27-04-2010
14:50
Pagina 1
MIJN
MIJN
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
STAD DORP
HISTORISCH TIJDSCHRIFT OVERIJSSEL
2
N0
MEI-JUNI 2010 | €5,95
Abe Lenstra bij Sportclub
Erben Wennemars’
Om wijn en bier in Kampen:
Klootschieten:
Ad van Liempt over 1958: DOS-Sportclub Enschede.
jeugdjaren in Dalfsen, tot 31 juli 1997.
mr. Pigge betaalt niet, en krijgt een proces in 1598.
van folklore tot wereldkampioenschap. De fascinatie van Martin Meijerink.
En verder: Wim Peters • Han Hollander • Olympische Overijsselaars • Sporttaal • Overijssels Boek van het Jaar 2009 • En meer...
Theo Bult wint Tubbergen Sport in Overijssel
historischcentrumoverijssel
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
2 inhoud
27-04-2010
14:50
Pagina 2
Jaargang 1, nummer 2, mei-juni 2010
Op de omslag: Theo Bult voor de start in Tubbergen in 1971. Op de achtergrond Raalte in 1981.
10 6 In dit nummer 6 Abe Lenstra bij Sportclub 10 Theo Bult wint Tubbergen 14 Wereldtoppers op de Luttenbergring 16 De jeugdjaren van Erben Wennemars 24 Bal op vierkante doelpalen bij Edon
16 Rubrieken 5 In de werkplaats van de geschiedenis Oudheidkamer, Sociëteit en Sportclub in Enschede 8 Uit de Beeldbank Wim Peters’ hink-stap-sprong 9 Column Ad van Liempt: DOS-Sportclub Enschede
25 Clubnamen. Sporttaalzuivering 26 Olympische medailles in Overijssel
20 De fascinatie van Martin Meijerink en het klootschieten
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
27-04-2010
14:50
Pagina 3
3
Wim Coster, hoofdredacteur
Sport en geschiedenis
A
nno 2010 is de sport een niet meer weg te denken onderdeel van de Nederlandse samenleving. Miljoenen, professionals en amateurs, houden zich er mee bezig. Miljarden gaan er in om. Inspanning en ontspanning, winnen en verliezen gaan er hand in hand. Bedrijfsleven en overheid spelen er gretig op in.
De sport is inmiddels ook ontdekt en geaccepteerd binnen de wereld van de geschiedenis en de sportgeschiedenis weer in de media. Op lokaal niveau bestaat hiervoor eveneens veel belangstelling, want iedere stad, ieder dorp heeft wel zijn sporthelden of -gebeurtenissen die tot de verbeelding spreken; vooral wanneer de herinneringen eenmaal zijn gevormd en gekleurd door de tijd. Alle reden dus, om ook hier ruimschoots aandacht te besteden aan de sportgeschiedenis. Zeker in een periode waarin de sport in de lucht zit met Olympische Spelen die nog maar kort geleden plaatsvonden en de tennistoernooien van Roland Garros en Wimbledon voor de deur, net als het Wereldkampioenschap Voetbal. En ook, zij het voor een beduidend kleiner publiek, het Wereldkampioenschap
20
Klootschieten in de Gemeente Dinkelland. Het laatste laat in ieder geval óók zien, in het verhaal over de klootschieters van Oldenzaal en Ootmarsum, dat die sport in Overijssel al een geschiedenis heeft van minstens 263 jaar. En, dat sport en beleving, emotie, al minstens even lang bij elkaar horen. Het enige verschil met vroeger is misschien, dat die emoties tegenwoordig door miljoenen tegelijk op de meest uiteenlopende plaatsen ter wereld kunnen worden gedeeld. Hopelijk geldt dat, met terugwerkende kracht, ook voor de lezers en lezeressen van MijnStadMijnDorp.
I
28 Wat staat daar eigenlijk? Om wijn en bier in Kampen 31 Met de klas Industrialisatie in Twente
Oproep De redactie van MijnStadMijnDorp nodigt instellingen (archieven, bibliotheken, musea, historische verenigingen enzovoort), maar ook particulieren, in en buiten
32 34 35 36 37 39
Gesignaleerd Uitgelicht Agenda Mededelingen IJsselacademie Mededelingen VORG Fotovraag. Colofon
Overijssel, uit om uitbreiding te geven aan de lijst van vaste correspondenten. Om melding te maken van activiteiten en nieuwe publicaties, maar óók om artikelen en illustratiemateriaal aan te bieden, suggesties te doen of te reageren op de inhoud van het tijdschrift. Tevens roept de redactie auteurs op om met voorstellen te komen voor bijdragen aan een thema, een rubriek of anderszins. Op die manier kan MijnStadMijnDorp Historisch Tijdschrift Overijssel nog beter laten zien hóe en wáár geschiedenis leeft in deze provincie! Belangstellenden kunnen zich melden via
msmdhto@historischcentrumoverijssel.nl
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
27-04-2010
14:50
Pagina 4
4
Tjaps, Twents textiel met een tropisch tintje
In de loop van de negentiende eeuw kende de Twentse katoenindustrie een sterke expansie. De producten werden in toenemende mate afgezet op Aziatische markten, met name in Nederlands-Indië. Om zich van de concurrenten uit Engeland en later ook Japan te onderscheiden, gebruikten de fabrikanten merken, die in de vorm van een stempel, een tjap, op de balen katoen werden gezet. Deze merken zorgden voor herkenbaarheid en exclusiviteit. Zo was duidelijk uit welke fabriek de katoen kwam en via welk handelshuis een baal was verscheept.
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
27-04-2010
14:50
Pagina 5
in de werkplaats van de geschiedenis 5
door Geert Bekkering
Verenigd door Sportclub Enschede Oudheidkamer Sociëteit en Sportclub in Enschede Boven van links naar rechts Geert Bekkering (eindredacteur n Sliepsteen en redacteur ’t Inschrien), Robert Kemper (redacteur n Sliepsteen en ’t Inschrien), Ab Gellekink (redacteur n Sliepsteen en archivaris Sportclub Enschede) en Henk ter Heege (redacteur n Sliepsteen en archivaris Sportclub Enschede).
V
ier mannen in het clubhuis van Sportclub
de Stroinksbleekweg 12B in Enschede. Daar wordt het
Enschede, te midden van bekers, foto’s, pro-
tijdschrift ’t Inschrien uitgebracht en is een taalbank
grammaboek, vaantjes; verbonden door his-
ingericht. De OKT maakt zich ook sterk voor een hoog-
torie en sport op een donderdagavond in april
leraar Twentse geschiedenis aan de Universiteit
2010. Sportclub, de Oudheidkamer Twente (OKT) en
Twente.
de Stichting Historische Sociëteit Enschede-Lonneker
In 1968 werd de Stichting Historische Sociëteit
(SHSEL) vinden elkaar regelmatig in een-tweetjes. Als
Enschede-Lonneker opgericht. De L van ‘Lonneker’
bestuurder, redactielid, archivaris of in dubbelfuncties
moest wel in de naam van de Sociëteit komen, want
hebben Geert Bekkering, Robert Kemper, Ab Gellekink
tot 1934 was Enschede een klein stadje, met het grote
en Henk ter Heege namelijk allemaal iets met geschie-
Lonneker er helemaal om heen. Wat begon als een
denis. Hun organisaties zijn ruim een eeuw, een halve
groep mensen die samen praatten over en zochten
eeuw en precies een eeuw oud.
naar Enschedese en Lonnekerse geschiedenis, groeide
De oudste van de drie organisaties dateert al van 1905,
in een kleine halve eeuw uit tot een zeer actieve club,
toen vier Enschedese notabelen de Oudheidkamer
die ook voor de plaatselijke politiek en ambtenaren een
Twente oprichtten, om een juist aangekochte collectie
steeds grotere rol speelt. Het bleek 25 jaar geleden een
munten en penningen ‘op te bergen’. Die collectie
gouden greep te zijn om het tijdschrift n Sliepsteen ook
omvat inmiddels vele voorwerpen; van schilderijen,
voor niet-leden op abonnement beschikbaar te stellen.
munten en kaarten tot archeologische vondsten. Het
Er zijn nu 2.700 abonnees en naar schatting wel tiendui-
aantal leden groeide gestaag en geleidelijk aan kwamen
zend lezers.
er ook bijzondere bezittingen: de Hunenborgh in
Sommige lezers van ’t Inschrien en/of n Sliepsteen zullen
Volthe, het Mauritsbosje op de Usseleres en het
supporter of misschien wel lid zijn van de in 1906 opge-
Mander en Vasser grafveld, tegenwoordig allemaal
richte Enschedese Boys óf juist van Sportclub
beheerd door Landschap Overijssel. De OKT werd
Enschede, dat in 1910 werd opgericht en dit jaar het
breed actief en had tussen 1930 en 1993 haar onderko-
honderdjarig bestaan viert. Tussen de twee verenigin-
men in het Rijksmuseum Twenthe. Samen met de
gen heeft in het verleden veel rivaliteit bestaan, zeker in
Twente Akademie zette zij daarna het Van Deinse
de korte periode waarin zij als profclubs bestonden, tot
Instituut op in het Elderinkshuis in Enschede. Al vlot
zij in 1965 als zodanig samengingen tot FC Twente. De
daarna werd echter duidelijk dat in een nieuw te vor-
amateurtakken bleven daarna bestaan.
men museum, dat de naam TwentseWelle kreeg, de collecties van het Enschedese Natuurmuseum, het Museum Jannink en die van de OKT zouden worden samengebracht. De OKT is evenwel een zelfstandige Altijd vol vuur voor de club, hier op een aansteker uit 1959.
vereniging gebleven en heeft een buurhuis gekocht aan
I
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
6
27-04-2010
14:50
Pagina 6
Onder: 11 mei 1958: DOS-Utrecht tegen Sportclub Enschede 0-2. Abe Lenstra scoort en juicht. Doelman Frans de Munck en back Andries Nagtegaal hebben het nakijken. Gerrit Moddejonge kijkt tevreden toe. Een maand later, in de beslissingswedstrijd om de landstitel, zou het minder goed aflopen tegen dezelfde tegenstander. (Foto Henk Brusse, Enschede)
Abe Lenstra Voordat het betaald voetbal eind 1954 zijn intrede deed in Nederland, voerden in het District Oost (Overijssel en Gelderland) drie verenigingen de boventoon. Go Ahead Deventer kon bogen op zestien Oostelijke titels, Heracles Almelo op zes en Sportclub Enschede op vijf. Opmerkelijk was dat van die clubs alleen Sportclub Enschede zich bij de invoering van de Eredivisie in het seizoen 1956-1957 wist te plaatsen. Heracles volgde pas in 1962-1963 en Go Ahead nog een jaar later.
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
27-04-2010
14:50
door Ab Gellekink
Pagina 7
Linksonder: Het laatste seizoen (1955/56) op het Van Heekpark. Het legendarische elftal van Sportclub Enschede, met staande vlnr Joke Weustink, Arnold Frölich, Hennie Oonk, Gerrit Voges, Abe Lenstra en Joop Janssen. Gehurkt vlnr Arend van der Wel, Wim Busschers, Jan van de Wint, Joop Odenthal en Wim Feldmann. (Foto Henk Brusse, Enschede)
7
bij Sportclub at had alles te maken met het spectaculaire
D
de derde verlenging scoorde Tonny van der Linden de
aankoopbeleid van het Sportclubbestuur.
enige treffer voor DOS. Ik stond als veertienjarige
Trainer Jaap van der Leck werd losgeweekt bij
Sportclub-supporter achter het doel van Van de Wint
het Nederlands Elftal en binnen de kortste
en zie ook na ruim vijftig jaar het absoluut onhoudbare
keren werd Sportclub Enschede versterkt met kwali-
schot nog op me afkomen. Er gold sudden death: DOS
teitsspelers als Joop Odenthal, Gerrit Voges, Jan van de
was kampioen en Abe werd geen nieuwe kans gegund
Wint en Arend van der Wel. De bijnaam
ooit een landstitel te verwerven.
‘Vreemdelingenlegioen’ was geboren. Als klap op de
In de twee seizoenen die hij nog bij Sportclub
vuurpijl kwam in 1955 Abe Lenstra, toentertijd de beste
Enschede bleef spelen, kwam het elftal niet verder dan
voetballer van Nederland. Abe, 34 jaar oud en afkom-
een zevende en een negende plaats. Abe speelde 138
stig van de v.v. Heerenveen, had toen al 31 interlands
competitiewedstrijden voor Sportclub Enschede, waar-
achter de rug en werd begeerd door een schare buiten-
in hij 89 keer scoorde, en kwam tot april 1959 ook nog
landse profclubs. Hij negeerde een blanco cheque van
zestien keer uit voor Oranje. In 1960 vond Sportclub
Fiorentina, die hem in één klap miljonair zou hebben
Enschede in de even legendarische Helmut Rahn een
gemaakt. Een ongetwijfeld lucratief aanbod uit
een hekel aan trainen en hield zo nu en dan zijn over-
nieuwe vedette. Abe, inmiddels 39 jaar oud, bouwde
Enschede deed hem kiezen voor het zwarte shirt met
hemd met stropdas aan onder zijn trainingspak. De
zijn glanzende carrière in drie jaar af bij de Enschedese
witte V en stadswapen. Ook werd beweerd dat hij ein-
afstand van de kleedkamer in Het Diekman tot het trai-
Boys.
delijk wel eens een landstitel wilde meemaken en dat
ningsveld, niet meer dan tweehonderd meter, legde hij
hij de kans daarop bij Sportclub Enschede hoog aan-
af in zijn Mercedes. Maar in het veld trok hij het spel
De geest van Abe
sloeg. Geruchten dat hij vanuit het Twentse bedrijfsle-
naar zich toe en zette hij de lijnen uit, waarbij hij het de
In Heerenveen werd men lange tijd liever niet herin-
ven een vorstelijk handgeld van zo’n 75.000 gulden ont-
gewoonste zaak van de wereld vond dat anderen het
nerd aan Abe’s emigratie naar Enschede. Op Friese
ving en vijf seizoenen lang mede gehonoreerd werd via
vuile werk deden. Met name Gerrit Voges heeft zich
voetbalwebsites en voetbalgedenkboeken werd er
een ‘officieus’ circuit, zijn nooit helemaal verstomd.
jarenlang opgeofferd door zich elke wedstrijd weer een
minimaal en soms helemaal niet aan gerefereerd. Pas
slag in de rondte te sjouwen voor de maestro.
de biografie Abe van Johann Mast uit 2007 vertelde het
Touringcars voor de deur
hele verhaal. Maar de tijd heelt alle wonden: het 90-
Zijn komst veroorzaakte een euforie bij voetbalmin-
Toch geen kampioen
jarige SC Heerenveen heeft het 100-jarige SC Enschede
nend Enschede. Het huis van Abe en zijn vrouw Hil aan
De inbreng van Abe c.s. wierp meteen zijn vruchten af.
uitgenodigd om op 7 augustus 2010 naar Heerenveen
de Goeman Borgesiusstraat 25 in het Walhofspark
In het seizoen 1955-1956 miste Sportclub Enschede op
te komen voor een jubileumwedstrijd. Dat doen de
werd opgenomen in de route van touringcars en kreeg
één punt na deelname aan de kampioenscompetitie
Enschedeërs graag, want Abe wordt in Enschede nog
door de vele dagjesmensen bijna de status van bede-
van Nederland. In het eerste eredivisieseizoen (1956-
altijd omarmd.
vaartsoord. Abe bleef er ogenschijnlijk kalm onder en
1957) eindigden de zwarten op de derde plaats achter
Het tijdperk met Abe Lenstra en daarna Helmut Rahn
voelde zich buiten het veld beslist geen vedette. Hij had
Ajax en Fortuna ’54. Maar het jaar daarop zou het gaan
(1955-1963) staat bij Sportclub Enschede te boek als de
gebeuren. Na een uitputtende nek-aan-nekrace eindig-
gloriejaren van de vereniging, naast het eerdere lands-
de Sportclub Enschede samen met DOS-Utrecht
kampioenschap in 1926. In 1965 nam de fusieclub FC
bovenaan, allebei 47 punten uit 34 wedstrijden; Ajax
Twente het estafettestokje over van Sportclub
bleef steken op 42 punten. Het doelsaldo gold destijds
Enschede, dat zelf terugkeerde naar de amateurs. FC
niet; een beslissingswedstrijd moest de kampioen van
Twente zou gaan zorgen voor nieuwe successen, eerst
Nederland opleveren. In de Goffert in Nijmegen, op die
in het Diekman-stadion, vanaf 1998 in het Arke Stadion
bloedhete zondag van 15 juni 1958, voor 38.000 toe-
(nu Grolsch Veste). De huidige 65-plussers onder de
schouwers en met als scheidsrechter Leo Horn, waren
supporters van Sportclub Enschede zien in FC Twente
de Enschedeërs torenhoog favoriet. Dat bleek niet vol-
nog steeds ‘hun kind’. De geest van Abe doolt op
doende. Op de 0-0 stand na de reguliere speeltijd volg-
gezette tijden nog boven het inmiddels afgebroken
de een verlenging van maximaal vier keer 7,5 minuut. In
Diekman-stadion.
I
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
27-04-2010
14:50
Pagina 8
@ www.atletiekhistorici.nl/programpic1944/picmenspringen1944.html
8 uit de beeldbank
door Ester Smit
Inzet: Wim Peters, 1903-1995.
Wim Peters: veelzijdig en principieel atleet im Peters tijdens de Olympische Spelen in Amsterdam op 2 augustus
W
Openlijk anti-nazi
1928. Nederland had voor het onderdeel hink-stap-sprong vier sprin-
Peters had vier keer mogen deelnemen aan de Olympische Spelen. Het werden er
gers. Hij sprong in de eerste serie eerst tweemaal ongeldig en daarna
drie. Eerst in Parijs (1924), Amsterdam (1928) en Los Angeles (1932), waar hij de vier-
14.55 meter. Altijd heeft hij beweerd dat één van die twee sprongen
de plaats behaalde; samen met Amsterdam zijn beste prestatie. De vierde keer dat
wel degelijk geldig was en dat het hem de gouden medaille heeft gekost, dat die
hij mee had kunnen doen was in 1936, in Berlijn. Hij weigerde resoluut. Als openlijk
sprong werd afgekeurd. Zijn optreden bracht hem uiteindelijk een vierde plaats en
anti-nazi wilde hij toen niet deelnemen aan de Spelen.
géén toegang tot de finale. Hij was enorm teleurgesteld, net als de overige
De Koninklijke Nederlandse Atletiek Unie nam hem dat niet in dank af en hij mocht
Nederlanders. Want hoewel het hink-stap-springen als sport niet altijd serieus werd
vervolgens niet meedoen bij de Europese kampioenschappen in Parijs. De atleet
genomen, was er wel op een medaille gerekend.
