Het oudste toilet • Tjornobyl • De verminking van de Larense Denker • Het vlot van de Medusa • Zalig Armeense genocide • Heren en heerlijkheden • Japan • Pleasant potato peel pie
RAMPZALIG
Japanse conservator beschadigt oudste toilet
Van radeloos naar rampenplan Overheidsoptreden in de 'risicosamenleving'
De verminking van de Larense Denker
Centerfold: Zalig
De ramp op het vlot van de Medusa
Een poging tot zwijgen
Een land vol rampen
Rampzalige restauraties
Pleasant potato peel pie?
H∞FDREDACTIONEEL
Lieve lezers, Na een beweeglijk start van het stu diejaar volgt nu ramp en catastrofe. Voor dit novembernummer sluiten we namelijk aan bij het thema van de maand van de geschiedenis: ‘Wat een ramp!’. Onze redactieleden hebben deze maand ook zeker niet stilgezeten en hebben hard gewerkt om dit num mer zo ‘rampzalig’ mogelijk te maken.
Bij rampen zou je kunnen denken aan de kernramp van Tsjor nobyl uit 1986. Ole Lechner schrijft in zijn artikel over wat de reactie was in Nederland op wat in Tsjornobyl ge beurde. En wist je dat muzikant Serj Tankian een filmpje aan oud-presi dent Obama heeft geweid wat betreft de Armeense genocide? Bart van Oostrom beschrijft in zijn artikel wat de Armeense genocide was en waar om het niet werd erkend.
Japan is een land vol rampen. Om die reden zet Koen van Raaij de rampen van Japan op een rijtje in zijn artikel. Indie Rood zet daarbij nog een ramp op het lijstje: in haar artikel legt ze namelijk uit hoe het oudste toilet beschadigd werd in Kyo to, Japan. Roos van Laer laat in haar artikel zien dat rampen ook niet ver van de zee blijven. In haar artikel kan je lezen over de schipbreuk van La Medusa en hoe kunstenaar Théodor Géricault de La Medusa zag.
Rampen vinden niet alleen plaats door de geschiedenis heen, maar ook in kunstwerken. Zo laat
Madelief Rütten jullie vier misluk te restauraties zien en de verhalen daarachter. Emma van Benthem licht het standbeeld De Denker van Auguste Rodin uit in haar artikel en beschrijft de diefstal van het beeld en de rampzalige staat waarin het werd teruggevonden.
Ramp volgt stilte en herstel, en om die reden krijgt onze centerfold de volgende titel: Zalig. Zo schrijft Constantijn Bolscher over waarom zalig het meest katholieke woord is en legt Sarah Kesselaar uit hoe het proces van een zaligverklaring loopt. Iris Jocker beschrijft in haar center fold de stillevens van Clara Peeters en Christiaan Velzeboer heeft het over de Heerlijkheid in de negentien de eeuw. Daarnaast schrijft Bart van Oostrom over zalige gebouwen. Wat vinden jullie een zalig gebouw?
Voor het achterkant heeft Lauren Hermans een recept nage maakt, namelijk een potato peel pie. Wat een ramp was het eindresultaat!
Veel leesplezier en tot volgende maand!
Anna van Schouten, Petra Cselényi & Gina Verhagen
COLOFON
Hoofdredactie
Anna van Schouten Petra Cselényi Gina Verhagen
eindredactie
Haye Heida Iris Jocker Rutger Hoekstra Silvio Algra
opmaak Gina Verhagen drukwerk
Speed-o-Print, Amsterdam
redactie
Bart van Oostrom Christiaan Velzeboer Constantijn Bolscher Emma van Benthem Noa Gelderman
Indie Rood Iris Jocker Isabel Linnartz
Isabelle Mouissie Koen van Raaij Lauren Hermans Madelief Rütten Ole Lechner Roos van Laer Sarah Kesselaar redactieraad Dr. Jouke Turpijn Dr. Willem Melching Prof. dr. Wyger Velema Dr. Wendelien van Welie
uitgever: SticHting eindelooS Eindeloos is een onafhankelijk periodiek van en voor de studierich tingen Geschiedenis en Kunstge schiedenis aan de Universiteit van Amsterdam. Het blad wordt uitgege ven door de Stichting Eindeloos. Eindeloos ligt iedere maand in de bladenbakken van het P. C. Hoofthuis, het Bushuis, de UB en Oudemanhuispoort. Reacties, inge zonden stukken, liefdesverklaringen en hatemail kunt u sturen naar eindeloosamsterdam@gmail.com.
Deze uitgave kwam tot stand met subsidie van de Universiteit van Amsterdam.
Stichting Eindeloos Postbus 1626
3
10
12
13
14
4
6
8
16
EINDEL ∞ S
INHOUDSOPGAVE
JAPANSE CONSERVATOR BESCHADIGT OUDSTE TOILET
door Indie Rood
Japan heeft een lange geschiedenis die erg ver teruggaat, misschien wel verder dan we eigenlijk weten. De Japanse keizer Meiji heeft het land pas in 1859 geo pend voor de handel met andere landen in de wereld. Er is veel overgebleven uit de Japanse geschiedenis, waaronder de Tofuku-ji Tempel in Nara. De Boeddhis tische tempel heeft eeuwenlang onderdak gegeven aan trainee-monniken en hun mentoren, waar ze hun religie bestudeerden en uitoefenden. De tempel wordt tegenwoordig vaak bezocht door toeristen die de zen tuinen willen bekijken.
De Tofuku-ji tempel is een van de vijf grote zentempels in Kyoto, de andere tempels zijn de Nanzen-ji tempel, Tenryu-ji tem pel, Shokokuji tempel, kennin-ji tempel en de manju-ji tempel. Ze behoren alle maal tot de organisatie die de tempels verzorgen en toezien. Hierin heeft de Nanzen-ji tempel de leidingge vende rol.
De Tofuku-ji tempel werd in 1236 gesticht met steun van de keizerlijke regent Kujo Michiie (1193–1252). Hij wilde gro te tempels in Kyoto bouwen die gelijk stonden aan de gro te tempelcomplexen in Nara. Kyoto was tussen 794 en 1868 namelijk de hoofd stad van japan. Kujo Michiie vond dat Kyoto er groter en belangrijker uit mocht zien met de nieuwe Tofuku-ji tempel. De naam van de tempel is eigenlijk een samen gevatte naam uit de kanji-tekens van de twee beroemdste tempels in Nara de Tōdai-ji tempel en de Kōfuku-ji tempel, en werd gekozen om het belang van de tempel te laten zien.
1975) nieuwe tuinen en rehabiliteerde klassieke tuinen in het hele complex. Tijdens de herstelwerk zaamheden werd ook het oudste toilet van Japan teruggezet. Deze wc stamt uit de vijftiende eeuw en heeft de bijnaam hyakusecchin, dat vertaald kan wor den naar ‘toilet voor honderd personen’. Het toilet zelf heeft maar plek voor 40 mensen, aan elke kant van de ruimte zitten 20 gaten. Het kreeg zijn bijnaam omdat meer dan 100 monniken in opleiding het gebruikten tot omstreeks 1868, het begin van de Meiji periode.
