Coachlink Magazine 17: Schaamte

Page 1

Coachlinkmagazine voorja ar s e d i t i e , j u n i 2022, n u m m e r 17

Schaamte

Frans Schalkwijk over ruimte scheppen om met mildheid in het leven te staan

Marjon Bohré Perfectionisme en je uiterste best doen zijn twee totaal verschillende dingen


Inzicht in effectiviteit van coaching met de NOBCO Coaching Monitor! C

e ag r ort ito pp n ra Mo ld ee ing orb ch Vo oa

Rapportage coachtraject

Jager

Support

JC 020

Vertrouwelijk C oaching

8. Psychologische basisbehoeftes Autonomie De vrijheid en bevoegdheid om zelf te kunnen handelen.

C oaching

Supportcoaching 020 Coach JP. Janszen

Meting

21

Verbondenheid Het gevoel veilig en hecht contact te hebben met anderen om ons heen.

49

-

2

35 -

3 4

Competentie Het benutten van zijn of haar eigen capaciteiten en effectief te zijn in de interacties met de buitenwereld.

Resultaat meting

Score

1

min. score 7 0%

max. score 49 100%

min. score 7 0%

max. score 49 100%

min. score 7 0%

max. score 49 100%

21

28

1

1

2

3

4

1

2

3

4

1

2

3

4

49

-

2

34 -

3 4

1

28

15

2

49

39 -

3 4

15

Toelichting: Elk mens streeft er naar om de eigen psychologische basisbehoeftes te vervullen. Hoe hoger de score op een basisbehoefte, des te meer deze is vervuld. Deze vragenlijst is op meetmoment 1 en 3 afgenomen.

9. Evaluatie door cliënt

Rapportage coachtraject de heer P.R. de Jong Periode september 2014 – maart 2015

Jager

Support

JC 020 C oaching

Support Coaching 020 Coach JP. Janszen

C oaching

Antwoord

1. Ik had twijfels over wat we probeerden te bereiken.

Neutraal

2. Mijn coach en ik hebben een goed inzicht ontwikkeld in het soort veranderingen dat goed voor mij zou zijn.

Enigszins eens

3. Er was overeenstemming tussen mij en mijn coach over wat voor mij belangrijk was om aan te werken.

eens

4. Ik kon in grote mate zelfstandig bepalen hoe mijn coachtraject zou verlopen.

eens

5. Ik was zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de bijeenkomsten tijdens de coaching.

zeer mee eens

6. Ik had veel vrijheid om invulling te geven aan het traject.

eens

7. In mijn coachtraject was ik zelf de baas.

eens

8. Mijn coach heeft mij goed geholpen mijn doelen vorm te geven.

zeer mee eens

9. Door de hulp van mijn coach werden mijn doelen gedurende het traject steeds duidelijker.

zeer mee eens

10. Ik geef het totale coachtraject het eindcijfer (op een schaal van 1 tot 10)

8

11. Ik geef mijn coach het rapportcijfer (op een schaal van 1 tot 10)

8,5

Vertrouwelijk

Dit document is gegenereerd via de Coaching Monitor, een instrument van de Nederlandse Orde van Beroepscoaches | www.nobco.nl

9/10

Vraagt jouw opdrachtgever steeds vaker naar het rendement van jouw coachtrajecten? Streef jij continu naar kwaliteitsverbetering? De NOBCO Coaching Monitor helpt om je coachtrajecten objectief en eenvoudig te evalueren! Want de Coaching Monitor: • geeft inzicht in de voortgang van een coachtraject • biedt de mogelijkheid om tijdig bij te sturen • biedt 360-graden feedback en peer-evaluaties • levert een visuele eindrapportage van de behaalde resultaten • is eenvoudig in gebruik, goed beveiligd en 24/7 online beschikbaar En weet je dat NOBCO-coaches gratis toegang hebben tot deze professionele tool? Voor meer info of aanmelden: www.nobco.nl/caochingmonitor


Editorial Het staat er echt, naast het fietspad langs het Amsterdam-Rijnkanaal tussen Utrecht en Houten. Een blauw verkeersbord met het opschrift Zangfietspad. ‘Hier mag je officieel (mee)zingen op de fiets! Geen vreemde pauzes meer in je liedje omdat er iemand langs fietst!’ Ik vind het een heerlijk bordje. Niet alleen omdat het een glimlach op mijn gezicht tovert, maar ook omdat het zo herkenbaar is. Zingen op de fiets is iets wat ik maar al te graag doe, hard tegen de wind in bijvoorbeeld, of lekker galmend in een tunneltje. En, zoals het bordje al zegt, je zult altijd zien dat er dan net iemand langsfietst, waardoor ik dan toch ineens veins alsof ik hier gewoon in alle stilte fietste. Net als alle anderen. Schaamte is een sociaal fenomeen, dat is iets waar veel auteurs in dit magazine op wijzen. En het speelt een grote rol in de coachruimte. Hoe vervelend het ook kan zijn om te voelen dat je hoofd zo rood als een boei wordt, of dat iedereen naar je kijkt (en dat dan niet op een goede manier), het fenomeen heeft ons ook veel te vertellen en te leren. Genoeg voer voor reflectie dus ook weer in dit nieuwe nummer van Coachlink Magazine. marloes van beersum hoofdredacteur

Ook eens lekker schaamteloos uit je dak gaan op een Zangfietspad? De Fietsersbond plaatste ze op initiatief van bedenker en kunstenares Mapije de Wit inmiddels in Dongenvaart, Drimmelen, Almere, Amstelveen, Langsingerland, Zoetermeer, Leiden, Hierden en Houten.

coachlink magazine

•1


Inhoud Interviews

Artikelen 8

riendschap sluiten met V je innerlijke criticus

14 De vetkaars Gea Koren

Frans Schalkwijk over hoe schaamte en schuld ons bij de les houden

20 Nee, kijk maar niet op mijn website …

66 Schaamte is een

hardvochtige tool

Marjon Bohré over met compassie naar jezelf kijken

Petra de Krom

23 Leer omgaan

met schaamte Frank Deuring

28 Schaamte als geschenk in coaching

Marlies Jellema

Rubrieken 7 Hoe ik coach werd Jan Jaap Verolme 19 Het nachtkastje van Bertram Ramspeck

Het weekendgevoel van Divera van der Elst Boek

47, 58

2 • coachlink

magazine

53 De coachstijl van Riet Fiddelaers-Jaspers 65 De coachplek van Wassili Zafiris 72 De favoriete werkvorm van Lilian Dekkers

41


34 Van savanne naar

54 De gelaagdheid

studeerkamer

van schaamte Tineke Mulder

38 De schaamte niet voorbij

Marijke van Dusseldorp

60 Schaamte op de werkvloer:

de invloed van management en meritocratie

Patrick Heller

42

Angela Stoof

Wat zullen ze wel niet van me denken?

74 Schaamte

Marja Postema

Marianne van Velzen

48 De innerlijke criticus bestaat niet Bas Snippert

Columns Monique Verhoeven

59 Paula Kolthoff 71 Yvonne Toeset

En verder 33

Wie werkten mee Colofon

6

4

coachlink magazine

•3


Wie werkten mee

Frank Deuring is oprichter van de FoutenFabriek en heeft zich sinds 2013 maniakaal ondergedompeld in het leren van fouten binnen organisaties. Hij heeft duizenden mensen geïnspireerd met zijn lezingen en gastcolleges bij ministeries, banken, ziekenhuizen, universiteiten en het mkb. > 23

Marijke van Dusseldorp ondersteunt introverte mensen bij hun persoonlijke ontwikkeling en het vergroten van hun persoonlijke effectiviteit. Voordat ze in 2011 haar bedrijf Mimicri training oprichtte, werkte ze als docent en onderzoeker bij universiteiten en als teamleider bij TNO. > 54

Patrick Heller helpt als agile coach organisaties vlotter te worden door op een geheel eigen, rustgevende wijze teams, managers en coaches boven zichzelf uit te laten stijgen. www.linkedin.com/in/patrickheller > 38

Marlies Jellema is werkgelukdeskundige en richt zich vooral op werkgerelateerde hulpvragen op het gebied van leersupervisie, coaching, intervisie, teamcoaching, organisatiecoaching, positieve psychologie, acceptance and commitment en motiverende gespreksvoering. > 28

Gea Koren richt zich vooral op werkgerelateerde hulpvragen op het gebied van zelfkennis, talentontwikkeling, loopbaan-, stress en burn-outcoaching. Daarnaast begeleidt zij teamreflecties en geeft ze natuurlijk workshops en trainingen over narratief coachen voor coaches. > 15

Petra de Krom helpt als Branding Componist coaches, experts en multitalenten om vanuit hun unieke persoonlijkheid aan een topbrand te bouwen. Van alle losse puzzelstukjes componeert zij een stralend merk dat 100% matcht met wie jij bent en waar je voor staat. www.petradekrom.nl > 21

4 • coachlink

magazine


Tineke Mulder woont in Washington D.C. en is in de VS en in Nederland actief als online coach, Nederlands- en Engelstalig. Haar focus ligt op burn-outpreventie en loopbaancoaching. www.brightnowcoach.com > 34

Marja Postema is de oprichter van de Emotionele Intelligentie Academie. Zij heeft meer dan 25 jaar ervaring in het begeleiden en trainen van particulieren en professionals. Zij is auteur van de boeken Emoties wat moet ik ermee? en ABC van 15 emoties. Ze geeft de geaccrediteerde opleiding Emotioneel Meesterschap aan professionals. www.omgaanmetemoties.nl > 42

Angela Stoof is eigenaar en oprichter van De Milde Organisatie, een kennis- en expertisecentrum op het gebied van de menselijke maat en systeemverandering in organisaties. Ze werkt onder andere als coach, onderzoeker en docent. www.demildeorganisatie.nl > 60

Marianne van Velzen is coach, trainer én daarnaast Stadsdichter van Leiden. Ze schrijft gedichten over wat haar raakt tijdens haar werk en in het dagelijkse leven. Met haar gedichten wil zij mensen graag van een andere kant naar zaken laten kijken en hen op een positieve manier verwonderen. > 74

Bas Snippert is als stress- en vitaliteitexpert werkzaam bij het Nederlands Expertisecentrum Vitaliteit en vanuit zijn praktijk Optimize Me als coach, counselor en trainer. In De Vitaliteitrevolutie beschrijft hij zijn biopsychosociale aanpak om mensen van stress naar vitaliteit te bewegen. > 48

En verder ... Margarita Bernal Marjon Bohré Lilian Dekkers Divera van der Elst Riet Fiddelaers-Jaspers Nicoline van der Heijden

Paula Kolthoff Suzanne van Leeuwen-Monteiro Bertram Ramspeck Frans Schalkwijk Carla Schellings Rick Smale

Hester Sybrandi Yvonne Toeset Monique Verhoeven Jan Jaap Verolme Wassili Zafiris

coachlink magazine

•5


COLOFON Coachlinkmagazine

Wie werkten mee

a p r i l 2 0 14 , n u m m e r 1

Coachlink Magazine is een uitgave van Coachlink/ Boom uitgevers Amsterdam. Hoofdredactie Marloes van Beersum

UITBLINKEN!

Eindredactie Sandra Buijel en Wieke Oosthoek

Uitblinken!

Rubrieken Nienke van Oeveren Het is de klik, Op vol vermogen ‘Je bent een Vormgeving stupid! al je talenten kleine prutser, Andre Klijsen, Villa Y aanzetten hoor ik dan’

Boom uitgevers Amsterdam Postbus 15970 1001 nl Amsterdam www.coachlink.nl info@coachlink.nl @coachlinkNL Adverteren Voor meer informatie over adverteren, kunt u contact opnemen met de uitgeverij via info@coachlink.nl © juni 2022 isbn 9789024438464 issn 2589-4048

Dr. Ad Bergsma is zelfstandig psycholoog, geluksonderzoeker, spreker en schrijver. Hij is coauteur van de boeken Gelukkig werken, Gelukkig voor de klas en Handboek werkgeluk.

Hedda Treffers werkt als eindredacteur bij Uitgeverij De Doelenpers in Alkmaar en als freelance tekstschrijver voor diverse media.

Nienke van Oeveren redigeert vanuit Boek­redactie managementboeken en schrijft voor tijdschriften.

Marloes van Beersum Adjunct-uitgever Boom uitgevers Amsterdam en uitgever Coachlink

Martine Siemons Marketing Boom uitgevers Amsterdam en Coachlink

Wieke Oosthoek Fondsredacteur Boom uitgevers Amsterdam

Sandra Buijel Bureauredacteur Boom uitgevers Amsterdam en redactie Coachlink

Andre Klijsen Vormgever Coachlink Magazine

Overname van artikelen met bronvermelding is toegestaan. Foto’s gebruikt onder licentie van Shutterstock.

Wil je een artikel bijdragen aan de volgende editie van Coachlink Magazine? Mail voor meer informatie naar redactie@coachlink.nl

6 • coachlink

magazine


Het nachtkastje van...

Bertram Ramspeck Van tweestrijd naar harmonie ‘Mijn fascinatie ligt bij de overlapping van ontwikkelingspsychologie, dieptepsychologie, mythologie en betekenisecologie.’ Dit zie je terug in de boeken die Bertram Ramspeck belangrijk vindt en in zijn werk als menstypecoach. Hij helpt anderen om hun zelfinzicht te vergroten en hun tegenstrijdige karaktertrekken paradoxaal te verzoenen, om zo meer levensvreugde en persoonlijke effectiviteit te creëren. ‘Een belangwekkend boek voor mij is Het wiel opnieuw uitvinden. Manfred van Doorn beschrijft welke wetmatigheden, zowel afbrekende als opbouwende, we op onze levensweg tegenkomen. Elke levensfase kent dezelfde subfasen, maar met de bedoeling om op een steeds hoger niveau van bewustzijn uit te komen.’ Problemen helpen juist om onszelf te ontwikkelen. Bertram kijkt graag naar paradoxen: ‘Hoe kunnen we de tegenstrijdigheden in ons paradoxaal verzoenen? Het is belangrijk om de tegendelen te onderkennen die in onze karakterstructuur zitten. Daarover gaat ook het boek dat ik samen met mijn dochter schreef: Trap er niet in! Spiegel jezelf, benut je valkuilen.’ Wanneer je deze paradoxen niet onderkent, heb je een incompleet zelfbeeld en dan is het makkelijk voor je Ego om je levensvreugde en persoonlijke effectiviteit te dwarsbomen, waarschuwt hij. Terwijl we denken dat de ‘omgeving’ de boosdoener is. ‘Eckhart Tolle fileert het Ego in Een nieuwe aarde’, vervolgt Bertram. ‘Het Ego is de oorzaak van alle ellende in de wereld. Het Ego praat ons een negatief zelfbesef aan, dat we op anderen projecteren.’ Het Ego helpt om vorm te geven aan wat nog geen vorm

heeft wanneer we jong zijn, maar rond je veertigste wil je dat hij van een overheerser een dienaar wordt, legt hij uit. ‘Als iedereen dit boek zou lezen, zou de wereld er harmonieuzer uitzien.’ Want het Ego is paradoxaal genoeg óók de weg tot oplossing van de ellende op aarde. Een ongelofelijk belangrijke leermeester voor de menstypecoach is filosoof en psychotherapeut Paul Watzlawick. ‘Je moet wel zeer wakker zijn om een boek als Het kan anders te lezen’, lacht Bertram. ‘Het is zo ongelofelijk ingewikkeld; het gaat over het echt oplossen van menselijke problemen in psychotherapie en coaching. Ook hierbij kun je de paradox gebruiken om tot oplos-

‘Het is belangrijk de tegendelen te onderkennen die in onze karakterstructuur zitten.’

singen te komen.’ De voorbeelden verduidelijken veel, bijvoorbeeld over een man die het warenhuis niet in durfde omdat hij daar flauwgevallen was. ‘Loop in het warenhuis tot 1 meter voor je denkt flauw te vallen’, werd zijn opdracht en vervolgens liep hij het hele warenhuis door. ‘Watzlawick laat bovendien met voorbeelden zien hoe vaak we van een moeilijkheid een probleem maken.’ Bertram leest het liefst in de woonkamer of in zijn camper als hij eropuit trekt. Research voor zijn volgende boek doet hij het liefst in zijn werkkamer. Wanneer hij wakker genoeg is, leest hij verder in Is ‘werkelijk’ waar? van Watzlawick. ‘De “zogenaamde” werkelijkheid creëren we door menselijke communicatie. Hierdoor ontstaat er veel miscommunicatie. Watzlawicks boeken zijn hogere wiskunde in de psychotherapie, het vraagt ongelofelijk veel doorzetting om deze te doorgronden. Maar ze zijn net zo interessant en waardevol als ze ingewikkeld zijn.’ (NvO)

coachlink magazine

•7


Interview

foto: ed van rijswijk

Vriendschap sluiten met je innerlijke criticus

8 • coachlink

magazine


‘Zonder schuld en schaamte lukt het niet met jezelf en anderen te leven’, stelt psychotherapeut en bijzonder hoogleraar gewetensontwikkeling Frans Schalkwijk. ‘Bedenk echter dat een mild geweten het meest effectief is.’ Tekst: Ad Bergsma

E

en zeker talent voor schuld en schaamte kan psychoanalyticus Frans Schalkwijk naar eigen zeggen niet ontzegd worden. ‘Veel psychologen specialiseren zich op een terrein dat relevant is voor hun eigen leven. Als jongeman was ik verlegen en sociaal geremd. Ik ging gebukt onder de schaamte dat het niet altijd lukte het goede te denken of te doen. Mijn gedachten hielden me voor dat ik lelijk en slecht was.’ Over welke gedachten het gaat, wil Schalkwijk niet teveel uitweiden. ‘Aan de ene kant zijn dat dingen die ik alleen thuis bespreek, en aan de andere kant is het voor mijn werk als psychotherapeut belangrijk dat mijn cliënten niet denken dat ik precies zo ben als zij. Ik geef daarom een voorbeeld uit mijn studietijd. Voor ik psychologie ging studeren, studeerde ik orgel aan het conservatorium in Arnhem. Dit kwam voort uit mijn religieuze achtergrond. Mijn vader was voorganger in een kleine, protestantse kerkgemeenschap in Zutphen en ik speelde tijdens de diensten op het orgel.’ ‘Tijdens een muziekkamp waar ik een concerto voor orgel en

orkest van Händel speelde, maakte ik kennis met jazzpianisten en die vertelden op welk akkoordenschema ze wilden improviseren. Ik had gelijk mijn oordeel klaar en zei dat het geen mooie combinatie zou zijn. Toen ik naar ze luisterde, bleek dat ik onzin had uitgekraamd. Later, op de fiets terug, vertelden mijn gedachten me dat ik het helemaal verpest had en iedereen zou beseffen dat ik een onwetende sufferd was. Schuld en schaamte waren vaste metgezellen voor mij. En nu soms nog.’ ‘Het overwinnen van de schaamte lukt nu door te accepteren dat ik gewoon net als iedereen af en toe een sufferd ben. Onaangename gedachten horen ook bij mij. Ik lijd daar nu veel minder onder, omdat ik veel beter dan vroeger besef dat het er niet om gaat of ik in gedachten schuldig ben, maar om wat ik daadwerkelijk doe. En nee, dat is niet hetzelfde als het omarmen van negatieve gedachten. Dat is zulke vage prietpraat, daar kan ik niets mee. Het gaat er mij niet om vervelende gedachten zo snel mogelijk los te laten zodat ze verdwijnen, maar om het doorgronden wat het achterliggende patroon is. Waarom zit ik een potje kwaad te wezen op die automobilist voor me?’

Het gaat er niet om of ik in gedachten schuldig ben, maar om wat ik daadwerkelijk doe. Zelfkennis geeft lucht ‘Tijdens mijn werk als psychotherapeut probeer ik niet te luisteren naar de letterlijke klachten van mijn cliënten, maar in plaats daarvan te doorgronden wie de persoon tegenover mij is. Laatst sprak ik iemand die woedend was geworden bij een loket omdat hij besefte dat het de bediende helemaal niet ging om hem als persoon. Die bediende ging beleefd en zakelijk met zijn klacht om en was duidelijk goed opgeleid. Mijn cliënt was echter woedend, omdat hij slechts een nummertje in de rij van klanten was. Voor mij

coachlink magazine

•9


is in zo’n geval niet het incident zelf van belang, maar de beleving erachter. Wat maakt dit duidelijk over de persoon tegenover mij? Zou hij het gedurende zijn leven gemist hebben dat mensen echt naar hem omkeken? Als je zonder het te beseffen met zo’n onbevredigd verlangen rondloopt, kan professionele vriendelijkheid een trigger zijn. Als je beseft dat je eigen geschiedenis je reacties kleurt, geeft dat lucht. Je ontsteekt niet in woede omdat iemand je vriendelijk aankijkt, maar denkt: O ja, daar ga ik weer.’ ‘De ontwikkeling van zelfkennis maakt niet alleen dat je verantwoordelijkheid neemt, waar je daarvoor misschien geneigd was de schuld bij de ander te leggen. Ook kun je soms afrekenen met schaamte, iets wat je veel ziet na misbruik of mishandeling. Sommige slachtoffers hebben de ervaren machteloosheid omgezet in de schaamte dat ze zelf niet de moeite waard zijn. Ze vragen zichzelf af ‘Wat voor iemand ben ik, dat mensen dit met mij kunnen doen?’

Schuld zonder boete

De ontwikkeling van zelfkennis maakt dat je verantwoordelijkheid neemt, waar je daarvoor misschien geneigd was de schuld bij de ander te leggen.

Mensen met stevig narcisme kloppen niet snel aan de deur van de praktijk van Schalkwijk. ‘Omdat ze het lijden niet bewust ervaren, hebben ze ook geen behoefte te genezen van die problematiek. Onder ogen zien dat je in wezen eenzaam met een grandioos zelfbeeld in de wereld staat, is geen prettig vooruitzicht. Als anderen klagen dat ze moeite hebben met jouw zelfgerichte gedrag, dan kun je dat ook voor jezelf simpel uitleggen als hun jaloezie. De zelfreflectie die neurotische piekeraars kan bevrijden, komt simpelweg niet op gang. Zo blijft het narcistische denkpatroon bestaan.’

‘Nee, ik ga dit mechanisme niet illustreren aan de hand van de misstanden bij The Voice of Holland, omdat ik de betrokkenen niet heb gesproken. Ik heb alles van horen zeggen. In mijn eigen praktijk zie ik wel vaak dat slachtoffers van grensoverschrijdend gedrag de schuld bij zichzelf leggen. Het zou niet gebeurd zijn als ze maar duidelijker “Nee” hadden gezegd, niet alleen naar die bijeenkomst waren gegaan of anders hadden gereageerd op dat lollige appje. Ze geven onbewust liever zichzelf de schuld dan te moeten erkennen hoe machteloos ze op dat moment waren. Vaak doen slachtoffers mede door dit beschermingsmechanisme geen aangifte. ‘Ik probeer nu al bijna veertig jaar te begrijpen met welke innerlijke conflicten mensen worstelen. Het is helend als ze hun emotionele beleving niet meer op afstand houden, maar in plaats daarvan kijken naar wat ‘echt’ is gebeurd. Ik help mensen die nog geen vlieg kwaad zouden doen zich te ontworstelen aan schaamte en schuld. In de gesprekken scheppen we samen ruimte om met mildheid voor jezelf in het leven te staan.’ 10 • c o a c h l i n k

magazine

Halverwege zijn carrière, ontwikkelt Schalkwijk ook aandacht voor mensen die juist onbegrensd ruimte innemen, mensen voor wie alleen het eigen ik en wat ze zelf willen telt. In het dagelijks taalgebruik roepen we dan dat dit ‘narcisten’ zijn die zichzelf te gretig etaleren op sociale media, maar voor Schalkwijk is er sprake van een meer diepgravende problematiek. Hij pleit ervoor goed te kijken naar het lijden onder narcisme, zowel voor degene zelf als voor mensen in hun omgeving. ‘Mensen met sterk narcisme zijn niet tot op het bot verwend en zelfgenoegzaam, maar hebben al vroeg geleerd dat ze niet op anderen hoeven te rekenen bij het bevredigen van hun behoeftes en verlangens in relaties. Als reactie daarop klampen ze zich vast aan het idee dat ze aan zichzelf genoeg hebben. Ze kunnen niet uit de voeten met wederkerige interacties met anderen, maar hebben anderen wel nodig om het eigen schijnbaar grandioze, maar in realiteit kwetsbare zelfbeeld te ondersteunen.’

Een soortgelijk probleem ervoer Schalkwijk bij de beoordeling van jonge delinquenten in het kader van pro-Justitia rapportages. ‘Ik had van een collega gehoord dat dit zo’n interessante groep was om mee te werken en zo ben ik in contact gekomen met de forensische setting. En inderdaad vind ik het eindeloos fascinerend dat iemand in staat is een ander in elkaar te slaan of te steken met een mes zonder zich een moment schuldig te voelen en het bij een volgende gelegenheid opnieuw te doen. Zo’n jongen kan tegelijkertijd ook een lieve zoon of broer zijn!’

Delinquentie kan ook een tijdelijke levensfase zijn.


foto: saskia van osnabrugge

Frans Schalkwijk studeerde klinische psychologie aan de Vrije Universiteit te Amsterdam en promoveerde in 1985 aan de Katholieke Universiteit van Leuven. Zijn interesse voor en zijn kennis over de gewetensontwikkeling is ontstaan vanuit zijn werkzaamheid als forensisch rapporteur en als psychoanalyticus. Sinds 1983 heeft Schalkwijk zijn eigen psychotherapiepraktijk. Regel­ matig geeft hij lezingen over uiteenlopende onderwerpen, met als gemeenschappelijke uitgangspunt het menselijke emotionele leven. Frans Schalkwijk is o.a. auteur van de boeken Onvolmaakt tevreden; Omgaan met je innerlijke criticus en Morele ontwikkeling en jeugd­ delinquentie; De mythe van de gewetenloze jongere ontrafeld.

Schalkwijk nuanceert vervolgens het zwarte beeld alsof criminele jongeren gewetenloos zouden zijn en onveranderlijk slecht. ‘Je moet goed beseffen dat criminaliteit door jongeren rond hun zestiende op het hoogst is en voor de meesten vanzelf verdwijnt als ze werk, een woning en een partner hebben. Delinquentie kan ook een tijdelijke levensfase zijn.’ Schalkwijk benadrukt bovendien dat criminaliteit meestal niet uit luxe ontstaat. ‘Een tekortschietend geweten maakt meestal onderdeel uit van een bedreigde ontwikkeling van de jongere. Het zijn levens waarbij alle ongelukken tegelijk gebeuren. Aandacht voor de levensgeschiedenis maakt het criminele gedrag vaak begrijpelijk. De aandacht voor de persoon van de dader geeft bovendien zicht op kwetsbaarheden die nog te herstellen zijn en goede kanten die mogelijk uitgebouwd kunnen worden. De delinquente jongere staat nog maar aan het begin van zijn leven en elke kans op bijsturing zou aangegrepen moeten worden. De pedagogische aanpak staat terecht centraal in het jeugdstrafrecht.’

