De Schildwacht
Mei - Juni 2023 - nr. 03
Mei - Juni 2023 - nr. 03
Consultancy voor de overheid is big business en de markt groeit in snel tempo. Ook bij Defensie. De kostprijs van de studies van de consultancyfirma’s doen de oren flapperen. Maar de eigenlijke vragen zijn of deze adviezen wel steeds nodig zijn en of dat vele geld ook goed besteed is. Daar vallen veel vraagtekens bij te plaatsen.
Tijdens deze regeerperiode – dus vanaf 1 oktober 2020 tot half maart 2023 - rijfden diverse consultancybedrijven 3,22 miljoen euro binnen bij het leger om advies te verschaffen in zowat ieder denkbaar domein. Ter illustratie, de studie voor de reorganisatie van de defensiestaf kostte 838.000 euro, adviezen inzake het communicatiebeleid van Defensie 457.000 euro en vergelijkende loonanalyses 238.000 euro. Uit de cijfers blijkt dat de consultants afhankelijk van de aard van de opdracht tussen de 1.000 en 1.500 euro per dag vragen. Dat zijn bedragen waar heel wat militairen een halve maand voor moeten werken.
Experts hoeven geen gratis advies te verlenen, en goed advies mag best iets kosten. Maar moeten hiervoor zo frequent externen aangetrokken worden? De belangrijkste taak van een administratie – en dus ook van de defensiestaf – is immers zelf beleid maken en opvolgen, onder leiding van de politiek. Als je deze taak stelselmatig gaat uitbesteden aan consultants, dan maak je jezelf irrelevant. Bovendien is het nog maar de vraag of externen alles zoveel beter weten over de zeer
specifieke organisatie die het leger toch is.
Neem nu opnieuw de studie over de redesign van de defensiestaf. Terwijl alle kennis in ‘Evere’ zelf aanwezig is, wordt er een firma ingehuurd die eigenlijk weinig (om niet te zeggen: geen) expertise heeft inzake de vereiste functionaliteiten en processen van een generale staf. Dat is toch op zijn minst heel bizar. Op deze manier betaalt de belastingbetaler bovendien twee maal: een eerste keer gaat zijn geld naar het loon van officieren die dit werkje perfect zelf zouden kunnen doen en een tweede keer gaat er nog veel meer belastinggeld naar de consultancyfirma’s. Zoiets is toch wraakroepend!
Consultants zijn zeker welkom, als een manier om innovatie binnen te brengen of speciale, punctuele taken uit te voeren. Doch wat we nu zien, is dat ze bij Defensie ingehuurd worden om personeelstekorten te compenseren. En dat is zorgwekkend, want de kennis is meestal wel aanwezig. Het zou eigenlijk over expertise moeten gaan, doch finaal gaat het om geld. En de staat heeft diepe zakken. Vandaar. Dat personeelstekort
is bovendien meestal een drogreden. We hebben snel de berekening gemaakt: voor het kostprijs van de studie over de nieuwe stafstructuur zouden zes extra officieren gerekruteerd en drie jaar lang betaald kunnen zijn.
Het is duidelijk dat beleidsmakers bezig zijn met het privatiseren van het werk van ambtenaren, en dus ook van militairen. Vorige regeerperiode werd gestart met de bijna algehele uitbesteding van ondersteunende diensten zoals het kwartier- en groenonderhoud, de horeca en de wacht. Op zich valt hier nog iets voor te zeggen, alhoewel het ten koste gaat van de beschikbare eindeloopbaanfuncties voor oudere militairen die tientallen jaren hun ‘nikkel afgedraaid hebben’ in operationele eenheden.
Doch ondertussen is de slinger zo hard doorgeslagen dat operationele onderhoudstaken van cruciale wapen- en gevechtssteunsystemen ook uitbesteed worden. Waarbij spontaan de vraag rijst: en wie gaat dan de maintenance doen als die systemen ingezet worden in een oorlogsgebied? We zijn benieuwd naar het antwoord van de ‘privatiseerders’.
Foto: Defensie
De Schildwacht is het tweemaandelijkse tijdschrift van de Algemene Centrale van het Militair Personeel. Alle leden krijgen een exemplaar toegestuurd.
Oplage: 9.200 exemplaren.
Adresgegevens worden behandeld overeenkomstig de wet op de privacy (wet 8/12/1992 & GDPR).
Verantwoordelijke uitgever:
Yves Huwart
Coördinatie:
Concetto Bandinelli & Laurent Schmitz
Algemene gegevens - ACMP: Romboutsstraat 1 – Bus 021
1932 Zaventem
srt@acmp-cgpm.be
www.acmp-cgpm.be
Tel.: 02 245 72 14
BE32 2100 6234 6602
BIC: GEBABEBB
BE57 0682 3639 9535
BIC: GKCCBEBB
Foto cover: Jerusalem Desterck Hock
Defensie als melkkoe voor consultants
‘Ik voel mij verraden!’
Met het hoofd in de wolken
De enige echte democratische vakbond
Mei - Juni 2023 - nr. 03 2 4 6 8
Psychosociale risico's tijdens telewerken
Rendementsperiode met terugbetaling
Administratieve vereenvoudiging?
Nationaal Comité: Mensen bij Defensie
Een nieuwe vaste afgevaardigde voor uw welzijn
Vierdaagse van de IJzer – 50ste jubileumeditie 2023
56ste Editie van de MESA, met ACMP-CGPM!
Volg ons op Facebook
Te veel militairen verlaten het leger vóór het einde van hun voorziene diensttijd. Voor de Defensiestaf is dit een statistiek die het leger moet counteren door steeds meer aan te werven. Die attritie, verre van onvermijdelijk, is nochtans vaak het symptoom van een structurele ontregeling binnen bepaalde scholen en eenheden, zoals blijkt uit de onderstaande getuigenis...
Het lid dat ons in vertrouwen neemt is sergeant. In 2018 trad hij in dienst en zal binnenkort Defensie verlaten. Hij heeft zich veel te laat tot ACMP-CGPM gewend om uit de impasse te geraken; voor hem ligt de enige redding in een snel vertrek. Zijn ervaringen zijn even hallucinant als herkenbaar. Dit verhaal, dat geen alleenstaand geval is, bevestigt een steeds verontrustender beeld van ons leger. In bepaalde eenheden waar het commando het laat afweten, maakt een klasse parasieten in uniform jacht op hen die het ongelukkige idee hebben zich als militair te gedragen.
Jongensdroom
‘Mijn opleiding te Saffraanberg verliep vlekkeloos. Onderofficier worden was een jongensdroom die in vervulling ging. Ik was gemotiveerd, haalde goede resultaten en mijn instructeurs waardeerden mijn inspanningen. Mijn problemen begonnen bij de Infanterieschool. Een eerste sergeant-majoor zag mijn huidskleur, kwam op me af en wierp me een hatelijke blik toe. Ik besefte al snel dat hij mij het leven zuur zou maken. Dat ging des te gemakkelijker daar de opleiding van ons Franstalige peloton in twee geïsoleerde blokken in Leopoldsburg doorging, ver van elke controle.’
‘Vanaf het begin, waar mijn kameraden een SCAR kregen, moest ik systematisch een zware MAG dragen. Ik ben gespierd en in uitstekende conditie, dus eerst stoorde het me niet echt, maar al snel moest ik verregaande fysieke en morele pesterijen ondergaan. Ik kreeg voortdurend straf. 's Nachts lieten ze me strafwerk schrijven: 500 woorden om mij te beletten te slapen en te studeren zoals de andere kandidaten. Ze sloten mij tot 's ochtends op in het wapenmagazijn, met de vernederende opdracht pagina's nutteloze tekst vol te pennen, zoals een schooljongen ... Ze gooiden m'n kast op de vloer leeg, vernielden mijn spullen. Ze schreeuwden zo hard tegen mij dat ik m'n mond niet meer durfde open te doen, want alles was een voorwendsel voor getreiter. Ik was geen mens meer; volwassenen maakten me bang. Op een dag vroeg een luitenant me hoe het met me ging. Ik kon geen woord uitbrengen, zo bang was ik. Ik probeerde een voorbeeldige militair te zijn, ik gaf 200%, maar zij hebben gewonnen. Ik faalde op de Infanterieschool, mijn droom lag aan diggelen...’