Het historische complex met zijn prachtige tuinen en waardevolle toilet wordt nu volop be zocht door toeristen en de Japanners zelf. De tempel en het toilet zijn Japans erfgoed en werden in 1902 door de Japanse regering uitgeroepen tot be langrijk cultureel bezit.
De bestuurder moest erg zijn geschrokken dat hij cultureel erfgoed had “‘vernield”’! Terwijl hij het had moeten behouden!
Het complex brandde af in de veertiende eeuw. Hierbij beschadigde het hoofdgebouw behoorlijk. De kleinere tempels op het terrein hadden weinig schade opgelopen. Het gebouw werd vervolgens herbouwd zo als het er uitzag bij de voltooiing in de vijftiende eeuw. Nadat de reconstructies waren gefinancierd, ontwierp de beroemde tuinarchitect Shigemori Mirei (1896-
Nu we het belang van het toilet en zijn afkomst hebben be sproken, is het ernstig nieuws dat een mede werker van de Vereni ging voor het Behoud van Erfgoed in Kyoto, de originele houten deuren van het toilet heeft beschadigd. De bestuurder startte zijn auto en besefte te laat dat hij achteruit de deuren in reed.
Toshio Ishikawa, directeur van het onder zoeksinstituut van de tempel, was verdrietig door de schade die was aangericht, maar hij was opgelucht dat er niemand gewond was geraakt. De deuren kun nen worden hersteld, deelde Toshio, maar dat gaat veel geld en tijd kosten. d
OUDSTE TOILET 3 EINDEL ∞ S JAARGANG 26, NR. 2
VAN RADELOOS NAAR RAMPENPLAN
OVERHEIDSOPTREDEN IN DE ‘RISICOSAMENLEVING’
Op zondag 27 april 1986, rond het middaguur, sloegen op verschillende plaatsen in Denemarken, Zweden en Finland plotseling de radioactiviteitsmeters uit. Sterke winden uit het zuiden en zuidoosten hadden een wolk van straling uit de Oekraïen se Socialistische Sovjetrepubliek over Scandinavië geblazen. Tegen het einde van de middag berichtte de Nederlandse media over de vermoedens dat er ergens in het Oosten van Europa een ongeluk had plaatsgevonden met een kerncentrale. Niemand vermoedde op dat moment nog dat er zo’n 40 uur eerder nabij de Oekraïense steden Prypjat en Tsjornobyl (beter bekend onder de Russische spelling Tsjernobyl) de groot ste kernramp in de geschiedenis had plaatsgevonden.
In haar recente essay over crisisbesef en cri sismanagement in Nederland, stelt Beatrice de Graaf dat er zo'n dertig à veertig jaar geleden een ontwikkeling heeft plaatsgevonden in de om gang met rampen. Een belangrijk kantelpunt is volgens De Graaf de Bijlmerramp in 1992. Het neer storten van het Israëlische cargo-vliegtuig in de Bijl mermeer en de afhandeling daarvan leverde veel wan trouwen jegens de overheid op. De verantwoordelijke minis ters hadden de ramp volgens slachtoffers, nabestaanden en enkele Tweede Kamerleden be roerd afgehandeld. Er was veel onduidelijkheid over de vracht van het vliegtuig (verarmd uranium?) en de gezondheids klachten van Bijlmerbewoners waren nauwelijks erkend en behandeld. Een onderzoek naar de ramp en diens gevol gen kwam tevens veel te laat, namelijk zeven jaar na dato; de overheid had duidelijk ge faald. Volgens De Graaf had er een verandering plaatsgevon den in de verwachtingen van burgers van overheidsoptreden bij rampzalige gebeurtenissen. Hier ontstond als het ware de 'risicosamenleving' in Nederland. Voor het eerst leidden rampen en dreigingen tot pu blieke commotie en parlementaire hoorzittingen. Deze verandering in het crisisbesef is echter een paar jaar eerder terug te voeren. Bij Tsjornobyl bleek de voorbe reiding en communicatie eveneens gebrekkig. De eerste tekenen van ongerustheid over het ongeval bij Tsjornobyl in Nederland kwamen vanuit
Dit zijn hoogstwaarschijnlijk zeer niet-radioactieve koeien.
de KLM. Op 29 april 1986, drie dagen na de ramp, meldden zij zich bij het RIVM met de vraag of ze veilig naar Rusland konden vliegen. Het RIVM wist geen raad met de vraag en verwees ze door naar het KNMI. Zij concludeerden dat de straling vanuit Oekraïne ook in Nederland terecht kon komen, maar er werd niet direct alarm geslagen. Ook bij de overheid namen de zorgen toe, maar er werden geen drastische maat regelen genomen. Integendeel: de eerste besluiten die premier Lubbers nam waren het uitstel len van het debat in de Tweede Kamer over de bouw van nieuwe kerncentrales tot na de komen de verkiezingen en het instellen van een coördinatieteam - en geen crisisteam, want dat klonk te dreigend. Het bleek al snel dat er helemaal geen draaiboek was voor kernrampen op deze schaal. Er was op dat moment alleen een rampenplan voor een straal van 5 tot 15 kilometer rond de kerncen trales van Dodewaard en Borsse le. Aan grootschalige en interna tionale kernrampen was helemaal niet gedacht. Als de bevolking zou worden blootgesteld aan radio actieve neerslag, zou het minis terie van Volksgezondheid totaal onvoorbereid zijn geweest. In het magazijn van het departement lagen slechts 50.000 jodiumtabletten die bescherming bieden tegen stra ling. Er was geen plan over aan wie en hoe de pillen zouden worden gedistribueerd.
Toen het ministerie zich realiseerde dat de kernramp gevolgen zou hebben voor Nederland werden de inspanningen opgevoerd om de straling
EINDEL ∞ S JAARGANG 26, NR. 2 4 TSJORNOBYL
door Ole Lechner
Dit is de zeer radioactieve, geëxplodeerde vierde reactorkern van Tsjornobyl.
te analyseren en gezondheidsrisico's te voorkomen. Het RIVM bezat alleen niet over de middelen om de straling goed te kunnen meten. Er waren in Neder land maar tien meetpunten en er was geen vliegtuig om straling op grotere hoogte te meten. Er werden daarom particuliere bedrijven ingezet die wel over dergelijke apparatuur beschikten. Op 2 mei waai de de radioactieve wolk over Nederland en sloegen de radioactieve stoffen door regen neer op de grond. Daardoor liepen koeien het gevaar radioactief gras te eten, wat zou leiden tot melk die besmet zou zijn met radioactief jodium. Alle melkkoeien moesten daarom op stal. Een dag later bleek dat ook sla en spinazie besmet raakten met jodium en dat dit er niet zomaar af te wassen was. Op spinazie werd ook nog de kan kerverwekkende stof cesium aangetroffen en moest dus per direct uit de schap pen. Overigens waren deze maatregelen maar van korte duur. Nog geen week later liepen de koeien weer vrolijk buiten en mocht er weer spinazie gegeten worden. Verder waren er nauwelijks directe maatregelen.
zij voorbereid zouden zijn op een dergelijke ramp en transparant zouden handelen. Aan deze wensen werd niet voldaan. Op het gebied van voorbereiding heeft de Nederlandse overheid wel een lesje geleerd. Om straling beter in kaart te kunnen brengen werd er een landelijk meetnet voor radioactiviteit ingericht in de jaren na de ramp en er werd draaiboek gemaakt voor kernongelukken met jaarlijkse trainingen. Toen er in 2011 nog een kernramp plaatsvond in Fukushima wist het RIVM de stralingsdosis in Japan en Neder land snel te berekenen.