Gewetensontwikkeling en zelfbewuste emoties ‘Als je naar het geweten kijkt van een jonge dader is het bijvoorbeeld van belang vast te stellen of iemand totaal niet in staat is rekening te houden met anderen. Meestal is dit gebrek aan inleving zichtbaarder als iemand onder invloed is van drank of drugs of te maken heeft met mensen die hij helemaal niet kent. Een andere mogelijkheid is dat het lak hebben

aan regels een onderdeel is van de lokale straatcultuur. In het laatste geval zijn ze loyaal aan de groep. Ze laten zien dat ze zich niets van de maatschappij aantrekken, juist om indruk te maken bij groepsgenoten. Of zoals een jongere het uitdrukte: “Ontkennen is politie jennen, bekennen is politie verwennen”. Natuurlijk zijn criminele gedragingen waarmee anderen geschaad worden laakbaar, maar de meeste jongeren groeien over dit gedrag heen. Zorgelijker is het gedrag van een jongere die zich evenzeer misdraagt, maar zich daarnaast ook niet in de eigen groep kan handhaven, omdat hij zich ook naar hen asociaal gedraagt.’ Geen geweten is zorgelijker dan een selectief geweten. Het geweten wordt vaak voorgesteld als een instantie in ons hoofd dat vertelt wat wel en niet kan. Zo simpel is het volgens Schalkwijk echter niet. ‘Het mannetje dat je dingen zou influisteren bestaat niet en zijn boodschap zou ook sterk afhankelijk van de omstandigheden zijn. Als ik zelf op een dijkje wandel, erger ik me wild aan de wielrenners die veel te hard willen doorrijden. Als ik echter op hetzelfde dijkje fiets, dan zijn die slome wandelaars een doorn in mijn oog. De veroordeling ligt klaar in mijn gedachten, maar als ik zou gaan schelden dan verlaag ik mij tot iemand die ik niet wil zijn. Ik zou me dood schamen. Zelfbewuste emoties zoals schuld en schaamte maken dat ik vriendelijk een belletje laat klinken en dan rustig passeer, of opzij stap voor een groepje wielrenners.’ ‘Schuld en schaamte zijn een wezenlijk onderdeel van het geweten en daarmee essentieel voor het in stand houden van sociale relaties en van ons zelfbeeld. Ze bewaken de grenzen van wie je wilt zijn in relatie tot anderen. Schaamte laat je een stapje terug doen als je bijvoorbeeld door dronkenschap, vermoeidheid of ziekte gedrag hebt vertoond dat eigenlijk niet bij je past. Met name schuld brengt je ertoe je excuus aan te bieden of de schade te repareren. Als ik op een onbewaakt moment twee rollen koekjes achter elkaar opeet, voel ik me schuldig. Ik let dan weer een dagje extra goed op mijn eten, zodat ik het idee bewaak dat ik controle heb over mijn eetgewoonten. Schaamte en schuld houden ons bij de les en stimuleren ons te leven volgens onze verinnerlijkte normen en waarden. We houden ons dus niet alleen aan de regels omdat we anders straf of uitsluiting riskeren, maar ook omdat we onze innerlijke criticus te vriend moeten houden. Zelfbewuste emoties houden ons bij de les en geven antwoord op de vraag of wat we doen, denken of fantaseren past bij wie we gewoonlijk zijn of wie we willen wezen.’ coachlink magazine

• 11


12 • c o a c h l i n k

magazine


Schaamte en schuld houden ons bij de les en stimuleren ons te leven volgens onze verinnerlijkte normen en waarden. Een nieuwe theorie over het geweten Schalkwijk probeert het geweten te begrijpen in het speelveld van sociale relaties. ‘Je treedt de ander tegemoet met een eigen, unieke identiteit. Bijvoorbeeld “Ik ben een lieve jongen, maar op het sportveld ga ik tot het gaatje om te winnen en ben ik bereid vals te spelen.” Het geweten heeft als functie de identiteit te bewaken. Een jongere kan zich tegenover zijn ouders schamen voor een misstap, maar tegelijkertijd trots voelen omdat hij extra status heeft gekregen bij zijn leeftijdgenoten. Het is dan een teken van rijpheid als je in staat bent de tegenstelling tussen die trots en schaamte over hetzelfde gedrag op te merken.’ ‘Als onze zelfwaardering niet in het geding is, staat het geweten in een sluimerstand. Als we echter in ons gedrag of onze fantasieën uitschieters naar boven of beneden hebben, dan maken trots of schaamte ons ervan bewust wat er op het spel staat. Het maakt dat de meeste mensen deugen ondanks het feit dat ze ook egocentrische, amorele gedachten hebben. Ze houden zich in, dankzij het bestaan van gevoelens als schuld en schaamte.’ De zelfbewuste emoties kunnen op deze manier functioneren dankzij twee andere onderdelen van een gezond geweten. Schalkwijk: ‘Ik heb het dan over het empathische vermogen, het kunnen aanvoelen of beredeneren wat een ander ervaart en de bereidheid daar rekening mee te houden. Een derde hoofdbestanddeel van het geweten is hoe je als mens denkt, voelt en handelt met betrekking tot goed en kwaad. Iedereen weet dat je niet mag stelen of slaan, maar nog belangrijker is dat mensen geleerd hebben voorbij hun eigenbelang te kijken. Zo’n houding stelt je in staat een evenwicht te zoeken tussen het eigen belang en dat van anderen. Verinnerlijkte normen en regels vormen het richtsnoer voor het eigen gedrag en de evaluatie van de zelfwaardering.’

Schaam-IQ Het vraaggesprek dat is begonnen met schaamte als sociale handicap, heeft zich geleidelijk ontwikkeld tot een lofzang op dezelfde emotie. Moeten we misschien Aristoteles parafraseren en zeggen: ‘Iedereen kan zich schamen, dat is makkelijk. Maar je schamen voor het juiste gedrag, in de juiste mate, op het juiste moment, voor het juiste doel en op de juiste manier – dat is niet gemakkelijk’? Schalkwijk: ‘Het is belangrijk als mensen die last hebben van schaamte zich dat soort vragen stellen. Is het gevoel constructief en terecht of juist niet? Zo ja, dan kan je je een volgende keer beter gedragen. Zo niet, stel dan de vraag waar het gevoel vandaan komt. Een belangrijk onderscheid is schaamte als een emotie die onderdeel uitmaakt van een gezond geweten en schaamte als karaktertrek. In het laatste geval kan de schaamte echt giftig zijn en doorsijpelen naar alle aspecten van het leven.’

Een belangrijk onderscheid is schaamte als een emotie die onderdeel uitmaakt van een gezond geweten en schaamte als karaktertrek. ‘Als je iemand tegenkomt met deze vorm van schaamte dan helpt het niet om te zeggen dat iemand wel deugt, mooi is of een goed mens is. Dat gelooft diegene toch niet. Het helpt wel om iemands gevoel te benoemen en erbij stil te staan hoe vervelend dat is. Wie het gevoel van giftige schaamte geheim houdt, raakt daar veel energie aan kwijt. Het uitspreken waar je je voor schaamt, maakt de schaamte al beter hanteerbaar. Probeer vervolgens voor jezelf te begrijpen waar die schaamte vandaan komt en leer jezelf te bevragen of je niet teveel verantwoordelijkheid op je neemt. Schaamte is een belangrijke en constructieve emotie, maar alleen milde schaamte gaat samen met het zelfvertrouwen dat nodig is om een gezond zelfbeeld op te bouwen.’

coachlink magazine

• 13


De Vetkaars

14 • c o a c h l i n k

magazine


gea koren

Een sprookje van Hans Christian Andersen dat in 2012 werd herontdekt is voor Gea Koren de aanleiding om te onderzoeken wat dit verhaal ons kan vertellen over onze eigen schaamte. Verhalen vormen altijd de rode draad in haar coaching: verhalen verbinden ons, en schaamte doet dat ook.

H

et sputterde en spatte, terwijl de vlammen aan de ketel lekten; het was de wieg van de vetkaars – en uit de warme wieg rees een schitterende kaars; zo smetteloos wit en slank gevormd dat iedereen hem een lichte en stralende toekomst voorspelde – en dat hij echt alle beloften zou inlossen. Het schaap – een schattig schaapje – was de moeder van de kaars en de smeltkroes was zijn vader. Van zijn moeder had hij zijn stralend witte lijf en gevoel voor het leven, en van zijn vader had hij een alles verterend verlangen naar het vuur, dat hem zijn leven lang zou doen ‘stralen’. Ja, zo was hij gemaakt en gegroeid, toen hij zich met de hoogste en lichtste verwachtingen in het leven stortte. Daar ontmoette hij zo wonderbaarlijk veel andere schepselen, waarmee hij zich inliet, omdat hij het leven wilde leren kennen – in de hoop zijn eigen plek daarin te vinden. Maar hij was te onbevangen, de wereld gaf alleen om zichzelf en helemaal niets om de vetkaars. De wereld begreep niet wat de kaars voor nut had, en gebruikte hem daarom alleen maar voor haar eigen doeleinden en pakte de kaars verkeerd beet; zwarte vingers maakten steeds grotere vlekken op het maagdelijk wit, dat gaandeweg verdween onder het vuil van de buitenwereld, waarmee hij veel te nauw in aanraking was gekomen, meer dan hij kon verdragen. Het verschil tussen rein en onrein kon hij niet maken, maar diep vanbinnen was hij nog onschuldig en onbedorven. Toen zijn valse vrienden zagen dat ze zijn ziel niet konden raken, gooiden ze hem weg als een nutteloos ding. Maar de zwarte buitenkant stootte alle goede vrienden af, ze waren bang dat het zwart zou afgeven, en dat ze besmeurd zouden worden – en dus bleven ze op een afstand. Daar stond nu die arme vetkaars, alleen en verlaten. Hij wist zich geen raad. Het drong tot hem door dat hij verstoten was door het goede en dat hij slechts een werktuig in handen van het slechte was geweest.

Hij voelde zich zo oneindig ongelukkig, omdat hij een nutteloos leven geleid, ja zelfs het mooie in zijn omgeving had bezoedeld. Hij begreep niet waarom hij gemaakt was, waarom hij op aarde moest zijn – om misschien zichzelf en anderen te gronde te richten. Hij dacht steeds dieper na, maar hoe meer hij nadacht, hoe mismoediger hij werd, want hij zag nergens iets goeds, geen echte betekenis, of een doel dat hem met zijn geboorte was meegegeven. Het was alsof de zwarte laag ook zijn ogen had bedekt. Maar toen ontmoette hij een vlammetje, een tondeldoos. Die kende de kaars beter dan de kaars zichzelf kende; want de tondeldoos zag zo helder – dwars door de buitenkant – en daar binnenin zag hij zo veel goeds; daarom kwam hij dichterbij en het werd de kaars licht te moede; hij ontbrandde en zijn hart smolt. De vlam lichtte op – als een vreugdefakkel bij een bruiloft. Alles om hem heen werd licht en helder, en dat opende de weg voor zijn omgeving, voor zijn echte vrienden – die nu de waarheid in de gloed van de kaars konden zien. Maar ook zijn lijf was sterk genoeg om de brandende vlam te dragen. Druppel voor druppel, rond en vol, als de kiemen van nieuw leven, droop het kaarsvet omlaag en bedekte het oude vuil. Het was niet alleen de lichamelijke, maar ook de geestelijke oogst van de bruiloft. En de vetkaars had zijn plek in het leven gevonden – en had laten zien dat hij een echte kaars was, die nog lang zou schijnen voor zijn eigen genoegen en dat van de schepselen om hem heen. Schaamteverhalen hebben vaak veel tijd nodig voordat ze naar buiten komen. Worstel jij met zo’n verhaal? Lees dan wat de narratieve aanpak voor jouw coachees en jezelf kan betekenen.

coachlink magazine

• 15


Kennelijk was er nog wat tijd nodig voordat het naar buiten kon komen

zijn. Hierin beleven we zowel schaamte over onze onvolmaaktheid als de wens een heel mens te zijn. Dit grijpt terug op de beweging tussen het ‘ik’ en het ‘Zelf’.

De narratief coach gebruikt, naast het persoonlijke verhaal van de coachee, ook mythen, verhalen en sprookjes als bron om de door de coachee gewenste ontwikkeling te bevorderen. De vetkaars is een verhaal van de Deense schrijver Hans Christian Andersen. Het sprookje zag het licht 190 jaar nadat hij het had geschreven. Het werd in 2012 bij toeval gevonden door een amateurhistoricus tussen vierduizend andere documenten. Kennelijk was er nog wat tijd nodig voordat het naar buiten kon komen; wachten, wachten, wachten.

Dit verhaal van de vetkaars gaat over de beweging tussen binnen en buiten, het ik en het Zelf en het bewaren van je essentie; met schaamte als belangrijk element. Bij kwetsing, schaamte en angst trekt een deel van de ziel zich terug. Het liefst vergeten we dat deze ervaringen wezenlijk bij ons horen. Om traumatische gebeurtenissen te overleven slaan we indrukken vaak gesplitst op. Al wissen we deze ervaringen uit het geheugen en de taal, op een andere bewustzijnslaag en in ons lichaam blijven ze bestaan.

Het helende in verhalen ontstaat als het verhaal jouw verhaal wordt. Dit helende verhaal reist al tien jaar met mij mee. Het is inmiddels niet alleen zeer betekenisvol voor mij maar inmiddels voor vele coaches en coachees. Toos van Huijgevoort en ik maakten er een verhaal met leerkansen van door het te verbinden met zeven levens- en leerprocessen en deelden dat in ons boek Narratief Coachen, de kracht van het zelfverhaal. Net als het verhaal van de vetkaars hebben schaamteverhalen vaak ook veel tijd nodig voordat ze naar buiten komen.

Ontmoeting

Het verhaal als blikopener Verhalen openen een grotere ruimte. Ze herinneren je aan je verlangen naar heelheid en brengen je naar de plekken waar je ooit vastgelopen bent. Alles in je opent zich voor de beelden, voor de herhaling en voor het nieuwe. Tegelijkertijd reis je in een verhaal ook naar de schaduw- en pijnplekken, naar dat wat niet zo graag belicht wil worden. Het donker in het vetkaarsverhaal raakt aan je eigen donker. Als de held(in) in het verhaal verdwaalt, raak jij ook de weg kwijt. In het luisteren en vertellen identificeer je je met de thema’s, personages en beelden waarmee je op dat moment zelf bezig bent. Zo creëren we betekenis. Als vanzelf leggen we een relatie tussen wat buiten is en wat er vanbinnen speelt. Wat we beleven vertalen we, ook in verhalen, naar onszelf toe.

In het licht van schaamte … Als we dit verhaal (her)lezen in het licht van schaamte dan zie ik in het verhaal ook het thema ‘verhullen en onthullen’ terug. Dat thema is van alle mensen. We zijn kwetsbaar in de ogen van de ander en in het verlangen gezien te worden in wie we 16 • c o a c h l i n k

magazine

Om ons verborgen ik weer op te halen hebben we de ontmoeting nodig; dit is precies waar we bang voor zijn. Langs de kwetsuren en ingeslikte oordelen in jezelf gaan, roept spanning en schaamte op. In het dagelijks leven kunnen coachees nog altijd door schaamte getriggerd raken of in de overlevingsmodus staan. Een coachee kan, net als de vetkaars, diep vanbinnen het gevoel hebben dat hij niet goed genoeg is, er niet bij hoort, dat hij er niet toe doet of dat hij (of een deel) er niet mag zijn. Opnieuw is er het risico gekwetst te worden door de ogen van de ander. Het antwoord van jou als coach is mildheid, erkenning en aanmoediging. Dan kan het oude verhaal een nieuw vervolg krijgen en het gevoel van eigenwaarde herstellen. Het omhullende karakter van verhalen maakt ze bij uitstek geschikt om met het kwetsbare in jezelf naar buiten te komen. Metaforen kunnen helpen verdrongen verhalen in te bedden in een helend betekeniskader. Daarvoor is het niet nodig om alle details van het persoonlijke (manifeste) verhaal boven water te halen.

Verbinding met anderen Net als alle emoties is schaamte oorspronkelijk een waardevolle ervaring. De emotie schaamte is waarschijnlijk in ons ‘geëvolueerd’ toen we in groepen gingen leven. De verbinding met anderen werd cruciaal voor onze overleving en we moesten leren om die vitale verbinding met anderen in stand te houden. Schaamte zet je stil en helpt je bewust te worden van wat je doet. Als je iets doet wat sociaal ‘fout’ is, maakt het gevoel van schaamte je daarop attent. Zoals angst dient om


jezelf te beschermen, zo dient schaamte om de verbinding met de ander te beschermen. Bij ongezonde schaamte is je negatieve zelfwaardegevoel niet meer in verhouding tot een gebeurtenis, tot dat wat je verkeerd deed. Soms deed je helemaal niets en voel je toch al schaamte. Je breekt jezelf helemaal af, en zelfs nadat je je eventueel verontschuldigd hebt – als dat al nodig zou zijn – blijft het negatieve gevoel hangen. Het kan totaal bezit van je nemen. Een te grote schaamte of vergiftigende schaamte maakt dat je je net als de vetkaars eenzaam en verlaten voelt. Je staat er alleen voor en je weet je geen raad. Volgens Brené Brown is schaamte angst voor het wegvallen van de verbinding met de ander.

Opnieuw is er het risico gekwetst te worden door de ogen van de ander. Schaamtegevoel komt voort uit het (gekwetste) kind dat al eerdere ervaringen opgegaan heeft met het wegvallen van verbinding of uitsluiting. Dit stukje lijdt dan echt pijn. Een pijn die niet altijd in verhouding staat tot wat er op dat moment gebeurt, maar die wel in verhouding staat met wat er eerder gebeurde, in de kindertijd.

Hoe we schaamte vermijden Als we schaamte ervaren, dan zijn er verschillende reacties mogelijk. Verstoppen of ontkennen (‘als je het er niet over hebt, is het er niet’) • Dissociatie • Gevoelloosheid • Emotie-eten, nog een glaasje nemen (emotie doven, vuur blussen) • ‘Het is niet echt gebeurd’ Jezelf bekritiseren (ondermijning van jezelf) • Superego • Perfectionisme • ‘Ik ben of kan het niet goed genoeg • ‘Het is mijn eigen schuld’ • ‘Zij hebben gelijk’ • ‘Ik had het beter moeten doen’

De ander bekritiseren (buiten jezelf leggen) • Kritiek, de schuld bij de ander leggen • Minachting, bijvoorbeeld cynische opmerkingen maken • Woede • Geweld • Moeilijkheid bij de ander leggen Uit verbinding gaan (afstand nemen) • Inbinden • Je wonden likken • Isoleren • Wantrouwen • Verliezen hoop en vertrouwen In contact blijven (leren van fouten) • ‘Ik heb ervan geleerd en ga dit foutieve gedrag (trachten niet) meer te herhalen’ • ‘Ik erken mijn fout (soms zelfs slechts het gevoel dat je fout zat) erkennen en in gesprek brengen’ Bij narratief coachen onderzoeken we hoe verhalen resoneren met onze eigen thema’s en verhalen. Er zijn lichte en duistere kanten in ons verhaal. Niet alle duister verdraagt het ‘zomaar’ aan het licht te komen. Ruimte maken voor schaamte is niet makkelijk.

Dit stukje lijdt dan echt pijn. In helende verhalen raken verlangen en gemis elkaar aan. Het zijn verhalen over wat van waarde is en nooit verloren gaat, hoeveel er ook beschadigd is. Voorbij de schaamte gaan ze over de terugkeer naar onszelf, over de essentie van het leven. Dit is wat ons verbindt.

Zelf aan de slag? Mijn werkmotto is: ‘Van verhalen leerkansen maken’. Dat kan ook het eigen verhaal zijn waar de coachee mee aankomt. Met de narratieve interventies beoog ik de reflectie op het ‘zelfverhaal’ te bevorderen. Je kunt ook op verschillende manieren met het verhaal van de vetkaars omgaan. Je kunt zelf aan de slag en het verhaal lezen. Vervolgens luister je naar het verhaal dat de verschillende stemmen vertellen. De onderstaande vragen kunnen als een wegenkaart dienen. Of ga samen met een vakgenoot aan de slag. Experimenteer dan ook eens met het coachlink magazine

• 17


zelf lezen en het voorlezen van het verhaal. Welke manier je ook kiest, het zal je in contact brengen met je innerlijke meerstemmigheid die je bewust en onbewust stuurt in coaching processen. Het biedt de mogelijkheid om daar waar een dialoog ontbreekt, deze op gang te brengen.

Regel 1 – kernwoord Regel 2 – 2 woorden die er iets aan toevoegen Regel 3 – 3 woorden waarin kleur of gevoel zitten Regel 4 – 4 woorden die een activiteit aangeven of een vraag vormen Regel 5 – afsluitend (werk)woord of antwoord

Hoe kun je zelf met dit verhaal verder?

Mijn elfje in de context van dit artikel is:

Het verhaal van de vetkaars is een verhaal met meerdere stemmen, zoals je creatieve, donkere, kritische, nieuwsgierige en lichtgevende stem. Ontdek ze en luister naar hun verhaal. Welke delen in jou laten van zich horen/voelen tijdens het luisteren naar dit verhaal? Heeft dit artikel – net als de tondeldoos – iets wezenlijks in jou geraakt? Zo ja, wat is dat dan? Hoe kun je zelf met dit verhaal verder? Wat ligt er bij jou te wachten om te ontbranden? Als je een voorwerp/personage zou zijn in dit verhaal, welk voorwerp/personage zou jij dan zijn? Wat is voor jou het mooiste woord uit deze tekst? Vertel daar eens iets meer over.

Elfje Over mooie woorden gesproken. Elfje is voor mij zo’n woord… Ik eindig een workshop of een training vaak met de opdracht om een elfje te schrijven. Een elfje is een leuke, eenvoudige vorm om creatief te verbeelden. Het is een gedicht dat bestaat uit 5 regels en 11 woorden:

18 • c o a c h l i n k

magazine

schaamte kwetsbaar verhaal stollen en smelten ontbranden in het licht stralen! Bronnen • Huijgevoort, T. van & Koren, G. (2015). Narratief coachen. De kracht van het zelfverhaal. Amsterdam: Boom. • Goudswaard, J. & Veenbaas W. (z.j.). Het helende verhaal. De metaforische ruimte als ingang bij therapie, coaching en training. Utrecht: Phoenix Opleidingen. • Leys, M. (2018). Oog in oog met kwetsbaarheid. Voice Dialogue praktijkboek voor coaches en therapeuten. Amsterdam: Boom. Gea Koren richt zich vooral op werkgerelateerde hulpvragen op het gebied van zelfkennis, talent­ ontwikkeling, loopbaan-, stress en burn-outcoa­ ching. Daarnaast begeleidt zij teamreflecties en geeft ze natuurlijk workshops en trainingen over narratief coachen voor coaches.


Hoe ik coach werd...

Jan Jaap Verolme Van ondernemer in China tot vitaliteitscoach Als pas afgestudeerde vertrok Jan Jaap Verolme naar China om daar te ondernemen. Hij had het erg naar zijn zin, maar moest halsoverkop terug naar Nederland. Daar was hij jarenlang actief in de communicatie. Na een sabbatical werkt hij nu als vitaliteitsadviseur en -coach en schrijft hij boeken. ‘Tijdens mijn studie economie was ik al veel op reis; studeren in Zweden, op stage in Brazilië en afstuderen in Indonesië.’ Na zijn studie reisde Jan Jaap zes maanden als backpacker in Azië. ‘Het leek me interessant ondernemers te gaan helpen om zaken te doen in Indonesië.’ Na zijn terugkeer bleek China zakelijk veel interessanter: ‘Dus verving ik in mijn businessplan Indonesië door China’, lacht Jan Jaap. ‘Wat was het leuk om daar wat te pionieren.’ Tot zijn toenmalige Chinese vriendin op haar 28ste kanker kreeg. ‘We gingen naar Nederland voor de behandeling en woonden in een flatje in Rotterdam. We moesten opnieuw beginnen.’ In die tijd had Jan Jaap langdurige stress. ‘Ik herinner me dat ik regelmatig op bed naar het plafond lag te staren, geen puf om overeind te komen. Ik denk dat ik net niet burn-out geweest ben, maar ik was wel overspannen. Gelukkig heeft mijn vriendin het overleefd en krabbelden we weer op. We kregen zelfs een prachtige zoon samen, maar uiteindelijk werkte de relatie niet meer.’

‘Ik verbleef veertig dagen in een klooster in Nepal.’ In die tijd begon Jan Jaap uitgeverij ExpatPlus en bracht een magazine uit voor Nederlandse expats. Na zeven jaar begon hij een strategisch communicatieadviesbureau. ‘Als communicatieadviseur

werkte ik heel hard. Na weer een heel drukke periode, zo rond mijn vijftigste, bedacht ik me dat ik niet zoals mijn vader jong een hartinfarct wilde krijgen en besloot ik een time-out te nemen.’ Dat werd in 2015 een sabbatical van een jaar. ‘Ik gebruikte die tijd om psychologie te studeren en deed een fulltime coachopleiding bij de Baak. Daarnaast zorgde ik voor mijn zoon.’ Na de coachopleiding begon hij zijn eigen coachingspraktijk. ‘Mijn cliënten hadden vaak last van stress en soms burnout. Ik ging op zoek naar een goed boek over burn-out, maar dat kon ik niet vinden. Toen besloot ik dat boek zelf maar te schrijven.’ Dat werden uiteindelijk twee boeken. De Burn-out Bubbel, geschreven samen met professor Wilmar Schaufeli, en het praktische Handboek Stress te Lijf. ‘Toen mijn zoon in 2018 een jaar naar China vertrok, besloot ik opnieuw mijn backpack om te doen.’ Jan Jaap verbleef veertig dagen in een klooster in Nepal, reisde door Japan, Birma, Cambodja en streek uiteindelijk neer in Vietnam, waar hij het grootste deel van Handboek Stress te Lijf schreef. Jan Jaap geeft nu coaching, trainingen en advies op het gebied van vitaliteit. Ook begeleidt hij coaches die zijn Stress te Lijf-methode willen gebruiken. ‘Coaches kunnen een grote rol spelen bij preventie van burn-out. Een vinger aan de pols houden door periodiek gesprekken met werknemers te voeren kan een belangrijke rol spelen in het voorkomen van stress.’ (NvO)

coachlink magazine

• 19


Nee, kijk maar niet op mijn website …

Hoe je schaamte en twijfel omzet in je unieke kracht 20 • c o a c h l i n k

magazine


petra de krom

Hoe onderscheid je jezelf als coach van al die andere coaches? Durf je vol overtuiging te staan voor wie je bent en wat jou uniek maakt? Dat durft niet iedereen, en – je raadde het al – schaamte speelt daarin een grote rol. Petra de Krom laat zien hoe je die schaamte juist voor je kunt laten werken.

M

et een grote lach en veel handgebaren vertelde ze over haar geweldige werk als coach. Haar ogen twinkelden bij de verhalen over de vrouwen die kilo’s waren kwijtgeraakt door haar programma’s, zonder ook maar een seconde met een dieet bezig te zijn. Haar persoonlijkheid raakte me en ik voelde haar enthousiasme. En toen kwam de domper, ze zei: ‘Kijk maar niet op mijn website.’ Man oh man, wat een teleurstelling. Die sprankelende vrouw met haar lange glanzende haren, knalroze lipstick en wapperende paarse jurk bleek een muisgrijze website te hebben. Somber grijs. Met een onleesbare handgeschreven en piepkleine, dunne letter, zodat de zin om te lezen letterlijk wegsmolt als sneeuw voor de zon. Er was werkelijk geen greintje van haar persoonlijkheid te bekennen. Een gemiste kans, want al die potentiële klanten die hier terechtkomen zullen snel doorklikken naar een ander.

De schaamte onder de oppervlakte Hebben we het hier nu over de ‘oppervlakkige’ schaamte over een website die totaal niet matcht met de persoonlijkheid? Nee, dit gaat absoluut een laag dieper. Want hoewel het vaak start aan de oppervlakte, zit er meestal een dieper gevoel van schaamte onder. Die schaamte komt vaak bovendrijven als we gaan twijfelen aan ons eigen kunnen. Ben ik wel goed genoeg? Doe ik het niet verkeerd? Lever ik wel genoeg waarde?

Er was werkelijk geen greintje van haar persoonlijkheid te bekennen. Twijfel kan heel langzaam naar binnen sijpelen. Met een overvloed aan coaches, ben jij ongetwijfeld niet de enige die doet wat je doet. Je kijkt eens hoe anderen in jouw branche iets aanpakken en – bewust of onbewust – ga je dan toch vergelij-

ken. En als je vijftien keer hetzelfde voorbij ziet komen, kun je zomaar denken dat dát blijkbaar is ‘hoe het hoort’.