Modelonderofficier
‘Defensie stuurde me naar de logistiek, waar ik mijn gespecialiseerde vorming van voor af aan moest
herbeginnen. Daar ontdekte ik dat ik niet waardeloos was, maar een goede onderofficier, en dat mijn oversten mijn werk en inzet waardeerden. Tijdens de sectiefase haalde ik de beste cijfers en was ik een 'modelsergeant'. Ik kreeg weer een zeker vertrouwen in het systeem. Wat in Leopoldsburg gebeurd was, was dus niet mijn schuld...’.
‘Toen ik als sectiechef in mijn eenheid, een logistiek distributiecentrum, aankwam, waren alle bureau’s al bezet door mijn toekomstige ‘ondergeschikten’. Bij wijze van onthaal kreeg ik een stoel op de gang! Niemand heeft me verwelkomd of enige uitleg gegeven. Ik was de enige Franstalige en had geen peter. De leidinggevende adjudant kwam eens per week langs. Er was wel een commandant, maar die werkte altijd van thuis uit want zijn pensioen stond voor de deur. Ik besefte dat ik zonder steun niets kon beginnen tegen deze parasieten op mijn dienst. Dus probeerde ik tenminste mijn werk te doen. Gedurende zes maanden leerde ik de procedures en de taal, en gaf ik mezelf voor 100%. Ik ontdekte een ware chaos, er lagen letterlijk duizenden dossiers te wachten op verwerking. Als logistiek POC behandelde ik elke dag meer dan 120 aanvragen in het Nederlands.
Mijn medewerkers waren ongrijpbaar: afwezig, onmogelijk te bereiken, oncontroleerbaar. Als ze naar de eenheid kwamen, was dat om materiaal te stelen, café te houden en te wachten tot de dag om was, terwijl ik mij uit de naad werkte om de klanten te bedienen. Omdat ik een lastpost was, sprak niemand tegen mij. Toen kwam er een luitenant aan die niets van de job afwist; het enige wat hem interesseerde was het overnemen van het luizenbaantje van de commandant. De sfeer was onbeschrijfelijk slecht en de eenheid was totaal aan haar lot overgelaten. Mijn werktempo was niet vol te houden. Het werk van dertien mensen in je eentje opknappen is ‘mission impossible’. Omdat ik de enige was die iets uitvoerde, was ik ook kop van jut wanneer er problemen opdoken. Op een dag ben ik finaal ingestort, ik was op.’
‘De dokter stelde een ernstige burn-out vast en schreef me vier maanden voor. Als een idioot drong ik er op aan om na een maand terug te mogen keren. De luitenant riep het aanwezige
personeel bijeen. Hij verkondigde dat ik een slechte onderofficier was en dat hij me ging isoleren in een leeg gebouw! Kort daarna is een compagniecommandant onze rangen komen vervoegen, maar die is zich nooit komen voorstellen. Ik wist dat het geen zin had hem in zijn ivoren toren lastig te vallen. Toen riepen ze mij op het matje en kreeg ik het bevel ongunstige evaluaties te ondertekenen, hoewel ik nooit één gesprek had gehad. Ik vroeg inzage in mijn persoonlijk dossier, maar daar stond niets in, zelfs niet de PhEF-proeven waarvoor ik altijd al het maximum had gekregen! En toch was ik een van de weinigen die eraan deelnam. Omdat de documenten vals en geantidateerd bleken, weigerde ik ze te ondertekenen. Dus moest ik mij aanmelden bij de kolonel, een andere 'baas' die
Neem tijdig contact met ons op!
ik sinds m'n aankomst nog nooit gezien had. Hij vroeg me of hij op me kon rekenen om in operatie te gaan. Voordat ik bij Defensie kwam, zou ik daar geen moment over getwijfeld hebben. Ik nam een paar dagen bedenktijd en antwoordde toen. ‘Kolonel, ik acht mezelf niet in staat om op operatie te vertrekken met leiders en ondergeschikten die voortdurend hun eigen belangen en privileges boven collegialiteit en integriteit stellen’. Waarden waarvoor ik bij Defensie ben gekomen en die op vele gebieden blijken te ontbreken.’ Toen kon ik 'beschikken'.’
‘Vandaag is het afgelopen. Als ik blijf, bega ik een ongeluk. Ik ben nu op het punt aanbeland dat ik liever in de gevangenis zit dan in het leger. Ik ben er compleet onderdoor, ik voel mij verraden.’
Herkent u dit soort situaties of wordt u met soortgelijke feiten geconfronteerd, neem dan onmiddellijk contact met ons op. Wacht niet tot de situatie zodanig ontaardt dat uw gezondheid eronder lijdt en een vertrek bij Defensie onvermijdelijk wordt. U moet weten dat bij het merendeel van de conflicten de tussenkomst van de ACMP-CGPM tot een duurzame oplossing leidt... op voorwaarde dat u tijdig de alarmbel luidt!
Zoals vele ondernemingen is Defensie gestart met een migratie naar de ‘cloud’ voor al haar bureautica toepassingen en stockage van haar gegevens. Een ‘wolk’ van informatica diensten die zich ‘ergens’ bevindt. Maar waar ergens? Niemand die het echt weet en dat is nu juist het probleem.
Tegenwoordig is het gebruikelijk een goed te gebruiken zonder het te bezitten. Voor de muziek vervangt een ‘streaming’ abonnement de goede, oude CD’s en de jongeren kopen voortaan geen auto meer, maar een ‘mobiliteitsoplossing’. Een combinatie van autodelen, het openbaar vervoer en een onmisbaar netwerk van elektrische steps.
De informatica neemt de leiding met meer en meer ‘in de cloud’ oplossingen. Eigenlijk, in plaats van een programma te kopen om op een computer te installeren, betaalt men een abonnement voor een software waarvan de interface zich in een internet zoekmachine bevindt. Niet alleen draait de informaticatoepassing ergens bij de leverancier, maar worden de gegevens van de klanten ook ‘ergens’ opgeslagen. De voordelen zijn duidelijk. Geen nood meer aan een grote, performante computer, daar het programma toch ergens anders draait. Gelijk welke machine voldoet: laptop, PC, maar ook de tablet en de smartphone. Indien uw toestel defect is, of onderhevig aan een cyberaanval, wachten het programma en de gegevens veilig in ‘de wolk’. En er is ook geen noodzaak meer om de laatste versies te installeren, aangezien de updates permanent gebeuren.
Voor de grote organisaties is er geen nood meer aan servers, een
intern netwerk, laptops, harde schijven, noch IT-specialisten, aangezien alles eigenlijk via de ‘provider’ gebeurt. Daarenboven is er zelfs geen ‘plaats op het werk’ meer nodig, aangezien de medewerker toegang heeft tot zijn ‘virtueel bureau’, gelijk waar en op gelijk welk ogenblik. En natuurlijk volgt Defensie, zoals gelijk welke andere privéonderneming. Behalve dat Defensie geen privéonderneming is en het is dit gegeven dat een van onze leden, die bij de ACMP-CGPM de alarmbel luidt, verontrust, nadat hij genegeerd werd door zijn hiërarchie.
