nog geen antwoord hebben op de vraag over scholingskosten en meer in het bijzonder: wat is wettelijk verplichte scholing? Zo lang dat antwoord ontbreekt, kunnen wij ook geen advies geven. Helaas is de overheid zelf dus ook niet transparant. En dat voor een wet waarin alles erom draait dat werknemers weten waar ze aan toe zijn.
zakenVOLHOUDER:
GERARD WELTE‘Er is nog nooit iets tegengevallen’
SOMMIGEN WERK IK HIER AL ELF JAAR SAMEN EN DAAROM STOP IK OOK NIET ZOMAAR’
Vandaag werkt hij op de groenrecyclinglocatie in Uden. Dat wist hij gistermiddag pas. “Zo werkt het met een nulurencontract”, zegt Gerard Welte. “Vaak weet ik pas kort van tevoren of en waar ik moet werken, maar dat is prima. Vroeger, in het agrarisch loonwerk, wist ik ’s ochtends ook niet waar de dag zou eindigen.” Gerard werkt sinds 1996 op de omzetmachine. Toentertijd begon het bedrijf met composteren en zette het een locatie op in Uden. Later volgde er nog een in Wintelre en een in Etten-Leur. Ge rard werd gevraagd daar te komen werken in plaats van in het agrarisch loonwerk. Hij was in middels 46 jaar en had al 27 jaar op de hakselaar gezeten tijdens de maïsoogst. “Dit werk hier is niets voor jonge gasten van twintig”, zegt hij. “Die trekken dat niet. Vergeleken met het agra
risch loonwerk is het misschien te saai. Het is meer voor mensen die het wat rustiger aan wil len doen”, zegt hij lachend. “Maar goed, dan vra gen ze of je een keer kunt inspringen, dat groeit uit naar een paar dagen in de week en zo zit je hier ineens jaren achter elkaar.”
Hij heeft er geen spijt van. “Het is prima werk en het is leuk met collega’s. Het verloop is hier niet groot. Ik heb nieuwe collega’s zien komen en ze zijn gebleven. Dat is gezellig. Met sommigen werk ik hier al elf jaar samen en daarom stop ik ook niet zomaar.”
MAÏS HAKSELEN
Zijn loopbaan bij Van Berkel begon op zijn 21e, op 1 mei 1971. “Ik kwam van een boerderij en was gewend aan boerenwerk en niet alle kinde ren konden thuis boer worden, dus ik koos voor het loonbedrijf dat honderd meter verderop zat”, vertelt hij. Toentertijd telde het bedrijf twee ei genaren en vier medewerkers en was het volle dig gericht op agrarisch loonwerk: maïs zaaien, spuiten, maïs hakselen, dorsen en in de winter bermen maaien voor gemeenten en droge mest uitrijden. Gerard vond het prachtig werk in het najaar, dat maïs hakselen. In het begin ging dat nog met een eenrijige of tweerijige getrokken
LEEFTIJD: 73 jaar
BEDRIJF:
hakselaar. “Dan moest de boer eerst twee rijen maïs met de hand afkappen, anders kon de trek ker er niet door”, lacht hij. “Het was leuk werk zolang het mooi weer was. Toentertijd hakselden we in de tweede helft van oktober of zelfs begin november, moet je bedenken. We begonnen om vijf uur ’s ochtends en gingen door tot het don ker was. Maar als het een nat najaar was, was het echt vreselijk werk. In plaats van 25 hectare op een dag deed je dan misschien maar vijf hec tare. De trekker zat continu vast, je laarzen zaten onder het slijk. Je kreeg dan echt niets gedaan.”
‘IK DOE HET WERK, MAAR OF IK NU OM HALF TIEN PAUZE NEEM OF TIEN UUR, DAT IS AAN MIJ’
“Dat is wel een pluspunt van de moderne tijd”, gaat hij verder. “Nu zijn er rassen die vroeg afrij pen, dus kan er half september al worden gehak seld. Dan is het in elk geval minder vroeg donker en heb je meer zon dan in oktober of november.”
VRIJHEID
Een tweede aspect dat hem erg trekt in het werk is de vrijheid. “Vroeger waren er nog geen plan ners in dienst. Ik kreeg aan het begin van de week een lijstje mee bij welke klanten ik maïs moest zaaien. Ik bepaalde zelf de volgorde. Soms was ik ergens aan het werk en zat de volgende op de lijst tien kilometer verderop. Ik dacht: ik ga niet voor één hectare tien kilometer rijden. Dat is zonde van mijn tijd, dus ik doe die klant morgen wel, als ik daar in de buurt ben. Toentertijd had niemand er moeite mee als je een dag later kwam.”
Als hij later in het seizoen ging spuiten, hield hij daar rekening mee. “Naast mijn spuitlijst had ik altijd het zaailijstje in de trekker hangen als ik ging spuiten. Daar paste ik de volgorde van mijn spuitronde op aan. Wel vergde dat spuiten ook heel wat geplan. Na tien hectare moest ik weer naar huis om de tank te vullen. Als je veertig hectare op een dag wilde spuiten, kostte je dat vier keer heen en weer rijden. Een hoop tijd”, zegt hij. “Dat kon toen nog”, lacht hij. “Vroeger was het niet zo gejaagd als nu. Toen reed je ’s ochtends gewoon weg en je zag wel wanneer het werk klaar was.”
Nu zijn er wel planners, maar de vrijheid heeft Gerard nog steeds. “Ik kan de dag nog steeds zelf indelen. Ik doe het werk, maar of ik nu om half tien pauze neem of om tien uur, dat is aan mij.”
NIET MET PENSIOEN
In 2013 mocht hij officieel met pensioen, maar aan stoppen dacht hij nog lang niet. “Ik had het naar mijn zin, dus ik ben uiteindelijk verder ge gaan op oproepbasis”, vertelt hij. “Daardoor werk ik sindsdien samen met degene die me ei genlijk zou opvolgen”, zegt hij lachend. Op de dagen dat hij werkt, begint hij meestal om zeven uur ‘s ochtends en eindigt hij om vijf uur ‘s mid dags. Op zaterdagochtend werkt hij ook nog re gelmatig op de locatie in Uden. “Dan is de weegbrug beschikbaar voor particulieren. Dat doe ik dan even, want ik woon dichtbij. Het is tien minuten fietsen.”