Met de wind mee Naar schatting zijn er maar liefst 66.000 coaches actief in Nederland. Dat klinkt best overweldigend, toch? Je kunt je waarschijnlijk wel voorstellen hoe belangrijk het is om helder te kunnen verwoorden waarvoor iemand specifiek bij jou moet zijn en niet bij die 65.999 andere coaches. Weten wat jou onderscheidend maakt, geeft je kracht. Het geeft je zelfvertrouwen om vol overtuiging te doen wat jij op jouw unieke manier doet. En zo blijkt dat de sprankelende vrouw met haar grijze website eigenlijk een dieper probleem ervaart. Ze voelt van binnen een power en een plezier dat ze niet goed voor het voetlicht krijgt. Haar boodschap mag scherper. Ze is gaan twijfelen over haar ideale klant en hoe ze deze het beste kan aanspreken. Want wat is het nu precies dat haar anders maakt dan andere coaches? Het is moeilijk om daar in je eentje de vinger op te leggen. Ze heeft haar visie nog nooit helder onder woorden gebracht en is eigenlijk op haar huidige punt gekomen door met de wind mee te waaien.

Het wonderlijke proces van de eerste indruk De eerste indruk is blijvend en binnen slechts 2 seconden gemaakt. Dus terwijl jij nog op zoek bent naar wat je precies wilt vertellen, heeft de ander zijn oordeel al geveld. Of dat nu gaat om een eerste ontmoeting op je website, je socialmediakanalen of ‘in real life’. Het is dus enorm belangrijk om meteen de juiste snaar te raken. Als je in die eerste paar seconden ook maar enigszins twijfelt, is je kans al verkeken. Best frustrerend als je dit zo leest, maar gelukkig kun je precies aan die twijfel en onzekerheid iets doen. In mijn ervaring zijn het bijzonder genoeg vaak de dingen waarvoor mensen zich schamen die de grootste kracht blijken te bevatten. De dingen waarmee je nou niet meteen te koop coachlink magazine

• 21


wilt lopen. Omdat je het niet veel vindt voorstellen (dat kan toch iedereen?) of omdat het helemaal niet in het plaatje past van hoe al die anderen het doen. Wij mensen vinden het niet zo fijn om af te wijken. Ons brein wil ons veilig houden en ‘buiten de groep vallen’ is niet het toonbeeld van veilig – terwijl je toch graag wilt opvallen voor je droomklant in die zee van overige coaches. Lekker tegenstrijdig. Er zit maar een dunne grens tussen je schamen voor anderszijn en inzien wat de waarde daarvan werkelijk is. De ervaring leert dat als je eenmaal inziet wat jou onderscheidend maakt, je dit al snel volledig durft te omarmen in plaats van je ervoor te schamen. Je gaat inzien hoe waardevol dit stukje persoonlijkheid is en hoe je dit juist in de schijnwerpers mag zetten voor die spot-on eerste indruk.

Trots zijn op wie je bent en wat je doet Ik denk dat ik wel kan stellen dat het merendeel van de coaches niet bepaald te porren is voor een potje borstklopperij. Het voelt beter om lekker veilig in de luwte te blijven. Waar vervolgens niemand je ziet. Tijd om de schaamte opzij te zetten en trots te zijn op wie je bent en wat je doet en dat in elke vezel uit te stralen. De sprankelende afvalcoach met haar grijze website ontdekte wat haar ultieme missie is en deelt voortaan onomwonden haar verhaal. Ze deelt schaamtevrij een foto van zichzelf in ondergoed, in het volle besef dat alle imperfecties er mogen zijn. Een gedurfd voorbeeld voor haar klanten! Ze weet wie haar ideale klant is en hoe ze deze als een magneet naar zich toetrekt. Ze voelt de helderheid, de focus en bovenal de zin om door te pakken. In haar eigen woorden: ‘Ik heb goud in handen!’

Stel jezelf eens deze vragen

Waar je nu nog over twijfelt, kan zomaar een gouden greep blijken te zijn. Dan is het tijd om met je branding aan de slag te gaan en deze unieke kracht over de bühne te brengen. ‘Branding’ is het bouwen aan een merk en laat je heel bewust een positie innemen, in het hoofd en hart van je publiek. Het gaat over een netwerk van associaties die bij jou horen. Over de woorden en emoties die opkomen als jouw naam wordt genoemd. Je kunt hier zelf heel bewust in sturen, als je maar weet welke kant dat op mag gaan. En daarvoor zul je stappen moeten zetten om tot jouw essentie te komen en deze vervolgens kernachtig voor het voetlicht te brengen. Branding is als een landkaart waarop zowel de bestemming als de weg ernaartoe kraakhelder zijn.

Lekker tegenstrijdig. Als branding componist is het mijn werk om alle puzzelstukjes te combineren, daar de grote rode (of liever gezegd gouden) draad uit te filteren en je een flinke dosis zelfinzicht te laten beleven. Vanuit dat zelfinzicht groeit er zelfvertrouwen. Als je inziet wat jou uniek maakt, kun je dit gaan omarmen. Je durft te gaan staan voor wat jij te brengen hebt. Sterker nog, je kunt niet wachten om vol zelfvertrouwen jouw verhaal te verkondigen. En zo groeit op een natuurlijke manier je expertstatus, door jouw eigen positie in de markt in te nemen. Zonder te duwen en te trekken, maar juist door steeds dichter bij jezelf en jouw unieke persoonlijkheid te blijven. En wil je alle schaamte achter je laten, dan hoort daar uiteindelijk een onweerstaanbare vertaling bij in een design dat jou op het lijf is geschreven. Maar doe jezelf een plezier en bewaar dat als de finale kers op je brandingtaart.

Hoewel ik graag vertrek vanuit de unieke persoonlijkheid van mijn klant, haakt de volgende oefening mooi in op wat ik hierboven beschreven heb. Want het op een gezonde manier vergelijken met anderen kan je veel inzicht geven. Stel jezelf eens deze vragen: • Wat doe jij anders dan anderen in jouw branche? • Waar ben jij het eigenlijk helemaal niet mee eens? • Waar stoor je je zelfs aan? • En voor wat schaam je je eigenlijk een beetje, maar zou stiekem heel tof zijn om met de wereld te delen? 22 • c o a c h l i n k

magazine

Petra de Krom helpt als Branding Componist coaches, experts en multitalenten om vanuit hun unieke persoonlijkheid aan een topbrand te bou­ wen. Van alle losse puzzelstukjes componeert zij een stralend merk dat 100% matcht met wie jij bent en waar je voor staat. www.petradekrom.nl


Leer omgaan met schaamte

frank deuring

Frank Deuring vindt dat het oké is om te falen en fouten te maken. Een van de grootste redenen waarom mensen geen fouten delen is omdat ze zich schamen. Daarom is leren omgaan met schaamte belangrijk. In deze voorpublicatie uit zijn boek SuperFalen laat hij zien hoe, waarbij hij begint met zijn ergste schaamteaanval in jaren … coachlink magazine

• 23


N

ee, niet zij!’, denk ik terwijl de paniek door mijn hele lichaam giert. Die paniek verandert vrij snel in een complete schaamteaanval. Mijn op hol geslagen brein denkt de hele tijd: ‘Dit is gênant, dit is pijnlijk, dit kan echt niet, Frank, zo meteen gaat deze hele groep je lynchen’. Een paar weken daarvoor krijg ik een mail van een blinde mevrouw over een workshop die ik ga geven. Kan zij gewoon deelnemen of is dat niet mogelijk voor iemand die blind is? Ik besluit haar te bellen en leg uit dat het mogelijk is. Alle werkvormen zijn geen probleem, op één oefening na. Bij die oefening mag een dappere vrijwilliger proberen een pingpongbal van een fles te tikken met de vingers. Dat gaat altijd fout en na één concrete tip lukt het vaak wel. De les die ik eraan koppel is dat je door anders te kijken ook anders gaat presteren. Op het moment dat ik uitspreek dat ik een vrijwilliger zoek, staat de dame in kwestie meteen enthousiast op. Zij wil meedoen en heeft er zin in! Ik raak in paniek en heb totaal geen idee hoe ik deze situatie tactvol op kan lossen zonder mensen te kwetsen.

Dit was mijn ergste schaamteaanval in jaren. Zeker 10 op de schaal van Richter. Gelukkig heb ik geleerd om met zo’n schaamteaanval om te gaan. Je kunt in het omgaan met schaamte twee mindsets toepassen. Vanuit de vaste mindset denk je: ‘Ik ben niet goed in het omgaan met schaamte’, en vanuit de groeimindset denk je: ‘Ik kan leren omgaan met schaamte.’ Waarom is het leren omgaan met schaamte eigenlijk belangrijk?

‘Zullen we het even gezellig houden?’

Mensen leefden in groepen en uit een groep gezet worden was levensgevaarlijk, want dan kon je alles zelf regelen. Schaamte zorgt ervoor dat je in het gareel blijft en dat je jezelf conformeert aan de groep. Gek of anders doen kan een reden zijn om uit de groep gemieterd te worden. En dat lijkt me niet heel relaxed. Loop je daar een beetje alleen met je berenvel en je nieuwe speer. Moet je ineens zelf vuur maken, eten zoeken en de afwas doen. Even Thuisbezorgd regelen via de app was er niet bij.

Even tussen ons: Ik kan niet goed tegen conflicten. Mijn vrienden wilden vroeger altijd gaan kijken als tijdens het uitgaan een vechtpartij uitbrak. Dronken gasten die elkaar hard op de neus slaan is leuk, toch? Niet voor deze gevoelige man. Ik vluchtte het liefst meteen naar de andere kant van de discotheek of zelfs naar buiten. Als mensen op een feestje hard in discussie zijn, ben ik die gezellige vent die de boel sust met ‘Zullen we het even gezellig houden?’ Ik had die blinde mevrouw dus subtiel moeten uitleggen dat deze oefening niet voor haar geschikt was, maar ik durfde het niet uit angst voor een mogelijk conflict of een ongemakkelijk gevoel. In plaats daarvan gingen we samen toch onhandig de oefening doen. Ik gaf haar een arm en zij probeerde het balletje eraf te tikken. Dat lukte uiteraard niet en de fles donderde van tafel. Ondertussen voelde ik het groeiende ongemak in de zaal en logisch nadenken lukte ook niet meer vanwege de schaamte en paniek die ik voelde.

24 • c o a c h l i n k

magazine

Functionele schaamte Als je kunt omgaan met schaamte ontwikkel je meer lef en durf je dus meer. Je durft fouten te delen en op tafel te leggen. Je durft afwijkende meningen te verkondigen. Je durft mensen tegen te spreken. Weet je wat een van de grootste redenen is waarom mensen geen fouten delen? Ze schamen zich. En dat kan ik me goed voorstellen. Daarom vind ik leren omgaan met schaamte belangrijk. Ik hoor je nu denken: ‘Heel goed Frank, maar wat is schaamte nu eigenlijk?’ Mooie vraag! Schaamte is een emotie en meteen ook één die flink pijn kan doen. Het is een diepe angst voor onverbondenheid. Laten we even teruggaan naar de tijd van het jagen en in een berenvel met een speer achter wilde dieren aanrennen.

Schaamte was vroeger dus functioneel om niet uit de groep gemieterd te worden. Nu is dat heel anders. In organisaties is het juist belangrijk dat je een andere mening durft te hebben en dat je anders durft te denken dan de groep. Alleen onze hersens lopen nog een beetje achter. De tijdgeest ontwikkelt zich sneller dan het besturingssysteem in je hoofd. Daarom krijgen we soms een schaamteaanval. Gelukkig kun je daar mee leren omgaan. Hoe je dat doet, deel ik in de rest van dit artikel.

Buddy up Stel je dit eens voor: je hebt een schaamteaanval waarvan je letterlijk pijn in je buik krijgt. Je wordt zo rood dat menig


tomaat spontaan jaloers op je is. Het liefst wil je door de grond zakken en verdwijnen. Was er maar een pilletje waardoor je dit gevoel in één keer weg kon nemen. Goed nieuws! Dat kan! Nou ja, letterlijk een pilletje slikken waardoor dat gevoel in één keer weg is? Dat gaat ’m niet worden. Ja, je kunt zo’n feestsnoepje nemen waardoor je iedereen in één keer ontzettend lief vindt en je spontaan de dossierkast begint te knuffelen, maar dat is geen duurzame oplossing. En het is illegaal.

Schaamte was vroeger dus functioneel om niet uit de groep gemieterd te worden Je kunt wel zelf in actie komen en de schaamte grotendeels beteugelen. Schaamte is de angst voor onverbondenheid en er niet meer bij horen. De magische oplossing voor schaamte is empathie en verbinding zoeken. Dat kan moeilijk zijn, maar toch: op het moment dat jij bij iemand jouw schaamte kunt delen en die persoon empathie toont, wordt de schaamte al minder. Hoe doe je dat concreet? Zoek een schaamtebuddy! Dat is een persoon met wie je dit soort dingen kunt delen. Dat kan een collega zijn of iemand in de privésfeer. Op het moment dat je een schaamteaanval hebt, benader je die persoon. Hij gaat zo veel mogelijk empathie en liefde tonen. Ik adviseer jullie om deze stappen te ondernemen: 1 Heb je een schaamteaanval? Deel je verhaal met je buddy. 2 De buddy luistert goed en oordeelt niet. De buddy toont vooral begrip. 3 De buddy dankt jou voor het delen en spreekt zijn waardering uit. 4 De buddy prijst jouw moed. Je zult merken dat de schaamte minder wordt en dat je gaandeweg meer lef ontwikkelt. Je durft naar voren te stappen om fouten te delen en daarom gaan jij en je collega’s meer leren. Het verbetert ook de band tussen jullie onderling, omdat het tonen van kwetsbaarheid de fundering is voor het opbouwen van vertrouwen.

De kracht van het delen en fietsen over de zee Schaamte is dol op eenzaamheid en vindt het niet leuk om gedeeld te worden. Hoe langer je schaamte niet naar buiten laat, des te groter schaamte zal worden. Politicus Frans Timmermans is op dertienjarige leeftijd misbruikt door een priester. Hij heeft dit jaren voor zich gehouden en de schaamte was enorm. Totdat hij begon met praten. Praten over het misbruik en zijn schaamte. Door het te delen en empathie te krijgen werd zijn schaamte stukken minder. Praten over je schaamte kan enorm uitdagend zijn. Als jij de moed weet te vinden, dan kan dit je enorm helpen. Het niet praten over schaamte kan uiteindelijk schadelijker zijn dan de gebeurtenis zelf. Daarom ben ik zo’n enorme pleitbezorger voor het delen van je fouten. Als je fouten deelt, dan geef je een cadeautje aan je collega’s. Zij hoeven jouw fout niet meer te maken. Als kers op de taart help je ook jezelf nog door fouten te delen, omdat de schaamte dan minder zal worden. Ik ga een ander voorbeeld geven over de kracht van het delen. Ik mocht een keer in Finland een workshop verzorgen voor een groep young professionals. Ik sprak daar met Miro. Ik was gefascineerd door zijn verhalen, die elke keer een andere emotie opriepen. Na een eerste verbazingwekkend en een tweede hilarisch verhaal, voelde ik bij zijn derde verhaal een diepe bewondering. Dat ging als volgt. Aan het einde van de workshop vroeg ik mensen iets te wilde delen waarvan ze veel geleerd hadden. Miro is een stille jongen, maar als hij begint met zijn verhalen dan hang je aan zijn lippen. Hij vertelde hoe hij twee jaar geleden compleet de vernieling in ging. Op het moment dat hij net voor het eerst vader was geworden van een zoontje, kreeg hij zijn droompromotie aangeboden. Dit was echt zijn droombaan en Miro had er enorm veel zin in. Om zijn nieuwe functie goed te kunnen uitvoeren liet hij zich bijscholen. De studie was zwaarder dan hij dacht in combinatie met zijn nieuwe functie en een klein schreeuwfabriekje thuis. Hij maakte lange dagen, die hem zwaar vielen omdat hij nieuwe dingen aan het leren was. Als hij thuiskwam kreeg hij meteen de baby in zijn armen gedrukt, want die had de hele dag al lopen huilen en zijn vrouw was kapot. Uiteindelijk viel de kleine in slaap en kon Miro snel wat eten voordat hij aan de studie ging. De baby had een perfecte timing, want net als de studieboeken dicht gingen, begon het krijsen weer. Per nacht had Miro maximaal twee uur slaap en na zes maanden ging het mis. coachlink magazine

• 25


Bam! Burn-out … Hij kon niets meer. Hij kon niet meer werken en voor zijn zoon zorgen was ook een probleem. Hij vertelde eerlijk welke schaamtegevoelens hij had. Hij vond dat hij faalde als vader, echtgenoot, leerling en werknemer. Hij was te trots om hulp te vragen of om zijn verhaal te delen. De zaal hing aan zijn lippen, je kon een speld horen vallen. Hij vertelde hoe hij uit de burn-out was gekomen en wat hij deed om een nieuwe te voorkomen. Hij inspireerde de hele zaal met zijn kwetsbaarheid en openheid. Het delen van zijn ervaring zorgde ook voor opluchting bij hemzelf. Niemand wist dit van hem. ‘Het voelde alsof ik tien kilo lichter was na afloop.’

Als je fouten deelt, dan geef je een cadeautje aan je collega’s De hele zaal vond hem dapper en moedig omdat hij zijn verhaal deelde. Door zijn openheid gingen nog meer mensen eerlijke verhalen delen. Zijn verhaal was een vliegwiel geworden voor de rest. De inspiratie vloog de zaal om de oren. Het delen van schaamte heeft mij ook een stapje verder geholpen na het incident met de blinde mevrouw aan het begin van dit hoofdstuk. Ik vertelde dit verhaal tijdens een workshop en kreeg een verrassende reactie van deelnemer Inge. Zij heeft jarenlang gewerkt met mensen die een beperking hebben, en vertelde dat die uitgesloten worden vaak nog erger vinden dan iets doen wat stiekem te lastig is. Ook kreeg ik begrip en complimenten voor het feit dat ik van tevoren contact had opgenomen met die blinde mevrouw. TIP: Het delen van een fout zorgt ervoor dat de schaamte minder wordt of zelfs verdwijnt. Daarbij kan het delen ook een nieuw perspectief geven op de situatie. Iets wat verschrikkelijk is in jouw hoofd kan voor andere mensen helemaal niet zo erg zijn.

De minicursus kwelduivelbestrijding ‘Jij kunt dit niet. Wat ben je toch ook een waardeloos geval. Je bent niet goed genoeg.’ Herkenbaar? Dit is je innerlijke criticus aan het woord. Of, zoals ik hem noem: jouw ‘kwelduivel’. Ga eens in gedachten naar het laatste moment dat jouw kwelduivel je belemmerde. Welk effect heeft dit gehad? Waarin heeft hij jou belemmerd? 26 • c o a c h l i n k

magazine

We gaan een kleine oefening doen. Stel je eens voor dat jij een belangrijke presentatie gaat geven in een theaterzaal waarin duizend mensen zitten. Je loopt op en je kunt de zaal met moeite zien vanwege de felle spotlights die vol in je bakkes schijnen. Je krijgt een oorverdovend applaus en rilt van de zenuwen. Net voordat je gaat beginnen, doemen er voor het podium drie stoelen op. Je schikt je de pleuris. Dit had je niet verwacht! Je ligt spontaan naast je à propos. De tijd staat even stil en dan zie je drie collega’s zitten. Zij gaan allemaal iets tegen jou zeggen voordat je je presentatie gaat geven. De eerste die begint te spreken is Ellen de Engel en zij is onwijs positief: ‘Jij kunt dit. Jij bent de beste presentator ooit. Jij gaat een nieuwe norm neerzetten. Jij gaat de Nobelprijs voor presenteren winnen. Jij gaat het leven van deze mensen veranderen. Jij bent het licht in donkere tijden’. Dan is Neutrale Nico aan de beurt om te spreken: ‘Jij gaat een presentatie geven. De mensen gaan luisteren. Dat is allemaal prima’. Karin de Kwelduivel is een soort kruising tussen Johan Derksen en Maarten van Rossem. Zij sluit de boel af: ‘Jij kunt dit niet. Jij bent de slechtste presentator ooit. Dit is het einde van je carrière. Ga jij serieus iets zeggen? Ga maar alvast solliciteren dan, want jij gaat jezelf enorm voor aap zetten. Pas maar op dat je niet gearresteerd wordt voor het stelen van 15 minuten van hun leven’. Ja, ik weet het. Ik overdrijf een klein beetje om het goed over te laten komen. De belangrijkste les is dit: Dit zijn zomaar drie gedachten die door je hoofd kunnen spoken. De grootste fout die we kunnen maken is dat we deze gedachten als waarheid gaan aannemen. Het zijn meningen, het is geen waarheid. Jij kunt kiezen welke mening je voor waarheid aanneemt. ‘Je hebt geen invloed op wat je overkomt, je hebt wel invloed op hoe je ermee omgaat.’ Dit is mijn ultieme drijfveer voor de FoutenFabriek. De kwelduivels komen gegarandeerd. Het geheim is dat je geen waarde meer leert toekennen aan die gedachten. Laat ze er lekker zijn. Geef de kwelduivel een stoel en een cappuccino. Laat haar even lekker uitrazen en laat dan Ellen de Engel aan het woord. Je hebt twee meningen gehoord. Welke kies jij om te geloven op dat moment?


Ik hoor je nu denken: ‘Dat klinkt leuk in theorie, maar in de praktijk is het nog knap lastig’. Inderdaad, dat klopt. Het is lastig. Maar, het is ook aan te leren. Jij kunt dit leren én er beter in worden. Uiteindelijk zul je ergens in het midden uitkomen tussen de engel en de kwelduivel in.

Jij kunt kiezen welke mening je voor waarheid aanneemt ‘Je hebt geen invloed op wat je overkomt, je hebt wel invloed op hoe je ermee omgaat.’ Denk hieraan als Karin de Kwelduivel weer op bezoek komt voor een cappuccino. Je hebt invloed op hoe je daarmee omgaat. TIP: D ruk Karin de Kwelduivel niet weg, maar laat haar lekker uitrazen en probeer er geen waarde aan toe te kennen.

Faalheld: Brené Brown Ik noem haar niet expliciet in dit stuk, maar de meeste tips over omgaan met schaamte komen uit het werk van Brené Brown. Zij is onderzoekshoogleraar aan de universiteit van Houston. Haar TED-talk over de kracht van kwetsbaarheid is meer dan 50 miljoen keer bekeken en hoort tot de top 5 van best bekeken TED-talks. Vijf van haar boeken zijn op nummer 1 gekomen in de bestseller­ lijst van de New York Times.

Samenvattend: je kunt leren omgaan met schaamte. Door fouten te delen wordt schaamte minder of verdwijnt ze zelfs. Schaamte verdwijnt bij de gratie van empathie en verbinding. Daarom helpt het om een schaamtebuddy te zoeken, zodat jullie elkaar kunnen steunen. Kwelduivels zijn die lastige stemmetjes die tegen jou schreeuwen dat je niet goed genoeg bent. Laat ze lekker uitrazen en probeer ze vooral niet weg te drukken. Frank Deuring is oprichter van de FoutenFabriek en heeft zich sinds 2013 maniakaal ondergedom­ peld in het leren van fouten binnen organisaties. Hij heeft duizenden mensen geïnspireerd met zijn lezingen en gastcolleges bij ministeries, ban­ ken, ziekenhuizen, universiteiten en het mkb.

LVSC: Dé beroepsvereniging voor Coaches en Supervisoren Waarom aansluiten bij onze professionele learning community? • • • • • • • • •

Een kennisnetwerk van ruim 2300 vakgenoten 4 x per jaar Tijdschrift voor Begeleidingskunde Jaarlijks ruim 40 regionale workshops en landelijke webinars en colleges Beroepsregistratie als Registercoach of Supervisor Aansluiting bij intervisiegroepen Gratis toegang tot de kennisbank Professioneelbegeleiden.nl Ethische beroepscode Toegang tot een professioneel klachtenreglement Persoonlijke aandacht voor leden

MEER INFO OP WWW.LVSC.EU

coachlink magazine

• 27


Schaamte als geschenk in coaching 28 • c o a c h l i n k

magazine

marlies jellema

Is schaamte een strandbal die je onder water probeert te houden of is het je kompas? In de coachpraktijk van Marlies Jellema heeft schaamte met regelmaat een waardevolle rol gespeeld in het coachproces. Ze laat in haar artikel zien dat je deze emotie vooral niet uit de weg moet gaan.


O

p een eerste versie van dit artikel kreeg ik stevige feedback terug. Ik schaamde me bij het lezen van deze reactie. Ik had bewust feedback gevraagd aan een collega die ik hoog acht, omdat ik voelde dat het artikel nog niet goed liep. En ik wist dat zij hierin de scherpte heeft om mij op mijn blinde vlekken te wijzen. Rationeel was het plan geslaagd en het doel bereikt. Waarom dat toch die gêne?

Kritiek doet altijd een beetje pijn, daar kan ik best boven staan, maar bij het schrijven raakt dit ook oude pijn. Pijn van kritiek op schoolwerkjes en vele adviezen om ‘beter mijn best’ te doen die mij het gevoel gaven dat ik dom was, omdat ik nog niet wist dat mijn brein wat anders werkt met letters en woorden. Die feedbackmomenten riepen schaamte op en een gevoel dat ik niet voldeed. Het was een angst om niet meer gewaardeerd te worden of niet serieus genomen te worden. Dit zat vooral in mijn gedachten die door deze ervaringen zijn gevoed. Deze schaamte heeft me lange tijd van schrijfklussen weerhouden, tot dat ik las dat schrijfster Carry Slee niet op haar eigen spelling let omdat het haar om de inhoud en het verhaal gaat (Slee, 2019).

Toch is schaamte zeker niet altijd disfunctioneel Schaamte kan ons ervan weerhouden om de dingen te doen die voor ons van belang zijn en ons voldoening geven. Zoals het delen van vakkennis dat voor mij is. Schaamte kan diep zitten en kan ons enorm belemmeren en belasten, zoals we bijvoorbeeld zien bij schulden en grote familiegeheimen. Toch is schaamte zeker niet altijd disfunctioneel. Ze heeft ook een sociale functie en kan een waardevol kompas zijn. In coaching is schaamte een waardevolle emotie die tot verdiepend leren kan leiden.

Schaamte is ongemak Schaamte is een sociaal gevoel, het heeft altijd te maken met onze relatie met anderen. Het is, naast een ongemak, een teken van sociale intelligentie en betrokkenheid. Het is een emotie die van grote waarde is voor ons welzijn. Bioloog Frans de Waal (2019) schrijft in zijn boek Mama’s laatste omhelzing (2019) emoties als schuld en schaamte aan dieren toe. Tot aan primaten aan toe laat De Waal zien dat schaamte een functie heeft om verbinding te houden met anderen, ook als je iets doet wat tegen de groepsnormen in gaat. Anderen kunnen dit gevoel bij je oproepen en zo je gedrag corrigeren ten behoeve van het groepsbe-

lang. Als mens maken we nou eenmaal fouten en slaan we soms de plank mis. Zo ontmoette ik in een coachtraject Bjorn, die na een financieel debacle en outplacementtraject eigenlijk enorm opgelucht was en genoot van zijn nieuwe baan, maar die vooral ook gebukt ging onder schaamte over zijn fouten. Soms kwetsen we onbedoeld of doen we iets wat onze sociale positie op het spel zet. Dan is het waardevol dat we daarvoor tools hebben om de verbinding weer op te zoeken. Schaamte is in die zin een uiting van een existentiële angst, de angst om er niet meer bij te mogen horen. Voor ons oerbrein is dat een levensgevaarlijk bedreiging. Door de emotie corrigeer je jezelf en roep je empathie op bij anderen wanneer je schaamte zichtbaar is. Toch willen we die schaamte niet graag voelen, wat niet onlogisch voor zo’n oer-emotie die diepe angsten oproept.