Onze informant is zelf IT-specialist en onder meer betrokken bij de actuele migratie. ‘De meest zichtbare verandering voor de militairen betreft de tools zoals Word, Outlook en Excel, die voortaan
zullen gebruikt worden in hun online ‘M365’-versie, via een internet zoekmachine. Andere toepassingen zoals Teams en Sharepoint zullen vervangen worden door hun ‘in de wolk’ equivalent. Dit betekent dat de documenten op de virtuele plaatsen van de werknemers zullen opgeslagen worden, dit buiten Defensie en zonder ‘Corporate Governance’. Ik zie hier grote problemen voor onze Strijdkrachten, op alle niveaus.’
‘In termen van veerkracht en voortzettingsvermogen . In het geval dat onze leverancier in gebreke blijft, hebben we niets meer: geen documenten, geen programma’s en zelfs geen telefoon meer! Er bestaat absoluut geen plan ‘B’. Daar waar het vroeger nog mogelijk was om ‘lokaal’ te werken, in afwachting dat het netwerk zich herstelde, zal dit vanaf nu onmogelijk zijn. Het leger zal volledig zijn werkcapaciteit delegeren aan een multinational, genoteerd in Wall Street. Een onderneming die ook financiële problemen kan hebben, onderhevig kan zijn aan sociale conflicten, of bankroet kan gaan. Trouwens, wie zegt dat binnen tien jaar onze relaties met de Verenigde Staten nog altijd opperbest zullen zijn? In het geval van een verslechtering van de trans-Atlantische band kan een eenvoudige, politieke beslissing het Belgisch leger de toegang worden ontzegd tot
haar werkmiddelen! En ik spreek hier zelfs niet over de door Rusland gesaboteerde kabels en internetservers of een echt gewapend conflict.’
‘Vervolgens wat betreft de militaire veiligheid. Onze gevoelige gegevens zullen, we weten niet waar of voor wie toegankelijk, gestockeerd worden op een materiaal van onbekende herkomst, dit zonder enige garantie of controle. Microsoft is Amerikaans, maar doet beroep op onderaannemingen overal ter wereld. Servische programmeurs, Chinese routers, in Indië gelanceerde satellieten…? Daarenboven, aangezien alles zal plaatsvinden via het internet – en niet via het een door Defensie gecontroleerde intranet – zullen alle gesprekken en documenten transiteren via netwerken, voor iedereen toegankelijk. En wanneer de militairen hun privéapparaten zullen gebruiken, worden deze evenwel toegangspoorten tot de gegevens van Defensie.’
‘ Financieel , laat deze uitbesteding ons over aan de genade van een commerciële speler. Wanneer we afhankelijk zullen zijn van haar diensten, kan de onderneming eventueel haar prijzen verhogen en zijn we verplicht om hier aan toe te geven. Want, dit contract is niet zoals een aankoop bij Amazon, waar men het kan terugsturen, wanneer men er niet tevreden over is. Bovendien vrees ik voor een explosie van het volume aan gegevens, daar iedereen zomaar kan stockeren wat hij wil, zonder enige vorm van centralisatie en beheer. Terabytes aan archieven en afschriften zullen bewaard worden in een overvloed aan ongecontroleerde versies. Welnu, het economisch model vereist dat de klant ‘per megabyte’ betaalt. Niemand
weet echter hoeveel dit nu echt zal kosten.’
‘Ook op het vlak van de privacy en de wettelijke verplichtingen voorzie ik problemen, want niemand zal weten waar de individuele gegevens van de militairen zich bevinden en wie er toegang toe heeft. Wat zullen we doen als iemand zijn recht van inzage en wijziging uitoefent, zoals de GDPR het voorziet? Door het uitbesteden van de opslag van haar documenten, zonder enige controle-, toegangsen beheersmiddelen te voorzien, plaatst Defensie zich de facto in de illegaliteit.’
‘Uiteindelijk zal deze evolutie de grens tussen het werk en de vrije tijd doen vervagen
Bepaalde chefs zullen geneigd zijn hun ondergeschikten buiten het werk te storen, want zelfs tijdens de volle afvaart van de Lesse met een kajak, zullen de militairen via hun GSM toegang hebben tot hun ‘bureau’ om een nota op te stellen of ‘snel’ een belangrijke bestelling te wijzigen. En wat wordt er van diegenen die geen GSM hebben en niet ‘aansluitbaar’ zijn? Zullen ze een mindere evaluatie krijgen wegens gebrek aan beschikbaarheid?’
Desondanks alle alarmsignalen, in plaats van zich voor te bereiden op een oorlog, bereidt ons leger zich kennelijk voor op vredestijd. Onze Directeur-generaals doen het leger meer en meer kantelen in de logica van een burgerfirma, ten koste van de meest elementaire militaire basisprincipes. Door dergelijke initiatieven hypothekeert het leger haar slagvaardigheid in het geval van een conflict en riskeert het niet meer in staat te zijn haar opdracht te verzekeren: ons land verdedigen.
Wist u dat de ACMP-CGPM de enige grote vakbond bij Defensie is die echt democratisch is? Daar waar de andere vakorganisaties statutair aan hun politieke centrale gebonden zijn, is de militaire vakbond vrij van elke invloed van buitenaf en wordt uitsluitend bestuurd door zijn eigen leden.
In het Belgische Defensielandschap kunnen vier representatieve vakbonden de belangen van de militairen verdedigen, waarbij inbegrepen de onderhandelingen en het overleg over wetteksten en reglementen. Drie van deze 'sociale partners' worden automatisch erkend als 'representatief', ongeacht het aantal militairen dat zij vertegenwoordigen. Daartoe moeten zij verbonden zijn met een gepolitiseerde organisatie die in de NAR (Nationale Arbeidsraad) zetelt. Dit is het geval voor:
- De ACOD Defensie, Algemene Centrale der Openbare Diensten van het ABVV (Algemeen Belgisch Vakverbond).
- Het ACV – Defensie, sector van het ACV (Algemeen Christelijk Vakverbond).
- Het VSOA Defensie, lid van de ACLVB (Algemene Centrale der Liberale Vakbonden van België).
De ABVV, het ACV en de ACLVB hebben geen ‘rechtstreekse’ banden met een politieke partij, maar stoelen op een socialistische, christendemocratische of liberale ideologie.
Het behoren tot een in de NAR vertegenwoordigde beweging betekent dat de drie ‘gekleurde’ vakbonden binnen Defensie ondergeschikt zijn aan hun moederorganisatie. Deze situatie leidt geregeld tot interne conflicten, wanneer hun hiërarchie een voor de militairen ongunstig standpunt verdedigt. Dit was het geval met het pensioendossier van weleer, waar het VSOA en het ACV binnen het ‘Comité A’, het paritair orgaan voor syndicaal overleg voor de openbare diensten, voorwaardelijk instemden met de plannen van de regering. Als deze plannen waren uitgevoerd zoals voorzien, zouden de militairen vandaag reeds op een later tijdstip en met een lager pensioen op rust zijn gegaan.
In de vakbondsstructuren van de burgerij heeft de sector 'Defensie' weinig gewicht in vergelijking met bijvoorbeeld de politie of het onderwijs. Vooral omdat deze bonden relatief weinig militaire leden hebben. Onder de 290.000 liberale vakbondsleden, de 1,6 miljoen van het ACV en de 1,5 miljoen van het ABVV, hebben de militairen niet veel in de pap te brokken.
De drie traditionele vakbonden in de sector Defensie hebben ook financiële verplichtingen tegenover hun koepelorganisatie. Concreet betekent dit dat de bijdragen van de militairen die bij deze bonden aangesloten zijn in een ‘gemeenschappelijke pot’ terechtkomen met als doel hun ideologie te bevorderen en de vakbondsacties in alle sectoren te verzekeren: spoorwegpersoneel, telecommunicatie, politiediensten, enz. Militairen hebben echter geen stakingsrecht en nemen dus zelden deel aan demonstraties...
