Fokus Research & Development

Page 2

Research & Development

Marijke Verhavert

de
“We bereiden ons als samenleving veel
te
weinig voor op
snelheid van technologische veranderingen.”
Rachel Alexander De toekomst van artificiële intelligentie Grondstoffen Van fossiele naar bio-based economy Tineke Van hooland Biotech made in Belgium Maart ‘23 Dit dossier wordt gepubliceerd door Smart Media Agency en valt niet onder de verantwoordelijkheid van de redactie van Knack. Interview Lees meer op Fokus-online.be

Rachel Alexander

De toekomst van artificiële intelligentie

Beeld je een wereld in waarin haast geen zieken meer zijn, omdat elke persoon continu proactief en preventief wordt begeleid. Een wereld waarin verzekeringsbedrijven jou beschermen door feilloos te voorspellen en te verwittigen wanneer je risico gaat lopen. Een wereld waarin alle processen die geen waarde toevoegen aan de mensheid of de planeet geautomatiseerd worden, zodat bedrijven kunnen inzetten op duurzame innovatie.

Hoewel dit beeld zeer extreem is, zit er wel een grond van waarheid in. Overheen alle industrieën vindt er een verschuiving plaats naar een geautomatiseerde, meer gepersonaliseerde en continue dienstverlening, met veel grotere impact. Maar… Om deze shift waar te maken zijn data nodig, en ook steeds meer persoonlijke en gevoelige data, waardoor dan onmiddellijk privacywetgeving, voorkeuren en gebruikersvertrouwen mee in rekening moeten worden gebracht. Dit laatste is uiterst complex, waardoor veel innovaties falen of zelfs niet opgestart worden.

Er is dus een spanningsveld tussen de nood aan innovatie en de complexiteit van privacy, wettelijk gebruik van data en vertrouwen, zeker in sectoren die sterk ingeregeld zijn, zoals gezondheidszorg, farma, banken, verzekeringen en hr. De oplossing voor dit spanningsveld ligt in het gebruik van betrouwbare en privacy-respecterende kunstmatige intelligentie.

Betrouwbare kunstmatige intelligentie biedt oplossingen die voldoen aan de wettelijke en ethische restricties die van toepassing zijn, die duidelijk uitlegbaar, begrijpbaar en auditeerbaar zijn en die robuust zijn

— RACHEL ALEXANDER

OPRICHTER EN CEO OMINA TECHNOLOGIES

en langetermijneffectiviteit en veiligheid optimaliseren. Privacy-respecterende kunstmatige intelligentie biedt oplossingen aan die performante voorspellingen, aanbevelingen en analyses kunnen maken, rekening houdend met de verschillende privacyvoorkeuren van individuen en de geldende privacywetgeving. En die hetzelfde kunnen doen maar op basis van data die bewerkt werden om persoonlijke data te beschermen (geanonimiseerde, geëncrypteerde en geminimaliseerde data).

Vandaag de dag is het implementeren van betrouwbare en privacy-respecterende AI een zeer duur, complex en traag proces, waardoor veel bedrijven de innovatie schuwen uit angst voor te hoge kosten en risico’s. Om dit probleem op te lossen moet de industrie overschakelen naar proactief en continu risicobeheer en privacymanagement overheen het AI ontwikkelings- en implementatieproces. Dit laat bedrijven toe om snel en op kostenefficiënte wijze AI-oplossingen te bouwen die de privacy respecteren en wettelijke verplichtingen proactief en automatisch naleven. Zo kunnen bedrijven zich toeleggen op objectieven die ze willen bereiken, zonder zich zorgen te maken over wettelijk risico, budget of gebruikersvertrouwen.

4 Verduurzaming van de chemiesector

6 Werknemers van de toekomst

8 Slimmer omgaan met grondstoffen

9 En plots sta je te praten met de tomaten…

10 Expertpanel • Verwachtingen versus realiteit

12 Interview • Marijke Verhavert

14 De haven als platform voor innovatie

16 Een tweede jeugd voor kernenergie

18 Smartlist • Technologieën om naar uit te kijken

20 Expertpanel • Onderzoek in de medische wereld

22 Nawoord • Tineke Van hooland

Country manager

Christian Nikuna Pemba

Creative director

Baïdy Ly

Content director

Annick Joossen

Tekst Hannes Dedeurwaerder

Frederic Petitjean

Bavo Boutsen

Lieven Desmet

Coverbeeld

Tim Vannerom

Drukkerij Roularta

Smart Media Agency

Leysstraat 27 2000 Antwerpen +32 (0)3 289 19 40 redactie@smartmediaagency.be Fokus-online.be

2 Voorwoord
leesplezier! CEDRIC MUEPU PROJECT MANAGER
Veel
LEES MEER COLOFON
Er is een spanningsveld tussen de nood aan innovatie en de complexiteit van privacy, wettelijk gebruik van data en vertrouwen.
Fokus-online.be Ontdek meer op #Fokusresearch

VUB organiseert eerste AI-bacheloropleiding in

Vlaanderen

Van gezichts- en nummerplaatherkenning over automatische handel in aandelen tot hulp bij medische diagnoses… De tijd dat AI enkel in laboratoria bestond, is voorgoed voorbij. Kunstmatige intelligentie is niet meer weg te denken uit de maatschappij en heeft een belangrijke impact op het dagelijks leven. De Vrije Universiteit Brussel organiseert daarom de allereerste volwaardige academische bacheloropleiding in Artificiele Intelligentie in Vlaanderen, een opleiding die zowel de technische als maatschappelijke kant van AI onder de loep neemt.

Het academiejaar 2023-2024 is het tweede waarin de VUB deze opleiding aanbiedt, vorig jaar kozen al 39 studenten voor deze uitdagende studie. “Er is een enorme nood aan AI-experts in de industrie, maar bijna alle opleidingen focussen exclusief op het technische aspect”, zegt Youri Coppens van het AI Lab aan de VUB. “Wij hebben ook aandacht voor de menselijke, ethische en maatschappelijke impact die AI met zich meebrengt, denk bijvoorbeeld aan het gebruik van deepfakes of de bias waarmee sommige AI-systemen kampen.”

De studenten krijgen een stevige portie programmeren en wiskunde voorgeschoteld, zodat ze tot in de puntjes leren hoe AI ontwikkeld wordt. “Maar er is al in het eerste jaar bijvoorbeeld ook een vak cognitieve psychologie”, legt Coppens uit. “Daarin bekijken we hoe onze eigen, menselijke intelligentie werkt. Er zijn ook lessen taalkunde, zodat studenten AI-systemen voor taal kunnen bouwen. Dus zowel de harde, wetenschappelijke kant van AI komt aan bod, als de meer mensgerichte kant. Studenten werken tijdens de opleiding ook aan praktische projecten, geïnspireerd op industriële samenwerkingsprojecten van het AI Lab.”

Data vormen de brug tussen technologische onderzoekstopics aan KdG

“De chemische industrie en de automobielsector lijken op het eerste zicht misschien weinig met elkaar te maken te hebben, maar er zijn veel meer linken dan je zou denken, bijvoorbeeld als het gaat over alternatieve brandstoffen”, vertelt Jeroen Geuens, hoofd van het onderzoekscentrum Duurzame Industrie van Karel de Grote Hogeschool (KdG). “In september besloten we om de handen in elkaar te slaan en de onderzoekers van de toenmalige expertisecentra Duurzame Chemie en Duurzame Mobiliteit te bundelen in één nieuwe onderzoeksgroep. Deze aanpak geeft ons de mogelijkheid om interdisciplinaire problemen aan te pakken, denk bijvoorbeeld aan het opzuiveren of reduceren van de uitstoot van grote verbrandingsmotoren.”

“Binnen Duurzame Mobiliteit ontwikkelden we een merkonafhankelijk systeem om de gigantische hoeveelheden data die een voertuig produceert automatisch beschikbaar te maken”, vertelt Kris Martens, coördinator van de onderzoekslijn Duurzame Energie en Mobiliteit. “Via algoritmes uit de artificiële intelligentie (AI) kunnen we met deze data allerlei leuke dingen doen. Een voorbeeld: als het AI-model eenzelfde patroon herkent in het woon-werkverkeer van twee verschillende mensen die elke dag apart naar het werk rijden, kan er een automatisch voorstel tot carpooling worden gedaan.

Of het AI-model kan suggesties doen voor preventief onderhoud van bepaalde voertuigonderdelen.”

“Ook binnen Duurzame Chemie maakten we gebruik van in-huis ontwikkelde software op basis van AI, bijvoorbeeld voor het vervangen van vluchtige, petrochemisch gebaseerde solventen door duurzame alternatieven, voor automatische beeldherkenning in kristallisatieprocessen of voor het voorspellen van geuren op basis van chemischanalytische data”, pikt Geuens in. ‘Data vormden dus de brug tussen verschillende onderzoekstopics aan de technologiecampus Hoboken van KdG.”

Martens: “Binnenkort beschikken we over een eigen rekencluster voor High Performance Computing (HPC). Dat geeft ons meer opslagcapaciteit en rekenkracht om de alsmaar groeiende hoeveelheid data te kunnen verwerken. We zetten niet enkel in op casestudy’s binnen energie, mobiliteit en chemie maar ook binnen andere sectoren zoals de gezondheidszorg en de biomedische wereld.”

Geuens vult aan: “Belangrijk is dat al onze projecten samen met of in opdracht van één of meerdere werkveldpartners worden uitgevoerd. De resultaten van ons praktijkgericht onderzoek moeten op korte termijn inzetbaar zijn in dat werkveld. Ons advies voor bedrijven en het motto van onderzoek binnen KdG: Onzeker? Onderzoek!”

De bachelor is een driejarige, fulltime opleiding. In het tweede jaar wordt een specialisatie gekozen, waarna studenten eventueel kunnen doorstomen naar een masteropleiding. Coppens: “Elke student kan bijvoorbeeld een master Toegepaste Informatica gaan doen met AI als profiel. Er is ook een profiel Computerwetenschappen dat toegang geeft tot bijvoorbeeld een master in de Ingenieurswetenschappen. Maar daarnaast zijn er ook profielen met Taalkunde en Psychologie die eerder in die richtingen een masterdiploma kunnen opleveren. Ook hier zie je dus die duale aanpak. AI is dan ook een heel breed vakgebied, waar veel disciplines samenkomen.”

Het AI Lab van de VUB heeft wereldwijd een uitstekende reputatie en werd al opgericht in 1983. Het was daarmee het allereerste AI-laboratorium op het Europese vasteland. “Artificial intelligence zal de komende jaren ons leven enorm beïnvloeden. De verwachtingen zijn hooggespannen, maar enig realisme én voorzichtigheid zijn altijd goed. Ook dat leren studenten in deze opleiding”, besluit Coppens.

info@ai.vub.ac.be ai.vub.ac.be

Wij hebben ook aandacht voor de menselijke, ethische en maatschappelijke impact die AI met zich meebrengt.
Jeroen Geuens Hoofd van het onderzoekscentrum Duurzame Industrie Kris Martens Coördinator van de onderzoekslijn Duurzame Energie en Mobiliteit

De chemiesector torst al jaren een slechte reputatie van vervuiling mee. Toch is er wellicht geen enkele sector die de afgelopen decennia meer inspanningen heeft gedaan om te verduurzamen. In die mate zelfs dat de limieten bijna zijn bereikt en nu naar radicale transformaties moet worden gekeken.

De chemische sector heeft de voorbije dertig jaar sterk ingezet op procesefficiëntie, met als gevolg meer productie met minder energie en minder grondstoffen. Deze efficiëntiewinst resulteert niet alleen in een economisch voordeel, maar is logischerwijs ook positief voor het klimaat. “Als je de cijfers bekijkt, kun je niet om de vaststelling heen dat de chemiesector de voorbije decennia de grootste klimaatinspanningen heeft geleverd”, zegt Gert Verreth, woordvoerder van essenscia, de Belgische federatie van de chemische industrie en life sciences. “De CO2-uitstoot is de voorbije 25 jaar gehalveerd, terwijl de productie is toegenomen. Bovendien is 95 procent van de producten die je koopt en de materialen die je gebruikt rechtstreeks te linken aan de chemiesector. Dit betekent dat we voor een klimaatneutrale samenleving heel wat chemieproducten nodig zullen hebben. Een duurzame toekomst zal met chemie zijn, of zal niet zijn.”