Peters bleef echter bij zijn principes. Als voorzitter van de atletiekafdeling van PEC
Wat vier jaar eerder was begonnen als een ‘grap’, werd in 1927 in Londen tijdens de
1910 weigerde hij tijdens de oorlog twee NSB’ers het lidmaatschap. Hij werd gevan-
Open Engelse Atletiekkampioenschappen een serieuze zaak. Het publiek voelde,
gengezet in Vught. Toen hij vrijkwam, werd hij al snel wéér opgepakt, ditmaal van-
dat er iets te gebeuren stond. De tribune viel stil. Peters concentreerde zich. Nam
wege verzetsactiviteiten. Hij werd opgesloten in de gevangenis van Almelo, waar hij
zijn aanloop. De landingsbak met zand was echter maar 15.50 meter lang; nog niet
tot de bevrijding gevangen bleef.
berekend op nieuwe supersprongen. Als hij wilde, zou Peters over de bak heen kunnen springen, maar dan zou de sprong niet geldig zijn! Dus moest hij zich inhouden.
Tot op hoge leeftijd
Hij raakte de achterste balk en zijn sprong van 15.48 meter was geweldig! Slechts
Peters ging door tot op hoge leeftijd. In 1958 presteerde hij het op 45-jarige leeftijd
vier centimeter van het wereldrecord verwijderd, vestigde Peters een Nederlands
nog om tijdens de officieuze Open Engelse A.A.-kampioenschappen met een
record hink-stap-springen, dat veertig jaar lang zou standhouden. Het gebeurde in
sprong van 13.62 meter tweede te worden op de hink-stap-sprong. Zes keer eerder
een tijd waarin atleten zelf hun boontjes moesten doppen. Geen legers masseurs
al was hij eerste geworden. Wim Peters was lid van verdienste van de KNAU en
die klaarstonden, geen ontvangstcomités bij thuiskomt. Op het station stond alleen
houder van het Unie-erekruis in goud. Op bestuurlijk terrein bekleedde hij, niet
zijn vrouw Gé met een bos bloemen.
alleen bij PEC 1910, maar ook binnen de KNAU jarenlang tot op hoge leeftijd diverse
In 1934 werd hij in Turijn Europees kampioen met een afstand van 14,89 meter. In
officiële functies. Hij overleed op 91-jarige leeftijd.
eigen land werd hij tussen 1924 en 1942 op zijn favoriete onderdeel niet minder dan zestien keer kampioen. Hij was echter niet alleen goed in de hink-stap-sprong, maar ook in het verspringen. Zijn beste sprong was 7.33 meter en ook in deze tak van sport had hij een tijdje het Nederlands record op zak.
I
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
27-04-2010
14:50
Pagina 9
column 9
door Ad van Liempt
Ad van Liempt over DOS-Sportclub Enschede
De vraag van Jan van de Wint
twee jaar geleden het doelpunt nog exact beschrijven: ‘Dat doelpunt van Abe, virtuoos. Hij trekt hem terug onder zijn voet, ik glij voorbij maar ik lig helemaal verkeerd. Ik doe nog een poging, maar hij trekt ’m weer terug en schuift ’m de hoek in. Verschrikkelijk, wat een goeie voetballer.’ Prachtig op de foto is ook de verbijstering in de ogen van Andries Nagtegaal en de legendarische keeper Frans de Munck. DOS leek door de 0-2 nederlaag uitgeschakeld voor de titel. Heel sneu, de club miste tegen Enschede zijn beste speler, Tonny van der Linden. Hij was geblesseerd. Maar er deed zich een kans voor op revanche, ruim een maand later. Beide clubs eindigden gelijk en
ie foto, elders in dit fraaie blad, van de jui-
die vreugde bij Abe Lenstra, hij was normaal niet zo
moesten in stadion De Goffert in Nijmegen een
chende Abe Lenstra, die zojuist 0-2 heeft
uitbundig, de Fries in Twentse dienst. Een beetje een
beslissingswedstrijd om het Nederlands kampioen-
gescoord tegen DOS – ik zit er al minuten-
chagrijn eigenlijk, doorgaans te flegmatiek om te jui-
schap spelen. Dat was tevens een tweestrijd tussen
lang onafgebroken naar te kijken.
chen. Maar dit keer lag het anders. Hij had zojuist een
Abe Lenstra en Tonny van der Linden om de officieu-
Hoe volgepakt stadion Galgenwaard was, om te
doelpunt gemaakt van ongekende schoonheid. De
ze titel ‘voetballer van het seizoen’ – want beiden sta-
beginnen. Het was dé confrontatie tussen de twee
Utrechtse kranten (er waren er destijds vier...) waren
ken met kop en schouders boven de rest uit. Van der
beste ploegen uit het seizoen 1957-1958. En dan die
lyrisch toen ze Abe's bewegingen beschreven. Hij
Linden was een stuk jonger (25), en bovendien
prachtige shirts van Sportclub Enschede, normaal
haalde de bal twee keer onder de voet door en zag
getergd omdat bondscoach Elek Schwartz hem nooit
speelden ze in het zwart met een witte V op de borst,
verdedigers als Andries Nagtegaal (destijds bakkers-
opstelde in het Nederlands Elftal. Daar kreeg de
maar nu in het diapositief: wit met zwarte V. Het gaf
knecht, ik zag hem altijd als ik naar school liep) en
inmiddels 37-jarige Lenstra steeds de voorkeur.
de ploeg een Real Madrid-achtig aanzien. En verder
Hans Kraay vergeefs langs glijden. Die laatste kon mij
Het was bloedheet in De Goffert, die middag van de
D
15e juni in 1958. Er stonden emmers water langs de lijn, ter verfrissing. De ploegen speelden nerveus, en hielden elkaar in evenwicht, al had DOS geluk dat scheidsrechter Leo Horn een glaszuiver Twents doelpunt wegens buitenspel afkeurde: niemand protesteerde overigens. De wedstrijd eindigde in 0-0 en in de derde verlenging (ze speelden vier keer 7,5 minuut extra, tot er een doelpunt zou vallen) gebeurde het. Abe Lenstra kon inmiddels geen voet meer voor de andere krijgen, en Tonny van der Linden loerde nog gretig op zijn kans. Hij kreeg een verdwaalde bal van linksbuiten Cor Luiten aangespeeld, bracht 'm via hoofd, borst en voet onder controle en schoot toen, uit de draai, met links op doel. Via een stuit ging de bal in de rechterhoek. DOS was kampioen. De keeper van Sportclub Enschede, Jan van de Wint, gesierd met het eeuwige predikaat 'boomlang', bleef wel een minuut liggen, met zijn gezicht in het gras. Zijn wereld stortte in. Toen ik Van de Wint vijftig jaar later, ten behoeve van Jan van de Wint: verslagen op de grond na de treffer van Tony van der Linden, 15 juni 1958; 38.000 toeschouwers kijken toe.
een reconstructie van deze bijzondere wedstrijd, kwam interviewen, bleek aan het eind van het gesprek de impact van dat moment. Hij pakte me bij de arm en zei: 'Nou heb jij de filmbeelden van dat doelpunt gezien. Nou moet jij mij eens eerlijk zeggen: had ik 'm moeten hebben?' Prachtige vraag, prachtige man.
I
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
27-04-2010
14:50
Pagina 10
Het hoogtepunt van de carrière van Theo Bult is ongetwijfeld de TT van Assen in 1971. Hij werd toen tweede in de 250 cc en derde in de 350 cc. (foto Henk Keulemans)
10
Vliegende start
Nadat Theo Bult eind jaren vijftig als jong broekie voor het eerst met z’n motorgekke
In 1969 maakte Theo Bult dan toch nog met een Yamaha (in de 350 cc klasse) en zijn eigen Ducati (in de 250 cc klasse) zijn eerste rondjes om de kerk in Fleringen. Hij maakte wat je noemt een vliegende start op zijn ‘thuiscircuit’. In de nationale wed-
broers en vader de internationale motorraces op
strijd snelde hij met zijn 350 cc Yamaha zomaar naar een eerste plek en met zijn 250
het stratencircuit van Tubbergen had bezocht,
in Hengelo (Gld.), al overtuigend aangetoond dat wat goed is, snel komt. Toen hij in
wist hij het zeker: dit wil ik ook!
cc Hill-Ducati werd hij derde. Het jaar ervoor had Bult, onder meer tijdens de races Hengelo winnaar werd in de nationale 350 cc klasse, op een door Gerrit Filart uit Manderveen gesponsorde Honda, werd hij prompt opgenomen in het Motorpaleis-Riemersma Racing Team, waarvan bijvoorbeeld ook Wil Hartog (de
T
ot hij oud genoeg was om het motorrijbewijs te halen, oefende hij een
Witte Reus) deel uitmaakte.
aantal jaren vlijtig op een afgedankte motor van één van z’n broers in de
Een jaar na zijn imponerende debuut mat Bult zich al in de internationale wedstrijd
grote moestuin achter de ouderlijke woning in Lonneker. In 1968 – hij was
in Tubbergen met de grote jongens. Na races op het scherpst van de snede met
toen 23 jaar en had al de nodige kilometers op bochtige B-weggetjes over
Paul Smart (‘Small Part’) won hij de 350 klasse en werd hij tweede in de 250 cc. Nog
de glooiende Twentse dreven op de teller – achtte hij de tijd rijp zijn jongensdroom
weer een jaar later, nadat hij onder meer tijdens de TT in Assen als tweede en
waar te gaan maken. Met een door hem zelf tot ‘Hill Ducati’ omgebouwde Ducati
derde werd afgevlagd en ook op internationale circuits al grote indruk had gemaakt,
Mach 1, doorstond Bult (‘Hill’) met glans een ‘racevaardigheidstest’ op het circuit
won de toen 26-jarige productietechnicus van – toen nog – de Technische
van Zandvoort.
Hogeschool Twente zelfs beide klassen.
Tot zijn grote teleurstelling kreeg hij dat jaar echter geen startbewijs voor ‘Tubbergen’. De organisatoren achtten hem te jong en onervaren om zich staande te houden te midden van de nationale en internationale cracks. De internationale motorraces op het stratencircuit van krap tien kilometer in de driehoek Tubbergen, Fleringen, Albergen stonden in die jaren zowel nationaal als internationaal in hoog aanzien. Tussen 1950 en 1960 vertoonden motorduivels als de Zwitser Musy, de Nieuw-Zeelander Hollier, de Australiër Keith Campbell en later de Brit Rob Fitton, de Duitser Ernst Hiller en de Canadees Frank Perris tegen fikse startgelden met graagte hun niet geringe kunsten op de essen rond de Kroezeboom en het rondje om de kerk van Fleringen. Als jongetje stond Theo Bult jaar na jaar juist op díe plek op Tweede Pinksterdag tussen het publiek, want daar kon je de coureurs het beste van dichtbij zien omdat ze daar flink in de remmen moesten.
HOE THEO BULT IN 1971 ZIJN JONGENS
‘Terreur’ op
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
27-04-2010
14:51
Pagina 11
door Ben Siemerink
‘Terreur’ van Bult De Twentsche Courant sprak na de triomf in Tubbergen in een kop over de ‘terreur’ van lokale favoriet Theo Bult. De sportverslaggever van dienst juichte: ‘Toen alle rumoer op het circuit van Tubbergen was verstomd, toen het tenslotte bijna beangstigend stil was geworden in het de uren daarvoor “knetterende” rennerskwartier, toen pas wilden de voor vorstelijke startgelden naar Tubbergen gelokte buitenlandse vedetten het meesterschap van Theo Bult erkennen. Toen ook gaven zij ronduit toe dat de Lonneker Yamsel-coureur, die in de klassen 250 en 350 cc internationaal de buitenlandse concurrentie een vernietigende nederlaag had toegebracht, kan uitgroeien tot één van ’s werelds toonaangevende motorcoureurs.’
Organisator Jaap de Wit Dat lokale favorieten als Theo Bult en niet te vergeten Marcel Ankoné uit Oldenzaal, maar ook Aalt Toersen uit Staphorst, er triomfen vierden, droeg in niet geringe mate bij aan de populariteit van de internationale motorraces van Tubbergen. In de hoogtijdagen trokken de wedstrijden in het Pinksterweekeinde gemakkelijk zestig- tot zeventigduizend motorliefhebbers uit binnen- en buitenland. De uit Zenderen afkomstige motorfanaat en -coureur Jaap de Wit stond aan de wieg van de motorraces in Tubbergen. Waarom, zo redeneerde hij, zou het motorgekke Twente in navolging van Assen niet een ‘TT’ kunnen organiseren? Al in 1939 had De Wit met een aantal vrienden een geschikt parcours gevonden in de driehoek Tubbergen, Fleringen, Albergen. Toen de Tweede Wereldoorlog uitbrak, moesten de plannen noodgedwongen worden
NSDROOM WAARMAAKTE IN TUBBERGEN
thuiscircuit
11
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
12
27-04-2010
14:51
Pagina 12
Hieronder: Wil Hartog op de Luttenbergring. (foto Henk Keulemans)
Tubbergen, 1971, ‘5000 cc’.
opgeschort, maar in 1946 werd de draad weer opgepakt. Nadat op zondag 21 juli dat
Burgemeester Kolenbrander
jaar de stichting ‘De Groote Prijs van Twenthe’ was opgericht, viel op zaterdagmid-
Mede door de inzet van burgemeester Kolenbrander van Tubbergen (die ‘een lijntje
dag 28 september 1946 voor de eerste keer de zwart-wit geblokte startvlag voor de
had’ met de weergoden), maar zeker ook Bennie Pinners (die weer ‘een lijntje had’
in totaal 180, louter Nederlandse, coureurs die uitkwamen in acht verschillende
met de buitenlandse coureurs), kreeg ‘Tubbergen’ in de daaropvolgende jaren nati-
klassen op het 9.230 meter lange parcours.
onaal en internationaal een vast plekje in de agenda van zowel coureurs als liefhebbers. Al in 1949 kwamen de eerste buitenlandse coureurs aan de start en in de jaren
De zenuwen van de penningmeester
daarna zagen steeds meer motorfabrikanten Tubbergen als het ideale circuit om
Het publiek stroomde meteen massaal toe. In de driedelige geschiedschrijving van
hun machines te laten testen. Hoewel zich in de loop der jaren wel enkele ongeval-
100 jaar motorsport in België en Nederland adel in het zadel zegt Frans Geurts daar-
len voordeden, soms met dodelijke afloop, bleef de aantrekkingskracht op zowel
over: ‘Men had de publieke belangstelling schromelijk onderschat en het aantal
coureurs als publiek onverminderd groot.
controleurs was bij lange na niet voldoende om alles van een leien dakje te laten
Nadat de naam van Theo Bult in 1971 met gouden letters was bijgeschreven in het
verlopen. Penningmeester Dollekamp kreeg de zenuwen toen hem ’s avonds de
geschiedenisboek van Tubbergen, werd optimistisch een volgende bladzijde opge-
financiële baten werden overhandigd. Een zak vol guldens, kwartjes, dubbeltjes en
slagen. Die werd echter inktzwart ingekleurd.
centen die hij, bij gebrek aan een veiliger vervoermiddel, achter op zijn motorfiets bond en daarmee naar zijn huis in Rijssen tufte…’ Op de Luttenbergring kwamen alle wereldsterren aan de start, zoals in 1981 Marco Lucchinelli (startnummer 2, dat jaar 500 cc-wereldkampioen), Henk de Vries (8) en Boet van Dulmen (1). (foto Henk Keulemans)
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
27-04-2010
14:51
Pagina 13
Hiernaast: De start voor de 350 cc in 1971 in Tubbergen. Met nummer 38 Theo Bult.
Hard onderuit In het rampjaar 1972 was Theo Bult er al niet meer bij in Tubbergen. Eind 1971 was hij met zijn machine op het circuit van Vessem in Noord-Brabant zo hard onderuit gegaan, dat hij met een rugwervelfractuur in het ziekenhuis moest worden opgenomen. Hij besloot van het ene op het andere moment een punt te zetten achter zijn even korte als hevige carrière in de internationale motorracerij. Op dat moment stond hij vierde op de WK-ranglijst en had hij in drie achtereenvolgende jaren vier nationale titels in de 250 en 350 cc klasse op zijn naam gebracht. Spijt van zijn beslissing abrupt te stoppen met de racerij heeft Bult nooit gehad. Anno 2010, bijna veertig jaar later, zegt hij in alle nuchterheid dat het op dat moment letterlijk en figuurlijk mooi was geweest. ‘Toen ik begon als coureur ging het me er vooral om te kijken of ik het kon. Als je dat op een gegeven moment voor jezelf en anderen hebt bewezen, dan hoef je niet meer zo nodig. Daar komt bij, dat ik het racen op een motorfiets wel leuk vond, maar de techniek van zo’n machine en het sleutelen daar aan net zo leuk. Of misschien nog wel leuker.’
Begin van het einde in Tubbergen Tijdens de races op 22 mei 1972 verongelukte de Nederlander Leo Commu direct na de start dodelijk. En even later vloog tot overmaat van ramp de Zuid-Afrikaan Mike Grant bij Fleringen uit de bocht, waarbij een toeschouwer om het leven kwam. Deze dramatische ongevallen vormden het begin van het einde van ‘Den Grooten Prijs van Twenthe’. Het jaar daarop trokken Gedeputeerde Staten van Overijssel de vergunning in en hoewel in 1975 nog wel een ‘doorstart’ werd gemaakt en zelfs in
In 1995 herenigd voor de foto: topcoureurs Theo Bult (links) en Wil Hartog met in het midden hun sponsor Tom Riemersma. (foto Henk Keulemans)
1984 op een geheel nieuw circuit in de buurt van Geesteren werd gereden, bleek de glans van het evenement voorgoed verdwenen. Zowel de coureurs als de toeschouwers voelden zich op het aangepaste circuit tussen Tubbergen en Geesteren niet meer thuis. Op zondag 29 april 1984 viel definitief de zwart-wit geblokte finishvlag voor een roemrucht stukje motorhistorie in Nederland.
Oude glorie Sleutelen aan machines is Theo Bult blijven doen, nadat hij was gestopt als coureur. In de kelder van zijn woning in Lonneker heeft hij met liefde, geduld en vakmanschap onder meer een paar NSU’s en Ducati’s in oude glorie hersteld. De exacte replica van een 350 cc Yamsel, (Yamaha blok met een Seeley frame), waarop hij zelf ooit triomfen vierde, moet de kroon worden op zijn werk als restaurateur en liefhebber pur sang. Hoewel hij net gepensioneerd is en dus wat meer tijd heeft, zal het volgens Bult nog wel even duren voordat hij zich met deze machine zal kunnen meten met z’n oude motormaten tijdens één van de classicdemo races, die met enige regelmaat in ons land of elders in Europa worden gehouden.
13
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
14
27-04-2010
14:51
Pagina 14
Onder: De start van de 250 cc in Tubbergen in 1971.
Rechts: Theo Bult scheert in 1971 langs de strobalen in Fleringen.