Hoe lang hij nog doorgaat, weet hij niet. “De gezondheid speelt ook een rol, maar zo lang ik het volhoud en het naar mijn zin heb, ga ik door. Daarbij, het is tegenwoordig lastig om personeel te vinden. Ze houden mij er dus graag bij”, weet hij. “Er is gewoonweg nog nooit iets tegengevallen, anders had ik het ook niet zo lang vol gehouden.”
MOOISTE MOMENT:
PLAATS: Veghel
ROL OP
DIENSTJAREN:
Sinds hij 21 jaar was, op 1 mei 1971
“Moeilijk te zeggen. Dat er hier vorig jaar op een zaterdag in mei zestig tot zeventig collega’s stonden en mijn vrouw, onze twee dochters en de kleinkinderen, allemaal om mijn vijftigjarig jubileum te vieren, was een bijzonder moment.”
VITALE VOLHOUDERS
Regelmatig krijgen we e-mails bin nen over jubilea: vijfentwintig, veer tig of zelfs vijftig jaar in dienst. Bijzonder in deze tijden, waarin veel mensen ‘jobhoppen’; na vijf jaar wil len ze toch weer wat anders. Vandaar deze serie, waarin we ‘vitale volhou ders’ uitlichten die lang doorwerken in de sector, als trekkerchauffeur, als directeur, als kraanmachinist, als planner, maar het kan net zo goed de oudste in werking zijnde machine zijn. Hoe houden zij het zolang vol? Wat is het geheim?
IN 2013 MOCHT HIJ OFFICIEEL MET PENSIOEN, MAAR AAN STOPPEN DACHT HIJ NOG LANG NIET
GROOTSTE VERANDERING:
“Van agrarisch loonwerk naar de groenrecyclinglocatie.”
TIP:
“Ik heb het naar mijn zin. Er is nog nooit iets tegengevallen. Ik ben buiten aan het werk en met de collega’s is het gezellig.”
Hoogtepunten van Cumela.nl/nieuws
CUMELA BUNDELT KRACHTEN MET COLLEGA-BRANCHES VOOR SEB-CONVENANT
KEES GILLES BENOEMD ALS INTERIM-DIRECTEUR
Afgelopen maand is Kees Gilles benoemd als interim-directeur van Cumela. In de afgelopen maanden is hij al betrokken bij de organisatie en heeft hij al diverse ta ken opgepakt. Onder het motto ‘Samen verder ontwikkelen’ gaat hij nu aan de slag om Cumela nog beter te maken. Gilles vervangt voorlopig Janneke Wijnia, die vanwege ziekte lange tijd afwezig is. De nieuwe directeur heeft veel ervaring als zelfstandig interim-manager en orga nisatieadviseur. Een belangrijke taak die hij van het bestuur heeft meegekregen, is het realiseren van een brancheorgani satie 3.0, een organisatie die meegaat met zijn tijd en inspeelt op nieuwe be hoeften van de aangesloten bedrijven.
Cumela heeft grote twijfels over de haalbaar heid en betaalbaarheid van de emissiereduc tiedoelstellingen voor CO2, fijnstof en stikstof in 2030 en heeft daarover begin mei een brief gestuurd aan de projectleiding van Schoon en Emissieloos Bouwen (SEB). Ook heeft Cumela de krachten gebundeld met collega-branches voor aanpassingen aan het SEB-convenant. Cumela heeft vanaf het begin gehamerd op de haalbaarheid en betaalbaarheid van de emis siereductiedoelstellingen en voert al meer dan een jaar intensieve gesprekken met de drie betrokken ministeries. Deze ministeries willen afspraken maken met alle betrokkenen
over ieders inzet om de gewenste emissiere ductiedoelstellingen in 2030 te halen. Wij wil len daarmee echter pas instemmen als er een haalbaar en vooral betaalbaar pad is.
BETAALTERMIJN: VERPLICHT DERTIG DAGEN
Na de Tweede Kamer is nu ook de Eerste Kamer akkoord gegaan met het wetsvoorstel dat de wet telijke betaaltermijnen verkort. Vanaf 1 juli 2022 is het voor grote bedrijven verplicht om rekenin gen van mkb-ondernemers binnen dertig dagen te betalen. Voor bestaande overeenkomsten geldt een overgangsregeling van een jaar. Volgens de oude wet uit 2017 mogen grote bedrij ven de betaaltermijn van dertig dagen voor mk b’ers oprekken tot maximaal zestig dagen als dit in de voorwaarden wordt vastgelegd. Gebleken is
dat grote bedrijven veel gebruik maken van deze uitzondering, wat weer grote invloed heeft op de cashflow en het werkkapitaal. Met het nieuwe wetsvoorstel wordt een betalingstermijn langer dan dertig dagen verboden, ook als deze contrac tueel is vastgelegd. In de nieuwe wet is wel opge nomen dat voor lopende overeenkomsten een overgangsregeling geldt van één jaar. Dit betekent dat wanneer de betalingstermijn via het contract is opgerekt naar zestig dagen deze betalingster mijn nog mag worden gebruikt tot 1 juli 2023.
DOCENTEN BIJGESCHOOLD
Om aantrekkelijk en kwalitatief goed onderwijs te bieden, is het noodza kelijk dat docenten zich blijven ontwikkelen. Het Landelijk Overleg Loon werkdocenten (LOL) organiseerde daarom op 16 en 17 juni de landelijke bijscholingsdagen. Het thema voor deze editie was ‘Loonwerk rondom de glastuinbouw’. De bijscholingsdagen vonden plaats in Zuid-Holland. Het programma startte bij Loonbedrijf Van Etten in Bergschenhoek. De medewerkers van dit veelzijdige loonbedrijf voor de glastuinbouw en grond-, weg- en waterbouw gaven de docenten een indrukwekkende rondleiding en presentatie, die de diversiteit van de werkzaamheden in deze sector duidelijk zichtbaar maakten.
INSPIRERENDE DAG VOOR JONGE ONDERNEMERS
Op zaterdag 25 juni kon het gelukkig weer! Ruim 35 jonge ondernemers kwa men bij elkaar op de zomereditie van de Jongerendagen om samen te sparren over onderwerpen die spelen in de sector. Elk jaar organiseert Cumela in de zomer en de winter een dag speciaal voor jonge ondernemers. Kennis delen en ophalen met gelijkgestemden maakt deze dag altijd heel waardevol.