Vermijden Schaamte zorgt, wanneer ze zichtbaar is, voor empathie en verbinding met anderen. Schaamte kan echter ook een irreële angst zijn van ons brein wanneer er niet echte sprake is van een risico op het vlak van je relaties. Sinds de wereldberoemde ted -talk van Brené Brown, ‘The power of vulnerability’ (2010) is schaamte een bespreekbaar onderwerp geworden. Brown koppelt schaamte aan kwetsbaarheid, die zij ook ziet als onze grote kracht om in verbinding te blijven. Samengevat is het volgens Brown niet de schaamte (of de schuld) an sich die een probleem vormt, maar zijn het het níét willen voelen en ervaren van de schaamte die ons in onze verbinding en ons functioneren belemmeren (Brown, 2013). Het willen vermijden van dit gevoel koppelt zij aan allerlei middelengebruik en andere strategieën om het niet te hoeven voelen. Zo kwam Thomas bij in coaching mij met een stevige spreekangst, die hij voor elke presentatie wegdronk met een paar shotjes. Desnoods om negen uur s ochtend als hij vroeg moest presenteren. Brown pleit dan ook voor het omhelzen van de imperfectie en kwetsbaarheid, en ze brengt een ode aan hen die met hun kwetsbaarheid in de spotlight durven staan (Brown, 2013, 2017, 2018).

Schaamte in coaching Schaamte heeft in mijn praktijk als coach met regelmaat een waardevolle rol gespeeld in het coachproces. (Ik kan me eigenlijk geen coachtraject herinneren waarin schaamte niet voorkwam.) Binnen coaching komen er vele redenen langs waarom mensen zich schamen. Het stellen van een coachvraag is vaak coachlink magazine

• 29


al een kwetsbaar moment waarin ook schaamte om de hoek komt kijken. Het is dan ook een goed teken als een coachee een gevoel van falen durft te delen of te laten zien: dan heb je samen een veilig werkklimaat gecreëerd. Er is voldoende vertrouwen opgebouwd in de coachrelatie en de ander kan zich blootgeven en vertellen over persoonlijke zaken die intieme gevoelens zoals schaamte oproepen.

Ik kan me eigenlijk geen coachtraject herinneren waarin schaamte niet voorkwam Door de emotie er te laten zijn en in de coaching te onderzoeken wat hiervan de betekenis is, komen achterliggende waarden en gedachten van de coachee naar voren. Waarden die iemand over zichzelf heeft en die deze schaamte voeden. Op dat moment komt het gevoel vaak niet overeen met het werkelijke risico dat iemand sociaal loopt, maar is het ons eigen brein waarin een scherpe innerlijke criticus meedogenloos lijkt te oordelen, al dan niet vanuit oude referentiekaders. Ik kom in mijn coachpraktijk schaamte tegen die logisch lijkt in de situatie, maar, veel vaker, schaamte die ‘overdreven’ lijkt voor de sociale functie die ze heeft. Zo verwachtte Sterre dat zij altijd beter moest zijn dan een ander. Want zo was haar thuis geleerd: ‘Wij van de familie Penninckware zijn winnaars.’ Niet winnen, niet de beste zijn, was voor haar meer dan verliezen; het voelde alsof zij een teleurstelling was voor haar hele familie. In mijn coaching maak ik gebruik van elementen uit de Acceptance and Commitment Therapy (act ).

Acceptatie Acceptatie staat voor het actief uitnodigen van vervelende gedachten, gevoelens en omstandigheden die je liever niet wilt hebben. Daar valt ook schaamte onder. Vaak steken we veel energie in het vechten tegen (niet accepteren van) zaken vanuit de illusie dat we hierop controle zouden kunnen hebben (Jansen & Batink, 2014). Emoties zoals schaamte weg willen werken kun je voorstellen als het onder water duwen van een strandbal. Het kost veel energie en die bal plopt altijd weer op.

Die bal plopt altijd weer op 30 • c o a c h l i n k

magazine

Gedachten en emoties zijn geen dingen die opgelost, verminderd, of weggewerkt moeten worden. Ze zijn functioneel, we leven ermee. In onze samenleving, waarin maakbaarheid voorop staat, is dit misschien wel erg onder druk komen te staan. Zo verleren we om ons voordeel te doen met onze ongemakkelijke emoties. Acceptatie remt dit gevecht en geeft daardoor ruimte. Wanneer iemand iets deelt waarbij schaamte een rol speelt, ervaar ik dat als coach vaak als intieme verbinding. Door het te delen neem je het risico dat de ander je afwijst om datgene waarvoor je jezelf schaamt. Dat is altijd spannend. Ik zie in mijn praktijk dat het vaak oplucht. Dan mag het er zijn en drukt het niet meer als een geheim op je schouders. Zo deelde Marjet met mij dat zij zich bij elk succes dat zij haalde als succesvolle projectleider schaamde. Zij had geleerd dat je kop boven het maaiveld uitsteken niet hoorde en dat zij als vrouw arrogantie moet vermijden. Deze normen zorgden ervoor dat ze zich schaamde als iets was geslaagd, ondanks dat zij exact deed wat haar werk vroeg. Dit gebeurde vooral op het moment dat zij daardoor in de spotlights kwam te staan. De ambivalentie was zo verwarrend voor haar dat ze dit met schaamrood op de kaken deelde in ons gesprek. Ineens kon ik haar complexe worsteling met haar huidige werk en het contrast met haar specifieke religieuze achtergrond zien en begrijpen. Het delen van gevoelens van schaamte kan loodzwaar zijn als het om existentiële zaken gaat of over taboes als misbruik of een strafblad. Toch ontstaat er vandaaruit altijd ruimte en diepere verbinding. Iemand is, met zijn complete verhaal, nu ook meer zichzelf.

Innerlijke criticus Schaamte heeft alles te maken met je eigen zelf- en wereldbeeld en dat van anderen. Overtuigingen over onszelf of onze rol voeden ons brein en voeden daarmee ook emoties als schaamte. Zo kan een leidinggevende over zichzelf denken: ‘Ik ben een leidinggevende en leidinggevenden twijfelen niet en schamen zich niet dus ik mag en kan mij niet schamen.’ Als je je bewust bent van deze overtuigingen over jezelf en je rol in het werk geeft dat ruimte om deze met afstand te bekijken, als het ware als een vlieg op de muur. Schaamte kan dan een waardevolle bron zijn die je inzicht geeft over jezelf. Door met afstand je schaamte te onderzoeken en betekenis te geven krijg je meer zicht op je eigen overtuigingen en onderstroom en leer je je professioneel zelf beter kennen. Zo begreep Chenelle ineens waarom ze zich soms zo liet aftroeven in veranderingen. Bij


kritische noten aan haar adres in vergaderingen ontstond er meteen een kakafonie in haar hoofd met boodschappen die haar vertelden dat zij nu betrapt was, omdat zij als ex-vmbo’er deze hbo-functie echt niet kon waarmaken en iedereen dit nu door zou hebben. Met alle gevoelens van schaamte daarbij.

Steeds harder werken kan een strategie zijn om te voorkomen dat anderen ontdekken dat je tegenvalt Overtuigingen over onszelf en de wereld voeden ons brein, dat allemaal boodschappen creëert. Deze boodschappen in je hoofd zorgen ervoor dat jij handelt naar jouw waarden en zelfbeeld en daarbij rekening houdt met anderen. Je hebt geleerd jezelf zo aan te sturen en te corrigeren en daar heeft schaamte vast een functionele rol in gespeeld. Dit kan ook een boodschap zijn die vertelt dat jij ‘maar’ een mbo’er bent, of dat je pas echt meetelt als je het hebt gemaakt in je werk. Zo’n brein roept met regelmaat boodschappen die uit oude waarden zijn ontstaan en waar je wellicht niet meer achter staat. In coaching kom ik vaak coachees tegen met een innerlijke boodschapper die neigt te overdrijven; een innerlijke criticus die ook wel ‘de rechter’ wordt genoemd vanwege het oordelende karakter (Chamine, 2021). Een (te) strenge innerlijke criticus is nogal nauwgezet en keurt veel van ons gedrag af. Hij roept gevoelens van schaamte op die vaak weinig sociale functies meer hebben. Deze innerlijke criticus kan negatieve boodschappen geven over wat jij al dan niet kan en mag en waar jij je voor moet schamen. Ik zie vaak dat dit coachees ertoe aanzet allerlei gedrag te vertonen als compensatie voor de beleefde tekortkomingen, zoals nooit nee zeggen, altijd extra inzet tonen, keihard je best doen. Steeds harder werken kan een strategie zijn om het gevoel van schaamte te vermijden of te voorkomen dat anderen ontdekken dat je ‘tegenvalt’. Zo was Bart altijd als eerste op de zaak en vertrok hij als laatste in zijn eerste maanden als coördinator. Voor het slapen gaan mailde hij nog iets, eigenlijk om te laten zien dat hij aan het werk was en de juiste man was voor deze functie. Tot hij uitgeput raakte en zijn huwelijk bijna op de klippen liep. Op deze manier creëer je je eigen illusie. Normen over je prestaties komen meestal op een meer kritische toon uit je eigen brein en niet uit je (werk) context. Dit ondermijnt je

veerkracht: je steekt meer energie in het pleasen van de boodschapper in je hoofd in plaats van dat je doet wat voor jou van waarde is. Deze normen kunnen in een onveilige werkomgeving ook door de werkcultuur gevoed worden. Dan worden het collectieve normen die de werkdruk verhogen.

Laten zijn Om te voorkomen dat je je laat leiden aan deze innerlijke criticus is mindfulness een waardevolle tool. Mindfulness is de bereidheid om alles actief te laten zijn wat het is, zelfs de oordelen die je verstand produceert, of je dat nu leuk vindt of niet (Jansen & Batink, 2019). Ook al voel je schaamte en is dat ongemak. Als coach kun je deze emoties er expliciet laten zijn door ze te benoemen. Zie je schaamte bij je coachee, noem het dan ook zo: ‘Je schaamt je’. Daarmee mag het er zijn in de coaching. Wat er mag zijn in het hier-en-nu, wordt minder bepalend voor je uiteindelijke keuzes en handelen. Door de gevoelens van schaamte die in het hier-en-nu spelen te onderzoeken ontdek je de herkomst van de schaamte en kun je bewustere keuzes maken. Door afstand te nemen van je overkritische brein met meedogenloze boodschappen en oordelen, alsof je als een goede vriend naar je eigen gedachten zit te kijken, én door met humor naar de gedachten te kijken, ontstaat er ruimte om de gedachten onderzoeken en de eigen innerlijke criticus te leren kennen. Er zijn concrete ludieke oefeningen om hiermee te oefenen. Een veelgebruikte techniek is om je gedachten naam te geven. Truus is immers makkelijk minder serieus te nemen dan ‘die boodschappen uit mijn hoofd’ en je kunt haar aanspreken als ze in de weg zit bij het leven naar je waarden.

Waarden als leidraad De stem van de innerlijke criticus gaat niet weg. Maar je kunt er wel een stem naast zetten. Je coachee kan een boodschapper van een helper of goede vriend ontwikkelen die hem met compassie aanspreekt en helpt om naar eigen waarden te leven. Door met compassie naar gevoelens van schaamte te kijken en te onderzoeken wat ze betekenen, wordt schaamte een leermoment om vanuit waarden te werken. Waarden maken het mogelijk te ontdekken wat je belangrijk vindt in het leven (Jansen & Batink, 2014). Vanuit dat inzicht en door het loslaten van de illusie van controle kun je hierin keuzes maken.

coachlink magazine

• 31


Waarden geven richting, ze zijn als een kompas. Ze hebben invloed op ons werk en ons leven. Dit zie je ook terug in andere theorieën, bijvoorbeeld over werkgeluk. Werkgeluk bestaat uit drie aspecten: plezier, voldoening en zingeving (Bergsma, Hamburger & Klappe, 2021). De coachee die vastloopt, loop­ baanvragen heeft, stressklachten heeft, of zich gewoon wil ontwikkelen, heeft in zijn werk (on)bewust te maken met deze drie aspecten. Het plezier in werk staat onder druk wanneer het presteren de boventoon voert. Een strenge innerlijke criticus is op alle vlakken een enorme spelbreker voor plezier en welzijn en de schaamte die deze innerlijke criticus oproept kan daarbij remmend werken. Bewustzijn van je waarden geeft daarentegen richting aan wat voor jou zingevend is.

Waarden maken het mogelijk te ontdekken wat je belangrijk vindt in het leven Door waarden, wensen en doelen in kaart te brengen kun je je coachee ondersteunen een groei in bewustzijn van deze waarden en doelen. Zo kan de coachee zijn weg laten bepalen door deze waarden in plaats van dat gedachten en emoties hem belemmeren en beperken. Dat geeft ruimte voor commitment: zo kan hij doen wat voor hem van belang is, ondanks de gedachten en emoties die daarbij horen, zelfs mét gedachten en emoties die daarbij horen.

Ga je schamen Schaamte wordt op deze manier een emotie waar je serieus naar luistert op het moment dat ze je, als een kompas, wijst op je handelen zodat je dat kunt laten aansluiten op je waarden. En schaamte kan een emotie zijn die je er laat zijn, waarvan je wat afstand kunt nemen. Dan stap je, met schaamte, toch het podium op omdat dat voor jou van waarde is, of schrijf je alsnog een volgende versie van je artikel. Wanneer je je laat leiden door je waarden kun je met toewijding werken en gaat er geen energie verloren aan je belemmerende gedachten of andere strandballen die je onder water probeert te houden. Als iemand zich schaamt geeft dat aan dat er betrokkenheid is op een bepaald vlak of het leert ons dat er op dat vlak iets betekenisvols speelt. Daarmee is het een interessant onderzoeksgebied voor in coaching. Het gaat blijkbaar om iets wat van 32 • c o a c h l i n k

magazine

belang is. De emotie geeft de coachee de kans om zichzelf te leren kennen en te ontdekken wat van waarde is. Schaamte is niet altijd functioneel en wordt soms gevoed door een overkritisch brein. Als dat het geval is, werkt het om de schaamte er te laten zijn. Laat haar om je heen drijven zoals een strandbal en laat je leiden door je waarden in plaats van je gevoel te vermijden. Dát geeft ruimte voor bevlogen werk en leven. En daarin heeft schaamte (naast andere emoties) een waardevolle plek die ons leven verrijkt, en leren en groeien mogelijk maakt. Kortom, ga je schamen! Alle voorbeelden uit dit artikel zijn een mix van ervaringen uit mijn coachpraktijk met gefingeerde namen om de anonimiteit te waarborgen.

Bronnen • Bergsma, A., Hamburger, O., & Klappe, E. (2021). Handboek werkgeluk. Amsterdam: Boom. • Brown, B. (2010). The power of vulnerability. ted X Houston. • Brown, B. (2013). De kracht van kwestbaarheid. A’dam: Lev. • Brown, B. (2018). Verlangen naar verbinding. A’dam: Lev.

• Brown, B. (2021). De moed van imperfectie. A’dam: Lev. • Chamine, S. (2021) Positieve intelligentie, reken af met je saboteurs. Zaltbommel: Thema. • • • •

Jansen, G., & Batink, T. (2014). Time to Act. Zaltbommel: Thema. Jansen, G. (2019). How to Act. Zaltbommel: Thema. Slee, C. (2019). Durf te schrijven. Amsterdam: OverAmstel. Wachter, D. de & Keirse, M. (2020). Goed leven met kwetsbaarheid of beperking. Tielt: Lannoo Campus.

Marlies Jellema is werkgelukdeskundige en richt zich vooral op werkgerelateerde hulpvragen op het gebied van leersupervisie, coaching, inter­ visie, teamcoaching, organisatiecoaching, posi­ tieve psychologie, acceptance and commitment en motiverende gespreksvoering.


Column

Schaamte ontneemt ons de kans tot oplossingen

monique verhoeven

‘Je hoeft je nergens voor te schamen’ zei ik als coach regelmatig tegen mijn klanten. Een heel mooie uitspraak, vond ik altijd. Want als je iets echt oprecht doet, met de zuiverste intenties, dan is er niets om je voor te schamen. Dan kun je jezelf altijd recht in de spiegel aankijken en dat is het belangrijkst, toch …?! Een prachtige aanname, totdat schaamte op mijn deur klopte. Nu weet ik: schaamte gaat helemaal niet over iets wat je doet, en ook niet over de intentie waarmee je iets doet. Schaamte gaat over wie je bent. Over hoe je gezien wordt door jezelf en door anderen. Het is de angst voor het verlies van je positie, jouw positieve imago is in gevaar. Ik weet er alles van. Het was zaterdagmorgen. Ik liep net naar beneden, naar mijn kinderen. Mijn lief lag nog te slapen. Zijn telefoon die op de trap lag, gaf een belletje. Onbewust keek ik op zijn scherm. ‘Ik lief jou’ hartjehartje, las ik. Mijn hart stond even stil … afzender Storms … Eerst voelde ik ontkenning, daarna verwarring en toen werd het koud in mijn lijf. Terwijl ik de trap terug opklom, golfde er een tsunami aan emoties door mij heen. Waar ik bang voor was bleek waar. Mijn lief had zijn hart verloren aan zijn collega en hij had dit al maanden voor me verborgen

gehouden. Verliefd … hoe dan …? Waarom had hij dit niet aan mij verteld? Hoe kan het dat het voor hem niet veilig was om dit met mij te delen? Hoe kan ik zo blind zijn geweest, de coach die denkt veel te weten over gedrag en mensen, …? Mijn brein kon de realiteit niet aan. Mijn lief die zei dat hij het allemaal ook niet begreep versterkte de verwarring. Cognitieve dissonantie speelde spelletjes met mij. Schaamte kroop mijn systeem binnen en groeide met de dag. Het beeld dat ik van hem had, van mijn gezin en van mijzelf, alles begon te wankelen. Langzaam vielen de puzzelstukjes op hun plek. We hadden een paar heftige jaren achter de rug. Een aantal sterfgevallen en het bouwen aan een gezin met jonge kinderen, hadden ons in het standje overleven geduwd en uit elkaar gedreven. Hij schaamde zich omdat het beeld wat ik van hem had als trouwe echtgenoot nu aan diggelen lag. Ik schaamde me naar hem voor mijn aandeel in de onveiligheid binnen onze

Langzaam vielen de puzzelstukjes op hun plek

relatie. En ik schaamde me voor mijn directe omgeving. Ik wilde niet dat het beeld over ons zou veranderen. Na een aantal lijmpogingen, relatietherapie en een paar nieuwe incidenten vond ik de moed om te stoppen. Ik verbrak de relatie en daarmee viel ons gezin en alle toekomstplannen die we deelden uiteen. Weer voelde ik schaamte. Ik had nooit de ambitie gehad om een alleenstaande moeder te worden. Zo leerde ik een aantal wijze lessen. Schaamte brengt ons helemaal niets. Het werkt alleen maar verlammend en vertragend en drijft je weg van wie je in wezen bent. De gebeurtenissen in mijn leven bepalen niet wie ik ben. De keuzes die ik maak hoef ik aan niemand te verantwoorden, behalve aan mijzelf en mijn kinderen. Schaamte is niets meer dan een poging tot het verhullen en verbergen van een probleem en het ontneemt ons de kans om tot een oplossing te komen. Monique Verhoeven coacht leiders in transitie, directieteams, managers en professionals die ergens voor staan en gaan. Als interim-manager staat ze regelmatig zelf met haar voeten in de klei. Daarnaast ondersteunt ze collega-coaches in de ontwikkeling van hun coachvaardigheden.

coachlink magazine

• 33


Van savanne naar studeerkamer

34 • c o a c h l i n k

magazine


tineke mulder

Ubuntu. Ik ben, omdat wij zijn. Het is de ingang voor een coachgesprek over schaamte en trots dat niet alleen haar coachee, maar ook Tineke Mulder zelf aan het denken zette.

U

buntu, Nelson Mandela gebruikte de uit Zuidelijk Afrika afkomstige term regelmatig na de afschaffing van de apartheid in 1994. Ubuntu geeft uitdrukking aan de onderlinge verbondenheid van mensen, waar ook ter wereld. In sommige Afrikaanse tradities wordt er ook de verbondenheid met voorouders en zelfs dieren, planten mee bedoeld. Mandela deed met het begrip ubuntu een beroep op het besef van onderlinge verbondenheid. Zwart en wit, en hoe groot de tegenstelling ook, mensen hebben elkaar nodig om gezamenlijk een veilig en menswaardig bestaan op te bouwen.

Therapie? ‘Denk je dat ik in therapie moet?’ Onzeker kijken twee bruine ogen me vermoeid aan vanaf het beeldscherm. Ik zie Agnes. Ze klopte een maand geleden bij me aan. Ze heeft het gevoel vast te lopen, te weinig te produceren in haar baan als universitair docente Afrikastudies. Onderwerpen voor haar academisch onderzoek, publicaties, zelfs over het aantal keren dat ze geciteerd wordt in andere publicaties maakt ze zich grote zorgen. Allemaal zaken die belangrijk voor haar zijn, omdat ze nog een lange weg van promoties voor de boeg heeft totdat ze zich veilig en gevestigd mag wanen. ‘Soms schaam ik me gewoon ervoor dat ik deze positie heb. Ik ben het niet waard. Zoveel mensen die het beter zouden kunnen. En dat gevoel verlamt me dan helemaal, ik raak in paniek en om er niet over na te hoeven denken, en aan de slag te hoeven gaan. ’s Ochtends ga ik mezelf afleiden met allerlei tijdverspillende onderzoekjes op de computer die eigenlijk zinloos zijn. Of ik blijf te lang hangen in de social media’.

Ze heeft goed geluisterd tijdens het kennismakingsgesprek, dat blijkt

‘Wat maakt dat je aan therapie denkt?’ ‘Nou, de rol van het verleden, diepe, blokkerende emoties, dat zijn toch zo’n beetje de verschillen tussen therapie en coaching?’ Ze heeft goed geluisterd tijdens het kennismakingsgesprek, dat blijkt. Ik kijk haar aandachtig aan; een stilte waarin misschien nog wat meer informatie bovenkomt, terwijl ik tegelijkertijd kijk wat er nu in mezelf opkomt. ‘Therapie, misschien, hoeft niet. Laten we er eerst eens samen naar kijken. Want hoezo, schaamte? ’ vraag ik haar.

Schaamte, schuld en trots ‘Nou, het voelt gewoon superongemakkelijk, ik voel een enorme druk om te presteren, ik kom tenslotte uit een familie van wetenschappers. Mijn ouders zijn zo trots op me, en ik wil het zó graag waarmaken. En uit angst om daarin niet te slagen, presteer ik helemaal niets! Ik voel me zelfs schuldig.’ Schaamte en schuldgevoel gaan vaker hand in hand. De vraag is alleen of het hier een gezonde of ongezonde schaamte is. Van wat ik inmiddels van Agnes weet uit de eerste paar gesprekken functioneert ze normaal. Dus ik vermoed een gezonde: schaamte die is ontstaan doordat ze zuiver aanvoelt, al dan niet bewust, dat ze tekortschiet ten opzichte van haar eigen normen en waarden. Maar ik ben er niet om diagnoses te stellen. Ik denk snel na. Schaamte, trots. Tegenpolen, dualiteit, misschien is het een bruikbare ingang. ‘Ik hoor schaamte en ook trots. Wat is de verbinding tussen die twee?’

Ubuntu ‘Geen idee. Het lijken me twee tegengestelde begrippen die helemaal niets met elkaar te maken hebben.’ En opeens komt er een woord in me op. ‘Is het oké als ik een ingeving met je deel?’ ‘Tuurlijk.’ ‘Ubuntu’ zeg ik. Ubuntu, een woord dat indruk op me maakte tijdens een verblijf in Zuid-Afrika een aantal jaar geleden: ik ben omdat wij zijn. Wie de uitspraak hoort zonder de achtergrond ervan te kennen, denkt wellicht aan een kwantumfysische conclusie, of aan een doordraaiende nieuwetijdsdenker. Nu welt het in me op, waarschijnlijk vanwege coachlink magazine

• 35


die Afrikastudies, en de manier waarop ze over haar ouders spreekt, waarin ik Agnes’ gevoel van enorme verbondenheid met hen bespeur. En omdat het een begrip is waarmee we tegenstellingen met elkaar kunnen verbinden en verzoenen. Ze kijkt verrast. Natuurlijk heeft ze gehoord van ubuntu, vandaar ook dat ik het durf te gebruiken. ‘Ubuntu, ja, ik zag dat het een paar maanden geleden ook weer in de krant opdook, na het overlijden van Desmond Tutu. Grappig dat je dat gebruikt. Maar ik snap niet helemaal hoe ik dat hier kan inpassen’. ‘Het komt in me op, als begrip om tegenpolen elkaar te verzoenen. Zoals ubuntu in Zuid-Afrika aan het einde van de vorige eeuw bruikbaar was voor zwart en wit, om in een nieuwe samenleving te geloven. Om duidelijk te maken dat we allemaal deel uitmaken van een groter geheel, en ondanks de verschillen elkaar nodig hebben en beïnvloeden. Alleen de tegenstellingen kunnen overstijgen door ons bewust te zijn van een gemeenschappelijke droom of drijfveer. Wat komt er in je op als ik dit zeg?’

Ambitie en idealen ‘Wel interessant dat je dat zegt. Het doet mij wat denken aan yin en yang. Waarbij beide polen ook iets van de andere pool in zich hebben. Bij mijn eigen schaamte en trots denk ik aan te povere onderzoeksresultaten. En aan mijn oorspronkelijke idealen als wetenschapper. Meer kennis en bekendheid over Afrika verwerven en delen. Het is het grootste continent, onze zogenaamde beschaving is er ontstaan, de eerste mensen, en toch bungelt Afrika er nog steeds bij. Kijk naar corona, en hoe weinig vaccins er naar Afrika gingen, waardoor we collectief het risico blijven lopen op nieuwe en gevaarlijke varianten. Niemand is veilig totdat we allemaal veilig zijn.

We hebben gewoon veel te weinig ambitie Ik zie nog steeds niet helemaal hoe schaamte en trots met elkaar te maken kunnen hebben, maar je brengt me wel op een idee. Want collectieve schaamte, en plaatsvervangende schaamte, dat is iets wat veel mensen ervaren. Sommigen voelen het als ze in het vliegtuig stappen of vlees eten, of dat anderen zien doen, vanwege het klimaat. Anderen als ze oorlog dichtbij of verder weg waarnemen. Of als ze naar de situatie in de Hoorn van Afrika kijken. We kunnen individueel en geza36 • c o a c h l i n k

magazine

menlijk beter, doen soms een poging, maar schieten te kort, en kunnen ons onvermogen nog niet overstijgen. Laat staan ergens trots op zijn. We hebben gewoon veel te weinig ambitie! Hé, ambitie … Dat is het! Dat is waar zowel mijn schaamte als trots mee te maken hebben!’ Het is bijna alsof ik een lampje in haar brein zie oplichten, en ze spreekt inmiddels twee keer zo snel.