“Om de uitstoot verder te doen zakken tegen 2030, en zeker om klimaatneutraal te zijn tegen 2050, zal een radicale transitie naar nieuwe waardeketens nodig zijn”, zegt Pieter Nachtergaele, postdoctoraal onderzoeker in de onderzoeksgroep Sustainable Systems Engineering (STEN) aan UGent. “De hoekstenen van de industrie zijn nog steeds fossiele grondstoffen en grote, niet-flexibele installaties met een enorme energievraag. Om klimaatneutraal te worden, moeten we overstappen van deze lineaire en fossiele waardeketen naar circulaire en bio-gebaseerde alternatieven.”

Op dat vlak blijkt onze regio ideaal als ‘proeftuin’. “Vlaanderen beschikt over de grootste en gespecialiseerdste chemiecluster van Europa en is de ideale testlocatie om pioniersprojecten uit te proberen in een industriële context”, legt Verreth uit. “Zoals chemische recyclage waarbij je kunststofafval omzet in een herbruikbare grondstof, of experimenten met technologieën om CO2 uit productieprocessen op te vangen en vervolgens ondergronds op te slaan of te hergebruiken. Deze cruciale klimaattechnologie heeft het potentieel om de uitstoot in de havenregio’s tegen 2030 te halveren.”

Geen tijd verliezen

Het is alleen te hopen dat die nieuwe technologieën en projecten op tijd geïntegreerd geraken. “De chemische industrie is vrij log, en het ontwikkelen en implementeren van nieuwe technologieën duurt vaak tientallen jaren”, zegt Nachtergaele daarover. “Dat is ook logisch, aangezien veiligheid de prioriteit is en blijft binnen de sector. Je kunt niet zomaar technologieën die nog in een vroege fase van de ontwikkeling zitten industrieel gaan implementeren. Er zijn veel duurzamere technologieën die vandaag aan de deur kloppen, en om de klimaatdoelen in 2050 te behalen moeten we die deur zo wijd mogelijk openen. Er is geen tijd te verliezen.”

Voor de ambities die voor

En wat met vervuiling? “We mogen ons inderdaad niet blindstaren op enkel energie en CO2-emissies”, antwoordt Nachtergaele. “De chemische industrie heeft ook een verantwoordelijkheid om milieuverontreiniging en sociale ongelijkheid tegen te gaan. Zoals het affakkelen van vrijkomende gassen, of plasticafval in onze oceanen. De noodzakelijke transitie binnen de chemische industrie kan pas duurzaam zijn als ze ook rekening houdt met de verschillende ecologische, economische en sociale gevolgen wereldwijd.”

“Voor de ambities die voor ons liggen, hebben we nood aan een radicale industriële transformatie”, besluit Verreth.

“We moeten niet alleen op een andere manier produceren, zowel wat grondstoffen als wat energiebronnen betreft, ook wat we maken moet nog milieuvriendelijker en beter recycleerbaar of herbruikbaar zijn. Alle puzzelstukjes moeten op de juiste plaats vallen voor de dubbele uitdaging waar we voor staan: enerzijds doorbraaktechnologieën en energieoplossingen ontwikkelen voor verdere CO2-reductie, anderzijds concurrentieel blijven in een geglobaliseerde economie waarin andere landen en werelddelen vaak veel minder strenge klimaatregels hanteren en hun industrie omvangrijke steunpakketten toeschuiven.”

Fokus-online.be 4
Verduurzaming van de chemiesector
‘Een duurzame toekomst zal met chemie zijn, of zal niet zijn’
Door Hannes Dedeurwaerder
ons liggen, hebben we nood aan een radicale industriële transformatie.
— GERT VERRETH ESSENSCIA

TE KOOP / TE HUUR KANTOREN EN LABO’S OP EEN UNIEKE LOCATIE

Wetenschapspark Universiteit Antwerpen

Een unieke locatie voor innovatieve, onderzoeksgedreven ondernemingen

www.wetenschapsparkuantwerpen.be

210825_Wetenschapspark_Healthcare_bijlageDeStandaard_adv 2.indd 1 3/09/2021 13:04

Tot voor enkele jaren sprongen sollicitanten een gat in de lucht als ze een job vonden. Vandaag mogen bedrijven hun handen kussen als ze al hun vacatures kunnen invullen. Maar ook de verwachtingen rond werk en arbeid zijn totaal op hun kop gezet.

Dat bedrijven tegenwoordig bijna moeten vechten om geschikt personeel binnen te halen, heeft de krachtverhouding met de sollicitanten danig veranderd. “Tegenwoordig solliciteert het bedrijf bij de werkzoekende”, zegt Bjorn Cuyt, directeur arbeidsmarktbeheer voor provincie Antwerpen van de VDAB. “De kandidaat vraagt dat ook rechtuit: wat heeft u, beste directeur, mij te bieden? We zien dat natuurlijk vooral bij de gegeerdste profielen, de ingenieurs, de IT’ers en ook zeer gespecialiseerde technici zoals lassers en pijpfitters.”

Naar de reden hoeft echt niet lang gezocht te worden, zegt Cuyt. De economische situatie en de krapte op de arbeidsmarkt hebben de sollicitant vandaag veel macht gegeven. “Maar daarnaast is er ook nog de demografische situatie. Van de tien mensen die tegenwoordig de arbeidsmarkt verlaten, komen maar acht vervangers terug. En die acht weten dat natuurlijk ook en spelen dat uit.”

Dat brengt bepaalde looneisen mee, maar ook andere verwachtingen over de manier waarop de sollicitant de job wil invullen, zegt Iris Houtaar, associate director bij het gespecialiseerde rekruteringsbureau Robert Half. “Die loonsverwachtingen zijn zeker gestegen, maar werknemers willen nu ook zo veel mogelijk flexibiliteit. Wanneer en hoe ze werken, willen ze zelf mee bepalen. Niet alle eisen zullen allicht ingevuld worden, maar er moet op zijn minst over gesproken kunnen worden. In die looneisen komt dat ook terug: men gaat steeds creatiever om met extralegale voordelen als extra verlof, hybride werken en cafetariaplannen.”

“Vandaag is een generatie actief waarbij werken niet meer het enige is”, pikt Cuyt in. “Ze willen ook comfort in hun leven en werk is

vaak een middel om ook nog zaken daarnaast te kunnen doen. Voor bedrijfsleiders is dat niet altijd gemakkelijk. Er moeten vaak haast per werknemer afspraken gemaakt worden. Ik denk dat openheid en dialoog de enige manieren zijn om daarmee om te gaan. Ook

Nog een ander buzzword dat tegenwoordig enorm belangrijk is, is ‘purpose’, vrij te vertalen als ‘zingeving’. “Sinds corona hebben veel mensen ontdekt dat die zinvolheid in hun werk essentieel is”, zegt Cuyt. “Ook 40-plussers, hoor. Er is meer

100.000 nieuwe jobs gecreëerd in 2022

Voor het eerst in 70 jaar zijn er in 2022 meer dan 100.000 nieuwe banen gecreëerd, zo blijkt uit cijfers van de Nationale Bank. De jobhausse deed zich voor ondanks de inflatie en hoge energieprijzen. De stijging zat vooral in de eerste jaarhelft en zeker de dienstensector was hier debet aan. In de tweede jaarhelft was de opwaartse trend een stuk minder uitgesproken.

de dialoog tussen werknemers onderling moet juist zitten, zodat je geen jaloezie en conflicten op de werkvloer krijgt.”

De krapte op die arbeidsmarkt brengt ook mee dat harde skills vandaag nog altijd zeer welkom zijn, maar dat ook soft skills steeds meer geapprecieerd worden, zaken als communicatievermogen, aanpassingsvermogen en empathie. “Het diploma blijft wel nog altijd de basis”, zegt Houtaar. “Pas als bedrijven echt geen andere keuze hebben, zullen ze dat criterium laten schieten. Dat gezegd zijnde: veel technische vaardigheden kun je ook on the job leren. Ervaringen en bijscholingen worden steeds belangrijker. We zien dat bedrijven meer en meer investeren in opleidingen, veel werknemers zien dat ook als een erkenning én een manier om hun carrièremogelijkheden aan te scherpen.”

voldoening in een job dan enkel het loon. Voor bedrijven is het belangrijk om een ‘verhaal’ te hebben: waar past deze job in het grotere plaatje? Het is ook geen toeval dat bedrijven tegenwoordig veel tijd en moeite steken in wat vroeger ‘ondersteunende’ diensten werden genoemd, zoals de hr-afdeling. Die worden steeds meer betrokken bij de kern van het bedrijf.”

Onze beide gesprekspartners zijn het er roerend over eens dat deze trends niet snel zullen verdwijnen. Cuyt: “Als er morgen een zware economische crisis de kop opsteekt, wat ik vrij onwaarschijnlijk acht, zal de situatie misschien wel wat veranderen, maar zelfs dan verdwijnt die demografische situatie waar ik het over had niet. Bedrijven zullen hier dus ook de komende jaren zeker nog rekening mee moeten houden.”

Big Tech begint ontslagrondes

Sinds begin van dit jaar hebben grote technologiebedrijven al ontslagplannen bekendgemaakt voor tienduizenden werknemers, vooral in de Verenigde Staten. Microsoft kondigde aan 10.000 banen te schrappen, bij Amazon en Facebook krijgen respectievelijk 18.000 en 11.000 mensen binnenkort hun C4. Ook Google sluit zich aan met 12.000 ontslagen. Volgens GoogleCEO Sundar Pichai wordt zijn bedrijf met ‘een andere economische realiteit’ geconfronteerd.

Fokus-online.be 6 Werknemers van de toekomst
‘Vandaag solliciteert het bedrijf bij de werkzoekende’
Door Frederic Petitjean

Met de juiste ondersteuning en opleiding maak je je ideale kandidaten. Vind ze bij VDAB.

vdab.be/werkgevers of 0800 30 700

JE ZOEKT
IN DEZE ZELFSTANDIGE TIJGER ZIT DE VDAB8044803_Werkgeverscampagne_VDAB_ADV_FokusBusinessGuide_360x255.indd 1 06/10/2022 16:42
DIE
OOK

Van fossiele naar bio-based economy

Vlaanderen is een uitdaging als het op verduurzaming aankomt: we hebben een sterke chemische industrie, op onze beperkte oppervlakte vindt intensieve land- en tuinbouw plaats, en door onze hoge bevolkingsdichtheid produceren we aanzienlijke afvalstromen. Toch liggen er heel wat kansen.

In het licht van de huidige energiecrisis moeten we eerst een misverstand uit de weg ruimen: bij biomassa, waar de bio-based economy toch vooral om draait, denkt men vaak aan productie van elektriciteit en warmte (zoals pellets of biogas), maar dit is net het domein waar de bio-economie weinig waardevols kan bijdragen. Anders gezegd: als er een energiecrisis is, kan de bio-economie daar op korte termijn geen antwoord op geven.

mogelijke toepassingen is eindeloos. Bedoeling is om met alle biomassa zo veel mogelijk waarde te creëren. Energie is wat dat betreft de laagste valorisatie die je kunt hebben. Voeding, veevoeder, geneesmiddelen of duurzame producten zijn veel waardevoller.”

Maatwerkbedrijven

Veel van die zaken zijn al realiteit. Het grote potentieel voor de toekomst ligt met andere woorden vooral in de bijkomende mogelijkheden door innovatie. Soms via technologische innovatie – zoals de productie van kaas via fermentatie van gras (zonder koeien) of de productie van de uiteenlopendste chemicals uit verwerking van groenafval – soms via structurele innovatie. Dan denken we aan samenwerkingen tussen boeren en bedrijven om houtige biomassa uit landschapsbeheer een nieuwe toepassing te geven, of de inzet van maatwerkbedrijven bij biodiversiteitsbeheer.

interesse hebben. Het leuke is dat ze er niet alleen voor staan. Onze Vlaamse kennisinstellingen beschikken over heel wat relevante expertise op het vlak van bioeconomie. Bijkomend merk je ook dat de sectoren die traditioneel fossiel-gebaseerde grondstoffen gebruiken de opportuniteiten bekijken om de omschakeling naar bio-gebaseerde grondstoffen te maken. Dus in dat opzicht kunnen we toch stellen dat we de goede richting op gaan.”

Bio-based economy is het domein waar alle complexiteit samenkomt.

