HET MOOISTE IN NEDERLAND
NIEUW!
Column Job van Tol Dierverzorger in Artis
Vijf wandelingen met een verhaal ‘ONS DORP’ AARDENBURG
HANS VAN MANEN WORDT 90
Kikkers, pelgrims en kunstenaars
‘Kijken naar snooker houdt je geest fit’
ARCHITECTUURTIPS • Amsterdamse School • Van Nellefabriek
MIDDELEEUWS MEESTERWERK
Het gebedenboek van Maria van Gelre
Universiteitsstad
Musea, historie en gezelligheid
AP ¤6,95
8 720165 796175
Leiden
00122
NR. 1 2022
HOLLANDS
Voorwoord
Hollandse hoogstandjes
© Marcel Westhoff
© Maarten Albrecht
Het is een markant rood-oranje torentje dat je vanuit de trein afkomstig uit de richting Haarlem/Den Haag net voor aankomst op Amsterdam Centraal ziet. Een van de mooiste uitingen van de Amsterdamse School, een stroming in de architectuur die in de jaren tien en twintig van de vorige eeuw opgeld deed, in Amsterdam maar ook daarbuiten. Het torentje is onderdeel van Het Schip, een wooncomplex in de Spaarndammerbuurt, waar nu ook een museum is gevestigd dat geheel is gewijd aan de Amsterdamse School. Ook in de wijk de Pijp zijn fraaie wooncomplexen en gebouwen in deze stijl te vinden en buiten Amsterdam is bijvoorbeeld de Bijenkorf in Den Haag een mooi voorbeeld. In deze editie besteden we aandacht aan deze architectuurstijl en uit eigen ervaring kan ik zeggen dat een wandeling, fietstocht of rondleiding langs deze bijzondere gebouwen echt een aanrader is. Weer eens een heel ander aspect van de hoofdstad dan de overbekende grachtengordel. Hans van Manen, de éminence grise van de Nederlandse balletwereld, hoopt dit jaar negentig te worden. Ter gelegenheid hiervan spraken wij met de wereldberoemde choreograaf die in mei en juni met een tournee en een festival wordt geëerd. Nog steeds is hij verbonden aan het Nationale Ballet en ook tijdens de pandemie heeft hij gewoon gewerkt. Een gesprek over het belang van kijkrichting in zijn choreografieën, een pas
de deux voor mannen, zijn binnenkort te verschijnen biografie en zijn liefde voor snooker, “een volkssport die iets chics heeft”. We brachten ook een bezoek aan Leiden, dit jaar de Europese Hoofdstad van de Wetenschap. In 1575 werd hier de eerste Nederlandse universiteit opgericht, maar het is ook de stad die schilders als Rembrandt, Jan Steen en Gerard Dou heeft voortgebracht en in de Gouden Eeuw een grote bloeiperiode kende. De stad heeft een aantal prachtige musea – de Lakenhal, het Rijksmuseum van Oudheden, het Rijksmuseum Boerhaave (wetenschap), Naturalis – en de oudste hortus van het land, maar is ook gewoon een mooie en gezellige (studenten)stad. En natuurlijk bieden we nog veel meer tips en adressen voor de leukste uitjes! Veel plezier, Paul van Eijndhoven, hoofdredacteur p.vaneijndhoven@creditsmedia.nl
‘Het Schip’ in Amsterdam.
p. 3
COLOFON NUMMER 1 2022, JAARGANG 11
INHOUD - NR. 1 2022
COVERFOTO Hooglandsekerk in Leiden
© Patrick Herzberg / Nationale Beeldbank HOOFDREDACTIE Paul van Eijndhoven,
Sefanja Nods (adjunct) EINDREDACTIE Jolanda van der Ploeg,
Mariëtte van de Sande, Fabian Takx ARTDIRECTION Sefanja Nods VORMGEVING Suzy Benjamin,
Sander Buningh AAN DIT NUMMER WERKTEN MEE
Maarten Albrecht, ANP Foto, Hans Avontuur, Jeroen Berends, Pieter Bogaers, Edith Buenen, Serena Caruso, Reinildis van Ditzhuyzen, Amélie Dufour, Wim Huijser, Jeunes Restaurateurs d’Europe, Nationale Beeldbank, Raymond Noë, Theo Schildkamp, Het Schip, Shutterstock, Erik Spaans, Studio Steenhuis, Fabian Takx, Kato Tan, Job van Tol, Ronald van Weeren REDACTIE hollandsglorie@creditsmedia.nl HOLLANDS GLORIE
Van Slingelandtstraat 63, 1051 CG Amsterdam UITGEVER Eugen van de Pas MARKETING Daniëlle Wiersema 020 5302570, communicatie@creditsmedia.nl SALES Julien Frouin, Alex Sitompoel 020 5302570, advertising@creditsmedia.nl DISTRIBUTIE Aldipress, Utrecht / AMP, Brussel
102 44
ABONNEMENTEN
Voor het opgeven, beëindigen van en vragen over abonnementen: Mijntijdschrift.com, Daalakkersweg 2–72, 5641 JA Eindhoven, 088 2266637, hollandsglorie@mijntijdschrift.com ABONNEMENTSPRIJS
Nederland: € 38 voor 6 nummers.* Abonnementen in andere landen hebben een speciaal tarief, op te vragen bij MijnTijdschrift.com. Het abonnement wordt automatisch verlengd tegen de dan geldende tarieven, tenzij u minimaal drie maanden voor het einde van de lopende abonnementsperiode opzegt. De cadeauabonnementen lopen automatisch af. * Prijs bij automatische incasso. Als u per acceptgiro wilt betalen, komt er € 2,50 administratiekosten bij. ADVIESPRIJS LOSSE VERKOOP € 6,99. HOLLANDS GLORIE DIGITAAL
Te lezen via Blendle, Readly.nl of Magzine.nu. De redactie heeft zijn uiterste best gedaan om bronnen en rechthebbenden van gebruikt beeldmateriaal te achterhalen en te vermelden. Wanneer desondanks beeldmateriaal wordt getoond waarvan u (mede)rechthebbende bent en u voor het gebruik daarvan niet als bron of rechthebbende wordt genoemd, ofwel geen toestemming geeft voor het gebruik, dan kunt u contact opnemen met de redactie. © Hollands Glorie is een uitgave van Joie de Vivre BV dat deel uitmaakt van een groep uitgeverijen die samenwerken onder de naam Credits Media. Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen en/of worden gereproduceerd zonder schriftelijke toestemming van de uitgever.
HOLLANDS Glorie
Op pad
Van eigen bodem
6 WEG IN NEDERLAND Logeren in een oude gevangenis of op het eiland Tiengemeten, wandelen door Twente of genieten van buitenkunst in Den Haag: onze voorjaarstips.
24 SHOPPING Geurige en fleurige musthaves voor een vrolijke nieuwe lente.
14 LEIDEN De stad van Rembrandt, Einstein en Boerhaave is een bruisende universiteitsstad met veel gezelligheid en illustere historie. 28 WANDELEN MET WIM Natuurkenner Wim Huijser is onze gids op vijf bijzondere wandelingen door de gevarieerde cultuurlandschappen van Nederland. 42 WEG IN NEDERLAND MET DE (KLEIN)KINDEREN Langs vele kabouterpaden, een reptielenpad en pannenkoekenhuizen de natuur in!
44 HANS VAN MANEN Dansen doet hij niet meer, maar de 89-jarige choreograaf en kunstverzamelaar is nog springlevend. En verheugt zich op zijn biografie. 52 INDUSTRIEEL ERFGOED: DE VAN NELLEFABRIEK Het pronkstuk van het Nieuwe Bouwen produceert geen koffie, thee en tabak meer, wel creativiteit. Een kleine geschiedenis. 58 ONZE KEUZE Nieuwe boeken over ‘De zwijger’, de eerste belangrijke Nederlandse fotografe en meer. 63 AANSTORMEND CULINAIR TALENT Ze zijn Nederlands en jong, deze Jeunes Restaurateurs d’Europe uit alle windstreken die gedreven en creatief de keuken ingaan.
28
52 14
74 CHEF VAN DE GROENTE Recepten uit het nieuwe kookboek van Niven Kunz en zijn vrouw Virginie van restaurant Triptyque. 82 ONZE NIEUWE COLUMNIST: JOB VAN TOL Deze dierverzorger en historicus van Artis kan aanstekelijk vertellen over pinguïns, olifanten en allerlei andere dieren, waaronder mensen. 86 DE AMSTERDAMSE SCHOOL De beweging van architecten die ‘paleisjes voor de arbeiders’ wilden scheppen, liet een schitterende erfenis na. 96 SCHILDER OF TEKEN UW EIGEN STILLEVEN Doe mee aan de kunstwedstrijd van Nationaal Atelier en Hollands Glorie. 102 ONS DORP: AARDENBURG Nee, dit is geen dorp, het is de oudste stad van Zeeland. En een parel aan de meest Vlaamse kant van Nederland.
Rubrieken 30
27 ONZE TAAL Hoe vaak is vaak en andere taalproblemen. 38 DE BOSWACHTER Natuurgebied de Rottige Meente in Friesland heeft zijn naam niet mee, maar het is er prachtig.
85
72 KUNSTWERK UITGELICHT Een middeleeuws gebedenboek met prachtige ‘illuminaties’ is online te bezichtigen. 85 NIEUW COLUMN JOB VAN TOL Niet alleen mensen imiteren graag. 98 UIT DE KUNST Het mag weer, dus volop exposities, festivals en concerten voor een onbevangen voorjaar.
63
112 PUZZEL EN WIN… Een Delfts blauwe theeset 114 COLUMN REINILDIS Wat moet je met ongewenst gezelschap?
p. 5
WEG IN NEDERLAND Tekst & samenstelling Amélie Dufour
HOLLANDS Glorie
REIZEN IN JE HOOFD Bij het schrijven van deze rubriek is het nog niet heel vanzelfsprekend om lange reizen te maken, daarom een fijn adres dicht bij huis waar u terechtkunt voor een reisje in uw hoofd en op uw bord. Podium Mozaïek is een internationaal cultuurpodium in Amsterdam-West, gevestigd in de voormalige Pniëlkerk. Theater, muziek, comedy, spoken word, dans en alles daartussenin voeden hier de ziel, Café Mozaïek zorgt voor versterking van de inwendige mens met een kaart vol heerlijke gerechten. Denk aan shakshuka, boterbonensoep of huisgemaakte porchetta op toast. Binnen zit je hier heel gezellig (uiteraard met mozaïeken op de bar en muur), maar als het straks terrasweer wordt is Mozaïek ook een uitstekende plek om te genieten van het zonnetje én om mensen te kijken. • Podium & Café Mozaïek, Bos en Lommerweg 191, Amsterdam. podiummozaiek.nl
p. 7
WEG IN NEDERLAND
BOOTJE LEASEN Afgelopen december opende Leaseboot de eerste showroom voor het privé leasen van boten in de Benelux. Heel toepasselijk in het Friese Joure, dat wordt omringd door de Langweerder Wielen, het Sneekermeer en het Tjeukemeer. In het ‘experience centre’ staan tachtig verschillende sloepen, tenders en consoleboten van zo’n twintig verschillende merken die u kunt leasen. U betaalt een vast bedrag per maand voor het gebruik van de boot, inclusief onderhoud, winterstalling, transport, verzekering en pechhulp. Ligplaats en brandstof of elektriciteit regelt u zelf. • Experience centre Leaseboot, Marconiweg 11, Joure. Geopend van woensdag t/m zaterdag, op afspraak ook buiten reguliere openingstijden, of via Zoom. leaseboot.com
Grasduinen achter de spiegels Afgelopen november opende Depot Boijmans van Beuningen zijn spiegelende deuren: het eerste voor publiek toegankelijke kunstdepot ter wereld! U vindt hier meer dan 151.000 verzamelde kunstwerken waar u zelfstandig of met een gids in kunt grasduinen. Kom als u de mogelijkheid heeft vooral doordeweeks; dan is het vaak wat rustiger én kunt u meekijken met de restauratiewerkzaamheden die plaatsvinden in de daarvoor bestemde ateliers. Op de bovenste verdieping, waar zich ook een spectaculair bebost dakterras bevindt, zit Restaurant Renilde, vernoemd naar stercurator Renilde Hammacher, die in de jaren zestig en zeventig de grondlegger was van de wereldberoemde collectie moderne kunst van museum Boijmans van Beuningen. Hier kunt u overdag terecht voor koffie en lunch with a view, en van woensdag tot en met zaterdag ook na sluitingstijd van het depot voor een drankje en een kaart met kleine gerechten. Chef-kok Jim de Jong (1988), in 2019 door restaurantgids GaultMillau verkozen tot Jonge Topchef van het Jaar, zwaait hier de scepter, dus dat belooft wat. • Depot Boijmans van Beuningen, Museumpark 24, Rotterdam. Alleen toegankelijk met een online gekocht ticket, gratis met Museumkaart. boijmans.nl/depot
p. 9
WEG IN NEDERLAND
BEZINNING IN BREDA Na 124 jaar verlieten de paters kapucijnen in 2014 het klooster aan de Schorsmolenstraat in Breda. De Orde der Minderbroeders Kapucijnen stond bekend om zijn werk mét en vóór de minderbedeelden en had ook een belangrijke buurtfunctie. Dat heeft het klooster nog altijd: u kunt hier ‘de lekkerste appeltaart van beneden de rivieren’ kopen, gemaakt door mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Ook kunt u blijven slapen in de voormalige verblijven van de paters. Geniet ’s ochtends van een lekker ontbijt en maak een wandeling in de kloostertuin, voordat u gevrijwaard van al uw zonden het altijd gezellige Breda (her)ontdekt. • Vanaf €86 voor twee personen per nacht, inclusief ontbijt. Ook eenpersoonskamers beschikbaar. Het Klooster, Schorsmolenstraat 13, Breda. hetkloosterbreda.nl/herberg
Avontuur op bestelling Adventure in a box is een uitkomst voor als u zin heeft in avontuur maar niet weet waar u moet beginnen. Met de ‘Adventure in a day’-box haalt u alles in huis wat u nodig heeft voor een goed voorbereid avontuur, zonder dat u dit zelf hoeft te regelen. U hoeft alleen maar een dag te kiezen, stevige schoenen aan te trekken, een rugzak te pakken en af te reizen naar uw avontuurlocatie, die al voor u is uitgezocht. Vervolgens laten de verschillende inspiratiekaarten u iets leren over de natuur, iets nieuws proeven of sporen ze u aan tot een opdracht die de dag nóg verrassender maakt. Inclusief iets lekkers voor tijdens de tocht. • De ‘Adventure in a day’-box kost €49 en is geschikt voor maximaal 5 personen. adventureinabox.nl
HOLLANDS Glorie
Kunst op straat DOOR HET TWENTSE LAND Op zoek naar een mooie meerdaagse wandeling? Het Twentepad voert in 87 kilometer door prachtige natuurgebieden als het Springendal, landgoederen als Singraven en dwars door het voor deze regio zo karakteristieke coulisselandschap. U volgt een stuk de grens met Duitsland en passeert sfeervolle stadjes als Ootmarsum en Oldenzaal. De route is ingedeeld in vijf etappes, maar is uiteraard te lopen naar eigen inzicht en wandelconditie. Onderweg zijn genoeg mooie plekken te vinden om te overnachten, lekker te lunchen of te genieten van een goede borrel, dus dit mooie streekpad is perfect voor een sportieve minivakantie in eigen land. • De ‘Wandelgids Twentepad’ is voor €12,45 te bestellen in de webshop. wandelnet.nl/twentepad
Wist u dat er in Den Haag meer dan vijfhonderd buitenkunstwerken staan, gewoon op straat? U kunt ze bekijken wanneer u maar wilt – en meteen een frisse neus halen. Op de nieuwe website Buitenkunst Den Haag vindt u uitgebreide informatie over alle werken. U kunt zoeken op kunstwerk of kunstenaar, en er staat ook een handige plattegrond op de website. Enkele persoonlijke aanraders: Hemels Gewelf (1996) van de Amerikaanse kunstenaar James Turrell in de Kijkduinse puinduinen: een ellipsvormige aarden wal bekleed met helmgras, vanwaar u de lucht vanuit een ander perspectief bekijkt. Acht koppen (1963/1964) van Jan Snoeck in de Escamp: acht uit beton gehouwen gezichten, vernuftig verstopt in gebouwen. Bok, ram, leeuw en stier (1939) van de Vlaamse Albert Termote, die al decennialang de uiteinden van brugleuningen bij het Vaillantplein sieren. En gewoon tijdens het winkelen in de Grote Markstraat te aanschouwen: Calimero (2013) van de Curaçaose kunstenaar David Bade. • bkdh.nl
© Barbara van Amelsfort/Susan Baars
Warm in de kassen
HOLLANDS Glorie
Alvast een voorschot nemen op het voorjaar? Breng dan eens een bezoek aan de Hortus Botanicus in Amsterdam. Opgericht in 1638 als Hortus Medicus, een medicinale kruidentuin. Apothekers bestudeerden er medicinale planten en legden er hun examens af. In de drie kassen groeit en bloeit jaarrond van alles in behaaglijke microklimaten. Zo is de Drieklimatenkas verdeeld in drie klimaatzones die de subtropen, de woestijn en de tropen simuleren. Elke zone heeft zijn eigen temperatuur, luchtvochtigheid en luchtcirculatie. De Hortus werkt op dit moment aan een project waarbij de kas volledig duurzaam wordt. In de Palmenkas groeien palmen en palmvarens. In de Vlinderkas dartelen het hele jaar tropische vlinders rond, die hun eitjes op de vele planten leggen. • Hortus Botanicus, Plantage Middenlaan 2A, Amsterdam. dehortus.nl
WEG IN NEDERLAND
Eilandleven Rust, ruimte en weidsheid – en dat op een steenworp afstand van de Randstad. Tiengemeten is een eiland in de Hoeksche Waard, onder de rook van Rotterdam. U komt er door met de pont het Haringvliet (‘het vuile gat’) over te steken. Nu speelt de natuur hier de hoofdrol, maar dat was een dikke tien jaar geleden nog heel anders. Jarenlang domineerden strakgetrokken akkers met aardappels het beeld en was Tiengemeten een echt landbouweiland. De omvorming begon in 2007 en het eiland wordt ieder jaar mooier. Aan de zuidkant ontstond een zogenaamd wetland, deels onder invloed van de rivier en deels als uitgestrekt moeras. In het oosten, waar Tiengemeten rond 1600 als zandplaat begon, vindt u nog het cultuurlandschap van weleer. U kunt natuurlijk een dagje naar Tiengemeten, maar veel leuker is het om een nachtje (of meer!) te blijven slapen in de herberg. Als de laatste pont wegvaart ervaart u de ruigheid en isolatie van het eiland pas écht goed. En reken maar dat het hier stil is ’s nachts... • Vanaf €93 voor twee personen per nacht, inclusief ontbijt. Er zijn ook speciale weekend- of midweekexpedities te boeken, inclusief driegangendiner en gebruik van een Stern 8 x 25 verrekijker. Herberg Tiengemeten, Tiengemeten 1, Zuid-Beijerland. De veerdienst naar Tiengemeten vertrekt vanaf Nieuwendijk 1 in Zuid-Beijerland. Koop alvast een (retour)ticket via de website van Natuurmonumenten. herbergtiengemeten.nl & natuurmonumenten.nl/natuurgebieden/tiengemeten
De bak in Het is tegenwoordig geen straf meer om wat nachtjes door te brengen in de Schutterswei, de voormalige gevangenis van Alkmaar. De cellen zijn inmiddels omgebouwd tot luxe hotelkamers, en de bedden slapen ongetwijfeld lekkerder dan in de tijd dat mensen hier minder vrijwillig heengingen. Ook de catering is er op vooruitgegaan: restaurant D’arrêt serveert heerlijke, fotogenieke gerechten. In 1884 werd aan de rand van de Alkmaarder Hout een ‘Penitentiaire Inrichting’ gebouwd, naar het ontwerp van architect Johan Frederik Metzelaar, die ook de koepelgevangenissen in Arnhem en
Breda ontwierp. In de loop der jaren vonden er diverse verbouwingen en uitbreidingen plaats om aan de eisen van de tijd te kunnen voldoen; zo duurde het tot eind jaren negentig voordat er in elke cel stromend water en een toilet werden aangelegd. Ook konden alle medegevangenen van Holleeder, bewoner van kamer 118, meegenieten hoe hij zijn familie uitschold aan de telefoon, in een gesprek van maximaal tien minuten... • Vanaf €79 voor twee personen per nacht. The Fallon, Prins Bernhardlaan 16, Alkmaar. sheetz.nl/thefallonalkmaar
p. 13
Leiden
Stad van Rembrandt, Einstein en Boerhaave Leiden is dit jaar Europese hoofdstad van de wetenschap. Geen wonder, want een niet te stillen honger naar kennis heeft de stad tijdens de Gouden Eeuw groot gemaakt. Dat dit nog altijd in het DNA zit, wordt buiten het oude centrum onderstreept door het vernieuwde Naturalis, vorig jaar verkozen tot Europees Museum van het jaar. En hadden we al gezegd dat Leiden ook ontzettend mooi en gezellig is? Tekst en foto’s Hans Avontuur
•
Uitzicht vanaf de Leidse Burcht. Rechts: woning bij de stadstimmerwerf.
HOLLANDS Glorie
H De universiteit is overal zicht- en voelbaar.
EUROPEAN CITY OF SCIENCE 2022 Met als thema ‘365 dagen nieuwsgierig’ is Leiden dit jaar de Europese hoofdstad van de wetenschap. Er zijn lezingen, workshops, excursies, tentoonstellingen en evenementen die de geest moeten uitdagen en voeden. Niet hoogdravend, maar bedoeld om wetenschap en samenleving met elkaar te verbinden. Daarbij mag het ook schuren tussen kunst en wetenschap. Of zoals Einstein zei: ‘Phantasie ist wichtiger als Wissen, denn Wissen ist begrentzt.’ leiden2022.nl
HOLLANDS Glorie
et is vroeg in de ochtend. Ik wandel langs de grachten van de binnenstad. Het donkere water kabbelt zachtjes tussen de kades van het Rapenburg. De klassieke straatlantaarns zijn nog aan. Het licht glinstert en legt een warme gloed over de gevels van de herenhuizen die hier in de Gouden Eeuw zijn gebouwd. Groot, groter, grootst. Mooi, mooier, mooist. Terwijl ik afbuig naar de Pieterswijk, ontwaakt de stad. Er gaat een luik open, een fietser passeert, een dame laat haar hondje uit. Op de gevel van een nogal lelijke nieuwbouw zit een steen die meldt dat Rembrandt van Rijn op deze plek is geboren. In deze buurt moet het molenaarszoontje in korte broek hebben rondgerend. Leiden is trots op Rembrandt, die er 25 jaar woonde voor hij naar Amsterdam vertrok. Op tal van plaatsen in de stad vind je herinneringen aan de schilder. Zoals de Latijnse School, waar hij leerde tekenen, het huis van zijn leermeester Jacob van Swanenburg, het adres van een mogelijk atelier en museum De Lakenhal, dat enkele werken van hem in de collectie heeft. Het is opmerkelijk hoeveel bekende schilders Leiden heeft voortgebracht met behalve Rembrandt ook Jan Lievens, Gerrit Dou, Jan van Goyen en Jan Steen, inderdaad, die van het huishouden. Bij de Latijnse School kijk ik door een raam. Als je dat tien seconden doet wordt er à la Rembrandt een portret van je geschetst dat je later kunt downloaden. En bij de Young Rembrandt Studio in het voormalige atelier van Jacob van Swanenburg bekijk ik een korte film over het leven van Rembrandt en zijn tijdgenoten. EEN TULP VAN TIENDUIZEND GULDEN De winterzon strijkt door de stad. De straten glanzen, bruggen glimmen, ramen fonkelen. Dit klinkt niet meteen naar het ideale seizoen voor een bezoek aan de Hortus Botanicus, toch is het er fijn. Het is de oudste botanische tuin van Nederland en heeft – lekker in de koude maanden – enkele kassen met tropische planten die je kunt bezoeken. Na een rondje door kassen en tuinen, zoek ik een plaatsje in het café dat ook wanden van glas heeft. Het is er helder en licht. Een ideale plek om wat meer te lezen over de Hortus die eind 16de eeuw al beroemd was vanwege Europa’s eerste grote tulpencollectie. Er ontstond daarna een ware gekte rondom de bloem. Één bol van de Semper augustus kostte op het hoogtepunt 10.000 gulden, evenveel als een leuk grachtenpandje. De Hortus is onderdeel van de universiteit die in 1575 werd gesticht. De zucht naar kennis wordt helder uitgelegd in Rijksmuseum Boerhaave, een van de topmusea in de stad. Bij Boerhaave is onder meer een anatomisch theater op originele schaal nagebouwd. Ik haal een fiets op bij mijn uitvalsbasis Boutique Hotel d’Oude Morsch en trap door het centrum. Het gaat over bruggen en >
Leiden
Het centrum is rijk aan leuke winkels; opwarmen in de kassen van de Hortus Botanicus; aan het Rapenburg werden de stadspaleizen gebouwd.
Drijvende terrassen op de Nieuwe Rijn; bootjes dobberen aan de Blauwpoortsbrug; lunchen bij Brasserie Meelfabriek Zijlstroom.
HOLLANDS Glorie
Leiden pleintjes, langs grachten en de Rijn. De buurten ademen allemaal hun eigen sfeer: de rijkdom aan het Rapenburg, de smalle straatjes in de Pieterswijk, het groen aan de Singel. Eenmaal buiten het stadshart parkeer ik mijn fiets bij een voormalige meelfabriek, nu de eigentijdse brasserie Zijlstroom. Chefkok Martijn van der Meer vertelt er over de manier waarop ze duurzamer koken met regionale producten als basis: “Als je eten en drinken serveert, moet je ook nadenken over gezondheid en impact. Dat hoeft niet ingewikkeld en voor honderd procent. Het begint al met de eenvoudige vraag of je de spullen die je nodig hebt ook van dichtbij kunt halen.” Martijn benadrukt dat het zoeken is naar een balans tussen economisch verantwoord en idealisme. “Maar het is erg leuk om ermee bezig te zijn. Als mensen eenmaal weten dat je op zoek bent naar creatieve oplossingen komen ze ook naar jou toe. Waarom zou ik bijvoorbeeld zelf ijs gaan maken als er een zuivelboerderij om de hoek zit waar ze een topproduct hebben. Dan is samen optrekken veel leuker en logischer.” TUSSEN DE SCHAPENVACHTJES Na een heerlijke lunch met huisgerookte zalm op vers donker brood, fiets ik terug naar de stad. De route gaat door de Zijlpoort, één van de twee overgebleven originele stadspoorten. Eenmaal uit het zadel beklim ik de Burcht, een ronde toren die op een verdedigingsheuvel is gebouwd. Door de groei van de stad verloor het al snel zijn functie en werd het in de Gouden Eeuw een stadspark. Zoals de burgers toen flaneerden tussen de fruitbomen en zich vermaakten met een doolhof, zo loop je er nu een rondje dat 360 graden uitkijkt over de trap-, tuit- en klokgevels van het oude centrum. Blikvanger is de Hooglandse Kerk. In dit gebedshuis ligt onder anderen Justinus van Nassau begraven, de bastaardzoon van Willem van Oranje. Aan de voet van de heuvel bevindt zich een klein pleintje. Het is een sfeervol hoekje zoals je die in Leiden wel meer vindt. Aangekleed met toffe tafels, stoelen, windlichten en een vuurkorf. Ik strijk er neer tussen de schapenvachtjes voor een cappuccino, terwijl de middagzon nog net over de omliggende daken komt. Leiden was, na Amsterdam, lang de tweede stad van de Republiek. Het verklaart mede de rijkdom aan gevels, grachten, musea, podia en allure. Voor het avond wordt, wil ik nog even naar het museum De Lakenhal, dat vooral is gericht op de geschiedenis van Leiden. Hoewel er een heleboel moois te zien is, heb ik maar één doel: Het Laatste Oordeel van Lucas van Leyden. Het drieluik wordt wel ‘De Nachtwacht van de 16de eeuw’ genoemd. Ik drink een aperitief aan de Nieuwe Rijn en verheug me op de avond. Met zo’n twintigduizend studenten die in de stad wonen is er een ruim aanbod van kroegen en culturele podia. Mijn persoonlijke favoriet is de Leidse Schouwburg, die in 1705 zijn >
Leiden was, na Amsterdam, lang de tweede stad van de Republiek. Het verklaart mede de rijkdom aan gevels, grachten, musea en podia
Vlinder als kunstwerk bij Wonderful Nature.
p. 19
De jeugdige energie die hoort bij de zucht naar kennis en innovatie hangt sindsdien als een prikkelende erfenis in de lucht
Winters terras aan de voet van de Burcht Leiden. Rechterpagina: American Pilgrim Museum; rommel uit de grachten gevist; cosy eten bij Meelfabriek Zijlstroom; de centrale hal van Naturalis Biodiversity Center.
