i nternet of things dossie r 201 7 | chan n e lco n n ec t
Connectivity | Dirkjan van Ittersum
Nicholas van Hoey Smith, directeur bij Aerea
‘ Schaalbaarheid en energieverbruik cruciaal in IoT-devices’
Iedereen is bekend met de mobiele netwerken van KPN, Vodafone en T-Mobile. Minder bekend is dat ons land nog een landelijk mobiel netwerk specifiek voor IoT-devices kent. Het netwerk Sigfox wordt in Nederland geleverd door Aerea uit Rotterdam. “Sigfox gaat hard groeien en partners spelen daarin een essentiële rol”, aldus directeur Nicholas van Hoey Smith. Even terug in de geschiedenis. Wie al wat langer meeloopt in de telecom herinnert zich vast Wimax. Deze mobiele technologie werd ontwikkeld door Intel en beloofde sneller mobiel internet dan het toen moderne 3G. Het Nederlandse netwerk werd gebouwd door de voorganger van het huidige Aerea, maar Wimax kwam niet van de grond. Dit was aanleiding voor van Hoey Smith om Aerea over te nemen en de bakens te verzetten. En met succes, want al snel waren er gesprekken met het Franse bedrijf Sigfox dat werkte aan nieuwe technologie om ‘dingen’ te voorzien van connectiviteit via een uitgesproken traag netwerk.
Betrouwbaar “We gingen van gigabits per seconde naar 100 bits per seconde”, herinnert Aerea-directeur Nicholas van Hoey Smith zich. Toch was die teruggang volgens hem geen nadeel. “Integendeel, veel IoT-toepassingen hebben geen hoge datasnelheden nodig. Een sensor in een openbare vuilnisbak die een aantal keer per dag doorgeeft of er geleegd moet worden, levert maar een heel beperkte hoeveelheid data op. In zo’n toepassing is het veel belangrijker dat de hardware weinig energie verbruikt. Een gemeente wil zo’n vuilnisbak neerzetten en daar jarenlang niet meer over hoeven nadenken. Sigfox is daar bij uitstek geschikt voor. De technologie gebruikt 22
weinig stroom en heeft een groot bereik. Bovendien is het heel betrouwbaar. Alles is zo ingericht dat de data gegarandeerd aankomt.” Doordat data via Sigfox altijd met dezelfde snelheid en hetzelfde zendvermogen wordt verzonden, is het stroomverbruik heel goed te voorspellen. “Het is goed uit te rekenen hoe lang een batterij meegaat als je enkele keren per dag informatie doorstuurt”, legt CCO Ras Lalmy van Aerea uit. Klachten over de beperkte bandbreedte krijgt hij zelden. “In onze doelgroepen merken we dat maar weinig bedrijven de data vaker dan gemiddeld één keer per uur willen doorsturen. Alleen in testopstellingen wordt gekozen voor onze maximale frequentie van eens per tien minuten. Daarna wordt er teruggeschakeld naar een lagere frequentie. Met ons populairste abonnement verstuur je drie tot vijftig berichten per dag. Dat is ruimschoots voldoende voor de meeste toepassingen.”
Landelijke dekking Het Sigfox-netwerk is de laatste jaren internationaal hard gegroeid. Op dit moment zijn er netwerken in 36 landen die 660 miljoen mensen bereiken en in 2018 zullen 60 landen een Sigfox netwerk hebben. “In Europa zijn zo’n 20 landen actief met Sigfox en daarnaast zijn er netwerken in de VS, Latijns-Amerika, Iran, Oman, Japan,
Australië en Zuid-Afrika. Ons doel voor 2020 is dat 90 procent van de wereldbevolking Sigfox kan gebruiken.” De dekking in Nederland is de laatste jaren snel uitgebreid. Van Hoey Smith: “Inmiddels bieden we 99 procent outdoor dekking. In het eerste kwartaal van 2018 groeien we door naar 100 procent outdoor dekking en 95 procent indoor dekking. Het gaat om een volledig redundant netwerk. Ieder bericht wordt door meerdere basisstations ontvangen.” De gedachte achter Sigfox is om alles zo simpel mogelijk te houden. De antennes hebben een groot bereik en de modems zijn erg voordelig. “Toen we begonnen waren ze nog zo’n 15 euro, maar inmiddels praat je over een bedrag van minder dan twee euro. Volgend jaar doen we ook tests met wegwerpzendertjes van minder dan 20 cent.”
Internationaal Voor ontwikkelaars is een groot voordeel dat Sigfox een internationaal netwerk is zonder roaming. Van Hoey Smith noemt FieldMate als voorbeeld. Dit weerstation voor agrariërs meet temperatuur en neerslag op velden tussen de gewassen. “Dat is in Nederland ontwikkeld, maar werkt probleemloos in andere landen. Hooguit moet de zendfrequentie in andere continenten in een device worden aangepast. Maar