“Bio-economie omvat alles wat je kunt doen met organische processen of materiaal”, vertelt Dries Maes, beleidsmedewerker bio-economie bij de Vlaamse overheid (Departement Economie, Wetenschap en Innovatie). “Dit omvat de volledige voedingsketen, maar ook toepassingen in pharma, bio-gebaseerde chemische processen, bouwmaterialen, kleding… De lijst met

“Bio-based economy is het domein waar alle complexiteit samenkomt”, gaat Dries Maes verder. “De nieuwe initiatieven moeten werken met organisch materiaal, via nieuwe processen die nog verder onderzocht moeten worden, én in samenwerking met partners die elkaar nog niet kennen: boeren, de chemiesector, veilingen, enzovoort. Dus het is alleszins een werk op lange termijn. Dat houdt wel in dat de energiecrisis ook een probleem is voor de ontluikende bio-economie. Bijvoorbeeld omdat heel veel interessante afvalstromen van biomassa nu plotseling gebruikt worden om simpelweg op te stoken. Daardoor worden nieuwe ontwikkelingen voor betere toepassingen geremd. De bio-economie heeft nooit tot doel gehad om een alternatieve energiebevoorrading te creëren, maar wordt wel serieus tegengewerkt door de energiecrisis.”

Goede richting

“Bio-economie in Vlaanderen is nog redelijk klein”, vult Emily Verhelst, bedrijfsadviseur bio-economie bij Vlaio, aan. “Niettemin merken we dat er steeds meer bedrijven

Bio-gebaseerde economie hangt nauw samen met circulaire economie: optimale benutting van alle grondstoffen en niets verloren laten gaan. Vandaag is de bio-economie nog relatief klein en zijn er zeker nog heel wat biomassastromen beschikbaar die enkel laagwaardig worden gevaloriseerd. Hierin zitten mooie opportuniteiten. “Op basis van een goede kennis van de unieke kenmerken van het organisch materiaal kunnen we nagaan welke eigenschappen we weinig of niet terugvinden bij fossiel-gebaseerde materialen en omgekeerd”, gaat Emily Verhelst verder. “Denk maar aan bio-afbreekbare plastics of wol. Een belangrijke kanttekening hierbij is de beschikbaarheid van de biomassa. Vraag en aanbod in evenwicht krijgen is zeker nog een uitdaging. Dat betekent concreet dat we vandaag al moeten nadenken over hoe we op een duurzame manier aan de stijgende vraag naar biomassa kunnen voldoen.”

Fokus-online.be 8 Slimmer omgaan met grondstoffen
EMILY VERHELST VLAIO
Onze Vlaamse kennisinstellingen beschikken over heel wat relevante expertise op het vlak van bio-economie.

En plots sta je te praten met de

De tijd dat we enkel aten wat er natuurlijk groeide en leefde in onze achtertuin ligt ver achter ons. Ook in de voedingssector zijn onderzoek en ontwikkeling vandaag de norm. Het blik aan extra mogelijkheden dat hierdoor wordt opengetrokken is immens.

Dat de voedingssector letterlijk iedereen aanbelangt kan echt niemand ontkennen. Gekoppeld aan de klimaatuitdagingen en de aanhoudende bevolkingsgroei wereldwijd, hoeft het dan ook niet te verbazen dat R&D ook hier de normaalste zaak van de wereld is geworden.

In Vlaanderen is hier een belangrijke rol weggelegd voor Flanders’ FOOD. Deze speerpuntclusterorganisatie fungeert als innovatieplatform en probeert via onderzoek, innovatie en samenwerking de beschikbare kennis te vertalen op maat van deze bedrijven. Door het hele jaar de vinger aan de pols te houden in de voedingssector en door middel van literatuuronderzoek brengen ze ook de belangrijkste innovatietrends uit de sector in kaart. Met

stip bovenaan prijkt hier het gestegen klimaatbewustzijn. Consumenten verwachten vandaag meer dan ooit dat er op een transparante manier gecommuniceerd wordt over de klimaatimpact van voedingsproducten.

“De meeste consumenten geven aan dat ze het moeilijk vinden om dit zelf in te schatten. Dit legt een grote verantwoordelijkheid bij de producenten”, aldus Margaux Leemans, knowhow and inspiration manager bij Flanders’ FOOD. Het groeiende gebruik van labels illustreert dit. De Eco-score van Colruyt, die vorig jaar werd gelanceerd en de ecologische voetafdruk van voedingsproducten aangeeft, is hiervan het bekendste voorbeeld. “Maar er wordt al geëxperimenteerd met augmented reality die producten kan laten praten en zo aan mogelijke kopers uitleg kan geven over de herkomst”, gaat Leemans verder.

Andere belangrijke trends zijn een groeiende aandacht voor gezondheid en een grotere openheid ten aanzien van nieuwigheden. Beide evoluties zijn volgens Leemans te linken aan corona. “Enerzijds heeft de pandemie het belang van gezondheid extra in de verf gezet, anderzijds zien we dat voeding in de praktijk gebruikt wordt als een manier om ons gebrek aan reismogelijkheden te compenseren”, klinkt het.

De boeiendste voedingstrends zijn diegene die deze evoluties proberen te combineren. “Er wordt vandaag bijvoorbeeld onderzoek gedaan naar de mogelijkheid om gember, de jongste jaren steeds populairder, te gaan telen in Vlaanderen”, legt Leemans uit. “Dit combineert onze groeiende vraag naar lokale teelt en dus klimaatbewustheid met de hang naar gezondheid en exotiek. Dat is echt de toekomst.” Een ander voorbeeld hiervan is yakon, een zoete appelwortel met oorsprong in het Andesgebied die nu al in Vlaanderen wordt geteeld en gebruikt kan worden als suikervervanger.

Het valt dus niet te ontkennen: de voedingssector is enorm in beweging. Dat is uiteraard gekoppeld aan doorgedreven inzet van technologische ontwikkelingen

Er wordt vandaag bijvoorbeeld onderzoek gedaan naar de mogelijkheid om gember, de jongste jaren steeds populairder, te gaan telen in Vlaanderen.

en innovaties binnen de agro- en voedingsindustrie. Een van de vele voorbeelden hiervan is de zogenaamde Food Pilot in Melle. Op initiatief van Flanders’ FOOD en ILVO, het Instituut voor Landbouw-, Visserij en Voedingsonderzoek in Vlaanderen, en met de steun van VLAIO, kunnen voedingsbedrijven hier sinds 2011 terecht om nieuwe producten of processen te testen. “De Food Pilot is ingericht met semi-industriële productiemachines en labo’s voor het uittesten van tal van nieuwigheden, zoals drankjes, snacks of geheel nieuwe grondstoffen”, verduidelijkt Karen Verstraete, voedingstechnoloog bij ILVO.

Vooral het feit dat bedrijven hier terechtkunnen vanaf een pril idee tot en met de pilootfase van een ontwikkeling creëert enorme mogelijkheden. Want voor de meeste voedingsbedrijven is het vaak moeilijk om innovaties te ontwikkelen zonder de productie stil te leggen. Daarnaast beschikt de Food Pilot over heel wat state-of-the-arttechnologie. “Zo hebben we een extra dataprogrammering laten doorvoeren, waardoor ieder productieproces in grafieken kan worden opgevolgd. Binnenkort hoort daar tevens een opvolging van het verbruik bij, om ook info over de duurzaamheid van het proces te verzamelen”, besluit Verstraete.

9 #Fokusresearch
Innovatie op ons bord
Er wordt al geëxperimenteerd met augmented reality die producten kan laten praten en zo aan mogelijke kopers uitleg kan geven over de herkomst.
tomaten…
Door Bavo Boutsen — MARGAUX LEEMANS FLANDERS’ FOOD

‘Artificiële intelligentie staat nog aan begin van echte doorbraak’

Blockchain, artificiële intelligentie en Internet of Things werden omschreven als technologieën die de industrie en ons leven volledig zouden veranderen. Ondertussen zijn we enkele jaren verder en is het tijd om de balans op te maken.

Waar staan we vandaag op het vlak van (industriële) digitalisering?

“De blockchaintechnologie bestaat ruim tien jaar. Intussen beginnen bedrijven het concept erachter te begrijpen. Ook omdat de technologie evolueert waardoor de kostprijs of de snelheid van een transactie verbetert. Blockchain zorgt ervoor dat je niet telkens een tussenpersoon nodig hebt, het is de technologie zelf die de transactie goedkeurt. Dat kan gaan om een digitaal goed, om eigendomsaktes of andere gegevens. In elk geval telkens iets met waarde dat van partij A naar partij B transformeert. Het bijzondere is dat het kan zonder centrale autoriteit waardoor vervalsing niet mogelijk is door één centraal punt te corrumperen. Verscheidene bedrijven groeien inmiddels mee met die digitale economie.”

“Als je kijkt naar social media dan staan die op zijn top, iedereen gebruikt het en de adaptatie is compleet. Artificiële intelligentie staat dan weer nog aan het begin van haar echte doorbraak. Ik verwacht dat de echt coole dingen daar binnen een zevental jaar staan te gebeuren. Al is het best een matuur iets wat achter de schermen volop gebruikt wordt. Denk bijvoorbeeld aan de algoritmes die in de gezondheidszorg worden gebruikt voor het interpreteren van röntgen- en medische beelden, beter dan een radioloog deze kan analyseren. Wat vandaag nog veel vragen oproept en een klein draagvlak heeft, is alles rond metaverse en blockchain. Dat is nu nog te veel niche.”

Zijn de verwachtingen van de technologie ingelost?

“We staan met blockchain al ver. Het probleem is de bruikbaarheid. Elk bedrijf of eindgebruiker zou, zonder al te veel voorkennis, ermee aan de slag moeten kunnen. Ondernemingen hebben nog wat opleiding nodig om ten volle te snappen wat het voor hen kan betekenen. Met blockchain laat je een doorverkoop toe, want via het blockchainnetwerk kun je elke transactie verifiëren en daar een percentage van afromen. Bijvoorbeeld bij games kan de speler enkel de skins kopen van het bedrijf en heb je ze alleen in bruikleen. Met blockchain heb je het in eigendom én het recht om het door te verkopen. En dat is oké voor het moederbedrijf, want dat krijgt alsnog een percentage op elke doorverkoop.”

“Soms draait het anders uit dan verwacht. Als je kijkt naar e-commerce dan heeft dat zeker de verwachtingen ingelost. Het wordt volop gebruikt, we hebben het onder controle, het is een mature markt. Helemaal anders is dat bij sociale media, die hadden de belofte van meer power to the people, decentralisatie van de macht. Vandaag leeft voornamelijk de negatieve perceptie van polarisatie en verzuring, die zwaarder doorweegt dan de positieve elementen. AI is het volgens mij aan het waarmaken. Maar onze lat lag te hoog. We staarden ons bijvoorbeeld blind op zelfrijdende wagens en digitale assistenten.”

Wanneer zal deze technologie breed ingezet kunnen worden?

“Blockchain zal een algemeen draagvlak krijgen. Voor mij is de technologie een van de grootste revoluties geweest. Op een gegeven moment wordt het concept almaar duidelijker. Het zorgt voor meer transparantie, en we gaan een toename zien in het aantal transacties. Als individu zal je straks ook blockchain volop gaan gebruiken in jouw dagelijks leven. Dat zal even makkelijk zijn als je bancaire transacties. Alles wat je in digitale eigendom hebt, zal je kunnen verhandelen via blockchain. Simpel voorbeeld: denk aan loyaliteitspunten bij je supermarkt of tankstation. Of denk aan de NFT (een nonfungible token), een unieke jeton die je het eigenaarschap verleent van een uniek digitaal item.”

“Ik was recent in Californië en als ik zie welke budgetten ertegenaan gegooid worden en met welke evidentie er gesproken wordt over diverse adaptaties, dan denk ik echt dat we aan de vooravond staan van veel grote dingen. Zeker als je gaat inzoomen op specifieke ontwikkelingen. Web 3, blockchain, Internet of Things, en wat mij opvalt daarbij is het belang van data-ownership. De consument wordt terug eigenaar van zijn eigen data. Ook artificiële intelligentie staat nog in de kinderschoenen, maar ik geloof oprecht dat het onze manier van leven en functioneren sterk zal gaan beïnvloeden. En weet je, ik ben daar heel positief en optimistisch over.”