Gezonde schaamte ‘Dat is nou precies wat gezonde schaamte is’, zeg ik. ‘Je bewust worden van het verschil tussen je gedrevenheid of idealen aan de éne kant, en het resultaat van je activiteiten aan de andere kant. Minder doen dan je zou kunnen. Ik vraag me af, wat doet een trotse, schaamteloze Agnes, welk beeld komt er in je op?’ Het is een poosje stil. Geeft niet. Er is al veel in beweging gezet. Ik zie Agnes’ ogen omhoog kijken, ze is in zichzelf gekeerd, diep nadenkend. ‘Ik zie mezelf op de savanne ergens in Afrika. Ik vier dat ik de volgende stap heb kunnen zetten in mijn loopbaan, na een paar hele mooie publicaties.’ ‘En wat is, vanaf dat moment en die plek in de savanne bekeken, de eerste stap die je hebt gezet om zover te komen?’ Haar antwoord komt onmiddellijk. ‘Het afmaken van mijn huidige artikel. Als de wiedeweerga. Eigenlijk hoef ik ook helemaal niet meer zo veel eraan te doen. Wat zaken nakijken, dubbelchecken. Zodat ik daarna gelijk kan beginnen aan een nieuw artikel. Ik heb nu opeens iets in gedachten. Mijn vader is oud-hoogleraar filosofie. Dat idee van ubuntu en omgaan met collectieve schaamte, misschien is dat wel een heel bijzonder project waaraan ik samen met hem kan gaan werken.’ Van de savanne naar de studeerkamer. Een grote stap, en een grotere tegenstelling is er haast niet mogelijk. Zo meteen samen de tussenstappen nog maar even in kaart brengen. Maar ook dit idee bewijst opnieuw de kracht van ubuntu. Ik ben omdat wij zijn. De een kan niet zonder de ander, hoe groot de verschillen ook mogen zijn, het is allemaal met elkaar verbonden. Dat geldt voor mensen, en ook voor tegenstellingen. Zonder tegenstelling geen verzoening. Zonder schaamte geen trots. Zonder collectieve schaamte geen nieuwe idealen.

Draai het eens om Na afloop van gesprek moet ik alles even laten bezinken. Een rondje met de hond, en dan een grote kop koffie. Flarden van het gesprek flitsen nog door mijn hoofd. Door Agnes’ band met


Afrika denk ik aan mijn vroegere werkzaamheden en idealen. ‘Verbeter de wereld begin bij jezelf’ en ‘think globally, act locally’, dat zijn de slogans waarmee ik opgroeide en die mijn loopbaan jarenlang hebben bepaald. Ubuntu gaat echter veel verder dan dat, het is meer dan het verbinden en overbruggen van tegenstellingen, en zeker meer dan ‘truc’ in een coachgesprek. Het is breder, spiritueler en allesomvattender. Maar wat komt er van mijn eigen idealen nog terecht, nu ik vooral een-op-een met mensen werk? Ik bespeur een ongemak over wat er in de wereld gebeurt, dat zich mijn bewustzijn binnenboort, dat deel uitmaakt van die collectieve schaamte waarover Agnes het had. Hoe kan ik mijn eigen impact vergroten? Wat is het effect

als ik ubuntu eens van de andere kant bekijk en omdraai: wij zijn omdat ik ben? Dat maakt de vraag nog indringender. Moet ik andere keuzes maken, in deze tijd, in deze wereld? Hoog tijd om weer eens een afspraak te maken met mijn eigen coach ...

Tineke Mulder woont in Washington D.C. en is in de VS en in Nederland actief als online coach, Nederlands- en Engelstalig. Haar focus ligt op burn-outpreventie en loopbaancoaching. www.brightnowcoach.com

EXECUTIVE MASTER IN COACHING NIEUW AAN DE VU: 3-JARIGE POSTGRADUATE OPLEIDING TOT EXECUTIVE MASTER IN COACHING START MODULE EXECUTIVE COACHING IN OKTOBER 2022 START MODULE EXECUTIVE TEAMCOACHING IN NOVEMBER 2022

Voor meer informatie: www.vu.nl/master-coaching

coachlink magazine

• 37


De schaamte niet voorbij Hoe schaamte je scherp houdt bij het coachen

38 • c o a c h l i n k

magazine


patrick heller

Ook als coach zou je soms willen dat er een undo-button op het toetsenbord van het leven zat. Maar toch kun je – misschien wel juist – uit zulke schaamtevolle momenten groeien naar een hoger niveau, zo laat Patrick Heller zien.

W ‘

aarvoor je je schaamt verandert met de jaren. Als kind schaam je je misschien omdat je iets nog niet kunt wat andere kinderen al lang onder de knie hebben. Als snelgroeiende tiener kun je je schamen voor je klungelige lichaam. Als nieuweling op het werk schaam je je wellicht voor die ene politiek niet zo handige opmerking tijdens de vergadering waar de ceo bij zat. In iedere fase van je leven kom je wel iets tegen waardoor je – of je het nu wilt of niet – ineens knalrood wordt, het zweet je uitbreekt, en je eigenlijk heel snel in het niets zou willen verdwijnen.

Hè? Nou? Net als dat je in het leven door fasen gaat, doe je dat ook als coach. Tien jaar geleden coachte ik mijn teams op een heel andere manier dan dat ik dat nu doe. Niet alleen is mijn kennis uitgebreid en mijn ervaring vergroot, mede daardoor zijn ook mijn verwachtingen bijgesteld. Ik verwacht nu van mezelf dat ik het coach-zijn op een hoger niveau invul dan in een eerdere fase. Dit brengt met zich mee dat ik me toen voor andere dingen schaamde dan nu.

Er spookten tig vragen door mijn hoofd en ik probeerde in allerijl tig antwoorden te formuleren In het begin van mijn coachcarrière schaamde ik me dikwijls omdat ik zo snel geen antwoord had op een praktisch vraagstuk dat zich plots voordeed. Dan werd ik al zenuwachtig als ik de discussie in het team een bepaalde kant voelde opgaan. Er spookten tig vragen door mijn hoofd en ik probeerde in allerijl daar tig antwoorden op te formuleren – voordat een van die vragen daadwerkelijk in de discussie naar voren kwam. En natuurlijk kwam er dan precies een vraag naar voren die ik nog niet

had bedacht. Ja, coach, wat gaan we daarmee doen? Hè? Nou? De priemende blikken, de afwachtende houdingen, de ijzige stilte die veel langer in je hoofd duurt dan in de werkelijkheid. Je voelt je mond droog worden. Je krijgt het warm, veel te warm – het zweet breekt je uit en je zou eigenlijk de kamer uit willen rennen. Je schaamt je tegenover de teamleden. Zij vertrouwen op jou – op jouw kennis en ervaring – maar jij kunt op dat moment niet leveren. Je schaamt je zichtbaar kapot.

Schaamtevolle leermomenten Toch ben ik die beginperiode als coach levend doorgekomen. Ieder schaamtevol moment is ook een leermoment gebleken. Ik weet niet meer hoe ik me uit ieder moment heb kunnen redden en hoe dat is overgekomen op de teamleden, maar ik weet wel dat ik achteraf heb nagedacht over wat er precies was gebeurd en hoe ik beter met de situatie had kunnen omgaan. Als je eenmaal de rust hebt, is de oplossing vaak een stuk eenvoudiger gevonden. Omdat er in het begin van je carrière meer situaties voorkomen die je nog niet eerder hebt meegemaakt, stuit je regelmatig op schaamtevolle leermomenten. Naarmate de tijd vordert, heb je steeds vlotter de oplossing voorhanden. Waar ik eerder dacht dat de oplossing lag in het aandragen van gedegen praktisch advies – in de zin van, ‘doe dit, dan gaat dat beter’ – zo heb ik geleerd dat de oplossing vaker ligt in het stellen van de juiste vragen (net als iedere andere coach dit ongetwijfeld op enig moment leert en ervaart). De momenten dat je je schaamt tegenover je team worden minder en minder. Wanneer je je dit realiseert, voelt het als een opluchting. Maar dan. De schaamte die je voelt voor onwetendheid of onkunde tegenover de mensen om je heen maakt plaats voor een ander soort schaamte.

Schipperen Coachen is schipperen tussen luisteren en vertellen, tussen laten gaan en sturen, tussen vragen stellen en antwoorden geven. Naarmate je meer ervaren wordt, is het eenvoudiger om coachlink magazine

• 39


meer te luisteren, te laten gaan, en vragen te stellen – dit worden je belangrijkste tools als coach. Maar soms vraagt de situatie wel degelijk om vertellen, sturen, of antwoorden geven. Het is zo makkelijk om dat dan toch maar niet te doen. Daaruit ontstaan de nieuwe schaamtemomenten – je schaamt je omdat je niet hebt ingegrepen.

De schaamte houdt je scherp Een concreet voorbeeld. Je zit in een meeting met een hoger managementteam van een grote organisatie. Een manager met veel gewicht in de groep – denk aan type ‘7 vinkjes’ en ook nog eens senior qua leeftijd – beweert vol overtuiging iets wat totaal haaks staat op waar jij en je coaching voor staan. Hij doet het ook nog eens op zo’n manier dat hij de lachers op zijn hand krijgt, waarbij een deel van de lach wordt verkregen door een inside joke. Tja, daar zit je dan. Je weet uit ervaring, kennis, en kunde precies wat je zou moeten zeggen. Maar je weet ook dat het een enorme aanvaring zal opleveren. En niet alleen met de 7 vinkjes, maar ook met zijn lachers – het is een kleffe kliek, dat zie je zo. Puur professioneel gezien moet je natuurlijk je mond opendoen – je wordt immers ook betaald voor je professionele mening, gebaseerd op ervaring, kennis, en kunde. Maar de discussie gaat alweer verder, het momentum is weg. Als je nu nog iets zegt, komt het vooral heel raar over, denk je. Dus je besluit te zwijgen. Niemand die iets merkt, maar zodra je de vergaderruimte uit loopt, breekt het zweet je alsnog uit,

40 • c o a c h l i n k

magazine

het schaamrood staat op je kaken. Je schaamt je niet tegenover anderen, maar je durft jezelf niet in de spiegel aan te kijken. Je schaamt je kapot.

Je hebt de keuze Bij de vroegere schaamtemomenten verander je ofwel vanzelf omdat je meer ervaring krijgt, ofwel omdat je bewust kennis en kunde vergaart om dit soort momenten in de toekomst te voorkomen. Er ligt immers niet een heel rooskleurige professionele toekomst voor je in het verschiet als je schaamtemomenten aan elkaar blijft rijgen zonder ervan te leren. Bij de latere schaamtemomenten echter, heb je de keuze. De schaamte voel je vooral in je eentje, onopvallend, en achteraf nog het meest. Aan jou de keuze om ervan te leren en er iets mee te doen. Doe je dit niet, dan ben je nog steeds een coach. Maar wat voor een coach? Eentje die niet in de spiegel durft te kijken. Beter is het om duidelijk te maken waar je voor staat. Als coachen ook maar iets betekent, dan betekent het dat je mensen kunt vertellen wat ze niet willen horen. Zonder wrijving geen glans, of hoe je het ook wilt benoemen. Uiteindelijk wil je voor elkaar krijgen dat er progressie wordt gemaakt. De schaamte houdt je scherp. Aan de coachees dan de uiteindelijke keuze wat ze met jouw scherpe input doen.

Patrick Heller helpt als agile coach organisaties vlotter te worden door op een geheel eigen, rustgevende wijze teams, managers en coaches boven zichzelf uit te laten stijgen. www.linkedin.com/in/patrickheller/


Het weekendgevoel van ...

Divera van der Elst ‘Fijn dat ik in het weekend werkdingen kán doen.’ Divera van der Elst vindt het heerlijk om in het weekend niet te hoeven haasten. ‘Ik ben erg gelukkig en help coaches om gelukkig te zijn met het mooie werk dat zij doen. Zo verspreid ik dit gelukkige gevoel.’ Op vrijdagmiddag haalt Divera om 12 uur haar dochter van school en begint haar weekend. ‘Maite zit in de onderbouw en we hebben de hele middag samen. Wij vermaken elkaar prima, we gaan soms samen de was opvouwen, daar geniet ze van. Vaak komt ze dan ook aan met “een kopje thee voor de nep”.’ Met een grote glimlach vertelt ze: ‘Op zaterdagochtend ga ik met mijn dochter naar rollerskatesles. Ze kan er nog niets van, maar vindt het hartstikke leuk. We doen spelletjes en zonder zich te bekommeren over balans en houding, skatet ze dan pijlsnel naar het volgende plaatje.’ Divera trekt de parallel met haar werk: ‘Uitdaging zit vooral in je hoofd, niet in wat je te doen hebt.’ Zij helpt cliënten meer plezier te hebben in hun coachpraktijk. ‘Als je plezier kunt hebben in het leren, zie je dat het steeds beter gaat.’ Afgelopen weekend stond haar man sinds dertig jaar weer op skates. ‘Heel leuk om te zien dat mijn dochter met hem samen voorzichtig een rondje maakte.’ Zaterdagmiddag heeft Divera’s zoon judoles en dat begint met een potje ‘pesten’ in de kantine. ‘Ik haal de speelkaarten uit mijn tas en kinderen en ouders doen mee.’ Als Gijs van 10 jaar aan het judoën is, drinkt Divera een latte macchiato en post iets voor haar

bedrijf op social media, behandelt mails en bekijkt de volgende werkweek. ‘Tot slot bestel ik een lekker koude Fristi voor Gijs.’ Soms vermaakt Gijs zich na afloop in de speeltuin terwijl Divera nog een paar rondjes skatet op de baan ernaast. ‘Als je eerst voor jezelf zorgt, kun je zoveel meer voor een ander zorgen en met minder moeite.’

‘’s Avonds kijk ik Star wars.’ In het weekend kookt Divera’s man Kees-Jan of bestellen ze iets. ‘Hij kookt meestal taco’s of pannenkoeken: snel en makkelijk’, lacht ze. ‘Tegenwoordig kijk ik ’s avonds met Gijs graag Star wars. Als hij rond half 9 in bed

ligt, werk ik soms nog wat of ik kijk filmpjes over rollerskaten. Ten slotte kijken Kees-Jan en ik nog één aflevering – één – van Friends, The Big Bang Theory of Seinfeld op de iPad in bed. En dan lekker slapen!’ De zondag verschilt per keer; afgelopen weekend had Divera een fotoshoot voor haar werk en gingen de kinderen met haar man naar oma. ‘We gaan regelmatig wandelen; we wonen vlak bij het Katwijkse Panbos, maar gaan ook wel naar Wassenaar of wat verder weg.’ Ook op zondag vindt Divera vaak wel even tijd om te werken; ‘Dan zit ik op social media, zoek ik plaatjes voor een evenement of schrijf ik teksten. Mijn dochter zit in mijn werkkamer te kleuren en zo zijn we ook gezellig samen.’ (NvO)

coachlink magazine

• 41


Wat zullen ze wel niet van me denken?

42 • c o a c h l i n k

magazine


marja postema

Schaamte en schuld zijn sociale emoties; ze spelen zich af in relatie tot anderen. Deze emoties zorgen ervoor dat we ons gedrag op elkaar afstemmen en dat we ons houden aan de normen en waarden van de groep waarvan we deel uitmaken. Niemand vindt het fijn om zich te schamen of zich schuldig te voelen, want je krijgt het gevoel dat je iets verkeerds hebt gedaan of dat je slecht bent. Marja Postema laat haar licht schijnen over deze emoties.

S

chaamte en schuld worden nogal eens met elkaar verward, maar er is een essentieel verschil tussen deze emoties. Je voelt je schuldig wanneer je iets hebt nagelaten of een ander iets hebt aangedaan. Je schaamt je wanneer je gedrag niet voldoet aan de verwachtingen van anderen of die van jezelf.

Het verschil tussen schaamte en schuld Schaamte ontstaat meestal in aanwezigheid van anderen. Je eet bijvoorbeeld tijdens een lunch met collega’s je broodje uit de hand, terwijl de anderen netjes met mes en vork eten. Wanneer dat je opvalt, word je rood van schaamte. Je hebt de neiging jezelf te verstoppen achter je handen. Wanneer je je schaamt, wil je je het liefst verbergen of ineenkrimpen. Na de schaamte komt de angst dat anderen je raar, stom of incompetent vinden en je zullen afwijzen.

Je voelt je slecht over iets wat je hebt gedaan of nagelaten Schuld kan los van de aanwezigheid van anderen ontstaan en speelt vaak op als je je realiseert dat je iemand teleurstelt of tekortdoet. Zo kun je je schuldig voelen wanneer je er te weinig voor je kind(eren) of je partner bent, je te veel werkt, eet of drinkt, dat je te veel geld uitgeeft of te vaak met jezelf bezig bent. Je voelt je slecht over iets wat je hebt gedaan of nagelaten. In die zin heeft schuld een gewetensfunctie en is deze emotie bedoeld om te voorkomen dat je jezelf en anderen onheus behandelt.

Veel Aziatische landen kennen een zogenoemde schaamtecultuur, waarin het beeld naar buiten toe enorm belangrijk is. Schaamte is verbonden met de angst voor gezichtsverlies. Deze schaamtecultuur staat tegenover de zogenoemde schuldcultuur in de Westerse samenleving. Hier spelen schuld en zonde een grote rol onder invloed van het christendom. Wanneer je zondigt tegen de regels is een schuldgevoel het effect.

Het constructieve aspect van schaamte Schaamte heeft een sociaal wenselijke functie, die we in onze kindertijd ontwikkelen. Het kind wordt geleerd wat hoort en niet hoort, wat mag en niet mag. Op die manier houdt het zich aan de normen en waarden van de groep waartoe het behoort en gedraagt het zich naar verwachting. Naast de behoefte aan autonomie heeft ieder mens de primaire behoefte om ergens bij te horen. Tijdens de puberteit is het belangrijk voor kinderen dat ze bij een groep horen. Als de groepsnorm inhoudt dat je erbij hoort als je merkkleding draagt, dan kunnen kinderen zich schamen wanneer ze het moeten doen met de kleding van C&A of van de kringloop. Jeanne volgde het gymnasium en haar ouders hadden hoge verwachtingen van haar. Maar zij hield meer van de romannetjes uit de Bouquetreeks dan van de Griekse filosofen. Haar moeder besprak dat met een leraar tijdens een ouderavond. De volgende dag vertelde deze leraar, tijdens de les, over haar speciale interesse. Haar klasgenoten lachten en zij zakte door de grond van schaamte. In onze individualistische samenleving volgen mensen steeds meer hun eigen weg. We hebben minder last van wat de buren wel niet zullen denken. Maar in kleine gemeenschappen kan deze sociale druk nog steeds groot zijn. Wanneer je je hier niet in overeenstemming met de groep gedraagt, kun je worden coachlink magazine

• 43


uitgestoten of in achting dalen. Ook organisaties kunnen als een kleine gemeenschap met een eigen cultuur functioneren. Zo kun je je in een zakelijke omgeving enorm schamen als je in huilen uitbarst of wanneer je op een bijeenkomst verschijnt in je spijkerbroek terwijl iedereen in pak is. Met schaamte laat je anderen zien dat je het erg vindt dat je afwijkt van de norm. Op die manier kun je een afwijzing voorkomen.

Het destructieve aspect van schaamte Schaamte werkt destructief wanneer ze je belemmert jezelf te zijn of wanneer ze functioneert als een kritische stem die je vertelt dat je je moet aanpassen. Zo kun je je schamen voor je onzekerheid, je prikkelbaarheid of je behoefte aan aandacht. Deze schaamtegevoelens geven aan dat je blijkbaar aan een bepaald beeld moet voldoen van jezelf; iemand die zeker is, iemand die geduldig is of iemand die geen aandacht nodig heeft. Schaamte kan zo ver gaan, dat je je eigen levendigheid en spontaniteit afwijst en niet mag uiten wat je denkt en voelt. ‘Een baby is van nature levendig en ervaart lust en onlust rond alle primaire levensfuncties. Een baby geniet van zijn eigen geluid, eet, poept en piest zonder gêne. Met de opvoeding beginnen de begrenzingen: onze cultuur, onze familietradities en gezinssituaties stellen paal en perk aan het kind. Een kind ontwikkelt schaamte en angst voor de eigen levendigheid omdat het voelt dat het daarmee zijn opvoeders in verlegenheid brengt.’ – Anja van Servellen (uit: De weeën van de macht) Schaamte speelt een grote rol bij het uiterlijk. Vooral vrouwen krijgen door beelden in de media de indruk dat ze lelijk zijn. In de pubertijd is het normaal dat je al je onzekerheid projecteert op je lichaam, maar dit zou een fase moeten zijn, die je op een gegeven moment achter je laat. Als puber schaamde ik me voor mijn te grote neus en mijn gebit, want als ik lachte kwam mijn tandvlees bloot te liggen. Dus in een gesprek hield ik een vinger op mijn neus en bij het lachen deed ik mijn hand voor de mond. Ik had het er maar druk mee. De schaamte voor het uiterlijk of voor een bepaalde eigenschap heeft vaak te maken met een diepe onzekerheid, gebrek aan zelfvertrouwen en angst voor kritiek of afwijzing.

44 • c o a c h l i n k

magazine

Angst en schaamte vormen een dodelijke combinatie Angst kan ervoor zorgen dat je je excuseert elke keer dat je iets wilt zeggen of vragen. Alsof je je schaamt voor je aanwezigheid. Vanuit angst en schaamte ben je zo bezig met de buitenwereld dat je voorbijgaat aan wie je bent en wat je eigen behoeften en verlangens zijn. Schaamte isoleert. Ze kan ervoor zorgen dat je oogcontact vermijdt of bepaalde mensen niet onder ogen durft te komen. Ze kan er ook voor zorgen dat je bepaalde onderwerpen uit de weg gaat en daardoor mensen vermijdt die dit onderwerp zouden kunnen aansnijden. Denk aan het hebben van financiële, relationele, seksuele of verslavingsproblemen. Onze opvoeding en cultuur bepalen voor een groot deel hoe schaamtevol je bent opgegroeid. In een omgeving waarin sterke normen en waarden de omgang met elkaar bepalen en sociale controle een grote rol speelt, zal schaamte eerder de kop opsteken. Daarnaast heeft het karakter invloed op de ontwikkeling ervan. De ene persoon is schaamteloos en trekt zich niets aan van de eisen van de omgeving en een ander past zich angstvallig aan.

Schaamteloos Schaamteloze mensen kunnen bijvoorbeeld een uitdagende of extravagante manier van kleden hebben, waarvan anderen vinden dat het over de grenzen van het fatsoen gaat. Maar denk ook aan mensen die op een opzichtige manier aandacht trekken en graag in het middelpunt van de belangstelling staan, waarbij het voor anderen over de grenzen van gepast gedrag gaat. Schaamteloze mensen kunnen nogal eens de grenzen opzoeken als een puberaal kind. Naast reacties van afkeur zullen er ook stiekem bewonderaars zijn.

Op die manier kun je een afwijzing voorkomen Schaamtevol Iemand die schaamtevol is, kan zich overal over schamen: uiterlijk, manier van praten, werkzaamheden die niet interessant genoeg zouden zijn, een woning die niet mooi genoeg lijkt. Het is alsof iemand zegt: ‘Ik stel niets voor’.


Tineke was een buitenechtelijk kind in het huwelijk van haar ouders. Ze was het resultaat van een slippertje van haar moeder. Haar aanwezigheid herinnerde haar moeder elke dag aan deze schaamtevolle daad. Dit gevoel bracht ze op haar kind over. Wanneer schaamte zo verankerd is in je persoonlijkheid, waardoor je je inhoudt omdat je denkt dat je niet mag zijn zoals je bent, is de schaamte destructief. Wanneer je voortdurend last hebt van schaamte bij alles wat je zegt en doet, is er een diepe angst voor afwijzende reacties van anderen.

Dit zou een fase moeten zijn, die je op een gegeven moment achter je laat Het is belangrijk bij jezelf te onderzoeken wanneer en hoe deze overweldigende schaamte is ontstaan. Aan welke ideaalbeelden, normen en waarden moet je voldoen? Op deze manier kun je de angst ontmantelen. De angst voor afwijzing en kritiek zijn meestal kinderangsten. Blijkbaar heb je al jong de conclusie getrokken dat je aan bepaalde verwachtingen moet voldoen of heb je al jong een totale afwijzing ervaren. Wanneer je inzicht hebt in het ontstaan van de angst, stuit je vaak op onverwerkt verdriet en boosheid, omdat je als kind niet kon zijn zoals je was. Het is helend om de pijnlijke gevoelens van afwijzing en het onvervulde verlangen om te mogen zijn zoals je bent, te ervaren en dit gekwetste innerlijke kind in je te omarmen. Je bent nu niet meer afhankelijk van je ouders. Je mag voor jezelf kiezen. Je mag je hart volgen, je mening geven en je gevoelens uiten. Je mag zijn zoals je bent.

Acht tips om met schaamte om te gaan Schaamte komt voort uit sociale angst: ‘Wat zullen ze wel niet van mij denken?!’ Met de behoefte geaccepteerd te worden wil je voorkomen dat je iets doet waardoor je wordt afgewezen. Dat kan iets knulligs zijn, zoals iets vergeten, of iets doen wat haaks op de lijn der verwachting staat. Wanneer het over oppervlakkige zaken gaat, kunnen de volgende tips je helpen de schaamte los te laten: 1 Druk het gevoel niet weg, want het is er. Wanneer je het accepteert, zal het makkelijker verdwijnen. 2 Maak het niet groter dan het is, dus blaas het niet op. Het is een incident en het zegt verder niets over jouw capaciteiten of persoonlijkheid. 3 Benoem het en laat het los: dat was stom, dat had ik anders kunnen doen. 4 Accepteer dat je niet perfect bent. Stomme dingen doen mag/kan iedereen overkomen. 5 Lach erom, maak er een grapje over of ga lekker overdrijven. 6 Sta jezelf toe om knullig te zijn. 7 Ga niet voor anderen denken, want je kunt hun gedachten niet kennen. 8 Besef dat je niet de enige bent die knullige dingen doet.

Marja Postema is de oprichter van de Emotionele Intelligentie Academie en heeft meer dan 25 jaar ervaring in coachen en trainen. Zij schreef twee boeken: Emoties wat moet ik ermee? en ABC van 15 emoties. Ze geeft een geaccrediteerde opleiding Emotioneel Meesterschap aan profes­ sionals. www.omgaanmetemoties.nl

coachlink magazine

• 45


46 • c o a c h l i n k

magazine


Boek

Hilde Backus, Wandelcoaching bij stress en onzekerheid 240 blz, 1e druk, 2021, Uitgeverij Boom, ¤ 23,50 Wandelen werkt stressverlagend en de natuur doet ons goed. Dit is het eerste boek dat kennis over de kracht van wandelen in de natuur combineert met een praktisch 7-stappenplan, boordevol bruikbare oefeningen voor in de buitenlucht. Met het stappenplan bied je coachees een manier om om te gaan met stress en onzekerheid. Als je de heilzame kracht van de natuur eenmaal kent, wil je als coach nú naar buiten en aan het werk gaan. De oefeningen zorgen ervoor dat de coachee alles uit de wandelingen in de natuur haalt; hij of zij komt op adem, krijgt ruimte voor nieuwe inzichten, zet stappen en floreert. Dit monter en vlot geschreven boek is inhoudelijk stevig. Hilde Backus geeft heldere uitleg over de psychologische mechanismen die stress en onzekerheid veroorzaken en onderbouwt dit met verfrissend wetenschappelijk onderzoek. Met Wandelcoaching bij stress en onzekerheid kun je direct aan de slag.

Hester Sybrandi

Carla Schellings

Rik Smale

Loopbaanwandelcoach Je kunt wandelend coachen en je hebt wandelcoaching: wandelcoaching staat sinds COVID stevig in de belangstelling. Hilde Backus onderbouwt het positieve effect met recent wetenschappelijk bewijs. Haar boek was aanleiding om elkaar als leesclub voor (loopbaan)coaches voor het eerst te ontmoeten in de bossen bij Austerlitz. Wandelcoaches Babs Mouton en ik gingen met de leesclub op pad, uiteraard met een aantal oefeningen uit Hildes boek in onze rugzak. We werden onderweg verrast door zon, hagel, onweer en … weer zon, een mooie metafoor voor de stress en onzekerheid tijdens deze wandeling. We vonden het vooral een boek voor coaches met interesse in werken in de natuur en met metaforen en symbolen uit de natuur. De oefeningen zijn helder beschreven en nodigen uit om ermee te experimenteren. De rapportcijfers varieerden van 6 tot 9. Een enkeling bestempelde het boek zelfs als dé bijbel voor wandelcoaching.

