20
DOOR: GERKE VAN HIELE
n r o o h t e i G 0 0 9 1 d ron Ds. Harmannus Schuurmans herinnerde zich tien jaar later nog levendig hoe hij op een zonnige zondag in augustus 1894 voor het eerst naar Giethoorn reisde. Hij moest die dag ‘op beroep’ preken in de Zuidervermaning. Of er meer kandidaten voor deze predikantsplaats waren is niet bekend. Hij beschrijft in Elsevier’s geïllustreerde maandschrift (Jaargang 15, 1905) hoe hij in alle vroegte met de koets uit Steenwijk kwam, lustig draafden de paarden over de dijk. Af en toe werd hij verzocht even uit te stappen omdat de bruggen niet al te veilig waren. Bij de derde brug werd opnieuw halt gehouden en de koetsier opende het deurtje met een ‘daar zijn wel al, meneer’: ‘Ik keek tamelijk verbouwereerd rond, zag nog geen enkel huis, geen mens … totdat een inboorling aan de voet van de brug mij toeriep: ‘of ik de dominee was, dan moest ik maar hier komen’. Ik kwam – al ging het niet zeer vlot, ik zag en … was overwonnen.