HOLLANDS Glorie
eerste voorstelling presenteerde: Belegering ende het Ontset der Stadt Leyden. De huidige vorm met weelderige rondingen, het rode pluche en de brons-okeren kleuren is afgeleid van Italiaanse theaters en dateert van de 19de eeuw. EEN PLEKJE IN DE HEMEL Het zijn heerlijke dagen in Leiden. Wandelen langs de grachten, links en rechts een topmuseum bezoeken, koffie drinken op een drijvend terras tegenover de Botermarkt en winkelen in leuke straatjes zoals de Burgsteeg of de Pieterskerk-Choorsteeg, met onder meer een boetiek met natuurlijke producten (Naturals by San), een zaakje met kinderkleding (Mama Nova) en een adres voor Spaanse specialiteiten (Pérez de Almaz). Nabij de Pieterskerk doe ik een deur open en betreed ik het mini-universum van het Jean Pesijnhofje uit 1683, één van de 35 hofjes in de stad. Rondom een binnentuin staan kleine huisjes met stoelen en tafels ervoor. Hier kun je je even terugtrekken uit de buitenwereld die zich de laatste coronamaanden soms van zijn lelijkste kant heeft laten zien. Stilte, rust, deugdzaamheid. Zo was het bij de bouw van de hofjes precies bedoeld. De meeste zijn gesticht door vermogende inwoners en boden onderdak aan behoeftige ouderen. Als ze zich vroom en keurig gedroegen mochten ze er gratis wonen en kregen ze brood, bier, vlees, hemden en schoenen toe. Met deze vorm van liefdadigheid hoopten de gulle gevers op een plekje in de hemel. Dwars door de voormalige rosse buurt (de kazerne lag om de hoek), langs grachten met scheefgezakte pandjes en voorbij het station, ga ik op zoek naar een bezienswaardigheid die nog hoog op het verlanglijstje staat: Naturalis Biodiversity Center. Wat een geweldig museum is dat! Alleen het moderne pand zelf al. Die hoogte, de trap, de natuurlijke materialen. De zalen over onder meer het ontstaan van leven, de dood, oertijd en dinosauriërs, zijn stuk voor stuk fantastisch. Nog leuker is de zogenaamde Live Science. Daar kun je wetenschappers aan het werk zien. Bijvoorbeeld bij het prepareren van dode dieren of het schoonmaken van dinobotten. Onderhoudend is ook de expositie over het liefdesleven in het dierenrijk. Van grenzeloze lust tot eeuwige trouw. Met de schemering op de hielen wandel ik terug naar het oude centrum. Op een verwarmd terras denk ik aan de stadsbewoners die tijdens de Tachtigjarige Oorlog moedig standhielden tegen de Spanjaarden en op het nippertje van de hongerdood werden gered door de watergeuzen. Als beloning voor hun onverzettelijkheid mochten ze van Willem van Oranje een cadeau uitkiezen: afschaffing van de belastingplicht of de vestiging van een universiteit. De Leidenaren maakten de juiste keuze. De jeugdige energie die hoort bij de zucht naar kennis en innovatie hangt sindsdien als een prikkelende erfenis in de lucht. • >
Bij Boerhave is het anatomisch theater precies nagebouwd; goed adres voor koffie met taart; aanrader: de burrata van Bar Lokaal.
HOLLANDS Glorie
Leiden
Tips & adressen DOEN
ETEN EN DRINKEN
• Wandelen en fietsen Er is een aantal leuke wandel- en fietsroutes door Leiden. Zo kun je onder meer de voetsporen volgen van de jonge Rembrandt of langs de Leidse hofjes gaan. Ook leuk: speciale wandelingen voor kinderen in combinatie met een app.
• Hortus Grand Café Gevestigd in de grote kas zit je heerlijk in het licht. Perfecte plek voor koffie, taart of kleine lunch. Bij mooi weer is er ook buiten een terras. Rapenburg 73. hortusleiden.nl
visitleiden.nl
Levendig drink- en eetadres aan de voet van de Pieterskerk. Eigentijdse gerechten als een Burrata Sandwich, verschillende burgers en flatbread dat je zelf kunt samenstellen – ook vegetarisch.
• Musea Leiden telt een groot aantal topmusea, zeker voor een middelgrote stad van zo’n 125.000 inwoners. De meeste bevinden zich op loopafstand van elkaar in het centrum. Onze favorieten: Museum De Lakenhal over de geschiedenis van Leiden met onder meer werk van Rembrandt, Rijksmuseum Boerhaave over de Nederlandse wetenschapshistorie, Rijksmuseum van Oudheden met archeologische vondsten uit binnen- en buitenland en Naturalis Biodiversity Center dat draait om de wonderlijke wereld van de natuur. Naturalis was het European Museum of the Year in 2021, zoals Boerhaave dat in 2019 was. lakenhal.nl, rijksmuseumboerhaave.nl, rmo.nl, naturalis.nl
• Hortus Botanicus Bij de aanleg in 1590 bedoeld als studietuin voor de afdeling geneeskunde, maar uitgegroeid tot een unieke verzameling bloemen, bomen en planten. In de oudste botanische tuin van Nederland kweekte Carolus Clusius de eerste grote tulpen-collectie van Europa en introduceerde de Duitse arts Von Siebold honderden onbekende planten uit Japan en China. Bij slecht weer duik je heerlijk onder in de warme kassen met tropische sfeer. hortusleiden.nl
• Bar Lokaal
Hartesteeg 13. barlokaal.nl
• Borgman en Borgman De beste koffie van Leiden komt uit de eigen branderij. Verschillende keren per week vers gebrand met bonen uit verschillende landen. Niet onbelangrijk: op de plantages krijgen de boeren een eerlijke prijs. Nieuwe Rijn 41. borgmanborgman.nl
• Brasserie Meelfabriek Zijlstroom Supergezellig restaurant in oude meelfabriek, op tien minuten fietsen van het centrum. Chefkok Martijn kookt graag met regionale specialiteiten en kruiden uit eigen tuin, waar je ook een kasje kunt huren voor een diner voor twee. Zijldijk 28. zijlstroom.nl
• Pipa Streetfood Bar Streetfood uit alle hoeken van de wereld. Van Mexicaanse taco’s en Filippijnse bao buns tot Peruaanse sashimi en oer-Hollandse stamppot. Verrassend lekker. Morsstraat 60. pipastreetfood.nl
• In den Doofpot Gastronomisch restaurant en vaste klant in de Lekker 500. Sinds 1997 gevestigd aan de Turfmarkt met een mooie mix van authentiek en modern. Chefkok Patrick
Brugman staat achter het fornuis en is bekend om zijn ingetogen innovatieve stijl. Turfmarkt 9. indendoofpot.nl
• Einstein Dit adres tegenover het stadhuis verwijst naar Einstein die in Leiden gewoond en gewerkt heeft. Op mooie dagen eet je op het drijvende terras. Nieuwe Rijn 19. einstein.nu
• Roos Voor koffie of thee met een huisgemaakte taart erbij. Geprobeerd en de vingers erbij afgelikt: witte chocolade frambozen cheesecake. Botermarkt 12. roosleiden.nl
BLIJVEN SLAPEN • Boutique Hotel d’Oude Morsch Eigentijds en persoonlijk. Bevindt zich in een voormalige kazerne naast een van de twee originele stadspoorten van Leiden. Er zijn achttien moderne kamers, vaak met authentieke details zoals oude balken. Het hotel heeft fietsen en serveert – we spreken uit eigen ervaring – een heerlijk uitgebreid ontbijt. Park de Put 1. boutiquehoteldeoudemorsch.nl
• Steenhof Suites Hotel in het centrum van de stad met veertien exclusieve suites. Er zijn kamers in verschillende categorieën en om te socializen is er Charly’s Lounge met uitzicht op de gracht. Steenschuur 11. steenhofsuites.nl
• Boutique Hotel Ex Libris Kleinschalig hotel in het hart van de Pieterswijk. De acht kamers zijn verdeeld over twee rijksmonumentale panden. Kloksteeg 4. hotelexlibris.com
INFORMATIE • visitleiden.nl
p. 23
ONZE KEUZE SHOPPING Tekst & samenstelling Serena Caruso
3.
4.
1.
2.
5.
1. Cheers! Net zoals vele andere horecaondernemers zocht de Rotterdamse bar William Cocktails een manier om de lockdown door te komen. Zijn plan? Cocktails in blik. Het enige wat u hoeft te doen, is passende glazen uitzoeken. Williams Cocktails, verschillende soorten vanaf €6,50. williamscocktails.com 2. Douchesensatie In 2000 begonnen in een kelder aan de Herengracht, nu uitgegroeid tot een internationale winkelketen. Het merk Rituals breidt z’n Serendipity-reeks uit met de drie-fasen doucheolie die uw huid laag voor laag verwent. Rituals, serendipity, three-phase shower oil, €9,50. rituals.com 3. Vinger aan de pols De naam van het Nederlandse merk Zinzi betekent in het Zuid-Afrikaans ‘Je ziet er mooi uit’ en staat natuurlijk ook voor ‘zin in zilver’. Naast sieraden ontwerpen ze ook horloges zoals dit tijdloze exemplaar. ZINZI, chronograph, 34mm, groene wijzerplaat met datum en chronometers, geelgoudkleurige stalen kast en mesh band 18mm ZIW1535, €149. zinzi.nl 4. Duurzaam op pad De Atlantic koffer is vrijwel geheel gemaakt van gerecyclede materialen. Zo zijn er in de buitenkant, binnenvoering en ritsen petflessen verwerkt en bevatten de vier dubbele wielen resten van visnetten en touwen uit havens vanuit de hele wereld. Princess Traveller, Atlantic (S), €119,99. princesstraveller.com 5. Stilleven op de grond Het Mauritshuis werkte samen met Essenza Home aan een limited edition collectie bestaande uit zes meesterlijke designs. Het ‘Flower Statement Stone’ vloerkleed is geïnspireerd op de werken van Antwerpse schilder Daniël Seghers en Thomas
HOLLANDS Glorie
7.
6.
9. 10. 8.
Willeboirts Bosschaert. ESSENZA Flower Statement Stone Vloerkleed 120 x 180 cm, €119,95. essenzahome.nl 6. Paradijs in huis Geef uw muren een tropisch sfeertje met deze paradijsvogels in 3D. Het gerecyclede karton is bedrukt met plantaardige inkt. Makkelijk in elkaar te zetten en te combineren met verschillende varianten. Paradise bird, oahu, €13,95. studioroof.com 7. Toeters zonder bellen Dé woontrend van dit moment: de toetervaas. Vul de zeven toeters met prachtige bloemen, of zet hem zo op tafel als pronkstuk. Colmore, Toetervaas Goud, €114,95. cozyandchic.nl 8. Cocooning met Claudi Bijna vijftien jaar geleden begon Claudi Cushions met het ontwerpen en produceren van handgemaakte sierkussens in een studio in Hoorn, waar ook de showroom is. Dit fluweelzachte sierkussen uit de Eco Constanze collectie bevat gerecycled dons. Claudi, Eco Constanze sierkussen 45x30 cm, €69.95. debijenkorf.nl 9. Elegant en comfortabel Betaalbare en originele designs; volgens ondernemer Femke Furnée waren die er niet genoeg. Sinds 2013 komt Fést met elegante, maar comfortabele woonaccessoires. Deze fauteuil is daar een voorbeeld van. FÉST, Sinclair fauteuil Royal Turquoise – 44, €839. festamsterdam.com 10. Meetingpoint Waar u ook naartoe gaat, deze opvouwbare totebag kan altijd mee. Door een drukknoopje aan de onderkant, is hij zo op te rollen. Leuk detail: de tas is vernoemd naar het centrale ontmoetingspunt van de hoofdstad: Amsterdam Centraal. Scotch & Soda, De Centraal unisex opvouwbare tote bag, €79,95. scotch-soda.com
p. 25
ONZE TAAL
© Saskia Aukema
Soms vaak
Raymond Noë is (web)redacteur bij ‘Onze Taal’, het grootste Nederlandse tijdschrift voor taalliefhebbers. onzetaal.nl
Er is een dichtbundel van Judith Herzberg met de titel Soms vaak. Dat is zo zonder context een verwarrende titel, want wat is ‘soms vaak’? Bedoelt de dichteres iets als ‘Soms gebeurt het vaak’? Of ‘Soms doet-ie ’t vaak?’ Het titelgedicht brengt ook al geen uitkomst, want dat gaat over een bok die vaak (dus niet soms) op z’n hok gaat staan, bij gebrek aan bergen – als metafoor voor dat iedereen weleens de grootste of de beste wil zijn, ook al is daar geen echte aanleiding toe. Dat is mooi gezegd – iedereen is weleens een bok op een hok – maar we schieten er niet veel mee op. Wat de titel nog extra verwarrend maakt, is dat soms en vaak ietwat vage begrippen zijn. Want hoe soms is ‘soms’ nou precies? En hoe vaak is ‘vaak’? Het Nederlands kent veel van dat soort woorden om een frequentie aan te duiden: altijd en nooit liggen aan de uiteindes van de balk, maar daar tussenin liggen ook nog woorden als vaak, doorgaans, meestal, dikwijls, geregeld, regelmatig, misschien, af en toe, nu en dan, soms en zelden. ‘Vaak’ is vaker dan ‘soms’, en ‘soms’ is vaker dan ‘zelden’, maar hoe vaak het allemaal precíés is… Dat we niet precies weten hoe vaak ‘vaak’ is, is dat erg? Nou nee, in het dagelijks leven komen we er goed uit met z’n allen. (‘Hoe vaak eet jij pizza?’ ‘Nou soms.’ ‘O, da’s niet zo vaak.’) Maar er zijn situaties waarin het toch al wat belangrijker is. Bijvoorbeeld wanneer een arts (v/m) zegt dat een bepaald medicijn soms bijwerkingen oplevert (‘droge huid en schele hoofdpijn’). Je weet dan niet wat hij/zij bedoelt met soms, behalve dat de kans groter is dan nul, en dus vul je zelf maar wat in. Nu zullen nog steeds weinig mensen wakker liggen van de kans op schele huid en droge hoofdpijn, maar het wordt allemaal wat urgenter als het gaat om de kans op genezing bij een ziekte, of over de kans op succes bij een operatie: ‘Meestal gaat ’t goed’. Bedoelt de geneespersoon met ‘meestal’ een kans
van zestig procent, of toch tachtig procent of misschien nog wel meer? Of, o gruwel, nog minder? Om meer inzicht te krijgen in deze materie heeft een team wetenschappers rond voormalig ‘wiskundemeisje’ en nu hoogleraar wetenschapscommunicatie Ionica Smeets onderzoek gedaan naar frequentiewoorden zoals hierboven genoemd, en ook naar ‘kanswoorden’, zoals zeker, grote kans, waarschijnlijk, te verwachten, vermoedelijk, kan gebeuren, twijfelachtig en onwaarschijnlijk. Ze vroegen proefpersonen om aan te geven welk percentage ze bij al die woorden voor zich zagen. Zo bleek bij grote kans dat veel mensen dit vertalen als ‘tachtig procent’. Ook ‘zeventig’ en ‘negentig’ scoorden vrij hoog, maar er waren ook uitschieters bij naar ‘veertig’ en ‘honderd’ – en als jij nou die ‘honderd’ bent, en je arts die ‘veertig’, dan heb je toch een serieus verschil van inzicht. Dit voorbeeld is natuurlijk een extreem geval, maar ook het verschil tussen een slaagkans van zeventig (jij) en negentig (de arts) kan ertoe leiden dat je van een behandeling afziet die eigenlijk best wel kansrijk is. Artsen kunnen natuurlijk nooit heel precies zijn in hun voorspellingen en houden het daarom bewust een beetje vaag, maar de volgende keer dat er in de spreekkamer wat onduidelijk over ‘soms’ of ‘vaak’ of zelfs ‘soms vaak’ gesproken wordt, kan het misschien geen kwaad om even om duidelijke taal te vragen. Artsen zijn geen dichters tenslotte. •
begrip woorden taal .......spelling woorden ...
p. 27
Te voet door een verhaal Nederland is een land van cultuurlandschappen. Bijna elke vierkante meter wordt benut. Daarvoor is het meestal ontwaterd, ontsloten, opgedeeld en voorzien van infrastructuur. Ideaal om wandelend te verkennen. Achter molens en schaapskooien schuilen vaak boeiende verhalen. Vijf bijzondere wandelingen met als startpunt een plek met een – soms onverhoede – geschiedenis.
© Astrid Havinga
Tekst Wim Huijser foto’s Natuurmonumenten
HOLLANDS Glorie
p. 29
© Lima Fotografie
de oud-Hollandse souvenirs heen. Van kaas lijken ze in Gouda overigens nooit genoeg te hebben. Daarom werd in 2020 aan de Agnietenstraat 21 ook de Gouda Cheese Experience geopend.
ZUID-HOLLAND
Goudse Waag, Kaas- en Ambachtenmuseum, Gouda
D
at Gouda dé kaasstad is, mag als bekend worden verondersteld. De Goudse kaasmarkt bestaat al vanaf 1198. Generatieslang kwamen boeren uit omliggende dorpen met hun kaasbrik naar de Markt, aan de voet van het stadhuis, om daar hun kaas te laten keuren en verhandelen. Was een partij verkocht, dan ging die naar de Goudse Waag om gewogen te worden. Dat gold voor alle goederen die meer dan tien pond wogen, omdat daarover belasting moest worden betaald. Het is een traditionele handeling die nog elke zomer op donderdagmorgen bezocht kan worden. Op de omringende weekmarkt staan ambachtelijke werklieden die laten zien hoe vroeger onder andere klompen en kaarsen werden gemaakt. CHEESE EXPERIENCE De uit 1668 daterende Goudse Waag werd ontworpen door Pieter Post, die ook het ontwerp maakte voor de Waag in Leiden, Huis ten Bosch in Den Haag en het Stadhuis van Maastricht. In het Kaas- en Ambachtenmuseum wordt verteld over de geschiedenis van kaas, de producten die hier werden
HOLLANDS Glorie
gewogen en verhandeld en hoe kaas nog altijd wordt gemaakt. Op de begane grond van de Goudse Waag bevindt zich een museumwinkel met behalve de vanzelfsprekend Hollandse kazen ook verschillende hoogwaardige kaasmessen, kaasschaven en andere kaasbenodigdheden. Natuurlijk kun je ook niet om
WANDELROUTE Behalve dat Gouda bekend staat om kaas, is het ook een historische stad met veel bezienswaardige plekken. Van de Markt met het iconische stadhuis tot de eerste fair-trade-straat van Nederland. Met de zes kilometer lange stadswandeling leer je Gouda ook op een andere manier kennen. Je komt niet alleen over de Markt en langs het stadhuis, maar je wandelt ook langs verstilde grachtjes en door nauwe steegjes en hofjes. De route start op station Gouda en is te lopen door middel van een routebeschrijving en een gps-track (zie wandelzoekpagina.nl/ wandeling/groene-wissel-gouda/15006). Daarnaast kun je ook besluiten een wandeling te maken door de polders in het buitengebied. De Goudse Hout Route is een ANWB-wandeling van acht kilometer die voert door het natuurgebied van het Goudse Hout. Na een korte wandeling door de weilanden loopt de route al snel langs en tussen de Reeuwijkse Plassen door. De kans is groot dat je hier watervogels als de grote karekiet en smient tegenkomt. De gemarkeerde route gaat grotendeels over verharde paden. Startpunt: station Gouda Goverwelle, Willemsplein 1, 2807 PA Gouda. Hier staat een informatiebord. Zie voor deze route en andere wandelmogelijkheden: wandel.nl/routes/wandelroutes-bijsteden-gouda. • Goudse Waag, kaas- en ambachtenmuseum, Markt 35, 2801 JK Gouda. goudsewaag.nl & goudacheese-experience.com
>
© Lima Fotografie
Te voet door een verhaal
p. 31
© Hanneke Luning
DRENTHE
Schaapskooi Ruinen – Dwingelderveld
N
DRENTS HEIDESCHAAP De ongeveer driehonderd schapen van deze kudde zijn allemaal van een eeuwenoud ras: het Drentse heideschaap. De schaapskooi en de beheerderswoning, gelegen aan de Benderse, werden in 1949 gebouwd in opdracht van de Natuurbeschermingswacht Meppel en Omstreken. In de loop der tijd raakte de kooi onder andere door ruimtegebrek verouderd. Daarom besloot men een jaar of vijf geleden een nieuwe schaapskooi te bouwen, die in de zomer van 2017 in gebruik werd genomen. Het gebouw is zo bijzonder dat het de Drentse Architectuurprijs kreeg. De inmiddels gerenoveerde oude kooi wordt tegenwoordig gebruikt als onderkomen voor de lammetjes. Tegelijk kon er in 2018 permanent een informatieruimte van
HOLLANDS Glorie
Stichting Het Drentse Heideschaap worden geopend. De nieuwe schaapskooi maakte het mogelijk om de kudde te laten doorgroeien van 300 naar zo’n 450 schapen. Gezamenlijk begrazen ze een oppervlakte van zo’n zeshonderd hectare.
© Hanneke Luning
ationaal Park Dwingelderveld, ten noorden van het Drentse Ruinen, is een nat bos- en heidegebied met een omvang van bijna 4000 hectare. Het centrale deel van het park is zelfs het grootste aaneengesloten natte heidegebied dat nog over is in West-Europa. Behalve door te plaggen en te maaien, onderhoudt Natuurmonumenten de heide door er een schaapskudde te laten grazen. Door het begrazen vergrast de heide minder en door het ‘snoeien’ van de heidestruikjes blijft de heide krachtig en gezond. Een van de twee kuddes die hier grazen is schaapskudde Ruinen.
Elke dag, zowel ’s zomers als in de winter, begrazen de schapen de heide. Schaapherder Michiel Poelenije en zijn hulpherders nemen ze om 9.30 uur mee, om pas rond 16.00 uur weer terug te keren. Alleen in de zomer blijft de kudde nog een uurtje langer op de heide. Bezoekers zijn elke dag welkom om te kijken naar het vertrek of de aankomst van de schapen. Naast de schaapskooi staat een tien meter hoge uitkijktoren, waar vanaf je een fantastisch uitzicht hebt over het Dwingelderveld, de heide, de talloze vennen en natuurlijk de schapen. Ook bij grijs en mistig weer heeft het heidegebied een mystieke woestheid.
WANDELROUTE Vanaf Bezoekerscentrum Dwingelderveld van Natuurmonumenten start de 4,7 kilometer lange wandelroute Nationaal Park Dwingelderveld. De route voert ook over de Ruiner Es, een bolvormig stuk landbouwgrond dat in het midden iets hoger ligt omdat daar al eeuwenlang schapenmest en heideplaggen zijn uitgestrooid om het bouwland vruchtbaar te houden. Tot de komst van de kunstmest konden de boeren gemakkelijker veel grotere stukken landbouwgrond vruchtbaar maken. Bij de ruilverkaveling Ruinen in de jaren tachtig kwam een deel van de es in handen van Natuurmonumenten, waarna de kleinschalige indeling gehandhaafd bleef en er sindsdien op de smalle percelen vooral rogge wordt geteeld. Dit graangewas groeit ook goed zonder kunstmest en biedt, mits er niet gespoten wordt, plaats aan verschillende akkeronkruiden, zoals korenbloem, akkerviooltje en korensla. Ook voor patrijzen, kwartels en reeën vormen deze ouderwetse akkers een welkome voedselbron. Het bezoekerscentrum van Natuurmonumenten is ook het startpunt van een langere gemarkeerde wandelroute van 13 kilometer. Parkeren is mogelijk bij Bezoekerscentrum Dwingelderveld, Benderse 22 in Ruinen. Daarvandaan is het ongeveer een kwartier lopen naar de schaapskooi. Gehandicaptenparkeerplaatsen zijn aanwezig vlak bij de schaapskooi. • Schaapskudde Ruinen, Benderse 36, 7963 RA Ruinen. schaapskudderuinen.nl
Te voet door een verhaal
NOORD-BRABANT
Bierbrouwerij en stokerij Oijen
H
et dorpje Oijen, ten noorden van Oss, ligt in een typisch Brabants landschap met polders, uiterwaarden, slingerende dijken, sfeervolle middeleeuwse stadjes en dorpskernen met een rijke historie. Aan de bovenkant kronkelt de Maas en naar het oosten en westen kijk je uit over de polders van Oijen en Macharen. Iets verder liggen de bossen en heidevelden in de Maashorst. Te midden van dit groene land staat aan de Kasteeldijk Bierbrouwerij Oijen. De schapen van de buurman grazen in de weide en de varkens Henk & Hannie worden gevoerd met bierbostel van de brouwerij. Hier wordt gewerkt volgens oude receptuur en met verrassende ingrediënten – zonder toevoeging van geur-, kleur- en smaakstoffen – die de bieren stuk voor stuk een eigen karakter geven. Natuurlijk vloeit het Oijense bier ook uit de huistap.
horecazaken in het oostelijk deel van Noord-Brabant. Na zijn opleiding tot distillateur heeft Jop zijn smaak verder verbreed. Dat leidde tot nieuwe distillaten, maar altijd met oog voor lokale producten en mooie verhalen. Appels en peren uit eigen boomgaard, granen uit de bierbrouwerij en speciale kweeperen uit de tuinen van het nabijgelegen Kasteel Oijen zorgen voor deze bijzondere distillaten. Inmiddels bieden de stookketels een ruime keuze in jenevers, likeuren en eaux de vie. De Brouwerij & Stokerij zijn open voor proeverijen, met een uitleg over de werkwijze. Al blijven sommige dingen natuurlijk geheim.
