PBA-VG-VG_2: Gerechtelijk recht en deskundigenondzoek – deel deskundigenonderzoek
3.4
Deontologie
3.4.1
PRINCIPE
Aangezien het beroep van deskundige geen beschermd en gereglementeerd beroep is, is er geen bindend deontologisch kader waaraan iedere deskundige zich moet houden bij de uitoefening van zijn activiteiten. De deskundige die bij het uitvoeren van zijn opdracht op tuchtrechtelijk vlak in gebreke blijft, zal zich moeten verantwoorden voor de daartoe bevoegde raad van de beroepsvereniging waarvan hij deel uitmaakt. Indien de activiteiten van de deskundige kaderen binnen de uitvoering van de activiteiten van een beschermd en gereglementeerd beroep zullen de deontologische verplichtingen hiervan onverminderd van toepassing blijven. Zo zal de BIV-erkende vastgoedmakelaar die in een bepaalde zaak als deskundige tussenkomt ook bij deze activiteit rekening moeten houden met de deontologische voorschriften van het BIV, ook al zal in de praktijk maar een beperkt deel van deze regels inhoudelijk relevant zijn met betrekking tot de activiteiten van de deskundige. 3.4.2
ETHIEK VAN DE DESKUNDIGE
Algemeen kunnen volgende ethische waarden worden vooropgesteld bij de uitvoering van deskundigenopdrachten:
eerlijkheid en waardigheid;
de rechten en plichten van betrokken partijen respecteren, onder meer: -
zorgvuldig omgaan met verstrekte gegevens; eerlijke communicatie; collegialiteit.
deskundigheid en permanente vorming;
onafhankelijkheid en onpartijdigheid;
vermijden van belangenconflicten;
respecteren van een beroepsgeheim.
3.4.3
BEROEPSGEHEIM
Een aantal beroepscategorieën zijn gehouden aan het wettelijk beroepsgeheim:
«Art. 458 Strafwetboek: Geneesheren, heelkundigen, officieren van gezondheid, apothekers, vroedvrouwen en alle andere personen die uit hoofde van hun staat of beroep kennis dragen van geheimen die hun zijn toevertrouwd, en deze bekendmaken buiten het geval dat zij geroepen worden om in recht of voor een parlementaire onderzoekscommissie getuigenis af te leggen en buiten het geval dat de wet hen verplicht die geheimen bekend te maken, worden gestraft met gevangenisstraf van acht dagen tot zes maanden en met geldboete van honderd euro tot vijfhonderd euro. » Dit wettelijk beroepsgeheim geldt enkel voor personen die een noodzakelijke vertrouwensfunctie uitoefenen of aan wie wettelijk of volgens vaste gebruiken vertrouwelijke informatie wordt toevertrouwd. Dit wettelijk beroepsgeheim is niet van toepassing op vastgoedmakelaars, landmeter-experten, architecten, schade-inspecteurs enz.
14