Wereldtoppers op Luttenbergring
met Nederlandse deelnemers. De beide laatste klassen reden in 1971 een gezamen-
Terwijl in 1972 in Tubbergen het einde naderde, was de Luttenbergring, een soort-
lijke race. Bij de 50 cc rijders maakten garagehouder Jan Bruins uit Deventer, Rinus
gelijk stratencircuit nabij Raalte, juist in opkomst. Op dat circuit werden door de
Kamp uit Borne, Jack Greevink uit Nijverdal en Bennie Maatkamp uit Varsseveld
Raalter Automobiel en Motorclub (RAM) in 1970 voor het eerst motorwegraces
deel uit van het rennersveld. Ook Jan Zoombelt uit het Gelderse Oldebroek, zoon
gehouden, die een jaar later al een internationale status kregen. De kiem voor de
van het bestuurslid van het circuit van Oldebroek, kwam in Raalte aan de start.
races op de Luttenbergring was feitelijk al gelegd in 1954 toen de RAM (in 1949
In de gecombineerde klasse 250 en 350 cc stond Theo Bult uit Lonneker met zijn
opgericht door een aantal Raalter motor- en autoliefhebbers) zich aansloot bij de
Yamsel onder startnummer 38 in het programmablad vermeld. Hij mocht het op de
KNMV. Vanaf 1958 werden er in die tijd populaire motorsportevenementen als gras-
Luttenbergring opnemen tegen de Overijsselse coureurs Marcel Ankoné
baanraces en motorcrossen georganiseerd. In 1967 werd er voor het eerst een
(Kawasaki) uit Oldenzaal en Herman Looman (Yamaha) uit Enschede.
motorwegrace gehouden op een kort en smal circuit bij Raalte. Die motorwegraces
Het volgende jaar, 1972, verschenen de eerste buitenlandse deelnemers aan de
kwamen echter pas echt tot grote bloei, toen in 1970 werd uitgeweken naar een
start. Kent Andersson en Börje Jansson, beiden uit Zweden, zijn misschien wel de
stratencircuit rond het kerkdorp Luttenberg.
bekendste. Zij bleven ook de erop volgende jaren trouw naar de Luttenbergring
De Luttenbergring, met een lengte van 3.150 meter telde veel bochten, met illuste-
komen. Allengs werd de buitenlandse deelname steeds groter. De grote doorbraak
re namen als Tiesbocht, Hendrikabocht en Pinnersbocht, die het uiterste vroegen
kwam toen in 1974 de races van augustus werden verplaatst naar medio juni, twee
van de stuurmanskunst van de coureurs. Vele duizenden liefhebbers zagen er tot
weken voor de TT van Assen. Veel buitenlandse rijders grepen hun kans door eer-
midden jaren tachtig tal van wereldkampioenen, maar ook nationale cracks als Boet
der naar het Raalter circuit te komen, daar een aardig start- en misschien ook wel
van Dulmen (‘den Boet’), Wil Hartog (‘de Witte Reus’) en Jack Middelburg
prijzengeld in de wacht te slepen en dan door te reizen naar Assen, waar een week
(‘Jumping Jack’) aan het werk. De Raalte Races groeiden, na de TT van Assen, uit tot
later de trainingen begonnen.
één van de bekendste en drukst bezochte Internationale motorsportevenementen.
Een bekende oud-coureur die óók naar Raalte kwam, was Theo Bult. Als official bij
De eerste races in 1970 hadden nog de status van nationale races. Het volgende jaar
de Koninklijke Nederlandse Motorrijders Vereniging KNMV zag hij toe op de bevei-
maakten de internationale klassen 50, 250 en 350 cc hun entree, maar uitsluitend
liging van het stratencircuit en ook trad hij op als wedstrijdleider, de belangrijkste
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
27-04-2010
14:51
Pagina 15
15
Onmisbaar attribuut, het programmaboekje.
seerd door Stichting Wegraces op de Luttenbergring, gelieerd aan de Luttenbergse rijvereniging. De races kregen het stempel ‘Dutch open races’. Ook aan de races van de SWL kwam in 2004 echter een einde toen de overkoepelende motorsportbond besloot geen licentie meer te verlenen voor de supersport 600 cc klasse, de op dat functie op het circuit tijdens de trainingen en de wedstrijden. Hij was dan de man
moment meest interessante klasse. Een jaar later was het definitief afgelopen.
die met de zwart-wit geblokte vlag de rijders aan de finish afvlagde.
Wereldtoppers De komst van bekende internationale rijders trok een grote schare toeschouwers, waardoor steeds beter geklasseerde rijders konden worden gecontracteerd. Zodoende waren er tussen de deelnemers in het begin van de jaren tachtig verschillende wereldkampioenen te vinden of op zijn minst rijders die tot de tien besten van de wereld behoorden. Bekende namen waren de Engelsman Chas Mortimer, de Duitser Toni Mang en de Zwitser Bruno Kneubühler die zeker zeven races op de Luttenbergring heeft gereden. Ook de Italiaan Graziano Rossi – bekend van zijn spectaculaire ‘wheelies’ en later als vader van de huidige, negenvoudig wereldkampioen Valentino Rossi – stond in Raalte aan de start. Uit vrijwel alle werelddelen hebben zo bekende mannen op de Luttenbergring strijd geleverd: van Japan tot Zuid-Afrika en vanuit Venezuela kwamen ze afgereisd naar het Raalter circuit. Vertegenwoordigers van de organisatie reisden dan ook regelmatig naar buitenlandse circuits om daar de ‘grote jongens’ te contracteren.
Neerwaartse spiraal Na 1983 echter, trad een neerwaartse spiraal in werking. De grote internationale coureurs waren vrijwel allemaal overgegaan naar een fabrieksteam en waren alleen nog maar geïnteresseerd in WK-punten, die nu eenmaal op de Luttenbergring niet te behalen waren. Het wegblijven van de ‘grote jongens’ had ook gevolgen voor de publieksaantallen en daarmee werden de races minder aantrekkelijk voor sponsoren en cateraars. Nadat er een aantal jaren verlies was geleden, besloten de organisatoren in 1989 de stekker er uit te trekken. Nog één keer werd de race op de Luttenbergring nieuw leven in geblazen, maar het werd nooit meer als in de gloriejaren zeventig. De laatste Raalte Races werden verreden op zaterdag 12 en zondag 13 juni 1989. Bijna tien jaar later, in 1997, herleefden de races op de Luttenbergring, nu georgani-
Midden: Theo Bult in 1970 in de krans met zijn toenmalige vriendin Hermie Engbers. Hierboven: Nog wordt er over gesproken, de wheelies die Graziano Rossi in 1980 trok tijdens zijn duel met ‘Jumping Jack’ Middelburg. (foto Henk Keulemans)
I
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
16
27-04-2010
14:51
Hieronder: Schaatspret in de jaren zestig, op de voorloper van ijsbaan Bellingeweer, langs de Vecht in Dalfsen.
Pagina 16
Geheel onder: Erben, zes jaar, op de ‘scheuvels’ in Dalfsen.
Hieronder: Erben, als kampioen van Dalfsen bij de zesjarigen, krijgt zijn eerste beker uitgereikt door Aukje de Boer, echtgenote van voorzitter Hans de Boer van IJsclub de Stokvisdennen.
Medaillespiegel Erben Wennemars goud
zilver
NK Afstanden:
10
12
brons 9
NK Sprint wedstrijden:
12
5
13
NK Sprint eindklassement:
3
2
3
NK Allround wedstrijden:
3
0
1
NK Allround eindklassement:
0
0
1
WK Allround wedstrijden:
2
0
0
WK Afstanden:
6
2
3
WK Sprint wedstrijden:
5
3
5
WK Sprint eindklassement: WB wedstrijden:
2
0
2
27
32
20
WB eindklassement:
7
4
2
Olympische Spelen:
0
0
2
77
60
61
Totaal:
De beelden van de oudste foto’s zijn vaag, maar de herinneringen van Egbert Rolf, ‘Erben’, Wennemars aan zijn eerste successen op het ijs zijn haarscherp.
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
door Wim Coster
27-04-2010
14:51
Pagina 17
met dank aan Hans de Boer, Historische Kring Dalfsen en de familie Wennemars.
Erben winnaar op de korte baan bij de pupillen op 21 december 1987 in het IJsselstadion in Deventer.
ijn carrière begon ver voor 31 juli 1997, toen hij plotseling op de internatio-
selectie had gezeten, werd Erben tot zijn grote teleurstelling niet goed genoeg
nale kaart verscheen. In 1981, een jaar waarin op ijsbaan Bellingerweer
bevonden om in de A-selectie te komen. Maar onder leiding van Jan Wesselink
gedurende twaalf dagen kon worden geschaatst, won hij zijn eerste prijs op
deed hij er een paar flinke scheppen bovenop. Ondertussen moest hij nog tijd zien
de ‘scheuvels’. Met een tijd van 52.4 seconden op de 120 meter werd hij
vrij te maken voor school. ‘Zelf is hij nog vrij bescheiden over zijn mogelijkheden,’
Z
kampioen van Dalfsen bij de zesjarigen.
schreef de krant, ‘maar gelet op zijn karakter en talent moet het voor de Dalfser jongeling mogelijk zijn om door te stoten.’
Talent, inzet en karakter
Waar, dat moest nog blijken, want Erben reed kortebaan en langebaan en hij had
Erben, geboren op 1 november 1975, had talent, net als vader Derk Jan en moeder
ook al een wedstrijd gewonnen bij de C-marathons. Steun kreeg hij in ruime mate.
Alien, die elkaar dan ook op de ijsbaan hadden leren kennen. Toch zou het na die
‘De hele familie Wennemars is lid van Stokvisdennen en broer Dennis en zus Riëtte
eerste overwinning nog bijna drie jaar duren voor hij lid werd van de plaatselijke ijsclub Stokvisdennen, waar Wennemars sr. in het bestuur zat. Al snel boekte de kleine Erben goede resultaten. Zo werd hij op 2 januari 1986 tweede bij de Overijsselse kampioenschappen voor tienjarigen en werd hij eind 1987 clubkampioen én Overijssels kampioen bij de twaalfjarigen. Trainster Minie Koenjer zag het al snel in hem zitten, net als later Hans de Boer en Jan Wesselink. Over één ding hoefden zijn trainers zich, ook daarna, beslist geen zorgen te maken: Erbens inzet. Trainen wilde hij altijd wel en als er iets te winnen viel – bij het fietsen, skeeleren of hardlopen, maar ook bij het touwklimmen over de Vecht, was hij gegarandeerd van de partij. Ondertussen voetbalde hij met grote graagte bij de Algemene Sportvereniging op Christelijke grondslag, ASC. Eind december 1992 bracht De Oprechte Dalfser Courant hem in de rubriek ‘Op een ander niveau’ voor het voetlicht. Bij ASC waren ze op den duur ‘minder gelukkig met het zomervoetballertje,’ aldus de krant, ‘waardoor hij zich helemaal op het schaatsen ging concentreren.’ In de zomer hield hij zijn conditie op peil door te fietsen en te skeeleren. ‘Hij werd lid van de Toerclub en wist daar in zijn eerste jaar meteen de hele gevestigde orde in een tijdrit en bij de triatlon achter zich te laten.’ Sinds een goed jaar was hij ‘bezig met een strenge progressie.’ Op alle afstanden wist hij in 1992 al persoonlijke records te schaatsen, waarbij zijn tijd van 4.36 op de 3.000 meter een clubrecord was. Op de 1.500 meter zat hij daar met zijn 2.11.12 nog maar één seconde boven. ‘In de wintermaanden bestaat de dagindeling van Erben uit schaatsen, slapen en school. Verkering heeft hij nog niet,’ wist de plaatselijke krant, ‘en uitgaan past niet in het programma van een topsporter.’ Zeven dagen in de week trainde hij of reed hij wedstrijden. Hij trainde onder leiding van Jan Wesselink en één keer per week, op woensdag, mocht hij in Deventer meetrainen bij de B-selectie van de KNSBOost; steeds met de clubtrainer als eindverantwoordelijke. Nadat hij één jaar in die
Erben Wennemars’ jeugd in Dalfsen
17
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
27-04-2010
14:51
Pagina 18
IJspret in 1981 op ijsbaan Bellingeweer; de plek waar het voor Erben Wennemars dat jaar allemaal begon, op een steenworp afstand van zijn ouderlijk huis. In de zomer van 2009 nam hij met zijn vrouw Renate en hun twee zoontjes Joep en Niels zijn intrek in huize Bellingeweer. Pal naast de
18
ijsbaan. Dáár zou hij tijdens het door De Stokvisdennen georganiseerde NK Kortebaan op 11 januari 2010 zijn schaatscarrière – onverwacht, maar niet onopgemerkt – beëindigen. Bijna twaalf en een half jaar na zijn fameuze wereldrecord op 31 juli 1997.
doen ook aan wedstrijdschaatsen, waardoor er in de wintermaanden over weinig
pioen mocht worden, als opvolger van Erik Hulzebosch die zijn titel niet kwam ver-
anders gepraat wordt dan schaatsen. Met moeder als supporter en vader als spon-
dedigen. Het was ijskoud toen de 43 rijders vertrokken. De één na de ander viel af
sor,’ klonk het in 1992, ‘lukt het Erben om zijn spartaanse levenswijze vol te houden.
en het trio Veneman, Grobbee, Wennemars nam een voorsprong van liefst vier
Naast Jan Wesselink hebben binnen Stokvisdennen ook Minie Koenjer en Hans de
ronden op het peloton. Uiteindelijk had Erben nog de macht om weg te sprinten
Boer invloed gehad op de ontwikkeling van zijn carrière. Weet menig talent op de
van de andere twee, zodat de titel voor hem was!
vraag of hij een idool heeft een nationale topper uit de hoed te toveren, het feit dat Erben Patrick Grobbee als zijn grote voorbeeld noemt, geeft wel aan dat Stokvisdennen erin geslaagd is een hecht wedstrijdgroepje te vormen.’ In januari 1993 plaatste hij zich voor de Nederlandse kampioenschappen langebaan en kreeg hij ook een uitnodiging om mee te doen aan een internationaal jeugdtoernooi in het Italiaanse Collalbo. Hij naderde de nationale top en het Jong Oranje van Leen Pfrommer lonkte. Helemaal toen hij begin 1994 tijdens de Leen Pfrommerrecordwedstrijden in Heerenveen indruk maakte op deze trainer, die al zoveel Nederlands talent tot ontwikkeling had gebracht. Wesselink stond naast Pfrommer, toen diens oog viel op het jonge talent uit Dalfsen. ‘Is er dat één van jou?,’ vroeg hij. Tot zijn genoegen kon Wesselink die vraag met ‘ja’ beantwoorden.
‘Geen echte sprinter’ Nog steeds kon Erben niet kiezen voor welke specialisatie dan ook. Hij reed het liefst altijd en overal! Zo ook op 23 februari 1994 in Vriezenveen. Eigenlijk had hij niet mee willen doen, omdat hij geen toestemming verwachtte te krijgen van de KNSB. Bovendien had hij een dag eerder nog gereden in het Drentse Gieten. Maar zijn vader haalde hem over en zo reed Erben, als C-rijder, het Overijssels kampioenschap marathonschaatsen. Het werd een gedenkwaardige race. Met zijn clubgenoot Patrick Grobbee had hij afgesproken dat favoriet Herman Veneman géén kam-
Van links naar rechts: Patrick Grobbee (Bongers Bokaal), Renate Hoekman (Gerner Es Bokaal) en Erben Wennemars (Feenstra Bokaal) krijgen op 15 juni 1994 de beker uitgereikt als beste schaatsers van IJsclub De Stokvisdennen.
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
27-04-2010
14:51
Pagina 19
De nationale selectie opleiding sprint in 1994 in Hamar. Van links naar rechts staand: Willem Kruithof, Judith Straathof, Erben Wennemars, Jan Bos, Jan Nijboer, Johannes de Groot, Rudi van Oosten. Zittend: Leontine van Meggelen, Sander Wiegers, Linda van Oosten.
19
ijs, word je derde. Hoe kan dat nou?’ Mueller vergat gemakshalve de vele prijzen die Erben al had gewonnen. Hij wilde niet terugkijken, maar vooral grote doelen zien, de wereld in met zijn pupil en hij speculeerde op de gretigheid die hij bespeurde. Het werkte, al zou het nog even duren voor de werkelijk grote successen kwamen. In januari 1997 kon Erben als reserve voor het Wereldkampioenschap Sprint mee naar Hamar, maar hij koos voor de nationale afstandskampioenschappen in Den Haag. Op de 500 meter werd hij, met 38.49 en 38.60, tweede achter Andries Kramer. Op de 1.500 meter werd hij eveneens tweede, in 2.00.21, maar daar had meer in gezeten. ‘Ik dacht dat de eerste plek al in de knip zat en ben de laatste ronde niet meer voluit gegaan,’ gaf hij toe. De volgende dag haalde hij zijn revanche, door in een tijd van 1.17.04 de 1.000 meter te winnen. ‘Een Nederlandse titel Op de korte afstand bleef hij ondertussen ook actief, al noemde hij zich op 14 okto-
die in de boeken komt en waarvan over tien jaar niemand meer weet dat de top
ber 1994 in een interview in de Zwolse Courant, ‘geen echte sprinter.’ Toch had hij
twee ontbrak. Achttien andere nationale toppers waren er wel en die werden door
op grond van zijn persoonlijk record van 39.46 op de 500 meter een plaats gekre-
Erben naar huis geschaatst,’ juichte de Dalfser Courant. ‘De eerste nationale
gen in de nieuw gevormde sprintkernploeg van Jong Oranje, samen met onder
afstandsschaatstitel voor een Dalfsenaar, een schitterende prestatie voor de nog
anderen Jan Bos, wereldkampioen bij de junioren. Hij wilde in het nieuwe seizoen in
jonge Wennemars, die maandag al weer afreisde naar Italië.’ In maart reed hij op de
ieder geval ‘gewoon lekker schaatsen’ en dat lukte.
1.500 meter in Calgary met een tijd van 1.50.70 een Nederlands record. Vier maan-
Begin februari 1995 leek hij kampioen van Nederland te worden op de sprint voor
den later verbaasde hij de totale schaatswereld.
junioren, maar de wedstrijd was voor hem precies 300 meter te lang. In de afsluitende kilometer, met als tegenstander Bob de Jong, moest hij een seconde goed-
Wereldrecord
maken op Niels Greidanus. Tot 700 meter verliep alles crescendo, maar daarna
Bij het krieken van het Olympisch seizoen 1997-1998 reed hij in het Canadese
kreeg hij in de laatste buitenbocht te veel tegenwind en ‘pap in de benen’. De Jong
Calgary midden in de zomer naar een wereldrecord. Het stond op dat moment met
kwam onderdoor in de binnenbocht en wist hem nog te kloppen. Erben werd uit
1.50.05 op naam van de Canadees Neal Marshall en de magische grens van 1.50 was
uiteindelijk tweede in het eindklassement met een halve punt achterstand. Toch
dus nog net niet bereikt. Erben zag zijn kans. In de zomertraining deed hij er, nog
was hij wel blij met het resultaat, want hij was deze keer tenminste niet gediskwali-
eens extra aangespoord door Peter Mueller, een schepje bovenop. En zo reed hij op
ficeerd wegens een valse start. Al hadden de voorzichtige starts hem wel te veel tijd
31 juli 1997 naar een tot dan toe nooit vertoonde tijd van 1.49.89. Omdat het geen
gekost. Hij had er zijn reden voor, want een week eerder was hij nog, niet voor het
officiële wedstrijd was, gold die tijd niet als een wereldrecord, maar het kon Erben
eerst en niet voor het laatst, gediskwalificeerd. Te druistig!
niet deren. Hij reageerde uitgelaten.‘Tijdens de trainingen hadden we al heel snelle
De volgende week later stond hij er weer, tijdens het NK All Round voor junioren.
rondjes gereden. De allrounders waren hier ook, die stonden eerst wat te geinen,
Achter winnaar Bob de Jong en Ralph Bekers werd hij derde, na een tijd van 7.32.21
maar ze waren opeens heel stil.’
op de vijf kilometer, ruim negen seconden onder zijn beste tijd.