DILEMMA
UNIEKE LOONSTIJGING
IN
DE CAO BOUW & INFRA
Heel snel hebben de onderhandelaars voor de cao Bouw & Infra deze week een akkoord bereikt. Komend jaar stijgen de lonen in deze cao met vijf procent. Dit is de hoogste stijging ooit in deze cao. Het nu afgesloten akkoord is duidelijk gericht op verhoging van de salaris sen, want andere afspraken zijn er nauwelijks gemaakt. Per 1 januari 2023 stijgen de lonen in deze cao met 2,5 procent en op 1 juli 2023 nogmaals met dit percentage. De looptijd van de cao is een jaar, van 1 januari 2023 tot en met 31 december 2023.
ANDER BELANGRIJK NIEUWS
Als Cumela hebben we een brede achterban met een groep ondernemers met uiteenlopende werkzaamhe den en werkvelden. Alleen hebben die verschillende werkvelden wel eens tegenstrijdige belangen en dat plaatst ons als organisatie soms voor dilemma’s.
Het stikstofvraagstuk is zo’n onderwerp dat een di lemma oplevert. Als de aangekondigde plannen doorgaan, konden we in de nabije toekomst zo maar eens dertig procent minder boeren hebben met direct een enorm omzetverlies voor onze agrarisch loon werkers. Dus wordt er van ons steun en belangenbe hartiging verwacht aan de kant van de agrarische loonwerkers. Zeer terecht en daar gaan we ook voor. Aan de andere kant van het ledenbestand, het werk veld infra en bouw waar we als cumelasector inmid dels onze meeste omzet draaien, is er behoefte aan stikstofruimte om alle bouw- en infraprojecten ver gund te krijgen. Daar zit alles nu op slot en het gevolg is dat de grote aannemers afdalen in de keten, waar door de concurrentiestrijd oploopt, het prijsniveau daalt en de grote opgaven waar we voor staan grote vertragingen oplopen. Aan die kant wordt dus ook hard aan ons getrokken om te lobbyen voor een snelle en grootse oplossing om stikstofruimte te creëren. Dat voelt voor ons als organisatie als een dilemma. Ook cumelaondernemers krijgen te maken met di lemma’s, bijvoorbeeld als je door de gemeente wordt gevraagd om hooibalen te verwijderen die door boeren (en wellicht loonwerkers) bij acties worden gebruikt. Je staat dan voor de vraag: kies ik voor mijn opdrachtgever of ben ik solidair aan mijn collega-loonwerker?
U mag van mij en de organisatie verwachten dat wij ons best doen om in balans te blijven. Ik denk na melijk dat we beide kanten tegelijk kunnen bedie nen met oog voor elkaars belangen. Zo hoop ik ook dat we als ondernemers respect voor elkaar hou den, of we nu actie voeren of helpen bij het oprui men. Iedereen heeft namelijk zijn eigen antwoord op lastige dilemma’s en dat moet je respecteren.
Wim van Mourik Voorzitter CumelaScherpe en uitstekende delen
Landbouwvoertuigen, werktuigen en lading hebben soms scherpe of uitstekende delen. Zelfs materieel met een CE-keur kan scherpe delen hebben die gevaarlijk zijn. Uitgangspunt is: zorg dat je medeweggebruiker bij een botsing niet extra gewond kan raken door de scherpe delen.
BOETE VOORKOMEN
Als je de weg op gaat, moeten de opklapbare delen van verwisselbare gedragen uitrustingsstukken zo klein mogelijk zijn gemaakt en vast zitten. Voor de verkeersveiligheid moet je scherpe of uitstekende delen afschermen. Denk aan het mes van een graafbak of de tanden van een cirkelhark. Het gaat alleen om delen die lager zitten dan twee meter hoogte. Markeringsborden wijzen andere weggebruikers erop dat er een groot voertuig aan komt. Gebruik de volgende markeringsborden voor lading of verwisselbare gedragen uitrustingstukken.
• Lengtemarkeringsbord:
- Bij delen die meer dan één meter voor of achter het voertuig uitsteken.
• Breedtemarkeringsbord:
- Bij delen die meer dan tien centimeter buiten de zijkant van het voertuig uitsteken. Gebruik ook een zijmarkeringslicht of reflector.
- Bij landbouwtrekkers, mobiele machines, landbouwaanhangwagens en verwisselbare getrokken uitrustingsstukken die breder zijn dan 2,55 meter en in gebruik zijn vanaf 2021.
VOORKOMEN VAN ZWAARDER LETSEL
Als alles volgens de regels is afgeschermd, zul je geen verkeersboete oplopen. Toch is het goed om je af te vragen wat er gebeurt met een fietser of voetganger als jullie een ongeluk krijgen. Is er iets te doen aan het verminderen van de verwondingen die iemand daarbij zou kunnen oplopen? Als het antwoord ja is, kijk wat je hieraan kunt doen. Niet om een boete te voorkomen, maar om de zorg voor een ander.
Bij een ongeval geldt dat als iemand door een scherpe punt extra letsel heeft opgelopen de afscherming niet goed genoeg is geweest. De gebruiker van het voertuig is hiervoor verantwoordelijk.
TIPS EN VUISTREGELS
• Bekijk de e-learning Veilig landbouwverkeer voor meer informatie over de regels en veiligheid.
• Beoordeel voor je op pad gaat of uitstekende en scherpe delen een ander kunnen verwonden en scherm ze slim af.
• Gebruik de rood-witte markeringsborden
De Grondleggers van Nederland
Om de Mooi Vak Man!-website meer onder de aandacht te brengen, is een campagne gestart onder de noemer ‘Een échte Grondlegger van Nederland, dat ben jij!’ De bedoeling is om werknemers in de sector te bevestigen in het belang van hun werk en om anderen voor de sector te laten kiezen.
Mooi Vak Man! is een samenwerking tussen de vakbonden FNV, CNV en HZC en Cumela als werk geversorganisatie. Met de campagne ‘Grondleg gers van Nederland’ zetten de partijen zich in om de trotsheid en de waardering van de sector groen, grond en infrastructuur naar boven te ha len. De campagne wil laten zien wat voor mooi werk er allemaal wordt gedaan in onze sector.
Laat zien dat jij ook een Grondlegger van Nederland bent!
HERKENBARE SITUATIES
De campagne bevat video’s die herkenbare situa ties schetst van werkzaamheden in de verschil lende werkgebieden, zoals het grondverzet, de cultuurtechniek, het grote groen en het agrarisch loonwerk. In deze korte video’s worden werkne mers opgeroepen om zelf video’s en foto’s van het mooie werk te delen op social media-kana len. Door deze foto’s of video’s te delen met #grondleggersvannederland kunnen ze anderen laten zien wat voor een mooi werk ze doen. De gedachte is dat niemand beter kan vertellen over het werk in onze sector dan de échte Grond leggers van Nederland zelf? Op de website www.mooivakman.nl is de gehele campagne te vinden en uiteraard worden de video’s en foto’s ook op Instagram en Facebook gedeeld.