“De opmars van de precisie- of gepersonaliseerde geneeskunde. Vroeger was het motto vooral one size fits all, één type behandeling dat heel breed wordt ingezet en toegepast. Nu zien we een opvallende trend naar precisiegeneeskunde. Daardoor kunnen artsen tegenwoordig eerst op zoek gaan naar heel specifieke kenmerken van een bepaalde kanker – via een bloedafname of via een stukje tumorweefsel bijvoorbeeld – waarna ze die kankerveroorzakende kenmerken gericht kunnen aanvallen. Precisiegeneeskunde vindt ook meer en meer uitbreiding naar andere ziektedomeinen waaronder cardiovasculaire aandoeningen, diabetes, hersenkanker, bloed-, long-, huid- en lymfeklierkanker en hemofilie A.”

“Nieuwe behandelingen bieden hoop en perspectief aan mensen met bijvoorbeeld een zeldzame ziekte. Als we de oorzaak van een ziekte kunnen aanpakken, in veel gevallen met een one time treatment, is er uitzicht op volledige genezing. De keerzijde van de medaille is natuurlijk dat deze hoogtechnologische geneesmiddelen vaak nog behoorlijk duur zijn. Toch moeten we beseffen dat we, door hierin te investeren, ook inzetten op meer welzijn voor de mensen die tot vandaag vaak noodgedwongen inactief blijven. Bij genezing of stabilisatie van de ziekte kunnen aanslepende behandelingen en ziekenhuisopnames worden vermeden. Dit heeft een positief effect op patiënten, zorgverleners, de economie en de samenleving.”

“De cel-, weefsel- en gentherapieën (ATMP’s) die vandaag al goedgekeurd zijn, mikken vooral op het aanpakken van zeldzame ziektes waar tot nog toe weinig of geen behandeling voor bestond. Dat zal op relatief korte termijn sterk veranderen. Uit het recentste rapport van de Alliance for Regenerative Medicine komt duidelijk naar voren dat er de komende jaren ook innovatieve behandelingen voor veelvoorkomende ziektes op de markt komen. Denk bijvoorbeeld aan diabetes, parkinson of alzheimer. Het potentieel is nog zeer groot, niet in het minst omdat er ook voor de behandeling van die courantere ziektes nog geen afdoende behandeling bestaat. De komende jaren zien er dus hoopvol uit.”

Fokus-online.be 10 Expertpanel • Verwachtingen versus realiteit

SUPERISOLERENDE RAMEN EN DEUREN MET EEN DUURZAAM

KARAKTER GEMAAKT DOOR EEN

BELGISCHE FABRIKANT IN JOUW BUURT

Bij Kömmerling geloven we in het creëren van duurzame oplossingen voor een groenere toekomst. Daarom zijn onze producten niet alleen duurzaam, maar ook volledig recycleerbaar. Met ultramoderne technologie en materialen van topkwaliteit zijn de producten van Kömmerling gebouwd om lang mee te gaan, de hoogste isolatiewaarden te bieden en na een lang leven opgehaald te worden voor recyclage, waaruit nieuwe hoogtechnologische ramen gemaakt worden.

Een Kömmerling SELECT vakbedrijf in jouw buurt

info@kommerling.be
www.kommerling.be |

moeten nu investeren in data en

Fokus-online.be 12 Interview Door Hannes Dedeurwaerder Foto’s • Tim Vannerom
Marijke Verhavert
‘Bedrijven
digitalisering’

Sinds 1 januari staat Marijke Verhavert aan het hoofd van TomorrowLab, een adviesbureau voor innovatie en strategie dat toekomstscenario’s, dynamische strategieën en alternatieve businessmodellen uitdenkt om organisaties te wapenen voor de dag na morgen. Omdat de toekomst veel verder ligt dan 2025.

Marijke Verhavert is van vele markten thuis: ze werkte voor een corporate als Siemens, was 18 jaar lang en in uiteenlopende functies actief bij de Vlaamse overheid – onder meer als afdelingshoofd Informatie – en is sinds 2018 terug te vinden bij consultancybureau TomorrowLab als practice lead digitalisation. Sinds 1 januari is ze er de directeur. “Mijn insteek bij de overheid was altijd digitalisering, data en databeheer, maar de laatste tijd verschoof de focus naar innovatie, een domein dat me ook steeds sterker wist te prikkelen. Op een bepaald moment stelde ik me de vraag: als ik vandaag zou afstuderen, waar zou ik dan willen werken? En mijn antwoord was: bij TomorrowLab. (lacht)”

Kunt u die onzekerheden even tastbaar maken?

“Dat gaat bijvoorbeeld over artificiële intelligentie, wat door velen als een bedreiging voor onze jobs wordt beschouwd, over data die in steeds grotere hoeveelheden beschikbaar worden of over machines die als gevolg van het IoT zelfstandig met elkaar communiceren. We hebben er als maatschappij geen flauw idee van hoe we daar concreet mee moeten omgaan, hoewel deze technologieën onze samenleving disruptief veranderen. Zal AI tot een mensgerichte toekomst leiden?

Zal data-driven business leiden tot meer of net minder sociale ongelijkheid? Wij vertalen die onzekerheden naar bedrijven en organisaties, zodat ze zich kunnen voorbereiden op de mogelijke uitdagingen en opportuniteiten en zelf al stappen kunnen zetten naar een mensgerichte toekomst. Het verwondert mij hoe weinig bedrijven vandaag in digitalisering en data-driven business investeren, hoewel ze weten hoe belangrijk die zullen worden in de toekomst. Maar omdat de return on investment niet meteen aangetoond kan worden, doen ze het niet. Daar ben ik wel bezorgd over.”

Is dat ook omdat bedrijven moeite hebben met durven falen, terwijl innoveren vaak trial and error is?

“Ik spreek liever niet over falen, eerder over het kunnen accepteren dat een bepaald scenario niet tot een winstgevende businesscase leidt. Innoveren is beseffen dat het in de toekomst verschillende kanten uit kan en bijgevolg middelen investeren in strategieën die rekening houden met die verschillende uitkomsten. Dat betekent ook dat je zult investeren in zaken die niet zoveel zullen opbrengen, omdat je nu eenmaal investeert in onzekerheid. Het gaat dus vooral over strategische keuzes durven maken die je misschien zult moeten loslaten omdat ze niet naar het juiste pad leiden.”

Wat moet een buitenstaander zich concreet voorstellen bij TomorrowLab?

“In de kern komt onze werking neer op toekomsten verkennen en vanuit die toekomsten terugblikken op vandaag, zodat bedrijven en organisaties betere beslissingen kunnen nemen met het oog op een duurzame toekomst. Dat klinkt misschien wat ongrijpbaar, maar we vertrekken altijd vanuit de methodiek van scenarioplanning, gebaseerd op exploratief, kwalitatief onderzoek. Die methodiek laat toe de toekomst vanuit de specifieke context van het bedrijf of de organisatie te verkennen. Dat proces gebeurt altijd in nauwe samenwerking met die partij, want die kent het specifieke ecosysteem van het bedrijf of de organisatie als geen ander. Alleen werkt dat ecosysteem binnen een veel groter, contextueel ecosysteem – de wereld, zeg maar – waarin van alles gebeurt. Wij exploreren welke krachten uit dat ‘buitenste’ ecosysteem inwerken op het ‘binnenste’, welke concrete onzekerheden de toekomst brengt en welke strategie bedrijven en organisaties op basis van die inzichten kunnen uitwerken. Daarom mikken we ook altijd op langetermijnsamenwerking, omdat de toekomst niet morgen is en die verkenningen echt grondig moeten gebeuren.”

Maken bedrijven en organisaties de fout om te denken dat pakweg 2025 de toekomst is, terwijl ze veel verder moeten denken?

“We zien dat inderdaad overal, maar het is nu eenmaal niet gemakkelijk om voorbij die eerste, operationele horizon te kijken naar de derde horizon van echte droomscenario’s. Ten eerste worden bedrijven non-stop geconfronteerd met de uitdagingen van vandaag en met de dagdagelijkse operationele processen. Ten tweede is het heel moeilijk om de toekomst tastbaar te maken. Zo weten bedrijven dat ze datagedrevener zullen moeten werken, maar hoe precies? Want het gaat niet zozeer om het ontwikkelen van een datagedreven infrastructuur – wat zo al uitdagend en complex genoeg is –, maar om het definiëren van je rol in het ecosysteem van de toekomst. Heel wat bedrijven hebben ook geen gemeenschappelijke terminologie waarmee ze over innovatie kunnen spreken. Met als gevolg dat mensen naast elkaar praten. Ze kijken naar innovatie door een verschillende bril. Het is niet bevorderlijk voor het gesprek als de ene medewerker bezig is om de problemen van vandaag op te lossen, terwijl de andere nadenkt over een innovatieve oplossing voor binnen tien jaar.”

De Kortrijkse innovatieconsulent Creax heeft Innovate or die als slagzin. Gaat

u akkoord dat innoveren vandaag een must is voor bedrijven?

“Uiteraard, anders zou ik niet weten wat ik bij TomorrowLab aan het doen ben. (lacht) Meer dan ooit moeten bedrijven werk maken van een strategie en structuur die toelaten flexibel in te spelen op disrupties. Als je een strategie hanteert die ervan uitgaat dat de komende tien jaren voorspelbaar zullen verlopen, dan mag je het vergeten. Innoveren is net om, naast je traditionele producten en diensten, pistes te ontwikkelen om de zaken anders aan te pakken. Je kunt het je als bedrijf niet permitteren om nog vijf jaar te wachten met investeringen in data en digitalisering. In die zin ga ik volledig akkoord met innovate or die. Tenzij je als bedrijf zo’n unieke value proposition hebt dat je er honderd procent van overtuigd kunt zijn dat je markt er binnen vijf jaar nog zal zijn. Maar als dat niet het geval is, moet je er vandaag werk van maken.”

Smart Fact.

Waar is uw passie voor ICT ontstaan?

“Die kwam er dankzij mijn vader. Vooral de enorme veranderingen die in die markt bezig waren boeiden hem en die passie wist hij door te geven aan mij. Mijn moeder heeft me dan weer overladen met de goesting voor ambitie, en het mezelf kunnen waarmaken als vrouw via kansen die zij in haar tijd niet altijd heeft gekregen. Het belang van rolmodellen is dus niet te onderschatten.”

Living Tomorrow en TomorrowLab

TomorrowLab is een adviesbureau voor innovatie en strategie dat toekomstscenario’s uitdenkt. TomorrowLab hoort bij de groep Living Tomorrow, een innovatieplatform waar innovatieve ideeën en technologieën samenkomen in een indrukwekkend futuristisch decor. Het geeft een heel concrete blik op de toekomst. Zo kun je er een interactief tapijt testen dat een alarmsignaal uitzendt als je erop valt, of een tandenborstel die tijdens het poetsen de hartslag meet.

ICT Woman of the Year

Marijke Verhavert werd in 2016 en 2018 genomineerd als ICT Woman of the Year, een award die wordt uitgereikt door Data News, een tijdschrift voor en over IT-toepassingen, technologie en IT-managers. De recentste laureate was Valérie Tanghe, managing director van Accenture. De winnares van de ICT Woman of the Year-titel wordt bepaald door de lezers van Data News, aangevuld door een professionele jury.

13 #Fokusresearch Interview
Als je een strategie hanteert die ervan uitgaat dat de komende tien jaren voorspelbaar zullen verlopen, dan mag je het vergeten.
Investeren in de toekomst is investeren in onzekerheid.

De haven als platform voor innovatie

De haven van Antwerpen is niet enkel een van de grootste havens ter wereld, ze vormt ook een cluster voor innovatie. Door de concentratie aan bedrijven is het een speeltuin voor nieuwe technologie, van cleantech tot autonome schepen.

“De haven werkt eigenlijk als een innovatieplatform”, legt Erwin Verstraelen, Chief Digital and Innovation Officer bij het Havenbedrijf Antwerpen, uit. “We nodigen bedrijven, van start-ups en scale-ups tot gevestigde spelers, uit om hun technologie te testen en matuur te maken in de haven. Neem bijvoorbeeld drones. Het is één ding om met zoiets te vliegen boven een leeg veld, maar iets helemaal anders om een drone te besturen boven een haven die een van de grootste petrochemische clusters ter wereld bezit. Daar zie je echt waar de beperkingen zitten. Hier leer je hoe je een technologie marktklaar kunt maken. Het zorgt dat de technologie-ontwikkelingscyclus wordt ingekort, en geeft credibiliteit aan jonge bedrijven. Als je technologie hier werkt, dan is dat een geweldig visitekaartje om andere klanten binnen te halen.”