De straling kon ook in Nederland terecht komen, maar er werd niet direct alarm geslagen.
In september 1986 bracht het adviesbureau Berenschot op verzoek van het kabinet een evalu atierapport uit over het handelen van de overheid na de ramp. Daarin concludeerden zij dat er in de eerste dagen na de ramp passend was gehandeld, hoewel de positie van de coördinatiegroep onduidelijk was en de pers maar lastig deskundige informatie kon verkrijgen. Tevens was de berichtgeving aan de bevolking gebrekkig en leverde deze meer vragen dan antwoorden op. Ook bleef er veel onduidelijkheid ná het intrekken van maatregelen. Was het echt allemaal weer veilig? Hoewel de overheid de daadwerkelijke gevaren dus goed inschatte liet hun communicatie wensen te over. Van de regering werd verwacht dat
Op het gebied van communicatie bij rampen lijkt de overheid echter maar weinig te hebben geleerd van Tsjornobyl. Met de Bijlmerramp in 1992 was de communicatie zeer gebrekkig, wat zelfs leidde tot veel complottheorieën over een mogelijke cover-up van de overheid, samenwerking met de Israëlische geheime dienst en een gevaarlijke nucleaire lading van het vliegtuig. Ook recenter, bij de uitbraak van het corona virus was de overheid com pleet overvallen en was het lang onduidelijk of je nou beter wel of niet een mond kapje kon dragen. Onsamenhangende informatievoor ziening leidde ook bij corona tot complotdenken. In de hedendaagse risicosamenleving, waarin er nucleaire rampen op de loer liggen, er zomaar vliegtuigen in gebouwen kunnen storten en er virussen in no-time over de wereld worden verspreid, mag je verwachten van de overheid dat ze voor dit soort catastrophes een plan klaar hebben liggen en dat ze duidelijk com municeren over hun handelen. Van Tsjornobyl, de Bijlmer en corona hebben we geleerd, maar wat is de volgende grote ramp en hoe zal de overheid daarop reageren? d
EINDEL ∞ S JAARGANG 26, NR. 2 TSJORNOBYL 5
DE VERMINKING VAN DE LARENSE DENKER
In het holst van de nacht van 16 op 17 januari 2007 drongen twee dieven de beelden tuin van het museum Singer Laren binnen. De dieven verlieten de tuin met een grote buit: zeven beelden. Van deze beelden keerde er slechts één terug, namelijk De Den ker van Auguste Rodin. Echter, de staat waarin dit beeld werd teruggevonden schokte velen.
De dieven hadden het hek van de beelden tuin met een auto uit zijn voegen gerukt en de beelden met grof geweld van hun sokkels verwijderd. Toen de volgende ochtend duidelijk werd wat die nacht was gebeurd, trok het museum aan de alarmbellen. De politie wist vrijwel meteen door wie de beelden waren gestolen en waar zij woonden. De dieven hadden namelijk op de plaats delict een verscheurde print van een rou tebeschrijving achter gelaten. De recherche hoefde enkel de snippers aan elkaar te plakken om het vertrekpunt van hun roverstocht te ontdekken.
Toen zij bij het adres van een van de verdachten arriveerden, trof de recherche iets onverwacht aan. Daar, half begraven in de tuin van de verdachte, vonden zij De Denker. Daar bleef het niet bij: toen de politie het beeld uit de kuil haalde, zagen zij dat de dieven het beeld hadden ver minkt met een slijp tol. Het gezicht had diepe sneden en de schedelkap zat bijna los. De dieven hadden geprobeerd de schedel kap los te krijgen door er met een hamer op te slaan. De linker bovenarm was op dezelf de manier toegetakeld. Rond het voetstuk zaten verschillende sneden in een poging om de Larense Denker helemaal door te snijden. Ook de signatuur was opzette lijk geschuurd met een slijpmachine in een poging het beeld anoniem te maken. De meest opvallende schade was
het ontbrekende rechteronderbeen. De dieven kregen het been niet helemaal los met de slijptol, maar slaag den erin het been af te breken door het heen en weer te trekken. Het is duidelijk dat de motivatie van de dieven voor beeldenroof niet de waarde van de kunst was, maar de waarde van het brons waarvan de beel den waren gemaakt. Met een slijper hadden de dieven geprobeerd het beeld van Rodin in kleine stukjes te snijden die voor hun schroot waarde verkocht konden worden. Nadat De Denker was terugge keerd naar het Singer Laren, besloot het museum na enige discussie het beeld te restaureren. Na veel wikken en wegen koos een team van restau ratoren voor een behandeling met 3D scannen en 3D printen. Als eerste stap begon het museum met het kijken naar andere collecties op zoek naar een exacte kopie van de Larense Denker. Deze vond men in de collectie van Musée Rodin in Meudon, Frank rijk: het betrof het gipsen beeld waar mee de Larense Denker was gegoten. Nu de restauratoren het originele beeld tot hun beschikking hadden, konden zij zien hoe de beschadigde en ontbrekende delen er voor de verminking uitzagen.
De restauratie van De Denker begon met het ma ken van 3D-scans van het originele en het beschadig de beeld. Door de scans te overlappen kon men zien hoe omvangrijk de schade was en wat de precieze vorm en afmetingen van de ontbrekende delen waren. De volgen de stap was het herstellen van de schedelkap en de
EINDEL ∞ S JAARGANG 26, NR. 2 6 DE DENKER
door Emma van Benthem
Op de plaats delict vond de recherche een verscheurde print van een routebeschrijving.
linker bovenarm, wat bereikt werd door het zorgvul dig aandraaien van schroefmechanismen. Voor de arm maakten de restauratoren een speciaal apparaat om de deuken van binnenuit de arm te verwijderen. Vervolgens konden de lacunes worden opgevuld. Met de 3D-scans konden de exacte vorm en afmetingen van de lacunes worden vastgesteld en afgedrukt in UV-uithardende fotopolymeerhars. Omdat de restau ratoren deze hars niet geschikt genoeg vonden voor direct gebruik (de stabiliteit op lange termijn was niet bekend), werden de afdrukken gebruikt om siliconen mallen te maken. In deze mallen werden de vullingen gegoten.
Nadat de bramen die door de slijptol waren veroorzaakt in het brons rond de lacunes waren weg gevijld, konden de gegoten vullingen worden geplaatst en gefixeerd. Voor de geschaafde oppervlakten vol stond retoucheren. Voor het ontbrekende been ko zen de restauratoren voor een sterker materiaal. Het vervangende been moest namelijk met een interne steun aan het beeld worden vastgemaakt. Net als bij de vullingen, printten de restauratoren eerst een been dat vervolgens gebruikt werd om een mal van te ma ken. De laatste stap was het retoucheren, waarna de restauratie van het beeld van Rodin was voltooid. Op
4 oktober 2010 keerde de Larense Denker terug naar het museum waar het hoog boven een deur werd ge plaatst, ver buiten het bereik van potentiële dieven. d
EINDEL ∞ S JAARGANG 26, NR. 2 DE DENKER 7
Daar komen dieven, maar misschien ook de schoonmaker, niet meer bij!