ALS GRONDLEGGER VAN NEDERLAND MAAK JIJ DE NEDERLANDSE GROND RIJP VOOR DE BOUW VAN BIJVOORBEELD HUIZEN, SNELWEGEN, SPORTVELDEN EN PARKEN. JE SNOEIT, KAPT EN ZAAIT, WAARDOOR NEDERLAND VEILIGER IS VOOR BIJVOORBEELD HET VERKEER. OF JE DRAAGT BIJ AAN HET SUCCES VAN DE NEDERLANDSE LANDBOUW.
We roepen bedrijven daarom op om de medewer kers te wijzen op de website, waar ze als échte Grondlegger van Nederland foto’s en video’s kun nen delen via #grondleggersvannederland. Zo kunnen we Nederland laten zien wat voor een mooi werk we allemaal doen in onze sector.
SERIE VEILIGHEID
De RI&E: zelf doen of met ondersteuning?
Bijna iedereen vindt veiligheid belangrijk en niemand wil betrokken raken bij een ongeval. Vaak wordt er veilig gewerkt, soms ook niet. Als er een (bijna-)ongeluk is gebeurd, zeggen we al snel dat het door pech komt of door een samenloop van omstandigheden, maar is dat echt zo? In deze serie behandelen we de verschillende stappen die nodig zijn om veilig te werken. Dit keer de RI&E.
‘VEILIGHEID IS
In een veilig bedrijf loopt niemand gezondheids schade op en niemand krijgt een ongeluk. Dat lijkt groot en onhaalbaar, want je kunt niet alles voor komen en mensen doen rare dingen. Dat is zo. Het is echter ook waar dat veel ongevallen hadden kunnen worden voorkomen als de machine in orde was geweest. Ook haast en even snel iets er bij doen, spelen een rol, net als de bedrijfscultuur. Zero tolerance of ik zie het vandaag door de vin gers? Je wilt op een fijne, fatsoenlijke manier met elkaar omgaan en vooral geen politieagent zijn. Ook is het in de wirwar van alle wetten en regel geving moeilijk om aan alles te (willen) voldoen. Je wilt echter ook niet dat je verantwoordelijk bent voor ziekte of lijden van een ander. Toch? De risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E) helpt je stap voor stap op weg.
STAP VOOR STAP STEEDS VEILIGER
Veiligheid kost tijd. Spijt kost nog meer kostbare tijd. Je kunt niet alles in één keer en je kunt ook niet alles zelf doen. Om je bedrijf veiliger te ma ken, start je met het uitvoeren van een RI&E. Je moet eerst weten hoe je ervoor staat, dus inven tariseren. Dat is niet afgaan op je gevoel, maar structureel alles langsgaan en beoordelen. Na het beoordelen volgt een lijst met verbeterpunten. Die pak je aan zodra het kan. Is er niets meer te verbeteren? Dan is jouw bedrijf veilig. Speciaal voor de cumelasector is een digitale RI&E ge maakt, die je zelf kunt invullen. Eventueel kun je ook hulp aanvragen. Hoe je tot een goed eindre sultaat komt, zie je in het stroomschema.
DIT KUN JE VERWACHTEN:
Grondig 7: Inventariseren
Grondig 8: Plan van aanpak, maken van een planning
Grondig 9: Acties uitvoeren en afronden
Wil je alvast meer weten? Bekijk de instructievideo RI&E of kijk op www.cumela.nl.
VEEL TIJD?
Het invullen van een RI&E kost ongeveer drie tot zes uur en het is niet moeilijk. Je hebt je eigen gezonde verstand nodig en een stevige portie eerlijkheid en doorzettingsvermogen voor het in vullen van de vragen. Heb je daarvoor geen tijd of vind je het lastig? Laat je dan ondersteunen. Ge middeld kun je zo’n drie à vier jaar met de RI&E doen. In het begin kost het meer tijd, maar later ben je vooral bezig met het actueel houden er van. Dan weet je in elk geval dat je er alles aan doet om een veilig bedrijf te zijn.
Alles gericht op duurzaamheid
Hoe bouw je een energieneutrale snelweg mét tunnel, die bovendien de CO₂-uitstoot tot een minimum beperkt? Die vraag stond centraal tijdens het jaarcongres van het sectorinitiatief Sturen op CO₂ op 14 juni in Rotterdam.
maal tien procent CO₂-reductie. Dit doel wordt ruimschoots gehaald door onder andere de toe passing van HVO B100-brandstof en het inzetten van volledig elektrisch en hybride materieel. Ook de keuze voor de gebruikte materialen, zoals ge recyclede grondstoffen voor asfalt, beton en staal, draagt bij aan deze doelen.”
Voor een efficiënte logistiek heeft het consortium een bouw-hub ingericht om personeel en materi aal doeltreffend naar de verschillende bouwloca ties te vervoeren. In de gebruiksfase zal het energiegebruik minimaal zijn door onder andere ledverlichting en het toepassen van gelijkstroom (in plaats van de gangbare wisselstroom). Zonne panelen langs het tracé wekken op jaarbasis alle benodigde elektriciteit op, waardoor tunnel en tracé energieneutraal zijn.
VERKEERSHINDER BEPERKEN
Het project De Groene Boog bestaat uit een elf kilometer lange snelweg tussen de A16 bij het Terbregseplein en de A13 bij Rotterdam The Ha gue Airport. De hoofdaannemer, projectuitvoer ders en een van onze betrokken Cumela-leden, Anker Grondverzet BV, gaven tijdens het congres met een aantal presentaties en een bezoek op locatie een grondige én groene inkijk in dit om vangrijke project. A16 Rotterdam is een ambiti eus project, waarin CO₂-reductie en duurzaamheid hoog op de agenda staan. Rijks waterstaat heeft de aanbesteding onder andere beoordeeld op de criteria duurzaamheid, risico beheersing en het beperken van bouwhinder. Sjoerd Gijezen is namens Besix als MVO-manager betrokken bij De Groene Boog en legde op het congres uit dat bedrijven in de aanbestedingsfase ambitieuze toezeggingen hebben gedaan op het gebied van materiaalgebruik en energie in de ge bruiksfase. “Bedrijven hebben ingeschreven met CO2-Prestatieladder niveau 5 met als doel mini
Dirk Jan Heuvel werkt als projectleider infra van Dura Vermeer bij De Groene Boog. Tijdens het congres vertelde hij dat naast duurzaamheid ook het beperken van verkeershinder een belangrijk
Onder in de prefabzone maken vlechters de wapening, in het midden de bekistingszone waar het beton wordt gestort en daarna de ‘curing’ zone, waar de afwer king van het segment plaatsvindt.
