FOTO YVETETE KULKENS
Goed met geld
Investeringskloof: waarom slechts één procent van investeringen naar vrouwelijke ondernemingen gaat Vrouwelijke ondernemers hebben het knap lastig om investeerders aan te trekken in vergelijking met mannen. Een schamele één procent wordt geïnvesteerd in vrouwelijke ondernemingen. We vragen ondernemer Marian Spier van FEM-START en investeerder Eva de Mol van CapitalT hoe dat zit. D O O R YA S M I N E E SSE R
T
oen Eva de Mol een paar jaar geleden de resultaten onder ogen kreeg, kon ze het bijna niet geloven. Ze deed aan de Vrije Universiteit onderzoek naar de man-vrouwverhoudingen bij de bedrijven waarin Nederlandse investeringsfondsen geld steken. In Nederland was daar nog nooit eerder onderzoek naar gedaan. “In die tijd werkte ik bij een venture capital fonds, een investeringsfonds dat geld stak in innovatieve en snelgroeiende bedrijven. Het was echt een mannenwereld. Als ik bij wijze van spreken vroeg waar het damestoilet was, dan kon niemand me helpen. Ik zei er steeds vaker iets van, dat ik weinig vrouwen zag, maar dat werd dan een beetje weggewuifd. Ook hoorde ik vaak verhalen als: ‘Er gaat evenveel financiering naar bedrijven van vrouwen hoor, want déze vrouwen hebben wel geld
70
opgehaald’. Dan noemden ze twee namen. Maar het ging altijd om anekdotisch bewijs”, vertelt De Mol. “Ik heb een achtergrond als wetenschapper en wilde weten hoe het nou écht zit. Er bleken geen data te zijn over hoeveel er geïnvesteerd wordt in bedrijven van vrouwen of in bedrijven met vrouwen aan de leiding. Terwijl: you can’t change what you don’t measure.” Daarom besloot ze zelf in kaart te brengen wat de man-vrouwverhouding was van de bedrijven waarin durfkapitalisten investeerden. Ze sloeg de handen ineen met ondernemer en investeerder Janneke Niessen. In totaal werkten veertig investeringsfondsen voor beginnende bedrijven mee aan het onderzoek. De Mol en Niessen onderzochten in welke start-ups die investeringsmaatschappijen de afgelopen tien jaar geld hadden gestoken. Vervolgens keken ze wie er bij die jonge ondernemingen aan het roer stonden. Waren het alleen mannen, alleen vrouwen of gemengde teams? “Ik weet het nog precies”, zegt De Mol. “Het was zomer. Ik zag de resultaten en ik dacht alleen maar: holy shit. Janneke was op vakantie, maar ik móest haar bellen.” Wat bleek? Slechts 1,6 procent van het geld ging naar vrouwelijke ondernemers of bedrijven waar vrouwen aan het roer stonden. 6,8 procent ging naar start-ups met een gemengd team. Met andere woorden: negen van de tien financieringen gingen naar bedrijven met alleen mannen aan de leiding. “Dit onderzoek stamt uit 2018, maar sindsdien is er weinig veranderd. Elk jaar lees je weer over soortgelijke onderzoeken. Vorig jaar scheen er maar 0,6 procent van het geld naar vrouwelijke ondernemers te zijn gegaan”, zegt ze.
Economisch probleem
Dat er minder in vrouwelijke bedrijven wordt geïnvesteerd dan in bedrijven waar mannen aan het roer staan, is niet alleen een diversiteitsprobleem, het leidt ook tot een innovatiekloof in sommige sectoren. Want voor de innovaties uit het werkveld waar veel vrouwen werken, zoals de zorg, zijn te weinig investeerders. “Investeerders zijn vaak mannen en die steken hun geld niet in iets dat ze niet kennen”, zegt Marian Spier, die vrouwelijke ondernemers op weg helpt. “Sommige producten die vrouwen bedenken en maken, begrijpen mannen niet. Een
kolfapparaat bijvoorbeeld. Mannen zien daar minder snel brood in, met als gevolg dat innovaties in die sectoren achterblijven.” Daarnaast is het ook een economisch probleem dat vrouwelijke ondernemers minder geld ophalen. Op een of andere manier vergeten we dat vaak, meent Spier. “Maar het is natuurlijk ook goed voor de economie als er meer in vrouwelijke start-ups wordt geïnvesteerd. Vrouwen nemen sneller vrouwen aan, waardoor weer meer vrouwen aan het werk gaan en financieel zelfstandig worden. Het heeft een sneeuwbaleffect om in vrouwen te investeren.”
Netwerken
Hoe het komt dat er zo weinig in bedrijven van vrouwen wordt geïnvesteerd, is niet zo makkelijk te zeggen. Het zou ermee te maken kunnen hebben dat er überhaupt minder bedrijven zijn met vrouwen aan het roer, of die zijn opgericht
‘Ik weet het nog precies. Het was zomer. Ik zag de resultaten en ik dacht alleen maar: holy shit’ Eva de Mol
Eva de Mol promoveerde aan de universiteit van Berkeley en de VU in Amsterdam op diversiteit in teams. Aan de VU onderzocht ze in welke bedrijven investeringsfondsen hun geld steken en hoe het zit met de man-vrouwverhouding. Hieruit bleek dat maar 1,6 procent van alle financiering voor vrouwelijke ondernemers is en 6 procent voor diverse teams. Samen met Janneke Niessen richtte ze CapitalT op, een investeringsfonds voor jonge technologiebedrijven. Vijftif procent van hun investeringen gaat naar bedrijven met een vrouwelijke ondernemer en zestig procent gaat naar een founder of colour. Het gaat trouwens niet alleen om geld: ze mentoren de start-ups ook. Ze zijn bijvoorbeeld aanwezig bij belangrijke meetings, bouwen mee aan de bedrijfscultuur en geven media-advies.
OPZIJ 2023
71