ZALIG
Wat betekent zalig? Het is een woord dat vaak wordt gebruikt in de Nederlandse taal, ondanks zijn katholieke oorsprong. Gelukkig en heerlijk is waar het woord naar verwijst volgens de Van Dale, naast de katholieke betekenis. Maar welke vorm krijgt het woord zalig in ons dagelijkse leven?
Het proces van de zaligverklaring
Sarah Kesselaar - Niet alleen een kersentaartje van Holtkamp, maar ook een mens kan zalig worden verklaard. De zaligverklaring is de eerste stap die gezet moet worden, voordat iemand heilig wordt genoemd. Om te worden geëerd als zalige moet je aan een paar strenge eisen voldoen. Allereerst is het uiteraard van belang dat de desbetreffende persoon is gestorven. De Dicasterie voor de Heiligverklaringen bepaalt of de persoon in kwestie heldhaftige hei ligheid heeft getoond die navolging waard is. Als dat zo is, worden ze met het decreet van de paus Eerbiedwaardig verklaard. Ver volgens begint de zoektocht naar bewijs dat er een wonder is ge beurd door tussenkomst van de persoon sinds ze zijn overleden. Een wonder dat aan aan iemand wordt toegeschreven na diens dood is het bewijs dat diegene in de hemel is bij God en voor de mens bemiddelt op aarde. Een voorbeeld van zo’n wonder is dat iemand op onverklaarbare wijze geneest nadat diegene ongeneeslijk ziek is ver klaard. Daarbovenop moet er bewijs zijn dat mensen op aarde heb ben gebeden om de voorspraak van de eventuele zalige. Rechtstreeks tot God of Jezus bidden is toegestaan, maar zodra mensen bidden richting een andere heilige zoals de Maagd Maria is het niet mogelijk om te bewijzen dat de eventuele zalige de oorzaak is van het wonder. Zodra er bewijs is dat het wonder het gevolg is van de voorspraak van de eventuele heilige wordt diegene zalig verklaard.
Antonietta Meo, de jongste zaligverklaarde en uiteindelijk ook heilig verklaard. Ze overleed op zevenjarige leeftijd.
Heerlijke stillevens
- Clara Peeters (1588-90 – in of na 1621) was een meester in de stillevens. Zij woonde in Antwerpen en maakte daar de prachtigste schilderijen in olieverf. Kazen, krakelingen, fruit, vis en gevogelte, niets was voor haar te gek en het kwam allemaal op haar geschilderde tafels terecht. Doordat zij ontzettend goed kon observeren lijken deze zaligheden zo van het schilderij te pakken. Dit komt onder andere omdat zij de geïdealiseerde werkelijkheid achterwege liet. Op het porselein zijn deukjes waarneembaar en de kazen zijn gehavend. Toch was niet alles dat Peeters schilderde perse smakelijk te noemen. Soms gaf zij groene kazen weer. Het gebruik van schapenkeutels was één van de manieren om die opmerkelijke kleur aan een kaas te geven. Heerlijk!
Stillevenmetkrab,garnalenenkreeft, Clara Peeters, c. 1635 - 1640.
EINDEL ∞ S JAARGANG 26, NR. 2 8
CENTERFOLD
Vanitas (hoogstwaarschijnlijk een zelfportret), Clara Peeters, ca. 1618.
Heren en heerlijkheden
Christiaan Velzeboer - Tot halverwege de negentiende eeuw kenden de Nederlanden een inmiddels verdwenen bestuursvorm, die van de Heerlijkheid. Aan het hoofd hiervan stond de (leen)heer. In hun rol als diplomatieke bondgenoot van de lokale vorst was hen in de Middeleeuwen allerlei rechten over een bepaald gebied toebedeeld. Het gebied waarvoor deze rechten golden was de Heerlijkheid. Dit systeem van machtslening is ook wel bekend als het feodalisme. In eerst instantie was het vooral de adel die heerlijkheden in bezit had. Met de opkomst en bloei van de steden kreeg ook de rijkere bovenlaag aldaar de mogelijkheid om het omliggende platteland als heerlijkheid aan te schaffen. De heerlijkheden en hun rechten werden geschrapt bij de Belgische grondwet van 1831 en de Nederlandse grondwetsherziening van 1848. Vandaag de dag zijn de sporen van de heerlijkheden nog terug te zien in de aanduidingen van enkele landgoederen en lange achternamen die ontstaan zijn uit het samenvoegen van een familienaam en de naam van een of meerdere heerlijkheden.
Een kaart van een heerlijkheid.
Het meest katholieke woord Constantijn Bolscher - Ondanks dat het woord zalig sterke associaties oproept met het christelijke geloof is het woord zalig vrij algemeen ingeburgerd geraakt. Voor calvinistische christenen is dit een pijnpunt: het zalig worden betekent voor deze christenen louter het deelachtig worden van de zaligmakende genade van Christus. Onder katholieken is dit heel anders. De website van Omroep RKK hield in 2006 de verkiezing van het meest katholieke woord in de Nederlandse taal. De bezoekers van de site wezen zalig aan als het woord dat het meest de katholieke cultuur en levensbeschouwing typeert. Het fenomeen zaligverklaring is ook meer gangbaar geworden. Volgens literatuurhistoricus Kees Fens is de zaligverklaring echter helemaal niet typisch voor het traditionele katholicisme in Nederland. Fens: "Pas door paus Johannes Paulus II (1920-2005) is de zaligverklaring in zwang geraakt.” Zelf werd de paus in 2011 zalig verklaard en in 2014 heilig verklaard wat destijds voor nogal wat commotie zorgde. De paus zou seksueel misbruik in de katholieke kerk in de doofpot hebben gestopt om het imago van de kerk hoog te houden.
Zalige gebouwen Bart van Oostrom - De Nederlandse taal is soms een vreemd soort iets. Als iets bepaalde kenmerken dan maken we woorden die in de Nederlandse taal van origine niet te gebruiken zijn als bijvoeglijk naamwoord, tot een vorm waar het wel te gebruiken is. Denk aan een kazige lasagne, een bazig mens, een waterig oog en ga zo maar door. Voor een gebouw met veel zalen is echter niet te zeggen dat het een zalig gebouw is, dan wordt er iets heel anders bedoeld. Het heeft een meer christelijke ondertoon of het gaat om een gebouw om Hans en Grietje te lokken. Ik vind dat jammer, ik zou graag een pand zalig willen noemen en dan bedoelen dat er aanzienlijk veel grote ruimtes binnen te vinden zijn.
EINDEL ∞ S JAARGANG 26, NR. 2 CENTERFOLD 9
Het zalige versailles, als je het zo mag noemen.
Paus Johannes Paulus II.