WANDELROUTE De wandelroutes van Happen en Stappen brengen je naar de mooiste plekjes van de Lage Landen, de route voert van koffie tot hoofdgerecht. Je kunt kiezen tussen een ochtend- of middagarrangement met verschillende starttijden. Bij het startpunt ontvang je een routebeschrijving die hier aan het einde van de dag weer wordt ingeleverd. Als je ervoor kiest om te starten bij Bierbrouwerij Oijen ziet een dagje Happen en Stappen er als volgt uit: start met koffie/thee met gebak bij Brouwerij Oijen. Vervolgens wandel je verder naar De Winkel Borrel en Eetbar in Oss voor een smakelijk soepje. Daarna wandel je terug naar Bierbrouwerij Oijen waar je een lunchgerecht of een heerlijk hoofdgerecht geserveerd krijgt. • Bierbrouwerij Oijen, Oijense Bovendijk 61, 5394 LA Oijen. speciaalbierbrouwerij.nl & happenenstappen.nl > (voor de eetarrangementen)
NIEUWE DISTILLATEN Sinds een jaar of zes stookt Jop, de distillateur des huizes, ook een eigen limoncello. In eerste instantie was die bedoeld voor het restaurant van Brouwerij Oijen, maar dankzij goede mond-totmondreclame ligt de Jan Limoen Limoncello inmiddels ook bij een aantal
p. 33
HOLLANDS Glorie
© René van Stormbroek
Te voet door een verhaal
GELDERLAND
Museumboerderij Mariahoeve – Putten
H
et verhaal van de Mariahoeve begon eigenlijk pas na het overlijden van Maria van den Brink, de laatste bewoonster van deze in 1907 gebouwde Veluwse boerderij. Maar liefst 354 erfgenamen bleken met elkaar het erf in eigendom te hebben. Zij gaven uiteindelijk aan één persoon toestemming om de erfenis af te handelen. Uitdrukkelijke voorwaarde was wel dat het geheel voor de toekomst behouden zou blijven en een museumbestemming zou krijgen. Daarop kocht de gemeente Putten zowel de boerderij, de bijgebouwen als de grond aan om deze te verpachten aan Stichting Puttens Historisch Genootschap. Dankzij het feit dat het pand op de rijksmonumentenlijst staat kon in 2005 de Mariahoeve grondig worden gerestaureerd. Twee jaar later werden zowel de woning als enkele opstallen ingericht als boerderijmuseum en schenkerij.
verbouwen van graan, aardappelen en voederbieten, koeien, varkens, kippen en een paard. Verder was er vaak de opbrengst van een moestuin en een kleine boomgaard. Als gevolg van mechanisatie en schaalvergroting maakte dit type boerderij in het laatste kwart van de vorige eeuw snel plaats voor moderne boerenbedrijven. Gelukkig gold dat niet voor de Mariahoeve waar ‘alles’ nog is zoals Maria het heeft nagelaten. Het museum is te bezoeken aan de hand van een audiotour die je terugvoert naar het leven van de familie Van den Brink. Met behulp van een iPad kun je zelfstandig op pad over het boerenerf.
WANDELROUTE De Mariahoeve ligt aan het 12 kilometer lange Norderpad, een van de ruim honderd Klompenpaden in Gelderland. De route loopt over eeuwenoude kerkenpaden, landwegen en landgoederen en langs waterpartijen in het buitengebied van Putten. De route kan worden verkort tot 4 of 10 kilometer Eventueel kan er worden overgestapt op twee andere Klompenpaden: het Pelserpad (14 km) en het Hoeverveldpad (15 km). Startpunt is Kerkplein 15 in het centrum van Putten. Parkeergelegenheid aan de achterzijde van het gemeentehuis, te bereiken via de Brinkstraat. Maar de rondwandeling kan ook worden opgepakt vanaf de Mariahoeve. • Mariahoeve, Kiefveldersteeg 11, 3882 RG Putten. mariahoeveputten.nl
>
MECHANISATIE De Mariahoeve is een van de vele boerderijen die in de 20ste eeuw als paddenstoelen uit de grond schoten. Het waren gezinsbedrijven die moesten leven van een paar hectare bouwland voor het
p. 35
LIMBURG
Leumolen - Leudal
H
et Leudal, gelegen aan de westkant van de Maas tussen de MiddenLimburgse dorpen Haelen, Heythuysen en Roggel, is een geliefde omgeving voor wandelaars. Wie bij Neer rechtsaf slaat komt na het passeren van de aspergevelden in een afwisselend landschap terecht, dat grotendeels begroeid is met bos. Hier stromen de Leubeek (zoals dit deel van de Tungelroyse Beek ook wordt genoemd) en de Zelsterbeek, die tussen Nunhem en Neer samenvloeien tot de Neerbeek. Een paar honderd meter verderop loopt ook de Haelense Beek. In het gebied zijn in de loop van de tijd verschillende beekdalen zo diep uitgesleten dat ze hier en daar op ravijnen lijken. Door de hoogteverschillen stroomt het water er snel langs oevers die in het voorjaar begroeid zijn met een tapijt van bosanemonen, dalkruid en lelietjes-vandalen. Behalve het gevarieerde natuurschoon van loof- en naaldbomen, heide en droge graslanden kent het Leudal ook een enorm gevarieerde fauna. Zo bivakkeren er vossen, dassen, marterachtigen en reeën. Sinds een jaar of twintig is ook de bever weer terug in het Leudal. In de loop van de 20ste eeuw zijn de meeste beken op de Midden-Limburgse
HOLLANDS Glorie
zandgrond gekanaliseerd. Dit om de afwatering voor de landbouw te verbeteren. Dankzij de werkverschaffing in de jaren dertig konden daarvoor goedkope arbeidskrachten worden ingezet, die de ene na de andere beek aanpakten. Aanvankelijk stond ook de Leubeek met zijn zijtakken op de nominatie om te worden rechtgetrokken. Het was met name dankzij de inspanning van dr. Jac. P. Thijsse dat zowel de Leubeek als de Zelsterbeek intact zijn gelaten. Thijsse beschouwde het beekdal als behorend tot ‘de beste dingen van Nederland’. PRACHTPLEK De Leumolen in Nunhem, die in 2013 werd verkozen tot ‘PrachtPlek van Nederland’, maakte vanaf 1701 deel uit van het Elisabethklooster. Dat gold ook voor de aangrenzende boerderij en de graslanden. Het houten beeldje van de heilige Ursula dat in een nis in de voorgevel staat, is daarvan het bewijs. De waarde van het bouwwerk zit vooral in de combinatie van zowel rijke natuur als de cultuurhistorie. De molen werd voor het eerst vermeld in 1461. Samen met boerderij de Leuhof vormde hij een leen
van het graafschap Horn. Eind 18de eeuw werd de lemen vakwerkmolen vervangen door een stenen bouwwerk. Bij die gelegenheid werd het jaartal ‘1773’ in de muurankers vereeuwigd. Nadien werd de molen, die tot dat moment altijd had dienstgedaan als korenmolen, met een oliemolen uitgebreid en het dak met een torentje bekroond. De oliehoudende zaden worden onder molenstenen van de zogenaamde kollergang tot meel gewalst. Dat wordt vervolgens verwarmd, waardoor de olie makkelijker te winnen is. Tenslotte wordt het warme meel in zakjes in de slagbank geklemd, waarna de uitgeperste olie kan worden opgevangen in een pan. De oliemolen stopte in de jaren 1920, de graanmolen zo’n dertig jaar later. Ondertussen had de laatste erfgename de Leumolen verkocht, waarna deze in 1956 in bezit kwam van Staatsbosbeheer en grondig werd gerestaureerd. Sindsdien werkt hij alleen nog voor demonstratiedoeleinden en kan er sinds 2008 ook weer olie worden geslagen. Het hele jaar door is op de eerste en derde zaterdag van de maand de oliemolen in werking. WANDELROUTE Er zijn talloze wandelmogelijkheden in en om het Leudal. Onder andere het Hertogenpad (LAW 13) loopt dwars door het natuurgebied, maar er zijn ook kortere wandelroutes te vinden waarvan een aantal gemarkeerd is met gekleurde paaltjes. De meeste starten bij Bezoekerscentrum Leudal aan de Roggelseweg 58 in Haelen. Hier start ook de 13 kilometer lange Trage Tocht Leudal. Deze is te downloaden op wandelzoekpagina.nl/wandeling/ trage-tocht-leudal/15879. • Leumolen, Leumolen 3, 6083 BL Nunhem. leumolen.nl
Te voet door een verhaal
p. 37
DE BOSWACHTER
•
I
n de Rottige Meente in ZuidoostFriesland heerst een rust die bijna nergens meer te vinden is. De laatste honderd jaar heeft het laagveengebied zich ontwikkeld tot een waardevol natuurgebied met zeldzame planten- en diersoorten. De kiekendief vliegt er boven de rietlanden en de purperreiger of zwarte stern vind je langs de waterkant. Langs het water groeien moerasplanten en zie je de koekoeksbloem in bloei, in het water zelf groeit onder andere de krabbenscheer, een karakteristieke waterplant die dat alleen in schoon water doet. De plant groeit in een paar jaar tijd uit tot een stevige drijvende vegetatiemat waar je op kunt lopen. SLECHTE GROND Voor een pittige tocht over het drassige Boswachterspad kun je gerust een dag uittrekken. Met boswachter Manon van Wesel van Staatsbosbeheer wandel ik een kortere route langs moerasbos, water, vele vogels en bijzondere planten. Op de parkeerplaats nabij Nijetrijne trekken we onze kaplaarzen aan, want het kon weleens een zompig tochtje worden. “Hoewel het hier heel mooi is in de zomer, is de winter mijn favoriete periode om deze wandeling te maken”, zegt de boswachter enthousiast. “Vooral als het landschap gehuld is in vorst. Soms buigen de riethalmen om door een laagje sneeuw. Het is die winterse aanblik die de omgeving nog mooier maakt.” De Rottige Meente is een overzichtelijk gebied. Je kijkt uit over de rietlanden,
HOLLANDS Glorie
trekgaten en ribben die het landschap zijn huidige vorm hebben gegeven. Vlakbij ligt Nationaal Park Weerribben-Wieden, een natuurgebied dat veel groter en bekender is. Daar trekken veel meer mensen naartoe. Rottige Meente en het nabijgelegen Brandemeer zijn stille Natura 2000-gebieden van bij elkaar 1500 hectare. Met name bewoners uit de omliggende dorpen komen hier regelmatig een wandeling maken. Het gebied ligt aan beide kanten van de Pieter Stuyvesantweg, maar de oostkant is niet toegankelijk voor publiek; er staat alleen een vogelkijkhut waar een pad naartoe loopt. “Het hele jaar door kun je hier vogels aantreffen,” vertelt de boswachter, “en elk seizoen heeft zijn eigen soorten, dus dat trekt ook veel vogelaars.” Terwijl onze laarzen in de natte bodem zakken, vertelt Van Wesel over de ontstaansgeschiedenis van het gebied. “Tijdens de eerste bewoning rond het jaar 1200 probeerde men dit gebied te gebruiken voor akkerbouw. Het was echter heel erg nat en dat verklaart ook de naam. Rottige Meente duidt erop dat het slechte, gezamenlijke grond was. Dat neemt niet weg dat hier toch graan werd verbouwd. Dat deed men door slootjes te graven en stukjes grond af te wateren. Je zou het misschien niet zeggen, maar we zitten hier tussen twee beekdalen in. De Tjonger of de Kuinder en de Linde. Gaandeweg kwam men erachter dat de grond niet geschikt was voor ontginning. Daarom zochten bewoners het steeds wat hogerop om opnieuw te beginnen. Het was echt een woeste wereld, maar ze bleven het proberen.” TREKGATEN Later werd, net als op veel andere plaatsen, het veen afgegraven. De omliggende dorpjes, die maar weinig inwoners telden, groeiden met de toename van de veenindustrie. De boswachter legt uit hoe zich in de 19de eeuw door menskracht een landschap vormde van ribben en trekgaten, waardoor de afwisseling tussen water en land is ontstaan. “Hier werd het veen echt met een baggerschep getrokken. In die drabberige bagger was dat enorm zwaar werk. Aan het eind van het seizoen waren de veenarbeiders zo mager geworden, dan hun kleren niet meer pasten. Als je daar foto’s van ziet! Als het veen op de ribben te drogen lag, werd het aangestampt waarna men er de turf uitstak.
© Staatsbosbeheer
Over drassige paden door de Rottige Meente Waar is het mooi wandelen dit seizoen? Wim Huijser gaat op pad met een boswachter.
Manon van Wesel.
Landschap met ribben en trekgaten.
De Scheene.
“Rond het jaar 1200 probeerde men dit gebied te gebruiken voor akkerbouw. Het was echter heel erg nat en dat verklaart ook de naam. Rottige Meente duidt erop dat het slechte, gezamenlijke grond was” Daarna ging het op een houten praam via de Scheenesluis het gebied uit richting Overijssel.” De boswachter staat plotseling stil; we zijn verkeerd gelopen. Dat kan wel zijn, zeg ik, maar ik vind het hier wel heel mooi. Dat is ook zo, maar eigenlijk loopt onze witte route eromheen. We slaan een nieuw pad in. “Rond 1913 is de vervening gestopt en zijn de gronden blijven liggen”, vervolgt Van Wesel. “Dat was eigenlijk de redding voor het gebied. Geleidelijk aan heeft Staatsbosbeheer stukjes grond in beheer gekregen en veranderde het in een aantrekkelijk natuurgebied. Soms maken we ook heel bewust weer stukjes open om de variatie te behouden.” Wat ze zelf zo mooi vindt aan de Rottige Meente is die afwisseling van open water, >
De grote vuurvlinder, een ondersoort die alleen nog in de Weerribben voorkomt, maar verder nergens ter wereld.
Otter.
p. 39
Onderkant van de grote vuurvlinder.
trilveen en moerasbossen die de laatste fase van verlanding vormen. “De trekgaten groeien langzaamaan dicht en als we niets zouden doen, wordt het hier allemaal moerasbos.” De boswachter nodigt me uit om een stukje over het bewegende veenmosrietlandje te lopen: een dik pakket met vegetatie, met daaronder het water. Je zou bijna denken dat ze hier meer met het water bezig is dan met het bos. “Dat klopt”, zegt ze. “Je bent constant aan het kijken of je een stuw omlaag moet zetten en water bij moet pompen. Moet je het molentje aanzetten of juist uit? Waar laat je water van buiten het gebied binnenkomen? En is dat water wel van goede kwaliteit? Dat vereist kennis die je niet vanzelf meebrengt. Als Staatsbosbeheer Súdeast-Fryslân beheren wij bij elkaar ruim 7500 hectare. Een aantal boswachters weet precies waar de stuwen zitten en hoe hoog het waterpeil moet zijn. Die specialisten heb je gewoon nodig. Maar daarvoor moet je ook met het gebied vergroeid zijn geraakt.” Zelf is Manon van Wesel opgegroeid op een boerderij in Noord-Brabant. Ze kwam naar Leeuwarden om te studeren, waarna ze in Friesland is blijven hangen. Inmiddels is ze goed bekend met de cultuurhistorie van het landschap en is ze overtuigd van het belang om het te bewaren. “Zuidoost-Friesland heeft een heel gevarieerde natuur met landgoederen, duingebieden, heide, bos en weidevogelterreinen. Elk terrein vraagt om een andere vorm van beheer en daar valt voor mij dus veel te leren. Je wilt het allemaal snel weten, maar dat heeft gewoon tijd nodig.” We klotsen verder op het zompige pad. “Nu is het hier kletsnat,” vervolgt ze, “maar ’s zomers is het gebied juist enorm gevoelig voor droogte. Als het veen
HOLLANDS Glorie
verdroogt, klinkt het in en verdwijnt het. En het groeit nog geen centimeter per jaar terug.” Even later staan we voor een open water, de Scheene, een oude waterweg om met de praam het gebied uit te varen. Op diverse plekjes langs de oever staan huizen, als idyllische pareltjes in het landschap. Wat volgens Van Wesel écht als pareltje van de Rottige Meente wordt beschouwd is de grote vuurvlinder, een ondersoort die alleen nog in de Weerribben voorkomt, maar verder nergens ter wereld. “Zo’n honderd jaar geleden werd deze vlinder herontdekt door een nietsvermoedende schooljongen. Zijn vondst werd een internationale sensatie. Het is een soort die houdt van trekgaten met waterzuring, waar de eitjes op worden gelegd. Het voedsel haalt de vlinder uit de trilveentjes maar als je die niet af en toe maait, vindt de grote vuurvlinder het ook weer geen geschikt foerageergebied. Het luistert dus allemaal heel nauw.” Staatsbosbeheer spant zich in om de soort te behouden en te zorgen dat de populatie zich verspreidt, maar om de grote vuurvlinder te zien moet je wel echt geluk hebben. Aan de rand van het gebied staan we stil bij gastenverblijf De Laatste Stuiver. In 1914 werd hier De Scheenesluis, met houten draaikolk, vervangen door een stenen schutsluis met draaibrugsluis. De naam van de huidige B&B verwijst naar de tijd dat het nog een winkel van de veenbaas was en de verveners hier de laatste stuiver uitgaven aan kleding, eten en drank! HISTORISCHE LEGAKKERS Als boswachter ontkomt Manon van Wesel niet aan veel autorijden en het onvermijdelijke kantoorwerk. Haar werkgebied is zo groot dat ze om van de ene naar de andere kant te rijden wel vijftig minuten onderweg is. Ze houdt zich vooral bezig met communicatie en voorlichting, en daarnaast met recreatieve en jachtzaken. Om alle maatregelen die genomen moeten worden in informatiebrieven aan de omgeving en de pers te kunnen uitleggen moet ze niet alleen de wijze van beheer heel goed kennen, maar ook de ecologie in het gebied goed snappen. Iets anders is dat in de Rottige Meente jaarlijks in de zomer een opera wordt uitgevoerd in de tuin van een van de bewoners. “Dan ontvangen we een week lang zo’n honderdvijftig bezoekers per dag. Die komen allemaal wandelend het gebied in. Sommigen komen daar speciaal voor uit Limburg. Ik ben er dan bij om te bepalen wat wel en niet kan. Ook nemen we die dagen mensen mee op excursie.” En dan zijn er nog de werkzaamheden die al enige tijd in het gevoelige natuurgebied gaande zijn. “We zijn met een Europese subsidie momenteel aan de slag met het verbeteren van de waterkwaliteit en het beschermen van de historische legakkers.
© Staatsbosbeheer
“Hier werd het veen echt met een baggerschep getrokken, dat was enorm zwaar werk. Aan het eind van het seizoen waren de veenarbeiders zo mager geworden, dan hun kleren niet meer pasten”
DE BOSWACHTER
Buizerd
Vlonderpad.
De oever van De Scheene.
Als we niets doen brokkelen die langzaam af door golfslag en de ganzen die er vertoeven en worden het meertjes. Door te voedselrijk water neemt in de trekgaten de groei van algen en bodemwoelende vissoorten toe. Het opwervelende slib maakt het water troebel en dat heeft tot gevolg dat onderwaterplanten zich niet kunnen ontwikkelen omdat die juist licht en zuurstof nodig hebben. De maatregelen die we nemen bestaan onder andere uit het verplaatsen van vissen. Dat is een specialistisch en arbeidsintensief werk en het hele project zal nog wel enige jaren in beslag nemen. Zo stellen we de toekomst van dit bijzondere gebied veilig en kunnen we de soorten in de Rottige Meente behouden.” •
Veenmosrietland.
WANDELROUTE Het startpunt van het ‘Boswachterspad’ is de parkeerplaats aan de Pieter Stuyvesantweg in Nijetrijne. Volg vanaf de parkeerplaats de rode pijlen om de wandeling van 16,6 kilometer te maken. Vergeet niet om voor een dag aan eten en drinken mee te nemen. Je kunt van deze route ook het gpx-bestand downloaden. Op verschillende plekken in het gebied staan informatiepanelen en bankjes. De hond mag mee, mits aangelijnd. Wandelroute ‘Rottige Meente wit’ is 2,9 kilometer en start op hetzelfde punt. Zeker in het winterseizoen zijn laarzen aan te bevelen.
p. 41
WEG IN NEDERLAND Tekst & samenstelling Amélie Dufour
MET DE (KLEIN)KINDEREN
Freek Vonkje spelen Het klassieke recept: begonnen als hobby en uitgegroeid tot een echte dierentuin. Reptielenhuis De Aarde in Breda was het idee van vader Karel Maas, die een mooi en strak reptielenhuis wilde bouwen met genoeg ruimte voor de dieren. Jongste zoon Oscar Maas was hier zo enthousiast over dat hij bij de opening in 2012 een van de jongste dierentuineigenaren in Nederland werd. Als uw (klein)kinderen gek zijn op Freek Vonk is dit een perfect
uitje. Laat de bioloog in hen ontwaken en bekijk samen de vele verschillende slangen, hagedissen, krokodillen, schildpadden, kikkers, padden en salamanders. Er lopen dierenverzorgers rond aan wie ze naar hartenlust vragen kunnen stellen en er zijn gratis speurtochten beschikbaar. Wilt u écht iets speciaals? Boek dan het ‘Loop mee met de dierverzorger’-arrangement. Als ‘assistent dierverzorger’ leren kinderen alles wat er bij komt kijken als je in een dierentuin werkt. Twee uur lang lopen jullie mee met één van de dierverzorgers en helpt uw (klein)kind met de dagelijkse werkzaamheden. • Reptielenhuis De Aarde, Aardenhoek 26a, Breda. Het 2 uur lang één-op-één meelopen kost €69,50: voor degene die meehelpt en iemand die meekijkt als begeleider, inclusief consumptie. Open van woensdag t/m zondag. deaardebreda.nl
Plopperdeplopperdeplop Eind 1999 opende Plopsaland de deuren in de Belgische kustgemeente De Panne, vernoemd naar Kabouter Plop en Samson. Sinds die tijd zijn er meerdere andere parken geopend waarin de populaire tv-figuren van het Vlaamse bedrijf Studio 100 de hoofdrol spelen. In België, maar sinds 2010 ook in het Drentse Coevorden. Hier verrees een heus binnenpretpark, dus ideaal voor een uitje met vies weer. Ploppertjes tussen de twee en tien jaar kunnen zich hier uitleven in 25 verschillende attracties. Van de muzikale K3-Zweefmolen tot de spannende Wickiebaan, waarin je rakelings langs ruige rotsen en door een
HOLLANDS Glorie
donkere grot scheert. Maar ook voor de allerkleinsten is genoeg te beleven, in de kleurrijke Bumbaspeeltuin bijvoorbeeld. • Plopsa Indoor Coevorden, Reindersdijk 57, Dalen. plopsaindoorcoevorden.nl
Prijswinnende pannenkoeken “De opmaak en smaak op het bord deden niet onder voor een sterrenrestaurant”, aldus het juryrapport over ‘Dwars door de Moestuin’, de pannenkoek van De Heikamp die in 2017-2018 de hoofdprijs van het Nederlands kampioenschap pannenkoeken bakken in de wacht sleepte. Ja, in de bossen bij het Achterhoekse Ruurlo kunt u terecht voor pannenkoeken op niveau. Maar ook gewoon voor een kinderpannenkoek die je zelf mag versieren, hoor – inclusief een ‘heitje’ waarmee je een ‘aardig-heitje’ mag uitkiezen in de Heitjeshut. Heerlijk als afsluiter van een stevige boswandeling of na een bezoek aan Kasteel Ruurlo, de tweede locatie van Museum MORE. Het 14de-eeuwse kasteel is het monumentale thuis van werk van Carel Willink, een van de grootste Nederlandse schilders van de vorige eeuw. Krijgt u uw (klein) kinderen niet mee naar een museum? Vanaf april kunt u weer verdwalen en de weg vinden in het grootste heggendoolhof van Europa. En dat is moeilijker dan u denkt, ik spreek uit ervaring... • In Ruurlo: De Heikamp, Hengeloseweg 2. heikamp.nl Kasteel Ruurlo, Vordenseweg 2. museummore-kasteelruurlo.nl Doolhof Ruurlo, Hengeloseweg 2a, doolhoofruurlo.nl
IN HET SPOOR VAN DE KABOUTERS Kleine voetafdrukken in het zand, geplet gras van een middagdutje: de Nederlandse bossen worden drukbevolkt door kabouters. In het hele land heeft Staatsbosbeheer Kabouterpaden uitgezet: leuke en leerzame speurtochten voor kinderen van drie tot zeven jaar. Volledig in stijl uitgedost met rode puntmuts, rode wangetjes en een knapzak volgen ze de kaboutersporen en voeren opdrachten uit. De puntmuts mag daarna mee naar huis. Een kleine selectie, door het hele land:
• Kabouterpad Horsterwold Flevoland
• Kabouterpad De Meinweg Limburg
Gratis toegang, deze route is op eigen gelegenheid en tijdstip te lopen. Het Horsterwold is een jong bos bij Zeewolde. In de ‘stille kern’ mag de natuur haar gang gaan en vindt u geen gebaande paden, maar kunt u wandelen over groenstroken, wildwissels of gewoon lekker rondstruinen. Dit bos groeit op kleigrond, wat erg bijzonder is.
Alleen te lopen tijdens openingstijden van Brasserie de Boshut, waar het Bezoekerscentrum van Staatsbosbeheer gevestigd is én u terecht kunt voor een lekker kopje koffie. 3,50 euro per kind, 1,50 euro voor elke extra puntmuts. Nationaal Park De Meinweg bestaat uit een voor Nederland uiterst zeldzaam terrassenlandschap met steile overgangen tussen deze terrassen, dus maak vooral nog een wandeling in de omgeving als de kinderen uitgekabouterd zijn.
• Startpunt: Werkschuur De Zevenhorst, Groenewoudseweg 7, Zeewolde.
• Kabouterpad Westerschouwen Zeeland Alleen te lopen tijdens openingstijden van de Excursieschuur, 5 euro per kind. Het opdrachtboekje wisselt met de seizoenen, zodat de route altijd anders is. Terug bij de schuur krijgen kinderen nog een kleine verrassing aan de balie. • Startpunt: Excursieschuur Westerschouwen, Kraaijensteinweg 140, Westerschouwen.
• Kabouterpad Lauwersmeer Groningen Alleen te lopen tijdens openingstijden van activiteitencentrum Lauwersnest, 3,50 euro per kind. Met een knapzak met lekkers lopen kinderen een route van 500 tot 1500 meter, terwijl ze luisteren naar een verhaal uit het kabouterboek en kabouteropdrachten doen. • Startpunt: Activiteitencentrum Lauwersnest, De Rug 1, Lauwersoog.
• Startpunt: Staatsbosbeheer De Meinweg, Meinweg 2, Herkenbosch.
• Kabouterpad Renkums Beekdal Gelderland Alleen te lopen tijdens openingstijden van Stichting Renkums Beekdal, 5 euro per kind, inclusief limonade bij het naastgelegen restaurant De Beken. De route is ongeveer 800 meter en aan het einde krijgen kinderen nog een leuke verrassing mee. Het beekdal, ontstaan in de voorlaatste ijstijd, het saalien, doorsnijdt de stuwwal aan de ZuidwestVeluwerand. • Startpunt: Informatiecentrum Renkums Beekdal, Nieuwe Keijenbergseweg 170, Renkum. staatsbosbeheer.nl/kabouterpad
p. 43
Hans van Manen in zijn statige appartement in Amsterdam-Zuid.