Het ‘zomervoetballertje’ bij ASC van weleer was ook een zomerschaatser gewor-
Begin januari 1996 zat hij in Davos, samen met zijn Stokvisdennen-trainer Jan
den. Erben Wennmars uit Dalfsen, 21 jaar oud, stond op de internationale schaats-
Wesselink, die op verzoek van Leen Pfrommer voor één keer de begeleiding van de
kaart. Niemand kon nog om hem heen.
kernploeg op zich had genomen. Op de 500 meter schaatste Erben naar een 38.70 en op de 1.000 meter naar 1.17.09, genoeg voor de tweede plaats achter de Finse sprinter Janne Haeninen. Volgens Wessselink moest Erben zich kunnen mengen in de strijd om de derde plaats bij het NK-sprint, waar de eerste twee plaatsten normaliter voor Gerard van Velde en Jacco Jan Leeuwangh zouden zijn. Tussendoor maakte hij in Davos ook nog een paar tentamens voor zijn Atheneumdiploma, die naar Davos werden gefaxt. Want de school moest door doorgaan vond hij zelf. Het HAVO-diploma was binnen, maar hij wilde ook het Atheneum nog halen. Het zou hem lukken, met behulp van zijn klasgenoten van het Meander in Zwolle, die hem voortdurend van aantekeningen voorzagen. Regelmatig ook kwamen zij naar Erbens ouderlijk huis in Dalfsen om daar samen met hem de examenstof door te nemen.
Geloof met Peter Mueller De Nederlandse top lonkte en de wereldtop nog meer. De uitvinding van de klapschaats gaf de sporters nieuwe impulsen. Lang niet iedereen kon er overigens mee overweg. Erben wel. Gretig als altijd omarmde hij de nieuwe techniek én hij kreeg een coach die ervoor zorgde dat hij echt in zichzelf ging geloven. ‘Erben’, zei Peter Mueller, ‘hoe kan dat nou? Als ik jou op een fiets zet, ben je het snelst van allemaal. Als ik jou in het krachthonk zet, til je de meeste kilo’s van allemaal. Zet ik jou op het
De familie Wennemars in 1994 bij de boerderij. Van links naar rechts: Erben, Freddy, Riëtte, Gerco, moeder Alien, Dennis en vader Derk Jan.
I
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
27-04-2010
14:51
Pagina 20
20 de fascinatie van
Klootschieten was ooit, aldus een schrijver in 1930, een sport die bewees ‘dat ook het landbouwende deel onzer bevolking van oudsher zin voor lichamelijke oefening had.’ Hij beschouwde deze sport als een vorm van atletiek, net als kogelstoten. Maar dan moesten de klootschieters boezeroen en klompen wel inruilen voor een shirts en spikes. Die gedachte leidde bijna tachtig jaar tot een stelling bij een proefschrift: ‘Klootschieten als regionale, want typisch Oost-Nederlandse sport heeft Olympische potentie.’ Zover is het nog niet, maar het WK Klootschieten tijdens het Hemelvaartweekend
E M N I T R A M N A V E I T A N o I l C k S l A o f s DE F d n a l e t in mei 2010 in de Gemeente Dinkelland was wel een flinke worp in de goede richting!
t a l p Van
e i h c s t o o l k K W
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
27-04-2010
14:51
Pagina 21
door Ben Siemerink
Klootschieten: een vorm van atletiek!
wen die de liefde voor de typische plattelandssport met de paplepel kregen ingegoten. De fascinatie en toewijding van Meijerink resulteerden vijf jaar geleden in de verschijning van Het Groot Klootschietersboek. Een kloeke ‘bijbel’, waarin de feitelijke geschiedschrijving van het klootschieten wordt verlevendigd met persoonlijke anekdotes van meerdere generaties beoefenaars en liefhebbers.
Wereldkampioenschap in Dinkelland Het Groot Klootschietersboek maakte van Meijerink, die zelf het klootschieten nooit serieus actief beoefende, eens te meer een gedreven pleitbezorger en promotor van de sport. Al bij de presentatie van Het Groot Klootschietersboek in 2005 vroeg de inmiddels oudburgemeester Frans Willeme van de Gemeente Dinkelland aan Meijerink om mee te helpen bij de organisatie van een heus wereldkampioenschap klootschieten in die gemeente. Als voorzitter van de organiserende stichting slaagde
K N I R E J EI
t o t ore
n e t ie
ijn fascinatie voor de aloude klootschietsport
Z
Meijerink er inderdaad in – samen met het bestuur en
ontstond eigenlijk door een bizar toeval.
onder anderen Frans Willeme, maar ook oud-wielren-
Ergens rond 1960 werd Martin Meijerink (74)
ner Hennie Kuiper – het WK Klootschieten naar
– in die dagen groepschef van de NS in
Dinkelland te halen. Tijdens het hemelvaartweekein-
Hengelo – door één van zijn machinisten uitgenodigd
de, van 13 tot en met 16 mei 2010, streden daar zo’n
voor een klootschietwedstrijd. Deze Harry Lenferink
honderd klootschieters uit Duitsland, Ierland, Italië,
uit Mander, in Het Groot Klootschietersboek genaamd
Amerika en Nederland met elkaar op de onderdelen
Harry van de Smorreboer, was ooit kampioen van
straat, veld en zetten.
Twente en in die jaren een prominent op klootschiet-
Met recht een mijlpaal in de historie van het kloot-
gebied. Bij een wedstrijd werd de echtgenote van
schieten! Hoewel er met name in de Randstad vaak
Lenferink door een kloot aan haar hoofd getroffen en
met dédain over wordt gesproken, heeft het kloot-
zij belandde in het ziekenhuis. Zoals dat toentertijd
schieten zich door de eeuwen heen ontwikkeld van
gebruikelijk was, moest Meijerink als groepschef zorg
een stukje plattelandsfolklore tot een echte
dragen voor hulp en opvang in het gezin Lenferink. In
(top)sport. Niet alleen in Twente, Drenthe en de
die periode werd hij door Lenferink volledig ingewijd
Achterhoek, maar ook van Groningen tot Maastricht
in de geheimen van het klootschieten. Hij werd er
en van Leiden tot Losser.
zelfs zo door gegrepen, dat hij vanaf dat moment alles begon te lezen en verzamelen over de historie van
Handleiding
deze al oude volkssport.
Ter gelegenheid van het WK Klootschieten in Dinkelland ziet opnieuw een boek van Martin
Meijerink nam zich ook plechtig voor ooit, zodra hij
Meijerink het licht. Geen kloeke ‘bijbel’ ditmaal, maar
gepensioneerd zou zijn, de geschiedenis van het kloot-
letterlijk een handleiding, met laagdrempelige infor-
schieten te boek te stellen. Toen die fase, nu veertien
matie en tips voor de recreatieve klootschieter. Met
jaar geleden, eenmaal was aangebroken, nam hij twee
dit boekje, dat ook verspreid wordt op de Twentse
dozen met inmiddels verzamelde krantenknipsels en
basisscholen, hoopt hij niet alleen bij te dragen aan
ander historisch materiaal mee op vakantie naar
verdere popularisering en instandhouding van het
Portugal. Daar maakte hij een begin met de belofte die
klootschieten, maar ook jong en oud op een laag-
hij aan zichzelf had gedaan. Vele jaren daarna bleef hij
drempelige en plezierige wijze aan het bewegen te
gestaag doorwerken aan wat hij nu noemt het ‘bij
krijgen.
elkaar vegen van de historie van het klootschieten.’ Hij
Om de roemruchte historie van het klootschieten
speurde in archieven en bibliotheken, maar ging ook
levend te houden, zet Meijerink zich ook in om het
met een bandrecordertje op pad om prachtige verha-
danig in verval geraakte klootschietersvaandel, de
len op te tekenen uit de monden van mannen en vrou-
St. Plechelmusbanier, een eervolle plaats te bezorgen.
21
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
27-04-2010
14:52
Pagina 22
De strijdende partijen: Ooitmarsum en Oldenzaal
22
door Martin Meijerink
Strijd om historisch klootschietvaandel na 263 jaar nog altijd niet beslecht Meer dan 263 jaar geleden eindigde een klootschietwedstrijd tussen de Twentse steden Oldenzaal en Ootmarsum op sensationele wijze in een ware kloppartij. Daarbij werd het vaandel van de Oldenzalers – de St. Plechelmusbanier – door de Ootmarsummers buitgemaakt en in triomf naar hun woonplaats gevoerd. Volgens historici is dit de oudste sporttrofee die in Nederland bekend is. Zelden ook is een sportwedstrijd zolang in de geschiedenis levendig gebleven. Hoe kon dit gebeuren?
M Op 13 december 1934 liet de toenmalige klootschietersvereniging in Ootmarsum zich, samen met de de Plechelmusbanier, trots vereeuwigen voor het plaatselijke Stadhuis aan de Markt. Een jaar later werd het vaandel ingelijst. Het is inmiddels sterk vervallen.
eer dan 263 jaar geleden eindigde een
de kloten andermaal door de lucht suisden en de stok-
klootschietwedstrijd tussen de Twentse
ken van de ‘anwiezers’ op diverse ruggen beukten. De
steden Oldenzaal en Ootmarsum op sen-
Ootmarsummers maakten van de verwarring gebruik
sationele wijze in een ware kloppartij.
door het vaandel van hun tegenstanders te verschal-
Daarbij werd het vaandel van de Oldenzalers – de St.
ken. Het verzet van de Oldenzalers werd hierdoor
Plechelmusbanier – door de Ootmarsummers buitge-
gebroken en overhaast sloegen zij op de vlucht.
maakt en in triomf naar hun woonplaats gevoerd.
Zegevierend brachten schout Cramer en de zijnen de
Volgens historici is dit de oudste sporttrofee die in
trofee naar de ‘Siepelstad’, waar een jubelende burge-
Nederland bekend is. Zelden ook is een sportwed-
rij de overwinnaars verwelkomde. Het dundoek werd
strijd zolang in de geschiedenis levendig gebleven.
veilig opgeborgen in de burgemeesterswoning en
Hoe kon dit gebeuren?
alleen bij zeer feestelijke gelegenheden tevoorschijn gehaald. Een doorn in het oog voor Oldenzaal!
Op 27 januari 1747 Op de Duustervoort – een plek tussen de
Achterkamertje
Rossummerbeek, de Oude Ootmarsumsedijk en de
Door de eeuwen heen zijn herhaaldelijk pogingen
Oldenzaalsedijk, nabij Ootmarsum – troffen de kloot-
gedaan om de op zo smadelijke wijze verloren banier
schieters van Ootmarsum en Oldenzaal elkaar op 27
terug te krijgen. Tot op de dag van vandaag zonder
januari 1747 voor de eerste keer. De Ootmarsummers
succes. In 1897, ruim 150 jaar na de legendarische strijd,
werden aangevoerd door schout Cramer. De
is er voor dit doel zelfs een inzamelingsactie gehou-
Oldenzalers brachten ter opluistering hun vaandel, de
den, maar de nazaten van de Ootmarsumse kloot-
St. Plechelmusbanier, mee. Een rode vlag met het
schieters verlangden een te hoge som geld; 440 gul-
wapen van Oldenzaal en een vergulde kloot aan het
den! Het vaandel is inmiddels grotendeels vergaan,
einde van de stok. Met tromgeroffel en het vaandel
maar wordt nog steeds te Ootmarsum bewaard en
voorop trok men naar de Duustervoort.
hangt, ingelijst en achter glas, in een achterkamertje
De wedstrijd was in die dagen geen kleinigheid.
van de bibliotheek. De stok met de vergulde kloot in
Vooraf waren de partijen overeengekomen dat de
top is niet meer aanwezig.
inzet werd bepaald op tachtig dukaten. De
Korte tijd is de trofee nog in het Rijksmuseum
Oldenzalers schenen zich tamelijk zeker van de over-
Twenthe te Enschede te zien geweest, maar dit bracht
winning te voelen, want ze hadden geen dukaten
in 1930 de gemoederen in zowel Oldenzaal als
meegenomen. Tegen de verwachting won
Ootmarsum dusdanig in beweging, dat de toenmalige
Ootmarsum de strijd en verlangde, volgens het toen
conservator Van Deinse het verstandiger oordeelde
geldende gebruik, directe uitbetaling van de geldsom.
het dundoek te laten waar het nu nog steeds verblijft.
De Oldenzalers, de ‘Boeskolen’, gingen hier echter
Jammer, want velen – klootschieters en niet-kloot-
niet mee akkoord, want volgens hen was er vals
schieters – hebben deze unieke, historische sporttro-
gespeeld.
fee nog nooit gezien. Het vaandel verdient dan ook
Hoe dit ook zij, er ontstond een handgemeen, waarbij
een betere plaats!
I
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
27-04-2010
door Ester Smit
14:52
Pagina 23
Onder: Han Hollander in zijn karakteristieke pose voor de AVRO-microfoon.
biografie 23
Han Hollander Pionier van het gesproken sportverslag
H
artog Hollander, die zich later Han ging noemen, werd op 5 oktober 1886
Discussie
geboren aan de Walstraat 123 in Deventer. Zijn vader was een welbe-
In 1968, veertig jaar
spraakt joods koopman en een oom stond als kwakzalver op de markt.
na dato, verscheen
Praten konden de Hollanders! Echt rijk was het gezin, dat acht kinderen
een boekje ter ere van
telde, niet, maar samen met zijn broer Karel ging Han wel naar de HBS. Hij ging in
het eerste wedstrijd-
1902 voetballen bij het in dat jaar opgerichte Go Ahead, waarvoor hij de naam
commentaar van Han
bedacht. In 1904 ging hij als leerling-klerk aan de slag bij de Hollandsche IJzeren
Hollander. In een
Spoorwegmaatschappij en hij maakte daar snel promotie, maar zijn hart lag er niet.
voorwoord spreekt
Toen hij in dienst moest in 1907, kwam hij terecht bij de genie. Hij vermaakte zijn
Vogt daarin over de
kameraden door zittend op een brits bevlogen verslag te doen van al lang gespeel-
tragische dood van
de voetbalwedstrijden. De soldaten hingen aan zijn lippen. Eén van hen was Willem
Han door de ver-
Vogt, een man die later in het leven van Hollander een belangrijke rol zou spelen.
schrikkelijke joden-
Als directeur van de pas opgerichte AVRO vroeg Vogt in 1927 zijn oude dienstmak-
vervolgingen.
ker om als radioverslaggever voor zijn omroep te komen werken. Hollander gaf de
Tegelijkertijd is ech-
zekerheid bij het spoor op en begon een nieuwe carrière, die hem door zijn geheel
ter duidelijk dat Vogt
eigen stijl van werken grote roem zou brengen. Wat Han erbij verzon om de wed-
zijn vriend en een van
strijd spannender te maken, had niemand op het moment van de uitzending in de
Nederlands beste
gaten. Bevlogen en gepassioneerd deed hij verslag van vele interlands. Steevast
sportverslaggevers in
repte hij in zijn commentaar van een ‘krankzinnig kwartiertje’, waarin de
de oorlog keihard
Nederlandse spelers plotseling briljant leken te gaan spelen. Zijn ster rees en in
heeft laten vallen. De
deze tijd verruilde hij zijn joodse naam Hartog voor Han.
discussie over zijn
Met zijn boeiende stem maakte Hollander van zijn sportverslagen een waar hoor-
optreden is nog
spel, soms samen met Willem Vogt. Hele gezinnen zaten dan aan de radio gekluis-
steeds niet verstomd.
terd. Iedereen wilde hem horen. Zijn hart lag niet alleen bij voetbal, ook zwemmen
Ter ere van Hollander
Nederlandse geschiedenis
en atletiek en andere sporten becommentarieerde hij en bovendien schreef hij over
is in het Olympisch
sport. In 1936 mocht hij de Olympische Spelen in Berlijn verslaan, wat hij ook weer
Stadion in
was op zondagmiddag
met veel passie en bevlogenheid deed. Vanwege zijn positieve bijdrage aan het
Amsterdam een
Olympisch spektakel kreeg hij een door Hitler persoonlijk ondertekende oorkonde
gedenkplaat aange-
thuisgestuurd. Over zijn joodse afkomst zal Hitler wel niet hebben geweten.
bracht. Voor zijn huis
Voor de eerste keer in de
11 maart 1928 een voetbalwedstrijd,
aan de Amstelkade
Abrupt einde aan carrière
werd een zogeheten
Nederland-België,
Nadat op 10 mei 1940 de oorlog was uitgebroken, was Hollanders carrière abrupt
‘struikelsteen’ of
voorbij. Zijn laatste sportpraatje ging op 16 mei 1940, een dag na de capitulatie van
‘Stolperstein’ aange-
rechtstreeks te horen
Nederland, de ether in. Nog vóór de antisemitische maatregelen van de bezetter
bracht, om te herden-
van kracht werden, verbrak de AVRO-directie, onder leiding van Vogt, het contact
ken dat hij daar heeft
met hem. Hollander zag er het nut niet van in onder te duiken, want hij vertrouwde
gewoond. In Deventer
welbespraakt en bevlogen
op de oorkonde van Hitler. Te langen leste dook hij toch onder, maar toen hij er
werd op zijn woon-
achter kwam dat zijn dochter was opgepakt, verliet hij wanhopig van verdriet zijn
huis in de Walstraat
deed Han Hollander verslag
schuilplaats en viel hij ook in handen van de bezetter. Met vrouw en dochter werd
een plaquette beves-
naar Westerbork gedeporteerd. Zijn charme, passie en karakter werkten ook daar
tigd, maar dit huis is
weer in zijn voordeel. Hij kreeg een baantje bij de administratie in het kamp. Het
inmiddels gesloopt.
mocht niet baten. Na tien maanden Westerbork werd het gezin op transport
De herinneringsplaat
gesteld naar het vernietigigingskamp Sobibor. Niet één van 2.417 mensen van dit
is weggehaald.
op de radio. Enthousiast,
voor de AVRO. Zijn naam was meteen gevestigd.
transport heeft de verschrikkingen heeft overleefd. Op 9 juli 1943 kwam Han Hollander in Sobibor om het leven.