Foto: Topview Luchtfotografie
Anker is bij het project betrokken voor een groot aantal uitvoerende klussen rond het tracé.
‘ZONNEPANELEN
WEKKEN OP JAARBASIS ALLE BENODIGDE ELEKTRICITEIT OP, WAARDOOR TUNNEL EN TRACÉ
ENERGIENEUTRAAL ZIJN’
onderdeel van het project is. De bouw van de via ducten over het Terbregseplein vormt hiervan een mooi voorbeeld. De Groene Boog schuift dit viaduct in elementen over het Terbregseplein met behulp van de Incremental Launching Me thod (ILM). De bouwcombinatie realiseert het vi aduct in modules en trekt die per segment met behulp van de zogenaamde lanceerneus naar vo ren. Deze neus zorgt ervoor dat het segment recht op de pijler schuift en niet doorbuigt. Een ander groot voordeel van deze werkwijze is het werken op een gecontroleerde en veilige bouwplaats.
NAAR CO2-PRESTATIELADDER
De Groene Boog huurt Cumela-lid Anker Grond verzet BV in als onderaannemer voor allerhande werkzaamheden rondom de bouwkuipen. Koen Schoemaker, een van de eigenaren van Anker Grondverzet, gaf een inkijkje in de werkzaamhe den die het bedrijf voor de A16 Rotterdam uit voert en welke rol duurzaamheid daarin speelt. “Wij houden het bouwterrein schoon, leggen slipdepots aan, graven sleuven om het grondwa ter af te voeren en houden de pompinstallaties gangbaar”, vertelde hij. “Elke dag werken er vijf tot tien graafmachines inclusief bemanning op het project.”
Anker Grondverzet startte het duurzaam werken met een overschot aan schoon afvalhout. In het kader van ‘weggooien is zonde’ sloot het bedrijf een houtkachel aan op het verwarmingsnetwerk van de loods (dat is gekeurd op de huidige uit stootnormen). Later kwamen daar ledverlichting, zonnepanelen, twee elektrische heftrucks en een elektrische auto bij. De auto bevalt zo goed dat inmiddels een tweede is besteld. Ook is Anker heel tevreden over een elektrische mobiele kraan die speciaal voor het project is aangeschaft. Duurzaamheid begon bij het bedrijf ooit als kos tenbesparing, maar heeft zich nu ontwikkeld tot het behalen van de CO2-Prestatieladder niveau 3.
DUURZAAMHEIDSMAATREGELEN
De leden van het sectorinitiatief kregen de vraag met welke duurzaamheidsmaatregelen ze de grootste milieuwinst denken te behalen. Enkele ideeën die de komende jaren zeker uitvoering zullen krijgen, zijn brandstof, bewustwording, lo kaal aanbesteden, meer samenwerken tussen opdrachtgever en opdrachtnemer, meer recy cling, gebruik maken van andere materialen en niet alles willen.
Het tweede deel van het jaarcongres bestond uit een rondleiding in het bezoekerscentrum Expo A16 Rotterdam en een rit per bus over het tracé van het project, om zo met eigen ogen te zien hoe de sprekers hun doelstellingen in de praktijk realiseren.
WAT IS HET SECTORINITIATIEF STUREN OP CO2?
Bedrijven die gecertificeerd zijn of bezig zijn met certificering voor de norm CO2-Prestatieladder dienen deel te nemen aan een branche- of sectorinitiatief. Zo wisselen ze gestructureerd en actief met andere be drijven kennis uit over de beperking van de CO₂-uitstoot. Cumela is in 2014 gestart met het sectorinitiatief Sturen op CO2 en organiseert jaar lijks twee workshops en een jaarcongres. In 2014 werd begonnen met 42 bedrijven en inmiddels hebben zich ruim 170 bedrijven aangesloten. Wil je meer informatie of lid worden van dit sectorinitiatief? Stuur dan een e-mail naar training@cumela.nl.
PROJECT A16 ROTTERDAM DOOR BOUWCONSORTIUM DE GROENE BOOG
Bouwcombinatie De Groene Boog, bestaande uit Besix, Dura Vermeer, Van Oord en de TBI-bedrijven Croonwolter&dros en Mobilis, realiseert in opdracht van Rijkswaterstaat de A16 Rotterdam, een verbinding tussen de A20 bij het Terbregseplein en de A13 bij Rotterdam The Hague Air port. Het consortium verlengt de bestaande A16 met elf kilometer aan de noordrand van Rotterdam met onder andere een viaduct over het Terbregseplein, een tunnel van 2,2 kilometer onder het lage Bergse Bos, verschillende viaducten over onder andere de Hogesnelheidslijn en RandstadRail en aansluitingen op de N471, de Ankie Verbeek-Ohrlaan en het Terbregseplein. Verkeer op de A13, de A20 en omliggende lokale wegen kan door de nieuwe verbinding straks beter doorrijden.
Nieuwe registratie moet fraude tegengaan
Tekst en foto’s: Hero Dijkema, beleidsmedewerker verkeer en vervoer
VRACHTWAGENS, TREKKERS EN CHAUFFEURS REGISTREREN BIJ DE NIWO
Uiterlijk begin volgend jaar moeten bedrijven met een Eurovergunning hun vrachtwagens, landbouwtrekkers en chauffeurs registreren in het online-voertuigregister van de NIWO (Nationale en Internationale Wegvervoer Organisatie). Sinds mei is dit register open en kunnen Nederlandse ondernemers daar nu al vrijwillig hun gegevens vastleggen. Wel zijn er nog een paar hobbels, waar we nog aan werken.
Ook gehuurde voertuigen die voor beroepsvervoer worden ingezet, dienen in het voertuigregister te worden opgenomen. Het voertuigregister is zo ontworpen dat je de voertuigen gemakkelijk kunt aan- en afmelden. Dat kan zelfs gaan om een aan melding van een voertuig voor een enkele dag. Het papieren vergunningbewijs blijft wel bestaan en er komt ook geen kenteken van het voertuig op te staan. Het kenteken van het voertuig wordt niet gekoppeld aan het vergunningbewijs. Tijdens het transport dient op elk voertuig een vergun ningbewijs aanwezig te zijn. Controle op de voer tuigen vindt straks plaats via het voertuigregister.