HOLLANDS Glorie
INTERVIEW
‘Ik haat mooi’ Hans van Manen 90 jaar
In Hans van Manen: van oud naar jong zien we de choreograaf van Het Nationale Ballet aan het werk tijdens de pandemie. Zijn verjaardag wordt gevierd met een festival en een tournee. En binnenkort verschijnt zijn biografie waarvan hij niks gelezen heeft, maar waarmee hij nu al in zijn nopjes is. Kortom: Hans van Manen is alive-and-kicking.
Tekst Jolanda van der Ploeg Foto’s Kato Tan, Het Nationale Ballet en Altin Kaftira
H
et statige appartement van Hans van Manen hangt en staat vol met kunst, antiek en design: schilderijen, sculpturen, foto’s – in 2019 schonk hij samen met zijn echtgenoot Henk van Dijk 24 werken van fotograaf Robert Mapplethorpe aan het Rijksmuseum. Wat vooral in het oog springt is de grote groene flatscreen die staat afgesteld op Eurosport-snooker. “Het is een volkssport die iets chics heeft”, legt hij uit. “Het publiek bestaat uit kenners en die houden gedurende de volle drie uur allemaal hun mond.” Hij schakelt de tv uit, schenkt witte wijn en water, en draait op elegante wijze een superstrak sjekkie. Vanmiddag heeft hij een verjaardagsfeestje van een vriend in het Bimhuis. Hij is er >
p. 45
PASPOORT Hans Artur Gerhard van Manen werd op 11 juli 1932 geboren in Nieuwer-Amstel als zoon van een voormalige Duitse dienstbode en een Nederlandse ondernemer in de fotobranche. Toen hij zeven was stierf zijn vader aan tbc. Zijn moeder voedde Hans en zijn broer Guus in haar eentje op. Na de lagere school volgde hij een kappersopleiding en werkte als assistent van de grimeur en toneelkapper van de Amsterdamse Stadsschouwburg, waar toen vele balletten werden opgevoerd. • Begin jaren vijftig kreeg hij zijn eerste balletlessen van Sonia Gaskell en hij sloot zich in 1951 aan bij haar Ballet Recital. Vervolgens danste hij bij het Ballet van de Nederlandse Opera en Les Ballets de Paris van Roland Petit. Een van zijn eerste choreografieën, Feestgericht, werd in 1957 bekroond met de Staatsprijs voor Choreografie. Vanaf 1960 werkte hij afwisselend voor de twee grote dansgezelschappen van Nederland: gedurende tien jaar als mede-artistiek directeur van het Nederlands Dans Theater en daarna achtereenvolgens als huischoreograaf bij Het Nationale Ballet (1973-1987) en het Nederlands Dans Theater (1988-2003). Sinds 2005 is hij weer vaste choreograaf bij Het Nationale Ballet. • Hans van Manen heeft meer dan 150 balletten gemaakt en is nationaal en internationaal gelauwerd met de Sonia Gaskellprijs, de Deutsche Tanzpreis en de Benois de la Danse Life Time Achievement Award. In 1992 werd hij benoemd tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau, in 2007 tot Commandeur in de Orde van de Nederlandse Leeuw, in 2017 tot de Franse Commandeur des Arts et des Lettres en in 2018 kreeg hij de Eremedaille voor Kunst en Wetenschap van de Huisorde van Oranje voor zijn bijdrage aan de kunsten in Nederland en het ballet in het bijzonder. In 2000 ontving hij de Erasmusprijs uit handen van prins Bernhard. • Van Manen is al bijna vijftig jaar samen met videomaster Henk van Dijk en woont in Amsterdam.
HOLLANDS Glorie
Repeteren tijdens corona. Beelden uit de documentaire 'Hans van Manen, van oud naar jong', van Joost van Krieken.
Hans van Manen
vast op gekleed: mooi krijtstreep geruit jasje met een broche van Yves Saint Laurent en een beige broek die hij vorige week in Rome heeft laten maken, zodat hij na het interview zo de taxi in kan stappen. Hij trekt mijn stoel dichter bij de zijne (“Dat praat wat makkelijker”) en zegt: “Zo, waar gaan we het over hebben.” Hoe kijkt u terug op de afgelopen twee jaar? “Niet anders dan op andere jaren. Er waren repetities voor de livestreams en de voorbereidingen voor de voorstellingen vanwege mijn negentigste verjaardag. Natuurlijk werden er wat dingen opgeschoven, maar verder liep alles op rolletjes. Met een vast clubje vrienden, allemaal coronavrij, hebben we veel voor elkaar gekookt en met elkaar gegeten. Eigenlijk heb ik die tijd geweldig leuk doorgebracht. Ik kan hard werken, dat doe ik al sinds mijn dertiende, maar ook ongelooflijk lui zijn. Ik ben ook van nature een rasoptimist, dus dat zal er wel mee te maken hebben.” In de documentaire Hans van Manen, van oud naar jong volgt Joost van Krieken u tijdens het repetitieproces in coronatijd. Hoe anders was dat? “Je komt het gebouw in, doet je kapje af en dan ga je als vanouds aan de slag. Soms gaf iemand je een vuist en dacht ik: o ja, corona.” Het Nationale Ballet had in zes weken tijd een aantal van zijn balletten opnieuw ingestudeerd. “Niets is leuker dan om iets te repeteren wat al ingestudeerd is. Dan hoef ik alleen te regisseren. In de breedste zin van het woord. Wat je moet weten is dat al mijn choreografieën zijn gebaseerd op kijkrichting. Dat vind ik zó verschrikkelijk belangrijk. Ik zie heel veel pas de deuxs die romantisch bedoeld zijn en dan hebben de dansers elkaar na afloop niet áángekeken.” Verontwaardigd: “Hoe kan dat nou? Van mij mag je niet de zaal in kijken. Je kunt wel naar binnen kijken,
“Kijkrichting vind ik zó verschrikkelijk belangrijk. Ik zie veel pas de deuxs die romantisch bedoeld zijn en dan hebben de dansers elkaar na afloop niet áángekeken. Hoe kan dat nou?” zoals ze bij bepaalde Spaanse dansen doen. Dat vind ik interessant, want dan gebeurt er iets met het lichaam.” Hans van Manen heeft geen grote gebaren nodig. Hij doet een pasje voor, zwaait iets met de heup of geeft kleine aanwijzingen. Hij wijst op het belang van aanraken bij zijn regie en maakt zich boos over een MeToo-zaak in de Amerikaanse balletwereld, schamperend dat er hier in Nederland niks over geschreven is. Dat we wat betreft danskunst cultuurarm zijn. “Het Nationale Ballet behoort denk ik wel tot de top vier van de wereld, naast het Bolsjoj, Mariinsky en het Parijse Operaballet. Dat is toch adembenemend! Ik zat bij een nieuwe première van Het >
p. 47
HOLLANDS Glorie
Hans van Manen
Zwanenmeer naast minister Van Engelshoven. Die zei in de pauze dat de kritieken wel geweldig zouden zijn. Ik zei: nee, er worden hier alleen maar kritieken bij de allereerste première geschreven. Onbestaanbaar! Een groot avondvullend ballet, dat opnieuw is ingestudeerd en geregisseerd, wordt in het buitenland ook altijd gerecenseerd. En terecht.” Uw ballet Déja Vu is al 26 jaar oud. Verandert dat dan in de loop der tijd? “Sommige balletten heb ik al 25 keer geregisseerd over de hele wereld. Met telkens andere dansers. De passen zijn hetzelfde, zij geven er een draai aan. En als ik dat fantastisch vind, mogen ze dat zelfs wat aanzetten. Met choreograferen ben ik opgehouden. Ik heb meer dan 150 stukken gemaakt. Ik wil niet dat ze me betrappen kunnen op een sof. En ook al heb ik vijf assistenten, ik ga nog altijd graag vier volle dagen naar de repetitie. Soms mag ik naar Wenen of naar Tokio en dan knoop ik er een paar dagen aan vast. Heerlijk. Ik vlieg businessclass, mijn vervoer wordt geregeld, ik krijg een geweldig hotel en word uitgenodigd om te eten. Altijd feest!” In de documentaire zegt ballerina Sebia Plantefève-Castryck dat ze provocerend, seksueel, intiem en sexy moet spelen en dat dat moeilijk is voor jongeren. Waarom is dat? “Over sexy hoef je je geen zorgen te maken: dat ben je of ben je niet. Maar de rest: dat is makkelijker voor ouderen, die wat meer levenservaring hebben. Toch moet je het proberen. Niet voor de zaal, ik zou het niet in mijn hóófd halen om tegen iemand te zeggen: ‘Kijk een beetje sexy de zaal in.’ (Maakt een soort tuitmondje.) Maar voor je medespeler. Een dans bestaat uit uitwisseling. Behalve natuurlijk als je de hele avond unisono doet (alle dansers tegelijkertijd dezelfde dansfrase, red.). Ik heb een ongelooflijke hekel aan dat serieuzige.” Smalend: “Tegenwoordig weten de moderne dansers fantastisch serieus te kijken. Alleen kijken ze elkaar nooit áán.”
“Ik hou van dansers die risico durven nemen. Soms laat ik een spontane fout er gewoon in zitten. Iemand die voorzichtig is, wil alles meteen zo mooi mogelijk doen”
Bent u milder geworden in de aanwijzingen voor de dansers? “Milder? Ik ben gewoon pittig. Dat weten de dansers. Lang geleden maakte ik 5 Tango’s. Ik zag Rachel Beaujean, nu een vriendin en mijn adjunct-directeur, en ik dacht: die wil ik erin. Ze begreep een pasje niet en ik bleef maar herhalen dat het heel eenvoudig was. Toen is ze huilend weggelopen en toch weer teruggekomen, die arme meid. Dus heb ik haar ’s avonds opgebeld, natuurlijk! Zo doe ik dat. Maar niet van dat zachtzinnige. De danswereld is gewend aan discipline. En ik hou van dansers die zich helemaal in de dans gooien, risico durven nemen. Dat is het beste wat me kan overkomen. Soms laat ik een spontane fout er gewoon in zitten. Iemand die voorzichtig is, wil alles meteen zo mooi mogelijk doen. In The Oxford Handbook of > Contemporary Ballet staat een hoofdstuk over mijn werk,
p. 49
“Spitzen zijn net hoge hakken. Ik vind het leuk om ze te gebruiken. Makkelijk is het niet, swingend in het ritme op spitzen lopen. Igone de Jongh kon het goed”
getiteld I hate beautiful. Mooi? Dat zeg je tegen iemand op wie je verliefd bent.” Danseres Sofiane Sylve zegt: “Geen choreograaf maakt je zo mooi als Hans van Manen.” “Blijkbaar heeft zij die ervaring gehad. Leuk om te horen! Ze is een fantastische danseres, die nu bij het San Francisco Ballet werkt. De samenwerking met haar liep van het begin af aan op rolletjes. ‘Van Manen,’ zei ze eens, ‘is de enige choreograaf ter wereld die repeteert in Armani.’ Ik hou van zulke opmerkingen.” Dan deze van choreograaf Anouk van Dijk: “Dat dingen stout mogen zijn en dat dit ook op spitzen kan.” Dat gevoel heeft ze bij u. “Ja, dat kan heel goed. Spitzen zijn net hoge hakken. Ik vind het leuk om ze te gebruiken. Makkelijk is het niet, swingend in het ritme op spitzen lopen. Igone de Jongh kon het heel goed.”
PROGRAMMA 2022 HANS VAN MANEN 90 JAAR • Hans van Manen op tournee Metaforen, Concertante en Grosse Fuge, van 7 mei t/m 22 in het land. operaballet.nl/het-nationaleballet/2021-2022/hans-vanmanen-op-tournee • Hans van Manen Festival Diverse choreografieën van Hans van Manen uitgevoerd door Het Nationale Ballet, Introdans, NDT1, NDT2, Ballet am Rhein, Wiener Staatsballett, Mariinsky Ballet, van 8 juni t/m 29 juni bij Nationale Opera & Ballet. operaballet.nl/het-nationaleballet/2021-2022/hans-vanmanen-festival
HOLLANDS Glorie
NEGENTIG Dit jaar viert Het Nationale Ballet zijn negentigste verjaardag met een festival. Op vier opeenvolgende avonden worden er drie of vier balletten van hem opgevoerd, waarvan acht buiten Het Nationale Ballet om. Dat zijn in Nederland het Nederlands Danstheater I en II en Introdans I en II; uit het buitenland komen de gezelschappen van Düsseldorf, Wenen en SintPetersburg. “Die zie je nooit in Nederland. Ze hebben allemaal aangeboden dat voor mij te doen”, zegt hij verguld. In de maand mei is er een Nederlandse tournee van Het Nationale Ballet met zijn balletten Metaforen, Concertante en Grosse Fuge. “Die zijn gekozen door Ted Brandsen en daar ben ik buitengewoon tevreden mee. Ik hóéf me er niet eens mee te bemoeien. Hij is fabuleus.” Metaforen was in 1965 spraakmakend vanwege het mannenduet, terwijl Van Manen alleen wilde laten zien dat twee mannen ook een pas de deux konden dansen. Grosse Fuge maakte hij in 1971, in de tijd dat Beethoven not done was. “Nou, alle klassieken waren not done. Denk aan Aktie Tomaat. Maar ik dacht: wat een prachtige muziek. Ik heb het gemaakt en iedereen roept nu dat het een van mijn beste balletten is. Het zal wel.” Van Manen maakt wat hij wil maken, zonder opsmuk, franje of decoratie. Met het woord ‘begrip’ moet je niet bij hem aankomen. “Neem George Balanchine. Een danser die graag wilde weten waar het ballet over ging, antwoordde hij: ‘Just dance the steps.’ Dan kom je er vanzelf achter! Fantastisch hè!” Is Balanchine uw leermeester? “Hij is mijn grote inspirator. Ik heb verder altijd goed om me heen gekeken: Martha Graham, Fred Astaire, noem maar op.
Hans van Manen
Rusland-expert Sjeng Scheijen schreef in het artikel Het internationale belang van Hans van Manen dat ik alle grote bewegingen in de dans van de 20ste eeuw opzoog. Scheijen heeft de biografie van Diaghilev geschreven, en De Avantgardisten, allebei bestsellers. Hij schrijft nu mijn biografie. Hij werkt in een benedenhuis in Amsterdam met zes kasten vol artikelen die ik heb uitgeknipt. Moet u eens lezen wat hij schreef in het seizoensboek van Nationale Opera en Ballet, ik sta er versteld van hoe hij dat opschrijft.” ‘Er bestaat een beroemde anekdote over Hans van Manen en Benno Premsela, waarin een vaas een hoofdrol speelt. Hans was nog jong, danste wel al, maar was nog geen choreograferende beroemdheid. Premsela was nog niet de beroemde ontwerper, maar had enige bekendheid als decorateur van de Bijenkorf, en misschien al als een voorvechter van homorechten. Hans was bij Benno thuis in Amsterdam toen die een pakket uit Milaan ontving. Een schitterende vaas van Venini, voor het toen indrukwekkende bedrag van honderdvijftig gulden. Zoiets was in Nederland niet te koop. Benno was speciaal naar Milaan gegaan om de vaas uit te zoeken en te bestellen. Toen hij de vaas had uitgepakt riep hij: ‘Vangen’ en gooide hem zo door de keuken naar Hans toe. Die bedacht zich geen seconde en gooide de vaas terug. ‘Toen liep ik weg, ik dacht, nu blijft ie het doen.’ Zo werd er in die kleine wereld waarin Hans volwassen werd naar kunst gekeken. Schoonheid was belangrijk, je moest bereid zijn er een hoge prijs voor te betalen, je moest bereid zijn om een lange reis te maken om het krijgen, je moest het verstand en het oog hebben om te kiezen – er was kortom bijna niets belangrijkers, maar onderdanige verering voor kunst sloeg nergens op.’ “Een voorbeeldig gebruik van een anekdote voor een biografie! Ik heb nog niks gelezen maar ben nu al ongelooflijk blij met deze man als biograaf. Hij
interviewt me nooit. We hebben wel ettelijke malen met elkaar gegeten maar vragen worden er niet gesteld.” Van Manen voelt zich gezond. “Mijn benen zijn niet meer wat ze geweest zijn en een trap oplopen gaat wat moeilijk.” Met het bovenwerk is niks mis. “Kijken naar snooker helpt: dat is een soort meedenken met de spelers, vergelijk het met schaken. Hoe je de stok houdt, waar je de bal raakt, wat het gevolg van een stoot zal zijn. Razend interessant om naar te kijken. Dat houdt je geest fit.” •
p. 51
HOLLANDS Glorie
© Jannes Linders
Pronkstuk Pronkstuk van vanhet hetNieuwe NieuweBouwen Bouwen Industrieel erfgoed: de Van Nellefabriek in Rotterdam Le Corbusier noemde de Van Nellefabriek ‘het mooiste schouwspel van de moderne tijd’ en ook Amerikaanse modernistische architecten raakten in vervoering van dit ‘gedicht in staal en glas’. De Van Nellefabriek is sinds 2014 opgenomen in de Werelderfgoedlijst van UNESCO en is een van de iconen van Het Nieuwe Bouwen in Nederland.
•
Tekst Fabian Takx Foto’s Chabot Museum
Het 'gekromde' kantoorgebouw van de Van Nellefabriek.
p. 53
De fabriek is als een wezen van staal en glas dat vier transportbruggen als tentakels uitstrekt.
HOLLANDS Glorie
Van Nellefabriek
© Ossip van Duivenbode
© Eva van der Craats
V
an Nelle, dat al sinds 1782 bestaat, doet in koloniale waren – tabak, thee en koffie. Aan het begin van de vorige eeuw groeit het uit zijn bedompte behuizing aan de Leuvehaven, daarom is een nieuwe fabriek hard nodig. In Overschie, dan nog net buiten Rotterdam, is ruimte genoeg voor de 2700 personeelsleden en het transport van de grondstoffen kan via het spoor en het water van de Schie plaatsvinden. Cees van der Leeuw komt in 1917 in de directie, als hij 27 is. Zijn familie zit al vanaf 1837 in het bedrijf. Enthousiast neemt hij de taak op zich om een ‘Toekomstfabriek’ te laten bouwen. Hij oriënteert zich op de nieuwste productiemethoden en industriële architectuur en gaat met architect Michiel Brinkman op studiereis naar Amerika en naar het Duitse Dessau, waar Walter Gropius het nieuwe Bauhausgebouw heeft ontworpen. Van der Leeuw is een zeer vooruitstrevend man met een grote belangstelling voor kunst, architectuur en cultuur. Hij is een aanhanger van de theosofie, een spirituele stroming die ook Mondriaan en de kunstenaars van De Stijl in zijn ban heeft. Licht, lucht en ruimte zijn daarin belangrijke waarden, net als hygiëne en ergonomie. De werkomstandigheden voor het personeel moeten optimaal zijn. Als Michiel Brinkman in 1925 plotseling overlijdt, nemen zijn zoon Jan en diens nieuwe vennoot Leendert van der Vlugt de opdracht over. Hun bureau Brinkman & Van der Vlugt ontwerpt de fabriek, die in de jaren 1928-1932 verrijst. MOOI EN EFFICIËNT Van verre zijn de rode neonletters van Van Nelle boven het ‘glazen paleis’ al zichtbaar. Zodra we de portiersloge en de slagboom van het fabrieksterrein voorbij zijn, worden we ‘omarmd’ door het gekromde kantoorgebouw. Al heeft het maar één arm. Daarachter ligt de 220 meter lange vliesgevel van de fabriek. Een transparant wezen van staal en glas dat vier transportbruggen als tentakels uitstrekt naar het Expeditiegebouw aan de overkant. Door de vele ramen achter de glasgevel zijn de elegante paddenstoelkolommen zichtbaar die de constructie van gewapend beton dragen en vloeiend overgaan in de gladde plafonds. De sleuven in de achtzijdige kolommen dienden om tussenwanden te kunnen plaatsen, zodat het gebouw steeds anders kon worden ingedeeld. Op de hogere verdiepingen worden de kolommen dunner, omdat ze minder gewicht hoeven te torsen. Onze gids vertelt dat ingenieur Jan Wiebenga, de
Ingenieur Jan Wiebenga heeft alle kolommen tot op de millimeter doorberekend. Een computer die het later narekende, kon het hem niet verbeteren
meest vooraanstaande betonconstructeur van het Nieuwe Bouwen, alle kolommen tot op de millimeter heeft doorberekend. Een computer die het later narekende, kon het hem niet verbeteren. Van buiten was de fabriek het toonbeeld van een moderne industriële werkplek. Achter de ramen zag men het personeel in hun stofjassen tussen de lopende banden en machines op en neer draven. Buiten zwaaiden de glazenwassers vanuit hun cabine die zich met kabels langs een metalen rail op de dakrand bewoog. Al is het een schoonheid van een gebouw, het functionele en de efficiency bepalen de vormgeving. Zo kan de directie via een luchtbrug van het kantoorgebouw naar de tabakdivisie zonder nat te worden. De kwaliteitscontroleurs hebben hun eigen wenteltrap, zodat ze niet door andere geuren onderweg van hun à propos worden gebracht. VAN BOVEN NAAR BENEDEN De logistiek is ook uiterst rationeel. De koffiebonen, theebladeren en tabaksbladeren worden gelost aan de Schie en naar het aangrenzende Expeditie-
>
p. 55
Volksverheffing is in die tijd bon ton, dus zijn er in het gebouw ook een kleine bibliotheek, een kunstkring en een theatervereniging
BUSTOER NAAR DE VAN NELLEFABRIEK Vanaf het Chabot Museum, schuin tegenover Museum Boijmans van Beuningen en het spectaculaire nieuwe Depot, kun je met een busje naar de Van Nellefabriek. De gids bij deze tour door het erfgoed van het Nieuwe Bouwen (ook de Nieuwe Zakelijkheid genoemd) wordt geleverd door UrbanGuides, in ons geval is dat de deskundige Gritta Ewald. De rondleiding begint direct bij het museum, een modernistische villa uit 1938. Om de hoek ligt een villa voor een directeur van de Van Nellefabriek die je kunt bezichtigen, Huis Sonneveld, in 1933 gebouwd naar een ontwerp van Brinkman & Van der Vlugt. Overigens ook de architect van Feyenoordstadion De Kuip. Die villa bezoek je tijdens deze tour niet, maar de gids vertelt er wel over en becommentarieert onderweg naar de Van Nellefabriek kenmerkende gebouwen uit de architectonische geschiedenis van Rotterdam. Na de uitgebreide fabrieksrondleiding kun je bij terugkeer het Chabot Museum bezoeken, waar behalve de expressionistische schilderijen van Hendrik Chabot (1894-1949) ook wisselexposities van tijdgenoten plaatsvinden. De rondleidingen (inclusief bus en entree tot het Chabot Museum) zijn er ieder weekend en te boeken via het Chabot Museum. chabotmuseum.nl
HOLLANDS Glorie
gebouw gebracht. Van daaruit gaan ze via de diagonale ‘dynamische’ transportbruggen naar de bovenste verdieping van de desbetreffende fabriek; een voor koffie en thee, een voor tabak. In de fabriek verloopt de verwerking van boven naar beneden om te profiteren van de zwaartekracht. Op de bovenste verdieping wordt het ruwe product gesorteerd, daaronder vinden de bewerkingen plaats en op de begane grond wegen en verpakken jongedames de Van Nelle-shag, koffie en thee. Daarna gaat het eindproduct via een andere luchtbrug weer naar het Expeditiegebouw om te worden geëxpedieerd. Naast de expeditie ligt het Ketelgebouw voor de eigen energievoorziening. Achter de fabriek bevinden zich nog wat gebouwen, zoals een eigen brandweerkazerne, waar nu, o ironie, een barbecuerestaurant in zit, maar die halen het esthetisch niet bij het glazen paleis. We bezichtigen de koffiefabriek, het middelste gebouw. Op de begane grond wast het personeel zich direct nadat ze van hun fiets zijn gestapt, want ze moeten schoon aan het werk. Mannen en vrouwen worden strikt gescheiden. Ze hebben ieder hun eigen was- en omkleedruimte en een eigen trap naar boven, zoals te zien is in het mooie trappenhuis met dubbele schaartrap. Er moeten namelijk niet te veel ‘Van Nelle-baby’s’ komen, zoals in de oude fabriek. Er worden alleen ongetrouwde vrouwen aangenomen en zodra ze trouwen, volgt ontslag. Maar dat is in die tijd gebruikelijk, volgens onze gids. GISPEN-MEUBILAIR De koffiebranderij, met entree op de vierde etage, is een dubbele verdieping met een grote vide zodat de koffiebonen van bovenaf in de hoge machines konden worden gegoten. Nu is De Branderij een café-restaurant met origineel meubilair van huisontwerper Willem Gispen, die van Van der Leeuw ook carte blanche kreeg om de kantoren en de directievilla’s in te richten. Een Van Nelle-reclamebord, ronde Gispen-lampen aan het plafond, oude machines en foto’s van vroeger verhogen hier de nostalgische sfeer. Ook over de breedte van de fabriek is goed nagedacht: zeventien meter, zodat je in het midden nog net bij daglicht kunt lezen. De ramen kunnen van boven open, want goede ventilatie is essentieel. En het restwater van de branderij wordt gebruikt voor de verwarmingsinstallatie, dus ook daarin zijn Van der Leeuw en Brinkman en Van der Vlugt hun tijd vooruit. Van Nelle zorgt zo goed mogelijk voor zijn personeel. Volksverheffing is in die tijd bon ton, dus zijn er in het gebouw ook een kleine bibliotheek, een kunstkring en een theater-
© Jan Kamman
© Bob Goedewaagen
Links: Chabot Museum. Rechts: trappengang Van Nellefabriek.
vereniging. En natuurlijk: een gezonde geest in een gezond lichaam. Achter het fabrieksgebouw liggen de voetbalvelden van de bedrijfsclub ‘Rising Hope’ voor de mannen en de korfbalvelden voor de meisjes. Het kantoorpersoneel tennist. Er zijn ook moestuintjes en aardappelveldjes en een groot gazon waar het personeel kan ontspannen, maar ook die zijn verdwenen. Overigens is het wel wrang dat als de fabriek er eenmaal staat de economische crisis van de jaren dertig in volle gang is, en een groot deel van het personeel al moet afvloeien nog voor het van zijn nieuwe werkplek gebruik heeft kunnen maken. VAN NELLE ONTWERPFABRIEK In de jaren zeventig van de vorige eeuw wordt Van Nelle onderdeel van Douwe Egberts/Sara Lee, maar tot in de jaren
tachtig wordt hier nog koffie en thee geproduceerd. De tabaksdivisie wordt verkocht aan Philip Morris en zit hier nog tot 1995. In die jaren wordt een prijsvraag uitgeschreven wat er met het gebouw moet gebeuren. Het plan van de huidige Van Nelle Ontwerpfabriek wordt gekozen uit achttien deelnemers, omdat het zo veel mogelijk recht doet aan het erfgoed. Inmiddels is het pand doorverkocht, maar het blijft tussen de tachtig en honderdtwintig bedrijven in de creatieve industrie huisvesten, van ‘eenpitters’ tot een groot architectenbureau. Bovendien wordt Art Rotterdam hier gehouden en er is een galerie en een designwinkel. Cees van der Leeuw breekt met de theosofische beweging in Nederland en gaat direct na de voltooiing van de fabriek naar Wenen om psychiatrie te studeren bij onder anderen Sigmund Freud. Eind jaren dertig komt hij nog even terug in de directie en na de oorlog is hij voorzitter van een commissie die de architectonische wederopbouw van het gebombardeerde Rotterdam vormgeeft. Ze vergaderen in de ronde tearoom voor de directie boven de tabaksfabriek, met door het vele glas een optimaal zicht op het gehavende centrum van de stad in de verte. •
p. 57
ONZE KEUZE-BOEKEN Tekst & samenstelling Serena Caruso
Leve de Koning! René van Stipriaan is cultuurhistoricus en deskundige op het terrein van de 16de en 17de eeuw. Hij deed twintig jaar onderzoek naar het leven van Willem van Oranje voor zijn boek De zwijger. In deze biografie blijft Van Stipriaan dicht bij de stadhouder. We leren hem kennen vanaf zijn jonge jaren tot aan het moment dat de twee kogels van Balthasar Gerards zijn lichaam doorboren. En lezen over zijn successen en nederlagen,
de spanningen binnen zijn familie en zijn vier huwelijken. De afbeeldingen van Willem van Oranje ondersteunen het verhaal en brengen het tot leven. Dit boek is een aanrader voor elke liefhebber van de Nederlandse historie, onder wie Koning Willem-Alexander. Hij kreeg het eerste exemplaar uit handen van de auteur aangeboden. • René van Stipriaan, De zwijger, Querido Facto, €39,99.