Bij de ACMP is 100% van de leden militair of gewezen militair. Onze organisatie is tweetalig, niet afhankelijk van een centraal bureau, volledig neutraal en zonder politieke, filosofische of religieuze overtuiging. Dit betekent niet dat wij de politieke wereld negeren. Integendeel, als neutrale vakbond kunnen wij zonder oogkleppen of taboes de dialoog aangaan met alle partijen, zolang Defensie en de militairen er baat bij hebben. Deze rol van scheidsrechter is uitgesloten voor de andere vakbonden, die enerzijds bij hoog en laag beweren dat zij niet verbonden zijn met de partij die overeenkomt met hun kleur en anderzijds alle andere partijen verachten. Bij de militaire vakbond is het veel eenvoudiger: onze voorkeur gaat uit naar degene die het lot van onze collega's verbetert en Defensie versterkt.
Financieel dienen de bijdragen van onze leden voor 100% voor de verdediging van de militairen en impliciet ook voor die van het leger en dit in een volledig transparant beheer. Het geld van onze leden zal nooit stakingen of acties van andere werknemers die niets met Defensie te maken hebben, financieren.
Om als 'representatief' erkend te worden en deel te nemen aan onderhandelingen en overleg, moet de ACMP-CGPM ten minste 5% van de militairen in actieve dienst vertegenwoordigen. Het aantal bijdrageplichtige leden wordt regelmatig gecontroleerd mits een door de overheid opgelegde telling, uitgevoerd door magistraten. Een belangrijk, maar niet echt stressvol moment aangezien wij veel meer dan 5% van Defensie vertegenwoordigen. Met een gestage groei, ook al daalt het aantal militairen voortdurend, is de ACMPCGPM nu veruit de grootste vakbond in het leger. De andere sociale partners kunnen beweren wat ze willen over hun ledenaantal, want zelfs met slechts één lid zouden ze volgens de letter van de wet 'representatief' zijn. De ACMP-CGPM hoeft geen basis te verzinnen. Zelfs als de telling onze goede gezondheid aantoont, zijn de acties van onze afgevaardigden en experts, onze investeringen en onze acties ten voordele van alle collega's in uniform ondubbelzinnig: geen enkele andere vakbond biedt haar leden zo'n brede dienstverlening. Ook aan de onderhandelingstafel richten de autoriteiten zich steeds meer tot de ACMP-CGPM als de voornaamste vertegenwoordiger van de militairen, wat onze legitimiteit versterkt en onze eisen nog meer gewicht geeft. De invloed van de ACMP-CGPM reikt zelfs tot buiten onze grenzen, aangezien Europa zich steeds meer profileert als een belangrijke macht op het gebied van Defensie en veiligheid. Het is dan ook logisch dat de ACMP-CGPM België vertegenwoordigt binnen Euromil, de vereniging van Europese militaire vakbonden.
De interne organisatie van de ACMP-CGPM volgt een democratisch model. Beslissingen worden zonder invloed van buitenaf genomen of door verschillende specifieke organen en entiteiten uitgevoerd: Het Congres is het hoogste orgaan van de vakbond. Het geeft elk lid de mogelijkheid om zich uit te spreken, door middel van een debat, over het Algemeen Programma, de leidraad van ons vakbondswerk gedurende een periode van vijf jaar.
Het Nationaal Bureau verenigt onze 23 regionale verantwoordelijken, zelf benoemd door de afgevaardigden van hun bevoegdheidsgebied. Dit is als het ware ons 'parlement'. Hier stemmen we over alle belangrijke beslissingen. De zes leden van de Directieraad vormen de uitvoerende macht, de 'regering' van de vereniging en worden voor vijf jaar verkozen door het Nationaal Bureau. Het Nationaal Comité brengt elk jaar alle afgevaardigden bijeen om hen te informeren over de belangrijkste lopende dossiers, om het Algemeen Programma concreet vorm te geven en om ervoor te waken dat de besluiten van het Congres gerespecteerd worden. In totaal zorgen een twintigtal medewerkers voor de goede werking van het Vast Secretariaat. Ieder van hen is of was militair en is geselecteerd en verkozen door het Nationaal Bureau.
Tenslotte verrichten meer dan 200 lokale afgevaardigden het eerstelijnswerk in de eenheden. Dit zijn vakbondsleden die hun collega's vrijwillig helpen. Zij worden opgeleid door onze experts in het domein van individuele ondersteuning, welzijn of reglementering. Deze oerdegelijke organisatie laat geen ruimte voor nepotisme, politieke benoemingen of invloeden van buitenaf. Ze garandeert dat de ACMP-CGPM de enige grote vakbond bij Defensie is, die echt democratisch werkt.
Er zijn veel voordelen aan thuiswerk of telewerk. Maar ook hier geldt: trop is te veel.
Na de burn-out en de fade-out doemt nu ook de team-out op. Team-out is het verlies van verbondenheid en voeling met het team door langdurig thuiswerk of telewerk.
Door het Corona-virus is telewerk zeer snel een volwaardig deel gaan uitmaken van de bedrijfsvoering in onze maatschappij en dus ook binnen Defensie. Maar er is een keerzijde: langdurig telewerk kan ernstige bijwerkingen hebben en net daar willen we in dit artikel even bij stilstaan. Zit de verhouding thuisen kantoorwerk niet goed, dan ervaren (sommige) werknemers gevoelens van isolement, gebrek aan structuur en ondersteuning. Of, ze weten niet goed wat er van hen verwacht wordt. Met stress, verminderde productiviteit of motivatie, of onzekerheid over eigen kunnen tot gevolg. Het commando en de hiërarchische lijn hebben er dus alle belang bij om tot een goede afwisseling tussen telewerk en werken op kantoor te komen.
Positieve impact
Het telewerken heeft een impact op het psychosociaal welzijn, over de langetermijneffecten is er nog niet zoveel bekend. Toch kunnen we nu al een aantal positieve aspecten aanhalen;
- Er is een betere werk-privébalans mogelijk.
- Een toename van het gevoel van vrijheid en verantwoordelijkheid,
een groter gevoel van autonomie.
- Minder ziekteverzuim.
- Tijdsbesparing, zeker voor wie ver van zijn werk woont of voor wie de dagelijkse files moet trotseren.
- Beantwoordt aan de behoefte van medewerkers om ongestoord te kunnen werken.
Team-out
Trop is te veel: dat geldt ook zo bij telewerk. Team-out is het verlies van verbondenheid en voeling met het team door langdurig thuiswerken. Met de mogelijk schadelijke neveneffecten zoals verhoogde stress, verminderde motivatie of erger. Iets wat binnen een organisatie als Defensie nefaste gevolgen kan hebben. Team-out ondermijnt op teamniveau de capaciteit om conflicten te hanteren.
Arbeidsorganisatie: gaat onder meer over het strategisch beleid, de communicatie en de cultuur van de organisatie. Hoeveel autonomie geeft een organisatie aan haar medewerkers? Wat is het beleid rond telewerken? Hoe zit het met de
cultuur van het bedrijf: wordt er ingezet op veerkracht en verbinding?
Arbeidsinhoud: het takenpakket van sommige medewerkers staat onder druk. Krijgt een militair voldoende ondersteuning om het aangepaste takenpakket aan te kunnen? Een collega die plots online trainingen dient te geven, kan bijvoorbeeld extra druk ervaren wanneer hij of zij onvoldoende kennis en kunde heeft op het vlak van ICT, of als hij of zij zomaar het hele lespakket moet omgooien. Door de toename van het online werken, neemt in vele gevallen ook de hoeveelheid mailverkeer toe. Medewerkers dienen niet enkel hun mails en telefoon in de gaten te houden, ook via andere online toepassingen zoals Zoom of MS Teams komen prikkels binnen. Dit kunnen storende factoren zijn in het uitoefenen van een job.