Psycholoog, coach, trainer en auteur van Take Care! Zelfzorg voor professioneel begeleiders De ondertitel ‘7-stappenplan voor coaches die de natuur in willen’ suggereert een lekker praktische insteek, maar dit boek is méér. De beschreven effecten van de natuur en van wandelcoaching maken enthousiast en geven een fundament aan deze vorm van coachen. De voorbeelden komen overwegend uit de hoek van werkgerelateerde coaching, voor mij heel herkenbaar, maar voor andere coaches mogelijk wat smal. Hilde is een ervaren coach en opleider van wandelcoaches. De stappen en oefeningen geven een bruikbaar kader, ook voor mij als ervaren coach. Hilde beschrijft het proces en de valkuilen goed en onderbouwt waarom een bepaalde stap of opdracht werkt. Als specialist in professionele zelfzorg spreekt mij extra aan dat ze de coach zelf meeneemt, zoals in de tussenstap ‘Zo help je je coachee écht (niet)’. Een echte aanrader voor startende wandelcoaches én ervaren coaches die eens willen wandelcoachen!

Coach en educatief auteur Tijdens de lockdownperiode doken we massaal de natuur in. We liepen ‘ommetjes’ omdat dat goed was voor onze hersenen. Af en toe liep ik weleens met een coachee in de natuur, maar ik had me nooit echt verdiept in wandelcoaching. Ik was dan ook benieuwd wat het boek Wandelcoaching bij stress en onzekerheid mij zou brengen. Eenmaal begonnen met lezen kon ik niet meer stoppen. Het boek leest gemakkelijk en het enthousiasme van de auteur spat van de bladzijden af. Het is overduidelijk dat zij gelooft in deze aanpak en dat werkt aanstekelijk. Het boek bevat veel praktijkvoorbeelden en oefeningen. Dit maakt het boek heel concreet. Zo vind ik dat de hartklopmethodiek heel ‘natuurlijk’ werkt. Ook de bewustwording van mijn favoriete hulpgewoonte geeft mij inzichten die ik direct in mijn sessies kan toepassen. Ik ben enthousiast geworden van dit boek en daarom ga ik mijn volgende coachtraject met behulp van het 7-stappenplan uitvoeren!

9

9

8

coachlink magazine

• 47


Chez Stéphanie

De lijke r s e u c n i t in i cr t a a t s be t e i n 48 • c o a c h l i n k

magazine


bas snippert

Schaamte is een actueel onderwerp in zowel populaire boeken als professionele opleidingen voor coaching of therapie. Onderbelicht hierbij is de rol die taal speelt en vooral hoe ons taalgebruik een oplossing voor schaamte verhult. In zijn artikel besteedt Bas Snippert aandacht aan statisch taalgebruik zoals ‘de innerlijke criticus’ of ‘de saboteur’ en hoe dit voorbij kan gaan aan wat schaamte echt is: een proces.

H

oewel taalgebruik als ‘de innerlijke criticus’ of ‘het innerlijk kind’ enerzijds kan helpen om gevoelens zoals schaamte inzichtelijk te maken, kan het mensen een doodlopend pad insturen. Dat komt omdat we hierbij een zelfstandig naamwoord gebruiken. Dit impliceert dat het gaat over iets ‘zelfstandigs’ – iets wat op zichzelf staat. Ik hoor dit zowel onder coaches als coachees regelmatig terug, waarbij zij spreken over hun ‘innerlijke criticus’ alsof dit, als vanzelfsprekend, een opzichzelfstaande entiteit is die invloed heeft op hun innerlijke belevingswereld. Vervolgens maken mensen het zelfstandig naamwoord – bijvoorbeeld ‘innerlijke criticus’ – tot onderwerp van hun taalgebruik rondom schaamte. Een coachee zegt dan bijvoorbeeld: ‘mijn innerlijke criticus weerhoudt mij ervan te uiten wat ik echt voel en wil’. De innerlijke criticus wordt het onderwerp en de coachee wordt daarmee het lijdend voorwerp. Dit taalgebruik impliceert dus dat de coachee onderworpen wordt aan de invloed van de innerlijke criticus.

Dit taalgebruik impliceert dat de coachee onderworpen wordt aan de invloed van de innerlijke criticus Welke taal past schaamte dan beter? Daarvoor helpt het om eerst een kijkje ‘onder’ de taal te nemen, in de psychobiologie van schaamte.

meestal door een ouder of ander autoriteitsfiguur (familie, buren, leraren, enzovoorts) – in het bijzonder in de kindertijd (Siegel, 2015). Het simpelste voorbeeld is een jong kind dat buiten rondrent en opeens een vijver in dreigt te struikelen. Een oplettende verzorger ziet dit en schreeuwt: ‘hé! stop! ’ Het kind komt dan direct en met grote schrik tot stilstand – een instinctief, biologisch bevriezingsmechanisme ter overleving – en begint vervolgens meestal na een moment van verstarring spontaan te huilen. Samengevat is dit de biologie van schaamte: een hoge, levendige energie wordt plots geremd door een intense bevriezing van alle beweging. Alsof gelijktijdig het gas- en rempedaal van ons lichaam ingetrapt worden. Dit leidt tot de zeer onprettige lichaamssensaties en gevoelens van schaamte. Vooral bij jonge kinderen is dit een cruciaal moment in de ontwikkeling. Want hoewel momenten van (milde) schaamte nodig zijn om een kind te helpen socialiseren, is het essentieel om na dit moment van beschaming snel de verbinding ‘te repareren’. (Hill, 2015) Een jong kind heeft namelijk nog niet het vermogen zelf onderscheid te maken tussen het slechte (lichamelijke) gevoel van schaamte en de identificatie hiermee als zijnde dit slechte gevoel. Kortom, in de jonge geest van een kind wordt ‘ik voel me slecht’ onbewust ervaren als ‘ik ben slecht’. (Heller & LaPierre, 2012) Wanneer ouders en andere autoriteitsfiguren dit naderhand onvoldoende repareren1, zal een kind een identiteit beginnen 1 Effectief repareren gebeurt volgens psychiater Bruce Perry (2021) op

De psychobiologie van schaamte

volgorde van reguleren, relateren en beredeneren. Eerst de ontregelde

Gevoelens die we aanduiden met ‘schaamte’ ontstaan volgens psychiaters als Daniel Siegel wanneer we in een moment van ongeremde levendigheid onverwachts hard geremd worden,

energie kalmeren, daarna de verbinding herstellen en vervolgens helpen begrijpen waarom het remmen nodig was (wat gevaarlijk of onwenselijk was aan het gedrag).

coachlink magazine

• 49


op te bouwen op een wankel fundament dat voelt als ‘ik ben slecht’. Afhankelijk van de beschaming kan dit ertoe leiden dat de latere volwassene in meer of mindere mate gelooft dat er fundamenteel iets mis is met hem of haar – in z’n geheel of soms specifieker gericht op bijvoorbeeld een lichaamsdeel of lichaamsfunctie tot aan algehele zelfexpressie.

Internaliseren Belangrijk om te weten als coach hierbij is dat mensen deze beschamende dynamieken internaliseren. Traditioneel in de psychodynamica een objectrelatie genoemd. We internaliseren als subject (onderwerp) onze relaties met belangrijke objecten (voorwerpen), zoals onze ouders. Deze subject-objectrelaties worden bij elkaar gehouden door affect: de gevoelens die gepaard gingen met deze objectrelatie, in dit geval ervaringen van schaamte en bijbehorende ongereguleerde pijn of verdriet. (Heller & LaPierre, 2012)

Vooral bij jonge kinderen is dit een cruciaal moment in de ontwikkeling Als volwassene gaan we ons onbewust identificeren met zowel het onderwerp als het voorwerp van de objectrelatie. Zodra een ervaring van beschaming geïnternaliseerd is, zetten wij dit daarna zelf voort in onze innerlijke belevingswereld – door onszelf te beschamen. Hoewel dit nogal confronterend kan klinken, is het goede nieuws hierbij dat zodra we ons hiervan bewust worden er nieuwe mogelijkheden ontstaan. Want als we zien hoe we de vroegere beschaming nu zelf innerlijk voortzetten, kunnen we ook onderzoeken wat onze interne verwachtingen zijn over wat er gebeurt als we op dit punt in de tijd zouden stoppen onszelf te beschamen.

Schaamte ontleden met taal Nu komen we terug bij het belang van ons taalgebruik. De eerste stap naar het doorzien van schaamte, is om de schaamte niet als voorwerp te duiden – de innerlijke criticus, de saboteur, enzovoorts – maar als werkwoord, oftewel, als proces: beschamen, beschuldigen, enzovoorts. (Cornell, 2013) Dit gaat in tegen de neiging om met taal processen te verzelfstandigen 50 • c o a c h l i n k

magazine

tot entiteiten of opzichzelfstaande objecten. (Gendlin & Parker, 2017) Want als we het vroegere – en nu geïnternaliseerde – proces van beschamen gaan aanduiden met ‘de schaamte’ of ‘de innerlijke criticus’, maken we hiervan een statisch zelfstandig naamwoord dat – bijna als vanzelfsprekend – lijkt te bestaan. Door schaamte te duiden als een proces van beschaming – wat het psychobiologisch ook daadwerkelijk is – kan er een nieuw perspectief vormen. Stel ik zeg: ‘Ik schaam me voor wat ik écht voel en wil.’ Als ik dit vervolgens verander naar het werkwoord: ‘Iets in mij schaamt zich voor wat ik écht voel en wil’, merk je dan het verschil tussen deze twee? En wat merk je als we nog een stap verder gaan: ‘Iets in mij beschaamt mij voor wat ik écht voel en wil’? Of nog een laatste zet: ‘Ik beschaam mijzelf voor wat ik écht voel en wil.’ Merk je de verschillen?

Schaamte onderzoeken met compassie en nieuwsgierigheid Als coach kun je met bovenstaande taal een zelfonderzoek in de coachee initiëren met een compassievolle houding en nieuwsgierigheid. Je kunt dan om te beginnen vragen: ‘Wie beschaamt je voor wat je écht voelt en wilt?’ Dit is een vraag waarbij de meeste mensen nog nooit hebben stilgestaan, vanwege de vanzelfsprekendheid in hun taal en denken over schaamte. Deze vraag begint de vanzelfsprekendheid op een vriendelijke manier uit te dagen. Het kan zijn dat er dan herinneringen opkomen uit het verleden, waarmee je wilt werken als coach. Je kunt ook in het hier-en-nu blijven verkennen: ‘Wie beschaamt jou nu voor wat je écht voelt en wilt?’ Dan is er een grote kans dat de coachee ontdekt dat op dit moment hij- of zijzelf degene is die zich beschaamt. Hierdoor kan iemand gaan doorzien dat zij niet simpelweg een ‘lijdend voorwerp’ is in het proces van innerlijke beschaming, maar dat zij ook het onderwerp is – dat zij nu zichzelf onderwerpt aan zelfbeschaming. (Heller & Doerne, 2020) Dit bewustwordingsproces vraagt tact en timing. De relatie tussen de coach en coachee is hierbij essentieel, omdat deze impliciet de kwaliteiten bevat die in vroegere ervaringen van beschaming juist afwezig waren: oordeelvrije aanwezigheid en een vriendelijke, compassievolle nieuwsgierigheid naar wat er omgaat in de persoon. Vanuit de coachingsrelatie kan de


coachee deze kwaliteiten internaliseren en daarmee de eigen innerlijke relatie tot schaamte – en andere lastige gevoelens – transformeren. (Hill, 2015) Zodra we in de tegenwoordige tijd ons eigen aandeel in de innerlijke dynamiek van zelfbeschaming doorzien, komen we bij een volgende stap: verkennen waarom we het innerlijke proces van zelfbeschaming voortzetten. Zodra we onderzoeken waar de zelfbeschaming toe dient, komen we achter de zelfbeschermende functie van schaamte. Maar de beste manier om dat uit te leggen is door het zelf te ervaren.

Zelfonderzoek: de beschermende functie van zelfbeschaming Als je in de gelegenheid bent kun je de volgende oefening doen om je relatie met zelfbeschaming (of zelfbeschuldiging, zelfbekritisering) te onderzoeken. Kies – net als in onze eigen coaching – een veilige, vertrouwde ander om dit mee te doen of doe de oefening als monoloog. Dan kun je hardop uitspreken wat je tegenkomt, alsof je tegen een vriendelijke – zelfs liefdevolle – vriend(in) over je innerlijke belevingswereld vertelt.

Door schaamte te duiden als een proces van beschaming kan er een nieuw perspectief vormen Neem op z’n minst 10 minuten om de volgende vragen hardop te beantwoorden. Als er een ander is, stelt deze persoon vragen en luistert vervolgens aandachtig, zonder jou in de rede te vallen. Ga niet te snel en observeer hoe datgene wat je hardop uitspreekt een effect heeft op je lichamelijke gewaarwordingen en gevoelens. Als emoties onverwachts toenemen of je overvallen: pauzeer of stop de oefening, open je ogen om in het hier-en-nu te blijven of ga even wandelen. Begin het zelfonderzoek met een situatie waarin je 1 schaamte ervaart. Als schaamte voor jou snel kan escaleren, kies dan liefst een milde ervaring met schaamte om mee te beginnen. 2 Spreek vervolgens hardop zonder jezelf te censureren. Bijvoorbeeld: ‘ik schaam me voor…’ of ‘ik ben bang dat ik veroordeeld word voor…’ of ‘ik voel me schuldig wanneer ik…’

3 Merk een moment op hoe het is om dit hardop uit te spreken: welke lichamelijke, emotionele en mentale reacties komen hierbij op? Ga vervolgens verder met het deconstrueren van de 4 schaamte (of schuld), door jezelf af te vragen: ‘Wie beschaamt/beschuldigt mij hiervoor?’ 5 Herhaal zo nodig de vraag enkele keren en merk opnieuw je innerlijke reacties op. 6 Merk op of je kan zien of je jezelf hierbij beschaamt, of dat je gelooft dat iemand anders dat doet. In dat laatste geval: ‘Ben je het eens met datgene waarvoor zij jou beschamen?’ De intentie hierbij is om te verkennen of en waar er in de innerlijke dynamiek van schaamte er een eigen aandeel te vinden is. 7 Als je ontdekt dat je inderdaad jezelf beschaamt, stel dan vervolgens de vraag: ‘Wat vrees je dat er gebeurt als je jezelf stopt te beschamen hiervoor?’ Kies eventueel woorden die voor jou beter passen, zoals: ‘Waar ben je bang voor?’ of ‘Wat vind je het engst?’ De intentie hierbij is te verkennen wat het proces van zelfbeschaming probeert te voorkomen, of waartegen het beschermt. 8 Merk ook hierbij weer je innerlijke reacties op en herhaal zo nodig een paar keer deze vraag. Spreek hierbij wederom spontaan uit wat er opkomt, zonder jezelf te censureren. Het maakt niet uit als het onlogisch of irrationeel klinkt. Het gaat om het toelaten van een ‘stream of consciousness’ – het contact maken met een dieper, veelal onbewust ‘weten’ dat schuilgaat achter het proces van zelfbeschaming en zelfbescherming. 9 In deze laatste stap kunnen waardevolle inzichten, emotionele processen en mogelijkheden opkomen. Beslist voor jezelf wat je hiermee wilt doen en pas zo nodig eigen coachingstools toe om hiermee verder te werken. Sluit daarna dit zelfonderzoek bewust af. Als je de oefening hebt kunnen uitvoeren, is er een grote kans dat je in de laatste stappen ontdekt dat we vaak onszelf beschamen om iemand anders te beschermen. Specifiek willen we vaak een relatie beschermen, meestal de vroegere hechtingsrelatie met onze verzorgers. (Heller & Doerne, 2020) Als we stoppen met onszelf te beschamen, komt de onderliggende levendigheid en energie omhoog die in de oorspronkelijke situatie juist leidde tot de beschaming die onvoldoende werd gerepareerd. Hierbij komt vaak eerst enige pijn of ‘oud’ verdriet omhoog, over de verbroken connectie en alleenheid die het kind ervoer. coachlink magazine

• 51


Als we deze primaire emoties laten ‘voltooien’, begint meestal ook de gestagneerde levensenergie en zelfexpressie te stromen. Daarbij ontdekken we ook dat de innerlijke criticus er in de eerste plaats nooit is geweest. In essentie was het een plek in ons wezen waar de natuurlijke stroming van levendigheid geremd en gestagneerd raakte, door gemis van voldoende verbinding en ondersteuning uit onze (vroege) omgeving.

Conclusie Ons taalgebruik rondom schaamte (evenals schuld en kritiek) leidt voor veel mensen helaas tot een vanzelfsprekend en opzichzelfstaand bestaan van een schijnbaar onaantastbare innerlijke criticus. Ironisch en enigszins tragisch is hoe mensen soms hun innerlijke criticus beginnen te bekritiseren of aanvallen. We bevechten dan een probleem dat we, mede met onze taal, zelf in het leven hebben geroepen. Het is daarom nodig onze geïnternaliseerde dynamieken van zelfbeschaming te leren doorzien als zijnde precies dat: een dynamiek.

Specifiek willen we vaak een relatie beschermen Het vervangen van zelfstandige naamwoorden rondom schaamte voor procesgerichte werkwoorden is hierbij een simpele – maar in mijn ervaring radicale – omslag. Dit daagt de vanzelfsprekendheid van schaamte uit, helpt ons te disidentificeren van de innerlijke ‘beschamer’ en stelt ons uiteindelijk in staat gestagneerde levendigheid onder schaamte te ontdooien.

52 • c o a c h l i n k

magazine

Referenties • Cornell, A. W. (2013). Focusing in Clinical Practice: The Essence of Change. W. W. Norton & Company. • Gendlin, E., & Parker, R. A. (2017). A Process Model. Northwestern University Press. • Heller, L., & Aline LaPierre, P. D. (2012). Healing Developmental Trauma: How Early Trauma Affects Self-Regulation, Self-Image, and the Capacity for Relationship. North Atlantic Books. • Heller, L., & Doerne, A. (2020). Befreiung von Scham und Schuld: Alte Überlebensstrategien auflösen und Lebenskraft gewinnen. Das Neuroaffektive Beziehungsmodell – NARMTM. • Hill, D. (2015). Affect Regulation Theory: A Clinical Model. WW Norton & Company. • Siegel, D. J. (2015). The Developing Mind, Second Edition: How Relationships and the Brain Interact to Shape Who We Are. Guilford Publications. • Winfrey, O., & Perry, B. D. (2021). What Happened to You?: Conversations on Trauma, Resilience, and Healing. Flatiron Books.

Bas Snippert is als stress- en vitaliteitexpert werkzaam bij het Nederlands Expertisecentrum Vitaliteit en vanuit zijn praktijk Optimize Me als coach, counselor en trainer. In De Vitaliteitrevolutie beschrijft hij zijn biopsychosociale aanpak om mensen van stress naar vitaliteit te bewegen.


De favoriete werkvorm van...

Lilian Dekkers ‘Met een moodboard kan ik de coachvraag finetunen’ ‘Een kind neemt mij mee in wat er gebeurt op het canvas. Daarna vraag ik: “Wil je me rondleiden op je moodboard?”’ Kindercoach Lilian Dekkers noemt zich expressief coach; ze werkt met creatieve middelen zoals knutselmaterialen, drama, Playmobil en theatertechnieken. Favoriet is het moodboard omdat dit een belangrijk startpunt is voor haar sessies. Toen Lilian lesgaf op het NCOI, merkte ze dat veel studenten moeite hadden met komen tot een goede coachvraag. ‘Veel kindercoaches weten niet waar ze kunnen beginnen en zoeken verbaal naar de coachvraag. Ik begin vaak met het maken van een moodboard.’ Deze werkvorm komt dan ook regelmatig terug in haar boek Expressieve kindercoaching, dat 6 juni verschijnt. ‘Hoe gaat het nu met je? Kun je plaatjes uitknippen die daarbij passen?’ Lilian kijkt naar de thema’s, kleuren en materialen die op de plaatjes afgebeeld zijn, zoals zachte voorwerpen, hout. Daarna vraagt ze door over de plaatjes. ‘Waar associeer je deze hond mee?’ ‘Met boos zijn.’ Dan vraagt Lilian bijvoorbeeld: ‘Hoe

kan de hond een volgende keer minder boos worden?’ ‘Het is fijn om met een kind in symbooltaal te praten, dan kan het veel sneller duidelijk maken waar het last van heeft. Ook krijgt het kind dan makkelijker de indruk dat het invloed heeft op zijn eigen proces.’ Bij de intake checkt Lilian of het kind ook een coachvraag heeft of een probleem ervaart. ‘Ouders doen 99 procent van de tijd de aanvraag voor kindercoaching. Met het moodboard check ik of het kind de vraag herkent en erkent dat het daar een uitdaging heeft. Bovendien vertelt het dan in eigen woorden waar het tegenaan loopt en daarmee kan ik de coachvraag finetunen.’

‘Met plaatjes laat je kinderen begrijpen wat er is gebeurd.’ Een meisje van 11 jaar knipte een aantal plaatjes uit van vrouwen met een mobiele telefoon en moeder-kindplaatjes’, vervolgt Lilian. ‘Het meisje was gefrustreerd, want haar ouders zaten veel op de mobiele telefoon. Dit was best confronterend voor mezelf’, lacht ze. ‘Ik gebruikte de wondervraag, waarop ze antwoordde dat in de ideale wereld iedereen een mobiele telefoon had óf niemand.’ Dit meisje nam het moodboard mee naar huis. De moeder vond dat haar dochter veel negatief om aandacht vroeg. Dankzij het moodboard kwamen moeder en dochter weer tot elkaar en kon er gesproken worden over behoeften.’ Voor het moodboard verzamelt Lilian tijdschriften als Happinez, Donald Duck, Margriet, Libelle. ‘Je kunt bijvoorbeeld de plaatjes indelen of opstellen: ”Wat hoort bij elkaar? Wie zijn familie van elkaar?” Of met emoties associëren door plaatjes een kleur te geven. Zo laat je kinderen begrijpen en grip krijgen op wat er is gebeurd. Soms zwelgen ze in de emotie, dan kun je ze met een gesprek laten zien dat emoties in golfbewegingen komen en gaan.’ Aan het einde van de sessies vraagt Lilian vaak: ‘Waar zijn we nu? Zou je het moodboard willen veranderen?’ ‘Daarmee ziet een kind in hoe hard het heeft gewerkt en wat het heeft geleerd.’ (NvO)

coachlink magazine

• 53


De gelaagdheid van schaamte

54 • c o a c h l i n k

magazine


marijke van dusseldorp

Schaamte is een contactemotie en daarmee een onderdeel van ieders leven, ook al schamen we ons soms dood. Schaamte is er in vele gedaantes. Soms voelen we de schaamte heel bewust, soms sijpelt ze onbewust door situaties heen. Vaak is schaamte voelen heel gezond, dat helpt ons om ons aan te passen aan onze omgeving. Niet alle soorten schaamte zijn hetzelfde, zo laat Marijke van Dusseldorp in haar bijdrage zien.

W

e hebben het allemaal nodig om ergens bij te horen en door schaamte leren we wat wel en niet gepast is. Schaamte gaat ook over de grens tussen ‘jezelf zijn’ versus ‘rekening houden met de ander’. Moet je je schamen voor jezelf of mag je zijn wie je bent? En durf je daarvoor uit te komen, je kwetsbaarheid te tonen? De heftigste vorm van schaamte is schaamte waardoor we onze plek niet innemen. Deze schaamte is ondermijnend en waarschijnlijk de meest lastige om te herkennen en erkennen.

Reactiemechanismen bij schaamte In onderstaande voorbeelden maak ik onderscheid tussen gezonde schaamte, kwetsbare schaamte en ondermijnende schaamte. In de drie situaties zijn drie mechanismen herkenbaar die Brené Brown onderscheidt in het ervaren van schaamte: 1 van anderen af: we zwijgen, trekken ons terug; 2 naar anderen toe: concessies doen, de ander plezieren, je voegen; 3 tegen anderen in: macht grijpen, agressief worden, hatelijk doen. Hoe kan je met deze vormen van schaamte omgaan en wat levert dat op?

Gezonde schaamte ‘Schaam je’! Hoe vaak hoorde ik dat niet als kind. Als ik iets ongepast zei, als ik door het gesprek van volwassenen heen zeurde om aandacht, als ik als puber een kapotte spijkerbroek aandeed naar de verjaardag van mijn tante. Door schaamte leren we wat in onze sociale groep wel en niet geaccepteerd wordt. Het is een ‘ijkmechanisme’. Gezonde schaamte is ook het gevoel dat je wel door de grond kan zakken. Ik herinner me een leuk acquisitiegesprek met een potentiële opdrachtgever. Na onze ontmoeting stuur ik per mail wat informatie. Meteen nadat ik op de verzendknop druk, ontdek ik dat ik een verkeerde voornaam heb gebruikt. Ik schaam me dood, stuur

er meteen een mail met mijn excuses achteraan. Maar er komt geen mail meer terug en ik durf haar niet meer te bellen. Doordat ik me terugtrok, heb ik haar reactie dus nooit kunnen peilen. De reden dat ik dit voorval nog zo goed weet, is denk ik het feit dat ik het verzweeg. Ik sprak er met niemand over. Pas later leerde ik dat juist het delen van schaamtegevoelens helend werkt. Dat maakt je weer tot een gewoon feilbaar mens. Tot mijn grote opluchting blijkt dan vaak dat de toehoorder ook weleens blundert op zijn werk!

Benoem wat bij jou schaamte oproept en praat erover met mensen die je vertrouwt – brené brown Kwetsbare schaamte Het was de eerste sessie met een nieuwe cliënt. Op een gegeven moment nodig ik haar uit om contact te maken met haar lijf. Ik wil een focusoefening met haar doen, een techniek die ik kortgeleden heb geleerd. Ze kijkt me wat verbaasd aan, ik zie dat ik haar ermee overval. Ze volgt mijn aanwijzingen op, sluit haar ogen, maar het voelen van haar lijf lukt niet. Even later onderbreekt ze zelf de oefening en gaan we weer ‘gewoon’ pratend verder. Na de sessie schaam ik me voor mijn onbeholpenheid. Hoe klungelig van mij dat ik mijn client niet beter begeleid bij zo’n oefening, wat dom dat ik kennelijk niet goed inschat of dit nu een passende oefening is. En bovenal wat onprofessioneel dat ik niet ter plekke benoem hoe ongemakkelijk dit moment voelt voor haar én voor mij. Mijn reactie in het moment was dus dat ik me ging voegen, ik ging mee in het praten. Ik schaamde me voor mijn onprofessionele gedrag. Deze schaamte maakt dat ik aan mezelf ga twijfelen. Als ik zelfs een eerste sessie niet eens goed kan laten verlopen? Waar ik me in coachlink magazine

• 55


het voorbeeld van de gezonde schaamte vooral schaamde voor mijn domme actie, schaam ik me nu voor mezelf als coach. Deze schaamte zat me dicht op de huid. Na een paar dagen ontvang ik haar reflectieverslag. Soms blijkt iets waar ikzelf ontevreden over was bij de ander toch goed te hebben gewerkt, maar nu wordt mijn angst bewaarheid. Ze schrijft dat ze zich overvallen voelde door de focusoefening en het lastig vond dat ze niks voelde. Dit verslag komt hard binnen. Het raakt me op een kwetsbaar punt: geen fouten willen maken, het perfect willen doen. Ik schaam me voor mijn imperfectie. Dat is interessant, want juist iets perfect willen doen is een manier om te voorkomen dat ik me moet schamen! Het is een vorm van zelfbescherming, een manier om niet kwetsbaar te hoeven zijn. Hoe nu verder?