Utrechtse lusthoven De provincie Utrecht kent vele kastelen en buitenplaatsen, met elk een eigen verleden. In dit boek worden vijftig Utrechtse lusthoven beschreven. Er is aandacht voor hun bouw, het ontstaan van de tuinen en voor de bewoners. Verhalen over rijkdom, macht en grondbezit van de vooraanstaande families passeren de revue, maar ook over ziektes, brand en oorlogsgeweld. Naast de kastelen en buitenplaatsen, komt u ook meer te weten over wat er in de buurt te beleven is. Sommige locaties zijn als museum toegankelijk, anderen zijn perfect voor een wandeling of zijn enkel te bezoeken op speciale dagen. Een ideale gids voor een dagje uit in de provincie Utrecht. • Lenneke Berkhout & René W.Chr. Dessing, Utrechtse buitenplaatsen, Lusthoven van adel, geestelijkheid en burgers, Kantoor Verschoor Boekmaker, €22,50.
Ultieme droombaan Een baan als boswachter klinkt als het ultieme buitenberoep; iedere dag rondlopen en tot rust komen in de natuur. De werkelijkheid is genuanceerder. Uiteraard is er een passende opleiding en werkervaring voor nodig, maar de baan brengt ook veel vergaderingen en papierwerk met zich mee. Wim Huijser, publicist en schrijver van ruim vijftig boeken en van vele artikelen in Hollands Glorie, onder ander de rubriek ‘De Boswachter’, droomde ooit ook van een carrière als boswachter. Uiteindelijk nam
HOLLANDS Glorie
zijn leven een andere wending, maar om toch een deel van deze jeugddroom te verwezenlijken, ging Huijser op pad met tientallen boswachters. Ze vertellen over hun natuurgebied, hun favoriete flora en fauna, maar ook over de realiteit van hun baan. Naast deze persoonlijke verhalen deelt hij 24 verschillende wandelroutes door heel Nederland. Perfect voor een winterse wandeling in het bos. • Wim Huijser, Het pad van de boswachter, KNNV Uitgeverij, €24,95.
Haagse wereldreizigster Wereldreizigster Alexine Tinne (1835-1869) was Nederlands eerste belangrijke fotografe. Haar avonturen begonnen in Europa, maar gingen daarna verder naar Afrika en Egypte. Toen ze wees werd en tijdens een noodlottige expeditie enkele andere dierbaren verloor, verruilde ze Den Haag voorgoed voor een leven van reizen door de Noord-Afrikaanse Sahara. Al snel sloten Marokkaanse en Algerijnse vrijgemaakte slaven zich bij haar aan. Tinne brak met de normen van haar tijd door zich te laten portretteren met deze groep alsof het haar familie was. Naast dit boek is er ook een groot overzicht van haar werk te zien in het Haags Historisch Museum. De tentoonstelling is tot en met 12 juni 2022 te bezoeken. • Maartje van den Heuvel, Alexine Tinne, Fotograaf, Haar wereldbeeld, WBOOKS, €29,95.
Ieder huisje heeft zijn kruisje Waarom is het ‘opa en oma’ of ‘vader en moeder’ en niet andersom? Waar komen familienamen vandaan? Al dit soort vragen omtrent familie worden beantwoord door Wim Daniëls. Wist u bijvoorbeeld dat de achternamen eindigend op -mans (Bouwmans) uit Zuid-Nederland komen, maar -man (Bouwman) uit het midden en het noorden? Hij schrijft over familiedrama’s, zoals de Kennedy-vloek, over roddeltantes en suikerooms, over heilige
en uitgestorven families. Bij elkaar een verrassend en luchtig portret over de groep mensen die voor altijd met elkaar verbonden zijn, waarbij anekdotes worden afgewisseld met feiten. Wim Daniëls is behalve taalkundige en schrijver ook theatermaker. Afgelopen voorjaar presenteerde hij samen met Huub Stapel de tv-serie Het dorp, naar zijn gelijknamige boek. • Wim Daniëls, Familie. Een portret, Alfabet Uitgevers, €22,50.
MAIL Wij mogen drie exemplaren van dit boek weggeven. Wilt u kans maken, ga dan &WIN naar hollandsgloriemagazine.nl en vul uw gegevens in bij Mail & Win.
p. 59
ONZE KEUZE-BOEKEN
Blauw bloed Oud geld, dubbele namen en deftigheid; hoe is het gesteld met het adellijke milieu en het patriciaat in naoorlogs Nederland? Het aantal adellijke families is door de eeuwen heen sterk verminderd, maar ze zijn zeker niet verdwenen. ‘Goede’ namen zoals ‘Van Wassenaer’, ‘Schimmelpenninck’ en ‘Van Rechteren’ worden nog steeds gedragen. In de befaamde rode en blauwe boekjes staan de genealogieën van dit soort (ooit) machtige families. Kees Bruin onderzoekt
hoe deze namen werden en worden gekregen en hoe ze in stand worden gehouden – of juist niet – in deze roerige periode in Nederland. Bruin publiceerde eerder boeken over Amsterdamse oude en nieuwe elites, het Nederlandse adelsbeleid, multicultureel samenleven in de Utrechtse volksbuurt en Rembrandtverering in de 20ste eeuw. • Kees Bruin, Goede namen, WBOOKS, €24,95.
Art Nouveau is overal “Als je in enkele woorden wilt samenvatten wat de Art Nouveau in Nederland een eigen gezicht heeft gegeven, dan zijn het verblendsteen, hoefijzerbogen, verticale accenten in de vorm van hoektorens en tegeltableaus”, schrijft Bé Lamberts in zijn boek over deze stroming in de architectuur rond 1900. Een imposant boek, waar vijftien jaar verzamelen van informatie en beeldmateriaal aan voorafging. Bouwwerken in Amsterdam, Utrecht en Groningen komen voorbij, maar er is ook aandacht voor gebouwen in kleinere steden zoals Haren, Zutphen en Drachten. Het laatste hoofdstuk richt zich op de kunststroming buiten Nederland. Heerlijk om doorheen te bladeren en je te vergapen aan de kleurrijke kunstwerken in glas in lood. De context die Bé geeft, is zeker het lezen waard. • Bé Lamberts, Art Nouveau in Nederland. Architectuur rond 1900, Noordboek, €49,90.
Nederlandse vriendschapsmissie Heeft u ooit gehoord van de diplomatieke vriendschapsmissie van Isaac Titsingh en Andreas van Braam? De kans is klein; de missie lijkt door velen vergeten. Toch is het een fascinerend verhaal, vol bonte personages en onderlinge intriges, dat zich afspeelt in Nederland en China aan het eind van de 18de eeuw. Het verhaal begint met de slopende reis van de twee diplomaten in 1795 naar de Chinese keizer Qianlong. Ze arriveerden precies op tijd aan
HOLLANDS Glorie
het hof voor de viering van diens zestigjarige regeringsjubileum. De keizer was gecharmeerd en overlaadde zijn gasten met gunsten en vertrouwelijke informatie. Helaas was het geluk van korte duur; terug in Nederland kwam Napoleon aan de macht en braken de Chinese-Engelse opiumoorlogen uit. Het bleek de laatste Europese missie naar het keizerlijke hof ooit te zijn geweest. • Tonio Andrade, Het laatste gezantschap, Querido Facto, €29,99.
12 X HOLLANDS + VANDYCK DEKBEDOVERTREK T.W.V. €149,95 NU SAMEN VOOR MAAR
€76 t.w.v. €149,95 De uitbundige bloemenpracht van dekbedovertrek Joyful brengt warmte én vreugde in uw slaapkamer. De warme toffeekleurige ondergrond en de tinten roze en paars zijn helemaal van deze tijd. De achterkant van het dekbed-overtrek is effen, de kussens hebben aan beide kanten een bloemenprint. Het dekbedovertrek is gemaakt van 100% katoensatijn waardoor het heerlijk zacht en soepel aanvoelt. Neem nu een tweejaarabonnement op Hollands Glorie en ontvang de dekbedovertrekset in de maat van uw keuze:
• 2 x eenpersoons (140 x 200/220) • 1 x tweepersoons (200 x 200/220) • 1 x lits-jumeaux (240 x 200/220)
WORD ABONNEE Kijk op www.hollandsgloriemagazine.nl of bel 088 2266637 De abonneeservice is op werkdagen bereikbaar van 9.00 tot 17.00 uur. Als bijdrage in de verzendkosten van het geschenk wordt eenmalig € 7 in rekening gebracht. Deze aanbieding geldt zolang de voorraad strekt. Neem contact op met de abonneeservice voor verzendtarieven naar het buitenland. U kunt het abonnement ook cadeau doen aan iemand anders, u ontvangt dan zelf het dekbedovertrekset.
‘Boeiend... Zeker voor lezers die houden van literaire thrillers met sociale nuance en ingetogen charme.’ The Wall Street Journal ‘Maakt dat je direct een ticket wilt kopen om je onder te dompelen in la France profonde.’ Irish Independent
Bruno Courrèges mag dan wel politiecommissaris zijn, eigenlijk heeft hij niet veel te doen in het kleine plaatsje Saint Denis in de Dordogne. Hij heeft een dienstwapen, maar dat draagt hij nooit. Hij heeft het recht mensen te arresteren, maar dat is in zijn loopbaan slechts één keer voorgekomen. Op Bevrijdingsdag wordt de grootvader van een Algerijnse dorpsgenoot dood aangetroffen. Men vermoedt een racistisch motief vanwege een groep extreem-rechtse jongeren die actief is in de buurt. Bruno is echter niet overtuigd en stelt een grondig onderzoek in, dat geheimen uit het verleden blootlegt en de verhoudingen binnen het dorp ernstig verstoort.
WALKER De zwarte diamant
‘Lyrisch. . . . Walker schetst de geneugten van wijn, eten, liefde en vriendschap van zijn Franse gemeenschap met duidelijke genegenheid maar zonder sentimentaliteit. Zijn dorpelingen zijn niet méér immuun voor de moderne tijd dan de rest van ons – ze drinken gewoon betere wijn.’ Publishers Weekly
De Engelsman Martin Walker (1947) is schrijver, historicus en politiek journalist. Hij werkte jarenlang voor The Guardian in o.a. Moskou en Washington. Sinds hij eind jaren negentig met zijn vrouw Julia een oude boerderij in de Dordogne kocht, schrijft hij thrillers over Benoît ‘Bruno’ Courrèges. brunochiefofpolice.com
Een zaak voor Bruno, chef de police
ISBN 978-90-831675-2-7
MARTIN WALKER Bruno chef de police
Martin
Het eerste deel in de sfeervolle, internationaal geprezen misdaadserie met Bruno, chef de police.
‘De geneugten van het leven in de Dordogne en een intrigerend mysterie… een winnende combinatie.’ Telegraph
Martin
WALKER
Bruno chef de police
Misdaad in het hart van de Dordogne
9 789083 167527 LITERAIRE THRILLER
Cover Bruno deel 1.indd 1
10-08-2021 12:31
‘Walkers ontspannen stijl en humor brengen zijn boeiende held en het charmante dorp tot leven. Een van de leukste boeken die ik in lange tijd heb gelezen.’ Sunday Telegraph
Op een zomerochtend wordt politiecommissaris Bruno Courrèges ruw gewekt door de sirene op het gemeentehuis van Saint Denis, die de vrijwillige brandweer oproept. Bruno volgt de brandweer naar een grote loods die in lichterlaaie staat en de omliggende wijngaard in vlammen zet. Korte tijd later wordt het dorp in de Périgord bezocht door een Californische wijnmaker met grootse plannen. Hij wil een enorm wijnhuis in de vallei opzetten, wat een aardige opsteker zou zijn voor de plaatselijke economie. Het plan zaait verdeeldheid onder de bewoners van Saint-Denis, waarbij de gemoederen hoog oplopen. Als er een moord wordt gepleegd, neemt de dreiging serieuze vormen aan. Bruno laveert tussen voor- en tegenstanders op zoek naar de dader en probeert te voorkomen dat deze nog grotere misdaden begaat… ‘Het echte plezier van het boek is de plek zelf…. Terwijl lezers worden aangetrokken door wijnproeverijen, diners met truffelomelet en de oude waardigheid van een Franse jachthond, neemt de spanning in het verhaal toe.’ Houston Chronicle De Engelse Martin Walker (1947) is schrijver, historicus en politiek journalist. Hij werkte jarenlang voor The Guardian in o.a. Moskou en Washington. Sinds hij eind jaren negentig met zijn vrouw Julia een oude boerderij in de Dordogne kocht, schrijft hij thrillers over Benoît ‘Bruno’ Courrèges. brunochiefofpolice.com
MARTIN WALKER De vergelding
Het tweede deel in de sfeervolle, internationaal geprezen misdaadserie met Bruno, chef de police.
Martin
WALKER De vergelding
Een zaak voor Bruno, chef de police
ISBN 978-90-831675-3-4
9 789083 167534 LITERAIRE THRILLER
LITERAIRE THRILLER
Cover Bruno deel 2.indd 1
09-08-2021 16:41
09-08-2021 16:46
De eerste drie delen van de sfeervolle, internationaal geprezen misdaadserie met Bruno, chef de police, zijn nu verkrijgbaar.
Op naar de top Ze zijn jong, enthousiast en gedreven. Leden van de vereniging Jeunes Restaurateurs combineren hun hartstocht voor koken met perfect gastheerschap. In elke uitgave van Hollands Glorie het spotlicht op een aantal adressen in Nederland waar u kunt kennismaken met het resultaat van hun ambitie. Bezoek de websites voor actuele openingstijden.
Cèpes Otterlo One Roermond Goyvaerts Eindhoven Orangerie De Pol Doetinchem Bentinck Amerongen Beejekurf Venray Savarin Rijswijk
© Heinen Delfts Blauw
Tekst Pieter J. Bogaers
p. 63
Cèpes in Otterlo
Met een Aziatisch-mediterrane aai
H
et Gelderse Otterlo is een klassiek esdorp aan de westelijke rand van het Nationale Park De Hoge Veluwe. Dat park is een indrukwekkend stiltegebied om te onthaasten, te voet of op de fiets. Met zo’n 5500 hectare natuur tot je beschikking moet dat lukken en helemaal als je er een overnachting aan koppelt in Hotel de Sterrenberg met een eersteklas gastronomische verzorging door Restaurant Cèpes. Hier wordt fine dining gepresenteerd in een ongedwongen, toegankelijke sfeer. Het interieur is warm en gezellig met een mix van materialen als hout, staal en beton. Cèpes wordt aangestuurd door chef Robert Hartelman. Na de recente verbouwingen is de keuken naar een hoger plan getild op het gebied van gerechten, wijn en beleving voor de gast. Hartelman stelde een kaart samen waarin Aziatische en mediterrane invloeden te bespeuren zijn. De Vlaamse inspecteurs van Michelin noemen het ‘een kwaliteitvolle keuken’ en zeggen verder: “De chef klopt graag aan bij leveranciers uit de buurt om kwaliteit te kunnen verzekeren. Hij combineert Frans en mediterraan om fraîcheur en een mooie afwisseling van smaken te creëren.” Gasten kunnen kiezen uit een vier-, vijf- of zesgangen-verrassingsmenu. In de gezellige lounge kunnen gasten ook kiezen uit de kleine kaart van Restaurant Cèpes. Wie hier zijn verblijf wil verlengen blijft gewoon slapen in Hotel de Sterrenberg. Dit viersterrenhotel beschikt over veertig hotelkamers met zes verschillende kamertypen, acht vergaderzalen, wellness
HOLLANDS Glorie
en buiten een jeu-de-boulesbaan. De kamers hebben een moderne zithoek, een badkamer met – naar keuze – inloopdouche of bad en zeer comfortabele bedden. Je kunt een fiets huren om de omgeving te verkennen. Maar je kunt natuurlijk ook in het hotel blijven om tot rust te komen in de wellness. Hier vind je sauna, stoombad, tepidarium, een fitnessruimte en een groter zwembad om baantjes in te trekken en een kleiner om in te bubbelen of te relaxen. Liefhebbers van kunst weten de weg te vinden naar het nabijgelegen KröllerMüller Museum, dat onder meer een indrukwekkende Van Gogh-collectie heeft. Het is beslist een stuk rustiger dan het populaire Van Gogh Museum in de hoofdstad. Restaurant Cèpes, Houtkampweg 1, Otterlo, 0318 591228 cepes.nl
•
Op naar de top
ONE in Roermond
•
Spannend team leidt no-nonsenserestaurant
H
et industrieel aandoende restaurant ONE is ondergebracht in een hal van de voormalige Roermondse ECI-fabriek. Het is een echt familierestaurant, waar uit eten gaan een feest is. Er is veel aandacht voor kunst, de keuken kookt gezond en licht en vaak uit eigen moestuin. De ambiance is gezellig, modern en levendig. In het winternummer van het culinaire magazine Bouillon staat een uitgebreid verhaal over deze bijzondere culinaire bestemming. De eindredacteur en uitgever schrijft over hoezeer hij onder de indruk is van de ongekunstelde gastvrijheid die allesbehalve stijf is in dit sterrenrestaurant. Grote bewondering heeft hij ook voor de keuken die maar liefst ongeveer de helft van de gerechten uit eigen moestuin haalt. ONE wordt geleid door chef Edwin Soumang en zijn partner Bethany DeLong, die het hun gasten naar de zin maakt. Tijdens een stage bij sterrenrestaurant De Echoput in Hoog Soeren kwam hij voor het eerst in contact met de verfijnde keuken. Na zijn opleiding ging
hij aan de slag bij het vermaarde restaurant Der Bloasbalg van het echtpaar Waghemans in het Zuid-Limburgse Wahlwiller. Hier leerde hij dat chef-kok zijn in een sterrenrestaurant meer betekent dan de hele dag roeren in pannen. Een chef is betrokken bij álle details van het restaurant. Internationale ervaring deed Edwin op bij culinaire goden als Georges Blanc (Vonnas, Frankrijk), Guillaume Brahimi (Sydney), Heston Blumenthal (VK) en – terug in Nederland – bij Jonnie Boer (De Librije, Zwolle). Het beste van al deze buitengewone ervaringen behield hij om een authentieke kookstijl te ontwikkelen. Op reis ontmoette hij zijn Canadese partner Bethany DeLong aan wie je alles kunt vragen over wijnen. Samen realiseerde het koppel hun gemeenschappelijke droom en opende restaurant ONE in 2007. Inmiddels fonkelen twee sterren boven hun spannende keuken. De eerste ‘gewone’ sinds 2010 en sinds vorig jaar hebben ze ook een ‘groene ster’ van Michelin als erkenning voor hun ‘plantaardige inspanningen’.
De chef wordt bijgestaan door Lotte Sanders die chef de cuisine is en aan de vis- en vleeskant staat. Voor de samenstelling van elk nieuw gerecht gaat ze met Edwin de moestuin in om de juiste combinatie te zoeken. Lotte deed voorheen ervaring op bij Margo Reuten (Da Vinci, Maasbracht). Rechterhand van Bethany is Joost van Tegelen. Hij beschouwt het als een uitdaging om passende wijnen bij elk gerecht te vinden. Daarover discussiëren ze met z’n vieren. Mensen die los van hun advies toch een eigen fles kiezen moeten later niet klagen dat het eten er minder bij past, vinden Bethany en hij. Voor een wat snellere ervaring is er ook nog Bistro TWO. Restaurant ONE, ECI 17, Roermond, 0475 600262 restaurantone.nl
p. 65
Goyvaerts in Eindhoven
Culinaire hemelbestormers
R
estaurant Goyvaerts ligt in het centrum van Eindhoven en is lid van JRE sinds oktober 2020. Achter de kachel staat een bijzonder drietal: de broers Jip, Yelle en Jesse Goyvaerts, alle drie chef-kok en elk voor 33,33 procent ‘patron’ van deze moderne eetlocatie. Ze bewandelden verschillende wegen en beschikken alle drie over hun eigen talenten. Gezamenlijk bezochten zij de Cas Spijkers Academie waar – na een strenge selectieprocedure – alleen de allerbeste kandidaten worden klaargestoomd voor de culinaire top van het land. Het trio werkte ook samen in de keuken van de met een ster gelauwerde Eindhovense chef-kok Yuri Wiesen. Ze brengen verder opgedane ervaring samen van restaurants als Wynwood, Avant-Garde Van Groeninge*, De Meulen, Boreas**, Bretelli*, De Leest in Vaassen*** en geheimtip-restaurant Vane van talent Casimir Evens. De broers combineren nu hun vaardigheden in de keuken van hun eigen restaurant om gasten omver te blazen met hun culinaire creaties. “We geloven in onszelf. Blind vertrouwen, blind proeven; we hebben blind dezelfde smaak. En we hebben een geheel eigen stijl. Een kookstijl die niet te vangen is onder één noemer. Het is
HOLLANDS Glorie
een mix van ons drieën. Het zijn zowel de gebundelde ervaringen als onze geestdrift die we tot uitdrukking willen brengen in de menukaart”, zeggen ze bijna in koor. Toch iets over hun kookstijl die je ‘internationaal’ kunt noemen met duidelijk aanwezige Franse invloeden. Naast het volgen van moderne culinaire stromingen, ontwikkelen de ambitieuze broers ook nieuwe trends. Zo wordt hier uitsluitend met hoogwaardige, seizoensgebonden producten gewerkt en dat draagt natuurlijk bij aan de kwaliteit van de smaakbeleving. Je kunt à la carte eten, maar ook kiezen tussen een drie- of zevengangenmenu. Restaurant Goyvaerts ligt in het hart van Eindhoven en dat maakt het een interessante bestemming. Zo zijn vele bezienswaardigheden te vinden op loopafstand van het restaurant. Denk aan het oer-Hollandse DAF Museum en het Van Abbemuseum, dat hedendaagse en experimentele kunst toont. Goyvaerts, Stratumseind 87, Eindhoven, 040 7856239 goyvaerts.nl
•
Op naar de top
Orangerie De Pol in Doetinchem
Dineren in een feeërieke kas
A
Aan de rand van Doetinchem, in het bosrijke gebied van De Pol staat Orangerie De Pol. Midden in de natuur is elk seizoen een unieke beleving doordat binnen en buiten met elkaar verweven zijn. In de Orangerie zijn ze een met de seizoenen, zowel in het decor, het uitzicht dat deze indrukwekkende eetgelegenheid biedt als in het menu. Omdat chef-kok Mark Captein vooral met producten werkt die op kleine schaal in de nabije omgeving worden geproduceerd tref je hier geen menukaart. Met internationale kooktechnieken combineert hij Achterhoekse producten met mondiale elegantie. Op de wijnkaart, samengesteld door sommelier, gastvrouw en zijn partner Marjolein van der Ham, tref je kwaliteitswijnen van zowel nationale als internationale herkomst. Op jonge leeftijd werkte Mark in de kaaswinkel van zijn ouders. Al snel begon hij te dromen van een eigen restaurant en besloot zich verder te ontwikkelen aan de koksschool. Bij verschillende toprestaurants deed hij ervaring op. Mark had echter hogere ambities en vertrok naar Bonaire, waar hij aan de slag ging bij het team van restaurant At Sea. In 2016 keerde hij terug naar Nederland bij Tante Kee, maar al gauw lonkte opnieuw het buitenland. Dit
keer samen met partner Marjolein naar Curaçao. Bij terugkeer zetten beide hun carrière voort bij restaurant De Nederlanden in Vreeland. In mei 2018 sloot Mark zich aan bij Orangerie De Pol, waar hij souschef werd. Eind van dat jaar werd hij samen met zijn partner Marjolein eigenaar van Orangerie De Pol. Mark Captein is voortdurend op zoek naar de mooiste producten uit de Achterhoek. Producten die aansluiten bij de ‘zero waste’-gedachte vormen het middelpunt van deze samenwerking. Elk klein onderdeel van een product kan leiden tot een bijzondere culinaire creatie. Naast streekproducten gebruikt de keuken van de feeërieke orangerie kruiden, vruchten en noten uit eigen tuin. De gerechten zijn daarom altijd geïnspireerd door het seizoen. Ze bieden gasten het hele jaar door al het moois dat de Achterhoek te bieden heeft.