DE RAMP OP HET VLOT VAN DE MEDUSA
door Roos van Laer
In juli 1816 leed het Franse schip La Medusa schipbreuk. Van de honderden passa giers op het schip werden 146 man aan hun lot overgelaten op een vlot met de naam La Machine, waarop zij moesten zien te overleven. Schipbreuken kwamen veel voor in deze tijd, maar de ramp van La Medusa was misschien wel de meest illustere schip breuk ooit. Deze ramp werd vereeuwigd door de Franse kunstenaar Théodor Géricault in het schilderij Le radeau de la Medusa (Het vlot van de Medusa). In dit schilderij wist Géricault de wanhoop van de mannen op het vlot te vangen en shockeerde hij de bezoekers van de Salon met de harde realiteit van wat de drenkelingen hadden moe ten doorstaan. Het schilderij is levensgroot en behoort nog steeds tot de topstukken van het Louvre.
Nadat Napoleon in 1815 noodgedwongen afstand deed van de troon raakte Frank rijk verdeeld en werd er een poging gedaan om de Franse revolutie terug te draaien. Het land werd weer een monarchie, de de koningsgezinde aristocratie keerde na 25 jaar balling schap terug en vulde direct belangrijke bestuurlijke posities.". Door deze vriendjespolitiek werd ook Huges Duroy de Chaumareys, een man die ruim 20 jaar niet had gevaren en bovendien nog nooit commandant van een schip geweest was, aangesteld als kapitein van La Medusa. Het schip voer uit in Rochefort op weg naar de haven van Saint-Louis in Senegal. Hier zou Co lonel Julien-Désiré Sch maltz aangesteld worden als nieuwe gouverneur. Het schip vertrok te laat in het jaar waardoor de weersomstandigheden zeer ongunstig waren, terwijl de bemanning navigeerde op verouderde kaarten. De overheid wist hiervan en waarschuwde ook, maar de missie bleek te belangrijk om uit te stellen. Alles aan deze reis leek vooraf al gedoemd te mislukken.
Toen werd het weerzinwekkende besluit genomen om de 146 passagiers van het vlot La Machine aan hun lot over te laten.
navigatie op zich te nemen. Interessant genoeg werd deze taak toebedeeld aan Richefort, een filosoof die nog nooit eerder een schip genavigeerd had, terwijl er genoeg bemanning aan boord was met ervaring. Het ging dan ook al snel fout: Richefort stuurde het schip zo’n 100 mijl van de route af. De scheepslieden aan boord waren ontevreden over het beleid van Chauma reys. Er klonken geruchten over muiterij, waardoor er al snel een gespannen sfeer op het schip ontstond. Dit werd alleen maar erger toen een van de luite nant-generaals doorkreeg dat het schip zich in zeer ondiep water bevond. Toen hij dit aankaartte was het al te laat. Een dag later liep het schip vast op een zand bank en vanaf dat moment ontstond er een onomkeer bare noodlottige situatie.
La Medusa was overladen met passagiers. Met vierhonderd man aan boord zat het schip overvol. Colonel Schmaltz had er haast bij om zijn positie als gouverneur van Senegal zo snel mogelijk in te nemen. Hierdoor drong hij erop aan om zo dicht mogelijk langs de kust te blijven varen. Chaumareys stem de hiermee in en er werd iemand aangesteld om de
Het schip leek in eerste instantie nog goed stand te houden, maar onder de slechte weersom standigheden duurde het niet lang tot het schade op liep en de passagiers geëva cueerd moesten worden. Hierop was niemand voor bereid en door het gebrek aan gezag van de kapitein verliep de evacuatie chaotisch. Omdat het schip zo overvol zat was er niet genoeg plek voor iedereen in de reddingsboten. Als oplossing werd een vlot gebouwd met materiaal van La Medusa. De passagiers werden ingedeeld op basis van klasse. Hierdoor kwamen er wel 146 mensen op het vlot terecht, vooral militairen en scheepslieden. Ook het proviand werd slecht ver deeld. Het plan was aanvankelijk om met de reddings
EINDEL ∞ S JAARGANG 26, NR. 2 10 LA MEDUSA
boten in een colonne te blijven varen zodat het vlot op sleeptouw genomen kon worden. Al snel bleek dat het vlot te zwaar was en de reddingsboten afremde. Toen werd het weerzinwekkende besluit genomen om de 146 passagiers van het vlot La Machine aan hun lot over te laten.
De toestand op het vlot was de hel op aarde. La Machine was 20 meter lang en 7 meter breed. Dit lijkt in de eerste instantie niet klein maar met 146 man bleek dit uiterst onleefbaar, zeker omdat door het gewicht alleen het midden van het vlot boven het water uitkwam. Op het vlot waren alleen een paar vaten wijn aanwezig en een met zeewater doordrenkt pakje biscuits dat al na de eerste dag op ging. Er was geen hoop dat de reddingsboten nog terug zouden ko men om de mensen op het vlot te redden. De situatie op het vlot werd ondragelijk. Elke dag stierven tien tallen mensen. Sommigen wierpen zichzelf uit wan hoop in zee. Af en toe ontstond er een gevecht op het vlot tussen mannen die onder de invloed van wijn en een voedselgebrek op elkaar in begonnen te hakken. De mannen deden onmenselijke dingen om in leven te blijven. Toen na 27 dagen het vlot gevonden werd door een schip moeten de opvarenden een gruwelijk tafereel hebben aangetroffen. Van de 146 mannen op het vlot waren er nog maar 10 over, hun huid volle dig verbrand door de zon. Onder hen lagen tientallen
lijken en aan de mast hingen reepjes mensenvlees te drogen.
Precies dit moment bracht Théodor Géricault in beeld op zijn schilderij dat in 1818 in de Parijse sa lon verscheen. Hij gebruikte hiervoor een hele duide lijke driehoekscompositie die de teruggekeerde hoop maar ook de rest van het lugubere tafereel benadrukt. Het vlot lijkt door het perspectief dat Géricault koos nog kleiner waardoor er een grimmig beeld ontstaat. Linksonder in beeld ligt een lijk en in het midden van het schilderij zijn de overlevenden te zien met bovenin een zwarte man die met een witte vlag de aandacht van een schip trekt. Er was veel kritiek toen dit schil derij werd gepresenteerd in de salon. Door in de titel direct te verwijzen naar La Madusa uitte Géricault ook in zekere zin kritiek op Chaumareys en Colonel Schmaltz en daarmee de overheid. Beide mannen hebben een heel lage straf gekregen terwijl er zo veel mannen zijn gestorven onder hun wanbeleid. Op deze manier zal dit schilderij ons er altijd aan herinneren dat de beste stuurlui toch vaak aan wal staan. d
EINDEL ∞ S JAARGANG 26, NR. 2 LA MEDUSA 11
Gericault's interpretatie van de staat waarin de overlevenden op het vlot van de Medusa gevonden werden.
EEN POGING TOT ZWIJGEN
door Bart van Oostrom 22 april 2011 kwam een filmpje van de Armeense muzikant Serj Tankian op het internet terecht met een bericht aan president Obama. In dit bericht vroeg Tankian of Obama nog van plan was zich te gaan houden aan zijn belofte om de Armeense genocide te erkennen. Een dag voor dit bericht naar buiten kwam er vanuit de Armeense gemeenschap een groot protest in Los Angeles met dezelfde eis die Tankian had gesteld, het erkennen van de genocide. Maar wat hield deze genocide eigenlijk in en wanneer vond deze plaats? Bovenal, als er sprake was van een genocide, waarom werd deze niet erkend?