I
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
24
27-04-2010
14:52
Pagina 24
door Michael Amsman
(foto Riny Riezebos)
De bal
H
oe het Nederlandse voetbal in zijn prille jaren werd beleefd, is te ervaren aan de Zwolse Weteringkade. Daar hangt nog de sfeer van 1937, toen VV Edon – als activiteit van de personeelsver-
eniging van energieleverancier IJsselmij – werd opgericht. De vooruitgang is sindsdien aan de club voorbij gegaan. Zij het op het nippertje, want eind jaren vijftig – een tijdperk waarin de architectuur een dieptepunt beleefde – werd besloten tot de bouw van een clubhuis en twee kleedkamers. Dat moest op een koopje, want de club had weinig geld in kas. Daarom
krijgt een andere curve op vierkante doelpalen
werd geen architect in de arm genomen, die naar de mode
VOETBALCOMPLEX EDON KAN ZO NAAR OPENLUCHTMUSEUM
ge geen pas. Verslaggevers hebben er de neiging om in
van die tijd even lekker met de historische omgeving zou gaan contrasteren, maar werden een paar houten gebouwtjes neergezet. En die voegden zich wonderwel op het sportparkje. Niet alles is er van 1937, maar zo voelt het wel. Spreekkoren of verwensingen hebben in die statige entouraonbruik geraakte woorden te gebruiken: ‘na een puike redding van de doelwacht liet de kwieke midvoor het net alsnog
Tegenstanders kijken altijd
bollen.’
verbaasd op als ze het veld
boek als IJ.C., de afkorting voor de IJsselcentrale. Pas in 1993,
van de Zwolse voetbalclub
Edon heette niet altijd Edon. Aanvankelijk stond de club te toen het moederbedrijf na een fusie met het Energiebedrijf Groningen en Drenthe (EGD) Edon ging heten, ontstond de
Edon betreden. Vierkante
huidige naam. De voetbaltak van de personeelsvereniging
doelpalen, een houten
clubs sponsornamen dragen, maar Edon glipte door de
clubhuis, een dug-out van vooroorlogs grindbeton,
ging daarin mee. De KNVB had toen eigenlijk al verboden dat mazen van het net. Toen het energiebedrijf de naam Enexis ging dragen, geloofden de voetballers het wel. Niet eens omdat de KNVB daar een stokje voor zou steken, maar omdat de banden met de centrale allang waren verbroken.
hoge bomen rondom; het
Het terrein is weliswaar nog steeds in bezit van de vroegere
ontbreekt er nog maar aan
bedrijf niets meer met elkaar te maken.
dat Beb Bakhuijs namens Edon het veld op stapt.
IJsselcentrale, maar voor het overige hebben de club en het In de beginjaren mocht enkel personeel lid worden, later ook naaste familie, tegenwoordig iedereen. Niet dat het daardoor storm loopt; met drie herenteams en één damesteam hoort VV Edon tot de kleinste Zwolse verenigingen. Vijf jaar geleden wankelde de club zelfs. Het ledental was zo sterk teruggelopen dat opheffing dreigde. De komst van twintig studenten van Windesheim bracht redding en nieuw elan. De club is sedertdien gezond, maar niemand die erover piekert om – als symbool van die herrijzenis – een hoogmodern glazen clubhuis neer te zetten. Nostalgie is immers wat de Voetbal Vereniging Energie-Distributiebedrijf Oost-Nederland kenmerkt. Dus toen een paar jaar geleden nieuwe doelen moesten worden geplaatst, kregen die gewoon weer vierkante palen en latten. Tegenstanders die tegen puntverlies aanlopen willen daar nog wel eens over mopperen, want een bal op de paal krijgt bij Edon een andere richting mee dan bij alle andere Nederlandse voetbalclubs, maar laten we wel wezen: dat geldt voor beide partijen.
I
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
27-04-2010
14:52
Pagina 25
door Michael Amsman
Clubnamen
H
25
door Jan Luitzen
Sporttaalzuivering in Overijssel tijdens WO II?
et lastigste onderdeel bij het oprichten van een sportclub is het bedenken van de naam. FC of VV en dan de plaatsnaam – dat kan, maar dat is zo afgezaagd. Wat te denken van Rohda Raalte, een gerespecteerde hoofdklasser? De naam heeft misschien net als THOR, Tot Heil Onzer
n elitesporten als tennis, roeien, hockey, cricket en golf werden in de eerste
Ribbenkast, een klassieke klank, maar betekent doodgewoon: Recht Op Het Doel
I
helft van de twintigste eeuw tradities en een zeker snobisme gecultiveerd. De
Af. In dezelfde categorie vallen WWV uit Deventer en EMM uit Nijverdal: Wij
beoefenaars ervan vonden het Engels chic en onderscheidend. Het wemelde
Willen Vooruit en Eendracht Maakt Macht. In Nijverdal bestaat ook een club die als
daardoor in het tennis van termen als advantage, backhand, deuce, double, foot
DES door het leven gaat: Door Eendracht Sterk. De lokale voetbaltrots van
fault, love, serve en smash.
Zwartsluis heette net zo, totdat de KNVB – om verwarring te voorkomen – daar
Tijdens de Tweede Wereldoorlog zaten de Duitse bezetters ermee in hun maag,
een Z aan liet toevoegen. Een rijtje vergelijkbare namen: VZOD, Vooruitgang Zij
want het Engels was tenslotte de taal van hun grote vijand. Ook tijdens zoiets
Ons Doel, een schaatsclub uit Kampen; VENO, Volhouden En Niet Opgeven, een
onschuldigs als het hardop bijhouden van de tennisstand kon het Engels gebruikt
voetbalclub uit Vollenhove; SMR, Stoot Maar Raak, een biljartvereniging uit
worden als een milde vorm van verzet tegen de bezettende macht. Op het pesterig
Hattem, EMMS, Eendracht Maakt Macht Slagharen, een voetbalclub.
affectief uitgesproken ‘fifteen-love’ kon het publiek zomaar reageren met een
Tot voor kort kende Hellendoorn de in 1945 opgerichte rooms-katholieke voetbal-
minutenlange ovatie.
vereniging, SOS, Samenspel Ons Streven, waar ooit Abe Lenstra trainer was. In
Om in ieder geval van het gesproken Engels op de tennisbaan af te zijn, verordon-
1950 ontstond de protestantse broeder VESOS; Vriendschap En Samenspel Ons
neerden de Duitsers op 20 juli 1942 dat er bij het tennis per direct in de eigen taal
Streven. Sinds 1 juli 2006 spelen de twee verenigingen samen onder de weinig ver-
geteld moest gaan worden. In het nationaal-socialistisch getinte Het nationale dag-
rassende naam Voetbalvereniging Hellendoorn.
blad van 21 juli 1942 reageerde de ‘sportopsteller’ van dienst verheugd op deze nieu-
Andere afkortingen wekken de indruk dat de oprichters een klassieke opleiding
we regel: ‘Het wordt tijd dat de taal van de sorry-mannekes van onze sportvelden
hebben genoten. NEO uit Borne, Nomen Est Omen – Latijn voor ‘de naam is een
verdwijnt en wij onze eigen mooie Nederlandsche taal gaan gebruiken.’
voorteken’. Onder de rook van Deventer voetbalt CUPA, uit Bussloo. Die letters
Om tot een officiële Nederlandse tennistaal te komen werd in juli 1942 een tennis-
staan voor Currite Ut Palmaen Apprehendatis, vrij vertaald ‘Ik hoop zo dat gij de
taalzuiveringswedstrijd uitgeschreven in het tijdschrift van de tennisbond Lawn
overwinning behaalt.’
Tennis. De wedstrijd leidde ertoe dat de clubs en hun leden in het najaar van 1942
Hengelo kende ooit HGOVV, Hengelose Geheel Onthouders Voetbal Vereniging,
een brief kregen van de Nederlandsche Lawn-Tennis Bond met daarbij een uitge-
maar die vereniging werd in 1993 opgeheven. En wat te denken van GUNIA uit
breide lijst tenniswoorden die in de vernederlandste versie gebruikt zouden moe-
Enschede, Gezellige Uren Na Ingespannen Arbeid of HECTOR, Het Eerste Clubje
ten gaan worden.
Tot Onze Roem, uit Goor?
Enkele van de bevindingen van de de jurycommissie:
Tot slot nog een uiterst curieuze clubnaam: Nobatowa, een duikvereniging uit
• dropshot: stop-bal.
Deventer, die voluit heet No Bar To Waste. Geen luchtdruk te verliezen. Als het beestje maar een naam heeft!
• foot fault: voetfout. Volgens de jury was deze letterlijk vertaling ‘gewettigd, want I
juist’. • slice: gesneden slag. • smash Met die term zat de jury in zijn maag. De suggesties bovenklap, hamerslag, daalslag, smak, mep en houw werden allemaal afgewezen. De jury: ‘Wie er een
Van Prins Hendrik Ende Desespereert Nimmer Combinatie naar AV PEC 1910 en FC Zwolle Op 12 juni 1910 werd de voetbal- en atletiekvereniging PEC opgericht. Een voetbalclub met de naam PEC is er in Zwolle al lang niet meer, maar dankzij de atletiek is de naam Prins Hendrik Ende Desespereert Nimmer Combinatie voor de stad behouden gebleven. In 1974 besloten de atleten namelijk om de vereniging, die voor een avontuur in het betaalde voetbal had gekozen en uiteindelijk via PEC Zwolle en PEC Zwolle ’82 als naam FC Zwolle zou krijgen, te verlaten en als ‘AV PEC 1910’ verder te gaan. De voetballers hebben inmiddels hun eigen boek. Friso Schatanus schreef Desespereert Nimmer, een jubileumboek over het betaalde voetbal in Zwolle. De atleten krijgen binnenkort hun versie, want de journalist Steven ten Veen schreef 100 jaar atletiekvereniging PEC 1910.
goed, aanvaardbaar, raak, typeerend woord voor weet, hij zal commissie en bestuur en onze tenniswereld een pleizier doen! (…) Alzoo: wie weet raad?’ Voor verder onderzoek naar de sporttaalzuivering tijdens de Tweede Wereldoorlog doe ik een beroep op de lezers van dit tijdschrift. Welke Overijsselse tennisclubs en -verenigingen hebben in hun archieven bewijsdocumenten van de Duitse pogingen om de sporttaal van de Engelse terminologie te ‘zuiveren’? En wie heeft de brief uit 1942 nog van de Nederlandsche Lawn-Tennis Bond met de ‘tenniswoordenbijlage’? En in welke andere sporten hebben tijdens Tweede Wereldoorlog ook (pogingen tot) taalzuivering plaatsgevonden? In het cricket, hockey, roeien, honkbal en golf? Voorbeelden van (sport)taalzuivering tijdens de Tweede Wereldoorlog kunt u mailen naar janluitzen@kpnmail.nl. Zie voor dit onderwerp ook het artikel van Jan Luitzen in het aprilnummer van Onze Taal.
I
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
27-04-2010
14:52
Pagina 26
26 De vraag welke Overijsselaar als laatste een Olympische medaille won, zal voor slechts weinig sportliefhebbers een probleem opleveren. Schaatser Mark Tuitert, geboren in Holten, werd
Olympische medailles in Overijssel ls het gaat om de eerste Overijsselaar met
ke jonge vrouw, die hard en zuiver kan slaan en over
een Olympische medaille, wordt het ant-
een voorbeeldige wedstrijdmentaliteit beschikt. Haar
woord ongetwijfeld een stuk lastiger. Want
spel is opvallend veelzijdig. Ze heeft een uitstekende
wie heeft er ooit gehoord van de roeier
service en slaat zowel een goede forehand- als back-
20 februari
A
Walter Middelberg?
handdrive en retourneert bovendien de drives van
2010 in het
Ook de vraag hoeveel Olympische medailles naar
haar tegenstanders sterk. Een uitzonderlijke combina-
Overijssel of een Overijselaar gingen, is niet eenvou-
tie voor een vrouw. Haar dropshots zijn uiterst geraffi-
dig te beantwoorden. Het boek van Ton Bijkerk over
neerd. Maar haar grootste kracht is toch haar beweeg-
Vancouver
Olympisch Oranje van 1896 tot en met Athene 2004
lijkheid en actieradius. Kortom: zowel aan het net,
is echter een goede hulp. Zeker met de sportverjaar-
halfcourt als aan de baseline is zij een moeilijk te pas-
Olympisch
dagkalender Echte Helden, 100 jaar sport in Overijssel bij
seren speelster’, schreef de Engelse Daily Mail in de
de hand, want daarop staan de Overijsselse
jaren twintig over haar.
Olympische deelnemers tot en met 2006 vermeld.
In 1929 won ze met de Spaanse Lily de Alvares op
Een enigszins ruime definitie van het begrip
Roland Garros de titel in het gemengd dubbel. Op
Overijsselaar ten slotte maakt het onderzoek niet
Wimbledon kwam ze nooit verder dan de halve finale.
alleen interessanter, maar ook iets gemakkelijker. Al
Ze speelde veel in het buitenland, omdat ze in eigen
blijft het lastig alles en iedereen op een rijtje te krij-
land voor iedereen te sterk was. Veel had ze te danken
gen. Desalniettemin: een poging!
aan de vermaarde trainer Gerard Scheurleer, onder
op zaterdag
Canadese
kampioen op de 1.500 meter. Hij won zijn rit in 1.45.77
andere omdat hij haar leerde variatie aan te brengen
Eerste vrouwelijke medaillewinnares
in de lengte van haar slagen. Het was een nieuwigheid
Toen tennisster Kea Bouman in 1924, samen met de
waar veel van haar tegenstandsters niet van terug
daarmee ook
sterke Henk Timmer, brons won in het gemengd dub-
hadden. Toch had ze wel moeite met de harde, maar
bel tijdens de Olympische Spelen van Parijs, was ze
professionele aanpak van deze trainer, die menigeen
de grote
één van de zeer weinigen, en zeker de enige vrouw, in
tegen zich in het harnas wist te jagen. Veertien keer
de Overijsselse sport, die ook internationaal furore
werd ze Nederlands kampioene: vier keer in het
maakten. In 1927 won ze als eerste en enige
enkelspel, vijf keer in het dames-dubbel en vijf keer in
Shani Davis
Nederlander de Open Franse Kampioenschappen, het
het gemengd dubbel. Bovendien was ze ook nog hoc-
jaar daarna Roland Garros genoemd. De pers wist
key-international en Nederlands kampioene golf.
uit Amerika.
haar te waarderen. ‘Ze is een goed gebouwde en ster-
Nadat ze in 1931 was getrouwd met de Zwitserse roei-
en versloeg
favoriet
In 2006 stond bij het Historisch Centrum Overijssel de tentoonstelling ‘Echte Helden, 100 jaar sport in Overijssel’ op het programma.’ Van twaalf sporters en sportsters – één voor de negentiende, tien voor de twintigste en één voor de nieuwe eeuw – werden schilderijen gemaakt door de Zwolse schilderes Rana Berends. Vijf van de twaalf geportretteerden behaalden Olympisch succes. Van links naar rechts: Kea Bouman uit Almelo (1924), Hennie Kuiper uit Denekamp (1972), Nico Rienks uit Zwolle (1988, 1992, 1996), Ellen van Langen uit Oldenzaal (1992), Erben Wennemars uit Zwolle (2006).
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
27-04-2010
14:52
Pagina 27
27
door Menno van der Laan
@ Zie voor de schilderijen www.ranaberends.nl
kampioen Alexander Tiedemann, sloot ze haar tennis-
voetbal. Gerard Willem le Heux uit Deventer won
samen met Ronald Florijn uit Enschede, goud bij de
carrière af. Vervolgens woonde ze in Nederlands-Indië
brons bij de team dressuur. De verwachte medaille bij
dubbel twee. Met zijn stadgenoot Henk-Jan Zwolle
en Amerika, maar in 1942 keerde ze voorgoed in
de hink-stap-sprong medaille voor Wim Peters kwam
won hij in 1992 brons in Barcelona (na hun wereldtitel
Nederland terug. Op 17 november 1998 – vier dagen
er niet.
in 1991) en samen met onder anderen Rienks en
na Henk Timmer, haar Olympische partner van 1924 –
Van 1932 tot en met 1960 waren er telkens slechts één
Florijn in 1996 ook nog eens goud met de Holland
overleed ze in haar woonplaats Delden.
of twee Overijsselse Olympiërs. Medailles behaalden
Acht in Atlanta.
zij niet. Het zou na de bronzen medaille van Kea
In 1992 kwam de Oldenzaalse Ellen van Langen met
Goud, zilver en brons
Bouman veertig jaar duren voor er weer Overijssels
grote ogen over de finish bij de 800 meter hardlopen.
Walter Middelberg uit Zwolle was de eerste
Olympisch succes viel te noteren. Pas in 1964 won
Even later kreeg ze een gouden medaille omgehan-
Overijsselaar die een Olympische medaille won. In
roeier Paul Hoekstra uit Enschede in Tokyo zilver op
gen. Een opzienbarend debuut maakte de schaatser
1900 behaalde hij in Parijs als roeier in de boot van
de K-2 1.000 meter.
Erben Wennemars uit Dalfsen, die in 1998 voor het
Minerva Amsterdam bij de acht met stuurman een
In 1972 was Hennie Kuiper uit Denekamp de eerste
oog van de wereld door zijn tegenstander de bocht
bronzen medaille. Zijn plaatsgenoot Willem Peter
Overijsselaar die met een gouden medaille naar huis
werd uitgeknald en kermend van de pijn en zwaar
Hubert van Blijenburgh had ook succes. Hij won in
kwam. Hij won toen in München bij de wielrenners
geblesseerd aan arm en schouder op het ijs bleef lig-
1912 en 1920 bij elkaar drie bronzen medailles bij het
op de weg. Herman Ponsteen uit Nijverdal was in dat
gen. Acht jaar later won hij in Turijn twee maal brons.
schermen en nam aan liefst vijf Olympische spelen
jaar ook van de partij, maar moest wachten tot 1976
Dubbel Overijssels succes was er in 2000 in Sydney.
deel, want ook in 1906 (Athene), 1908 (Londen) en
voor hij in Montreal zilver won op de 4.000 meter
De geboren Zwollenaren Jeroen Dubbeldam en
1924 (Parijs) was hij van de partij. Tennisster Kea
achtervolging. De voor Daventria in Deventer lopende
Marten Eikelboom wonnen toen allebei goud, respec-
Bouman uit Almelo won dat jaar brons in het
Gerard Nijboer won in 1980 in Moskou zilver op de
tievelijk als ruiter en als hockeyer. Schaatster Gretha
gemengd dubbel. Elk jaar waren er sindsdien wel
marathon. Noor Holsboer uit Enschede was lid van de
Smit uit Rouveen pakte in 2002 in Salt Lake City, door
Overijsselaars die deelnamen aan de Spelen, vooral in
hockeyploeg die in 1988 in Seoul brons won. Dáár ook
haar fans omgedoopt tot ‘Salt Lake Smitty’, zilver op
1928 in Amsterdam, toen er tien meededen bij vier
won de meest succesvolle Overijsselse Olympiër Nico
de 5.000 meter. In 2004 won Eikelboom ook nog eens
takken van sport: atletiek, hockey, paardensport en
Rienks, die het roeien leerde op het Zwarte Water,
zilver in Athene, waar Marleen Veldhuis uit Borne brons won als lid van de 4 x 100 meter estafetteploeg. Bij de later dat jaar gehouden Paralympics wonnen de tafeltennissers Gerben Last en Tonnie Heijnen uit Kampen goud in het dubbel. In 2006 viel er, afgezien van de twee bronzen medailles van Wennemars, geen Overijssels Olympisch succes te noteren, maar in 2008 won Marleen Veldhuis uit Borne in Beijing goud op de 4 x 100 meter estafette. In 2010 ten slotte kwam schaatser Mark Tuitert uit Holten met twee medailles naar huis: hij won brons bij de ploegenachtervolging en goud op 1.500 meter. Zo ging er in 110 jaar Olympische spelen ten minste twaalf keer een gouden, vijf keer een zilveren en vijftien keer een bronzen medaille -zij het soms gedeeld en per persoon geteld- naar Overijssel en Overijsselaars.