Zo haalt Verstraelen het verhaal aan van autonome schepen, en de start-up Seafar die dat in België ontwikkelt. “Enkele jaren geleden stonden ze hier plots voor de deur”, stelt hij. “Toen waren ze nog maar met vier, maar ze vertelden dat ze technologie hadden om een schip vanop afstand te besturen. Ze hadden echter een plek nodig om dat te testen. Dat hebben we gefaciliteerd. Seafar vaart vandaag operationeel voor klanten. Ze werken met binnenvaartschepen op het Albertkanaal en in West-Vlaanderen. Dat wij hen hielpen is trouwens strategisch belangrijk voor ons, want 38 procent van al onze cargo is binnenvaart. Tegelijk is er daarvoor een personeelstekort. Schepen vanop afstand besturen zal dus enkel belangrijker worden in de toekomst.”

De haven vertrekt dus vanuit een ecosysteemgedachte. Een van de bedrijven die succesvol groeide in dat ecosysteem is Qpinch. Zij verminderen het energieverbruik van grote petrochemische installaties. “We slaan warmte chemisch op”, stelt Wouter Ducheyne, co-CEO van Qpinch. “Wat belangrijk is, want 80 procent van de energiebehoefte van industrie is warmte en slechts 20 procent elektriciteit. We maken eigenlijk een soort chemische warmtepomp, waarbij we warmte die nu verloren gaat opslaan, de temperatuur ervan verhogen, en dan opnieuw in een industrieel proces invoeren.”

Maar aan de basis van dat succes lag de haven van Antwerpen. Zo diende het havengebied als testbed voor de technologie van Qpinch. “De Antwerpse haven is eigenlijk een chemiehaven”, stelt Ducheyne. “Al onze huidige klanten zitten in dat havengebied. Tegelijk zitten er hier erg veel grote chemische bedrijven, onze toekomstige klanten dus. Technologie ontwikkelen dicht bij je klanten is altijd een voordeel, want je kunt snel feedback vragen.”

Dat klinkt abstract, maar kan een grote impact hebben. Een installatie van Qpinch kan zo, volgens Ducheyne, de CO2-uitstoot van een petrochemische fabriek met 10 tot 20 procent verminderen. Een grote sprong, die hen vandaag snel doet groeien. “We zijn nu een scaleup”, vertelt Ducheyne. “We haalden al ongeveer 20 miljoen euro in kapitaal op, en we zijn met verschillende projecten bezig in Europese chemische clusters.”

Recent fuseerde de haven van Antwerpen met haar tegenhanger in Zeebrugge. Wat zal dat betekenen voor R&D? “De fusie vergroot ons platform”, stelt Verstraelen. “Het vergroot de schaal waarop we kunnen werken. Zo is Zeebrugge ook bezig met het ontwikkelen van technologie. Ze werken eveneens met 5G, drones en sensoren. Ze zijn daarnaast een haven aan de zee, een andere context die interessante zaken kan opleveren. Ze werken bijvoorbeeld met onderwaterdrones om hun kaaimuren te inspecteren. Dat verruimt de mogelijkheden voor ons innovatieplatform.”

“We doen het eigenlijk voor onze kinderen”, stelt Ducheyne. “We mogen niet bij de pakken blijven zitten, want dan verzuipen we in Vlaanderen binnen vijftig jaar. Wij tonen aan dat je een verschil kunt maken.”

Fokus-online.be 14 Speeltuin voor bedrijven
Door Tom Cassauwers
Als je technologie werkt in de haven, dan is dat een geweldig visitekaartje om andere klanten binnen te halen.
— ERWIN VERSTRAELEN HAVENBEDRIJF ANTWERPEN

Concrete oplossingen voor de energietransitie

De Business Booster is uw kans om snel een overzicht te krijgen van nieuwe innovaties en bedrijfsmodellen die de energietransitie zullen versnellen.

Ontdek meer dan 150 vernieuwende duurzame energieoplossingen uit heel Europa en netwerk met meer dan 1.200 deelnemers. Start‑ups, vertegenwoordigers van de energie i ndustrie, financiële partijen, beleids m akers en regelgevende instanties komen samen om concrete oplossingen voor de energietransitie te demonstreren, te bespreken en te implementeren.

Direct toepasbare innovaties

Dit jaar zullen op de TBB naast een flink aantal bedrijven uit de Benelux ook vele Europese innovaties zichzelf presenteren in Amsterdam.

Op een efficiënte manier komt u in contact met direct toepasbare innovaties binnen de energietransitie. Van warmtepompen, zonnepanelen en gedecentraliseerde

18 & 19 Oktober RAI Amsterdam

energie opwek tot grootschalige energieopslag en het duurzamer maken van de industrie met groene waterstof, alle actuele onderwerpen komen aan bod.

Kijk voor meest actuele sprekers, deelnemende bedrijven, en opties om zelf deel te nemen op: tbb.innoenergy.com

EIT InnoEnergy

Aanjager van de energietransitie

Hoe breng je de benodigde innovaties (versneld) naar de markt, beperk je de risico’s die daarmee gepaard gaan en zet je sterke businesscases neer? Daar specialiseert InnoEnergy zich al ruim tien jaar in. De publiekprivate onderneming heeft een bewezen staat van dienst in het ondersteunen van start-ups, scale-ups en consortia, die innovatieprojecten op het gebied van energie naar de markt brengen. Er zijn al vele successen behaald zoals bijvoorbeeld Northvolt, Verkor en H2Greensteel, maar dichterbij huis ook met Hardt Hyperloop, Elestor en Act & Sorb.

EIT InnoEnergy is de spin in het web van de energietransitie en vervult verschillende rollen om die transitie zoveel mogelijk te versnellen. Van investeerder tot opleider tot incubator, een kleine greep uit InnoEnergy’s activiteiten:

• A ls publiek pr ivate onderneming investeert InnoEnergy (mede dankzij financiering vanuit het European Institute of Technology) in start u ps, innovatieprojecten en technologieen die de energietransitie kunnen versnellen;

• I nnoEnergy beschikt over een uitgebreid netwerk van Europese partners, van kennisinstituten en universiteiten tot het bedrijfsleven. Het brengt op basis van de behoefte de juiste spelers samen en zet hen aan tot actie. Dit vermindert het risicoprofiel en zorgt voor versnelling.

• I nnoEnergy speelt een cruciale rol bij het vormgeven van beleid in de energiesector en het lanceren van ambitieuze, Europese samenwerkingsprojecten. Zoals de European Battery Alliance (EBA), het European Green Hydrogen Acceleration Center (EGHAC) en de European Industrial Solar Alliance (ESIA)

• I nnoEnergy biedt een masteropleiding en verschillende online cursussen aan, gericht op ondernemerschap in de energietransitie.

De energietransitie slaagt namelijk alleen als er sterke businesscases achter zitten. Alleen financiële ondersteuning is echter niet genoeg om innovaties echt van de grond te krijgen. InnoEnergy ondersteunt start en scale u ps daarom ook met diensten. Zo helpt de onderneming hen onder andere bij het werven van talent, de commercialisering van hun product en het opzetten van een waardeketen. Belangrijker nog: InnoEnergy verlaagt de risico’s die nu eenmaal met innovatie gepaard gaan, door een ecosysteem van gevestigde bedrijven en industriespelers op te bouwen rondom de start u ps in zijn portfolio. Juist door die balans tussen oud en nieuw slaagt InnoEnergy erin om sterke businesscases neer te zetten voor zijn startups, zodat hun innovaties kunnen opbloeien. www.innoenergy.com

Heb jij een cleantech start-up en zoek je ondersteuning?

Neem dan snel contact met op ons om te kijken wat we voor je kunnen betekenen en hoe we gezamenlijk de impact kunnen vergroten! benelux@innoenergy.com

Mis het niet! tbb.innoenergy.com Vroegboek voordeel!

Een tweede jeugd voor kernenergie

De nucleaire technologieën hebben opnieuw de wind in de rug. België onderzoekt volop of we kerncentrales langer kunnen openhouden, in verscheidene andere landen wordt de bouw van nieuwe centrales overwogen. Welke nieuwe ontwikkelingen mogen we tegemoetzien?

Kernenergie staat weer volop in de (positieve) belangstelling als een sleutelelement in de verduurzaming van onze energiebehoeften. Al zal het voorlopig nog niet zo’n vaart lopen, zegt Pieter Vingerhoets, energie-expert en klimaatstrateeg bij VITO en Energyville. “Er is hernieuwde interesse om nucleaire reactoren te bouwen, maar door de lange procedures en bouwtijd van een centrale vertaalt zich dat de komende jaren nog niet in een stijging van de nucleaire output. De hoge investeringskost van een centrale, de onzekere politieke context en de lange terugverdientijd vormen een groot risico voor investeerders. Marktspelers zijn dus niet snel geneigd om te investeren in nucleaire centrales. De laatste jaren zien we wel dat overheden een deel van het financieringsrisico op zich willen nemen, omdat ze bezorgd zijn over hun energiebevoorradingszekerheid.”

Doordat er decennialang amper nucleaire centrales bij kwamen in Europa is er een negatieve leercurve geweest voor de bouw van kerncentrales. Vingerhoets: “Recente projecten in Europa en Noord-Amerika kampen allemaal met grote overschrijdingen van kosten en bouwtijd. Deze centrales van de zogenaamde derde generatie zijn qua grootte en efficiëntie gelijkaardig aan die van de tweede generatie, maar hebben wel een aantal voordelen op vlak van veiligheid. Ondertussen wordt nagedacht over een vierde generatie generatoren, maar de meeste concepten bestaan enkel nog maar op papier.”

Heilige gralen

Als antwoord op de enorme kosten van nieuwe kernreactoren en de economische realiteit staan tegenwoordig kleine, modulaire centrales erg in de belangstelling, zegt Matthias Vanderhaegen, professor Nucleaire Energietechniek aan de UGent. “Dat zijn centrales die je als het ware aan een lopende band kunt bouwen, een beetje zoals vliegtuigen. Onder meer de Amerikaanse bedrijven NuScale en General Electric zijn er erg mee bezig. Wanneer de eerste modellen operationeel zullen zijn? Dat is koffiedik kijken, ik gok dat het nog zeker tien jaar zal duren en dan waarschijnlijk eerst in Amerika. De nucleaire sector is een trage industrie.”

Ook Vingerhoets blijft sceptisch. “Momenteel is het NuScale-concept in de demofase en staat het het dichtste bij marktintroductie, maar de reactoren zijn nog niet commercieel beschikbaar. Deze zijn wel inherent veiliger dan de grote ontwerpen, maar bieden eigenlijk weinig evolutie op andere vlakken.”

Gelijkaardige ‘heilige gralen’ die vaak terugkomen in het nucleaire debat zijn thoriumreactoren en kernfusie. Het grote voordeel van thorium is dat het ontginnen van deze grondstof makkelijker en efficiënter kan dan van uranium. Daartegenover staat dat de reactoren duurder zijn, waardoor thorium weer verder van de markt staat. “Op zich is er voldoende uranium voorhanden, in onder meer Australië, Canada en Kazachstan”, zegt Vanderhaegen. “Bovendien: de kostprijs van brandstof is niet de belangrijkste component in de productiekost van kernenergie. Thorium moet ook verschillende stappen ondergaan in een kernreactor vooraleer het effectief als brandstof kan dienen. Het zijn vooral China en India die er nu onderzoek naar doen, niet toevallig twee landen die over veel thorium beschikken.”

Kernfusie ten slotte is zo mogelijk een nog ingewikkelder verhaal dan thorium. “Je moet op aarde condities creëren van miljoenen graden Celsius die de toestand in de zon nabootsen”, legt Vingerhoets uit. “De vraag of men dit technisch werkend krijgt is slechts een deel van de problematiek. De werkelijke vraag is: wordt dit ooit een kosteneffectieve technologie om energie mee op te wekken? Voor kernfusie is dit misschien nooit het geval. Moeten we daarom stoppen met kernfusieonderzoek? Zeker niet. Het is, wetenschappelijk gezien, een hefboom voor technologische vooruitgang en wie weet wat eruit komt.”

Fokus-online.be 16 Nucleaire technologie
Door Frederic Petitjean
Er wordt nagedacht over een vierde generatie kernreactoren, maar de meeste concepten bestaan enkel nog maar op papier.