Het verhaal van Armenië en de genocide begint rond 1914, nog voordat de Eerste Wereldoor log uitbrak. Armenië viel toen nog onder het Ottomaanse Rijk dat aan het begin van de twintigste eeuw veel grondgebied had verloren aan Rusland en aan verscheidene Noord-Afrika landen door verschillende oorlogen. Het gevolg van dit verlies was dat het economisch minder goed ging met het rijk en er grote onrust was in het rijk zelf. In deze periode ontstond ook de protestgroep Jonge Turken, die streefden naar een Islami tisch land. In 1908 deed de organisatie een staatsgreep onder leiding van verschillende officieren. In de jaren hierop werden verschillende discriminerende maatregelen inge voerd, zoals verhoogde belastingen voor niet Islamitische inwoners.
Een deel van deze niet-Islamitische bevolking die getroffen werd door deze wetten, waren de Armeniërs. Zij waren een christelijk volk en moesten daarom ook hogere belasting betalen dan de Islamitische inwoners. Hoewel de Armeniërs van oorsprong binnen de grenzen van het Ottomaanse Rijk woonden, kregen zij eenzelfde status toe bedeeld als Fransen, Engelsen en Duitsers die in het land verbleven. De Armeniërs kregen daarentegen wel een bijzon dere behandeling ten opzichte van de Europeanen. Zij wer den namelijk extra gehaat vanwege hun betere economische positie. De Armeniërs kregen, zoals dat wel vaker gebeurt in sterk nationaliserende landen met een slechte economie, de schuld van het verval van het Ottomaanse Rijk. Wat begon met meer belastingen en sterke verwijten, mondde uit tot oplopende haat en indringende maatregelen.
Na de Tweede Balkanoorlog werden er meer ingrij pende maatregelen ingevoerd. Hoewel er weinig bewijs voor is, is er waarschijnlijk sprake geweest van een vier stappen plan. Het enige wat is overgeleverd is een enkel telegram uit 1915 dat in 2017 is gevonden waaruit bleek dat deze acties vanuit de regering waren georkestreerd. De allereerste stap was het ontwapenen van de Armeense soldaten en hen verplicht laten werken in de velden buiten de stad. Door deze soldaten buiten de stad te laten werken, was het niet mogelijk om het volk te beschermen. In deze velden waar zij tewerk werden gesteld, zijn bijna alle werkende mensen ver moord. De tweede stap volgde al snel. In een enkele nacht werden alle intellectuelen en creatieve denkers opgepakt, mishandeld en vermoord. Het idee hierachter was dat het waarschijnlijker was dat deze groep mensen een opstand op
gang wisten te brengen. De derde stap was het gevangen nemen van alle Armeense mannen. De laatste stap van het plan was om deze gevangen af te voeren naar Syrië. Geen enkele van deze gevangen had deze reis echter overleefd. Hoewel er verzet is geweest en veel mensen pro beerden te vluchten, lukte het voor het merendeel van de Armeense bevolking niet om de gruweldaden van het Ottomaanse Rijk te vermijden. Rond het jaar 1913 telde het Ottomaanse rijk rond de 2.2 miljoen Armenen. Na 1916 waren dit er nog ongeveer vierhonderdduizend. Buiten de overlevende in het rijk zelf, zijn waarschijnlijk rond de vier honderdduizend Armenen hun land ontvlucht. De exacte hoeveelheid sterfgevallen is nooit duidelijk geworden. De schatting voor het aantal slachtoffers van de Armeense gen ocide ligt tussen de achthonderdduizend en de 1.3 miljoen. In bijna geheel Europa worden deze misdaden tegen de mens erkend als genocide. In sommige landen is het tegenwoordig zelfs strafbaar om de genocide op het Armeense volk te ont kennen net zoals dat geldt voor de ontkenning van de Holocaust. In Amerika, het land waar de meeste Arme niërs naar toe waren gevlucht, is het pas recent dat de genocide officieel erkend wordt als volkerenmoord. Hoewel Obama het Armeense volk als staatshoofd had beloofd hun leed te erkennen, is de Armeense Geno cide pas officieel erkend onder Joe Biden in 2021. Dat gebeurde op 24 april, de dag waarop de genocide in ternationaal wordt herdacht. Op dat moment werd deze misdaad tegen de Mensheid na een schappelijke honderd en zes jaar geduurd voor de Amerikanen waren uit gedanst rondom het woord. Volgens de Obama administration was het een grote fout om het niet eerder te erkennen. Een van de redenen die gegeven is, is dat Turkije jarenlang heeft gezegd dat het de relatie zou verslech teren tussen de twee landen als de Verenigde Staten zou erkennen dat er sprake was geweest van een genocide. De reden voor Turkije zelf om het niet te erkennen komt sim pelweg voort uit nationalisme en dat ze niet willen erkennen dat de vaders van het land gruwelda den zouden hebben begaan. Helaas zien we wel in verschillende landen terug dat men het heel lastig vind om te erkennen dat niet alle voorouders heili ge boontjes waren. d
Monument ter herdenking van de Armeense Genocide in Yerevan.
EINDEL ∞ S JAARGANG 26, NR. 2
12 ARMEENSE GENOCIDE
EEN LAND VOL RAMPEN
door Koen van Raaij
In 2011 komt er een verwoestende tsunami aan land in Japan, met rampzalige gevolgen. In Nederland was dit groot nieuws, maar voor de Japanners was het een terugkerend fenomeen: een ramp na een aardbeving. Het land staat bekend om haar vele aardbevingen en de gevol gen die de bevingen met zich meebrengen. Jaarlijks worden er meer dan 1500 aardbevingen gemeten in Japan, dat is ruim 4 bevingen per dag! In Japan zijn ze daarom inmiddels wel gewend aan de schokken, het is zo goed als onderdeel van hun identiteit. Ook in de geschie denis is te zien hoe de Japanners al eeuwenlang om gaan met de vele natuurrampen. De
Natuurlijk is het niet mogelijk om altijd geheel voorbereid te zijn op rampen. Toch proberen de Japanners de aardbevingen te voorspellen, om zo ernstige rampen te voorkomen. Deze drang om rampen te voorkomen is erg typerend voor Japan en de reden is de geschiedenis die het land heeft met aardbevingen. Er zijn meerdere voorbeelden te vinden van rampzalige aardbevingen met vele doden tot gevolg. Al in 869 was er een zeer zware beving, bleek uit onderzoek van de grond. In de recente geschiedenis hebben vooral de rampen in Sanriku (1896) en Kanto (1923) veel slechte herinneringen achtergelaten. Bij de ramp in de Kanto-regio veroorzaakte een zeer zware aardbeving een tsunami die o.a. Tokyo en andere havensteden overspoelde. Na deze ramp, met ongeveer 140.000 doden, werden de getroffen steden voorbereid op toekomstige aardbevingen. De recent ste grote ramp was de, in de inleiding al benoemde, tsuna mi die ontstond na een aardbeving in Sendai (noorden van Japan). Bij deze ramp in 2011 vielen duizenden doden en door de moderne technologie werd het allemaal vast gelegd. Velen zullen zich nog de beelden op het journaal kunnen herinneren van het moment dat de tsunami aan land kwam, ook al was de vloedgolf niet erg snel of hoog. Op YouTube zijn video’s te vinden van drijvende huizen en een stroom van water die alles wegspoelt. Het laat zien dat het onmogelijk is om altijd voorbereid te zijn op de meest rampzalige scenario’s.