I
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
27-04-2010
14:52
Pagina 28
28 wat staat daar eigenlijk?
door Kees Schilder
Om de betaling van wijn en bier
Ik, Arent Joncker, schout van
Het gebeurde in Kampen, in 1598. Mr. Steven Pigge, telg uit een
Pigge, scholaster in Xanten, hier-
geleerd geslacht, had een schuld bij Dirk Hendriksz Snel, de
Henricxsoen, waard in de Witte
waard van de Witte Arend aldaar. De vordering voor de dranken, het ging om wijn en bier, bedroeg 34 goudgulden van 28 stuiver.
IJsselmuiden, geef u, weledele en zeer geleerde heer mr. Steven mee kennis dat Dirick Arent in Kampen, volgens de bepalingen van het Overijssels landrecht, op drie verschillende dagen bij de schoutenbank in mijn
Een behoorlijk bedrag, afgezet tegen het dagloon van acht stui-
schoutambt beslag heeft laten leg-
vers dat een eenvoudig arbeider verdiende. Of tegen de prijs van
Lubbertsz, pachter en bewoner
vijf goudgulden voor een drachtig varken. Je kon er ook wel ongeveer tweeëneenhalve koe voor kopen.
gen op pachtgelden die Andries van land met boerenerf in Mastenbroek liggende in het schoutambt IJsselmuiden, nog aan u schuldig is. U bent een van de eigenaren van dat land en boerenerf dat Piggengoed wordt genoemd. Dirick Henricxsoen doet u een
Mr. Steven Pigge (Kampen 1520 – Xanten 1604), een bereisd geleerde en een slechte betaler
proces aan om uw aandeel van de pachtgelden in bezit te krijgen. Ook op uw aandeel van dat erf en land heeft hij beslag laten leggen.
Het probleem was, dat Pigge niet betaalde en daarom
waar hij woonde en werkte. De zaak zou voorkomen op
Daarom stel ik u ambtshalve voor
wendde Snel zich tot het schoutengericht van
11 september, ‘bij climmen der sonnen’ (r. 22) in het
om op 11 september aanstaande
IJsselmuiden. Schout Arent Joncker (r. 1), die ambts-
huis van de schout. Maar natuurlijk kon Pigge ook met
(volgens de oude tijdrekening)
halve ook ging over juridische zaken, verklaarde de
Snel in gesprek gaan en (r. 28-29), ‘die saecke mit hem
aan het begin van de dag persoon-
vordering bewezen. Want daarvoor waren (r. 5-6)
in der fruntschap affschaffen’. Hij kwam echter niet
lijk in mijn huis in IJsselmuiden te
‘drie arresten nae landtrechte behoerlijcken ende
opdagen en dus leek het op een gedwongen verkoop
verschijnen of iemand te machti-
gerichtelijken gedaen.’
uit te draaien. Zover kwam het niet, omdat Tijmen van
gen om voor u op te treden om
Met dit vonnis in de hand kon Snel daarom geld en
Wilsem, die in ondertrouw was met een nicht van
de vordering die Dirick
goederen van Pigge opeisen. Het ging in dit geval om
Pigge, de schuld aan Dirk Hendriksz Snel volledig
Henricxsoen op u heeft, aan te
een aandeel in het zogenaamde Pigge-erf in
betaalde. Tijmen nam daarmee de vordering op mr.
horen.
Mastenbroek, waarop beslag werd gelegd. De schulde-
Steven Pigge over, maar hoe die zaak verder werd afge-
U of uw gemachtigde kunnen zich
naar kreeg dat te horen in het Duitse Xanten, een stad-
handeld, vertellen de bronnen niet. En ook niet, hoe
dan tegen de eis verweren of met
je aan de Neder-Rijn, zo’n 45 kilometer vanaf Nijmegen,
het bier en de wijn hebben gesmaakt.
de eiser tot een overeenkomst proberen te komen. Komt u niet dan verspeelt u uw rechten in deze zaak, want dan moet ik toestaan dat Dirick Henricxsoen deze
Omtrent mr. Steven Pigge
beslaglegging bij de schoutenbank
Mr. Steven studeerde in Leuven 1540-1542, verbleef in Rome 1548-1556, was bibliothecaris bij kardinaal Granvelle
te zetten in een toewijzing van
in Brussel, reisde met prins Karl Friedrich van Cleef in de jaren 1571-1575 onder meer naar Wenen en Rome en
genoemde pachtgelden en aan-
verkreeg in 1575 een kanunnikplaats in Xanten, waar hij later ook scholaster (schoolmeester) werd van de kapittel-
deel van het erf en land, zonder
school.
dat u dat nog kunt verhinderen als
Hij was een liefhebber van de geschiedenis en heeft zich in Xanten bijzonder ingezet voor de opgravingen op de
de schoutenbank daarin toestemt.
plaats waar vroeger een Romeins castellum stond. Van zijn reizen met de prins van Cleef schreef hij een boek
Deze oproep is door mij onderte-
waarin hij de monumenten uit de Oudheid beschreef die zij op hun reizen bezochten. In een zaal in het museum in
kend en met mijn zegel bekrach-
Xanten staan enkele vitrines die gewijd zijn aan mr. Steven Pigge en zijn werk. Hij is overleden in Xanten in 1604.
tigd op 14 augustus 1598, volgens
van IJsselmuiden zal proberen om
de oude tijdrekening.
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
27-04-2010
14:52
Pagina 29
Afschrift in het protocol van het schoutengerecht van IJsselmuiden van een wetebrief (dagvaarding) door Arent Joncker, schout van IJsselmuiden, geschreven en bezegeld op 14 augustus 1598, waarvan het origineel door een bode werd afgeleverd bij mr. Steven Pigge, kanunnik en scholaster te Xanten. Rechterlijk Archief IJsselmuiden. Inv. nr. 3, folio's 138verso en 139, 14 augustus 1598. Gemeentearchief Kampen.
1
1 Ick Arent Joncker, in der tijdt schultz toe Isselmuijden,
2
2 doe U E. en hoichgeleerde mr. Steven Pigge,
29
3
3 scholaster toe Santen, gerichtelijcken vermitz desen
4
4 toe weten dat Dirrick Henricxsoen, die weert
5
5 Inden Witten Arent binnen Campen, drie arresten
6
6 nae landtrechte behoerlijcken ende gerichtelijkcken gedaen
7
7 hefft laten aen uwe pachten die U E. ten achteren
8
8 moegen wesen aen Andries Lubbertsz, den meijer
9
9 wonende op Piggenguet in Mastebroick in mijn
10
10 bevolen schultampt. Oick aen U E. quota erffdeels
11
11 aen dat voirbenoemde guet, in meinonge daerop toe willen
12
12 procedieren offte doen procedieren. Waeromme ick
13
13 ampthalven ende ten versoecke van Dirrick Henricx
14
14 voirscreven u mr. Steven Pigge eenen peremtoirlijcken
15
15 rechtdach aenstemme ende ordonniere eens voir all
16
16 ende bij versteck van vordere verwervinge opten
17
17 elffsten dach des aenstaends maentz septembris
18
18 older stiel, dat U E. ende hoichgeleerde alsdan
19
19 selffs in eijgener persoen offte uwe genoech-
20
20 same volmachtichde moeten erschijnen binnen
21
21 Isselmuijden toe mijnen huise ther gewoentlijcker
22
22 tijdt, bij climmen der sonnen, voir mij offte mijnen
23
23 gesubstitueerden, omme thoe aenhoeren alsulcken
24
24 eijssch ende conclusie als genanter Dirrick Henricx
25
25
26
26 offte sijn volmachtiger tegens U E. ende hoichgeleerde
27
27 als dan sall institueren ende doen, u daerentegens moegen
28
28 verweeren offte defenderen offte midler tijdt die
29
29 saecke mit hem in der fruntschap affschaffen.
30
30 Waertoe U E. ende hoichgeleerde moegen inden besten
31
31 verdacht sijn omme uwen schaeden toe schutten.
32
32 Want waert saecke U E. ende hoichgeleerde dest doene
33
33 versuimbden, sal ick moeten lieden dat Dirrick
34
34 Henricxsz voirscreven eevenwel mitten rechte voirt
35
35 vare ende erholde tgene dat hem mit rechte ende
36
36 ordel nae landtrechte toe erkandt sall worden, etc.
37
37 Oirconde dese letteren van citatien perempteriel
38
38 mit mijn zegel onderdruckt ende mit mijn handt
39
39 ende naem onderteijckent opten XIIIIden dach des
40
40 maentz augusti anno 1598 stilo antiquo.
I
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
30 advertentie
27-04-2010
14:52
Pagina 30
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
27-04-2010
14:52
Pagina 31
door Marlies Mencke, educatieve dienst HCO
Het Storkgebeuren is bestemd voor de tweede en derde klassen van vmbo, havo en vwo en sluit aan bij kerndoelen en lesmethodes. Wilt u meer informatie? @ Meld u zich dan via m.mencke@historischcentrumoverijssel.nl.
met de klas 31
‘Het is leuk om een keer wat anders te doen dan geschiedenis uit het boek.’ ‘Het was superleuk, maar we hadden te weinig tijd.’ ‘Het was leuk om dingen te weten te komen over Stork.’ ‘Alles bij elkaar is het mooi en leerzaam.’ Dit zijn enkele reacties van leerlingen van de klassen HA2A en HA2B van SG Twickel in Hengelo die hebben gewerkt met een nieuw lespakket: Het Storkgebeuren. Het Historisch Centrum Overijssel en Twents Techniekmuseum HEIM hebben de handen ineengeslagen om een stukje Twentse industriegeschiedenis voor leerlingen begrijpelijk te maken.
HET
STORK
GEBEUREN
De industrialisatie in je buurt ontdekken
A
ls leerlingen leren over de industrialisatie, gaat dat vaak aan de hand van
deze zaken introduceerde de Stork-directie aan het eind van de negentiende en het
Britse voorbeelden van moderne fabrikanten. Dat is zonde: in de eigen
begin van de twintigste eeuw, in een tijd waarin de overheid dit soort zaken nog
Overijsselse omgeving is prachtig materiaal voorhanden. Stork was ook
niet regelde.
zo’n bedrijf dat van de wieg tot het graf voor zijn mensen zorgde.
Aan de hand van foto’s uit het Stork-archief en een speciaal ontwikkelde film
Voetballen bij voetbalvereniging Wilhelmina, gymnastieken bij Hercules, het hele
onderzoeken leerlingen de betekenis van Stork in hun omgeving. In de film, met
sociale en sportieve leven kon via Stork geregeld worden. Wat betekende industria-
daarin oude fabrieksbeelden, komen ook oud-werknemers van Stork en bewoners
lisatie voor mensen die toen leefden? En hoe herken je dat bij jou in de buurt?
van ’t Lansink aan het woord. ‘Wij van de jongensschool gingen in de pauzes
Leven, leren, wonen en werken bij Stork staan centraal in Het Storkgebeuren.
weleens over de muren kijken, naar het schoolplein van de meisjes. Nee, er naartoe
De firma Stork (opgericht in 1868) is vooral bekend als één van de grootste
mochten we niet, maar natuurlijk probeerden we weleens wat…’ Het is één van de
machinefabrieken van Nederland. Pompen, ketels, gemalen en andere producten
vele herinneringen die de soms kil ogende fabrieksgeschiedenis verlevendigen. Het
van Stork zijn overal in Nederland (en ver daarbuiten) te vinden. Doel van dit
project wordt afgesloten met een bezoek aan Twents techniekmuseum HEIM en
project was leerlingen uit de onderbouw van het voortgezet onderwijs in contact te
een op maat gemaakte museumles. Eventueel kan een klas daaraan een bezoek aan
brengen met de andere kant van de Storkgeschiedenis: Stork als sociaal werkgever.
’t Lansink koppelen, waar de geschiedenis zich nog manifesteert in de fraaie
En sociaal waren directeur D.W. Stork en zijn opvolgers zeker te noemen. Zij
arbeiders-, middenklasse- en directeurswoningen. De zwemvijver, aangelegd voor
wilden arbeiders gedurende hun hele leven aan zich binden en zochten daarvoor
zomers zwemvertier, wordt iedere zomer nog veelvuldig gebruikt door de
moderne manieren. Een oudedagvoorziening, verzekeringen, een complete
Hengelose jeugd van tegenwoordig. Zelfs de kleedhokjes lijken niet te zijn
woonwijk (tuindorp ’t Lansink in Hengelo) en scholing voor de Stork-kinderen; al
veranderd.
I
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
27-04-2010
14:52
Pagina 32
32 gesignaleerd 1 M.C. Waijerdink-Mentink. Van marke naar maatschap : 150 jaar landbouw in Haaksbergen. Historische Kring Haaksbergen, 2009. 200 pp. Van oudsher is Haaksbergen boerenland. Een dorp dat tot de komst van de firma Jordaan in de negentiende eeuw dreef op landbouw. Eeuwenlang veranderde het boerenbestaan er nauwelijks, maar in de tweede helft van de negentiende eeuw komt het net als elders in een stroomversnelling. Hoe snel, valt te lezen in Van Marke naar Maatschap. Het boek beschrijft de ontwikkelingen van de landbouw van de opheffing van de marken tot de komst van de melkrobot. Mechanisering, coöperaties, landbouwonderwijs, (verzuilde) boerenorganisaties, de rol van de vrouw en de sprong in de toekomst worden beschreven en gelardeerd met talloze kaders en foto’s die een beeld geven van de verI anderende agrarische cultuur.
3 Wilhelm Nagge, opnieuw uitgegeven, ingeleid en toegelicht door Clemens Hogenstijn. Weghwyser door de provintie van Overyssel. Stadsarchief en Atheneumbibliotheek Deventer, 2010. 63 pp. + kaarten. ISBN 9789080989672 (Werken VORG; nr. 49) De ‘Korte Beschryvinge’ van Wilhelm Nagge, oorspronkelijk uitgegeven in 1724, is letterlijk voorzien van kanttekeningen (naast de oorspronkelijke tekst geplaatst) ter verduidelijking van de uit 1648 stammende tekst. Stadshistoricus Clemens Hogenstijn heeft daarnaast inleidingen toegevoegd over het ontstaan van Overijssel uit de Stichtse Landsheerlijkheid, over Wilhelm Nagge en I Nicolaas ten Have.
3
1 2 2 Eveline Koolhaas Grosfeld. De ontdekking van de Nederlander in boeken en prenten rond 1800. Dissertatie Universiteit van Amsterdam. Zutphen 2010. 400 pp. De in 1769 in Vollenhove geboren Evert Maaskamp behoorde daar met zijn familie tot de gegoede burgerij. In 1790 trok hij echter naar Amsterdam, waar hij een opmerkelijke carrière zou maken. Aanvankelijk had hij aspiraties als kunstenaar, maar het was al snel duidelijk dat het hem ontbrak aan artistiek talent. Inmiddels had hij zich echter op het uitgeverspad begeven. Zijn belangrijkste uitgave, de etnografische serie Afbeeldingen van kleeding, zeden en gewoonten in de Bataafse Republiek gaf de Nederlanders, aldus Koolhaas-Grosfeld, ‘een nieuw gezicht’. De Nederlandse identiteit kreeg hiermee ‘een breed uitgedragen regionale verscheidenheid van fysieke eigenschappen, klederdrachten, zeden en gewoonten.’ Aan de hand van Maaskants ondernemerschap beschrijft Koolhaas Grosfeld deze ‘ontdekking van de Nederlander’. Ook gaat zij in op de politieke machtswisselingen waarvan Maaskamp profiteerde, maar die hem uiteindelijk I de kop kostten. Hij overleed in 1834.
4 4 Klaas Tippe. ‘Een echte Overijsselschman’. Frederik Allard Ebbinge Wubben (1791-1874): burger, bestuurder en historicus in een rurale omgeving. Dissertatie Rijksuniversiteit Groningen. 2009. 444 pp. Centrale vraag in deze studie is hoe Ebbinge Wubben als plattelandsnotabele in de eerste helft van de negentiende eeuw in zijn omgeving stond. Het begrip omgeving moet daarbij zowel letterlijk als figuurlijk worden genomen. Het gaat om Staphorst, de regio en de provincie, maar ook om de netwerken en de organisaties waarin Ebbinge Wubben actief was. De studie beweegt zich, in de woorden van Tippe, ‘op het grensvlak van de microgeschiedenis en de biografie. Ebbinge Wubbens leven is hier het sleutelgat tot het verstaan van bredere ontwikkelingen.’ In zijn lange leven maakte deze liberaal, onder andere als burgemeester, notaris, historicus en waterschapsbestuurder grote veranderingen en ontwikkelingen I mee.
5 Theo Spek, Henk van der Velde, Herman Hannink, Bert Terlouw. Mens en land in het hart van Salland. Uitgeverij Matrijs. Utrecht 2010. Dit boek geeft een overzicht van de bewonings- en landschapsgeschiedenis van het oude kerspel Raalte. Alle ontdekkingen die amateuronderzoekers en wetenschappers in de afgelopen vijftien jaar hebben gedaan, worden voor een breed lezerspubliek ontsloten. Elke buurtschap krijgt daarbij een eigen hoofdstuk, waarin een gedetailleerd beeld wordt geschetst van de opbouw van het landschap en van de middeleeuwse boerderijen en hun bewoners. Dat in het huidige landschap nog verrassend veel sporen van deze oude geschiedenis bewaard zijn gebleven, blijkt uit de vele kaarten, I foto’s en historische beelden.