WERKNEMERS EN CHAUFFEURS
De registratie van voertuigen en chauffeurs vloeit voort uit de invoering van het Europese mobili teitspakket. Het doel is om fraude in het beroeps vervoer tegen te gaan. Door de voertuigregistratie kan worden vastgesteld dat er tegenover elk Eu rovergunningbewijs een voertuig staat waarmee beroepsvervoer wordt verricht. Ook moeten er voldoende chauffeurs in dienst zijn tegenover het afgegeven aantal Eurovergunningbewijzen.
VOERTUIGREGISTER
‘OOK VAN LANDBOUWTREKKERS
DIE WORDEN INGEZET VOOR BEROEPSVERVOER MOETEN DE KENTEKENS WORDEN VASTGELEGD.’
Vanaf 11 mei 2022 is het mogelijk om in het voer tuigregister van de NIWO het aantal voertuigen waarmee beroepsvervoer wordt verricht te regis treren. Van de voertuigen dienen de kentekens te worden vastgelegd. Dat geldt niet alleen voor vrachtauto’s, maar ook voor landbouwtrekkers die met gronddumpers worden ingezet voor beroeps vervoer. Je kunt niet meer voertuigen invoeren dan het aantal Eurovergunningbewijzen dat door de NIWO is afgegeven. Heb je meer voertuigen waarmee beroepsvervoer wordt gedaan dan het aantal Eurovergunningbewijzen, dan moet je eerst meer Eurovergunningbewijzen aanvragen.
In het register moet je ook het totale aantal werk nemers en chauffeurs in dienst van de onderne ming registreren. Het aantal werknemers en chauffeurs per 31 december dient jaarlijks te worden opgegeven. Deze opgave moet uiterlijk op 31 januari zijn gedaan. Als je geen werkne mers in dienst hebt, geef je als aantal nul op.
NOG NIET VERPLICHT
Het invullen van het voertuigregister is nu nog niet verplicht, maar wordt dat eind 2022 of begin 2023 wel op het moment dat de nieuwe Wet wegvervoer goederen (Wwg) en de Beleidsregel vergunningverlening van de NIWO in werking treden. Het niet invullen van het voertuigregister kan dan grote gevolgen hebben. In het ergste ge val kan het leiden tot het intrekken van de Eu rovergunning. Daarom adviseert de NIWO om het voertuigregister nu al in te vullen om hiermee ervaring op te doen. Op het moment van inwer kingtreding hoef je de voertuiggegevens alleen maar te updaten.
EHERKENNING NIVEAU 3
Het voertuigregister kan alleen digitaal worden ingevuld via ondernemersloket.niwo.nl (ga onder
‘IN HET REGISTER MOET JE OOK HET TOTALE AANTAL WERKNEMERS EN CHAUFFEURS IN DIENST VAN DE ONDERNEMING REGISTREREN’
‘ALS ER MEER EUROVERGUNNINGBEWIJZEN ZIJN DAN ER CHAUFFEURS BESCHIKBAAR ZIJN, IS HET BELANGRIJK OM DIT DIRECT AAN TE GEVEN’
‘Producten’ naar ‘Voertuigregistratie’). Inloggen kan alleen met eHerkenning niveau 3. Als je die nog niet hebt, moet je die eerst aanvragen bij een erkende leverancier van eHerkenning. De erkende leveranciers vind je via eherkenning.nl.
KNELPUNTEN CUMELAONDERNEMERS
De meeste leden van Cumela zijn geen fulltime transportbedrijven, maar hier worden de vracht auto’s en landbouwtrekkers afwisselend voor be roepsvervoer en voor eigen vervoer gebruikt. Tegenover het aantal afgegeven Eurovergunning bewijzen staan altijd voldoende vrachtauto’s of landbouwtrekkers. Bij beroepstransport met trekkers is feitelijk het aantal aanhangwagens bepalend voor het aantal benodigde Eurovergun ningbewijzen, al kun je er wel meer aanvragen. Dit geeft ruimte om met de beschikbare trekkers te wisselen bij gebruik voor gronddumpers. Het aantal trekkers en het aantal aanhangwagens moet wel enigszins in verhouding zijn, bijvoor beeld vijf vergunningbewijzen voor vijf trekkers als je drie aanhangwagens hebt. Je moet dus geen tien vergunningbewijzen en tien trekkers registreren als er maar één aanhangwagen is. Aan de eis dat het aantal chauffeurs minimaal gelijk moet zijn aan het aantal Eurovergunning bewijzen is in de praktijk echter lastiger te vol doen. In onze sector is er veelal een minder sterke relatie tussen het aantal vrachtwagens en het aantal chauffeurs. Wel zal er met alle vrachtwa gens op enig moment beroepsvervoer worden gedaan, waardoor er meer vrachtwagens in het voertuigregister worden ingeschreven dan er soms chauffeurs in dienst zijn. Er zijn soms min der chauffeurs met een C(E)-rijbewijs dan er vrachtwagens zijn. Dat komt deels door de hui dige personeelskrapte en doordat vrachtwagens, zoals mesttankauto’s, seizoensmatig worden in gezet en een deel van het jaar stil staan.
VERSCHIL VERKLAREN
Er mag een bepaald verschil zitten tussen het aantal ingevoerde kentekens (voertuigen) en het aantal chauffeurs. Als er meer Eurovergunning bewijzen zijn dan er chauffeurs beschikbaar zijn, is het wel belangrijk om dit direct aan te geven. Dit kan door een verklaring voor het verschil te plaatsen bij het invoeren van het aantal voertui gen en het aantal chauffeurs. Als het verschil te groot is, kan dat ertoe leiden dat de NIWO extra vragen gaat stellen naar de oorzaak ervan. Door dit vooraf aan te geven, kan een dergelijk nader onderzoek door de NIWO worden voorkomen.