Toch hebben de Japanners zich aangepast aan hun klimaat en zijn gewend geraakt aan de aardbevingen. De bevingen worden zelfs bijgehouden en dat gebeurt al eeuwenlang. Seismologie, de discipline die zich bezighoudt met aardbevingen, is zeer ontwikkeld in Japan. In het jaar 892 na Christus werd in Japan al de eerste compilatie van aardbevingen uitgebracht. Het bevatte 623 meldingen van aardbevingen overal in Japan, waaronder 23 destructieve bevingen (met veel schade). De eerste historische vermel ding van een aardbeving stamt uit het jaar 416. Dat laat zien hoe lang de Japanners zich al bezighouden met het natuurgeweld en hoe zorgvuldig ze dit bijhouden. Door het
eeuwenlang noteren van bevingen, hebben seismologen ontdekt dat er zelfs patronen zijn in hoe vaak en wanneer zware aardbevingen voorkomen. Zo proberen zij te voor spellen of er in de komende jaren een zware beving komt. Tegenwoordig worden daarom elke dag alle aardbevingen genoteerd en deze informatie wordt weer gedeeld op het internet. Er zijn speciale apps en alarmen voor aardbe vingsgevaar, die de inwoners van Japan voortijdig kunnen waarschuwen. De gebouwen in de steden hebben een com plex fundament, speciaal ontwikkeld om de schokken te kunnen weerstaan. Het land is inmiddels erg aardbevings bestendig, mede door de kennis opgedaan in de geschiede nis.
Natuurgeweld is dus niet zeldzaam in Japan. Naast aardbevingen zijn er tyfoons, orkanen, tsunami’s (meestal veroorzaakt door aardbevingen) en vulkanen. Al dit natuurgeweld heeft in het verleden tot vele rampzalige gebeurtenissen geleid met veel doden. Dit komt allemaal omdat het land Japan op de zogeheten Ring van Vuur ligt: een gebied waar veel tektonische platen op elkaar botsen of onder elkaar schuiven. Deze hoge activiteit van de aardpla ten zorgt ervoor dat er vele vulkaanuitbarstingen en aard bevingen zijn. In Japan is het aantal aardbevingen echter nog hoger, zelfs zo hoog dat het land de meeste seismische activiteit van alle landen ter wereld heeft. Dit komt omdat het land zich op een plaatgrens van niet twee, maar drie aardplaten bevindt. De beweging en het contact tussen deze platen zorgen ervoor dat Japan op het meest actieve gebied van de aardkorst ligt.
De eeuwenlange strijd met de natuur die in Japan wordt gevoerd kan worden gezien als een lerend proces. Van al die hevige rampen leert de mensheid zich beter te beschermen voor toekomstige herhalingen, hoe vreselijk en dodelijk de gebeurtenissen ook zijn. De Japanners zijn in staat om elke keer weer alle verwoeste steden en gebieden weer op te bouwen, iets wat inmiddels bijna onderdeel is van hun cultuur. Ook al moeten ze in Japan toch wel uitzonderlijk vaak alles weer opbouwen als je het mij vraagt. d
EINDEL ∞ S JAARGANG 26, NR. 2
JAPAN 13
RAMPZALIGE RESTAURATIES
Madelief Rütten
Het restaureren van schilderijen is niet voor iedereen weggelegd. Soms wordt het zo slecht gedaan dat het zelfs het wereldnieuws bereikt. Zo hoef je niet ingelezen te zijn in de kunstgeschiedenis om te weten dat Ecce Homo, een fresco van Jezus in Borja, door Cecilia Giménez omgetoverd werd in een aap. Zo ook Who’s Afraid of Red, Yellow and Blue III van Barnett Newman, dit schilderij werd veel bekritiseerd, leed daarna onder vandalisme en is vervolgens op rampzalige wijze gerestaureerd. Wat zijn de ge volgen van deze restauraties?
Ecce Homo is een fresco in Borja, Spanje.
In 1930 werd het geschilderd door Elías García Martínez en in 2012 “gerestau reerd” door Cecilia Giménez. De afbeelding van Jezus toverde Cecilia Giménez om tot een afbeelding van een aap. In de volksmond vaak Ecce Mono genoemd, vrij vertaald zie de aap’. Vol gens Cecilia is alles in samenspraak gegaan met de priester van de kerk. Ze vond het afbladderen van de verf lelijk en had toestemming van de kerk om het te restaure ren. Toen Cecilia twee weken op vakantie ging was de restauratie nog niet klaar, maar bij terugkomst had ineens de hele wereld het werk al gezien. In eerste instan tie had ze spijt, omdat haar werk bedoeld was als goede daad. Later veranderde echter haar mening. Volgens sommigen is de gebeurtenis uit 2012 onvergete lijk en heeft het kunstwerk ver pest. Daarente gen is het volgens anderen juist een tocht naar Borja waard geworden. Sinds de ‘restauratie’ zijn al meer dan 250.000 mensen de kerk gaan bezoeken om het werk van Cecilia Giménez te bewonderen. Ook doet Cecilia meet and greets en signeert ze wijnetiketten
waar ze opstaat. Dat is niet het enige, in 2014 zagen Paul Fowler en Andrew Flack potentie in het verhaal en zo ontstond Behold the Man, La Ópera de Cecilia, een opera over de gebeurtenis. Al met al heeft Borja de rampzalige restauratie omarmt en leeft het dorp er op een positieve manier mee verder.
Een tweede aap verscheen in 2020 bij een Spaanse kunstverzamelaar die een kopie van een barok kunstwerk van Maria (origineel geschil derd door Bartolomé Esteban Murillo) wilde laten restaureren. Hij betaalde een restau rator 1200 euro voor de klus. Zelfs na twee restauraties bleek Maria op het schilde rij onherkenbaar. Het was dan wel een kopie, maar dat veranderde niks aan het feit dat de restauratie mislukt was. Dit keer had het niet dezelfde positie ve uitkomst als Ecce Homo. Het restauratie werk heeft de overheid van Spanje wel aan het denken gezet. De wet liet het in principe namelijk gewoon toe dat onopgeleide mensen een schilderij konden restaureren.
Links het origineel van Murillo. Rechtsboven de eerste restauratie, rechtsonder de onherkenbare tweede restauratie.