Energik vzw: mee vorm geven aan de energietransitie

Terwijl de energieprijzen de pan uit swingen, wordt de wereld ook geconfronteerd met een stevige klimaatopwarming. Voor industriële bedrijven vormt dit een dubbele uitdaging en zij begrijpen dan ook dat ze, samen met de rest van de wereld, moeten inzetten op een energietransitie. De vzw Energik kan daarbij helpen.

Energik is een onafhankelijke vzw die nieuwe technologieën en systemen voor duurzaam en rationeel energieverbruik promoot. Onder de leden bevinden zich industriële energieverbruikers, maar ook studiebureaus, energieleveranciers en vertegenwoordigers van de overheid. “We zijn veertig jaar geleden opgericht, toen toenmalig minister-president Gaston Geens de derde industriële revolutie in Vlaanderen lanceerde”, zegt voorzitter Kris Michiels. “Eerst ging het vooral over rationeel energieverbruik en energiebesparingen, maar dat is ondertussen geëvolueerd tot de brede energietransitie waar we allemaal mee bezig zijn. We organiseren daarover opleidingen en themadagen, en brengen allerlei publicaties uit om onze leden op de hoogte te houden.”

Energik is gestructureerd rond drie platformen: stoom, koeling en de energiemanager. “Stoom blijft in de industrie een veelgebruikte warmtedrager in de productieprocessen en voor de rechtstreekse aandrijvingen van componenten”, zegt Michiels. “Daarbij moet rekening worden gehouden met steeds strengere eisen rond veiligheid en milieu-impact, wat stijgende investerings- en werkingskosten met zich meebrengt. Binnen Energik brengen we specialisten samen om dit soort toepassingen te optimaliseren. Met bijvoorbeeld een Stroomtechniekdag en cursussen rond stoom willen we alle stakeholders, sensibiliseren.”

Een tweede platform draait rond industriële koeling. “Gebruikers van koelinstallaties worden niet alleen geconfronteerd met het energieverbruik, maar ook met de problematiek van de koelmiddelen”, legt Michiels uit. “De CFK’s zijn verbannen, de HFK’s gedeeltelijk, uitgezonderd die met een lage GWP-waarde. Er zijn de airco-energieaudits, al is de impact van dat soort comfortkoeling zeer klein qua verbruik, zeker vergeleken met industriële installaties. Als Energik willen wij dus onze schouders

40 jaar Energik vzw 1983 - 2023

zetten onder een project om de energie- én milieuaspecten van koelinstallaties aan te pakken.”

De energiemanager, ten slotte, draait rond de verkiezing van de ‘Energy Manager of the Year’ die Energik elk jaar organiseert. Michiels: “Tijdens dit event kunnen zowel jonge als doorwinterde energieprofessionals hun energiegerelateerd project indienen. Deze ‘wedstrijd’ loopt in nauwe samenwerking met onderwijspartners als AP in Antwerpen en Howest in Kortrijk en splitst zich op in een prijs voor bachelors, masters en professionals. De projecten moeten bijdragen tot een verhoogde energie-efficiëntie, tot de realisatie van de klimaatdoelstellingen én tot een globaal energietransitietraject. Daarnaast bekijken we ook hoe het project inspirerend en wervend kan werken naar andere bedrijven toe. De winnaar krijgt niet alleen eeuwige roem en een mooie vermelding voor op het cv, maar ook een geldprijs.”

Van Flanders Technology Group over Rationeel Energiegebruik naar Energietransitie zonder CO2-uitstoot www.energik.be

Sinds de oprichting in 2017 zet Aphea.Bio zich in voor voedselzekerheid en het waarborgen van een veilige, gezonde voedselketen. Dat gebeurt door nieuwe, wetenschappelijk onderbouwde oplossingen te bieden voor de landbouw van de toekomst: duurzaam, betrouwbaar en winstgevend.

Aphea.Bio ontstond als een spin-off van VIB, een overkoepelende organisatie van de toonaangevende Vlaamse universiteiten, en is uitgegroeid tot een volledig geïntegreerd bedrijf. Intussen is de organisatie een belangrijke speler voor de ontwikkeling van oplossingen op basis van micro-organismen. Vandaag beschikt Aphea.Bio over een toegewijd team van 50 wetenschappers en experten uit de sector dat producten na hun ontdekking via validatie op het veld, verdere ontwikkeling en registratie uiteindelijk op de markt brengt.

In de afgelopen 5 jaar heeft het bedrijf verschillende pijplijnen opgezet voor de ontwikkeling van biostimulanten evenals biofungiciden, bio-insecticiden en bioherbiciden op basis van nuttige micro-organismen.

Met de introductie van het eerste biostimulerende product voor tarwe – ΛCTIV by Aphea.Bio® – in samenwerking met

Syngenta in 2023, komen de eerste resultaten van de R&D-inspanningen nu op de markt. Daarnaast wordt de lancering van een nieuw biofungicide verwacht, in 2023 in de VS en in 2024 in de EU.

ΛCTIV by Aphea.Bio® is een zaadbehandeling voor tarwe die de opname van voedingsstoffen door het gewas efficiënter maakt. Dat leidt tot een tot 5 procent hogere opbrengst, zelfs bij een verminderd gebruik van meststoffen. “Als hoeksteen van de Farm-toFork-strategie beoogt de Green Deal de ontwikkeling van duurzame voedselsystemen in de EU, en Aphea.Bio biedt daarvoor integrale oplossingen. Met het streven naar een vermindering van meststoffen met 20 procent en de halvering van het gebruik van chemische pesticiden tegen 2030, zullen landbouwers verplicht worden om minder kunstmest en chemische bestrijdingsmiddelen te gebruiken”, zo legt Isabel Vercauteren uit. “Onze biostimulanten kunnen voor landbouwers dus een belangrijk hulpmiddel zijn om de doelstellingen van de Green Deal te bereiken.”

“Een sleutelelement van ons succes bij het ontwikkelen van nieuwe landbouwoplossingen is ons APEX platform”, vult CTO en medeoprichter Steven Van-

denabeele aan. “Het platform bundelt verschillende technologieën en expertises, van bio-informatica, microbiologie en hoge doorvoer fenotypering tot de productie en formulering van micro-organismen. Gecombineerd stelt dit ons in staat om nieuwe oplossingen te ontwikkelen in een hoog tempo en op zeer kosten- en tijdsefficiënte wijze.” Door gebruik te maken van het innovatieve APEX-platform voor R&D bevindt Aphea.Bio zich in een unieke positie om nieuwe, krachtige oplossingen op de markt te brengen.

De komende jaren beschikt Aphea.Bio over een gevulde en gevarieerde onderzoekspijplijn. “Naast de geplande lancering van een biofungicide werken we aan bio-insecticiden om insectenplagen te bestrijden. Verder hebben we de ambitie om glyfosaat te vervangen door onze bioherbiciden en zo een oplossing te bieden voor duurzamere herbiciden”, besluit Isabel Vercauteren.

Op de hoogmis van de gadgets

Begin januari vond in Las Vegas traditiegetrouw de CES plaats, de Consumer Electronics Show, zowat de grootste beurs voor consumentenelektronica ter wereld. Dit jaar trok die ongeveer 115.000 bezoekers en zij konden zich vergapen aan de nieuwste technologieën en gadgets die de elektronicafabrikanten hebben klaarstaan voor 2023. Wij maakten een eigenzinnige selectie daaruit: nieuwe soorten tvtoestellen, elektrische auto’s, Belgische gadgets en rare hebbedingetjes vol AI.

Door Frederic Petitjean

Fokus-online.be 18 Smartlist • Technologieën om naar uit te kijken

Kunstmatige intelligentie

De paar sceptici die er nog aan twijfelden zijn eraan voor de moeite: kunstmatige intelligentie is op alle vlakken aan het doorbreken en dat bleek ook op CES. Neem bijvoorbeeld Verbum, de vertaalrobot die OneMeta AI demonstreerde. Deze web-app fungeert als een soort tolk in real time tussen twee mensen die een gesprek voeren in twee verschillende talen. Zelfs in een rumoerige omgeving slaagt de software erin om de correcte stemmen op te pikken en te vertalen in de taal van de gesprekspartner.

Chipfabrikant Nvidia stelde Maxine voor, ook al AI-technologie om in te zetten tijdens videocalls. Vind je het ook zo ongemakkelijk dat je gesprekspartner je tijdens een call niet rechtstreeks aankijkt omdat hij niet direct in de webcam tuurt? Maxine kan dit fenomeen volautomatisch corrigeren zodat het gesprek meteen een stuk natuurlijker overkomt.

Het Franse bedrijf Withings had dan weer een AI-innovatie meegebracht voor een heel ander soort toepassing. Hun U-Scan-sensor ziet eruit als een uit de kluiten gewassen wc-verfrisser en moet aan de binnenkant van een toiletpot gehangen worden. Het apparaatje kan op die manier vitamine-, ketone- en pH-niveaus in de urine meten en doorsturen naar een bijbehorende smartphone-app. Het is ook mogelijk om hormoonniveaus op te meten, waardoor vrouwen weten waar ze zitten in hun menstruatiecyclus. De U-Scan komt in het derde kwartaal van dit jaar te koop voor net geen 500 euro.

Oled versus QD-oled

Wie tot voor kort het nec plus ultra in beeldkwaliteit wilde, moest een televisietoestel kopen met een oledscherm. Vorig jaar kwam er plots een concurrent om de hoek kijken en die is zich nu helemaal aan het opmaken voor een doorbraak: QD-oled van Samsung, dat ook door Sony ingezet wordt. QD-oled combineert de hoge helderheid van de traditionele lcd-schermen met de perfecte zwartwaarden van oled en biedt op die manier als het ware the best of both worlds

De eveneens Koreaanse gigant LG, de grote gangmaker van oled, liet zich echter niet doen en stelde de MLA-technologie voor, of Micro Lens Array. Daarbij krijgen de oled-panelen een extra laagje waarin miljarden piepkleine lensjes verwerkt zitten. Die bundelen het licht van de oled-panelen waardoor het lichtverlies door verstrooiing sterk ingeperkt wordt. Ook Panasonic maakt in zijn oledschermen hiervan gebruik. Een andere interessante innovatie van LG zat in de oled M-reeks verwerkt. Dat zijn de eerste compleet draadloze tv-toestellen (nu ja, op de stroomdraad na) die op de markt komen. Het idee is dat je het scherm een plaatsje geeft in je woonkamer, maar dat je alle bijhorende randapparatuur (kabelboxen, gameconsoles, blu-rayspelers) ergens compleet anders neerzet, bijvoorbeeld verborgen in een kast. De beeldsignalen worden vervolgens draadloos naar het scherm doorgestuurd. Volgens LG mag de randapparatuur op maximaal negen meter van het scherm verwijderd staan.

Elektrische auto’s

CES is geen echte autoshow, maar de laatste jaren worden er toch almaar meer (elektrische) auto’s en autogerelateerde gadgets voorgesteld. Volkswagen liet er voor het eerst zijn gloednieuwe ID7 zien, RAM had een conceptstudie van een nieuwe elektrische pick-uptruck bij en BMW stelde de i Vision Dee voor, een wagen die dankzij de e-ink-technologie van kleur kan veranderen. De bestuurder kan via de smartphone-app kiezen uit 32 tinten. De Peugeot Inception is dan weer een gestroomlijnde e-bolide die op een volle accu bijna 800 kilometer ver kan rijden. Op 5 minuten laad je bijna 150 kilometer bij.

Maar allicht de verrassendste revelatie kwam van Sony. Het Japanse bedrijf onthulde een prototype van de Afeela, een elektrische, zelfrijdende wagen die het samen met Honda gaat bouwen. De sportieve vierdeurssedan zit natuurlijk tjokvol spitstechnologie: niet minder dan 45 camera’s en sensoren monitoren de positie van de wagen en zijn omgeving en houden tegelijk ook de bestuurder in de gaten. De graphics in de cockpit worden verzorgd door de Unreal Engine van Epic (die ook verschillende videogames aandrijft) en zullen te bekijken zijn op twee gigantische schermen, voor zowel de chauffeur als zijn passagier vooraan. De Afeela zal vanaf 2025 te bestellen zijn en wordt, volgens de planning, vanaf begin 2026 aan de kopers geleverd. De wagen zal gebouwd worden in een Honda-fabriek in de Verenigde Staten.

