Column / Augusta Verburg
LANG LEVE HET LUSTRUM Iedere vijf jaar een lustrum vieren, is wat overdreven. Hoewel, alle vingers van je hand kunnen opsteken als je vijf jaar bent, is wel een belevenis. Maar tien jaar maakte Augusta Verburg is naast schrijver meer indruk op mij; hier begint de verantwoordelijkheid van ook organisatieadviseur voor het te-groot-zijn op de schouders te drukken. Zo was de cultuur- en transformatieprocessen. Persoonlijke ontwikkeling op basis pop die ik voor mijn verjaardag vroeg, eigenlijk een beetje van astrologie staat hierin centraal. gênant. Want tenslotte wilde ik graag groot zijn, een haast Horoscoopsessies geeft ze ook prive. die zich tien jaar later vertaalde in een huwelijk. Zie ook www.augustaverburg.nl. In een spookachtig huis tussen de donkere meubels van de overleden eigenaar, vierde ik mijn tweede lustrum. Deze keer me kleiner voelend dan ik eruit zag. In de tien jaar die volgden, verhuisden we drie keer, ging ik de journalistiek eerst telde leeftijd niet mee; ik kneep ogen en neus dicht, in, schreef ik mijn eerste boeken, kreeg ik een dochter, vernam een korte aanloop en waagde de sprong. Niemand ongelukte mijn schoonmoeder en tevens grote vriendin, en die ik mee zou slepen in mijn mogelijke ondergang, niets werd ik volgeling van Bhagwan. te verliezen, alleen maar te winnen. Ik was nog niet weg of Verlepte dertigers zong de band opgewekt ter ere van mijn ik ontmoette de man die zeventien jaar mijn compagnon, derde lustrum. Mijn huwelijk bleek niet bestand tegen alle vriend en leermeester werd. Een man die zag wat ik waard ontwikkelingen en we koersten af op een scheiding. Dertig was, mij een podium gaf. In no time stond ik in volle bloei. jaar, ik voelde me oud. De jaren tussen je dertigste en veerMijn zesde lustrum vierde ik dan ook in tigste blijken voor veel mensen tropenmijn eigen paradijs, te midden van alles jaren: relatie, kinderen, werk, jijzelf… ‘ZE KIJKEN ME wat ik liefhad, ontving ik meer compliOp al die gebieden moet je het wiel nog AAN ALSOF IK UIT menten dan ooit over mijn eeuwige jeugd uitvinden. Tenminste: ik wel. HET GRAF BEN en had ik niets meer te wensen over. Struikelend kwam ik aan bij mijn veertigZestig jaar oud? Welnee, ben je gek. ZeOPGESTAAN.’ ste verjaardag: andere setting, nieuwe ventig, daar zit ik nu. En dat is een raar partner, nieuwe werk- en deels vriendengetal. Dat merk ik vooral als ik het hardop tegen mensen kring. Veertig, dat was wel even slikken. Ik weet niet of ik ze zeg. Waar negenenzestig nog lichte verbazing opriep, daar toen al kreeg, maar complimentjes dat je er tien jaar jonger kijken ze me nu aan alsof ik uit het graf ben opgestaan. uitziet, beginnen dan te tellen. Een troost dat het kennelijk Want met zeventig ben je bejaard, moet je zorgen dat er nog meevalt. Veertig brengt ook het bewustzijn mee dat het niet te veel bloot uit je kleren steekt, kun je het grijs net leven eindig is. Met dat einde in zicht werden er alternazo goed laten uitgroeien, kom je krakend uit de auto, kost tieven gezocht voor wat niet werkte, levensvraagstukken tuinieren je al snel je rug, loop je te zoeken naar de meest opgelost, moed verzameld en fouten ongedaan gemaakt. voor de hand liggende namen, steken de kinderen achter je Want ik was er nog niet. rug de draak met je… Maar oud? Geen sprake van. Dertig Sara heette mij als vijftiger welkom en benadrukte dat de is jong, dat zijn kinderen die kinderen krijgen. Met veertig helft van mijn leven er nu dik op zat. Ik behoorde tot de ben je in de bloei van je leven. En vijftig was ik gisteren zelf senioren. Het laatste kind verliet het huis, de volgende genog. Nee hoor, tachtig is oud. En dat ben ik nog lang niet! neratie diende zich aan en ik begon weer opnieuw. Voor het
MAGGS / 39