Arbeidsvoorwaarden: door de flexibiliteit die thuiswerken biedt, ontstaat er bij heel wat medewerkers grensvervaging. Sommige medewerkers zijn van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat beschikbaar. Het mailverkeer is in sterke mate toegenomen. Rituelen die het begin en einde van een werkdag
markeren – denk aan het aantrekken van werkkledij, ’s ochtends op de fiets springen of in de auto stappen richting het werk of ’s avonds de deur van het kantoor dichttrekken – vallen ineens weg. Doordat werk en privécontext meer en meer gaan samenvallen neemt de kans op stress en negatieve, lichamelijke en mentale gevolgen toe.
Arbeidsomstandigheden: de thuiswerkplek is ergonomisch vaak verre van ideaal. Zie het artikel over ‘Ergonomie tijdens telewerken’ in De Schildwacht januari – februari 2023
Via het computerscherm echte verbinding creëren tussen mensen, het lijkt eenvoudig maar in de praktijk is het een hele opgave. Zeker
wanneer mensen langere periodes van thuis uit gaan werken, zal geen enkel initiatief, hoe goedbedoeld ook, kunnen tippen aan de spontane sociale interactie tussen collega’s aan de koffiemachine of in de cafetaria.
- Plan tijdens vergaderingen altijd een relatiegericht moment in: vraag hoe het met de medewerkers gaat, eventueel via een tool als Mentimeter.
www.mentimeter.com
- Spreek geregeld één-op-één af met elk van uw teamleden om te praten over hun noden en behoeftes. Dat kan natuurlijk virtueel of telefonisch, maar waarom niet – als het praktisch haalbaar is – tijdens een jogging/ wandeling? Bewegen doet goed en zorgt meteen ook voor een mentale opkikker.
- Plan om samen te sporten of
daag elkaar sportief uit.
- Spreek met elkaar af om samen te gaan eten (ontbijt, tussendoortje of lunch). Dat is dan meteen ook dé gelegenheid om het eens helemaal niet over het werk te hebben.
- Ondersteun initiatieven die spontaan opborrelen onder medewerkers.
De militaire vakbond ACMP-CGPM wil er de nadruk op leggen dat thuiswerken of telewerken zeer positieve aspecten heeft, maar men moet rekening houden met het risico op psychosociale valkuilen. Zeker bij mensen die langdurig telewerken is er het risico op een Team-out. Voor een leidinggevende is er bij telewerk dus een belangrijke rol weggelegd om zowel het collectieve als het individuele welzijn te bewaken en team-out te helpen voorkomen.
We krijgen geregeld vragen van leden die gehoord hebben over de ‘rendementsperiode’ en een aanzienlijke terugbetaling als ze Defensie zouden verlaten. Er gaan allerlei geruchten de ronde en de genoemde bedragen liggen soms hoger dan honderdduizend euro.
De rendementsperiode is gekoppeld aan de duur en de aard van de opleiding die de militair op kosten van Defensie volgt. Het is de periode die elke militair verplicht moet presteren. Naargelang de opleiding is dit minimaal 3 jaar en maximaal 12 jaar
In het geval van een ‘prijzige’ aanvullende opleiding (buiten Defensie), d.w.z. als de (gecumuleerde) kosten van deze opleiding meer dan € 10.000 over 24 maanden bedragen, is de rendementsperiode slechts 2 jaar. Uiteindelijk kan de rendementsperiode over een hele loopbaan nooit langer dan 15 jaar belopen.
Zo heeft een vrijwilliger aan het einde van zijn opleiding (wanneer hij ophoudt kandidaat te zijn) een rendementsperiode van 3 jaar. Voor een militaire arts is dat 9 jaar, voor een onderofficier van niveau
C, maar 3 jaar, en voor het niveau
B dan weer 6 jaar. Indien de militair piloot is, bedraagt de rendementsperiode in geval van conversie naar
een ander type luchtvaartuig dan dat waarvoor hij aanvankelijk was opgeleid, 6 jaar.
Wel even benadrukken dat tijdens een tijdelijke ambtsontheffing (om persoonlijke redenen, gezinsredenen, enz.) de teller van de rendementsperiode niet verder loopt.
Je moet niet altijd terugbetalen in geval van vertrek tijdens de rendementsperiode!
De enige militairen voor wie een eventuele terugbetaling geldt, zijn de (kandidaten) beroepsofficieren (KMS, Arts, ...), de beroepsonderofficieren Niv B, alle militairen en hulpofficieren in het kader van 'dure' opleiding(en), alsmede sommige (kandidaten) hogere officieren (bijvoorbeeld een 'Master na Master'). Een (kandidaat) vrijwilliger of onderofficier van niveau C voldoet niet aan de wettelijke eisen en hoeft dus niets terug te storten. Bovendien geeft de rekrutering op basis van diploma nooit aanleiding tot terugbetaling. Alleen voor ‘normale’ rekrutering (KMS, militair arts, piloot, ...), aanvullende rekrutering (bv. een arts in het 3e jaar of een elektronicus in het 2e jaar van
een bacheloropleiding), rekrutering in het hulpkader (piloot, ATC, ...) en alle 'dure' opleidingen kan een terugbetaling vereist zijn.
Laten we ook aanstippen dat supplementaire bedragen voor het behalen van bepaalde brevetten (pilotenbrevet, omschakeling naar een ander type luchtvaartuig, ATC) eveneens worden teruggevorderd indien het vertrek plaatsvindt in de jaren na het behalen van dit brevet. De bedragen kunnen aanzienlijk zijn, vooral in het eerste jaar van de rendementsperiode. In sommige extreme gevallen kunnen zij oplopen tot meer dan € 400.000!
Enkele voorbeelden
Een kandidaat-officier (Pol, SSMW, Industrieel Ing, arts), verbreekt zijn verbintenis tijdens zijn
opleiding. Als hij al minstens 60 ECTS (studiepunten hoger onderwijs) heeft verworven, moet hij 73% van alle netto-inkomsten (loon, vakantiegeld, eindejaartoelagen, enz.) die hij tijdens zijn opleiding heeft ontvangen, terugbetalen. Zo moet een kandidaat-officier SSMW die na het 3de jaar vertrekt, meer dan € 60.000 terugbetalen.
Een beroepsofficier (bv. een SSMW-officier) neemt ontslag tijdens de rendementsperiode en heeft al 35 maanden van de vereiste 90 maanden rendement voltooid. In dat geval hoeft hij slechts een deel van de 73% terug te betalen. Namelijk: (90-35/90) van de 73% van het tijdens de opleidingsperiode ontvangen nettosalaris, d.w.z. (9035/90) x 0,73 x € 97.400 = 45% van € 97.400 of € 43.830.
Een officier die de SSMW-opleiding en vervolgens de opleiding tot luchtverkeersleider (ATC) heeft gevolgd, en die na enkele maanden rendement ontslag neemt, moet de salarissen tijdens zijn SSMWopleiding terugbetalen, alsmede het bedrag van zijn ATC-opleiding. De rendementsperiode bedraagt 90 maanden (KMS) plus 36 maanden (ATC). Vertrek in het tweede jaar na het behalen van de ATClicentie verplicht de betrokkene tot een terugbetaling van € 138.400.
Een kandidaat-onderofficier van Niv B die op kosten van Defensie een opleiding tot verpleegkundige volgt, moet een rendementsperiode van 36 maanden volbrengen. Als hij dan Defensie verlaat zonder zijn rendementsperiode te voltooien, zal hij een percentage terug moeten storten van alle bezoldigingen die hij tijdens zijn opleiding tot verpleegkundige heeft ontvangen. In het slechtste geval is dit 100% van de 73% (zie hierboven)
en daarna neemt het, naargelang de reeds behaalde prestaties, af: x% van de 73%.