WAT IS EEN EUROVERGUNNING
De Eurovergunning wordt door de NIWO afgegeven aan in Neder land gevestigde ondernemers die beroepsvervoer verrichten met één of meer vrachtauto’s met een laadvermogen van meer dan 500 kilo. Onder vrachtauto’s vallen ook landbouwtrekkers met aan hangwagens waarmee beroepsvervoer wordt verricht. Bij het aan vragen van een Eurovergunning dienen nu ook de kentekens van de (trekkende) voertuigen te worden doorgegeven. De NIWO contro leert aan de hand van het kenteken of het laadvermogen van het voertuigen groter is dan 500 kilo. Bij landbouwtrekkers staat er echter geen laadvermogen vermeld in het kentekenregister. De vervoersfunctie van een trekker is er al leen in combinatie met een aanhangwagen voor transport. Cumela heeft aan de NIWO uitgelegd dat een check op het laadvermogen van een trekker niet mogelijk is. Bij een aanvraag of vernieuwing van de Eurovergunning en registratie in het voertuigregister wor den landbouwtrekkers nu direct geaccepteerd. Alleen de kentekens van de landbouwtrekkers moeten worden doorgegeven, niet die van de aanhangwagens.
SERIE:
SERIE
OMGEVINGSWET
Opslaan en composteren van groenafval
Bij het in werking treden van de Omgevingswet worden de regels voor milieubelastende activiteiten opgenomen in het Besluit activiteiten leefomgeving. Om inzichtelijk te maken welke eisen er voor welke activiteiten van toepassing zijn, wordt regelmatig een activiteit in deze serie toegelicht. Dit keer komen de opslag en compostering van groenafval aan bod.
OMGEVINGSWET
De overheid streeft ernaar om op 1 januari 2022 de nieuwe Omgevingswet in werking te laten treden. In aanloop naar die datum gaan we in elke editie van Grondig in op de ontwikkelingen en de bijzon derheden die deze wet met zich meebrengt.
De algemene eisen voor de opslag en het com posteren van groenafval gelden alleen voor drie tot en met 600 kubieke meter groenafval. Let er met name op dat bij het composteren en verklei nen van groenafval dit binnen het bedrijf zelf is ontstaan of van buiten de bedrijfslocatie is mee genomen door eigen werkzaamheden.
In het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) wordt specifiek een onderscheid gemaakt tussen opslaan en composteren. Opslaan is het tijdelijk opslaan van groenafval totdat het wordt afge voerd. Composteren is het omzetten van groen afval zodat het als meststof kan worden gebruikt. Het composteren heeft een doorlooptijd van en kele maanden, waarbij de composteringshoop regelmatig wordt omgezet.
DE EISEN UIT HET BAL ZIJN ER MET NAME OP GERICHT OM EFFECTEN NAAR DE BODEM EN HET (GROND)WATER TE VOORKOMEN.
De eisen uit het Bal zijn er met name op gericht om effecten naar de bodem en het (grond)water te voorkomen. De bestaande eisen om geurhin der te voorkomen, zijn niet in het Bal opgenomen. Deze komen terug in het omgevingsplan van de gemeente.
BODEM
In principe moeten alle vloeistoffen die vrijkomen bij een opslag langer dan veertien dagen worden opgevangen. Dit kan met een aparte opslagvoor ziening of het verdiept uitvoeren van de opslag voorziening. Door het toepassen van een beton- of asfaltvloer is er sprake van een aaneen gesloten bodemvoorziening. Wanneer groenafval korter dan een half jaar wordt opgeslagen, mag dit gebeuren op een absorberende laag als de opslag is beschermd tegen inregenen met een zeil of overkapping. De absorberende laag voor
komt dat er vloeistoffen uit het groenafval in de bodem komen. Voor een composteringshoop is geen bodemvoorziening nodig. Om uitspoeling van vermestende stoffen naar de bodem te voor komen, moet de composteringshoop van 1 no vember tot 1 maart worden afgedekt.
Bij het composteren van groenafval zal in de praktijk, in combinatie met de bodemvoorschrif ten, weinig afvalwater ontstaan. Dit mag op de bodem worden geloosd. Het afvalwater van de opslag van groenafval moet gelijkmatig over landbouwgrond worden verspreid of moet op het vuilwaterriool worden geloosd.
MVERGUNNINGPLICHT
Voor een aantal activiteiten geldt dat een ver gunningplicht van toepassing is. In deze gevallen vervallen de algemene eisen uit het Bal. De ver gunningplicht geldt:
• bij het verkleinen of composteren van groenaf val dat is ingezameld van derden;
• wanneer het groenafval moet worden gezien als gevaarlijk afval.
Bij een situatie waarbij wel groenafval van der den wordt ingezameld en de opslag maximaal 600 kubieke meter bedraagt, is geen vergunning plicht van toepassing voor zover het alleen gaat om de opslag van het groenafval.
GOED NAKIJKEN
Ben je als bedrijf bezig met het opslaan of com posteren van groenafval, kijk dan nog even goed of de komst van de Omgevingswet en de alge mene eisen uit het Bal impact hebben op de hui dige bedrijfsvoering. Is in de huidige situatie sprake van vergunningplicht, dan verandert er niets en blijven de bestaande regels uit de ver gunning van toepassing. Door aan de eisen te voldoen, voorkom je acties door handhaving en bespaar je tijd en/of investeringen om proble men op te lossen.
TIJDELIJKE OPSLAG VAN GROND
Wanneer mag je op eigen bedrijf opslaan?
Bij grondwerken komen vaak grondstromen vrij die niet direct toepasbaar zijn op het werk zelf, in een ander werk of op een andere locatie. Die grondstromen moeten dan naar een depot of locatie voor opslag, oftewel een tijdelijke opslag. Wat mag je dan opslaan en welke regels gelden daarvoor?
‘BIJ TIJDELIJKE
OPSLAG IS HET
HEEL BELANGRIJK
OM PARTIJEN GESCHEIDEN TE HOUDEN’
Wanneer een werk in uitvoering is en de grond die vrijkomt weer wordt teruggebracht op het zelfde werk en onder dezelfde condities noemen we dit ‘tijdelijke uitname’. Hiervoor is geen mel ding bij het Meldpunt bodemkwaliteit nodig. Ook is het niet nodig om de kwaliteit van de grond te laten onderzoeken. Daarbij geldt echter wel een zorgplicht. Wanneer verontreiniging wordt aangetroffen of verwacht, is namelijk wel nader onderzoek nodig. Bij tijdelijke uitname kan de grond worden getransporteerd. Kan dit bin nen de grenzen van het werk en niet over de openbare weg, dan is er geen begeleidingsbrief nodig. Gaat het vervoer wel over de openbare weg (bijvoorbeeld naar de eigen bedrijfslocatie), dan is zo’n begeleidingsbrief wel nodig. De opslag van grond mag zo lang duren als de looptijd van het werk is.