•
Orangerie De Pol, Hulleweg 2, Doetinchem, 0314 317629 orangeriedepol.nl
p. 67
Bentinck in Amerongen
Eigentijdse cuisine in historisch decor
R
estaurant Bentinck maakt deel uit van het historische landgoed Kasteel Amerongen. Het kasteel werd gebouwd tussen 1674 en 1680 op de plaats van een middeleeuws kasteel dat in 1673 door de Fransen in brand werd gestoken. De tuinen bevatten nog steeds historische elementen, zoals de serre uit 1890. Het hele jaar door vinden op het landgoed evenementen plaats, evenals rondleidingen in het kasteel zelf. Natuurliefhebbers hebben genoeg te ontdekken in de omgeving van Amerongen. Natuurgebied De Eenzame Eik en het Amerongse Bos zijn prachtig om in te wandelen en te fietsen. Het restaurant bevindt zich in de voormalige paardenstallen van de historische buitenplaats bij Kasteel Amerongen. Het interieur van het restaurant is het best bewaarde historische stalinterieur van Nederland. Het wandtapijt, geschilderd door kunstenares Claudy Jongstra, en de wijnkamer (voorheen de zadelkamer) zijn absolute blikvangers. Het restaurant wordt geëxploiteerd door Peter-Paul Swijnenburg. Na zijn opleiding deed hij ervaring op als cateraar en leerde hoe hij culinaire evenementen moest organiseren en managen. Vijf jaar later werd hij voor Grand Catering locatiemanager van het Beatrixtheater in Utrecht. Als leidinggevende leerde hij hoe je een succesvolle bedrijfsstrategie moet realiseren. In 2006 startte hij samen met zijn vrouw Erika evenementenlocatie Buitenplaats Amerongen. Tien jaar later kwam daar evenementenlocatie Buitenplaats Sparrendaal in Driebergen bij. In 2017 werd het gloednieuwe restaurant Bentinck aan hun portfolio toegevoegd. Het keukenteam staat onder leiding van chef Frank Bakkenes (voorheen onder
HOLLANDS Glorie
meer de Vrienden van Jacob) en realiseert een eigentijdse Nederlandse keuken waarbij de kasteelmoestuin een belangrijke rol speelt. Met name oosterse specerijen, eigen kruiden, groenten uit eigen tuin en streekproducten van de Utrechtse Heuvelrug vormen de inspiratiebron voor de gerechten. Het restaurant biedt meerdere mogelijkheden voor bijzondere besloten bijeenkomsten. Zo zit je op de eerste rang van de open keuken aan de Chef’s Table. De wijnkamer, gesitueerd in de voormalige zadelkamer, is het charmante historische decor voor privébijeenkomsten en wijnproeverijen. De wijnkaart van Bentinck is compact en richt zich deels op lokale wijnen van Nederlandse bodem, zorgvuldig geselecteerd door de sommelier. Bentinck, Drostestraat 12, Amerongen, 0343 206002 / 06 14269335 restaurantbentinck.nl
•
Op naar de top
De Beejekurf in Venray
Met een nostalgische twist
E
en moderne, licht chique uitstraling, linnen op tafel, sfeervolle verlichting... Dat schetst zo’n beetje de ambiance van De Beejekurf in het Noord-Limburgse Venray. Ambitieloos is chef-kok Mathijs Jacobs bepaald niet. Al op jonge leeftijd wist hij wat hij wilde worden. De liefde voor koken erfde Mathijs van zijn moeder. Hij volgde onderwijs in hotelmanagement en mocht stage lopen bij chef Nico Boreas, die toen het team aanvoerde van Camille Oostwegels Kasteel Erenstein in Kerkrade. Boreas leerde hem dat je naast hard werken en discipline ook altijd moet genieten in dit vak. Vervolgens belandde Mathijs bij restaurant Onder de Boompjes, toen onder leiding van de inspirerende René Brienen (nu Brienen aan de Maas in Well). Mathijs werd er chef de partie. Daarna maakte hij de overstap naar Hof van Deurne in... precies, waar hij souschef werd bij Meesterkok Kees van Boerdonk. Mathijs kreeg van deze leermeester, die als geen ander de klassieke Franse keuken beheerste, een stevige basis. Bij Valuas ten slotte leerde hij van chef-kok Eric Swaghoven dat je alleen een Michelinster kunt krijgen – en behouden – door structuur en discipline. In 2013 was
Jacobs toe aan een eigen zaak en opende hij restaurant De Beejekurf in Venray. Een jaar later kwam zijn vrouw Hanneke Verstappen het restaurantteam versterken als gastvrouw. Jacobs staat bekend om zijn moderne kookstijl met een nostalgische twist. Het inkopen van lokale producten en het ondersteunen van regionale ambachtslieden vindt hij belangrijk. De vele smaakbelevingen die hij in het verleden ervoer, beïnvloedden zijn culinaire creativiteit van vandaag en dat levert mooie bordjes op. In de keuken van De Beejekurf worden met ingrediënten van eigen bodem heerlijke gerechten gecreëerd. Gastvrouw Hanneke heeft voor elk gerecht een mooie wijn in petto. Zo wordt de verfijnde keuken van deze chef-kok perfect aangevuld met Limburgse gastvrijheid. Synergie die leidt tot een onvergetelijke ervaring in Venray. Het koppel exploiteert ook nog het historische theehuis Beej Oda in het Venrayse Odapark, dat geschikt is voor (kleine) bijeenkomsten en (grote) evenementen. Restaurant De Beejekurf, Paterslaan 15, Venray, 0478 581869
•
debeejekurf.nl
p. 69
Savarin in Rijswijk
Bord, bed en wellness
I
•
HOLLANDS Glorie
k hoor u denken: waar ken ik die naam Savarin van? En ja, inderdaad, er is een prachtig romig witflorakaasje van koemelk dat Brillat Savarin heet. Maar de naam was er eerder dan de kaas want die werd in 1930 vernoemd naar Jean Anthelme Brillat-Savarin. Hij was vooral gastronoom en vroege food writer (1755-1826). De naam Savarin is dus een eerbetoon, een hommage, aan deze belangrijke historische figuur. Hotel-restaurant Savarin staat symbool voor het zintuiglijk genieten en naast bord en bed wordt wellness hier met een hoofdletter geschreven. Even aan het eigen welzijn werken gedurende een weekendje of midweek is erg populair en is eenvoudig te combineren met een dagje Den Haag, Scheveningen of Rotterdam. Interessante bezienswaardigheden in de omgeving zijn het statige arboretum Heempark in Delft en het historische Vredespaleis in Den Haag. Savarin komt uit de koker van Patrick van Zuiden, die al vroeg begon met zijn zakelijke carrière in de horeca als ondernemer en restaurateur. Zijn wortels liggen vrij ver van zijn huidige restaurant, in de Franse Ardèche. Daar startte zijn carrière. Terug in Nederland begon Patrick in 1994 samen met zijn toenmalige partner restaurant Savarin. Na zijn keukenopleiding werkte Patrick als chef-kok in de Frans georiënteerde
keuken. Restaurant Savarin was het eerste van vele succesvolle restaurants die Van Zuiden in de loop der tijd opende. Maar het blijft zijn absolute lievelingsplek, waar hij al zijn passie in stopt. In 2000 kocht Patrick de voormalige boerderij De Haan en verbouwde deze tot de huidige locatie van restaurant Savarin. In 2002 heropende het restaurant en in 2011 volgde een snelle uitbreiding met een vijfsterrenhotel en een ‘city spa’, waarmee het restaurant zijn culinaire en gastvrije erfgoed verder uitbouwde. Savarins chef streeft ernaar pure ingrediënten centraal te stellen. Dineren in restaurant Savarin wordt een onvergetelijke en exclusieve ervaring dankzij de uitstekende chef en sommelier. Een ware liefde voor de Franse keuken in combinatie met internationale invloeden is terug te vinden in de gerechten van restaurant Savarin. De chef gebruikt voornamelijk biologische ingrediënten, waarbij ook rekening wordt gehouden met het milieu tijdens de productie. Hier maakt de witte brigade zo veel mogelijk gebruik van lokale producten en combineert zij kennis van gastronomie, wijnen en gastvrijheid om die onvergetelijke ervaring te creëren. Hotel-restaurant Savarin, Laan van Hoornwijck 29, Rijswijk, 070 3072050 savarin.nl
KUNST UITGELICHT Tekst Fabian Takx
Een middeleeuws meesterwerk online Het gebedenboek van Maria van Gelre
Met crowdfunding een middeleeuws manuscript toegankelijk maken voor het grote publiek, dat is het verleden presenteren op een hedendaagse manier. Een zeshonderd jaar oud gebedenboek is te bekijken op de website van de Radboud Universiteit uit Nijmegen.
V
ogels, acanthusbladeren, een beer die in een boom klimt, ruiters op varkens, fantasiewezens als griffioenen en draken, een smid of een andere ambachtsman. Het zijn drôleries, naar drôle, grappig in het Frans. In totaal staan er 121 van dit soort amusante verluchtingen in het gebedenboek van Maria van Gelre, aan de ‘recto’-zijde (links is ‘verso’). Naast gebeden in sierlijke letters, met bloemenslingers en andere motieven eromheen. Ook zijn er honderden miniaturen en initialen met verfijnde afbeeldingen te zien. Dit middeleeuwse gebedenboek telt maar liefst negenhonderd bladzijden, met gebeden voor ieder moment van de dag. En van het jaar, want een gelovige bad het hele jaar door, meestal voor Jezus, Maria, God de Vader of een heilige van wie de feestdag was aangebroken. En tussen de kunstig gekopieerde teksten door genoot hij van het prachtige handschrift en de kunst van ambachtelijke meesters. In dit geval zij, want opdrachtgever
HOLLANDS Glorie
was hertogin Maria van Gelre, die leefde van 1380 tot 1428, al is dat laatste niet zeker. Ze werd in Frankrijk geboren als Marie d’ Harcourt en was hofdame van Valentina Visconti, de vrouw van Lodewijk van Orléans. Die weer de broer was van de ‘gekke’ koning Charles d’Orléans. In 1405 werd Marie uitgehuwelijkt aan de 40 jaar oude Reinoud IV, hertog van Gelre. Hij had een paar onwettige kinderen maar geen stamhouder. Helaas bleef het huwelijk kinderloos. De bruidsschat was ter beschikking gesteld door Louis d’Orléans, op voorwaarde dat er kinderen zouden komen. Maar Louis werd in 1407 vermoord, dus het is onwaarschijnlijk dat het geld is terugbetaald. BOEKVERLUCHTERS Het gebedenboek is een van de mooiste en belangrijkste handschriften uit de Noordelijke Nederlanden van het begin van de 15de eeuw. Bekend is dat de kopiist, een broeder
uit het Arnhems klooster Mariënborn, de tekst in 1415 klaar had. Bijzonder was dat Maria, die toch een Franse achtergrond had, het boek in het Nederduits liet opstellen. Veel teksten lijken speciaal geschreven of vertaald, maar er zijn ook bekende gebeden bij. Daarna moest het nog worden geïllustreerd, dus wanneer het boek klaar was, is ongewis. Nadat Reinoud in 1423 was overleden, hertrouwde Maria in 1426 met Ruprecht van Berg, hertog van Gulik. Maar ook als weduwe liet ze haar gebedenboek nog voortdurend uitbreiden. Belangrijk waren bijvoorbeeld de ‘getijdengebeden’. De dag was verdeeld in zeven of acht ‘getijden’ waarop gebeden moest worden volgens voorgeschreven teksten. Maar er staat ook een persoonlijk gebed in dat Maria kon bidden voor haar overleden man Reinoud. De psalmen van David uit het Oude Testament, in die tijd heel populair, staan ook in dit gebedenboek. Op veel miniaturen staat een heilige
afgebeeld of een scène uit de Bijbel. Na een miniatuur volgen gebeden. Daarnaast zijn er de gehistoriseerde initialen, sierlijke beginletters waarin voorstellingen of figuren zijn geschilderd. In het gebedenboek staan er 174. Op de website staat ook Engelstalige uitleg over de afbeeldingen. De illuminaties zijn gemaakt door ambachtelijke boekverluchters die niet bij name bekend zijn en aangeduid worden als ‘de meesters van Otto van Moerdrecht’ of ‘meester van Maria van Gelre’.
Bijzonder was dat Maria, die toch een Franse achtergrond had, het boek in het Nederduits liet opstellen
In 2015 hebben 350 donateurs ruim € 30.000 bijgedragen aan een crowdfunding-actie die is opgezet door professor Johan Oosterman om onderzoek te kunnen doen en het gebedenboek toegankelijk te maken.
Het origineel bevindt zich in losse bladen in twee bibliotheken, het leeuwendeel in de Staatsbibliothek Berlin en een kleiner deel in een Weense bibliotheek. Eind 2018, begin 2019 was er een expositie in Museum het Valkhof in Nijmegen en er verscheen een wetenschappelijke publicatie. Sinds 2017 staat het hele gebedenboek online. Zo kan iedereen genieten van dit middeleeuwse meesterwerk. • • The prayer book of Mary of Guelders, bijzonderecollecties.ubn.ru.nl
p. 73
OOSTERSCHELDEKREEFT MET LAMSOOR
HOLLANDS Glorie
roente G genot De ‘filosofie’ van ‘Nederlands beste groentechef’ Niven Kunz en zijn vrouw Virginie van restaurant Triptyque lijkt simpel: 80/20. Tachtig procent groente en twintig procent vis, vlees of gevogelte. Maar wat een heerlijke combinaties weten zij daarmee op tafel te zetten! In hun kookboek Groentemenu’s denken ze vooral aan de thuiskok.
OOSTERSCHELDEKREEFT MET LAMSOOR INGREDIËNTEN: • 2 stengels bleekselderij, in grove stukken • 1 wortel, in grove stukken • ¼ knolselderij, in grove stukken • ½ prei, in grove stukken • 10 zwarte peperkorrels • 2 laurierblaadjes • zout en peper • 1 Oosterscheldekreeft • 20 g roomboter • 150 g lamsoor • 1 citroen, in vieren BEREIDINGSWIJZE:
Zet een ruime pan met water op en voeg alle groenten behalve de lamsoor toe, gevolgd door de peperkorrels, laurierblaadjes en zout naar smaak. Breng aan de kook en laat 10 minuten trekken. Verwijder vervolgens de groenten en specerijen en breng het water opnieuw aan de kook. Voeg nu de kreeft toe en kook hem 6 minuten. Dompel de kreeft vervolgens onder in lauw water en maak hem schoon. Smelt de roomboter in een pan, stoof de lamsoor kort,
breng op smaak met peper en garneer de kreeft ermee. Geef de partjes citroen erbij om erover uit te knijpen. BEARNAISE INGREDIËNTEN: • 100 g roomboter • 20 ml witte wijn • 20 ml azijn • 3 eidooiers • zout en peper • 3 g dragon, fijngehakt EXTRA BENODIGDHEDEN: • Garde BEREIDINGSWIJZE:
Smelt de boter op laag vuur en zet hem opzij. Doe nu in een andere pan de witte wijn, azijn, eidooiers en wat zout en peper naar smaak. Klop dit mengsel op laag vuur met een garde luchtig op en schenk ondertussen druppelsgewijs de boter erbij, blijf goed roeren met de garde totdat alle boter is toegevoegd. Roer vervolgens de dragon erdoor.
p. 75
Caponata van blauwe bessen en rode aalbessen • recept op pagina 78
FRISSE SALADE VAN ARTISJOK • recept op pagina 78
HOLLANDS Glorie
Groentegenot
SPRUITJESSOUFFLÉ • recept op pagina 78
p. 77
FRISSE SALADE VAN ARTISJOK INGREDIËNTEN VOOR DE SALADE: • 100 g kropsla, bladeren losgehaald • 4 artisjokharten, in vieren • 250 g haricots verts, beetgaar gekookt en in vieren • 2 hardgekookte eieren, in vieren • 20 g gerookte amandelen, fijngehakt • zout en peper • olijfolie VOOR DE LAVENDELDRESSING • 2 lavendeltakjes • 250 ml zonnebloemolie • 2 eidooiers • 1 tl mosterd • 1 el wittewijnazijn • zout en peper EXTRA BENODIGDHEDEN:
diepe schaal, staafmixer + maatbeker, fijne puntzeef BEREIDINGSWIJZE:
Leg de slabladeren onder in een schaal en schik de artisjok, haricots verts en als laatste het ei erop. Bestrooi met de amandelen, voeg zout en peper naar smaak toe en sprenkel er een scheutje olijfolie over. Doe voor de dressing de takjes lavendel met de zonnebloemolie in een maatbeker en mix ze fijn met een staafmixer. Schenk dit mengsel door een puntzeef. Klop de eidooiers los met de mosterd, wittewijnazijn, zout en peper naar smaak. Voeg druppelsgewijs de lavendelolie toe en mix met de staafmixer tot een mooi gladde massa. Serveer de dressing bij de salade.
HOLLANDS Glorie
SPRUITJESSOUFFLÉ
GRIESMEELPUDDING
INGREDIËNTEN: • klontje boter om in te bakken • 100 g schouderham, in dunne reepjes • 6 eieren • zout en peper • 100 ml groentebouillon, afgekoeld • 150 g geraspte Old Amsterdam • 350 g spruitjes, geschoond en gehalveerd
INGREDIËNTEN: • 1 blaadje gelatine • 250 ml melk • geraspte schil van ½ citroen • 40 g griesmeel • 40 ml eiwit • 50 g suiker • 250 ml room • 4 el honing • 20 verse frambozen • 2 Bastognekoeken • vanille-ijs, 1 bolletje per persoon
EXTRA BENODIGDHEDEN: • Ovenschaal BEREIDINGSWIJZE:
Verwarm de oven voor op 180 °C. Verhit een klein klontje boter in een koekenpan en bak de schouderham aan. Klop in een kom de eieren los en breng op smaak met zout en peper. Voeg de (afgekoelde) groentebouillon toe en meng goed. Doe de kaas en schouderham erbij en breng op smaak met zout en peper. Verdeel de spruitjes over een ovenschaal en overgiet ze met het eimengsel; de spruitjes moeten er goed mee bedekt zijn. Bak het geheel 30-35 minuten in de oven. De bovenkant van de soufflé moet mooi goudbruin zijn.
EXTRA BENODIGDHEDEN: • garde, spatel, puddingvormpjes BEREIDINGSWIJZE:
Week de gelatine 5 minuten in 100 ml koud water. Breng in een steelpan de melk en citroenrasp zachtjes aan de kook. Voeg het griesmeel toe, klop met een garde en gaar het geheel op laag vuur. Knijp de gelatine uit, roer hem door het warme griesmeelmengsel en laat buiten de koelkast goed af koelen. Klop in een kom het eiwit en de suiker met een garde tot een luchtige massa. Klop in een andere kom de room lobbig met een garde. Spatel eerst het eiwit door het griesmeelmengsel en dan de room. Verdeel de griesmeelpudding over vormpjes naar keuze en laat 2 uur in de koelkast afkoelen. Stort de puddinkjes op borden en garneer met de honing en frambozen. Verkruimel nu wat Bastognekoeken en leg op het bord naast de griesmeelpudding. Schep tot slot een mooie bol vanille-ijs op de crumble.
Groentegenot
GRIESMEELPUDDING
p. 79
POMPOENHASSELBACK MET LAURIER
POMPOENHASSELBACK MET LAURIER INGREDIËNTEN: • 2 flespompoenen (ca. 1,3 kg) • 12 laurierblaadjes • 8 stuks steranijs • 125 g roomboter • 125 g honing • zout en peper • geraspte schil van 1 sinaasappel BEREIDINGSWIJZE:
Verwarm de oven voor op 200 °C. Schil de pompoenen, halveer ze in de lengte en verwijder de pitten. Leg ze op een bakplaat en bak ze 20 minuten in de oven. Snijd ze vervolgens om de 0,5 cm in. Scheur de laurierblaadjes en steek ze in de ingesneden delen van de pompoen. Voeg ook twee stuks steranijs toe aan elke pompoenhelft. Smelt de boter in een steelpan en meng de honing erdoor. Bestrijk de pompoenen met dit mengsel. Bak de pompoenen 10 minuten in de oven en bestrijk ze dan nogmaals met het mengsel. Herhaal dit drie keer (totale oventijd: 30 minuten). Voeg zout en peper naar smaak toe. Bestrooi met de sinaasappelrasp.
Niven Kunz en Virginie van Bronckhorst, Groentemenu's. Etentjes voor thuis van Nederlands beste groentechef. Kosmos Uitgevers, €29.
HOLLANDS Glorie
6X HOLLANDS + KOOKBOEK GROENTEMENU’S NU VOOR MAAR
€ 38 Het groene goud Is gezonder eten dit jaar een van uw goede voornemens? In Groentemenu’s laten sterrenchef Niven Kunz en zijn vrouw Virginie van Bronckhorst zien hoe u thuis veelzijdige en overheerlijke gerechten maakt met groente! Wat dacht u van Italiaanse gnocchi met spinazie, groene asperges en pittige tomatensaus of een Indonesische rijsttafel met sajoer bajem, frikadelpan en kwee klepon? In dit kookboek staan ‘groene’ menusuggesties, maar uiteraard zijn de recepturen ook prima afzonderlijk te bereiden en te combineren met vlees of vis.
WORD ABONNEE Kijk op www.hollandsgloriemagazine.nl of bel 088 2266637
De abonneeservice is op werkdagen bereikbaar van 9.00 tot 17.00 uur. Als bijdrage in de verzendkosten van het geschenk wordt eenmalig € 7 in rekening gebracht. Deze aanbieding geldt zolang de voorraad strekt. Neem contact op met de abonneeservice voor verzendtarieven naar het buitenland. U kunt het abonnement ook cadeau doen aan iemand anders, u ontvangt dan zelf het kookboek.
ONZE NIEUWE COLUMNIST
Job van Tol
‘Als dierverzorger moet je ook goed met mensen kunnen omgaan’ Job van Tol is dierverzorger in Artis. Onlangs verscheen van hem De oppasser, dat inmiddels drie drukken heeft beleefd en alom wordt geprezen. Volkskrant-columnist Sylvia Witteman noemde het ‘een heerlijk boek’ en betreurde het dat ze zelf geen ‘dierenoppasser’ was geworden.
Tekst Fabian Takx
D
e 36-jarige Van Tol werkt sinds dertien jaar in Artis, waar hij vooral de vogels verzorgt, met name de pinguïns en gieren. Maar ook de andere dieren krijgen ruimschoots aandacht in De oppasser, net als de geschiedenis van Natura Artis Magistra, de Amsterdamse dierentuin die in 1838 werd opgericht en een van de oudste van Europa is. Op de cover staat apenverzorger Willem Houtman met zijn markante krulsnor. In zijn armen zit Mafuka, een hoog intelligente bonobo met vele talenten. Zo kon hij de vloer aanvegen, koffiemalen en touwtjespringen. Van Tol heeft intensief research gedaan naar dit soort markante figuren en dieren, waarbij hij kon putten uit de grote archieven van de dierentuin. Zo leren we Gerardus Frederik Westerman kennen, de eerste directeur van Artis, dierenpreparateur Louis Paul Steenhuizen en zijn vriend Jac. P. Thijsse, aan wie het natuurbehoud en de natuureducatie in Nederland veel te danken heeft. We zitten in het personeelsverblijf van Artis, waar het enigszins dierlijk ruikt. Van Tol: “In een dierentuin wordt de band tussen mens en dier versterkt. Heel veel jonge kinderen maken hier voor het eerst kennis met allerlei dieren uit de hele wereld. Dat geldt voor mij ook, de dagen dat ik als kind met mijn ouders door Artis liep vergeet ik nooit meer.” Hij en zijn collega’s vertellen graag over hun werk. “Als dierverzorger moet je ook
HOLLANDS Glorie
goed met mensen kunnen omgaan”, zegt hij glimlachend. “We beantwoorden graag vragen van het publiek en we hebben het programma De dierverzorger vertelt, waar veel mensen op af komen. Iedereen houdt natuurlijk van pinguïns, olifanten en giraffen, maar door deze verhalen leer je ook sympathie te krijgen voor dieren die meestal eng en lelijk worden gevonden, zoals de gieren. Of voor het beerdiertje, als de laborant in Micropia daarover vertelt.” GENOEG PRIKKELS In zijn boek gaat hij ook in op de veelgestelde vraag of het niet zielig is voor de dieren om te leven in een dierentuin. Hij wijst erop dat door de internationale fokprogramma’s van dierentuinen met uitsterven bedreigde soorten als de Afrikaanse pinguïn behouden blijven. Later kunnen die dan soms weer worden uitgezet in de natuur. Dat dierentuinen ‘tegennatuurlijk’ zijn en dieren veel meer
© Marlies Wessels
MAIL Wij mogen drie exemplaren van dit boek weggeven. Wilt u kans maken, ga dan &WIN naar hollandsgloriemagazine.nl en vul uw gegevens in bij Mail & Win.
vrijheid en ruimte nodig hebben, is een romantisch idee, volgens Van Tol. “Kamelen of zebra’s moeten soms honderden kilometers door de woestijn lopen om iets eetbaars te vinden. Jane Goodall, de bekende Britse primatoloog, was hier een keer op bezoek. Ze zei: ‘Een chimpansee in het oerwoud leeft voortdurend in angst dat hij wordt opgegeten door een soortgenoot of door een mens wordt neergeschoten. Hier wordt er voortdurend naar hem omgekeken en heeft hij altijd genoeg te eten.’” Wel is het essentieel dat de dieren genoeg prikkels krijgen, soortgenoten hebben en hun natuurlijke gedrag kunnen vertonen, legt Van Tol uit. Maar in een dierentuin als Artis staat het dierenwelzijn altijd voorop. Al toen hij vier jaar oud was, wist hij dat hij dierverzorger wilde worden. “Bij ons thuis in Alphen aan den Rijn hadden we katten, slangen en een duif. Die duif hadden mijn vader en ik gewonnen bij een namenwedstrijd op een braderie. Wij
bedachten de naam Sunny, terwijl anderen niet verder kwamen dan Gerrit.” Van een duif kun je al veel leren, zegt hij. “Duiven zijn monogaam, net als pinguïns en gieren. Het zijn enorm sociale dieren. Zodra ik het huis binnenkwam begon hij al te koeren en te lachen. Ja, dat doen ze ook.” Hij volgde geen officiële opleiding tot dierverzorger, maar studeerde aan de pabo en daarna geschiedenis aan de universiteit. Maar zijn droom liet hem niet los, dus toen hij op zijn achttiende een vacature zag voor afwashulp in Avifauna drong hij net zolang aan tot hij werd aangenomen. Daarna toonde hij zoveel enthousiasme dat hij de vogels mocht gaan verzorgen, en na vier jaar wist hij op dezelfde manier bij Artis binnen te komen als flexkracht, waarna hij doorgroeide naar zijn huidige werk. Iedereen wil nu eenmaal dierverzorger worden, en het verloop is minimaal. “Veel dierverzorgers blijven hun leven lang bij dezelfde dierentuin werken. Afgelopen zomer is er nog een collega na vijftig jaar met pensioen gegaan, en dat is geen uitzondering. Het is alleen maar een voordeel, want je hecht je enorm aan je dieren en het is bij uitstek een ervaringsvak.” In zijn column zal hij vertellen over zijn werk, Artis en de relatie tussen mens en dier. Al is dat volgens hem een misleidende uitdrukking. “Er is geen scheidslijn tussen mens en dier, want wij zijn natuurlijk ook gewoon dieren.” •
p. 83
DIERENMANIEREN
Job van Tol is dierverzorger in Artis en auteur van De oppasser.