Hier komen de Belgen

Van de 3100 bedrijven die in Las Vegas tentoonstelden, kwamen er 25 uit België. Het Leuvens onderzoekscentrum imec bijvoorbeeld focuste op sensoren voor wearables, zoals polshorloges waarmee je zelf ecg’s kunt meten, wat nu in ziekenhuizen gebeurt. De Antwerpse start-up Nobi stelde dan weer de tweede versie voor van zijn slimme hanglamp. In de eerste versie kon die de hulpdiensten verwittigen als hij detecteerde dat de huisbewoner gevallen was, de nieuwe incarnatie herkent ook ademhalingsproblemen en hoestbuien. Het Brusselse Mintt is in min of meer dezelfde markt actief. Hun valdetectiesysteem werkt met sensoren die her en der in huis bevestigd moeten worden.

O-Boy uit Genappe stelde een wearable voor die satellietsignalen kan versturen naar contactpersonen of reddingswerkers, wanneer de drager in nood zou komen op een plaats zonder gsm-bereik. De oprichter van het bedrijf kwam op het idee nadat hij, midden op de oceaan, van zijn surfplank viel en maar op het nippertje gered kon worden.

Bimprinter uit Namen bouwde dan weer een soort robot die informatie van CAD-tekeningen tot op de millimeter kan uittekenen op bouwwerven. Op die manier kan het bouwproces veel sneller en preciezer verlopen. E-Peas ten slotte is een spin-off van de UCL die apparaten kan voorzien van energie uit licht, trillingen en radiogolven. Op die manier hoeven die niet van batterijen te worden voorzien en kunnen ze bijna ‘eeuwig’ meegaan.

19 #Fokusresearch Technologieën om naar uit te kijken • Smartlist

Technologie als steunpilaar van de zorg

De technologische vooruitgang in de medische wereld gaat razendsnel, maar wat vinden gezondheidsprofessionals nu zelf de opmerkelijkste nieuwe ontwikkelingen? Welke invloed zullen die hebben? En wanneer mogen we ze verwachten? Drie vragen voor drie experts.

Wat vindt u de veelbelovendste technologische ontwikkeling in de medische wereld?

“Alle ontwikkelingen in ‘digital health’, een vrij breed terrein waarvan de invloed nauwelijks te overschatten valt. Te beginnen met preventie: door allerlei sensoren op ons lichaam te plaatsen en deze data slim te verwerken zullen we steeds meer evolueren van een ‘ziekenzorg’ naar een ‘gezondheidszorg’. Ook in het opvolgen van zieken zal dit een revolutie zijn. We kunnen nu al sensoren in de longslagader plaatsen die hartfalen voorspellen. In de diagnostiek (zoals in beeldvorming) gaan digitale AI-technologieën de artsen ondersteunen. Hergebruik van data zal nodig zijn in gepersonaliseerde behandelingen. Tot slot: deze toepassingen zullen helpen om het tekort aan zorgpersoneel op te vangen.”

Welke invloed zal die hebben?

“We evolueren van zorg in het ziekenhuis naar meer zorg buiten het ziekenhuis, mede dankzij ‘digital health’toepassingen. Het aantal ingrepen in de dagomgeving is de laatste jaren sterk toegenomen, die trend zal enkel maar versnellen. Dat is nodig om een tegenovergestelde, demografische trend de baas te kunnen. Het aantal 80-plussers zal de komende jaren verdubbelen en de kans dat zij een chronische ziekte dragen is bijna 100 procent. Ondanks de toegenomen dagbehandelingen en het feit dat de ‘ligduur’ in het ziekenhuis de laatste tien jaar is gehalveerd, zal de druk op de capaciteit blijven of zelfs toenemen. De digitalisering kan helpen voorkomen dat ons medisch systeem onderuit gaat.”

“De combinatie van zorgverlener en technologie. Met technologische tools kunnen zorgverleners nog meer impact creëren met hun kennis en expertise. Neem ‘clinical decision support’-systemen. Die helpen zorgverleners om, bij het stellen van een diagnose, veel meer relevante gegevens in rekening te brengen dan een individueel menselijk brein kan. Idem bij chirurgie: door minimaalinvasieve technieken kunnen zorgverleners ingrepen uitvoeren met een ongeziene precisie. Zo zijn er nog tal van voorbeelden. Vergelijk het met ChatGPT. Dat is geen bedreiging, maar kan ons net helpen om nog veel méér impact te creëren met onze kennis en skills. Hetzelfde geldt voor medische technologie en zorgverleners.”

“De opmars van de precisie- of gepersonaliseerde geneeskunde. Vroeger was het motto vooral one size fits all, één type behandeling dat heel breed wordt ingezet en toegepast. Nu zien we een opvallende trend naar precisiegeneeskunde. Daardoor kunnen artsen tegenwoordig eerst op zoek gaan naar heel specifieke kenmerken van een bepaalde kanker – via een bloedafname of via een stukje tumorweefsel bijvoorbeeld – waarna ze die kankerveroorzakende kenmerken gericht kunnen aanvallen. Precisiegeneeskunde vindt ook meer en meer uitbreiding naar andere ziektedomeinen waaronder cardiovasculaire aandoeningen, diabetes, hersenkanker, bloed-, long-, huid- en lymfeklierkanker en hemofilie A.”

“De belangrijkste impact zal komen van game changing technologies die de manier veranderen waarop we aan zorg doen, voor zowel individuele patiënten als populatiemanagement. Denk aan de vele tools die zorg op afstand mogelijk maken: teleconsultaties, telemonitoring, telerevalidatie en straks telechirurgie. Qua populatiemanagement denk ik vooral aan een datagedrevener gezondheidszorg. Door data beter te benutten, kunnen we straks veel proactiever aan zorg doen. Dat gaat over preventie, maar ook over proactieve ‘curatieve’ zorg: wanneer een patiënt zorg krijgt, zal minder afhangen van wanneer hij naar de dokter stapt en veel meer van de data die aangeven wanneer zorg nódig is.”

Wanneer zal deze technologie breed ingezet kunnen worden?

“Ik citeer Bill Gates: we overschatten vaak wat we over 2 jaar zullen hebben, maar we onderschatten wat we over 10 jaar hebben. Er zijn al veel kleine doorbraken geweest die een stroomversnelling hebben meegebracht, corona was een gamechanger. We gingen van 0 naar 2000 teleconsultaties per dag op 2 weken tijd. Voor corona hadden we 100 thuiswerkers, tijdens de pandemie 1000. Het gaat dus heel snel, maar we staan eigenlijk nog maar aan de vooravond. Tegelijk zal technologie de mens nooit helemaal vervangen. De menselijke factor blijft ongelooflijk belangrijk voor patiënten: vriendelijkheid, empathie en respect vinden ze vaak net zo belangrijk als de feitelijke kwaliteit van de zorg.”

“Veel technologieën zijn al klaar om gebruikt te worden. Maar oplossingen die de volledige gezondheidszorg op hun kop zetten zomaar invoeren, dat is niet eenvoudig. Het goede nieuws is dat er vandaag steeds meer mensen opstaan, in overheden, zorginstellingen, patiëntenverenigingen en de industrie, die beseffen dat we die technologische vernieuwing nodig hebben om te overleven. Ze weten dat je niet enkel mag focussen op de uitdagingen, want dat werkt verlammend. De vraag is: hebben de voordelen van technologie een meerwaarde? Ik denk van wel, dus is het aan ons om die technologie zo snel mogelijk tot bij patiënten en zorgverleners te brengen en de uitdagingen te overwinnen.”

“Nieuwe behandelingen bieden hoop en perspectief aan mensen met bijvoorbeeld een zeldzame ziekte. Als we de oorzaak van een ziekte kunnen aanpakken, in veel gevallen met een one time treatment, is er uitzicht op volledige genezing. De keerzijde van de medaille is natuurlijk dat deze hoogtechnologische geneesmiddelen vaak nog behoorlijk duur zijn. Toch moeten we beseffen dat we, door hierin te investeren, ook inzetten op meer welzijn voor de mensen die tot vandaag vaak noodgedwongen inactief blijven. Bij genezing of stabilisatie van de ziekte kunnen aanslepende behandelingen en ziekenhuisopnames worden vermeden. Dit heeft een positief effect op patiënten, zorgverleners, de economie en de samenleving.”

“De cel-, weefsel- en gentherapieën (ATMP’s) die vandaag al goedgekeurd zijn, mikken vooral op het aanpakken van zeldzame ziektes waar tot nog toe weinig of geen behandeling voor bestond. Dat zal op relatief korte termijn sterk veranderen. Uit het recentste rapport van de Alliance for Regenerative Medicine komt duidelijk naar voren dat er de komende jaren ook innovatieve behandelingen voor veelvoorkomende ziektes op de markt komen. Denk bijvoorbeeld aan diabetes, parkinson of alzheimer. Het potentieel is nog zeer groot, niet in het minst omdat er ook voor de behandeling van die courantere ziektes nog geen afdoende behandeling bestaat. De komende jaren zien er dus hoopvol uit.”

Fokus-online.be 20 Expertpanel • Onderzoek in de medische wereld
Professor Marc Noppen CEO UZ Brussel Marnix Denys Directeur BeMedTech Caroline Ven CEO Pharma.be Door Frederic Petitjean

Artificiële intelligentie, een buzzwoord? Of

een hype?

Maar dan wel één met een gigantische impact op ons dagelijks leven, op de werking van bedrijven en hele industrieën. Van gezichtsherkenning, processautomatisatie, naar robotics tot fraude-detectie, AI is alomtegenwoordig in ons dagelijks leven.

Echter, de huidige manier werken is nog gelimiteerd qua toepassingen en houdt ook heel wat risico in. Door algoritmes ‘blind’ te trainen op grote volumes data is de kans groot dat er predicties gemaakt worden die mogelijks ongewenste gevolgen teweegbrengen, in strijd zijn met de wetgeving, onethisch zijn en/of jouw privacy kunnen schenden.

De nieuwe generatie Artificiële Intelligentie moet dus radicaal anders te werk gaan willen we onze impact via innovatie verder kunnen doorzetten. AI moet intelligent genoeg worden om proactief te kunnen redeneren op het wettelijk kader waarin het opereert en welke privacyregels of voorkeuren in acht genomen moeten worden. AI moet ethisch en uitlegbaar zijn en tegelijk toch nog krachtige predicties of aanbevelingen kunnen maken.

Met haar softwareplatform ‘Justifai’ pioniert Omina Technologies deze nieuwe generatie van AI-oplossingen. Het Justifai-platform laat gebruikers toe om privacyrespecterende, en wettelijk sluitende AI-oplossingen te bouwen, op een snelle en kostene ciënte manier.

Hieronder wordt een casus beschreven waarin Justifai een platform ondersteunt dat bijdraagt

tot het ondersteunen van het mentaal welzijn van werknemers, het verminderen van stress, absenteïsme en burn-out, terwijl de privacy van alle werknemers gerespecteerd blijft:

Sinds 2019 stijgen de stressniveaus al gestaag door de toenemende werkdruk, en COVID-19 heeft deze trend alleen maar versterkt. Vandaag is meer dan 3,8% van de Belgische werknemers langdurig ziek als gevolg van een burn-out of stressgerelateerde factoren. Deze factoren zijn ook verantwoordelijk voor meer dan een derde van het arbeidsverzuim.

Dit absenteïsme kost onze maatschappij naar schatting zo’n 155 miljoen euro per jaar.

Momenteel kunnen werknemers slechts kiezen uit een beperkt aantal behandelingstrajecten om burn-out en andere stressgerelateerde symptomen te voorkomen. Maar om de toename van het absenteïsme en presenteïsme van werknemers echt aan te pakken, is een grondige uitbreiding nodig. Daarom werkt Omina Technologies samen met een digital health bedrijf aan een uitgebreid mentaal welzijnsplatform met privacybehoudende gepersonaliseerde behandelingsinitiatie en gepersonaliseerde behandelingstrajecten.

Het platform zal de juiste tools aanreiken aan werkgevers om het mentale welzijn van hun werknemers op te volgen en te verbeteren. Via o.a. video consulten zullen werknemers snel en eenvoudig een geschikte psycholoog of psychotherapeut kunnen vinden binnen een comfortable afstand van

hun woonplaats. Daarnaast zal het platform o.b.v. de individuele behoeften persoonlijke behandelingstrajecten voorstellen aan werknemers. Dit kan het mentaal welzijn bevorderen en kan bijgevolg langdurig absenteïsme voorkomen en presenteïsme verminderen. Voor de realisatie van persoonlijke behandelingstrajecten wordt de hulp ingeroepen van Justifai, een software ontwikkeld door Omina Technologies om betrouwbare AI oplossingen te bouwen, specifiek ontworpen met aandacht voor privacy, ethiek en wetgeving.