KORTDURENDE OPSLAG
Wanneer grond bij een werk vrijkomt en de eind bestemming van die grond (nog) niet bekend is, zal die grond in tijdelijke opslag worden gebracht. Hiervoor gelden een aantal regels. Voor kortdu rende opslag - dat is minder dan zes maandenvan grond op de eigen bedrijfslocatie moet je een melding doen bij het Meldpunt bodemkwaliteit. Ook moet de opslag van grond toegestaan zijn binnen de inrichting en zijn de voorwaarden uit het bestemmingsplan van toepassing. Voor de melding van de opslag is het noodzakelijk om te weten welke kwaliteit de grond heeft. Krijgt de grond daarna een eindbestemming, dan is weer een toepassingsmelding bij het Meldpunt nodig. Als de grond buiten een inrichting wordt opgesla gen, geldt ook de meldplicht en ook hier kunnen
NUTTIGE WEBSITES
• www.bodemplus.nl/onderwerpen/wet-regelgeving/bbk/ vragen/grond-bagger-top/faq/welke-voorwaarden
• www.bodemplus.nl/onderwerpen/wet-regelgeving/ bbk/@130765/handvat-opslag-grond-baggerspecie
voorwaarden uit het bestemmingsplan van toe passing zijn. Ook moet de kwaliteit van de partij grond voldoen aan de kwaliteitsklasse van de ontvangende bodem. Grond die is verontreinigd boven de interventiewaarde mag nooit in kortdu rende opslag.
TIJDELIJKE OPSLAG Opslag die maximaal drie jaar duurt, noemen we tijdelijke opslag. Voor tijdelijke opslag gelden in basis dezelfde regels als voor kortdurende opslag, mits de eindbestemming bekend is. Daarvoor volstaan meldingen bij het Meldpunt bodem kwaliteit. Wanneer er nog geen eindbestemming bekend is, moet een omgevingsvergunning wor den aangevraagd
NIET SAMENVOEGEN
Het is heel belangrijk om partijen in tijdelijke op slag goed gescheiden te houden. Samenvoegen is namelijk alleen toegestaan door gecertificeerde grondbanken. Ook is het goed bijhouden van de administratie die bij een partij hoort van belang. Zo kunnen bij een controle de herkomst en de kwaliteit snel worden aangetoond. In de E-learn ing Grond en Bagger, die kosteloos is te volgen, staat meer informatie over deze onderwerpen. Op de website van Bodem+ is een handvat met betrekking tot tijdelijke uitname te vinden en meer informatie over tijdelijke opslag.
Tekst: Gerben Zijlstra, beleidsmedewerker bodem Foto: Cumela Communicatie
Bij klachten als verkoudheid of keelpijn moet je als medewerker een zelftest doen of je bij de GGD laten testen. Als de uitslag positief is, ga je direct in isolatie thuis. Dit doe je ook als je een boosterprik of eerdere vaccinaties tegen corona hebt gehad. Door in isolatie te gaan, besmet je geen huisgenoten of andere per sonen. Hoe lang je in isolatie moet, hangt af van een aantal factoren. Kijk hiervoor op de website van de rijksoverheid: www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/ coronavirus-covid-19/thuisquarantaine/in-isolatiena-positieve-test. Je hoeft niet in quarantaine als je in de buurt was van iemand met corona. Het is wel be langrijk om na contact met een positief getest per soon extra alert te zijn op klachten, direct te testen bij klachten en contact met kwetsbaren tot tien dagen na het contact met de positieve persoon te vermijden.
Vincent Tijms, OndernemerslijnOMA: STILLE KRACHT ACHTER VROUWELIJKE LEIDERS
Ik las laatst een artikeltje in de nieuwsbrief van Hoge school Windesheim waaruit blijkt dat leiders van fami liebedrijven steeds vaker succesvolle vrouwen zijn. Een groep onderzoekers interviewde in 13 landen 46 vrou welijke leiders van familiebedrijven en onderzocht wat deze vrouwen naar de top bracht. Daaruit blijkt dat één specifiek familielid belangrijk is, namelijk oma! De onderzoekers concluderen dat de opvoeding van de meeste vrouwen niet zoveel verschilde met die van hun broers. Meestal waren de vrouwen wel ho ger opgeleid. De verschillen in de opvoeding kwamen meer naar voren door het verschil in karakters, voor keuren en interesses.
De dochters vertelden geen druk te hebben gevoeld om het familiebedrijf over te nemen, terwijl de zoon dit gevoel vaak wel heeft. De dochters hadden ook vaak eerst succesvolle ervaringen opgedaan bij an dere ondernemingen. Het buiten de deur werken met de voeten in de klei werd niet alleen gestimuleerd door de ouders, maar ook door oma, zo gaven ze aan!
Stel je vraag aan de medewerkers van de Cumela Ondernemerslijn via telefoonnummer (033) 247 49 99 of het e-mailadres ondernemerslijn@cumela.nl
Oma blijkt al vanaf jonge leeftijd een belangrijke rol gespeeld te hebben in de levens van deze succesvolle vrouwen. Naast natuurlijk ouders, coaching en net werken met andere vrouwelijke ondernemers.
Oma speelt waarschijnlijk een belangrijke rol omdat zij beiden, de oma en kleindochter, te maken hebben met het runnen van een bedrijf door hun kinderen of ou ders. Ze begrijpen allebei de uitdagingen die deze func tie met zich meebrengt, of dat nu minder familietijd is of de lange werkdagen. De oma herkende de proble men en dat schiep vaak een speciale en sterke band. Ook leken de oma’s wat meer ondersteunend richting de kleindochters dan hun eigen moeders, wellicht juist omdat zij vaak worden ingeschakeld als oppas.
Oma’s worden dus vaak gezien als sterke rolmodel len. De meeste vrouwen waren daarom dankbaar voor de eerdere generaties en wat ze hebben bereikt en konden daarop voortbouwen.
Na het lezen van dit artikeltje dacht ik aan alle vrou welijke ondernemers die succes hebben in de cume lasector. Ik ben benieuwd of zij hun oma ook als rolmodel hebben gezien. Een mooi gespreksonder werp voor de volgende Cumela Vrouwendagen.
Irma Gottenbos bedrijvenadviseurWe zien dat het aantal coronabesmettingen weer flink toeneemt en dat merken we ook aan de Ondernemerslijn. We krijgen weer steeds meer vragen over corona.
Daarom: wat zijn momenteel de regels?