Ik ben net klaar met het voeren van de pinguïns en loop nog één laatste ronde langs het verblijf. Op een bankje zitten een moeder en dochter. De dochter ziet mij aankomen, springt van de bank en staat vlak voor mij stil. “Ik wil later pinguïn worden”, zegt ze tegen me met een grote glimlach op haar gezicht. Ik lach terug. “Geen pinguïnverzorger?”, vraag ik aan haar. “Nee”, bevestigt haar moeder. “Ze wil echt een pinguïn worden. Kijk, ze kan al heel goed lopen als een pinguïn.” Haar dochter heeft geen aansporing nodig en spontaan loopt ze in waggelpas een rondje om mij heen. “Heel goed”, zeg ik. “Je bent er bijna. Zodra je goed kunt zwemmen en duiken kun je wat mij betreft afstuderen als pinguïn.” Ze is niet de enige die ik waggelend aantref bij het pinguïnverblijf. Dieren nadoen is een favoriete bezigheid van dierentuinbezoekers, jong en oud. Vrijwel dagelijks staat er wel een vader (het zijn gek genoeg altijd vaders) bij de wolven zo overtuigend mogelijk de huilende roep van een wolf na te doen. Zijn roedel staat er vaak wat beschaamd naast, in de hoop dat andere bezoekers dit tafereel niet hebben meegekregen. Overal in het park worden dieren nagedaan. Bij de leeuwen hoor ik bezoekers grommen en bij de slangen wordt gesist. Onze behoefte om dieren te imiteren is niet gek of onnatuurlijk. Ook veel dieren en planten doen elkaar na. Koning van de imitatie is de Australische flappentak. Hij behoort tot de wandelende takken en is als geen ander in staat om op te gaan in zijn omgeving door precies dezelfde kleur en vorm aan te nemen als de dorre bladertakken om hem heen. Maar dat is niet het enige. Wanneer hij dreigt te worden opgegeten dan zet hij een extra bijzondere vorm van imitatie in. Hij tilt zijn voorpoten dreigend omhoog en krult zijn staart naar voren waardoor hij het uiterlijk aanneemt van een giftige schorpioen. Met imitatie redt hij zijn leven. Er zijn natuurlijk ook dieren waarmee we al van nature veel gelijkenissen delen. Zoals de chimpansee en de bonobo, waarmee 98 procent van ons DNA overeenkomt. Ook in uiterlijk en gedrag lijken ze opvallend veel op mensen. De gelijkenis tussen ons en andere mensapen fascineert dierentuinbezoekers al bijna tweehonderd jaar.
Honderd jaar geleden werden de overeenkomsten tussen mens en dier extra benadrukt. In Artis en London Zoo gingen primaten mee naar buiten en daar werden ze gestimuleerd om zo goed mogelijk mensen te imiteren. In Artis rende bonobo Mafuka rondjes achter een kruiwagen en deed aan touwtjespringen. En in London Zoo werden chimpansees aan tafel uitgenodigd waar ze uit porseleinen kopjes thee dronken. Die tijden zijn voorbij. Doordat we steeds meer kennis hebben over de natuurlijke gedragingen van diersoorten, worden de dieren tegenwoordig gestimuleerd om hun eigen gedrag te tonen. De chimpansees zitten niet aan tafel, maar verzamelen met behulp van een takje hun eten uit een boomstam, een sociale activiteit die chimpansees van nature uitvoeren. Toch is het goed dat we een poging doen om dieren na te apen. Het toont aan dat we nieuwsgierig zijn naar hun leefwereld en gedrag. Ik kijk nog eens naar de moeder bij het pinguïnverblijf. Ze draagt een jas met daarop een luipaardprint. Gelukkig wel een imitatie. •
© illustratie Theo Schildkamp
© Ronald van Weeren
Imitatieleer
p. 85
Swingende bakstenen Tegendraadse kenmerken van de Amsterdamse School
Log, maar ook licht en speels. Strak en rechtlijnig, afgewisseld met welhaast wulpse rondingen. Wandelend door de Pijp en de Spaarndammerbuurt word je verrast door de invloeden van de Amsterdamse School op gebouwen en bruggen. De ‘paleisjes voor arbeiders’ zijn weliswaar een lust voor het oog; erg praktisch waren ze niet. Door Erik Spaans
© Marcel Westhoff
'Het Schip’ in de Spaarndammerbuurt.
H
oe vaak was ik al in de P.L. Takstraat geweest? Een keer of tien toch zeker. Niettemin beleefde ik er onlangs een primeurtje – het was de eerste keer dat ik de straat in de Amsterdamse Pijp echt zág. “Je gaat het pas zien als je het doorhebt”, wist Johan Cruijff. En een andere sporter verwoordde het misschien nog wel scherper: “Je kunt heel veel zien door te kijken”, aldus honkballegende Yogi Berra. Mooi gezegd. Want kijken... écht kijken, dat had ik hier tot dusverre nog niet gedaan. Het was me natuurlijk wel opgevallen dat de woonblokken er afwijken van andere Amsterdamse straten. En van het begrip dat aan die stijl verbonden wordt – Amsterdamse School – had ik ook heus wel gehoord. Niettemin viel ik van de ene verbazing in de andere toen ik de tijd nam om de gevels, daken, portieken en ramen eens wat aandachtiger te bestuderen. Aanleiding voor die opgefriste blik waren een paar observaties die ik over de Amsterdamse School gelezen had en die ik nu wel eens wilde toetsen. Ik las over horizontale ‘ladderramen’ die er sierlijk uitzien maar niet bijster praktisch zijn. En dat de architecten van de Amsterdamse School het niet zo begrepen hebben op strakke hoeken en de voorkeur gaven aan rondingen en welvingen. En dan was er nog iets over het gebruik van dakpannen als decoratie dat ik niet helemaal begreep. Op naar de Pijp dan maar – om met eigen ogen te zien hoe die denkbeelden in de prakijk zijn uitgepakt. DE HAAN DIE KRAAIT In eerste instantie zie ik vooral sobere bakstenen gevels met horizontale lijnen – de ramen en kozijnen strak in het gelid. Maar na een tijdje beginnen de ongewone en speelse accenten me op te vallen. De welvingen. De deuren die diep in de gevels zijn verzonken. Maar bijvoorbeeld ook de eigenzinnige huisnummerbordjes met hun gestileerde cijfers en letters. En inderdaad: dakpannen zijn hier op een curieuze manier gebruikt. In het zuidelijk deel van de P.L. Takstraat vormen ze zelfs een wand. Het zijn eigenlijk geen dakpannen maar veeleer ‘muurpannen’. En wat me nooit eerder was opgevallen: de nok van het dak wordt bekroond door de gestileerde kop van een haan! De manier waarop het dier z’n borst vooruit steekt en z’n bek wijd opent, suggereert dat hij kraait bij het ochtendgloren. Die haan is een speelse verwijzing naar de organisatie die al deze woningen heeft laten bouwen: coöperatieve vereniging De Dageraad. De omringende straten werden in de jaren twintig ook op instigatie van De Dageraad gebouwd en zitten al even vol tegenstrijdigheden. Log maar toch ook licht en speels. Sober maar hier en daar ook uitbundig. Strak en rechtlijnig,
HOLLANDS Glorie
maar afgewisseld met welhaast wulpse rondingen. Ik loop een stukje door en laat me op het midden van het Burgemeester Tellegenplein imponeren door de gevels. Op de hoeken verrijst een bergwand aan baksteen waarvan het strenge, intimiderende karakter wordt verzacht door sierlijke welvingen. Nooit geweten dat bakstenen kunnen swingen. De coöperatie heeft op de hoekmuur van het plein haar naam laten vereeuwigen – trots op wat tot stand is gebracht. En dan te bedenken dat De Dageraad zich oorspronkelijk helemaal niet met woningbouw inliet. Het was een verbruikscoöperatie die zich bezighield met het distribueren van brood en kruidenierswaren in de Pijp. Pas aan het begin van de jaren twintig waagde De Dageraad zich op nieuw terrein, daartoe aangemoedigd door de overheid die een actievere rol voor coöperaties bij de stadsuitbreiding bepleitte. Als het aan de vermaarde bouwmeester H.P. Berlage had gelegen dan was er op de plaats van het Dageraad-complex een Academisch Ziekenhuis verrezen. Dat stond althans ingetekend op het ambitieuze voorstel ‘Plan Zuid’ – dat hij had ontworpen voor de inrichting van een gebied dat ruwweg begrensd wordt door de Amstel en de Schinkel. Het voorzag in langwerpige huizenblokken en ruim opgezette wijken die door enkele strategische assen werden doorsneden. De plannen van Berlage werden in de periode tussen de twee Wereldoorlogen goeddeels gerealiseerd. Daarbij werd veel aandacht besteed aan de relatie van de gebouwen met hun directe omgeving. In de triomfantelijke woorden van architect H.Th. Wijdeveld heette dat: “Het huis is overwonnen, de straat is uitgevonden.” RATJETOE Er bestaat geen strakke, afgebakende definitie voor wat wel en niet tot de Amsterdamse School gerekend mag
>
De haan op de nok verwijst naar de organisatie die deze huizen heeft laten bouwen: De Dageraad.
Karakteristieke ladderramen in ‘Het Schip’.
© Marcel Westhoff
© Marcel Westhoff
Het strenge, intimiderende karakter van een bergwand aan baksteen wordt verzacht door sierlijke welvingen. Nooit geweten dat bakstenen kunnen swingen
worden. Zoals elke kunststroming borduurt ze voort op eerdere stijlen en opvattingen. En naarmate de tijd is voortgeschreden, hebben architecten er een nieuwe draai aan gegeven. Maar laat ik eens wat karakteristieken voor u op een rijtje zetten. De architecten van de Amsterdamse School hebben een sterke voorkeur voor gebogen lijnen. Scherpe hoeken zijn zo veel mogelijk verdoezeld en de gevels vertonen uitstulpingen op plaatsen waar je ze niet zou verwachten. Daklijsten zijn met ribbels en kartelingen bekroond of afgezoomd met verticaal geplaatste dakpannen. Hier en daar duiken elementen op die je bij eerder bij een kerk of middeleeuwse burcht verwacht: kantelen, bogen, torentjes. De gevels hebben gestileerde ornamenten en soms op zichzelf staande sculpturen. Bakstenen zijn in sierlijke, ingewikkelde patronen gemetseld. Om monotomie te voorkomen gebruiken ze ook andere materialen: natuursteen, beton, terracotta of geglazuurde tegels. De tegendraadsheid zie je verder terug in de vormgeving van deuren en kozijnen die vaak spits toelopen of aan de zijden zijn afgeschuind. Dat geldt evenzeer voor de ramen die geen grote egale vlakken vormen maar in vele kleine ruitjes zijn opgedeeld en soms iets weg lijken te hebben van patrijspoorten of gotische vensters. En de eigenzinnige esthetiek strekt zich ook uit naar zaken als schoorstenen, hijsbalken, deurknoppen, trapleuningen, vensterbanken, girobussen... Ter inspiratie is uit een ratjetoe van kunststijlen en stromingen geput. De architecten van de Amsterdamse School tonen zich enigszins schatplichtig aan Art Nouveau en Jugendstil. Ook het symbolisme met z’n verheven beeldtaal duikt regelmatig op – en daarbij hoort dan weer een hang naar mystiek en oosterse motieven. Tegelijkertijd is er een aandrang om vormen en ornamenten te stileren of vereenvoudigen zoals de kunstenaars van De Stijl dat in de jaren twintig propageerden. SCULPTUREN VAN MENSEN EN DIEREN De toonaangevende architecten van de Amsterdamse School zijn Michel de Klerk (1884-1923), Jo van der Mey (1878-1949) en Piet Kramer (1881-1961). Zij oefenden een beslissende invloed uit op de stijl waarin in de eerste helft van de 20ste eeuw talloze gebouwen verrezen. In Amsterdam natuurlijk, maar ook elders in Nederland. Zo gelden het (voormalige) hoofdpostkantoor in Utrecht en de Bijenkorf in Den Haag als fraaie staaltjes Amsterdamse School. De meest in het oog springende voorbode van de nieuwe stijl is het Scheepvaarthuis in Amsterdam dat in 1916 werd opgeleverd. Het bestaat uit een betonnen skelet met bakstenen omhulsel waarop dan weer met andere (keramische) materialen ornamenten en decoraties zijn aangebracht. Zoals een reeks gebeeldhouwde koppen van kooplieden, ontdekkingsreizigers en andere prominente figuren uit de zeevaart. Het gebouw – dat onderdak bood aan de directies van enkele scheep>
HOLLANDS Glorie
De Amsterdamse School
De Zaanhof in de Spaarndammerbuurt.
p. 91
© Marcel Westhoff
Hier en daar duiken elementen op die je bij eerder bij een kerk of middeleeuwse burcht zou verwachten: kantelen, bogen, torentjes
© Marcel Westhoff
De ramen in de arbeiderswoningen zouden heel hoog zijn geplaatst om te voorkomen dat de vrouwen uit het raam gingen hangen om met elkaar te kletsen
Golvende contouren van De Dageraad.
HOLLANDS Glorie
De Amsterdamse School
WAARDIG WOONMILIEU De huizen die De Klerk in de jaren 1914-1921 in opdracht van woningcorporatie Eigen Haard aan het Spaarndammerplantsoen liet bouwen werden ‘paleisjes voor arbeiders’ genoemd. Ze zien er inderdaad aanmerkelijk luxueuzer uit dan >
Muur van dakpannen bij De Dageraad.
© Sanne Croonenberg
HOGE VLUCHT De bevolking van Amsterdam was in het tijdsbestek van een à twee generaties spectaculair gegroeid. Van 260.000 inwoners in 1870 tot meer dan 700.000 in 1925. De stad barstte uit haar voegen en had dringend behoefte aan nieuwe woningen. In de 19de eeuw waren hele woonwijken uit de grond gestampt. Veel huizen die in de Kinkerbuurt, Pijp of Staatsliedenbuurt waren gebouwd vertoonden ernstige gebreken en werden ook nog eens door veel te veel mensen bewoond. Hoewel er regelmatig pogingen werden ondernomen de woonomstandigheden van arbeiders te verbeteren, wilde het maar niet lukken dat op een rendabele manier te doen. De kwestie stond hoog op de politieke agenda en een nieuwe Woningwet (1901) scherpte de kwaliteitseisen voor huizen aanzienlijk aan. Tegelijkertijd kwam er grootschalige financiële steun beschikbaar. Nieuw was ook dat bij de bouwplannen nadrukkelijk een rol werd toebedeeld aan woningcorporaties. Erg vlot ging dat aanvankelijk niet. De sociale woningbouw zou pas een hoge vlucht nemen in de jaren na de Eerste Wereldoorlog. Het waren vooral socialistische politici die verantwoordelijk waren voor de benoeming van de betrokken architecten en kunstenaars. En dat kun je ook wel terugzien in de woningen. Bijvoorbeeld in de drie woningblokken die Michel de Klerk in de Spaarndammerbuurt liet bouwen en die van grote invloed zouden zijn op de stadsuitbreidingen die in de daaropvolgende twintig jaar in Amsterdam werden gerealiseerd.
© Marcel Westhoff
vaartmaatschappijen – vormt een ‘Gesamtkunstwerk’. Voor de terracotta beelden die zijn gewijd aan de (veelal exotische) gebieden waar de maatschappijen handel mee dreven was een beroep gedaan op Hildo Krop. Deze beeldhouwer zou in zijn lange leven (hij overleed in 1970 op 86-jarige leeftijd) nauw samenwerken met representanten van de Amsterdamse School. Deze stijl heeft z’n stempel gedrukt op overheidsgebouwen, badhuizen, scholen, kerken, watertorens en villa’s maar schemert ook door in de vormgeving van straatmeubilair, trappen, bankjes, brievenbussen en elektriciteitskasten. En laten we de bruggen niet vergeten die (met name in Amsterdam) door Piet Kramer werden omgetoverd tot indrukwekkende constructies waarin smeedijzeren balustrades en expressionistisch metselwerk harmonieus samengaan met decoratieve sculpturen van mensen en dieren. Maar bij de Amsterdamse School denken we toch vooral aan de woningen die in de jaren twintig en dertig op grote schaal voor de lagere sociale klassen werden gebouwd.
Decoratieve sculpturen in ‘Het Schip’.
p. 93
EEN FAUN EN SLANGEN Bij de soms wat hoogdravende initiatieven om de arbeider te ‘verheffen’ kwamen beleidsmakers, architecten en kunstenaars zelden op het idee om hun oor eens bij die arbeiders zélf te luister te leggen. Hen werd niets gevraagd. Functionalisme was vaak ondergeschikt aan esthetiek. Zo zouden de ramen in de arbeiderswoningen door De Klerk heel hoog zijn geplaatst om te voorkomen dat de vrouwen uit het raam gingen hangen om met elkaar te kletsen. Fabeltje of niet, de Amsterdamse School architecten waren in ieder geval niet scheutig met licht. En erg praktisch waren ze ook niet: deuren, portalen, trappen en gangen zijn soms zó smal dat het bijkans onmogelijk moet zijn geweest stevig meubilair de huiskamer binnen te krijgen. Omhoog takelen dan maar? De hijsbalken in de Spaarndammerbuurt lijken uitsluitend berekend op voorwerpen in de categorie vedergewicht. Of neem die torens: fraai hoor, maar ze dienen geen enkel praktisch nut. En al die ‘ladderramen’ die door talloze roeden in kleine vakjes zijn onderverdeeld. Ze moeten een gruwel zijn geweest bij het ramen lappen. Verder valt me op dat de iconografie van decoraties en kunstwerken nogal pretentieus is en soms nodeloos ingewikkeld. Neem de sculpturen van Hildo Krop die het spoorwegviaduct over de Spaarndammerstraat sieren. Ze tonen onder meer een
© Marcel Westhoff
© Sanne Croonenberg
Spel met bakstenen en rechte en golvende lijnen (onder) in ‘Het Schip’.
de woningen die in de 19de eeuw massaal waren gebouwd. De woonblokken van De Klerk vertonen golvende contouren. Op de hoeken heeft hij een kegelvormige uitbouw of spitse toren geplaatst die de gebouwen een ietwat excentriek aanzien verlenen. En hij experimenteert volop met kartelranden, opstaande dakpannen en curieus gevormde ramen en deuren. In de Spaarndammerbuurt springt vooral ‘Het Schip’ in het oog: een 102 woningen tellend complex (inclusief school en een postkantoor) waarvan de vorm inderdaad een beetje doet denken aan een reusachtige zeilboot. In het voormalige postkantoor is sinds 2001 een museum gevestigd dat helemaal gewijd is aan de Amsterdamse School. Hier leer ik dat Michel het 25ste (!) kind was van een arme diamantslijper en dat hij het aan zijn tekentalent te danken had dat hij zich aan zijn armoedige milieu wist te ontworstelen. Als jongste bediende bij een bouwkundig bureau (naar verluidt was zijn eerste taak daar het slijpen van potloden) had De Klerk zich langzaam maar zeker op weten te werken. In 1915 voelde hij zich zelfverzekerd genoeg om de gevestigde orde uit te dagen. Hij publiceerde een artikel waarin hij de grote Berlage bekritiseerde en in één moeite door een meer persoonlijke, expressieve architectuur bepleitte. In zijn ontwerpen geeft hij blijk van ‘vrijere’ opvattingen over de toepassing van beeldhouwwerk in architectuur en probeerde hij socialistische idealen te verwezenlijken door een ‘waardig woonmilieu’ voor arbeiders te scheppen.
HOLLANDS Glorie
De Amsterdamse School
Voor meer informatie over Het Schip, De Dageraad en de Amsterdamse School zie hetschip.nl. Daar zijn ook wandelingen, fietstochten, rondleidingen en meer te vinden en te boeken.
Huisingang aan het Spaarndammerplantsoen.
© Marcel Westhoff
HUIDIGE TIJD Het waren lang niet altijd arbeiders die hun intrek namen in de nieuwe complexen. Toen in maart 1923 de laatste woning van De Dageraad was opgeleverd, bleken de nieuwe bewoners vooral afkomstig uit de middenklasse: PTT-personeel, trambestuurders en andere ambtenaren. In de loop van de jaren dertig kwam er steeds meer kritiek op de hoge kosten die het bouwen in de stijl van de Amsterdamse School met zich meebracht. Daar kwam dan nog bij dat de subsidiekraan vanaf de jaren twintig steeds meer werd dichtgedraaid. Gevolg was dat de gebouwen allengs soberder werden. Maar tegen die tijd waren de kenmerken van de Amsterdamse School al ruimschoots opgepikt door particuliere aannemers. De door Kramer, De Klerk en Van der Mey geïntroduceerde stijl had zijn naam eer aan gedaan en letterlijk ‘school’ gemaakt. En die invloed duurt voort tot de dag van vandaag. Zo werd de Zuiderkerkprijs die jaarlijks wordt uitgereikt aan het beste woningbouwproject, in december 2021 toegekend aan het complex Spaarndammerhart. De jury sprak zich lovend uit over “de manier waarop de tradities van bouwstijl Amsterdamse School in de Spaarndammerbuurt zijn vertaald naar de huidige tijd”. •
© Marcel Westhoff
faun en slangen. Krop ontleende deze beeldtaal aan een gedicht van Herman Gorter waarin de aanstaande zege van de arbeidersklasse op het (door slangen gesymboliseerde) kapitaal wordt bezongen. Of deze optimistische boodschap daadwerkelijk bij de arbeiders is doorgedrongen, valt te betwijfelen.
Woningen gebouwd in opdracht van De Dageraad.
De door Kramer, De Klerk en Van der Mey geïntroduceerde stijl had zijn naam eer aan gedaan en letterlijk ‘school’ gemaakt. En die invloed duurt voort tot de dag van vandaag
p. 95
KUNSTWEDSTRIJD NATIONAAL ATELIER & HOLLANDS GLORIE
Is schilderen of tekenen je hobby? Doe dan mee met onze kunstwedstrijd!
Nationaal Atelier startte in januari samen met Hollands Glorie een schilderen tekenwedstrijd waarbij u kans maakt op een materiaalpakket t.w.v. 150 euro van uw favoriete schilder- of tekenmateriaal. Bovendien worden de winnaars opgenomen in de april-editie van Hollands Glorie!
Het thema? Stillevens geïnspireerd op de oude Hollandse meesters. Of schilder of teken een stilleven wat echt typisch Hollands is. Laat uw creativiteit de vrije loop en stuur de inzending in. Alleen leden van Nationaal Atelier kunnen meedoen. Wilt u meer informatie over de wedstrijd? Schrijf u in op de nieuwsbrief zodat u niets hoeft te missen! Ga naar nationaalatelier.nl/nieuwsbrief en meld u gratis aan.
Boven: Douwe Egberts door Rob de Vries
Rechts: Stilleven door Ernst Ramaker
HOLLANDS Glorie
K HO UNS LLA TW ND EDS T SE ME RIJD ES TER S
Stilleven met roemer door Dick Kamstra
Wat is het Nationaal Atelier?
Nationaal Atelier is een inspiratieplatform voor schilders en tekenaars. Of je nu schilderen als hobby beoefent, amateurkunstenaar bent of misschien zelfs de ambitie hebt om professioneel kunstenaar te worden, iedereen is welkom bij Nationaal Atelier! Voordelen Nationaal Atelier
Promoot, exposeer of verkoop je kunstwerken op Nationaal Atelier. Houd makkelijk je voortgang bij, maak deel uit van de Nationaal Atelier community en maak tevens kans om uitgeroepen te worden tot Galerieof Expositiewinnaar.
Beknopte deelnamevoorwaarden • De wedstrijd is exclusief voor leden van Nationaal Atelier. • De deelnemer dient de maker van het kunstwerk te zijn en het dient een origineel werk te zijn. • De deelnemer garandeert dat eventuele geportretteerden hebben ingestemd met de portrettering. • Afbeeldingen van de kunstwerken worden door de deelnemers geüpload als jpeg-bestand (max. 2 MB) in het online atelier van de deelnemer op de website van Nationaal Atelier. • De deelnemer geeft Nationaal Atelier toestemming om zijn/haar werk
openbaar te maken en te (laten) publiceren. • De jurering is voorbehouden aan een door Nationaal Atelier gekozen jury. • De winnaars krijgen bericht per e-mail van de gewonnen prijs op het door de deelnemer opgegeven e-mailadres. • De deelnemer geeft toestemming tot de verwerking van haar/zijn persoonsgegevens in verband met deelname aan de wedstrijd. Voor de volledige voorwaarden zie de website van het Nationaal Atelier.
p. 97
UIT DE KUNST Tekst & samenstelling Serena Caruso
Van toneelschilder in Wenen tot een art-nouveaukunstenaar in Parijs; Alphonse Mucha (1860-1939) staat vooral bekend om zijn affiches en wandplaten waarmee hij zeven jaar na zijn aankomst in Parijs doorbrak. Mucha wilde met zijn kunst vrede, harmonie, schoonheid en goedheid in de samenleving brengen. De directeur van Kunstmuseum Den Haag, Benno Tempel, is trots dat de werken van Mucha in zijn museum hangen. “Het is fantastisch dat wij
© Annemieke van der Togt
Mucha’s vrouwen Nederlandse wetenschappers onder de loep Diederik Jekel (zie foto) weet de meest complexe bètawetenschappen uit te leggen alsof het een eitje is. U kunt hem kennen als co-host van RTL Boulevard, maar ook op de radio deelt hij zijn kennis. In zijn nieuwe tv-programma Jekels Jacht neemt hij acht Nederlandse wetenschappers die baanbrekende ontdekkingen hebben gedaan, onder de loep. Met zoveel mogelijk dezelfde materialen en onder gelijkende omstandigheden herhaalt hij hun experimenten. Daarnaast komt u meer te weten over de grootheden zelf en hun leefwereld. Zo moest er vaak strijd geleverd worden tegen het geloof of andere heersende opvattingen. In de achtdelige serie komen onder andere Buys Ballot, Huygens, Drebbel, Stevin en Van Leeuwenhoek voorbij. Jekels Jacht, vanaf zaterdag 5 februari wekelijks bij de NTR op NPO 2.
in Kunstmuseum Den Haag de meester van de Art Nouveau, Alphonse Mucha, kunnen samenbrengen met bijzondere stukken uit onze collectie. Zijn populaire affiches en illustraties, samen met kleurrijk glas en spectaculaire kostuums uit de late 19de eeuw, geven een uniek beeld van Alphonse Mucha’s Parijs.” • Alphonse Mucha, 5 februari t/m 3 juli 2022, Kunstmuseum Den Haag. Kunstmuseum.nl
HOLLANDS Glorie
Beeldend kunstenaar Annemarie Timmer en dichter Martin Tervoort zijn voor deze expositie opnieuw de samenwerking aangegaan en kwamen op het thema ‘Dwaalgast’. Het is niet alleen de titel van Tervoorts nieuwe dichtbundel, de twee kunstenaars voelen zich in hun
werk en persoonlijk levens verwant met het woord. Dwalen, als een gast op een onbekend terrein. Annemarie Timmer laat dit gevoel terugkomen in haar olieverf- en acrylschilderingen, waar de ondergelopen uiterwaarden van de IJssel een terugkerende inspiratiebron vormen. Martin schrijft over het thuisgevoel dat er ook is als je niet thuis bent. Als alpinist in de bergen of tijdens het verkennen van Nederland, kreeg hij dit gevoel. Martin publiceerde al meerdere dichtbundels, onder het pseudoniem Yde van Reide. • Dwaalgast, 6 maart t/m 10 april 2022, Pictura. pictura-groningen.nl
© Jan Parie
Dwalen door het onbekende
© Maarten Oortwijn
Strijd tegen het water zeemeermin die door Edamse boerenmeiden gevonden zou zijn. Naast het verleden, worden ook het heden en de toekomst van de gefuseerde gemeente bekeken. Een interessante tentoonstelling over de eeuwenoude strijd van Nederland tegen het water. © Rahi-Rezvani_online
Purmerend maakt deel uit van twee belangrijke droogmakerijen; de Beemster en de Purmer. Voor beide polders én voor Purmerend is het een historisch jaar. Op 1 januari 2022 fuseerde de gemeente Beemster met de gemeente Purmerend en lag de Purmer precies 400 jaar droog. Het Purmerends Museum kijkt terug in de geschiedenis met thema’s als inpoldering, verkaveling en bewoning. Mythes en volksvertellingen zullen ook aan bod komen, zoals het verhaal over de
• De Beemster en de Purmer – 400 jaar droge voeten, 26 februari t/m 17 juli 2022, Purmerends Museum. purmerendsmuseum.nl
Bijzonder balletten
Regionaal geproduceerd eten, meer biodiversiteit op het platteland en een eerlijke prijs voor boeren; dat is de droom van de organisatoren van Rotterdam de Boer op! Negentien partijen zetten zich in om dit ambitieuze plan waar te maken. Het Natuurhistorisch Museum helpt ook mee en organiseert deze tentoonstelling. Hoe is het met de landbouw in Nederland gesteld? Hoe kan de biodiversiteit niet voor- maar achteruit zijn gegaan? Verschillende typen boeren komen aan het woord en vertellen over hun werk rondom Rotterdam en ook wat hen onderscheidt van de rest. Verder krijgt u tips om er zelf op uit te gaan.
