Ben ik nu verslaafd? Laure Vansieleghem
Sociale media zijn meer en meer aanwezig in het leven van kinderen en jongeren (Nijst, 2015). We leven in een tijdperk waarin kinderen opgroeien met digitale media. Sommige kinderen en jongeren vinden van zichzelf dat ze te vaak naar hun smartphone grijpen. De helft van de Belgische jongeren voelt zich dan ook verslaafd aan zijn smartphone. Dit blijkt uit een enquête van de Onafhankelijke Ziekenfondsen bij 976 Belgische jongeren tussen 12 en 23 jaar oud. Jongeren checken gemiddeld maar liefst 47 keer per dag hun smartphone. Acht op de tien jongeren zit elke dag op sociale media. Ze zijn hier iets meer dan anderhalf uur per dag mee bezig. (Es, 2018)
Toch kan ik je geruststellen. Een echte verslaving aan sociale media komt binnen de verslavingszorg slechts zelden voor. De term “problematisch internetgebruik” is dan ook toepasselijker dan de term “internetverslaving”. Wanneer er sprake is van problematisch internetgebruik, vertoon je de symptomen van een verslaafde maar in lichtere mate. (Schoenmakers, Van De Mheen, & Van Rooij, 2016).
Oorzaak
Wat is mediawijsheid?
Symptomen Je maakt je waarschijnlijk af en toe zorgen of je nu wel of niet verslaafd bent aan sociale media. Er zijn verschillende symptomen die iemand als “verslaafde” sociale media- gebruiker bestempelen. De belangrijkste zijn een gebrekkige controle over het internetgebruik, gebrekkig functioneren in het dagelijkse leven en voortdurend met sociale media en internet in je hoofd zitten. (Schoenmakers, Van De Mheen, & Van Rooij, 2016)
Mensen ondervinden door hun gebruik van sociale media wel enige problemen op gebied van school, werk, sociale relaties of nachtrust. Dit wil echter niet zeggen dat er sprake is van een effectieve stoornis. (Post, 2019) Wanneer er wel sprake zou zijn van een verslaving, kan deze niet behandeld worden. Dit komt doordat er geen officiële diagnose van een sociale media- verslaving opgenomen is in de DSM-5, het handboek voor de classificatie van psychische stoornissen. Een oorzaak hiervan zou kunnen zijn dat ouders de ernst van het vele mediagebruik van hun kinderen niet inzien. Jongeren en ook hun ouders zitten veel en vaak op hun smartphone te kijken en zien dit in de meeste gevallen niet aan als een probleem. (RTL Nieuws, 2020)
Hoe komt het nu dat mensen zo vlug gehecht geraken aan sociale media en niet meer zonder kunnen? Dit kan worden bekeken vanuit verschillende benaderingen. Één ervan is de biologische benadering. Deze benadering gaat uit van de invloed van sociale media op ons brein. Volgens sommige wetenschappers zou er zoiets zijn als een genotscentrum in onze hersenen. Wanneer we bijvoorbeeld complimenten of schouderklopjes krijgen, activeren we dit genotscentrum. Dit kunnen we vergelijken met het ontvangen van likes en leuke reacties op allerlei apps zoals Instagram of Facebook. Deze prikkelen het genotscentrum en stimuleren ons gedrag om ervoor te zorgen dat deze genotsprikkel zich kan herhalen. Sociale media hebben slechts een klein effect op het genotscentrum. Dit valt niet te vergelijken met de invloed van bijvoorbeeld alcohol of drugs die in het genotscentrum een abnormale reactiviteit veroorzaken. (Post, 2019) “HET GEVOEL DAT IK ALTIJD BEREIKBAAR MOET ZIJN GEEFT ME STRESS”| SARAH RUMMENS (21) (Wat Wat, z.j.)
10