Een onderofficier die een deeltijdse opleiding tot preventieadviseur met succes afrondt, moet ook een rendementsperiode van 36 maanden respecteren en terugbetalen als hij Defensie voor het einde van die periode verlaat. Als hij bijvoorbeeld slechts 16 maanden presteert en 40% van zijn tijd aan de opleiding heeft besteed, geldt de volgende formule: (36-16/36) x 0,73 x 0,40 van de som van de bezoldiging die hij tijdens de opleiding tot preventieadviseur heeft ontvangen.
Een onderofficier die een reeks cursussen volgt (bijvoorbeeld in het kader van Cyber Security) verspreid over meerdere maanden of jaren, is onderworpen aan een rendementsperiode en eventuele terugbetaling van deze 'dure' opleiding.
Als deze onderofficier Defensie wil verlaten, moet hij of zij in de twee jaar voorafgaand aan zijn of haar vertrek alle door Defensie betaalde cursussen in rekening brengen. Laten we het voorbeeld nemen
van 5 afzonderlijke cursussen die elk 4.000 euro kosten. Defensie heeft in totaal meer dan €20.000 betaald, dus is dit een 'dure' opleiding.
Voor elke afzonderlijke cursus wordt een berekening gemaakt met betrekking tot de examendatum en de vertrekdatum, alsmede de rendementsperiode van 24 maanden, om het bedrag van de terugbetaling te bepalen. Hoe meer de onderofficier van die periode van 24 maanden presteert, hoe lager het bedrag wordt, totdat het aan het einde van de rendementsperiode tot nul zakt.
Zoals u kunt vaststellen zijn sommige gevallen vrij complex. Hou er rekening mee dat als een door Defensie betaalde opleiding u in de burgerij een erkende meerwaarde biedt, er zeker een rendementsperiode en een terugbetaling bij vervroegd vertrek aan vasthangt.
Heeft u vragen of wilt u advies over uw rendementsperiode en eventuele terugbetaling? Onze experts staan u telefonisch of via srt@acmp-cgpm.be te woord.
De wet bepaalt dat militairen recht hebben op gratis gezondheidszorg. In de praktijk is het mogelijk een deel van de kosten terug te vorderen, maar het is een waar hindernissenparcours. Toppunt is dat de procedure de Staat veel meer kost dan de eigenlijke terugbetaling!
Zaterdag 26 november 2022, ’s avonds laat ... ‘Wat heb je daar?’ Mijn vrouw wijst naar een donkere plek op mijn xxx. ‘Au!’ Het gaat duidelijk niet weg door te krabben. ‘Je moet naar een dermatoloog,’ zegt ze met een bezorgde blik. ‘Denk je dat dat echt nodig is? Wat gaat dat weer kosten?’ Ze houdt vol: ‘Absoluut, militairen hebben trouwens recht op gratis gezondheidszorg heb ik in De Schildwacht gelezen!’ Pfff! En dan te bedenken dat ik het bewuste artikel geschreven heb...
Ze had me de daver op het lijf gejaagd met haar griezelverhalen over verdachte vlekjes! OK, nood breekt wet, dus ga ik van de gelegenheid gebruikmaken om de terugbetalingsprocedure uit te testen. Specialisten zijn nu eenmaal duur. Het kostte me meer dan een uur zoeken [1/1618] op het intranet om iemand te vinden die me de gang van zaken kon uitleggen. Na een lang gesprek [1,5/1618] staat mijn post-it vol. En nu aan de slag!
Eerste stap: de militaire of erkende arts contacteren om het 'Model Transfer' te bekomen, een essentieel document om een afspraak met een specialist te maken als ik vergoed wil worden. Ik speel hier een beetje vals, want mijn huisarts is reserveofficier, dus hoef ik niet ver te zoeken. Na een halfuur aan de telefoon met volgende bandje:
‘Voor spoedgevallen, druk '1-1-2'; voor andere, luister naar het muziekje, we zullen u ‘dadelijk’ (?) te woord staan’ [2/1618], leg ik mijn eerstelijnsarts mijn probleem uit en vraag ik om een 'M-O-D-E-L_ T-R-A-N-S-F-E-R'. Verbijsterende stilte aan de andere kant van de lijn. ‘Ik heb liever dat je op consultatie komt, je kunt me moeilijk je xxx laten zien over de telefoon. Je hebt geluk, ik heb woensdag om 11u12 een gaatje vrij’ (echt waar, 11u12!). F***! Woensdagochtend heb ik een vergadering in Evere...
In twee exemplaren
Woensdag 21 december 2022, 11u18. Ik heb het kostbare manuscript in doktershanenpoten in mijn bezit! Wat de vlek op mijn xxx be-
treft, opperde hij, zoals verwacht, dat het niet zijn winkel was en dat ik naar een dermatoloog moest gaan, duh! Nou, ik snel naar Evere voor de (speciaal voor mij uitgestelde) vergadering. Ondertussen heeft dit gedoe me minstens een halve werkdag gekost [7/1618].
Ik heb de secretaresse van de dermatoloog aan de lijn gehad: ik heb pas een afspraak over drie maanden! Specialisten zijn peperduur en uiteraard ook enorm drukbezet. Gelukkig is het Model Transfer één jaar geldig. Ik hoop alleen dat het ding op mijn xxx niet bliksemsnel verder woekert.
28 februari 2023: ik ben dus eindelijk bij de dermatoloog geraakt. Het was een blitzbezoek: hij onderzocht mijn xxx zorgvuldig en ik telde € 60
neer. Het 'groene formulier' (het lange witte papier met gaatjes aan de zijkanten) post ik vlug in de bus van de mutualiteit.
Oef, binnenkort kan ik mijn aanvraag tot terugbetaling bij Defensie opstarten! Maar eerst moet ik het juiste formulier downloaden van het intranet. Het was even zoeken [7.5/1618] maar ik heb het bewuste document 'Aanvraag tot terugbetaling van medische zorg (in 2 exemplaren)' in handen. Tip, als je het niet meteen kunt vinden, zoek dan naar 'CHOD-SPS-IMGTISEC-001'.
Fax
26 april 2023: joepie! Het terugbetalingsformulier dat ik nodig heb, staat op de website van mijn ziekenfonds, onder 'mijn account’. Ik zie dat ik al € 26,22 ben terugbetaald, maar belangrijker is dat ik mijn terugbetalingsaanvraag voor medische kosten kan opsturen met in bijlage de verschilstaat van de mutualiteit, het origineel Model Transfer (vooral niet vergeten de achterkant te ondertekenen!) en de twee exemplaren van het aanvraagformulier tot terugbetaling. Ik bel de persoon van BFA-M die ik vorig jaar aan de lijn had terug. Pech onderweg, zij stopte met haar VEP, maar nu ik de kneepjes al wat ken, kost het me amper een half uur om haar vervanger aan de lijn te krijgen [8/1618]. Ik vraag hem op welke site ik mijn dossier moet uploaden. Na een lang moment van wederzijds onbegrip valt mijn euro: er is geen online procedure. Ik vraag dan naar het e-mailadres, maar nee, ook dat blijkt onmogelijk. Voor de gein stel ik voor om het per fax op te sturen, maar ze hebben daar geen gevoel voor humor. Dus de papieren gaan via de post, in een enveloppe met een postzegel richting Evere. Oef,
ik heb ergens nog een priorzegel met een kerstboom erop liggen, daarmee zou het moeten lukken. Nu ik toch bezig ben, vraag ik aan m'n gesprekspartner wat er met mijn dossier gaat gebeuren. Eerst gaat het naar het secretariaat 'voor input', daarna wordt de aanvraag verwerkt en gecodeerd, dan brengt de controleur zijn advies uit en tenslotte tekent de dienstchef de toelating tot betaling. Na die hele omweg zal BFA-R eindelijk de betaling uitvoeren. Ze verzekeren mij dat de werklast niet meer dan één uur per dossier bedraagt, alles inbegrepen. Het beste moet nog komen: Ik krijg € 12 terug! Opmerking: vergeet mijn postzegel van € 2,17 niet in mindering te brengen.