5 7
6
6 Marijke de Vries, Wouter de Vries (auteurs), Erik Bennink (samenstelling) e.a. MensenVerhalen: Dedemsvaart 1809-2009 Stichting MensenVerhalen Dedemsvaart, 2009. 144 pp. Naar aanleiding van de herdenking van de stichting van de Dedemsvaart door Baron van Dedem vertellen zo’n zeventig bekende, maar vooral onbekende, Dedemsvaarters ‘hun verhaal’. Hierdoor komt een groot stuk geschiedenis van het leven I aan dit kanaal aan het licht. 7 Naar Engeland. Bijzondere oorlogsjaren van negen Hengeloërs. Stichting Oald Hengel. Hengelo 2010. 128 pp. Tijdens de meidagen van 1940, of later, midden in de oorlog, kozen negen Hengeloërs voor een avontuur dat hun leven voorgoed zou veranderen. Daarna speelden ze allemaal, voor of achter de schermen, een rol bij geallieerde oorlogshandelingen. I
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
27-04-2010
14:52
Pagina 33
door Tonny Peters, Overijsselse Bibliotheek Dienst (OBD)
8 J. Spitse. Joannes Bosch (1794-1842). Van boerenzoon in Raalte tot priester op Schokland. Nijmegen 2010. 104, pp. Joannes Bosch werd opgeleid tot priester in een tijd dat nog niemand gehoord had van geestelijke gezondheid. De zwakheid waarover hij de baas moest zien te worden betrof verduistering; hij kon, zacht gezegd, niet met geld omgaan. De reactie van de kerkelijke leiding was dat hij eerst werd ‘opgeborgen’ in een klooster en vervolgens veilig werd weggepromoveerd als waarnemend pastoor op het – toen nog – eiland Schokland. De auteur wil met dit boek laten zien welke krachten hebben geleid tot gedragsverbetering van een ontspoord man in een tijd waarin er nog geen geestelijke I gezondheidszorg bestond.
10 Aly Dijkstra-Kruit (redactie); m.m.v. Annemarie Brinkhorst e.a. Spoorzoeken onder het maaiveld: een greep uit 40 jaar amateurarcheologie. Archeologische Werkgemeenschap voor Nederland, 2009. 128 pp. ISBN 9789090248097 Een verslag van veertig jaar zoeken in de bodem door amateurarcheologen in de regio ZuidSalland, IJsselstreek en Veluwezoom. De vondsten en de verhalen eromheen worden in een mooi geïllustreerde en leesbare tekst weergegeven. I
8 9 9 Enno de Witt (tekst), Madeleine Gimpel (redactie) e.a. Passie in glas: Annemiek Punt. Ten Have Kampen, 2009. 155 pp. ISBN 9789025960117 Prachtig geïllustreerd boek over de Ootmarsumse glaskunstenares, die vooral bekend is van haar glas-in-loodramen. Dit boek geeft een overzicht van haar kunst, haar inspiratiebronnen, haar manier van werken en de verschillende technieken I van haar glaskunst.
@ Zie ook: http://transisalania.blogspot.com/
12 S. Wynia. Rondom Singraven Stichting Edwina van Heek Enschede, 2009. 137 pp. Bundeling van artikelen die Sjouke Wynia de afgelopen decennia schreef over het huis en landgoed I Singraven en haar bewoners. 13 Mariecke Siezen (redactie). Genius Loci: 15 jaar installaties in Het Torentje Almelo: 1910, 1995, 2010. Stichting Het Torentje Almelo, 2009. - 151 pp. ISBN 9789081385336 Rijk geïllustreerd overzicht van vijftien jaar kunstprojecten in het Torentje, een industrieel monument, dat in 1995 de bestemming van expositieI ruimte kreeg.
10 11 11 Heleen Bosma en Alied van der Meer (idee, tekst en foto’s). Overal in Overijssel : expeditie naar de ziel van een provincie. (Deventer): ArtNik, 2009. 105 pp. foto’s + cd-rom ISBN 9789490548018 Heleen Bosma en Alied van der Meer lieten zich door de computer 28 willekeurige plekken in Overijssel aanwijzen. Op 28 vrijdagen – weer of geen weer – bezochten ze deze exact aangegeven plekken, al kwamen ze midden in een moeras uit. Ze maakten er foto’s en geluidsopnamen, namen een grondmonster, legden de weersgesteldheid vast, spraken met de eerste mens die ze tegenkwamen en met de eigenaar van de grond en verzamelden indrukken, die ze omzetten naar een gedicht. Twee weken later werd het gedicht uitgedeeld in de omgeving van de plek aan iedereen die het maar aan wilde aannemen en werd er met de I voorbijgangers en omwonenden gesproken.
12 13 Webwijzer @ Het NIOD en het Nationaal Archief hebben, met behulp van zo’n 225 deelnemende archiefinstellingen, de website archievenWO2.nl samengesteld. Hierin zijn de bij de Nederlandse archiefinstellingen aanwezige collecties met betrekking tot het nationaal-socialisme en de Tweede Wereldoorlog in relatie tot Nederland, Nederlands-Indië, Suriname en de Nederlandse Antillen opgenomen. De site is bedoeld voor zowel de ervaren als minder ervaren archiefgebruikers. Deze site wil hét startpunt zijn voor onderzoek naar de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog.
@ Via www.biografischportaal.nl is een gestaag groeiende verzameling kerngegevens en levensbeschrijvingen van kopstukken en andere opzienbarende figuren uit de Nederlandse geschiedenis te vinden, van het vroegste verleden tot nu. Ook voor Overijssel en de Overijsselaars is dit een ware ‘Fundgrube’!
@ De site www.wieiswieinoverijssel.nl bevat Overijsselse biografieën van Harm Agteresch tot Salomon Izak Zwartz: personen die van betekenis zijn geweest vóór of in de Provincie Overijssel.
33
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
34 uitgelicht
27-04-2010
14:53
Pagina 34
Programmamaker en presentator Peter Schoof interviewde de tien genomineerden.
door Tonny Peters
Overijssels Boek van het Jaar 2009 Jaap Snel (red) e.a. m.m.v. Mans Bollemaat, Gerrit Heijink e.a. Het Boek van Rheeze & Diffelen. Uitgeverij Heijink. Hardenberg 2009.
D De verraste prijswinnaars werden staand voor de lichtstralen van een beamer, in de bloemen gezet.
Ed. E. Kemperman (transcriptie en vertaling). De thesaurus van Gramsbergen. IJsselacademie. Kampen 2009.
e winnaars, de makers van Het boek van Rheeze & Diffelen konden behalve een oorkonde voor de hoofdprijs en enkele kleinere prijzen ook een bedrag van € 1.000 in ontvangst nemen. De jury, bestaande uit de journaliste en historica Lamberthe de Jong, de journalist en historicus Gerard Lage Venterink
(Twentse Courant Tubantia), de historicus Jan ten Hove en de journalisten Michael Amsman (de Stentor) en Ben Siemerink (zelfstandig) motiveerde haar keuze als volgt: ‘Voorbeeldig stukje geschiedschrijving van een oud agrarisch cultuurlandschap en de mensen die daarin door de eeuwen heen leefden en er vorm
Op donderdagavond 8 april 2010 werd in het
aan gaven. Met recht een boek door en voor de bewoners van de beide
Historisch Centrum Overijssel tijdens een
heel herkenbare wijze het verleden met het heden. Door de fraaie vormge-
feestelijke bijeenkomst de winnaar bekend
dorpen. Met name de ‘papieren wandeling’ door beide dorpen verbindt op ving en uitvoering een monumentaal boek voor een kleine gemeenschap. Niet alleen de kleine gemeenschap van Rheeze & Diffelen zal zich overigens
gemaakt van het Overijssels Boek van het Jaar
in het boek herkennen, maar ook iedereen in vergelijkbare kleine platte-
2009. Voor de tweede maal werd deze prijs, een
geschiedenis haast letterlijk bij iedereen op de stoep voor het grijpen ligt.’
initiatief van de Overijsselse Bibliotheekdienst (OBD), Stadsarchief en Athenaeumbibliotheek
landsgemeenschappen in Overijssel. Dit boek laat overtuigend zien dat
De originaliteitsprijs, een bedrag van € 250, ging naar De thesaurus van Gramsbergen, met de volgende motivatie: ‘Kosten noch moeite hoefden kennelijk te worden gespaard voor deze
(SAB) en het Historisch Centrum Overijssel
opmerkelijke proeve van minutieus historisch “monnikenwerk”. De jury
(HCO), uitgereikt. Programmamaker en
sche handschrift in z’n volle omvang te ontsluiten, terwijl ook de voortref-
presentator Peter Schoof stelde de tien
heeft veel bewondering voor de noeste arbeid die is verricht om dit medifelijke eigentijdse vormgeving (inclusief cd) moet worden geprezen. Het lezen van de vele opmerkelijke recepten is dan ook een zeer plezierige
genomineerden en hun boeken voor aan het
bezigheid. Het enige minpuntje van dit boek is feitelijk dat er niet een
publiek, waarna directeur Bert de Vries van het
lering en vermaak voor een veel groter publiek zou zijn ontsloten.’
HCO de winnaar bekend maakte.
“populaire”, verkorte versie van is gemaakt, waardoor dit geschrift ter
De organisatoren overwegen volgend jaar ook een Publieksprijs in te stellen en ook fictie bij deze prijs voor boeken op het gebied van geschiedenis en cultuur te betrekken.
I
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
27-04-2010
14:53
Pagina 35
m.m.v Ans Borst, Kunst en Cultuur Overijssel
week van de geschiedenis agenda
historische evenement van Nederland. Elk jaar organiseren honderden instellingen speciale activiteiten rond een wisselend thema. Het
primaire doel is een breed publiek, inclusief het onderwijs, op een toegankelijke en aansprekende manier in aanraking te brengen met geschiedenis. De Week van de Geschiedenis wordt in 2010 voor de zevende keer georganiseerd en vindt plaats van zaterdag 16 oktober t/m zondag 24 oktober. Het thema is dit jaar Land en Water.
ALMELO: Stadsmuseum Almelo
STEENWIJK: Stadsmuseum Steenwijk
Schilderijen van Almelose amateurschilders
Propaganda in de Tweede Wereldoorlog
agenda
D
e Week van de Geschiedenis is het grootste
t/m 31 juli
@ www.stadsmuseumalmelo.nl
t/m 10 september @ www.stadsmuseumsteenwijk.nl
DEVENTER: Historisch Museum
ZWARTSLUIS: Schoonewelle
Blik op Blik: design van verpakkingsblik
Scheepvaart is cultuur
t/m 19 september 2010
@ www.deventermusea.nl
DEVENTER: SAB
Samenwerkingsverbanden In voorgaande jaren zijn steeds meer samenwerkingsverbanden tussen instellingen tot stand gekomen. De initiatieven hebben vaak een eigen naam, logo en organisatie, maar kunnen worden gesteund door het Nationaal Historisch Museum (NHM). Te denken valt aan een samenwerking van culturele instellingen, media, provincie(s), gemeenten, bedrijfsleven (winkels, horeca, hotels), VVV/recreatieve instellingen enzovoort. Het gezamenlijke programma kan bijvoorbeeld één dag beslaan of in één gemeente plaatsvinden, met een Week van de Geschiedenis van Almelo tot Zwolle! In alle gevallen kan iedere deelnemer zijn eigen publiciteit genereren, zowel lokaal, regionaal als landelijk of zelfs, zeker in het oosten van de provincie, internationaal. Belangrijk is dan wel dat er een overkoepelende organisatie is. Het NHM, als initiatiefnemer van de Week van de Geschiedenis, stimuleert overkoepelende initiatieven en biedt hulp bij het opzetten hiervan. Het NHM: • stelt zijn netwerk beschikbaar • helpt bij het leggen van contacten • denkt mee over mogelijkheden wat betreft partners, programma, media en sponsoring • kan overkoepelende initiatieven opnemen als partners in de Week van de Geschiedenis • kan partners uitlichten op de website en (nog onder voorbehoud) opnemen in de programmakrant • kan partners meenemen in zijn communicatie naar het lokaal en landelijk persnetwerk
Informatie Nationaal Historisch Museum Schelmseweg 87 6816 SH Arnhem Tel: 026-711 25 00 Fax 026-7112550 @ www.jijmaaktgeschiedenis.nu
Voorbeelden Kijk ter inspiratie eens op de websites rond de Week van de Geschiedenis 2009. @ www.weekvandegeschiedenis-amersfoort.nl @ www.dagvandehaagsegeschiedenis.nl @ www.zichtopmaastricht.nl
Opgaves: msmdhto@historischcentrumoverijssel.nl
Fototentoonstelling ‘Eigenzinnig onderwijs in Deventer’ t/m 31 juli
Schatkamerrondleidingen, het gehele jaar @ groepen@vvvdeventer.nl
ENSCHEDE: Rijksmuseum Twenthe
t/m 6 juni @ www.schoonewelle.nl
ZWOLLE: Historisch Centrum Overijssel Bouwen aan de Diezerstraat. Educatief project. Meer informatie voor het onderwijs: a.rijkhoff@historischcentrumoverijssel.nl
t/m 3 september @ www.historischcentrumoverijssel.nl
Gedroomd papier, tekeningen en prenten uit eigen collectie uit de periode 1850-1935
ZWOLLE: Kunst en Cultuur Overijssel
t/m 12 september 2010
Excursie De verborgen geschiedenis van het
@ www.rijksmuseumtwente.nl
Overijssels landschap. Donderdag 10 juni. Opgave voor 3 juni via
ENSCHEDE: TwentseWelle
aborst@kco.nl of 038-4225030. Kosten € 40 (inclusief
‘VEERKRACHT, echo van een ramp’. Een
busreis, lunch, wichelroede en magische kaart).
tentoonstelling over de veerkracht van een mens
na het verliezen van huis en haard door een ramp
t/m 29 augustus 2010 @ www.twentsewelle.nl
GOOR: Goors Historisch Museum 65 jaar bevrijding Goor t/m 5 mei 2010
Van Weefschool tot Textiele Werkvormen: een overzicht van de verschillende vormen van textielonderwijs in de 19de en 20ste eeuw
6 juni t/m 30 september 2010 @ www.historischgoor.nl
IJsselacademie
HENGELO: Twents Techniekmuseum HEIM
Zunnewendefestival
BliepBliep! Geluid uit de computer: een DOE-
den: het jaarlijkse Zunnewendefestival op landgoed
Het lijkt een goede Overijsselse traditie te gaan wor-
tentoonstelling voor het hele gezin, vol herkenning
Schuilenburg bij Hellendoorn. Dit jaar vindt het plaats
voor de (groot)ouders en activiteiten voor de
op 19 juni.
kinderen t/m 22 augustus 2010
Veel muziek, voordracht, een jongerenpodium, een
@ www.techniekmuseumheim.nl
streekmarkt, een boottocht op de Regge met een verteller aan boord, er is voor elk wat te zien, te horen,
OMMEN: Nationaal Tinnen Figuren Museum
en ook te doen.
Tuinen, binnen en buiten
inleveren bij deskundigen, die het dan zullen beoor-
t/m 5 december 2010
@ www.tinnenfigurenmuseum.nl
Nieuw is dit jaar dat je je zelf geschreven gedicht kunt delen. Een soort talentenjacht voor (amateur)dichters dus. En dat alles in de streektaal! Kijk voor het definitieve programma op www.zunnewende.nl.
35
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
27-04-2010
14:53
Pagina 36
36 mededelingen van de IJsselacademie
T 038 331 52 35 F 038 333 42 04
I www.ijsselacademie.nl E info@ijsselacademie.nl
IJsselacademie, kenniscentrum voor immaterieel erfgoed in Overijssel
IJsselacademie
Onderzoek en publicaties De IJsselacademie is een onderzoeksinstituut en kenniscentrum voor taal, geschiedenis en traditie in Overijssel. U kunt er terecht met vragen over dit immaterieel erfgoed in de regio. De Academie stimuleert en begeleidt onderzoek van wetenschappers en van amateurs en organiseert educatieve programma’s en bijeenkomsten. Daarnaast is de IJsselacademie een uitgeverij. Veel onderzoek resulteert in publicatie van boeken, dvd’s, cd’s. Ruim dertig jaar De stichting IJsselacademie is opgericht in 1977. Haar werkzaamheden worden gefinancierd door de provincie Overijssel, door gemeenten in het werkgebied en door de opbrengst van
Aan onze relaties
Postbus 244 8260 AE Kampen
producties. Ook zijn er incidentele subsidies, zoals van het Prins Bernhard Cultuurfonds, het bedrijfsleven en particulieren die speciaal bij een project betrokken zijn. Het werkgebied spitst zich toe op Salland en het Land van Vollenhove (van Gramsbergen tot Schokland en van Bathmen tot Steenwijk), maar de Academie realiseert op verzoek ook projecten op de Veluwe en in Flevoland. Donateurs Voor de IJsselacademie is de financiële en morele steun van donateurs onmisbaar. Voor minimaal € 20,- per jaar krijgt u 20% korting op onze uitgaven en ontvangt u jaarlijks zes keer MijnStadMijnDorp. Historisch Tijdschrift Overijssel.
kant was in Heemse-Hardenberg. Hij gaf daar de aan-
schrift van de SchrieversBond Overiessel, in samenwer-
n het eerste nummer van MijnStadMijnDorp
I
zet voor de oprichting van één van de grootste organi-
king met de IJsselacademie en TwentseWelle. Het digi-
konden wij een brief laten bijvoegen voor onze
saties voor hulp aan onderduikers en vervolgden in
tale blad bevat met name poëzie en proza in de ver-
donateurs. Maar er zijn meer relaties die via de
ons land. Het Frits de Zwerverfonds is in 2000 opge-
schillende streektalen van Overijssel, geschreven door
IJsselacademie deze opvolger van Historisch
richt door toedoen van dr. Herman Smit, oud-burge-
de leden van de SchrieversBond. Daarnaast is er nieuws
Overijssel ontvangen. Ook u houden wij graag op de
meester van Hardenberg,.met het doel de belangstel-
in te vinden over komende streektaalactiviteiten in de
hoogte van onze activiteiten in deze speciale IJA-
ling voor de geschiedenis van de Tweede
provincie, zijn er interviews met vrouwen en mannen
nieuwspagina. Waarin ook boekpresentaties worden
Wereldoorlog, speciaal bij jongeren, levend te houden.
die veel voor de streektaal betekenen, en is er in elke
vermeld en waarin onze medewerkers regelmatig
Daarbij richt het zich op het Overijsselse gedeelte van
uitgave ruimte voor een gastschrijver uit de provincie.
redactionele artikelen zullen schrijven. Als relatie van
het samenwerkingsverband Regio IJssel-Vecht. Bij de
Een abonnement op Van Over de Iessel is, dankzij een
de IJsselacademie krijgt u MijnStadMijnDorp.
jury kwamen dit jaar 35 opstellen binnen, een aantal
subsidie van de Provincie Overijssel, gratis. Iedereen
Historisch Tijdschrift Overijssel gratis toegestuurd, zes
dat aanzienlijk hoger lag dan de veertien inzendingen
die geïnteresseerd is in streektaal kan zich via de web-
keer per jaar (verkoopprijs € 5,95).
van vorig jaar. De jury bestond uit Jan Slomp (voorzit-
site aanmelden voor een abonnement en krijgt ver-
ter), Jos Mooijweer (secretaris), Jaap Hagedoorn (his-
volgens elke eerste dag van het kwartaal de nieuwe
Frits de Zwerver Schrijfwedstrijd 2010
toricus), Jannes Janssen (wethouder gemeente
uitgave in zijn digitale brievenbus. Ook is het mogelijk
In de loop van 2009 organiseerde Stichting
Hardenberg) en Wim Zijlstra (neerlandicus). Op dins-
het tijdschrift (en in de toekomst ook oudere uitga-
IJsselacademie Kampen, in samenwerking met het
dag 23 april reikte burgemeester Bert Meulman van
ven ervan) op de website in te zien.