We denken dat we door alles perfect te doen, schaamte kunnen vermijden – brené brown Ik heb inmiddels de ervaring dat praten over je schaamte met mensen die je vertrouwt, helend werkt. Maar deze keer is dat niet genoeg. Omdat ik me kwetsbaar voel als coach heb ik het nodig om het ook in mijn intervisiegroep te bespreken. Samen pellen we de laagjes af: wat raakt mij zo, welke boodschappen vertel ik mezelf, wat zegt dit over mij? Betekent dit incident echt dat ik als coach (misschien zelfs als mens) tekortschiet? Tijdens de eerstvolgende sessie met deze client vertel ik haar wat het incident met de focusoefening bij mij heeft losgemaakt. Dit blijkt zeer vruchtbaar, zowel voor ons contact als voor haarzelf. Mijn ‘fout’ en schaamte waren voor haar heel herkenbaar. De kracht van kwetsbaarheid toonde zich.

Ondermijnende schaamte Een introverte technisch ingenieur meldt zich voor een coach­ traject. Hij loopt het risico dat zijn contract niet wordt verlengd als hij niet wat meer van zich laat horen. Als ik bij de start van de derde sessie vraag of hij een ervaring heeft die hij wil bespreken, geeft hij geen antwoord. Hij schuift ongemakkelijk op zijn stoel heen en weer.

56 • c o a c h l i n k

magazine

‘Wat gebeurt er nu?’ vraag ik hem nadat het een tijdje stil is geweest. ‘Ik kan geen ervaring vinden die goed genoeg is om in te brengen’, zegt hij. ‘Heb je dat vaker?’ ‘Ja, dat is wat er telkens gebeurt als iemand mij wat vraagt of iets van me wil. Er gaat van alles door mijn hoofd maar niets vind ik goed genoeg, dus zeg ik maar niks.’ ‘Dus wat er nu gebeurt is precies zoals het op je werk gaat?’ Dat beaamt hij. Als ik vraag hoe hij zich nu voelt, zegt hij dat hij zich schaamt. Ik vraag hem of dat gevoel van schaamte bekend voor hem is. Ja, dit kent hij heel goed en ook al heel lang. Hij begint te vertellen. Over zijn vader die door ziekte altijd thuis was, niet in staat om voor een goed gezinsinkomen te zorgen. Over zijn buurt die veel slechter was dan die van zijn vriendjes. Nooit nam hij ze mee naar zijn huis uit schaamte voor zijn thuissituatie.

Als je je eigen vader of moeder afwijst, dan wijs je in wezen jezelf af Als je je schaamt voor je vader en/of je moeder, dan wijs je hen af. Als je je eigen vader of moeder afwijst, dan wijs je in wezen jezelf af. Want je bent 50% je vader en 50% je moeder. Door een oordeel te hebben over je ouders ga je als kind van je plek af. Els van Steijn noemt dat beeldend: je stijgt op in de fontein. Je bent daardoor niet in staat te ontvangen, want alles wat je ouders je kunnen geven, kun je alleen ontvangen als je in de fontein in de bak onder die van je ouders staat. Als je niet op je eigen plek staat, is het moeilijk voor jou om het jezelf goed te laten gaan. Als je oordelend bent naar (een van) je ouders, sta je in de bak boven die van hen, dus in de bak van je grootouders. Het gevolg is dat je dan vaak ook oordelend bent naar jezelf. Je stelt hoge (wellicht onrealistische) eisen aan je eigen prestaties. Bij deze client is zijn schaamte verbonden met schaamte uit zijn kindertijd. Als kind was zijn reactie zowel terugtrekken – geen vriendjes mee naar huis – als hatelijk ( ‘ik haatte mijn vader erom’). In het heden speelt deze schaamte een rol doordat


hij zich nu schaamt voor zichzelf. Waar vroeger zijn vader in zijn ogen niet goed genoeg was, vindt hij nu zichzelf niet goed genoeg. Deze schaamte ondermijnt zijn huidige functioneren. Hier is het delen van het schaamtegevoel niet voldoende, al is het vertellen van je verhaal wel het begin van heling. Een volgende stap die hier nodig is, is dat je afdaalt in de fontein. Dat je je ouders (figuurlijk en/of letterlijk) bedankt voor alles wat ze je gegeven hebben, ook als ze in jouw ogen op allerlei fronten tekortschoten. Voor alles wat je niet gekregen hebt, kun je nu zelf zorgen. Het afdalen is niet iets wat je zomaar even doet. Het vergt tijd en je continu bewust zijn van je eigen opstelling (als ik dit nu zeg of doe, in welke bak van de fontein sta ik dan?). Het vergt ook het toelaten van de oude pijn. Het doen van een systemische interventie kan effectief zijn. Mijn cliënt neemt op het werk inmiddels steeds beter zijn plek in en heeft uitzicht op verlenging van zijn contract.

ten. Ondermijnende schaamte verhindert ons het eigen leven ten volle te leven. Hier is het van belang om bewust te worden van onderliggende patronen uit het verleden, van oude ‘kind pijnen’. Als je als volwassene je eigen pijn en rouw aankijkt ben je in staat verder te gaan. Je kunt beter voor jezelf zorgen en je eigen keuzes te maken. Voor alle soorten schaamte geldt dat je schaamtebestendiger wordt als je werkt aan het vergroten van je eigenwaarde. Dat doe je door compassie te hebben met jezelf, je prestaties te beoordelen op basis van je eigen waarden, en door autonoom te zijn. Theoretisch gezien ligt bij autonomie het gevaar op de loer dat je hierin doorschiet en je nergens meer iets van aantrekt. Maar als ons schaamtegevoel zijn gezonde werk doet, dan zullen we feilloos aanvoelen waar de grens ligt tussen je in verbondenheid autonoom opstellen en schaamteloosheid. En mocht je beticht worden van schaamteloosheid, grote kans dat je je dan dood schaamt!

Je wordt schaamtebestendiger door het werken aan je eigenwaarde

Inspiratiebronnen • Brene Brown (2021). De moed van imperfectie. Amsterdam: Lev. • Els van Steijn (2016). De fontein, vind je plek. Grip op je leven door inzicht in je familiesysteem. Nijmegen: Noorderlicht.

Afsluitend Gezonde schaamte is een fenomeen dat ons helpt ons aan bepaalde regels te houden die belangrijk zijn om bij de groep te horen, ergens thuis te zijn. Kwetsbare schaamte kan helpen onszelf beter te leren kennen en ons te laten kennen. We realiseren ons dat er grenzen zijn aan de mate van aanpassing. Om het gevoel te hebben er echt bij te horen is het van belang dat je jezelf kunt zijn, met al je goede en minder mooie kan-

Marijke van Dusseldorp ondersteunt introverte mensen bij hun persoonlijke ontwikkeling en het vergroten van hun persoonlijke effectiviteit. Voordat ze in 2011 haar bedrijf Mimicri training oprichtte, werkte ze als docent en onderzoeker bij universiteiten en als teamleider bij TNO.

coachlink magazine

• 57


Boek

Jane Alice Coerts, Van burn-out naar levenszin 240 blz, 1e druk, 2021, Uitgeverij Boom, ¤ 23,50 In Van burn-out naar levenszin beschrijft Jane Alice Coerts de onderliggende oorzaken van een burn-out. De zaadjes daarvoor worden al in onze vroege jeugd geplant en blijken een goede voorspeller voor het risico op een burn-out op latere leeftijd. Dit boek beschrijft de symptomen van een burn-out en de factoren die daaraan ten grondslag liggen: de manier waarop je omgaat met verliezen en teleurstellingen in je leven, je rol in je gezin van herkomst en je contact met je roeping of verlangens. Vervolgens komt de begeleiding van mensen met een burn-out aan de orde. Burn-out is een uitvalsverschijnsel op cognitief, emotioneel, fysiek en spiritueel niveau. Om blijvend te herstellen, is dan ook een holistische aanpak noodzakelijk, zo laat dit boek overtuigend zien. Jane heeft oog voor de natuurlijke ordening: rouw hoort bij het leven, op de plek die je bij geboorte kreeg, gedij je het best en ieder mens heeft een unieke roeping.

Margarita Bernal

Suzanne van Leeuwen-Monteiro

Nicoline van der Heijden

Counselor, systemisch teamcoach, relatietherapeut en trainer bij Strokes

Coach en loopbaanadviseur

Tarantula training coaching en acteurs

Dit boek vind ik een aanwinst. Jane Coerts heeft een aantal thema’s duidelijk en uitgebreid uitgelegd met voorbeelden en oefeningen, waardoor mensen zichzelf en hun onbewuste achterliggende beweegredenen beter kunnen leren kennen. Als coach en counselor begeleid ik cliënten met allerlei vraagstukken. Dit boek is niet alleen voor hen die burn-out zijn, maar ook voor mensen die gestrest of overbelast zijn, met verlies te maken hebben of hun levenslust kwijt zijn. Het is een vernieuwende combinatie met invloeden van verschillende methodes die Jane mooi bij elkaar brengt, praktisch en inzichtelijk. Ik beveel het mijn cliënten van harte aan. Soms lees ik stukken voor aan mijn vrienden en familie, omdat ik zie dat het aansluit bij waar zij nu zijn. Ik heb zelf geen burn-out gehad, het boek gaf me inzicht in waarom ik dat ontlopen ben. Ik leef vanuit passie en heb mijn rouw genomen. Het boek lezen kan preventief werken.

Van burn-out naar levenszin geeft een goed beeld van de onderliggende thema’s van een burn-out. Het boek bevat veel informatie en geeft in ruime mate voorbeelden en bruikbare oefeningen weer. Jane Coerts gaat uit van een holistische benadering, wat naar mijn mening essentieel is omdat dit kan zorgen voor een blijvend herstel of de kans op terugval minimaliseert. Wat mij aanspreekt, is dat een familieopstelling onderdeel is van de aanpak en systemische werkvormen in de bijlagen zijn opgenomen. Het is handig om enige kennis hierover te hebben, maar het is geen must. De voorbeelden geven bij cliënten veel herkenning. De oefeningen zijn toegankelijk, reiken handvatten aan en verschaffen inzichten. Het is geen boek waar je even snel doorheen bladert, maar dat alle aandacht verdient. Ik ben van mening dat het een compleet, waardevol en bruikbaar boek is, voor de professional en voor iedereen die wordt geconfronteerd met burnout.

Een boek dat inzicht geeft door verbanden te leggen – daar houd ik van! Een doorleefd boek waarin Jane Coerts inspiratie put uit haar eigen burn-out, die voor een ommekeer in haar keuzes zorgde: van onderzoeker aan de universiteit naar het begeleiden van mensen op identiteitsniveau. Haar kwaliteiten en ervaringen uit beide beroepen brengt ze samen in dit boek, dat hoofd, hart en handen activeert. De praktijkvoorbeelden, gedichten en fysieke oefeningen zorgen voor integratie van de informatie, bieden nieuwe perspectieven en stimuleren om weer bewust te verbinden met je eigen bronnen. De heldere opbouw maakt het ook geschikt als bladerboek waarin je je eigen weg kunt zoeken. De vele oefeningen bieden me niet alleen handvatten voor het werken met cliënten, maar ook een verdiepende ervaringstocht voor mijzelf. Een gids die door het benoemen en onderzoeken van onderliggende oorzaken ook een belangrijke bijdrage levert aan het voorkomen van burn-out.

10

7,5 10

58 • c o a c h l i n k

magazine


Column

Schaamte laat zichzelf niet zien

yvonne toeset Het was op een conferentie in 2010 toen ik, door een presentatie van een van mijn collega’s geconfronteerd werd met SCHAAMTE. Het woord kende ik natuurlijk, maar ik besteedde er nooit veel aandacht aan. Ik dacht dat ik daar geen last van had. Sterker nog, ik had er nog nooit over nagedacht. Toen Bennie Naudé het podium beklom en ons waarschuwde voor de confronterende presentatie die hij ging geven over deze onaangename emotie, begon het te kriebelen. Waarom had ik nooit oog gehad voor schaamte, terwijl ik elke dag mensen help bij emotionele problemen? Ik wist natuurlijk dat schaamte betekent dat we onszelf een slecht persoon vinden. En dat we als gevolg van schaamte denken dat er niet van ons gehouden wordt. Maar dat geldt toch niet voor mij? Naudé vertelde over zijn eigen schaamte en daardoor begonnen bij mij de kwartjes te vallen. Was mijn ‘verlegenheid’ niet gewoon schaamte geweest? De kwetsbaarheid van zijn eerlijkheid ging mij door merg en been, want hij stond daar en liet zijn schaamte ZIEN! Hij raakte mijn eigen angst om te mogen zijn wie ik ben, en ik wilde die het liefste zo snel mogelijk wegstoppen. En dat is precies het probleem met schaamte: het wil zich verbergen. Schaamte is de enige emotie die zich voor zichzelf verbergt. Want schaamte, daar schamen we ons voor. Door

schaamte te laten zien, daal je op de ladder van respect naar de onderste trede. Je wordt een prooi voor de schaamteloze die jou nu in al je kwetsbaarheid kan raken. Natuurlijk vinden we allerlei manieren om schaamte te omzeilen als de consequenties zo groot zijn. Dat schaamte zo’n belangrijk onderdeel is van de coachpraktijk, begon ik pas te beseffen nadat ik mijn eigen schaamte kon herkennen. Inmiddels weet ik dat elke cliënt in mijn praktijk te maken heeft met schaamte. Allerlei sociale angsten gaan over schaamte. En het reikt veel verder. Erkennen dat je hulp nodig hebt, kan al schaamte oproepen. Je hebt als begeleider wat oefening nodig om schaamte te herkennen. Voor je het weet heeft de schaamte zich alweer verstopt. Op die manier verstoppen we ons voor elkaar. We schermen onze diepe gevoelens van schaamte af met een professionele houding, een grove grap of stoerdoenerij. Wat zou er gebeuren als iedereen deze sluiers zou laten vallen? Voor het schrijven van deze column kan ik niet anders dan de moed nemen mijn eigen schaamte onder de loep nemen. Een kleine greep uit mijn momenten van schaamte:

Zo kwetsbaar wil ik mij niet, nooit, never voelen

• Ik schaam me als ik geen antwoord weet op een zeer voor de hand liggende vraag • Of als ik met volle overtuiging het foute antwoord geef • Ik schaamde me vreselijk toen ik een keer een seksuele grens overging, terwijl mijn partner daar geen enkel probleem mee had en het juist waardeerde • Ik schaam me als ik een middelmatige sessie geef, want dan maak ik mijn naam niet waar • Ik schaam me als ik onopgeloste negatieve patronen in mezelf herken, want met mijn kennis had ik die al lang moeten hebben opgelost • Ik voel schaamte als ik me bedenk dat deze tekst wordt afgekeurd (zie je wel je bent helemaal geen schrijfster) En jij, waar schaam jij je voor? Nee, niet mijn voorbeelden bagataliseren omdat jij denkt geen schaamte meer te hebben. Schaamte vereist moed, eerlijkheid en kwetsbaarheid. Een zachte vriendelijke benadering. En kijk … je schaamte laat zich vanzelf zien. Yvonne Toeset is gecertificeerd EFT Master Trainer of Trainers en Advanced EFT Practitioner. In haar praktijk begeleidt ze mensen met zeer uiteenlopende klachten. Daarnaast geeft ze de officiële EFT-opleiding voor professionals. Ze is auteur van vijf boeken waaronder Innerlijke rust met EFT (2011) en EFT Werkt! (2012).

coachlink magazine

• 59


Schaamte op de werkvloer: de invloed van management en meritocratie

60 • c o a c h l i n k

magazine


angela stoof

Veel professionals die vastlopen of uitvallen voelen zich beschaamd. Ze hebben de neiging om te denken: het ligt aan mij, een overtuiging die door managers vaak wordt bekrachtigd. Dat veel professionals en managers zo denken, is niet toevallig. In dit artikel legt Angela Stoof uit waarom.

E

r bestaat een oud Grieks verhaal over het bed van Procrustes. (Bolen, 1996) Alle reizigers die naar Athene wilden, kwamen langs Procrustes en zijn bed. Reizigers moesten op dit bed gaan liggen en Procrustes keek of ze er netjes in pasten. Waren reizigers te lang voor het bed, dan hakte Procrustes hun ledematen eraf. Waren reizigers te kort, dan werden ze net zolang opgerekt totdat ze de juiste lengte hadden.

In de oudheid was Athene het centrum van handel, politiek en kunst; het centrum van de beschaving. In het verhaal zouden we Athene symbolisch kunnen opvatten als de eindbestemming voor iedereen op weg naar succes. Maar het verhaal maakt ook duidelijk dat reizigers daar niet ongeschonden aankomen. Op weg naar Athene leren we om ons aan te passen, door bijvoorbeeld afstand te nemen van die aspecten van onszelf die aanleiding geven tot schaamte.

Socialisatieprocessen Het verhaal over het bed van Procrustes is een verhaal over socialisatieprocessen. Van jongs af aan zijn we gevoelig voor aanwijzingen om ons heen over hoe we ons horen te gedragen, wat juist en gepast is, wat goedkeuring of juist afwijzing oproept, wat maakt dat we erbij horen of niet. Daarbij zijn er verschillende invloedssferen (zie figuur 1). Het meest dichtbij is uiteraard de invloedssfeer van het gezin, met daaromheen de familie, de school, sociale verbanden als de sportclub en later de organisatie waar we werken. Op macroniveau is er de invloedssfeer van de samenleving. Dit is het niveau waarop het verhaal over het bed van Procrustes betrekking heeft: het ‘grote verhaal’ over wie we zouden moeten zijn, hoe we ons zouden moeten gedragen, hoe we zouden moeten werken. Een verhaal dat een grote stempel drukt op ons leven, omdat het ook de kleinere invloedssferen doorademt. Samenleving ‘het grote verhaal’

Schaamte gaat over ons ‘zelf’, over ons bestaan Schaamte is misschien wel het krachtigste mechanisme in dit proces van aanpassing. Schaamte gaat niet zozeer over ons gedrag, maar over ons ‘zelf’, over ons bestaan. Schaamte is een intens negatieve emotie die gepaard gaat met gevoelens van hulpeloosheid, machteloosheid en inferioriteit. Ze zorgt ervoor dat we het verlangen hebben om te ontsnappen, het contact met anderen te vermijden en onze eigen tekortkomingen te verbergen. Onder invloed van schaamte wordt ons bestaan (of delen daarvan) verborgen, klein gemaakt, gebagatelliseerd of vervormd tot iets anders.

Organisaties School, clubs, familie, vrienden, gezin

Socialisatie: wie je zou moeten zijn

Individu ‘het kleine verhaal’

Individualisatie: wie je mag zijn als jezelf

managementleer

Figuur 1 Invloedssferen bij socialisatie en individuatie coachlink magazine

• 61


Als coach, maar ook als onderzoeker ben ik steeds meer waarde gaan hechten aan dit grote verhaal. Ik werk veel met professionals die vastlopen in hun werk. Zij lopen vaak vast door een mix van factoren: op het werk, in de privésituatie en in henzelf. Wat me hierbij opvalt, is een tendens om naar verhouding veel nadruk te leggen op individuele factoren. Deels doet een professional dat zelf, vanuit de beschaamde overtuiging: het ligt aan mij. Maar niet zelden zijn het ook managers op het werk die impliciet of expliciet zeggen: het ligt aan jou. Dit bevreemdt me, omdat ik zie dat er juist bij organisaties vaak veel misgaat.

Niet zelden zijn het managers die impliciet of expliciet zeggen: het ligt aan jou Deze observatie wordt versterkt door de cijfers over stress en burn-out. Zo geeft 16% van de werknemers aan burn-outklachten te ervaren. (Rijksoverheid.nl) Dergelijke hoge cijfers laten zien dat er niet zozeer op individueel niveau iets aan de hand is, maar dat er een overstijgend probleem is. In november 2021 schreef de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid dan ook: ‘Verder is (de preventie van) burn-outklachten nog te veel een zaak van het individu; er is daarnaast meer aandacht nodig voor interventies op organisatieniveau en de aanpak van risicofactoren en oorzaken die gelegen zijn in de maatschappij.’ (Rijksoverheid.nl)

Het kleine verhaal en het grote verhaal Als coach werk ik op het niveau van het individu. Maar daarbij voel ik een steeds grotere urgentie om het ‘kleine verhaal’ van individuele professionals expliciet te plaatsen in het grote verhaal. Waarom? Door die hardnekkige overtuiging ‘het ligt aan mij’. Zolang professionals deze overtuiging hebben, zullen ze blijven sleutelen aan zichzelf, zichzelf blijven aanpassen, blijven zoeken naar manieren om de schaamte en existentiële pijn daarvan te ontlopen. Dit heeft twee gevolgen. Enerzijds blijven professionals op het bed van Procrustes liggen en komen niet goed toe aan individuatie: de ontwikkeling van het persoonlijke, authentiek individuele leven. (Bolen, 1996) Anderzijds worden de mogelijk

62 • c o a c h l i n k

magazine

ongezonde praktijken binnen de organisatie indirect bekrachtigd. De professional past zich aan, verandert; maar voor de organisatie is er geen noodzaak om te veranderen. Laten we daarom eens gaan kijken hoe dit grotere verhaal eruitziet. We beginnen met de invloedssfeer van de organisatie; daarna volgt de invloedssfeer van de samenleving.

Invloedssfeer van de organisatie: managementleer Veel professionals die vastlopen in organisaties hebben eigenlijk geen idee hoe een organisatie in elkaar zit. Ze hebben een inhoudelijke of praktische expertise ontwikkeld, en daaraan ontlenen ze hun status en houvast. Het bepaalt hoe ze denken, voelen, handelen en spreken. Het zijn met name dit soort inhoudelijk georiënteerde professionals die stuklopen op allerlei, in hun ogen onzinnige en onlogische praktijken binnen organisaties. Ze lijden onder moral injury: pijn als gevolg van situaties die ingaan tegen alles waar ze voor staan. Ook hebben ze vaak last van het politieke machtsspel binnen organisaties; een spel dat ze niet kunnen of willen meespelen. Voor professionals die op deze manier vastlopen binnen organisaties, kan het een enorme eyeopener zijn om te weten hoe organisaties worden ingericht en waarom. Veel organisaties vertonen kenmerken van wat door de bedrijfskundige Marjolein Quené (2018) de managementleer wordt genoemd. In een notendop gaat het hierbij om twee kernbegrippen: resultaat en controle. Het resultaat van een organisatie (vaak uitgedrukt in financiële termen) wordt op voorhand bepaald. Vervolgens wordt van daaruit teruggerekend wat dit betekent voor bijvoorbeeld afzonderlijke budgetten, procedures en taken binnen de organisatie. De taak van operationele of middenmanagers is om ervoor te zorgen dat het hen toebedeelde deelresultaat daadwerkelijk wordt behaald. Hun belangrijkste instrument: controle. Dit uit zich bijvoorbeeld in administratiedruk. Managers beschikken graag over een dashboard waarmee ze kunnen zien in hoeverre men op weg is om het beoogde resultaat te bereiken. ‘Meten’ is dus belangrijk voor managers, waarbij zij het zijn die bepalen wat er wordt gemeten en wat als ‘goed’ of ‘waardevol’ geldt. De logica bij veel (maar zeker niet alle) managers gaat niet zozeer via de weg van de inhoud, maar via de weg van de macht. Het politieke machtsspel binnen organisaties heeft


deels te maken met het verlangen van een manager om in control te blijven, opdat zijn stukje van het beoogde resultaat wordt gerealiseerd en de eigen positie op de ‘apenrots’ wordt bekrachtigd. Belangrijk hierbij is hoe managers leren kijken naar hun ondergeschikten.

Prikkels Volgens de managementleer kan het menselijk gedrag worden gestuurd via prikkels. Prikkels zijn bijvoorbeeld: beloning, gedeelde waarden, maar ook het vertellen van een bepaald verhaal. Deze prikkels worden gegeven met het oog op het gewenste resultaat. Vanuit het denkkader van een manager is dit volledig legitiem en moreel juist, immers: een goed bedrijfsresultaat komt iedereen ten goede. Maar door ondergeschikten kan het aansturen via prikkels worden beleefd als manipulatie of ronduit machtsmisbruik, omdat hun inhoudelijke stem, gebaseerd op heel andere waarden en uitgangspunten, wordt overstemd of overruled. Dit functionele of instrumentele mensbeeld in de managementleer is een bron van veel pijn: professionals hebben het gevoel dat ze niet worden gezien en gehoord, dat het alleen maar om het geld en resultaat gaat en dat de menselijke maat in de knel komt. In de managementleer wordt verder verondersteld dat professionals zelf verantwoordelijk zijn voor hun succes. Hiermee komen we bij tweede invloedssfeer.

Invloedssfeer van de samenleving: meritocratie Een meritocratie is een samenleving waarin geleverde prestaties maatgevend zijn voor ieders maatschappelijke positie. De boodschap is: wie zijn best doet, kan vooruitkomen. Nederland is geen gerealiseerde meritocratie, maar wordt wel steeds meritocratischer. Vooral van belang is dat het meritocratische ideaal brede ondersteuning geniet. Dat komt omdat er sterke morele, economische en politieke argumenten zijn ten faveure van een meritocratie. Bijvoorbeeld: • Mensen hebben een individueel recht op onderwijs en zelfontplooiing. Iedereen krijgt zo veel mogelijk een gelijke kans om zich optimaal te ontwikkelen. • Het is rechtvaardig om beloning (macht, status, inkomen) strikt te koppelen aan iemands verdienste. Immers, iemand die veel geeft of bijdraagt mag ook veel terugkrijgen. • Organisaties, maar ook naties kunnen het zich niet veroorloven om menselijk kapitaal te laten liggen. Immers, de concurrentie neemt alsmaar toe. (Swierstra & Tonkens, 2008)

Op het eerste gezicht lijkt het meritocratische ideaal heel rechtvaardig te zijn. Maar het heeft een schaduwzijde, namelijk de prestatie- en stressmaatschappij. In een meritocratie moet iedereen blijven presteren, zich blijven ontwikkelen, de grenzen blijven verleggen en is niemand ooit zeker van zijn positie. Dit is de zogenoemde ratrace.