Tja, ik heb € 60 betaald om hem mijn xxx te tonen, maar aangezien de dermatoloog niet geconventioneerd is (specialisten bijna nooit), vergoedt Defensie mij alleen het remgeld (van € 12). Het supplement (€ 21,78) is voor mijn personnlijke rekening!
Hoeveel kost die grap uiteindelijk?
De terugbetaling nam in totaal [8/1618e] van mijn werktijd in beslag. Aangezien ik een bruto jaarsalaris van € 72.000 ontvang,
betekent dat ongeveer een verlies van € 356. En dan tel ik niet mee wat ik Defensie nog meer kost: infrastructuur, materiaal, uniformen, enz. En dat is bijlange nog niet alles! Daar komt nog het werk bij van de medewerkers van BFA-M en BFA-R, de controleur, de dienstchef, het werk van de erkende arts bij (alleen voor een vodje papier), enz. Het exacte bedrag is moeilijk vast te stellen, maar ik geef je een ruwe schatting:
De procedure kost de Staat om en bij de € 500 … om netto € 9,93 terug te trekken!
Gewoon hallucinant hoe de autoriteiten bereid zijn een fortuin uit te geven voor het plezier de militairen het leven zuur te maken met administratieve rompslomp en om er zeker van te zijn dat ze er vooral geen voordeel zouden uit halen. Voor de militaire vakbond ACMPCGPM moet deze klucht ophouden: wij eisen de automatische terugbetaling van het remgeld voor alle medische kosten.
De collega's die zich zorgen maken over mijn gezondheid kan ik meteen geruststellen. De dermatoloog was formeel: het vlekje is goedaardig, er is niets ernstigs met mijn oor... ��
De militaire vakbond ACMP-CGPM heeft op 15 juni jongstleden een Nationaal Comité georganiseerd. Al onze afgevaardigden werden uitgenodigd in het ‘Meeting Center’ te Elewijt voor een goedgevulde dag, met opnieuw een opvallende genodigde.
Misschien kan u zich nog het Nationaal Comité van 2022 herinneren, dat werd opgeluisterd door het bezoek van onze ‘MOD’, Ludivine Dedonder. Ditmaal hebben we de generaal Esser uitgenodigd, die binnenkort de functie van Directeur-generaal Human Resources (DirGen HR) binnen de defensiestaf zal opnemen. Inderdaad, meer dan ooit kondigt het beheer van het personeel zich als dé grootste uitdaging aan voor de komende jaren. De toekomstige DirGen HR staat voor een enorme uitdaging: het vinden van de noodzakelijke talenten om de wapensystemen te bedienen, die door onze autoriteiten besteld werden. Nieuwe gevechtsvliegtuigen, helikopters, gepantserde voertuigen, schepen, cybersystemen, drones, houwitsers,… Het Belgisch leger ‘2.0’ weet al met wat ze zal werken, maar nog niet met wie! Men zal de effectieven op peil moeten brengen, zowel qua aantal als qua kwaliteit, want deze nieuwe middelen zullen meer dan ooit specifieke vaardigheden vereisen. De soldaat van de toekomst zal zowel technieker als strijder moeten zijn.
Het Nationaal Comité brengt traditioneel haar ACMP-CGPM afgevaardigden samen voor drie belangrijke opdrachten: onze medewerkers informeren over de huidige, grote
dossiers, het Algemeen Programma verwezenlijken en toezicht houden over de beslissingen, die tijdens het Congres genomen werden. Deze 15 juni heeft ons toegelaten onze objectieven te realiseren, dankzij werkgroepen werkend aan het toekomstige Algemeen Programma en dankzij een uitgebreide input vanuit ieders expertise in onderhandeling en overleg, individuele en gemeenschappelijke dossiers, welzijn, beheer, strategie, communicatie,.. teneinde ons ‘vijfjarenplan’ voor te bereiden. Onze afgevaardigden hebben ook zeer aandachtig het optreden van onze opmerkelijke gast gevolgd.
Na een situatieschets van de personeelsevolutie bij Defensie, heeft de generaal Esser zijn persoonlijke visie gegeven over de te verwachten hindernissen, die op onze weg liggen en de wegen die zullen moeten bewandeld worden, om zoveel mogelijk
hindernissen te omzeilen. Het vinden van budgetten is maar één onderdeel van de uitdaging. Het motiveren van burgers, jongeren en ook de iets wat ouderen om het uniform aan te trekken is de sleutel van het probleem. Men moet ook een aantrekkelijke werkomgeving aanbieden om te vermijden dat militairen Defensie verlaten nog vóór het einde van hun voorziene diensttijd. Het uithollen van de selectiecriteria om de instroom te bevorderen is niet aan de orde, daar dit enkele maanden of jaren later alleen maar tot een nog grotere attritie zou kunnen leiden. Het rekruteren van een groot aantal gemotiveerde professionals kan men enkel verwezenlijken met als basisaanbod een deftig loon, ideale werkomstandigheden, geografische stabiliteit, etc… Met andere woorden, het leger moet opnieuw een aantrekkelijke werkgever worden, met echte troeven in de hand voor de aanwerving en met doorgroeimogelijkheden tijdens de loopbaan.
Via de sociale netwerken kondigden wij u aan dat het Nationaal Bureau en Dimitry Modaert sinds 20 april de handen in mekaar slaan voor het welzijn van alle militairen en onze leden in het bijzonder.
Eupen, Elsenborn & Sankt Vith omvat). Een vruchtbare ervaring, ook al kreeg hij vaak te maken met korpscommandanten die de aanbevolen preventiemaatregelen aan hun laars lapten, of zich ergerden aan het gebrek aan steun van hun hiërarchie.
uiteraard rekening houdend met de specificiteit van ons beroep.
Op professioneel vlak begon Dimitry zijn militaire carrière in 1994 aan de KMS en vervolledigde zijn vorming aan de School van de Logistiek. Daarna werkte hij 12 jaar binnen de operationele logistiek, achtereenvolgens bij het 4 Bn Log in Marche-en-Famenne op het vlak van bevoorrading en transport, in Evere voor het beheer van de transportcapaciteit van de Landcomponent en tenslotte als commandant van de 12de Transportcompagnie in Amay, waar hij al lid was van het Basis Overlegcomité van het kwartier. In deze periode ging hij op missie naar Kosovo en de Democratische Republiek Congo. Ondertussen werd hij preventieadviseur niveau 1 teneinde in 2011 het hoofd van de Lokale Dienst voor Preventie en Bescherming op het Werk voor de kwartiergroepering van Amay te worden (die Bierset, Glons,
In 2015 werd hij vaste afgevaardigde bij een andere vakbond om zijn ideaal voor het welzijn van het personeel verder te verwezenlijken. Dit gaf hem de kans om zich in te zetten voor de 'grote kwesties' op nationaal niveau, zoals de aanval op onze pensioenen in 2016 en later de herwaardering van onze lonen. Hij werd zelfs benoemd tot voorzitter van zijn organisatie, waardoor hij zijn vaardigheden verder kon aanscherpen. Onlangs zette de voormalige werkgever van onze nieuwe collega echter een punt achter diens mandaat. Dankzij deze samenloop van omstandigheden kan Dimitry zijn expertise voortaan in dienst stellen van de militaire vakbond ACMP-CGPM. De groei van de ACMP-CGPM vereist immers geregeld nieuw talent, onder andere in Dimitry's favoriete vakgebied. Meer dan ooit is het welzijn van de militairen een van onze prioriteiten, zowel op territoriaal als op operationeel niveau,
Voor Dimitry verliep deze 'verandering van omgeving' uiterst positief: ‘De steun van mijn familie, vrienden, Defensie en andere vakbonden was ongelooflijk. Nooit zal ik de ontvangst en het professionalisme van Yves Huwart, Philippe Sion en alle leden van het Nationale Bureau van de ACMP-CGPM vergeten.’
