Private Equity
OVERNAMES MET GELEEND GELD VERDER BEPERKT ‘Gerechtshof brengt klap toe aan verdienmodel van private equity’, kopte Het Financieele Dagblad onlangs. Is het einde van de ‘leveraged buyout’ in zicht? TEKST JAN BLETZ
I
n de afgelopen jaren zijn veel wetten en regels geïntroduceerd die het gebruik van aandeelhoudersleningen om overnames te financieren fiscaal minder aantrekkelijk hebben gemaakt. Zo is de totale fiscale aftrek van rentekosten nu maximaal 30 procent van het bruto bedrijfsresultaat (EBITDA), en is aftrek niet langer mogelijk als de leningverstrekker gebruik heeft gemaakt van een zogenoemde hybride lening. En onlangs oordeelde het Gerechtshof Amsterdam dat koffieautomatenexploitant Autobar zijn winstbelasting niet met tientallen miljoenen renteaftrek omlaag mocht brengen nadat het bedrijf met geleend geld was overgenomen door CVC Capital Partners. Wat is de reikwijdte van die uitspraak?
36 | MenA.nl
"Money for nothing and the chicks for free", schrijft journalist Stefan Vermeulen in zijn boek HEMA. De onwaarschijnlijke ontsnapping van een nationaal icoon, over overnames met geleend geld. Of liever gezegd over de 'leveraged buyout', zoals uitgevonden door de financial engineers van KKR aan het einde van de jaren zeventig. Het principe van een leveraged buyout en andere overnames met geleend geld is simpel. Een investeringsfonds dat zich wil inkopen in een bedrijf, leent het overgrote deel van het geld dat daarvoor nodig is. Dat levert uiteraard een schuld op, die moet worden terugbetaald. De schuld komt voor rekening van het overgenomen bedrijf. De rentelas-
ten die het bedrijf moet betalen kan het in mindering brengen op de winst. In feite financiert het bedrijf zijn eigen overname grotendeels tegen fiscaal gunstige voorwaarden. Tenminste zolang er genoeg geld binnenkomt om rente en aflossing te betalen. Zodra het
Het verdienmodel van private equity is zeker niet gebaseerd op de fiscale aftrekbaarheid van rentekosten.