De professional past zich aan, maar voor de organisatie is er geen noodzaak om te veranderen Volgens Swierstra en Tonkens is de belangrijkste keerzijde van een meritocratie dat het zelfrespect van de verliezers systematisch wordt ondermijnd, evenals de solidariteit van de winnaars met de verliezers. Ze stellen: ‘Meritocratie is misschien zelfs de wreedste vorm van ongelijkheid, omdat degenen die niet slagen niet kunnen zeggen dat ze geen geluk hebben gehad of eronder zijn gehouden door degenen die de macht in handen hebben. In plaats daarvan moeten zijn tot de slotsom komen dat ze zelf gefaald hebben en dat geen enkele inspanning hen nog kan redden.’ (Swierstra & Tonkens, 2008) Het meritocratische ideaal is het grote verhaal van onze tijd. Het is een verhaal dat alle invloedssferen doordringt en ons van jongs af aan onze innerlijke maatstaven vormt: ik moet succes hebben, en als dat niet lukt, ligt het aan mij. Mensen dragen vandaag de dag een immense eigen verantwoordelijkheid. De filosoof Byung-Chul Han stelt: ‘Wie in de neoliberale prestatiemaatschappij faalt, maakt zichzelf daarvoor verantwoordelijk en schaamt zich in plaats van zichzelf de maatschappij of het systeem ter discussie te stellen.’ (Han, 2015) Deze eigen verantwoordelijkheid gaat heel ver. In een werkomgeving zijn professionals, als ‘ondernemer van zichzelf’, niet alleen verantwoordelijk voor het behalen van een bepaald resultaat, maar ook voor hun psychosociale vermogens om bijvoorbeeld om te gaan met stress en werkdruk en voor hun spirituele vermogens om zin te vinden in het werk. Met andere woorden: de binnenwereld van de mens wordt ingelijfd – volgens Han zelfs uitgebuit – in het licht van een meritocratisch ideaal.

coachlink magazine

• 63


Figuur 2: Systeembingo

In de praktijk: systeemeducatie In mijn coachingspraktijk pas ik het voorgaande toe door professionals te leren ‘uitzoomen’ vanuit hun ‘kleine verhaal’ naar de bredere invloedssferen van organisatie en samenleving. Deze werkwijze noem ik systeemeducatie. Een van de instrumenten die ik hierbij gebruik is systeembingo (zie figuur 2). Hiermee kunnen professionals zelf onderzoeken welke denkbeelden en praktijken ze in de organisatie en zichzelf herkennen. Bij vijfop-een-rij geldt: bingo! Het is een ludiek instrument met een serieuze ondertoon: het kan professionals bewust maken van de managementlogica achter veelvoorkomende weerbarstige werkpraktijken (de blauwe vakjes) en verinnerlijkte maatstaven (de gele vakjes). (Demildeorganisatie.nl) Systeemeducatie is met name waardevol in die aspecten van een coachingstraject die te maken hebben met duiden (betekenis geven aan eigen ervaringen) en veranderen (nieuwe gedragingen ontwikkelen). Door uit te zoomen kunnen professionals bijvoorbeeld ontdekken dat er niks mis is met hun stress, maar dat het eenvoudigweg een gezonde reactie is op een ongezonde situatie. Ook kunnen ze beter onderscheiden waar welke verantwoordelijkheid ligt en waar verandering nodig is: bij henzelf, in de privésfeer of in de organisatie. In deze processen kan schaamte uiteindelijk een deur blijken te zijn naar existentiële ruimte, compassie, wijsheid en moed. 64 • c o a c h l i n k

magazine

Belangrijkste bronnen • Bolen, J. S. (1996). Tot op het bot: Levensbedreigende ziekte en persoonlijke groei. Rotterdam: Lemniscaat. (p. 67-69) • Han, B. C. (2015). Psychopolitiek: Neoliberalisme en de nieuwe machtstechnieken. Amsterdam: Van Gennep. (p. 14) • Kamerbrief voortgang aanpak psychosociale arbeidsbelasting. www.rijksoverheid.nl/documenten/kamerstukken/2021/11/15/kamerbrief-voortgang-psychosocialearbeidsbelasting (laatst geraadpleegd op 17/02/2022; p. 1-2) • Quené, M. (2018). Voorbij de managementmaatschappij: De invloed van management op werk, democratie en vrijheid. Rotterdam: Lemniscaat. • Swierstra, T. & Tonkens, E. (2008). De beste de baas? Verdienste, respect en solidariteit in een meritocratie. Amsterdam: Amsterdam University Press. (p. 21) • Systeembingo. www.demildeorganisatie.nl/wvdws21/ (laatst geraadpleegd op 17/02/2022)

Dr. Angela Stoof is eigenaar en oprichter van De Milde Organisatie, een kennis- en expertise­ centrum op het gebied van de menselijke maat en systeemverandering in organisaties. Ze werkt onder andere als coach, onderzoeker en docent. www.demildeorganisatie.nl


De coachstijl van...

Riet Fiddelaers-Jaspers Kleine stapjes geven inzichten

‘Kleine stapjes leveren meer inzicht op én meer succeservaringen. Je overlevingsmechanismen had je ooit nodig, er zitten kwaliteiten in. Maar misschien is het nu tijd om ze wat rust te geven’, vertelt ze. ‘Hard werken is bijvoorbeeld een overlevingsmechanisme van mij. Vooral als ik het obsessief doe, want dan ga ik uit contact. En tegelijk is schrijven een kwaliteit.’

Riet Fiddelaers-Jaspers heeft de pensioenleeftijd, maar is nog actief. ‘Ik borg mijn werk, ik ontwikkel een nieuwe training, geef ‘m een keer en dan draag ik ‘m over.’ Riet begeleidt vanuit het Expertisecentrum Omgaan met Verlies professionals: coaches, psychologen, predikanten en therapeuten die anderen helpen met hun verlies. ‘Ze komen bij me met een leervraag of omdat ze vastlopen. Ik kijk wat zich aandient. Ik hecht aan veiligheid en kleine stapjes nemen.’ Ze visualiseert met behulp van een flip-over. ‘Daarop teken ik veel en leg ik uit. Soms te veel, ik kom uit het onderwijs en dat blijf je merken’, lacht ze.

‘Blijf in verbinding met jezelf als secure base.’ Riet is er voorstander van om te ondertitelen wat er met je gebeurt. ‘Bijvoorbeeld: “Ik had net even een lastig telefoongesprek en moet me even herpakken.” Of: “Ik moet even nadenken voor we verder gaan, wil je nog wat drinken?” Wanneer je ondertitelt, hoeft het zenuwstelsel van je coachee niet te gaan raden, want dat doet het op een onbewust niveau en maakt er dan een eigen verhaal van: ik ben niet interessant, of ze heeft er geen zin in vandaag. Als ik afgeleid word, zeg ik: “Herhaal dat nog eens, ik wil het graag goed horen.”’

Overdragen en borgen doet ze ook door boeken te schrijven over hechting, verlies, rouw en trauma. Haar laatste boek Natriltijd is een bestseller, ook omdat coaches dit boek vaak te lezen geven aan coachees. Het nieuwste boek waar ze aan meewerkt, is Het ambacht van de secure base coach. De coachstijl van Riet kenmerkt zich door systemisch werk. ‘Dan zeg ik: “We kunnen hier lang over praten, maar laten we eens in beweging komen”, en pak ik de vloerankers erbij.’ Laatst coachte Riet iemand die zich in de steek gelaten voelde door zijn team op het werk. ‘Hij had als puber een traumatische ervaring waarbij hij zich volkomen alleen had gevoeld. “Met wie kun je dit delen? Aan wie kun je steun vragen?” Hij had geen idee. Hij was niet gewend iets

te delen of hulp te vragen. Met vloerankers visualiseerden we de hulpbronnen en dat bleken best wel een paar mensen te zijn. Veel mensen willen het zelf oplossen. Dan komt er ook vaak schaamte bij, want je moet het toch alleen kunnen?’

Blijf in verbinding met jezelf als secure base, besluit ze. ‘Vragen die ik daarbij stel, zijn bijvoorbeeld: Waar beleef je plezier aan? Hoe kom je tot rust? Hoe kun je je ademhaling daarbij gebruiken? Hoe kun je uitreiken naar een ander?’ (NvO)

coachlink magazine

• 65


‘ Schaamte is een hardvochtige tool’ 66 • c o a c h l i n k

magazine

foto’s: bertina bartlett

interview met marjon bohré


Interview

Ze is iemand die haar woorden heel zorgvuldig weegt – ‘het juiste woord kiezen is belangrijk’ – en wier begripvolle stem zo uitnodigt tot praten dat het interview bijna een therapiesessie was geworden. Maar daar waakte ze netjes voor. Auteur, bedrijfskundige en organisatiepsycholoog Marjon Bohré is expert op het gebied van ontwikkeling, of dit nu persoonlijk is of in organisaties. Maar ontwikkeling vraagt om moed en bij moed komt schaamte soms om de hoek kijken. ‘Schaamte is een van de meest pijnlijke emoties’. Tekst: Hedda Treffers

Als ik op je website kijk, zie ik dat je heel veel hebt gedaan en heel veel bent: organisatiepsycholoog, bedrijfskundige, maar ook docent geschiedenis, schrijfster van poëzie. Hoe is dit zo gelopen? ‘Ik heb in Wageningen bedrijfswetenschappen gestudeerd, want ik wilde organisatieadviseur worden. Tijdens dat werk kwam ik er echter gaandeweg achter dat mensen niet per se het meest efficiënt te werk gaan. Dat interesseerde me zo dat ik organisatiepsychologie ben gaan studeren. Ik wilde op zoek naar antwoorden op de vraag: waar gaat het goed en waar kan het beter? Uiteraard voor mensen zelf, maar ook in het belang van organisaties.’

En hoe liep het toen verder? ‘De studie psychologie heb ik afgemaakt met als focuspunt het thema menselijkheid. Dit bleef eigenlijk overal steeds bij mij, waar ik ook werkte. Ik heb heel veel verschillende functies gehad: bij de overheid, internationaal, als leidinggevende en steeds lag de focus op: hoe doen mensen wat ze doen? En hoe kun je ze de ruimte geven om hun creativiteit en kunde zo goed mogelijk tot uiting te laten komen. Als mensen zich veilig voelen, biedt dit welzijn en dat is ook goed voor de organisatie; het mes snijdt aan twee kanten.’

Je hebt de afgelopen jaren twee gedegen en ongelooflijk boeiende boeken geschreven. Is het nu tijd om even uit te rusten? ‘Ik werk eigenlijk al twaalf jaar als zelfstandig ondernemer in allerlei rollen. Schrijven, lezen en studeren zijn dingen die ik heel graag doe, dat voelt niet als werk. Daarnaast doe ik promotieonderzoek, ook op het gebied van menselijkheid.’

Om het heel modern te zeggen: menselijkheid is wel een beetje ‘jouw ding’ hè? ‘Klopt. Het onderwerp menselijkheid heeft me altijd heel erg beziggehouden. Het is ook heel boeiend, want het is iets dat iedereen wel wil – “meer menselijkheid” – maar tegelijkertijd speelt heel erg de vraag wat het precies is. Iedereen heeft daarop een ander antwoord. En als we meer menselijkheid willen, moeten we het dus wel eens zijn over de definitie. Wat is dat precies? En wat kunnen we vervolgens doen om dit meer ruimte te bieden, ook op het werk.’

Is hier niet allang onderzoek naar gedaan? ‘Er is inderdaad onderzoek naar gedaan, maar dit richt zich vooral op ontmenselijking. We weten dus wat je niet moet doen: mensen negeren, klein maken, niet bij de naam noemen. Ook groepsnamen als ‘het management’ of ‘de OR’ dragen niet bij; zo’n groepsnaam ontmenselijkt. En een term als ‘HR’ heeft ook zeker geen bijdrage geleverd: het degradeert mensen tot een tool, een instrument, dat draagt niet bij aan de menselijke maat.’

Naast je boek over menselijkheid in organisaties, heb je onlangs ook een boek uitgebracht over het stoppen met streven naar perfectie. Doe jij zelf eigenlijk niet ook constant je uiterste best? ‘Laat ik beginnen met het uit de weg ruimen van een misverstand: perfectionisme en je uiterste best doen zijn twee totaal verschillende dingen. Bij je uiterste best doen speelt er een innerlijke motivatie: deze drang komt vanuit jezelf. Je hebt bijvoorbeeld iets geschreven en je weet dat het nog beter kan, maar dat je het even moet laten rusten. Dát is: je uiterste best doen.

coachlink magazine

• 67


‘Een emotie is als een peuter die aan je broek hangt en om aandacht vraagt: hoe minder je geeft, des te harder gaat hij trekken.’ Perfectionisme daarentegen is het streven naar een ambitieus en onhaalbaar doel, want perfectie bestaat niet. Daarmee verbonden zijn de zorgen om het oordeel van een ander, maar ook om het oordeel van jezelf: je innerlijke criticus.’

Wat speelt schaamte hier dan precies voor rol in? ‘Perfectionisme is een onhaalbaar doel in combinatie met het oordeel van anderen. Schaamte is de angst dat er iets mis is met jou, dat je het niet waard bent om erbij te horen. We denken dat perfectionisme een goede strategie is om er wel bij te horen: dan word ik geaccepteerd, dan hoor ik erbij. Het lijkt ook een logische strategie, echter: je hebt het oordeel van anderen niet in de hand. En bovendien: perfectionisten denken niet: deze strategie werkt niet dus laat ik wat anders proberen. Nee, ze denken: het moet nog perfecter!’

Als deze strategie niet werkt, hoe gaan we die schaamte dan wél goed te lijf? Moeten we er vriendjes mee worden? ‘Schaamte is een van de meest pijnlijke emoties. Het is wat het is. Je kunt het ontkennen, maar dan gaat het meer ruimte innemen. Dus je kunt het beter onder ogen zien, veerkracht ontwikkelen en er op een effectieve manier mee omgaan zodat het je leven niet gaat beheersen. Belangrijk onderdeel daarvan is dat je het niet voor jezelf houdt en er zelf mee blijft lopen. Maar het deelt met iemand die je vertrouwt. Werkelijk iedereen heeft last van schaamte dus de boodschap is vooral: als het je overkomt, wat moet je dan doen?’

Ik las ergens dat schaamte een motor kan zijn voor verandering. Je schaamt je bijvoorbeeld over het feit dat je iets niet hebt afgemaakt en gaat er vervolgens voor de volle honderd procent voor. Hoe denk jij hierover? ‘Ik zie dit totaal anders. Wat mij betreft is schaamte geen motor voor verandering. Schaamte kan een tool zijn om mensen te stimuleren om binnen bepaalde normen te blijven, maar schaamte is een hardvochtige tool; het maakt je klein. En dat lijkt me een slechte uitgangspositie voor verandering.

68 • c o a c h l i n k

magazine

De onderliggende relevante vraag is: wat zijn de verwachtingen en hoe realistisch zijn die? En: wil ik dit ook echt wel in het leven? Schaamte heeft ook een fysieke component hè: blozen, ineen krimpen, een wee gevoel in je buik krijgen. Dit blijken dezelfde symptomen te zijn als die je ervaart bij de schrik bij bijvoorbeeld een ongeluk. De reactie van: zorgen dat je veilig bent, dat er niets geks met jou is. Waar komt die vandaan? Wat zijn de verwachtingen en idealen die maken dat jij zo reageert?’

Als ik jou zo hoor denk ik: we moeten de jeugd van nu per direct veel weerbaarder maken als het gaat om schaamte. ‘Ik zou wensen dat we van jongs af aan al met elkaar over dit onderwerp in gesprek gingen ja, want geheimzinnigheid, stilte en oordeel, daar wordt schaamte groter van. Sommige mensen lopen hier hun hele leven mee rond, terwijl het heel erg helpt als je het kunt delen in plaats van weglachen.’

Wat zouden die mensen volgens jou het beste kunnen doen? ‘Het is goed om teleurstelling te voelen over iets dat misschien niet is gelukt. En vooral ook om niet te geloven dat je bent wat je doet. Des te minder gaat de schaamte jouw leven beheersen. Een emotie is als een peuter die aan je broek hangt en om aandacht vraagt: hoe minder je geeft, des te harder gaat hij trekken. Je kunt dus het beste maar aandacht geven aan die emotie en er vervolgens op een effectieve manier mee omgaan.’

Marjon Bohré is bedrijfskundige en organisatiepsycholoog en werkt met leiders aan menselijkheid in organisaties. Ze ondersteunt hen in hun persoonlijke ontwikkeling opdat ze een zinvolle bijdrage kunnen leveren aan organisaties én de wereld om hen heen. Bohré is gecertifi­ ceerd facilitator van de trainingsprogramma’s van Brené Brown.

De menselijke organisatie Vorm geven aan verbinding, vertrouwen en voldoening isbn 9789024443116 | ¤ 23,50 Ook verkrijgbaar als e-book isbn 9789024443123 | ¤ 17,95

De perfectieparadox Stop met perfectionisme en word beter dan ooit isbn 9789024438471 | ¤ 23,50 Ook verkrijgbaar als e-book isbn 9789024438488 | ¤ 18,80


Lijkt het maar zo of is er nu meer streven naar perfectionisme dan vroeger? ‘Perfectionisme is een epidemie geworden. We zijn de afgelopen dertig jaar veel perfectionistischer geworden. Dit heeft zijn weerslag, zeker ook op de mentale gezondheid van jongeren en waar zij allemaal wel niet aan denken te moeten voldoen.’

Hoe heeft dit zo kunnen gebeuren? ‘Het is een combinatie van ouders die het goed willen maken voor hun kinderen, de curling-ouders die elke tegenslag op voorhand uit de weg willen ruimen. Dan wordt omgaan met tegenslag later veel ingewikkelder. Daarnaast begint de prestatiecultuur steeds jonger met al die toetsen. En het geloof: “als je het maar wilt, dan kun je het bereiken”. Terwijl er in het leven nu eenmaal dingen zijn die je helemaal niet onder controle hebt. Het is dus veel belangrijker om te leren omgaan met tegenslag en emoties dan om alleen maar te leren ‘succesvol’ te zijn. Het leven is geen project, het leven is. En als je een tijdje niet gelukkig bent dan is er niets mis met je. Dat hoort erbij.’

Nog even terug naar de jeugd. Hoe pakken we dat aan? ‘Al op de peuterschool zou ik kinderen willen meegeven: the permission to feel, naar het boek van Marc Brackett. Laat kinderen al deze emoties voelen. Als kinderen bang zijn in het donker zijn we ook geneigd om te zeggen: je hoeft niet bang te zijn. Terwijl: de emotie is er! In plaats van ze te leren dat de emotie niet klopt, kunnen we beter zeggen: laten we eens onderzoeken waar je zo bang voor bent.’

Op welk gebieden speelt schaamte eigenlijk het meest, is dat bekend? ‘Schaamte kan betrekking hebben op lichaamsbeeld, werk en carrière, familie, taal (bijvoorbeeld een dialect), opleiding, titels, geld: te weinig, maar ook heel veel geld hebben kan tot schaamte leiden. In mijn boek over perfectionisme beschrijf ik dat er minimaal twintig gebieden zijn waarop mensen perfectionisme kunnen nastreven, bijvoorbeeld studie en werk, vriendschappen, maar ook zoiets als het huishouden, en bijvoorbeeld ramen zemen. Het heeft natuurlijk ook heel veel te maken met de ideaalbeelden van vroeger. Zelf schaam ik me bijvoorbeeld niet voor het feit dat mijn ramen niet spic en span zijn.’

Heb je nog een advies voor coaches, een groot deel van de lezers van dit magazine? ‘Ja, toch wel om schaamte niet te gebruiken als tool voor verandering. Benoem de schaamte, normaliseer het en geef aan dat iemand niet gek is. Leer mensen met enige compassie naar zichzelf te kijken. Dat is een vaardigheid die je moet ontwikkelen, net als met sporten. Een goede backhand heb je ook niet na één potje tennis.’

Heb je jezelf eigenlijk onlangs weleens geschaamd? ‘Tja, schaamte is toch vooral iets om met anderen te delen in de intimiteit, maar dit kan ik wel vertellen: toen iemand een keer een nare reactie gaf op een blog dat ik had geschreven, werd ik even overvallen door een gevoel van schaamte en dat ik iets niet goed had gedaan en wat dat dan misschien betekent voor wat ik kan en wie ik ben. Ik had een heel vinnige reactie terug kunnen schrijven, maar zo iemand wil ik helemaal niet zijn.’

Hoe kon je er uiteindelijk mee omgaan? ‘Ik heb geleerd om met enige mildheid naar mijzelf kijken. Goede quotes helpen mij daarbij als reminder om compassie te hebben, mindfulness helpt en zorgen dat ik in zicht houd welke kant ik op wil in het leven. En verder, tja, ik ben ook maar een mens.’

coachlink magazine

• 69


Coachlink

De coach voor coaches

Wil je als coachingsprofessional bijblijven op je vakgebied? Met Coachlink heb je online toegang tot honderden artikelen over coaching en persoonlijke ontwikkeling. Je vindt in de kennisbank de nieuwste vakinformatie en praktische tools voor nog meer impact in je coachgesprekken en teamsessies.

Overal en altijd online toegang tot meer dan 250 boeken.

70 • c o a c h l i n k

Gemakkelijk zoeken op veelvoorkomende thema’s, methoden en technieken.

Probeer Coachlink • Eerste maand gratis! • ¤ 21,25 per maand (incl. btw)

Laat je inspireren door ruim 600 werkvormen van MyMethods

www.coachlink.nl magazine


Column

Bewegen voorbij schaamte

paula kolthoff

Als coach help je anderen om zichzelf te laten zien. Zichtbaar zijn is voor de meeste mensen een vreugde en tegelijk een uitdaging, die gepaard kan gaan met gevoelens van schaamte. Hoe beweeg je voorbij schaamte? In trainingen werk ik met oefeningen waarin deelnemers zichzelf laten zien aan een publiek. De opdracht is om voor de groep te staan zonder woorden, niet groter of kleiner dan je bent. Iedereen komt zichzelf tegen, ook degenen die gewend zijn voor publiek te staan. We zijn allemaal bang om door de mand te vallen, beoordeeld of afgewezen te worden. Iedereen kent de ervaring dat je je daarom in sommige situaties groter of kleiner voordoet dan je bent. Als een ander je niet beoordeelt, dan doe je het zelf wel. Veel mensen schamen zich voor hun lichaam. Je hebt te maken met alle beelden van jezelf die je in de loop van het leven hebt ontwikkeld; je vindt jezelf te dik, te dun, te lang, te klein. Voor welke delen van je lichaam schaam jij je? Je kunt jezelf fysiek en mentaal trainen om in elke situatie je eigen plek in te nemen. Wanneer je

voorbij schaamte je plek inneemt, heb je meer impact en kun je als coach een veilige omgeving scheppen voor je coachees. Werken met beweging in (team)coaching is nog een tandje spannender. We houden ons allemaal geheel of gedeeltelijk verborgen voor de buitenwereld. Beweging is onthullend. Je komt jezelf en elkaar onder ogen op een manier die je op de werkvloer niet gewend bent. Dat is riskant en intiem. Durf jij als coach met beweging te werken? Hoe meer je erop vertrouwt dat het kan, des te diepgaander het resultaat. Als jij erin gaat zonder aarzeling, krijg je coachees gemakkelijker mee. Maar anderen voorbij schaamte helpen kan alleen zover als je zelf bent. Daarom is het belangrijk om te onderzoeken wat je zelf achterhoudt of niet durft te laten zien.

Dat te mogen zien van een ander is zeldzaam en kostbaar

Het lichaam kan een bron zijn van schaamte, maar ook een hulp om voorbij schaamte te bewegen. Zichtbaar zijn schept vreugde. Het is bevrijdend om uit je keurslijf te stappen en je net zo krachtig, gek, ontroerend, lelijk of grappig te laten zien als je je voelt. Dat te mogen zien van een ander is zeldzaam en kostbaar. Vaak leidt het tot een onmiddellijke fysieke reactie: tranen in de ogen, een open hart, kippenvel. Het is een ervaring van intimiteit. Je kunt een leven lang oefenen om jezelf bloot te geven. Met iedere laag die je loslaat, kom je dichter bij je essentie. Als coach kun je daar een voorbeeld in zijn. Je lichaam helpt je om naakt te zijn.

Paula Kolthoff werkt als (team)coach, trainer en adviseur. Ze geeft workshops en trainingen Embodied Learning, waarin begeleiders leren om hun fysieke intelligentie in te zetten als bron van informatie, authenticiteit en verbinding. Paula is auteur van het boek Stevig staan in intense situaties – Balans in je leiderschap met Embodied Learning.

coachlink magazine

• 71


De coachplek van...

Wassili Zafiris Souterrain in het groen ‘Het huis hebben we zelf ontworpen; een vrijstaand huis op Rieteiland Oost in IJburg. Het souterrain is mijn coachingsruimte, een heerlijke plek. Er heerst hier totale stilte.’ Wassili Zafiris coacht op basis van NLP en tegenwoordig coacht hij ook veel stellen.

Aankomen bij de coachingsruimte van Wassili begint al wanneer je op Rieteiland Oost komt. ‘Er zijn hier alleen vrijstaande, zelfontworpen huizen, een unieke plek in Amsterdam. Het groen is gebaseerd op Vlieland, net als de vorm van het eiland.’ Voor het huis ligt Wassili’s knalroze supplank in het water. Je loopt links om het huis heen waar Wassili met zijn gezin woont, en dan kom je aan bij het souterrain.

Het souterrain is ontworpen als aparte ruimte. ‘Ik gebruik het nu als coachings- en trainingsplek, maar het kan ook als appartement gebruikt worden.’ In de ruimte staat een tafel voor trainingen of teambijeenkomsten, maar vaker zit Wassili met zijn coachee in de hoek bij de ramen. ‘De ochtendzon komt hier prachtig naar binnen. Coachees gaan instinctief op de gele stoel zitten, ik zit op de rode stoel. Er is nog een rode stoel voor als er een geliefde meekomt – hoewel mijn coachees zich meestal niet meer geliefden noemen’, lacht hij. Het afgelopen jaar heeft hij een nieuwe methode ontworpen op basis van neurowetenschappelijk onderzoek van Lisa Feldman Barrett. ‘Emotionele regulatie is de basis voor ál onze beslissingen’, vertelt Wassili enthousiast. ’In gesprekken zorg ik met de RETeC-methode dat de coachee de bron van bepaalde emoties verandert. Dit verandert de voorspelling van het brein, de gevoelens en daardoor ook het gedrag. Voor je brein is de voorspelling immers de waarheid. Laatst coachte ik een vrouw die een hekel had aan de kinderen van haar nieuwe partner. We hebben een uur gepraat en na afloop had ze die nare gevoelens over hen niet meer.’

‘Mensen kiezen vaak onbewust een kleur uit de ruimte.’

72 • c o a c h l i n k

magazine


De opstelling van de stoelen in de hoek is heel bewust gekozen. ‘Het is een heel intiem hoekje. De coachees kijken de tuin in, in het groen. Aan hun rechterkant heb ik dingen neergezet om hun associaties te stimuleren. Indiase beelden, een drukke poster, een taoïstische pop en een lange, beigekleurige wandkast. Als ik vraag naar bijvoorbeeld de kleur van een gevoel, kiezen mensen vaak onbewust een kleur uit de ruimte.’ De coachee zit met zijn rug naar de keuken, een slaapbank, toilet en doucheruimte. ‘Ook fijn zijn de geurstokjes, daardoor ruikt het altijd lekker hier.’

Nog een belangrijke feature is de constante temperatuur, vertelt Wassili. ‘De ruimte ligt half in de grond en de ramen zitten aan de noordkant. Bovendien hebben we een warmtepomp die maar 30 graden hitte kan geven. Daardoor heeft de ruimte een constante, aangename temperatuur, zeker in de zomer is dat prettig.’ ‘Mensen mogen best zien dat ik hier ook leef’, vervolgt Wassili. ‘Soms komt mijn dochter opeens binnenlopen, ze is tien jaar. Dat is altijd heel ontwapenend’, lacht hij. ‘Dan groet ze en gaat ze weer weg.’ (NvO)

coachlink magazine

• 73


Schaamte

kan ik achter mijn huid achter mijn woorden achter de blikken mijzelf niet zien wachtend tot de warmte die optrekt de vinger die prikt de storm die wijst weer gaat liggen mij verplaatsen naar een huis zonder spiegels zonder zichtbaar rood zonder innerlijke stem of een die weet van zwijgen met daar achter verdwijnende voetstappen een gat in de grond eronder een zachte stoel die mij omarmt en zwijgend wiegt

marianne van velzen

74 • c o a c h l i n k

magazine


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook

Articles inside

Coachlink Magazine 17: Schaamte

2min
page 3

Schaamte is een hardvochtige tool

10min
pages 68-71

Vriendschap sluiten met je innerlijke criticus

14min
pages 10-13, 15

Schaamte op de werkvloer

11min
pages 62-66

De gelaagdheid van schaamte

10min
pages 56-59

De innerlijke criticus bestaat niet

12min
pages 50-54

Wat zullen ze wel niet van me denken?

10min
pages 44-47

De schaamte niet voorbij

7min
pages 40-42

Van savanne naar studeerkamer

9min
pages 36-39

Schaamte als geschenk in coaching

16min
pages 30-34

Leer omgaan met schaamte

14min
pages 25-29

Nee, kijk maar niet op mijn website

8min
pages 22-24

De vetkaars

12min
pages 16-20

Yvonne Toeset

4min
page 61

Het nachtkastje van Bertram Ramspeck

3min
page 9

De coachplek van Wassili Zafiris

3min
pages 74-75

De coachstijl van Riet Fiddelaers-Jaspers

3min
page 67

De favoriete werkvorm van Lilian Dekkers

3min
page 55

Het weekendgevoel van Divera van der Elst

3min
page 43

Monique Verhoeven

4min
page 35

Hoe ik coach werd - Jan Jaap Verolme

3min
page 21

Paula Kolthoff

3min
page 73
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.