De restauraties in Spanje zijn niet de eerste restauraties waar veel over te doen was. Eind jaren 80 van de vorige restaureerde Daniel Goldreyer Who’s Afraid of Red, Yellow and Blue III van Barnett Newman. Dit schil derij vergt echter iets meer uitleg om de ramp van de restauratie te begrijpen. Toen het Stedelijk Museum
EINDEL ∞ S JAARGANG 26, NR. 2 14 RESTAURATIES
door
in Amsterdam het schilderij van Barnett Newman in 1969 kocht, reageerde het publiek wisselend. De een vond het prachtig en de ander verschrikkelijk. Een van de bezoekers vond het zo lelijk dat hij in 1986 met een mes meerdere keren in het doek sneed. Volgens de vandalist was het schilderij “een plaag’’ en maakte hij het werk mooier met zijn sneden. Het mu seum besloot dat het schilderij gerestaureerd moest worden.
In 1991 werd het schilderij na een drie jaar lange restauratie weer tentoongesteld. Gelijk viel op dat er iets mis was. De nuances in de rode verf die Newman had opge bracht waren niet meer terug te zien. Om erachter te komen wat er gebeurd was vond er een rechtszaak plaats. Volgens het mu seum gebruikte Goldreyer acrylverf en een roller om het schilderij over te schilderen. Goldreyer ontkende dit en klaagde het museum aan. Uiteindelijk vroeg het museum samen met de stad Amsterdam om een forensisch rapport. Door de geheimhoudingsplicht en de overeenstemming tussen Goldreyer en het stedelijk wist het publiek twintig jaar lang niet hoe het echt zat.
Ecce homo voor (links) en na (rechts) de restauratie.
en daardoor onjuist uitgevoerd. Volgens sommigen onderging het werk tweemaal vandalisme, eerst door het mes en later door Goldreyer.
Giménez
Niet alleen Europa onderging de gevolgen van mislukte restauraties. In de Chaoyang Yungi tempel werden fresco’s gerestaureerd door een restaura tieteam dat er niks vanaf wist. Fresco’s zijn enorm kwetsbaar en de restauratie is vaak lastig. Doordat dit team er niet goed tot opgeleid was, is het tot een kindertekening gerestaureerd. De kleuren kloppen niet en de figuren zien er compleet anders uit. Uit eindelijk bleek dat de res tauratie niet goedgekeurd was door de overheid en de abt van de tempel een derde partij had ingeschakeld om de fresco’s te restaureren.
In 2013 publiceerde de Volkskrant het foren sisch rapport. Het Stedelijk Museum bleek gelijk te hebben gehad. Het schilderij was “gerestaureerd” met een verf die andere bestanddelen had dan de oor spronkelijke verf. Deze restauratie is niet herstelbaar
Soms zijn de gevolgen van een ongeplande of mis lukte restauratie zo desas treus dat het grappig wordt. Hierdoor nam in de stad Borja het aantal toerisme toe en werd het in dit geval iets positiefs. In andere geval len pakt het vaak minder positief uit. Rechtszaken, zoals bij het Stedelijk Museum, laten de complexiteit van het kunstwerk en de conservatie en restauratie daarvan zien. Er zal bijna altijd onenigheid zijn over hoe een restauratie uitgevoerd moet worden. Het is echter wel handig om mensen in te huren die ver stand van restaureren hebben en opgeleid zijn tot restaurator. d
EINDEL ∞ S JAARGANG 26, NR. 2 RESTAURATIES 15
De afbeelding van Jezus toverde Cecilia
om tot een afbeelding van een aap.
PLEASANT POTATO PEEL PIE?
door Lauren Hermans
Voor deze maand is het weer eens tijd om een oude Eindeloos rubriek terug te brengen: historische recepten. Zeker aangezien het in de centerfold deze maand over alles ‘zalig’ gaat. Maar of het histo rische recept van deze keer, de Guernsey Potato Peel Pie, ook werkelijk iets met zaligheid te maken heeft is nog de vraag.
Menig lezer zal de naam Potato Peel Pie bekend in de oren klinken. Het recept, die zijn oor sprong kent uit de tijd van de Tweede Wereldoorlog, kreeg opnieuw een plek in de (Hollywood) spotlight door het boek van Mary Ann Schaffer The Guernsey Literary and Potato Peel Pie Society uit 2018, maar voornamelijk door de tien jaar later verschenen gelijknami ge film. Het verhaal speelt zich af in een klein dorpje in Guernsey, een Brits ei land naast de kust van Nor mandië, waar het hoofdper sonage Juliet naar toe reist naar aan leiding van een myste rieuze brief van een man daar die haar boek in handen heeft. Deze Dawsey is lid van The Guernsey Literary and Potato Peel Pie Society. Geïntrigeerd door de mysterieuze brief en oorsprong van de naam van deze Literary Society gaat Juliet op pad naar Guernsey. Daar leert ze dat de Society was opgericht tijdens de Tweede Wereldoorlog als een cover voor mensen die de avondklok van de Duitse bezetters wilden ontvluchten. Eén van de dingen die men tijdens die bijeenkomsten at, om de tijd rond te komen en om het samen komen iets feestelijker te maken, was een Potato Peel Pie. En ja, dat is precies zoals het klinkt: een taart gemaakt van enkel aardappel, rode biet en een klein scheutje melk, waarbij zelfs de schillen van de aardappel gebruikt werden om te dienen als bodem en rand van de taart. Voedsel was in die tijd zo schaars en boter en bloem waren am per te krijgen, vandaar dat ieder deel van de aardappel
gebruikt werd in de taart. En als je nu denkt, dat klinkt toch helemaal niet lekker, heb je groot gelijk. Om deze taart te maken, was een uitgebreide instructie en ingrediëntenlijst zeker niet nodig. De aardappels en bieten worden simpelweg geschild, de schil len gebruikt om de bodem en randen van de cakevorm te bedekken, de aardappels en bieten gekookt (zo kort mogelijk want brandstof is schaars), geprakt met een scheutje melk en vervolgens in de cakevorm geschept om nog even (maar vooral weer zo kort mogelijk) in de oven te bakken. Deze laatste stap dient vooral om de schillen nog enigszins te garen en de illusie te wekken dat we daadwerke lijk een taart aan het bakken zijn. Voor deze eigen gemaakte versie van de Potato Peel Pie is dus bovenstaande recept gevolgd, wat volgens de website van The Guernsey Literary and Potato Peel Pie Society het meest historisch accurate recept is, maar daardoor ook het minst eet bare recept is. Waarschijnlijk zijn de meeste recepten die online te vinden zijn daarom ook iets aangepast. In ieder geval wordt overal ten minste boter, zout, en bloem toegevoegd en in sommige gevallen zelfs eieren, spek en kaas. Die ‘taart’ zou wel eens de moeite waard kunnen zijn. Hoewel het verhaal van The Guern sey Literary
Potato Peel Pie Society puur fictief is, heeft de Potato Peel Pie wel be staan. Voor de smaak is het recept zeker niet de moei te waard, maar wie weet, misschien maakt de taart deze winter toch een comeback vanwege de uit de pan reizende energie- en super marktprijzen. d
and
Stap 1: Schil de aardappels en bieten. Gebruik de randen om de cakevorm te bedekken.
Stap 4: Laat je taart proeven!
Stap 2: Kook de aardappels en bieten. Prak dan met scheutje melk.
Stap 3: Laat je taart even bakken in de oven. Dan serveren!