Traces left within bestaat uit drie balletten. De eerste is Toss a Dice van de wereldberoemde choreograaf Jiří Kylián. Hij werd voor dit ballet uit 2005 geïnspireerd door beeldhouwer Susumu Shingu. De andere twee bestaan uit nieuwe creaties van Marco Goecke en Marina Mascarell. Beide choreografen weten intimiteit in de dans te verwerken, alleen zijn hun stijlen verschillend. Goecke’s werken zijn bliksemsnel met vlijmscherpe bewegingen, terwijl Mascarell poëzie en sociaal-politieke aspecten in de bewegingen weet te vlechten. Het Balletorkest zal hen muzikaal begeleiden. Op 3 februari ging het ballet in première in het nieuwe cultuurhuis Amare in Den Haag. Verder zal de show te zien zijn in Rotterdam, Amsterdam en Groningen.
• Rotterdam de boer op!, 12 februari t/m 11 september 2022, Het Natuurhistorisch Museum. hetnatuurhistorisch.nl
• Traces left within, t/m 25 februari 2022 op verschillende locaties in Nederland. ndt.nl
Boerendroom
p. 99
UIT DE KUNST
© Verena Blok
De kunst van imperfectie
Het idealiseren van het menselijk lichaam met filters of photoshop is niks nieuws, ook kunstenaars in de 17de eeuw deden dit al in hun schilderijen. Rembrandt was echter een uitzondering. Hij keek met open en nieuwsgierige blik en gaf mensen vaak realistisch weer. Dit vormde de aanleiding voor dertien hedendaagse kunstenaars in de tentoonstelling RAUW, die is opgedeeld in twee thema’s: de natuurlijke functies van het lichaam en hoe we de buitenkant presenteren aan anderen en onszelf. Er wordt ingezoomd op imperfecties. Soms letterlijk met hielkloven of blauwe plekken, maar ook figuurlijk met ‘anti-selfies’ waarop we kunstenaar Melanie Bonajo zien huilen. Het Rembrandthuis maakt hiernaast ook een online talkshow en een podcast over beeldvorming en zelfbeeld in tijden van sociale media. • RAUW, t/m 22 mei 2022, Museum Het Rembrandthuis, Amsterdam. rembrandthuis.nl
De bloemetjes binnenzetten
De resultaten hiervan hoort u tijdens de middag- en avonduitvoeringen. Naast concerten zijn er ook openbare masterclasses, lezingen, meet & greets en documentaires. De natuur van Schiermonnikoog wordt niet vergeten; in samenwerking met Natuurmonumenten zijn er excursies georganiseerd. Leer het eiland op een andere manier kennen tijdens een sterrenwandeling. Bekijk het volledige programma op de website.
In de 17de eeuw werd het Mauritshuis in Den Haag gebouwd als woonhuis, in opdracht van graaf Johan Maurits van Nassau-Siegen. Vandaar de naam: Maurits’ huis. Het gebouw is in 2022 precies tweehonderd jaar een museum en dat moet gevierd worden. Naast een art battle voor studenten en een jubileumboek, zijn er spectaculaire tentoonstellingen, zoals In volle bloei. De allermooiste bloemstillevens uit de 17de eeuw, geschilderd door kunstenaars als Ambrosius Bosschaert, Roelant Savery, Jan Davidsz de Heem en Rachel Ruysch zijn te bewonderen. Zelfs de wanden doen mee aan het kleurrijke thema: in het bio-laminaat is gebruik gemaakt van resten uit de bollenindustrie, zoals de gevlamde Rembrandttulp. De bloemen zijn in het materiaal geperst, zodat de structuur van de bladeren, of zelfs de hele bloem nog te herkennen is.
• Festival Jong Talent, 12 tot en met 17 maart 2022. schiermonnikoogfestival.nl
• In volle bloei, 10 februari t/m 6 juni 2022, Mauritshuis, Den Haag. mauritshuis.nl
Muziek in de natuur Bezoek dit voorjaar de elfde editie van het Festival Jong Talent op Schiermonnikoog. Een muzikale vloedgolf van binnen- en buitenlands talent spoelt over het eiland. Zo speelt de violist Noa Wildschut het Tweede Strijkkwartet van Arensky, brengt het Friese Jongsma Percussion Duo een gevarieerd programma met werken van Bach, Piazzolla en Glass en speelt klarinettist Gerbrich Meijer samen met het ADAM Quartet werk van Samuel Coleridge Taylor en Florence Price. De veertig kandidaten krijgen een week lang les van vermaarde muziekpedagogen.
HOLLANDS Glorie
AARDENBURG
Stad van kikkers, pelgrims en kunstenaars
Het lieflijke Aardenburg, vlak bij de zuidelijkste grens van West-ZeeuwsVlaanderen, heeft een rijk verleden. Maar dat niet alleen. De bevolking organiseert van alles om de levendigheid van het stadje te vergroten. Tekst Fabian Takx Fotografie Maarten Albrecht
HOLLANDS Glorie
•
ONS DORP
Muziekkapel op de Markt.
A
ardenburg is oud, zeer oud. Al in de prehistorie moeten hier mensen hebben geleefd. Daarna volgden Galliërs en Romeinen, Vlaamse monniken en kooplieden van de Londense Hanze, Spaanse bezetters en protestantse Hollanders. De Fransen voerden in 1672 de Berenning van Aardenburg uit, maar ze kwamen er niet in. Een rijke historie, en die voel je. Als je door het stadje loopt, lijkt het alsof al die (on)genode gasten allemaal tegelijk weer de hoek om kunnen komen stormen. Nergens verdicht de geschiedenis zich zo als in deze stille straatjes met hun trapgevels, puien met opschriften van verdwenen winkeliers, kerken en gebouwen uit vele eeuwen. Tweeënhalfduizend zielen wonen hier, waarvan menige vergrijsd. Zeeuws-Vlaanderen krimpt, al is er een lichte kentering gaande. In de bloeitijd waren het er wel twintigduizend, zegt Rens Klaasse. Een ‘overkanter’, want geboren in Veere, maar hier opgegroeid. En een collega-journalist die me hier rondleidt. Een paar winkels zijn er nog, en verrassend veel restaurants en overnachtingsmogelijkheden, van B&B’s tot ‘het beste all-inclusive hotel van Nederland’ (en het enige). Maar de tijden dat hier Belgisch belastinggeld discreet kon worden weggesluisd in de vele bankfilialen (de best renderende van Nederland, naar het schijnt), waarna de rest werd uitgegeven aan copieuze diners, zijn voorbij. En die van de botersmokkel helemaal. KUNSTBIËNNALE In Aardenburg leggen ze zich niet weemoedig neer bij het idee van tempo doeloe. Er zijn 22 florerende verenigingen, van carnavalsvereniging De Nachtuuln (nachtuilen) tot de Bachvereniging en de voetbalclub. En steeds meer culturele initiatieven. Alleen het openbaar vervoer is hopeloos, daarom halen Carlien de Backere en Willem de Stigter me van de ferry in Breskens. In het gezellig oud-bruine hotel-café-restaurant ’s Lands Welvaren aan de Kaai vertellen ze over het Kunstenfestival Aardenburg, dat zij bedachten. Een biënnale waar gerenommeerde kunstenaars en curatoren en honderd vrijwilligers aan meewerken. Jan Fabre, Henk Visch, Ate de Jong (in Aardenburg geboren) exposeerden al, en prinses Delphine van België is nu kandidaat. Het festival wordt dit jaar voor de derde keer gehouden, van 16 juli tot 4 september. Op twaalf locaties in Aardenburg en vijf in het Belgische Middelburg worden minstens vijfduizend bezoekers verwacht. Er is ook een literair programma, georganiseerd door uitgever Oscar van Gelderen. Daarnaast is er een laagdrempeliger variant, Aardenburg Amuseert, met een kunstmarkt, een brocantemarkt en
HOLLANDS Glorie
ONS DORP
optredens van muzikanten, dansers en cabaretiers. Aardenburg zal in het 350ste jubileumjaar van de Berenning bruisen dat het een aard heeft. Met goed eten en drinken natuurlijk, want op drie kilometer ligt België. B ZONDER BREAKFAST Vroeger lag de Kaai nog aan de haven, nu spuwen alleen vier bronzen kikkers nog water in een fontein. Camiel, Kobus, Gerrit en Jannis zijn vernoemd naar notabelen uit de omgeving. Toen de Aardenburgse fanfare in 1920 optrad in Kermit-groene uniformen, werden ze uitgescholden voor kikkers, en daar zijn de Aardenburgers nog altijd trots op. Jaarlijks wordt de Kikkerorde uitgereikt aan mensen die zich volgens de bevolking verdienstelijk hebben gemaakt voor Aardenburg. Op een wegwijzerbord zie ik dat Gent en Brugge niet ver liggen, net als Sluis en >
Toen de Aardenburgse fanfare in 1920 optrad in Kermit-groene uniformen, werden ze uitgescholden voor kikkers, en daar zijn de Aardenburgers nog altijd trots op
Hiernaast, boven: een lommerrijk wandellaantje bij de St Baafskerk aan het Ruiterkwartier; daaronder het voormalige raadhuis; hierboven Kees Wagenaar, troubadour van Fabela Rozo.
p. 105
Cadzand. Met Rens loop ik onder de 17de-eeuwse Kaaipoort door, de enige overgebleven toegangspoort, ook wel Westpoort genoemd. In de sierlijk gebogen Weststraat voeren ooit bootjes met handelswaar af en aan, nu is hij drooggelegd. Achter de monumentale gevels vestigen zich tegenwoordig steeds meer kunstenaars, artiesten en ambachtslieden. We lopen Casa Portiera ABC (Art, Books and Coffee) binnen. Monica Martens stelde de benedenverdieping van haar grote huis open voor deze ‘opduikwinkel’ met boeken, kunst en koffie. Daarachter bevinden zich haar professionele restauratieatelier en haar lange tuin, waar in de zomer ook wordt opgetreden. Monica laat ons ook haar ‘B zonder Breakfast’ zien, een mooi zolderappartement met een prachtig panorama op het oude stadje. Wel waarschuwt ze voor de binten: “Het is hier vloeken of bukken.” De zeven vrijwilligers van de boekwinkel worden ‘aangestuurd’ door Rogier de Jong, een Groninger die drie jaar geleden
hierheen emigreerde en vorig jaar werd uitverkoren tot stadsdichter, uit zeventig kandidaten. “Ik proefde in dit stadje meteen de liefde voor mooie dingen”, verklaart hij zijn komst. In zijn poëzie bezingt hij de rust van het Zeeuwse land. ‘Tussen dijken en kreken/ ben ik neergestreken/ Waar een milde zoute wind waait/ en de klei koud en taai is.’ Op de website van de Stadsraad prijken Rogiers zestien gedichten over Aardenburg. Dan vallen twee markante bezoekers op. Kees Wagenaar en Marjo van der Pols willen ons best ontvangen in hun winkel, even verderop in de straat. Hoewel, is Fabela Rozo (‘sprookjesroos’ in het Papiamento) wel een winkel? Eerder een rariteitenkabinet van gevonden voorwerpen en tweedehands kleding, of het overvolle decor van een theatervoorstelling. En dat is het ook, want ze spelen hier onder meer Alice in Wonderland, waar jong en oud erg van geniet. Daarnaast treedt Kees op als troubadour en Marjo als waarzegster, onder de naam Madame Roza. Ze vertelt hoe ze ooit een jonge vrouw onthulde dat ze een groot geheim met zich meedroeg. Later kwam ze die vrouw nog eens tegen met een klein kind. Het Rotterdamse stel kan in deze tochtige woning hun fantasie ongeremd uitleven. In de tuin staan beelden, een hippie-pipowagen en een houten bank van een veerboot waar Lenin en Stalin nog op kunnen hebben gezeten. Als je Kees moet geloven tenminste. MOSSELEN & OLIEBOLLEN Die avond eet ik mosselen, want de r is in de maand. De volgende ochtend vervolgen Rens en ik onze tour door Aardenburg, dat in 1187 stadsrechten kreeg. Eerst nemen we een kijkje in het 17de-eeuwse Burgerweeshuis met zijn dubbele trapgevel en zijn fraaie regentenkamer, die helaas alleen op Monumentendag te bezichtigen is. Daarna lopen we over de Markt met zijn muziekkapel en Mossel- en Palinghuis Lekens, waar die avond de Belgische
HOLLANDS Glorie
ONS DORP
volkszanger Danny Brendo zal optreden. We gaan de hoek om en komen bij de grote Sint-Bavo, ook Sint-Baafs genoemd. Deze kerk, waarvan het oudste deel uit 925 dateert, staat in de top honderd van Nederlandse monumenten en is het enige voorbeeld van Schelde-gotiek in ons land. Hulpkoster Gerard Taalman vertelt dat de oliebollen die hier ieder jaar met oud en nieuw uit naastenliefde worden gebakken, legendarisch zijn. Het imposante interieur van de vroeger katholieke kerk is helemaal gewit toen de protestanten hem in bezit namen, wat hem nog hoger en lichter doet lijken. Een passende setting voor de Matthäus-Passion, die hier jaarlijks wordt uitgevoerd door de Nederlandse Bachvereniging, in dezelfde bezetting als in Naarden. Begin 2022 moet er vanaf de kerk een verbinding komen naar een splinternieuw archeologisch museum. Daar zullen ook overblijfselen te zien zijn van het Romeinse castellum, een fort dat hier vanaf 174 na Christus is neergezet. In de Burchtstraat staat een maquette, daarnaast tekent zich de omtrek van een van de Romeinse vestingtorens af. Je zou nu >
Links: karakteristiek straatbeeld in Aardenburg; Carlien de Backere en Willem de Stigter van Kunstenfestival Aardenburg.Deze pagina: een overwoekerde villa in de Burchtstraat; karakteristiek standbeeld in de Tuimelsteenstraat.
p. 107
Het imposante interieur van de vroeger katholieke kerk is helemaal gewit toen de protestanten hem in bezit namen, wat hem nog hoger en lichter doet lijken
'Stadsgids' Rens Klaasse; onder: de Sint-Baafs; rechts: een van de oude huizen aan de Tuimelsteenstraat.
HOLLANDS Glorie
ONS DORP
p. 109
een van de middeleeuwse aarden wallen op kunnen gaan waar het stadje zijn naam aan dankt (‘aarden burcht’) en een kilometer of vijf wandelen. Maar wij lopen verder naar het beeld van Margaretha Sandra, een Aardenburgse die in het Rampjaar de Fransen weerstond. Monica noemde haar grappend Darth Vader, naar de kwaadaardige figuur uit Star Wars. Op een muurschildering van Ronald Spiessens verderop staat de Berenning afgebeeld.
Onder: historische muurschidering van Roland Spiessens in de Westmolenstraat; rechts: fraaie villa op de Markt; daaronder: de Kaaipoort, de enige overgebleven stadspoort.
KIKKERMUSEUM Op de Achterweg staat een minikapelletje, nieuw gebouwd door Dinique Bakkers en haar man Mark Moens. Dinique is voorzitter van de Stadsraad die de belangen van de Aardenburgers behartigt in de gemeente Sluis. Dat is volgens haar hard nodig, want de meeste middelen vloeien naar de kust, die nu eenmaal meer toeristen trekt. Dinique ontvangt me in haar winkel GROEN in de Weststraat, waar je bloemen en etenswaren kunt kopen. Achterin is een Kikkermuseum, ingericht met 1250 kikkers die Marc heeft verzameld, met op de achtergrond gekwaak van het ‘Zeeuws-Vlaams Kikkerkoor’. Dinique is ook koster van de kerk van Maria-Hemelvaart
HOLLANDS Glorie
tegenover de winkel, beter bekend als Maria met de Inktpot. Volgens een legende zou Maria zijn verschenen aan een jonge wolwever die ter dood was veroordeeld. Ze had het kindeke Jezus op haar arm, maar ook een inktpot en een perkamentrol bij zich. Daar krabbelde het Christuskind iets op. Toen de man die rol aan de oudste schepen overhandigde, zoals Maria hem had opgedragen, werd hij prompt vrijgelaten. Nog steeds weet niemand wat er op die rol stond. Na dat wonder stroomden de pelgrims toe naar het Mariabeeld, dat behalve het Christuskind inderdaad een inktpot draagt, en zelfs nu komen er nog pelgrims naar de kerk. Dinique laat me de klokkentoren zien met twee grote klokken, de Jozef- en de Mariaklok. Als er een vrouw sterft wordt de Jozefklok
ONS DORP
geluid, bij het overlijden van een man de Mariaklok, “want die heeft een donkerder klank”. Geheel logisch klinkt het niet. Terug in ’s Lands Welvaren ontmoeten we Joop Turk, een Zuid-Hollander die twintig jaar geleden de uitspanning overnam, zonder enige horeca-ervaring. Nu zijn dochter Natasja en haar vriend Stefan de Ket eigenaar en zijn andere dochter Ivanka helpt in de zaak. Echt geïntegreerd raak je in Aardenburg nooit, zegt Joop. “Je bent en blijft een keienwipper.” Maar iedereen is aardig en hij woont hier met veel genoegen. “Ze worden hier goed oud”, constateert hij. “100 of 104 is geen uitzondering. Hoe dat komt? Door de prettige manier van leven, denk ik.” En inderdaad, het is hier heerlijk rustig, zo tussen de zompige klei en de loom wuivende populieren. In heel WestZeeuws-Vlaanderen is geen enkel stoplicht te vinden, vertelde Willem me glunderend, alleen een paar rotondes. En toch… als we naar de veerboot terugrijden wijst Rens op een flitscamera. “Die brengt het meeste op van alle camera’s in heel Nederland.” •
Echt geïntegreerd raak je in Aardenburg nooit, volgens Joop. “Je bent en blijft een keienwipper.” Maar iedereen is aardig en hij woont hier met veel genoegen. “Ze worden hier goed oud” p. 111
© Studio Steenhuis, steenhuispuzzels.nl
PUZZEL & WIN
HORIZONTAAL
WAT MOET U DOEN? Vul de puzzel in. Breng daarna de letters uit de gekleurde vakjes over naar de balk onder het diagram. Als u de letters in de juiste volgorde zet (eerst de horizontale lettercombinaties, dan de verticale), leest u een typisch Nederlandse uitdrukking. OPLOSSING VORIGE PUZZEL: De tering naar de nering zetten.
1. 7.
Typisch Nederlandse gebakjes Schreef Hoe God verdween uit Jorwerd
10. Presentator van De Taalstaat 14. Woonplaats van Anky van Grunsven
15. 17. 19. 20. 22. 24.
Ik ben __! Nederlands mediabedrijf Verzekeringsvorm Amfibie Zomerse drank Presenteert programma's van MAX
26. Goede naam voor een serveerster
28. Trendy 30. Oranje jachtvelden (1+3)
HOLLANDS Glorie
31. 33. 34. 36. 37. 39. 42. 44. 45. 47. 48. 50.
Nederlandse doe-het-zelfketen Huidverdikking Plaats in de gemeente Bunnik Speciaal-ingrediënt Past voor traan of pastei Klassiek pianostuk Nauw __ Den Haag (1+1) Stroomt door IJlst __ van Gent Russische auto De grote werd vroeger vaak in het voorjaar verricht
54. Die van 1 en 2 zie je in Nederland niet veel meer
55. Kan zowel de kok als de timmerman gebruiken
57. 58. 60. 62. 65. 67. 68. 69. 71. 72. 73. 74. 76. 77. 78. 81. 82.
Een der Provençaalse kruiden Langspeelplaat Pit Borstelt straten schoon Met Sittard in één gemeente Uitgeteld Overdosis In Holland staat __ huis Ontdek __ plekje Wüst of Van den Assem Meer dan wenselijk Maanprogramma Centrale ondernemingsraad Drug Soepeetgeluid Onverwacht __ Holland __
83. Ministerie voor de staathuishoudkunde
85. __ gek heeft zijn gebrek 86. Boom van een tante 87. Film van Fons Rademakers met Willeke Van Ammelrooy
88. Hoog beraad 89. Vertakt zich in Waal en IJssel 90. Lazarus
Maak kans op theeset Tulp van Heinen Delfts Blauw t.w.v. € 42 L
VERTICAAL
evensgenieter én fijnproever Janny van der Heijden heeft onder de naam Sharing Moments met Heinen Delfts Blauw twee serviescollecties uitgebracht: Tulp en Aapjes. Deze grote porseleinen theemokken met gebaksschoteltjes én bijbehorende theedoek combineren traditioneel Delfts blauwe elementen met een modern jasje. Dus of u nu zelf bakt of bij de patissier iets lekkers haalt, gewoon gezellig theeleut of stijlvol high teat, met deze vrolijke dessins zet u als gastvrouw of -heer direct de toon. Kijk voor andere delen van dit servies op www.heinendelftsblauw.nl. Wij mogen drie theesets onder de goede inzendingen verloten.
1. 2. 3. 4. 5. 6. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 16. 18. 21.
Advies
23. Op de Hollandse __, film
De vierde macht Zakelijke presentatie Wordt steeds meer gepeild Neemt water op Dorp in de Achterhoek Apenstaartje Gouda, Alkmaar, Edam De Duitse PvdA
met Wim Sonneveld
25. 27. 29. 31. 32. 34. 35.
Feestelijke wedstrijd Te weten Kan de NS niet zonder Leefbaar Nederland Roepnaam van A.F.Th. van der Heijden
Tussen Emmen en Veendam Nederlandse drogisterijketen Plaatselijke zwelling
hollandsgloriemagazine.nl.
Deze actie loopt tot 31 maart 2022. Na afloop krijgt de winnaar bericht. Over de uitslag wordt niet gecorrespondeerd.
49. Kerstvervoermiddelen 51. __ en letters, werd gepresenteerd door Robert ten Brink
52. Onverwacht 53. Plaats in de gemeente Altena 56. (Geen) familie van Wim Kan en
Kramer of Kockelmann Naast Sien Komt drie keer voor in
38. Stroomt onder de Amersfoortse Koppelpoort door
40. 41. 43. 44. 46.
Vul dan de oplossing en uw gegevens in bij mail & win op
'__ een half uur bewegen' (4+3)
Hollands Glorie (2+1)
Indonesische rok
KANS MAKEN OP DEZE THEESET?
Nederlandse voetbalclub Gemeente in Zuidoost-Brabant Rijstgerecht Eenheid van weerstand Oosters broodje
Fred Emmer (5+3)
59. 61. 62. 63. 64. 65.
Winkelen
73. De anatomische les van Dr. Nicolaes __ (Rembrandt)
75. 76. 79. 80. 84. 87.
Gymles Zoutje Visser of Blokhuis Via Tegenover NW Middelbaar onderwijs
__ Jans, voormalig werkeiland Kuddedieren Mark __ Ernst Talentenjacht van RTL Onlosmakelijk verbonden aan Rijen
66. Bewerkte huid 70. Griekse godin van de dageraad 71. Tussen Heerenveen en Sneek
p. 113
REINILDIS
Etiquettevraag
HOLLANDS Glorie
begrijpelijk. De vriend hield zich dus niet aan regel 1, de vrouw hield zich wel aan regel 2 – maar dit had de situatie niet verbeterd. Hier is dus alles fout gegaan. Jammer. In het algemeen is er wel een toverregel voor gevallen waar men zich duidelijk niet aan één of beide basisregels houdt. Die luidt: gebruik je gezonde verstand. In dit geval gingen de twee mannen zo op in hun gesprek dat ze niet meer nadachten. Hier had de vrouw redding kunnen brengen door bijvoorbeeld tegen haar vriend te zeggen: “Kun je mij jouw kennis niet voorstellen?” Of door haar hand uit te steken (of in coronatijd: op te steken) en zichzelf voor te stellen. Zo ziet u maar hoe één kleine etiquettevraag van een onbekende dame in een winkel tot een langdurig, maar interessant gesprek kan leiden. •
© Edith Buenen
Reinildis van Ditzhuyzen is historica, publiciste en etiquettedeskundige. Ze herschreef Amy Groskamp-ten Haves standaardwerk Hoe hoort het eigenlijk? waarvan de 42ste druk is verschenen.
In een winkel werd ik onverwachts aangesproken door een onbekende vrouw. “Mag ik u een etiquettevraag stellen?” zei ze. “Natuurlijk,” antwoordde ik, “ga uw gang.” Ze vertelde over een vervelende situatie waarin ze was geraakt: “Met een goede vriend zat ik in een café gezellig te praten. We hadden elkaar lang niet gezien en dus heel wat te vertellen. Opeens kwam er een man bij ons staan, die mijn cafégenoot bleek te kennen. ‘Wat goed om je weer te zien’, zei mijn vriend. ‘Dat is zeker tien jaar geleden! Hoe gaat het?’ De onbekende man vertelde wat en de twee raakten in een geanimeerd gesprek. Ze praatten en praatten, en ik zat er nogal verloren bij. Ik kende die man niet, wist niet eens hoe hij heette en voelde me nogal in de steek gelaten. Na zo’n tien minuten stelde mijn vriend voor dat de onbekende gezellig bij ons kwam zitten. ‘Dat vind je toch wel goed hè?’ zei hij voor de vorm. Ik had er helemaal geen zin in en zei plompverloren: ‘Nee!’ De onbekende man schrok en vertrok daarop, en mijn vriend was flink geërgerd. We bleven niet lang meer, want de gezelligheid was verdwenen. Mijn vraag aan u is: ‘Heb ik iets fout gedaan? Wat had ik volgens de etiquette moeten doen?’” Tja, dit is een eenmalige situatie, die in mijn boek natuurlijk niet voor komt. Want als ik alle mogelijke omgangsproblemen en situaties zou willen behandelen, wordt mijn boek duizenden bladzijden dik. In zo’n geval kijk ik steevast naar de twee basisregels. Regel 1 luidt: houd rekening met elkaar. Hier was haar vriend flink in de fout gegaan, want hij had geen enkele rekening met haar gehouden, terwijl zij tweeën toch samen in het café hadden afgesproken. Maar hij praatte eindeloos met een ander en stelde deze niet aan haar voor. Trouwens, de onbekende man had zijn hand ook zelf kunnen uitsteken en zeggen: “Wij kennen elkaar niet, ik ben…” Regel 2 van de etiquette is: wees duidelijk. Haar ‘nee’ was in ieder geval zo klaar als een klontje. Zeker, het was nogal bot, maar dat was in deze situatie