Frits de Zwerverfonds, voor de tiende keer de
Hardenberg onder grote belangstelling van de pers de
Vanaf 1 april 2010 is Van Over de Iessel te vinden op
essay/opstelwedstrijd voor de Frits de Zwerverprijs.
prijzen uit aan de winnaars van dit jaar. Dit gebeurde
www.vanoverdeiessel.nl.
Jongeren van 14 tot en met 18 jaar konden hun schrijf-
tijdens een feestelijke bijeenkomst, die traditioneel
talent beproeven op het thema Heb het hart eens!
plaatsvond in het gemeentehuis van Hardenberg. Jan
Het geheim van de smid
Onder de schuilnaam Frits de Zwerver opereerde ver-
Terlouw hield een toespraak met de titel Het hart van
Op 27 mei presenteert de IJsselacademie Het geheim
zetsstrijder ds. F. Slomp, die in de bezettingstijd predi-
de taal. De eerste prijs in de Frits de
van de smid. De vervaardiging en bewerking van
Zwerverprijsvraag 2010 werd toegekend aan Hélène
Staphorster gebruikszilver van Wielent Harms. Het
de With (18 jaar) uit Rutten, met haar opstel De piloot.
boek is de opvolger van het veelgeprezen
De tweede prijs ging naar het opstel Tegenstellingen,
overzichtswerk Overijsselse streekdrachten.
geschreven door Geranne van Dijk (17 jaar) uit
Weerspiegeling van voorbije mode, dat Harms in
Genemuiden. Twee derde prijzen waren er dit jaar:
2008 bij de IJA publiceerde.
voor het opstel Het gaat zoals het gaat van Djoni de
Voor meer informatie jkummer@ijsselacademie.nl,
Vos (16 jaar) uit Tollebeek en voor Heb het hart eens!,
voor een bestelling zie www.ijsselacademie.nl of mail
door Corine van Heerde (17 jaar) uit Grafhorst.
naar info@ijsselacademie.nl.
Opmerkelijk is dat Hélène al eerder in de prijzen viel: zij won in 2009 de tweede prijs. De jury beoordeelt de opstellen ‘blind’ en ziet alleen schuilnamen: pas nadat de keuze is gemaakt, worden de werkelijke namen van de winnaars bekend. De winnende verhalen zijn te lezen op: www.ijsselacademie.nl/Geschiedenis/Frits de Zwerverprijs
Van Over de Iessel Op donderdag 1 april verscheen voor het eerst Van Over de Iessel, het digitale Overijsselse streektaaltijd-
I
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
27-04-2010
14:53
mededelingen van de VORG
Pagina 37
Vereeniging tot beoefening van Overijsselsch Regt en Geschiedenis (VORG)
37
Dag voor de verenigingen bij huis Breklenkamp Vorig najaar hebben de VORG en het HCO gezamenlijk een dag voor de Overijsselse geschiedenis en streekcultuur georganiseerd. Daarbij hebben een groot aantal historische verenigingen zich gepresenteerd. Ook was er de uitslag van de succesvolle verhalenwedstrrijd ‘Historisch kippenvel’.
VORG
familie Zegers. Nadat het in de twintigste eeuw eerst
sneden essen-landschap, bekend om zijn monumen-
een halve eeuw had leeg gestaan en daarna als jeugd-
tale eiken en beuken. De familie Wanrooij heeft het
herberg was gebruikt, werd het verkocht aan de fami-
huis met zijn tuinen in oude luister hersteld. De dag
lie Wanrooij. Het huis ligt in een van de mooiste en
zal na een informatief gedeelte besloten worden met
rustigste gebieden van Twente, een door beken door-
een rondleiding door het huis.
Programma zaterdag 2 oktober 2010 10.00 - 10.30 uur
Ontvangst
10.30 - 10.45 uur
Welkom
10.45 - 12.30 uur
Twee workshops:
Geschiedenis in het onderwijs
Hoe zou je de wereld kunnen begrijpen, als je je eigen omgeving niet begrijpt? Dat ïs een
belangrijk uitgangspunt als het gaat om de inrichting van het geschiedenisonderwijs. Om de geschiedenis van de wereld te begrijpen, moet je dan ook de geschiedenis van je eigen stad en regio kennen. Dat is de basis van een lokale geschiedenismethode van de Stichting
Deventer Onvoltooid Verleden Tijd. die in tien modules wordt uitgegeven. Onderdeel van de methode zijn leskisten.
Elke vereniging zijn tijdschrift
Hoe maak ik met beperkte middelen een boeiend blad voor mijn vereniging? In deze workshops zullen enkele succesvolle voorbeelden de revue passeren. 12.30 - 13.30 uur
Lunch
13.30 - 14.00 uur
Het project ‘Mijn stad mijn dorp’
ezien de positieve reacties en het enthousi-
Inleiding door Bert de Vries, directeur van het Historisch Centrum Overijssel
asme bij de deelnemende organisaties was
Dit inmiddels bekende project wil een digitaal platform bieden aan alle Overijsselse histori-
het geen moeilijke beslissing om ook in 2010
sche verenigingen om hun collecties aan een groot inernetpubliek te tonen. Maar ook zullen
een geschiedenisdag te organiseren. Maar
in de toekomst websitebezoekers zelf hun materiaal kunnen plaatsen en informatie met
G
anders dan toen willen we ons in de eerste plaats rich-
anderen delen. Zo ontstaat een community van historisch geïnteresseerden. Op deze dag
ten op de historische verenigingen en instellingen
komt de stand van zaken aan de orde.
zelf. Centraal staat de ontmoeting tussen historische
14.00 - 14.30 uur
verenigingen en organisaties die op het gebied van
13.30 – 15.00 uur
Rondleiding door en rond huis Breklenkamp..
regionale geschiedenis en streekcultuur actief zijn.
15.30 uur
Afsluiting met een drankje (en hapje?)
Daar kunnen zij van elkaar te leren, door het uitwisse-
Inleiding door Matthijs Wanrooij over de geschiedenis van Huis Breklenkamp.
len van ideeën en praktijkervaringen.
De kosten bedragen € 7,50 per deelnemer. Alle verenigingen en organisaties zullen een uitnodiging ontvangen .
De ontmoeting vindt plaats op zaterdag 2 oktober op
Voor informatie kunt u contact opnemen met Geert Hannink, 0572-356978, g.hannink@planet.nl.
het terrein van de havezate Breklenkamp in
zaterdag 2 oktober in Denekamp
Denekamp. Dit is een mooi voorbeeld van een 17deeeuwse Oost-Nederlandse havezate. Het huis zelf wordt al in de veertiende eeuw genoemd als eigendom van Klaas van Metelen. Van 1639 tot 1805 was het in bezit van de familie Bentinck, en daarna van de
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
27-04-2010
14:53
Pagina 38
38 advertentie
De familie Overijs D
op his historische i h ontdekkingstocht... d kki h Dit zijn n Thijs (56), Fien (53) en hun h kinder kinderen en Bas (17) en Juliaa (20) Overijs. Een typisch h Overijsselse familie. komt Je kom mt ze binnenkort vast wel een keer tegen. In de ant, op tv krant, tv, kr v, op internet of live bij een evenement. Zij vormen van vorme n namelijk het gezicht va an de campagne Jij & Overijssel. Overijs ssel. De Overijsjes zullen jjee wijzen op de mooie zondere kanten van Overi ijssel, maar ook met je bijzondere Overijssel, en bijz discussie vooral samen in disc ussie gaan en voor al sam men met jou ontdekken provincie waar de d pr ovincie voor staat. De D familie stelt zich aag aan je voor en duikt eers graag eerst gr st even in het verleden. Althans Althan ns dat van Fien.
by van zijn moeder evenm min er g hobb Zoon Bas kan de hobby evenmin erg volgen. Hij staat liever op de tennisbaan en ver rdient verdient wat bij als verkoper bijj de Schoenenr eus. Schoenenreus.
Zij verdiept verdiept zich sinds kort in ha haar d aar familiegeschiedenis. begon een Het be egon toen ze vorig jaar ee en keer een flitscursus genealogie stamboomonderzoek. geneal logie deed, oftwel stamb boomonderzoek. Binnen keren en had zee uitgevonden n de kortste ker haar betgrootvader dat ha ar betgr ootvader Jannes SSteunenberg teunenberg uit geweest. Holten n schoenmaker was gewe eest. Net als haar overgrootvader grootvader over grootvader Gerrit en haar gr g ootvader Klaas.
Dochter Julia heeft tr óók een heftige trouwens o ouwens geschiedenis, vooral oral belangstelling voor ge schiedenis, maar dan voo die van Indië. Maar ja, zij heeft dan ook, al is h et nog het maar kort, verkering met Talahutu; m Domingues T aalahutu; zijn voor ouders komen van n de Molukken. Hij lijkt wel w een voorouders door beetje op Prince en is ook o nog eens gescout do oor acles. Vindt Julia stoer. sttoer. Heracles. Her
grote verklaren Zo kan n ze haar gr ote voorliefdee verklar en voor haar enorme haar man Thijs me schoenencollectie. Al gelooft g enorm niets daar n iets van. Hij beschouwt de d kooplust van Fien vooral duree hobby en vi vindt voor indt het allemaal maar al als een dur met ‘Voorbij vooral oo al voor altijd niks m et die geschiedenis. ‘V orbij is voor voorbij,’ oept hij en dan denkt hij dat hij de dichter voorbij j,’ rroept JJ.C. .C. Bloem Blo oem citeert.
Ook stuitte Fien op my ysteries rrond ond de mysteries verzetsgeschiedenis va an haar gr ootvader Klaas,, van grootvader maar daar is nog een heleboel h over uit te zoeke en. zoeken. Zelf wilde hij er nooit veel v over zij oorlogsverled den oorlogsverleden Hendrik zeggen. Haar vader He endrik wist er ook weinig g van. hien Fien is benieuwd of zee er in de ar archieven misschien chieven missc nog iets over kan vinden. vinden.
Meer weten over sta stamboomonderzoek amboomonderzoek en de Overijssel? verijssel? geschiedenis van Ov www.genlias.nl Kijk op www .genliass.nl en www.historischcentrumoverijssel.nl www .historischcentrrumoverijssel.nl Meer ee weten ete over o e de e familie a e Overijs? O e js www.jijenoverijssel.nl Kijk op www .jijenov verijssel.nl
27-04-2010
14:53
Pagina 39
colofon Jaargang 1, nummer 2, mei-juni 2010 MijnStadMijnDorp Historisch Tijdschrift Overijssel is een uitgave van Uitgeverij Waanders en het Historisch Centrum Overijssel en verschijnt 6 keer per jaar.
MIJN
Nummer 3 verschijnt op 9 juli
MIJN
100195_Overijssel_02:Opmaak 1
STAD DORP
HISTORISCH TIJDSCHRIFT OVERIJSSEL
In het volgende nummer staan reizende Overijsselaars centraal. Eén van hen was de Hellendoornse streektaaldichteres Johanna van Buren (1881-1962), die ‘op de fietse’ door de provincie trok en daarover wekelijks een gedicht schreef in het Twents Zondagsblad, later het Dagblad van het Oosten.
ISSN 2210 2108 01.
Jaarabonnement (6 nummers): € 29,95. Het abonnement kan op elk gewenst moment ingaan. Abonnementen kunnen schriftelijk tot uiterlijk twee maanden voor beëindiging van het lopende abonnement worden opgezegd. Bij niet tijdige opzegging wordt het abonnement automatisch verlengd.
Hoofd- en eindredactie Wim Coster.
Druk Drukkerij Waanders Zwolle.
Redactie Michael Amsman, Menno van der Laan, Ben Siemerink, Ester Smit (beeldredactie).
Illustraties De uitgever heeft zijn uiterste best gedaan de rechten met betrekking tot de illustraties te regelen volgens de bepalingen van de Auteurswet. Hij die desondanks meent zekere rechten te kunnen doen gelden, wordt verzocht contact op te nemen met de uitgever. Voor werken van beeldend kunstenaars aangesloten bij een CISAC-organisatie is het auteursrecht geregeld met Pictoright te Amsterdam C/o Pictoright Amsterdam 2010. © 2010 Uitgeverij Waanders b.v. Zwolle www.waanders.nl www.mijnstadmijndorpoverijssel.nl
Vormgeving Frank de Wit. Correspondenten Ans Borst (KCO), Tonny Peters (OBD), Vincent Sleebe (VORG), Dinand Webbink (SAB), Jook van Zeeland (IJA). Overige Medewerkers aan dit nummer Geert Bekkering, Rana Berends, Hans de Boer, Theo Bult, Ab Gellekink, Henk ter Heege, Historisch Centrum Overijssel (HCO), Historische Kring Dalfsen, Geert Hannink, Gemeentearchief Kampen (GAK), Robert Kemper, Henk Keulemans, Ad van Liempt, Jan Luitzen, Marlies Mencke, Martin Meijerink, Nationaal Historisch Museum (NHM), Marleen Nijkrake, Oudheidkamer Twente (OKT), Overijsselse Bibliotheek Dienst (OBD), Riny Riezebos, Kees Schilder, Sportclub Enschede, Stadsarchief en Athenaeum Bibliotheek (SAB), Stichting Historische Sociëteit Enschede-Lonneker (SHSEL), Twents Techniekmuseum HEIM, Steven ten Veen, familie Wennemars, Jan H. Wigger.
Geraden Een uitvoerig antwoord op de vraag in het eerste nummer van dit tijdschrift kwam van H. Martinus uit Hengelo. Niet geheel toevallig, want de foto was ook in die plaats gemaakt. In 1927, volgens de informant, bij de opening van een nieuw bouwfase van Tuindorp ’t Lansink, in de Marten Meesstraat, vlak na de kruising met de Lansinkweg en de Spinnersweg. Het dorp was gebouwd op initiatief van C.F. Stork van machinefabriek Stork, naar ontwerp van de Amsterdamse architect Karel Muller, die zich later in Hengelo vestigde. Zie ook: www.tuindorplansink.nl. Zie voor Stork: www.historischcentrumoverijssel.nl>zoeken en vinden>beeld en geluid>fotocollectie Stork
Gevraagd Vier dames. Het startschot suist nog na in de oren. Het is oorlog, 1942. Al is daar op de foto niets van te zien. Wie waren deze dames? Hoe oud zouden ze zijn geweest? Bij welke club sportten ze? En waar en door wie zou de foto genomen zijn? Antwoorden op deze en andere vragen zijn welkom via msmdhto@historischcentrumoverijssel.nl, o.v.v. ‘Fotovraag nr. 2.’ De winnaar of winnares kan een fraaie sportverjaardagkalender tegemoet zien.
39
Redactieadres Historisch Centrum Overijssel Postbus 1510, 8001 BM Zwolle T. 038 - 4266300 F. 038 - 4266333 msmdhto@historischcentrumoverijssel.nl www.historischcentrumoverijssel.nl www.mijnstadmijndorpoverijssel.nl Advertenties Reserveren: Martijn Jansman/N35 Media Dorpsstraat 47, 8141 AJ Heino T. 0572-395558/06-51299622 martijn@n35.nl Abonnementen Uitgeverij Waanders, afdeling abonnementen Postbus 1129, 8001 BC Zwolle T. 038-4673400, F. 038-4673401 abonnementen@waanders.nl
Illustratieverantwoording Omslag: (achtergrond) Henk Keulemans, (profiel) archief Theo Bult; 4 Historisch Centrum Overijssel; 5 boven en onder Marleen Nijkrake 6 Henk Brusse; 7 boven collectie Sportclub Enschede, linksonder Henk Brusse; 8 Collectie PEC 9 foto Ad van Liempt Nanda Plasschaert, foto Jan van de Lint, Spaarnestad Fotoarchief; 10 Henk Keulemans; 11 Archief Theo Bult; 12 linksboven en onder Henk Keulemans, rechtsboven archief Theo Bult; 13 boven en onder Henk Keulemans; 14 archief Theo Bult; 15 boven archief RMAC, midden archief Theo Bult, sonder Henk Keulemans; 15 onder collectie Sportclub Enschede; 16 linksboven www.fotoarchief.nu, rechtsboven Historische Kring Dalfsen, onder familie Wennemars; 17 Historische Kring Dalfsen; boven en onder Historische Kring Dalfsen; 19 boven Ben Verbeek, onder Teunis Versluis; 20 en 21 collectie Martin Meijerink; 22 linksboven collectie Martin Meijerink, rechtsboven Historisch Centrum Overijssel, onder Het Groot Klootschietersboek; 23 Nationaal Archief / Spaarnestad; 24 Riny Riezebos; 27 schilderijen Rana Berends, collectie Historisch Centrum Overijssel; 28-29 Gemeentearchief Kampen; Twents Techniek Museum HEIM; 34 Overijsselse Bibliotheek Dienst (OBD); 37 collectie VORG; 39 Johanna van Buren, collectie Dinand Webbink; 40 omslag Gemeentearchief Enschede.
Reacties MijnStadMijnDorp wordt goed en nauwkeurig gelezen. De volgende reacties kwamen binnen n.a.v. nummer 1. De linker foto op pagina 17 geeft geen pakje surrogaatkoffie weer, maar een pakje sigaretten. Deze werden uitgestrooid, schrijft mevrouw Van Olst-Berends uit Zwolle, door geallieerde vliegtuigen op 31 augustus 1941, op de verjaardag van koningin Wilhelmina. Werner Wilhelm Tölke, pagina 19, aldus G.J. Veerman uit Wijhe, werd, op 3 oktober 1944, niet gearresteerd in Olst, maar in Veessen. Over de zo tragisch omgekomen Corry Westland van Baalen-Bosch, pagina 24, meldt L. Nieuwenhuis uit Zwolle, dat deze verzetsstrijdster, zoals een bijgevoegde kopie van de overlijdensakte laat zien, niet op 11 april, maar op 10 april om 2 uur is omgekomen. Naar aanleiding van het artikel over Codewoord Martini, pagina 25, schrijft B.J. Keukenkamp uit Peize dat een stationschef de treinenloop beheert en de gang van zaken er omheen regelt. Het is dus niet zijn ‘levenswerk’. De totale verantwoordelijkheid voor een station is in handen van de Hoofdingenieur van wegen werken. Het was Keukenkamps vader die op 10 mei 1940 de goederenloods moest opblazen. Aan het eind van de dag kwam hij ‘op de fiets geheel ontdaan thuis. Totaal van de kaart.’ Ook de verdere informatie uit deze brief zal worden toegevoegd aan het archief van de Werkplaats van de NS, dat berust in het HCO. Het gehele ‘stationnement’ in Zwolle dateert overigens niet uit 1864, maar uit 1868 en de foto van het station dateert niet uit 1960, maar is vermoedelijk in de jaren dertig gemaakt. Alle brief- en mailschrijvers worden hartelijk bedankt voor hun reacties!
Op de omslag: Toen na de oorlog de grenzen weer werden opengesteld, gingen veel Duitsers in Enschede boodschappen doen. Hier de drukte bij de grensovergang Glanerbrug in 1957.
27-04-2010
14:53
Pagina 40
A 5,95
100195_Overijssel_02:Opmaak 1