Naast het personaliseren van de mentale behandelingstrajecten, zal Justifai vroegtijdig persoonlijke behandelingen voorstellen aan de werknemer wanneer welzijnsproblemen worden gedetecteerd. Deze vroege detectie en gepersonaliseerde start van de behandeling vermindert niet alleen de totale kosten van de behandeling, maar verbetert ook het algemene mentale welzijn van de werknemer omdat het voorkomt dat de werknemer van een klein naar een groot mentaal welzijnsprobleem evolueert.

In een volgende stap zal Justifai nog meer personaliseren door de volgende beste module binnen een behandelingstraject aan te bevelen. De onderwerpen en stappen zullen ook dynamisch worden aangepast naarmate het traject vordert. Daartoe implementeert Justifai privacy-by-design door gebruik te maken van privacy-preserving machine learning.

Tineke Van hooland

Innovatie in biotech zit ook in het productieproces

De ontwikkeling van nieuwe geneesmiddelen of vaccins is een intensief proces dat al snel ruim tien jaar in beslag neemt en forse investeringen vergt. In de biotechnologie zit de innovatie al lang niet meer enkel in het product maar steeds vaker ook in het bijzonder complexe productieproces. ‘Invented én made in Belgium’, daar liggen de toekomstkansen voor de Belgische biotech.

Ons land kent een lange en succesvolle geschiedenis in geneesmiddelenontwikkeling en biotechnologie. Zo is een uniek ecosysteem ontstaan dat innovatie stimuleert en waarbij universiteiten en ziekenhuizen, onderzoekscentra en incubatoren, spin-offs en start-ups, kmo’s en internationale ondernemingen nauw samenwerken. Dit zorgt voor een betere gezondheidszorg, maar het trekt ook investeringen aan. De tien grootste (bio)farmabedrijven ter wereld hebben allemaal een vestiging in België – sommige zelfs al meer dan 50 jaar – en dit in alle schakels van de waardeketen, of het nu gaat om onderzoek en ontwikkeling, klinische testen, industriële productie of wereldwijde logistiek.

Dankzij die troeven hebben we de afgelopen jaren een uitzonderlijke expertise en internationale reputatie opgebouwd op het vlak van cel-, gen- en weefseltherapieën, de zogenaamde ATMP’s (Advanced Therapy Medicinal Products). En dit zowel op wetenschappelijk vlak als op het gebied van biomanufacturing. Vandaag staan we op een kantelpunt om deze geavanceerde biotechnologische productietechnieken van de toekomst stevig en langdurig in ons land te verankeren.

ATMP’s zijn vooruitstrevende en veelbelovende therapieen die een revolutie in de gezondheidszorg kunnen veroor -

zaken doordat ze patiënten een doeltreffende behandeling op maat kunnen bieden. Met een set van slimme maatregelen kan België zijn pioniersrol verder uitbouwen en uitgroeien tot wereldleider in dit domein. Dat klinkt zeer ambitieus – de globale concurrentiestrijd is bikkelhard –, maar het is tegelijk realistisch. Als ten minste aan drie cruciale randvoorwaarden wordt voldaan: de concurrentiepositie van België op Europees en mondiaal niveau versterken, investeren in de opleiding van de talenten van vandaag en morgen met de noodzakelijke digitale skills, en de creatie van een aantrekkelijk investeringsklimaat dat lokale en internationale investeerders ertoe aanzet om hier bij ons de biotechnologische ‘Factories of the Future’ te bouwen.

Met de opening van ViTalent in Niel, het eerste opleidingscentrum voor de farma en biotech in Vlaanderen, en de oprichting van een grootschalige EU Biotech Campus in Charleroi, investeert de sector zelf alvast in talentontwikkeling. Heel wat bedrijven hebben recent ook hun biotechnologische productiecapaciteit in ons land vernieuwd en uitgebreid. Het is nu aan de overheid om met een doelgericht beleidskader, inclusief innovatie- en investeringssteun, mee aan de kar te trekken. Alleen als we de krachten bundelen, kunnen we van België een toonaangevende biotech valley

Belgische biotech voor een betere wereld, laat ons daar werk van maken.

maken, waar de biotech van de toekomst ontwikkeld en geproduceerd wordt. Met veel jobkansen voor technisch, digitaal en wetenschappelijk talent, maar vooral met een grote toegevoegde waarde voor miljoenen patiënten in de ganse wereld. Patiënten voor wie ‘made in Belgium’ een wereld van verschil zal maken voor hun levenskwaliteit. Belgische biotech voor een betere wereld, laat dat ons gemeenschappelijke doel zijn.

AgfaLabs offers analytical and development R&D services as well as consulting to a variety of industries. With access to the latest scientific insights and specialist equipment we help solving problems or shortening your product’s time-to-market.

Proud to already serve some great companies around the world, we are open to discuss also your needs.

www.agfa.com/agfa-labs

Fokus-online.be 22 Nawoord In need of project-based R&D resources? Let’s talk.

CER Groupe, excellence center op het gebied van onderzoek

gevestigd in het Novalis-wetenschapspark in

en is

Wat is CER Groupe?

“CER Groupe is een in Wallonië, België en Europa erkend excellence center in uiteenlopende vakgebieden. We ondersteunen onderzoek op het gebied van gezondheid van mens en dier. Tweehonderd medewerkers, stuk voor stuk expert in hun gebied, werken mee aan deze missie.”

Waarom kloppen mensen aan bij CER Groupe?

“Ons aanbod is geïntegreerd: we voeren preklinische analyses uit van a tot z op bijvoorbeeld antilichamen, vaccins of nieuwe therapieklassen (ATMP’s) en dat op één locatie. We krijgen te maken met een aantal jonge bedrijven, uit de biotechnologie, maar ook uit andere sectoren. Big Pharma, zowel Belgische als buitenlandse bedrijven, kijken naar ons voor hulp bij hun onderzoek. Deze bedrijven boeken vooruitgang in hun ontwikkeling dankzij de resultaten van de analyses die ze hier genereren.”

Wat is het handelsmerk van CER Groupe?

“De meeste jonge bedrijven die bij ons komen aankloppen, hebben hulp nodig bij het uitbouwen van hun projecten. Bij ons vinden ze de kers op de taart die ze elders niet vinden. Wij bieden een vorm van flexibiliteit, maatwerk en ondersteuning aan bij het opzetten van het project.”

CER Groupe is een erkend onderzoekscentrum (CRA) van het Waals Gewest. Wat houdt die erkenning in?

“In de gezondheidssector zijn wij het enige onderzoekscentrum met deze erkenning. Om zijn onderzoeksbeleid te ondersteunen heeft het Gewest verschillende strategische pijlers opgezet en vertrouwt het de erkende centra een onderzoeksondersteunende opdracht toe. De bedrijven die door het Waals Gewest in hun onderzoeksprogramma worden gesteund, worden naar het CER doorverwezen om toegang te krijgen tot het technologieplatform dat ze nodig hebben. Wij profiteren nu onrechtstreeks van de overheidsmiddelen die voor het onderzoeksbeleid worden vrijgemaakt. Het rendement van de investeringen is aanzienlijk

voor het Gewest, zowel voor de economie als voor de technologische ontwikkeling. CER is een mooi voorbeeld van return on investment.”

Deze sector telt ook andere actoren, bijvoorbeeld universiteiten en bedrijven. Wat is de plaats van CER Groupe in dit ecosysteem?

“Onze erkende centra, universiteiten en bedrijven vormen de kern van het onderzoek in het Waals Gewest. De universiteiten zijn de drijvende kracht, maar we vullen elkaar aan. Ze creëren kennis en geven opleiding. Ze stellen deze kennis ook ter beschikking van het industriële netwerk om bij te dragen tot de economische ontwikkeling van het Gewest. Wij fungeren als schakel bij de overdracht van technologie en kennis. Dit partnerschap met de academische wereld is een belangrijk onderdeel in de bijdrage aan de Waalse economie.”

Is CER Groupe ook nog actief op andere gebieden?

“Gezondheid gaat niet alleen over geneesmiddelen en vaccins, we houden ons ook bezig met de veiligheid van de voedselketen. CER is een nationaal referentielaboratorium dat zowel in het Waals Gewest als op Europees niveau actief is. Als laboratorium zijn we niet verbonden aan het FAVV.”

In België geniet onderzoek van een aantrekkelijke belastingregeling voor investeringen in de sector. Is dit belangrijk voor een bedrijf, voor CER Groupe?

“Onderzoek is duur. België is heel aantrekkelijk voor bedrijven die in de gezondheidssector werken. We genieten een gunstige belastingregeling voor producten die in België zijn ontwikkeld en waarvan de intellectuele eigendom in België is gecreëerd. Voor grote groepen, maar ook voor kleine bedrijven is België fiscaal interessant.

Er zijn ook discussies over het systeem van verlaagde bedrijfsvoorheffing op de bezoldiging van onderzoekers. Als aan deze regeling sterk wordt geraakt, zullen onderzoekscentra, universiteiten en bedrijven

niet meer over de middelen beschikken om vooruitgang te boeken op het gebied van onderzoek.”

Wat zijn de belangrijkste projecten van CER Groupe?

“We evolueren mee met de ontwikkeling van de biotech-, medtech- en agrotechsector in België en Europa. In die sectoren is veel vraag naar nieuwe technologieën en ze groeien snel. Wij zijn actief via consortia die bedrijven, universiteiten en onderzoekscentra samenbrengen om nieuwe technologieën te ontwikkelen met de financiële steun van het Waals Gewest en Europa via de EFROprogramma’s. We kijken uit naar belangrijke beslissingen en hopen de nodige middelen te krijgen.

De sterke vraag heeft ons er ook toe aangezet een uitbreidingsproject te overwegen in samenwerking met Idelux. Het idee is om een nieuw gebouw voor preklinisch onderzoek op te trekken in het Novalis-wetenschapspark. Ook hier wachten we op belangrijke beslissingen rond financiering.”

cergroupe.be
CER Groupe is de provincie Luxemburg een belangrijke speler in de gezondheidssector. CEO Olivier Vanloocke stelt ons het excellence center voor.

Europa’s toonaangevende producent van vinyls.

Het portfolio van INEOS Inovyn bestaat uit een uitgebreid assortiment toonaangevende producten die zijn gerangschikt op vinyls voor algemeen gebruik; Speciale vinyls; Organische chloorderivaten; Chloor alkali; Waterstof- en vinyltechnologieën. Het jaarlijkse commerciële productievolume van INEOS Inovyn bedraagt circa 10 miljoen ton.

Why choose us?

• Een veelzijdige functie in een stabiel en snel groeiend bedrijf in de Antwerpse haven, met een familiale sfeer maar wel met het professionalisme van een internationale topspeler.

• Een interessante werkomgeving met goede doorgroeimogelijkheden en waar de focus ligt op eenieders sterke eigenschappen en verdere verbetering daarvan.

• Kortom een job waar jij je goed voelt.

Mechanical Engineer

Als mechanisch ingenieur ondersteun en adviseer je de mechanische onderhoudsdienst met betrekking tot buisleidingen, static en rotating equipment. Hiervoor heb je de nodige kennis van relevante EN normen en is PED je niet vreemd. Je stelt herstelprocedures op, zoekt leveranciers en volgt deze op. Je handelt als project manager voor de 1- op-1 vervanging van equipment en voor grote herstelwerkzaamheden. Je voert betrouwbaarheid hoog in het vaandel en kan bad actors er snel en efficiënt uithalen.

Process Operator ECU & DCE

Als procesoperator werk je in een volcontinu systeem, vier ploegenstelsel. Je bewaakt en bestuurt het productieproces via een computersysteem in de lokale controlezaal. Je voert metingen en controles uit in de buiteninstallaties. Bij deze controles hoort ook het nemen en analyseren van stalen. Je begrijpt de verschillende stappen in het productieproces en de automatische aansturing van de installatie. Samen met je collega’s ben je verantwoordelijk voor een efficiënte, veilige en propere productieomgeving. Je werkt via vastgelegde procedures maar je durft al eens ‘out of the box’ denken om problemen snel en veilig op te lossen.

We invite you to join our team.
Sofie Noens Process Operator DCE
WWW.INOVYN.COM WWW.INEOS.COM

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.