Dimitry is 46 jaar, getrouwd en heeft 3 kinderen. Zijn dagelijkse hobby is hardlopen. Hij is een fervent liefhebber van marathons en triatlons. De kans is dan ook groot dat u hem samen met Roger Housen, een andere grote ACMP-CGPM sporter, in de omgeving van ons vast secretariaat in Zaventem tegen het lijf loopt. Wij wensen hem veel succes in onze organisatie!
Ook dit jaar zal er een delegatie van de ACMP-CGPM deelnemen aan de Vierdaagse van de IJzer en dit sinds 2001. De start vindt plaats op dinsdag 22 augustus in Oostduinkerke en we komen aan op vrijdag 25 augustus 2023 te Ieper. Onze leden kunnen gratis deelnemen. Maar wees er snel bij want, de plaatsen zijn beperkt!
vier dagen: het logement, de maaltijden, het vervoer, de verzekering, de medische verzorging en een aandenken. Daarnaast bezorgen we u een T-shirt en een petje en bieden we u onderweg nog een consummatie aan. Mogelijkheden van afstanden: 4 x 16 km of 4 x 32 km. Een familiewandeling van 4 x 8 km en een jongerenparcours van 4 x 24 km. Een combinatie van diverse afstanden is ook mogelijk (Bv.: 1 x 16 km, 1 x 24 km en 2 x 32 km).
We zijn op zoek naar gemotiveerde leden die wensen te genieten van de sfeer en onze kleuren willen vertegenwoordigen gedurende dit prachtig evenement. We logeren zoals elk jaar in het kamp ‘Maeke-blijde’, ter hoogte van de brandweerkazerne, Doornstraat 43, 8970 Poperinge.
We wandelen van dinsdag tot en met vrijdag. Vanaf maandagnamiddag is het kamp toegankelijk. Het vervoer naar de startplaats en de deelname aan de Vierdaagse van de IJzer kost € 49 voor de vier dagen. Het kamp te Poperinge wordt georganiseerd door de toeristische dienst van de stad en wordt rechtstreeks aan hen betaald (€ 135 all-in).
Wat biedt ACMP-CGPM?
De totale kostprijs van (max.) € 184,00 voor het wandelen en de all-in, wordt voor u betaald. Dit omvat voor de
Voor de actieve militairen onder ons: aangezien we meewandelen als ‘burger’ en niet in het militaire tenue, dient u van dinsdag tot en met vrijdag vier verlofdagen of compensatie te nemen.
Inschrijven kan via het vast secretariaat van de ACMP-CGPM t.a.v. Filip Duquesne en dit vóór 31 juli 2023. We laten max 25 leden toe. Wees er dus snel bij en stuur een mailtje naar: srt@acmp-cgpm.be of filip.duquesne@gmail.com
Vermeld hierbij:
- Naam & Voornaam
- Burgeradres
- Lidnummer ACMP-CGPM
- Geboortedatum
- Telefoonnummer & e-mailadres
- Aantal deelnames
- Gewenste afstand
- Indien u naar Poperinge komt met eigen voertuig, uw nummerplaat!
- In principe slapen we allen in de Maeke-blijdezaal.
- Uiteraard kan er ook deelgenomen worden zonder logement
Voor meer informatie over het evenement zelf kan u een kijkje nemen op: www.vierdaagse.be
56ste Editie van de MESA, met ACMP-CGPM!
Ook dit jaar sponsort de militaire vakbond ACMP-CGPM de ‘Marche Européenne du Souvenir et de l'Amitié’, die van 27 tot en met 30 juni 2023 zal plaatsvinden. De etappes van dit jaar zijn La Roche, Durbuy, Marche en Ste-Ode. Aarzel niet om onze stand in het 'dorp' van het evenement te bezoeken! Meer info: www.marche-mesa.com
GABRIEL – 08/01/2020
In het gezin van Quentin GROMMERCH (Luik)
ALEXANDER – 23/12/2020
In het gezin van Geoffrey WILLOCKX (Lokeren)
ALICIA – 23/12/2022
In het gezin van Rémy DECORTE (Ukkel)
LIV – 05/01/2023
In het gezin van Dieter CALDERS (Aalst)
OONA – 17/02/2023
In het gezin van Dylan SWINNEN (Diest)
RENÉE – 27/02/2023
In het gezin van Kevin VERSWYVEL (Geel)
EMY – 28/03/2023
In het gezin van Jimmy ROUET (Dinant)
ELENA – 06/04/2023
In het gezin van Quentin GROMMERCH (Luik)
GARANCE – 13/04/2023
In het gezin van Nicolas SCHMIT (Libramont-Chevigny)
PHIL – 17/04/2023
In het gezin van Ken VLERICK (Gent)
ACHILLE – 14/05/2023
In het gezin van Pierre THIBAUT (Straatsburg – Frankrijk)
NORA – 24/04/2023
In het gezin van Laurent DEVITS et Alysson Saintes (Luik)
SOFIA – 30/05/2023
In het gezin van Sebastien DELCAMP (Mol)
29/04/2021
GHEUX Simon en NIEUS Marie (Ottignies-Louvain-La-Neuve)
29/10/2022
CAUDRON Benjamin en SERBETCIYAN Ani (Zaventem)
14/11/2022
VAN ACKER Willy en VANHOREBEEK Nicole (Aarschot)
23/02/2023
SCHMIT Nicolas en CASEL Eva (Bertrix) (Wettelijke samenwoning)
01/04/2023
POUMAY Clément en CORNET Manon (Neupré) (Wettelijke samenwoning)
07/04/2023
OOSTERLINCK Thierry en BOREUX Marie-Christine (Durbuy)
25/04/2023
VAELEN Benneth en INDEKEU Ine (Dilsen-Stokkem) (Wettelijke samenwoning)
29/04/2023
LEBIODA Marc en NAVETTE Catherine (Durbuy)
16/05/2023
VERRETH Gunter en VAN GORP Kim (Tremelo) (Wettelijke samenwoning)
27/05/2023
RASSART Olivier en BUYCK Sandra (Hotton)
WAROQUIER Jean-Claude
1942 - 27/10/2022 (Luik)
MICHIELS Eduard
1933 - 03/01/2023 (Herentals)
BASTIN Georges
1937 - 19/03/2023 (Brussel)
BOUCHER Eric
1942 - 08/05/2023 (Bastenaken)
DERU Jacques
1937 - 11/05/2023 (Verviers)
- Maart: 127,67 punten
- April: 126,82 punten
- Mei: 127,30 punten
- Maart: 127,80 punten
- April: 126,70 punten
- Mei: 127,35 punten
De afgevlakte gezondheidsindex bedraagt in mei 124,63 punten, onder de spilindex voor het openbaar ambt en de sociale uitkeringen (vastgelegd op 125,60 punten).
Een verhoging met 2% van de pensioenen en de lonen zal waarschijnlijk tegen november 2023 gebeuren.
De volgende spilindex voor het openbaar ambt en de sociale uitkeringen zal dan vastgelegd worden op 128,11 punten.
Deze veelzijdige app is een must!
Gebruiksvriendelijk en efficiënt
Bestel je vouchers in enkele klikken
Overal en altijd beschikbaar
Nooit meer je vouchers vergeten: gebruik deze app enkel wanneer je die nodig hebt
Beheer eenvoudig je account
Ook offline heb je toegang tot je vouchers
Bekijk hoeveel je hebt bespaard
Scan de QR code en download de app !