En wat nu? Hermien Denecker
Pesten is gewelddadig en meestal herhaald gedrag van 1 of meer personen, met de bedoeling om de andere(n) te kwetsen. De schade kan psychologisch, seksueel, sociaal of lichamelijk zijn. Wie wordt gepest, kan zich meestal niet verdedigen. Er is dan sprake van een ongelijke (of als ongelijk ervaren) machtsverhouding tussen diegene die pest en de gepeste. (Deboes, 2016).
Wat is mediawijsheid?
Pesten is iets waar veel mensen al mee in contact gekomen zijn. Het kan zowel op alle leeftijden en op allerlei verschillende plaatsen voorkomen. Aangezien de huidige maatschappij kan er ook via digitale media gepest worden, dan spreekt men over online pesten of cyberpesten. Het is een verderzetting van het klassieke pesten, maar dan online. Door technologie krijgt het een andere invulling maar het fenomeen blijft in essentie hetzelfde. (Child focus, 2019). Voorbeelden van cyberpesten zijn het paswoord veranderen van iemands mailbox, inbreken in iemands computer en persoonlijke informatie stelen, mensen beledigen via Whatsapp, publieke posts met een beledigende inhoud of in naam van anderen op Facebook plaatsen. Cyberpesten kom je in alle vormen en maten tegen.
Van het buitensluiten van andere kinderen in een groepschat tot het delen van persoonlijke foto’s met gemene opmerkingen op sociale media. Op elk online platform waar contact met anderen gelegd kan worden, is cyberpesten mogelijk. Bij cyberpesten kunnen daders hun slachtoffers dag en nacht pesten en kunnen ze daarbij zelfs anoniem blijven. Het cyberpesten is niet beperkt in tijd en ook niet in ruimte. Cyberpesten kan overal ter wereld. Dat is het grootste verschil tussen pesten en cyberpesten. Via digitale media kan iedereen het slachtoffer van cyberpesten zijn. Het pestgedrag kan zichtbaar zijn voor meerdere personen en kan ook lang zichtbaar blijven. Cyberpesten onder jongeren blijft soms verborgen voor volwassenen, vooral omdat jongeren hun eigen smartphone hebben. Daders worden als gevolg daarvan minder snel geconfronteerd met hun acties. Pesters die niet op de negatieve gevolgen van
hun pestgedrag gewezen worden, kunnen minder snel tot empathie komen met slachtoffers. Online pestgedrag laat de slachtoffers wel toe makkelijker bewijzen verzamelen. (Kenniscentrum mediawijsheid, 2014). Oorzaken Bij offline pestgedrag kan er fysieke agressie gebruikt worden. Bij cyberpesten is de dader er meer op gericht om het slachtoffer emotioneel te raken. Slachtoffers van cyberpesten vertonen dan ook meer symptomen van depressie, stress en angst. Vaak hebben de daders zelf met emotionele en psychosociale problemen te maken. Enerzijds is er een aanzienlijk deel van de cyberpesters dat zelf eerder slachtoffer is geweest van cyberpesten of klassiek pesten. Daarbovenop kampen ze soms met een depressie of angst- en stressgevoelens. Anderzijds is er bij cyberpesters meer sprake van conflicten thuis en een slechte band met de ouders. 12